Motorisch (SMART, kwalitatieve gegevens van groepsgemiddelde)

Vergelijkbare documenten
LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Doelspelen. Toelichting en verantwoording

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL.

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal, de basis.

Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2. Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Thema Aantal 24. Les. Beginopstelling veld

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

Opleiding ALO Deeltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding DE KEUZESTAGE

2. Basketbal 2: lummelen Nodig: 2 basketballen 3 (5 banken) 2 lintjes voor de lummels

Autigym of. een auti in de gym!

Opleiding ALO Voltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding STAGE IN HET

15 min. Stick Skills - Dominante hand hoog (3/4 de van de stick) - Andere hand helemaal bij het uiteinde van de stick

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL

Je oefent deze vaardigheid in het praktijklokaal aan de hand van het handelingsformulier Voorlichting geven.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

SAMENSPELEN/POSITIESPEL

Lichamelijke opvoeding in het basisonderwijs

De gymles van begin tot eind

Methodiek softballen

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Bouncebal. Voorbereiding voor hockeyvormen

Opleiding ALO Voltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding DE KEUZESTAGE

Het creëren van kansen en het scoren. Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen?

Volleybal hooghouden en volleybalmiksituaties

Leskaart les 5, ronde 3

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn

Dans & drama o.b.s. De Eiber Dedemsvaart Januari 2015

Opleiding ALO Deeltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding STAGE IN HET PRIMAIR ONDERWIJS 2

(Docentenhandleiding) Rollenspel

Lesbrief 1 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

Opleiding ALO Deeltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding EINDSTAGE

Didaktiek : de kunde kunst van het training geven

Opleiding ALO Voltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding STAGE IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS 2

(Het echte boek heeft 48 pagina's)

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, jongleren, doelspelen. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje

Warming-up: Jagerbal. Partij: 6 : 6 op 2 grote doelen + keepers

Deze circuitvorm duurt 40 minuten. De leerlingen wisselen na 12 minuten van vak. In vak 3 blijven de 3 spelers staan die in het midden staan.

Oefenvormen - Het Oversteekspel

Uitbouwkaart station 2: Pilonbal:

Lessen 1 ste middelbaar

Lesbrief 5 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS

Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen

Opleiding ALO Voltijd. Leraar Lichamelijke Opvoeding EINDSTAGE

Didactiek. Didactiek. Algemeen gedeelte Initiator. Inleiding: Bouwstenen van het didactisch proces

Zelfregulering bij bewegingsonderwijs in het po

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

SMART trainen. Naar een hoger niveau van de mini-volleybal training. Bert Brinkman, 2001 Terug naar de Volleybal pagina

TRAININGWIJZER. Deze trainingwijzer is een onderdeel van je sportdossier. Bewaar hem bij je dossier! Bewegen/Bewegen en regelen

Voorbeeldlessen PLAYgrounds voor kinderen

(nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch)

Hockey en Korfbal. Kennismakingsmappen PRAKTIJK

Aan alle trainers van de afdeling E3 /E4 /E5 en F3 /F4 /F5 Jeugd

SPELVARIANTEN. Bonus: Ondertussen oefen je met het geven en ontvangen van feedback en bouw je aan het vertrouwen in jouw team.

Opbrengstgericht omgaan met verschillen. Bijeenkomst 1 Oriëntatie opbrengstgericht differentiëren en stellen van doelen

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

Mentor Datum Groep Aantal lln

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander.

Graag breng ik u op de hoogte van de (on)vermogens van Elise op het gebeid van spel en bewegen.

Les 1 Panna/Freestyle

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 HOCKEY.

Kennismaken met korfbal

Leskaart les 4, inleiding en ronde 1

Tips voor het geven van training Door: Sjoerd Alvers

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

LES 14. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Tikspelen, Afgooispelen. DOELSTELLINGEN:

MODULE FLAGFOOTBAL TWEEDE FASE

Kennismaken met Handbal via het Tchoukbal

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot.

Richt je op 1 groep bij de finish, de plekken die overblijven zijn van de andere groep. Elke groep/leerling sprint twee keer.

Gesprekstechniek voor de manager met o.a. The one minute manager

De spreekbeurt. In welke groepen wordt een spreekbeurt gehouden? De spreekbeurt wordt gehouden in de groepen 5 t/m 8.

Technisch Ontwikkeling Plan voor de voetballers uit de jeugd van Klein Dochteren TOP!

Technisch beleid HVV Tubantia Visie op talent, spelprincipes, coachen en trainen

MICROTEACHING AANGEPASTE BEWEGINGSACTIVITEITEN Master LO

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen

MODULE BASKETBAL TWEEDE FASE

Zorgverbreding 2 De minst vaardige bewegers

Les geven! Weet wat je doet! Weet waarom je het doet! Weet hoe je het doen moet! Maak hierbij je eigen keuzes!

LES 36. GROEP: 3/4 Over de kop gaan, Klauteren, Tikspelen.

WPO Science jaar 1 de observatie- of demonstratiekring

LESVOORBEREIDINGSFORMULIER WARMING-UP. Datum: Naam: Klas: Aantal leerlingen: Lesopdracht: Welke bronnen heb je gebruikt?

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen

PROLOOP NR HAAL HET BESTE UIT JOUW LOPERS MET ZIPCOACH

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

Transcriptie:

Student: Groep/Klas: School: Datum: Lestijd: Voorbeeld student Groep 5-6 Stageschool nvt 45 min Verschijningsvorm: Beginsituatie: Spel Aantal leerlingen: 30 lln Overige informatie: Leerlijn vanuit lummelspelen groep 3+4 Activiteiten: (kies welke van toepassing is/zijn) Inleiding: Jagerbal Instructiekern: Lummelspel 4:2 naar 4:3 Afsluiting: Iemand is m, niemand is m Gebruikte materialen: (puntsgewijs met aantallen) - 4 lintjes - 3 pilonnen - 3 trefballen Motorisch (SMART, kwalitatieve gegevens van groepsgemiddelde) Lummel: Aan het begin van de les beweegt de ll (leerling) als lummel op posities tussen de balbezitter en ontvangers en onderschept ballen die binnen zijn reikwijdte gespeeld worden. Balbezitter: Als balbezitter kan de ll de bal snel via twee verschillende afspeellijnen overspelen middels een onderhandse of bovenhandse techniek waarbij de ontvanger binnen een smalle afspeellijn bereikt wordt. Ontvanger: Als ontvanger kan de ll een positie met een open afspeellijn innemen door er naar toe te rennen, hier kan de ontvanger hoge en lage ballen ontvangen. Cognitief (SMART, kwalitatieve gegevens van techniek,tactiek,(spel)regels,rollen en overig) van groepsgemiddelde) Aan het begin van de les zijn de llen in staat onderling de functiewisselingen van lummels en andere spelers te regelen. Enkele llen weten wat ze moeten doen om het zichzelf moeilijk te maken tijdens het spel. Sociaal emotioneel (SMART, kwalitatieve gegevens over coachen,leiden,hulpverlenen,hulpvragen,omgaan met complexe emoties van groepsgemiddelde) Aan het begin van de les zijn de llen in staat elkaar te attenderen op spelovertredingen. Enkele llen hebben een reëel beeld van hun spelkansen en durven om hulp te vragen hoe ze zich kunnen verbeteren. Bewegingsdoelen: (SMART = specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden, uitdrukken in zichtbaar gedrag) Motorisch (SMART, kwalitatieve gegevens van groepsgemiddelde) Lummel: Aan het eind van de les kan de ll als lummel positiewisselingen van de ontvangers en de acties van de balbezitters volgen, waardoor er geregeld ballen onderschept worden. Balbezitter: Als balbezitter kan de ll in een hoger tempo de bal (ont)vangen en doorspelen, op de manier zoals beschreven staat in de BS (beginsituatie). Ontvanger: Als ontvanger maakt de ll bij het openen van een aanspeellijn gebruik van het hele speelveld. Gekoppeld aan de verschijningsvorm (SMART, cognitief en sociaal emotionele doel gekoppeld aan dominante betekenis en/of minimale eisen van de verschijningsvorm) Aan het einde van de les kunnen de llen regelen dat elke speler even vaak aan de beurt komt als lummel. Ook zorgen de leerlingen ervoor dat alle llen in voldoende mate een bal krijgen. De betere leerlingen houden ook rekening met de mogelijkheden van de ander bij het overspelen. Plezier en samenwerken in het spel staat voorop! Persoonlijk (SMART, max 1-2, gebruik groene vragen uit het Coachmodel) Tijdens deze les straal ik enthousiasme uit naar de omgeving en leerlingen, dit is zichtbaar doordat ik veel lach, een open houding aanneem en betrokken ben bij de leerlingen door op een positieve manier mee te leven met hun emoties.

Lesinhoud: (gehele les uitwerken, betrek de beginsituatie en het bewegingsdoel op één onderdeel die in de les is behandeld (dus niet op alle lesonderdelen)! Werk de inleiding en afsluiting voor de gehele klas uit. Werk 1 instructie/ belevingskern voor 1/3 van de klas uit. Opdracht (korte omschrijving wat de leerling concreet moet gaan doen evt. puntsgewijs) Jagerbal. 3 jagers, 2 ballen, de rest lopers. Organisatie: Inleiding Legenda (verklaar alle tekens uit de tekening) Managen/ aanwijzingen: Tijd (hoe lang ga je dit onderdeel doen) 5 minuten speeltijd. Uitleg is kort en bondig, plaatje geven om geheugen op te frissen, leerlingen kennen dit spel al. Regels/ hulpverlening (omschrijf puntsgewijs de regels bij een spel, de hulpverlening bij een oefening) - Niet lopen met de bal - Lopers mogen de bal niet aanraken, anders af. - Geraakt, zitten op de bank. 3 op de bank, bij 4 e af, 1 e er weer in. - 5 of meer pionnen om (om bij aantal af) is nieuwe jagers. Groep: - Minder/meer ballen (M). - Minder/ meer jagers (S). - Groter/ kleiner veld (Or). - Korter/langer wisselsysteem (Or). - Vrijplaatsen (Or). Individueel: - Alleen met verkeerde hand werpen of bepaalde techniek (onderhands of bovenhands) (R). Tekening (zet alle gebruikte materialen, de plaats van de leerlingen en jezelf in de tekening, bij voorkeur mbv Gymzip) Aanwijzingen (beschrijf letterlijk welke aanwijzingen je de leerlingen geeft, deze sluiten aan bij de beginsituatie, doelstellingen en de belevingswereld van de leerlingen) Lopers: Zoek de vrije plekken in het veld Jagers: Werk samen met je medejager door de bal over te spelen richting de meeste leerlingen.

Instructie kern Opdracht Legenda Tijd Lummelspel van 4:2 naar 4:3. Probeer de bal 5 keer over te spelen terwijl twee spelers van de andere partij de bal proberen te onderscheppen. Gelukt? 3 e lummel erbij. Punt wanneer de bal 10 keer overgespeeld wordt zonder onderschepping. 3 rondes van 7 minuten. Tussen de rondes een korte wisseltijd van 1-2 minuten. Regels/ hulpverlening Tekening Aanwijzingen - Niet lopen met de bal - Bal uit, 1 ll van de andere partij mag deze halen. - Alle llen moeten een keer de bal gehad hebben. - Wanneer de lummels de bal drie keer onderscheppen, wisselen de partijen van functie. Of wanneer er 10 keer overgespeeld is. Aandachtspunten Verschijningsvorm (waar let je op om de doelstelling van de VV te realiseren. Dus hoe ga je de leerling het karakter van de VV laten beleven. Denk ook rollen voor llen die niet deel kunnen nemen aan de activiteit) - 1 ll die niet deelneemt aan het spel is de spelleider. Deze ll regelt het door wisselen, bij drie pionnen om. - Deze ll telt hard op hoe vaak er overgespeeld wordt. - Wachter/lummel, deze let goed op wanneer er 5 keer overgespeeld is. - Er zijn 2 wissels, deze wisselen door met beide partijen na een speelronde. - Als docent stuur je aan op dat iedereen de bal krijgt en dat de llen elkaar daarin ondersteunen. Lummel: Kijk wat je medelummel doet en beweeg mee met de acties van de balbezitter en/of ontvangers. Balbezitter: Probeer zo snel mogelijk de bal door te spelen daar waar geen lummel staat, denk ook aan schijnbewegingen. Ontvanger: Probeer daar te gaan staan waar de lummel niet is en de balbezitter je kan aanspelen.

Lummel: - Kleiner/groter veld (Or). - Lage/hoge ballen (R). - Minder/ meer tegenstanders (S). Balbezitter/ ontvanger: - 1 of meerdere lummel(s) (S). - Groter/kleiner veld (Or). - Meer/ minder medespelers (S). Afsluiting/ eindspel Opdracht Legenda Tijd Iemand is m, niemand is m. Met minimaal 3 ballen spelen. 5 minuten Regels/ rollen/ hulpverlening Tekening Aanwijzingen - Niet lopen met de bal. - Rechtstreeks raak is af. - Zitten op de grond. - Meedoen als de bal langs komt en je deze kunt pakken. - Hoofd telt niet. - Minder/meer ballen (M). - Regels aanpassen, bijv. bal vangen niet af, werper af, alles telt/ handen afweren (R). - Weer meedoen als je iemand kunt tikken die langsloopt (Op). Bronnenlijst (Beginsituatie, doelen en lesinhoud zijn gebaseerd op onderstaande bronnen (APA-style)) Mooij, C. (2011). Basisdocument Bewegingsonderwijs voor het Basisonderwijs. Nieuwegein: Arko Sports Media. Pagina: 305-306. Evaluatie Product evaluatie Wat wilde je bereiken met je leerlingen? Wat heb je behaald? Procesevaluatie (evalueren van persoonlijk doel) Hoe verliep de les? Probeer alleen losse ballen te pakken, als iemand anders er eerder bij is, ren je snel weg

Hoe beleefden de leerlingen de les? Hoe verliepen de organisatie en activiteiten (intensiteit, veiligheid, uitdaging)? Verwerking feedback stagedocent Welke opmerkingen heeft de stagedocent gegeven? Hoe neem je de feedback mee naar de volgende les? Welke verbeteringen neem jij je voor? Coachvragen (groene deel) 1. Wat was jouw positie in de zaal? (Waarom stond je juist daar? Ben je veranderd in positie?) 2. Was de uitleg helder? (Op welke wijze heb je dit gedaan? Waaruit bleek dat de deelnemers de opdracht hebben begrepen) 3. Heb je een voorbeeld gegeven? (Wie gaf dit en waar en hoe werd dit uitgevoerd? Waar stonden de deelnemers?) 4. Heb je vragen gesteld? (Aan wie, op welke momenten en wat deed je met de antwoorden?) 5. Had je er zin in? (Waar was jij enthousiasmerend, motiverend of inspirerend?) 6. Heb jij je stem op de juiste manier gebruikt? (Is het volume, de toonhoogte, intonatie en articulatie afgestemd op de situatie en de deelnemers?) 7. Heb je complimenten gegeven? (Zo ja, op: 1 top actie, 2 top talent of 3 topkwaliteit. Welk effect had dit?) 8. Hebben de deelnemers VEILIG kunnen bewegen? (Zijn de materialen en leerlingen goed gepositioneerd? Was de hulpverlening verzorgd? Is de juiste methode gebruikt?) 9. Heb jij rollen en taken gegeven? Wie, wat, waar, welke, wanneer en wat daarna? (Hoe heb jij dit begeleid?)