HANDVAARDIGHEID HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1



Vergelijkbare documenten
TEKENEN HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

TEKENEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

HANDVAARDIGHEID VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

WISKUNDE B HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

AARDRIJKSKUNDE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

AARDRIJKSKUNDE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

KUNSTVAKKEN II: BEELDENDE VAKKEN TEKENEN VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

WISKUNDE B VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Beeldende vakken HAVO

MUZIEK HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

GESCHIEDENIS VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

MANAGEMENT EN ORGANISATIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ECONOMIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

WISKUNDE A VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Examenprogramma tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving havo/vwo

WISKUNDE A HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

RUSSISCHE TAAL EN LITERATUUR VWO (ELEMENTAIR) VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

SPAANSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

WISKUNDE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

TURKSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

SPAANSE TAAL EN LITERATUUR (ELEMENTAIR) HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ENGELSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

Toevoeging pagina 5: informatie over het thema HANDVAARDIGHEID HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

FRANSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

Beeldende vakken HAVO

WISKUNDE C VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

KUNSTVAKKEN II: MUZIEK VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ARABISCHE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

SPAANSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

FRANSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016

MANAGEMENT EN ORGANISATIE HAVO

GRIEKSE TAAL EN LITERATUUR VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

WISKUNDE VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

LATIJNSE TAAL EN LITERATUUR VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

TEKENEN HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017

TEKENEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017

KUNSTVAKKEN II BEELDENDE VAKKEN HANDENARBEID, TEXTIELE WERKVORMEN VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.8.1

ECONOMIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

WISKUNDE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Klassieke culturele vorming

ECONOMIE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Gewijzigd op 1 oktober: bij punt 5 Centraal examen de duur van het examen gewijzigd van 90 minuten naar 60 minuten.

ARABISCHE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V

Wijziging : werkstuk inzenden vóór 1 april i.p.v. 1 mei! KLASSIEKE CULTURELE VORMING VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2015

MAATSCHAPPIJLEER II VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

WISKUNDE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

SCHEIKUNDE VWO - NIEUWE EXAMENPROGRAMMA VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ARABISCHE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

KLASSIEKE CULTURELE VORMING VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

TURKSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

ENGELSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V

WISKUNDE VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V

Wijzigingen per oktober 2016: zie wijzigingen vakinformatie 2017 op de duo site.

BIOLOGIE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Toevoeging pagina 5: informatie over het thema TEKENEN HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

FRANSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

TEKENEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

6vwo thema CSE, tehatex Engagement. Presentatie 0

FRANSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V

Wijzigingen per oktober 2016: zie wijzigingen vakinformatie 2017 op de duo site. DUITSE TAAL VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.11.

TURKSE TAAL EN LITERATUUR (ELEMENTAIR) HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Klassieke culturele vorming

aardrijkskunde vwo vakinformatie staatsexamen 2017 AARDRIJKSKUNDE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V pagina 1 van 12

KUNSTVAKKEN II: MUZIEK VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

ARABISCHE TAAL EN LITERATUUR VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V

ENGELSE TAAL VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.8.1

WISKUNDE VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Klassieke culturele vorming

ITALIAANSE TAAL EN LITERATUUR VWO (ELEMENTAIR) VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

AARDRIJKSKUNDE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.8.1

WISKUNDE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

BIOLOGIE VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V

NATUURKUNDE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Maatschappijwetenschappen

Maatschappijleer. Staatsexamen havo. Programma van toetsing en afsluiting. (vernieuwde profielstructuur)

Maatschappijleer 1 (gemeenschappelijk deel) Staatsexamen vwo. Programma van toetsing en afsluiting. (oude profielstructuur)

Klassieke culturele vorming

Klassieke culturele vorming. Staatsexamen vwo. Programma van toetsing en afsluiting

WISKUNDE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

De DOELSTELLING van de kunstbv-opdrachten & De BEOORDELING:

Klassieke culturele vorming. Staatsexamen vwo. Programma van toetsing en afsluiting

WISKUNDE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.6.1

ARABISCHE TAAL EN LITERATUUR (ELEMENTAIR) VWO

AARDRIJKSKUNDE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

BIOLOGIE VMBO BB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ECONOMIE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Beeldende vakken HAVO Herziening examenprogramma Syllabus centraal examen met ingang van 2009

ECONOMIE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2019 V

FRIESE TAAL EN CULTUUR VMBO GT VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V

WISKUNDE D HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

ALGEMENE NATUURWETENSCHAPPEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

BIOLOGIE VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

RUSSISCHE TAAL EN LITERATUUR ELEMENTAIR HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2019 V

SPAANSE TAAL EN LITERATUUR (ELEMENTAIR) HAVO

KLASSIEKE CULTURELE VORMING VWO

Vakinformatie Kunstvakken II Beeldende vakken tekenen TL/GL staatsexamen 2018 TEKENEN VMBO TL/GL VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

RUSSISCHE TAAL EN LITERATUUR ELEMENTAIR HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.8.1

NATUUR, LEVEN, TECHNOLOGIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Transcriptie:

HANDVAARDIGHEID HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.9.1

De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvE is verantwoordelijk voor de afname van de staatsexamens voortgezet onderwijs en draagt zorg voor de kwaliteit en het niveau van de examens. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is belast met de praktische uitvoering en organisatie van de staatsexamens. Met vragen over deze vakinformatie kunt u contact opnemen met de afdeling Examendiensten van DUO: (050) 599 89 33 of staatsexamens@duo.nl. pagina 2 van 10

Inhoud 1 Opzet van het examen 5 2 Het examenprogramma 5 3 Beschrijving eindtermen 5 4 Algemene toelichting bij het examenprogramma 5 5 Het centraal examen 6 6 Het college-examen 6 7 Toelichting bij het praktisch examen 7 8 De beoordeling van het praktisch examen 8 9 Het eindcijfer 9 10 De eigendomsrechten van het gemaakte werkstuk en de ingeleverde werkstukken 9 11 Bijlage: Werkverslag bij een werkstuk voor handvaardigheid havo 10 pagina 3 van 11

1 Opzet van het examen Het examen bestaat uit een centraal examen en een college-examen. Het college-examen bestaat uit een praktisch examen. 2 Het examenprogramma Handvaardigheid Domein A: Vaktheorie Subdomein A1: Beschrijven, onderzoeken en interpreteren: De kandidaat kan het beeldend werk van kunstenaars en vormgevers beschrijven, onderzoeken en interpreteren, met gebruikmaking van kennis van en inzicht in de geschiedenis van de beeldende kunst: - van de 19e, 20e en 21e eeuw; - vanaf het romaans, voor zover relevant voor de kunst van de 19e, 20e en 21e eeuw. Subdomein A2: Beschouwen: De kandidaat kan twee- en driedimensionale beelden en vormen beschouwen en kan deze beschouwing verwoorden en/of verbeelden. centraal examen X X collegeexamen Domein B: Praktijk X Domein C: Oriëntatie op studie en beroep X* * Domein C: Oriëntatie op studie en beroep wordt alleen geëxamineerd in combinatie met het profielwerkstuk. 3 Beschrijving eindtermen Een beschrijving van de eindtermen is te vinden op: www.examenblad.nl > kies jaarring 2016 > havo > kunstvakken en lo: handvaardigheid > Syllabus 2016 beeldende vakken, havo > 3. Specificatie van de globale eindtermen voor het CE en bijlage 1 Examenprogramma tekenen, handvaardigheid, textiele werkvormgeving havo. 4 Algemene toelichting bij het examenprogramma Uit het examen dient te blijken dat de kandidaat: - kennis heeft van beeldende verschijnselen, in productieve en reflectieve zin; - inzicht heeft in de geschiedenis van de beeldende kunst; - het vermogen bezit tot het beschouwen van getoonde beelden en vormen; - inzicht heeft in de geschiedenis van de cultuur; - inzicht heeft in de relaties tussen verschillende cultuuruitingen. Onder beschouwen van beelden en vormen wordt verstaan het kritisch onderzoek naar vorm, inhoud en functie ervan. Onderdelen van de examenstof a. De kennis, het inzicht en de vaardigheid om voor problemen beeldende oplossingen te vinden. b. Het vermogen tot vormgeven, waarbij onderscheid gemaakt wordt in drie werkvormen met onderscheidenlijk het accent op: pagina 5 van 11

- werken naar technisch constructieve beelden: bijv. een gebouw of een machine ; - werken naar ruimtelijke beelden: bijv. een plastiek; - werken naar functionele beelden: bijv. een kop en schotel. c. Het vermogen tot beschouwing van twee- en driedimensionale beelden en vormen en de vaardigheid deze beschouwing te verwoorden en/of te verbeelden. d. De kennis van en het inzicht in de geschiedenis van de beeldende kunst. e. De kennis van en het inzicht in de geschiedenis van de cultuur voor zover nodig om tot beschouwing van beelden en vormen te komen. Toelichting: kunstgeschiedenis is hier niet bedoeld als een zelfstandig vakgebied: kennis van en inzicht worden vereist voor zover nodig voor de verdieping van de beschouwing. 5 Het centraal examen Het centraal examen bestaat uit één zitting van 150 minuten (zie examenrooster). Het gebruik van het basispakket hulpmiddelen is toegestaan. Voor basispakket hulpmiddelen, zie Regeling toegestane hulpmiddelen. Het centraal examen heeft betrekking op de periode van het romaans tot heden, met nadruk op de periode vanaf 1800. Beeldende kunst, architectuur en (ambachtelijke en industriële) vormgeving vanaf het neoclassicisme in de 19de eeuw tot heden komen daarom in het examen aan de orde. Het centraal examen is thematisch van opzet. Het begrip thema is in het havoexamen op te vatten als een invalshoek van waaruit de vragen voor het examen worden gemaakt over beeldende kunst, vormgeving en architectuur uit verschillende stijlperioden. Hierdoor ontstaat binnen het examen een zekere samenhang. Het thema voor het centraal examen is: De esthetiek van het lelijke in de kunst, over de betekenis van schoonheid en over de verschillende redenen waarom architecten, kunstenaars en vormgevers regels over schoonheid doorbreken en veranderen. De kandidaten dienen vooral kijkstrategieën te beheersen om de examenvragen te kunnen beantwoorden. De kennis die verondersteld wordt van kunsthistorische en andere begrippen is ondersteunend, d.w.z. het gaat om begrippen die van belang zijn bij het kijken en verwoorden. Oefenexamens met correctievoorschrift voor het examen handvaardigheid kunt u vinden op: www.examenblad.nl > bijv. jaarring 2015 > havo > kunstvakken en lo: handvaardigheid > examendocumenten 1 e tijdvak en 2 e tijdvak, opgaven, bijlage en correctievoorschrift. 6 Het college-examen Het college-examen bestaat uit een praktisch examen en vindt plaats in juli (op scholen voor VSO in juni/juli). Tijdens dit examen maakt de kandidaat een werkstuk rond het thema Schoonheid, waarbij ontwikkelde ideeën in een beeldende verwerking worden uitgevoerd. Bij aanvang van het praktisch examen krijgt de kandidaat (ten minste) drie opdrachten, waarvan er een moet worden gekozen. Het maken van beeldend werk zijn fasen uit het beeldend proces in een zitting van 360 minuten (6 uur exclusief middagpauze). pagina 6 van 11

Daarin zijn de volgende mogelijke activiteiten te onderscheiden: - verzamelen van gegevens over de probleemstelling en oplossingen van beeldende kunstenaars en vormgevers; - ontwikkelen van ideeën voor beeldende oplossingen, deze beschrijven en criteria, uitgangspunten, doelstellingen vastleggen in een procesverslag; - maken van een werkplan; - doen van beeldend onderzoek naar mogelijke oplossingen door middel van experimenten, schetsen, studies, proeven in de diepte en in de breedte; - evalueren van het eigen onderzoek en vervolgens keuzes maken en toelichten; - uitwerken van de gekozen beeldende oplossing in een werkstuk/collectie en het resultaat evalueren. Na afloop of enkele dagen na het praktisch examen vindt een gesprek plaats over het beeldend werk naar aanleiding van het ingevulde vragenformulier en de twee werkstukken/collecties die de kandidaat thuis heeft gemaakt als voorbereiding op het college-examen. 7 Toelichting bij het praktisch examen Het is wenselijk om zelf beeldmateriaal, zoals tijdschriften, foto s, e.d. over het thema Schoonheid mee te brengen naar het praktisch examen. De kandidaten mogen eigen materiaal/ gereedschap meenemen. Behalve tijdschriften mag de kandidaat ook cd s of een usb-stick meebrengen, als daar beeldmateriaal op verzameld is. U dient zelf voor een laptap te zorgen. Het gebruik van een smartphone is niet toegestaan. 1. Inleveren van twee collecties Onder een collectie verstaan we een serie schetsen, beeldmateriaal, aantekeningen en materiaalstudies die te maken hebben met een eindwerkstuk. Bij de aanvang van het praktisch examen moet de kandidaat twee werkstukken inleveren. De kandidaat dient twee van de volgende drie werkvormen te hebben uitgevoerd: werken naar technisch constructieve beelden: bijv. een gebouw of een machine ; werken naar ruimtelijke beelden: bijv. een plastiek; werken naar functionele beelden: bijv. een kop en schotel. De uitwerking van de gekozen werkvormen moet verwijzen naar het thema. Desgewenst kunnen de twee werkstukken aangevuld worden met meer werkstukken. Dit mag vrij werk zijn en kan soms een beter beeld geven van de capaciteiten van de kandidaat. Deze werkstukken (denk bijv. aan filmpjes, foto s, schetsen) dienen om de examinator een breder beeld van de kwaliteiten van de kandidaat te geven. Belangrijk is dat de werkstukken de ideeën van de kandidaat omtrent het thema Schoonheid verbeelden. Gelet wordt op beeldende en technische aspecten. Tevens is het van belang dat de kandidaat in een werkverslag bijhoudt hoe de werkstukken zijn ontstaan. pagina 7 van 11

Bij elk werkstuk dient een werkverslag te worden ingeleverd waarin wordt vermeld: hoe de kandidaat tot de keus van het werkstuk is gekomen en wat het moet uitbeelden; welke onderdelen van de voorstelling zijn bedoeld om de inhoud duidelijk te maken; een toelichting bij het materiaalgebruik; wat de kandidaat zelf vindt van het resultaat. De kandidaat behoort tevens enkele schetsen en eventueel proefjes mee te brengen. De werkstukken en schetsen moet men zo inleveren dat duidelijk is wat bij elkaar hoort: wat samen een collectie vormt. Voor het werkverslag dient het bijgevoegde formulier te worden gebruikt, zie bijlage 1. Na het praktisch examen wordt aan de kandidaat gevraagd de beide meegebrachte collecties toe te lichten. Als er geen werkstukken worden ingeleverd, wordt geen praktisch examen afgenomen. 2. Vragenformulier over de uitgevoerde opdracht Na afloop van het praktisch examen vult de kandidaat een vragenformulier over de uitvoering van de opdracht in. Bij de beoordeling wordt onder andere gelet op: rijkdom aan ideeën (dit kan blijken uit de schetsen); toepassing van diverse beeldende aspecten (aspecten van beeldende vormgeving); materiaalgebruik; originaliteit; afwerking; de per opdracht vermelde aandachtspunten (voor zover deze zijn vermeld); de verbeelding van een eigen visie op de opdracht. 3. Een gesprek over beide collecties Dezelfde dag of één of enkele dagen na het praktisch examen vindt er een gesprek plaats met de examinatoren over de collecties. Daarbij kunnen onder andere vragen worden gesteld over: de keuze van de opdracht; de verbeelding van de eigen visie; de gemaakte schetsen; de toepassing van beeldende aspecten (aspecten van beeldende vormgeving); het materiaalgebruik; het proces bij het maken van het werkstuk. Tijdens het gesprek wordt ook aandacht besteed aan het door de kandidaat ingevulde vragenformulier over het gemaakte beeldend werk. Het doel van het gesprek is om na te gaan welke bewuste keuzes de kandidaat heeft gemaakt t.a.v. de inhoud en de vormgeving. Eventueel vinden ook tijdens de uitvoering van de opdracht enkele gesprekjes plaats. 8 De beoordeling van het praktisch examen De examinatoren vormen zich op basis van het werkstuk en het gesprek een oordeel over het werk dat door de kandidaat is gemaakt en drukken dit oordeel uit in een cijfer van 1 t/m 10, op één decimaal. In beperkte mate wordt daarbij tevens rekening gehouden met de ingeleverde werkstukken. pagina 8 van 11

9 Het eindcijfer Het eindcijfer wordt als volgt berekend: (het cijfer voor het centraal examen + het cijfer voor het college-examen) : 2, afgerond op een geheel getal. 10 De eigendomsrechten van het gemaakte werkstuk en de ingeleverde werkstukken De ingeleverde werkstukken moet men na het praktisch examen weer meenemen. Het tijdens het praktisch examen gemaakte werkstuk is eigendom van het College voor Examens. Dit werkstuk wordt gedurende een half jaar na afloop van het praktisch examen bewaard. Indien de kandidaat dit wenst, mag dit werk bij het vernemen van de uitslag meegenomen worden. Een eventueel bezwaar tegen de beoordeling van het betreffende werk (de collectie) is dan niet meer mogelijk. pagina 9 van 11

11 Bijlage: Werkverslag bij een werkstuk voor handvaardigheid havo Staatsexamen havo 2016 Voor elk werkstuk een afzonderlijk formulier invullen. Gegevens van de kandidaat: Naam van de kandidaat:....... Examennummer:. Naam van de school of de examenplaats:... Inleiding 1. Welk onderwerp heb je voor dit werkstuk gekozen en waarom? 2. De inhoud: wat wil je uitbeelden? Uitvoering 3. De voorstelling: welke onderdelen van de voorstelling zijn bedoeld om de inhoud duidelijk te maken? (Deze vraag ook beantwoorden bij een non-figuratieve voorstelling) 4. De aspecten van beeldende vormgeving: verklaar je keuze voor het gebruik van aspecten als vorm, kleur, compositie, etc. i.v.m. de relatie tussen inhoud en vormgeving. pagina 10 van 11

5. Materialen en techniek: waarom heb je juist van deze materialen gebruik gemaakt en deze technieken toegepast om je doel te bereiken? Evaluatie 6. Welke problemen / moeilijkheden had je bij het maken van dit werkstuk? 7. Wat vind je zelf van dit werkstuk / van het resultaat? 8. Hoeveel uur heb je ongeveer besteed aan de voorbereiding en uitvoering? De voorbereiding (onderwerp kiezen, schetsjes maken, materiaal uitkiezen en verzamelen):. uur De uitvoering:. uur In totaal:. uur Handtekening van de kandidaat:. Datum:.... pagina 11 van 11

pagina 12 van 11