De raad van de gemeente Emmen Ontwikkeling, Beleid en Directiestaf. uw kenmerk bijlage behandeld door M.J. Visser

Transcriptie

1 Raadhuisplein AP Emmen t f Postbus RA Emmen e. gemeente@emmen.nl i. gemeente.emmen.nl ~ 1)1::+..1).. Gemeente ~'1" ~ Emmen -t- De raad van de gemeente Emmen Ontwikkeling, Beleid en Directiestaf team OBO-OS ons kenmerk uw kenmerk bijlage behandeld door M.J. Visser BSN datum 17mei 2016 Telefoon fax gemeente~emmen.nl Onderwerp Conceptbegroting 2017 EMCO-groep Geachte leden van de raad, Het dagelijks bestuur van de EMCO-groep heeft op 13 mei 2016 de conceptbegroting 2017 vastgesteld. In overeenstemming met het gestelde in de Gemeenschappelijke Regeling EMCO-groep dient de conceptbegroting 2017 aan de raden van de deelnemers voorgelegd te worden en kunnen zij zienswijzen indienen. Conceptbegroting 2017 De conceptbegroting 2016 van de EMCQ-groep sluit met een negatief exploitatieresultaat van C (gewijzigde begroting 2016: negatief exploitatieresultaat ad ,-). Op basis van het aantal SE's van de deelnemende gemeenten wordt de bijdrage van de gemeente Emmen geraamd op (zijnde 81,9% van 2.000,-). Het negatieve bedrijfsresultaat 2017, zoals in eerdere meerjarenbegroting vermeld, is fors verbeterd, met name als gevolg van de invoering van het Lage Inkomens Voordeel (LIV), en komt uit op een tekort van ,- ongeveer C ,- meer dan in de gewijzigde begroting 2016, maar aanzienlijk beter dan in de oorspronkelijke meerjarenraming. Dit tekort wordt met name veroorzaakt door het grote negatieve subsidieresultaat van , tegenover een positiefbedrijfsresultaat van ,-. In de begroting wordt rekening gehouden met de gevolgen van de invoering van de Participatiewet (krimp), maar verder is uitgegaan van ongewijzigd beleid in afwachting van de realisatie van de nieuwe Leer-Werk structuur. De belangrijkste ontwikkelingen en opmerkingen met betrekking tot de conceptbegroting 2017 zijn: Netto opbrengsten De totale opbrengsten laten ten opzichte van de begroting 2016 een daling zien van ,-- ofwel * *

2 blad 2-5 2,6%. Ten opzichte van de realisatie 2015 is de daling C ,-- ofwei5,8%. Deze daling ten opzichte van de realisatie over 2015 wordt voornamelijk veroorzaakt doordat er vanaf 2015 geen nieuwe instroom van SW medewerkers meer is. De populatie loopt naar verwachting in 2017 ten opzichte van 2015 terug met 111 PTE. De Participatiewet is per i januari 2015 ingevoerd. Dit betekent dat er vanaf deze datum geen nieuwe instroom zal plaatsvinden waardoor de aantallen PTE's jaarlijks zullen gaan teruglopen. Hierdoor lopen de geprognosticeerde opbrengsten de komende jaren ook terug. Bedrijfs- en financieringslasten Er wordt een daling van de bedrijfs- en financieringslasten verwacht van C ,- ten opzichte van de begroting Deze daling komt voornamelijk door lagere verwachte lasten uitzendkrachten en een daling van de overige bedrijfskosten. De daling van de overige bedrijfskosten wordt onder andere veroorzaakt door het afnemende aantal fte's. Rijksbijdragen Deze bijdrage wordt ontvangen via de aangesloten gemeenten en de buitengemeenten. Het kabinet heeft aangekondigd om de subsidie jaarlijks af te bouwen met een efficiencykorting van {; 500,- per SE. Met ingang van 2015 is er een nieuw verdeelmodel geïntroduceerd. In tegenstelling tot de jaren daarvoor wordt de subsidie niet meer afgerekend per SE maar ontvangt iedere gemeente, als onderdeel van het participatiebudget, een lumpsum bedrag voor de SW. De subsidie wordt eerst in september/oktober van het voorgaande jaar voorlopig vastgesteld waarna het in april/mei definitief wordt vastgesteld. Deze definitieve vaststelling is dan gebaseerd op het werkelijk gerealiseerde aantal SE's van het voorgaande jaar (T-1). De Rijkssubsidie voor 2016 is ook nog niet definitiefbekend. Het ministerie heeft aangekondigd om de budgetten voor dit jaar eind mei definitief vast te stellen. Hierdoor kunnen de budgetten voor 2017 nog afwijken. Vanaf 2015 stromen er geen nieuwe werknemers in de SW in, waardoor het aantal SE's jaarlijks terugloopt. Eind december 2015 heeft de staatssecretaris de sociale partners de toezegging gedaan (om de vastzittende cao onderhandelingen vlot te trekken) om de rijkssubsidie jaarlijks te verhogen met een percentage dat nagenoeg gelijk is aan de stijging van het minimumloon. Ze heeft daarbij de verwachting uitgesproken dat de minimumlonen in 2016 zullen stijgen met 2 %. In de berekening van de rijkssubsidie is hiermee rekening gehouden. Lonen incl. sociale lasten Wsw De post WSW-loonkosten is ten opzichte van de begroting 2016 met {; ,- gedaald. Deze daling is voornamelijk toe te schrijven aan de daling van het aantal PTE's met 49. Deze daling wordt veroorzaakt doordat er vanaf 2015 geen nieuwe instroom van SW medewerkers zal zijn. In december 2015 zijn er nieuwe cao afspraken gemaakt waarbij is overeengekomen dat de lonen van de SW medewerkers jaarlijks zullen stijgen gelijk met de stijging van het minimumloon. De staatsecretaris heeft toegezegd dat deze kostenverhoging zal worden gecompenseerd in de rijkssubsidie. In de begroting is geen rekening gehouden met deze afspraak omdat deze nagenoeg kostenneutraal zal verlopen. De gemiddelde loonkosten per FTE dalen ten opzichte van de begroting 2016 doordat de medewerkers die uitstromen over het algemeen een relatief hoger salaris verdienen waardoor de gemiddelde loonkosten dalen. Risicoparagraaf Netto opbrengsten Van de totaal begrote netto opbrengsten wordt een gedeelte gegenereerd in de vorm van jaarcontracten. Dit geldt hoofdzakelijk voor de groenvoorziening objecten van de aangesloten gemeenten, doch ook voor een beperkt aantallanglopende contraeten bij de

3 blad g-g industriële vestigingen. De resterende netto opbrengsten hebben betrekking op kortlopende orders, waarvoor telkens opnieuwacquisitie moet worden gepleegd. Een grote opdrachtgever van de industriële vestiging in Coevorden heeft aangegeven in september 2016 haar vestiging in Emmen te zullen sluiten. In de begroting over 2017 zijn de opbrengsten die van deze opdrachtgever worden gegenereerd in de exploitatie opgenomen. Indien deze opdrachtgever haar plannen daadwerkelijk doorzet en EMCO-groep is niet tijdig in staat om een andere opdrachtgever te vinden waarmee een gelijkwaardige brutomarge tegen dezelfde uur-opbrengst wordt gevonden zal er een extra tekort in de exploitatie ontstaan. De huidige economische recessie en de bezuinigingsopdrachten, waarvoor de gemeenten staan, zetten de geraamde opbrengsten onder druk. Lonen WSW-werknemers Per 1 januari 2017 zullen de sociale premies opnieuw worden vastgesteld, waardoor de werkgeverslasten kunnen stijgen. In de begroting over 2017 is gerekend met de premies van Het pensioenfonds voor de SW (PWRI) voorziet problemen in de toekomst, omdat het aantal deelnemers zal teruglopen in verband met de Participatiewet. Hierdoor zal het pensioenfonds relatief meer kosten aan de deelnemers moeten doorberekenen, waardoor er eventueel op uitkeringen moet worden gekort. De kans is aanwezig dat deze rekening bij de SW-bedrijven zal worden neergelegd in de vorm van een pensioenpremiestijging. De loonkosten zijn gebaseerd op het aantal te verwachten aantal Fl'E's. Dit aantal wordt ingeschat door het werkelijke aantal Fl'E's van heden (aprii2016) te verminderen met de bekende gepensioneerden. Daarbovenop komen de medewerkers die om andere reden EMCO-groep verlaten. Indien de werkelijkheid afwijkt van de gemaakte inschatting zullen de loonkosten ook gaan afwijken. Salariskosten ambtelijk personeel De huidige CAO heeft een looptijd tot 1 mei In de begroting is rekening gehouden met een loonstijging van 1,5 % Indien er voor 2017 een andere loonsverhoging wordt overeengekomen zal dit een voor- of nadeel ten opzichte van de begroting met zich meebrengen. Net als bij de WSW-loonkosten geldt, dat er geen rekening is gehouden met veranderende sociale wetgeving per 1 januari 2017 of het stijgen van pensioenpremies bij het ABP. Rijksbijdragen Vanaf i januari 2015 is het nieuwe verdeelmodel voor de Rijkssubsidie ingevoerd. Voor deze datum werden de subsidiebedragen per gerealiseerde SE afgerekend. Vanaf 2015 heeft men er nu voor gekozen om de gemeenten in het Participatiebudget een lumpsum bedrag voor de SW te betalen. Per jaar worden deze budgetten vastgesteld door het Makrobudget te verdelen op basis van het aantal gerealiseerde SE's waarbij iedere gemeente dan een evenredig deel krijgt. Voor de meerjarenraming wordt de Rijkssubsidie vervolgens gebaseerd op de blijfkans die een SW werknemer heeft. Deze blijfkans is berekend door Economische Onderzoekbureau S.E.O. De blijfkansen zijn in de loop van 2015 bijgesteld van 92,4% naar 94,8 %. Het is onduidelijk hoe deze percentages zijn berekend. Om de cao onderhandelingen van de SW sector uit de impasse te halen heeft de staatssecretaris aan de gemeenten aangegeven dat ze aan het SW personeel toegezegde loonsverhogingen zal gaan compenseren in de rijkssubsidie. Er is hierbij niet aangegeven op welke wijze en hoe dit zal worden uitgevoerd. In de begroting 2017 is het verwachte bedrag wel verhoogd met 1,75 %. De Rijkssubsidie voor 2016 is ook nog niet definitiefbekend. Het ministerie heeft aangekondigd om de budgetten voor dit jaar eind mei definitief vast te stellen. Hierdoor kunnen de budgetten voor 2017 nog gaan afwijken.

4 blad a-g Lage Inkomens Voordeel In de begroting 2017 is ditjaar voor het eerst de post Lage inkomens voordeelopgenomen. In de regelgeving staat vermeld staat dat de UV alleen van toepassing is voor medewerkers die meer verdienen dan het minimumloon. Dit is een weeffout die inmiddels onderkend is. Er wordt vanuit gegaan dat de wetgeving wordt aangepast waardoor ook deze ook van toepassing is op medewerkers die exact het minimumloon verdienen. Indien de wet niet wordt aangepast is het voordeel te hoog opgenomen. MeeIjarenraming Zoals hierboven reeds werd vermeld is door de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015 sprake van een nieuw verdeelmodel voor de Rijksbijdrage. Dit betekent dat er vanaf deze datum geen nieuwe instroom zal plaatsvinden waardoor de aantallen FIE's jaarlijks zullen gaan teruglopen. Hierdoor lopen de geprognosticeerde opbrengsten de komende jaren ook terug. Financiën Bij de kadernota 2016 is op basis van de begroting 2016 van de EM CO de begroting bijgesteld. Daarbij is het verschil met de bijdrage die in onze begroting stond ( ) uit de reserve sociaal domein gehaald. Zoals bekend is er ook nog een taakstelling op de bijdrage van de EMCO begroot. Die is vanaf 2017 een bedrag van 1,1 miljoen. Voor 2016 is deze nog 1,3 miljoen. Op basis van de voorliggende begroting 2017 van de EMCO stellen we de gemeentelijke bijdrage bij. Hierbij zijn er nog wel volop onzekerheden in verband met het nog niet bekend zijn van de hoogte van de rijksbijdrage en de oprichting van een Leerwerkbedrijf. Zodra de rijksbijdrage bekend is (juni 2016) wordt een eerste begrotingswijziging door de EM CO aan de deelnemende gemeenten voorgelegd. Voor de jaren 2017 en 2018 is volgens de huidige berekeningen van de EMCO de begrote gemeentelijke bijdrage fors lager. Dit is respectievelijk een voordeel van en Dit voordeel wordt verrekend met de nog openstaande taakstelling ad 1,1 miljoen structureel. Voor de jaren 2019 en 2020 is er een gering hogere gemeentelijke bijdrage begroot van respectievelijk en Dit nadeel wordt verrekend met de reserve sociaal domein. Het hiervoor genoemde is samengevat in de volgende tabel: Bijdrage EMCO begroting 2016 (KN 2016) Bijdrage was Hoger deel (uit reserve sociaal domein- KN 2016) Taakstelling Herziene begroting 2016 Bijdrage EMCO begroting Verschil met (herziene) begroting 2016 Verrekening mettaakstelling Verrekening met reserve sociaal domein Resterende taakstelling Het voorstel is om het voorgaande voor de jaren 2017 tot en met 2020 te verwerken in de kadernota 2017

5 blad s-s Advies bij conceptbegroting 2017 Het college stelt, gelet op het bovenstaande, voor om de conceptbegroting 2017 te voorzien van een positief advies. Nadat u uw de zienswijze op de conceptbegroting 2017 EMCO-Groep heeft geformuleerd zullen wij de EMCO hierover informeren. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Emmen, de gemeentesecretaris, O~~ C. Bijl