Herhaling Ontleden. 4 havo en 4.vwo
|
|
- Janne Willemsen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Herhaling Ontleden 4 havo en 4.vwo
2 \, 1 VVat vve tot nog gelee'rd hebben toe 1.1 Zinsdelen In deel I van deze Basisgrammaticàhebben we de belangrijkste zinsdelen en een flink aantal woordsoorten geleer'd. Voordat we verdergaan, herhalen we eerst heel beknopt wat we tot nog toe behandeld hebben. In deel I hebben we de volgende zinsdelen geleerd: Zinsdeel Voorbeeld (r) persoonsvorm Jan heeft vanmiddag geslapen. (2) onderwerp Welk lied heb ik gezongen? (3) werkwoordelijk gezegde Tessa heeft vuurwerk afgestoken. (4) lijdend voorwerp", Ik ken Marjan goed. (5) meewerkend voorwerp Duco geeft (aan)jan een boek. (6) voorzetselvoorwerp Floris houdt van witlof (7) bijwoordelijke bepaling Ik kom morgenochtend. (8) naamwoordelijk gezegde Marie isfwordtflijk{ziek. '(9) bijvoeglijke bepaling De japon van Doortjeis kapot: bijstelling Karel, de koning van Engeland, is Jang. _2-
3 1.2 Woordsoorten (10) bepaald lidwoord: de, het onbepaald lidwoord: een, l (rr) zelfstandig naamwoord: huis, fe{j;ft, ; geluk, vrijheid, boter enzovoort -)' : '. ---_ eigennaam: Yvonne, Arie, W.A. van Buuren enzovoort _.,'~.- (u) hulpwerkwoord van tijd: hebben, zijn:...:, :. '. andere hulpwerkwoorden:..kunnen, mogen, moeten, willen,.'<! ~. zullen, worden. ;-. " zelfsté!.nclj.g werkwoord:fietsen, schaatsen, kussen enzovoort. " -' r".. koppejvz~rkwoord: zijn, worden, blijvet:j, lijken: blijken, schij- '.,'. ". ',,,. ' '.,..... nen, heteii;'dunken, voorkomen". '" "':. ~. '.', :,:;,...:',:.:.. = (13) voorzetsel: Cp, onder, achter, gedurende, ~egens enzovoort..'..,. ~~".. (14)..bijvoeglijk naamwoord: mooi, leuk, zi~k enzovoort., ~_. ' c. In deel I van deze Basisgrammatica hepben we de volgende woordsoorten besproken:.....(15) persoonlijk voornaamwoord: ik, mij.)ij, je, hij, zij, enzov_oo~. _ ~. "aanwijzendvoornaamwoord: die, dat, deze, dit, zullre,zo 'n, zelf, dezelfde wederkerend voornaamwoord: mij(zelj),je,(zelj), zïch(zelj), ons(zelj),jullie(zelj). zich{zelj) wederkerig voornaamwoord: elkaar ; bezittelijk voornaamwoord: mijn, Jouw, zijn, haar ed;zovoort vragend voornaamwoord: wie, wat, welke, wat voor een onbepäald v,oornaamwoord: men, iema,nd,niemand, iets,niets,. alles, elk, ieder, menigeen enzovoort...._ n. \ beb;ekkelijk voom~~mwoord: die, dat, wat, wiel... (16) bep~;ïd ho~fdtel~;-ord: een, twee, neg~~, hvnderä'ëm.o';"~;r.t onbepaald hoofdtelwoord: veel, weinig, enkele. enzovoort bepaalc;l rangtelwoord: eerste, tweede, derde;enzovoort onbepaald rangtelwoord: laatste, zove-e-lste, hoeveelste bijwoord: gauw, misschien, ovt:ral, daar, gisteren nevenschikkend voegwoord: en, maar, want, 0/ onderscbikkend voegwoord: dat, omdat, hoewel, toen, of enzovoort N.B. nevenschikkende voegwoorden koppelen twee nevengeschikte zinnen; onderscbikkende voegwoorden leiden een bijzin m. Geef mij die bal Q[geef die nan mijn vriendin: nevenscidkkendvoegwoord of Ik weet niet gf Jan komt: onderscidkkendvoegwoord of -3-
4 Extra aandacht voor de werh.--woordenziin, worden en blijven. De werkwoorden zijn, worden en bliiven kumien tot verschillende woordsoorten behoren. Ziin Zelfstandig werkwoord met de betekenis: zich bevinden Ik ben in de kamer Koppelwerkwoord: het koppelt dan onderwerp en naamwoordelijk deel Hij is dokter Hulpwerkwoord van tijd; dan gaat het samen met een voltooid deelwoord Wij ziin vanmorgen vroeg opgestaan De kinderen zijn door hun moeder verrast Worden Koppelwerkwoord Jij wordt nooit eenfilmster Hulpwerkwoord van de lijdende vorm; dan gaat het samen met een voltooid deelwoord Hij wordt vaak geslagen door zijn moeder Bliiven Zelfstandig werkwoord met de betekenis: niet van plaats veranderen Wij bwven hier. Koppelwerkwoord Mijn tante buift heel lang ziek Hulpwerkwoord; dan gaat het samen met een infinitief Dat kleine kind buift maar zeuren - ~-
5 3 - Meer over bedrijvende en lijdende zinnen 3.1 Lijdende zinnen, wat waren dat ook al weer? In deel I van deze Basisgrammatica heb ben we, in hoofdstuk 10, kennisgem;lakt met bedrijvende en hjden<::le zinnen, ook wel actieve en pas~ieve zinnen genaamd. Zin (I) staat in de bedrijvende vorm en zin (2) in de lijdende vorm: (1) De teckel besnuffelde de poes. (2) De poes werd dqor de teckel besnuffeld. Er zijn drie belangrijke verschillen tussen deze twee zinnen: a depoes is in zin (I) Iv, maar is in zin (2) ond geworden; b de teckel is in zin (I) ond, maar is in (2) een bijw. b. met het voorzetsel door g~worden; c besnuffelde in zin (I) is in zin (2) een deelwoord geworden (besnuffeld) en er is werd toegevoegd. Het werkwoord worden in zin (2) noemen we hulpwerkwoord van de lijdende vorm. kunnen we als volgt in schema weerg~- Alle veranderingen ven: ond + ww I I '" + Iv (bedrijvend) (O~d) + (~rden + ww) + (bij:v. b. met door) (lijdend)
6 3.2 Voltooide tijden in de lijdende vorm De voltooide tijd van de zin De teckel besnuffelt de poes is (3):. ~".f (3) De teckel heeft de poes besnuffeld. Maar wat is nu de lijdende vorm van deze zin (3)? Daarvoor gebruiken we in het Nederlands het hulpwerkwoo.rd zijn:; (4) De poes is door de teckel besn~ffeld. In schema gebeurt er dus het v,olgende: ond + heeft besnuffeld + Iv (bedrijvend, v.t.t.) ~, l I. t I.. " ond + is besnuffeld + bijw..b. met door (Iijdend~ v.t.t.). Net als (3) dr~t zin (4) uit, dat de handeling, in dit geval het besnuffelen, afgelopen is. De lijdende zin.(4)staat dus ook in de voltooid tegenwoordige tijd (v.t.t.), net als (3). Zijn kan dus ook hulpwerkwoord van de lijdende vorm zijn. Maaralfeen in de voltooide tijd (ziezin (4)); in zinnen met de onvoltooide tijd gebruiken we worcfen (zie zin (2». In de voltooid verleden tijd (v.v.t.) gebruiken we in de lijdende vorm natuurlijk was of waren: (5) De hond had de poes besnuffeld. (bedrijvende vorm) De poes was door de hond besnuffeld. (lijdende vorm) (6) De honden hadden de poezen besnuffeld. (bedrijvende vorm) De poezen waren door de honden besnuffeld. (lijdende vorm)
7 . 4 Nevenschikking Samengestelde.zinnen T ot nog toe heb ben we alleen zinnen behandeld met éen pv. In het Nederlands (en in andere tal~n) komen we echter vaak. zinnen tegen die samengesteld zijn. uit verschillende zinnen. Deze zinnen bevatten dan meer dan êen pv. We kunnen op verschillende manieren enkelvoû~ige zinnen :-dat zijn zinnen met éen pv- samenvoegen tot ziji.nen met meer pv's. Zulke zinnen noemen we samengesteldezinnen. In dit hoofdstuk behandelen we zinnen die door middel van nevensch.ikken-. de voegwoqrdensamengesteltl zijn: In het' hoofdstuk dat hierna komt, behandelen yve samengestelde zmnen met' zogenaamde onderschikkende voegwoorden. Kijk eens naar de volgende zinnen: (I) ]annie ga'at naar school. (2) Peter wil buiten spelen... (3) Jannie gaat naar school en Peter wil buiten spekn. Door middel van een woordje als en kunnen we de zinnen (1) en (2) samenvoegen tot een grotere zin als (3). Zo'n woordje als en noemen we daarom een voegwoord.. (3) noemen we een samengestelde zin, omdat deze is samengesteld uit de twee enkelvoudige zinnen (I) en (2). In.zin (3) vind je twee pv's:gaat en wil. Een samengestelde zin is een zin die bestaat uit verschillende zinnen; zo'n samengestelde zin bevat meestal meer dan éen pv (zie zin (3»
8 5 Onderschikking 5.1 Wat is onderschikking? " In het vorige hoofdstuk. hebben we kennis gemaakt met zinnen die door middel van nevenschikkende 'Voegwoorden (en, oj, maar, want, etc.) samengesteld zijn uit enkelvoudige zinnen. Nu gaan we kijken :naar zinnen die door middel van onderschikkende voegwoorden samengesteld zijn. ' Wat we met onderschikking bedoelen, k~en we het beste duidelijk maken aan de hand van voorbeeld (r): (r)a johan vertelde een spannend verhaal. b johan vertelde dat hij volgende week op reiszou gaan. De eerste zin is natuurlijk niet moeilijk te ontleden: vertelde = pv en ww. gez, johan = ond een spaill1.endverhaal' = Iv spannend = bijv. b. bij verhaal Maar hoe moeten we nu (rb) oj:!.tleden?eigenlijk net zoals (ra). 90khier is verteldepv en ww. gez.,johan ond, en dathij volgende week op reis zou gaan Iv. Het verschil tussen (ra) en (rb) is dat in de eerste zinhetlv een 'gewoon' Iv is, terwijl in de tweede zin het Iv de vorm heeft van een zin. Die zin bevat zelf ook weer een pv (zou), een ww. gez. (zou gaan), een ond (hij) en twee bijwoordelijke bepalingen (volgendeweek) en (op reis).. Zo'n Iv, dat de vorm heeft van een zin, noemen we een lijdendvoorwerpszin (Ivz). Nog een voorbeeld. In zin (za) en':z:in (zb) zijn Dat en OJ. Charlotte morgenzal komen allebei ond:
9 (2)a Dat is niet zeker.. b OfCharlotte morgenzal komen, is niet zeker. In (2a) en (2b) is is de pv en iszeker het nw. gez. Dat is het ond van (2a) en het ond van (2b) is OfCharlotte morgenzal komen. Dat ond is een onderwerpszin (ondz). Het bevat zelf weer. een pv (zad, een ww. gez. (zal komen), een ond (Charlotte) en. een bijw. b. (morgen). Onthoud nu: } I1 Zinsdelen (ond, Iv, etc.) kunnen ook in de vorm van zinnen voorkomen. 5.2 Hoofdzin en bijzin In (lb) en (2b) gebruiken we de woorden dat en of om de lvz en de ondz in te leiden. Deze woorden no~men we onderschikkendevoegwoorden, omdat deze woorden een zin die zelf ond, Iv, of wat dan.ook is met een grotere zin verbinden. Die grotere zin noemen we de hoofdzin en de lvz en ondz noemen we bijzinnen. Zin (lb) ziet er in schema zo uit: (3) Uohan vertelde [dat hij volgende week op reis zou gaan]] I I I. bijzin.. hoofdzin De hele zin (3) is de hoofdzin en daarin is dat hij volgende week op reis zou gaan een bijzin. We kunnen dus zeggen: 11 een bijzin is een deel van de hoofdzin. Als twee zinnen nevenschikkend verbonden zijn, is de een niet een deel van de andere: (4) Uollan vertelde een mop] en [Truus vertelde een anecdote) De beide zinnen in (4) staan naast elkaar; de een v<?rmt niet een deel van de ander. Dat is wel zo in. (3). - 1:;L -
10 5.3 Het herkennen van hoofd- en bijzinnen Bijzinnen hebben doorgaans een andere woordvolgorde dan hoofdzinnen. In hoofdzinnen is de pv altijd het tweede zmsdeel in de zin (zie (5) en (6)), ofhet eerste zinsdeel als de zin een vraagzin is (7): (5) Ik 1.!erteldedat akelige verhaal. (6) Dat akelige verhaal vertelde:ik. (7) Vertelde:ikdat akelige verhaal? In een hoofdzin kan er maar éen zinsdeel voor de pv staan. In (5) is dat het ond. Ik, in (6) is dat het Iv Dat akelige verhaal. Meer dan éen zindeel kan er niet voor de pv staan. (8) is daarom een onmogelijke hoofdzin in het Nederlands: (8) *Ik dat akelige verhaal verteld had. (Het sterretj e geeft aan, dat deze zin niet goed is, ongrammaticaal is.). Maar als (8) een bjjzin is, dan is ik dat akelige verhaalverteldhad wel mogelijk': (9) Jan zei, dat ik dat akelige verhaal verteld had. In (10) staan er vier zllsdden voor de pv in de bijzin: (10) Karel vertelde, dat :ik gistermiddag een poedel op de Biltstraat gezien had. In deze zin staat de pv van de bijzin (had)helemaal achteraan, voorafgegaan door het ond (ik), een bijw. b. (gistermiddag), het Iv (eenpoede0 en nog een bijw. b. (opdebiltstraat). Zoiets is in hoofdzinnen onmogelijk. '-' In bijzinnen kunnen ond en pv van elkaar gescheiden worden door andere zinsde)en (zie {9) en (10)); dat kan in hoofdzinnen niet (zie (8J). De pv staat'in bijzinnen achteraan (of bijna achteraan; zie (10)). - \5-
11 Let erop: ond en pv kunnen vad elkaar gescheiden worden, maar als er toevallig geen andere zinsdelen in de bijzin zijn, dan staan zij natuurlijk wel naast elkaar. In (I I) staan ond en pv naast elkaar: (II) Jaap zei, dat Marie was vertrokken. Tussen het ond Marie en de pv was zouden echter andere zinsdelen geplaatst kunnen worden, zoals (12) laat zien: (12) Jaap zei, dat Marie gisteren boos was vertrokken. Dat toont aan, dat in (I I) datmarie was vertrokken een bijzin IS.....
Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord
Woordsoorten Nederlands Aanwijzend voornaamwoord Betrekkelijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord Bijvoeglijk gebruikt werkwoord Bijvoeglijk naamwoord Bijwoord Bijzin Hoofdzin Hulpwerkwoord Koppelwerkwoord
Nadere informatie1
3a www.mevrouwzus.wordpress.com 1 1. pv= persoonsvorm 2. = zinsdeel 3. wwg = werkwoordelijk gezegde 4. nwg = naamwoordelijk gezegd 5. ond = onderwerp 6. lv = lijdend voorwerp 7. mv = meewerkend voorwerp
Nadere informatieNaam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.
Naam: Mijn doelenboekje Grammatica Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8 www.gynzy.com Inhoud & Legenda In dit doelenboekje zijn de volgende Werelden te vinden: Taalkundige ontleding...3 Redekundige
Nadere informatieGrammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.
9 789082 208306 van Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. Opzoekboekje voor leerlingen in klas 1 tot en met 3 in de onderbouw
Nadere informatieZ I N S O N T L E D I N G
- 1 - Z I N S O N T L E D I N G Waarom is zinsontleding zo belangrijk? Elke scholier op de middelbare school maar ook de kinderen op de lagere school, komen veelvuldig met zinsontleding in aanraking, eigenlijk
Nadere informatie2 hv. 1
2 hv www.mevrouwzus.wordpress.com 1 1. pv= persoonsvorm 2. = zinsdeel 3. wwg = werkwoordelijk gezegde 4. nwg = naamwoordelijk gezegd 5. ond = onderwerp 6. lv = lijdend voorwerp 7. mv = meewerkend voorwerp
Nadere informatieAntwoorden Nederlands Ontleding
Antwoorden Nederlands Ontleding Antwoorden door een scholier 1587 woorden 27 april 2010 5,8 10 keer beoordeeld Vak Nederlands Taalkundig ontleden; Lidwoorden; Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig
Nadere informatie1 keer beoordeeld 4 maart 2018
7 Samenvatting door Syb 764 woorden 1 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Nederlands Nederlands Toets week 3 ZAKELIJKE TEKSTEN LEZEN Het onderwerp van een tekst bestaat uit een paar woorden. Een deel onderwerp
Nadere informatieDE SAMENGESTELDE ZIN ONDERWERPSZIN. ( Wie niet sterk is ),( moet ) [ slim ] { zijn }.
1 DE SAMENGESTELDE ZIN Voordat een zin als samengestelde zin ontleed kan worden, moet hij eerst als enkelvoudige zin ontleed zijn, d.w.z. in een zin met maar één persoonsvorm ( en andere zinsdelen). Een
Nadere informatieInhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18
Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel
Nadere informatieπ (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46
Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord
Nadere informatieGrammatica. Op niveau onderbouw - Naslag
Op niveau onderbouw - Naslag Grammatica In dit naslagdocument vind je de belangrijkste onderdelen van grammatica die in Op niveau onderbouw, leerjaar 1 t/m 3, worden behandeld. Als je wilt weten welke
Nadere informatieπ (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46
Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord
Nadere informatiehandelingswijzer redekundig ontleden zinsdelen
handelingswijzer redekundig ontleden zinsdelen Naslagwerk Voor leerlingen en ouders INHOUD INHOUD... 2 REDEKUNDIGE ONTLEDING: ZINSDELEN... 3 PERSOONSVORM (pv)... 3 WERKWOORDELIJK GEZEGDE (ww gez)... 3
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik
Nadere informatieHiermee wijs je een speciaal iemand of iets aan. Je begint met de ene zinsstructuur en maakt de zin af in een andere zinsstructuur.
Kernwoordenlijst Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanwijzend Achtervoegsel Afleiding Anakoloet (ontspoorde zin) Beknopte bijzin Bepaling van gesteldheid Betrekkelijk Bezittelijk Bijstelling Bijvoeglijk naamwoord
Nadere informatieDOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen.
DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. STRUCTUUR De lesstof is ingedeeld in rubrieken (onderwerpen)
Nadere informatieZinsontleden en woordbenoemen groep 7/8
Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk
Nadere informatieWoordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.
Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk
Nadere informatieNiveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad
Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad Waarom? Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De vaardigheden
Nadere informatieSpiekkaart. Persoonsvorm - p.v.
Persoonsvorm - p.v. DE PERSOONSVORM IS EEN WERKWOORD 1. 2. 3. Zet de zin in een andere tijd: Muis schrijft een brief. Muis schreef een brief. Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm. Maak van de
Nadere informatieWerkwoordelijk gezegde Dit zijn alle werkwoorden in een zin met alles wat bij deze werkwoorden hoort. 1. Francien stond maar te kijken.
Ontleden Persoonsvorm 3 trucjes om de persoonsvorm te vinden zijn: 1. Maak van de zin een vraagzin. Het werkwoord dat vooraan komt te staan is de persoonsvorm. 2. Zet de zin in een andere tijd, de persoonsvorm
Nadere informatieGrammatica Zinsontleding - Uitgebreid. Ondersteunend materiaal - Uitlegkaarten Geschikt voor de groepen 7 en 8
Zinsontleding - Uitgebreid Ondersteunend materiaal - Uitlegkaarten Geschikt voor de groepen 7 en 8 Inhoudsopgave Persoonsvorm 4 Onderwerp 6 Gezegde: werkwoordelijk en naamwoordelijk 7 Lijdend voorwerp
Nadere informatieJan Heerze. Kortom. Nederlandse grammatica. Walvaboek
Jan Heerze Kortom Nederlandse grammatica Walvaboek WOORD VOORAF Kennis van de Nederlandse grammatica is geen doel in zichzelf, maar een hulpmiddel om tekortkomingen in eigen taalgebruik te corrigeren.
Nadere informatieLESSTOF. Ontleden en Benoemen
LESSTOF Ontleden en Benoemen 2 Lesstof Ontleden en Benoemen INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 6 INHOUD ONTLEDEN EN BENOEMEN 1... 10 INHOUD ONTLEDEN EN BENOEMEN 2... 17 Lesstof Ontleden
Nadere informatieCVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3
CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De
Nadere informatieCompacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek
Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Bezoek- en postadres: Bredewater 16 2715 CA Zoetermeer info@uitgeverijbos.nl www.uitgeverijbos.nl 085 2017 888 Aan de totstandkoming van
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
7 instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema
Nadere informatieOnline cursus spelling en grammatica
Handleiding Online cursus spelling en grammatica Het hoofdmenu In het hoofdmenu kun je links op een niveau klikken. Daarnaast zie je een overzicht van de modules die bij dit niveau horen. Modules Rechts
Nadere informatie3 vwo. 1
3 vwo www.mevrouwzus.wordpress.com 1 1. pv= persoonsvorm 2. = zinsdeel 3. wwg = werkwoordelijk gezegde 4. nwg = naamwoordelijk gezegd 5. ond = onderwerp 6. lv = lijdend voorwerp 7. mv = meewerkend voorwerp
Nadere informatieBenodigde voorkennis taal verkennen groep 5
Taal actief 4 taal verkennen groep 5-8 taal verkennen groep 5 In dit document een overzicht opgenomen van de benodigde voor de lessen Taal verkennen groep 5. Deze kenn maakt onderdeel uit van de leerlijn
Nadere informatieDe bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief Bij de verschillende onderdelen van Taal actief kunt u onderdelen uit De bovenkamer
Nadere informatieDe bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon
Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Week 1 t/m week 12 Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Onderdeel Grammatica Zinsdelen en Grammatica Woordsoorten 1 en 2 2 uur per week Additionele methode: Klare taal plus Weten wat de volgende begrippen
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Grammatica Hoofdstuk 1 t/m 6
Samenvatting Nederlands Grammatica Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1947 woorden 10 mei 2008 5,8 282 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op nieuw niveau Woordsoort, Afk., omschrijving,
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3
Nadere informatie2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12
Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek
Nadere informatieZinnen. Zinsontleding VOORBEELDPAGINA S. Bestelnr Het grote taalboek - oefenboek - Paragraaf 18 Zinsontleding.
VOORBEELDPAGINA S Zinnen Zinsontleding Soorten zinnen Er zijn verschillende soorten zinnen. De meest gebruikte zijn: s MEDEDELENDE ZINNEN IN DE AANTONENDE WIJS )K GA VANDAAG NAAR HET STRAND s VRAGENDE
Nadere informatieTeksten samenvatten: wat mag er wel en niet in een samenvatting? Zou je dit wel/niet in een samenvatting zetten?
Samenvatting door Manou 1228 woorden 11 januari 2015 2,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Samenvatting Nederlands h5 en H6 Lezen Onderwerp: waar gaat de tekst over Doel: wat is
Nadere informatieZin 1: Lijkt + een vriendelijke jongen: kww + naamwoordelijk deel, samen naamwoordelijk geheel (nwg). Verklaring: lijken is kww.,
Zinsontleding: onderwerp, persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde, naamwoordelijk gezegde, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, handelend voorwerp, voorzetselvoorwerp en bijwoordelijke bepalingen in zinnen.
Nadere informatieIn dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen.
In dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen. Mochten er aanvullingen zijn, kunt u altijd een e-mail sturen naar info@obs-delandweert.nl. ONTLEDEN Taalkundig ontleden. benoem de
Nadere informatieToets grammaticale termen met sleutel
Schrijf Vaardig 1, 2 en 3 Methode met grammaticale opbouw voor anderstaligen Toets grammaticale termen met sleutel Marilene Gathier u i t g e v e r ij c o u t i n h o c bussum 2012 Deze toets hoort bij
Nadere informatieWerkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.
DEEL 1: werkwoorden 1. Werkwoorden Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. Voorbeelden: komen, gaan, zwemmen, lopen, zijn enz. 1.1 Vormen van het werkwoord Werkwoorden
Nadere informatieTaalbeschouwelijke termen bao so 2010
1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan
Nadere informatieOntleden. Er zijn twee manieren van ontleden: taalkundig ontleden en redekundig ontleden.
Ontleden Er zijn twee manieren van ontleden: taalkundig ontleden en redekundig ontleden. Bij het redekundig ontleden verdeel je de zin in zinsdelen en geef je elk zinsdeel een redekundige naam. Deze zinsdelen
Nadere informatieGrammatica 2F. Doelgroepen Grammatica 2F. Omschrijving Grammatica 2F. meewerkend voorwerp. voegwoord alle woordsoorten
Grammatica 2F Grammatica 2F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen
Nadere informatie71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t.
v;rw>r t 7 S SS QVRre F9 - -t. t- L 5KM i r MALtABERG instapkaarten taal verkennen S -4 taal verkennen komt er vaak een -e achter. Taa actief. instapkaarten taal verkennen. groep 8 Maimberg s-hertogenbosch
Nadere informatie(werkwoordelijk gezegde)
Grammatica 1F Grammatica 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Redekundig ontleden
Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden Samenvatting door Bernard 1165 woorden 29 januari 2015 6,8 14 keer beoordeeld Vak Nederlands Redekundig ontleden Allereerst, wat is redekundig ontleden? Redekundig
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
-b fl41..- 1 rair î ; : ; - / 0 t- t-, 9 S QURrz 71 1 t 5KM 1o r MALNBERG St 4) 4 instapkaarten ji - S 1,1 1 thema 5 1 les 2 S S S - -- t. Je leert hoe je van het hele werkwoord een voltooid deelwoord
Nadere informatieDe laat gearriveerde koerier drinkt achter een bruin bureau koude koffie. Deze jonge verpleegster huppelt meestal vrolijk door de lange gangen.
Zinsdelen Nederlands Bijvoeglijke bepaling Bijwoordelijke bepaling Lijdend voorwerp Meewerkend voorwerp Naamwoordelijk gezegde Onderwerp Persoonsvorm Voorzetselvoorwerp Werkwoordelijk gezegde Bijvoeglijke
Nadere informatieTaalkundig ontleden A. van den Brink
Taalkundig ontleden A. van den Brink Taalkundig ontleden A. van den Brink 2016 1 Taalkundig ontleden A. van den Brink 2016 2 Inhoudsopgave Taalkundig ontleden... 5 Lidwoord (1/3)... 5 Zelfstandig naamwoord
Nadere informatieToets: Lees vaardig Blok 1+2 en Nieuwsbegrip
JAAROVERZICHT NEDERLANDS H3 Omschrijving lesstof per week Blok 1 Wk1. Spreken informatieve tekst/ artikel oefenen Begin Lees vaardig blok 1+2 Toetsper. 1 week 39 Toets: Lees vaardig Blok 1+2 en Nieuwsbegrip
Nadere informatie- De zin in een andere tijd zetten (tijdproef). - De zin vragend maken. - Van enkelvoud meervoud maken of andersom (getalproef).
2. Persoonsvorm pv Wat is de persoonsvorm? Daar draait in een zin eigenlijk alles om. De persoonsvorm is altijd een werkwoord. Hoe kun je de persoonsvorm vinden? - De zin in een andere tijd zetten (tijdproef).
Nadere informatie1.2.3 Trappen van vergelijking 20
INHOUD DEEL I Woord voor woord 13 1.1 Zelfstandig naamwoord (substantief) 16 1.1.1 Definitie 16 1.1.2 Soorten 16 1.1.2.1 Soortnaam of eigennaam 16 1.1.2.2 Concrete of abstracte zelfstandige naamwoorden
Nadere informatieHet Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.
Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica
Nadere informatie6.2. Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei keer beoordeeld. Nederlands. Paragraaf 1. Dubbel op. Onjuiste herhaling
Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei 2016 6.2 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Paragraaf 1 Dubbel op Onjuiste herhaling 2x een voorzetsel wordt gebruikt, maar 1 overbodig
Nadere informatievraag 1 Geef aan of het onderstreepte werkwoord hulpwerkwoord, koppelwerkwoord of zelfstandig werkwoord is.
Toets grammatica hoofdstuk 1, 2+3 vraag 1 Geef aan of het onderstreepte werkwoord hulpwerkwoord, koppelwerkwoord of zelfstandig werkwoord is. Zou Zidane de beste voetballer van de wereld zijn? Bij iedere
Nadere informatieGRAMMATICA WERKWOORDELIJK GEZEGDE NAAMWOORDELIJK GEZEGDE VOLLEDIGE UITLEG UITLEG PER ONDERDEEL UITLEG PER ONDERDEEL VOLLEDIGE UITLEG
GRAMMATICA WERKWOORDELIJK GEZEGDE NAAMWOORDELIJK GEZEGDE VOLLEDIGE UITLEG UITLEG PER ONDERDEEL VOLLEDIGE UITLEG UITLEG PER ONDERDEEL OEFENSITES WERKWOORDELIJK GEZEGDE ONTLEDEN ZIN OEFENSITES NAAMWOORDELIJK
Nadere informatieStudiewijzer TaalCompetent
TaalCompetent - Studiewijzer 1 Studiewijzer TaalCompetent leer-/werkboek basisvaardigheden taalbeheersing Nederlands 1 Werken met TaalCompetent 2 Overzicht uitwerkingen 3 Taaltoetsen voor de pabo 4 Kennistrainingen
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Klas: IG3v (docent RKW) Week 1 t/m week 12 Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Onderdeel Grammatica Zinsdelen 1 en 2 1 uur per week Weten wat de volgende begrippen inhouden: - enkelvoudige zinnen - samengestelde
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2
Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2 Samenvatting door Babette 1149 woorden 23 juni 2016 9,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op niveau Grammatica Vaak zie je aan een zin of de
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Correct formuleren
Samenvatting Nederlands Correct formuleren Samenvatting door L. 781 woorden 11 december 2012 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling VZ wordt twee keer gebruikt.
Nadere informatieAantekening Nederlands Grammatica: bedrijvende en de lijdende vorm
Aantekening Nederlands Grammatica: bedrijvende en de lijdende vorm Aantekening door Aafke 1003 woorden 12 maart 2018 0 keer beoordeeld Vak Nederlands 1.16 Bedrijvende en lijdende vorm In deze paragraaf
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren
Nadere informatieLoopt vader met moeder in het park?
Oefening 3 Maak van de gewone zin een vraagzin. Kleur de persoonsvorm lichtblauw. 1. Vader loopt met moeder in het park. Loopt vader met moeder in het park? 2. Morgen ga ik boodschappen doen. Soms begint
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Vak: Nederlands Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Lesperiode: 1 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Klas: IG3v (Docent: RKW) D Week: 13 t/m 24 Onderdeel: Grammatica Woordsoorten Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 Werkwoorden en persoonlijke, bezittelijke, wederkerende, aanwijzende,
Nadere informatieVoorwoord 9 Gebruikte afkortingen 10 Overzicht van gebruikte grammaticale termen 11
Inhoud Voorwoord 9 Gebruikte afkortingen 10 Overzicht van gebruikte grammaticale termen 11 Deel 1 Zinsbouw A. De enkelvoudige zin 19 1. De zin 19 2. De bevestigende zin 19 3. De ontkennende zin 22 4. De
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv
Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige
Nadere informatieTAAL- en REDEKUNDIG ONTLEDEN
TAAL- en REDEKUNDIG ONTLEDEN Blz. Onderwerp 2 Zelfstandig naamwoord 3 Betrekkelijk voornaamwoord 4 Bijvoeglijk naamwoord 5 Gezegde 6 Koppelwerkwoord 7 Lijdend en meewerkend voorwerp 8 Onderwerp 9 Persoonlijk
Nadere informatieDIOCESANE PEDAGOGISCHE BEGELEIDINGSDIENST BISDOM BRUGGE
DIOCESANE PEDAGOGISCHE BEGELEIDINGSDIENST BISDOM BRUGGE SECUNDAIR ONDERWIJS Kroniek van de begeleider Ik wens jullie eerst en vooral een energierijk 2013 met veel geluk zowel op persoonlijk vlak als professioneel.
Nadere informatieLESSTOF. Grammatica 3F
LESSTOF Grammatica 3F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 6 STRUCTUUR... 6 INHOUD... 8 Lesstof Grammatica 3F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn slimme, interactieve leermiddelen voor het onderwijs. Ze
Nadere informatieOnderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
Onderdeel: Grammatica zinsdelen Lesperiode: 2 1, 2 en 5 Extra materiaal: PowerPoint Stappenplan zinsdelen op blz. 268 t/m 270 zinsdelen: Onderwerp Werkwoordelijk- en naamwoordelijk gezegde Lijdend voorwerp
Nadere informatie3,7. Dubbelop: Tautologie: Pleonasme: Contaminatie: Samenvatting door een scholier 1713 woorden 8 juni keer beoordeeld.
Samenvatting door een scholier 1713 woorden 8 juni 2010 3,7 7 keer beoordeeld Vak Nederlands FOUTENLIJST.: Dubbelop: Onjuiste herhaling: Als een vast voorzetsel ten onrechte twee keer word gebruikt, is
Nadere informatieGRAMMATICA. taalkundig ontleden - theorie. samenstellers Ans Mathu - Hans Wellink
GRAMMATICA taalkundig ontleden - theorie samenstellers Ans Mathu - Hans Wellink 1 INHOUDSOPGAVE Voorwoord 9 Inleiding 11 1 Zelfstandige naamwoorden (substantiva) 12 2 Lidwoorden (articula) 13 3 Telwoorden
Nadere informatiePIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
PIT HAVO-2 +HAVO/VWO-2 2016-2017 Vak: Nederlands Onderdeel: Spelling H1 en H2 Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1 en 2 Extra materiaal: Nieuw Nederlands Online De leerling kent de volgende
Nadere informatieRedekundig ontleden. Arend van den Brink
Redekundig ontleden Arend van den Brink - Inhoudsopgave Redekundig ontleden... 3 Persoonsvorm... 3 Onderwerp... 4 Naamwoordelijk gezegde... 4 Werkwoordelijk gezegde... 7 Lijdend voorwerp... 8 Meewerkend
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Fictie Klas: MH-1 Lesperiode:1 Taalportfolio In je taalportfolio komen 5 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden de eerste 3 opdrachten beoordeeld
Nadere informatie20 EEUWIGE STRUIKELBLOKKEN
20 EEUWIGE STRUIKELBLOKKEN De vijf ergerlijkste taalfouten Radio 1 kan (1) er van / ervan meespreken. Vraag de luisteraar niet aan welke taalfouten en clichés hij (2) hem / zich ergert, want je (3) word
Nadere informatiehandelingswijzer taalkundig ontleden woordsoorten
handelingswijzer taalkundig ontleden woordsoorten Naslagwerk Voor leerlingen en ouders 1 INHOUD INHOUD... 2 TAALKUNDIGE ONTLEDING: WOORDSOORTEN... 3 WERKWOORDEN... 3 ZELFSTANDIG NAAMWOORD (zelfst.nw)...
Nadere informatieEigen vaardigheid Taal
Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Klas: IG3v (docent RKW) Week 1 t/m week 12 Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Onderdeel Grammatica Zinsdelen 1 en 2 2 uur per week Weten wat de volgende begrippen inhouden: - enkelvoudige zinnen - samengestelde
Nadere informatieSamenvatting Nederlands formuleren
Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting door een scholier 1199 woorden 3 maart 2016 7,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Samenvatting formuleren Par 1 dubbelop
Nadere informatieTipboekje. Herman Jozefschool. Groep 8
Tipboekje Herman Jozefschool Groep 8 Inhoudsopgave Tips: Woordsoorten Werkwoorden, Lidwoorden,Zelfstandige naamwoorden en eigen namen Bijvoeglijke naamwoorden,voorzetsels,vragende voornaamwoorden Bezittelijke
Nadere informatieOntleden. a) het onderwerp b) het gezegde c) de voorwerpen (lijdend en meewerkend voorwerp, voorzetselvoorwerp) d) de bepalingen
Ontleden 1. Ontleden is een vorm van syntactische analyse die traditioneel op lagere en middelbare scholen onderwezen wordt (werd). Deze traditionele zinsontleding gaat terug op de Nederlandse spraakkunst
Nadere informatieWoordsoorten bloemlezing uit het 40 bladzijden tellende boek.
Woordsoorten bloemlezing uit het 40 bladzijden tellende boek. Inleiding Een boek samenstellen over woordsoorten. Dat betekent: keuzes maken. Wat overigens ook geldt voor het gebruiken ervan. Over de keuzes
Nadere informatieInhoud. 1 Spelling 10
Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels
Nadere informatieGrammatica - Zinsontleden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 22 August 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/80829 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
2018-2019 Klas: HV1 Lesperiode: 1 + 2 Diploma grammatica Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: Grammatica HF 1 t/m 6 Bladzijde: 25 t/m 30, 67 t/m 72, 109 t/m 114, 151 t/m 156, 193 t/m 198, 235
Nadere informatieTaaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen
Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er
Nadere informatieNederlands C.T samenvatting
Nederlands C.T samenvatting Wat te leren: Blok 4 + helft blok 5, op de leer s.o stof na. Blok 4 2.2 Chronologische tijdsvolgorde: de ene gebeurtenis na de andere Tijdsprong: het overslaan van een stuk
Nadere informatieBeknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament
Beknopte grammatica voor de cursus Grieks van het Nieuwe Testament versie 1.0 Menno Haaijman scripture4all.org Tijdens de try-out voor de cursus bleek dat veel, zo niet alle, toehoorders de Nederlandse
Nadere informatieVisuele Leerlijn Spelling
Visuele Leerlijn Spelling www.gynzy.com Versie: 15-08-2018 Begrippen Klanken & Letters Klank (begrip) Klinker of medeklinker (begrip) Korte of lange klank (begrip) Tweetekenklank (begrip) Lange-, korte-,
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing (PIT)
Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende
Nadere informatieGrammatica in H3. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.
Auteur Otten Laatst gewijzigd 10 April 2012 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/37063 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieOnderdeel: Grammatica -- RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:
PIT IG3 2017-2018 Trimester 2 Vak: Nederlands Onderdeel: Grammatica -- RKW Woordsoorten Week 13 t/m 24 Aantal lessen per week: 3 Nieuw Nederlands 5 e editie 1, 2 en 3 De leerling kent de onderstaande woordsoorten:
Nadere informatie1. Persoonsvorm, zinsdeel, hoofd- en bijzinnen, onder- en nevenschikking; voegwoord, beknopte bijzin
1. Persoonsvorm, zinsdeel, hoofd- en bijzinnen, onder- en nevenschikking; voegwoord, beknopte bijzin 1. Wat is een zin? - een syntactisch geheel van zinsdelen die bij één persoonsvorm horen. 2. Persoonsvorm
Nadere informatieVoordat ik je uitleg wat voornaamwoorden zijn, wil ik je vragen of je bij het lezen van de onderstaande zinnen een plaatje voor je ziet.
Voornaamwoorden Door Henk Wolf. Groningen, 2014. In dit artikeltje leer je wat voornaamwoorden zijn, welke soorten voornaamwoorden er bestaan en welke kenmerken elk van die soorten heeft. Wat zijn voornaamwoorden?
Nadere informatie