Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

Transcriptie

1 Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer Beleidsnotitie Parkeren Woonwijken Aan : Gemeenteraad Van : College van Burgemeester en Wethouders Datum : 13 november 2012 Registratienummer : Onderwerp : Beleidsnotitie Parkeren Woonwijken Inleiding De druk op de openbare ruimte van Ede in de bestaande uitbreidingswijken neemt alsmaar toe door het toenemende autobezit. De gemeente Ede ontvangt met regelmaat klachten die betrekking hebben op de parkeersituatie in deze woonwijken. Bewoners klagen met name over te weinig parkeerruimte in de directe omgeving van de woning. Daarnaast leiden foutief geparkeerde voertuigen tot overlast zoals beschadiging van groenstroken en het blokkeren van de doorgang voor bijvoorbeeld hulpdiensten. De meeste van dit soort klachten is op dit moment niet direct op te lossen. Naar aanleiding van deze parkeerproblematiek is in het Bestuursconvenant toegezegd om een Beleidsnotitie Parkeren Woonwijken op te stellen. Deze notitie beschrijft een gestructureerde aanpak voor de parkeerproblemen in de bestaande woonwijken. Door de parkeerproblemen en klachten op een structurele wijze aan te pakken kunnen eenduidige en passende oplossingen worden geboden. Deze beleidsnotitie maakt vooral duidelijk wat de wijkbewoners mogen verwachten bij het oplossen van de parkeerknelpunten. Benadrukt wordt dat deze beleidsnotitie handelt over de problematiek in de bestaande uitbreidingswijken. Met betrekking tot het parkeren in nieuw te realiseren woonwijken is door de gemeenteraad reeds in maart 2011 beleid vastgesteld in de Nota Parkeernormering. Beleidskader De gemeenteraad heeft in november 2007 het Parkeerbeleidsplan Ede vastgesteld met als doel samenhang aan te geven tussen het inhoudelijke beleid, de financiële haalbaarheid en het draagvlak voor het parkeerbeleid. Dit parkeerbeleidsplan heeft een strategisch karakter en geeft richting aan de uitwerking en de uitvoering van het parkeerbeleid. Dit parkeerbeleidsplan bevat een afwegingskader voor de uitbreiding van de in woonwijken. Dit afwegingskader geeft antwoord op de vraag tot hoever mogelijkheden kunnen worden geboden om het aantal parkeerplaatsen uit te breiden en ten koste van wat. Daarbij wordt de nadruk gelegd op de mogelijkheden die herontwikkelingen in bestaande woonwijken bieden om het parkeren op te lossen. Omdat de nadruk ligt op de herontwikkelingen is dit afwegingskader in praktijk nog niet toegepast op de problematiek in de bestaande woonwijken. Om het afwegingskader te gaan gebruiken voor de bestaande wijken, waar geen herontwikkeling plaatsvindt, behoeft dit kader een actualisatie en aanscherping van een aantal beleidsuitgangspunten. In het vervolg van deze notitie wordt op hoofdlijnen per uitgangspunt beschreven binnen welke kaders parkeervragen worden aangepakt. Daarnaast wordt het geactualiseerde afwegingskader beschreven. 1

2 Beleidsuitgangspunten Het is noodzakelijk een aantal beleidsuitgangspunten te formuleren op basis waarvan onderzocht kan worden waar objectief te weinig parkeerplaatsen zijn en welke mogelijkheden er zijn om problemen op te lossen. Deze uitgangspunten worden toegepast in het geactualiseerde afwegingskader. Bezettingsgraad Het nationale kennisplatform CROW heeft geen richtlijnen voor de acceptabele maximale bezettingsgraad in woonwijken. Het CROW gaat bij parkeerterreinen uit van een maximale bezettingsgraad van 85%. Op een parkeerterrein zijn er echter meer parkeerwisselingen en moeten automobilisten veel zoeken naar een parkeerplaats. In een woonwijk wordt langduriger geparkeerd waardoor er minder parkeerwisselingen plaatsvinden en minder zoekverkeer aanwezig is. De bezettingsgraad mag hierdoor hoger zijn. De parkeerdruk in een bestaande wijk is hoog als de druk hoger is dan 95% in de direct woonomgeving tijdens de avond- en nachtelijke uren en in het weekeinde (per segment van 100 x 100 meter). Loopafstand De bewoners willen over het algemeen de auto graag zo dicht mogelijk bij de woning parkeren. Dit is echter niet altijd mogelijk. Het CROW heeft richtlijnen opgesteld die gebruikt kunnen worden om vast te stellen welke loopafstand tussen woning en parkeerplaats maximaal als acceptabel is te beschouwen. Dit is de afstand, waarbinnen elke parkeerder een vrije parkeerplaats moet kunnen vinden. In de publicatie Parkeerkencijfers van het CROW is de acceptabele loopafstand voor wonen in bestaande woonwijken (uitbreidingswijken) en dorpscentra maximaal 100 meter (hemelsbreed). In het centrum en de overige stedelijke subcentra in Ede is de acceptabele loopafstand voor wonen maximaal 300 meter, bijvoorbeeld naar centraal gelegen parkeergarages en achteraf betaald parkeerterreinen. De ervaring leert dat mensen in de (sub)centra eerder geneigd zijn verder te lopen naar een geparkeerde auto dan in woonwijken. Parkeren op het trottoir De wetgeving met betrekking tot parkeren op het trottoir staat beschreven in artikel 10 en artikel van het Reglement Verkeerstekens en Verkeersregels (RVV) Het foutief parkeren van voertuigen is niet toegestaan. Toch wordt in praktijk in bepaalde situaties op het trottoir geparkeerd en wordt dit ook gedoogd. Om extra parkeerruimte te realiseren, zou het parkeren op het trottoir daarom toegestaan kunnen worden. Voor het gedeeltelijk op het trottoir parkeren bestaat de mogelijkheid om op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 een verkeersbesluit te nemen. Dit dient ter plaatse door het bord E08 uit bijlage I van het RVV 1990 aangeduid te worden. Het parkeren op het trottoir kan alleen toegestaan worden als er geen andere mogelijkheden zijn om voldoende parkeergelegenheden te bieden. Het is belangrijk dat de doorgang op het trottoir aan minimaal één zijde gegarandeerd blijft. Voor voetgangers zou minimaal 1,50 meter ruimte op het trottoir over moeten blijven. Over een lengte van korter dan 10 meter kan volstaan worden met een obstakelvrije ruimte van 1,20 meter. Een voorwaarde is ook dat de constructie van het trottoir zodanig is dat het parkeren kan worden gefaciliteerd (conform richtlijnen Uitvoeringshandboek). Parkeren in het groen In artikel 5.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is opgenomen dat het parkeren in een park of plantsoen of een van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook niet is toegestaan. Binnen de bebouwde kom is er sprake van plantsoenen. Deze plantsoenen kunnen bestaan uit gazon, bloemberg of heesterbeplanting. Parkeren in bloembergen en heesterbeplanting levert schade op en kan niet worden toegestaan. Gazon verdraagt een lichte parkeerdruk. 2

3 Voor een weggebruiker is het niet altijd mogelijk uit de inrichting te herleiden of er sprake is van een gazon. Ook zal niet altijd bekend zijn welke regels van toepassing zijn. In het van toepassing zijnde bestemmingsplan is vastgelegd welke bestemming een gazon heeft (verkeersdoeleinden of groen). In de groenbestemmingen is het parkeren veelal niet toegestaan. De bestemming die een gazon heeft, is echter buiten niet te zien. Vanwege deze onduidelijkheid is het daarom wenselijk om per situatie te beoordelen of het gazon gebruikt kan worden voor het parkeren voor alle weggebruikers (maatwerk). Deze beoordeling vindt plaats in het afwegingskader. Als er sprake is van een te hoge parkeerdruk (>95%) en andere maatregelen niet mogelijk zijn, dan kan de ruimte worden gezocht voor (de aanleg van) extra parkeerplaatsen in de openbare ruimte, waaronder het gazon. Daarbij gelden de volgende voorwaarden: - binnen de vigerende bestemming is parkeren toegestaan; - het gazon valt niet binnen de hoofd- en/of wijkgroenstructuur (een uitzondering vormen de locaties waar deze structuren onderdeel zijn van de verkeersfunctie, en niet als groen bestemd zijn, en waar dus wel geparkeerd mag worden met als voorwaarde een duurzame instandhouding van de bestaande groenstructuur); - in straten waar de beplanting en groenstroken geen onderdeel zijn van de hoofdgroenstructuur dient afgewogen te worden of verwijdering niet onevenredig ten koste gaat van de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van de straat; - er geen aantasting is van ruimtelijke, landschappelijke of culturele kwaliteit als bijvoorbeeld de berm onderdeel is van een groter aaneengesloten groengebied; - er is geen aantasting van de overzichtelijkheid en gebruikskwaliteit van de openbare ruimte; - het parkeren vindt niet plaats binnen de kroonprojectie van waardevolle en monumentale bomen; - de speelterreinen blijven gehandhaafd (in uitzonderingsgevallen kan op basis van het speelbeleid afgewogen worden of een speelterrein niet meer functioneel is en verwijderd kan worden voor extra parkeerruimte); - de verkeersveiligheid bij speelterreinen neemt niet af. Parkeren in voortuinen Voor het parkeren in voortuinen wordt verwezen naar de Beleidsregels Uitwegen Particuliere Erven. Vrije doorgang Bij een eventuele uitbreiding van de dient de minimale noodzakelijke ruimte voor een vrije doorgang voor het doorgaande verkeer en dan specifiek de nooddiensten ten minste 3,5 meter zijn. Daarmee wordt voldaan aan de Handleiding Bluswatervoorzieningen en bereikbaarheid. Bij deze afmeting is er ook genoeg ruimte om te manoeuvreren bij het parkeren en wordt de doorgang niet geblokkeerd. Dit geldt niet voor wegen die conform het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) als aanrijdroute voor de hulpdiensten zijn vastgelegd. Wijzigingen van parkeervoorzieningen gelegen aan de aanrijdroutes van de hulpdiensten zullen altijd ter goedkeuring aan de brandweer worden voorgelegd. Rondom brandkranen moet altijd een obstakelvrije ruimte aanwezig zijn met een diameter van 1,8 m. Parkeren op of nabij een brandkraan is daarom niet toegestaan. 3

4 Parkeren op privéterrein Voor het vaststellen van de parkeerruimte op eigen terrein kan uitgegaan worden van de rekenwijze die opgenomen is in de Nota Parkeernormering uit 2011 (zie bijlage I). Verantwoordelijkheid burger Belangrijke constatering is dat de gemeente Ede niet per definitie een parkeerprobleem naar zich toe moet trekken. Bewoners kunnen een bepaald parkeerprobleem ervaren wat volgens het parkeeronderzoek niet bestaat. Deze problemen kunnen veelal opgelost worden door beter gebruik te maken van de beschikbare ruimte door de bewoners zelf. De communicatie van deze oplossing naar bewoners is van belang om de bewoners bewust te maken dat men zelf verantwoordelijk is voor de parkeersituatie in de wijk. Geactualiseerd afwegingskader 1.Parkeeronderzoek: - omvang bepalen: toepassing uitgangspunten bezettingsgraad en loopafstand - oorzaken bepalen: aantal voertuigen, ander gebruik, verdeling capaciteit, bruikbaarheid parkeerplaatsen of overloop omliggende gebieden 2. Parkeerprobleem: Nee - beter gebruik maken beschikbare ruimte Via communicatie bewoners bewust maken van eigen verantwoordelijkheid (zie tabel1bijlage II) 3. Parkeerprobleem: Ja Oplossing op maat o.b.v. onderzoek en prioritering: 1 optimaal gebruik ruimte 2. fysieke ingrepen (zie tabel 2 bijlage II 4. Prioritering opstellen per segment (100x100 m): - kosten per parkeerplaats - omvang tekort - realisatietermijn - noodzaak planologische procedures Gemotiveerd gemeentelijk besluit om al dan niet door te gaan met stap 5 5. Uitvoering bij: - voldoende bewonersdraagvlak - financiële dekking - realisatietermijn - noodzaak planologische procedures Integrale afweging gemeentelijke disciplines: - landschap/stedenbouw (ruimtelijke structuur) - verkeer (bereikbaarheid en veiligheid) - beheer (ruimtelijke inrichting) - nooddiensten (bereikbaarheid). Bijlage I: Rekenwijze parkeren op privé terrein; Bijlage II: Mogelijke oplossingen 4

5 Bijlage I: Rekenwijze parkeren op privé terrein Theoretisch aantal Berekeningsaantal Opmerking Enkele oprit zonder garage Min 5 lang/2.5 m breed Lange oprit zonder garage Min 10 lang/2.5 m breed Dubbele oprit zonder Min 5 m lang/4.5 m breed garage Garage zonder oprit Min 5 m lang/2.5 m breed Garagebox (zonder oprit) Min 5 m lang/2.5 m breed Garage met enkele oprit Min 5 m lang/2.5 m breed, oprit min 5 m lang Garage met lange oprit Min 5 m lang/2.5 m breed, oprit min 10 lang m lang Garage met dubbele oprit Min 5 m lang/2.5 m breed Oprit min 5 m lang en 4,5 m breed 5

6 Bijlage II: Mogelijke oplossingen Maatregelen Voorwaarden Voordelen Nadelen Gevolgen Effectiviteit Investering Gedrag 1. Parkeerplaatsen gebruiken zoals het hoort (geen caravans etc.) 2. Netjes parkeren in de parkeervakken 3. Zelfregulering stimuleren Probleem mag niet te groot Probleem wordt opgelost o.b.v. bestaande situatie zijn door veroorzaker zelf (bewustwording) 4. Parkeerregulering Afgebakend gebied Alleen bewoners kunnen parkeren 5. Bewust maken acceptabele loopafstand 6. Stimuleren parkeren eigen terrein Ruimte op afstand Als oorspronkelijk ruimte op eigen terrein voor parkeren beschikbaar is Tabel 1: Mogelijke gedragsmaatregelen Betere spreiding parkeerdruk Controle Bezoekers Verleggen parkeerprobleem (zie parkeerbeleidsplan) Kosten bewoner Veilig parkeren (geen zicht op auto) Bewoners lossen het samen op ++ lange termijn ++ informatie ++ lange termijn ++ informatie + lange termijn ++ bijeenkomst Verlagen parkeerdruk ++ lange termijn +/- budgetneutraal (conform parkeerbeleidsplan) Spreiding parkeerdruk +- lange termijn ++ informatie + lange termijn ++ informatie 6

7 Maatregelen Voorwaarden Voordelen Nadelen Gevolgen Effectiviteit Investering Fysieke ingreep 1. Optimaal gebruik ruimte 1. Grotere efficiëntie in gebruik ruimte Restruimte aanwezig Straatbeeld verandert ++ lange termijn + 2. Ingrepen 2. Veilig parkeren via verbeteren verlichting 3.Verbetering markering 4. Weginrichting aanpassen 1. Parkeren in voortuin toestaan 2. Parkeren trottoir toestaan 3. Directe looppaden van parkeerplaats naar woning 4. Parkeren in groen toestaan 5. Parkeren bij voorzieningen oplossen 6. Langsparkeren omvormen in haaksparkeren 7. Realiseren parkeergarage 8. Parkeren aan rand wijk 9. Realiseren transferium Tabel 2: Mogelijke fysieke ingrepen capaciteit ++ lange termijn + capaciteit Beheerskosten capaciteit + korte termijn +- Ruimte aanwezig Spreiding parkeerdruk + lange termijn - Voortuinen Straatbeeld verandert ++ lange termijn + Rommelig wijkbeeld capaciteit ++ korte termijn + wijzigt Gedrag moeilijk te sturen ++ lange termijn +, veiligheid wooonomg. Niet bewoners maar anderen zijn veroorzaker In combinatie met voorzieningen Ruimte aanwezig Goede verbinding naar woning Probleem door veroorzaker laten oplossen, kwaliteit openbare ruimte Groenkwaliteit vermindert, structuur verandert Afdwingbaarheid Vaak ten koste van groen Verkeersonveiligheid Kosten hoog, veel ruimte nodig Veilig parkeren Vervoer naar woning Gaan bewoners het gebruiken Veilig parkeren Vervoer naar woning Verminderen auto s woonwijk ++ korte termijn + + lange termijn + ++ lange termijn +- + lange termijn - +- lange termijn - - lange termijn - 7