Kiezen voor een Krachtige Levensmiddelenindustrie. VerkiezingenTweede Kamer der Staten-Generaal



Vergelijkbare documenten
VERGELIJKING VERKIEZINGSPROGRAMMA S TK2012 FEDERATIE NEDERLANDSE LEVENSMIDDELEN INDUSTRIE

Het creëren van een innovatieklimaat

Topsectoren. Hoe & Waarom

Duurzame wereldvoedselvoorziening. hoe ziet dit vraagstuk eruit en in welke richting liggen de oplossingen?

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017

Samenstelling bestuur

Tweede Kamer der Staten-Generaal

GEDRAGSCODE DUURZAAMHEID NEDERLANDSE PRODUCENTEN VAN BAKKERIJGRONDSTOFFEN GEDRAGSCODE DUURZAAMHEID NEDERLANDSE PRODUCENTEN VAN BAKKERIJGRONDSTOFFEN 1

Dutch Agri Food Week

SBIR Verduurzamen voedselproductie

AGENDA VERDUURZAMING VOEDSEL

Netwerkbijeenkomst VAVI, VIGEF & NEBAFA

Verpakking en voedselverspilling

Hoe gebruiken we de Maritieme Strategie om maritieme innovatie te stimuleren?

Presentatie netwerkbijeenkomst Nebafa 2013

Topsectoren aanpak en de Nederlandse Defensie & Veiligheid gerelateerde industrie. Samen naar de top!

Food Tech Brainport...

Tuinbouwakkoord. Preambule

Kansen met duurzaam verpakken. Hester Klein Lankhorst

Duurzaamheid in de melkveehouderij Perspec7ef van de consument en retail

NL.IN.BUSINESS Mondiale uitdagingen, Nederlandse oplossingen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Topsectoren en de Samenwerkingsagenda EZ-provincies-MKB

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 19 november Betreft MVO Sector Risico Analyse

Brancheverduurzamingsplannen: Circulaire economie in de praktijk. Karen van de Stadt

Het Bedrijfslevenbeleid

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Nederland: de Maritieme Wereldtop

Duurzaamheidk. Duurzaamheidkompas meting #17 beleid ten aanzien van voedsel januari 2017

AgriFood Capital Monitor Belangrijkste feiten en cijfers

TOPSECTOR Wereldoplossingen voor werelduitdagingen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 september 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Duurzame ketenvorming in de veehouderij

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Twee jaar na de nota Duurzaam Voedsel

Inbreng VEMW Open consultatie RLi Energieadvies 2050

In het belang van sector en samenleving

Agendabrief Topsectoren 2017 Verbinden om te vernieuwen

AMBITIES HOLLAND FINTECH

Stoffen met een meervoudig gebruik

"Maatschappelijke positionering van de industrie verbeteren"

Doorbraakproject Open Geodata als grondstof voor groei en innovatie. Belemmeringen rondom Open Geodata wegnemen

Sterker, Slimmer, Schoner

Kenniscentrum Duurzaam Verpakken

BioDuurzaam - EKO. Bavo van den Idsert - Bionext

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Ontbijtbijeenkomst De Maatschappij. Hartelijk welkom

Bijeenkomst MKB Infra en Rijkswaterstaat. Guido Hagemann/Arnold Breur 7 juni 2018

Zuivelperspectief 2030: samen duurzaam en economisch gezond. Toekomstvisie van de Nederlandse Zuivel Organisatie

Dries Stoel en Marcèle van Kerkvoorde. Uw businessmodel voor de toekomst

Innovatieplatform Twente S a m e n w e r k e n a a n i n n o v a t i e

Commissie industrie, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, onderzoek en energie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maatschappij, Markt en Meerwaarde. Paul Jansen, Director Public Affairs Agri VION Food group

Duurzaamheid: speerpunt voor industrie en onderwijs

Doorbraakproject Open Geodata als grondstof voor groei en innovatie. Belemmeringen rondom Open Geodata wegnemen

Regionale voedselketens. Koen Nouws Keij 3 juni 2014

Deelconvenant consument en vrije tijd

Samenvatting. economy.

AMBITIE NUTRIËNTEN 2018

Samen sterker in het buitenland met de overheid als partner

Servië: wereldspeler in frambozenproductie. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken

STARTDOCUMENT. 1. De kracht van samenwerking. 2. Waarom een NWP

Samen sterker in het buitenland met de overheid als partner

ENERGIEAKKOORD. Gevolgen, verplichtingen en kansen THOMAS KOKSHOORN

Beknopte stijlgids, oktober Provincie Noord-Brabant

Energieakkoord voor duurzame groei. 6 september 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Concurrentiekracht van de Nederlandse ondernemer

Brancheverduurzamingsplannen: Circulaire economie in de praktijk. Hester Klein Lankhorst

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: Waar komt het vandaan?

Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland. Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis

Verspilling: De houdbaarheidsdatum nabij

Waardeketen Verantwoord en sociaal jaarverslag 2016

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Onszelf vernieuwen om onszelf te blijven. De economische route voor de regio Stedendriehoek

Gids voor werknemers. Rexel, Building the future together

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 maart 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Innovatieagenda Melkveehouderij

Kansen voor groei. Nederland aan kop in luchten ruimtevaart

Voedselveiligheid binnen een duurzame voedselketen. feedback workshops. Doelstelling symposium

Opinievergaring jongeren Innovatie & Commercialisering

Disruptie in de Voedselketen. Rabobank Banking for Food

levensmiddelenindustrie uitklap

Motie Ondersteuning Standaardisatie Uitvoeringsprocessen. voor BALV 17 november 2014

2 1 OKT. 20U /43/A.7, EZP Otten J.A. (050) n.v.t.

Verbinden van wetenschap en samenleving. NWO-strategie

Subsidiekansen.. SLIMME FINANCIERING VAN INNOVATIES. Wim Kan zei ooit: Subsidie is kunstmest. Maar hoeveel kunstmest is er nog?

Jan Willem Straatsma Samen klantwaarde realiseren met kwaliteit en duurzaamheid in onze keten

Made in Holland Nu en in de toekomst

CIRCULAIRE POLITIEK ERIC SMALING SP TWEEDE KAMER

Manifest Circulair Onderwijs

Etikettering anno nationaal en beleidsmatig perspectief- VMT Food law event 21 juni 2018

Productschap Tuinbouw kennisknooppunt platform overheid op maat van de tuinbouw

Duurzame Dierlijke Agroketens

Manifest Task Force Duurzame Palmolie

Naar een gezonder voedselaanbod

Conclusies rapporten organiserend vermogen en snel groeiende bedrijven in Gelderland

Samen werken aan goed openbaar bestuur

Transcriptie:

Kiezen voor een Krachtige Levensmiddelenindustrie VerkiezingenTweede Kamer der Staten-Generaal

Voorwoord Op woensdag 12 september gaat de Nederlandse kiezer naar de stembus. In een tijd van sociaaleconomische onzekerheid, opkomend protectionisme en groeiende twijfel over het belang van Europa, maakt de kiezer een belangrijke keuze. Maar ook na de verkiezingen van 12 september zullen er belangrijke keuzes worden gemaakt door de Tweede Kamer en het nieuwe kabinet. Als vertegenwoordiger van de grootste maakindustrie van Nederland onderstreept de FNLI een aantal belangrijke thema s. Uitdagingen staan centraal, zoals verduurzaming van de productie van levensmiddelen, regeldruk, overgewicht, voeding & gezondheid, schaarste aan grondstoffen en de concurrentie uit opkomende economieën. Wij zijn vastbesloten de kansen die deze uitdagingen bieden aan te pakken en onze maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. De FNLI roept een nieuw kabinet op expliciet aandacht te besteden aan het creëren van gunstige randvoorwaarden voor een concurrerende, innovatieve, duurzame, internationale en vooral krachtige levensmiddelenindustrie. De maatregelen van het nieuwe Kabinet hebben wij in dit manifest opgenomen. Dit verkiezingsmanifest bouwt voort op ons rapport De Stille Kracht: Route voorwaarts voor de Nederlandse Levensmiddelenindustrie en sluit volledig aan bij het Topsectorenbeleid. Wij kiezen voor een Krachtige Levensmiddelenindustrie! Philip den Ouden Directeur FNLI

Over de FNLI De Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie is dé koepelorganisatie van bedrijven en brancheorganisaties in de Nederlandse Levensmiddelenindustrie (food en non-food) en is de spreekbuis voor handelspartners, NGO s, overheid, politiek en media. De FNLI behartigt de overkoepelende belangen van de industrie en bevordert een goede verhouding tussen de Nederlandse levensmiddelenindustrie en de Haagse politiek, de Europese koepelorganisatie (FoodDrinkEurope) en de instellingen van de EU. De levensmiddelenindustrie is de stille kracht van de Nederlandse industrie. Het is de grootste binnenlandse industriesector, zowel in omzet ( 55 miljard) als in toegevoegde waarde ( 9 miljard) en biedt werkgelegenheid aan meer dan 100.000 mensen. De achterban is zeer divers en bestaat enerzijds uit bekende levensmiddelenbedrijven van Nederlandse bodem (denk aan Unilever, FrieslandCampina, Heineken, Douwe Egberts, Vion en Cosun), maar ook grote buitenlandse ondernemingen die op de Nederlandse markt actief zijn en anderzijds uit een veelheid aan MKB- en MKBplus-ondernemingen.

Thema s 1. Concurrentiekracht 2. Innovatiekracht 3. Duurzame kracht 4. Ketenkracht 5. De kracht van voeding 6. Internationale kracht

1.Concurrentie kracht Concurrentiekracht Uitgangspunten: De Nederlandse levensmiddelenindustrie is een drijvende kracht binnen de Nederlandse maakindustrie en economie. Binnen de Europese Unie staat de Nederlandse levensmiddelenindustrie qua omzet en toegevoegde waarde op een zesde plaats. Om deze krachtige positie te behouden is het van belang om continu onze koers te evalueren en indien nodig te herzien. De overheid creëert optimale randvoorwaarden voor versterking van de industrie. Zo kan Nederland met de ons omringende landen blijven concurreren door een hogere groei in omzet en vooral in toegevoegde waarde te realiseren. Er blijft een integraal industriebeleid bestaan, waarin aandacht bestaat voor handel, infrastructuur, voeding & gezondheid, duurzaamheid, innovatie, onderwijs en vestigingsklimaat, gericht op de sterkte sectoren waaronder de Agri&Food sector. De overheid zorgt voor een houdbaar beleid over meerdere kabinetsperiodes.

Een krachtige concurrentiepositie wordt gesteund door: 1) Een aantrekkelijke positionering van Nederland als vestigingsland voor levensmiddelenproducenten; 2) Continuïteit van overheidsbeleid over meerdere kabinetsperiodes, met een vaste inzet van middelen voor innovatie, voor onderzoek en voor het opstarten van veelbelovende nieuwe initiatieven. Ook is er sprake van continuïteit in het topsectorenbeleid; 3) Een hoogopgeleide, flexibele beroepsbevolking met voldoende technisch opgeleide mensen; 4) Implementatie van Europese regelgeving zonder nationale koppen; 5) Een Europees level-playing-field, waarbij sprake is van een maximale harmonisatie op het gebied van levensmiddelenwetgeving;

6) Beperkte regeldruk, voorrang voor zelfregulering: initiatief van het bedrijfsleven en privaatpublieke samenwerking (PPS) waar mogelijk; 7) Heldere, consistente en op wetenschappelijke analyse gebaseerde milieu- en verduurzamingsnormen, waarin ruimte bestaat voor flexibiliteit en regionale specificatie; 8) Een laag BTW-tarief van 6% op voedingsmiddelen; 9) Geen discriminerende belastingen. Indien de overheid inkomsten wil verhogen door het belasten van consumentenproducten, dan worden alle voedingsmiddelen gelijk belast; 10) Volle kracht vooruit in de uitvoering van de Topsectoragenda Agri&Food!

2.Innovatie kracht Innovatiekracht: Uitgangspunten: De Nederlandse levensmiddelenindustrie streeft naar een leidende positie in de wereld op het gebied van innovatie. Om dit te bereiken worden de beschikbare middelen efficiënter ingezet en wordt de R&D-intensiteit met 50% verhoogd tussen nu en 2025. Het overheidsbeleid op het gebied van innovatieprogramma's krijgt een structureel, slagvaardig en op de lange termijn gericht karakter. De continuïteit van innovatieprogramma's staat voorop de lengte van een kabinetsperiode mag geen beperkende factor zijn. De effectiviteit van programma's wordt verhoogd door het grote aantal initiatieven te bundelen. De levensmiddelenindustrie is op het gebied van innovatie actief op verschillende fronten. De industrie is actief binnen het Top Institute Food & Nutrition en steunt het Top Kennis Instituut Agri&Food. Ook neemt de industrie deel aan vele privaatpublieke samenwerkingsprojecten voor onderzoek en innovatie.

De leidende innovatiekracht is mogelijk door: 1) Versterking van de zogenaamde gouden driehoek, onder de regie van het TKI (Top KennisInstituut) Agri & Food; 2) Kennis- en innovatieontwikkeling op basis van de langjarige strategische onderzoeks- en innovatieagenda, opgesteld binnen de Topsector; 3) Meer middelen voor het innovatiebeleid; 4) Gerichte stimuleringsmaatregelen voor innovatieactiviteiten bij het MKB en MKBplus in het kader van het Topsectorenbeleid; 4) De Human Capital Agenda als integraal onderdeel van het innovatiebeleid. Dit wordt gekoppeld aan investeringen die de belangstelling voor opleidingen in de technologie en betawetenschappen vergroten.

3.Duurzame kracht Duurzame kracht Uitgangspunten: De Nederlandse levensmiddelenindustrie zet zich in voor continue verduurzaming. Door middel van procesoptimalisatie, innovatie en samenwerking met overheden, ketenpartners en maatschappelijke organisaties werkt ze toe naar een Europese koploperspositie in verduurzaming in 2015. De overheid stelt minimumnormen vast, implementeert ze en scherpt ze stapsgewijs aan, zonder daarmee de ruimte voor het bedrijfsleven om op eigen kracht te verduurzamen te beperken. Waar de overheid stuurt op verduurzaming, dient zij te sturen op doelstellingen. Het is aan bedrijven en maatschappelijke stakeholders te bepalen welke middelen hiertoe het meest geschikt, effectief, en kostenefficiënt zijn.

De duurzame kracht wordt versterkt door: 1) Zelfregulering op het gebied van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO), grondstofverduurzaming en ketentransparantie. De doelstellingen die de ketenpartners gesteld hebben binnen o.a. het Initiatief Duurzame Handel (IDH) en de Taskforce Duurzame Palmolie worden stapsgewijs bereikt. De overheid stelt geen beperkingen aan import en legt geen rigide normen voor ketenbeheer op die geen recht doen aan de complexiteit van internationale handel; 2) Een faciliterende rol voor de Nederlandse overheid bij IMVO door middel van economische diplomatie, ontwikkelingssamenwerking, informatievoorziening en het stimuleren van transparantie (bijv. de Transparantiebenchmark en het SER IMVO-project); 3) De uitvoering van de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-2022 tussen het ministerie van I&M en het verpakkende bedrijfsleven, voor ambitieuze verduurzaming van verpakkingsmaterialen, meer innovatie en het behalen hogere recyclingdoelstellingen van verpakkingen; het bedrijfsleven financiert de inzameling en het hergebruik van verpakkingsafval en werkt aan recycling ketens die zichzelf financieren;

4) De pluriformiteit van het verduurzamingsproces en het stimuleren van een grote verscheidenheid aan verduurzamingsmogelijkheden met een eigen invulling door de keten, in het kader van het Topsectorenbeleid; 5) Fact-based, objectieve en genuanceerde informatie voor burger en consument over verduurzaming. Dit soort informatie wordt niet gevangen in een algemeen productlogo. Het door de overheid ondersteunde www.duurzamereten.nl is het centrale platform voor consumenteninformatie; 6) Een helder en consistent Europees milieubeleid met ruimte voor regionale invulling. De Nederlandse levensmiddelenindustrie behaalt in samenwerking met de overheid de bovenwettelijke doelstellingen voor energie-efficiënte en klimaatbeheersing (MJA/MEE, Schoon en Zuinig).

4.Ketenkracht Ketenkracht Uitgangspunten: De FNLI werkt nauw samen met ketenpartners op het gebied van duurzaamheid, voeding & gezondheid, voedselveiligheid, ketenefficiëntie, logistiek, kennis & innovatie en communicatie met consument en maatschappij. De FNLI zet zich in voor een goede balans in de keten. Een waardevermeerderende en evenwichtige relatie tussen de primaire sector, de verwerkende industrie en de afnemers (supermarkten) is hierbij belangrijk. Ook betrokkenheid van maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen is cruciaal. Deze samenwerking geeft vertrouwen, biedt inspiratie, vergroot kennis en creëert momentum. De resultaten van onder andere het Platform Verduurzaming Voedsel en de convenanten met betrekking tot dierenwelzijn, biologische productie en energie-efficiëntie, tonen aan dat ketensamenwerking werkt. In het Topsectorenbeleid verdient ketensamenwerking dan ook een centrale plaats.

Een krachtige keten functioneert goed door : 1) Actieve samenwerking tussen alle ketenpartners, voor een effectieve en economische verantwoorde transformatie naar de verduurzaming van de agri-food keten; de overheid faciliteert deze samenwerking; 2) Een gedragscode voor ketenpartners ten behoeve van het tegengaan van Oneerlijke Handelspraktijken. Overtredingen van deze code kunnen anoniem worden gemeld en de overtreding wordt gesanctioneerd; 3) De omzetting in wetgeving van de EU richtlijn betalingsachterstand bij handelstransacties waarbij de norm van een betaaltermijn van 30 dagen is vastgelegd. Er worden maatregelen voorbereid om voor producten met een zeer korte houdbaarheid (vlees, vleeswaren, groente, fruit en verse zuivel) een betaaltermijn te hanteren die niet langer is dan de houdbaarheid van het product;

4) De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) beschikt over voldoende middelen om haar rol als betrouwbare autoriteit voor een gelijk speelveld effectief uit te voeren. De NVWA is in staat om notoire overtreders aan de pakken. Voldoende relevante kennis en expertise is geborgd doordat de organisatie na 2011 niet verder is gekort op haar begroting; 5) Het toepassen van risico-inschattingen door de NVWA: bedrijven die gedurende aan aantal jaren geen majeure overtredingen kenden, worden onder verminderd toezicht geplaatst. De NVWA legt de focus op het aanpakken van notoire overtreders; 6) Het niet-uitvoeren van de voorgenomen aanpassing van de Gezondheidswet betreffende openbaarmaking van individuele controlegegevens door de NVWA.

5.Kracht van voeding De kracht van voeding Uitgangspunten: De levensmiddelenindustrie helpt de consument een gezondere keuze te maken. De industrie ontwikkelt hiertoe producten die bijdragen aan een gezonder voedingspatroon en tegelijkertijd inspelen op consumentenbehoeften als gemak, genieten en betaalbaarheid. De levensmiddelenindustrie streeft naar internationale harmonisatie van uniforme en transparante productinformatie over voeding en gezondheid. De levensmiddelenindustrie doet er alles aan om maximale veiligheid van voedingsmiddelen te borgen. De FNLI is in dit kader voorstander van de inzet van zelfregulering als voornaamste instrument.

Om de kracht van goede voeding in een gezond leefpatroon te versterken: 1) Wordt het Convenant Gezond Gewicht actief gesteund door de overheid en worden meer middelen ingezet om het initiatief JOGG (Jongeren op Gezond Gewicht) in zoveel mogelijk gemeenten van Nederland te vestigen waardoor overgewicht onder jongeren vermindert. JOGG wordt mede door het bedrijfsleven zowel op nationaal, als op lokaal niveau mogelijk gemaakt; 2) Leidt zelfregulering voor reclame voor voedingsmiddelen gericht op kinderen tot een zeer sterke beperking van deze reclame. Zelfregulering houdt in: verbod op reclame: 0-7 jaar; Terughoudendheid in reclame: 7-12 jaar; 3) Heeft de levensmiddelenindustrie substantiële stappen gezet op het gebied van zoutreductie in voedingsmiddelen en gaat hier de komende jaren mee door. Wettelijke normering is derhalve niet nodig, ook omdat deze te complex en te generiek voor effectief beleid is gebleken; 4) Werken producenten en retailers in het Platform Productsamenstelling samen aan verdere reductie van portiegrootte, energiedichtheid en verandering van vetzuursamenstelling in voedingsmiddelen. Zij bouwen hiermee voort op resultaten geboekt op het gebied van vet, zout en transvet in de afgelopen 10 jaar. Er vindt geen overheidsregulering plaats.

6.Internationale kracht Internationale kracht Uitgangspunten: Export is cruciaal voor de Nederlandse levensmiddelenindustrie. De exportwaarde ligt rond de 30 miljard euro per jaar. Hiermee hoort deze industrietak tot de grootste exporteurs van ons land. Het overgrote deel hiervan, ca 85%, wordt naar Europa geëxporteerd. Met afstand de grootste afzetmarkt is Duitsland. Het is van levensbelang voor de toekomst van de levensmiddelenindustrie dat enerzijds het grote marktaandeel binnen Europa behouden blijft,dan wel wordt uitgebouwd. Anderzijds moet Nederland meer kansen benutten op groeimarkten in opkomende en ontwikkelingslanden.

De krachtige internationale positie wordt uitgebouwd door: 1) Borging van een continue grondstofzekerheid; 2) Beleid dat de gemeenschappelijke Europese markt verder versterkt en een sterke gemeenschappelijke munt handhaaft; 3) Een Nederlandse ondernemersklimaat dat sterk concurrerend is met andere EU-landen; 4) De sterke punten van de Nederlandse levensmiddelenindustrie in het buitenland actief uit te dragen: veilig en efficiënt, innovatief en voorloper in verduurzaming; 5) De opzet van een Netherlands Agri Business Support Office (NABSO) in de vijf grootste EUexportmarkten, naar voorbeeld van het huidige Zuid-Duitsland project.

Volle kracht vooruit! Voor meer informatie over dit manifest kunt u contact opnemen met Margot Feith, Public Affairs FNLI via mfeith@fnli.nl of met het FNLI secretariaat op 070-3365150.