Inhoud 1. Paarden 2. Paardachtigen 3. Over merries en hengsten 4. De bouw van een paard 5. Leeftijd en tanden 6. Van wild paard naar huisdier

Vergelijkbare documenten
Inhoud blz. 1. Honden 2. Van wolf naar hond 3. Rassen 4. Rashonden 5. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s Colofon en voorwaarden

inhoud 1. Groeien 2. In de buik 3. De baby 4. De peuter 5, De kleuter 6. Het schoolkind 7. De puber 8. Volwassen 9. Bejaard 10. Filmpje Pluskaarten

inhoud blz. 1. Huisdieren 3 2. De hond 5 3. De kat 6 4. De witte muis 7 5. De goudvis 8 6. Het konijn 9 7. De cavia De tamme rat 11 9.

Inhoud 1. Allemaal botten 2. Stevig 3. Licht 4. Beschermen 5. Bewegen 6. Grote botten, kleine botten 7. In het gips 8. Dieren 9. Filmpje Pluskaarten

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

inhoud 1. Vuur in de natuur 2. Mens en vuur 3. De mens maakt vuur 4. Licht en warmte 5. Vuur en eten 6. Werken met vuur 7.

inhoud 1. Overal sterren 2. Wat is een ster? 3. Het leven van een ster 4. Een ster dichtbij 5. De zon 6. Sterren en kleuren 7.

inhoud blz. 1. Een wereld vol letters 2. Letters 3. Plaatjes lezen 4. Het pictogram 5. Van plaatje naar teken 6. Letters en klanken

Inhoud blz. 1. Op reis 2. De trekschuit 3. De postkoets 4. De stoomtrein 5. De auto 6. Het vliegtuig 7. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s

inhoud 1. De ijsbeer 2. Hier woon ik 3. Mijn jas is warm 4. Mijn voeten 5. Jagen 6. In het hol 7. Erop uit 8. Bedreigd 9. Berenweetjes 10.

inhoud blz. 1. Een wereld vol cijfers 2. Een bot met streepjes 3. Tellen 4. Turven 5. Oude getallen 6. Onze cijfers 7. Tellen in drie talen

inhoud 1. Voeten en poten 2. De olifant 3. De vlieg 4. De uil 5. De sprinkhaan 6. De giraf 7. De struisvogel 8. De gekko 9.

Het museum museum mu

inhoud blz. 1. Wielen 2. Draaien maar! 3. De boomstam 4. Rollen maar! 5. Van rollen naar rijden 6. Lichter, beter, sterker 7.

inhoud blz. Dieren in groepen 1. Insecten: de zwerm of kolonie 2. Vogels: de vlucht 3. Vissen: de school 4. Zoogdieren: de kudde 5.

inhoud 1. Ontdek 2. Insecten 3. Een hart klopt 4. Het spoor 5. De magneet 6. Zie ik dat wel goed 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

inhoud blz. 1. Eten 3 2. De maaltijd 4 3. Het bestek 5 4. Planten en dieren 6 5. Uit eten 8 6. Eten in andere landen Dat lust ik niet

inhoud blz. 1. Borst of fles 2. Zogen 3. De boer en zijn dieren 4. De fabriek 5. Slagroom, boter en karnemelk 6. Kaas 7. Meer zuivel 8.

inhoud blz. 1. Roofdieren 2. De leeuw 3. De tijger 4. De luipaard 5. De wolf 6. De ijsbeer 7. De bruine beer 8. Filmpjes Pluskaarten

inhoud 1. Kunst! Wat is dat? 2. Het schilderij 3. Het beeld 4. Het verhaal 5. De dans 6. Het gebouw 7. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s

inhoud 1. Oren 2. De vleermuis 3. De olifant 4. De uil 5. De dolfijn 6. De postduif 7. De tijgermot 8. De kat 9. De hond 10. Filmpjes Pluskaarten

inhoud 1. Inleiding 3 2. Schimmel 4 3. De paddenstoel 5 4. Uit het leven van een paddenstoel 7 5. Soorten paddenstoelen 6.

inhoud blz 1. Buideldieren 3 2. Kangoeroes 6 3. De wombat 8 4. De koala 9 5. De opossum De numbat De suikereekhoorn 12 8.

inhoud blz. 1. Water is niet gewoon 2. Water, ijs en wolken 3. Een kring 4. Drinken 5. Water in de zee 6. Olie en water 7. Vuil water wordt schoon

Raar, maar waar! Natuur Na

inh oud 1. Inleiding 3 2. Kijken en zien 4 3. Proefjes 4. Hoogte, breedte en diepte 5. Gefopt door licht en donker 6. Gefopt door schuine lijnen

inhoud Het konijn 1. Bos en duin 2. Het hol 3. Keutels 4. Gevaar 5. Een huisdier 6. Rassen 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

inhoud 1. Dieren op reis 2. Waarom dieren reizen 3. Op zoek naar eten 4. Op zoek naar een broedplek 5. Weg uit de kou 6. Filmpje Pluskaarten Bronnen

inhoud 1. Mijn fiets 2. De delen van een fiets 3. De loopfiets 4. Trappen maar! 5. Hoog op een wiel 6. De ketting 7. De damesfiets 8.

inhoud blz. De computer 3 1. Wat is een computer De delen van een computer 5 3. Hoe werkt een computer? 8 4. Van groot naar klein 12 5.

Inhoud 1. De zee is groot 2. Zonder zee geen leven 3. Golven 4. De zee is zout 5. De zee en rivieren 6. De kleur van de zee

inhoud blz. Helikopters 3 1. De geboorte van de helikopter 4 2. De delen van de helikopter 6 3. In de cockpit 7 4. De rotor 8 5.

inhoud blz. 1. Au! Dat prikt! 3 2. Stekels 4 3. Nacht 5 4. Op zoek naar eten 6 5, Egel, pas op! 7 6. Mensen 8 7. Het nest van de egel 9 8.

inhoud 1. Textiel? Wat is dat? 2. Weven met papier 3. Stoffen van textiel 4. Wol 5, Zijde 6. Katoen 7. Linnen 8. Filmpje Pluskaarten

1. De maan 3 2. Volle maan 4 3. Een maand 6 4. De maan trekt 8 5. Een reis naar de maan 9 6. Op de maan Maanweetjes 11 8.

inhoud 1. Slangen 2. Een reptiel 3. Maten 4. Waar? 5. Ruiken 6. Gif 7. Wurgen 8. Hap, slik! 9. Een nieuwe jas 10. Weetjes 11. Filmpje Pluskaarten

inhoud Zee, strand en duin 1. Zand 2. Zon en wind 3. Het duin 4. Dieren in het duin 5. Eb en vloed 6. De jutter 7. Schelpen 8.

inhoud blz. 1. Prikken en steken 2. De bij 3. De brandenetel 4. De mug 5. De kwal 6. De pieterman 7. De rode mier 8.

inhoud blz. De zeppelin 1. Graaf von Zeppelin 2. Hoe vliegt een zeppelin? 3. Zeppelin of blimp 4. De ramp met de Hindenburg 5. Filmpjes Pluskaarten

inhoud blz. Kou 1. Het weer 2. Rillen van de kou 3. Kleren 4. Koelkast en vriezer 5. Koude kleuren 6. Noordpool en Zuidpool 7.

Inhoud 1. Het gebit 2. De eerste tanden 3. Wisselen 4. Een nieuw gebit 5. Zorg voor je gebit 6. De tandarts 7. Een gaatje 8. Zoet 9.

inhoud blz. Vleugels 3 1. Zweven 4 2. Vleugels om te zwemmen 5 3. De boemerang 6 4. Vogels op de grond 7 5. Het geheim van vliegen 8 6.

inhoud 1. Bloemen 2. Planten 3. Wat is een bloem? 4. Binnen in de bloem 5. De bloem krijgt bezoek 6. Van stamper naar vrucht

inhoud blz. 1. Haar 2. Met of zonder haar 3. Haar beschermt 4. Voelen met haar 5. Praten met haar 6. Mens en haar 7. Wenkbrauwen en wimpers

inhoud blz. Overal gereedschap 3 1. De timmerman 4 2. De schilder 5 3. De tandarts 6 4. De kok 7 5. De schoonmaker 8 6. De leerling 9 7.

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten

inhoud 1. De mier 2. De teek 3. De regenworm 4. De pissebed 5. De hoofdluis 6. De vlieg 7. De mug 8. De vlo 9. Filmpje Pluskaarten Colofon

inhoud 1. Mmmmm lekker zoet 2. Waar komt suiker vandaan? 3. Suiker vind je overal 4. Nog meer suiker 5. Te veel suiker 6. Hoe word je te dik?

Paarden zijn hoefdieren: dieren met hoeven aan hun voeten. Een hoef is een hele dikke nagel die de poot beschermt.

inhoud 1. Kom jij uit een ei? 2. Dieren uit een ei. 3. Vogels 4. Vissen 5. Insecten 6. Spinnen 7. Reptielen 8. Kikkers en padden 9.

Griezelboek. groep 3 en 4

inhoud 1. In de lucht 3 2. Ik zweef 4 3. Een sigaar in de lucht 5 4. Brand! 6 5. In de luchtballon 7 6. Landen op water 8 7. Op reis 9 8.

inh oud 1. Dieren in de winter 2. De egel 3. De vleermuis 4. De eekhoorn 5. De merel 6. De ree 7. De pad 8. Het lieveheersbeestje 9.

inhoud blz. 1. Drijven of zinken? 2. Lucht is licht 3. De duikboot 4. De zwemles 5. Zout en zoet water 6. Olie en water 7.

inhoud De oude eik 1. In het park 2. De delen van de eik 3. Herfst 4. Dieren helpen de eik. 5. Winter 6. Lente 7. Rupsen 8.

RUITERVERENIGING ROZENBURG BEST FRIENDS FOREVER

inhoud 1. Lekker 3 2. Bij de boer 3 3. Tarwe malen 4. Bij de bakker 7 5. Bruin of wit 5. Allemaal broden 6. Filmpje 7. Pluskaarten Colofon 15

inhoud Neuzen 1. Je neus 2. Groot is mooi 3. Wroeten 4. Grijpneus 5. Speurneus 6. Onder water 7. Zoem, zoem, ik ruik je 8. Ruiken met je tong

inhoud 1. Torens 3 2. De kerktoren 4 3. Het kasteel 5 4. Nog meer torens 6 5. Beroemde torens 9 Pluskaarten 12 Bronnen 13 Colofon en voorwaarden 14

inhoud 1. Allemaal de kiebels 2. De bult 3. Kiebels in mijn haar 4. De kwal 5. De brandnetel 6. Huisdieren 7. Vlooien 8. Hooikoorts 9.

inhoud 1. Staarten 2. Weg vlieg! 3. Evenwicht. 4. Een fopstaart 5. Hoe vind je mijn staart? 6. Een extra arm 7. Een praatstaart 8.

1. Bijen 3 2. Drie soorten bijen 4 3. Op zoek naar eten 5 4. Wonen 7 5. De imker 9 6. Honing Was Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen en

De mens begon paarden te temmen rond 3000 voor Christus, en werden op grote schaal gebruikt voor diverse werkzaamheden.

inhoud 1. Vogels op reis 3 2. Vogeltrek 4 3. Zomervogels 4. Wintergasten 5. Standvogels 6. Deeltrekkers 7. Op reis

inhoud 1. Inleiding 3 2. Wat is een maan? 4 3. Het ontstaan van de maan 4. De maan en de maanden 5. Kijken naar de maan 6. Landing op de maan

inhoud blz. Inleiding 3 1. De farao 4 2. De dood van de farao 5 3. Bewaard als mummie 6 4. Het graf 7 5. Groter en groter 8 6. De vorm 9 7.

1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8.

inhoud blz. Lucht 1. Lucht is leven 2. Adem 3. Vieze lucht 4. Warme lucht 5. Wind: lucht beweegt 6. Lucht is sterk 7. Boeren en winden 8.

inhoud Airbus A De eerste vlucht 2. Samenwerken 3. Het vervoer 4. Aan boord 5. De motoren 6. Maten 7. Luchthavens 8. Airbusweetjes 9.

inhoud blz. 1. Donker 3 2. Dikke jas 4 3. Het vriest 5 4. Sneeuw 6 5, Dieren in de winter 8 6. Bomen Winterkost Beweeg 12 9.

Waarom? 3 1. Waarom heeft een zebra witte en zwarte strepen? 4 2. Waarom worden bladeren in de herfst geel en oranje? 5 3. Waarom hebben leeuwen

Zintuigen. zien ruiken. horen. voelen. proeven

inhoud blz. 1. Zoet 2. Honing 3. Suiker 4. Zoet water 5. Smaak en proeven 6. Zoet en tanden 7. Wie zoet is. 8. Snoep 9. Filmpjes Pluskaarten

inhoud blz. Inleiding 1. Met je mond vol tanden 2. Giftanden 3. Tanden als scheermesjes 4. Knaagtanden 5. Het paard 6.

inhoud 1. Herten 2. Herten over de wereld 3. Hertenweetjes 4. Herten in Nederland 5. Nog meer herten 6. Filmpje Bronnen en foto s

Extra: Waarom hebben mensen paarden

In houd 1. Inleiding 2. De luchthaven 3. De vertrekhal 4. De douane 5. De wachtkamer 6. De bagage 7. Eten en drinken 8. De brandstof 9.

Rekenen Groep 7-2e helft schooljaar.

inhoud 1. De merel 2. Waar is mijn eten? 3. De tuin 4. Vogels helpen 5, Wat eten vogels? 6. Vogels in de tuin 7. Een goede plek 8.

Brunelleschi. De Dom van Florence

Geen fabriekswerk. Roeien met de wind mee en de stroom tegen. Jac Willekens

inhoud 1. Kastelen 2. Castellum 3. Het kasteel 4. Soorten kastelen 5. De delen van een kasteel

inhoud Deze buurt is niet meer wat het geweest is,

inh oud Huid en haar 1. De huid in lagen 2. Nieuwe huid 3. De huid in kleurtjes 4. Voelen met je huid 5. Zweet 6. Haartjes en kippenvel 7.

inh oud Mars 1. Ons zonnestelsel 2. De rode planeet 3. Mars en de aarde 4. Leven op Mars? 5. Mars en fantasie 6. Een kijkje op Mars 7.

Rekenen Groep 6-2e helft schooljaar.

Paard. Kids for Animals Paarden spreekbeurt. Paarden kennis. Opvoeding

inhoud 1. Inleiding 3 2. Geschiedenis 4 3. Kunstijs 9 4. Schaatssport Filmpjes 13 Bronnen en foto s 14 Colofon en voorwaarden 15

inhoud blz. Olifanten 1. Afrikaanse olifant 2. Aziatische olifant 3. De kudde 4. De slurf 5. De slagtanden 6. De huid 7. Oren 8. De poten en voeten

Rekenen Groep 6-1e helft schooljaar.

1. Draken 3 2. Draken in verhalen 4 3. Draken in Europa 5 4. Drakenbloed 6 5. Draken in Azië 7 6. Beroemde drakenverhalen 9 7. Filmpje 13 Pluskaarten

Antwoorden Rekenen Groep 5-1e helft schooljaar

Rekenen Groep 4-1e helft schooljaar.

inhoud blz. Inleiding 1. Twee hoofdsoorten 2. Echo 3. Huid en vleugels 4. Jonge vleermuizen 5. Vleermuizen in Nederland

Rekenen Groep 4-2e helft schooljaar.

Rekenen Groep 4-2e helft schooljaar.

inhoud Vliegers 1. De geboorte van de vlieger 2. De geluksvlieger 3. Vechten met vliegers 4. Vliegerfeesten 5. Vliegers en vliegtuigen

Er werd goed naar de maan gekeken. vragen: kromp tot nieuwe maan. chocolade

inhoud 1. Slapen 2. Wat is slapen? 3. Waarom slaap je? 4. Slaapschuld 5. De biologische klok 6. Ochtend en avondmensen 7.

Transcriptie:

Paarden

Inhoud 1. Paarden 3 2. Paardachtigen 4 3. Over merries en hengsten 5 4. De bouw van een paard 6 5. Leeftijd en tanden 7 6. Van wild paard naar huisdier 8 7. De gang van een paard 9 8. De bereden politie 10 9. Paardensport 11 10. Beroemde paarden 12 11. Spreekwoorden 13 12. Filmpje 14 Pluskaarten 15 Bronnen 17 Colofon en voorwaarden 18

1. Paarden Paarden zijn al heel lang de trouwe viervoeters van mensen. Duizenden jaren hebben ze de mens geholpen het werk gemakkelijker te maken. In dit boek krijg je antwoord op de volgende vragen: Wie zijn er allemaal familie van het paard? Wat zijn een enter, twenter en een ruin? Wat zijn de lichaamsdelen van een paard? Wat hebben de tanden met de leeftijd van een paard te maken? Hoe werd het wilde paard een huisdier? Wat is de gang van een paard? Wat wordt bedoeld met de bereden politie? Welke sporten worden met een paard beoefend? Wat zijn beroemde paarden in verhalen?

2. Paardachtigen Het paard hoort bij de familie van de paardachtigen (1). Bij de paardachtigen horen ook de zebra, de ezel en de halfezel. Deze hele familie heeft de volgende kenmerken: Het zijn hoefdieren. Ze hadden vroeger één teen die uitgegroeid is tot een hoef (2). Ze leven in kuddes (3). Ze zijn herbivoor. Dat betekent dat planteneters (4) zijn die vooral gras-sen eten. Van de paardachtigen worden paarden en ezels al duizenden jaren als last en trekdier gebruikt door mensen. 1 2 4 3

3. Over merries en hengsten Mannetjespaarden worden hengsten (1) en de vrouwtjes worden merries (2) genoemd. Een jong paard tot één jaar noemen we een veulen (3). Als het veulen tussen de één en twee jaar is dan noemen we het jonge paard een jaarling of een enter (4). Als het paard tussen de twee en drie jaar oud is dan noem je het een twenter (5). De meeste hengsten zijn wild en moeilijk te berijden. Om ze rustig te maken worden ze geopereerd. De teelballen wordt weggehaald. Ze kunnen nu geen vader meer worden van een veulen. De hengst is nu een ruin (1)geworden. Een pony is een klein paardenras. 4 1 3 2 5 7 6

4. De bouw van een paard Paarden kunnen heel verschillend gebouwd zijn. Een springpaard (1) ziet er anders uit dan een renpaard (2) of een trekpaard (3). Welke delen zitten er aan het lichaam van het paard? Paardenliefhebbers hebben het nooit over een kop en poten. Ze hebben het over een hoofd en benen. de maantop de borst de manen de schoft de rug de lendenen de knie de schouder de flank de kogel de hoef 1 2 3

5. Leeftijd en tanden Paarden kunnen 25 tot 30 jaar oud worden. Op paardenmarkten zie je sommige paardenhandelaren die een paard willen kopen de bek van het paard open doen. Ze kijken dan naar het gebit van het paard (1). Aan de slijtage van de tanden en kiezen (2) kunnen ze schatten hoe oud het paard ongeveer is. Daar komt het spreekwoord: Je mag een gegeven paard niet in de bek kijken (3) van-daan. Het betekent wanneer je iets cadeau krijgt, het onbeleefd is om het cadeau te onderzoeken of het wel helemaal in orde is. 1 1 jaar 5 jaar 10 jaar 20 jaar 2 3

6. Van wild paard naar huisdier Paarden hebben vroeger in het wild in grote kuddes geleefd. Ongeveer 4000 jaar geleden begonnen de mensen paarden als huisdieren te houden net zoals dat gebeurde bij koeien, geiten, schapen en honden. Eerst jaagden mensen op wilde paarden. Ze aten het vlees. Waarschijnlijk hebben jagers ooit volwassen paarden gedood en de veulens gevangen. Toen die veulens volwassen waren geworden konden ze met deze dieren gaan fokken. Zo raakten de veulens steeds meer gewend aan mensen. Paarden leefden in kuddes met een leidster. Dat was een volwassen merrie. De gevangen paarden zagen mensen als een kudde met een leider. De mens ontdekte de kracht en snelheid van het paard. Paarden werden gebruikt als rijdier (1), lastdier (2) of trekdier (3). Vroeger speelden paarden ook een belangrijke rol bij het voeren van oorlogen (4). 1 2 3 4

7. De gang van een paard Paarden kunnen zich op verschillende manieren voortbewegen. Dat noem je een gang. Als je naar een voorbijkomend paard luistert hoef je alleen maar te tellen. De vier belangrijkste gangen zijn: Stap (1): je hoort vier hoefslagen. Het paard wandelt. Draf (2): de benen links-voor en rechtsachter, rechts-voor en links-achter worden tegelijk opgetild en neergezet. Je hoort twee hoefslagen. Galop (3): Je hoort drie hoefslagen en een korte pauze. Rengalop (4): Dit lijkt op de gallop, maar elk been wordt apart opgetild. Er is een zweefmoment (5), waarbij het paard vrij van de grond komt. Als je op de volgende link klikt, kun je drie filmpjes zien met een paard in stap, draf en galop: filmpje 1 2 3 4 5

8. De bereden politie Na de uitvinding van de stoommachine en nog later de benzinemotor werden paarden steeds minder gebruikt. De machines doen nu het zware werk voor mensen. Het paard verdwijnt zo langzaam uit de straten en van de akkers. In Nederland worden soms in grote steden nog paarden gebruikt door de politie. Dat noem je de bereden politie. De paarden worden gebruikt op plaatsen waar veel mensen samen komen. Bijvoorbeeld bij voetbalwedstrijden en soms bij rellen. Met hun paarden zorgt de politie dat mensen aan de kant gaan. Dat doe je vanzelf als je zo n groot paard op je af ziet komen.

9. Paardensport Paarden worden dan niet meer vaak gebruikt om te werken, maar je kunt heel goed met paarden sporten. Bij de rensport (1) strijden ruiters samen met hun paard tegen andere paarden. Wie is het snelst? Bij de dressuur (2) gaat het om de gehoorzaamheid van het paard. Het is bijna gymnastiek voor een paard. De paarden leren mooi ritmisch op muziek te bewegen. Bij de drafsport (3) wordt het paard niet bereden door een ruiter. Het paard trekt een sulky (spreekt uit sulkie) waarop de pikeur zit. Hij ment het paard en houdt een race tegen andere paarden met pikeurs. Bij een springconcours (4) leggen ruiter en paard een parcours af met allerlei hindernissen. Het gaat om de snelste tijd en de minste fouten. Bij het polo (5) wordt een soort hockey met paarden gespeeld. 1 2 3 4 5

10. Beroemde paarden Het paard van Troje De Grieken hadden al enkele malen geprobeerd de ommuurde stad Troje te veroveren. Dan bedenken de Grieken een slim plan. Ze bouwen een groot houten paard en verstoppen er soldaten in. Ze zetten het paard voor de poort van Troje. Het Griekse leger trekt zich terug. De inwoners zijn ontzettend nieuwsgierig naar het paard en halen het s nachts de stad binnen. De soldaten in het paard openen later de poorten voor het Griekse leger. Zo valt de stad Troje in handen van de Grieken.. Sleipnir Sleipnir is de achtbenige hengst van de Noorse god Odin. In onze streken heette deze god Wodan. De naam woensdag is naar die god genoemd. Het paard Sleipnir was het snelste en sterkste paard dat er bestond. Toen Sleipnir vanuit de hemel de eerste stap op aarde zette, zou op die plek het land IJsland ontstaan zijn.

11. Spreekwoorden Over het paard getild zijn Als iemand heel erg verwend is, zeg je dat hij over het paard getild is. Je prijst iemand zo veel dat hij er later eigenwijs en verwaand van wordt. Je denkt iemand te helpen door hem te prijzen, maar het brengt juist schade. Dit spreekwoord komt uit de riddertijd. Ridders konden met een zwaar harnas niet alleen op hun paard komen. Ze kregen dus hulp. Maar die hulp kon ook verkeerd aflopen. Zo kon de ridder door die hulp over het paard getild worden. Hij viel er dan aan de andere kant af. Een wit voetje halen Een wit voetje halen betekent dat je door flink te slijmen iets voor elkaar wilt krijgen bij iemand. Dit is een paardenspreekwoord van heel vroeger. Paarden die vier witte voeten hadden, waren vroeger bijzondere paarden. Zo bijzonder dat ze gratis met de veerboot de rivier over mochten. Maar ja, wat als je paard maar drie witte voeten had, zoals het paard op de foto? Sommige mensen maakten dan stiekem die poot wit met meel of verf. Zo hadden ze dus een wit voetje gehaald.

12. Filmpje Het Klokhuis Politiepaard Bekijk het filmpje

Bronnen nl.wikipedia.org/wiki/paard_(dier) nl.wikipedia.org/wiki/paardachtigen www.paarden.nl/ en.wikipedia.org/wiki/horse

Colofon en voorwaarden Dit is een uitgave van E-duboek Website: www.eduboek.nl Copyright Age Cnossen 2015 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Ondanks alle aan de samenstelling van dit e-boek bestede zorg kan noch de auteur, noch de uitgever aansprakelijkheid aanvaarden voor schade die het gevolg is van enige fout in deze uitgave.