Pragma 2013 handleiding

Transcriptie

1 Pragma 2013 handleiding ALFA Development 20/02/2013

2 Copyright Het auteursrecht op deze handleiding berust bij van ALFA Development te Woerden. Deze handleiding mag in ongewijzigde vorm vrij gekopieerd worden als PDF bestand Samensteller en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een zo betrouwbaar mogelijke uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventueel in deze uitgave voorkomende onjuistheden. Het Auteursrecht op de broncode van Pragma en de handleiding behoren toe aan: ALFA Development te Woerden. ALFA is een handelsmerk van: ALFA Development BV te Woerden Web: Pragma is een product van: ALFA Development BV Revit is een handelsmerk van Autodesk Inc. Windows XP, Vista en 7 zijn handelsmerken van Microsoft Corporation Copyright 2012 ALFA Development BV

3

4 3 Inhoud 3 Inhoud Inleiding Snelle start Installatie De template tekening De Pragma Ribbon Project map selecteren help Eigenschappen Eigenschappen Projectmap Manager Materialen Bibliotheek elementen Het bouwdelen menu NL-Sfb / Template koppeling Bibliotheken en de zoek volgordes Bouwdelen Funderingsbalken Palenplan /22/28 Wanden Vloeren en vloerstijlen Prefab vloerplaten Trappen Daken Prefab dakplaten Kolommen en liggers Binnen kozijnen Dakopeningen Schakelaars en wandcontactdozen Brandveiligheid Keukens Sanitair / 86 Meubels en kasten Kozijnen Buiten kozijnen algemeen Kozijnen Tekenen Kozijn afmetingen Kozijn stijlen en regels Kozijn vlakvullingen toekennen Kozijn materialiseren Kozijnoverzicht bladen Appendix Materialen en lagen Sneltoetsen... 68

5 1 Inleiding Pragma Is een bouwkundige applicatie die speciaal voor Revit Architecture is ontwikkeld. Wordt inclusief een 2D/3D bouwdeel bibliotheek geleverd. De bibliotheek bevat maatvaste bouwdelen en symbolen, maar ook parametrische bouwdelen, die via parameter invoer via een dialoog menu op maat worden gemaakt. Hierdoor kan iedereen na installatie van het programma zeer snel aan de slag. Pragma geeft de mogelijkheid om per bouwdeel in de doorsneden ook gedetailleerde informatie weer te geven in de Revit Detail Level Fine. Waardoor het mogelijk wordt om met REVIT eenvoudig te detailleren. Ontwerpkozijnen kunnen eenvoudig via een curtain wall en vlakvulling worden ontworpen. Door het ontwerp kozijn te materialiseren wordt er een Revit kozijn (Window) aangemaakt met verschillende detailleringen per horizontale en verticale doorsnede. Geeft de mogelijkheid om eenvoudig kozijn overzicht bladen te maken en te updaten. 3

6 2 Snelle start Dit hoofdstuk geeft een beschrijving hoe Pragma ingeregeld en gestart kan worden. 2.1 Installatie Installatie instructies. Stop de DVD in de PC en start Setup.exe Ook als de Windows gebruiker Administrator rechten heeft is het noodzakelijk de installatie uit te voeren door op de rechtermuis op Setup.exe te klikken en dan te kiezen voor: Uitvoeren als Administrator. De bouwdelen en de applicatie bestanden worden geïnstalleerd. Klik op volgende om verder te gaan. 4

7 Kies wat geïnstalleerd moet worden. Geef aan waar de programma bestanden kunnen worden geïnstalleerd. Klik op Volgende om alles te installeren. Programma locaties Programma bestanden C:\Program Files\Autodesk\Revit Architecture 2013\Program In deze map staan de Pragma programma bestanden. Templates C:\ProgramData\Autodesk\RAC 2013\Family Templates\English In deze map staat ook de opstart template: Pragma Template 2013.rte 5

8 Pragma data bestanden C:\programdata\Pragma\ C:\programdata\Pragma\Metric library\curtain Wall Panels Plugin C:\ProgramData\Autodesk\Revit\Addins\2013\Pragma.addin Wanneer deze addin er niet is wordt Pragma niet geladen. Zoekpad instellingen PragmaEnv.ivi Dit bestand staat in de map C:\Program Files\Autodesk\Revit Architecture 2012\Program 2.2 De template tekening Geef aan met welke template tekening moet worden gestart bij het aanmaken van een nieuw project. Pragma wordt geleverd met de volgende templates. Pragma Template 2013.rte (standaard template) Pragma_Utilitietsbouw_template 2013.rte Pragma_Woningbouw_template 2013.rte Deze worden geplaatst in de mapc:\programdata\autodesk\rac 2013\Templates In deze templates zijn al veel bouwdelen zoals wanden, materialen en symbolen opgenomen. In de options dialoog is ingeregeld welke template bij het maken van een nieuw project worden weergegeven. Options dialoog in Revit

9 Options dialoog in Revit 2013 In Revit 2013 kunnen nu meerdere template definities in de lijst worden opgenomen. 7

10 2.3 De Pragma Ribbon Beschrijving van de functies in de Pragma Ribbon Na een correcte installatie moet er een tabblad met de naam Pragma in de ribbon aanwezig zijn. Vanuit deze ribbon kunnen de Pragma functies worden geactiveerd. Group Functie Meer informatie Config Eigenschappen (pagina 11) Wijzig Pragma instellingen Bibliotheek Het bouwdelen menu Toont de Pragma bouwdeel bibliotheek menu (pagina 15) Kozijn 31 Kozijn afmetingen (pagina 46) Maakt een curtain wall aan via een dialoog menu waarmee afmetingen kunnen worden ingeregeld 31 Kozijnen Tekenen Plaatst een curtain wall in de tekening (pagina 46) 31 Kozijn stijlen en regels Plaats stijlen of regels in een curtain wall kozijn (pagina 48) 31 Kozijn vlakvullingen toekennen (pagina 49) Toont een dialoog waarmee eenvoudig de vlak vullingen van een curtain wall kunnen worden aangepast. 31 Kozijn materialiseren (pagina 51) Maakt van een curtain wall een Revit Window die vervolgens in een wand kan worden geplaatst Zoek basis Selecteer eerst een kozijn en daarna deze functie om het ontwerpkozijn in beeld te brengen Start een wizard om kozijn overzichtbladen te maken voor binnen of buitenkozijnen Kozijnoverzicht bladen (pagina 58) Info help (pagina 10) Toont een window met de Pragma help, waarin de werking van de Pragma functies wordt uitgelegd 8

11 2.4 Project map selecteren Sla de locatie van project map op in het project. Na het openen van een nieuw project wordt gekeken of de locatie van de project map kan worden gevonden. Indien de verwijzing naar deze map niet in het project wordt gevonden zal de dialoog Map Selecteren worden weergegeven. Pragma gebruikt deze map om tijdelijk conversie gegevens op te kunnen slaan Bij het plaatsen van een bouwdeel wordt in deze map gekeken of het bouwdeel al een keer is aangemaakt, of om te kijken of het conversie programma opnieuw moet worden gestart. Standaard wordt de map: c:\temp\revit als uitwissel map aangegeven. Kies bij voorkeur een map binnen de project map, zodat een conversie correct kan worden uitgevoerd. OPMERKINGEN Indien de locatie in het project is opgeslagen zal de vraag niet meer worden gesteld als het commando weer opnieuw wordt gestart. Via de configuratie dialoog kan dit menu ook worden weergegeven, om het project bibliotheek pad te wijzigen. 9

12 2.5 help Opent het Pragma help venster Via de index en zoek functies kan op verschillende onderwerpen worden gezocht. OPMERKING De inhoud van het elektronische help bestand komt overeen met de pdf versie. C:\ProgramData\Pragma\Pragma 2013 handleiding.pdf 10

13 3 Eigenschappen In dit hoofdstuk worden de instelmogelijkheden van Pragma beschreven. 3.1 Eigenschappen Toont een dialoog waarmee Pragma instellingen kunnen worden gewijzigd. Project Bib [...] Pragma maakt gebruik van een projectbibliotheek. Dit is een map op de computer of het netwerk waar projectinformatie wordt neergezet. De voorkeur map is C:\Temp\Revit. Het is mogelijk om zelf een andere map te selecteren. Het pad wordt in het project opgeslagen. Selecteer de gewenste uitwissel map. In deze map worden *.dwg en *.rfa bestanden geplaatst. Manager... Toont een Projectmap Manager (pagina 12) dialoog om ouderhoud te plegen op de projectbib map Gegevens worden gesorteerd weergegeven in de lijst en kunnen daarna worden gewist of naar een andere map worden gekopieerd.

14 Pragma Wanden Geeft aan hoe de parametrische wandstijlen moeten worden samengesteld. Deze schakelaar heeft invloed op de wand voorrangen. Materiaal Tabel De materiaal tabel regelt de lijndikte en het arceer patroon van de materialen voor de verschillende detail nivo's. Trappen Indien de schakalaar wordt aanezet kan worden opgegevens hoe hoog de standaard trappen moeten worden. De standaard woningbouw trappen zijn aangemaakt met een hoogte van 2900 mm maar kunnen volgens het laatste bouwbesluit worden verschaald tot een hoogte van 3008 mm zonder een extra optrede toe te passen. Binnendeuren Deze opties worden gebruikt voor het regelen van instellingen voor het maken van kozijnoverzichtbladen. Maatlijn stijl Kies hier de maatlijn stijl die voor het bematen van de kozijnen moet worden gebruikt. Afstand tot doorsneden Geeft de afstand op in mm tussen het kozijn aanzicht en de kozijn doorsneden. Afstand tot eerste maatlijn Geeft de afstand op in mm voor de plaats van de maatlijnen, t.o.v.het kozijn aanzicht of de kozijn doorsneden. Afstand tussen maatlijnen Geeft de afstand op in mm die tussen maatlijnen moet worden aangehouden. 3.2 Projectmap Manager Voor het beheren van de project directory De Pragma projectmap wordt gebruikt om conversie data in te plaatsen. Bouwdelen die via het bouwdelen menu worden geplaatst, startten indien nodig een conversie programma om een Revit family aan te maken. Het originele AutoCAD block en de aangemaakte Revit family worden uiteindelijk in deze map geplaatst. Met de projectmap manager kan de projectmap selectief worden opgeschoond. Tevens kunne met de projectmap manager eenvoudig bouwdelen naar een andere projectmap worden gekopieerd. De projectmap manager sorteerd alle onderdelen die door de conversie zijn aangemaakt bij elkaar onder de naam van de Revit family. Project Bib ->Manager Beheert alle *.dwg, *.rfa, *.bak of *.sld bestanden in de project Bib map. (b.v. c:\temp\revit) 12

15 Toont de inhoud van de gekoppelde project bibliotheek map. Weergave Vink hier aan welke bestands extenties in de lijst moeten worden weergegeven. Extentie Omschrijving.dwg AutoCAD tekening.sld AutoCAD slide. Deze wordt voor de weergave in het bouwdelen menu gebruikt..rfa Een Revit Familie element.bak Een backup van een AutoCAD tekening Check All Zet alle vinkjes aan. Uncheck All Zet alle vinkjes uit. Kopieer Kopieer alle geselecteerde (aangevinkte) bestanden naar een op te geven map. Wissen Wis alle gemarkeerde bestanden. OPMERKING Wis niet zomaar alles uit de projectmap. S Soms zijn die tijdelijke bestanden echter nodig zoals de blocks met de kozijnoverzichten. Die worden gebruikt bij de kozijn overzicht bladen en moeten dus niet gewist worden.

16 3.3 Materialen Bepaalt de lijndikte en de arceereigenschappen van materialen. Materiaal tabel Geeft aan welke arceer tabel wordt gebruikt voor de conversie van de materiaal contour kleuren en arceer patronen. Deze materiaal tabel wordt gebruikt om aan te geven met welke hoe de AutoCAD materialen moeten worden weergegeven. Door het al aan te geven met welke pendikte, arcering of kleur een bouwdeel moet worden getekend, heeft invloed op de uiteindelijke pendikten en kleur in Revit. Bij de conversie worden AutoCAD tekeningen (*.dwg) vertaald naar Revit families (*.rfa). Bij deze conversie worden eerst de AutoCAD lijnen en arceringen met behulp van deze materiaal tabel vertaald naar de kleuren en pendiktes die in deze tabel zijn weergegeven. Pas daarna wordt ene AutoCAD tekening naar een Revit family vertaald. Materiaal tabel -> Wijzigen Toont de instellingen van de materialen. Revit Detail level Schaalniveau in tabel Opmerking Coarse Fase 1 Ontwerp Medium Fase 2 Bestek Fine Fase 3 Werktekening De materiaal tabel beschrijft voor elk materiaal, per weergave fase de contour kleur (= pendikte) en een of meerdere arceer patronen per fase en de kleur van ieder arceer patroon. Door het aanpassen van de materiaaleigenschappen in deze tabel kunnen de lijn dikte en het arceer patroon weergave per Detail Level in Revit worden geregeld. 14

17 4 Bibliotheek elementen Pragma wordt geleverd met meer dan D en/of 3D bibliotheek elementen. Dit hoofdstuk geeft een beschrijving hoe een bouwdeel gevonden kan worden. 4.1 Het bouwdelen menu Toont de Pragma bouwdeel menu. De dialoog geeft de mogelijkheid om op een eenvoudige wijze een bouwdeel te vinden en daarna in het project te plaatsen. Selecteer de knop bouwdelen om Pragma bibliotheek-elementen te plaatsen. Het bouwdeel menu geeft toegang tot de volgende drie bibliotheken. Project bibliotheek Buro bibliotheek Hoofd bibliotheek Gebruik het menu om bouwdelen op te zoeken. Na het selecteren van een bouwdeel uit het menu wordt gekeken of het bouwdeel al in het project voorkomt. Als het bouwdeel niet wordt gevonden wordt er een conversie programma gestart om een AutoCAD blok te converteren naar een Revit Family. De conversie kan bij de eerste conversie een paar seconden tijd kosten. Bij de tweede plaatsing van hetzelfde bouwdeel gaat alles weer snel. De naamgeving van het blok is belangrijk. AutoCAD blokken die beginnen met de naam Q worden verder onderzocht en bevatten 3D informatie. Andere bouwdelen bevatten uitsluitend 2D informatie zoals de meeste elektra symbolen of details t.b.v. Revit Call Outs. 15

18 4.2 NL-Sfb / Template koppeling Er wordt eerst gekeken of het blok contourlijnen bevat die gaten kunnen knippen in wanden, vloeren of daken. Nl-sfb Bouwdeel Revit bouwdeel Template 11 Funderingen (komt later) BCB Fundering 17 Palen plan Annotation BCB Algemene Annotatie 21 Binnen wanden Wall (system family) 22 Buiten wanden Wall (system family) 23 Voeren Floor (system family) 24 Trappen Generic Model BCB Algemeen Model 27 Daken Roof (system family) 28 Kolom Structurual column BCB Kolom 28 Ligger Structurual beam BCB Ligger 32 Binnen Kozijnen Door BCB Deur 31 Buiten kozijnen Window BCB Kozijn 37 Dakramen Window BCB Algemeen Model dak gekoppeld wtb BCB Mechanisch Onderdeel Electra Symbolen Electrical fixtures BCB Electra Wand gekoppeld 65 (Brand)Veiligheid Annotation BCB Algemene Annotatie 66 Lift Generic Model BCB Lift 73 Keuken Plumbing BCB Casework 74 Sanitair Plumbing Fixture BCB Sanitair 82 Meubels Furniture BCB Meubilair 86 Meubels Furniture system BCB Meubilair Systeem 90,91 Revit Trees BCB Beplanting 99 Perceel Perceel Overig Andere Generic Model BCB Algemeen Model Voor blok namen die beginnen met de letter S worden onderzocht of ze als symbool kunnen worden geplaatst. Alle andere blokken worden als detail component geplaatst t.b.v. Revit Call-Outs (2D details). 4.3 Bibliotheken en de zoek volgordes Bibliotheek elementen / bouwdelen worden op verschillende locaties in een vast volgorde gezocht. De hoofdbibliotheek De hoofd bibliotheek bevat ongeveer bouwdelen en details. Daarbovenop bevat de bibliotheek tevens parametrische bouwdelen en details die door het ingeven van afmetingen op maat kunnen worden getekend. 3D en 2D elementen De bouwdelen in de bibliotheek waarvan de naam begint met de letter Q bevatten over het algemeen 3D informatie. Als de naam van het bouwdeel niet met de letter Q begint of het bevat geen 3D data, dan wordt er altijd een detail component (= 2D detail) of een symbool van gemaakt. Symbolen In de bibliotheek staan bouwdelen waarvan de naam begint met de letter S. Deze symbolen worden als annotatie in het project geplaatst. In dien de schaal van de view wordt gewijzigd, zal ook de grote van het symbool in de weergave worden aangepast. 16

19 OPMERKINGEN Deze bibliotheek wordt regelmatig aangevuld met nieuwe gegevens. De bibliotheek elementen in de hoofd bibliotheek worden bij een installatie van een nieuwe versie of update overschreven. De Buro Bibliotheek De buro bibliotheek is een map waarin de kenmerkende bouwdelen en details van het bureau worden opgeslagen. De buro bibliotheek is handig voor het aanpassen van bouwdelen uit de hoofd bibliotheek. Het is niet mogelijk om een bibliotheek te leveren die zonder aanpassing aan iedere wens zal voldoen. Bouwdelen en details uit de hoofd bibliotheek, kunnen worden gewijzigd en onder dezelfde naam in de buro bibliotheek worden opgeslagen. Dit heeft twee voordelen. Als er een bouwdeel in het bouwdelen menu wordt geselecteerd en er staat een aangepast bouwdeel onder dezelfde naam in de buro bibliotheek dan zal het block uit de buro bibliotheek uiteindelijk in het project worden geplaatst. Aangepaste tekeningen worden niet overschreven na installatie van een nieuwe versie of update. De project bibliotheek In de project bibliotheek worden alle Revit families geplaatst die door Pragma worden aangemaakt. Het is ook mogelijk om via de project bibliotheek AutoCAD tekeningen (liefst een ALFA tekeningen) te laten vertalen naar een Revit family. Werkwijze Plaats een AutoCAD blok (liefst een ALFA blok) in de uitwissel map Open de Pragma bouwdelen bibliotheek dialoog en klik op selecteer de Project bibliotheek optie in de lijst Selecteer het bouwdeel Klik op OK om de conversie te starten. 17

20 Zoek volgorde Na selectie van een element uit de bibliotheek wordt eerst in het project gekeken of de family al in het project aanwezig is. Vervolgens wordt in de project map gekeken of er een nieuwere versie van de family aanwezig is. Indien dit het geval is, zal de conversie weer worden gestart om een nieuwe versie van de family aan te maken. Als de family niet in het project zit zal de family of een AutoCAD tekening in de project map worden gezocht. Indien de family niet in de project map wordt gevonden, zal in de buro bibliotheek worden gezocht naar de family of naar de AutoCAD tekening. Als laatste wordt in de hoofd bibliotheek gezocht naar een family of AutoCAD tekening. Indien de family of de DWG niet worden gevonden, zal er een foutmelding worden weergegeven. Na het vinden van de Revit Family wordt deze geladen en kan bouwdeel in het project worden geplaatst. OPMERKING Indien er alleen een AutoCAD tekening gevonden, dan wordt de tekening eerst naar een Revit Family vertaald en kan dan vervolgens in het project worden geplaatst. 18

21 5 Bouwdelen De Pragma bouwdelen zijn onderverdeeld in verschillende NL-Sfb groepen. In dit hoofdstuk worden de specifieke eigenschappen, tips en trucs van de verschillende bouwdelen besproken per NL-sfb groep Funderingsbalken Voor het plaatsen van funderingsbalken een gebouw. Parametrische funderingsbalken In de NL-sfb groep 16 funderingen zit de functie funderingsbalk voor het tekenen van parametrische funderingen. Type / vorm Boven in de dialoog staan de zeven verschillende typen funderingen, met daaronder de lijst met voorgedefinieerde afmetingen. Hieruit kan d.m.v. dubbelklikken, direct een keuze worden gemaakt. Afmetingen Rechts van de lijst wordt een plaatje van de betreffende fundering getoond. Blocknaam In het veld blocknaam, de basis voor de Revit Family Name, staat de blockcode zoals dit block in de hoofd bibliotheek heet. Er wordt indien nodig een nieuwe naam gegenereerd, als er een afwijkende afmeting wordt ingetypt. Deze code is uniek in het huidige project. De blocknaam kan alleen worden aangepast, als er afwijkende afmetingen zijn ingevuld. 19

22 Omschrijving In het veld omschrijving staat de omschrijving zoals die in Revit wordt gebruikt. Wanneer er een afwijkende afmeting wordt gebruikt, zal het programma een standaard omschrijving aanmaken. De omschrijving kan alleen worden aangepast, als er afwijkende afmetingen zijn ingevuld. Afmetingen Hier kunnen afwijkende afmetingen ingevoerd worden. Het aantal waarden dat ingevuld dient te worden verschilt per type fundering. Achter de tekst Afmeting: staat vermeldt d.m.v. van code (b1,b2,h1,h2) hoeveel waarden ingevuld moeten worden. Deze codes worden ook in het plaatje getekend. Zo kan men zien welke waarde wordt bedoeld. Het plaatje zal direct aan de hand van de ingevoerde waarden worden getekend. Wanneer niet het juiste aantal waarden is ingevuld, zal er een standaard plaatje getekend worden. Wanneer er een onjuist aantal waarden is ingevuld, is het niet mogelijk de dialoog d.m.v. de OK knop te verlaten Na het selecteren van de OK knop verschijnt de volgende dialoog. Plaats een Detail /call-out Plaats de funderingsbalk doorsnede als 2D detail component in het project. Selecteer een locatie voor het 2D detail component. Plaatsen een beam Plaats een 3D funderingsbalk in het project. Na het selecteren van de OK knop verschijnen er teken opties onder de ribbon. Let erop dat bij Placement Plane het juiste werkvlak wordt geselecteerd en dat de optie Chain aanstaat indien de hoek aansluitingen automatisch moeten worden opgelost. Vervolgens kan de fundering worden getekend door meerdere hoekpunten te selecteren. 20

23 Voor het tekenen van gebogen funderingsbalken of balk aansluitingen kan eerst een stukje fundering worden getekend. Start vervolgens de functie Create Similar (CS) en selecteer de eerder geplaatste funderingsstrook. In de ribbon onder de modify worden nu andere teken functies weergegeven. Selecteer de boog / of arc functie om een gebogen funderingsbalk te tekenen. Indien een funderingsbalk op een andere fundering begint of eindigt, worden de aansluitingen automatisch opgelost. Elementen verplaatsen naar een andere verdieping Selecteer eerst alle funderingsbalken die naar een andere verdieping of werkvlak moeten worden verplaatst. In de ribbon onder de modify tab verschijnt dan de functie Edit Work Plane. Plaats een fundering onder een bestaande wand Om een fundering onder een bestaande wand te plaatsen kun je als volgt te werk gaan: Plaats eerst een funderingsbalk op een willekeurige plaats in de tekening. Start vervolgens de functie Create Similar (CS) en selecteer de eerder geplaatste funderingsstrook. Selecteer de functie Pick Lines Selecteer de hartlijn van de wand. 21

24 Om de hartlijn van de wand beter te kunnen zien is in de afbeelding de Wireframe mode aangezet. Na het selecteren van de wand hartlijn zal de funderingsbalk onder de wand worden getekend. Selecteer op dezelfde wijze ook alle overige hartlijnen van de wanden. Na het plaatsen van de funderingsbalken kunnen de wanden op de fundering worden geplaatst, door wand property Base Constraint op een workplane van de fundering te plaatsen. 22

25 Palenplan Geeft een overzicht van palenplan symbolen. De symbool schaal reageert op de schaal van de viewpoort De paal symbolen worden als symbool in het project geplaatst en worden verschaald als de schaal van de view wordt aangepast. Weergave van de symbolen met een view schaal van 1:100. Weergave van de symbolen met een view schaal van 1:200. De afstanden tussen de symbolen blijft gelijk het symbool wordt nu twee keer zo groot weergegeven. Viewpoort schaal De viewpoort schaal kan worden ingesteld met schaal optie in de linker onderhoek van de viewpoort. 23

26 5.3 21/22/28 Wanden BCBWA Met deze functie kunnen enkelvoudige en samengestelde wanden worden geplaatst. Pragma kent twee soorten wanden. Selecteer in de configuratie dialoog dan het wand type dat moet worden aangemaakt. Het verschil zit in een andere definitie van de materiaal prioriteiten. Als de schakelaar Pragma Wanden uit staat, dan worden de wanden op de standaard Revit wijze aangemaakt. Revit wandopbouw Materiaal index ALFA prioriteit in Pragma Luchtspouw 3 Isolatie 3 Buitenspouwblad 4 of 5 Binnenspouwblad 1 of 2 Wandafwerkingen 4 of 5 Enkele wand ---Core (extern) Enkele wand ---Core (intern) Woning scheidende wand Spouwmuur ----Core (extern) (eventueel) Afwerkingen buiten Enkele wand Buitenspouwblad(wandomzetting Aan) luchtspouw luchtspouw Enkele wand Isolatie materiaal 24

27 Enkele wand Woning scheidende wand Spouwmuur ---Core (intern) ---Core (extern) Binnenspouwblad ---Core (intern) (eventueel) Afwerkingen binnen Pragma wandopbouw Deze wanden hebben een gewijzigde prioriteitenlijst. Het materiaal bepaalt hier de prioriteit. Door deze afwijkende prioriteiten worden wandaansluitingen automatisch opgelost. Materiaal prioriteiten De materiaal prioriteiten van Pragma (Revit kent maximaal 5 prioriteiten) Om wanden automatisch correct aan te laten sluiten is de volgende verdeling aangehouden. Materiaal index ALFA prioriteit in Pragma -1 luchtspouw 1 3 baksteen 3 4 beton 2 6 cellen beton 5 7 gips 5 16 kalkzandsteen 4 22 prefabbeton 2 23 poriso 5 27 steen 3 30 stuc/pleisterwerk isolatie isolatie 1 50 gewapend beton 2 51 prefab betonschuim 5 Wandopbouw Enkele wand Woningscheidende wand Spouwmuur ---Core (extern) Enkele wand ---Core (intern) ----Core (extern) Enkele wand luchtspouw Enkele wand ---Core (intern) (eventueel) Afwerkingen buiten Buitenspouwblad(wandomzetting Aan) ---Core (extern) luchtspouw Isolatie materiaal Binnenspouwblad ---Core (intern) (eventueel) Afwerkingen binnen Intern / Extern Binnenwanden kunnen worden gekenmerkt door een parameter Internal (Nl-sfb 22 en 28 ) Buitenwanden kunnen worden gekenmerkt door een parameter External (Nl-sfb 21) Enkele wanden Selecteer een enkele wand uit de bouwdelen bibliotheek en plaats deze in de tekening. 25

28 Samengestelde wanden Selecteer een wandstijl in de onderstaande dialoog en plaats de wand in de tekening. Met deze dialoog kunnen, naast de selectie van een bestaande wand, ook nieuwe wandstijlen worden aangemaakt. 26

29 Vloeren en vloerstijlen BCBVL In het bouwdelen menu kunnen enkele of samengestelde vloeren worden geselecteerd. Na selectie wordt de vloerstijl aangemaakt en kan de vloercontour worden getekend. Deze functie is beperkt tot monoliete vloeren en niet geschikt voor het plaatsen van systeembvloeren Na de selectie wordt de Revit vloer functie automatisch gestart om zo de vloer contour te kunnen tekenen. Selecteer in het menu de gewenste hulp teken functie. In het menu kan een vloertype direct worden geselecteerd om deze dan daarna direct in het project te plaatsen. Vloerstijlen Met de vloerstijlen dialoog kan een vloer bestaande uit verschillende onderdelen worden samengesteld Samengestelde vloeren kunnen alleen via de vloerstijlen dialoog worden geplaatst. Selecteer een bestaande vloer stijl in de lijst om deze in het project te plaatsen. Om de vloeren in de lijst te kunnen wijzigen, moet er eerst een kopie van worden gemaakt. Tip: Oplegging van vloeren in de wand Tijdens het tekenen van de vloercontour kan het zijn dat de offsetlijn niet correct in de wand komt te liggen. Klik dan op een van de contoursegmenten. Er verschijnen dan twee grips op het uiteinde van de contourlijn. Klik op een van de grips. Daarna verschijn er een offset symbool. Klik de maattekst aan en vul de juiste waarde in. Tip: Vloeren naar andere verdiepingen kopiëren gaat via het clipboard. Selecteer eerst een vloer. 27

30 Klik in de clipboard Ribbon groep op de knop Copy to Clipboard. Klik in de clipboard Ribbon groep op de knop paste->aligned to selected levels. Selecteer in de dialoog naar welke levels moet worden gekopieerd. Selecteer een of meerdere levels in de Select Levels dialoog. Gebruik de shift en de Ctrl toest om de selectie samen te stellen. De vloeren worden dan nog niet automatisch in de wanden opgelegd. 28

31 Prefab vloerplaten Plaatsen van prefab vloerplaten als beam of als beam system. BCBBS Selecteer in het bouwdelen menu NL-sfb groep 23 een prefab vloerplaat doorsnede om deze in de tekening te kunnen plaatsen. Na het selecteren van een vloerplaat uit het Pragma bouwdelen menu, verschijnt de volgende dialoog: Plaats een Detail /call-out Plaats de vloerplaat doorsnede als 2D detail component in het project. Selecteer een locatie voor het 2D detail component. Plaatsen een beam Plaats een 3D vloerplaat in het project. Na het selecteren van de OK knop verschijnen er teken opties onder de ribbon. Let erop dat bij Placement Plane het juiste werkvlak wordt geselecteerd. Vervolgens kan de vloerplaat worden getekend door twee of meerdere punten te selecteren. 29

32 Plaatsen als beam system Teken de contour van de vloerplaat. Na het sluiten van de tekenfunctie wordt het vlak vol gelegd met de geselecteerde dakplaten. De h.o.h. afstand van de platen kan achteraf nog via de properties dialoog worden aangepast. Aanpassen plaatverdeling Na het selecteren van het beam system kan in het properties dialoog venster met de optie Justification de verdeling worden aangepast. Standaard staat de justification op Center. Het is ook mogelijk om de verdeling op Begin of op End te zetten. Indien de Justification wordt aangepast, kies dan ook de daarbij behorende Beam type Justification Center Begin End Beam type eindigt op -Center -Begin -End 30

33 Elementen verplaatsen naar een andere workplane Selecteer eerst alle vloerplaten die naar een andere verdieping of werkvlak moeten worden verplaatst. In de ribbon onder de modify tab verschijnt dan de functie Edit Work Plane. Werk- en drukvloeren Na het tekenen van het beam system kunnen werk- en drukvloeren heel eenvoudig met een vloerstijl bovenop deze vloer worden getekend. Moet er zowel een werkvloer als een drukvloer worden getekend, maak dan een vloerstijl aan, waar beide elementen inzitten. Totaal resultaat, door het beam system een elevation offset van -(hoogte afwerk + drukvloer) in te regelen. 31

34 Afschuinen van prefab vloerplaten De vloerplaten in het beam system kunnen worden afgesneden, door een combinatie van een work plane en de cut functie. Selecteer eerst de horizontale verdieping waar de vloerplaten in getekend zijn. Teken vervolgens een work plane met de functie Achitecture > Ref Plane als snijvlak over de vloerplaten heen die geknipt moeten worden. Activeer de Modify > Cut functie om de gewenste platen te kunnen knippen. Selecteer eerst het plaatdeel wat moet worden afgeknipt en daarna de knip workplane. Herhaal deze actie voor alle platen die moeten worden geknipt. 32

35 Trappen In de bibliotheek zitten twee soorten trappen. De maatvaste trappen en de parametrische trappen Trappen kunnen vrij worden geplaatst in het project. Maatvaste Trappen De overige trappen zijn in vorm maatvast, maar kunnen in hoogte worden verschaald. De trap hoogte moet dan wel van te voren worden ingeregeld. De instelling is te vinden in de Eigenschappen (pagina 11) dialoog. Traphoogtes verschalen Zet de optie Standaard woningbouw trappen verschalen tot: aan. Vul vervolgens de traphoogte in. De waarde moet liggen tussen 2900 en 3008 mm. Sluit deze dialoog. Ga naar het bouwdelenmenu 24 Trappen een selecteer een woningbouwtrap uit de groep trappen die al 2900 hoog zijn. Na het plaatsen van de trap zal deze de ingestelde hoogte hebben. 33

36 Parametrische trappen In de NL-sfb groep 24 trappen zit de functie voor het tekenen van parametrische trappen. De parametrische trappen dialoog: speciaal bedoeld voor NL woningbouwtrappen. Selecteer een trap type en vul de gegevens in. Er wordt een Generic family aan gemaakt, omdat Revit niet in staat is Nederlandse woningbouw trappen aan te maken. Bij het invoeren van de trap eigenschappen controleert het programma of de te plaatsen trap voldoet aan het bouwbesluit. Doormiddel van een rood of groen lampje wordt aangegeven of de trap aan het bouwbesluit voldoet. In de dialoog kunnen de slotjes worden gebruikt om aan te geven dat bepaalde eigenschappen niet mogen worden gewijzigd. 34

37 Parametrische trappen achteraf wijzigen Parametrische trappen kunnen achteraf worden gewijzigd. Voer de volgende handelingen uit de trap achteraf te kunnen wijzigen. Selecteer eerst de te wijzigen trap in de tekening. Selecteer de Pragma bouwdelen knop in het Ribbon menu. Vervolgens verschijnt de volgende vraag: Wijzigen met de module?: Toont direct de trappen dialoog en laat in de trappen dialoog alle instellingen zien waarmee de trap is aangemaakt. Indien instellingen in de dialoog worden aangepast, wordt er indien nodig een nieuw trap aangemaakt en zal de geselecteerde trap door het nieuwe kozijn worden vervangen. Vervangen door een blok uit de bibliotheek: Toont het Pragma bouwdelen menu. Gaten knippen in een vloer Alle trappen kunnen een gat in de verdiepingsvloer knippen. In de trap zit een definitie voor een vrije ruimte trapgat opgeslagen. De afmeting van het gat houdt rekening met de minimale vrije doorloop ruimte. Werkwijze voor het maken van een gat in de vloer. Selecteer de Cut Geometry tool in het Modify menu. Selecteer eerst de vloer en daarna de trap. Er wordt een gat in de vloer geknipt. 35

38 OPMERKING Het is mogelijk om de afmeting van het gat via Edit family aan te passen. Bij het verplaatsen van de trap, zal het gat ook mee verplaatsen Daken BCBDK Plaatst een dak in de tekeningen. Het dak wordt voorzien van de geselecteerde dakstijl. Selecteer in het bouwdelen menu NL-sfb groep 27 een enkele dakplaat of een dak stijl om deze als dak in de tekening te kunnen plaatsen. Na het selecteren van een dak of dakstijl zal automatisch de Revit Roof functie worden gestart om de dak contour te kunnen tekenen. 36

39 Kies een teken optie uit de Draw groep. Selecteer de groene V knop in de groep Mode Indien de contour correct wordt getekend zal het dak met de geselecteerde dak stijl worden weergegeven. OPMERKING Gebruik een van de hulp functies uit het ribbon menu om het dak sneller te kunnen tekenen. Daken worden weergegeven als monoliete constructies. Tip: Platte daken tekenen Zet voor het tekenen de optie Defines slope uit Prefab dakplaten BCBBS Plaatsen van dakplaten als beam of als beam system. Selecteer in het bouwdelen menu NL-sfb groep 27 een samengestelde dakplaat doorsnede om deze in de tekening te kunnen plaatsen. Na het selecteren van een dakplaat uit het Pragma bouwdelen menu, verschijnt de volgende dialoog: Plaats een Detail /call-out Plaats de dakplaat doorsnede als 2D detail component in het project. Selecteer een locatie voor het 2D detail component. Plaatsen een beam Plaats een 3D dakplaat in het project. Na het selecteren van de OK knop verschijnen er tekenopties onder de ribbon. 37

40 Let erop dat bij Placement Plane het juiste werkvlak wordt geselecteerd. Vervolgens kan de dakplaat worden getekend door twee of meerdere punten te selecteren. Plaatsen als Beam system Teken de contour van het dakvlak. Na het sluiten van de teken functie wordt het vlak vol gelegd met de geselecteerde dakplaten. De h.o.h. afstand van de platen kan achteraf nog via de properties dialoog worden aangepast. Aanpassen plaatverdeling Na het selecteren van het beam system kan in het properties dialoogvenster met de optie Justification de verdeling worden aangepast. Standaard staat de Justification op Center Het is ook mogelijk om de verdeling op Begin of op End te zetten. 38

41 Indien de Justification wordt aangepast, kies dan ook de daarbij behorende Beam type Justification Center Begin End Beam type eindigd op -Center -Begin -End Elementen verplaatsen naar een andere workplane Selecteer eerst alle dakplaten die naar een andere verdieping of werkvlak moeten worden verplaatst. In de ribbon onder de modify tab verschijnt dan de functie Edit Work Plane. Teken een werkvlak met een hellingshoek Om een beam system met een hellingshoek te kunnen plaatsen, moet een workplane onder een hoek worden getekend. Maak een gevel aanzicht of doorsnede actief. Teken in deze view dan een workplane onder de gewenste hoek met de functie Achitecture > Ref Plane in de groep (work plane). Selecteer de getekende workplane opnieuw, zodat de properties worden weergegeven. Vul in de properties dialoog bij Name de naam van het referentie vlak in, zodat je dit vlak later eenvoudiger actief kan maken. Maak de 3D view actief. Maak nu dit workplane actief met de functie Achitecture > Set in de groep (work plane) Teken nu een beam of beam system in dit vlak. 39

42 Kolommen en liggers Plaatst de geselecteerde element als kolom, ligger of als detail in de tekening Na selectie van een staalprofiel uit Het bouwdelen menu (pagina 15) wordt er gevraagd of er een kolom, ligger of een 2D detail moet worden geplaatst. 28 Kolommen Kolommen worden vertaald naar Revit structural columns De kolom wordt na plaatsing automatisch aan een verdieping gekoppeld. Als de verdiepingshoogte wordt aangepast, zal de lengte van de kolom ook automatisch worden aangepast. OPMERKING Indien de kolom door het aangeven van twee punten moet worden geplaatst, staat de plaatsing instelling verkeerd en komt de kolom scheef te staan in plaats van verticaal. Selecteer eerst een kolom en daarna het commando. 28 Liggers Liggers worden vertaald naar Revit structural beams. De lengte van de liggers kan na plaatsing nog worden aangepast. Hoekaansluitingen De hoekaansluiting tijdens het tekenen wordt bepaald door het materiaal. Hout, prefab beton en staal Gestort beton De ligger wordt geplaatst door het plaatsen van het begin en eindpunt van de ligger.de lengte van de ligger kan achteraf met grips wordt aangepast. 40

43 OPMERKINGEN Indien een ligger wordt getekend in een horizontale doorsnede dan kan het zijn dat er een melding verschijnt in de tekening. De ligger kan wel worden geplaatst, maar is niet zichtbaar in deze plattegrond. Schakel naar de 3D weergave om de ligger te kunnen zien. De ligger wordt wel geplaatst, maar da in de verdieping onder de actieve level. Als de ligger in de 3D view wordt getekend, zal deze altijd worden weergegeven. Hoekaansluitingen liggers aanpassen De Hoekoplossing tussen twee liggers kan met de Revit functie Beam / Column Joins worden opgelost. Klik op de pijl voor de horizontale ligger Start Klik op het slotje om de liggers te koppelen Detail / Call-out Voor het maken van detailleringen kan de kolom ook als 2D plaatje in je detail worden geplaatst. 41

44 Binnen kozijnen Plaatst een parametrische binnen kozijnen in de tekening. Deze kozijnen kunnen achteraf eenvoudig worden gewijzigd. Selecteer de juiste kozijn onderdelen en stel de afmetingen in. Na het selecteren van de OK knop kan het kozijn in de wand worden geplaatst. OPMERKINGEN Het is ook mogelijk om dubbele deuren, stofdorpels en brandwerendheid in te regelen. Binnen kozijnen achteraf wijzigen De instellingen van het kozijn worden bij het kozijn opgeslagen. Bij wijzigen van het kozijn verschijnt de binnen kozijnen dialoog weer in beeld met alle gekozen instellingen. Selecteer het kozijn Klik op de Het bouwdelen menu (pagina 15) knop in de ribbon Wijzigen met de module? Toont direct de binnen kozijnen dialoog en laat tevens zien met welke instellingen het geselecteerde kozijn is aangemaakt. Indien instellingen in de dialoog worden aangepast, wordt 42

45 er indien nodig een nieuw kozijn aangemaakt en zal het geselecteerde kozijn door het nieuwe kozijn worden vervangen. Vervangen door een block uit de bibliotheek Toont het Pragma bouwdelen menu zodat een nieuwe keuze gemaakt kan worden Dakopeningen Plaatst een dak opening in een dakvlak. Selecteer in het bouwdelen menu NL-sfb groep 37 een lichtkoepel of een dakraam te kunnen plaatsen. Zorg ervoor dat in het project al een of meerdere daken zijn geplaatst, omdat de dakopening alleen in een al eerder getekend dak kan worden geplaatst. Langsdoorsnede over lichtkoepel. Detail Level Fine 3D weergave van een Velux dakraam. Het dakraam wordt automatisch aan het dakvlak gekoppeld en maakt tevens een gat in het dakvlak. OPMERKING Het dakraam kan indien nodig in de top weergave van de 3D view eenvoudig met de rotate functie worden geroteerd. Activeer eerst de 3D View weergave en klik dan op de Top weergave van de kompas. Selecteer het dakraam en vervolgens het Rotate commando Schakelaars en wandcontactdozen Plaatst elektra symbolen in de tekening Elektra symbolen hebben de volgende eigenschappen. Schakelaars en wandcontactdozen worden in de plattegrond als symbool geplaatst en zullen automatisch worden verschaald als de schaal van de view wordt aangepast. De symbool grootte en weergave zijn aangemaakt volgens de NEN 5152 specificatie. Opmerking De symbolen zijn alleen zichtbaar in display levels Coarse en Medium. 43

46 De schakelaars en wandcontactdozen hebben in de 3D view ook een 3D weergave die niet mee zal verschalen als de schaal van de view wordt aangepast. De hoogte van de schakelaars en wandcontactdozen kan per bouwdeel met een hoogte parameter worden ingeregeld. De ze waarde kan worden aangepast met de Revit Property Manager Brandveiligheid Plaatst brand / veiligheid symbolen in de tekening voor het maken van vluchtplannen. Deze symbolen kunnen worden gebruikt voor het maken van veiligheidsplannen. Ze worden in kleur geplaatst en schalen mee met de view schaal. Voorbeelden van veiligheid symbolen 5.14 Voorbeelden van brandveiligheid symbolen 73 Keukens Plaatst keuken elementen in de tekening. De keuken bibliotheek bevat keuken en blokken met verschillende breedtes of hoogtes die als Plumbing in het Revit zijn terug te vinden. Maak eerst een verdieping actief en plaats dan de keuken kasten op een willekeurige plaats in de tekening en schuif ze vervolgens naar de juiste locatie. Vooraanzicht 3D weergave Door het plaatsen van de Q block varianten vanuit het bouwdelen menu kan een keuken ontwerp worden samengesteld. Door de keuken elementen op de juiste wijze tegen elkaar te plaatsen, zijn in de aanzichten en doorsneden alle gegevens beschikbaar. 44

47 Sanitair Plaatst sanitair elementen in het project De sanitair bibliotheek elementen zijn in de Revit categorie Plumbing terug te vinden. De bouwdelen kunnen vrij in de ruimte worden geplaatst / 86 Meubels en kasten Plaatst meubels of kasten in het project. De meubels elementen zijn in de Revit categorie Furniture (=82) of in Furniture System (=86) terug te vinden. De bouwdelen kunnen vrij in de ruimte worden geplaatst. Voorbeeld van Gispen meubilair 45

48 6 Kozijnen Pragma geeft de mogelijkheid om op een heel flexibele wijze kozijnen parametrisch te ontwerpen, en daarna te materialiseren. Bij het materialiseren van het kozijn wordt er een maatvast Revit kozijn (Window) aangemaakt, die in de verschillende detail levels (Coarse, Medium, Fine) ook de bijbehorende kozijn detailleringen laat zien. Deze details kunnen zowel in horizontale als verticale doorsneden worden bekeken. Door een kozijn in te ruilen voor een ander Pragma kozijn worden ook automatisch de detailleringen aangepast. Tevens zijn er functies aanwezig om kozijn overzicht bladen voor binnen en buitenkozijnen te maken, waarbij van alle gebruikte Pragma kozijnen een overzicht wordt getoond en de hoeveelheden worden weergegeven Buiten kozijnen algemeen De kozijnmodule van Pragma kan op basis van een Revit curtain wall een Revit Window maken. Beknopte werkwijze Pragma Buitenkozijnen kunnen worden samengesteld door eerst een curtain wall te plaatsen en daar vervolgens een curtain grid in te tekenen. Daarna kunnen de vlakvullingen worden toegekend. Als laatste kan het kozijn worden gematerialiseerd. Hierbij wordt de curtain wall data (kozijnvorm) vertaald naar een Revit Window Kozijnen Tekenen Teken het ontwerp kozijn Plaats met deze functie direct een ontwerp kozijn (curtain wall) met de juiste afmetingen. Of selecteer eerst een curtain wall in de tekening om de afmetingen achteraf met deze functie aan te passen Kozijn afmetingen Teken het ontwerp kozijn met de afmetingen die via een dialoog kunnen worden ingegeven. Plaats met deze functie direct een ontwerp kozijn (curtain wall) met de juiste afmetingen. Of selecteer eerst een curtain wall in de tekening om de afmetingen achteraf met deze functie aan te passen. 46

49 Na het starten van de functie verschijnt de View Selector in beeld. Selecteer een verdieping of de 3D weergave om het kozijn in te plaatsen. Indien de vetgedrukte kopregel wordt geselecteerd, kan de groep in of uit worden geklapt. Gebruik de muis of de cursor toetsen om een keuze te maken. De keuze kan met de Enter toets of spatiebalk worden bevestigd. Vul de buiten afmetingen van het kozijn in de dialoog. Weergave Stijl Het keuze vak Weergave Stijl geeft de mogelijkheid om een curtain wall stijl te kiezen. Hierdoor kan een kozijn met stijlen direct in de tekening te plaatsen. De curtain wall definitie 31_BCB_vlsgvl-01_br=1000_h=1000 heeft geeft standaard stijlen en regels weer van 50x100 mm. Plaats Na het selecteren van de plaats zal direct op voorzijde van het kozijn worden weergegeven. Zo is het mogelijk om de plaats van stijlen en regels beter aan te kunnen geven. Koppenmaat Zet de optie Op Koppenmaat aan om de waarden op koppenmaat om te kunnen rekenen. Vul de koppen en lagenmaat in. Geef met de radiobutton aan welk invoerveld (latei, kozijn, Dorpel) achteraf mag door de koppenmaat berekening worden aangepast. 47

50 Klik op de knop Bereken koppenmaat om de kozijn hoogte en breedte opnieuw te berekenen. OPMERKINGEN Er is een beperkte lijst met formaat gegevens aanwezig. Een keuze uit deze lijst vult de koppen en lagen maat in. Voor stoot en lintvoegen wordt gerekend met een metselvoeg van 10 mm. Vul ook de Latei en Dorpel hoogte in om een correcte lagenmaat te kunnen berekenen. Met deze functie kunnen de afmetingen van een curtain wall kozijn ook achteraf worden aangepast Kozijn stijlen en regels Plaatst Stijlen en regels in het ontwerp kozijn. Klik op de knop stijlen&regels in het Pragma menu om de stijlen en regels in de curtain wall aan te geven. De plaatsing opties worden in de Ribbon (Modify Place Curtain Grid) weergegeven. Kies een optie en selecteer een stijl of regel van de curtain wall om een nieuwe stijl of regel te plaatsen. OPMERKING Indien in de curtain wall definitie ook stijlen en regels zijn aangegeven, zullen deze ook direct in de curtain wall worden weergegeven. 48

51 Kozijn vlakvullingen toekennen Vlakvullingen toekennen Selecteer de knop Vlakvulling om de inhoud van een kozijn vlak te bepalen. Standaard wordt glas weergegeven. Selecteer eerst de knop Select Curtain Wall een curtain wall. Selecteer met de knop Select vlak een vlak binnen het ontwerp kozijn (curtain wall) te selecteren. Pas na het selecteren van een vlak worden de functies in de dialoog actief. Selecteer een raam, deur of andere vlakvulling. 49

52 50

53 1. Dit is de dikte van het buitenspouwblad inclusief de wandomzetting. B.v. Het buiten spouwblad is 100mm dik en de spouw moet 50mm worden dichtgezet om de spouwlat vast te kunnen zettten, dan moet hier de waarde 100mm + 50mm = 150mm worden ingevuld. Invoervelden rechts 1. Doorsteek van het metselwerk voor het binnenspouwblad 2. De neggemaat. Dit maat bepaalt hoever de voorkant van het kozijn naar binnen of buiten het metselwerk moet uitsteken. 3. Doorsteek van het metselwerk voor het buitenspouwblad Kozijn materialiseren Het ontwerp kozijn (de curtain wall) materialiseren. Selecteer de knop Materialiseer om het ontwerp kozijn te materialiseren. Bij het materialiseren van de curtian wall wordt er een Revit Window aangemaakt. De afmetingen, stijlen en regels en de vlakvullingen worden gebruikt voor het aanmaken van het nieuwe kozijn. Na het activeren van deze functie wordt gevraagd om het ontwerp kozijn (de curtain wall) in de tekening te selecteren. Met de Doorsnede Selector kunnen meerdere horizontale en verticale doorsneden binnen het kozijn worden geselecteerd. Door op de knop met het pijltje te klikken kan de positie van de doorsnede worden aangegeven in de curtain wall. OPMERKING Er moet minimaal één horizontale en één verticale doorsnede worden geselecteerd om de OK knop actief te maken. Selecteer de OK knop om verder te gaan 51

54 Met deze dialoog kan worden ingeregeld welke series en materialen voor moeten worden gebruikt voor de conversie van het ontwerp kozijn. Mocht na de conversie blijken dat de gekozen instellingen niet correct waren, selecteer het ontwerpkozijn opnieuw en start vervolgens deze materialiseer functie opnieuw. OPMERKING Alle in het project geplaatste kozijnen met dezelfde naam worden dan ook automatisch aangepast. 52

55 Positie van het kozijn in de wand Selecteer de knop Wandaansluiting in deze dialoog om kozijnplaatsing en spouw lat, latei, raamdorpel en vensterbank gegevens vast te leggen. (Zie onderstaande afbeelding) Het correct invullen van de wand instellingen is belangrijk om het kozijn goed in de wand te kunnen plaatsen. Door het invullen van deze gegevens worden de vensterbanken, raamdorpels, lateien, rollagen, spouwlatten correct aangemaakt. Alleen op deze wijze kan een kozijn in een enkele wand, maar ook in met join gekoppelde wanden correct worden geplaatst. Start de conversie De conversie start na het selecteren van de knop Afsluiten. Wandaansluiting dialoog Denk hierbij om de wandinstellingen zoals spouwbreedte, instelling latei, raamdorpel en vensterbank OPMERKINGEN Per kozijnmerk moet er een curtain wall worden aangemaakt. Met de zoek functie zoek kozijn kan die curtain wall in de tekening worden teruggevonden, die eerder met de functie Pragma kozijn werd geconverteerd. 53

56 Pragma maakt op basis van de aanwezige CAD gegevens een Window Family aan zoals in de afbeelding wordt weergegeven. OPMERKINGEN Kozijnen die hoger zijn dan 2meter worden 0 mm boven de actieve levelhoogte geplaatst. De overige kozijnen worden standaard met een borstwering hoogte van 800mm geplaatst. De plaatsingshoogte van het kozijn kan achteraf met een parameter instelling worden aangepast. Een kozijn met meerdere doorsneden Bij het maken van een buiten kozijn kunnen meerdere horizontale en verticale doorsneden worden aangemaakt. Selecteer het kozijn in de tekening en zoek de volgende gegevens op in het property venster van Revit. Indien bij het aanmaken van het kozijn meerder horizontale of verticale doorsneden zijn aangemaakt, is het mogelijk om een andere doorsnede te selecteren. Selecteer voor verticale doorsneden een andere verdrsn X-X doorsnede, indien aanwezig en voor horizontale doorsneden een hordrsn X-X doorsnede indien aanwezig. 54

57 Plaatsing van een buitenkozijn in een spouwmuur Het kozijn kan worden geplaatst in een spouwmuur (uit een stuk) of een spouwmuur die uit meerdere met join gekoppelde losse wanden bestaat. Het kozijn moet dan altijd in het buitenspouwblad worden geplaatst. Spouwmuur uit een stuk Spouwmuur uit losse delen Wanden worden met het commando join aan elkaar gekoppeld. OPMERKING Als een spouwmuur uit meerdere losse bladen bestaat, moeten deze wanden met het join commando aan elkaar worden gekoppeld anders wordt er door het kozijn geen gat in het binnenspouwblad gemaakt. Wandomzettingen Het is mogelijk om het buiten spouwblad automatisch om te zetten, in dien aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Het kozijn bevat twee referentie vlakken waarmee wordt bepaald hoever de spouw kan worden dichtgezet. VOORWAARDEN Indien de totale spouwbreedte groter is dan de dan de spouwlatopening opgegeven in de kozijnmodule. Indien bij de wand de optie buitenblad omzetten aan staat. Zie vinkje bij materiaal BCB_Baksteen in de kolom wraps. En de optie Exterior bij Default wrapping. Indien het blad wat moet worden omgezet niet binnen de core van de spouwmuur liggen. Gewenst resultaat Vul in de Spouw instellingen dialoog dan de volgende gegevens in. 55

58 Spouwlatten uitzetten Wijzig voor het uitzetten van de spouwlat In de dialoog Spouw instellingen voor buitenkozijnen de optie Spouwlat in Zonder. 56

59 Glas of panelen in aanzichten voorzien van een grijze vlakvulling Via de knop instellingen kan worden ingeregeld of de glas en/of paneel vlakken moeten worden ingekleurd. Selecteer de knop Instellingen voor het wijzigen van de volarcering van glas of panelen. Al het glas, en/of alle panelen kunnen op deze wijze van een grijze vlakvulling worden voorzien. Hiermee kan in aanzicht een onderscheid worden gemaakt tussen glas en panelen. 57

60 6.7 Kozijnoverzicht bladen Maakt kozijnoverzicht bladen van alle binnen en buiten kozijnen die in het project zijn gebruikt. Het programma telt alle binnen of buiten kozijnen die in het project zijn geplaatst. Gespiegelde kozijnen worden separaat geteld. Klik op de Kozijn Overzichtbladen in de ribbon om het programma te starten. Maak in deze dialoog een keuze of de binnendeuren of buitenkozijnen moeten worden geteld. Het programma telt alle met Pragma aangemaakte binnen en buiten-kozijnen. Klik op Next om naar de volgende wizard pagina te gaan. 58

61 Kader Pragma wordt uitgeleverd, met een BCB kaders.rfa bestand. De keuze lijst toont de kader bestanden die in de map C:\ProgramData\Pragma\Kader staan. Indien in deze map een nieuwe familie met kaders en stempels wordt geplaatst, wordt deze na het opstarten automatisch in de lijst weergegeven. Kies hier het familie bestand, waarin de verschillende papierformaten zijn aangemaakt. We gaan er vanuit dat het stempel ook het stempel is aangemaakt. De familie BCB kaders.rfa bevat een parametrisch kader met een stempel. Door de afmetingen van het papier formaat parametrisch in te geven kan ieder papierformaat worden aangemaakt. De voor gedefinieerde papier formaten kan in de lijst papier formaat worden gekozen. Nieuwe papier formaten kunnen als type worden toegevoegd in het bestand BCB kaders.rfa Het parametrisch kader tekent automatisch alle benodigde vouwlijnen. Papier formaat Kies hier het gewenste papier formaat. Plot schaal Kies hier de plot schaal van de overzicht bladen. Stempel hoogte Geef hier de hoogte van het stempel in. Aan de onderzijde van het kader wordt deze ruimte vrijgehouden, om te voorkomen dat er kozijnen door het stempel heen worden getekend. Klik op Next om naar de volgende wizard pagina te gaan. 59

62 Op deze wizard pagina moeten de volgende gegevens worden ingesteld. Marge tussen blocks Dit is de ruimte die tussen de kozijn overzicht tekeningen van ieder kozijn wordt opengelaten. Tekst stijl De tekst stijl bepaalt de letter stijl/type) en de lettergrootte Naam van het overzicht Typ hier de naam in waaronder de overzichten zijn terug te vinden. Door een andere naam in te geven wordt voorkomen dat bij het opnieuw genereren van de overzicht bladen de vorige reeks wordt gewist. Uitvoer naar Kies hier welke Display Levels moeten worden aangemaakt. Indien de optie Alles wordt geselecteerd, worden alle Levels aangemaakt (Coarse, Medium, Fine), zal het langer duren voordat alle overzicht bladen zijn aangemaakt. Teken een scheidingslijn tussen merk en teksten Indien deze optie aan staat wordt er een horizontale scheidingslijn tussen een kozijn overzicht en de tekst gegevens van het kozijn getekend. Teken een kader om elk merk en bijbehorende teksten Indien deze optie aanstaat wordt er een rechthoekig kader om het kozijn en de tekst gegevens getekend. Voeg teksten toe aan ieder merk Indien deze schakelaar aanstaat wordt de kozijn gegevens per merk onder het kozijn overzicht geplaatst. 60

63 Voeg hoeveelheden toe aan ieder merk Indien deze schakelaar aanstaat wordt de hoeveelheden van het kozijn onder het kozijn overzicht geplaatst. De glas oppervlaktes en lengte van de kozijn profielen worden dan weergegeven Klik op Finish om alle kozijn overzicht bladen aan te maken. In het project overzicht zijn onder Sheets vervolgens de overzicht bladen terug te vinden. Voorbeeld van een kozijn overzicht blad. In het overzicht is te zien dat de als naam van de overzicht bladen Blad 1 is ingevuld. Achter de naam van ieder overzicht blad wordt automatisch een bladnummer geplaatst. OPMERKING Bij binnendeuren wordt een onderscheid gemaakt tussen links en rechts draaiende deuren Bij buitenwand openingen wordt aangegeven of een kozijn verkeerd in de wand is geplaatst. (buitenkant aan het kozijn aan de binnenzijde van de wand gekeerd) 61

64 Stempel Stempel in de family BCB kaders.rfa 62

65 De stempel gegevens worden automatisch voor een groot deel ingevuld, door van te voren eerst de project gegevens in te vullen. Revisie gegevens De lijst met revisie gegevens wordt automatisch ingevuld, met de revisie gegevens die in de view worden weergegeven. Door in het project revision clouds te plaatsen en deze te voorzien van een Tag kunnen de revisie teksten worden ingeregeld. OPMERKING Bij een groot project kan het even duren voordat alle overzicht bladen zijn aangemaakt. De optie alles bij uitvoer naar heeft tot gevolg dat de wachttijd met ongeveer een factor die zal toenemen. Indien niet alle kozijn overzichten binnen het kader van het papier formaat passen, worden de kozijn overzichten automatisch over meerdere overzicht bladen worden aangemaakt. Indien na het aanmaken van de kozijn overzichten nog nieuwe kozijnen worden toegevoegd, gewijzigd of gewist, kan de wizard opnieuw worden gestart om nieuwe kozijn overzichten aan te maken. Indien de naam van het overzicht blad in de dialoog niet is gewijzigd, worden de overzicht bladen met dezelfde naam automatisch overschreven. 63

66 7 Appendix De appendix behandeld nog een aantal wetenswaardigheden van Pragma. 7.1 Materialen en lagen Typ VV om de Revit view settings dialoog te openen. Selecteer onder Object Styles de tab Imported Objects. Hieronder vindt u de laagnamen van de originele AutoCAD elementen terug. an deze lagen is standaard al een materiaal gekoppeld. 64

67 Wijzig het materiaal van de laag om een andere kleur of materiaal aan de verschillende onderdelen toe te kennen. Bouwdelen vervangen Selecteer eerst een of meerdere bouwdelen in het project Start het Pragma bouwdelen menu en selecteer een ander bouwdeel. Alleen bouwdelen die uit dezelfde categorie zitten kunnen worden vervangen. Nadat alle bouwdelen zijn vervangen zal verschijnt de volgende dialoog. Indien er geen enkel bouwdeel kan worden vervangen, zal automatisch de functie worden gestart om het in het bouwdeel geselecteerde menu in het project te plaatsen. Pendiktes Bij de conversie van AutoCAD gegevens naar Revit worden de AutoCAD pen kleuren vertaald naar Revit pendiktes. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de tabel: C:\Program Files\Autodesk\Revit Architecture 2012\Data\importlineweights-dwgdefault.txt Deze dialoog is te vinden onder Insert > (pijltje) > Import Line Weights De nummers in deze tabel corresponderen met de volgende Revit pen tabel. 65