Welkom allemaal in de Molenbeekvallei. Ik ben Fred. Vandaag ben ik jullie gids. Welkom Welkom in de Molenbeekvallei. De Molenbeekvallei is een vallei in Boechout die rond de Molenbeek ligt. Vandaag gaan we een hele leuke zoektocht maken, met interessante wetenschappelijke weetjes. We beginnen aan de kijkhut die je tegenkomt als je het weggetje naast Don Bosco af loopt. Materiaal Je kan best rubberen laarzen aandoen, want het kan er af en toe modderig zijn. Ballon Knikker Lepel Kurken stop Pingpongbal Een potje (groot genoeg!) Balpen of potlood en eventueel een markeerstift Kompas Een fototoestel De zoektocht De heenweg: Start
Ga door het poortje (draad kan je opheffen aan het balkje) de weide binnen. Er staat op het bordje dat je dit niet mag betreden maar het voorste gedeelte mag door jullie betreden worden. Vergeet het poortje zeker niet te sluiten. Links van jullie bevindt zich de Molenbeek. 1. Nu staan we aan de Molenbeek. Gebruik je potje om wat water uit de beek te halen. Je gaat nu testen welke voorwerpen zinken of drijven in het water door ze in je volle potje te gooien. Duid aan welke voorwerpen zinken. o Opgeblazen ballon o Knikker o Lepel o Pingpongbal o Kurken stop Wandel terug de weide uit langs het poortje. Links van je zie je een houten kijkhut. Als je graag vogels observeert is dit de ideale plek. Als je de weide uit bent ga je rechts het pad op, hou het hoofdpad aan. Wist je dat er in de Molenbeekvallei hagedissen zonder poten voorkomen? Ze worden hazelwormen genoemd. Als ze hun staart verliezen, groeit die er vanzelf weer aan! 2. Zoek een blad op de grond, bekijk het heel goed en vergelijk het met het getekende blad. Zoek de onderdelen die zijn aangeduid en benoem ze. 1).. 2).. 3).. 4).. 5).. Kennen jullie alle onderdelen van het blad?
Ga het pad verder af en stop bij het bord van Natuurpunt. Hier staat ook nog hele interessante informatie op over bossen, poelen, ooievaars en vele andere. Los de volgende vraag op aan de hand van dit bord. 3. Wat heeft men gebouwd voor de ooievaars? En waarom? Wat?. Waarom?. Hier ben je 4. Welke van deze dieren/planten (die we in de Molenbeekvallei vinden) worden opgegeten door de vos? Duid het juiste bolletje aan. o Konijn o Houtduif o Veldmuis o Ree o Fazant o Aardappelbovist o Vingerhoedskruid Verder langs het pad zie je vele bomen. Ga het pad af, let ondertussen op vraag 5.
5. Hieronder staan 4 foto s, schrijf onder elke foto de juiste windrichting (noorden, oosten, zuiden, westen). Probeer dit eerst zonder jullie kompas te gebruiken door middel van onderstaande tips. Wanneer dit niet lukt, kan je je kompas raadplegen. A).. B).. C) D) Enkele tips: De groenste kant van de boom is gelegen naar de kant waar de zon niet komt. Hier zal je ook mossen vinden, die in de schaduw groeien. Bomen buigen naar het Oosten. Ze richten zich weg van het Westen, omdat meestal de wind van daar komt. Je komt op het einde van het weggetje, daar staat opnieuw een bord van Natuurpunt (Grote Grazers). 6. Welk ras runderen grazen hier? En van waar zijn ze afkomstig? Ras:. Afkomst:..
7. Waarom verkleuren de blaadjes in de herfst? o Omdat het te koud is. o Omdat het te veel regent. o Omdat de zon minder schijnt. o Omdat de dieren het groen opeten. Jullie moeten nu door de wei van de koeien. Laat ze gewoon rustig in hun wei grazen, je mag ze wel van op een afstandje observeren. Blijf dus vlakbij het bos wandelen. Tussen eind oktober en begin april zal je geen koeien kunnen zien, want dat staan ze binnen. In die periode is de wei te nat en zouden de koeien de weide kapot lopen als ze zouden blijven staan. 8. Zoek de vijf verschillen. Loop de wei van de koeien helemaal uit tot het einde, denk ondertussen na over vraag 9. 9. In sommige bomen zitten gaatjes. Door welke vogel worden die gemaakt?.. Als jullie op het einde van de wei komen, ga je rechts het bos in tot je aan een beek komt. In de zomer zal er bijna geen water in staan. Als het de laatste dagen toch veel geregend heeft ligt er een balkje waarover jullie kunnen gaan om de beek over te steken. Ga één voor één over het balkje naar de wei.
Hier ben je 10. Als het de afgelopen dagen heeft geregend, blijft het water hier langer dan op andere plaatsen. Hoe komt dit? o o o o De bodem is ondoordringbaar waardoor het water niet kan wegsijpelen door de aarde. Hier regent het vaker dan op andere plaatsen in de buurt. Het is het laagste punt in het dorp, waardoor al het water hier wordt verzameld. Er is geen riolering waar het water in weg kan. Ga verder recht door over de weide tot jullie aan de poel komen. De poel bevindt zich bij het groene bord van Natuurpunt. Bekijk de poel goed en let vooral op de dieren die je ziet. Maak dus niet te veel lawaai. Om de 5 jaar worden de poelen in dit domein gekuist, soms zelfs om de 2 tot 3 jaar de helft van de poel. Als dit niet gebeurt kunnen de poelen dichtgroeien en kunnen de dieren in de poel niet overleven.
11. A) Verbind de puntjes. B) Wat zie je? Het dier dat je hier ziet is een amfibie, net zoals de salamander. Er bestaan wel 6200 soorten van dit groene dier! Het heeft 4 poten, maar geen staart. Probeer er geen te vangen want dan maak je hen bang! C) Ze maken een specifiek geluid, dat gemaakt wordt in de: A) Blaaskaak B) Kwaakblaas C) Kwakende blaas D) Blazende kaak Hij verandert in zijn leven van kleine larve tot volwassen (antwoord vraag 11b) De helft van zijn leven brengt hij door in het water, de andere helft op het land.
Ga nu terug over de rivier over het bos in, vanwaar jullie gekomen zijn. Terugweg: 12. Wat zijn de 3 belangrijkste taken van een boswachter? o Toezicht houden over het domein o Bomen snoeien o Afval opruimen en sorteren o Inventariseren van de planten en dieren o Informatie geven aan bezoekers o Dieren voederen Ga terug tot aan de beek, volg de beek nu (langs de rechterkant), tot het einde. Er ligt een bruggetje in de helft voor als er veel water ligt om over te steken. Aan het einde van de wei, zien we waar de Molenbeek wegstroomt. De Molenbeek is een beek die ontspringt (begint) in Boechout en uitmondt (eindigt) in de Kleine Nete in Lier.
13. Maak een grastrompet Dit doe je zo: Neem een brede grasspriet. Hou je handen zoals de foto hiernaast: duimen tegen elkaar met het grassprietje ertussen gespannen. Blaas nu heel hard tussen je duimen, en dan hoor je een trompet! Door op het grassprietje te blazen creëer je trillingen. Die trillingen worden het geluid dat je hoort. Als je dus een te smal grassprietje plukt, zijn de trillingen te zacht en hoor je dus niets. Ga terug naar de andere kant van de wei, vooraleer je deze wei uitloopt langs het poortje waar jullie binnen gekomen zijn, los je vraag 14 op.
14. Zoek 14 verschillende dieren in de volgende woordzoeker. De letters die overblijven vormen een woord. De dieren kunnen horizontaal, verticaal en diagonaal verstopt zijn. Het overblijvende woord: Jullie zijn nu uit de wei van de koeien, ga het pad af tot jullie terug bij de kijkhut zijn. Let wel op of jullie geen paddenstoelen zien. Jullie hebben deze nodig voor vraag 15.
15. Zoek een paddenstoel en teken hem hier: Jullie verkenning van de Molenbeekvallei zit er bijna op. Jullie moeten nu terugkeren naar de kijkhut, waar jullie deze tocht begonnen zijn. Vergeet op dit laatste stukje jullie laatste opdracht niet. Ik hoop dat jullie ervan genoten hebben en misschien tot een volgende keer!
16. Trek nu nog een groepsfoto en plak hem hier: