ONDERWERP: gemeentelijk belastingbeleid 2012 en gebruikstarieven gemeentelijke (sport)accommodaties

Transcriptie

1 Agendapunt: 20 No. 83/'11 Dokkum, 4 oktober 2011 ONDERWERP: gemeentelijk belastingbeleid 2012 en gebruikstarieven gemeentelijke (sport)accommodaties Aan de gemeenteraad, In dit voorstel wordt aandacht geschonken aan het gemeentelijk belastingbeleid voor het jaar Tevens wordt aan u voorgesteld de gebruikstarieven van de gemeentelijke (sport)accommodaties voor het jaar 2012 vast te stellen. In dit voorstel worden de volgende onderwerpen behandeld: 1. Tariefsverhogingen en lokale lasten; 2. Onroerende zaakbelastingen en belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten; 3. Afvalstoffenheffing; 4. Rioolheffing; 5. Belastingdruk 2012; 6. Toeristenbelasting; 7. Forensenbelasting; 8. Precariobelasting; 9. Liggelden; 10. Bruggelden; 11. Marktgelden; 12. Graf- en begraafrechten; 13. Leges; 14. Parkeerbelastingen; 15. Reclamebelasting; 16. Kostendekkingspercentages; 17. Gebruikstarieven gemeentelijke sportaccommodaties en gemeentelijke accommodaties; 18. Slot en meeropbrengst. 1. Tariefsverhogingen en lokale lasten. Tariefsverhogingen. Aan u wordt voorgesteld de tarieven van onderstaande belastingsoorten te verhogen met de volgende percentages: Belastingsoort Percentage Onroerende zaakbelastingen: Eigenarenbelasting woningen 16 Eigenarenbelasting niet-woningen 3

2 2 Gebruikersbelasting niet-woningen 3 Belastingen op roerende woonen bedrijfsruimten Eigenarenbelasting woonruimten 16 Eigenarenbelasting bedrijfsruimten 3 Gebruikersbelasting bedrijfsruimten 3 Rioolheffing 7 Afvalstoffenheffing 0 Forensenbelasting 3) 2 Precariobelasting 3) 2 Liggelden 1) en 3) 2 Marktgelden 18,5 Toeristenbelasting 2) 9 Bruggelden 0 Graf- en begraafrechten 5,5 1* aan u wordt voorgesteld de liggelden voor het innemen van een ligplaats aan de overige oevers en kaden, die gelden voor één dag voor pleziervaartuigen tot 15 meter te verhogen met 0,50 en in verhouding met deze tariefsverhoging de liggeldtarieven die gelden voor één week en één maand ook te verhogen. Voorts wordt voorgesteld de overige in de verordening liggelden genoemde tarieven te verhogen met 2%. 2* tarief per persoon per overnachting verhoogd van 0,55 naar 0,60. 3* het consumentenprijsindexcijfer, dat betrekking heeft op alle huishoudens is tussen april 2010 en april 2011 gestegen met 2,09%, afgerond 2%. Voorgesteld wordt voor het jaar 2012 het tarief met 2% te verhogen. Huidig te nemen beleidsbeslissingen of beleidsbeslissingen, die in het verleden zijn genomen liggen ten grondslag aan de tariefsverhogingen. Voor een gedetailleerde onderbouwing van de voor het jaar 2012 vast te stellen tarieven verwijzen wij u naar de betreffende onderdelen zoals opgenomen in dit voorstel. Lokale lasten. Woonlasten COELO-atlas. Uit het door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden van de Rijksuniversiteit Groningen gehouden onderzoek blijkt onder andere dat in de gemiddelde gemeente de gemeentelijke woonlasten (onroerende zaakbelasting, rioolheffing en reinigingsheffing) voor een meerpersoonshuishouden in 2011 zijn gestegen met 1,6% (in 2010, 1,3%). De uitkomsten van het onderzoek zijn gepresenteerd in de Atlas van de lokale lasten 2011 (COELO-atlas). Voor deze atlas zijn alle gemeenten en waterschappen in Nederland onderzocht. De gemiddelde woonlasten voor meerpersoonshuishoudens bedragen in het jaar ,00 (in 2010, 659,00). De gemeentelijke woonlasten zijn in de gemeente Zevenaar het laagst en in de gemeente Blaricum het hoogst. De woonlasten bedragen in de gemeente Zevenaar voor een woning met gemiddelde

3 3 waarde 480,00 (in 2010, 474,00) en in de gemeente Blaricum 1.165,00 (in 2011, 1.168,00). Het gemiddeld in Nederland geheven tarief bedraagt in het jaar 2011 voor de belastingsoorten: onroerende zaakbelasting woningen (eigenaar) % 0,0992 (percentage van de waarde van de woning) onroerende zaakbelastingen niet-woningen (eigenaar en gebruiker) % 0,3408 (percentage van de waarde van de niet-woning) reinigingsheffingen (meerpersoonshuishouden) 269,00 rioolheffing 172,00 De tarieven in het jaar 2011 bedragen in onze gemeente voor de belastingsoorten: onroerende zaakbelasting woningen (eigenaar) % 0,1558 (percentage van de waarde van de woning) onroerende zaakbelastingen niet-woningen (eigenaar en gebruiker) % 0,3269 (percentage van de waarde van de niet-woning) reinigingsheffingen (meerpersoonshuishouden) 202,92 rioolheffing 170,76 Uit tabel 5 op de bladzijden 106 en 107 van de COELO-atlas blijkt dat de gemeente Dongeradeel van de 444 (deel)gemeenten op rangnummer 128 staat (in 2010, 40), waarin nummer 1 de laagste woonlasten heeft en nummer 444 de hoogste. De gemiddelde woonlasten in onze gemeente bedragen 639,00 (in 2010, 581,00). Het aantal gemeenten in de Provincie Friesland is door de herindeling in Zuidwest Friesland gewijzigd van 31 gemeenten in 27 gemeenten. Van de 27 Friese gemeenten neemt onze gemeente op de ranglijst van laag naar hoog de 15 e plaats in. In 2010 nam onze gemeente op laatstgenoemde lijst de 4 e plaats in. De gemeente Ameland is in onze provincie de goedkoopste gemeente. De woonlasten zijn in de gemeente Leeuwarderadeel het hoogst. In NOFA-verband neemt onze gemeente van laag naar hoog de 3 e plaats in (in 2010, de 1 e plaats). Opgemerkt wordt dat het Centrum voor de gemeente Dongeradeel van een iets te hoge gemiddelde woningwaarde uitgaat. Het Centrum gaat uit van ,00, terwijl de gemiddelde woningwaarde in ,00 bedraagt (zie ook onderdeel Belastingdruk 2012). De COELO-atlas is bij de stukken ter inzage gelegd. Woonlasten 2011 en Perspectiefnota Bij de behandeling van de Perspectiefnota 2010 heeft u besloten dat de gemiddelde woonlasten niet hoger mogen zijn dan het provinciaal gemiddelde. Uit het door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden van de Rijksuniversiteit Groningen gehouden onderzoek blijkt dat in 2011 de gemiddelde woonlasten in onze provincie 650,00 bedragen. De gemiddelde woonlasten in onze gemeente bedragen 639,00. Hiermee wordt dus voldaan aan uw besluit dat de gemiddelde woonlasten niet hoger mogen zijn dan het provinciaal gemiddelde. Voor een overzicht van de woonlasten per gemeente verwijzen wij u naar de tabel die in onderdeel Woonlasten 2011 Friese gemeenten in de Paragraaf lokale heffingen van de Begroting 2012 is opgenomen. Woonlasten Bij de behandeling van de Perspectiefnota 2011 heeft u een motie aangenomen, waarin is bepaald dat de lokale lastendruk gelijk tred moet houden met het provinciaal gemiddelde. Om te bepalen of de lokale lastendruk gelijke tred houdt met het provinciaal gemiddelde hebben wij voor het jaar 2012 schriftelijk een woonlastenonderzoek gehouden onder de 27 Friese gemeenten. Van 20 gemeenten hebben wij het woonlastenonderzoek terug ontvangen. Uit het woonlastenonderzoek onder de 20 gemeenten blijkt dat er een grote variatie is tussen de stijgings- en dalingspercentages van de tarieven.

4 4 - De tarieven voor de woonbelastingen stijgen of dalen voor het jaar 2012 met de volgende percentages: onroerende zaakbelastingen: + 15%/- 3,7%; afvalstoffenheffing: + 4 %/- 12,50%; rioolheffing: + 17,12%/- 6,3%. - De gemiddelde woonlasten bedragen in het jaar ,11 en de gemiddelde woonlasten bedragen in onze gemeente 685,56. De gemiddelde woonlasten voor het jaar 2012 zijn voor onze gemeente berekend op 685,56. Voor de bepaling van de gemiddelde woonlasten voor onze gemeente is rekening gehouden met de tariefstijging van 16% van de onroerende zaakbelasting voor eigenaren van woningen, de tariefstijging van 7% van de rioolheffing en dat de huidige tarieven van de afvalstoffenheffing voor het jaar 2012 niet behoeven te worden verhoogd (zie hiertoe ook de betreffende onderdelen in dit voorstel en onderdeel 5 Belastingdruk 2012). Bedacht moet worden dat het woonlastenonderzoek is gebaseerd op voorlopige cijfers van de gemeenten. De tarieven moeten nog door de Friese gemeenteraden worden vastgesteld. Van 7 gemeenten hebben wij geen respons ontvangen. Op basis van voornoemde gegevens kan worden geconcludeerd dat de gemiddelde woonlasten voor de gemeente Dongeradeel iets hoger liggen dan het gemiddelde, namelijk 5,45, maar ook dat de lokale lastendruk gelijk tred houdt met het provinciaal gemiddelde. 2. Onroerende zaakbelastingen en belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten. Onroerende zaakbelastingen. In de raadsvergadering van 25 juni 2009 is aan u de Perspectiefnota 2009, kiezen voor een koers aangeboden. In deze nota werd ter gedeeltelijke dekking van de kapitaallasten van onuitstelbare en onvermijdbare investeringen voorgesteld het tarief van de onroerende zaakbelasting voor eigenaren van woningen voor de jaren 2010, 2011 en 2012 te verhogen met respectievelijk 20%, 20% en 16%. In de begroting 2012 is de opbrengststijging van de onroerende zaakbelasting voor eigenaren van woningen met 16% meegenomen. In de raadsvergadering van 21 december 2009 is bij de behandeling van het voorstel Takendiscussie/bezuinigingen besloten de tarieven van de onroerende zaakbelasting voor eigenaren en gebruikers van niet-woningen vanaf het jaar 2011 tot met het jaar 2014 per jaar 1% boveninflatoir te verhogen. Als motivering geldt dat de sociaal economische structuur van onze gemeente dient te worden versterkt en ook best inspanning van het bedrijfsleven mag worden verwacht. Tussen april 2010 en april 2011 is het consumentenprijsindexcijfer, dat betrekking heeft op alle huishoudens gestegen met 2,09%. Voorgesteld wordt dit percentage naar beneden af te ronden op 2%. Voor 2012 geldt dus een tariefsverhoging van 3%. De heffingsgrondslag voor de onroerende zaakbelastingen is de WOZ-waarde van de onroerende zaak. Samen met de WOZ-waarde vormt het tarief het element voor de berekening van de belastingaanslag. De onroerende zaakbelastingen (OZB) wordt geheven naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. De waardebepaling voor 2012 vindt plaats naar waardepeildatum 1 januari Het huidige percentage voor de eigenarenbelasting voor woningen bedraagt 0,1558% en de percentages voor de eigenaren- en gebruikersbelasting voor nietwoningen 0,1802% en 0,1467%. De percentages bedragen bij een tariefsverhoging van respectievelijk 16% en 3%, voor de eigenarenbelasting voor woningen 0,1807% en voor de eigenaren- en gebruikersbelasting voor niet-woningen 0,1856% en 0,1511%.

5 5 De WOZ-waarde van de onroerende zaken wordt jaarlijks vastgesteld. De hertaxaties worden uitgevoerd door Taxatiebureau 4Value uit Heerenveen. De taxaties worden in de tweede helft van dit jaar afgerond. De waardeontwikkeling is dan bekend. Bovengenoemde percentages dienen derhalve nog te worden gecorrigeerd met de waardeontwikkeling. In de raadsvergadering van 22 december a.s. zullen wij u daartoe een voorstel doen toekomen. Macronorm OZB De limitering van OZB-tarieven is per 1 januari 2008 afgeschaft (Stb. 2007, 570). Het kabinet heeft wel het voorbehoud gemaakt dat de opbrengststijging voor de OZB landelijk beperkt moet blijven. Daartoe is een macronorm ingesteld die de maximale opbrengststijging voor een bepaald jaar aangeeft. De macronorm voor het begrotingsjaar 2012 is vastgesteld op 3,75% (voor 2011, 3,5% en ,3%). Dit betekent dat de opbrengststijging van de onroerende zaakbelastingen voor alle gemeenten in 2012 ten opzichte van 2011 maximaal 3,75% mag bedragen. Door een gewijzigde berekeningssystematiek is het overigens mogelijk dat het voor het jaar 2012 geldende percentage van 3,75% in september van dit jaar nog wordt bijgesteld. Belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten. Voor de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten is dezelfde systematiek van toepassing als bij de onroerende zaakbelastingen. Evenals bij de onroerende zaakbelastingen geldt de waarde als heffingsmaatstaf en is dezelfde waardepeildatum en waardetijdvak van toepassing. Ook de roerende woon- en bedrijfsruimten worden dus opnieuw getaxeerd. Het gaat daarbij om roerende woonen bedrijfsruimten, welke duurzaam aan een plaats zijn gebonden en welke tot permanente bewoning of permanent gebruik dienen. Het tarief is gelijk aan het tarief voor de onroerende zaakbelastingen. Het tarief voor de eigenarenbelasting voor de roerende woonruimten dient derhalve te worden vastgesteld op 0,1807% van de waarde en de tarieven voor de eigenaren- en gebruikersbelasting voor de roerende bedrijfsruimten op respectievelijk 0,1856% en 0,1511% van de waarde. 3. Afvalstoffenheffing. Voor de afvalstoffenheffing wordt een kostendekking aangehouden van 100%. De geraamde baten bedragen ,00 en de geraamde lasten ,00. Het verschil ten bedrage van ,00 kan worden aangewend uit de egalisatievoorziening huishoudelijk afval die per 1 januari ,00 bevat. Dit betekent dat de huidige tarieven voor het jaar 2012 niet behoeven te worden verhoogd. Evenals voor de jaren 2010 en 2011 bedraagt dan het tarief voor een meerpersoonshuishouden 202,92 en het tarief voor een éénpersoonshuishouden 172,20. Een extra container van 140 liter kost 74,40 en een extra container van 240 liter 128,40. Wetswijziging feitelijk gebruik. De Wet milieubeheer legt de gemeente de verplichting op huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen bij elk binnen haar grondgebied gelegen perceel waar zodanige stoffen geregeld in een particuliere huishouding kunnen ontstaan. Voor de kosten verbonden aan het verwijderen van de huishoudelijke afvalstoffen heft de gemeente op grond van artikel van de Wet milieubeheer een afvalstoffenheffing en heeft daartoe een verordening afvalstoffenheffing vastgesteld. De belasting wordt geheven van degene die feitelijk gebruik maakt van een perceel. In voornoemd artikel wordt het begrip feitelijk geschrapt. De inwerkingtreding van de wetswijziging is 1 januari Doel van de wetswijziging is, dat bij kamerverhuur de verhuurder in de heffing kan worden betrokken zonder dat hij het perceel zelf gebruikt. De verhuurder kan de belasting verhalen op de huurders die een deel van het perceel in gebruik hebben.

6 6 Gelet op de wetswijziging dient ook het begrip feitelijk in de verordening afvalstoffenheffing te worden geschrapt. Wij stellen u voor hiertoe te besluiten. 4. Rioolheffing. In de raadsvergadering van 19 juni 2008 heeft u het Gemeentelijk Rioleringsplan vastgesteld. Om te kunnen reageren op de nieuwe gemeentelijke watertaken, toekomstige ontwikkelingen en klimaatveranderingen is gekozen voor de ambitieuze variant. Voor de periode vindt ter voorbereiding en uitvoering van verschillende rioleringswerkzaamheden een investering plaats van in totaal ,00. Ter gedeeltelijke dekking van de kapitaallasten is besloten de rioolheffing voor de jaren 2009, 2010, 2011 en 2012 jaarlijks te verhogen met respectievelijk 7%, 7%, 8% en 8%. Door ,00 en ,00 aan te wenden uit de reserve riolering en riolering eenmalige kosten GRP behoeven de tarieven niet te worden verhoogd met 8% maar met 7% en wordt een kostendekking verkregen van 100%. Na aanwending van beide bedragen bedraagt de reserve nog ,00. De rioolheffing voor het jaar 2012 bedraagt indien het tarief met 7% wordt verhoogd voor een perceel, hetwelk niet uitsluitend of in hoofdzaak voor industriële- of bedrijfsdoeleinden (woningen) wordt gebruikt 182,64 (was in ,76). Ledigen septic - tanks. Voor het ledigen van een septic tank, inclusief het afvoeren van 1m3 kolkenslib, wordt momenteel 120,80 in rekening gebracht en voor elke volgende m3 kolkenslib 71,60. Wij stellen u voor deze tarieven ook te verhogen met 7%. Voor het jaar 2012 bedragen de tarieven dan respectievelijk 129,25 en 76, Belastingdruk In onderstaande tabel wordt het gemiddelde bedrag dat een meerpersoonshuishouden in de gemeente Dongeradeel in de jaren 2005 tot en met 2012 betaalt aan onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing, rioolrechten/rioolheffing weergegeven. Met ingang van 1 januari 2006 is de onroerende zaakbelasting (OZB) voor gebruikers van woningen afgeschaft. Op basis van de voorgestelde tarieven voor het jaar 2012 nemen de gemiddelde woonlasten ten opzichte van het jaar 2011 toe met 8,4%. Woonlasten tot en met 2004 gemiddelde woningwaarde , en 2006 gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde , gemiddelde woningwaarde nog niet bekend Onroerende zaakbelastingen gebruiker 105,61 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Onroerende zaakbelastingen eigenaar 131,57 135,00 137,25 145,52 175,21 213,52 258,63 300,00 1) afvalstoffenheffing meerpersoonshuishouden 227,40 227,40 220,56 220,56 220,56 202,92 202,92 202,92

7 7 Rioolrechten/rioolheffing 141,24 143,40 143,40 143,40 153,48 159,60 170,76 182,64 Zalmsnip in mindering 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, Totaal 605,82 505,80 501,21 509,48 549,25 576,04 632,31 685,56 Stijgingspercentage t.o.v. vorig jaar -16,5-0,9 1,7 7,8 4,9 9,8 8,4 1) verhoging met 16% 6. Toeristenbelasting. In de raadsvergadering van 4 november 2010 heeft u bij de behandeling van het belastingvoorstel voor het jaar 2011 besloten het toeristenbelastingtarief voor het jaar 2012 te verhogen en vast te stellen op 0,60 per persoon per overnachting. Door het tarief voor het jaar 2012 vast te stellen in de raadsvergadering van 4 november 2010 kan de toeristenbranche tijdig inspelen op de verhoging. Te denken valt hierbij aan het opstellen van brochures en het afsluiten van contracten met reisorganisaties voor het jaar Op 30 november 2010 hebben wij de toeristenbelastingplichtigen geïnformeerd over het geldende tarief voor het jaar Voor het jaar 2012 bedraagt de geraamde opbrengst op basis van het nieuwe tarief ,00. Het gemiddelde in Nederland geheven toeristenbelastingtarief bedraagt in ,80 (in ,77). Het goedkoopst is de gemeente Heerenveen ( 0,35) en het duurst gemeente Haarlemmermeer ( 5,43) (bron Coelo-atlas 2011). Het tarief ten bedrage van 0,60 per persoon per overnachting voor het jaar 2012 is naar onze mening dan ook alleszins acceptabel. Toeristenbalans. In de raadsvergadering van 5 juli 2007 is toegezegd aan u jaarlijks een toeristenbalans te doen toekomen, waarin de toeristenbelastingopbrengst en de toeristische uitgaven in elkaars verhouding zullen worden gepresenteerd. De toeristenbalans volgt c.q. is af te leiden door de toeristische uitgaven genoemd in programma 1 van de begroting, Dongeradeel Werkt, thema 1.6 Toerisme, te vergelijken met de geraamde opbrengst toeristenbelasting genoemd in programma Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien, product Toeristenbelasting. De geraamde opbrengsten uit de toeristenbelasting ten bedrage van ,00 zijn opgenomen onder programma Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien. Onder thema 1.6 treft u de met het gemeentelijke toeristische beleid samenhangende lasten en overige baten aan ten bedrage van respectievelijk ,00 en ,00. De opbrengsten onder programma Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien en de lasten en baten onder thema 1.6 vormen samen de toeristenbalans. Geconcludeerd kan worden dat de gemeentelijke netto lasten voor 35,4% (in 2011, 30,8%) worden gedekt uit de toeristenbelasting ( ,00/( ,00-/ ,00)x100%). 7. Forensenbelasting. De forensenbelasting wordt geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan negentig dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden. De heffingsgrondslag voor de forensenbelasting is de WOZ-waarde van de woning. De forensenbelasting wordt geheven naar een percentage van de waarde van de woning. Voor het jaar 2011 bedraagt dit percentage 0,2890%. De forensenbelasting bedraagt maximaal 822,46. Voorgesteld wordt voor het jaar 2012 het tarief van de forensenbelasting te verhogen met 2%. Het percentage voor het jaar 2012 bedraagt indien het percentage met 2% wordt verhoogd, 0,2947%, met dien verstande dat niet meer

8 8 dan 838,90 aan forensenbelasting zal worden geheven. De meeropbrengst ten bedrage van 1.800,00 is in de begroting meegenomen. De WOZ- taxaties worden in de tweede helft van dit jaar afgerond. De waardeontwikkeling is dan bekend. Het tarief dient nog te worden gecorrigeerd met de waardeontwikkeling. In de raadsvergadering van 22 december a.s. zullen wij u daartoe een voorstel doen toekomen. 8. Precariobelasting. De precariobelasting wordt geheven voor: a. het tijdelijk in gebruik nemen van de openbare straat; b. het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Voorgesteld wordt voor het jaar 2012 de tarieven van de precariobelasting te verhogen met 2%. De meeropbrengst ten bedrage van 500,00 is in de begroting meegenomen. 9. Liggelden. Onder de naam van liggeld wordt door de gemeente een recht geheven voor pleziervaartuigen, die een ligplaats innemen aan een ligoever, dan wel een ligplaats innemen aan bij de gemeente in beheer of onderhoud zijnde kaden en oevers, alsmede aan de veerdam te Oostmahorn. Met uitzondering van de liggelden, welke worden geheven voor het innemen van een ligplaats aan de veerdam te Oostmahorn, is de inning van de liggelden met ingang van 1 januari 2004 voor 10 jaar verpacht aan Camping en havenrecreatie Dokkum v.o.f. De aan de gemeente Dongeradeel te betalen jaarlijkse vergoeding bedraagt in basis 4.500,00. De inning van de liggelden verschuldigd voor het innemen van een ligplaats aan de veerdam te Oostmahorn geschiedt door Esonstad B.V. De opbrengst van de liggelden geheven aan de veerdam wordt met Esonstad B.V. gedeeld. Met Camping en havenrecreatie Dokkum v.o.f. is overeengekomen, dat de v.o.f. aan de gemeente over de jaren 2004 tot en met 2007 een vaste jaarlijkse vergoeding betaalt van 4.500,00 (exclusief omzetbelasting). Als gevolg van de per 1 januari 2005 geëffectueerde tariefsverhoging van de liggelden met 23% is overeengekomen dat over de jaren 2005 tot en met 2007 de vaste jaarlijkse vergoeding wordt vermeerderd met de door de v.o.f. ten opzichte van het jaar 2004 ontvangen hogere opbrengst aan liggelden (exclusief omzetbelasting). Met ingang van het jaar 2008 wordt de jaarlijkse vergoeding bepaald door de tot dan geldende vaste vergoeding te vermeerderen met het gemiddelde van de over de jaren 2005 tot en met 2007 door de v.o.f. ontvangen meeropbrengsten. De gemiddelde meeropbrengst over de jaren 2005 tot en met 2007 bedraagt 4.926,00 {( 6.799, , ,00) : 3)}. De jaarlijkse vergoeding bedraagt met ingang van het jaar ,00 ( 4.926, ,00). De opbrengst aan liggelden over het jaar 2010 bedraagt ,00. Mede door het plegen van de nodige voorzieningen, o.a. vernieuwing van de toiletgebouwen en een toename van de personeelskosten is het jaarresultaat Camping en havenrecreatie Dokkum v.o.f. over 2010 negatief uitgevallen. Voorgesteld wordt dan ook, om het negatieve resultaat om te buigen in een toekomstig positief resultaat de liggeldtarieven die gelden voor één dag voor pleziervaartuigen tot 15 meter te verhogen met 0,50 en in verhouding met deze tariefsverhoging ook de liggeldtarieven die gelden voor één week en één maand aan te passen en te verhogen. Voorts stellen wij u voor de overige in de verordening liggelden genoemde tarieven te verhogen met 2%. De geraamde opbrengst liggelden, welke worden geheven voor het innemen van een ligplaats aan de veerdam te Oostmahorn bedraagt 936,00. Door deze

9 9 liggeldtarieven te verhogen met 2% wordt een meeropbrengst verkregen van 19,00. De totale opbrengst bedraagt derhalve 955,00. Van de totale opbrengst liggelden komt 477,50 ten goede aan Esonstad B.V. en 477,50 aan de gemeente Dongeradeel. Naast de heffing en inning van liggelden op basis van de verordening liggelden vindt de heffing van liggelden van schepen langer dan 12 meter op de kop van de veerdam te Oostmahorn privaatrechtelijk plaats. Voor het jaar 2012 is 1.499,00 aan opbrengsten geraamd. Door ook dit liggeldtarief met 2% te verhogen, wordt een meeropbrengst verkregen van 30,00. Ligplaatsen Boulevard (Wâldfeart). Op 27 april 2011 zijn ligplaatsen aan de Boulevard (Wâldfeart ) verloot onder de bewoners van de Lyceumlocatie. Dit zijn de bewoners aan de Grimma Herna, van de Birdaarderstraatweg, oneven huisnummers 13 t/m 23a en de bewoners van de toekomstige appartementenflats aan de Boulevard. De ligplaatsen zijn in beheer en onderhoud van de gemeente Dongeradeel en vallen onder de werking van de verordening liggelden. Primair is het de bedoeling dat de ligplaatsen zoveel mogelijk worden gebruikt voor de watersport. Zolang er echter voldoende ligplaatsen beschikbaar zijn, is het mogelijk tegen een vergoeding over een ligplaats te beschikken, zonder dat de ligplaats daadwerkelijk door een pleziervaartuig wordt ingenomen. Besloten is, dat hiervoor een vergoeding moet worden betaald, dat gelijk is aan het zomerseizoentarief voor pleziervaartuigen met een lengte van 0 tot 5 meter. Het zomerseizoentarief bedraagt in 2012 voor deze categorie pleziervaartuigen 81,30. Wij stellen u daartoe voor onder artikel 4 lid 2d van de verordening liggelden de volgende tariefsbepaling op te nemen: In afwijking van artikel 4, lid 2a, lid 2b en lid 2c geldt, dat voor het beschikbaar houden van een ligplaats aan de Boulevard (Wâldfeart), zonder dat de ligplaats door een pleziervaartuig wordt ingenomen, een vergoeding verschuldigd is, dat gelijk is aan het zomerseizoentarief voor het innemen van een ligplaats door een pleziervaartuig met een lengte van 0 tot 5 meter. 10. Bruggelden. Het huidige bruggeldtarief dat is verschuldigd voor het openen en geopend houden van de Altenabrêge bedraagt 4,50. Het abonnementstarief bedraagt 51,25. Een rondje Friese gemeenten leert dat het bruggeldtarief in de gemeenten waar bruggeld wordt geheven ligt tussen 0,65 en 5,00 voor een doorvaart. Voor het openen en het geopend houden van de Woudpoortsbrug, Iebrêge, Schreiersbrêge te Dokkum en de brug bij Steenvak te Ee wordt geen bruggeld geheven. Voor een doorvaart door Dokkum gecombineerd met het varen naar Ee of het varen vanaf Ee met een doorvaart door Dokkum betaalt men in totaal 4,50. Gemiddeld is dit 1,13 per brug ( 4,50 : 4). ). Indien de doorvaart en varen tevens gepaard gaat met het openen en geopend houden van de Schreiersbrêge betaalt men in totaal gemiddeld 0,90 per brug ( 4,50 : 5). Gelet op de hoogte van het huidige bruggeldtarief in relatie met de hoogte van de geheven bruggelden in de Provincie Friesland stellen wij u voor de bruggeldtarieven voor het jaar 2012 niet te verhogen. 11. Marktgelden. In de raadsvergadering van 11 november 2004 is bij de behandeling van het belastingvoorstel voor het jaar 2005 besloten door jaarlijks de marktgelden te verhogen met 15%, totdat met ingang van het jaar 2010 een kostendekking wordt verkregen van 100%, een verdere achteruitgang in de kostendekking te voorkomen. In de begroting voor het jaar 2012 zijn de lasten en baten voor de weekmarkt, exclusief reclame- en promotiegelden, geraamd op respectievelijk ,00 en ,00. Op basis van deze geraamde bedragen bedraagt het

10 10 kostendekkingspercentage 84,4% en dient om een kostendekkingspercentage van 100% te krijgen de tarieven te worden verhoogd met 18,5%. De meeropbrengst ten bedrage van 3.276,00 is in de begroting meegenomen. 12. Graf- en begraafrechten. In de raadsvergadering van 4 november 2010 heeft u bij de behandeling van het belastingvoorstel voor het jaar 2011 besloten de lijkbezorgingsrechten jaarlijks gefaseerd te verhogen totdat in het jaar 2013 een kostendekkingspercentage wordt verkregen van 100%. De volgende fasering is vastgesteld: Jaar Graaf en begraafrechten De opbrengsten graf- en begraafrechten bedragen voor de jaren 2007, 2008, 2009 en 2010 rekening houdend met de jaarlijkse tariefstijgingen ,00, ,00, ,00 en ,00. Gemiddelde opbrengst over deze jaren, met uitzondering van 2009, ,00. Omdat de opbrengst in 2009 bijzonder laag was, is deze opbrengst buiten beschouwing gelaten. De geraamde lasten bedragen voor het jaar ,00. Met de gemiddelde opbrengst ten bedrage van ,00 als basis moeten de tarieven om de gewenste kostendekking te krijgen van 94% worden verhoogd met 5,5%. De meeropbrengst ten bedrage van ,00 is in de begroting meegenomen. 13. Leges. Mede omdat de maximumtarieven voor de leges van reisdocumenten nog niet bekend zijn en een aantal aan te brengen wijzigingen in de legesverordening nog in voorbereiding zijn, zal de legesverordening in de raadsvergadering van 22 december a.s. ter vaststelling aan u worden aangeboden. 14. Parkeerbelastingen. In de verordening Parkeerbelastingen is bepaald, dat voor het parkeren in de straten de Molensteeg, Strobossersteeg alsmede het parkeerterrein Acht Zaligheden bij een parkeerduur van ten hoogste 1 uur achtereen 0,70 verschuldigd is. Voor een vlotte doorstroming van het verkeer stellen wij u voor deze tariefsbepaling te wijzigen, in die zin dat voor het eerste uur achtereen 0,70 verschuldigd is en na het eerste uur 0,70 per half uur, met een maximale parkeerduur, inclusief het 1 e uur, van 2,5 uur. Elektrische oplaadpunten. Ter stimulering van het elektrisch rijden hebben wij twee oplaadpunten aangevraagd bij de Stichting e-laad.nl. De stichting is een initiatief van de samenwerkende netbeheerders in Nederland. Stichting e-laad.nl plaatst publieke oplaadpunten om elektrisch autorijden door heel Nederland mogelijk te maken. Voor het plaatsen van de oplaadpunten worden door de stichting geen kosten in rekening gebracht. Op onze aanvraag heeft de stichting twee oplaadpunten geplaatst op het parkeerterrein de Harddraver in Dokkum. Voorwaarde was wel dat voor de twee oplaadpunten een recht van opstalrecht moest worden gevestigd en dat ten tijde van het opladen van een voertuig geen parkeerheffing mag worden gevraagd. De verordening parkeerbelastingen verstaat onder het parkeren het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- en uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op de binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden.

11 11 Het elektrisch opladen van een auto kan worden aangemerkt als het onmiddellijk laden en lossen van zaken. Er is dus op basis van de huidige verordening ten tijde van het opladen geen parkeergeld verschuldigd. Voor de duidelijkheid stellen wij u echter voor in de verordening parkeerbelastingen voor het laden en lossen een begripsbepaling op te nemen en in de verordening te bepalen dat onder het laden en lossen van zaken mede wordt verstaan het elektrisch opladen van een voertuig. Naheffingsaanslag. De kosten per naheffingsaanslag mogen het wettelijk gestelde maximumtarief niet overschrijden. Op grond van het besluit van 15 december 1998 tot wijziging van het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen (Staatsblad 1998, nr. 696) wordt de naheffingsaanslag parkeerbelastingen jaarlijks geïndexeerd. Per 1 januari 2012 bedraagt het maximumbedrag dat voor een naheffingsaanslag aan kosten in rekening mag worden gebracht 54,00. Het maximumbedrag voor het jaar 2011 bedraagt 52,00 en is in de huidige verordening Parkeerbelastingen opgenomen. Wij stellen u thans voor het tarief te verhogen en vast te stellen op 54,00. De meeropbrengst ten bedrage van 1.300,00 is in de begroting meegenomen. Parkeervergunningen (geldigheidsduur 2 jaren). In de raadsvergadering van 21 december 2009 is bij de behandeling van het voorstel Takendiscussie/bezuinigingen besloten de geldigheidsduur van de parkeervergunningen uit te breiden van een jaar naar twee jaar. De tariefsbepalingen, welke zijn opgenomen in de tarieventabel behorende bij de verordening parkeerbelastingen zijn daartoe aangepast. De verschuldigde parkeerbelasting wordt bij nota opgelegd en moet binnen 14 dagen na de dagtekening van de nota worden betaald. Gelet op de hoogte van deze nota en de geldigheidsduur van de parkeervergunning van twee jaar stellen wij u voor, voor deze categorie vergunningen in de verordening Parkeerbelastingen twee betalingstermijnen op te nemen, waarbij de nota moet worden betaald in twee gelijke termijnbedragen, waarvan de eerste vervalt 14 dagen na de dagtekening van de nota en de tweede een jaar later. 15. Reclamebelasting. Ter financiering van het ondernemersfonds wordt met ingang van het jaar 2012 een reclamebelasting geheven. De reclamebelasting wordt geheven van degene van wie, dan wel ten behoeve van wie, reclameobjecten worden aangetroffen. Onder een reclameobjecten worden openbare aankondigingen verstaan in letters, symbolen of kleuren of een combinatie daarvan, zichtbaar vanaf de openbare weg, die aard- en nagelvast zijn verbonden aan een gebouwd perceel. De term aard- en nagelvast komt uit het Burgerlijk Wetboek en wil zeggen duurzaam verenigd met de grond of een gebouw. Het gaat dus om de manier waarop de reclameobjecten aan het gebouwde perceel zijn verbonden. Deze dient zodanig van aard te zijn dat de reclameobjecten niet zonder beschadiging of verbreking, hetzij het deel van het gebouwde perceel zelf, kunnen worden losgemaakt. De term aard- en nagelvast is uit overwegingen van doelmatigheid, controleerbaarheid en beheersing van de perceptiekosten in de verordening reclamebelasting opgenomen. De term aard- en nagelvast leidt tot discussie in procedures. Doelstelling is dat losstaande reclameobjecten, zoals bijvoorbeeld losstaande reclameborden, niet in de heffing worden betrokken. Om toekomstige discussie en procedures te voorkomen stellen wij u voor de term aarden nagelvast in de verordening reclamebelasting te laten vervallen, te vervangen door de term aangebracht en voor reclameobjecten de volgende begripsomschrijving in de verordening op te nemen: reclameobjekt: een openbare aankondiging in letters, symbolen of kleuren of een combinatie

12 12 daarvan, zichtbaar vanaf de openbare weg, die is aangebracht aan of op een gebouwd perceel. 16. Kostendekkingspercentages. De opbrengsten van de afvalstoffenheffing, rioolheffing en rechten mogen niet uitgaan boven de geraamde lasten ter zake. Dit betekent dat de tarieven van de afvalstoffenheffing, rioolheffing en rechten maximaal volledig kostendekkend mogen zijn. Op basis van de voorgestelde tarieven kunnen voor het jaar 2012 de volgende dekkingspercentages worden opgesteld. Ter vergelijking zijn tevens de dekkingspercentages over de jaren 2003 tot en met 2011 weergegeven. Kostendekkingspercentages Jaar Afvalstoffenheffing * Leges totaal ,6" 33,8" Leges titel 1 39,8" 40,5" Leges titel 2 37,6" 30,3" Leges titel 3 34,2" 11" Marktgelden Rioolrechten/rioolheffing Graf- en begraafrechten Liggelden Bruggelden * in verband met de vergelijkbaarheid met vorige jaren is de aan de reiniging toe te rekenen compensabele BTW niet meegenomen in de berekening van het kostendekkingspercentage exclusief tariefsverhogingen 17. Gebruikstarieven gemeentelijke sportaccommodaties en gemeentelijke accommodaties. Gebruikstarieven gemeentelijke sportaccommodaties. De tarieven van de gemeentelijke sportaccommodaties worden jaarlijks verhoogd met het toe te passen inflatiepercentage. In het kader van de gemeentelijke heroverwegingsoperatie heeft u in de raadsvergadering van 8 november 2007 onder andere besloten de huidige huurtarieven van de gemeentelijke sportaccommodaties te verhogen naar het gemiddelde tarievenniveau van de omliggende gemeenten. Besloten is de huidige tarieven te verhogen met 25% en daartoe verspreid over 5 jaren, de tarieven voor de jaren 2009 tot en met 2013, naast het toe te passen inflatiepercentage, jaarlijks te verhogen met 5%. Daarnaast is in de raadsvergadering van 21 december 2009 bij de behandeling van het voorstel Takendiscussie/bezuinigingen besloten de tarieven van de binnensportaccommodaties voor de jaren 2011 tot en met 2014 extra te verhogen met 5%. Wij stellen u dan ook voor de tarieven van de gemeentelijke sportaccommodaties voor het jaar 2012 conform het bovenstaande te verhogen. De tariefsaanpassingen leiden tot een meeropbrengst van in totaal ,00. Gebruikstarieven gemeentelijke accommodaties. Omdat het steeds vaker voorkomt dat interne vergaderruimten in het gemeentehuis door externe partijen worden gebruikt heeft u in de raadsvergadering van 4 november 2011 besloten de (verhuur)tarieven van de interne vergaderruimten en

13 13 cateringskosten op te nemen in het besluit tarieven gemeentelijke (sport)accommodaties. Door het jaarlijks vaststellen van dit besluit in de begrotingsraad worden toekomstige prijsstijgingen en indexeringen van zowel gemeentelijke sportaccommodaties als gemeentelijke accommodaties gewaarborgd. Wij stellen u voor ook de tarieven van de gemeentelijke accommodaties te verhogen met 2%. 18. Slot en meeropbrengst. De meeropbrengst bedraagt ,00. Van de meeropbrengst is respectievelijk 4.850,00 en 4.420,00 verrekend met de in de begroting opgenomen stelposten bezuiniging sport in het kader van de heroverwegingsoperatie en bezuiniging op taken. Het resterende bedrag ten bedrage van 1.940,00 kan budgettair worden ingezet. Burgemeester en wethouders

14 De raad van de gemeente Dongeradeel; overwegende het te voeren belastingbeleid voor het jaar 2012; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 4 oktober 2011, no. 83/ 11; gelet op het bepaalde in artikel 216 en hoofdstuk XV van de Gemeentewet; b e s l u i t : de verordening onroerende zaakbelastingen; de verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten; de verordening afvalstoffenheffing; de verordening marktgelden; de verordening rioolheffing; het besluit ledigen septic-tanks; de verordening toeristenbelasting; de verordening graf- en begraafrechten; de verordening liggelden; het besluit liggelden kop veerdam Oostmahorn; de verordening bruggelden; de verordening forensenbelasting; de verordening parkeerbelastingen; de verordening precariobelasting; de verordening reclamebelasting;. het besluit tarieven gemeentelijke (sport)accommodaties, welke zijn bijgevoegd en behorende bij dit raadsbesluit vast te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Dongeradeel van 27 oktober De griffier, De voorzitter, A.J. Folbert M.C.M. Waanders