Startnotitie Kadernota Ruimte voor bewonersparticipatie - Kaders voor inwoners en gemeentebestuur in planvorming en wijkgericht werken Status: Bespreekstuk ten behoeve van opiniërende bijeenkomst van de raad Portefeuillehouder: A. de Waard Ambtelijk opdrachtgever: C. de Graaf Primaathouder: K.J. van Zwienen Datum: 16 december 2011 Versie: 1.2
Inhoudsopgave Startnotitie Samenvatting blz. 3 Gevraagde beslissing blz. 4 1. Inleiding blz. 5 2. Probleemschets blz. 5 3. Oplossingsrichting(en) blz. 5 4. Proces voor tot stand komen kaderstellend besluit blz. 6 5. Overige informatie blz. 7 5.1 Financieel-juridische aspecten blz. 7 5.2 Risicoparagraaf blz. 7 5.3 Rol raad in de communicatie blz. 7 2
Samenvatting (Beleids)probleem Een belangrijk knelpunt bij het goed organiseren van bewonersparticipatie is dat het kaderstellende beleid over bewonersparticipatie momenteel te versnipperd en te weinig inzichtelijk is. Bovendien beperken de huidige kadernota s zich niet tot kaderstelling, zij doen óók uitspraken over hoe bewonersparticipatie moet worden georganiseerd. De vermenging van kaderstelling met uitspraken over uitvoeringsaspecten draagt niet bij aan een helder onderscheid tussen de kaderstellende rol van de gemeenteraad en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering die bij het college van B&W ligt. Gezien het voorgaande, vormt het huidige kaderstellende beleid nog geen optimale basis voor de rolverdeling tussen gemeenteraad, college en belanghebbenden. Doordat de raad uitspraken doet over uitvoering wordt bovendien de flexibiliteit, die nodig is voor een effectieve en doelmatige uitvoering, beperkt. Oplossingsmogelijkheden Er worden in deze startnotitie twee oplossingsrichtingen geschetst. De voor de hand liggende oplossingsrichting is het samenvoegen van het kaderstellende beleid in één kadernota en tegelijkertijd het beleid herijken. Dit is een goede oplossing voor het oplossen van de beschreven problemen en deze oplossing kost weinig tijd en geld. Anderzijds zou uw raad ervoor kunnen kiezen om het kaderstellende beleid voor bewonersparticipatie vanaf de basis volledig opnieuw te ontwikkelen. Dit kost relatief veel tijd en geld en lijkt geen meerwaarde te hebben ten opzichte van de eerste oplossingrichting. 3
Gevraagde beslissing In te stemmen met oplossingrichting 1. Het samenvoegen en herijken van het huidige beleid op het gebied van bewonersparticipatie in een concept kadernota bewonersparticipatie die: - de huidige kadernota s bewonersparticipatie Alles is Bespreekbaar en Rolverdeling bij Planvorming integreert, vervangt en waar nodig actualiseert; - op hoofdlijnen vasthoudt aan de koers die met de vigerende kadernota s bewonersparticipatie is uitgezet, maar het vigerende beleid waar nodig afstemt op het rapport We gooien het de inspraak in van de Nationale Ombudsman; - aansluit bij de huidige ambities van de gemeenteraad m.b.t. buurt- en wijkgericht werken; - gaat over de kaders met betrekking tot interactief bestuur (zoals interactieve planvorming en buurt- en wijkgericht werken) en niet over het beleid m.b.t. maatschappelijke participatie*; - expliciet benoemt wat de raad met bewonerscommunicatie en bewonersparticipatie wil bereiken en binnen welke kaders; - voldoende ruimte schept om aan te kunnen sluiten bij bewonersinitiatieven; - geen uitspraken doet over de uitvoering (de hoe vraag dus niet beantwoordt); - aangeeft hoe de raad in projecten waarover zij zelf dient te besluiten projectspecifieke kaders (aan bewonersparticipatie) kan stellen. * Het beleid voor maatschappelijke participatie is een integraal onderdeel van het nog door de gemeenteraad vast te stellen WMO-beleidsplan. 4
1. Inleiding In het Programma-akkoord Sliedrecht meer waard heeft de gemeenteraad het college gevraagd met een voorstel voor nieuw kaderstellend beleid op het gebied van bewonersparticipatie te komen. Het huidige kaderstellende beleid op het gebied van communicatie- en participatie zou daarbij afgestemd moeten worden op het rapport We gooien het de inspraak in van de Nationale Ombudsman. 2. Probleemschets Een belangrijk knelpunt bij het goed organiseren van bewonersparticipatie is dat het kaderstellende beleid over bewonersparticipatie momenteel te versnipperd en te weinig inzichtelijk is. De oorzaak hiervan ligt enerzijds in het feit dat er twee kadernota s zijn: Alles is Bespreekbaar en Rolverdeling bij Planvorming. Anderzijds beperken beide kadernota s zich niet tot kaderstelling: de kadernota s doen óók uitspraken over hoe bewonersparticipatie moet worden georganiseerd. Het beantwoorden van de hoe vraag behoort echter tot de verantwoordelijkheid van het college van B&W. De uitvoeringsaspecten horen in kaderstellende, door de raad vast te stellen beleidsnota s niet thuis. De vermenging van kaderstelling met uitspraken over uitvoeringsaspecten draagt niet bij aan een helder onderscheid tussen de kaderstellende rol van de gemeenteraad en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering die bij het college van B&W ligt. Gezien het voorgaande, vormt het huidige kaderstellende beleid nog geen optimale basis voor de rolverdeling tussen gemeenteraad, college en belanghebbenden. Doordat de raad uitspraken doet over uitvoering wordt bovendien de flexibiliteit, die nodig is voor een effectieve en doelmatige uitvoering, beperkt. 3. Oplossingsrichting(en) Er worden twee oplossingsrichtingen voor de beschreven problemen geschetst. De voor de hand liggende oplossing is het samenvoegen van het kaderstellende beleid in één kadernota, waarbij het kaderstellende beleid tegelijkertijd wordt herijkt. Het herijken dient onder meer plaats te vinden om de door de gemeenteraad beoogde aansluiting van het kaderstellende beleid op het rapport We gooien het de inspraak in (Nationale Ombudsman) te realiseren. Verder dient de herijking er toe te leiden dat de in de huidige kadernota s nog aanwezige uitvoeringsaspecten in de te ontwikkelen kadernota niet meer worden opgenomen. Het grote voordeel van deze oplossingsrichting is dat deze relatief weinig tijd en geld kost en een goede oplossing biedt voor het geconstateerde probleem. 5
Anderzijds kan de gemeenteraad ervoor kunnen kiezen om het kaderstellende beleid voor bewonersparticipatie vanaf de basis volledig nieuw te ontwikkelen. Ondanks de geconstateerde problemen moeten we echter in ogenschouw nemen dat: het huidige beleid op veel punten inhoudelijk gewoon prima voldoet; er geen signalen zijn die erop wijzen dat een drastische koerswijziging in het kaderstellende beleid door de gemeenteraad of de Sliedrechtse gemeenschap wordt beoogd; het volledig nieuw ontwikkelen van het kaderstellend beleid voor bewonersparticipatie relatief veel tijd en geld kost. Gezien het voorgaande ligt deze tweede oplossingrichting niet voor de hand. 4. Proces voor tot stand komen kaderstellend besluit Met het vaststellen van de startnotitie neemt de gemeenteraad een kaderstellend besluit. Dit hoofdstuk geeft aan hoe het college vervolgens binnen de gestelde kaders in de startnotitie de concept kadernota bewonersparticipatie gaat opstellen en hoe uw raad hierover tot een besluit kan komen. Besluitvorming door uw raad over de uiteindelijke kadernota betreft opnieuw een kaderstellend besluit, dan ten behoeve van de uitvoering van bewonersparticipatie. Het voorgestelde proces is dat het college de ambtelijke organisatie een concept kadernota laat maken. Ongeacht de te kiezen oplossingsrichting (beperkte herijking, of het beleid volledig opnieuw ontwikkelen), wordt voorgesteld de wijkplatforms hierbij te betrekken. Het beoogde tijdstip voor het ter vaststelling aanbieden van de kadernota aan de gemeenteraad is juni 2012. Hierbij wordt echter uitgegaan van oplossingsrichting 1: samenvoegen en beperkt herijken van het kaderstellende beleid. Oplossingsrichting 2 vergt meer afstemming met als resultaat een langere doorlooptijd. Vanzelfsprekend gaat aan de vaststelling van de te ontwikkelen kadernota minimaal één opiniërende bijeenkomst vooraf. 5. Overige informatie 5.1 Financieel-juridische aspecten Het project wordt betaald uit reguliere budgetten voor organisatiekosten. De kosten beperken zich vrijwel volledig tot de inzet van ambtelijke uren die hiervoor binnen de organisatie kunnen worden vrijgemaakt. 5.2 Risicoparagraaf Goede kaderstelling voorafgaande aan het opstellen van de nieuwe kadernota beperkt het risico op vertraging in het besluitvormingstraject. Er is geen sprake van andere risico s bij het opstellen van deze kaderrnota. 6
5.3 Rol raad in de communicatie De gemeenteraad kan ervoor kiezen voorafgaande aan het bespreken en/of vaststellen van de kadernota hierover met belanghebbenden van gedachten te wisselen, hetgeen kan bijdragen aan het goed beoordelen van de vraag of de nota aan de kaders van deze startnotitie voldoet. 7