Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief LBC-NVK en ACV West-Vlaanderen, lezingen over de toekomst van onze sociale zekerheid Kortrijk, 9 november 2017 Jan Smets, Gouverneur van de NBB INTERN Economics and Research Department: Public Finance Unit
Structuur van de uiteenzetting 1. Demografische vooruitzichten 2. Economische en budgettaire impact van de vergrijzing 3. Welke beleidsstrategie als antwoord op de vergrijzing? 4. Conclusies 2
Determinanten van het verloop en de structuur van de bevolking (cijfers voor België) 95 Levensverwachting bij geboorte in jaren 3,0 Gemiddeld aantal kinderen per vrouw 100 Migratiesaldo in duizenden personen 90 2,5 80 85 2,0 60 80 1,5 40 75 70 1,0 20 65 0,5 0 60 1960 1970 1980 1990 2000 2010 0,0 1960 1970 1980 1990 2000 2010-20 1960 1970 1980 1990 2000 2010 Vrouwen Mannen Bronnen: Federaal Planbureau, FOD Economie ADS, NBB. 3
Forse toename van de afhankelijkheidsgraad, grotendeels als gevolg van een toename van het aantal ouderen 7,5 Bevolking (in miljoenen) 45 Afhankelijkheidsgraad (verhouding aantal personen van 67 jaar of ouder ten opzichte van het aantal personen van 18 tot 66 jaar, in %) 7,0 40 35 6,5 2000 2005 2010 2015 2025 2035 18 tot 66 jaar 2045 2055 30 3,0 25 2,5 2,0 20 1,5 1,0 2000 2005 2010 2015 2025 2035 2045 2055 15 2000 2005 2010 2015 2025 2035 2045 2055 67 jaar of ouder Bronnen: Federaal Planbureau, FOD Economie - ADS, NBB. 4
Demografische ontwikkeling: veroudering van de bevolking (in duizenden personen volgens leeftijd) 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 105 110 en + 1950 2017 Bronnen: Federaal Planbureau, FOD Economie - ADS, NBB. 5
Structuur van de uiteenzetting 1. Demografische vooruitzichten 2. Economische en budgettaire impact van de vergrijzing 3. Welke beleidsstrategie als antwoord op de vergrijzing? 4. Conclusies 6
Afname van de bevolking op arbeidsleeftijd (duizenden personen van 18 tot 66 jaar, jaar-op-jaar verandering) 80 70 60 50 40 30 20 10 0-10 -20 2000 2003 2006 2009 2012 2015 2018 2021 2024 2027 2033 2036 2039 2042 2045 2048 2051 2054 2057 Bronnen: ADSEI, Federaal Planbureau. 7
Werkgelegenheidstoename zal niet langer de motor van de activiteitsgroei vormen, wel arbeidsproductiviteit (veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) 4 3 2 1 0-1 -2-3 2000 2002 2004 2006 2008 2010 2012 2014 2016 2018 2022 2024 2026 2028 2032 2034 2036 2038 2042 2044 2046 2048 2052 2054 2056 2058 Werkgelegenheid Arbeidsproductiviteit¹ Gemiddelde bbp-groei bbp naar volume = werkgelegenheid + arbeidsproductiviteit Bron: Studiecommissie voor de vergrijzing (SCvV). 1 De Studiecommitssie voor de vergrijzing hanteert als hypothese dat op lange termijn de arbeidsproductiviteit jaarlijks met 1,5% zal toenemen. 8
De budgettaire kosten van de vergrijzing nemen verder toe (wijziging van de leeftijdsgebonden overheidsuitgaven in procentpunten van het bbp t.o.v. 2016) Maximum: 3,2 (2039) 3,5 3,0 : 2,3 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0-0,5-1,0-1,5 2016 2018 2022 2024 2026 2028 2032 2034 2036 2038 2042 2044 2046 2048 2052 2054 2056 2058 Pensioenen Arbeidsongeschiktheid Kinderbijslag Totaal Gezondheidszorg Werkloosheid Overige sociale uitgaven Bron: Studiecommissie voor de vergrijzing (SCvV). 9
Structuur van de uiteenzetting 1. Demografische vooruitzichten 2. Economische en budgettaire impact van de vergrijzing 3. Welke beleidsstrategie als antwoord op de vergrijzing? 4. Conclusies 10
Welke strategie als antwoord op de vergrijzingsuitdaging? Driepijlerstrategie: Budgettaire strategie: overheidsschuld verminderen vergt structureel begrotingsevenwicht op middellange termijn budgettaire gezondmaking moet vooral berusten op een selectieve vermindering van de uitgaven, onder meer door efficiëntieverhoging voorts moet worden geijverd voor een correcte belastinginning en kunnen marges in sommige ontvangsten worden benut Stimuleren van de groei door het potentiële bbp te verhogen door het opdrijven van de werkgelegenheidsgraad en een toename van de productiviteit via investeringen, onderzoek en ontwikkeling, efficiëntere marktwerking, ondernemerschap en creativiteit, efficiëntie van de instellingen,... Uitgavenstijging voor pensioenen en gezondheidszorg onder controle houden om de houdbaarheid van de sociale bescherming op lange termijn te verzekeren 11
Een structureel begrotingsevenwicht moet worden nagestreefd om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te vrijwaren 1 (in % bbp) 3 120 2 1,5 2,0 100 1 80 0 60-1 40-2 20-3 0 2016 2025 2035 2045 2055 Bronnen: SCvV, INR, NBB. 1 Simulatie op basis van de macro-economische hypothesen van het referentiescenario van de SCvV en van de hypothese dat de impliciete rente op de overheidsschuld zou stijgen tot 3,75% in 2035 en zich vervolgens op dat niveau zou stabiliseren. De inflatie zou vanaf 2021 1,9 % bedragen. 12 Overheidsschuld (rechterschaal) Financieringssaldo (linkerschaal) Primair saldo (linkerschaal)
Een gunstig verloop van de werkgelegenheid vergt een actief arbeidsmarktbeleid (in % van de overeenstemmende bevolking) 80 Realisaties Raming SCvV 15 70 13 60 11 50 9 40 7 30 5 20 13 2000 2002 2004 2006 2008 2010 2012 2014 2016 2018 Bron: SCvV. ¹ Het betreft de administratieve definitie van de werkloosheidsgraad. 2022 2024 2026 2028 2032 2034 2036 2038 2042 2044 2046 Werkgelegenheid totaal 18-66 Werkgelegenheid totaal 20-64 doelstelling Werkgelegenheid 55-66 Werkgelegenheid 55-64 doelstelling Werkloosheid¹ (rechterschaal) 2048 2052 2054 2056 2058 3
Werkgelegenheidsgraad van risicogroepen (in % van de overeenstemmende bevolking, tenzij anders vermeld, 2016) België p.m. verandering Duitsland Frankrijk Nederland sinds 2000 1 Eurogebied (18 landen) Totaal (20-64j) 67,7 +1,9 78,6 70,0 77,1 69,9 20 tot 29-jarigen 57,6-10,7 71,6 61,5 75,9 59,7 55 tot 64-jarigen 45,4 +19,1 68,6 49,8 63,5 55,2 Niet-EUstaatsburgers 41,7 n. 54,2 46,3 50,3 55,3 Laaggeschoolden 45,6-5,6 58,9 50,5 60,7 53,2 Bron: EC. 1 In procentpunt. 14
Arbeidsproductiviteit is van groot belang voor de beteugeling van de vergrijzingskosten 2,0 Productiviteit per werkende (veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) 4,0 Sociale uitgaven 2016- (in procentpunt bbp) 1,5 3,5 3,0 3,4 1,0 2,5 2,3 2,0 0,5 1,5 0,0 1,0 0,5-0,5 0,0 2015 2025 2035 2045 Referentiescenario Scenario 1,25% p.m. gemiddelde 2000-2007 2055 referentie scenario SCvV 1,25% scenario Bron: SCvV. 15
Overheidsinvesteringen zijn momenteel zeer laag en het is raadzaam deze te stimuleren (investeringen in vaste activa, 2016, in % bbp) 6 5 4 3 2 1 0-1 LU SE FI DK NL FR AT UK EA BE DE IT ES PT IE Bruto-investeringen p.m. Gemiddelde 2000-2007 Netto-investeringen Bron: EC. 16
Krachtlijnen van de recente pensioenhervorming Verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd van 65 naar 66 jaar in 2025 en naar 67 jaar in Verstrenging van de voorwaarden voor vervroegde pensionering minimumleeftijd verhoogd van 62 jaar in 2016 naar 62,5 jaar in 2017 en naar 63 jaar in 2018 minimale loopbaanvoorwaarden: van 40 naar 41 jaar in 2017 en naar 42 jaar in 2019 uitzondering voor zeer lange loopbanen (van 43 of 44 jaar) Verstrenging van de voorwaarden voor werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag 1 Overlevingspensioenen: beperking van het aantal rechthebbenden geleidelijke verhoging van de leeftijd naar 50 jaar in 2025 en 55 jaar in Afschaffing van de pensioenbonus vanaf 1 januari 2015, zonder wijziging voor personen die rechten opbouwden vóór afschaffing Maatregelen met betrekking tot ambtenarenpensioenen uitdoven meetellen studiejaren (diplomabonificatie) om loopbaanduur te berekenen tegen afschaffing van de preferentiële tantièmes en schema s Harmoniseren van het systeem van diplomabonificatie bij de berekening van het pensioenbedrag Verdere hervormingen worden bestudeerd (NPC): puntensysteem, zwaarte van het werk voor de pensioenrechten, 1 Werkloosheidsuitkering met bedrijfstoeslag werd voorheen brugpensioen genoemd. 17
De sociale uitkeringen zullen fors stijgen in de toekomst, ondanks het effect van de pensioenhervorming 33 31 29 27 Verloop van de sociale uitgaven na de recente pensioenhervorming (in % bbp) +3,2 +2,3 Geschatte impact van de recente pensioenhervorming tegen (SCvV-verslag 2015) Werkgelegenheid: +5.6 % Potentieel bbp: +5.6 % Sociale uitkeringen: -2,1 procentpunt bbp 25 23 2012 2015 2025 2035 2045 2055 SCvV-Verslag 2017 SCvV-Verslag 2014 Bron: SCvV. 18
Beheersing van de overheidsuitgaven voor gezondheidszorg is noodzakelijk 4,0 Reële groei van de uitgaven voor gezondheidszorg volgens de SCvV-projectie (in %) 16 Uitgaven voor gezondheidszorg: alternatieve scenario s (in % bbp) 3,5 15 3,0 14 +7,3 % 2,5 13 2,0 1,5 Gemiddelde 2017-: 2,1 % 12 11 10 +4,3 % 1,0 9 +2,0 % 0,5 8 0,0 7 2017 2022 2027 2032 2037 2042 2047 2052 2057 2016 2021 2026 2031 2036 2041 2046 2051 2056 SCvV-projectie 0,5% extra reële groei 1% extra reële groei Bronnen: SCvV (Verslag 2017), NBB. 19
Structuur van de uiteenzetting 1. Demografische vooruitzichten 2. Economische en budgettaire impact van de vergrijzing 3. Welke beleidsstrategie als antwoord op de vergrijzing? 4. Conclusies 20
Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief LBC-NVK en ACV West-Vlaanderen, lezingen over de toekomst van onze sociale zekerheid Kortrijk, 9 november 2017 Jan Smets, Gouverneur van de NBB INTERN Economics and Research Department: Public Finance Unit