gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;

Transcriptie

1 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg ii nu ii ii mui ii nu BM De raad van de gemeente Steenbergen; gelezen het vrstel van burgemeester en wethuders van 16 september 2014; gelet p: de artikelen 2.9, 2.10, 2.12 en 8.1.1, vierde lid, van de Jeugdwet; besluit vast te stellen de vlgende verrdening; verwegende dat de Jeugdwet de verantwrdelijkheid vr het rganiseren van gede en tegankelijke jeugdhulp bij de gemeente heeft belegd, waarbij het uitgangspunt is dat de verantwrdelijkheid vr het geznd en veilig pgreien van jeugdigen allereerst bij de uders en de jeugdige zelf ligt; verwegende dat het ndzakelijk is m regels vast te stellen ver de dr het cllege te verlenen individuele vrzieningen en verige vrzieningen, met betrekking tt de vrwaarden vr tekenning en de wijze van berdeling van, en de afwegingsfactren bij een individuele vrziening, ver de wijze waarp de tegang tt en de tekenning van een individuele vrziening wrdt afgestemd met andere vrzieningen, de wijze waarp de hgte van een persnsgebnden budget wrdt vastgesteld, vr de bestrijding van het ten nrechte ntvangen van een individuele vrziening f een persnsgebnden budget alsmede misbruik en neigenlijk gebruik van de wet, en regels ter waarbrging van een gede verhuding tussen de prijs vr de levering van jeugdhulp f de uitvering van een kinderbeschermingsmaatregel f jeugdreclassering en de eisen die wrden gesteld aan de kwaliteit daarvan; verwegende dat het vrts wenselijk is te bepalen nder welke vrwaarden degene aan wie een persnsgebnden budget wrdt verstrekt, de jeugdhulp kan betrekken van een persn die behrd tt diens sciale netwerk; besluit vast te stellen de Verrdening jeugdhulp gemeente Steenbergen Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verrdening en de daarp berustende bepalingen wrdt verstaan nder: a. andere vrziening: vrziening anders dan in het kader van de Jeugdwet, p het gebied van zrg, nderwijs, maatschappelijke ndersteuning f werk en inkmen; b. hulpvraag: behefte van een jeugdige f zijn uders aan jeugdhulp in verband met pgrei- en pvedingsprblemen, psychische prblemen en strnissen, als bedeld in artikel 2.3, eerste lid, van de wet; c. individuele vrziening: p de jeugdige f zijn uders tegesneden vrziening als bedeld in artikel 2, tweede lid; d. verige vrziening: verige vrziening als bedeld in artikel 2, eerste lid; e. pgb: persnsgebnden budget als bedeld in artikel van de wet, zijnde een dr het cllege verstrekt budget aan een jeugdige f zijn uders, dat hen in staat stelt de jeugdhulp die tt de individuele vrziening behrt van derden te betrekken; f. wet: Jeugdwet.

2 Artikel 2. Vrmen van jeugdhulp 1. In het jeugdstelsel Zrg vr jeugd West Brabant West wrdt nderscheid gemaakt tussen vrij tegankelijk ndersteuning en niet vrij tegankelijke zrg. Onder vrij tegankelijke ndersteuning wrden alle vrmen van lichte pved- en pgreindersteuning verstaan. Onder niet vrij tegankelijke zrg wrden alle vrmen van individuele specialistische jeugdhulp verstaan, namelijk; crisispvang diagnstiek geslten jeugdhulp medische kinderdagbehandeling pleegzrg residentiële en ambulante hulp in het kader van pvedndersteuning inclusief jeugdbescherming en jeugdreclassering residentiële en ambulante hulp vr jeugdigen met verstandelijke beperkingen basis en specialistische Geestelijke Gezndheids Zrg vr jeugdigen verzrging en begeleiding van jeugd met een lichamelijke en/f verstandelijke en/f zintuiglijke beperking 2. Het cllege kan bij nadere regeling vaststellen welke verige en individuele vrzieningen p basis van het eerste lid beschikbaar zijn. Artikel 3 Tegang jeugdhulp via de huisarts, medisch specialist f jeugdarts 1. Het cllege draagt zrg vr de inzet van jeugdhulp na een verwijzing dr de huisarts, medisch specialist en jeugdarts naar een jeugdhulpaanbieder, als en vr zver genemde jeugdhulpaanbieder van rdeel is dat inzet van jeugdhulp ndig is. 2. Als de jeugdige f zijn uders hierm verzeken, legt het cllege de te verlenen individuele vrziening, dan wel het afwijzen daarvan, vast in een beschikking als bedeld in artikel 5 van deze verrdening Artikel 4 Tegang jeugdhulp via de gemeente Het cllege stelt bij nadere regeling regels met betrekking tt de vrwaarden vr tekenning en de wijze van berdeling van, en de afwegingsfactren bij een individuele vrziening. Het cllege geeft daarbij aan p welke wijze hij jeugdigen en uders infrmeert ver de mgelijkheid en het belang m in bepaalde gevallen een berep p jeugdhulp te den. Artikel 5. De beschikking: 1. Het cllege kan bij nadere regeling bepalen dat afgezien kan wrden van het vastleggen van de aangebden individuele vrziening in een afznderlijke beschikking 2. Bij het verstrekken van een vrziening in natura wrdt in de beschikking in ieder geval vastgelegd: a. welke de te verstrekken vrziening is en wat het begde resultaat daarvan is; b. wat de ingangsdatum en duur van de verstrekking is; c. he de vrziening wrdt verstrekt, en indien van tepassing, en d. welke andere vrzieningen relevant zijn f kunnen zijn. 3. Bij het verstrekken van een vrziening in de vrm van een pgb wrdt in de beschikking in ieder geval vastgelegd: a. vr welk resultaat het pgb kan wrden aangewend; b. welke kwaliteitseisen gelden vr de besteding van het pgb; c. wat de hgte van het pgb is en he hierte is gekmen; d. wat de duur is van de verstrekking waarvr het pgb is bedeld, en e. de wijze van verantwrding van de besteding van het pgb. 4. Als sprake is van een te betalen uderbijdrage wrden de jeugdige f zijn uders daarver in de beschikking geïnfrmeerd. 2

3 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg Artikel 6. Regels vr pgb 1. Het cllege verstrekt een pgb in vereenstemming met artikel van de wet. 2. Het tarief vr een pgb: a. is gebaseerd p een dr de jeugdige f zijn uders pgesteld plan ver he zij het pgb gaan besteden; b. is tereikend m effectieve en kwalitatief gede zrg in te kpen, en c. bedraagt ten hgste de kstprijs van de in de betreffende situatie gedkpst adequate individuele vrziening in natura. 3. De hgte van een pgb is pgebuwd uit verschillende kstencmpnenten, zals salaris, vervanging tijdens vakantie, verzekeringen en reisksten. 4. De persn aan wie een pgb wrdt verstrekt, kan de jeugdhulp nder de vlgende vrwaarden betrekken van een persn die behrd tt het sciale netwerk: a. dat deze persn een lager tarief krijgt betaald vr zijn diensten dan het ingevlge het tweede en vierde lid vastgestelde tarief f dat deze persn vr zijn diensten maximaal het p grnd van de Wet langdurige zrg geldende pgb-uurtarief vr hulp van niet-prfessinele zrgverleners krijgt betaald; b. dat deze persn heeft aangegeven dat de zrg aan de belanghebbende vr hem niet tt verbelasting leidt, en c. dat tussenpersnen f belangbehartigers niet uit het pgb mgen wrden betaald. Artikel 7. Nieuwe feiten en mstandigheden, herziening, intrekking f terugvrdering 1. Onverminderd artikel van de wet den een jeugdige f zijn uders p verzek f nverwijld uit eigen beweging aan het cllege mededeling van alle feiten en mstandigheden, waarvan hun redelijkerwijs duidelijk met zijn dat deze aanleiding kunnen zijn tt herverweging van een beslissing aangaande een individuele vrziening. 2. Onverminderd artikel van de wet kan het cllege een beslissing aangaande een individuele vrziening herzien dan wel intrekken als het cllege vaststelt dat: a. de jeugdige f zijn uders njuiste f nvlledige gegevens hebben verstrekt en de verstrekking van juiste f vlledige gegevens tt een andere beslissing zu hebben geleid; b. de jeugdige f zijn uders niet langer p de individuele vrziening f p het pgb zijn aangewezen; c. de individuele vrziening f het pgb niet meer tereikend is te achten; d. de jeugdige f zijn uders niet vlden aan de vrwaarden van de individuele vrziening f het pgb, f e. de jeugdige f zijn uders de individuele vrziening f het pgb niet f vr een ander del gebruiken dan waarvr het is bestemd. 1. Als het cllege een beslissing p grnd van het tweede lid, nder a, heeft ingetrkken en de verstrekking van de njuiste f nvlledige gegevens pzettelijk heeft plaatsgevnden, kan het cllege van degene die pzettelijk njuiste f nvlledige gegevens heeft verschaft geheel f gedeeltelijk de geldswaarde vrderen van de ten nrechte genten individuele vrziening f het ten nrechte genten pgb. 2. Een beslissing tt verlening van een pgb kan wrden ingetrkken als blijkt dat het pgb binnen zes maanden na uitbetaling niet is aangewend vr de bekstiging van de vrziening waarvr de verlening heeft plaatsgevnden. 3. Het cllege nderzekt uit het gpunt van kwaliteit van de geleverde zrg, al dan niet steekprefsgewijs, de bestedingen van pgb's. Artikel 8. Verhuding prijs en kwaliteit aanbieders jeugdhulp en uitverders kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering Het cllege hudt in het belang van een gede prijs-kwaliteitverhuding bij de vaststelling van de tarieven die het hanteert vr dr derden te leveren jeugdhulp f uit te veren kinderbeschermingsmaatregelen f jeugdreclassering, rekening met: a. de aard en mvang van de te verrichten taken; b. de vr de sectr tepasselijke CAO-schalen in relatie tt de zwaarte van de functie; c. een redelijke teslag vr verheadksten; d. een vr de sectr reële mate van nn-prductiviteit van het persneel als gevlg van verlf, ziekte, schling en werkverleg; e. ksten vr bijschling van het persneel f. f.de naleving van de vrschriften vrtvleiende uit de Wet nrmering bezldiging tpfunctinarissen publieke en semipublieke sectr. 3

4 Artikel 9 Vertruwenspersn 1. Het cllege zrgt ervr dat jeugdigen, uders en pleeguders een berep kunnen den p een nafhankelijke vertruwenspersn 2. Het cllege wijst jeugdigen, uders en pleeguders erp dat zij zich desgewenst kunnen laten bijstaan dr een nafhankelijke vertruwenspersn. Artikel 10. Klachtregeling Het cllege stelt een regeling vast vr de afhandeling van klachten van jeugdigen en uders die betrekking hebben de wijze van afhandeling van meldingen en aanvragen als bedeld in deze verrdening. Artikel 11. Inspraak en medezeggenschap 1. Het cllege betrekt de ingezetenen van de gemeente bij de vrbereiding van het beleid betreffende jeugdhulp vereenkmstig de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet gestelde regels met betrekking tt de wijze waarp inspraak wrdt verleend. 2. Het cllege stelt cliënten en vertegenwrdigers van cliëntgrepen vregtijdig in de gelegenheid vrstellen vr het beleid betreffende jeugdhulp te den, advies uit te brengen bij de besluitvrming ver verrdeningen en beleidsvrstellen betreffende jeugdhulp, en vrziet hen van ndersteuning m hun rl effectief te kunnen vervullen. 3. Het cllege zrgt ervr dat ingezetenen kunnen deelnemen aan peridiek verleg, waarbij zij nderwerpen vr de agenda kunnen aanmelden, en dat zij wrden vrzien van de vr een adequate deelname aan het verleg bendigde infrmatie en ndersteuning. 4. Het cllege kan nadere regels vaststellen ter uitvering van het tweede en derde lid. Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel 1. Deze verrdening treedt - na bekendmaking - in werking p 1 januari Deze verrdening wrdt aangehaald als: Verrdening jeugdhulp gemeente Steenbergen. 4

5 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg Telichting NB: deze telichting is geschreven p basis van het mdel van de VNG. In deze telichting zijn de keuzes die p reginaal niveau zijn gemaakt verwerkt. A/gemeen Deze verrdening geeft uitvering aan de Jeugdwet. Deze wet maakt nderdeel uit van de bestuurlijke en financiële decentralisatie naar gemeenten van de jeugdzrg, de jeugd-ggz, de zrg vr verstandelijk beperkte jeugdigen en de begeleiding en persnlijke verzrging van jeugdigen. Daarnaast wrdt met deze wet een mslag gemaakt van een stelsel gebaseerd p een wettelijk recht p zrg (aanspraak) naar een stelsel p basis van een vrzieningenplicht vr gemeenten (vrziening), p een wijze zals eerder is gebeurd met de Wet maatschappelijke ndersteuning (Wm). Het wettelijke recht p jeugdzrg en individuele aanspraken p jeugdzrg wrden hierbij vervangen dr een vrzieningenplicht waarvan de aard en mvang in beginsel dr de gemeente wrden bepaald (maatwerk). Het del van het jeugdzrgstelsel blijft echter nverminderd vereind: jeugdigen en uders krijgen waar ndig tijdig bij hun situatie passende hulp, met als begd del ervr te zrgen de eigen kracht van de jngere en het zrgend en prbleemplssend vermgen van het gezin te versterken. De Jeugdwet schrijft in de artikelen 2.9, 2.10 en 2.12 vr dat de gemeenteraad per verrdening in ieder geval regels pstelt: ver de dr het cllege te verlenen individuele vrzieningen en verige (jeugdhulp)vrzieningen; met betrekking tt de vrwaarden vr tekenning, de wijze van berdeling van en de afwegingsfactren bij een individuele vrziening; ver de wijze waarp de tegang tt en de tekenning van een individuele vrziening wrdt afgestemd met andere vrzieningen p gebied van zrg, nderwijs, maatschappelijke ndersteuning, werk en inkmen; ver de wijze waarp de hgte van een persnsgebnden budget wrdt vastgesteld; vr de bestrijding van het ten nrechte ntvangen van een individuele vrziening f persnsgebnden budget, alsmede van misbruik f neigenlijke gebruik van de Jeugdwet; ver de wijze waarp ingezetenen wrden betrkken bij de uitvering van de Jeugdwet, en ter waarbrging van een gede verhuding tussen de prijs vr de levering en de eisen die wrden gesteld aan de kwaliteit van jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen f jeugdreclassering, waar het cllege ten aanzien daarvan de uitvering van de Jeugdwet dr derden laat verrichten. Hierbij dient rekening gehuden te wrden met de deskundigheid van de berepskrachten en de tepasselijke arbeidsvrwaarden. Artikel 2.9 van de Jeugdwet biedt verder ruimte m met inachtneming van het bepaalde bij f krachtens de Jeugdwet andere regels te stellen. Deze verrdening maakt spaarzaam gebruik van deze ruimte. Dit m een meer cmpleet beeld te geven van de rechten en plichten van burgers en de gemeente. Daarnaast kan p grnd van artikel 8.1.1, vierde lid, bij verrdening bepaald wrden nder welke vrwaarden de persn aan wie een persnsgebnden budget wrdt verstekt, de jeugdhulp kan betrekken van een persn die behrd tt zijn sciale netwerk. Deze verrdening kan niet ls wrden gezien van het beleidsplan, dat de raad p grnd van artikel 2.2 van de Jeugdwet eveneens dient vast te stellen. In dit beleidsplan wrdt het dr het gemeentebestuur te veren beleid vastgelegd met betrekking tt preventie en jeugdhulp, de uitvering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering. 5

6 Teleiding naar de jeugdhulp De teleiding naar de jeugdhulp kan p verschillende manieren plaatsvinden. Vrij tegankelijk In de verrdening is nderscheid gemaakt tussen verige (vrij-tegankelijke) en individuele (niet vrij-tegankelijke) vrzieningen p het gebied van jeugdhulp (zie artikel 2, eerste, respectievelijk tweede lid). Vr een deel van de hulpvragen zal vlstaan kunnen wrden met een vrijtegankelijke vrziening. Hier kunnen de jeugdige en zijn uders gebruik van maken znder dat zij daarvr een verwijzing f een besluit van de gemeente ndig hebben. De jeugdige en zijn uders kunnen zich vr deze jeugdhulp dus rechtstreeks tt de jeugdhulpaanbieder wenden. Tegang jeugdhulp via de gemeente Ok kan een hulpvraag van een jeugdige f zijn uder binnenkmen bij de gemeente. De beslissing dr de gemeente welke zrg een jeugdige f zijn uder precies ndig heeft, kmt vervlgens tt stand in verleg met die jeugdige en zijn uders. In een gesprek tussen een dr de gemeente ingezette deskundige en de jeugdige en zijn uders zal gekeken wrden wat de jeugdige en zijn uders eventueel zelf f met behulp van hun netwerk kunnen den aan het prbleem. Als aanvullend daarp een vrziening p het gebied van jeugdhulp ndig is, dan zal eerst gekeken wrden f dit een vrij-tegankelijke vrziening is f een niet vrij-tegankelijke vrziening. Is het laatste het geval dan neemt deze deskundige, namens het cllege, een besluit en verwijst hij de jeugdige dr naar de jeugdhulpaanbieder die vlgens de deskundige de aangewezene is m de betreffende prblematiek aan te pakken. Tegang via de huisarts, de jeugdarts en de medisch specialist De Jeugdwet regelt daarnaast dat de jeugdhulp tegankelijk is na een verwijzing dr de huisarts, de jeugdarts en de medisch specialist. Na een dergelijke verwijzing staat echter ng niet altijd vast welke specifieke behandelvrm van jeugdhulp (dus bijvrbeeld welke therapie) een jeugdige f zijn uder precies ndig heeft. Een jeugdige kan p dat mment terecht bij de jeugdhulpaanbieders die de gemeente heeft ingekcht. In de praktijk zal het de jeugdhulpaanbieder zelf zijn die p basis van zijn prfessinele autnmie na de verwijzing berdeelt welke vrziening precies ndig is (de behandelvrm), he vaak iemand met kmen (de mvang) en he lang (de duur). Bij deze berdeling dient de jeugdhulpaanbieder zich te huden aan de afspraken die hij daarver met de gemeente heeft gemaakt in het kader van de cntract- f subsidierelatie. Deze afspraken zien er p te he de gemeente haar regierl kan waarmaken en p de mvang van het pakket. Deze afspraken zullen verder k ingaan p he de artsen en de gemeentelijke tegang ged van elkaar p de hgte zijn van de drverwijzing f behandeling van een kind, zdat de integrale benadering rnd het kind en het principe van 1 gezin -1 regisseur -1 plan, k bij multiprblematiek, kan wrden gebrgd en er geen nieuwe 'verkkering' zal plaatsvinden, waarbij prfessinals niet ged van elkaar weten dat zij bij het gezin betrkken zijn. Daarnaast zal de jeugdhulpaanbieder rekening meten huden met de regels die de gemeente bij verrdening heeft gesteld. Deze verrdening regelt welk aanbd van de gemeente alleen via verwijzing f met een besluit van de gemeente tegankelijk is (zie artikel 2). Omdat de gemeente verder geen nadrukkelijke rl speelt bij de tegang via de huisarts, de jeugdarts en de medisch specialist, regelt deze slechts een enkel aspect met betrekking tt het prces (zie artikel 3). Artikel 5 en verder zijn wel van vereenkmstige tepassing. Met de huisartsen, specialisten en jeugdartsen wrden werkafspraken gemaakt die er te leiden dat sprake zal zijn van een delmatige drverwijzing naar vrije en individuele vrzieningen die de gemeente beschikbaar stelt. Tegang via de gecertificeerde instelling, de kinderrechter, het penbaar ministerie en de directeur f de selectiefunctinaris van de justitiële jeugdinrichting Een andere ingang tt de jeugdhulp is via de gecertificeerde instelling, de kinderrechter (via een kinderbeschermingsmaatregel f een maatregel tt jeugdreclassering), het penbaar ministerie en 6

7 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg de directeur f de selectiefunctinaris van de justitiële jeugdinrichting. De gecertificeerde instelling is verplicht m bij de bepaling van de in te zetten jeugdhulp in het kader van een dr de rechter pgelegde kinderbeschermingsmaatregel f jeugdreclassering te verleggen met de gemeente. Uiteraard kan bij dit verleg een kstenafweging plaatsvinden. De gemeente is p haar beurt vervlgens gehuden de jeugdhulp in te zetten die deze partijen ndig achten ter uitvering van de kinderbeschermingsmaatregel f de jeugdreclassering. Deze leveringsplicht van de gemeente vleit vrt uit het feit dat uitspraken van rechters te allen tijde meten wrden uitgeverd m rechtsgelijkheid en rechtszekerheid te kunnen garanderen. Ok hier geldt dat de gecertificeerde instelling in beginsel gebnden is aan de jeugdhulp die de gemeente heeft ingekcht. Als de kinderrechter een ndertezichtstelling f gezagsbeëindiging uitspreekt, wijst hij gelijktijdig in de beschikking de gecertificeerde instelling aan die de maatregel gaat uitveren. Dit kan de rechter mdat de raad vr de kinderbescherming in zijn verzekschrift een cncreet advies geeft ver welke gecertificeerde instelling de maatregel zu meten uitveren. De raad vr de kinderbescherming neemt een gecertificeerde instelling in zijn verzekschrift p die na verleg met de gemeente en gezien de cncrete mstandigheden van het geval hiervr het meest geschikt lijkt. De raad vr de kinderbescherming is verplicht m hierver met de gemeente te verleggen. Deze tegang wrdt al in de Jeugdwet zelf geregeld en kmt verder dus niet terug in deze verrdening. Tegang via de advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling (AMHK) Ten sltte vrmt k het AMHK een tegang tt nder andere jeugdhulp. Het AMHK geeft advies ver vermedens en gevallen van huiselijk geweld en kindermishandeling, nderzekt indien ndig p basis van een melding f er sprake is van kindermishandeling, mtiveert z ndig uders tt accepteren van jeugdhulp en legt daarte cntacten met de hulpverlening. Deze tegang wrdt al in de Jeugdwet zelf geregeld en kmt verder dus niet terug in deze verrdening. Artikelsgewijs Artikel 1. Begripsbepalingen Onder het begrip 'andere vrziening' wrdt in deze verrdening verstaan een vrziening die niet p grnd van de Jeugdwet wrdt getrffen, maar in het kader van maatschappelijke ndersteuning, nderwijs, werk en inkmen f zrg. Zie k artikel 2.9, nder b, van de wet. De individuele vrzieningen en verige vrzieningen zijn pgenmen in artikel 2. He individuele vrzieningen verkregen kunnen wrden, is nader geregeld in artikel 3 [e.v.]. De definitie van 'pgb' is pgenmen mdat de afkrting pgb in het spraakgebruik inmiddels meer is ingeburgerd dan vluit 'persnsgebnden budget'. Het aantal definities van artikel 1 is beperkt aangezien de wet al een flink aantal definities kent die k bindend zijn vr deze verrdening. Deze wettelijke definities zijn dan k niet ngmaals pgenmen in de verrdening. Het betreft nder meer definities van centrale begrippen als 'jeugdhulp', 'jeugdige' en 'uder'. In de verrdening gebruiken we de begrippen jeugdige en uder vereenkmstig de Jeugdwet. Indien mgelijk aangeduid algemeen als 'jeugdigen en uders' en specifiek veelal als 'de jeugdige f zijn uders'. Gebruik van 'f' impliceert k de betekenis 'en'. Met de aanduiding 'de jeugdige f zijn uders' bedelen we dus: de jeugdige (van bijvrbeeld 16 jaar f uder) zelfstandig, de jeugdige met een f beide uders (in de definitie van artikel 1 van de wet: de gezaghebbend uder, adptiefuder, stiefuder f een ander die een jeugdige als behrend tt zijn gezin verzrgt en pvedt, niet zijnde een pleeguder) (bij een jeugdige tussen de 12 en de 16 jaar), f de uders namens de jeugdige (bij een jeugdige jnger dan 12 jaar). In artikel 1.1 van de wet is jeugdhulp als vlgt gedefinieerd: 7

8 1. ndersteuning van en hulp en zrg, niet zijnde preventie, aan jeugdigen en hun uders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en pheffen van f mgaan met de gevlgen van psychische prblemen en strnissen, psychsciale prblemen, gedragsprblemen f een verstandelijke beperking van de jeugdige, pvedingsprblemen van de uders f adptiegerelateerde prblemen; 2. het bevrderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functineren van jeugdigen met een smatische, verstandelijke, lichamelijke f zintuiglijke beperking, een chrnisch psychisch prbleem f een psychsciaal prbleem en die de leeftijd van achttien jaar ng niet hebben bereikt, en 3. het ndersteunen bij f het vernemen van activiteiten p het gebied van de persnlijke verzrging gericht p het pheffen van een tekrt aan zelfredzaamheid bij jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke f zintuiglijke beperking f een smatische f psychiatrische aandening f beperking, die de leeftijd van achttien jaar ng niet hebben bereikt, met dien verstande dat de leeftijdgrens van achttien jaar niet geldt vr jeugdhulp in het kader van jeugdstrafrecht. Ok de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) kent een aantal definitiebepalingen die vr deze verrdening van belang zijn, zals: 'aanvraag' (artikel 1:3, derde lid, van de Awb) en 'beschikking' (artikel 1:2 van de Awb). Artikel 2. Vrmen van jeugdhulp Artikel 2.1 van deze verrdening biedt een z cmpleet mgelijk verzicht van het palet aan verige en individuele vrzieningen dat het cllege ter beschikking staat. Omdat het aanbd van verige en individuele vrzieningen zich in de praktijk zal meten ntwikkelen, biedt artikel 2.2 het cllege de mgelijkheid m desgewenst ten beheve van de uitvering nadere regels te stellen. In nadere regels kunnen nderwerpen uit de verrdening nader wrden uitgewerkt. Artikel 3 Tegang jeugdhulp via de huisarts, medisch specialist f jeugdarts In artikel 2.6, eerste lid, nderdeel g, van de Jeugdwet is geregeld dat, naast de gemeentelijk gerganiseerde tegang tt jeugdhulp, k de directe verwijzingsmgelijkheid dr de huisarts, medisch specialist en jeugdarts naar de jeugdhulp blijft bestaan. Dit laatste geldt zwel vr de vrijtegankelijke (verige) vrzieningen als de niet vrij-tegankelijke (individuele) vrzieningen. Met een dergelijke verwijzing kan de jeugdige rechtstreeks aanklppen bij de jeugdhulpaanbieder. In de praktijk zal het de jeugdhulpaanbieder (bijvrbeeld de jeugdpsychiater, de gezinswerker f rthpedagg) zijn die na de verwijzing (stap 1) berdeelt welke jeugdhulp precies ndig is. Deze bepaalt in verleg met de jeugdige f uder daadwerkelijk de cncrete inhud, vrm, mvang en duur van de bendigde jeugdhulp. Deze aanbieder stelt dus feitelijk vast wat naar zijn rdeel de inhud van de bendigde vrziening dient te zijn en hij zal zijn rdeel mede baseren p de prtcllen en richtlijnen die vr een prfessinal de basis van zijn handelen vrmen (stap 2). Zie k de algemene telichting. Als de jeugdige f zijn uders dit wensen òf in het uitznderlijke geval dat het cllege een besluit neemt dat afwijkt van het rdeel van de jeugdhulpaanbieder, legt het cllege de te verlenen individuele vrziening, dan wel het afwijzen daarvan, vast in een beschikking aan de jeugdige f zijn uders. Op die manier wrdt de jeugdige en zijn uders de bendigde rechtsbescherming gebden en wrdt vrkmen dat het cllege tallze beschikkingen met afgeven die hetzelfde luiden als hetgeen de jeugdige f zijn uders naar het rdeel van de jeugdhulpaanbieder ndig hebben. Artikel 4. Tegang jeugdhulp via de gemeente Deze bepaling regelt de tegang van jeugdhulp via de gemeente en is pgenmen m een zrgvuldige prcedure te waarbrgen. Dit alles ter uitvering van artikel 2.9, nder a, van de wet waarin is bepaald dat de gemeente bij verrdening in ieder geval regels stelt ver de dr het cllege te verlenen individuele vrzieningen en verige vrzieningen, met betrekking tt de vrwaarden vr tekenning en de wijze van berdeling van, en de afwegingsfactren bij een individuele vrziening. 8

9 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg In een nadere regeling van het cllege wrdt deze prcedure verder uitgewerkt en beschreven. De prcedure die daarbij wrdt gevlgd is dat wrdt gestart met een melding en dat vervlgens dr een dr het cllege aangestelde prfessinal een nader nderzek plaatsvindt. Daarna vlgt een gesprek tussen de jeugdige, zijn uders en de prfessinal ver de mgelijkheden tt teleiding naar een individuele vrziening. De afspraken die daarver in het gesprek wrden gemaakt wrden vastgelegd in een dr de jeugdige, uders en prfessinal ndertekend gespreksverslag, Dat verslag vrmt de juridische basis vr de teleiding naar de individuele vrziening. Artikel 5. Inhud beschikking Om zwel vr de gemeente als de jeugdige nndige administratieve handelingen te vrkmen en ksten te besparen, wrdt het cllege in de leden 2 en 3 een bevegdheid gegeven m in nader te bepalen situaties af te zien van zwel de verplichting m een frmele aanvrage in te dienen als het afgeven van een individuele beschikking. De p basis hiervan pgestelde regeling zal zdanig wrden ingericht dat dat in de meeste gevallen vlstaan, kan wrden met het ndertekende gespreksverslag. Het spreekt vanzelf dat wanneer de jeugdige f zijn uders dat wensen altijd (alsng) een afznderlijke beschikking wrdt afgegeven. In een beperkt aantal gevallen zal een afznderlijke beschikking ndzakelijk zijn. Dit artikel regelt wat dan in ieder geval in de beschikking met wrden vastgelegd. Artikel 6. Regels pgb Bij nta van wijziging (Kamerstukken II 2013/ , nr. 11, artikel MM) is de regeling in artikel van de wet vr het pgb aangepast ("gestandaardiseerd") aan de verwante regelgeving met betrekking tt de maatschappelijke ndersteuning (Wm 2015), In deze regeling stnd dat een pgb slechts wrdt verstrekt indien aan de in het derde lid gestelde vrwaarden is vldaan. Bij amendement Bergkamp/Vrtman (Kamerstukken II 2013/ , nr. 109) is het wrd 'slechts' geschrapt mdat dit een nndige en verbdige inperking van het recht p een pgb leek te suggereren. Bij amendement Bisschp en Vrtman (Kamerstukken II 2013/ , nr. 100) is het vijfde lid z aangepast dat duidelijk is gewrden dat jeugdigen f hun uders zelf kunnen bijbetalen wanneer het tarief van de dr hen gewenste aanbieder duurder is dan de in de betreffende situatie gedkpst adequate dr het cllege te bieden individuele vrziening in natura. Het cllege kan het pgb slechts weigeren vr dat gedeelte dat duurder is dan deze dr het cllege te bieden individuele vrziening in natura. In het eerste lid is een verwijzing pgenmen naar het centrale pgb-artikel (8.1.1) van de wet. Dit lid is pgenmen teneinde in de verrdening een cmpleet beeld van rechten en plichten van de cliënt te geven. In het eerste lid is verankerd dat het cllege p grnd van artikel van de wet een pgb kan verstrekken. Als aan alle wettelijke vrwaarden daarte is vldaan, kan zelfs van een verplichting van het cllege wrden gesprken (zie k de tekst van artikel 8.1.1, eerste lid: "Indien de jeugdige f zijn uders dit wensen..."). Vr gemeenten is ndermeer van belang dat een pgb slechts wrdt verstrekt indien de jeugdige f zijn uders gemtiveerd kunnen aantnen dat de individuele vrziening die dr een aanbieder wrdt geleverd, niet passend is (zie artikel 8.1.1, derde lid, nder b). Het tweede tt en met vierde lid berusten p artikel 2.9, nder c, van de wet. In deze wetsbepaling staat dat in de verrdening in ieder geval wrdt bepaald p welke wijze de hgte van een pgb wrdt vastgesteld. In artikel 8.1.1, vijfde lid, nderdeel a, van de wet is bepaald dat het cllege een pgb kan weigeren vr zver de ksten van het betrekken van de jeugdhulp van derden hger zijn dan de ksten van de individuele vrziening. Z wrdt vrkmen dat inkpvrdelen zuden wegvallen als te veel persnen zelf ndersteuning willen inkpen met een pgb. Een pgb is gemiddeld genmen k 9

10 gedkper dan zrg in natura mdat er minder verheadksten heven te wrden meegerekend. De maximale hgte van een pgb is in de verrdening begrensd p de kstprijs van de in de betreffende situatie gedkpst adequate dr het cllege ingekchte individuele vrziening in natura. Artikel 7. Nieuwe feiten en mstandigheden, herziening, intrekking f terugvrdering Deze bepaling is een uitwerking van de bij nta van wijziging (Kamerstukken II 2013/ , nr. 11, artikel D) ingevegde verplichte delegatiebepaling van artikel 2.9, nder d, van de wet, waarbij is bepaald dat de gemeente bij verrdening regels stelt vr de bestrijding van het ten nrechte ntvangen van een individuele vrziening, alsmede van misbruik f neigenlijk gebruik van de wet. Ok deze bepaling begt het standaardiseren met de regelgeving met betrekking tt de aan elkaar verwante beleidsterreinen van jeugdhulp en maatschappelijke ndersteuning. Zie k de telichting nder artikel 10. In de telichting p de nta van wijziging is vrts vermeld dat het tt de gemeentelijke verantwrdelijkheid behrt misbruik van de gebden vrzieningen te vrkmen en, waar ndig, p te treden tegen nterecht gebruik van individuele vrzieningen f persnsgebnden budgetten. Een zrgvuldig gebruik van cllectieve middelen is wezenlijk vr het draagvlak daarvan. De artikelen tt en met (rsprnkelijk genummerd: 8.1.1a tt en met 8.1.1c) zijn eveneens bij nta van wijziging en ter standaardisering van de regelgeving aan het wetsvrstel tegevegd. Het eerste lid berust mede p artikel 8.1.2, eerste lid, van de wet. Ok de verige nderdelen van artikel en artikel en geven handen en veten aan de bestrijding van misbruik en neigenlijk gebruik en zijn pgenmen in deze verrdening. De wettekst van de artikelen tt en met is veelal beperkt tt de pgb. Waar mgelijk en zinvl, is dit ter uitwerking van de delegatiebepaling in artikel 2.9, nder d, van de wet, in de verrdening uitgebreid tt de individuele vrziening in natura. Hiervr kan k steun gevnden wrden in de tekst van de telichting p artikel 8.1.2, waarbij is vermeld dat de in het eerste lid geregelde inlichtingenverplichting als uitgangspunt heeft dat van de jeugdige en zijn uders aan wie een individuele vrziening f een daaraan gekppeld pgb is verstrekt, verlangd kan wrden dat ze vldende gegevens en inlichtingen verstrekken m het cllege in staat te stellen te berdelen f het berep p die individuele vrziening f het daaraan gekppelde pgb terecht is gedaan. Indien het de jeugdige f zijn uders redelijkerwijs duidelijk met zijn dat er feiten en mstandigheden, f daarin pgetreden wijzigingen, zijn die van invled kunnen zijn p de tekenning van de individuele vrziening f het daaraan gekppelde pgb, dienen zij dit nverwijld aan het cllege te melden. Verstrekken zij niet nverwijld uit eigen beweging f p verzek van het cllege alle gevraagde inlichtingen en bewijsstukken, dan heeft dat gevlgen vr de tekenning van de vrziening f het daaraan gekppelde pgb. Het cllege kan niet alleen bij een aanvraag, maar k in andere stadia cncrete infrmatie en bewijsstukken van de belanghebbende vragen. Het tweede lid is geënt p artikel van de wet. Ok hier is de tt de pgb beperkte reikwijdte van artikel van de wet p grnd van het bepaalde in artikel 2.9, nder d, van de wet uitgebreid tt de individuele vrziening in natura. Artikel 8. Verhuding prijs en kwaliteit aanbieders jeugdhulp en uitverders kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering Het cllege kan de uitvering van de Jeugdwet, met uitzndering van de vaststelling van de rechten en plichten van de jeugdige f zijn uders, dr aanbieders laten verrichten (artikel 2.11, eerste lid, van de Jeugdwet). Met het g p gevallen waarin dit ten aanzien van jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen f jeugdreclassering gebeurt, meten bij verrdening regels wrden gesteld ter waarbrging van een gede verhuding tussen de prijs vr de levering van jeugdhulp f de uitvering van een kinderbeschermingsmaatregel f jeugdreclassering en de eisen 10

11 gemeente Steenbergen De Heen Dintelrd Kruisland Nieuw-Vssemeer Steenbergen Welberg die wrden gesteld aan de kwaliteit daarvan (artikel 2.12 va de Jeugdwet). Daarbij dient in ieder geval rekening gehuden te wrden met de deskundigheid van de berepskrachten en de tepasselijke arbeidsvrwaarden. Om te vrkmen dat er alleen gekeken wrdt naar de laagste prijs vr de uitvering wrden in dit artikel een aantal andere aspecten genemd waarmee het cllege bij het vaststellen van tarieven (naast de prijs) in ieder geval rekening dient te huden. Hiermee wrdt bereikt dat er een beter beeld ntstaat van reële kstprijs vr de activiteiten die zij dr aanbieders willen laten uitveren. Uitgangspunt is dat de aanbieder kundig persneel inzet tegen de arbeidsvrwaarden die passen bij de vereiste vaardigheden. Hiervr is ten minste een beeld ndig van de vereiste activiteiten en de arbeidsvrwaarden die daarbij hren. Dit biedt een waarbrg vr werknemers dat hun werkzaamheden aansluiten bij de daarvr geldende arbeidsvrwaarden. Artikel 9. Vertruwenspersn Als jeugdigen, hun uders en (netwerk)pleeguders vragen f klachten hebben ver de hulp die zij (hebben) ntvangen, meten zij kunnen rekenen, z bepaalt de nieuwe Jeugdwet p de nafhankelijkheid, deskundigheid en beschikbaarheid van vertruwenspersnen. De gemeenten zijn verantwrdelijk vr de financiering van het vertruwenswerk én meten er vr zrgen dat de vertruwenspersn werkzaam is bij een rechtspersn met vlledige rechtsbevegdheid die nafhankelijk van het cllege en de jeugdhulpaanbieder functineert. De vertruwenspersn heeft de taak m te ndersteunen bij vragen f klachten ver bijvrbeeld bejegening, cmmunicaties, prcedures, besluiten en nveiligheid. Dit is echter nit p eigen initiatief; er ligt altijd een vraag van de jeugdige f (pleeg)uder aan ten grndslag. Verder geeft de vertruwenspersn infrmatie en advies en heeft een rl in het signaleren van structurele tekrtkmingen. Daarmee is het vertruwenswerk dus k van betekenis vr de kwaliteit van hulp en ndersteuning. Op advies van BMC (Rapprt Een gezicht dichtbij) wrdt het vertruwenswerk vanaf 2015 vr een peride van driejaar landelijk gefinancierd (via het Gemeentefnds) en aangestuurd. De VNG neemt hiervr het pdrachtgeverschap p zich. De wet adresseert het cllege rechtstreeks en vraagt niet m hierver bij verrdening een regeling p te stellen. De bepaling uit de wet is tch in de verrdening pgenmen vanwege het in het belang m in de verrdening een cmpleet verzicht van rechten en plichten van jeugdigen en uders te geven. Bij algemene maatregel van bestuur (het Uitveringsbesluit Jeugdwet) zal een nadere uitwerking wrden gegeven van de taken en bevegdheden van de vertruwenspersn. Artikel 10. Klachtregeling De intentie van het cllege is m vr de jeugdzrg en de uitvering van de WMO in reginaal verband een aparte klachtenregeling in het leven te repen. De bestaande algemene gemeentelijke klachtenregeling is met name geënt p de traditinele taken die dr gemeenteambtenaren wrden uitgeverd. De uitvering van de Jeugdwet - en in tenemende k steeds meer de WMO - vindt plaats dr persnen die niet ndergeschikt f in dienst zijn van de gemeente. Daarnaast is het van belang dat de klachtenregeling z wrdt ingericht dat maximaal aandacht bestaat vr de specifieke belangen die jeugdige en zijn uders de bij de teleiding tt vr de jeugdzrg ervaren. Specifieke deskundigheid en kennis van het werkveld bij de leden van de klachtencmmissie is daarte gewenst. De Jeugdwet verplicht alle jeugdhulpaanbieders dat zij een eigen klachtenregeling in het leven repen en stelt daaraan k kwaliteitseisen. Deze klachtenregelingen bestaan naast de algemene klachtenregeling die de gemeente in het leven met repen. Bestaande jeugdinstellingen kennen nu vaak al klachtencmmissies waarin naast een nafhankelijk jurist k een nafhankelijke gedragsdeskundige een nafhankelijke jeugdarts zitting hebben. Onze gedachte gaan er naar uit m k vr de gezamenlijke West-Brabantse 11

12 gemeenten die samenwerken p gebied van jeugdzrg en WMO een dergelijke cmmissie in het leven te repen. Vr wat betreft de WMO kan de cmmissie wrden aangevuld met een specifieke nafhankelijke deskundige die het werkveld van de WMO kent. Het spreekt vanzelf dat vrafgaand aan de behandeling van klachten allereerst wrdt geprbeerd dr bemiddeling de klacht p te lssen. Wanneer dat niet lukt kan de klacht vervlgens aan de cmmissie wrden vrgelegd. Het spreekt vanzelf dat de p te stellen klachtenregeling met vlden aan de eisen die de Algemene wet bestuursrecht daaraan stelt. Artikel 11. Inspraak en medezeggenschap In dit artikel zijn bepalingen pgenmen ver inspraak en medezeggenschap bij de gemeente. De mgelijkheid tt inspraak en medezeggenschap tegenver de aanbieder is al geregeld in artikel e.v. van de wet. Regeling van de inspraak en medezeggenschap is verplicht p grnd van artikel 2.10 van de wet in samenhang met artikel 2.1.3, derde lid, van de Wm In artikel 2.10 (in de redactie van de Nta van wijziging p het wetsvrstel Wm 2015 van 12 maart 2014, kamerstukken II 22841, nr. 35) wrden de artikelen 2.1.3, derde lid, en (jaarlijks cliëntervaringsnderzek) van de Wm 2015 van vereenkmstige tepassing verklaard. In gevlge artikel 2.1.3, derde lid, van de Wm 2015 dient bij verrdening te wrden bepaald p welke wijze ingezetenen wrden betrkken bij de uitvering van deze wet. In het eerste lid is verwezen naar de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet vastgestelde inspraakverrdening. Op deze manier wrdt gewaarbrgd dat eenzelfde inspraakprcedure geldt vr het jeugdhulpbeleid als p andere terreinen. De inspraak geldt vr alle ingezetenen. Dit is uitdrukkelijk de bedeling van de wetgever, mdat iedereen p enig mment aangewezen kan raken p ndersteuning. Met het vierde lid wrdt het aan het cllege vergelaten m de exacte invulling van de medezeggenschap vrm te geven. Steenbergen, 30 ktber 2014 De raad vrnemd,- de griffier "\ de vrzitter drs. E P.M. van der Meer 12