Uitgebreide handleiding voor de installateur

Vergelijkbare documenten
Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Installatiehandleiding en gebruiksaanwijzing

Bedieningshandleiding

Uitgebreide handleiding voor de gebruiker

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding

Uitgebreide handleiding voor de gebruiker

Uitgebreide handleiding voor de gebruiker

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing

Installatiehandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Bedieningshandleiding

Installatiehandleiding

Bedieningshandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

Nieuwe internet radio eigenschap

Installatiehandleiding

edatenq is een toepassing die de ondernemingen de mogelijkheid biedt om hun statistische aangiften in te vullen en door te sturen via internet.

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Hier beginnen DCP-J4110DW

Installatiehandleiding

Werkkaarten GIGO 1184 Elektriciteit Set

StyleView Scanner Shelf

Werkblad TI-83: Over de hoofdstelling van de integraalrekening

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

2 50mm 4x 1x 1x a b c b A B C 1 b b a B b b 6 b b a

Begin hier. Alle tape verwijderen en de display oplichten. Onderdelen

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Jaarlijks vinden er arbeidsongevallen plaats. Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen en voorkom dat je gewond raakt.

In dit hoofdstuk introduceren we de hoofdrolspelers van het college: eindige automaten.

Installatiehandleiding

Lighting receiver On/Off io

CONTROLE VAN DE FIETSFUNCTIES

Installatiehandleiding

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Getallenverzamelingen

Installatiehandleiding

edatenq is een toepassing die de ondernemingen de mogelijkheid biedt om hun statistische aangiften in te vullen en door te sturen via internet.

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Een CVA (beroerte) kan uw leven drastisch veranderen! 2009 Een uitgave van de Nederlandse CVA-vereniging

INTERVIEWEN 1 SITUATIE

Snelstartgids Access Online: Betalingen en Rapportage

Lighting receiver Variation io

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Nederlands

Uitgebreide handleiding voor de installateur

HOOFDSTUK 1 BASISBEGRIPPEN

Algemene veiligheidsmaatregelen Nederlands

GBK Leden profiel beheer

Installatiehandleiding

Printplaatset voor elektrische verwarming

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding

Zelfstudie practicum 1

Hier beginnen HL-2135W /

Uitgebreide handleiding voor de installateur

Digitale informatieverwerking

Installatiehandleiding

Gebruiksaanwijzing. achterwaarts gericht. Lichaamslengte cm. Max. gewicht 18 kg. UN regulation no. R129 i-size. Leeftijd 6m - 4j. 1 a.

Zip 12 Charging Wall Cabinet

gefragmenteerde bestanden Bestand Bestand Bestand Bestand Bestand a Bestand a Bestand a Bestand a Bestand Bestand Bestand Bestand c Bestand a

6.4 Rekenen met evenwichtsreacties

Beknopte instructies Gallery 100

energiedeskundige berekend energieverbruik (kwh/rn Dit certiflcaat is geldig tot en met 1 november 2021 softwareversie 1.33

Opdrachten bij hoofdstuk 2

Uitgebreide handleiding voor de installateur

BEDIENINGSHANDLEIDING

Transcriptie:

Uitgereide hndleiding voor de instllteur Nederlnds

Inhoudsopgve Inhoudsopgve 1 Algemene veiligheidsmtregelen 3 1.1 Over de documenttie... 3 1.1.1 Betekenis vn de wrschuwingen en symolen... 3 1.2 Voor de instllteur... 4 1.2.1 Algemeenheden... 4 1.2.2 Plts vn instlltie... 4 1.2.3 Koelmiddel... 4 1.2.4 Pekel... 5 1.2.5 Wter... 5 1.2.6 Elektrisch... 5 2 Over de documenttie 6 2.1 Over dit document... 6 2.2 Overzicht vn de uitgereide hndleiding voor de instllteur.. 6 3 Over de doos 7 3.1 Overzicht: Over de doos... 7 3.2 Binnenunit... 7 3.2.1 De innenunit uitpkken... 7 3.2.2 De toeehoren uit de innenunit verwijderen... 7 4 Over de units en opties 7 4.1 Overzicht: Over de units en opties... 7 4.2 Identifictie... 7 4.2.1 Identifictielel: Binnenunit... 8 4.3 Mogelijke opties voor de innenunit... 8 5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen 9 5.1 Overzicht: Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen... 9 5.2 Het ruimteverwrmingssysteem in-/opstellen... 9 5.2.1 Een enkele kmer... 9 5.2.2 Meerdere kmers 1 AWT-zone... 11 5.2.3 Meerdere kmers Twee AWT-zones... 13 5.3 Een extr wrmteron voor ruimteverwrming in/opstellen... 14 5.4 De tnk voor wrm tpwter in/opstellen... 15 5.4.1 Systeemlyout Ingeouwde wrmtpwtertnk... 15 5.4.2 De gewenste tempertuur selecteren voor de wrmtpwtertnk... 15 5.4.3 Instelling en configurtie Wrmtpwtertnk... 16 5.4.4 Wrmtpwterpomp voor ogenlikkelijk wrm wter.. 16 5.4.5 Wrmtpwterpomp voor desinfectie... 16 5.5 De energiemeting instellen... 16 5.5.1 Geproduceerde wrmte... 16 5.5.2 Verruikte energie... 16 5.5.3 Elektrische voeding met norml kwh-trief... 17 5.5.4 Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief... 17 5.6 De regeling vn het energieverruik instellen... 17 5.6.1 Continue vermogeneperking... 17 5.6.2 Vermogeneperking door digitle inputs ingeschkeld... 18 5.6.3 Vermogeneperking: werking... 18 5.7 Een externe tempertuursensor opstellen... 18 6 Voorereiding 19 6.1 Overzicht: Voorereiding... 19 6.2 De instlltieplts voorereiden... 19 6.2.1 Vereisten inzke de plts wr de innenunit geïnstlleerd wordt... 19 6.3 De leidingen voorereiden... 19 6.3.1 Circuitvereisten... 19 6.3.2 Formule om de voordruk vn het expnsievt te erekenen... 21 6.3.3 Het wtervolume vn het ruimteverwrmingscircuit en het pekelcircuit controleren... 21 6.3.4 De voordruk vn het expnsievt wijzigen... 22 6.3.5 Het wtervolume controleren: vooreelden... 23 6.4 De elektrische edrding voorereiden... 23 6.4.1 Over het voorereiden vn de elektrische edrding. 23 6.4.2 Over de elektrische voeding met voorkeur kwh-trief 24 6.4.3 Overzicht vn de elektrische verindingen, ehlve de uitwendige stelmotoren... 25 6.4.4 Overzicht vn de elektrische verindingen voor de uitwendige en inwendige stelmotoren... 25 7 Instlltie 26 7.1 Overzicht: Instlltie... 26 7.2 De units openen... 26 7.2.1 Over het openen vn de units... 26 7.2.2 De innenunit openen... 26 7.2.3 Het deksel vn de schkelkst vn de innenunit openen... 26 7.3 De innenunit monteren... 27 7.3.1 Over het monteren vn de innenunit... 27 7.3.2 De innenunit pltsen... 27 7.4 De pekelleidingen nsluiten... 28 7.4.1 Over het nsluiten vn de pekelleidingen... 28 7.4.2 De pekelleiding nsluiten... 28 7.4.3 Het pekelcircuit vullen... 29 7.4.4 De drukveiligheidsklep op de fvoer n de pekelzijde nsluiten... 29 7.4.5 De pekelleidingen isoleren... 29 7.5 De wterleidingen nsluiten... 30 7.5.1 Over het nsluiten vn de wterleidingen... 30 7.5.2 De wterleidingen nsluiten... 30 7.5.3 De drukveiligheidsklep op de fvoer nsluiten... 30 7.5.4 Het ruimteverwrmingscircuit vullen... 31 7.5.5 De tnk voor wrm tpwter vullen... 31 7.5.6 De wterleidingen isoleren... 31 7.5.7 De hercircultieleiding nsluiten... 31 7.5.8 De fvoerslng nsluiten... 31 7.6 De elektrische edrding nsluiten... 32 7.6.1 Over het nsluiten vn de elektrische edrding... 32 7.6.2 Over het voldoen n de normen inzke elektriciteit.. 32 7.6.3 De elektrische ekeling op de innenunit nsluiten... 32 7.6.4 De hoofdvoeding nsluiten... 34 7.6.5 De fstndstempertuursensor nsluiten... 34 7.6.6 De geruikersinterfce nsluiten... 34 7.6.7 De fsluiter nsluiten... 36 7.6.8 De elektrische meters nsluiten... 36 7.6.9 De pomp vn het wrm tpwter nsluiten... 36 7.6.10 De lrm-output nsluiten... 36 7.6.11 De AAN/UIT-output vn de ruimteverwrming nsluiten... 37 7.6.12 De omschkeling nr de externe wrmteron nsluiten... 37 7.6.13 De digitle inputs voor het energieverruik nsluiten... 37 7.7 De instlltie vn de innenunit voltooien... 37 7.7.1 Het deksel vn de geruikersinterfce op de innenunit evestigen... 37 7.7.2 De innenunit sluiten... 37 8 Configurtie 38 8.1 Overzicht: Configurtie... 38 8.1.1 De PC-kel nsluiten op de schkelkst... 38 8.1.2 De meest geruikte commndo's ereiken... 38 8.1.3 De systeeminstellingen kopiëren vn de eerste geruikersinterfce nr de tweede... 39 8.1.4 Snelle wizrd: Stel de systeemlyout in n het voor de eerste ml onder spnning zetten... 40 8.2 Bsisconfigurtie... 40 8.2.1 Snelle wizrd: Tl / tijd en dtum... 40 8.2.2 Snelle wizrd: Stndrd... 40 8.2.3 Snelle wizrd: Opties... 43 8.2.4 Snelle wizrd: Cpciteiten (energiemeting)... 45 2

1 Algemene veiligheidsmtregelen 8.2.5 De regeling vn de ruimteverwrming... 45 8.2.6 Het wrm tpwter regelen... 48 8.2.7 Contct/helpdesknummer... 49 8.3 De gevnceerde configurtie/optimlistie... 50 8.3.1 De ruimteverwrming: gevnceerd... 50 8.3.2 Het wrm tpwter regelen: gevnceerd... 52 8.3.3 De instellingen voor de wrmteronnen... 55 8.3.4 De systeeminstellingen... 56 8.4 Menustructuur: Overzicht geruikersinstellingen... 59 8.5 Menustructuur: Overzicht instllteurinstellingen... 60 9 Inedrijfstelling 62 9.1 Overzicht: Inedrijfstelling... 62 9.2 Checklist voorleer proef te drien... 62 9.3 Ontluchtingsfunctie op het ruimteverwrmingscircuit... 62 9.3.1 Hndmtig ontluchten... 62 9.3.2 Automtisch ontluchten... 63 9.3.3 Het ontluchten onderreken... 63 9.4 Proefdrien... 63 9.5 Stelmotoren proefdrien... 63 9.5.1 Mogelijke vormen vn proefdrien voor de stelmotoren... 63 9.6 De dekvloer vn de vloerverwrming drogen... 63 9.6.1 Een progrmm voor het drogen vn de dekvloer vn de vloerverwrming progrmmeren... 64 9.6.2 De dekvloer vn de vloerverwrming drogen... 64 9.6.3 De sttus rdplegen vn het drogen vn de dekvloer vn de vloerverwrming... 64 9.6.4 Het drogen vn de dekvloer vn de vloerverwrming onderreken... 64 10 An de geruiker overhndigen 65 10.1 De toepsselijke tl op het nmpltje vn de unit kleven... 65 11 Onderhoud en service 65 11.1 Overzicht: onderhoud en service... 65 11.2 Voorzorgsmtregelen inzke onderhoud... 65 11.3 Checklist voor het jrlijks onderhoud vn de innenunit... 65 11.3.1 De tnk voor wrm tpwter flten... 66 11.4 De tnk voor wrm tpwter flten... 67 12 Opsporen en verhelpen vn storingen 67 12.1 Overzicht: Proleemoplossing... 67 12.2 Algemene richtlijnen... 67 12.3 Prolemen op sis vn symptomen oplossen... 68 12.3.1 Symptoom: De unit verwrmt NIET zols verwcht... 68 12.3.2 Symptoom: De compressor strt NIET (ruimteverwrming of verwrming vn het tpwter).. 68 12.3.3 Symptoom: De pomp mkt lwi (cvittie)... 68 12.3.4 Symptoom: De drukveiligheidsklep gt open... 69 12.3.5 Symptoom: De drukveiligheidsklep lekt... 69 12.3.6 Symptoom: De ruimte wordt NIET voldoende verwrmd ij lge uitentemperturen... 69 12.3.7 Symptoom: De druk op het ftppunt is tijdelijk norml hoog... 69 12.3.8 Symptoom: Sierpnelen werden door een gezwollen tnk weggeduwd... 69 12.3.9 Symptoom: de tnkdesinfectiefunctie wordt NIET volledig uitgevoerd (storing AH)... 70 12.4 Prolemen op sis vn storingscodes oplossen... 70 12.4.1 Storingscodes: Overzicht... 70 14.5 Bedrdingsschem... 77 14.5.1 Bedrdingsschem: Binnenunit... 77 14.6 Technische specificties... 84 14.6.1 Technische specificties: Binnenunit... 84 14.7 Werkingsgeied... 85 14.7.1 Werkingsgeied: Binnenunit... 85 14.8 ESP-curve... 87 14.8.1 ESP-curve: Binnenunit... 87 15 Verklrende woordenlijst 88 1 Algemene veiligheidsmtregelen 1.1 Over de documenttie De documenttie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle ndere tlen zijn vertlingen. Alle in dit document vermelde voorzorgen etreffen zeer elngrijke punten en dienen dus steeds nuwgezet te worden ngeleefd. Alle hndelingen eschreven in de instlltiehndleiding moeten door een erkende instllteur uitgevoerd worden. 1.1.1 Betekenis vn de wrschuwingen en symolen GEVAAR Duidt op een situtie die de dood of ernstige verwondingen ls gevolg heeft. GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Duidt op een situtie die elektrocutie kn veroorzken. GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Duidt op een situtie die rndwonden kn veroorzken ls gevolg vn extreem hoge of lge temperturen. WAARSCHUWING Duidt op een situtie die de dood of ernstige verwondingen ls gevolg zou kunnen heen. VOORZICHTIG Duidt op een situtie die kleine of mtige verwondingen ls gevolg zou kunnen heen. Duidt op een situtie die schde n pprtuur of eigendom zou kunnen erokkenen. Duidt op nuttige tips of ijkomende informtie. 13 Als fvl verwijderen 71 14 Technische gegevens 72 14.1 Overzicht: Technische gegevens... 72 14.2 Afmetingen en ruimte voor service... 72 14.2.1 Afmetingen en ruimte voor service: Binnenunit... 72 14.3 Onderdelen... 75 14.3.1 Onderdelen: Schkelkst (innenunit)... 75 14.4 Schem vn de leidingen... 76 14.4.1 Schem vn de leidingen: Binnenunit... 76 3

1 Algemene veiligheidsmtregelen 1.2 Voor de instllteur 1.2.1 Algemeenheden Indien u twijfels heeft over de instlltie of de ediening vn de unit, contcteer uw deler. Een foute instlltie of evestiging vn pprtuur, uitrustingen of ccessoires kn elektrische schokken, een kortsluiting, lekken, rnd of schde n de pprtuur of uitrustingen ls gevolg heen. Geruik enkel ccessoires, optionele pprtuur en uitrustingen en reserveonderdelen die door ROTEX gemkt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Zorg ervoor dt de mterilen die voor de instlltie en de testen geruikt worden, voldoen n de geldende wetgeving (ovenop de instructies eschreven in de ROTEX-documenttie). VOORZICHTIG Drg gepste persoonlijke eschermingsuitrustingen (eschermende hndschoenen, veiligheidsril, enz.) wnneer u het systeem instlleert of onderhoudt. WAARSCHUWING Scheur plstiekverpkkingen n stukken en gooi deze weg zodt niemnd, kinderen in het ijzonder, ermee kn spelen. Mogelijk risico: verstikking. GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Rk tijdens of net n edrijf GEEN koelmiddelleidingen, wterleidingen of interne onderdelen n. Deze kunnen te wrm of te koud zijn. Geef ze de tijd om terug op een normle tempertuur te komen. Indien u deze toch moet nrken, drg dn eschermende hndschoenen. Rk per ongeluk lekkend koelmiddel NIET n. Neem gepste mtregelen om te eletten dt de unit door kleine dieren ls schuilplts geruikt kn worden. Kleine dieren die in contct komen met elektrische onderdelen kunnen storingen, rook of rnd veroorzken. Plts GEEN voorwerpen, pprtuur of uitrustingen ovenop de unit. Zit, klim of st NIET op de unit. Conform de geldende wetgeving kn een logoek ij het product vereist worden; in dit logoek dienen dn minstens de volgende zken ijgehouden: informtie over het onderhoud, de reprtiewerkzmheden, de resultten vn testen, de stilstndperioden, enz. Bovendien dienen minstens volgende informties op een toegnkelijke plts ij het product voorzien te worden: Instructies om het systeem uit te schkelen in gevllen vn nood De nm en het dres vn de rndweer, de politie en een ziekenhuis De nm, het dres en de telefoonnummers overdg en 's nchts om onderhoud te ekomen In Europ evt EN378 de nodige richtlijnen voor dit logoek. 1.2.2 Plts vn instlltie Voorzie voldoende ruimte rond de unit voor onderhoud en luchtcircultie. Controleer of de plts wrop de unit moet komen, estnd is tegen het gewicht en de trillingen vn de unit. Zorg ervoor dt de zone goed geventileerd wordt. Controleer of de unit horizontl stt. Zorg ervoor dt de vloer wrop de unit gepltst moet worden, horizontl is. Instlleer de unit NIET in een vn de volgende pltsen: In mogelijke explosieve omgevingen. In pltsen met toestellen of mchines die elektromgnetische golven uitzenden. Elektromgnetische golven kunnen het esturingssysteem storen, wrdoor de pprtuur slecht kn werken. In pltsen met rndgevr omwille vn lekkende ontvlmre gssen (zols verdunners of enzine), koolstofvezels, ontvlmr stof. In pltsen wr corroderend gs (zols zwveligzuurgs) geproduceerd wordt. Corrosie n de koperleidingen of gesoldeerde onderdelen kn de oorzk zijn dt koelmiddel gt lekken. 1.2.3 Koelmiddel Controleer of de instlltie vn de koelmiddelleidingen voldoet n de geldende wetgeving. In Europ geldt EN378 ls de vn toepssing zijnde norm. Controleer of de lokle leidingen en nsluitingen niet n spnningen onderhevig (kunnen) zijn. WAARSCHUWING Zet, tijdens testen, het product NOOIT onder een druk hoger dn de mximl toegestne druk (vermeld op het nmpltje vn de unit). WAARSCHUWING Neem voldoende mtregelen wnneer koelmiddel zou lekken. Ventileer onmiddellijk de zone wnneer koelgs lekt. Mogelijke risico's: Te hoge koelmiddelconcentrties in een gesloten ruimte kunnen leiden tot een gerek n zuurstof. Als koelgs in contct komt met vuur, kn giftig gs ontstn. WAARSCHUWING Vng steeds de koelmiddelen op. Lt ze NIET rechtstreeks vrij in de omgeving. Geruik een vcuümpomp om de instlltie leeg te pompen. Controleer op gslekken ndt lle leidingen zijn ngesloten. Geruik stikstof om op gslekken te controleren. 4

1 Algemene veiligheidsmtregelen Het systeem kn niet met koelmiddel worden gevuld voordt de lokle edrding is voltooid. Koelmiddel vullen mg lleen n een lektest en vcuümdrogen. Let op dt de mximum toegestne hoeveelheid nooit wordt overschreden. Anders estt gevr voor een vloeistofslg. Wnneer het koelmiddelsysteem moet worden geopend, moet het koelmiddel worden ehndeld zols voorgeschreven in de geldende wetgeving. Vul niet meer koelmiddel ij dn de vermelde hoeveelheid om te voorkomen dt de compressor stukgt. Zie het typepltje op de unit wnneer koelmiddel in het systeem moet worden ngevuld. Drop stn het type koelmiddel en de vereiste hoeveelheid. De unit werd in de friek met koelmiddel gevuld en sommige systemen moeten, fhnkelijk vn de mt en lengte vn de leidingen, ijkomend met koelmiddel worden gevuld. Geruik uitsluitend gereedschp dt enkel en lleen voor het soort koelmiddel edoeld is om de vereiste drukweerstnd te kunnen grnderen en om te eletten dt vreemde stoffen in het systeem terechtkomen. Vul ls volgt met vloeir koelmiddel: Als Er is een sifonuis (d.w.z. er zou iets zols Met vloeistofvulsifon op de fles moeten stn) Er is GEEN sifonuis Dn Vul ij met rechtopstnde fles. Vul ij met de ondersteoven stnde fles. Open koelmiddelflessen steeds trg. Vul ij met koelmiddel in vloeire vorm. Het koelmiddel in gsvormige fse toevoegen kn de normle werking verstoren. VOORZICHTIG Wnneer het ijvullen vn koelmiddel is voltooid of wnneer u even puzeert, moet u de krn vn het koelmiddelreservoir onmiddellijk dichtdrien. Als u de krn open lt stn, zl misschien een verkeerde hoeveelheid koelmiddel worden ijgevuld. Ndt de unit is gestopt, zl mogelijk nog meer koelmiddel worden ijgevuld door de druk. 1.2.4 Pekel Indien vn toepssing. Voor meer informtie, rdpleeg de instlltiehndleiding of de uitgereide hndleiding (voor de instllteur) vn uw toepssing. WAARSCHUWING De gekozen pekel MOET voldoen n de geldende wetgeving. WAARSCHUWING Neem voldoende mtregelen voor het gevl pekel zou lekken. Indien pekel lekt, ventileer onmiddellijk de zone en neem contct op met uw pltselijke verdeler. WAARSCHUWING De omgevingstempertuur in de unit kn veel hoger oplopen dn die vn de kmer, v. 70 C. In gevl vn een pekellek kunnen hete onderdelen in de unit een gevrlijke situtie creëren. WAARSCHUWING Het geruik en de instlltie vn de toepssing MOETEN voldoen n de veiligheids- en milieumtregelen gespecificeerd in de relevnte reglementering. 1.2.5 Wter Controleer of de kwliteit vn het wter voldoet n de EUrichtlijn 98/83 EC. 1.2.6 Elektrisch GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Schkel lle elektrische voedingen UIT voorleer u het deksel vn de schkelkst verwijdert, elektrische edrding nsluit of elektrische onderdelen nrkt. Schkel de elektrische voeding lnger dn 1 minuut uit en meet de spnning op de nsluitklemmen vn de condenstoren of elektrische onderdelen vn de hoofdkring voorleer u een onderhoud uitvoert. De spnning MOET onder de 50 V DC gevllen zijn voorleer u elektrische onderdelen mg nrken. Rdpleeg het edrdingsschem voor de plts vn de nsluitklemmen. Rk elektrische onderdelen NIET n met ntte hnden. Lt de unit NIET onewkt chter wnneer het onderhoudsdeksel verwijderd is. WAARSCHUWING Indien deze NIET stndrd werd gepltst, moet een hoofdschkelr (of een nder middel om uit te schkelen) tussen de vste edrding gepltst worden; deze schkelr dient het contct vn lle polen volledig te verreken en te voldoen n de vereisten vn de overspnning-ctegorie-iii-specifictie wnneer hij open stt. 5

2 Over de documenttie WAARSCHUWING Geruik ALLEEN koperdrden. Alle lokle edrdingen dienen conform het met het product meegeleverd edrdingsschem uitgevoerd te worden. Knijp NOOIT geundelde kels smen en controleer of ze niet met leidingen of scherpe rnden in contct (kunnen) komen. Controleer of geen externe druk op de klemnsluitingen wordt uitgeoefend. Vergeet niet rddrden te leggen. Ard de unit NIET vi een nutsleiding, een piekspnningseveiliging of de rding vn de telefoon. Een onvolledige rding kn elektrische schokken veroorzken. Geruik hiervoor een prte voedingskring. Geruik NOOIT een elektrische voeding die met een nder toestel gedeeld wordt. Instlleer zeker de vereiste zekeringen of stroomonderrekers. Plts zeker een rdlekschkelr. Als u dit niet doet, kn dit een elektrische schok of rnd veroorzken. Wnneer u de rdlekeveiliging pltst, controleer of deze met de inverter comptiel is (estnd tegen hoogfrequente elektrische ruis), zodt de rdlekeveiliging zich niet onnodig opent. Leg de stroomtoevoerkels op minstens 1 meter fstnd vn televisietoestellen en rdio's om geen interferenties te heen. Afhnkelijk vn de rdiogolven volstt een fstnd vn 1 meter soms niet. WAARSCHUWING Controleer n het eëindigen vn de elektriciteit of lle elektrische onderdelen en nsluitklemmen in de elektriciteitskst veilig zijn ngesloten. Controleer of lle deksels dicht zijn voorleer de unit n te zetten. Alleen vn toepssing ls de elektrische voeding driefsig is en de compressor een AAN/UIT-strtmethode heeft. Als een fse zich n een tijdelijke lck-out kn omkeren en de stroomtoevoer gt n en uit terwijl het systeem in edrijf is, instlleer dn pltselijk een eveiligingscircuit tegen fseomkering. Door het systeem in omgekeerde fse te lten drien, kunnen de compressor en ndere onderdelen stuk gn. 2 Over de documenttie 2.1 Over dit document Bedoeld puliek Erkende instllteurs Documenttieset Dit document is een onderdeel vn een documenttieset. De volledige set omvt: Document Inhoud Formt Algemene veiligheidsm tregelen Instlltieh ndleiding vn de innenunit Uitgereide hndleiding voor de instllteur Bijlgeoek met optionele uitrustingen en pprtuur Veiligheidsinstructies die u moet lezen voorleer tot de instlltie over te gn Instlltie-instructies Voorereiding vn de instlltie, technische kenmerken, goede prktijken, referentiegegevens enz. Additionele informtie over hoe optionele uitrustingen en pprtuur te instlleren Ppier (in de doos vn de innenunit) Digitle estnden op de ROTEX-strtpgin Ppier (in de doos vn de innenunit) Digitle estnden op de ROTEX-strtpgin Ltste herzieningen vn de meegeleverde documenttie kunnen op de regionle ROTEX-wesite of vi uw deler eschikr zijn. 2.2 Overzicht vn de uitgereide hndleiding voor de instllteur Hoofdstuk Algemene veiligheidsmtregelen Over de documenttie Over de doos Over de units en opties Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Voorereiding Instlltie Configurtie Inedrijfstelling An de geruiker overhndigen Onderhoud en service Proleemoplossing Als fvl verwijderen Technische gegevens Verklrende woordenlijst Beschrijving Veiligheidsinstructies die u moet lezen voorleer tot de instlltie over te gn Welke documenttie estt er voor de instllteur De units uitpkken en hun ccessoires verwijderen De units identificeren Mogelijke cominties vn units en opties Verscheidene instlltieopstellingen vn het systeem Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen en kennen voorleer on-site te gn Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen en kennen om het systeem te instlleren Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen en kennen om het systeem n instlltie ervn te configureren Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen en kennen om het systeem op te leveren ndt het werd geconfigureerd Dit hoofdstuk eschrijft wt n de geruiker moet worden uitgelegd en overhndigd Dit hoofdstuk eschrijft de mnier wrop de units onderhouden moeten worden Dit hoofdstuk eschrijft wt te doen indien er prolemen zijn Dit hoofdstuk eschrijft hoe het systeem ls fvl fgevoerd kn worden Dit hoofdstuk evt de specificties vn het systeem Hierin worden termen gedefinieerd 6

3 Over de doos 3 Over de doos 3.1 Overzicht: Over de doos Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen ndt de doos met de innenunit on-site werd geleverd. Het evt informtie over: De units uitpkken en hnteren De ccessoires vn de units verwijderen Houd rekening met de volgende zken: De unit moet ij de levering gecontroleerd worden op eschdigingen. Elke vorm vn eschdiging moet onmiddellijk n de schdeverntwoordelijke vn de trnsporteur gemeld worden. Breng de verpkte unit zo dicht mogelijk ij de uiteindelijke instlltieplts om eschdiging tijdens het trnsport te voorkomen. 3.2.2 De toeehoren uit de innenunit verwijderen 1 Verwijder de schroeven ovenn de unit. 2 Verwijder het ovenpneel. 4x 3.2 Binnenunit 3.2.1 De innenunit uitpkken 3 Neem de toeehoren eruit. 1x 1x c 1x d 1x e 1x f 1x g 1x h 1x Algemene veiligheidsmtregelen Bijlgeoek met optionele uitrustingen en pprtuur c Instlltiehndleiding d Geruiksnwijzing e Afstnduitensensor f Deksel vn de geruikersinterfcekit g Meertlig lel over de gefluoreerde roeiksgssen h Kel om pekeldrukschkelr n te sluiten 4 Plts het ovenpneel terug. 4 Over de units en opties 4.1 Overzicht: Over de units en opties Dit hoofdstuk evt informtie over: De innenunit identificeren De innenunit met opties comineren 4.2 Identifictie Wnneer meerdere units gelijktijdig geïnstlleerd of onderhouden worden, let op de servicepnelen NIET te verwisselen tussen verschillende modellen. 7

4 Over de units en opties 4.2.1 Identifictielel: Binnenunit Plts 4.3 Mogelijke opties voor de innenunit Geruikersinterfce (RKRUCBL*) De geruikersinterfce en een eventuele ijkomende geruikersinterfce zijn ls optie eschikr. De secundire geruikersinterfce kn worden ngesloten: Om eide te heen: om een ediening te heen dicht ij de innenunit, om ls kmerthermostt te dienen in de voornmste te verwrmen ruimte. Om een interfce met ndere tlen te heen. De volgende geruikersinterfces zijn eschikr: RKRUCBL1 evt de volgende tlen: Duits, Frns, Nederlns, Itlins. RKRUCBL2 evt de volgende tlen: Engels, Zweeds, Noors, Fins. RKRUCBL3 evt de volgende tlen: Engels, Spns, Grieks, Portugees. RKRUCBL4 evt de volgende tlen: Engels, Turks, Pools, Roemeens. Er kunnen vi PC-softwre tlen op de geruikersinterfce geüplod worden of tlen kunnen ook vn de ene geruikersinterfce nr de ndere gekopieerd worden. Voor de nwijzingen met etrekking tot het instlleren, zie "7.6.6 De geruikersinterfce nsluiten" op pgin 34. Kmerthermostt (RKRTWA, RKRTR1) U kunt een optionele kmerthermostt op de innenunit nsluiten. Deze thermostt kn met drd zijn (RKRTWA) of drdloos (RKRTR1). Voor instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de kmerthermostt en het ijlgeoek voor optionele uitrustingen. Afstndsensor voor drdloze thermostt (EKRTETS) U kunt een drdloze innentempertuursensor (EKRTETS) lleen in comintie met de drdloze thermostt (RKRTR1) geruiken. Voor instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de kmerthermostt en het ijlgeoek voor optionele uitrustingen. Digitle I/O-printplt (EKRP1HB) De digitle I/O-printplt is nodig om de volgende signlen te leveren: Alrm-output Uitgng ruimteverwrming AAN/UIT Omschkeling nr externe wrmteron Voor instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de digitle I/O-printplt en het ijlgeoek voor optionele uitrustingen. Vrg-printplt (EKRP1AHTA) Om geruik te kunnen mken vn de energieesprende regeling vi digitle inputs moet u de vrg-printplt instlleren. Voor instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de vrg-printplt en het ijlgeoek voor optionele uitrustingen. Afstndinnensensor (KRCS01-1) Stndrd wordt de inwendige geruikersinterfcesensor ls kmertempertuursensor geruikt. Optioneel kn de fstndinnensensor gepltst worden om de kmertempertuur vnuit een ndere plts te meten. Voor instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de fstndinnensensor en het ijlgeoek voor optionele uitrustingen. De fstndinnensensor kn lleen geruikt worden wnneer de geruikersinterfce met de kmerthermosttfunctie geconfigureerd is. PC-configurtor (EKPCCAB) De PC-kel mkt een verinding tussen de schkelkst vn de innenunit en een PC. Hij iedt de mogelijkheid verschillende tlestnden te uploden nr de geruikersinterfce en innenprmeters nr de innenunit. Voor de eschikre tlestnden, neem contct op met uw lokle deler. De softwre en ijhorende geruiksnwijzingen zijn eschikr op de strtpgin vn ROTEX. Voor de nwijzingen etreffende de instlltie, rdpleeg de instlltiehndleiding vn de PC-kel en de "8 Configurtie" op pgin 38. Kel om de pekeldrukschkelr n te sluiten (EKGSCONBP1) Deze kel kn tevens ls toeehoren worden geleverd. Afhnkelijk vn de toepsselijke wetgeving moet u een pekeldrukschkelr pltsen (ter pltse te voorzien). Om de pekeldrukschkelr op de unit n te sluiten kunt u de kel om de pekeldrukschkelr n te sluiten geruiken. Voor de nwijzingen voor de instlltie, rdpleeg de instlltiehndleiding vn de kel om de pekeldrukschkelr n te sluiten. ROTEX dviseert een mechnische pekeldrukschkelr te geruiken. Indien een elektrische pekeldrukschkelr wordt geruikt, kunnen cpcitieve stromen de werking vn de flowschkelr storen en zo een storing in de unit veroorzken. 8

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen 5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen 5.1 Overzicht: Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Deze richtlijnen ieden een overzicht vn de mogelijkheden vn het ROTEX-wrmtepompsysteem. 5.2.1 Een enkele kmer Vloerverwrming of rditoren Kmerthermostt met drd Opstelling A B De feeldingen in deze richtlijnen zijn lleen ter informtie edoeld en mogen NIET ls dusdnig ls gedetilleerde hydrulische schem's of grfieken geruikt worden. De gedetilleerde hydrulische mtvoeringen en het gedetilleerd hydrulisch in evenwicht rengen worden hier NIET getoond; deze mken deel uit vn de verntwoordelijkheden vn de instllteur. Voor meer informtie over de configurtie-instellingen om de werking vn de wrmtepomp te optimliseren, zie "8 Configurtie" op pgin 38. De energiemeetfunctie is NIET vn toepssing en/of NIET geldig voor deze unit indien deze wordt erekend door de unit. Indien er optionele externe meters worden geruikt, is het energiemeetdisply geldig. Dit hoofdstuk evt richtlijnen om de volgende zken in of op te stellen: Het ruimteverwrmingssysteem in-/opstellen Een extr wrmteron voor ruimteverwrming in/opstellen De tnk voor wrm tpwter in/opstellen De energiemeting instellen Het energieverruik instellen Een externe tempertuursensor opstellen 5.2 Het ruimteverwrmingssysteem in-/opstellen Het ROTEX-wrmtepompsysteem levert nvoerwter n wrmtefgevers in een of meerdere kmers. Omdt het systeem de mogelijkheid iedt om de tempertuur in elke kmer zeer soepel te regelen, is het nodig dt u eerst de volgende vrgen entwoordt: Hoeveel kmers worden er verwrmd door het ROTEXwrmtepompsysteem? Welke soorten wrmtefgevers geruikt u in elke kmer en hoeveel edrgt hun nvoertempertuur wrvoor zij ontworpen werden? Eens de vereisten inzke ruimteverwrming duidelijk zijn, dviseert ROTEX onderstnde in/opstellingsrichtlijnen te volgen. Indien een uitwendige kmerthermostt wordt geruikt, zl de uitwendige kmerthermostt de vorstescherming kmer edienen. De vorstescherming kmer is echter lleen mogelijk ls de regeling vn de nvoerwtertempertuur op de geruikersinterfce vn de unit is INgeschkeld. A B Anvoerwtertempertuur primire zone Een eenpersoonskmer Geruikersinterfce die ls kmerthermostt geruikt wordt De vloerverwrming of rditoren zijn rechtstreeks op de innenunit ngesloten. De kmertempertuur wordt geregeld door de geruikersinterfce, die ls kmerthermostt geruikt wordt. Mogelijke instllties: De geruikersinterfce (stndrdpprtuur) is in de kmer gepltst en wordt ls kmerthermostt geruikt De geruikersinterfce (stndrdpprtuur) is ij de innenunit gepltst en wordt ls regelr geruikt dicht ij de innenunit + de geruikersinterfce (optionele pprtuur RKRUCBL*) is in de kmer gepltst en wordt ls kmerthermostt geruikt Configurtie Instelling Tempertuurregeling vn de unit: #: [A.2.1.7] Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Wrde 2 (Best. kmrthrmst): De unit werkt op sis vn de omgevingstempertuur vn de geruikersinterfce. 0 (1 AWT-zone): Primir Voordelen Economisch. U het GEEN dditionele externe kmerthermostt nodig. Grootste comfort en effectiviteit. De slimme kmerthermosttfunctie kn de gewenste nvoerwtertempertuur verhogen of verlgen op sis vn de werkelijke kmertempertuur (npssing). Dit resulteert in volgende zken: Een stiele kmertempertuur die n de gewenste tempertuur voldoet (groter comfort) Minder AAN/UIT-cycli (stiller, groter comfort en grotere effectiviteit) De lgst mogelijke nvoerwtertempertuur (grotere effectiviteit) 9

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Gemkkelijk. U kunt de gewenste kmertempertuur gemkkelijk vi de geruikersinterfce instellen: Voor uw dgelijkse ehoeften kunt u voorgeprogrmmeerde wrden en progrmm's geruiken. Om f te wijken vn uw dgelijkse ehoeften kunt u tijdelijk fwijken vn de voorgeprogrmmeerde wrden en progrmm's, de vkntiestnd geruiken enz. Wrmtepompconvectoren Opstelling A B Vloerverwrming of rditoren Drdloze kmerthermostt Opstelling A B A B Anvoerwtertempertuur primire zone Een eenpersoonskmer Ontvnger voor de drdloze externe kmerthermostt Drdloze externe kmerthermostt De vloerverwrming of rditoren zijn rechtstreeks op de innenunit ngesloten. De kmertempertuur wordt geregeld door de drdloze externe kmerthermostt (optionele pprtuur RKRTR1). Configurtie Instelling Wrde Tempertuurregeling vn de unit: 1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt op sis vn de externe #: [A.2.1.7] thermostt. Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: 0 (1 AWT-zone): Primir #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Externe kmerthermostt voor de primire zone: #: [A.2.2.4] Code: [C-05] 1 (Thermo AAN/UIT): Als de geruikte externe kmerthermostt of wrmtepompconvector enkel een thermo AAN/UIT-stt kn sturen. Voordelen Drdloos. De ROTEX externe kmerthermostt is eschikr in een drdloze versie. Effectiviteit. Hoewel de externe kmerthermostt lleen AAN/ UIT-signlen doorstuurt, werd hij specifiek voor het wrmtepompsysteem ontworpen. A B Anvoerwtertempertuur primire zone Een eenpersoonskmer Afstndsediening vn de wrmtepompconvectoren De wrmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de innenunit ngesloten. De gewenste kmertempertuur wordt ingesteld vi de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren. Het signl om ruimteverwrming te vrgen wordt nr een digitle input op de innenunit gestuurd (X2M/1 en X2M/4). De edrijfsmodus wordt nr de wrmtepompconvectoren gestuurd door een digitle output op de innenunit (X2M/33 en X2M/34). Configurtie Wnneer meerdere wrmtepompconvectoren geruikt worden, controleer of elke wrmtepompconvector wel degelijk het infrroodsignl ontvngt vn de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren. Instelling Wrde Tempertuurregeling vn de unit: 1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt op sis vn de externe #: [A.2.1.7] thermostt. Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: 0 (1 AWT-zone): Primir #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Externe kmerthermostt voor de primire zone: #: [A.2.2.4] Code: [C-05] 1 (Thermo AAN/UIT): Als de geruikte externe kmerthermostt of wrmtepompconvector enkel een thermo AAN/UIT-stt kn sturen. Voordelen Effectiviteit. Optimle energie-effectiviteit omwille vn de onderlingeverindingfunctie. Stijlvol. 10

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen 5.2.2 Meerdere kmers 1 AWT-zone Als lleen 1 nvoerwtertempertuurzone nodig is, omdt de gewenste nvoerwtertempertuur vn lle wrmtefgevers dezelfde is, het u GEEN mengklepsttion nodig (economisch). Vooreeld: Als het wrmtepompsysteem geruikt wordt om 1 vloer te verwrmen, wrij lle kmers dezelfde wrmtefgevers heen. Vloerverwrming of rditoren Thermosttkrnen Als u de kmers met vloerverwrming of rditoren verwrmt, wordt de tempertuur vn de primire kmer meestl vi een thermostt geregeld (dit kn de geruikersinterfce zijn of een externe kmerthermostt), terwijl de tempertuur in de ndere kmers vi thermosttkrnen geregeld wordt: deze openen of sluiten zich in functie vn de kmertempertuur. Opstelling Voordelen Economisch. Gemkkelijk. Zelfde instlltie ls voor 1 kmer, mr met thermosttkrnen. Vloerverwrming of rditoren Meerdere externe kmerthermostten Opstelling A B M1 C M2 A B C T A Anvoerwtertempertuur primire zone B Kmer 1 C Kmer 2 Geruikersinterfce De vloerverwrming vn de primire kmer is rechtstreeks op de innenunit ngesloten. De kmertempertuur vn de primire kmer wordt geregeld door de geruikersinterfce die ls thermostt geruikt wordt. Een thermosttkrn is voor de vloerverwrming in elk vn de ndere kmers gepltst. Configurtie Ps op met situties wr de primire kmer door een ndere verwrmingsron verwrmd kn worden. Vooreeld: open hrden. Instelling Tempertuurregeling vn de unit: #: [A.2.1.7] Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Wrde 2 (Best. kmrthrmst): De unit werkt op sis vn de omgevingstempertuur vn de geruikersinterfce. 0 (1 AWT-zone): Primir A Anvoerwtertempertuur primire zone B Kmer 1 C Kmer 2 Externe kmerthermostt Omloopklep Voor elke kmer wordt een (ter pltse te voorziene) fsluiter gepltst om geen toevoer vn nvoerwter te heen wnneer er geen verwrming gevrgd wordt. Er moet een omloopklep gepltst worden om het wter opnieuw te lten circuleren wnneer lle fsluiters gesloten zijn. De edrijfsmodus wordt ingesteld door de geruikersinterfce ngesloten op de innenunit. Let op: de edrijfsmodus vn elke kmerthermostt moet ingesteld worden om overeen te stemmen met de innenunit. De kmerthermostten zijn op de fsluiters ngesloten, mr moeten NIET op de innenunit worden ngesloten. De innenunit zl constnt nvoerwter leveren, met de mogelijkheid een nvoerwterprogrmm te progrmmeren. Configurtie Instelling Wrde Tempertuurregeling vn de unit: 1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt op sis vn de externe #: [A.2.1.7] thermostt. Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: 0 (1 AWT-zone): Primir #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Voordelen Vergeleken met vloerverwrming of rditoren voor één kmer: Comfort. U kunt de gewenste kmertempertuur, inclusief progrmm's, voor elke kmer vi de kmerthermostten instellen. 11

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Wrmtepompconvectoren Opstelling Comintie: Vloerverwrming + Wrmtepompconvectoren Opstelling A B C A B C M1 A Anvoerwtertempertuur primire zone B Kmer 1 C Kmer 2 Afstndsediening vn de wrmtepompconvectoren De gewenste kmertempertuur wordt ingesteld vi de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren. De edrijfsmodus wordt ingesteld door de geruikersinterfce ngesloten op de innenunit. De signlen vn elke wrmtepompconvector om verwrming te vrgen zijn in prllel op de digitle input vn de innenunit ngesloten (X2M/1 en X2M/4). De innenunit zl lleen nvoerwtertempertuur leveren wnneer dit werkelijk gevrgd wordt. Configurtie Voor nog meer comfort en etere prestties, dviseert ROTEX de optie met fsluiterkit EKVKHPC op elke wrmtepompconvector te pltsen. Instelling Wrde Tempertuurregeling vn de unit: 1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt op sis vn de externe #: [A.2.1.7] thermostt. Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: 0 (1 AWT-zone): Primir #: [A.2.1.8] Code: [7-02] Voordelen Vergeleken met de wrmtepompconvectoren voor 1 kmer: Comfort. U kunt de gewenste kmertempertuur, inclusief progrmm's, voor elke kmer vi de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren instellen. A Anvoerwtertempertuur primire zone B Kmer 1 C Kmer 2 Externe kmerthermostt Afstndsediening vn de wrmtepompconvectoren Voor elke kmer met wrmtepompconvectoren: de wrmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de innenunit ngesloten. Voor elke kmer met vloerverwrming: er is een (ter pltse te voorziene) fsluiter voor de vloerverwrming. Deze verhindert dt wrm wter geleverd wordt wnneer de kmer niet vrgt om verwrmd te worden. Voor elke kmer met wrmtepompconvectoren: de gewenste kmertempertuur wordt vi de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren ingesteld. Voor elke kmer met vloerverwrming: de gewenste kmertempertuur wordt vi de externe (drdloze of edrde) kmerthermostt ingesteld. De edrijfsmodus wordt ingesteld door de geruikersinterfce ngesloten op de innenunit. Let op: de edrijfsmodus vn elke externe kmerthermostt en fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren moet ingesteld worden om met de innenunit overeen te stemmen. Configurtie Voor nog meer comfort en etere prestties, dviseert ROTEX de optie met fsluiterkit EKVKHPC op elke wrmtepompconvector te pltsen. Instelling Wrde Tempertuurregeling vn de unit: 0 (Besturing AWT): De unit werkt op sis vn de #: [A.2.1.7] nvoerwtertempertuur. Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: 0 (1 AWT-zone): Primir #: [A.2.1.8] Code: [7-02] 12

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen 5.2.3 Meerdere kmers Twee AWT-zones Als de wrmtefgevers die voor elke kmer gekozen werden, voor verschillende nvoerwtertemperturen ontworpen zijn, kunt u verschillende nvoerwtertempertuurzones geruiken (mximum 2). In dit document: Hoofdzone = Zone met de lgste ontwerptempertuur Secundire zone = de ndere zone VOORZICHTIG Als er meer dn een nvoerwterzone is, moet u STEEDS een mengklepsttion in de primire zone pltsen om de nvoerwtertempertuur te verlgen (in verwrming) ls de secundire zone verwrming/koeling vrgt. Typisch vooreeld: Kmer (zone) Wrmtefgevers: ontwerptempertuur Woonkmer (primire zone) Vloerverwrming: 35 C Slpkmers (secundire zone) Wrmtepompconvectoren: 45 C Opstelling d c A B D E A Anvoerwtertempertuur secundire zone B Kmer 1 C Kmer 2 D Anvoerwtertempertuur primire zone E Kmer 3 Afstndsediening vn de wrmtepompconvectoren Geruikersinterfce c Mengklepsttion d Drukregelklep Monteer een drukregelklp voor het mengklepsttion. De reden hiervoor is om een evenwichtige wterdeiet te heen tussen de nvoerwtertempertuur voor de primire zone en de nvoerwtertempertuur voor de secundire zone in functie vn de nodige cpciteit voor eide wtertempertuurzones. C Voor de primire zone: Een mengklepsttion is voor de vloerverwrming gepltst. De pomp vn het mengklepsttion wordt gestuurd door het AAN/UIT-signl vn de innenunit (X2M/5 en X2M/7; normldicht-output voor de fsluiters). De kmertempertuur wordt geregeld door de geruikersinterfce, die ls kmerthermostt geruikt wordt. Voor de secundire zone: De wrmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de innenunit ngesloten. De gewenste kmertempertuur wordt voor elke kmer ingesteld vi de fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren. De signlen vn elke wrmtepompconvector om verwrming te vrgen zijn in prllel op de digitle input vn de innenunit ngesloten (X2M/1 en X2M/4). De innenunit zl lleen de gewenste secundire nvoerwtertempertuur leveren wnneer dit werkelijk gevrgd wordt. De edrijfsmodus wordt ingesteld door de geruikersinterfce ngesloten op de innenunit. Let op: de edrijfsmodus vn elke externe fstndsediening vn de wrmtepompconvectoren moet ingesteld worden om met de innenunit overeen te stemmen. Configurtie Instelling Tempertuurregeling vn de unit: #: [A.2.1.7] Code: [C-07] Antl wtertempertuurzones: #: [A.2.1.8] Code: [7-02] In gevl vn wrmtepompconvectoren: Externe kmerthermostt voor de secundire zone: #: [A.2.2.5] Code: [C-06] Output fsluiter Op het mengklepsttion Wrde 2 (Best. kmrthrmst): De unit werkt op sis vn de omgevingstempertuur vn de geruikersinterfce. Opmerking: Primire kmer = geruikersinterfce geruikt ls kmerthermosttfunctie Andere kmers = externe kmerthermosttfunctie 1 (2 AWT-zones): Primir + secundir 1 (Thermo AAN/UIT): Als de geruikte externe kmerthermostt of wrmtepompconvector enkel een thermo AAN/UIT-stt kn sturen. Ingesteld om de thermovrg vn de primire zone te volgen. Stel de gewenste hoofdnvoerwtertempertuur in. Voordelen Comfort. De slimme kmerthermosttfunctie kn de gewenste nvoerwtertempertuur verhogen of verlgen op sis vn de werkelijke kmertempertuur (npssing). De comintie vn de twee wrmtefgeversystemen iedt het uitstekende verwrmingscomfort vn de vloerverwrming en de snelle luchtopwrming vn de wrmtepompconvectoren (v. woonkmer=vloerverwrming en de slpkmer=convector (geen continue verwrming)). 13

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Effectiviteit. Afhnkelijk vn de vrg zl de innenunit verschillende nvoerwtertemperturen leveren om n de gewenste tempertuur vn de verschillende wrmtefgevers te voldoen. Vloerverwrming levert de este prestties met ROTEX HPSU. 5.3 Een extr wrmteron voor ruimteverwrming in/opstellen Ruimteverwrming kn worden geleverd door: De innenunit Een op het systeem ngesloten extr (ter pltse te voorziene) ketel Als de kmerthermostt om verwrming vrgt, zl de innenunit of de extr ketel eginnen te werken in functie vn de uitentempertuur (sttus vn de omschkeling nr een externe wrmteron). Als de extr ketel de toelting krijgt, wordt de ruimteverwrming door de innenunit UIT-geschkeld. Een ivlente werking is lleen mogelijk voor ruimteverwrming, NIET om wrm tpwter te produceren. Het wrm tpwter wordt ltijd door de op de innenunit ngesloten wrmtpwtertnk geproduceerd. Tijdens het verwrmen vi de wrmtepomp zl de wrmtepomp werken om de gewenste tempertuur te ereiken die vi de geruikersinterfce werd ingesteld. Wnneer de weersfhnkelijke werking gectiveerd is, wordt de wtertempertuur utomtisch epld op sis vn de uitentempertuur. Tijdens het verwrmen vi de extr ketel zl de extr ketel werken om de gewenste wtertempertuur te ereiken die vi de ediening vn de extr ketel werd ingesteld. Opstelling Integreer de extr ketel ls volgt: c d e j f g i g f FHL1 h FHL2 FHL3 Controleer of de extr ketel en zijn integrtie in het systeem voldoen n de geldende wetgeving. ROTEX is NIET verntwoordelijk voor foute of onveilige situties in het systeem vn de extr ketel. Zorg ervoor dt het retourwter nr de wrmtepomp NIET hoger is dn 55 C. Om dit te ereiken: Stel de gewenste wtertempertuur vi ediening vn de extr ketel in op mximum 55 C. Plts een qusttklep in het retourwterdeiet vn de wrmtepomp. Stel de qusttklep in om dicht te gn oven de 55 C en open te gn onder de 55 C. Plts terugslgkleppen. Zorg ervoor dt er mr één expnsievt in het wtercircuit nwezig zijn. De innenunit is l uitgerust met een expnsievt. Plts de digitle I/O-printplt (optie EKRP1HB). Sluit X1 en X2 (omschkeling nr externe wrmteron) op de printplt n op de thermostt vn de extr ketel. Om de wrmtefgevers in/op te stellen, zie "5.2 Het ruimteverwrmingssysteem in/opstellen" op pgin 9. Configurtie Vi de geruikersinterfce (snelle wizrd): Stel het geruik vn een ivlent systeem in ls externe wrmteron. Stel de ivlente tempertuur en de hysteresis in. Zorg ervoor dt de ivlent hysteresis voldoende differentil heeft, zodt er niet veelvuldig tussen de innenunit en de extr ketel omgeschkeld wordt. Veelvuldig omschkelen kn corrosie vn de extr ketel veroorzken. Voor meer informtie, neem contct op met de friknt vn de extr ketel. Door een hulpcontct esliste omschkeling nr externe wrmteron Alleen mogelijk voor een regeling vi een externe kmerthermostt EN één nvoerwtertempertuurzone (zie "5.2 Het ruimteverwrmingssysteem in/opstellen" op pgin 9). Het hulpcontct kn zijn: Een uitentempertuurthermostt Een stroomtrievencontct Een hndmtig ediend contct Opstelling: verind de volgende ter pltse te voorziene edrding: L H Com c d e f g h i j FHL1...3 Binnenunit Wrmtewisselr Bck-upverwrming Pomp Afsluiter Terugslgklep (ter pltse te voorzien) Afsluiter (ter pltse te voorzien) Verdeelstuk (ter pltse te voorzien) Extr ketel (ter pltse te voorzien) Aqustt-klep (ter pltse te voorzien) Vloerverwrming Indoor/Auto/Boiler N B TI A H K1A K2A A K1A K2A K1A Indoor X2M B TI 1 2 3 4 X Y K2A Input ketelthermostt Hulpcontct (norml dicht) Vrg om verwrming kmerthermostt (optioneel) Hulprelis voor inschkelen vn innenunit (ter pltse te voorzien) Hulprelis voor inschkelen vn ketel (ter pltse te voorzien) 14

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Indoor Auto Boiler Binnenunit Automtisch Ketel Zorg ervoor dt het hulpcontct voldoende differentil of tijdsvertrging heeft, zodt er niet veelvuldig tussen de innenunit en de extr ketel omgeschkeld wordt. Als het hulpcontct een uitentempertuurthermostt is, moet de thermostt in de schduw gepltst worden, zodt hij niet door de zon eïnvloed of AAN/ UITgeschkeld wordt. Veelvuldig omschkelen kn corrosie vn de extr ketel veroorzken. Voor meer informtie, neem contct op met de friknt vn de extr ketel. 5.4 De tnk voor wrm tpwter in/ opstellen 5.4.1 Systeemlyout Ingeouwde wrmtpwtertnk c d e f g h FHL1...3 UI e M d c f g g FHL1 UI h FHL2 Binnenunit Wrmtewisselr Bck-upverwrming Pomp Gemotoriseerde 3-wegklep Wrmtpwtertnk Afsluiter Verdeelstuk (ter pltse te voorzien) Vloerverwrming Geruikersinterfce FHL3 5.4.2 De gewenste tempertuur selecteren voor de wrmtpwtertnk Mensen ervren wter ls wrm ls het wter een tempertuur vn 40 C heeft. Om deze reden wordt het wrmtpwterverruik steeds uitgedrukt in equivlent wrmwtervolume n 40 C. U kunt evenwel de tempertuur vn de wrmtpwtertnk hoger instellen (ijv. op 53 C) en dit wter dn met koud wter (ijv. op 15 C) vermengen. Het volume en de gewenste tempertuur selecteren voor de wrmtpwtertnk omvt: 1 Het wrmtpwterverruik eplen (equivlent wrmwtervolume op 40 C). 2 Het volume en de gewenste tempertuur voor de wrmtpwtertnk eplen. Mogelijke wrmtpwtertnkvolumes Type Ingeouwde wrmtpwtertnk Mogelijke volumes 180 l Tips om energie te espren Als het wrmtpwterverruik vn dg tot dg verschilt, kunt u een weekprogrmm progrmmeren met verschillende gewenste wrmtpwtertnktemperturen voor elke dg. Hoe lger de gewenste wrmtpwtertnktempertuur, hoe economischer. De wrmtepomp zelf kn wrm tpwter vn mximum 55 C produceren. De elektrische weerstnd die in de wrmtepomp is geïntegreerd, kn deze tempertuur verhogen. Hierdoor verruikt u echter meer energie. ROTEX dviseert om de gewenste wrmtpwtertnktempertuur lger dn 55 C in te stellen om de elektrische weerstnd niet te moeten geruiken. Als de wrmtepomp wrm tpwter produceert, kn deze geen ruimte verwrmen. Als u gelijktijdig wrm tpwter en ruimteverwrming nodig het, dviseert ROTEX het wrm tpwter 's nchts te produceren wnneer er minder ruimteverwrming gevrgd wordt. Het wrmtpwterverruik eplen Antwoord de volgende vrgen en ereken het wrmtpwterverruik (equivlent wrmwtervolume op 40 C) met de typische wtervolumes: Vrg Hoeveel douches zijn er per dg nodig? Hoeveel den zijn er per dg nodig? Hoeveel wter is er per dg nodig voor de gootsteen? Zijn er ndere ehoeften n wrm tpwter? Typisch wtervolume 1 douche=10 min 10 l/min=100 l 1 d=150 l 1 gootsteen=2 min 5 l/min=10 l Vooreeld: ls het wrmtpwterverruik vn een gezin (4 personen) per dg ls volgt verdeeld is: 3 douches 1 d 3 gootsteenvolumes Dn is het verruik n wrm tpwter = (3 100 l)+(1 150 l)+(3 10 l)=480 l Het volume en de gewenste tempertuur voor de wrmtpwtertnk eplen Formule V 1 =V 2 +V 2 (T 2 40)/(40 T 1 ) Vooreeld Als: V 2 =180 l T 2 =54 C T 1 =15 C Dn is V 1 =280 l 15

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Formule Vooreeld V 2 =V 1 (40 T 1 )/(T 2 T 1 ) Als: V 1 =480 l T 2 =54 C T 1 =15 C Dn is V 2 =307 l V 1 Wrmtpwterverruik (equivlent wrmwtervolume op 40 C) V 2 Nodig wrmtpwtertnkvolume ls slechts 1 ml opgewrmd T 2 Tempertuur wrmtpwtertnk Tempertuur koud wter T 1 5.4.3 Instelling en configurtie Wrmtpwtertnk Voor grote wrmtpwterverruiken kunt u de wrmtpwtertnk meerdere mlen overdg opwrmen. Op de wrmtpwtertnk op te wrmen tot de gewenste wrmtpwtertnktempertuur kunt u de volgende energieronnen geruiken: De thermodynmische cyclus vn de wrmtepomp Elektrische ck-upverwrming Voor meer informtie over het optimliseren vn het energieverruik om wrm tpwter te produceren: zie "8 Configurtie" op pgin 38. 5.4.4 Wrmtpwterpomp voor ogenlikkelijk wrm wter Opstelling e f c d e f c d Wrmtpwtertnk Wrmtpwterpomp Douche Koud wter UITGANG wrm tpwter Hercircultieverinding Door een wrmtpwterpomp n te sluiten stroomt ogenlikkelijk wrm wter uit de krn. De wrmtpwterpomp en de pltsing ervn zijn ter pltse te voorzien en vllen onder de verntwoordelijkheid vn de instllteur. Voor meer informtie over het nsluiten vn de hercircultieverinding: zie "7 Instlltie" op pgin 26. Configurtie Voor meer informtie, zie "8 Configurtie" op pgin 38. U kunt een progrmm progrmmeren om de wrmtpwterpomp vi de geruikersinterfce te edienen. Voor meer informtie, zie de uitgereide hndleiding voor de geruiker. 5.4.5 Wrmtpwterpomp voor desinfectie Opstelling g h c d e f g h c d e f Wrmtpwtertnk Wrmtpwterpomp Verwrmingselement Terugslgklep Douche Koud wter UITGANG wrm tpwter Hercircultieverinding De wrmtpwterpomp en de pltsing ervn zijn ter pltse te voorzien en vllen onder de verntwoordelijkheid vn de instllteur. De tempertuur vn de wrmtpwtertnk tot mximum 60 C ingesteld worden. Indien de geldende wetgeving een hogere desinfectietempertuur voorschrijft, kunt u (zols hoger getoond) een wrmtpwterpomp en een verwrmingselement nsluiten. Indien de geldende wetgeving vereist dt de wterleidingen tot het ftppunt gedesinfecteerd worden, kunt u een wrmtpwterpomp en een verwrmingselement (indien nodig) zols hoger getoond nsluiten. Configurtie De innenunit kn de werking vn de wrmtpwterpomp regelen. Voor meer informtie, zie "8 Configurtie" op pgin 38. 5.5 De energiemeting instellen Vi de geruikersinterfce kunt u de volgende energiegegevens flezen: Geproduceerde wrmte Verruikte energie U kunt de energiegegevens flezen: Voor de ruimteverwrming Om wrm tpwter te produceren U kunt de energiegegevens flezen: Per mnd Per jr De erekende geproduceerde wrmte en energieverruik zijn ij endering, dr de nuwkeurigheid niet gegrndeerd kn worden. 5.5.1 Geproduceerde wrmte De sensoren die geruikt worden om de geproduceerde wrmte te erekenen, worden tijdens de test Pomptest (ruimteverwrming) vn de stelmotoren geijkt. De ijking wordt gereset wnneer de softwre een updte krijgt. De geproduceerde wrmte wordt intern erekend op sis vn: De nvoerwtertempertuur en de retourwtertempertuur Het deiet Instelling en configurtie: geen ijkomende pprtuur vereist. 5.5.2 Verruikte energie De verruikte energie meten Ze vereist wel externe energiemeters. 16

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Op/instelling en configurtie: Voor de kenmerken vn elk type vn meter, zie "14 Technische gegevens" op pgin 72. Wnneer elektrische-energiemeters geruikt worden, stel het ntl pulsen/kwh voor elke energiemeter in vi de geruikersinterfce. De gegevens over de verruikte energie zullen lleen eschikr zijn indien deze instelling geconfigureerd is. Wnneer u het elektrische-energieverruik meet, zorg ervoor dt de elektrische-energiemeters de VOLLEDIGE energietoevoer nr het systeem meten. 5.5.3 Elektrische voeding met norml kwhtrief Algemene regel Eén energiemeter die het volledige systeem dekt, is voldoende. Opstelling Sluit de energiemeter n op X5M/7 en X5M/8. Energiemetertype Geruik een driefsige energiemeter. Vooreeld 00580 1 50 450896.005 c e d A A c d e Binnenunit Elektriciteitskst (L 1 /L 2 /L 3 /N) Energiemeter (L 1 /L 2 /L 3 /N) Zekering (L 1 /L 2 /L 3 /N) Bck-upverwrming (L 1 /L 2 /L 3 /N) Binnenunit (L 1 /L 2 /L 3 /N) Uitzondering U kunt in de volgende gevllen een tweede energiemeter geruiken: Het energieereik vn de eerst meter is onvoldoende. De elektriciteitsmeter kn niet gemkkelijk in de elektriciteitskst gepltst worden. Ansluiting en instelling: Sluit de tweede energiemeter n op X5M/9 en X5M/10. In de softwre worden de gegevens vn het energieverruik vn eide meters opgeteld, zodt u NIET hoeft in te stellen welke meter welk energieverruik meet. U hoeft lleen het ntl pulsen vn elke energiemeter in te geven. Zie "5.5.4 Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief" op pgin 17 voor een vooreeld met twee energiemeters. 5.5.4 Elektrische voeding met voorkeur kwhtrief Opstelling Sluit energiemeter 1 n op X5M/7 en X5M/8. Sluit energiemeter 2 n op X5M/9 en X5M/10. Zie "6.4.3 Overzicht vn de elektrische verindingen, ehlve de uitwendige stelmotoren" op pgin 25. 5.6 De regeling vn het energieverruik instellen De esturing vn het energieverruik: Lt u toe het energieverruik vn het hele systeem te eperken (de som vn de innenunit en de ckupverwrming). Configurtie: geef vi de geruikersinterfce de volgende zken in: het niveu vn vermogeneperking en de mnier wrop dit gedn moet worden. Het niveu vn vermogeneperking kn ls volgt uitgedrukt worden: Mximum opgenomen mperge (in A) Mximum opgenomen vermogen (in kw) Het niveu vn vermogeneperking kn ls volgt ingeschkeld worden: Continu Door digitle inputs Tijdens noodedrijf kn de esturing energieverruik NIET worden geruikt. Dit is omdt de ckupverwrming een grotere cpciteit heeft dn tijdens de normle werking (9 kw i.p.v. 6 kw) en drom zl de door de unit erekende nodige stroom kleiner zijn dn de huidig nodige stroom. Indien de vermogeneperking is ingeschkeld, worden wtertempertuurinstelpunten oven 60 C in ruimteverwrming NIET gewrorgd. 5.6.1 Continue vermogeneperking Een continue vermogeneperking is nuttig om ervoor te zorgen dt het systeem steeds over een mximle energie- of stroomtoevoer eschikt. In sommige lnden eperkt de wetgeving het mximle energieverruik voor ruimteverwrming en het produceren vn wrm tpwter. P i DI P i t DI t Opgenomen vermogen Tijd Digitle input (niveu vermogeneperking) Vermogeneperking ingeschkeld Werkelijke opgenomen vermogen 17

5 Richtlijnen met etrekking tot mogelijke toepssingen Op/instelling en configurtie Geen ijkomend pprtuur nodig. Stel vi de geruikersinterfce de instellingen voor de esturing vn het energieverruik in zols eschreven in "Een overzichtsinstelling wijzigen" op pgin 39 (voor de eschrijving vn lle instellingen, zie "8 Configurtie" op pgin 38): Selecteer de stnd met voltijdse eperking Selecteer het type vn eperking (energievermogen in kw of stroom in A) Geef het gewenste niveu vn vermogeneperking in Stel een minimum energieverruik vn ±3 kw in om de ruimteverwrming te lten werken en wrm tpwter te produceren door minstens stp 1 vn de ckupverwrming toe te lten. 5.6.2 Vermogeneperking door digitle inputs ingeschkeld Een vermogeneperking is tevens nuttig in comintie met een energieeheersysteem. Het vermogen of de stroom vn het volledige ROTEX-systeem wordt dynmisch door digitle inputs eperkt. Het niveu vn vermogeneperking kn vi de geruikersinterfce ingesteld worden door een vn de volgende elementen te eperken: Stroom (in A) Opgenomen vermogen (in kw) Het energieeheersysteem (ter pltse te voorzien) eplt wnneer een epld niveu vn vermogeneperking ingeschkeld moet worden. Vooreeld: Om het mximumvermogen vn het volledige huis te eperken (verlichting, huishoudtoestellen, ruimteverwrming ). DI4 DI3 DI1 P i 5 4 3 A8P 2 1 A A B P i t DI B Binnenunit Energieeheersysteem Inschkeling vermogeneperking (4 digitle inputs) Bck-upverwrming t Opgenomen vermogen Tijd Digitle inputs (niveus vermogeneperking) Vermogeneperking ingeschkeld Werkelijke opgenomen vermogen Opstelling Vrg-printplt (optie EKRP1AHTA) nodig. Er worden mximum vier digitle inputs geruikt om het overeenstemmend niveu vn vermogeneperking in te schkelen: DI1 = zwkste eperking (hoogst energieverruik) DI4 = strengste eperking (lgst energieverruik) Voor de specificties en de nsluiting vn de digitle inputs, zie "14.5 Bedrdingsschem onderdelen: Binnenunit" op pgin 77. Configurtie Stel vi de geruikersinterfce de instellingen voor de esturing vn het energieverruik in zols eschreven in "Een overzichtsinstelling wijzigen" op pgin 39 (voor de eschrijving vn lle instellingen, zie "8 Configurtie" op pgin 38): Selecteer inschkelen door digitle inputs. Selecteer het type vn eperking (energievermogen in kw of stroom in A). Stel het gewenste niveu vn vermogeneperking in dt met elke digitle input overeenstemt. Indien meer dn 1 digitle input (gelijktijdig) gesloten is, is de voorrng vn digitle input vst: DI4 voorrng> >DI1. 5.6.3 Vermogeneperking: werking De compressor heeft een etere effectiviteit dn de elektrische verwrming. Om deze reden wordt de elektrische verwrming eperkt en eerst UIT gezet. Het systeem eperkt het energieverruik in de volgende orde: 1 Het eperkt de elektrische verwrming. 2 Zet de elektrische verwrming UIT. 3 Beperkt de compressor. 4 Zet de compressor uit. Vooreeld P h A P h C e A B c d c d B C e Geproduceerde wrmte Verruikte energie Compressor Bck-upverwrming Beperkte compressorwerking Volledige compressorwerking Stp 1 ck-upverwrming AANgezet Stp 2 ck-upverwrming AANgezet 5.7 Een externe tempertuursensor opstellen Binnenomgevingstempertuur U kunt 1 externe tempertuursensor nsluiten. Het kn de innenomgevingstempertuur meten. ROTEX dviseert in de volgende gevllen een uitwendige tempertuursensor te geruiken: Wnneer een kmerthermostt de tempertuur regelt, wordt de geruikersinterfce ls kmerthermostt geruikt en meet deze de innenomgevingstempertuur. Drom moet de geruikersinterfce op een plts gepltst worden: Wr de gemiddelde tempertuur in de kmer gedetecteerd kn worden Dit etekent: NIET n rechtstreeks zonlicht lootgesteld Dit etekent: NIET in de nijheid vn een wrmteron Dit etekent: NIET door uitenlucht of tocht door ijv. het openen/sluiten vn deuren Indien dit NIET mogelijk is, dviseert ROTEX een fstndsinnensensor n te sluiten (optie KRCS01-1). 18

6 Voorereiding Opstelling: voor de instlltie-instructies, zie de instlltiehndleiding vn de fstndsinnensensor. Configurtie: selecteer kmersensor [A.2.2.B]. Buitenomgevingstempertuur De fstndstempertuursensor (geleverd ls toeehoren) meet de uitenomgevingstempertuur. Opstelling: Om de fstndstempertuursensor te instlleren, rdpleeg de instlltiehndleiding vn de sensor (geleverd ls toeehoren). Om de fstndstempertuursensor op de innenunit n te sluiten, rdpleeg "7.6.5 De fstndstempertuursensor nsluiten" op pgin 34. Configurtie: Geen. 6 Voorereiding 6.1 Overzicht: Voorereiding Dit hoofdstuk eschrijft wt u moet doen en kennen voorleer ter pltse te gn. Het evt informtie over: De instlltieplts voorereiden De leidingen voorereiden De elektrische edrding voorereiden 6.2 De instlltieplts voorereiden Instlleer de unit NIET op een plts die vk ls werkplts wordt geruikt. Wnneer ouwwerken (ijv. slijpwerk) worden uitgevoerd wrij veel stof wordt geproduceerd, moet de unit worden fgedekt. Kies een instlltieplts met voldoende ruimte om de unit in en uit de site te kunnen drgen. 6.2.1 Vereisten inzke de plts wr de innenunit geïnstlleerd wordt Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in hoofdstuk Algemene veiligheidsmtregelen. Houd rekening met de volgende richtlijnen inzke de enodigde ruimte: (mm) >500 Instlleer de unit NIET in een vn de volgende pltsen: In de nwezigheid vn dmpen vn minerle olie, oliespry of - dmpen. De kwliteit vn de onderdelen in kunststof kn verminderen en ze kunnen vn het toestel vllen of wterlekken veroorzken. Geluidsgevoelige zones (zols nst een slpkmer en dergelijke), zodt het geproduceerd geluid in edrijf geen overlst veroorzkt. De ondergrond moet sterk genoeg zijn om het gewicht vn de unit te drgen. Neem ls gewicht het gewicht vn de unit met een volle tnk voor wrm tpwter. Zorg ervoor dt in het gevl vn een wterlek, het wter geen schde kn erokkenen n de instlltieruimte en de omgeving. Op zeer vochtige pltsen (rel. vochtigheid=mx. 85%), ijv. een dkmer. Op pltsen onderhevig n vorst. De omgevingstempertuur rond de innenunit moet >5 C edrgen. De innenunit is ontworpen om lleen innen geïnstlleerd te worden en ij omgevingstemperturen vn 5~30 C in de verwrmingsstnd. 6.3 De leidingen voorereiden 6.3.1 Circuitvereisten Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in hoofdstuk Algemene veiligheidsmtregelen. Circuittypes. Behlve het koelcircuit zijn er in de unit 2 ndere circuits inegrepen. Voor ltere rdpleging: het circuit dt is ngesloten op het oorgt wordt het pekelcircuit genoemd, het ndere circuit dt is ngesloten op de wrmtefgevers wordt het ruimteverwrmingscircuit genoemd. De leidingen nsluiten Wetgeving. Mk lle leidingnsluitingen overeenkomstig de toepsselijke wetgeving en de nwijzingen in hoofdstuk Instlltie en houd hierij rekening met de wterinlt en -uitlt. De leidingen nsluiten Krcht. Oefen GEEN overdreven krcht uit wnneer u de leidingen nsluit. Vervormde leidingen kunnen storingen in de unit veroorzken. De leidingen nsluiten Gereedschppen. Geruik lleen gereedschp dt voor koper geschikt is, ngezien koper een zcht mteril is. ANDERS kunnen uizen eschdigd worden. De leidingen nsluiten Lucht, vochtigheid, stof. Als lucht, vocht of stof in het circuit terechtkomt, kunnen storingen ontstn. Om dit te voorkomen: geruik lleen schone uizen; houd de uiteinden vn de leidingen omlg tijdens het verwijderen vn rmen; dek de uiteinden vn de leiding f wnneer u de leiding door een muur steekt, zodt stof noch vuil in de leiding kn indringen; geruik een goed drdfdichtmiddel om verindingen wterdicht te mken. Gesloten circuit. Geruik de innenunit ENKEL in een gesloten wtersysteem voor pekelcircuit en ruimteverwrmingscircuit. Het systeem in een open wterinstlltie geruiken zou overmtige corrosie ls gevolg heen. WAARSCHUWING Wnneer er wordt ngesloten op een open grondwtersysteem, is een tussenwrmtewisselr vereist om schde (vuil, evriezing) n de unit te voorkomen. 19

6 Voorereiding Glycol. Om veiligheidsredenen is het NIET toegestn glycol in het ruimteverwrmingscircuit toe te voegen. Lengte vn de leidingen. Wij dviseren de leidingen tussen de tnk voor wrm tpwter en het fnmepunt vn het wrme wter (douche, d enz.) zo kort mogelijk te mken en doodlopende stukken te vermijden. Dimeter vn de leidingen. Selecteer de dimeter voor de leidingen op sis vn het vereiste deiet en de eschikre externe sttische druk vn de pomp. Zie "14 Technische gegevens" op pgin 72 voor de grfieken voor de externe sttische drukken voor de innenunit. Deiet. U kunt het vereiste minimumwterdeiet voor de werking vn de innenunit in de volgende tel vinden. Als het deiet kleiner is, zl deietfout 7H verschijnen en zl de innenunit stoppen met werken. Model Minimumdeiet 10 Ruimteverwrmingscircuit: 8 l/min Pekelcircuit: 25 l/min Ter pltse te voorziene onderdelen Vloeistof. Geruik lleen mterilen die comptiel zijn met vloeistof die in de instlltie geruikt wordt en met de mterilen vn de innenunit. Ter pltse te voorziene onderdelen Vloeistofdruk en - tempertuur. Controleer of lle componenten in de lokle leidingen estnd zijn tegen de vloeistofdruk en vloeistoftempertuur. Vloeistofdruk Ruimteverwrmings- en pekelcircuit. De mximle vloeistofdruk vn het ruimteverwrmings- en pekelcircuit edrgt 4 r. Voorzie gepste veiligheden in het wtercircuit om ervoor te zorgen dt de mximumdruk NIET overschreden wordt. Vloeistofdruk Wrmtpwtertnk. De mximle vloeistofdruk vn de wrmtpwtertnk is 10 r. Voorzie gepste veiligheden in het wtercircuit om ervoor te zorgen dt de mximumdruk NIET overschreden wordt. Vloeistoftempertuur. Alle gepltste leidingen en leidingtoeehoren (kleppen, verindingsstukken enz.) DIENEN estnd te zijn tegen de volgende temperturen: De volgende feelding is een vooreeld en stemt mogelijk NIET overeen met de ly-out vn uw instlltie. c d e f g h i j FCU1...3 FHL1...3 65 C i j f M c d e e 70 C g M h h FCU1 FCU2 FCU3 h h FHL1 FHL2 Binnenunit Wrmtewisselr Bck-upverwrming Pomp Afsluiter Gemotoriseerde 3-wegklep Gemotoriseerde 2-wegklep (ter pltse te voorzien) Verdeelstuk Tnk voor wrm tpwter Wrmtewisselrspoel Ventiltorconvector (optie) Vloerverwrmingslus FHL3 Aftppen Lge punten. Voorzie ftppunten op lle lge punten vn het systeem om het wtercircuit volledig te kunnen flten. Aftppen Overdrukveiligheidsklep. Voorzie een goede fvoer voor de overdrukveiligheidsklep om te eletten dt wter uit de unit zou druppelen. Zie "7.5.3 De overdrukveiligheidsklep op de fvoer nsluiten" op pgin 30. WAARSCHUWING Alle leidingwerk dt is ngesloten op de pekeldrukveiligheidsklep dient een voortdurende floop te heen. De fltleiding vn de pekeldrukveiligheidsklep moet eindigen op een veilige, zichtre positie die geen risico vormt voor personen die zich in de uurt ervn evinden. Ontluchtingspunten. Voorzie ontluchtingspunten op lle hoge punten vn de instlltie; deze punten moeten voor onderhoud gemkkelijk ereikr zijn. De innenunit is n de ruimteverwrmingszijde voorzien vn een utomtische ontluchting. Controleer of deze ontluchtingsklep NIET te hrd is vstgedrid, zodt het wtercircuit utomtisch ontlucht kn worden. Onderdelen met een zinkekleding. Geruik NOOIT onderdelen met een zinkekleding in het vloeistofcircuit. Angezien het vloeistofcircuit in de unit uit koperen uizen estt, kn nders 20

6 Voorereiding overmtige corrosie optreden. Onderdelen met zinkekleding in het pekelcircuit kunnen neersln vn eplde estnddelen in de ntivriesvloeistoffencorrosie-inhiitor veroorzken. WAARSCHUWING Door de nwezigheid vn glycol kn er corrosie vn het systeem optreden. Ongeonden glycol verndert in een zuur onder invloed vn zuurstof. Dit proces wordt versneld door de nwezigheid vn koper en ij hoge temperturen. De zure ongeonden glycol tst metlen oppervlkken n en vormt glvnische corrosiecellen die ernstige schde toerengen n het systeem. Drom is het elngrijk dt: de wterehndeling correct wordt uitgevoerd door een evoegd wterspecilist, glycol met corrosie-inhiitoren wordt gekozen om te voorkomen dt er zuren worden gevormd door de oxidtie vn glycolen, er geen glycol voor uto's wordt geruikt omdt de corrosie-inhiitoren drin een eperkte levensduur heen en silicten evtten die het systeem kunnen vervuilen of verstoppen, geglvniseerde leidingen niet worden geruikt ij glycolsystemen ngezien de nwezigheid drvn ertoe kn leiden dt eplde estnddelen in de glycolcorrosie-inhiitor neersln. Hou rekening met de hygroscopische eigenschp vn ntivriesvloeistoffen: het soreert vocht uit zijn omgeving. Door de dop vn de ntivriesvloeistoffles open te lten, stijgt de wterconcentrtie. De ntivriesvloeistofconcentrtie is lger dn verwcht. Als gevolg drvn kn er toch evriezing optreden. Preventieve mtregelen moeten worden genomen om te zorgen dt de ntivriesvloeistof zo min mogelijk wordt lootgesteld n lucht. Niet-koperen metlen leidingen. Wnneer ook niet-koperen metlen leidingen geruikt worden, isoleer dn elke koperen leiding goed vn elke niet-koperen leiding, zodt ze NIET met elkr in contct kunnen komen. Dit, om glvnische corrosie te vermijden. Klep Omschkeltijd. Wnneer een 2-wegklep in het ruimteverwrmingscircuit wordt geruikt, MOET de omschkeltijd vn de klep mximum 60 seconden edrgen. Filter. Het is ten zeerste ngewezen een dditionele filter in het wtercircuit vn de verwrming te monteren. Om drij stukjes metl fkomstig uit de vuile verwrmingsleidingen te verwijderen, wordt gedviseerd een mgneet- of cycloonfilter te geruiken om fijne deeltjes te verwijderen. Kleine deeltjes kunnen de unit eschdigen en worden NIET door de stndrdfilter vn de wrmtepompinstlltie verwijderd. Wrmtpwtertnk Cpciteit. Om geen wtergerek te heen, is het elngrijk dt de opslgcpciteit vn de tnk voor wrm tpwter groot genoeg is om n de dgelijkse ehoefte n wrm tpwter te voldoen. Wrmtpwtertnk N de instlltie. Onmiddellijk n de instlltie moet de tnk voor wrm tpwter gespoeld worden met koud wter. Deze procedure moet de eerste 5 opeenvolgende dgen n de instlltie minstens eenml per dg herhld worden. Wrmtpwtertnk Stilstndperiodes. Als er gedurende lngere periodes geen wrm wter wordt verruikt, MOET de pprtuur voor geruik gespoeld worden met koud wter. Wrmtpwtertnk Desinfectie. Voor de desinfectiefunctie vn de wrmtpwtertnk, rdpleeg "8.3.2 Het wrm tpwter regelen: gevnceerd" op pgin 52. Thermosttische mengkrnen. Conform de geldende wetgeving moeten er mogelijk thermosttische mengkrnen worden geïnstlleerd. Voorzorgsmtregelen inzke hygiëne. De instlltie moet voldoen n de geldende wetgeving en vereist mogelijk ijkomende voorzorgsmtregelen voor een hygiënische instlltie. Hercircultiepomp. Conform de geldende wetgeving kn het mogelijk zijn dt een hercircultiepomp gepltst moet worden tussen het wrmwterfnmepunt en de hercircultieverinding vn de tnk voor wrm tpwter. c d c d Hercircultieverinding Wrmwternsluiting Douche Hercircultiepomp 6.3.2 Formule om de voordruk vn het expnsievt te erekenen De voordruk (Pg) vn het expnsievt hngt f vn het hoogteverschil (H) vn de instlltie: Pg=0,3+(H/10) (r) 6.3.3 Het wtervolume vn het ruimteverwrmingscircuit en het pekelcircuit controleren De innenunit heeft 2 expnsievten vn 10 liter, een voor het ruimteverwrmingscircuit en een voor het pekelcircuit. Om zeker te zijn dt de unit nr ehoren werkt: controleer het minimum en het mximum wtervolume. U moet mogelijk de voordruk vn het expnsievt npssen. Controleer het totle ruimteverwrmingswtervolume in de unit. Controleer het totle pekelwtervolume in de unit. Minimum wtervolume Controleer of het totle wtervolume per circuit in de instlltie minimum 20 liter edrgt, wrij het interne wtervolume in de innenunit NIET inegrepen is. Indien een minimumverwrmingselsting vn 1 kw kn worden gegrndeerd en instelling [9-04] wordt door de instllteur vn 1 tot 4 C vernderd, kn het minimumwtervolume verlgd worden tot 10 liter. Voor kritieke processen of in kmers met een grote wrmteelsting kn extr wtervolume vereist zijn. Wnneer de circultie in elke ruimteverwrmingslus geregeld wordt door op fstnd ediende kleppen, is het elngrijk dt dit minimum wtervolume ehouden lijft, zelfs wnneer lle kleppen dicht zijn. 21

6 Voorereiding e T1 T2 f T3 2.5 e e M1 M2 f M3 g 2 d c d FHL1 FHL2 FHL3 1.5 1 0.5 c d e f g FHL1...3 T1...3 M1...3 Binnenunit Wrmtewisselr Bck-upverwrming Pomp Afsluiter Verdeelstuk (ter pltse te voorzien) Omloopklep (ter pltse te voorzien) Vloerverwrmingslus (ter pltse te voorzien) Individuele kmerthermostt (optioneel) Individuele gemotoriseerde klep voor het regelen vn lus FHL1...3 (ter pltse te voorzien) Mximum wtervolume Geruik de volgende grfieken om het mximum wtervolume voor de erekende voordruk te eplen. Voor pekel hngt dit f vn de pekeltempertuurverschillen in het systeem. Vooreeld: doorheen het jr kn de tempertuur vn de pekel schommelen tussen 7 C en 10 C, zols in grfiek 1, of tussen 0 C en 10 C zols in grfiek 2. Grfiek 1: de pekeltempertuurschommeling edrgt 17 C 2.5 2 1.5 1 0.5 0.3 0 0 200 400 600 800 1000 20 Voordruk (r) Mximum wtervolume (l) Ruimteverwrmingsvt 40% propyleenglycol (pekelexpnsievt) 30% ethnol (pekelexpnsievt) Grfiek 2: de pekeltempertuurschommeling edrgt 10 C 0 0 500 1000 1500 1750 20 Voordruk (r) Mximum wtervolume (l) Ruimteverwrmingsvt 40% propyleenglycol (pekelexpnsievt) 30% ethnol (pekelexpnsievt) Vooreeld: het mximum wtervolume en de voordruk in het expnsievt Hoogteverschil Wtervolume instll- 280 l >280 l tie () 7 m De voordruk moet niet ijgeregeld worden. Doe het volgende: Verlg de voordruk. Controleer of het wtervolume NIET groter is dn het mximum toegestn wtervolume. >7 m Doe het volgende: Verhoog de voordruk. Het expnsievt vn de innenunit is te klein voor de instlltie. In dit gevl Controleer of het wordt er gedviseerd om wtervolume NIET een extr vt uiten de groter is dn het unit te instlleren. mximum toegestn wtervolume. () Er is een hoogteverschil (m) tussen het hoogste punt vn het wtercircuit en de innenunit. Als de innenunit zich op het hoogste punt vn de instlltie evindt, edrgt de instlltiehoogte 0 m. 6.3.4 De voordruk vn het expnsievt wijzigen Alleen een erkende instllteur mg de voordruk in het expnsievt npssen. Indien de stndrd ingestelde voordruk in het expnsievt (1 r) ijgeregeld moet worden, houd dn rekening met de volgende richtlijnen: Geruik lleen droge stikstof om de voordruk in het expnsievt ij te regelen. Een verkeerde instelling vn de voordruk in het expnsievt leidt tot storingen in de instlltie. Om de voordruk in het expnsievt te wijzigen, verlg of verhoog de druk vn het stikstof vi de schräderklep vn het expnsievt. 22

6.3.5 Het wtervolume controleren: vooreelden 6 Voorereiding Vooreeld 1 De innenunit is 5 m onder het hoogste punt in het wtercircuit geïnstlleerd. Het totle wtervolume in het wtercircuit edrgt 100 l. Er zijn ijregelingen of cties nodig. Schräderklep Vooreeld 2 De innenunit is op het hoogste punt in het wtercircuit geïnstlleerd. Het totle wtervolume in het wtercircuit edrgt 300 l. Acties: Omdt het totle wtervolume (300 l) meer edrgt dt het stndrd wtervolume (280 l), moet de voordruk verlgd worden. De vereiste voordruk edrgt: Pg = (0,3+(H/10)) r = (0,3+(0/10)) r=0,3 r. Het overeenstemmend mximum wtervolume n 0,3 r edrgt 350 l. (Zie hoger op de grfiek in het hoofdstuk). Omdt 300 l kleiner is dn 350 l, is het expnsievt geschikt voor de instlltie. 6.4 De elektrische edrding voorereiden 6.4.1 Over het voorereiden vn de elektrische edrding Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in hoofdstuk Algemene veiligheidsmtregelen. WAARSCHUWING Als de voeding een ontrekende of een verkeerde nulfse heeft, zl de pprtuur defect rken. Sluit correct op de rde n. Ard de unit NIET vi een nutsleiding, een piekspnningseveiliging of de rding vn de telefoon. Een onvolledige rding kn elektrische schokken veroorzken. Plts de vereiste zekeringen of stroomonderrekers. Bevestig de elektrische edrding met kelinders, zodt deze niet in contct kn komen met de uizen of scherpe rnden, voorl lngs de hogedrukzijde. Geruik GEEN drden met tpe, geen gevlochten geleiders, geen verlengkels en geen nsluitingen vn een sterinstlltie. Deze kunnen zorgen voor oververhitting of elektrische schokken of rnd veroorzken. Instlleer GEEN fsecompenstiecondenstor, omdt deze unit een inverter evt. Een fsecompenstiecondenstor vermindert de prestties en kn ongevllen veroorzken. 23

6 Voorereiding WAARSCHUWING Al de edrding moet door een erkende elektricien uitgevoerd worden en voldoen n de geldende wetgeving. Mk elektrische verindingen op de evestigde edrding. Alle op de site geleverde componenten en lle elektrische constructies dienen te voldoen n de geldende wetgeving. WAARSCHUWING Geruik ALTIJD een meerderige kel ls stroomtoevoerkel. 6.4.2 Over de elektrische voeding met voorkeur kwh-trief Elektriciteitsmtschppijen overl ter wereld doen hrd hun est om een stiele elektriciteitsdienst te leveren tegen een concurrentiële prijs en zijn vk gemchtigd om klnten een voordeeltrief n te ieden. Bijvooreeld dg/nchttrieven, seizoenstrieven, Wärmepumpentrif in Duitslnd en Oostenrijk, enz. Deze pprtuur kn worden ngesloten op dergelijke systemen met een voeding met voorkeur kwh-trief. Neem contct op met de elektriciteitsmtschppij die optreedt ls leverncier op de plts wr deze pprtuur zl worden geïnstlleerd om te vrgen of de pprtuur kn worden ngesloten op een systeem met een voeding met voorkeur kwhtrief. Wnneer de pprtuur op een dergelijke voeding met voorkeur kwh-trief is ngesloten, mg de elektriciteitsmtschppij: de voeding vn de pprtuur voor eplde tijd onderreken; eisen dt de pprtuur gedurende een eplde periode slechts een eperkte hoeveelheid stroom verruikt. De innenunit is ontworpen om een inputsignl te ontvngen dt de unit in de stnd gedwongen uit zet. Op dt ogenlik zl de unitcompressor vn de unit niet werken. De edrding nr de unit is verschillend nrgelng de elektrische voeding l dn niet onderroken wordt. 24

6 Voorereiding 6.4.3 Overzicht vn de elektrische verindingen, ehlve de uitwendige stelmotoren Algemene opmerking over fkortingen in dit en de volgende hoofdstukken: E1 = Koelmiddelcyclusonderdelen (v. compressor) en pekelleidingonderdelen (v. pekelpomp) E2 = Alle ndere onderdelen ehlve ck-upverwrming E3 = Bck-upverwrming Normle elektrische voeding Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief De elektrische voeding wordt NIET De elektrische voeding wordt onderroken onderroken 00580 1 50 00580 1 50 00580 1 50 00580 1 50 1+2 1+2 3 2 3 1 Wnneer de elektrische voeding met voorkeur kwh-trief werkt, wordt de elektrische voeding NIET onderroken. E1 wordt uitgezet door de ediening. Opmerking: De elektriciteitsmtschppij moet ltijd zorgen dt E2 en E3 elektriciteit kunnen verruiken. Normle elektrische voeding Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief 1 Voeding voor E1 en E3 2 Voeding voor E2 3 Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief (spnningsvrij contct) De instelling pekelevriezingstempertuur kn gewijzigd worden en de uitlezing is ALLEEN juist in [A.6.9] Vriespunt glycolwter n nr menu [A.8] Overzicht instellingen te zijn gegn. Deze instelling kn ALLEEN worden gewijzigd en/of opgeslgen en de uitlezing is ALLEEN juist ls de communictie tussen de hydromodule en de compressormodule nwezig is. De communictie tussen de hydromodule en de compressormodule wordt NIET gegrndeerd en/of toepsr ls: storing U4 op de geruikersinterfce verschijnt, de wrmtepompmodule is ngesloten op een elektrische voeding met voorkeur kwh-trief wnneer er een stroomonderreking is en de elektrische voeding met voorkeur kwh-trief ingeschkeld is. 6.4.4 Overzicht vn de elektrische verindingen voor de uitwendige en inwendige stelmotoren De volgende feelding illustreert de nodige ter pltse te voorziene edrding. De volgende feelding is een vooreeld en stemt mogelijk NIET overeen met de ly-out vn uw instlltie. Onderdeel 20 15 13 14 17 18 Wnneer de elektrische voeding met voorkeur kwh-trief werkt, wordt de elektrische voeding onmiddellijk of n een tijdje door de elektriciteitmtschppij onderroken. In dt gevl moet de hydro-printplt door een fzonderlijke normle elektrische voeding gevoed worden. Binnenunit 6 12 16 14 19 M Beschrijving Drden Mximumstroom in functie Elektrische voeding vn de innenunit 1 Voeding voor E1 en E3 3+N + GND () 2 Voeding voor E2 2 (c) 4 Elektrische voeding 2 (d) met voorkeur kwhtrief (spnningsvrij contct) 5 Elektrische voeding met norml kwh-trief 2 6,3 A Geruikersinterfce 6 Geruikersinterfce 2 (e) Optionele pprtuur 12 Kmerthermostt 3 of 4 100 ma () 13 Buitenomgevingstempe rtuursensor 2 () 25

7 Instlltie Onderdeel Beschrijving Drden Mximumstroom in functie 14 Binnenomgevingstemp ertuursensor 2 () 15 Wrmtepompconvector 4 100 ma () Ter pltse te voorziene onderdelen 16 Afsluiter 2 100 ma () 17 Elektriciteitsmeter 2 (per meter) () 18 Pomp voor wrm 2 () tpwter 19 Alrm-uitgng 2 () 20 Omschkeling nr externe wrmteronregeling 2 () 22 Digitle ingngen energieverruik () () (c) (d) (e) 2 (per ingngssignl) Zie nmpltje op de unit. Minimum keldoorsnede 0,75 mm². Keldoorsnede 2,5 mm². Keldoorsnede 0,75 mm² tot 1,25 mm², mximumlengte: 50 m. Een spnningsvrij contct zorgt voor de minimle elsting vn 15 V gelijkstroom, 10 ma. Keldoorsnede 0,75 mm² tot 1,25 mm²; mximumlengte: 500 m. Geschikt om zowel de enkele geruikersinterfce ls de duele geruikersinterfce n te sluiten. Meer technische specificties vn de verschillende nsluitingen stn vermeld op de innenzijde vn de innenunit. 7 Instlltie () 7.2.2 De innenunit openen 1 Schroef de schroeven los vn de odem vn de unit en verwijder ze. 2 Schuif het voorpneel vn de unit nr eneden en neem het weg. VOORZICHTIG Het frontpneel is zwr. Wees voorzichtig dt u zich de vingers NIET knelt wnneer u de unit opent of sluit. 3 Schroef de 4 schroeven los die het ovenpneel evestigen en verwijder ze. 4 Verwijder het ovenpneel vn de unit. 3 4 2 4x 2x 7.1 Overzicht: Instlltie Dit hoofdstuk eschrijft wt u ter pltse moet doen en kennen om het systeem te instlleren. Typische werkstroom De instlltie omvt typisch de volgende stppen: 1 De innenunit monteren. 2 De pekelleidingen nsluiten. 3 De wterleidingen nsluiten. 4 De elektrische edrding nsluiten. 5 De inneninstlltie fwerken. 7.2.3 Het deksel vn de schkelkst vn de innenunit openen 7.2 De units openen 7.2.1 Over het openen vn de units Soms moet u de unit openen. Vooreeld: Wnneer u de elektrische edrding moet nsluiten Wnneer u onderhoudswerkzmheden op de unit moet uitvoeren 7x GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Lt de unit NIET onewkt chter wnneer het servicedeksel verwijderd is. 26

7 Instlltie 7.3 De innenunit monteren 2x 7.3.1 Over het monteren vn de innenunit Wnneer Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: Algemene veiligheidsmtregelen Voorereiding U moet de innenunit monteren voorleer u de pekel- en wterleidingen kunt nsluiten. Typische werkstroom De innenunit monteren omvt typisch de volgende stppen: 1 De innenunit instlleren. Gooi geen enkele out weg. De outen moeten terug worden gepltst wnneer trnsport of serieuze npssingen nodig zijn. 7.3.2 De innenunit pltsen 1 Breng de unit op het pllet zo dicht mogelijk ij de instlltieplts. 2 Hef de innenunit vn het pllet op en zet ze op de vloer. 4x 1 2 210kg 5 Open de frontplt vn de unit. De nylonnden kunnen indien nodig worden geruikt voor opheffen. 3 Schuif de innenunit op hr plts. Zorg dt de zijsteunouten nwezig zijn tijdens het hnteren vn de unit. 4 Koppel de wrmtepompmodule los vn het uitenste frme. Verwijder ENKEL de zijsteunouten! 27

7 Instlltie 6 Ps de hoogte vn de 4 verstelre pootjes vn het uitenste frme n om onregelmtigheden in de vloer op te vngen. De mximum toegestne fwijking edrgt 1. 1 Om de structuur vn de unit niet te eschdigen, verplts de unit ALLEEN met de verstelre pootjes in hun lgste stnd. Voor optimle geluidsreductie dient u te controleren of er geen speling is tussen het onderste frme en de vloer. 7 Ps de hoogte vn de 2 voorste verstelre pootjes vn het innenste frme n om onregelmtigheden op te vngen. VOORZICHTIG Controleer of de wrmtepompmodule de uitenste ehuizing niet rkt. 7.4 De pekelleidingen nsluiten 7.4.1 Over het nsluiten vn de pekelleidingen Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: Algemene veiligheidsmtregelen Voorereiding Voorleer de pekelleidingen n te sluiten Controleer of de innenunit is gemonteerd. Typische werkstroom De pekelleidingen nsluiten omvt typisch de volgende stppen: 1 De pekelleidingen nsluiten. 2 Het pekelcircuit vullen. 3 De overdrukveiligheidsklep nsluiten op de fvoer n de pekelzijde. 4 De pekelleidingen isoleren. 7.4.2 De pekelleiding nsluiten Controleer of de voorste steunouten wterps lijven en niet onder druk stn. De steunvoet vn het uitenste () en innenste frme (c) MOET zo worden ngepst dt die voorste outen wterps lijven. Vernder niets n steunvoet ()! Ondernzicht: c Zijnzicht: Pekel uit Pekel in Om service en onderhoud te vergemkkelijken, wordt ngerden om fsluitkleppen zo dicht mogelijk ij de inlt en uitlt vn de unit te pltsen. Mk de voorste steunouten een stukje los om te controleren of ze niet onder druk stn en zet ze ndien opnieuw vst. 28

7 Instlltie 7.4.3 Het pekelcircuit vullen WAARSCHUWING Controleer voor, tijdens en n het vullen het pekelcircuit op lekken. WAARSCHUWING De tempertuur vn de vloeistof die door de verdmper loopt, kn onder nul gn. Ze dient tegen evriezing worden eschermd. Zie instelling [A-04] in "8.2.2 Snelle wizrd: Stndrd" op pgin 40. De geruikte mterilen in het pekelcircuit vn de eenheid zijn chemisch estnd tegen de volgende ntivriesvloeistoffen: 40 mss% propyleenglycol 29 mss% ethnol 1 Sluit de unit n op het lokl geleverde pekelvulsysteem. 2 Zet de 3-wegklep in de juiste stnd. 7.4.4 De drukveiligheidsklep op de fvoer n de pekelzijde nsluiten De uitls vn de drukveiligheidsklep komt uit de chterzijde vn de unit. 3 Vul met circuit met pekel tot de mnometer een druk ngeeft vn ±2,0 r. Pekelmnometer 4 Ontlucht het pekelcircuit zoveel ls mogelijk. 5 Zet de 3-wegklep terug in hr oorspronkelijke stnd. WAARSCHUWING Alle leidingwerk dt is ngesloten op de pekeldrukveiligheidsklep dient een voortdurende floop te heen. De fltleiding vn de pekeldrukveiligheidsklep moet eindigen op een veilige, zichtre positie die geen risico vormt voor personen die zich in de uurt ervn evinden. 7.4.5 De pekelleidingen isoleren Alle leidingen in het hele pekelcircuit moeten worden geïsoleerd om verminderde verwrmingscpciteit te voorkomen. Hou er rekening mee dt de pekelcircuitleidingen in de ehuizingen kunnen/zullen condenseren. Voorzie ngepste isoltie voor deze leidingen. 29

7 Instlltie 7.5 De wterleidingen nsluiten 7.5.1 Over het nsluiten vn de wterleidingen Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: Algemene veiligheidsmtregelen Voorereiding Voorleer de wterleidingen n te sluiten Controleer of de innenunit is gemonteerd. Typische werkstroom De wterleidingen nsluiten omvt typisch de volgende stppen: 1 De wterleidingen vn de innenunit nsluiten. 2 De overdrukveiligheidsklep op de fvoer nsluiten. 3 Het ruimteverwrmingscircuit vullen. 4 De wrmtpwtertnk vullen. 5 De wterleidingen isoleren. 6 De hercircultieleidingen nsluiten. 7 De fvoerslng nsluiten. 7.5.2 De wterleidingen nsluiten Oefen GEEN overdreven krcht uit wnneer u de leidingen nsluit. Vervormde leidingen kunnen storingen in de unit veroorzken. 1 Sluit de ingng- en uitgngleidingen vn het wrm tpwter n op de innenunit. c d Er wordt gedviseerd de fsluiters te monteren op de nsluitingen voor de ingng vn het koud wter en de uitgng vn het wrm wter. De fsluiters moeten ter pltse voorzien worden. Om geen eschdigingen n te rengen n de omgeving indien tpwter zou lekken, wordt tijdens fwezigheden gedviseerd de fsluiters op de ingng vn het koud wter te sluiten. 2 Sluit de ingng- en uitgngleidingen vn de ruimteverwrming n op de innenunit. Monteer een ftpgereedschp en een drukfvoerpprt op de nsluiting vn de inlt vn koud wter vn de wrm tpwtertnk. Om te voorkomen dt er wter zou terugstromen, is het rdzm om conform de geldende wetgeving een terugslgklep te monteren op de wterinlt vn de wrm tpwtertnk. Er wordt est een drukregelr geïnstlleerd op de koud-wterinlt, conform de geldende wetgeving. Op de koud-wterinlt dient ovendien een expnsievt conform de geldende wetgeving te worden geïnstlleerd. Er wordt gedviseerd een drukveiligheidsklep te monteren op een plts hoger dn de ovenknt vn de tnk voor wrm tpwter. Door de tnk voor wrm tpwter te verwrmen, zet het wter uit, wrdoor de wterdruk in de tnk tot oven de mximumdruk vn de tnk kn stijgen indien geen drukveiligheidsklep werd gemonteerd. De instlltie ter pltse (leidingen, ftppunten, enz.) ngesloten op de tnk zl deze hoge druk ook ondervinden. Om dit te voorkomen moet een drukveiligheidsklep gepltst worden. De eveiliging tegen overdrukken hngt f vn de juiste werking vn de ter pltse gemonteerde drukveiligheidsklep. Indien deze NIET correct werkt, zl overdruk de tnk vervormen en wterlekkges veroorzken. Om de goede werking ervn te controleren is regelmtig onderhoud vereist. 7.5.3 De drukveiligheidsklep op de fvoer nsluiten De uitls vn de drukveiligheidsklep komt uit de chterzijde vn de unit. c d Uitgng wter ruimteverwrming Ingng wter ruimteverwrming Uitgng wrm tpwter Ingng koud tpwter (koudwtertoevoer) Uitls vn de overdruk De uitls moet conform de geldende wetgeving op een geschikte fvoer ngesloten worden. Het is rdzm een vergrk te geruiken. 30

7 Instlltie WAARSCHUWING De fltleiding vn de pekeldrukveiligheidsklep moet eindigen op een veilige, zichtre positie die geen risico vormt voor personen die zich in de uurt ervn evinden. 7.5.4 Het ruimteverwrmingscircuit vullen 1 Sluit de wtertoevoerslng n op de vulklep (zelf te voorzien). 7.5.5 De tnk voor wrm tpwter vullen 1 Open om eurt elke wrmwterkrn om de leidingen vn het systeem te ontluchten. 2 Open de toevoerkrn vn het koud wter. 3 Sluit lle wterkrnen ndt lle lucht uit de leidingen is verwijderd. 4 Controleer op wterlekkges. 5 Bedien hndmtig de ter pltse gepltste drukveiligheidsklep om te controleren of het wter ongehinderd uit de fvoerleiding stroomt. 7.5.6 De wterleidingen isoleren Alle leidingen in het hele wtercircuit MOETEN worden geïsoleerd om verminderde verwrmingscpciteit te voorkomen. 7.5.7 De hercircultieleiding nsluiten 2 Open de vulkrn. 3 Zorg ervoor dt het utomtisch ontluchtingsventiel open stt (minstens 2 drien). Om het ontluchtingsventiel te situeren, zie Onderdelen: Binnenunit in hoofdstuk "14 Technische gegevens" op pgin 72. 4 Vul met wtercircuit tot de mnometer een druk ngeeft vn ±2,0 r. 1 Schroef de schroeven los vn de odem vn de unit en verwijder ze. 2 Schuif het voorpneel vn de unit nr eneden en neem het weg. 3 Schroef de 4 schroeven los die het ovenpneel evestigen en verwijder ze. 4 Verwijder het ovenpneel vn de unit. Wtermnometer 5 Ontlucht het wtercircuit zoveel ls mogelijk. De nwezigheid vn lucht in het wtercircuit kn de ck-upverwrming slecht doen werken. Tijdens het vullen kn wellicht niet lle lucht uit het circuit worden verwijderd. De resterende lucht zl tijdens de eerste uren in edrijf vn het systeem vi de utomtische ontluchtingsventielen verwijderd worden. Achterf kn het nodig zijn extr wter te moeten ijvullen. Om het systeem te ontluchten, geruik de specile functie zols eschreven in hoofdstuk "9 Inedrijfstelling" op pgin 62. Deze functie moet in principe geruikt worden om de wrmtewisselr vn de tnk voor wrm tpwter te ontluchten. 6 Sluit de vulkrn. 7 Koppel de wtertoevoerslng los vn de vulkrn. De wterdruk op de mnometer vrieert volgens de wtertempertuur (hogere druk ij hogere wtertempertuur). De wterdruk moet echter steeds groter dn 1 r zijn om te voorkomen dt lucht in het circuit zou innendringen. Uit te sln gt Ansluiting voor hercircultieleiding 5 Verwijder het uit te sln gt op de chterzijde vn de unit. 6 Sluit de hercircultieleiding n op de hercircultiensluiting en reng de leiding doorheen het uit te sln gt in de chterzijde vn de unit. 7 Plts de isoltie en de kst terug en mk ze vst. 7.5.8 De fvoerslng nsluiten Er kn zich condenstie vormen op de pekelonderdelen in het compressorgedeelte vn de unit. De unit evt een lekk. Nrgelng de omgevingstempertuur en de vochtigheid vn de kmer en de werkingsomstndigheden, kn de lekk overstromen. Er is een fvoerslng meegeleverd met de unit. De fvoerslng wordt nr de chterzijde links geleid, dichtij de odem vn de unit. Een ter pltse te voorziene fvoerpomp kn nodig zijn om het wter weg te pompen nr de zelf te voorziene ftpkrn. 31

7 Instlltie 7.6 De elektrische edrding nsluiten GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE 1 Om de innenunit te openen, zie "7.2.2 De innenunit openen" op pgin 26 en "7.2.3 Het deksel vn de schkelkst vn de innenunit openen" op pgin 26. 2 De edrding moet lngs oven in de unit geleid worden: c Zie "14.5 Bedrdingsschem" op pgin 77 voor meer informtie over de legende en de plts wr het edrdingsschem in de unit gevonden kn worden. WAARSCHUWING Geruik ALTIJD een meerderige kel ls stroomtoevoerkel. 3 De edrding moet in de unit de volgende trcés volgen: c 7.6.1 Over het nsluiten vn de elektrische edrding Lees tevens de voorzorgsmtregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: Algemene veiligheidsmtregelen Voorereiding Voorleer de elektrische edrding n te sluiten Controleer of de pekel- en wterleidingen zijn ngesloten. Typische werkstroom De elektrische edrding nsluiten omvt typisch de volgende stppen: 1 Controleren of het systeem vn elektrische voeding voldoet n de elektrische specificties vn de wrmtepomp. 2 De elektrische edrding op de innenunit nsluiten. 3 De primire elektrische voeding nsluiten. 4 De fstndstempertuursensor nsluiten. 5 De geruikersinterfce nsluiten. 6 De fsluiters nsluiten. 7 De elektriciteitsmeters nsluiten. 8 De pomp voor wrm tpwter nsluiten. 9 De lrmuitgng nsluiten. 10 De AAN/UIT-uitgng vn de ruimteverwrming nsluiten. 11 De omschkeling nr een externe wrmteron nsluiten. 12 De digitle ingngen vn het energieverruik nsluiten. 1x c 1x 7.6.2 Over het voldoen n de normen inzke elektriciteit 1x 1x De pprtuur voldoet een de norm EN/IEC 61000-3-12 (Europese/ interntionle technische norm die de grenzen vstlegt inzke hrmonische stromen geproduceerd door pprtuur ngesloten op openre lgspnningssystemen met een ingngsstroom >16 A en 75 A per fse). 7.6.3 De elektrische ekeling op de innenunit nsluiten Voorzie een extr kellengte vn 35 cm voor lle drden die op X2M en X5M op het steun in ldmetl oven de hydro-printplt moeten worden ngesloten. De extr kellengte moet in een kelinder op de chterzijde vn de unit worden vstgemkt. De reden hiervn is om steeds onderhoudswerkzmheden op ijv. de hydroprintplt te kunnen uitvoeren. 32

7 Instlltie c c 1x YC Y1 Y2 Y3 Y4 X1 X2 X3 X4 1x X5M X2M 11 12 Zorg dt er 50 mm speling is tussen de lgspnningskels () en de hoogspnningskels (c). Zorg dt de kels () en (c) tussen de drdgeleider en de chterzijde vn de schkelkst worden geleid om insijpeling vn wter te voorkomen. 4 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen, zodt de kels gespnnen liggen en NIET in contct komen met de leidingen of scherpe rnden. Trcés Lge spnning Elektrische voeding voor hoge spnning c Controlesignl voor hoge spnning Mogelijke kels (fhnkelijk vn het type unit en de geïnstlleerde opties) Geruikersinterfce Digitle ingngen voor het energieverruik (ter pltse te voorzien) Buitenomgevingstempertuursensor Binnenomgevingstempertuursensor (optie) Elektrische meters (ter pltse te voorzien) Voeding met norml kwh-trief (voeding voor de unit) Elektrische voeding met voorkeur kwh-trief Contct voorkeurvoeding Wrmtepompconvector (optie) Kmerthermostt (optie) Afsluiter (ter pltse te voorzien) Pomp voor wrm tpwter (ter pltse te voorzien) Alrm-output Omschkeling nr externe wrmteronregeling VOORZICHTIG Duw of leg GEEN overtollige kellengte in de unit. 33

7 Instlltie 7.6.4 De hoofdvoeding nsluiten 1 Sluit de hoofdvoeding n. Voor een voeding met norml kwh-trief X5M X2M 30 X6YB 31 X1A X19A 7.6.5 De fstndstempertuursensor nsluiten De fstndstempertuursensor (geleverd ls toeehoren) meet de uitenomgevingstempertuur. Als de gewenste nvoerwtertempertuur weersfhnkelijk is, is het elngrijk de uitentempertuur continu te meten. 1 Sluit de kel vn de externe tempertuursensor n op de innenunit. X6Y X6YA X1M N L3 L2 L1 Legende: zie de feelding hieronder. X5M X2M Voor een voeding met voorkeur kwh-trief S1S L N c X1A X19A 30 31 X2M 29 34 101112 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 3 Instlleer de fstndstempertuursensor zols eschreven in de instlltiehndleiding vn de sensor (geleverd ls toeehoren). 7.6.6 De geruikersinterfce nsluiten 1 Sluit de kel vn de geruikersinterfce n op de innenunit. 34 X5M X6Y X6YB X6YA X1M N L3 L2 L1 c Hoofdvoeding Elektrische voeding met norml kwh-trief Contct voorkeurvoeding X5M X2M 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 1 2 Wnneer een elektrische voeding met kwh-voorkeurtrief geruikt wordt, hngt de noodzk vn een fzonderlijke elektrische voeding met norml kwh-trief voor de innenunit () X2M30/31 f vn het type vn elektrische voeding met kwh-voorkeurtrief. Een fzonderlijke nsluiting voor de innenunit is nodig: ls de elektrische voeding met kwh-voorkeurtrief onderroken wordt wnneer deze in werking is, OF ls de innenunit geen energie mg verruiken wnneer de elektrische voeding met kwh-voorkeurtrief in werking is. 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. De geruikersinterfce op de unit evestigen 1 Steek een schroevendrier in de openingen ondern de geruikersinterfce en mk voorzichtig de voorplt los vn de wndplt. 34

7 Instlltie De printplt evindt zich in de voorplt vn de geruikersinterfce. Wees voorzichtig om deze NIET te eschdigen. 2 Bevestig de wndplt vn de geruikersinterfce op de frontplt vn de unit. 3 Verind de drden op de geruikersinterfce zols hieronder fgeeeld. Lngs de chterknt PCB 1x Lngs links PCB Let op dt u de vorm vn de chterzijde vn de geruikersinterfce niet vervormt door de montgeschroeven te stevig vst te drien. 3 Snijd een 2-drdsgeleider f. 4 Verind de drden op de geruikersinterfce zols hieronder fgeeeld. Lngs de chterknt 1x Lngs oven PCB PCB 1x 1x Lngs midden oven Snijd of verwijder dit deel met een tng enz. uit om de drden erdoor te leiden. Mk de drden goed vst op het frontstuk vn de kst met ehulp vn een drdhouder en een klem. 5 Zet de voorplt terug op de wndplt. Wees voorzichtig de edrding NIET te knijpen wnneer u de frontplt op de unit vstmkt. De geruikersinterfce op de muur evestigen in het gevl vn een instlltie ls kmerthermostt 1 Steek een schroevendrier in de openingen ondern de geruikersinterfce en mk voorzichtig de voorplt los vn de wndplt. De printplt evindt zich in de voorplt vn de geruikersinterfce. Wees voorzichtig om deze NIET te eschdigen. 2 Bevestig de wndplt vn de geruikersinterfce op de muur. 1x PCB Snijd of verwijder dit deel met een tng enz. uit om de drden erdoor te leiden. Mk de drden goed vst op het frontstuk vn de kst met ehulp vn een drdhouder en een klem. 4 Zet de voorplt terug op de wndplt. Wees voorzichtig de edrding NIET te knijpen wnneer u de frontplt op de unit vstmkt. 35

7 Instlltie 7.6.7 De fsluiter nsluiten 1 Sluit de kel vn de ediening vn fsluiter n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. De edrding voor een NC fsluiter (norml dicht) verschilt vn deze voor een NO fsluiter(norml open). M2S M2S 7.6.9 De pomp vn het wrm tpwter nsluiten 1 Sluit de kel vn de pomp voor het wrm tpwter n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. 1~ M M2P NO NC X5M X2M X5M X2M X5M X2M 34 35 5 67 5 6 7 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 7.6.8 De elektrische meters nsluiten In gevl vn een elektrische meter met trnsistoruitgng, controleer de polriteit. De positieve polriteit MOET ngesloten worden op X5M/7 en X5M/9; de negtieve polriteit op X5M/8 en X5M/10. 1 Sluit de kel vn de elektrische meters n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. S2S S3S 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 7.6.10 De lrm-output nsluiten 1 Sluit de kel vn de lrm-output n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. A4P X5M X2M 29 De EKRP1HB dient verplicht gepltst te worden. 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. X5M X2M 678910 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 36

7 Instlltie 7.6.11 De AAN/UIT-output vn de ruimteverwrming nsluiten 1 Sluit de kel vn de AAN/UIT-output vn de ruimteverwrming n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. 7.6.13 De digitle inputs voor het energieverruik nsluiten 1 Sluit de kel vn de digitle inputs voor het energieverruik n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. S6S S7S S8S S9S A4P X5M X2M 29 1 2 3 4 5 A8P X5M X2M De EKRP1HB dient verplicht gepltst te worden. 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 7.6.12 De omschkeling nr de externe wrmteron nsluiten 1 Sluit de kel vn de omschkeling nr de externe wrmteron n op de juiste nsluitklemmen zols hieronder fgeeeld. N L De EKRP1AHTA dient verplicht gepltst te worden. 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 7.7 De instlltie vn de innenunit voltooien 7.7.1 Het deksel vn de geruikersinterfce op de innenunit evestigen 1 Controleer of het frontpneel vn de innenunit verwijderd werd. Zie "7.2.2 De innenunit openen" op pgin 26. 2 Duw het deksel vn de geruikersinterfce in de schrnieren. A4P X5M X2M De EKRP1HB dient verplicht gepltst te worden. 2 Bevestig de kel met kelinders op de kelinderevestigingen. 3 Monteer het frontpneel op de innenunit. 7.7.2 De innenunit sluiten 1 Sluit het deksel vn de schkelkst. 2 Plts de ovenplt terug. 3 Plts het frontpneel terug. Wnneer u het deksel vn de innenunit sluit, let op dt u het nhlkoppel 4,1 N m NIET overtreft. 37