Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 7 8 Lesweek 6 Les 2 Materiaal: 6 banken 3 hoepels 9 pionnen Voor ieder kind een bal 2 dikke matten 10 dunne matjes Lang toversnoer om vak mee af te zetten Springtouwtjes en hoepels KIJKWIJZERS (zie laatste pagina s les) Onderdeel: Warming-up (5 minuten): Vak 1 Mikken (7 minuten): Toelichting: Namen tikkertje Bij dit spel is er geen vaste tikker. De lesgeven roept luid en duidelijk een naam van een kind. Hij/zij is dan de tikker. Heel snel roept de lesgever een andere naam. Dit wordt de tikker en de vorige tikker wordt automatisch loper. Er is dus telkens maar 1 tikker. Je kan iedereen aan de beurt laten komen maar dat hoeft niet. De leerlingen kunnen elkaar uitdagen bij de verschillende stationnetjes. Bij ieder station kunnen er telkens maximaal 3 kinderen meespelen. Wie heeft als eerste de bal 3 x gescoord? Spel klaar is nieuw station uitzoeken en eventueel iemand anders uitdagen. Station 1: Scoren op basket vanaf verschillende kanten Station 2, 3 en 4: Scoren op de verschillende korven. Station 5: Stoepranden. Kinderen proberen de stoeprand raak te gooien. Aanpassing Kinderen kunnen het zichzelf moeilijker maken door de pion wat verder weg te zetten.
Vak 2 Klimmen en rollen (7 minuten): (Voorbeeld blindklimmen) (voorbeeld rolsituatie) Wandrek 1 schuin met dikke mat eronder: Kind 1 klimt een route, kind 2 klimt precies dezelfde route.alles mag, naar de zijkant, door het raampje heen en springen etc Maak het elkaar moeilijk! Wandrek 2 Herhaling blind klimmen: Er mogen maximaal 4 kinderen in het rek. 1 kind heeft een blinddoek om (tikker) hij/zij probeert de kinderen in het wandrek te tikken. De kinderen in het wandrek proberen zo min mogelijk geluid te maken. Getikt is naar beneden klimmen. Wanneer er 2 kinderen getikt zijn stopt het spel. (LET OP: Laat de kinderen altijd met de BUIK naar het wandrek klimmen en niemand mag door de raampjes heen!) Handig is om zelf zoveel mogelijk bij dit onderdeel te staan en zelf de kinderen door te laten draaien Rollen schuin vlak: Kinderen maken een koprol op het schuine vlak: 1. Koprol vanaf de dikke mat 2. Koprol met aanloop (afzet met twee voeten) 3. Tipsalto waarbij er met twee voeten afgezet wordt op de springplank. Laat de kinderen altijd met twee handen kort de mat aan tikken (tippen) zodat het nooit een echte salto wordt. Regels: Er mogen maximaal 2 kinderen tegelijk een koprol maken. Wacht tot de gene voor je van de mat af is. Vak 3 Touwtje/ hoepel springen (7 minuten): In vak 3 gaan de kinderen zelfstandig touwtje springen.!print de KIJKWIJZERS aan het einde van deze lesvoorbereiding! Regels: Zorg voor voldoende afstand tussen de lln. Aanpassing Kinderen die het goed kunnen kunnen samen touwtjes springen Kinderen die het touwtje springen nog echt niet kunnen, mogen eventueel gebruik maken van een hoepel. Slot (5 minuten): Iemand is hem, niemand is hem Er zijn twee zachte ballen in het spel. Iedereen mag proberen een ander af te gooien. Hoofd telt niet. Eerst grond en dan tegen iemand aan telt niet. Af = omkleden.
Basis sprong Kijkwijzer - touwtjespringen Spring met twee voeten naast elkaar over een zelf rondgedraaid touw.
2 springers in 1 touw Ga naast elkaar staan. Pak beide het touw beet met jullie buitenste hand (voor de een de rechterhand en voor de ander de linkerhand). Begin met het touw achter jullie voeten en draai het touw naar voren. Spring tegelijk over het rondgedraaide touw.
2 springers in 1 touw Ga achter elkaar staan. De achterste springer draait het touw. Spring beide op het juiste moment over het gedraaide touw. Je mag ook met het gezicht naar elkaar toe gaan staan.
Zij swing a. Oefenen zonder te springen: touw zwaai links en rechts, beide handen blijven dicht bij elkaar. Als dit lukt begin je met b. Zwaai het touw met twee handen dicht bij elkaar naar links. Zwaai het touw onder je voeten met je armen open omhoog en spring. Zwaai dan het touw met twee handen dicht bij elkaar naar rechts. Mag ook in een andere volgorde.
Kriskras (Criss Cross) Houd je handen goed laag (broekzakken). Armen kruisen voor lichaam. Beginnen met het touw achter je voeten. Als touw over hoofd komt armen kruisen en over touw springen. Armen onmiddellijk weer openen en weer gewoon over touw springen.
Benen gekruist Zet je benen gekruist neer. Spring over een zelf rondgedraaid touw.
Knieën bij elkaar Kijkwijzer - touwtjespringen Houd je knieën tegen elkaar aan en spring over een zelf rondgedraaid touw.
Been gestrekt Kijkwijzer - touwtjespringen Houd één been gestrekt terwijl je springt over een zelf rondgedraaid touw.