de heer H. Akkerman, wethouder mevrouw E. van Leeuwen-Klink, wethouder

Transcriptie

1 Conceptnotulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Giessenlanden, gehouden op donderdag 25 oktober 2012 in het gemeentehuis te Hoornaar. Voorzitter: Griffier: mevrouw E. Boot mevrouw N.C. Both Aanwezig: VVD de heren G.P.A. Snoek, A.L. van Duin, mr. T. van Houwelingen en A. Visser en mevrouw E.M. Kist PvdA de heren A.A.A.G.M. Beumken (t/m agendapunt 4), B.J. Buddingh, F.B. van de Koelen en R.J. van Rijn en mevrouw G.M.K. Piso (vanaf agendapunt 5) CDA de heren H.G. van Vuren, H.L. Glerum en J. Bak CU de heer J.D. Verspuij en L. Timmer SGP de heer J. Lock Mede aanwezig: de heer J. de Groot, wethouder de heer H. Akkerman, wethouder mevrouw E. van Leeuwen-Klink, wethouder Afwezig: - Notulen: mevrouw H. Claassen (Notuleerservice Nederland) 1. Opening De voorzitter opent de vergadering om uur. 2. Spreekrecht geagendeerde onderwerpen Er is geen spreekrecht aangevraagd. 3. Vaststellen van de agenda De voorzitter vraagt of agendapunt 12, Aanpassen Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio ZHZ, waarvan een gewijzigde versie is verspreid, een hamerstuk kan blijven. Dit is akkoord. Op verzoek van de heer Verspuij wordt agendapunt 13, Berap , een debatstuk. Dit punt wordt na agendapunt 16 behandeld. Met deze aanpassing wordt de agenda vastgesteld. 4. Raadsvoorstel : Toelating en beëdiging nieuw raadslid PvdA en afscheid van de heer A. Beumken De heren Beumken, Van Houwelingen en Van Rijn onderzoeken de geloofsbrieven. De heer Beumken deelt mee dat de geloofsbrieven akkoord zijn bevonden. De voorzitter stelt vast dat het raadvoorstel unaniem is aangenomen. De voorzitter neemt mevrouw de verklaring af. Mevrouw Piso legt de verklaring af. De heer Buddingh heet mevrouw Piso welkom in de gemeenteraad. De voorzitter memoreert de verdiensten en kwaliteiten van de heer Beumken als raadslid en fractievoorzitter gedurende een periode van tien jaar. Ze bedankt hem voor zijn zeer gewaardeerde inzet van zijn politieke kwaliteiten. 1

2 De heer Verspuij spreekt namens de raad zijn waardering uit voor de werkzaamheden van de heer Beumken als raadslid en fractievoorzitter en bedankt hem voor zijn betrokken inbreng voor Giessenlanden. De heer Buddingh staat stil bij de politieke carrière van de heer Beumken, zijn uitstekende politieke gevoel en handelen en zijn positieve en vernieuwende invloed op de PvdA-fractie. Hij vindt het afscheid een gemis voor de Giessenlandse politiek. De heer Beumken bedankt iedereen voor de verkregen complimenten en afscheidswoorden. Hij kijkt met genoegen terug op zijn tijd in de politiek, mede door de vele mensen die hij zo heeft ontmoet. Verder bedankt hij zijn fractiegenoten en wenst zijn opvolgster veel succes. 5. Vragenhalfuur De heer Glerum stelt vragen over het sympathieke voornemen van het college om de grondprijs voor de starterswoningen in Schelluinen te verlagen. Hij vraagt hoe deze subsidie aan de toekomstige kopers wordt uitgekeerd en of deze regeling ook in andere kernen wordt toegepast. Wethouder Akkerman antwoordt dat de gemeente bij het plan Over de Vliet III in Schelluinen voor de starterswoningen een kavelprijs van 300,00 per m² heeft vastgesteld, die de ontwikkelaar bij de kopers in rekening brengt. De gemeente ontvangt dus een lagere opbrengst. Er is voor dit plan gekozen omdat de kopers grote invloed op de uitvoering kunnen hebben. De woningen zijn bestemd voor Giessenlandse starters. Wanneer het project slaagt, zal dit beleid op meer locaties worden toegepast. De heer Timmer vraagt aanvullend of Giessenlandse starters, die intussen elders wonen, ook voor deze woningen in aanmerking komen. Wethouder Akkerman antwoordt dat de doelgroep jongeren tussen 18 en 30 jaar zijn, die wonen in of afkomstig zijn uit Giessenlanden en nog geen eigen woning hebben. De heer Visser vraagt of het college overleg voert over het gevaar van de steeds groter wordende landbouwvoertuigen op de wegen in de lintbebouwing. De voorzitter zegt toe dit onderwerp in het politieoverleg te bespreken. Wethouder De Groot deelt mee dat dit punt in het overleg met de landbouworganisaties wordt besproken. Deze organisaties kunnen echter niets afdwingen. Alleen de politie kan optreden. De bestuurders zijn gecertificeerd op de weg. 6. Aanwijzing van een lid van de raad dat het eerst aan de beurt van stemmen is Door middel van loting wordt mevrouw Piso aangewezen als het lid van de raad dat in voorkomende gevallen het eerst aan de beurt is met stemmen. 7. Vaststellen van het verslag van de vergadering van 27 september 2012 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 8. Voorstel tot afdoening van de ingekomen stukken De heer Verspuij vraagt bij B12, bezwaar ontheffing sluitingsuur Ponderosa, vanwege de actualiteit wanneer het college dit punt afhandelt. De heer Visser informeert naar de stand van zaken bij de punten B18 en B19. Wethouder De Groot meldt over de punten B18 en B19 dat de definitieve laatste zittingen nog moeten plaatsvinden. De voorzitter geeft aan dat de wijze van afdoening bij B12 correct is geformuleerd. De raad kan een uitspraak over een bezwaar agenderen. De lijs ingekomen stukken worden ongewijzigd vastgesteld. 2

3 Hamerstukken 9. Raadsvoorstel : Bestemmingsplan Giessen-Oudekerk, Hoogblokland en Schelluinen 10. Raadsvoorstel : Intrekking van de Verordening Ombudscommissie Giessenlanden-Zederik en tot aansluiting bij de Nationale Ombudsman 11. Raadsvoorstel : Bestemmingsplan Woonbuurt te Arkel 12. Raadsvoorstel : Aanpassen Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio ZHZ Debatstukken 14. Raadsvoorstel : Afhandeling de Raat met KleurrijkWonen De heer Buddingh merkt op dat de gestelde vragen nog niet zijn beantwoord. Hij steunt het raadsvoorstel en wenst het college en de wethouder veel daadkracht en wijsheid toe. De heer Verspuij gaat akkoord met de financiële deal die tussen beide partijen is gesloten. Wethouder De Groot geeft aan dat gewerkt wordt aan de beantwoording van de vragen. Hij bedankt voor het door de raad gestelde vertrouwen. 15. Raadsvoorstel : Verordening leerlingenvervoer 2013 Wethouder Akkerman meldt dat in het gewijzigde raadsbesluit alleen de verwijzingen zijn aangepast. Eerste termijn De heer Van Vuren merkt op dat het aantal bezuinigingsmogelijkheden op leerlingenvervoer beperkt is gezien de wettelijke bepalingen. De wijzigingen in de verordening zijn beperkt tot de ondergrenzen in de afstand. Hij vraagt of het geoorloofd is dat mensen die voor bijzonder dan wel speciaal onderwijs een grotere afstand moeten overbruggen, minder snel voor een vergoeding van de gemeente in aanmerking komen. Het CDA steunt het voorstel. De heer Van Rijn vraagt om een toelichting op de regels voor gehandicapte kinderen voor speciaal onderwijs. De PvdA vindt het vanuit sociale overwegingen niet gerechtvaardigd om de ondergrens voor alle onderwijssoorten gelijk te stellen. De bezuinigingen op het leerlingenvervoer vormen een dilemma. Spreker stelt dat met de invoering in 2014 van de Wet op het passend onderwijs structureel minder verwijzingen zullen plaatsvinden en de bezuinigingen op een natuurlijke wijze kunnen worden bereikt. Desnoods kan een tekort gedekt worden uit een verhoging van de ozb. Samen met de CU dient spreker een amendement in. Ook dient hij een motie in. De tekst van motie 1 luidt: De raad van de gemeente Giessenlanden bijeen in de vergadering d.d. 25 oktober 2012 Overwegende dat ouders en verzorgers wettelijke rechten hebben op een vergoeding van vervoerskosten van kinderen - die aangewezen zijn op speciale vormen van basisonderwijs - die regulier basisonderwijs volgen buiten dorp/wijk/regio op grond van geloof of overtuiging 3

4 Is van oordeel: dat ouders/verzorgers van kinderen met een beperking of verstandelijke of lichamelijke handicap volledig recht hebben op bovengenoemde vergoeding van de kosten van vervoer. Is van mening: dat ouders/verzorgers van kinderen die op grond van geloof of overtuiging zelf de keuze maken voor regulier onderwijs buiten het dorp/wijk/regio hierin een eigen verantwoordelijkheid hebben en daarmee geen aanspraak kunnen maken op gemeenschapsgeld voor de vervoerskosten. De raad roept het college op: - deze motie door te sturen naar de leden van de Tweede Kamer van de Staten Generaal - deze motie door te sturen naar de VNG - deze motie, geïnitieerd door de raadsfractie FNP uit Achtkarspelen verder door te sturen naar alle gemeenten in Nederland met de vraag deze motie te steunen om daarmee een signaal af te geven aan de VNG met als doel een wetswijziging te bevorderen En gaat over tot de orde van de dag. De heer Verspuij dient mede namens de PvdA een amendement in om de bestaande afstandsgrenzen te handhaven. Bij de leerlingen van het speciaal onderwijs gaat het om een kwetsbare groep en daarnaast is het geen vrijwillige keuze. Weliswaar dient er ernstig naar bezuinigingen te worden gekeken maar er kunnen afwegingen zijn om bij bepaalde zaken daarvan af te zien. Spreker zal tijdens de komende begrotingsbehandeling suggesties doen voor alternatieve bezuinigingen. De tekst van amendement 1uidt: De Raad van de gemeente Giessenlanden in de vergadering bijeen d.d. 25 oktober 2012 Overwegende dat: - het college voorstelt de kilometergrens waarbij recht op leerlingenvervoer kan ontstaan op te hogen voor leerlingen van het speciaal basisonderwijs van twee naar zes kilometer en voor leerlingen van het speciaal voortgezet onderwijs van vier naar zes kilometer - het onderwijsopleidingen betreft waarvoor de leerlingen geïndiceerd worden Besluit De artikelen 12 en 16 over bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets niet aan te passen maar de omschrijving uit de nu geldende verordening te handhaven. Besluit wordt (huidige omschrijving artikelen 11 en 15 verordening leerlingenvervoer Giessenlanden 2003, met aanvulling lid 4 artikel 12 en lid 3 artikel 16) Artikel 12 Bekostiging van de kosten per openbaar vervoer en vervoer per fiets 1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een school voor basisonderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan zes kilometer bedraagt. 2. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan twee kilometer bedraagt. 3. In afwijking van het eerste en tweede lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets indien de leerling naar oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets. 4. Voor de beoordeling of de leerling, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van de fiets, kan het college zich laten adviseren door een medisch adviseur. Artikel 16 Bekostiging van de kosten per openbaar vervoer en vervoer per fiets 1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar 4

5 vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan vier kilometer bedraagt. 2. In afwijking van het eerste lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets, indien de leerling naar het oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets. 3. Voor de beoordeling of de leerling, al dan niet onder begeleiding,gebruik kan maken van de fiets, kan het college zich laten adviseren door een medisch adviseur. De heer Lock onderschrijft de overweging van het CDA. Hij steunt het amendement niet. De heer Van Duin stelt dat de wethouder heeft aangegeven dat in de aangepaste verordening alle doelgroepen gelijk worden gesteld. Hij vraagt onder welke regeling geïndiceerde LOM- en MLK-leerlingen vallen die niet op eigen kracht op school kunnen komen. Te overwegen is eind 2013 een evaluatiemoment over de effecten op te nemen. De bezuinigingen komen grotendeels terecht bij de gebruikers van het speciaal onderwijs. Vrije keuzes vallen binnen de eigen verantwoordelijkheid maar niet op kosten van de gemeenschap. Aan deze vrije keuze is nu echter niets te veranderen gezien het wettelijk kader. De ingediende motie lijkt sympathiek maar is op een aantal punten onduidelijk. De VVD tracht haar zienswijze via het eigen politieke netwerk in Den Haag te krijgen. Spreker vraagt andere partijen dit ook te doen. Wethouder Akkerman geeft aan dat er een groep ouders is die, doordat hun kind vanwege een beperking is aangewezen op verder weg gelegen speciaal onderwijs, een vervoersvergoeding krijgen. Wanneer deze kinderen niet in staat zijn om zelfstandig naar school te gaan, is titel 6 van toepassing, waarin de regels zijn opgenomen waaraan de gemeente zich heeft te houden. Hierin is geen wijziging aangebracht. Op basis van de huidige gegevens zullen twaalf leerlingen als gevolg van de gewijzigde verordening geen vervoersvergoeding meer ontvangen. Met de gewijzigde verordening zijn niet alle doelgroepen gelijkgesteld. In de uitwerking kan dit echter wel het geval zijn. De motie vraagt om een landelijke politieke discussie. Het amendement zorgt voor een gat van ,00 in de begroting, waarvoor nu een dekking dient te worden gevonden. De voorzitter onderschrijft de laatste uitspraak van de wethouder dat de raad voor tekorten, ontstaan door wijzigingen in een voorstel, een dekking moet aangeven. De heer Van Houwelingen merkt op dat het afwijzen van het collegevoorstel tot een gat in de begroting leidt. Volgens hem is het niet nodig om een alternatief te hebben om tegen een collegevoorstel te stemmen. De heer Van Vuren steunt de opvatting van de heer Van Houwelingen. Volgens hem is het wel uiterst raadzaam snel een dekking te vinden. De voorzitter schorst de vergadering voor 5 minuten en heropent vervolgens de vergadering. Tweede termijn De heer Van Vuren vindt dat de raad niet het juiste gremium is om de motie te bespreken. De motie en ook het amendement raken overigens aan de vrijheid van onderwijs en het CDA wil dit groot goed graag handhaven. Spreker steunt het amendement daarom niet. De heer Van Rijn merkt over het amendement op dat het slechts over enkele kinderen gaat. Aan het onderzoek om te bepalen of deze kinderen zelfstandig naar school kunnen gaan zijn ook kosten verbonden. Met de Wet op het passend onderwijs op komst worden nu onnodig zaken overhoop gehaald. Vrijheid van onderwijs is inderdaad een groot goed maar niet op kosten van de gemeenschap. De heer Verspuij vindt het belangrijk dat ouders, wier kinderen op indicatie en niet-vrijwillig naar het speciaal onderwijs gaan, niet voor extra kosten komen te staan. Dit moet gewaarborgd zijn in de verordening, al dan niet met behulp van het amendement. Hij onderschrijft de opmerkingen van de heer Van Vuren over de motie. 5

6 De heer Lock steunt de motie niet omdat hij van mening is dat de landelijke politiek via de partijpolitiek benaderd moet worden en niet vanuit gemeenteraden beïnvloed moet worden. De heer Van Duin stelt dat de regeling nooit volledig waterdicht is te maken. Hij roept de wethouder op eind 2013 een evaluatie van de werking van de verordening uit te voeren en verwerpt het amendement. De motie is symboolpolitiek en krijgt geen steun. Er dient landelijk een oplossing gezocht te worden. De heer Buddingh vraagt wat de VVD met de motie gaat doen in de partij. De heer Van Rijn wil weten wat er gebeurt wanneer er uit de evaluatie ongewenste zaken blijken. Wethouder Akkerman stelt dat titel 6 ervoor zorgt dat voor kinderen die niet zelf kunnen reizen bekostiging wordt verzorgd. Hiervoor is de landelijke omschrijving van de VNG gebruikt. Ook vindt er een toetsmoment plaats en worden medici ingeschakeld bij het grijze gebied. Daardoor is de regeling waterdicht. Slechts twaalf leerlingen, die in staat zijn om zelfstandig naar school te gaan, zullen geen vergoeding meer ontvangen. De heer Van Rijn wijst erop dat het om leerlingen van de basisschool gaat. Wethouder Akkerman stelt dat het om gezonde kinderen gaat. Schrijnende gevallen vallen onder titel 6. In plaats van een evaluatie stelt hij voor om de eventuele over- of onderschrijding op de post leerlingenvervoer bij de berap te bespreken wanneer er sprake is van een groter dan aanvaardbaar bedrag. Daarbij zullen ook eventuele bezwaarschriften worden betrokken. De voorzitter stelt vast dat amendement 1 met zes stemmen voor (CU en PvdA) en negen stemmen tegen (VVD, CDA en SGP) is verworpen. De voorzitter stelt vast dat het voorstel met negen stemmen voor (VVD, CDA en SGP) en zes stemmen tegen (CU en PvdA) is aangenomen. De voorzitter stelt vast dat motie 1 met vier stemmen voor (PvdA) en elf stemmen tegen (VVD, CDA, CU en SGP) is verworpen. 16. Raadsvoorstel : Beleidsplan en begroting Avelingen Groep 2013 Eerste termijn De heer Van Duin wil de wethouder een aantal opmerkingen meegeven. De steeds stijgende overheadkosten zullen omlaag moeten om deze vorm van passende werkgelegenheid te kunnen blijven behouden. Hij doet een dringend beroep op de wethouder en het college om de rol in het ab en db strikt uit te voeren om zo een bedrijf met toekomstperspectief te behouden. De VVD steunt het voorstel. De heer Timmer steunt het voorstel omdat de zwakste groep niet in de knel komt. Wethouder Van Leeuwen-Klink neemt de opmerkingen van de VVD mee. Giessenlanden is overigens alleen nog ab-lid. Tweede termijn De heer Buddingh vraagt welke punten door de wethouder worden meegenomen. De PvdA onderschrijft de opvatting van de VVD over overhead en efficiency niet. Er is sprake van een goede voorziening met een scherpe bedrijfsvoering. De voorzitter stelt vast dat CDA, CU en SGP de opmerkingen van de VVD steunen. De voorzitter stelt vast dat het voorstel met algemene stemmen is aangenomen. 6

7 13. Raadsvoorstel : Berap Eerste termijn De heer Verspuij vraagt waarom het college bij punt 3 van het raadsbesluit is afgeweken van het besluit behorend bij raadsvoorstel om de begroting sluitend te maken met een bedrag dat onttrokken wordt aan de reserve opbrengst woningbedrijf. Wethouder Akkerman stelt dat niet wordt afgeweken van afgesproken beleid. Tweede termijn De heer Verspuij vraagt of dan tussen beide reserves kan worden geswitcht. Wethouder Akkerman geeft aan dat het tweede bedrag nodig is om het gat in de begroting te dichten. Wanneer eind 2012 blijkt dat er een substantieel bedrag overblijft, zal worden voorgesteld dit weer terug te storten. De heer Timmer verwijst naar een motie uit 2007 dat de hoger dan begrote winst van Eneco gestort wordt in het CO 2 -Reductiefonds. Wethouder Akkerman meldt dat aan het begin van deze collegeperiode is besloten welk bedrag jaarlijks in het CO 2 -reductiefonds wordt gestort. Daarmee is de motie uitgevoerd. De heer Timmer merkt op dat het fonds aan het eind van de collegeperiode leeg is. Het lijkt hem zinvol om de motie te handhaven om weer nieuwe investeringen te kunnen doen. De heer Van Vuren is voorstander van het voeren van een energie- en duurzaamheidsbeleid dat start met het bepalen van te bereiken doelen, waarna vervolgens de financiering wordt geregeld. Het is de omgekeerde wereld om eerst een spaarpot te creëren waarbij vervolgens de bestemming wordt gezocht. Wethouder Akkerman onderschrijft het standpunt van het CDA. 17. Sluiting De voorzitter sluit om uur de vergadering. Vastgesteld in de raadsvergadering van 8 november De griffier, De voorzitter, Mevrouw drs. N.C. Both Mevrouw E. Boot 7

8 Overzicht van toezeggingen: Agendapunt 5: Vragenhalfuur De burgemeester heeft toegezegd in het politieoverleg de kwestie van de steeds grotere, op de lintbebouwing rijdende landbouwvoertuigen, aan de orde te stellen. 8