GEMEENTERAAD VALKENBURG AAN DE GEUL

Transcriptie

1 GEMEENTERAAD VALKENBURG AAN DE GEUL RAADSADVIESCOMMISSIE ECONOMIE FINANCIEN EN TOERISME en RECREATIE Verslag van de vergadering de dato 27 november 2013 Voorzitter van de commissie Commissiegriffier : De heer J. Blom : Dhr. A. Hoeberigs Leden Aanw Leden Aanw Leden Aanw W. Weerts X J. Kleijnen X P. Visser X R. Schurgers X C. Fulmer-Bouwens C. Vankan J. Mlodzick X X J. Savelsberg-Auf den Kamp J. Smeets X M. Knubben X H. Aussems X P. Wester X J. Delhoofen P. van Oers X J. Vermeer X L. Wagemans X C. Janssen W. Beckers X E. Ruijgers R. Wezeman X X Aanwezig/uitgenodigd: wethouders Thijssen en Meijers. Voor de vergadering is een uitnodiging uitgegaan waarbij de volgende agendapunten zijn vermeld: 1. Opening en mededelingen. 2. Spreekrecht burgers. 3. Vaststelling van de agenda en aanmelden onderwerpen voor de rondvraag. 4. Raadsplanner. 5. Vaststellen van de verslagen van de commissie EFT de dato 16 oktober 2013 en 30 oktober Actielijst. 7. Voorstel college betreffende controleprotocol programmarekening Voorstel college betreffende tweede algehele bijstelling begroting 2013 (najaarsnota) 9. Voorstel college betreffende aanpassen legesverordening. 10. Voorstel college betreffende beleidsregels aanbesteding Valkenburg aan de Geul Voorstel college betreffende evaluatie kampeernota. 12. Voorstel college betreffende stabiliteitsvoorzieningen mergelrotswanden Geulhemmerweg Bespreekpunten: Pradoegebouw, presentatie door de heer Meuwissen 3w New Development; stand van zaken WSW Licom; stand van zaken toekomstvisie; stand van zaken leefbaarheid/zelfsturing. 14. Gewestelijke aangelegenheden. 15. Rondvraag. 16. Sluiting. 1. Opening en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Bericht van verhindering is ontvangen van de heer Delhoofen. 1

2 2. Spreekrecht burgers. De heer Verkoijen van de RECRON heeft zich gemeld voor het spreekrecht inzake de evaluatie van de kampeerbeleidsnota. De heer Wagemans vraagt welke maten campers op de campings terecht kunnen. Hij heeft een camper van 4 meter, maar er komen ook mensen met een camper van 10 à 12 meter. Hij denkt dat men hier ook aan moet denken en hij weet niet in hoeverre die mogelijkheden er zijn. De heer Verkoijen antwoordt dat elke camper op de campings terecht kan. Hij kan zich bijna niet voorstellen maar dat moet hij navragen aan zijn campinghouders - dat er campers zijn die ergens niet binnen kunnen. De heer Knubben heeft een vraag m.b.t. de tarieven. Hij vraagt of campers op reguliere campings andere tarieven betalen dan de gewone kampeerders en of daar verschillen in zitten? De heer Verkoijen antwoordt dat dit kan. De heer Knubben vroeg niet of het kan, maar of het zo is. De heer Verkoijen antwoordt dat dit bij een aantal campinghouders het geval is, maar niet bij allemaal. Dit zal zo zijn bij campinghouders die aparte campervoorzieningen hebben en daar kan men goedkoper staan voor 10 of 15. Hij spreekt niet specifiek over Valkenburg, maar hij werkt in heel Limburg en hij kent campings die buiten de slagbomen een terrein hebben ingericht en daar kan men staan voor 10 of 12,50. De heer Knubben vraagt of die bereidheid er ook is bij campinghouders in Valkenburg? De heer Verkoijen antwoordt dat men voor 15 al bij stadscamping Den Driesch terecht kan en dat is een heel laag tarief want daar zit de BTW- en toeristenbelasting al in. De heer Schurgers vraagt of dezelfde campinghouders zich bij een evenement bij elkaar kunnen pakken en dan het overloopterrein zelf gaan exploiteren. Dan weten ze tenminste dat het bij hun zit en geen vreemden met hun geld ervan door gaan. De heer Verkoijen zegt dat dit een optie zou kunnen zijn. Het ligt natuurlijk aan de kosten, want een overloopterrein moet men huren, de voorzieningen inrichten en faciliteiten aanleggen. Terwijl de campinghouders zeggen dat ze plek zat hebben. Het is misschien niet boven op de Cauberg bij de finish, maar het is ook niet aan de andere kant van de wereld waar deze voorzieningen zijn. De heer Schurgers weet dat er in de regio Zeeland een bord staat waarop men kan zien hoeveel camperplaatsen over zijn. Hij denkt dat dit ook het probleem hier is. Als mensen op doorreis zijn en om 8 uur ergens komen en ze weten niet waar ze terecht kunnen dan gaan ze ook ergens illegaal parkeren of staan. De heer Verkoijen zegt dat er een goed bewegwijzeringssysteem kan komen wat campers verwijst naar camperplekken die op alle campings aanwezig zijn. De heer Weerts weet niet of deze vraag gepast is maar hij maakt toch gebruik van de gelegenheid omdat de heer Verkoijen de brief aanhaalde die hij gestuurd had. Het is een brief van 22 november en deze brief heeft de commissie recent doorgestuurd gekregen. De voorlaatste alinea in de brief bevreemd hem en hij citeert: Wij onderschrij ven het belang van een goede en vooral duidelijke kampeernota. Deze nota moet echter geen ruimte bieden voor nieuwe campings, camperplaatsen of anderszins. We zitten immers al met een overaanbod. De heer Weerts gaat ervan uit dat de heer Verkoijen deze brief geschreven heeft nadat hij de kampeernota gelezen heeft. In de kampeernota staat letterlijk een passage dat men een permanente camperparkeerplaats overweegt en dat bedrijven zich kunnen aanmelden om dat te realiseren. Als dat lokale campinghouders in Valkenburg zijn dan mogen zij vooral met een plan van 2

3 aanpak of een presentatie komen over de manier waarop zij dit willen doen. Die mogelijkheid blijft aanwezig voor de reguliere campinghouder en het is niet zo dat het een uitbreiding zou moeten worden, want zo staat het niet in de nota of zo heeft hij het niet begrepen. De heer Verkoijen ziet dit wel als een uitbreiding. De heer Weerts zegt dat dit een uitbreiding bij de reguliere campingplaatsen in de kern Valkenburg kan zijn. Hij denkt dat men spreekt over Hulsberg, Vilt of Den Driesch. De voorzitter zegt dat de commissie de informatie heeft gekregen en dat zij later in de kampeernota verder in discussie over dit onderwerp gaat. 3.Vaststelling van de agenda. Aanmelden punten voor de rondvraag. Bij bericht de dato is door de griffier aangekondigd, dat bij de vaststelling van de agenda zal worden voorgesteld onder de bespreekpunten een presentatie toe te voegen naar aanleiding van de gehouden aanbesteding van de privatisering van het sportcentrum Polfermolen. Het bespreekpunt wordt toegevoegd. In verband met de aanwezigheid van externe adviseurs bij deze vergadering is vóór de vergadering aan de voorzitter gevraagd met hun aanwezigheid rekening te houden bij de vaststelling van de agenda. In verband met de aanwezigheid van 2 adviseurs van de provincie Limburg is gevraagd het agendapunt betreffende de beleidsregels aanbestedingen Valkenburg aan de Geul 2014 naar voren te halen. Door de vertegenwoordiger van de RECRON is verzocht het agendapunt betreffende de evaluatie van de kampeernota naar voren te halen. In verband met de aanwezigheid van de heer Meuwissen van 3W New Development wordt gevraagd ermee in te stemmen de presentatie met betrekking tot de ontwikkeling van het Pradoe gebouw aan het begin van de vergadering te mogen verzorgen. De agenda wordt als volgt na het agendapunt 6. inzake de Actielijst - gewijzigd vastgesteld: Bespreekpunt Pradoegebouw, presentatie door de heer Meuwissen van 3W New Development 7. Voorstel college betreffende beleidsregels aanbesteding Valkenburg aan de Geul Voorstel college betreffende evaluatie kampeernota 9. Voorstel college betreffende controleprotocol programmarekening Voorstel college betreffende tweede algehele bijstelling begroting 2013 (naj aarsnota) 11. Voorstel college betreffende aanpassen legesverordening 12. Voorstel college betreffende stabiliteitsvoorzieningen mergelrotswanden Geulhemmerweg Bespreekpunten: stand van zaken WSW Licom stand van zaken toekomstvisie stand van zaken leefbaarheid/zelfsturing presentatie aanbesteding privatisering sportcentrum Polfermolen 14. Gewestelijke aangelegenheden 15. Rondvraag 16. Sluiting Er zijn geen vragen ontvangen voor de rondvraag. 3

4 4. Raadsplanner Er zijn geen zaken te melden. 5. Vaststellen van de verslagen van de commissie EFT de dato 16 oktober 2013 en 30 oktober Naar aanleiding van de aangeboden conceptverslagen zijn geen opmerkingen ontvangen. De verslagen worden vastgesteld conform het aangeboden concept. 6. Actielijst. Er zijn geen bijzonderheden ten aanzien van de actielijst. Bespreekpunt: Pradoegebouw, presentatie door de heer J. Meuwissen van 3W New Development De heer Meuwissen geeft een sfeerpresentatie van de eventuele ontwikkeling van een fiets hotel met 36 kamers in het Pradoe gebouw. Voor het onderzoek van de uitvoerbaarheid heeft 3W New Development een termijn gevraagd van 6 maanden. De heer Aussems vraagt waarop de uitspraak dat dit niet gaat kannibaliseren is gebaseerd. De heer Meuwissen zegt dat deze uitspraak is gebaseerd op een diagnose van het hotelaanbod op dit moment in Valkenburg. Nadenkend over dit initiatief heeft hij met tientallen mensen gesproken en dit voorgelegd. Hij heeft gesproken met mensen buiten Valkenburg om hun te vragen wat ze in Valkenburg missen en wat ze daar graag willen aantreffen. Als dit initiatief er zou komen dan zijn er mensen die wel geïnteresseerd zijn om een hotel te boeken. Deze mensen komen op dit moment niet omdat Valkenburg bepaalde type hotels mist. Hij wil de hotelsector in Valkenburg niet wegzetten, want er wordt ontzettend goed werk gedaan en er zijn ook mooie hotels. Hij wil er alleen een extra, klein en nieuw ding bijzetten dat net weer een nieuwe doelgroep aanspreekt. De heer Aussems vraagt waar deze mensen gaan parkeren. De heer Meuwissen antwoordt dat dit tegenover de nieuwe parkeergarage van de gemeente Valkenburg ligt en dit zou een prima plek zijn. Dit is een uitwerking om verder op te nemen. De heer Aussems vraagt of er geen eigen parkeerplaats wordt gemaakt. De heer Meuwissen antwoordt dat het te vroeg is om te zeggen dat er geen extra parkeerplaatsen worden gemaakt, maar het is niet de bedoeling dat dit een asfaltslag zal worden met heel veel parkeergelegenheid erom heen. De heer Aussems zegt dat er buren zijn en dat is de protestantse kerk. Hij vraagt of de heer Verkoijen daar contact mee heeft opgenomen als goede buur. Als hij thuis iets wil veranderen dan neemt hij altijd contact op met de buren om hun in te lichten dat hij iets van plan is. De heer Meuwissen zegt dat men met de buren heeft gesproken en dat het contact ter plekke tot stand kwam. Ze hebben ook een rondleiding gehad in het prachtige kerkje. De buren zijn op de hoogte van het initiatief en wat dit verder zal betekenen zal in het vervolg moeten worden opgepakt. Ze zijn nog in de initiatieffase en het is heel belangrijk om de steun van de gemeente te krijgen om naar buiten te komen. Ze komen met ideeën van een - in hun ogen - bijzonder concept en ze willen ook de zekerheid krijgen - als ze verder gaan - dat ze de steun hebben van de gemeente. Deze steun hebben ze nu gekregen en nu kan men ook naar iedereen gaan communiceren, exploitanten gaan zoeken en met andere initiatieven gaan praten om dit verder te brengen. De heer Aussems stelt nog een laatste vraag en dit is misschien een politieke vraag voor de wethouder. Hij neemt aan dat voor de realisatie hiervan een bestemmingsplanwijziging nodig is en verleden jaar heeft men de afspraak gemaakt dat - daar waar een bestemmingsplanwijziging voor 4

5 nodig is - de gemeente het initiatief zou nemen om contact te zoeken met de omgeving om dat vooraf te bespreken. Hij vraagt of dit al is gebeurd of dat dit nog gaat gebeuren. Hij weet niet of dit punt straks nog in de bespreekpunten terug komt anders wil hij graag een antwoord op hebben of dit voorzien is in het communicatietraject. De heer Meuwissen zegt dat de gemeente eerst wil zien dat het initiatief ook de hardheid krijgt die nodig is. Als de hardheid gebracht wordt dan kan de communicatie opgepakt worden. Hij bekijkt dit vanuit de private kant. De heer Aussems hoort graag de visie van de wethouder op deze vraag. De heer Schurgers zegt dat hij aanneemt dat men een bepaalde sfeer wil creëren omdat er is gekozen voor een ouder gebouw en omdat dit op dit moment leeg ligt. Hij vraagt of het ook denkbaar zou kunnen zijn om een heel nieuw hotel te bouwen bijvoorbeeld op de kop van de Cauberg? De heer Meuwissen is het hotelplot daar bekend. De heer Schurgers zegt dat daar parkeerplaatsen genoeg zijn en misschien ook van het casino naderhand. De heer Meuwissen wil toch hun rol bespreken. Zij denken dat het erg belangrijk is om de kwaliteiten die de stad heeft vast te houden. Het Pradoe is een prachtig gebouw en het staat leeg. Er is geen bestemming voor en het kost de gemeente nu jaarlijks geld. Hij denkt dat het zonde zou zijn om een gebouw - dat zich na een eerste analyse prachtig leent voor een hotelfunctie - leeg te laten staan en vervolgens een nieuw initiatief op de kop van de Cauberg te starten. Als dit allebei zou kunnen dan zou dit prachtig zijn maar men moet eerst kijken naar de Rijks- en gemeentemonumenten, namelijk of daar leven in gebracht kan worden. Dit hotel staat ook in Valkenburg en dit kan voor de middenstand meer betekenen dan op de Cauberg. Het is hun volle overtuiging om eerst dit gebouw op te pakken en dan pas nieuwe dingen te creëren. De heer Schurgers vraagt of het idee om een bedrijfsverzamelgebouw te beginnen niet meer klopt. De heer Meuwissen heeft dit initiatief genomen omdat hij denkt dat dit iets extra s kan brengen voor het gebouw zelf en voor Valkenburg. Hij kent het initiatief van het bedrijfsverzamelgebouw maar daar zijn weinig mensen op af gekomen die dat risico willen nemen om dat van de grond te trekken. Hij wil daarmee niet zeggen dat dit niet kansrijk is maar dit hotelconcept lijkt hun echt iets om te onderzoeken en te kijken of men dit kan realiseren voor Valkenburg. De heer Schurgers wenst hem veel succes. De voorzitter vraagt de wethouder om de resterende vraag te beantwoorden. Wethouder Thijssen kan daar kort een antwoord op geven en zegt dat de vraag was of het college al voorbereidingen heeft getroffen. De commissie heeft de heer Meuwissen net horen vertellen dat het nog allemaal heel prematuur is. Men heeft nu wel de exclusiviteit gegeven maar ze willen eerst plannen en cijfers zien. Daarna zal het college zeker actie ondernemen wat betreft de dingen die er zijn genoemd. De heer Visser zegt dat het niet meer fout kan gaan met de kerk het huis van de Heer - als buur. Wethouder Thijssen zegt dat de beheerders van de hervormde kerk al vaker te kennen hebben gegeven dat ze daar uit willen, dus daar zijn ook nog allerlei mogelijkheden. Het is allemaal nog prematuur en men moet afwachten. 5

6 7. Voorstel college betreffende beleidsregels aanbesteding Valkenburg aan de Geul Eerste termijn. De voorzitter zegt dat er twee mensen van de Provincie aanwezig zijn om eventuele vragen daaromtrent te beantwoorden. De heer Knubben dacht dat er nog een korte toelichting op het verhaal gegeven zou worden, maar dat terzijde. Er wordt op een gegeven moment gesproken over de regels zoals die in 2010 zijn vastgesteld en in feite in de praktijk ook zijn gehanteerd. Het blijkt alleen dat de inkoopnota zoals die indertijd samen met Gulpen-Wittem en Vaals is afgesproken niet gepubliceerd is en daardoor geen kracht heeft als verordening. Wat betreft de fractie CDA is het geen enkel probleem om dat opnieuw vast te leggen, maar er worden een aantal wijzigingen toegepast op basis van de nieuwe wetgeving die vanaf 2014 geldt en dit kan mooi worden meegenomen. De fractie CDA gaat akkoord met de wijzigingen zoals deze er nu staan. De fractie vindt het slordig dat in 2010 het besluit van de raad zomaar niet gepubliceerd is. Hij dacht dat dit een automatisme was, maar dit blijkt het niet te zijn. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt - om een lang verhaal kort te maken dat het op de eerste plaats een onaangename verrassing is te moeten lezen dat verzuimd is de inkoopnota 2010 bekend te maken en dat deze derhalve niet in werking is getreden. Er is echter wel geconstateerd dat deze wel structureel gehanteerd en toegepast is en dit nimmer tot problemen geleid heeft. Het voorstel is nu om de inkoopnota 2010 in te trekken en de nieuwe beleidsregels aanbesteding 2014 vast te stellen. Het raadsvoorstel is voldoende toegelicht en de fractie PPGV heeft dan ook geen vragen. Het enige dat de fractie wil opmerken is dat er in de nieuwe beleidsregels - tot grote tevredenheid - is opgenomen dat de gemeente het beginsel van maatschappelijk verantwoord ondernemen in acht neemt. Deze worden - afhankelijk van de situatie - ingevuld in de vorm van social-return, inzet van WSW geïndiceerden, werkervaringstrajecten en dergelijke. Dit vindt de fractie fijn om te lezen. Wat de fractie echter wel bij de volgende vraag brengt: Hoe zit dat met het realiseren van het winkelcentrum? Is deze regel ook in deze aanbesteding betrokken destijds? Vooruitlopend op het antwoord van de artikel 41 vragen (buitenlandse werknemers aangetrokken voor de bouw van de parkeergarage) had de fractie toch graag een toelichting van de wethouder dienaangaande. De heer Aussems zegt dat uit de nota blijkt - dank voor de openhartigheid in deze - dat er duidelijk iets mis is met het uitvoering geven aan genomen besluiten. Tijdens de laatste raadsvergadering heeft de fractie PvdA nog eens duidelijk aangedrongen om - naast het verslag - een besluitenlijst op te maken na de raadsvergaderingen opdat niet alleen college, maar meer nog de organisatie aan de gang wordt gezet met de genomen raadsbesluiten. In dit geval gaat het om het niet bekend maken van het inkoopboek De expliciete vraag aan de wethouder is: Hoe heeft dat kunnen gebeuren? Graag uitleg hoe dat in de afdeling is misgegaan. In de beleidsregels zijn opgenomen Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. De fractie vindt dit prima en is daar helemaal vóór. Het doet deugd dat de Provincie op dat gebied haar verantwoordelijkheid neemt en de raad - met de samenwerking met de provincie - daar bij aansluiten. Mag de fractie er van uitgaan dat het voor de gemeente niet blijft bij mooie woorden, maar dat bij het college en de organisatie dan ook gehandeld gaat worden naar de richtlijnen van Verantwoord Maatschappelijk Ondernemen? Zeker als het gaat over zaken doen met de overheid? Over de aanvraag offertes < staat in de beleidsregels dat onder geen verplichting meer is tot meervoudige offerte. Dat kan leiden tot ongewenste praktijken door slechts bij één aanbieder aan te vragen. Een zorgvuldige, door deskundigen opgestelde offerteaanvrage, kan zonder meerkosten naar meer dan één aanbieder gestuurd worden. De fractie pleit ook hier voor meervoudigheid. Uitzonderingen zouden wat de fractie betreft alleen moeten gelden bij projectmatig vervolgwerk of meerwerk. De fractie wil graag reactie van de wethouder. 6

7 De heer Visser zegt de fractie SP zich kan vinden in de nieuwe beleidsregels aanbestedingen indien één vraag positief beantwoord wordt. De fractie heeft de regels wellicht niet goed begrepen en de vraag is: Passen deze nieuwe beleidsregels helemaal in de - op blad 2 genoemde - 8 nieuwe wettelijke regels? Indien dit niet het geval is wenst de fractie graag een toelichting. Ook de fractie SP vindt de afspraken rond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen een zeer belangrijke zaak. De heer Wezeman zegt dat de fractie D66 jammerlijk genoeg kennis heeft genomen dat de inkoopnota van 2010 nog niet formeel in werking is getreden. Daarom alles aangelegen om dit in 2014 wel te regelen. In principe kan de fractie D66 zich in deze beleidsregels wel vinden. Op één punt wil de fractie graag een vraag stellen aan de wethouder. Een van de zaken die het college wil veranderen is de grenswaarde naar te verhogen voordat een inkoopdossier moet worden opgesteld omwille van het reduceren van administratieve lasten. De vermindering en deregulering j uicht de fractie D66 toe. Tegelij kertij d brengt dit risico s met zich mee. Als men iets in de voorbije jaren geleerd heeft dan is dat vrijheid niet de juiste prikkels levert dat dient in het belang van de gemeenschap. Hij spreekt over corporate governance. Ondanks dat dit specifiek voor bedrijven is, is er in Nederland ook een code voor de overheid die door de toenmalige minister Guusje ter Horst is opgesteld voor deugdelijk overheidsbestuur. Daarom de vraag aan de wethouder of hij hierin een risico ziet en of hij deze risico s aanvaardbaar acht? De heer Vermeer zegt dat de fractie VVD geen op-, of aanmerkingen heeft over de inhoud van het stuk. De fractie heeft een gevoel en uit dat gevoel ontstaat een vraag en die gaat over de toepassing daarvan, want er zijn een aantal grensbedragen genoemd en onder een bepaalde grens is er meer mogelijk dan boven een bepaalde grens. Dit heeft iedereen kunnen lezen en dat gaat hij niet nogmaals voorlezen. Hij vraagt zich af of bij het uitschrijven van een aanbesteding extra criteria aangebracht kunnen worden waarbij onder bepaalde bedragen gewoon een lokale ondernemer/aannemer in de breedste zin van het woord - een pré is. Hij weet dat dit bij hoge aanbestedingen niet kan en niet mag. Bij hoge aanbestedingen zou het kunnen zijn dat bij de uitgeschreven voorwaarden misschien gezegd zou kunnen worden dat als er gebruik gemaakt wordt van lokale ondernemers dat dit ook een pré is. Dit is een vraag die voortkomt uit een gevoel, want men is gebaat bij een florerende economie en die begint in de eigen gemeente. De heer Weerts zegt dat de fractie AB ook geen opmerkingen heeft over de nota, maar wel enkele kanttekeningen wil plaatsen. Enerzijds zij het zo dat de inkoopnota 2010 niet gepubliceerd is. Het was een werkdocument en met de werkafspraken die met het college gemaakt zijn is het toch de afgelopen 4 jaar goed uitgevoerd. De fractie AB vindt dit chapeau. Een ander onderdeel is de relatie met bestaand beleid. Daar worden bedragen genoemd en hij is blij dat de bedragen eenduidig zijn met de nationale wetgeving. De fractie zou de schrijver willen verzoeken om hier expliciet aan te geven of de bedragen inclusief of exclusief BTW zijn. Hij weet dat de bedragen exclusief BTW zijn, maar hij verzoekt de schrijver nogmaals om dit in het stuk te vermelden. Er staan nu alleen bedragen vermeld, met of zonder omzetbelasting. Ten slotte heeft de fractie AB een aanvullende vraag. Men weet allemaal dat in aanbestedingsland momenteel met EMVI-criteria gewerkt moet gaan worden. Een uitzondering op toepassing van die EMVI-criteria is eenvoudig en repeterend werk. Het zou misschien goed zijn om toch een aanhangsel bij het aanbestedingsdocument te voegen wat men verstaat onder eenvoudig en repeterend werk. De fractie kan zich voorstellen dat een onderhoudsbestek maken eenvoudig werk is, maar de aankoop van papier voor de organisatie hier is ook eenvoudig werk maar dit hoeft niet aan de EMVIcriteria te voldoen. De voorzitter geeft het woord aan de wethouder voor zijn reactie op de inbreng in eerste termijn. Wethouder Meijers zegt dat bijna iedereen de vraag heeft gesteld hoe het komt dat dit niet gepubliceerd is. Hij moet op deze vraag het antwoord schuldig blijven want hij vermoedt dat de 7

8 dader op het kerkhof ligt. Het college heeft het vermoeden dat deze regels waarschijnlijk zijn opgesteld ten tijde van de beoogde samenwerking met Gulpen-Wittem en Vaals en precies in die 3 maanden is het vervolgens ook fout gegaan. Daar is vermoedelijk de fout opgetreden, maar zoals gezegd heeft men wel geleefd naar deze regels. De fractie PvdA heeft onlangs aangegeven dat er een besluitenlijst moet komen en als dat in 2010 was gebeurd dan was dit waarschijnlijk niet gebeurd. Vanuit het verleden kan men zeker leren. De overige vragen: Is het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ook toegepast bij het Centrumplan? De wethouder antwoordt dat er inderdaad in de waslijst in de aanbestedingen van toen staat dat dit van toepassing is. Voor zover bekend is er ook social return toegepast op diverse vlakken. Vervolgens is er gevraagd of er buitenlandse werknemers bij de bouw van de parkeergarage betrokken gaan worden? De wethouder durft dit niet te zeggen. Als zij aan de voorwaarden van de EU van vrij verkeer van werknemers voldoen dan kunnen daar geen bezwaren tegen geopperd worden. Toestanden zoals bij de A2 wil men natuurlijk liever voorkomen. Dit was de beantwoording van de vragen gesteld door de fractie PPGV. Bij de fractie PvdA resteerde nog een vraag en dat was dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen niet alleen bij loze woorden moet blijven. Als het aan de wethouder ligt zal dit ook zeker niet het geval zijn. Zoals gezegd zijn de richtlijnen in deze vrij strikt en daar ontkomt men niet zomaar aan, dat zal men moeten bewijzen. Vervolgens vroeg de fractie of het een idee was om onder de altij d - alleen met hoge uitzondering - meervoudig aan te bieden. De wethouder antwoordt dat men altijd meerdere offertes mag aanvragen, maar dat het de vraag is of het verstandig is om te doen. Als men dit van de andere kant bekijkt kan dat soms juist tot ongewenste kosten voor de desbetreffende ondernemers leiden, want die moeten dat hele offertetraject in. De gemeente moet dan ook in het geval van meervoudig aanbesteden een beoordelingssysteem instellen, een beoordelingsmatrix bouwen en zij moet dit ook gemotiveerd gaan afwijzen. Het gevolg hiervan kan zijn dat er vervolgprocedures en dergelijke kunnen komen. Dan kan men beter opteren - in de meeste gevallen - om het eerst te proberen met een offerte. De heer Aussems zegt dat men nauwelijks in staat is om een offerte goed te beoordelen wanneer dit allemaal niet wordt ingebouwd. Vandaar de stelling van de fractie PvdA dat een offerteaanvraag zo helder en klaar moet zijn. Wethouder Meijers zegt dat de offerte helder kan zijn, maar als deze twee keer de deur wordt uitgestuurd moet men toch een beoordelingsmatrix etc. opstellen. De heer Aussems zegt dat hij een heldere offerte binnen krijgt als hij een heldere offerteaanvraag uitstuurt. Dat is wat anders dan als hij een globale uitstuurt, dan krijgt hij ook een globale binnen en deze moet men ook beoordelen. Het gaat hem om de zorgvuldigheid die in acht wordt genomen bij het begin van dat traject en dat is bij het opstellen van de offerteaanvraag. Als dit zorgvuldig gebeurd met behulp van deskundigen dan kan deze ook worden uitgestuurd naar meerdere partijen. Dat was de stelling van de fractie PvdA. Wethouder Meijers zegt dat dit altijd kan. De heer Aussems vraagt of dit niet de voorkeur heeft van de wethouder. Wethouder Meijers antwoordt dat dit in dit geval als het om de offerte gaat en op dit soort punten onder de niet zijn voorkeur heeft. Juist omdat men altijd vast zit aan dat vervolgtraject en men niet alleen de gemeente op kosten jaagt, maar ook de desbetreffende ondernemers want deze moeten ook het hele offertetraject zorgvuldig doorlopen. De heer Aussems zegt dat daar een gevaar in zit. 8

9 Wethouder Meijers begrijpt de heer Aussems volledig, maar op dit punt moet men de dam niet dicht timmeren want dan kan men aan de achterkant juist weer tegen anderen gevaren aanlopen. De fractie SP had de vraag of dit helemaal paste binnen de desbetreffende regels. De wethouder antwoordt dat dit het geval is en dat dit zuiver gescreend is. De fractie D66 heeft ook haar vrees aangaande de of uitgesproken. Hij weet dit niet meer zeker en zal dit opzoeken en later beantwoorden via het verslag. De extra criteria toevoegen om een lokale ondernemer te laten prevaleren is officieel een discriminerende maatregel en deze mag dus niet opgenomen worden. Men mag dit wel doen, maar het mag niet op papier staan. De heer Vermeer is blij met het antwoord van de wethouder en hij gaat hier ook niet verder op in om een volgend antwoord uit te lokken, want dit brengt hem verder van het doel af. Richting de heer Aussems zegt hij enerzijds dat men moet wegblijven achter de komma en men zich moet beperken tot zaken die zich voor de komma afspelen. Anderzijds hoeft het niet op papier gezet te worden, want men begrijpt elkaar. Wethouder Meijers vindt het fijn om dit te horen. Tot slot had de fractie AB het verzoek om expliciet BTW toe te voegen. Dit verzoek gaat sowieso gehonoreerd worden. Wat betreft de aanhangsels van de EMVI mag daar altijd van af geweken worden, maar dan moet het gemotiveerd aan het college voorgelegd worden. Dat zou in deze voldoende moeten zijn. Hij hoopt dat de fractie D66 er genoegen mee neemt als hij de beantwoording van de vraag laat plaatsvinden via het verslag. Tweede termijn. De heer Weerts zegt dat de fractie AB nog de vraag heeft gesteld over de inhoud van eenvoudige en repeterende werkzaamheden. Dit zou het alleen maar makkelijk maken en het college is altijd bevoegd om gemotiveerd af te wijken van een standpunt. Het zou ook voor de organisatie in een oogopslag duidelijk zijn wat eenvoudig en repeterend betekent en dit hoeft niet meer naar het college te komen. Getriggerd door de opmerking van de heer Aussems wil hij graag naar sub 3 gaan: de relatie met bestaand beleid. Daar staat letterlijk dat vanaf de verplichting geldt om meervoudig de offertes aan te vragen. Als dit zo blijft staan dan geeft hij de heer Aussems gelijkt want dit betekent ook meervoudig aanbesteden. Een offerte is in zijn ogen altijd vrijblijvend en daar zit altijd een vrijblijvendheid aan en aan een aanbesteding zit dat niet, maar dit laat hij ter overweging aan de juristen. De heer Aussems zegt dat men straks het voorstel over de stabiliteit van de rotswanden krijgt en daar is bij 3 partijen een offerte aangevraagd. Dit was maar goed ook, en dit kostte , en dat is dus onder de Er zijn 2 partijen afgevallen omdat er iets niet deugde. Men loopt dus het risico - als dit pad wordt verlaten - dat dit regelmatig voorkomt en dat men niet de goede offerte krijgt voor datgene dat men wilt. Daar was zijn waarschuwing voor. De heer Weerts zegt dat iedereen inderdaad dezelfde uitgangspunten krijgt wanneer men boven de gaat aanbesteden. Dan vraagt men een offerte aan en dan kan deze door verschillende partijen anders uitgelegd worden. De heer Aussems zegt dat het over offerteaanvragen gaat en dat dit er letterlijk staat. Als door deskundigen een waterdichte offerteaanvraag wordt gedaan, dan krijgt men ook een waterdichte offertes terug. Als deze niet waterdicht zijn, dan krijgt men offertes die aan alle kanten fladderen. Hij wil op dat gevaar wijzen en dat ligt levensgroot aan de oppervlakte. 9

10 De heer Weerts zegt dat hij daarom een verschil wil maken tussen offertes aanvragen of een aanbesteding houden. Als men een aanbesteding houdt dan is men gebonden aan de nationale regelgeving en dan moet er voor iedere inschrijver eenduidige en dezelfde informatie zijn. De heer Aussems houdt zich aan de tekst van het raadsvoorstel en dat spreekt over offerteaanvragen. De voorzitter zegt dat de beantwoording van de vraag van de fractie D66 zal plaatsvinden via het verslag. Het verhogen van de grenswaarde heeft als doel het verminderen van administratieve lasten. Bij elke inkoop, ongeacht de financiële omvangen, gelden de regels zoals vastgesteld in de concept Beleidsregels aanbestedingen Valkenburg aan de Geul In die zin is er dan ook geen enkele vrij heid en ont st aan er geen onnodige risico s. De commissie adviseert het voorstel door te leiden naar de agenda van de raad, echter niet als hamerstuk. 8. Voorstel college betreffende evaluatie kampeernota. Eerste termijn. De heer Vermeer zegt hij zich kan beperken om te verwijzen naar het verhaal dat hier verteld is door RECRON. Dat vertegenwoordigt de campinghouders van de gemeente, want dat zijn de ondernemers die ondernemen in deze gemeente. Hij wil het kort houden en niet door de hele kampeernota heen gaan. Hij beperkt zich tot het belangrijkste punt en dat is wat deze gemeente in elk geval nooit kan of mag doen is initiatieven ontplooien die op enigerlei wijze kunnen leiden tot concurrentie van bestaande ondernemers. Dat kan echt niet en hij kijkt de andere commissieleden aan en hij adviseert ze om dit ook mee te nemen in hun betoog. Hij wil het neergezet hebben dat er geen concurrentie mag komen. De heer Weerts zegt dat de fractie AB op hoofdlijnen kan instemmen met de voorliggende nota, maar zij plaatst wel enkele kanttekeningen. Naar aanleiding van de inspraak van de heer Verkoijen vraagt de fractie zich af over hoeveel vaste camperplaatsen men spreekt in Valkenburg. Men kan op de website kijken maar dit varieert een beetje en hij weet niet of dat de juiste aantallen zijn. Hij vraagt nogmaals hoeveel vaste camperplaatsen er nu zijn bij de reguliere bedrijven. De tweede vraag heeft betrekking op een stuk helderheid in de tekst. Er is een alinea die tweeledig is uit te leggen: onderdeel 1, doel samenvatting en advies van het raadsvoorstel, onder 1. Hij citeert: Het beleid van maximaal 15 kampeerplaat sen op de kampeerboerderij wordt gecontinueerd en de saldobenadering wordt t oegepast op maximaal 4 kampeerboerderij en. Hij begrijpt wat er wordt bedoeld maar dit kan anders worden uitgelegd. Als de saldobenadering wordt toegepast op 4 kampeerboerderijen dan spreekt men over 60 plaatsen en op dit moment zijn er 3 kampeerboerderijen dus dat zou een uitbreiding naar 20 betekenen. In de ogen van de fractie kan dit zo worden uitgelegd. Hij wil verzoeken om dat iets te verduidelijken of daar in ieder geval een nuancering in aan te brengen. Het laatste punt gaat met name over het onderdeel communicatie. De fractie wil met klem verzoeken om vooral de dialoog met de eigenaren of bestaande campingeigenaren gaande te houden. Met name ook als men in het beleidsplan aangeeft dat voor de realisatie van de permanente camperstaanplaatsen er voorstellen worden verwacht van lokale bedrijven. De fractie AB wil er op aandringen om die dialoog gaande te houden. De heer Knubben zegt dat er - conform afspraak - een evaluatie voor ligt van de kampeernota en een concept van een nieuwe nota voor de periode vanaf Hij kan zich de discussies die gevoerd zijn in 2008 nog goed herinneren, met als resultaat de nota die nu geëvalueerd wordt. Uit de evaluatie ambtelijk en door het college blijkt dat het vastgestelde 10

11 beleid tot nu toe nog steeds adequaat en passend is in grote lijnen. De raadsnota noemt een vijftal aandachtpunten dan wel wijzigingen van belang voor een consistent en toekomstbestendig beleid. Wat die punten betreft wenst de fractie CDA het volgende op te merken. 1. De fractie is het volledig eens met het beleid van maximaal 15 kampeerplaatsen op een kampeerboerderij op maximaal 4 plaatsen, m.a.w. op grond van de in de nota genoemde argumenten met voortzetting van het beleid in deze. 2. Wat het creëren van een camperplaats in de kern Valkenburg betreft wil de fractie eerst de onderbouwing van het college afwachten. Op grond van de in de raadsnota en de nieuw vast te stellen kampeernota genoemde argumenten ziet de fractie hier vooralsnog de noodzaak niet van in. 3. Handhavend optreden door BOA s tegen wildkamperen hoeft volgens de fractie niet apart geregeld of aangescherpt te worden, omdat bestaande regelgeving hiervoor voldoende ruimte biedt. Zeker waar het gaat om grootschaligere evenementen zijn er met de veiligheidsregio via de RUD behoorlijke afspraken gemaakt, zeker wat betreft overlast. Zouden deze niet toereikend zijn dan dienen in dit verband de afspraken worden aangescherpt. 4. De fractie kan zich vinden in het toestaan van een beperkte evenementencamperplaats bij grote evenementen. Echter met de volgende toevoeging: a. Dat het ten behoeve is van organisatoren en deelnemers van die evenementen. b. Slechts als overloop als bestaande campervoorzieningen onvoldoende blijken te zijn. 5. Het toestaan van glamping op kampeerterreinen 1 en 2 onderschrijft de fractie met zo nodig het stellen van inrichtingseisen echter niet meer regelgeving dan strikt noodzakelijk is. Met betrekking tot punt 2 geeft de fractie nog een toelichting. De fractie ontgaat de noodzaak van het streven naar een specifieke camperplaats in en nabij het centrum. Het voorzien in parkeerbehoefte voor campers vindt de fractie logisch en vanzelfsprekend. Camperplaatsen met overnachting dienen wat betreft de fractie bij voorkeur te worden gerealiseerd - voor zover dat nog niet voldoende is - op de huidige reguliere campings. Het is op de eerste plaats aan de campinghouders om in deze behoefte te voorzien. De gemeente kan hiertoe slechts stimuleren. In de opvatting van de fractie zouden de reguliere campings ten aanzien van camperplaatsen dan ook aparte tarieven moeten hanteren. Blijkt er in de toekomst gebrek aan zulke plaatsen op de reguliere campings waar - naar de informatie die de fractie heeft - nu nog geen sprake van is dan kunnen andere initiatieven overwogen worden. Op dit moment ontbreekt een duidelijk beeld van de noodzaak daartoe. In de nota geeft het college overigens zelf aan dat de bestaande campings probleemloos aan de huidige vraag kunnen voldoen. Overigens biedt het bestaande beleid onder de gestelde voorwaarden voldoende ruimte voor eventuele gewenste uitbreiding dan wel nieuwe vestiging voor een camping, ook als dat camperplaatsen betreft. Daar hoeven dus geen nieuwe initiatieven of nieuwe regelgeving voor te komen. De fractie verneemt graag van het college een duidelijke onderbouwing waaruit blijkt dat een uitbreiding of nieuwe vestiging nu al dringend gewenst is. Ontbreekt een gedegen onderbouwing of kan het college de fractie niet overtuigen, dan stelt zij voor om paragraaf 3.7 tot en met de pagina s 13 tot en met 15 geheel uit de nieuwe kampeernota te schrappen. De voorliggende raadsnota en concept kampeernota heeft de fractie in ieder geval niet van de noodzaak en wenselijkheid overtuigd. De fractie is het eens met de opvatting die het college weergeeft in paragraaf 3.3 m.b.t. de oppervlakte van de kampeerplaatsen op een kampeerboerderij. In het bestemmingsplan buitengebied is sprake van een maximale afmeting van 120 m² per kampeerplaats. Dit vooral ter voorkoming van ongewenste en veelal illegale overschrijding van het exploiteren van meer dan de toegestane 15 kampeerplekken. In dit verband begrijpt de fractie echter niet dat het college in principe medewerking wenst te verlenen aan de afwijkingen op dit gebied bij de bestaande kampeerboerderijen, hierbij is te denken aan Walem en Schin op Geul. Als het beleid in deze nota als zodanig wordt vastgesteld dan mag de fractie toch aannemen dat ook bij de vergunningverlening dit als zodanig gehanteerd blijft worden. M.b.t. een mogelijk overloopterrein boven aan de Cauberg - eventueel te combineren met de eerder gedachte camperplaatsen als zal blijken dat deze noodzakelijk is - stelt de fractie dat een overloopterrein ingezet zou moeten worden op het moment dat de reguliere plekken niet meer voldoen. 11

12 Overigens wil de fractie ook graag zien dat de nieuwe kampeernota een tijdsduur krijgt, want er staat nu niets aangegeven. De fractie wil voorstellen om daar van te maken. Het is goed om nu af te spreken dat in 2018 een nieuwe evaluatie plaatsvind. De heer Vermeer zegt dat de fractie VVD het in grote lijnen met de inhoud van het betoog van heer Knubben eens is. Hij wil een punt daarvan aanscherpen en het kan zijn dat de heer Knubben dat ook met hem eens is, maar dan is het duidelijk voor de rest. De heer Knubben heeft gezegd m.b.t. de overloopplaats voor campers dat deze er moet komen als deze nodig is, maar dan moet dit aangetoond worden. De heer Knubben heeft ook in zijn betoog gezegd dat het nodig is op plaatsen voor de gebruikers van de deelnemers van een evenement, bijvoorbeeld ploegleiders, bussen, etc. Hij denkt dat men daar geen permanente overloopplaats voor moet maken, want het ene evenement is het andere niet. Als men de evenementen in gedachte heeft die eindigen op de Cauberg want daar finishen er een paar en men daar de camperplaats wil maken voor de deelnemende ploegen dan ligt die grote plaats het hele jaar leeg en dan is het zomaar gebeurd dat deze toch anders gebruikt wordt en misschien een keer open gaat. De ene stap gaat altijd vooraf aan de volgende stap. Hij zou dat gewoon schrappen en er komt geen overloopplaats. De campinghouders die er zijn die kunnen genoeg bieden en hebben misschien zelf ook uitbreidingsmogelijkheden en daar zou men eerder aan mee kunnen werken. Als er een evenement is waar deelnemende ploegen hun camper willen neerzetten dan moet men kijken waar dat nodig is en het voor dat evenement faciliteren. Hij hoopt dat de heer Knubben dit ook bedoeld, want voor de rest zijn ze het eens. De heer Knubben begrijpt wat de heer Vermeer bedoelt, maar hij zou niet zondermeer een overloopplaats willen schrappen. Men kan wel heel inventief zijn en kijken of de ruimte multifunctioneel kan worden ingericht. Zodanig dat het gebruikt kan worden als kampeergelegenheid op de kop van de Cauberg, waar men toch dadelijk komt te zitten met een behoorlijk terrein waar geen alternatief voor is op dit moment en daar zou men aan kunnen denken. Daarnaast kan het ook multifunctioneel gebruikt worden als er qua inrichting rekening wordt gehouden met de mogelijkheid om daar deelnemers en organisatie van grote evenementen een plek te bieden. Inventiviteit mag ook van het college verwacht worden. De heer Vermeer zegt dat dit niet op gaat als men gaat cyclocrossen op de Daalhemerweg. De heer Schurgers heeft een vraag voor de heer Knubben. Hij vraagt wanneer er wordt bepaald of er een overloopterrein moet komen. Als er een evenement is en men verwacht dat het drukker wordt dan is er een overloopterrein nodig. Er zijn ook kosten mee gemoeid want als het niet wordt gebruikt dan ligt het op dat moment ook leeg. De heer Knubben zegt dat dit ook ongeveer de vraag van de heer Vermeer was en hij heeft daar een antwoord op gegeven. Hij wil eerst van het college horen hoe het zit met de noodzaak voor een camperplaats. Hij heeft de opvatting van de fractie CDA duidelijk gemaakt hoe zij denkt over de verhouding tussen reguliere campings en een mogelijk nieuwe camperplaats of een overloop. Hij zou eerst de onderbouwing van het college willen horen, want uit de nota blijkt voor de fractie dat de bestaande campings voldoende zijn. De heer Schurgers begrijpt uit het antwoord van de heer Knubben dat hij het beter vindt dat op de kop van de Cauberg een multifunctioneel complex zou moeten komen. De heer Knubben zegt dat dit een suggestie is en dat het een onderzoek waard is. De heer Schurgers zegt dat Sibbe misschien toch gaat voetballen bovenop de Cauberg. De heer Knubben zegt dat dit wellicht kan. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat de fractie PPGV aangaande dit raadsvoorstel twee opmerkingen heeft. De eerste betreft 3.2 uitbreiding kampeerboerderij. Er wordt melding gemaakt van het feit dat de 3 agrariërs van de kampeerboerderijen aangegeven de wens te hebben om 25 kampeerplaatsen te exploiteren maar dat het college vasthoudt aan het bestaand beleid van

13 Hier kan de fractie zich totaal in vinden. Het is alleen jammer te moeten constateren dat niet alle agrariërs zich aan het toegestane aantal houden. Sommigen adverteren zelfs nu al via de website van VVV met 20 plaatsen wat alleen maar aangeeft dat het opstellen van regels en beleid enkel zin heeft als men zich ook aan de regels houdt. Handhaving is dus strikt noodzakelijk. Waar de fractie het echter niet mee eens is dat er onder 3.2 enkel gesproken wordt over het feit dat vanuit de invalshoek van Ruimtelijke Ordening een uitbreiding van kampeerplaatsen niet gewenst is. Niet enkel het aantal kampeerplaatsen maar ook de perceelgrootte waar de bestemming kamperen bij de boer op ligt is in deze een belangrijke factor. De fractie is dan ook van mening dat in deze kampeernota dient te worden opgenomen dat het terrein waarop de bestemming kamperen bij de boer op rust een maximale oppervlakte kent welke nimmer mag worden overschreden. Dit om verdere verstoring van de openheid van het gebied te voorkomen en ter bescherming van de natuur- en agrarische waarden ter plaatse. Daar kamperen bij de boer - naast de 15 kampeerplaatsen zich moet beperken tot de benodigde sanitaire voorzieningen en eventueel een speelhoek voor kinderen is de fractie van mening dat een maximale oppervlakte van 2750 m² meer dan voldoende is. Zij wenst graag de mening van de anderen fracties. In tegenstelling om bij grote wielerevenementen ontheffing te verlenen voor een evenementencamperplaats - waarvan de fractie de noodzaak inziet heeft zij grote bedenkingen bij het voorstel om in de kern Valkenburg een permanente camperplaats te realiseren. Men weet dat verschillende campinghouders geïnvesteerd hebben in het aanleggen van enkele campingplaatsen op hun terrein. Indien - en zo ziet het er nu naar uit - het de bedoeling van het college is een permanente camperplaats in de kern en de fractie vraagt zich trouwens af welke locatie het college op het oog heeft hiervoor - wil realiseren wordt deze per definitie een concurrentie voor de kampeerhouders. Deze zal immers - omdat er veel minder voorzieningen zullen zijn - aanzienlijk goedkoper zijn dan de bestaande op hun terrein. Regelrechte broodroof dus! Bovendien is er reeds een camping die in 30 camperplaatsen voorziet. Deze camperplaatsen worden tegen een aangepast tarief het hele jaar door aangeboden. Naar wat de fractie vernomen heeft wordt deze ook goed bezocht. Bovendien ligt deze maar op 500 meter loopafstand van het centrum. Het moge duidelijk zijn dat de fractie PPGV vooralsnog niet akkoord kan gaan met deze kampeernota. De heer Weerts zegt inhakend op wat mevrouw Fulmer-Bouwens ook zei dat hij wil beginnen met zijn excuses aan te bieden aan de heer Verkoijen van de RECRON. Mevrouw Fulmer-Bouwens geeft op een gegeven moment ook aan dat er gesproken wordt over een camperplaats in het centrum van Valkenburg. Hij heeft het net nagekeken en in het beleidsplan wordt gesproken over Valkenburg aan de Geul. Hij wil deze kanttekening plaatsen omdat dit een wezenlijk verschil is en hij wil daarover graag een toelichting van de wethouder want er staan twee verschillende dingen. De heer Aussems zegt dat de fractie begrijpt dat die camperplaats slechts gedurende 2 à 3 evenementen/jaar gebruikt gaat worden, en dan nog slechts voor 1 of enkele dagen. De fractie vraagt aan de wethouder of zij dat goed begrepen heeft. De volgende vraag is dan: wie gaat die plaats exploiteren? De fractie gaat ervan uit dat het een schone - in de zin van opgeruimde - plaats wordt maar ook blijft. Daarom vraagt de fractie zich af of die plaats wordt ingericht met ook watervoorziening, afvalbakken van enig formaat met afsluiting voor derden, rioolwaterafvoer en 220 V voorziening? In dat geval lijkt het op de voorzieningen op reguliere campings voor campers en gaat de fractie ervan uit dat de prijsstelling dan ook vergelijkbaar is met de camperplaatsen op die campings. De fractie PvdA wil aangeven dat de camperplaats via dit terrein op basis van prijs geen oneerlijke concurrentie mag zijn voor de reguliere campings. Sterker nog, de fractie vindt dat het niet aan de gemeente is een camperplaats in te richten en mogelijk te exploiteren. Als uit berekeningen noodzaak tot uitbreiding bestaat, dan de campinghouders daartoe het voortouw laten nemen. En als de totale capaciteit te klein is - dan mogelijk op de in de nota gestelde locatie maar onder 13

14 verantwoordelijkheid van een private partij - een bestaande campinghouder. Mocht de gemeente wel zelf willen exploiteren - en dan beneden de reguliere tarieven - dan spreekt men van subsidiëring met gemeenschapsgeld van een camperplaats en dat kan nooit de bedoeling zijn. De fractie heeft nog een vraag in het geval van die camperplaats of de wethouder kan aangeven op welke wijze in het voorstel wordt voldaan aan de afdracht van Toeristenbelasting? Kortom, er dient een praktische invulling gegeven te worden. Als het aan de fractie PvdA ligt via reguliere campingeigenaren voordat zij kan instemmen met dit onderdeel van de kampeernota. wat betreft het kamperen bij de boer is het de fractie uit de nieuwe nota niet geheel duidelijk of er nou verruimingen komen t.o.v. de oude nota of niet. Het lijkt een spelletje zoek de verschillen en daar wil de fractie niet in meegaan. De fractie wenst geen enkele verruiming in aantal en de maximale oppervlakte per kampeerplaats. Dit om te voorkomen dat misbruik door de exploitanten toeneemt. Ook al vanwege het onder de rechter zijn van Walem 55 wat betreft bedrijfsvoering in relatie met de minicamping en ook de wens tot aanpassing van de minicamping in Schin op Geul, kan volgens de fractie PvdA de gemeente het zich niet permitteren nu een aangepaste nota op dat gebied vast te stellen. Dus een pas op de plaats maken en geen enkele wijziging opnemen. Op het gebied kamperen bij de boer blijft wat de fractie PvdA betreft de nieuwe nota gelijk aan de oude. De fractie vraagt of de wethouder kan aangeven of er verschillen zijn met de oude nota. En zo ja, op welke gebieden? Indien niet, kan de wethouder dan instemmen met de bepaling in de nieuwe nota dat er niets is veranderd t.o.v. de oude nota? De heer Visser zegt dat de fractie SP al eerder heeft aangegeven dat - deze nota vlot te hebben overlezen - zij wel positief is over de nota. Op een paar dingen na. De fractie heeft de volgende vragen/opmerkingen en willen daar een reactie van de wethouder op krijgen: - Ten aanzien van het aantal plaatsen van campings en kampeerboerderijen en de daaraan gekoppelde plaats-oppervlakte wil de fractie aangeven dat deze ook serieus genomen moet worden. - Handhaven in de openbare ruimte is prima maar dan ook op de (boerderij)campings. Anders kun men deze nota wel direct in de prullenbak gooien. - De fractie gaat ervan uit dat - als kampeerboerderijen of campings specifieke camperplaatsen inrichten - deze wel vallen onder de genoemde 15 plaatsen of anders maximum toegestane plaatsen. Indien dat niet zo is dan graag dit nu meedelen want dan kan de fractie op tijd een motie indienen. - Een vierde kampeerboerderij in de gemeente ondersteunt de fractie SP. Maar zij vraagt zich af of het mogelijk is om een regel in te lassen om het gebied rond Schin op Geul erbuiten te houden. Het aantal kampeerplaatsen is hier al extreem hoog terwijl andere gebieden in onze gemeente nog wel goede mogelijkheden hebben. Volgens de fractie is er al in eerdere nota s ook aangegeven om geen uitbreidingen rond Schin op Geul toe te staan vanwege de te grote campingdruk. - De fractie vindt het oprichten van een aparte camperplaats voor overnachting van gasten bij voorbeeld op de Cauberg geen goed idee. De gemeente dreigt hiermee ondernemer te worden en dat vindt de fractie niet kunnen. Ook campers vallen - wat de fractie betreft - onder kamperen en dat hoort thuis bij de campings of eventueel kampeerboerderijen. Slechts bij hoge nood zou men een extra tijdelijke camperplaats kunnen regelen. Maar zo staat het in ieder geval niet in deze nota. Dat men schrijft dat campinghouders tegen zijn omdat ze alleen hun eigen belang dienen gaat de fractie wel erg ver en geeft een onprettig gevoel. Zo een zinsnede hoort niet in een raadsnota thuis. Uiteindelijk, als de gemeente een camperplaats gaat inrichten is dit dan overigens geen broodroof? De fractie vindt van wel. Zeker in - voor campinghouders - toch al moeilijke tijden wel. Zie ook de teruglopende toeristenbelasting die ook met de campings te maken heeft. De fractie wil de gedeeltes over de camperplaats uit de nota schrappen. De heer Wezeman zegt dat de gemeente in gesprek zou gaan met de kampeersector naar aanleiding van de behandeling van de evaluatie toeristenbelasting in deze commissie om volgens de raadsnota en hij citeert gezamenlij k te bepalen op welke wij ze de gemeente en de Valkenburgse kampeersector een toekomst-vaste koers kunnen kiezen, einde citaat. Als hij vervolgens de 14