De ontwikkeling van een evaluatiesystematiek voor ontruimingsoefeningen in de zorg

Vergelijkbare documenten
1. Inleiding op het onderdeel beleid voor bedrijfshulpverlening

Hans Wijnbergen CCZ. Adviseur Veiligheid. Afdeling Advies & Monitoring

Fatale woningbranden 2003 en 2008 t/m 2011: een vergelijking

Veiligheidin Beweging. Instituut voor Veiligheid en Zelfredzaamheid

Bouwbesluit brandveiligheid = voldoende brandveiligheid?

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving

Stappenplan voor het juist inrichten van uw BHV-organisatie Een essentieel onderdeel van integrale (brand)veiligheid

Toepassing van simulatie- en rekenmodellen bij de beoordeling van de gelijkwaardige brandveiligheid

Afbakening Het onderzoek richt zich op de fatale woningbranden in De niet-fatale woningbranden zijn in het onderzoek niet meegenomen.

Brandveiligheid. Basis voor. De onderbouwing voor brandbeveiliging in gebouwen. Modellering, onderbouwing, argumentatie en. achtergrondinformatie over

WHITEPAPER BEWUST OMGAAN MET(BRAND-)RISICO S

Hoeveel ontruimers zijn vereist in zorginstellingen?

SCHEMA TOOLBOX, VERSIE juni 2017

Grote brandcompartimenten. Normen in ontwikkeling

Kansen en risico's voor omgang met inspecterende partijen Hoe helpt een eigen visie op brandveiligheid in de omgang met inspectie/ brandweer?

Masterclass Zelfredzaamheid bij brand

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid

Brandveiligheid in de zorg. Vluchten kan niet meer.. Ing. Tom de Nooij, CFPS Senior Consultant Marsh Risk Consulting NFPA Instructor

Brandveiligheid in de Zorg Ontruimen & Ontruimingsconcepten

2012D Is er een rol voor cliëntenraden bij deze problematiek en zo ja, wat is deze?

FSE op basis van psychonomie

Brandveiligheid in de Zorg. Bouwbesluit

Basisinspectiemodule Bedrijfshulpverlening

BEGELEIDINGSNOODZAAK

Brandmelding en Ontruimingsalarm Productbrochure

Brand in Rivierduinen: veronderstelde veiligheid

OAI afgestemd op ontruiming INTEGRALE BRANDVEILIGHEID

Calamiteitenplan. Land in Zicht. Datum: 23 januari Locatie: Domstraat 82, 3829 ND Hooglanderveen

BEDRIJFSNOODPLAN. Amstelveen

Workshop Zelfredzaamheid bij brand De zorg voor een veilige ontvluchting

Gezamenlijk actieplan Haags Cultureel Preventie Netwerk (HPN) preventie & respons evacuatie van collectie

Handreiking 'Geen Nood Bij Brand'!

Toelichting Effectenanalyse wijkverpleegkundige niettoewijsbare

Brandpreventie bij ouderen

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Even voorstellen: Ontruiming en ontruimingsplannen PROGRAMMA. Wat is ontruiming? Brandbeveiligingsconcept (1) Wanneer Ontruimen?

Calamiteitenplan. Land in Zicht. Datum: 17 september Locatie: Domstraat 82, 3829 ND Hooglanderveen

Brandveiligheid in de ggz Verslag van een bestuurlijke bijeenkomst

Werkwijze Praktijktest

Branden in seniorencomplexen.

Calamiteitenplan. Calamiteitenplan

Concept BHV Plan. Harpdreef ZX Etten leur

Basis voor brandveiligheid De onderbouwing van brandbeveiliging in gebouwen

Brandveilig ontwerpen in de praktijk Deel 1 ontwerpen van vluchtwegen. Emiel van Wassenaar - 14 juni 2012

Sterk in maatwerk. Amsterdam-Amstelland. Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig

Bedrijfshulpverlening Alle regels op een rij

Bedrijfshulpverlening: informatie voor werknemers

De relatie tussen preventie en repressie in de praktijk. René Hagen Lector Brandpreventie

Bestuurlijke keuzes en brandveiligheid: wat is veilig (genoeg)? Marco Zannoni NIBHV congres, 10 november 2014

Fire Safety Experience Trainingsbrochure

Een schoolgebouw bestaat uit drie bouwlagen. De begane grond heeft een gebruiksoppervlakte van ruim m 2

Brandveiligheidsmanagement inrichtingen binnen uw Zorgorganisatie. Iwan van Oijen Brafon Brandveiligheidsmanagement

De nazorg van pleegzorg voor pleegouders

Beantwoording reacties bestuurders op tweede bestuursrapportage Schriftelijke ronde, oktober 2018

BHV Bedrijfshulpverleningsorganisatie VOOR JOU

Vaststelling gewijzigde formulier voor aanvraag bouwvergunning

Brandveiligheid en continuïteit

Handreiking borging brandveiligheid unitbouw

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Mevrouw drs. E.I. Schippers Postbus EJ Den Haag. Geachte mevrouw Schippers,

Beleidsnotitie BRANDVEILIGHEID. ( brandveiligheid, een hot item )

Beleidskader Bedrijfshulpverlening beleidskader BHV 1

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Competenties Luuk van Paridon. Analyseren

Bijgevoegde documenten Onderstaand geeft u aan of alle voor de toetsing benodigde informatie is bijgevoegd.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Werkstuk door een scholier 2285 woorden 15 juni keer beoordeeld. Verzorging. Bedrijfshulpverlening.

Checklist voor controle (audit) NEN 4000

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Diensten CumLaude. Praktische Informatie

Toetsing Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RIE) BS De Klimop

Regionale Brandweer Groningen. Regionaal beleid Overnachten in sport- en bijeenkomstfuncties

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews.

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris

Beleid BASIS-CALAMITEITENPLAN...

Waar staat Preventief voor?

Brandbeveiliging voor zorginstellingen. Zorg. Segment

Samenvatting De vergoeding van psychodiagnostisch medewerkers in de geestelijke gezondheidszorg

RIVM Centrum Gezond Leven

een ziekenhuis in Amsterdam Promote. Share. Influence. Een kijk op de evacuatie van door de pioneers van Tetcon

Inspectierapport Gastouderbureau Voel je Thuis (GOB) Snekerpoort HK Bolsward Registratienummer

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Profielschets Bischoff Safety Service

Brand in uw bedrijf: De 4 stappen voor ontruiming

VLUCHTEN BIJ EEN BRAND

Ontruimingscampagne zorgorganisaties Oktober 2010

Veel gestelde vragen 1

Veilig vluchten uit gebouwen: wegwijs worden in de regel-geving

Brandveiligheid en vergrijzing meerwaarde van sprinklers

PROTOCOL INVENTARISATIE EN ONDERZOEK BRANDVEILIGHEID GEVELS

Veiligheidsaspecten in omgevingsplan

Formulier Beoordeling Critical Appraisal of a Topic (CAT)

Toetscyclus. 5.1 Praktijk Reflectie De toetscyclus Portfolio 39

Management samenvatting

Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek

Quick Scan Brandveiligheid

- Bouwregelgeving en werkelijke brandveiligheid - VEILIG VLUCHTEN BIJ BRAND

Organisatie: Kinderdagverblijf Beerengoed Contactpersoon: Mevr. Schelberg. Het betrof een aangekondigde ontruimingsoefening.

VOORSTEL. Algemeen Bestuur. Besluit. Voorstel. Samenvatting. Regionaal kader werkwijze evenementenveiligheid. Mr. drs. M. Sijbom.

SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL!

Transcriptie:

De ontwikkeling van een evaluatiesystematiek voor ontruimingsoefeningen in de zorg Afstudeeronderzoek Bastiaan Aartsen Young Safety Professionals Mei 2018

Inleiding Aanleiding Vanuit onvrede over de huidige ontruimingsoefening evaluatiesystematiek is dit onderzoek in het leven geroepen. Het onderzoek is gericht op het ontwikkelen van een evaluatiesystematiek voor ontruimingsoefeningen van zorginstellingen in Nederland. Er zijn in de afgelopen jaren een aantal ingrijpende branden geweest in zorginstellingen in Nederland. Rivierduinen in Oegstgeest en De Notenhout in Nijmegen zijn enkele voorbeelden hiervan. Vaak voldoet een zorginstelling aan de wettelijke eisen met betrekking tot brandveiligheid. Echter, dit betekent niet altijd dat een zorginstelling als veilig gezien kan worden. De brand in Rivierduinen in Oegstgeest is een voorbeeld hiervan. De instelling voldeed aan alle wettelijke eisen met betrekking tot de brandveiligheid. Ondanks dit feit vielen er drie dodelijke slachtoffers bij een brand in 2011. Uit onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid blijkt dat Rivierduinen niet de brandveiligheidsmaatregelen afstemde op de verminderde mate van zelfredzaamheid van de patiënten. Voor de ontwikkeling van een evaluatiesystematiek zijn er een aantal factoren die het succes van het ontwerp bepalen. De inhoud moet kloppen en aansluiten bij hetgeen wat geëvalueerd moet worden. Verder is het ook van belang dat de systematiek aansluit op de wensen en behoeften van diegene die de systematiek moeten gaan gebruiken. Cliënten in zorginstellingen hebben een verminderde zelfredzaamheid. Om effectief op te treden bij een brand in een zorginstelling met verminderd zelfredzame personen is training en opleiding van het personeel noodzakelijk. Een goede training van de BHV organisatie heeft positieve invloed op de snelheid van het evacueren van het gebouw. Het periodiek houden van ontruimingsoefeningen bevordert de evacuatiesnelheid. De reactietijd van een goed opgeleide en werkende bedrijfshulpverleningsorganisatie is ongeveer tien maal sneller dan wanneer de bedrijfshulpverleningsorganisatie onvoldoende is opgeleid en getraind. Om een effectieve ontruimingsoefening uit te voeren, is een evaluatie noodzakelijk. Met de evaluatie wordt er gekeken wat er goed ging en wat er verbeterd kan worden. Deze informatie kan gebruikt worden om de ontruiming in de toekomst sneller en doeltreffender te laten verlopen. Een succesvollere ontruiming voorkomt mogelijk extra dodelijke slachtoffers. Echter, het is voor veel zorginstellingen onbekend wat de beste manier is om een ontruimingsoefening te evalueren en met de vergrijzing wordt het risico op slachtoffers alleen maar groter. Onderzoeksopzet Om de inhoudelijke aspecten van de evaluatie te bepalen is er allereerst onderzoek gedaan naar wat de vakliteratuur als kritische aspecten van een ontruiming identificeert. Van deze aspecten zijn de beoefenbare aspecten geselecteerd. Niet alle kritische aspecten van een ontruiming kunnen ook beoefend worden. Een voorbeeld hiervan is de hitte die vrijkomt bij een brand. Dit is een kritisch aspect van een ontruiming maar komt over het algemeen niet terug tijdens een 2

ontruimingsoefening. Logischerwijs moeten de aspecten die beoefend worden, ook geëvalueerd worden. Vervolgens is gekeken met welke methode en inhoud er nu geoefend en geëvalueerd wordt. De kritische aspecten uit de vakliteratuur diende als topiclijst voor de interviews om de huidige methode en inhoud van oefenen en evalueren te achterhalen. Hoewel de huidige methode van evalueren in kaart is gebracht binnen het onderzoek, is het van belang om ook de specifieke wensen en behoeften van de zorginstellingen en ontruimingsinstructeurs in kaart te brengen. Mogelijk wijken de wensen en behoeften namelijk af van de huidige werkwijze. Als de gewenste inhoud en vorm van de evaluatiesystematiek in kaart is gebracht, is de laatste stap het ontwerpen van de systematiek. De resultaten van elk van de bovengenoemde onderzochte onderdelen vormt samen de eisen waar de systematiek aan moet voldoen. De resultaten zijn gecombineerd en verwerkt tot een evaluatiesystematiek ontwerp. De achterliggende data en resultaten van het onderzoek zijn uitgewerkt in het onderzoeksrapport. Het document wat u voor u heeft is een beknopte samenvatting van het onderzoeksrapport. 3

Inhoudsopgave Inleiding... 2 Aanleiding... 2 Onderzoeksopzet... 2 1. Kritische aspecten van een ontruiming... 5 2. Huidige wijze van oefenen en evalueren... 7 3. Wensen en behoeften van zorginstellingen... 8 Aanbevelingen... 9 Bronnen...10 4

1. Kritische aspecten van een ontruiming Om de kritische aspecten van een ontruiming meetbaar te maken is ervoor gekozen om drie verschillende modellen te gebruiken. Er is gebruikgemaakt van het analysemodel vluchtveiligheid van het Instituut Fysieke Veiligheid, het ministerie van VROM, Rapport brandveiligheid in zorginstellingen en het brandbeveiligingsconcept Gezondheidszorggebouwen. Deze drie modellen zijn beschreven, met elkaar vergeleken en gecombineerd om tot een overzicht te komen van de kritische aspecten die beoefend en geëvalueerd moeten worden bij een ontruimingsoefening. Onder de drie overkoepelende begrippen: Menskenmerken, Gebouwkenmerken en Bedrijfshulpverlening zijn alle relevante aspecten en subaspecten van de bovenstaande modellen gevoegd. Onderstaand een schematische weergave van de kritieke aspecten en subaspecten van een ontruiming die beoefend moeten worden. De kritische aspecten zijn gebruikt als topics voor de interviews en als basisaspecten in de ontwikkelde evaluatiesystematiek. Figuur 1: schematische weergave van de gecombineerde kritische factoren van een ontruiming op basis van de bovengenoemde drie modellen. Ook zijn er uit het literatuuronderzoek een aantal uitgangspunten gekomen die als toetsingsmiddel kunnen dienen voor het bepalen van het succes van een ontruimingsoefening. Deze uitgangspunten zijn in de evaluatiesystematiek verwerkt. De uitgangspunten komen uit het Basis voor brandveiligheid document en het bouwbesluit. Uitgangspunten Van een aantal aspecten die niet direct relevant zijn voor het onderzoek kunnen wel uitgangspunten opgesteld worden die mogelijk gebruikt kunnen worden om een ontruimingsoefening te toetsen. Deze uitgangspunten zijn als volgt: Binnen 15 minuten na ontstaan van een brand moet deze zijn ontdekt, de door de brand 5

bedreigde personen en de brandweer moeten zijn gealarmeerd. Binnen 15 minuten na die alarmering moeten de door brand bedreigde personen zonder hulp van de brandweer kunnen vluchten. De brandweer is aanwezig en operationeel binnen 15 minuten na het melden van de brand. De brandweer moet de brand binnen 60 minuten na ontstaan onder controle hebben, hetgeen inhoudt dat voorkomen wordt dat de brand verder uitbreidt. Op dat moment moeten de laatste door de brand bedreigde personen met behulp van de brandweer zijn gered. 6

2. Huidige wijze van oefenen en evalueren Uit het literatuuronderzoek, de klankbordgroepen en de interviews blijkt dat de inhoud van de ontruimingsoefeningen grotendeels bepaald wordt aan de hand van de inhoud van de ontruimingsplannen. De kritische aspecten die eerder in het onderzoek in kaart zijn gebracht worden door de geïnterviewden duidelijk toegelicht. Over het algemeen wordt er binnen zorginstellingen jaarlijks geoefend. Het soort oefening is maatwerk. Als er bijvoorbeeld cliënten zijn die lange tijd van slag zijn door een ontruimingsoefening is het niet handig om de cliënten te betrekken bij de oefening. De inhoud van de oefeningen worden voornamelijk bepaald aan de hand van de behoeften van de BHV ers of aan de hand van de knelpunten van de voorgaande oefeningen. Verder zijn er met betrekking tot de evaluatie grote verschillen tussen de huidige evaluatieformulieren. De evaluatieformulieren verschillen van een gestructureerd formulier met vaste onderwerpen tot een zeer beperkt formulier met enkel invulvakjes voor opmerkingen, bevindingen en actiepunten. Enkele evaluatieformulieren waren schrikbarend leeg. De methode van het evalueren is redelijk consequent. Er wordt over het algemeen geëvalueerd met alle betrokken BHV ers door middel van een open gesprek. Uit de evaluatie komt vervolgens een verslag met aandachtspunten met een deadline en een verantwoordelijk persoon. Als laatste is de hoeveelheid beschikbare informatie met betrekking tot een ontruiming veel groter dan met betrekking tot een evaluatie. Er was tijdens het literatuuronderzoek, behalve de interne documentatie, nauwelijks informatie beschikbaar over de evaluatie van ontruimingsoefeningen. Ook bij de geïnterviewden lag de nadruk bij een ontruimingsoefening meer op de ontruiming dan op de evaluatie. Hoewel dit enigszins logisch is, is het verschil opvallend. In het onderzoeksrapport kan een uitgebreidere uiteenzetting van de bevindingen gevonden worden waaronder een beschrijving per kritisch aspect. 7

3. Wensen en behoeften van zorginstellingen Er zijn een aantal aandachtspunten naar voren gekomen die in de evaluatiesystematiek moeten zitten of waar aan de hand van de evaluatiesystematiek opgesteld moet worden. De evaluatiesystematiek moet korte heldere vragen hebben. Er mag geen onduidelijkheid bestaan over welke informatie geregistreerd moet worden. De evaluatiesystematiek moet ook gebruikt kunnen worden door iedereen. De systematiek moet zonder specifieke voorkennis ingevuld kunnen worden. Verder is uitgesproken dat het van belang is dat de systematiek ook de mogelijkheid geeft voor de registratie van cliënten met behulp van de WARR systematiek. Deze systematiek wordt door veel zorginstellingen gebruikt en zorgt voor een concreter beeld over de ontruimingstijden per cliënt. De systematiek moet ook een tijdregistratie bevatten. Hiermee kunnen ontruimingstijden vergeleken worden met voorgaande oefeningen. Ook geeft de tijdregistratie een beknopt helder beeld van de oefening. Om de effectiviteit van de systematiek te vergroten, is het mogelijk goed om in de systematiek het advies te geven om de evaluatie tijdens de mondelinge evaluatie in te vullen. Hoewel de invultijd van de systematiek volgens de geïnterviewden niet een hele grote rol speelt, is het alsnog van belang dat de systematiek er in ieder geval beknopt uitziet. Een erg lang ogende systematiek is niet uitnodigend om in te vullen. Als laatste moet de systematiek in Excel of Word verwerkt worden om zo aan te sluiten bij de huidige werkwijze van de zorginstellingen. 8

4. Aanbevelingen Ten aanzien van de ontworpen evaluatiesystematiek zijn er een aantal aanbevelingen/adviezen te formuleren. Deze adviezen zijn gericht op de implementatie en het verhogen van de effectiviteit van de systematiek. Hoewel de evaluatiesystematiek handvaten en structuur biedt bij het evalueren van de ontruimingsoefeningen, is enkel de evaluatiesystematiek niet genoeg om te dienen als een volledige evaluatie. De systematiek gaat niet in op bijvoorbeeld het proces van mondeling evalueren. De evaluatiesystematiek is ontwikkeld met wetenschappelijke onderbouwing en zo veel mogelijk in lijn met de wensen en behoeften van de zorginstellingen. Omdat er ondanks dit mogelijk nog dingen over het hoofd gezien zijn, is het van belang dat de evaluatiesystematiek getest wordt door de zorginstellingen. Het dient getest te worden op de gebruiksvriendelijkheid en inhoud. Ook dient het getest te worden op de toepasbaarheid op alle verschillende soorten zorginstellingen. Het feit dat de evaluatiesystematiek gestandaardiseerd is, biedt het de mogelijkheid om verschillende oefeningen met elkaar te vergelijken. Ook dit is één van de adviezen met betrekking tot het gebruik van de systematiek. Onderstaand zijn de aanbevelingen opgesomd: 1. Gebruik de systematiek om inzicht te krijgen in de effectiviteit van de oefeningen door de evaluaties van verschillende oefeningen met elkaar te vergelijken. 2. Vul de evaluatiesystematiek tijdens of direct na de mondelinge evaluatie in. 3. Test de systematiek op gebruiksvriendelijkheid en compleetheid. 4. Test de systematiek op toepasbaarheid op verschillende soorten zorginstellingen. 9

Bronnen Bouwbesluit (2012). 6.5 Brandveiligheid Geraadpleegd op 23 oktober 2017 van https://rijksoverheid.bouwbesluit.com/inhoud/docs/wet/bb2012_nvt/6/6.5. Bunschoten, J. (2010). Brandveiligheidsconcepten gezondheidszorggebouwen en nieuwe bouwregelgeving Den Haag: Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Cosgrove, E., Jenckes, M., Kohri, K., Edbert B., Green, G., Feuerstein, C., Bass, E. (2011). Evaluation of Hospital Disaster Drills Baltimore: Johns Hopkins University Bloomberg School of Public Health. De Zorg Brandveilig (2012). Handreiking Integrale aanpak Brandveiligheid Geraadpleegd op 24 augustus 2017, van http://www.dezorgbrandveilig.nl/sites/default/files/bestanden/kennisbank/handreiking_brandveiligheid_ def-los.pdf. Instituut Fysieke Veiligheid (2012). Bouwbesluit 2012 Geraadpleegd op 22 augustus 2017, van https://www.ifv.nl/kennisplein/documents/brandveiligheid-bij-een-gezondheidszorgfunctie.pdf. Ministerie van Binnenlandse Zaken (1995). Brandbeveiligingsconcept Gezondheidszorggebouw Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken. Keizer, M., & Jonker, H. (2011). Checklist veiligheid Zorginstellingen Utrecht: Vilans. Nederlands Normalisatie-instituut (2005) Ontwerp NEN 4000, Nederlandse norm Bedrijfshulpverlening Delft: NEN. Oerle, N., Janse, E., & Leur, P. (1996). RICHTLIJN VULTIJDENMODEL GROTE BRANDCOMPARTIMENTEN Den Haag: Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Onderzoeksraad (2011). Brand in Rivierduinen: veronderstelde veiligheid Geraadpleegd op 16 september 2017, van https://www.onderzoeksraad.nl/uploads/itemsdocs/1020/rapport_rivierduinen_nl_web_beveiligd.pdf. Tromp, A. & Mierlo, van, R. (2013). Fire Safety Engineering: Handboek voor de bouw Delft: Eburon Uitgeverij B.V. 10

Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer inspectie (2011) Brandveiligheid van zorginstellingen Den Haag: VROM. Verder zijn er 13 interviews afgenomen bij veiligheidsfunctionarissen van zorginstellingen of ontruimingsinstructeurs. 11