Verslag info- en inspraakvergadering

Transcriptie

1 stad brugge communicatiedienst Verslag info- en inspraakvergadering RUP Glas- en tuinbouw 19 juni 2014, 19.30u Basisschool Sint-Lodewijkscollege, Gistelse Steenweg 440, 8200 Brugge Panel namens de stad Brugge: - Jos Demarest, schepen - Tristan Gobyn, dienst ruimtelijke ordening - Sabine Liebaert, dienst ruimtelijke ordening - Jonathan Nowakowski, Communicatiedienst (moderator) - Nele Vandevoorde, Communicatiedienst (verslag) Studiebureau Jonckheere Kristof De Baets Pol Jonckheere Technische assistentie Leen en Filip van Solitech Zaal een 50-tal aanwezigen Inleiding Jonathan Nowakowski, Communicatiedienst Verwelkoming voorstelling panel informatie over het verloop van de avond Situering van het project door schepen Jos Demarest, schepen van Stad Brugge Schepen Demarest heet iedereen welkom. We willen duidelijke informatie geven over een niet onbelangrijk stukje Sint-Andries. Er wordt eerst een introductie gegeven en daarna is het aan jullie om uw opmerkingen mee te geven. We zullen al uw opmerkingen meenemen. Op het einde wordt het plan voorgelegd aan het College van burgemeester en schepenen. administratief centrum 't brugse vrije, burg 11 - b-8000 brugge openingsuren: maandag tot vrijdag 8.30 u u. en u u., zaterdag 9.00 u u. gelieve alle briefwisseling te richten aan het college van burgemeester en schepenen, burg 12, b-8000 brugge

2 Toelichting over het RUP door Kristof de Baets, studiebureau Jonckheere (zie powerpointpresentatie) 1. Ligging plangebied (slide 4) Het binnengebied, volgens het gewestplan bestemd agrarisch gebied, omvat de Hogeweg, Pastoriestraat, Zandstraat, Grote Moerstraat met centraal van oost naar west de Legeweg. Voor dit gebied zullen nieuwe voorschriften van toepassing zijn. 2. Aanleiding voor opmaak plan (slides 5 en 6 ) De agrarische hoofdbestemming blijft, maar er wordt een beperkte verkoopsfunctie onder strikte voorwaarden aan gekoppeld. 3. Analyse plangebied (slide 7) In de loop van de jaren is er een lintbebouwing ontstaan langs de Pastoriestraat, Zandstraat en de Grote Moerstraat. Er is een kenmerkende dreef in het midden van het gebied vanaf de Zandstraat naar de Legeweg. De dreef is ontsloten via de Zandstraat. Aan de zuidoostelijke en noordwestelijke hoek van het gebied is er een concentratie van glastuinbouw. In het westelijke gebied is er een concentratie van bomenen plantenkwekers. 4. Basisopzet (slides 8 en 9) Omvangrijke aaneengesloten arealen voorbehouden voor de grondgebonden land- en tuinbouw - Waarborgen van land- en tuinbouwfuncties met zorg voor ecologische en landschappelijke waarden - Evenwicht tussen glas- en tuinbouwbedrijven en grondgebonden landbouw Uitbreidingsmogelijkheden voorzien voor de agrarische bedrijven - Compacte uitbreidingen - Stimulatie van landschappelijke integratie 5. Bestemmingsplan (slide 10) 6. Voorschriften (slides 11 t.e.m. 20) Vraagstelling 1 Jonathan Nowakowski, Communicatiedienst: Er was al één vraag vooraan: wat is overdruk? Kristof de Baets, studiebureau Jonckheere: Het gebied is ingekleurd met als bestemmingszone agrarisch gebied (geel). Voor bepaalde delen kiezen we voor een overdruk waarbij afwijkende voorschriften gelden. De basiskleur blijft agrarisch gebied. 2 Mevrouw Ria Gispeerd, Pastoriestraat: Begrijp ik goed dat de overdruk er nu nog niet is en dat je dit nu wil regulariseren? Kristof de Baets: Nu is het gewestplan geldig (zie slide 4: plangebied). Wat nu binnen de blauwe lijnen ligt is nu agrarisch gebied. Voor bepaalde delen (tuinen, ) zien we dat er geen agrarisch gebruik is. Voor die delen is er een overdruk voorzien, om meer aan het wonen gerelateerde constructies zoals tuinhuizen te kunnen toelaten. pagina 2 van 7

3 3 De heer Marc Vermeersch, Legeweg: a) U zei dat er een bedrijf initiatief genomen had om aanpassing te vragen. Wat is de naam van dit bedrijf? b) Is er een mogelijkheid dat er een bedrijf zoals Floralux komt? c) Achter onze woning liggen de binnenliggende gronden van Van Hauwaert. Kunnen er daar bedrijven komen met elk zijn commerciële functie? a) Tristan Gobyn, dienst ruimtelijke ordening: Dit is het Groencentrum in de Zandstraat. b) Sabine Liebaert, dienst ruimtelijke ordening: Het is net om bedrijven zoals Floralux tegen te gaan waarvoor het studiebureau een RUP heeft opgemaakt. We willen met dit RUP voorwaarden opleggen zodat het agrarisch gebied open blijft en dat de verkoopsfunctie wordt ingeperkt. Kristof de Baets: Vandaar er in het RUP staat dat er beperkingen zijn in de voorschriften. Verkoop en opslag van eigen landbouwproducten zijn altijd mogelijk. Het is niet de bedoeling om producten te verkopen die niks te maken hebben met de eigen landbouwproducten. Er mogen 10% landbouwproducten verkocht worden (met een maximum van 500 m²) die gelinkt zijn aan de eigen landbouwproducten. Bijvoorbeeld: iemand die bloemen verkoopt, mag een zak potgrond verkopen. Zolang dat de potgrond niet de overhand neemt op de verkoop van de eigen producten, namelijk de bloemen. c) Sabine Liebaert: Grondgebonden agrarische bedrijven kunnen zich daar vestigen, maar zeer beperkt. 10% van de oppervlakte kan ingenomen worden als verkoopsfunctie. Bij elke beoordeling van een bouwaanvraag wordt ook een mobiliteitsnota toegevoegd. 4 Mevrouw Vermeersch, Legeweg: a) Met andere woorden, nu kunnen zich daar ook al agrarische bedrijven vestigen? Wat is er dan gewijzigd? b) Wat is een beperkte kantoorruimte? Wat is de oppervlakte? a) Sabine Liebaert: De 10% verkoopsfunctie komt erbij. b) Tristan Gobyn: De kantoorruimte hoort ook bij de 10%. De kantoorruimte moet gekoppeld zijn aan de agrarische functie. De grootte van de kantoorruimte kan 10% zijn met een maximum van 500 m². Stel dat uw bedrijf m² groot is, dan zou je met de 10% regel een oppervlakte van 1000 m² kunnen voorzien voor verkoop. Dit kan hier niet, want in het RUP geldt een maximum van 500 m². 5 De heer Dirk De Vlies, Pastoriestraat: Ik heb begrepen dat in dit gebied ook een gasleiding loopt. Ik heb vernomen dat die gasleiding ook alle mogelijke bebouwing uitsluit. Klopt dit? Tristan Gobyn: Dit zal inderdaad de bouwmogelijkheden beperken. 6 De heer Dirk Mahieu, Grote Moerstraat: Het Groencentrum heeft een enorme parking in asfalt en een enorme verkoopzaal. Kan dit nog uitbreiden? Ze willen een tweede Floralux worden. Sabine Liebaert: Met dit RUP kunnen ze een vergunning krijgen voor een oppervlakte van 500 m². De verkoopruimte kan niet meer uitgebreid worden. Het Vlaams Gewest heeft de bouwovertreding vastgesteld. Naar aanleiding van deze overtreding is dit RUP opgestart. 7 De heer Marc Neyrinck, Zandstraat: a) Als ik het goed begrijp, heeft het Groencentrum momenteel geen vergunning. Is dit RUP een vraag voor regularisatie van het Groencentrum? b) Kan de dreef verhard worden? Kan er bebouwing komen in de dreef? pagina 3 van 7

4 a) Sabine Liebaert: Ze hebben momenteel geen vergunning voor een grote winkelruimte, wel voor beperkte verkoop van eigen kweek (vergunning Vlaams Gewest). De gebouwen die er nu staan zijn wel degelijk vergund. Pol Jonckheere: Je moet dit in een ruimere context zien. Dit probleem situeert zich algemeen in West- Vlaanderen. Het is goed dat we een beperking voorzien voor de verkoopruimte (voor de producten die niet ter plaatse gekweekt worden) van de tuinbouwbedrijven. De bestaande gebouwen zijn momenteel vergund, maar we verfijnen de bestemming. b) Tristan Gobyn: De dreef moet behouden blijven. Langs beide zijden moet er 60 meter open gebied behouden blijven. Langs beide zijden kan er niet gebouwd worden. 8 De heer Tom Van Hulle, Legeweg: Moeten we 60 meter van de dreef blijven, als we willen uitbreiden? Tristan Gobyn: Ja, dat klopt. 9 De heer Jan Pollet, Zandstraat: Ik kijk uit over het afgebakend gebied. Ik ben bezorgd over de kwaliteit van de leefomgeving. Heb ik het goed begrepen dat hetgeen voorzien wordt voor verkoopsfunctie beperkt wordt tot maximaal 500 m²? Ik heb nog niks gehoord over de bouwhoogte. Kan dit opgenomen worden? Er staan niet veel concrete cijfers in dit RUP. Sabine Liebaert: De bouwhoogte wordt beperkt tot de afstand tot de naburige bebouwing. De 45-graden regel (zie slide 13, 0.10) is hier geldig, zoals de heer de Baets heeft toegelicht. Pol Jonckheere: Er zijn een aantal criteria waarmee je als overheid kunt ingrijpen indien je ziet dat er onredelijke afmetingen en hoogte worden voorgesteld. Elke landbouwactiviteit is heel specifiek. We moeten vooral kijken naar wat de goede ruimtelijke ordening is en hoe we dit kunnen integreren. De heer Jan Pollet: Ik ben al tevreden dat de maximale bouwoppervlakte van 500m² vastgelegd wordt. 10 Mevrouw Lieve Mees, Pastoriestraat: Ik woon recht tegenover Van der Vennet: Er komen dagelijks grote vrachtwagens met decoratiemateriaal. Kan dit nog uitbreiden? Tristan Gobyn: Ik denk dat grote delen van Van der Vennet niet vergund zijn, zeker het gedeelte achteraan. Ze zitten zonevreemd in het RUP. Er is een overtreding vastgesteld en er loopt een procedure via het Vlaams Gewest. Sabine Liebaert: Ze hebben geen vergunning voor de verkoop. 11 De heer Alan Veys, Pastoriestraat: a) We kijken uit op de serres. Zal het met dit RUP makkelijker worden om de serres uit te breiden? b) Aan welke voorwaarden moet de bouwaanvraag voldoen om een goedkeuring te krijgen? a) Tristan Gobyn: Er verandert niks voor de serres. We nemen nog een beperking op met de 45-graden regel. Ze kunnen nog uitbreiden, omdat dit past binnen het agrarisch gegeven. b) Sabine Liebaert: Er worden adviezen ingewonnen van verschillende adviesinstanties: Natuur & Bos, Groendienst, enz. Op basis daarvan kijken we of het wenselijk is of dit wordt uitgebreid. 12 De heer Wim Vandaele, Pastoriestraat: a) Dit is het enige gebied dat kan gebruikt worden in Brugge voor serres. Er moet 60 meter afstand zijn tussen de dreef en de nieuwe serres. Kunnen nieuwe serres tot aan de woningen gebouwd worden? b) Men kan dit stuk onderverdelen in verschillende kleinere stukken. Kan je opnemen dat er minimaal een bepaald deel open ruimte moet behouden blijven? c) Kunnen enkel bestaande bedrijven uitbreiden of kunnen nog nieuwe bedrijven bijkomen? pagina 4 van 7

5 a) Tristan Gobyn: De 45-graden regel zal daar gelden. In het gemeentelijk structuurplan staat ook dat er geen extra glas-en tuinbouwbedrijven kunnen bijkomen, behalve als bepaalde bedrijven geherlokaliseerd moeten worden. Er wordt ook een groenbuffer opgelegd om een visueel scherm te bieden tussen de woningen en de glasbouw. Sabine Liebaert: Het is altijd minimum de afstand van de hoogte van het volume. Als de serre 4 meter hoog is, dan moet men ook op 4 meter afstand blijven. b) Sabine Liebaert: Dit kan in elk agrarisch gebied. We nemen dit niet op. Pol Jonckheere: U gaat ervan uit dat een nieuwe vestiging eenvoudig is. Dit is niet zo, dit moet voldoen aan heel wat criteria en wordt streng gecontroleerd door de overheid. Het is niet mogelijk dat er veel nieuwe bedrijven zouden bijkomen. c) Kristof de Baets: Bestaande glastuinbouwbedrijven kunnen verder ontwikkelen en uitbreiden. Nieuwe inplantingen zijn in principe niet toegestaan, behalve in uitzonderlijke gevallen. Bijvoorbeeld als een bedrijf zich ergens anders niet meer verder kan ontwikkelen, kan dit bedrijf zich wel herlokaliseren in dit gebied. Normaliter kunnen er echter geen nieuwe bedrijven bijkomen. 13 De heer Pascal Ennaert, gemeenteraadslid: Over hoeveel bedrijven gaat het nu juist? Kristof de Baets: Binnen dit gebied zijn er ongeveer 25 bedrijven. 14 De heer Tom Van Hulle, Legeweg: We hebben mestopslag te weinig. Er mag niet gebouwd langs de dreef. Mag er dan langs de straatzijde gebouwd worden? Mevrouw Van Hulle: We hebben een kleine mestopslag net aan de dreef. Waar kunnen we een grotere mestopslag voorzien? Langs de straatzijde kunnen we niet bouwen. Sabine Liebaert: We zullen dit onderzoeken. Misschien zou u beter eens langskomen na de vergadering om dit te bespreken. 15 De heer Floor Marchand, Pastoriestraat: a) De glasbouw heeft een grote visuele impact. Is het niet belangrijk dat bepaalde zones in weidegebied blijven? b) Kan er ook achter de huizen een minimale afstand opgenomen worden tegenover de bedrijven? c) In het RUP staat ook dat drainerende verhardingen worden opgelegd. De parking van het Groencentrum is volledig in asfalt. De toonzaal is ook meer dan die 500 m². Wat wordt daar aan gedaan? a) Sabine Liebaert: Het is afhankelijk van de hoogte van het gebouw. Er wordt ook rekening gehouden met een goede ruimtelijke ordening. b) Sabine Liebaert: U woont in agrarisch gebied. Bestaande bedrijven kunnen uitbreiden. Zoals gezegd, kunnen er geen extra bedrijven bijkomen. Pol Jonckheere: We moeten een evenwicht nastreven tussen de landbouwfunctie en wonen. Nieuwe inplantingen zijn niet toegelaten. c) Sabine Liebaert: Ze kunnen een vergunning krijgen voor 500 m². Ze moeten voldoen aan alle voorwaarden van dit RUP. Als ze niet aan de voorwaarden voldoen, zal de stad Brugge of het Vlaams Gewest een bouwovertreding vaststellen. 16 De heer Jacques Leliaert, Grote Moerstraat: a) Ik dacht dat 10% van de oppervlakte voorbehouden was aan de verkoop van niet-bedrijfsgebonden producten, is dit zo? Die 10% is dus maximaal 500 m²? b) Een bedrijf van een hectare kan dan wel een een verkoopruimte hebben van 2000 m²? Voor verkoop van eigen producten is de verkoopsoppervlakte dus beperkt? pagina 5 van 7

6 a) Kristof de Baets: De producten binnen die 10% zijn bedrijfsgebonden, maar worden niet gekweekt op de vestiging zelf. Op de verkoop van de eigen gekweekte producten staat er geen limiet, want het is agrarisch gebied. Die eigen gekweekte producten mogen onbeperkt verkocht worden. De verkoop van nietbedrijfsgebonden producten (bijvoorbeeld een tuinbouwbedrijf die bloempotten verkoopt) mag maximum 10% bedragen. b) Sabine Liebaert: In nevenbestemming (minder dan 50% van het bedrijf) is verkoop van eigen landbouwproducten toegelaten. De verkoopsoppervlakte kan dus groter zijn dan 500m² voor eigen landbouwproducten. Maar voor niet-bedrijfsgebonden producten is er een beperking van de verkoopruimte van 500 m². Kristof de Baets: Van uw hectare mag er hoogstens 50% gebruikt worden voor de verkoop van eigen producten worden. Daarnaast is er een maximum van 10% (=500 m²) voor de niet-bedrijfsgebonden producten. Bijkomend is ook de voorwaarde dat die producten gelinkt moeten zijn aan de eigen landbouwproducten. Iemand die bloemen kweekt mag bijvoorbeeld bloempotten verkopen (met max. 10%). 17 De heer Dirk De Vlies, Pastoriestraat: Het gaat over niet zelf geproduceerde producten die moeten aangeleverd worden. Dit zal voor extra verkeer zorgen. Is er een prognose over hoeveel vrachtwagens er zouden passeren? Sabine Liebaert: Bij de bouwaanvraag wordt dit beoordeeld. In de voorwaarden staat expliciet omschreven dat er een mobiliteitsnota moet toegevoegd worden. De dienst ruimtelijke ordening maakt ook een beoordeling of het verenigbaar is met de omgeving. Die afweging wordt altijd gemaakt. Het parkeren moet bijvoorbeeld ook op eigen terrein worden opgelost. 18 De heer Marc Vermeersch: Is er een mogelijkheid dat bijkomende wegen worden aangelegd? Bedrijven of gebouwen moeten dus gebruik maken van de bestaande wegenis? Tristan Gobyn: Nieuwe wegen moeten voldoen aan dit RUP. Het is niet de bedoeling om nieuwe wegen aan te leggen. Inderdaad, men moet gebruik maken van de bestaande wegenis. We willen de grote open ruimte behouden. 19 De heer Jan Declerck, Zandstraat: a) Ik woon recht tegenover het Groencentrum. Er is overlast van het verkeer. Mijn auto is al een aantal keer aangereden door een vrachtwagen. Vooraleer het centrum er was, was dit probleem er niet. b) De Zandstraat is nooit opnieuw aangelegd. Aan de overzijde van de expresweg wel, maar aan deze zijde niet. Wanneer wordt deze zijde van de Zandstraat heraangelegd? c) Dit RUP komt er voor de regularisatie van het Groencentrum. Wat als er zich binnen enkele jaren opnieuw een probleem voordoet? Moet het plan dan opnieuw aangepast worden? => De heer Jan Vandevelde (Groencentrum) laat na de vergadering weten dat hij met de buren heeft overlegd. De buren zijn 100% te vinden voor een parkeerverbod rond de bedrijfstoegang en dit aan beide zijden van de straat. a & b) Tristan Gobyn: De heraanleg van de wegenis is een bevoegdheid van de Wegendienst. De Wegendienst zal dit beantwoorden. Verkeersoverlast is een bevoegdheid van de Verkeersdienst. Verkeerstechnische dienst politie Wegendienst c) Sabine Liebaert: We willen niet alles regulariseren, maar we willen ook een aantal zaken inperken. Er is een visie op korte termijn om de verkoopruimte te behouden. Op lange termijn is er het RUP. In dit RUP worden enkele principes vastgelegd. We kunnen een RUP niet zomaar maken. Een RUP moet kaderen in het algemeen belang en moet kaderen in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. In het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan staat die zone aangeduid voor tuinbouwbedrijven. Dit RUP is eigenlijk een uitvoering van wat vastgelegd is in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het structuurplan dateert van pagina 6 van 7

7 20 Mevrouw Lieve Mees: De stad heeft al gezorgd dat er in het kader van het mobiliteitsplan een eigen parking werd voorzien voor Van der Vennet, waarvoor dank. In de Pastoriestraat is een zone 30. Horen vrachtwagen en opleggers daar wel thuis? Jonathan Nowakowski: Dit is een vraag voor de Verkeersdienst. De vraag wordt opgenomen in het verslag en u krijgt een antwoord. Verkeerstechnische dienst politie 21 De heer Simon Perneel, Grote Moerstraat: Er zijn in onze straat ook vaak 40-tonners die door onze straat rijden. We voelen het in onze woning als de vrachtwagens passeren. De Pastoriestraat heeft enkele stevige verkeersvleugels. De uitrit voor de vrachtwagens is daardoor de Grote Moerstraat geworden. Schepen Demarest: We willen per deelgemeente een mobiliteitsplan opmaken vanuit de specifieke behoeften van vandaag. We willen dit op een even nauwkeurige manier doen, met input van de mensen op het niveau van de deelgemeenten. Het groter geheel van mobiliteit wordt ook in Sint-Andries bekeken in zijn globaliteit. Dit komt in de volgende maanden aan bod. Dit mobiliteitsplan per deelgemeente is aangekondigd begin De heer Marc Vermeersch: Wat zijn de volgende stappen in de procedure? Tristan Gobyn: In de bewonersvergadering nemen we al de eerste bezorgdheden mee. Met het herwerkt plan gaan we naar de GECORO (Gemeentelijke Comissie voor Ruimtelijke Ordening). Daarna gaan we naar de plenaire vergadering met externe diensten zoals Natuur en Bos, de Vlaamse Landbouwmaatschappij, enz. Dan wordt het herwerkt plan voorlopig vastgesteld in de gemeenteraad. Tenslotte start het openbaar onderzoek. Dit openbaar onderzoek duurt 60 dagen. Tijdens die periode kunt u uw bezwaren indienen. De gegronde bezwaren worden aangepast. Na het openbaar onderzoek gaan we naar de provincie en de bestendige deputatie. Tot de vaststelling van het RUP spreken we ongeveer over 1,5 jaar. Uw opmerkingen worden meegenomen in het verhaal. Sabine Liebaert: We zijn nu in het beginstadium van het RUP. We willen eerst de bewoners horen vooraleer we verder gaan naar de hogere overheden. 23 De heer: Wat is het gearceerde gebied (zie slide 10 bestemmingsplan)? Het gele gebied blijft agrarisch gebied zoals het nu is? Tristan Gobyn: De gearceerde gebieden zijn tuinen van woningen die in agrarisch gebied liggen. Hiervoor voorzien we een overdruk, zodat de bewoners ook meer mogelijkheden krijgen (tuinhuis plaatsen, enz.). Sabine Liebaert: We willen met dit RUP rechtszekerheid bieden aan de bedrijven, zodat ze rendabel blijven. Maar we willen de verkoopsfunctie beperken zodat er net geen Floralux bijvoorbeeld komt. Een meneer: Het gele gebied is een eilandje die gespaard is van de bebouwing. Het is een vrije groene zone. We mogen blij zijn dat er nog tuinbouwers zijn. Het is een groene zone, maar het moet leefbaar blijven voor de bewoners. Jonathan Nowakowski bedankt de panelleden en de buurtbewoners voor hun aanwezigheid en hun bijdrage tot het welslagen van de vergadering. De vergadering wordt afgesloten omstreeks 21u. pagina 7 van 7