2015-2016. Stageverslag 10 mavo en 10 havo (PTA LOB) Inleveren bij je mentor ter beoordeling. Decaan mavo: Roos van Goudoever. Eindverantwoordelijke:

Vergelijkbare documenten
Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

Verslag snuffelstage week St. Aloysiuscollege. 12 t/m 16 oktober Naam: Klas 3:

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

stageboekje STAGE sector economie administratief 3 e klas Handel en Administratie Naam: Klas: (administratief)

maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...

Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2

LESBRIEF BIJ STAGE LOPEN

Sectorwerkstuk. Theoretische Leerweg. Klas 4 TL/M

Werkboek LINTSTAGE NAAM: KLAS:

PRESENTATIE BEROEPENSTAGE

STAGE LOGBOEK 3MAVO Naam: Klas:

STAGEBOEKJE 2016 / 2017

STAGEBOEK CONTACTPERSONEN SCHOOL GEGEVENS LEERLING. Van der Meij College

STAGE sector economiedetailhandel/bedrijven/instellingen. Stageboekje detailhandel/bedrijven/instellingen 3 E KLAS HA/MC. Sector economie.

Beroepenwerkstuk 3 MAVO

Handboek maatschappelijke stage MAATSCHAPPELIJKE STAGES, BEST TE DOEN!

STAGEBOEKJE ZEVENDAAGSE SNUFFELSTAGE In de periode van:

Snuffelstage leerjaar 2

PRESENTATIE BEROEPENSTAGE MVI

Naam:. Woonplaats: Telefoon: Naam organisatie: Plaats: . Functie:. Telefoonnummer:...

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

STAGEBOEKJE NEGENDAAGSE SNUFFELSTAGE

STAGEBOEK MaS+ Samenwerking tussen leerlingen van Pleincollege Nuenen en van Novaliscollege Eindhoven. Klas :

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

Voorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal.

STAGEBOEKJE VIERDAAGSE SNUFFELSTAGE

Stagebedrijf: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Leerroute: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Naam: Klik hier als u tekst wilt invoeren.

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Maatschappelijke Stage

SECTORWERKSTUK

Maatschappelijke stage op het Trias 1. Verschil tussen maatschappelijke stage en beroepsoriënterende stage 2. Tips voor ouders 3

STAGEBOEKJE VIJFDAAGSE SNUFFELSTAGE

Maatschappelijke Stages

LOB. Stagewerkboek Loopbaan oriëntatie en-begeleiding(lob) Wie kan mij daarbij helpen? Wat kan ik? Hoe kan ik dat doen? Waar kan ik dat doen?

Nieuwsbrief decanaat 10 mavo nr. 1, sept. 2015

maandag 11 mei inleveren!

STAGEBOEKJE DRIEDAAGSE SNUFFELSTAGE

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

2. Hoe moet je dit experimentele stagewerkboek gebruiken?

Het houden van een spreekbeurt

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Opbouw sollicitatiegesprek

Sectorwerkstuk

WERKEN IN DE ZORG EN WELZIJN

Sectorwerkstuk

Jouw toekomst. Havo 5

Inkijkexemplaar. Dit deel gaat over de opdrachten tijdens de stage.

STAGEBOEK 2014 VAN AFDELING..

Bedrijvendag. 20 januari Scholieren in Bedrijf. Inleiding

1. Portfolio van de leerling

MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Handleiding Sollicitatiebrief

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie

Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

Maatschappelijke Stages Hoogezand-Sappemeer

maatschappij.nl

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT LFG 1

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

BPV Styling Design 1e jaars

Stagepaspoort. Voor de leerlingen van de 4e klas van het Trivium College Trivium College locatie Trias

Presenteren. Oriëntatie

MAATSCHAPPELIJKESTAGE

1. Portfolio van de leerling 1

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Regio Alblasserwaard/Vijfheerenlanden

Stageboek Ilex college

OPDRACHTEN 1a ALH LFG 1 - Handleiding document

8a. Wat en hoe? Het stappenplan, tips en ideeën

Wat goed dat je geïnteresseerd bent in de stage '' Leer ze 'n Lesje "voor jouw MaS bij Amnesty International!

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

STAGEBOEK CONTACTPERSONEN SCHOOL GEGEVENS LEERLING. Van der Meij College

Beroepenwerkstuk 3 havo / 3 vwo

STAGEBOEK BEROEPSGERICHT D&P LEERJAAR 3 SAENREDAM COLLEGE

MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Handleiding maatschappelijke stage

Oefenen 1 punt verdienen Onderwerpen van de presentaties

MAATSCHAPPELIJKE STAGES, BEST TE DOEN!

WERKEN IN DE ZORG EN WELZIJN

Stageverslag bedrijfsoriëntatie

Sectoren. Inhoud. 1. Het sectorwerkstuk. Stappenplan, tips en ideeën Sectorwerkstuk

Vakgebonden Vakoverschrijdend Over welk(e) vak(ken) gaat het?... Doel: eerder formatief eerder summatief Formuleer uw doelen:...

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT LFG 2

Stageboek Ilex college

S T A G E W E R K B O E K

Kwalificatie Eerste Fietstechnicus. Proeve 7: Pr- en marketingbeleid. Opdracht deelnemer

RSC PROFIELWERKSTUK 2015 / 2016 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

Sollicitatiebrief. De 10 Stappen. Op zoek naar werk? Wij maken jou sterk!

VERVANGTAAK LICHAMELIJKE OPVOEDING VOOR LANGDURIG GEBLESSEERDEN

Stageboek GL

Criteria. De beroepencarrousel

Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding. 2 VMBO, HAVO en VWO. Mijn beroep. Dit is de werkmap van :.. Klas :..

NU en LATER PROFIELWERKSTUK KLAS 4 NAAM: klas:4_

Deel 2. Gevolgd onderwijs pag onderwijs op dit moment pag. 10

Hoofdstuk 4 - oefening 20 Extra Schrijfoefeningen

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Stichtse Vrije School

LINT STAGEBOEK VAN ZORG EN WELZIJN

Transcriptie:

2015-2016 Stageverslag 10 mavo en 10 havo (PTA LOB) Inleveren bij je mentor ter beoordeling Eindverantwoordelijke: Decaan mavo: Roos van Goudoever

Inhoudsopgave Stages Het zoeken van een stageplaats Stappenplan Tijdens je stage Doel van de stage Stageprogramma Voorbereiding en afsluiting Waar moet je op letten Afmelden / verzuim Problemen Bezoek De verslaglegging Opdrachten 1. Logboek 2. Sectoropdrachten 3. Verplichte opdrachten 4. Keuzeopdrachten Beoordelingsformulier werkgever Beoordelingslijst Tips voor de presentatie

STAGES IN DE 10 E KLAS Het sectorwerkstuk Naast het volgen van de lessen is er dit jaar een stage. Voor 10 mavo geldt: Je gaat werken op een plek waar je kennis kunt opdoen over jouw toekomstige beroep. Voor 10 havo geldt: Je gaat op zorgstage. Je krijgt een stageboek mee met allerlei opdrachten die je tijdens de stage moet doen. Na en tijdens de stage schrijf je het stageverslag en je houdt een presentatie op school van wat jij op de stage hebt meegemaakt/geleerd. De stage zelf, het verslag én de presentatie worden beoordeeld en je hebt dan het verplichte sectorwerkstuk gemaakt. Om te slagen moet dit werkstuk minimaal voldoende zijn. Het stageboek is een aparte brochure die je kort vóór de stage ontvangt. Het sectorwerkstuk moet een uitwerking zijn van een thema dat past bij een van je gekozen vakken (nask, biologie, economie of geschiedenis). Een van de opdrachten in je stageboekje sluit daarom hierbij aan. Na de presentatie lever je je stageverslag bij je mentor in. STAGE Stage lopen is leuk, spannend en leerzaam. Je werkt in een bedrijf of instelling waar je veel zult meemaken. De mensen in het bedrijf verwachten dat jij goed je best doet en meehelpt, maar dat mag jij ook van hen verwachten. Je werkgever en collega s zullen je opdrachten geven en dingen uitleggen. Zij zullen je helpen als dit nodig is. Tijdens de stage zal je mentor, tevens stagebegeleider, contact opnemen met het bedrijf of de instelling waar je stage loopt. Soms wordt de stageplaats ook bezocht door de mentor.

HET ZOEKEN VAN EEN STAGEPLAATS In deze stage is het belangrijk dat je een stageplaats bij een bedrijf zoekt dat jij zelf interessant vindt. Je hebt veel keuzevrijheid. Er is heel veel mogelijk. Denk bijvoorbeeld aan werken bij een ontwerpbureau, een fysiotherapeut, een smid, een peuterspeelzaal, een kinderdagverblijf, meubelstofeerder, bloemist, cateringbedrijf, (biologische) boerderij. Het is belangrijk dat je een bedrijf vindt, waar genoeg werk te doen is, want je steekt veel meer op als je echt aan de slag bent. Als je een bedrijf of instelling op het oog hebt, bel je op, mail je of spreek je de mensen persoonlijk aan. Het is belangrijk dat je een goede indruk maakt. Stel je voor met voor- en achternaam; Vertel dat je op het Parcival College zit en dat je een stageplaats zoekt. Leg het volgende uit: o Je zoekt een stageplaats voor twee weken. o Vertel waarom je graag bij dit bedrijf stage zou willen lopen. o Het doel van de stage is: ervaren hoe het is om in een bedrijf of instelling te werken en om uit te zoeken of een opleiding in deze richting voor jou de juiste is. Stel je enthousiast en geïnteresseerd op. Het kan gebeuren dat je niet wordt aangenomen. Dat kan veel verschillende redenen hebben en meestal ligt het niet aan jou. Laat je dus niet ontmoedigen en probeer een nieuw adres. Wanneer blijkt dat je stage kunt lopen, vul je het formulier stageovereenkomst in. (Te downloaden via de site.) Je levert het je zo snel mogelijk in bij je decaan. Het stappenplan samengevat: 1. Denk na over wat voor stage je zou willen lopen. 2. Maak een lijstje van mogelijke bedrijven of instellingen. 3. Benader je eerste keuze 4. Je wordt afgewezen probeer je volgende keuze Je wordt aangenomen vul het formulier stageovereenkomst in. 5. Laat je ouders en je werkgever de stageovereenkomst invullen en ondertekenen. 6. Lever de ondertekende stageovereenkomst zo snel mogelijk bij je mentor in. Als je mentor een handtekening heeft gezet, is de stage geregeld.

TIJDENS JE STAGE Het doel van de stage Ervaren hoe het is om in een bedrijf of instelling te werken. Wat je op school hebt geleerd toepassen in de praktijk. Leren samenwerken met collega s. Uitzoeken of deze richting bij jou past. Het stageprogramma Het uitvoeren van door de werkgever opgegeven werkzaamheden. Je werkt acht uur per dag. Je werkt zoveel mogelijk volgens de werktijden van het bedrijf. Het verwerken van de ervaring die je hebt opgedaan. Je schrijft iedere dag na je werk het dagverslag van die dag en maakt de opdrachten. Voorbereiding en afsluiting Tijdens klassenuren voorafgaand aan je stage wordt de stage voorbereid. Na je stage bereid je je stagepresentatie voor. Deze stagepresentatie vindt plaats op een avond, op school. Waar moet je op letten? Je zorgt ervoor dat je jezelf aanpast aan de cultuur van het bedrijf of de instelling waar je werkt. Dat betekent: - Zorg dat je op tijd bent. - Zorg dat je gepast gedraagt. - Zorg dat je goed uitgerust bent. - Zorg dat je er verzorgd uitziet, draag kleding die past bij het bedrijf. Afmelden / verzuim Als je, om welke reden dan ook, niet naar je werk kunt, moet je je vóór 9 uur afmelden bij je werkgever en bij school. Bel eerst je werkgever en dan de school.

Problemen Als er tijdens je stage problemen zijn neem dan direct contact op met je mentor of je decaan. De verslaglegging Het stageverslag bestaat uit drie onderdelen: 1. Het logboek, waarin per dag beschreven staat wat je werkzaamheden en ervaringen waren. In je logboek noteer je per dag wat je gedaan hebt (werkzaamheden), wat goed ging en wat tegenviel. 2. Een aantal verplichte opdrachten. Een aantal van deze opdrachten moet je uitvoeren voor aanvang van de stage, een aantal tijdens de stage en een aantal na de stage. Lees ze dus van tevoren goed door, zodat je niet voor onaangename verrassingen komt te staan. 3. Een aantal keuzeopdrachten. Kijk goed of de opdrachten van je keuze tijdens of na je stage uitgevoerd moet worden. Het is de bedoeling dat je van dit stageverslag een werkstuk maakt, waarin jouw ervaringen tijdens de stage zijn opgetekend, maar waarin ook jouw identiteit tot uitdrukking komt. Maak er een heel EIGEN document van! Het verslag wordt beoordeeld op volledigheid, verzorging en eigenheid. Na de stage presenteer je je ervaringen tijdens de stagepresentatie. Daar word je beoordeeld op presentatie, duidelijkheid, volledigheid en eigenheid.

OPDRACHTEN 1. LOGBOEK Beschrijf van ELKE dag van je stage wat je werkzaamheden waren, wat goed ging en wat minder goed ging, wat je meegevallen is, wat tegengevallen is en wat je hebt geleerd. Daarnaast maak je opmerkingen over iets wat jou die dag extra opviel of wat belangrijk was. Zet bij elk dagverslag de datum.

2. Sectoropdrachten Kies uit de volgende opdrachten de opdracht die aansluit bij één vak uit jouw vakkenpakket. Zet dit vak duidelijk boven de uitwerking van deze opdracht in jouw stageverslag. Beantwoord de vragen door onderzoek te doen in jouw stagebedrijf. Doe dat door met mensen te praten, vragen te stellen of door ander informatiemateriaal (site, folders en dergelijke) te raadplegen. Geschiedenis: Onderzoek de geschiedenis van het bedrijf of de instelling waar jij stage loopt. Doe dat door de volgende vragen te beantwoorden: 1. Wanneer is het bedrijf/ de instelling gestart of ontstaan? (Noem het jaartal.) 2. Wie waren er bij de oprichting betrokken? 3. Is het tekenend geweest voor het bedrijf of de instelling dat het in die tijd opgericht is? 4. Heeft het in de loop der tijd naamsverandering of een grote organisatorische verandering ondergaan? Welke? 5. Is het bedrijf/ de instelling in de loop van de jaren gegroeid of gekrompen? Waardoor kwam dat en hoe is er mee omgegaan? 6. Wie stonden er in het begin aan het hoofd? Is dat nog steeds zo? Hoe is het nu? 7. Welke plannen voor de toekomst heeft de bedrijfsvoering met het bedrijf? Nask: Onderzoek de natuur- en scheikundige kant van het bedrijf of de instelling waarin jij stage loopt. Doe dat door de volgende vragen te beantwoorden: 1. Welk product of materiaal wordt er in het bedrijf vervaardigd of gebruikt? 2. Worden in het bedrijf met verschillende stoffen gewerkt en moeten hier veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen. Zo ja, wat zijn deze maatregelen? 3. Hoe wordt er gebruik gemaakt van de verschillende stofeigenschappen binnen het bedrijf? Denk hierbij aan dichtheid, duurzaamheid. 4. Hoe vindt de afvalverwerking plaats binnen het bedrijf? 5. Hoe gaan ze met hun elektriciteitsverbruik om? Vraag of je het elektriciteitsverbruik mag meten en verbind hieraan conclusies over het verbruik. Onderzoek ook het verschil tussen verbruik voor verwarming en elektriciteitsverbruik. 6. Beschrijf het productieproces van stof uit de natuur tot product. 7. Houdt het bedrijf zich bezig met duurzaamheid? Op welke manier?

Biologie: Onderzoek welke rol bacteriën en schimmels spelen in het bedrijf. Zij spelen een belangrijke rol bij de hygiënische omstandigheden van het bedrijf of de instelling, maar ook bij de voeding of catering van het bedrijf of de instelling. Bacteriën en schimmels; handig of lastig zijn namelijk overal. Kies juit de onderstaande opdrachten uit de opdrachten Hygiëne of Voedsel. Hygiëne: 1. Onderzoek waarom bacteriën en schimmels in het bedrijf/ de instelling lastig zijn. 2. Welke maatregelen worden er genomen om de lastige bacteriën en schimmels te bestrijden? 3. Welke schoonmaak- of ontsmettingsmiddelen worden er gebruikt in de instelling? 4. Zoek uit welke van de gebruikte schoonmaakmiddelen schadelijk zijn voor het milieu (chemische schoonmaakmiddelen) en welke niet schadelijk voor het milieu (milieuvriendelijke). 5. Op welke manier werkt het schoonmaakmiddel tegen de lastige bacteriën en/of schimmels? 6. Is er een protocol waarin wordt beschreven hoe men in het bedrijf moet omgaan met hygiëne (ontsmetting)? 7. Welke mogelijke gevaren van ziektes (lastige bacteriën- of schimmelverspreiding) zijn er in het bedrijf/de instelling? 8. Onderzoek of je verbeterpunten kunt vinden om binnen het bedrijf/de instelling de hygiënische omstandigheden te optimaliseren. (vb. zeep in de toiletten/ affiches regelmatig handen wassen ). 9. Zijn er chemische schoonmaakmiddelen binnen het bedrijf/de instelling die kunnen worden vervangen door milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen? Voedsel: 1. Onderzoek of er voedingsmiddelen worden verkocht of geproduceerd in het bedrijf/ de instelling. 2. Op welke manieren wordt dit voedsel geconserveerd (beschermd tegen lastige bacteriën en schimmels, )? 3. Zijn er voedingsmiddelen met daarin bacteriën en schimmels die handig zijn voor het product? 4. Is er een protocol om ervoor te zorgen dat het voedsel veilig (niet aangetast door lastige bacteriën of schimmels) wordt aangeboden? 5. Controleer of er binnen het bedrijf/de instelling aan de volgende criteria in de voorkom een voedselinfectie-kaart (protocol) hiernaast wordt voldaan. 6. Onderzoek a.d.h.v. de criteria in de voorkom een voedselinfectiekaart, of je verbeterpunten kunt vinden om binnen het bedrijf/de instelling veilig eten te garanderen.

http://www.voedingscentrum.nl/nl/mijn-boodschappen/veilig-eten/vijf-keer-veilig/veilig-etenkaart.aspx Economie: Onderzoek de economische kant van het bedrijf of de instelling waarin jij stage loopt. Doe dat door de volgende vragen te beantwoorden: 1. Wat doet het bedrijf aan marketing en wat is de doelgroep? 2. Beantwoord de 4 P's: Product, Plaats, Prijs, Promotie. 3. Voeg een afbeelding van het logo toe. Beantwoord daarbij de volgende vragen: Wat betekent dit logo? Waar wordt het toegepast binnen het bedrijf en daarbuiten (waar kom je het zoal tegen)? Waarom is voor dit logo gekozen? 4. Is er sprake van een commercieel bedrijf of van een niet-commerciële instelling? Waaruit blijkt dat? 5. Komt het bedrijf in aanraking met goederen of diensten die schaars zijn of dreigen te worden? Hoe wordt daarmee omgegaan? 6. Op welke manier wordt er omgegaan met conjuncturele veranderingen? Wat merkt men daarvan in het bedrijf?

3. VERPLICHTE OPDRACHTEN: VERPLICHTE OPDRACHTEN VOOR AANVANG VAN DE STAGE 1. Vertel aan hand van de volgende stellingen wat je verwacht van je stage. Doe dit in een lopend verhaal. Stelling Tijdens mijn stage krijg ik veel afwisselend werk. Ik moet de hele dag hard werken. Ik ga leuke mensen leren kennen. Ik zal veel nieuwe dingen leren. Ik zal school heel erg missen. Het is niet erg als ik een keer te laat kom. Je mag overal eten en drinken zo vaak je maar wilt. Ik mag zelf bedenken wat ik in het bedrijf kan doen. Ik krijg vast een stagevergoeding. Wanneer ik iets verkeerd doe laat ik het niet merken. De mensen in het bedrijf hebben veel tijd voor mij. Als het me leuk lijkt om een bepaald klusje te doen, vraag ik hier om. De stagebegeleider blijft de hele dag bij mij in de buurt. Als ik iets niet weet of begrijp vraag ik hulp. Ik werk iedere dag even aan mijn logboek. Binnen mijn stageplaats wordt gewerkt in speciale kleding. 2. Schrijf op welke werktijden je afgesproken hebt en wat je over je werkzaamheden afgesproken hebt. 3. Schrijf op waarom je voor dit bedrijf / deze instelling hebt gekozen. 4. Waar kijk je naar uit en waar zie je eventueel tegenop? VERPLICHTE OPDRACHTEN TIJDENS DE STAGE 5. Opbouw en organisatie van het stagebedrijf: beschrijf het stagebedrijf aan de hand van de volgende aandachtspunten: Naam instelling / bedrijf Hoeveel mensen werken er? Adres Welk product maakt het bedrijf of wat voor dienst biedt het aan?

Wat voor soort klanten of gasten komen er naar het bedrijf Wat voor soort werk doen de werknemers? Zijn er verschillende afdelingen binnen de instelling en zo ja welke? In welk gedeelte van de instelling ga jij werken? Welke soorten of typen beroepen zijn er werkzaam? (Voorbeeld: Op een school heb je vaak: directeur, afdelingshoofden of coördinatoren, leraren, klassenassistenten, schoonmakers, vrijwilligers, stagiaires) Over het gebouw en de (werk)ruimtes: Welke soorten ruimtes zijn er op de afdeling te onderscheiden? Welke hulpmiddelen (bij een school bijv. schoolbord) zijn er aanwezig in de werkruimtes om het dagelijkse werk te verrichten? 6. Maak foto s van jouw stageplaats. Laat door een ander ook een foto nemen waarop jij zelf te zien bent. Je kunt deze foto s laten zien tijdens de presentatie. 7. Interviewopdracht. Neem een interview af met een van de werknemers van je stagebedrijf. Laat in het verslag van het interview de volgende zaken naar voren komen. (Schrijf dit in lopende zinnen op, dus niet puntsgewijs.) naam; korte beschrijving van de werkzaamheden die hij/zij in een week verricht; welke vooropleiding deze werknemer heeft; wat hij/zij interessant vindt aan het werk; wat hem/haar moeite kost; wat hij/zij vooral tijdens de opleiding heeft geleerd; wat hij/zij vooral tijdens het werk heeft geleerd. 8. Onderzoeksvraag. Beschrijf wat je in deze stage te weten wilt komen: Tot welke branche behoort jouw bedrijf? (Een branche is een benaming voor alle bedrijven samen die actief zijn in een bepaalde categorie producten of diensten. Voorbeelden van branches: bouw, onderwijs, zorg, horeca.) Wat doet deze branche eigenlijk? Wat vind jij interessant aan deze branche? Wat zou jij graag te weten willen komen over deze branche? Formuleer je onderzoeksvraag. Hoe ga je dit onderzoeken?

VERPLICHTE OPDRACHTEN NA DE STAGE 9. Geef bij elke vraag antwoord in algemene zin en ondersteun elk antwoord met een voorbeeld uit de stagepraktijk. Kun jij goed samenwerken? Neem je initiatieven? Hoe? (Of waarom niet?) Durf je ideeën uit te spreken? Hoe? (Of waarom niet?) Heb je doorzettingsvermogen? Kun je zelfstandig werken? Wat zijn je kwaliteiten? Hoe kun jij jouw kwaliteiten aan bod laten komen tijdens je stage? 10. In welke mate heeft deze stage je meer inzicht gegeven in de richting van jouw toekomst (werk of opleiding)? 11. Maak deze opdracht NA dat je de evaluatie van je stagebegeleider hebt gelezen. Geef antwoord op de volgende vragen: Wat heeft de stagebegeleider vooral in jou gewaardeerd? Waarvan vindt de stagebegeleider dat je het nog moet leren? Waarmee ben je het eens? Waarmee ben je het eventueel oneens? Wat heeft jou verrast in het beeld dat de begeleider van jou heeft?

4. KEUZEOPDRACHTEN Kies uit de onderstaande opdrachten eerst A of B. Kies daarna twee opdrachten uit opdracht C tot en met F. A. Dit is een opdracht voor leerlingen die stage lopen in een instelling. De doelgroep. Beschrijf de werkzaamheden van het personeel. Welke dagindeling bestaat er voor doelgroep en medewerkers? Neem één uur uit een dag die typerend is voor wat er in de instelling gebeurt en beschrijf de handelingen van personeel en doelgroep. Je gaat extra letten op het gedrag van de doelgroep. Geef een beschrijving van twee of drie opvallende gebeurtenissen (voorvallen) die typerend zijn voor deze doelgroep. Je gaat ook kijken naar de werkwijze van het personeel. De doelgroep wordt op een bepaalde manier en volgens min of meer vaste methodes benaderd in het werk. Beschrijf deze. Geef een beschrijving van die aanpak. Je kunt daarbij denken aan individueel of meer collectief, losjes of heel gestructureerd, zelfstandigheid van de doelgroep, hulpmiddelen, sfeer, humor, aandacht, creativiteit en meer. B. Dit is een opdracht bestemd voor leerlingen die stage lopen in een bedrijf. Productie en verkoop. Geef een algemene beschrijving van het bedrijf (soort producten, bewerking in het bedrijf, toelevering of inkoop, afzet, grootte/omzet, en dergelijke). Beschrijf de werkzaamheden van het personeel. Welke dagindeling bestaat er voor de medewerkers? Welke werkzaamheden of handelingen worden er verricht door het personeel vanaf het beginpunt (wat er binnenkomt) tot het eindproduct (wat naar buiten gaat)? Geef de logistieke volgorde van begin tot eind. Je gaat speciaal letten op één beroep/persoon en zijn/haar werkzaamheden. Kies iemand uit waarvan je de werkzaamheden interessant vindt. Geef een overzicht van de werkzaamheden die deze persoon in één week verricht. Wanneer er meerdere producten worden gemaakt of verhandeld kies je er één uit en beschrijft het. Je noteert tevens de kwaliteitseisen die er door het bedrijf aan gegeven zijn en je geeft een idee van het soort klanten waarvoor dit product bedoeld is. Kies twee opdrachten uit C tot en met G. C. Ontwerp een (ander) logo voor de instelling of het bedrijf. Houd daarbij rekening met de uitstraling die je stagebedrijf wat jou betreft moet hebben.

D. Verplaats je in de directeur van het bedrijf en beschrijf 3 zaken die volgens jou anders zouden moeten worden geregeld. E. Beschrijf het leukste moment uit je stage. En: Beschrijf het lastigste moment uit je stage. F. Je hebt jezelf een doel gesteld in de onderzoeksvraag. In welke mate (+ en -) is de vraag beantwoord met deze stage? G. Bij sommige bedrijven en instellingen wordt gewerkt in bedrijfskleding of een uniform. Als jij jouw stagebedrijf daarvoor geschikt vindt, ontwerp en teken dan de kleding die volgens jou gedragen zou moeten worden. Schrijf erbij waarom je voor bedrijfskleding kiest en waarom deze eruit ziet zoals in jouw ontwerp (denk aan: model, draagbaarheid, herkenbaarheid, kleur, etc.)

Beoordelingsformulier voor de werkgever Naam leerling:.. Naam bedrijf: Naam beoordelaar: Datum:.. Kunt u over de volgende punten uw mening geven voorzien van een korte toelichting? Hoe is de werkhouding van de stagiaire? Hoe is de motivatie van de stagiaire? Toont de stagiaire initiatief? Toont de stagiaire doorzettingsvermogen?

Kan de stagiaire zelfstandig werken? Hoe is de omgang met collega s? Eventuele opmerkingen Datum: Naam: Handtekening:

Beoordeling in te vullen door mentor/stagecoördinator Op tijd inleveren van: in orde niet in orde Stageformulier 0 0 Stageverslag 0 0 Dagverslagen: Compleet 0 0 Volledig uitgewerkt 0 0 Opdrachten: Compleet 0 0 Volledig uitgewerkt 0 0 Stageverslag algemeen: Verzorging 0 0 Geschreven beoordeling door de mentor. (zowel wat betreft stagebezoek als verwerking in het stageboek) Handtekening:..

Tips voor de presentatie Je hebt het een en ander op papier. Vertel datgene eruit wat je graag kwijt wil. Vertel geen details of opsommingen Dat wat jou enthousiast gemaakt heeft, wat je verwonderd heeft, wat leuk is, of interessant, is voor het publiek ook interessant! Schrijf de hele tekst uit, liefst wat meer dan nodig, zodat je op het laatst nog iets kunt overslaan (of vergeten). Gebruik bij het spreken kaartjes met korte tekst in goede volgorde van wat je wilt vertellen. Eventueel leg je de volledige tekst binnen handbereik. Onderstreep dan belangrijke zaken, zodat je het snel vindt als dat nodig is. Een hoofdindeling van de tekst kan zijn: 1. Waarom deze stage koos en een korte beschrijving van bedrijf of instelling. 2. Welke werkzaamheden heb je verricht en hoe verging je dat? 3. Wat ben je te weten gekomen en wat heb je opgedaan/geleerd? Het is voor het publiek prettig als er enige omlijsting is bij het verhaal. Een tekening op bord, projectie van foto s of iets vergelijkbaars. Let op je houding en bewegingen die je maakt. Neem rustig een glaasje water als je een droge mond hebt of als je even wilt nadenken. Laat enthousiasme zien door jouw houding en het spreken. Spreek duidelijk, goed gearticuleerd en met wat variatie in toonhoogte en stem. Doe kleren aan waarin je je zeker voelt. Het mag best wat feestelijk ogen. Daarmee laat je zien dat deze presentatie voor jou belangrijk is. Als je zenuwachtig bent en je niet wil laten afleiden kijk dan over de hoofden heen en af en toe naar iemand die je vertrouwt. Succes met je stage! Roos van Goudoever, decaan mavo/ stagecoördinator klas 10 mavo en havo