Invulwijzer bij groeidocument In het kader van het aanvragen van een individueel arrangement dient het groeidocument ingevuld te worden. Hieronder volgt een aantal tips t.b.v. het invullen. I. Gegevens van de leerling Spreekt voor zich. II. Voortraject OPP/Handelingsplan Het SWV SPPOH gaat er van uit dat er in het voortraject minimaal een half jaar (of langer) is gewerkt op basis van een handelingsplan/opp. Tot eind december 2014 is het nog mogelijk dat er ondersteuning wordt geboden op basis van een handelingsplan. In de aanvraag voor een individueel arrangement kan het voortraject dan ook tot die tijd aangetoond worden door het bijvoegen van een handelingsplan en de evaluatie ervan over de voorliggende periode. Bij de aanvragen, die vanaf 1 januari 2015 worden gedaan is dat niet langer mogelijk en dient in het voortraject gewerkt te zijn met een OPP. Bij een bepaalde categorie leerlingen kan er geen sprake zijn van een voortraject, waarin is gewerkt op basis van een handelingsplan/opp. Dat kan bijvoorbeeld gaan om een situatie, waarin het volmaken van de halfjaar periode evident niet in het belang van de leerling is. Het gaat dan bijvoorbeeld om een situatie van een plotseling ernstig zieke leerling. Indien u te maken heeft met een leerling die plotseling ernstig ziek is, kan u telefonisch contact opnemen met het SWV SPPOH. In deze versie van het groeidocument is het niet mogelijk een individueel arrangement aan te vragen voor crisissituaties of onder-/neveninstromers. Over deze situaties moet nog besluitvorming plaatsvinden. 1 Beknopte weergave van het (multidisciplinaire) overleg: U kunt er ook voor kiezen om dit deel van het format niet in te vullen, maar een apart verslag/aparte verslagen bij te voegen. Deze verslagen bevatten dezelfde inhoudelijke informatie, zoals deze middels het groeidocument wordt uitgevraagd.
Voorbeelden van andere deskundigen zijn b.v.: onderwijsbegeleiding (psycholoog/ orthopedagoog), PAB-er uit het SBO, AB-er uit het SO, medewerkers GGZ/Jutters/MEE/etc. In de situatie vanaf 1 augustus 2014 geldt dat in het voortraject minimaal de SOC overleg heeft gehad over de leerling waarvoor een individueel arrangement wordt aangevraagd. Observatie/onderzoek Bij observatie/onderzoek kan worden gedacht aan observatie door b.v. IB-er, PAB-er, schoolbegeleidingsdienst, AB-er, psycholoog, orthopedagoog. De in te schakelen discipline wordt mede bepaald door het soort individueel arrangement, dat wordt aangevraagd (zie ook IV. Aanvraag/D. specifiek voor de aanvraag individueel arrangement). III. Ontwikkelingsperspectief Beeld huidige situatie Probeer hier zo feitelijk mogelijk aan te geven wat de belemmerende en stimulerende factoren zijn. T.a.v. D-G; relevante factoren in de opvoeding: het is zinvol om hier ook de informatie uit de gesprekken, die u met de ouders heeft gevoerd, een plek te geven. Het dient aanbeveling om dit samen met ouders in te vullen en/of het gesprek met de ouders hierover aan te gaan. Het ET hecht veel waarde aan het opnemen/beschrijven van de positieve factoren en zal in het beoordelen van de aanvraag van een individueel arrangement ook nagaan in hoeverre deze positieve factoren worden ingezet (als het ware compenserend ) in de ondersteuning van de leerling. 2 H. Laatste toets gegevens Graag een uitdraai vanuit het LOVS (waarin bij voorkeur een beeld wordt gegeven over de ontwikkeling van een leerling over een langere periode) bijvoegen, waarin de informatie m.b.t. de ontwikkeling van de leerling over een langere tijd is opgenomen. Indien u dit niet kan aanleveren, dan u dient de hele tabel ingevuld te worden. Als u geen gebruik maakt van CITO, graag een eigen overzicht van de toetsgegevens toevoegen. Indien de aanvraag voor een individueel arrangement betrekking heeft op extra ondersteuning aan een kleuter, kan het overzicht uit het groeidocument nu nog niet worden ingevuld (op termijn wordt dit aangepast). U wordt gevraagd bij de aanvraag
een aparte bijlage toe te voegen met objectieve observatie- en/of toetsbevindingen van de kleuter. Denk daarbij bijvoorbeeld aan gegevens uit het Ontwikkelingsvolgmodel (OVM) van het Seminarium voor Orthopedagogiek of de CITO-toetsen voor de onderbouw. Doelen A. Doelen voor de leerling Voor elke leerling waarvoor een individueel arrangement wordt aangevraagd dient een OPP ingevuld te worden, ook voor de jongere leerlingen. Informatie over het opstellen van een OPP (ook voor de jongere leerlingen) is te vinden in bijgevoegde link http://www.poraad.nl/sites/www.poraad.nl/files/book/bestand/po_raad_ontwikkelin gs_perspectief_basisonderwijs.pdf (zie o.a. bladzijde 18/19 Wanneer een ontwikkelingsperspectief opstellen? uit dit document). T.a.v. doelen geldt in zijn algemeenheid: formuleer dit in termen van wat de school wil bereiken. Voorkom dat doel en middel door elkaar gaan lopen en probeer zo SMART als mogelijk de doelen te formuleren. Verwoord in ieder geval in termen van leerresultaten/-opbrengsten (bijvoorbeeld: de leerling heeft over een half jaar op de toets begrijpend lezen een vaardigheidsscore van XX). Om het passend onderwijsaanbod i.r.t. het OPP van de leerling te beschrijven, is het zinvol om gebruik te maken van de door het SLO uitgeschreven leerroutes (zie: www.passendeperspectieven.slo.nl). Betreft het een kleuter, dan wordt geadviseerd om bij het formuleren van de doelen t.a.v. de leerling gebruik te maken van het Ontwikkelingsvolgmodel (OVM) van het Seminarium voor Orthopedagogiek (veel SBO s in onze regio werken met dit model en kunnen, indien nodig, behulpzaam zijn bij het formuleren van de doelen t.a.v. de kleuter). De leerroutes (zie hierboven) vanuit het SLO geven hiertoe ook handvatten. Daarnaast kunnen ook doelen worden geformuleerd op basis van de CITO-toetsen in de onderbouw. V.w.b. uitstroombestemming: Het SWV SPPOH heeft begrip voor het feit dat het lastig is om voor jonge leerlingen een uitstroomperspectief aan te geven. Toch hoort dit een plek te krijgen in een OPP. In de handreiking ontwikkelingsperspectief in het basisonderwijs http://www.poraad.nl/sites/www.poraad.nl/files/book/bestand/po_raad_ontwikkelin gs_perspectief_basisonderwijs.pdf staat beschreven hoe u dit kan doen. Ter aanvulling: Het SWV SPPOH volgt de berichtgeving van de PO-raad met betrekking tot het onderwerp uitstroomperspectief i.r.t. jonge leerlingen. In de bijlage is een lijst van de betekenis van de afkortingen opgenomen 3
B. Doelen voor het onderwijs; school, groep en/of leerkracht Het gaat hier om doelen van de leerkracht, groep en school zelf in relatie tot de leerling. Een handige formulering daarvoor is: o Aan het einde van het schooljaar is de leerkracht in staat om deze leerling. o Aan het einde van het schooljaar kan de groep de leerling helpen om. o Aan het einde van het schooljaar kan de school een leerling als A Het is wenselijk dat deze doelen in overleg met de leerkracht, de intern begeleider en/of de directie worden opgesteld. C. Doelen voor de opvoeding; gezin, ouders en/of vrije tijd (in relatie tot de leerling) Informatie m.b.t. deze gegevens kan verkregen worden uit het gesprek met de ouders/verzorgers van de leerling en kan daarnaast (indien van toepassing én met instemming van de ouders) gehaald worden uit rapportage van b.v. maatschappelijk werk, externe hulpverleningsinstanties zoals de GGZ, Centrum Autisme, Bureau Jeugdzorg, jeugdhulppartners. IV. Aanvraag 4 Een leerling komt in het schooljaar 2014-2015 alleen in aanmerking voor een individueel arrangement als deze in principe ook toelaatbaarheid is voor een lesplaats SO of SBO B. de ondersteuningsbehoeften zijn, op basis van bovenstaande gegevens als volgt: o Hoeveelheid aandacht en tijd: denk daarbij aan bijvoorbeeld aan uren individuele begeleiding door welke discipline, per dag, per week, per jaar; o Het onderwijsmateriaal: het gaat hier om de aanschaf van specifieke materialen, passend bij de ondersteuningsbehoefte van de leerling. o Ruimtelijke omgeving; voorbeelden zijn een rustige, aparte plek in de klas, aansluiting voor laptop. o De Expertise; het gaat hierbij uiteraard om expertise in relatie tot de ondersteuningsvraag van de leerling. Breng daarbij in beeld welke aanvullende expertise nodig is. o Samenwerking met andere partners; indien externe zorg (denk bijvoorbeeld aan zorg vanuit Jeugdformaat, Mee, Ipse) voor de leerling wordt ingezet en/of is aangevraagd, kan dat hier worden vermeld. Het gaat dan om wat er inhoudelijk gebeurt. Het gaat hier niet om de zorgverzekeraar.
D. Specifiek voor de aanvraag van een individueel arrangement SO Uitgangspunt in het denken van het SWV SPPOH is het denken in termen van ondersteuningsbehoeften. Desondanks heeft het SWV SPPOH besloten om in het kader van het arrangeren en indiceren voor de individueel arrangementen SO ook nog te denken vanuit kindkenmerken. Zo is er voor een aantal individuele arrangementen in het SO een IQ-onderzoek nodig en voor bepaalde andere individuele arrangementen een diagnose (van een kinderpsychiater) in termen van de DSM IV nodig. In het kader arrangeren en indiceren (te vinden op de website van het SWV) staat beschreven welke kindkenmerken bij welk individueel arrangement in beeld moeten worden gebracht. Voor wat betreft het bepalen van een IQ; het IQ dient bepaald te worden door een daartoe bevoegde orthopedagoog/kinderpsycholoog. Naast een TIQ, wordt er ook informatie gegeven over het PIQ en het VIQ van de leerling. Een aantal kinderen is niet (echt) toetsbaar. Voor deze kinderen geldt dat de daartoe opgeleide orthopedagoog/psycholoog een schatting kan doen van het IQ van de betreffende leerling. E. Beredeneerde afwijking Soms past een leerling niet helemaal binnen de kaders van het kader arrangeren en indiceren. Het kind heeft bijvoorbeeld wel een bepaalde ondersteuningsbehoefte, maar de kindkenmerken komen niet helemaal overeen met de kindkenmerken zoals aangegeven in het kader arrangeren en indiceren. In dat geval dient de school, als de school besluit een aanvraag te doen voor een individueel arrangement, te beargumenteren waarom toch een aanvraag wordt ingediend. 5 F. Inzet van het individueel arrangement F1.Let op: in de vorige versie van het groeidocument was er een apart deel F1 Ambulante begeleiding en een apart deel F2 Schooldeel opgenomen. Deze zijn in de versie van 4 juni 2014 samengevoegd tot het onderdeel F1 Begeleiding van de leerling om het invullen van het groeidocument verder te vereenvoudigen. In het Overzicht Regelingen en Bedragen 2014-2015 (zie website SPPOH/ondersteuning) treft u aanvullend informatie aan over de hoogte van de budgetten en de voorwaarden waarbinnen de budgetten kunnen worden besteed. F1.1. Ondersteuning, interventies, expertise direct gekoppeld aan de leerling; In het OBR 2014-2015 zijn de normuurtarieven opgenomen voor de uitvoering van de begeleiding van de leerling. U dient hier rekening mee te houden bij het invullen van dit deel van het groeidocument. Wees u er ook van bewust dat dit deel van de aanvraag minimaal 50% van het aangevraagde budget betreft.
F1.2. Ondersteuning, interventies, expertise direct gekoppeld aan leerkracht en/of groep; ook nu weer zijn de normuurtarieven van toepassing. F2. Duur van het individueel arrangement De aanvraag heeft vooralsnog betrekking op het schooljaar (2014-2015). De duur van een individueel arrangement is maximaal één jaar. Concreet houdt dit in dat de uitvoering van een individueel arrangement, dat in de loop van het schooljaar 2014-2015 wordt aangevraagd en toegekend, nog kan doorlopen in het schooljaar 2015-2016. F3.Totaalbedrag Let op dat het totaalbedrag het maximale bedrag, zoals opgenomen in het Overzicht Regelingen en Bedragen 2014-2015 niet overschrijdt. Voor het SBO geldt dat de maximaal aan te vragen bedragen voor de individuele arrangementen staan opgenomen in de rechter kolom (bladzijde 7 van het OBR 2014-2015). Vergeet dit bedrag (= een optelsom van F.1.1 tot en met F1.5) niet in te vullen. F4. Wordt er in het kader van het individueel arrangement samengewerkt in het kader van het individueel arrangement Geef aan wat er in het kader van het individueel arrangement is afgestemd en wat de samenwerking inhoudt. V. Verantwoording 6 Spreekt voor zich VI. Handtekening voor akkoord Alleen aanvraagformulieren voorzien van een handtekening van de directeur van de aanvragende school worden in behandeling genomen. Het gaat daarbij om een digitale (kopiëren en scannen is prima) handtekening. De aanvraag hoort ook voorzien te zijn van een handtekening van de ouders/verzorgers. Blijkt dat de ouders niet instemmen met de aanvraag, maar de directeur van de basisschool besluit toch om een aanvraag te doen, dan dient op zijn minst een verslag met daarin een visie van de ouders (tevens getekend voor gezien door de ouders) toegevoegd te worden bij de aanvraag. Indien ouders duurzaam gescheiden leven, maar wel beiden het gezag over het kind hebben, moeten beide ouders toestemming geven.
Bijlage Afkortingen ZMOK ZMLK LZ LG EMB LWOO ISK SBO SO Zeer moeilijk opvoedbare kinderen Zeer moeilijk lerende kinderen Langdurig ziek Lichamelijk gehandicapt Ernstig meervoudig beperkt Leerwegondersteunend onderwijs Internationale Schakel Klas Speciaal Basis Onderwijs Speciaal Onderwijs 7