Verslaglegging volgens APA. Handleiding voor het schrijven van verslagen binnen de opleiding mbo-verpleegkunde

Transcriptie

1 Verslaglegging volgens APA Handleiding voor het schrijven van verslagen binnen de opleiding mbo-verpleegkunde Elbrich Jorritsma september 2016

2 Inhoudsopgave Voorblad... 3 Inhoudsopgave... 4 Voorwoord/inleiding... 5 De kern... 6 Verwijzingen in de tekst... 6 Conclusie... 8 Literatuurlijst... 9 Een boek... 9 Een krantenartikel... 9 Webartikel met auteur... 9 Webartikel zonder auteur... 9 Voorbeeld van een literatuurlijst:...10

3 Voorblad Op het voorblad van een verslag worden in ieder geval de volgende onderdelen beschreven: - Titel - Eventueel een illustratie - Persoonlijke gegevens (naam, studentnummer, vak, docent, datum)

4 Inhoudsopgave Je kunt studenten erop wijzen dat het mogelijk is om een inhoudsopgave in Word te maken. Dit werkt makkelijk en voorkomt mogelijk dat je fouten maakt. Het is niet de bedoeling dat een inhoudsopgave langer dan twee pagina s is.

5 Voorwoord/inleiding Een voorwoord is een persoonlijke tekst waarin bijvoorbeeld een dankwoord wordt uitgesproken. Binnen de opleiding mbo-verpleegkunde is het niet nodig dat studenten een voorwoord schrijven in verslagen. Daarentegen is het verplicht om een inleiding te schrijven in een verslag. Een inleiding dient ertoe om de lezer voor te bereiden op datgene dat er gaat komen. Het is niet de bedoeling dat studenten zichzelf gaan voorstellen in de inleiding. Een inleiding dient de volgende onderdelen te bevatten: - De aanleiding/het doel van het verslag - Het onderwerp van het verslag - Eventueel het belang/de relevantie (wat heeft de lezer aan jouw verslag?) - De opbouw van je verslag. Wat wordt in de verschillende hoofdstukken beschreven? Noem bijvoorbeeld dat je eindigt met een conclusie.

6 De kern Een verslag wordt geschreven in lettergrootte 11 of 12. Belangrijk is dat de lay-out consequent wordt doorgevoerd in het hele verslag. Om de leesbaarheid van het verslag te vergroten is het van belang dat iedere paragraaf of hoofdstuk kort wordt ingeleid. Het is de bedoeling dat de student in een korte inleiding van een paar zinnen aangeeft wat de lezer kan verwachten in de desbetreffende tekst. Bijvoorbeeld: In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de resultaten van de vragenlijst die is afgenomen onder 844 jongeren tussen vijftien en 21 jaar. Geprobeerd is om via deze weg inzicht te krijgen in hoe jongeren denken over de jeugd die aanwezig was bij Project X in Haren. Een belangrijke regel bij het gebruik van bronnen in een tekst is het verwijzen naar de oorspronkelijke auteurs. Immers, zij hebben de eigenlijke tekst geschreven, dus zij verdienen ook de erkenning die daarbij hoort. Hieronder volgt de regelgeving daarvoor: Verwijzingen in de tekst In de tekst wordt naar een bron verwezen met de naam of namen van de auteur(s) en het jaar van publicatie. Hiervoor worden ronde haken gebruikt. Bijvoorbeeld: Uit onderzoek naar loopbaanbeleid (Van der Linden, 2007) kwam naar voren dat.. Als de auteursnaam in de lopende tekst voorkomt, staat alleen het jaar tussen ronde haken. Van der Linden (2007) concludeerde dat loopbaanbeleid... Binnen dezelfde alinea wordt bij de volgende verwijzing(en) waarbij de auteursnaam opnieuw in de lopende tekst genoemd wordt het jaar weggelaten. 1.1 Twee auteurs De auteur(s) en het jaar worden vermeld zoals hierboven beschreven. Bij twee auteurs geldt dat: een ampersand (&) wordt gebruikt als de auteursnamen in ronde haken staan; In een recent onderzoek (Verbeem & Van Doren, 2008), en wordt gebruikt als de auteurs in de tekst genoemd worden. Verbeem en Van Doren (2008) hebben aangetoond..

7 Voorbeeld van verwijzen in een tekst: Zo heeft volgens socioloog Abram de Swaan de traditionele bevelshuishouding zoals die vroeger bestond, plaatsgemaakt voor een onderhandelingshuishouding (Van den Broek, 2010). Dit sluit aan op de visie van Bucx en De Roos (2011) waarin zij stellen dat de huidige generatie volwassenen binnen het gezin voornamelijk een begeleidende rol op zich neemt in plaats van een leidende, waarmee ze zich op hetzelfde niveau als hun kinderen lijken te plaatsen. 1.2 Een publicatie met een onbekende auteur Is de auteur van een publicatie onbekend, dan worden de eerste woorden van de titel (of de hele titel als deze kort is) vermeld. Titels van artikelen, hoofdstukken en webpagina s krijgen dubbele aanhalingstekens. ( Universiteiten bestrijden plagiaat, 2006)

8 Conclusie In de conclusie kom je terug op de inleiding. In de inleiding heb je namelijk de probleemstelling of onderzoeksvraag weergegeven. In de conclusie geef je hier een antwoord op. Je brengt de belangrijkste punten uit het verslag samen. Het is belangrijk dat er goed wordt nagedacht over het einde van het verslag, een abrupt einde leest bijvoorbeeld niet erg prettig.

9 Literatuurlijst Alle bronnen waarnaar in de tekst is verwezen komen terug in een literatuurlijst. Het is de bedoeling dat de bronnen op alfabetische volgorde gerangschikt worden op achternaam van de (eerste) auteur. Een referentie bestaat uit vier elementen: auteur, publicatiedatum, titel en publicatie-informatie. Een boek Abma, R. (1990). Jeugd en tegencultuur. Nijmegen: SUN. Baarda, D.B. & Goede, M.P.M. de (2006). Basisboek methoden en technieken. Handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek. Groningen: Stenfert Kroese. Een krantenartikel Pronk, I. (2013, 25 januari). Ouders van nu willen geen gehoorzaam kind. Trouw, p. 2. Webartikel met auteur Muller, E.R., Rosenthal, U., Zannoni, M., Ferwerda, H. & Schaap, S.D. (2010). Strandrellen in Hoek van Holland. Geraadpleegd op 2 juli 2013, op Als het artikel ongedateerd is wordt z.j. (zonder jaar) vermeld. Webartikel zonder auteur Reading the Riots (2011). Geraadpleegd op 2 juli 2013, op QUESTIONNAIRE.pdf

10 Voorbeeld van een literatuurlijst: Hessen, J.S. van (1965). Samen jong zijn: een jeugdsociologische verkenning in gesprek met vorigen. Assen: Van Gorcum. Heuves, W. (2006). Pubers, ontwikkeling en problemen. Assen: Koninklijke Van Gorcum. Holden, G.W. (2010). Parenting, a dynamic perspective. Groot-Britannië, Londen: SAGE Publications Ltd. Loggen, D. van (1989). Jeugd Probleem van ouderen? Schoten: Uitgeverij Westland. Mortelmans, D. (2001). Atlas.ti., een inleiding. Geraadpleegd op 2 juli 2013, op: Moore, D.S. & McCabe, G.P. (2006). Statistiek in de praktijk. Theorieboek. Den Haag: Academic Service.