Een combinatie van rollen



Vergelijkbare documenten
Werktrajectbegeleider

Stichting Jong Actief Trajecten

groepswerker/ begeleider (m/v) uur. Voor onze locatie de Schuilplaats, 24-uurs zorg, zijn wij op zoek naar een:

Profiel personal coach WelSlagen Diversiteit

Het 8-fasenmodel. Het 8-fasenmodel. Kennismaking met een praktische manier van planmatig werken in de maatschappelijke opvang

Format implementatieplan. Onderdeel van handreiking implementatie methodiek Signalering in de palliatieve fase

Sociaal pedagogisch werker 2

Een stap op de ladder

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Titel: Muzisch-creatieve vorming deel 2

Sociaal pedagogisch werker 2

HANDLEIDING 8-FASENMODEL

Werken, leren en activiteiten

Informatie voor cliënten CLO. De weg naar werk. Centrum voor Loopbaanondersteuning

Leefgebiedenwijzer. Versterken van eigen kracht van cliënten

Checklist Coachingscompetenties t.b.v. Sociaal Emotionele Accreditatie

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

Functieprofiel: Studentenconsultant Functiecode: 0402

Inge Test

DESKUNDIG AAN HET WERK OUDEREN. Trainingen op het gebied van psychische problemen of psychiatrische stoornissen

Visie en eindtermen voor jobcoachopleidingen

De krachtgerichte methodiek

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Verdieping doelgroepen

Jeugd en jong volwassenen

Gehandicaptenzorg, ouderenzorg, geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang, welzijnsinstellingen

Sociaal pedagogisch verzorgende

Zorgboerderij, verpleeghuis, verzorgingstehuis, psychiatrisch centrum, dak- en thuislozencentrum, sociale werkplaats, diverse woonvormen

2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied

Het gezicht van... maatschappelijke zorg. Mee kunnen doen. Inhoud

DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE

Organisatie: KadeZorg Functie: Verzorgende IG nv. 3

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Participatiewiel: een andere manier van kijken

Ik ben. Eerlijk. Geduldig. Creatief. Gestructureerd. Communicatief. Geïnteresseerd. Geeft aandacht

Aagje Dekenstraat 52 Telefoon:

Sociaal pedagogisch verzorgende/ IG

Resultaat: Functionaris ondersteunt, zodanig dat hij/zij gemakkelijker en met meer aandacht de deelnemers kan opvangen, begeleiden en ondersteunen.

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Praktijkopleider

Inleiding Hoofdstuk 2 Essentiële waarden Hoofdstuk 3 Management en leidinggevende structuur... 23

Stappenplan voor een effectieve samenwerking

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Elke afstand tot werk kan worden verkleind

Functiebeschrijving netwerk dementie regio Haaglanden

De Brug, een instelling voor verstandelijk gehandicapte mensen

Bemoeizorg Parkstad. Volwassenen

Algemene informatie. Rentree hulpverleningsaanbod

Model Beroepsprofiel Cliëntondersteuner voor mensen met een beperking

Het zou het beste zijn als maatschappelijke steunsystemen georganiseerd werden door de gemeente.

Inleiding Hoofdstuk 3 Management en leidinggevende structuur... 35

Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen. Promenzo werkt

Zelfregie en professionele toerusting. Kennis en advies: praktisch en toepasbaar

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

MEE op Weg. IJsseloevers

Bemoeizorg. mensenkennis. Assertieve psychiatrische hulp aan zorgmijders. post-hbo opleiding

gezocht: Reclasseringsvrijwilligers maken zich sterk voor Nederlanders in buitenlandse detentie vrijwilligers

LMD brandweer. Kansen voor ontwikkeling en doorgroei

Praktijkvoorbeeld ABC team Altrecht oktober 2013

SAMENVATTING BOUWSTENEN ZELFMANAGEMENT EN PASSENDE ZORG

Mensen met licht verstandelijke beperking met moeilijk verstaanbaar gedrag

- VERTROUWELIJK - RAPPORTAGE EFFECT METING ONTWIKKELINGSACTIVITEITEN. Naam: C.P.A. Kandidaat. Datum onderzoek

Competentieprofiel werkbegeleider

Checklist vraagverheldering: Leefgebieden met bijbehorende vragen

De resultaten van het project

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014

MAATSCHAPPELIJKE OPVANG EN BESCHERMD WONEN IN DE REGIO OOST-VELUWE

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

Verwerving opvang, wonen en herstel terugblik en vooruitblik - 24 april 2017

Meer info over Prisma en WMO?

F U N C T I E P R O F I E L

Harrie m/v. Harrie. Harrie. Harrie. Kortom: Harrie!

Voorbeeld-reïntegratieprotocol

Budgetconsulenten / schuldhulpverleners (m/v) min. 24 en max. 32 uur per week

Bemoeizorg Parkstad. Wat is bemoeizorg? Bemoeizorg Parkstad

Wonenbij SDW. SDW ondersteunt mensen met een handicap.

1. Opstellen van een plan van aanpak 2. Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

Hoofdlijnen. van het

BZ11A. Bemoeizorg. post-hbo opleiding. Assertieve psychiatrische hulp aan zorgmijders. mensenkennis

LEERCOACH IN DE NETWERKSCHOOL. Verantwoordelijkheden

30 DAGEN FOCUS TRAINING

Uitleg Rehabilitatieplan

Kerntaak B1-K1: Voert dienstverlenende werkzaamheden uit

IrisZorg. verslavingszorg. en maatschappelijke opvang. dicht bij mensen, ver in zorg

Centrum voor Jeugd en Gezin. Bouwstenen voor de groei

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Woonbegeleider. SMO Breda e.o. Algemene kenmerken. Doel van de functie. Organisatorische positie. Resultaatgebieden

Post HBO opleiding Jobcoach/Trajectbegeleider

Profiel van daklozen in de vier grote. steden. Omz, UMC St Radboud Nijmegen. IVO, Rotterdam. Jorien van der Laan Sandra Boersma Judith Wolf

Samenwerkingscontract Tiemissen Coaching en Trainingen

Toetsingskader Wmo-toezicht Gelderland-Zuid

ACTIEPLAN VERBORGEN VROUWEN

F U N C T I E P R O F I E L

wij begeleiden van werk naar werk

&Ons Tweede Thuis VOLWASSENEN

Erkenningen voor:... (niveau) Sociaal-maatschappelijke dienstverlener (4)

CVD Aanbod Dagbesteding

Dienstverleningsbeschrijving

Clientprofielen maatwerkvoorzieningen Kempengemeenten Reusel-De Mierden, Bergeijk, Bladel en Eersel 19 mei 2014

De aanpak van Inclusief Groep werkt! Werken leer je door te werken. We brengen mensen in bedrijf

Maatschappelijke Zorg

Transcriptie:

TAAKVERDELING EN verantwoordelijkheden in activeringstrajecten Een combinatie van rollen Petra van Leeuwen-den Dekker en Anne-Marie van Bergen 2006 Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn / NIZW Inhoud Introductie 1 Verschillende rollen in een activeringstraject 1 De verhouding tussen de verschillende rollen 4 De vier belangrijkste rollen op een rij 4 Verantwoordelijkheden in het activeringstraject 4 Belangrijke houdingsaspecten en vaardigheden 5 Verwijzingen 7 Introductie In een activeringstraject zijn naast de cliënt zelf veelal meerdere personen betrokken. Hulpverleners, trajectbegeleiders, woonbegeleiders en activeerders zijn slechts enkele voorbeelden. Niet zelden heeft een cliënt voor zijn hulp- en activeringstraject contact met meer dan vijf personen. Het spreekt dan ook voor zich dat een duidelijke rolverdeling noodzakelijk is om te voorkomen dat acties langs elkaar heen gaan lopen of dat twee mensen hetzelfde doen. Deze brochure gaat over de verschillende rollen die men zoal tegen kan komen tijdens een activeringstraject. We beschrijven de meest voorkomende functies en zetten van de belangrijkste functies uiteen wat de overeenkomsten en verschillen zijn, en hoe ze zich idealiter qua taken en verantwoordelijkheden tot elkaar verhouden. Verschillende rollen in een activeringstraject De verschillende rollen die in een activeringstraject vervuld worden sluiten elkaar niet uit: één functionaris kan meerdere rollen vervullen. Taken en rollen kunnen in de praktijk door elkaar heen lopen en elkaar overlappen. Voor de duidelijkheid geven we daarom van elke rol een beknopte omschrijving.

Casemanager activering Vaak is de casemanager iemand van de Sociale dienst. De casemanager is degene die vanuit de activeringsbehoefte van de cliënt op grote lijnen alle in- en externe contacten coördineert. Hij bewaakt de voortgang van individuele trajecten en begeleidt de cliënt op afstand bij het doorlopen van de verschillende fasen. De casemanager ziet erop toe dat de wet- en regelgeving wordt nageleefd. Soms is deze functie gedelegeerd aan iemand van een reïntegratiebedrijf. De Sociale dienst doet dan alleen de (papieren) controle. Sociaal activeerder De activeerder is degene die met de cliënt een activeringstraject opzet, uitvoert, het volgt en begeleidt. Het traject is gericht op persoonlijke en/of maatschappelijke ontwikkeling of op het doorbreken van sociaal isolement. Dagbesteding staat altijd centraal. De sociaal activeerder werkt outreachend en proactief. Problemen op andere leefgebieden worden alleen meegenomen indien deze een belemmering vormen voor het activeringstraject. De activeerder bemiddelt eventueel naar ondersteunende hulp- of zorgverlening, maar voert dit bij voorkeur niet zelf uit. De coördinatie van het traject ligt in handen van de activeerder. Hij stemt zijn activiteiten af met de Sociale dienst, de deelnemer en uitvoerende organisaties. De activeerder werkt trajectmatig en is vaak activeerder casemanager activering trajectbegeleider slechts beperkt aanwezig op de werkplek van de deelnemer. Wel bewaakt hij de voortgang van het gehele traject en signaleert hij eventuele knelpunten of nieuwe behoeften. Trajectbegeleider De trajectbegeleider is degene die de totale begeleiding rondom de cliënt bewaakt en coördineert. Hij werkt planmatig, en is vaak degene die de intake houdt, een hulpverleningsplan opstelt en tussentijdse en eindgesprekken voert. Hij heeft direct contact met de cliënt, maar over het algemeen niet intensief (doorgaans wekelijks of tweewekelijks). De aandacht van de trajectbegeleider wordt verdeeld over zo n acht tot tien verschillende leefgebieden, waaronder financiën en huisvesting. Sociale activering is naast alle andere leefgebieden slechts een van zijn aandachtsgebieden. De trajectbegeleider onderhoudt de externe contacten en bewaakt het proces van de cliënt op alle leefgebieden. Samenwerking met een sociaal activeerder is nodig zodra de wens van de cliënt de reguliere dagbesteding als onderdeel van het zorgtraject overstijgt. (Woon)begeleider De (woon)begeleider staat dicht bij de dagelijkse gang van zaken rondom de cliënt. In woonvoorzieningen ondersteunt hij zo nodig cliënten bij woonvaardigheden zoals koken, huishoudelijke werkzaamheden, omgaan met geld en hygiëne. Als ambulant woonbegeleider ondersteunt hij mensen thuis. In laagdrempelige voorzieningen als dag- en nachtopvang heeft de begeleider meer beheersmatige en signalerende taken. De (woon)begeleider werkt meestal naar aanleiding van een hulpverleningsplan, dat door een trajectbegeleider is opgesteld. De woonbegeleider signaleert de behoefte van de cliënt om deel te nemen aan sociale activering en probeert de cliënt voor het traject te motiveren. werkbegeleider Rollen in een activeringstraject (woon)begeleider zorg- en hulpverlener Werkbegeleider De werkbegeleider heeft tijdens de werkactiviteiten intensief contact met de cliënt. Hij begeleidt de cliënt bij het uitvoeren van vrijwilligerswerk of andere maatschappelijk nuttige activiteiten. De manier waarop het werk moet worden uitgevoerd staat centraal in zijn begeleiding. Hij krijgt van de activeerder of trajectbegeleider door welke indi- 2

viduele aandachtspunten in de begeleiding van belang zijn. Ook signaleert hij eventuele knelpunten in het werkproces en het persoonlijk functioneren van de cliënt. Zorg- en hulpverlener De termen hulpverlener en zorgverlener worden vaak door elkaar gebruikt. In het kader van activering bedoelen we professionals die vanuit zorg- of hulpverleningsinstellingen werken. Dit kunnen professionals zijn die medische zorg aan de cliënt verlenen, zoals huisartsen, psychiaters en sociaal-psychiatrisch verpleegkundigen. Maar ook professionals die zich richten op het overwinnen of hanteerbaar maken van persoonlijke problemen op verschillende terreinen die de cliënt hinderen bij deelname aan een sociaal activeringstraject. Dagbesteding is slechts een van de leefgebieden waar de hulpverlener zich op richt. Andere leefgebieden zijn financiën, huisvesting, sociaal functioneren (inclusief contact met justitie), psychisch functioneren (inclusief verslaving en psychiatrie), zingeving, lichamelijk functioneren en praktisch functioneren. De hulp- of zorgverlener kan tegelijkertijd de rol van trajectbegeleider of woonbegeleider vervullen. Een voorbeeld uit de praktijk Op t IJ, een laagdrempelige opvang voor daklozen in Breda, werken op het gebied van activering een activeerder, een werkmeester en een activiteitenbegeleider. De sociaal activeerder heeft uitvoerende en coördinerende taken voor het project Werken aan perspectief. Als projectleider zet hij nieuwe plannen en activiteiten uit, zoals een kookproject, werken in de tuin van de voorziening en het schoonhouden van een kinderspeelplaats in de buurt. De sociaal activeerder gaat in gesprek met cliënten die graag aan de activering deel willen nemen. Hij onderzoekt hun motivatie en interesse en plaatst hen zo snel mogelijk in een activiteit. De activiteiten staan onder leiding van de werkmeester, die samen met de cliënten de activiteiten uitvoert. Hij gaat wekelijks, of zo vaak als wenselijk is, met cliënten van t IJ naar de werkplaats van de Stichting Maatschappelijke Opvang Breda in Baarle-Nassau. De cliënten werken daar onder zijn begeleiding. De sociaal activeerder en werkmeester onderhouden regelmatig contact om de voortgang van de cliënten te bespreken. Omdat sommige arbeidsgerichte activiteiten ver van de cliënten af staan, is een activiteitenbegeleider aangesteld. De activiteitenbegeleider organiseert recreatieve, hoog betrokkenheid dagbesteding werkbegeleider wonen woonbegeleider leven zorg-/hulpverlener creatieve en educatieve activiteiten, die een eerste stap naar arbeidsgerichte activiteiten kunnen zijn. Vijf dagdelen in de week wordt er een programma aangeboden. De activiteitenbegeleider probeert mensen te motiveren om zich aan te melden voor activering en verwijst naar de sociaal activeerder als mensen dat willen. laag sociaal activeerder casemanager trajectbegeleider Alle groepsleiders hebben een signalerende functie in het activeringstraject en ondersteunen de cliënt op meerdere leefgebieden. De maatschappelijk werker ondersteunt de cliënten zo nodig op het gebied van financiën en schuldhulpverlening. Maandelijks is er een gezamenlijk overleg over de cliënten. aantal leefgebieden Verschillen tussen functies: verantwoordelijkheid voor leefgebieden versus betrokkenheid bij de cliënt 3

De verhouding tussen de verschillende rollen De beschrijvingen geven op sommige punten scherp de verschillen weer, op andere blijft er een grijs gebied over taken en verantwoordelijkheden. In de praktijk worden sommige functies met elkaar gecombineerd in één uitvoerende functie, wat tot onduidelijkheden kan leiden. Een functie kan pas écht goed tot zijn recht komen als er duidelijke grenzen aan worden gesteld. De verschillen zijn in het volgende schema vereenvoudigd weergegeven. De verantwoordelijkheid voor het aantal leefgebieden is uitgezet tegen de mate van betrokkenheid of direct contact met de cliënt. De vier belangrijkste rollen op een rij In de praktijk raken de rollen van (woon)begeleider, trajectbegeleider, werkbegeleider en sociaal activeerder elkaar. Daarom zetten we in het volgende schema kort de belangrijkste kenmerken van elke rol uiteen. Hieruit worden de overeenkomsten en verschillen duidelijk. We beschrijven hier overigens een gemiddelde situatie; in de praktijk kunnen er natuurlijk nog andere eisen gelden. Verantwoordelijkheden in het activeringstraject Om goed te kunnen samenwerken, is het belangrijk om naast de eigen taken en verantwoordelijkheden ook de taken en verantwoordelijkheden in een specifiek activeringstraject met elkaar vast te stellen. De specifieke activeringstaken van elk van de vier functies zetten we hier op een rij. De woonbegeleider: signaleert de behoefte of noodzaak van de cliënt om aan sociale activering te werken; ondersteunt de cliënt bij het zoeken van een (recreatieve) dagbesteding; motiveert de cliënt(engroep) om na te denken over sociale activering; spoort de cliënt aan om deel te nemen aan sociale activering, activeert op de woonplek; Item Woonbegeleider Werkbegeleider Trajectbegeleider Sociaal activeerder Andere of gerelateerde functiebenamingen groepswerker assistentwoonbegeleider begeleider ondersteunende woonbegeleiders activerende woonbegeleiders werkmeester werkondersteuner activiteitenbegeleider ulpverlener mentor individueel begeleider persoonlijk begeleider casemanager zorgmakelaar zorgcoördinator cliëntmanager coach activeerder casemanager dagbesteding en werk trajectbegeleider arbeid of activering Opleidingsniveau Mbo-SPW, soms hbo Mbo, soms hbo Hbo-SPH/MWD, hbo+ Hbo, hbo+ Leefgebied(en) Woonsituatie, meerdere leefgebieden Werk Alle leefgebieden Dagbesteding en (vrijwilligers)werk Primaire taakstelling Cliënten begeleiden op financieel, administratief en sociaal-emotioneel gebied, opdat ze leren zelfstandig een huishouding te voeren. Cliënten praktijkgericht begeleiden en ondersteunen bij de (dagelijkse) uitvoering van hun werk en eventuele knelpunten signaleren. Met en voor cliënten een op maat gesneden samenhangend pakket van de benodigde zorg, hulp en diensten samenstellen. Met de cliënt zijn mogelijkheden en wensen voor sociale activering verhelderen, hem bemiddelen naar een geschikte werk(ervarings)plek en hem bij dit hele proces begeleiden. Doelstelling Zelfredzaamheid van cliënten verhogen en hen begeleiden naar het zo zelfstandig mogelijk voeren van een huishouding. De arbeidsmatige vaardigheden van de cliënt vergroten. De juiste zorg, hulp en diensten voor cliënten samenstellen, regelen en coördineren, om de zelfredzaamheid van de cliënt te vergroten. Eventueel in combinatie met enkele uitvoerende taken. Systematisch met de cliënt toe werken naar een optimaal niveau van sociale en maatschappelijke participatie. Activiteiten hulpvragen inventariseren woonbegeleidingsplan opstellen en uitvoeren uitleg geven en ondersteuning bieden bij werkzaamheden voortgangsgesprekken voeren assessment verzorgen trajectplan opstellen en coördineren bemiddelen in traject verloop bewaken en evalueren assessment verzorgen activeringsplan opstellen bemiddelen naar ondersteunende hulpverlening en activeringsplekken verloop bewaken en evalueren vervolgstappen initiëren Belangrijkste kenmerken van de rollen uit een activeringstraject 4

signaleert tijdens een activeringstraject eventuele knelpunten; stemt signalering af met de sociaal activeerder. De werkbegeleider: instrueert de cliënt over zijn werkzaamheden; ondersteunt en motiveert de cliënt bij zijn werkzaamheden; signaleert en rapporteert eventuele aandachtspunten in de uitvoering; signaleert en rapporteert de behoefte van de cliënt op andere leefgebieden; heeft regelmatig voortgangsoverleg met de sociaal activeerder. De trajectbegeleider: inventariseert de behoeften, problemen en wensen van de cliënt ten aanzien van alle leefgebieden, waaronder ook dagbesteding en werk; stelt in samenwerking met de cliënt en de opdrachtgever een trajectplan op waarin alle doelen en acties van de hulp- en zorgverlening staan omschreven, waaronder ook eventueel die voor dagbesteding en werk (bemiddeling naar een sociaal activeerder kan een van de eerste doelen zijn); onderhoudt contact met de casemanager van de Sociale dienst / het UWV over de randvoorwaarden en inhoud van het activeringsgedeelte, indien er geen sociaal activeerder betrokken is; coördineert de uitvoering van de gestelde doelen en acties in het trajectplan en bewaakt het hulpverleningstraject op hoofdlijnen; houdt regelmatig evaluaties om de voortgang van het trajectplan te bespreken en doelen en acties bij te stellen. Sluit het traject af met een eindevaluatie. De sociaal activeerder: inventariseert de behoeften en mogelijkheden van de cliënt ten aanzien van sociale activering; stelt in samenwerking met de cliënt en de opdrachtgever of financier (zoals de Sociale dienst) een activeringsplan op waarin de doelen en acties van sociale activering staan omschreven; verkent of voor het activeringstraject (extra) ondersteunende hulpverlening ingezet moet worden, koppelt dit terug aan de trajectbegeleider en bemiddelt bij afwezigheid van een trajectbegeleider de cliënt naar deze hulpverlening; onderhoudt contact met de casemanager van de Sociale dienst / het UWV over de randvoorwaarden en de inhoud van het activeringstraject; bemiddelt de cliënt naar zijn activeringsplek, introduceert de cliënt daar en maakt afspraken over de werkzaamheden met de werkbegeleider; coördineert de uitvoering van het activeringsplan en signaleert eventuele knelpunten of wensen op andere leefgebieden; houdt regelmatig evaluaties om de voortgang van het activeringsplan te bespreken en doelen en acties bij te stellen. Sluit het activeringstraject af met een eindevaluatie; koppelt plannen en de voortgang terug naar trajectbegeleiders en werkbegeleiders. Belangrijke houdingsaspecten en vaardigheden Sociaal activeren is een vak apart. Het is in ieder geval niet iets wat je er zomaar even bij doet. Activeren vraagt om specifieke vaardigheden van de activeerder. Deze vaardigheden komen deels overeen met algemene vaardigheden van agogisch werkers, maar verschillen op een aantal punten. We beschrijven hier een paar van de belangrijkste houdingsaspecten en vervolgens de vaardigheden van activeerders. Zie het trainingsaanbod op de website www.werkenaanperspectief.nl voor meer informatie over deskundigheidsbevordering op dit gebied. Een open houding Om een vertrouwensrelatie op te bouwen met de deelnemer neemt de activeerder een open houding aan. Een veilige omgeving bieden is een belangrijke randvoorwaarde om samen verder te werken. Daarnaast is het belangrijk om vertrouwen in het kunnen van de deelnemer uit te stralen. De deelnemer moet het gevoel krijgen dat de activeerder gelooft dat hij zijn doelen kan realiseren. Uitgaan van mogelijkheden in plaats van uitgaan van belemmeringen Kenmerkend voor de houding van de activeerder is dat hij uitgaat van mogelijkheden en niet van beperkingen. Niet de problemen staan centraal, maar de uitdagingen of kansen. Problemen worden alleen als belangrijk ervaren als ze een traject in de weg staan. Veelal schakelt de activeerder voor het oplossen van problemen op andere leefgebieden hulpverleners in. De activeerder moet ervoor waken zelf de problemen op te lossen; dit is een valkuil omdat het 5

niet tot de primaire taken van de activeerder behoort. Ieder mens wil vooruit Als basisgedachte achter sociale activering zit de opvatting dat ieder mens vooruit wil in zijn leven. Iedereen wil toe werken naar meer zelfstandigheid. Daklozen zijn vaak goed aanspreekbaar op hun gedrag, maar het daadwerkelijk uitvoeren van acties lukt niet altijd. Dit moet niet worden gezien als gebrek aan motivatie, maar als onvermogen. De activeerder laat in zijn houding zien dat hij vooruitgang in de situatie van de cliënt voorstaat. Vertrouwen Door (veel) teleurstellingen kan een activeerder zelf soms cynisch zijn over de kansen van een dakloze. Het is echter de kunst om elke keer vertrouwen in daklozen te tonen, zonder daarbij naïef te zijn. Voor daklozen is het belangrijk om kleine, veilige stappen vooruit te kunnen zetten. Tegelijkertijd moeten zij ook niet te veel beschermd worden: uitdagingen in een traject zijn belangrijk. Kleine risico s moeten genomen kunnen worden. De deelnemers kunnen zichzelf en anderen verrassen. Activeerders moeten ervoor waken om hun vooroordelen te laten meespelen in hun overwegingen. Zoeken naar realiteit Een activeerder zoekt naar mogelijkheden om de deelnemer vooruit te helpen en neemt diens wens als vertrekpunt. Het is zaak om daarbinnen op zoek te blijven gaan naar realiteit. Wensen kunnen ver buiten het bereik van de deelnemer liggen en dan moet de activeerder samen met hem op zoek gaan naar realistische alternatieven. Planmatig werken Het opzetten, coördineren, uitvoeren, bewaken en evalueren van een activeringstraject vraagt om een planmatige benadering. Een activeringstraject heeft een helder begin en eind. De activeerder moet in staat zijn om plannen op te stellen en heldere doelen te formuleren en deze vervolgens te bewaken en waar nodig bij te stellen. Coachen Coachend leidinggeven is mensen activeren; mensen zelf verantwoordelijk laten zijn en hen zelf over oplossingen laten nadenken. In verhouding tot adviseren is coachen minder vrijblijvend. De adviseur draagt zelf inhoudelijke informatie aan, terwijl de coach processturing biedt. De coach bevraagt de cliënt op zijn situatie, op zijn wensen voor de toekomst, op belemmeringen en op wat de cliënt kan ondersteunen. Coachen betekent dat de activeerder samen met de cliënt op zoek gaat naar de wensen, mogelijkheden en belemmeringen op het gebied van activering. De coach laat de cliënt op zoek gaan naar eerste stappen tot een succesvol traject. Coachen betekent in de praktijk spiegelen : werken aan meer zelfinzicht bij de cliënt. Motiverende gespreksvoering Omdat een activeringstraject veelal op weerstanden stuit, hetzij bij de deelnemer, de Sociale dienst of de werkgever, is het van groot belang dat de activeerder beschikt over motiverende vaardigheden. De activeerder zal steeds bezig zijn de deelnemer, opdrachtgever of aanbieder over te halen tot bepaald gedrag en zet daarbij specifieke gesprekstechnieken in. Confronteren Een activeringstraject is op veel fronten confronterend voor deelnemers. Daklozen kunnen geconfronteerd worden met bepaalde onvermogens, verloren gedane capaciteiten, (voor)oordelen vanuit de samenleving en tegenslagen. Soms zal de deelnemer keihard met zijn neus op de feiten gedrukt worden, maar soms zal hij zijn ogen ervoor sluiten. Het is de taak van de activeerder om de deelnemer in dit proces te ondersteunen en een veilige leeromgeving voor hem te creëren. Dit proces dient als ijkpunt voor de realiteit. Nieuwe kansen (blijven bieden) Voor deelnemers is het van belang bij een tegenslag of mislukking altijd terug te kunnen vallen op de activeerder. De activeerder moet steeds weer in staat zijn om de dakloze niet af te wijzen, en een nieuwe kans te geven. De activeerder kan de deelnemer zeker wel op zijn gedrag aanspreken, maar zonder oordeel. Van activeerders vraagt dit een lange adem, een groot uithoudingsvermogen. Een voorbeeld uit de praktijk Paul is 39 jaar en woont in een 24 uursvoorziening voor daklozen. Paul houdt van een biertje en s avonds lust hij er graag een stuk of zeven. De groepsleiders in de voorziening vinden dat Paul een alcoholprobleem heeft, maar zelf vindt Paul het wel meevallen. Paul is op zoek naar een baan en zijn trajectbegeleider Ilse voert daarover gesprekken met hem. 6

Paul gaat zelf op zoek naar vacatures en komt op een dag met het plan om buschauffeur te worden. Bij het gemeentelijk vervoersbedrijf wordt er reclame gemaakt voor de (gratis) opleiding en uitzicht op een vast contract. Paul ziet het helemaal zitten, maar Ilse vreest dat zijn alcoholprobleem hem in de weg zal staan. Ze bespreekt haar zorgen met Paul, maar hij zegt te stoppen met drinken als hij eenmaal chauffeur is. Paul slaagt voor al zijn tests en mag beginnen met de opleiding. Ilse voelt de drang om zijn werkgever in te lichten over zijn alcoholprobleem, omdat ze de verantwoordelijkheid voelt voor de passagiers. Paul geniet van de opleiding en drinkt s avonds minder. Hij houdt het nu bij drie biertjes en houdt vol te stoppen als hij aan het werk gaat. Ilse heeft daar haar twijfels over. Na enkele maanden blijkt dat Paul goed met zijn drankgebruik om blijft gaan. Ook volgt hij consequent de opleiding. Op verzoek van Paul zet Ilse een traject in naar zelfstandig wonen. Het vertrouwen in Paul is gegroeid en de begeleiders ondersteunen zijn wens naar meer zelfstandigheid. Het woontraject gaat Paul voor de wind. Hij krijgt snel een urgentie en is tevreden met de flat waar hij als eerste op reageert. Hij krijgt gedurende het eerste jaar van zelfstandig wonen tweewekelijks bezoek van een ambulant begeleider. Bijna tegelijkertijd met zijn woning, ontvangt hij zijn diploma. Hij krijgt een jaarcontract met uitzicht op een contract voor onbepaalde tijd. Paul voelt zich erg gelukkig. Hij drinkt af en toe nog een biertje, maar nooit te veel als hij de volgende dag moet werken. Verwijzingen Internet Op de website www.werkenaanperspectief.nl staan enkele instrumenten die mogelijk kunnen helpen om (lokale) taken en verantwoordelijkheden scherper in beeld te krijgen. Zo vindt u op de website: achtergrondinformatie over motiverende gespreksvoering; profiel van een werkmeester; een checklist voor periodieke uitwisseling tussen activeerder en team; een opdracht: wie doet wat? Verder lezen Talma, M., P. van Leeuwen en A. van Bergen Train-de-trainer sociale activering dak- en thuislozen. Utrecht: NIZW, 2005 Te downloaden van www.werkenaanperspectief.nl. Bronnen Dekker, A. en P. van der Aa Methodiek en beleid van sociale activering. Een individuele, vraaggerichte benadering. Den Haag: Elsevier, 2000 Schriever, B. Thuiskomen. Werkboek over woonbegeleiding in de maatschappelijke opvang. Utrecht: Expertisecentrum Maatschappelijke Zorg en Sociaal Beleid, Hogeschool van Utrecht, 2004 Sok, K. Perspectief op werk. Een methodiek voor activering en arbeidstoeleiding van cliënten in de maatschappelijke opvang. Utrecht: NIZW, 2002 In het kader van Werken aan perspectief zijn brochures gepubliceerd over verschillende onderdelen van het project. Naast Een combinatie van rollen, over de taakverdeling en verantwoordelijkheden in activeringstrajecten, zijn de volgende brochures te downloaden van www.werkenaanperspectief.nl: Een stap op de ladder. Activeringstrajecten voor daklozen Leven van uur tot uur. Daklozen als doelgroep van activeringstrajecten Zorgen dat het werkt. Randvoorwaarden voor succesvolle activering van daklozen Verandering in de praktijk. Aanwijzingen voor een stapsgewijze implementatie De brochures zijn geprint en gebundeld te bestellen bij Adrepak. NIZW-bestelnummer E103 Adrepak Postbus 45666 2504 BB Den Haag telefoon (070) 359 07 20 fax (070) 359 07 01 e-mail nizw@adrepak.nl 7