De relatie tussen preventie en repressie in de praktijk. René Hagen Lector Brandpreventie

Transcriptie

1 De relatie tussen preventie en repressie in de praktijk René Hagen Lector Brandpreventie Zesde Nationale FSE congres, 12 november 2013

2 Preparatieve voorzieningen zijn niet de relatie 2

3 De (wijze) van repressieve inzet is wel de relatie 3

4 Kenmerken die zowel de brandveiligheid als de brand typeren zijn de sleutel Brandkenmerken Mate van brandveiligheid Gebouwkenmerken Menskenmerken Psychonomie Brandkenmerken Mens- kenmerkenns- Gebouw kenmerken Bouw- en installatietechniek Brandfysica Omgevings kenmerken Interventiekenmerken Omgevingskenmerken Interventie kenmerken Bedrijfshulpverlening en brandweer 4

5 Ook het cascademodel heeft de relatie in zich 5

6 Maar vooral het kwadrantenmodel 6

7 Kwadrantenmodel Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 7

8 Basis inzettactiek op basis van het kwadrantenmodel Type gebouw Situatie bij aankomst brandweer Typering gebouw Stadium brand en rookontwikkeling Omstandigheden aanwezige personen Overwegingen voor keuze inzettactiek Basis inzettactiek Ziekenhuis verpleeghuis Rook zichtbaar Het gebouw is verdeeld in brandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 60 minuten. De maximale oppervlakte van een brandcompartiment zit tussen de 500 en 1000 m2, maar iedere verdieping bestaat in ieder geval uit twee brandcompartimenten, zodat in eerste instantie horizontale evacuatie mogelijk is. De meeste kamers op de verpleegafdelingen zijn subbrandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 30 minuten, zodat een brand op een verpleegafdeling nog enige tijd in die ruimte blijft. De aanvalswegen zijn relatief lang. Er zijn veel onbekende uitbreidingsrisico s of gevaren. Het gebouw is verdeeld in brandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 60 minuten. De maximale oppervlakte van een brandcompartiment zit tussen de 500 en 1000 m2, maar iedere verdieping bestaat in ieder geval uit twee brandcompartimenten, zodat in eerste instantie horizontale evacuatie mogelijk is. De meeste kamers op de verpleegafdelingen zijn subbrandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 30 minuten, zodat een brand op een verpleegafdeling nog enige tijd in die ruimte blijft. De aanvalswegen zijn relatief lang. Er zi Het gebouw is verdeeld in brandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 60 minuten. De maximale oppervlakte van een brandcompartiment zit tussen de 500 en 1000 m2, maar iedere verdieping bestaat in ieder geval uit twee brandcompartimenten, zodat in eerste instantie horizontale evacuatie mogelijk is. De meeste kamers op de verpleegafdelingen zijn subbrandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 30 minuten, zodat een brand op een verpleegafdeling nog enige tijd in die ruimte blijft. De aanvalswegen zijn relatief lang. Er zijn veel onbekende uitbreidingsrisico s of gevaren. Het gebouw is verdeeld in brandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 60 minuten. De maximale oppervlakte van een brandcompartiment zit tussen de 500 en 1000 m2, maar iedere verdieping bestaat in ieder geval uit twee brandcompartimenten, zodat in eerste instantie horizontale evacuatie mogelijk is. De meeste kamers op de verpleegafdelingen zijn subbrandcompartimenten met een brandwerendheid van ongeveer 30 minuten, zodat een brand op eejn veel onbekende uitbreidingsrisico s of gevaren. Defensieve binneninzet 8

9 Offensieve binneninzet Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 9

10 Offensieve binneninzet Doel: - Redding - Bestrijding in het compartiment 10

11 Relaties bij offensieve binneninzet Doel inzet Redden Blussen Waarover brandpreventieve kennis nodig Kans dat gered moet worden Beschikbare tijd voor redding Brandwerendheid compartiment op bezwijken Gedrag bouwmaterialen Brandwerendheid compartiment op bezwijken Gedrag bouwmaterialen Gebouwinstallaties 11

12 Kans op redding en redtijd Zelfredzamen Ontdekkings tijd en Ontruimin alarmerings gstijd brandruim te Ontruiming stijd bedreigde gebied Minu ten Ontdekking stijd en meldtijd Slapende zelfredzamen Interventie tijd brandweer Slapende niet-zelfredzamen Slapende zelfredzame bewoners 12

13 Brandwerendheid compartiment 13

14 Brandwerendheid compartiment 14

15 Gedrag bouwmaterialen 15

16 Defensieve binneninzet Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 16

17 Defensieve binneninzet Doel: - Evacuatie aangrenzende (sub)compartimenten - Uitbreiding voorkomen 17

18 Relaties bij defensieve binneninzet Doel inzet Evacuatie Uitbreiding voorkomen Waarover brandpreventieve kennis nodig Ligging en uitvoering (sub)brandcompartimenten Bezwijken aangrenzend brandcompartiment Aanwezigheid repressie ondersteunende voorzieningen Ligging en uitvoering (sub)brandcompartimenten Bezwijken aangrenzend brandcompartiment Aanwezigheid repressie ondersteunende voorzieningen Gebouwinstallaties Kwaliteit vluchtwegen 18

19 Herkennen brandcompartiment 19

20 Herkennen brandcompartiment 20

21 Horizontaal evacueren 21

22 Subbrandcompartimenten 22

23 Horizontaal brandcompartiment? 23

24 Horizontaal brandcompartiment? 24

25 Aanwezigheid brandcompartiment? 25

26 Aanwezigheid brandcompartiment? 26

27 Offensieve buiteninzet Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 27

28 Offensieve buiteninzet Doel: - Overlevingscondities verbeteren - Veilige betreding mogelijk maken - Uitbreiding voorkomen - Blussen 28

29 Relaties bij offensieve buiteninzet Doel inzet Overlevingscondities verbeteren Waarover brandpreventieve kennis nodig Brandwerendheid gebouw op bezwijken Weerstand tegen brandoverslag Veilige betreding Brandwerendheid gebouw op bezwijken Weerstand tegen brandoverslag Uitbreiding voorkomen Blussen Brandwerendheid gebouw op bezwijken Weerstand tegen brandoverslag Brandwerendheid gebouw op bezwijken Weerstand tegen brandoverslag 29

30 Defensieve buiteninzet Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 30

31 Defensieve buiteninzet Doel: - Overslag voorkomen - Effecten beperken 31

32 Relaties bij defensieve buiteninzet Doel inzet Overslag voorkomen Effecten beperken Waarover brandpreventieve kennis nodig Brandwerendheid gebouw op bezwijken Weerstand tegen brandoverslag 32

33 Overslag voorkomen oorkomengebouwkenmerken 33

34 Overslag voorkomen oorkomengebouwkenmerken 34

35 Het kwadrantenmodel Defensieve buiteninzet Offensieve buiteninzet Defensieve binneninzet Offensieve binneninzet 35

36 36

37 Betrouwbaarheid voorzieningen? 37

38 Beheersbaarheid van brand? 38

39 Verantwoord materiaalgebruik? 39

40 40

41 De relatie tussen preventie en repressie zit in de samenhang tussen het kenmerkenschema, cascademodel en kwadrantenmodel 41