Nederlandse samenvatting
|
|
- Sonja de Jonge
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Nederlandse samenvatting De moderne territoriale staat Deze studie onderzoekt de relatie tussen aan de ene kant klassieke vormen van soevereiniteit - met name het suprema potestas model, dat in essentie inhoudt dat een staat kan doen en laten wat hij wil op zijn eigen grondgebied - en moderne vormen van soevereiniteit. In die laatste worden rechten en verantwoordelijkheden erkend van individuen, vooral in die staten die partij zijn bij het Internationaal Verdrag inzake Burger- en Politieke Rechten (IVBPR) en het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR). Deze groep staten vormt een grote meerderheid. Het belangrijkste juridische vraagstuk dat wordt onderzocht is het belang van gemeenschappelijk artikel 1 van deze twee mensenrechtenverdragen, dat bepaalt dat alle volken het zelfbeschikkingsrecht bezitten, voor de aard van soeverein optreden. Kort gezegd is binnen het kader van de Verenigde Naties die de twee genoemde mensenrechtenverdragen heeft opgesteld, de oorspronkelijke antikoloniale betekenis van zelfbeschikking van volken vervangen door een aanspraak op toegang tot het staatsbestuur voor de onderdanen van een territoriale staat. Zelfbeschikking als wapen tegen kolonialisme is één van de grootste wapenfeiten van de Verenigde Naties geweest. Toch zal worden betoogd dat de manier waarop een aantal, met name postkoloniale, staten tot stand zijn gekomen grote uitdagingen met zich mee brengt voor zelfbeschikking in de zin van toegang tot het staatsbestuur. Het concept soevereiniteit komt min of meer overeen met het concept staat, in die zin dat de territoriale staat de primaire entiteit is waaraan internationale rechtspersoonlijkheid wordt toegekend. Een essentieel onderscheid tussen soevereiniteit en de staat is echter dat de staat per definitie een territoriaal element bezit, terwijl soevereiniteit het recht van de staat op onafhankelijkheid op het internationale vlak weerspiegelt. Dientengevolge kan een fundamenteel verschil worden waargenomen tussen staatsvorming als gevolg van koloniale activiteit en staatsvorming van Europese (en dus koloniserende) staten. De laatste zijn meer organisch gevormd. Verder kan worden geconstateerd dat dit verschil bepaalde gevolgen heeft voor zelfbeschikking in de zin van toegang tot het staatsbestuur als moderne vorm van soevereiniteit. Het concept staat als juridisch fenomeen is van Europese oorsprong, en is over de gehele wereld geëxporteerd via imperialistische hegemonie. Hegemonie is een kernfactor in maatschappelijke ordening, en is daarom ook een factor in het moderne concept van de staat. Deze factor nam een voorname positie in bij de verspreiding van de Europese staat als overheersend model door middel van kolonialisme. Europees kolonialisme was gericht op het beschaven van de onbeschaafden door niet-europese gebieden binnen de Europese gemeenschap te brengen door waar mogelijk het opleggen van de Europese rechtsvorm. Het is geen toeval dat dit plaatsvond op het hoogtepunt van het klassieke rechtspositivisme, hoewel het moderne internationaal recht nu probeert de meest dwingende vormen van inter-gemeenschappelijke hegemonie teniet te doen. De moderne territoriale staat moet echter niet verward worden met de natiestaat. De verdeling door de Europese kolonisten, bijvoorbeeld die van Afrika aan het einde van de 18 e eeuw, leidde tot verregaande transformaties van gemeenschappen. Deze transformaties werden gevolgd door de vorming van nieuwe soevereine gebieden door middel van dekolonisatie. Dit leidt tot een interpretatiemethode van het moderne concept van de staat die territoir als iets vast-
2 staands beschouwt. De bestuurlijke capaciteiten van dergelijke staten, die veel meer fluïde zijn, staan hiermee in schril contrast. Deze fluïditeit wordt door het internationaal recht erkend, wat impliceert dat een beschaafde moderne staat in theorie zeer beperkte bestuurlijke capaciteiten kan hebben. Ook lijken dergelijke staten vaak een bijzonder dwingende vorm van hegemonie te beheren. De moderne territoriale staat wordt dus niet noodzakelijkerwijze empirisch gevormd, maar is vooral ontwikkeld als gevolg van het feit dat een zich ontwikkelend, formalistisch, en in naam allesomvattend positivistisch internationaal publiekrecht moet omgaan met een potentiele tegenstelling tussen natie en staat onder één en dezelfde noemer. Aan het begin van de 20 e eeuw vond het begrip zelfbeschikking ingang, in een aantal verschillende definities en contexten. Vanuit een juridisch perspectief werd het in de context van de Verenigde Naties een politiek postulaat. Dit hield in dat een volk het recht had op toegang tot het bestuur. Dit nam in eerste instantie de vorm van dekolonisatie aan. Zelfbeschikking vond echter tegenwicht in het beginsel van uti possidetis, dat koloniale administratieve grenzen tot grenzen van moderne territoriale staten maakte. De kern van dekolonisatie is dat de vorming van postkoloniale staten door middel van het recht op zelfbeschikking een imperatief is. Het is als algemene regel aanvaard, met name in Afrika, dat dit gebeurd is zonder de koloniale grenzen te wijzigen. Het is ook gesuggereerd dat een volk bestaat uit de gehele bevolking van een grondgebied. Tegelijkertijd is zelfbeschikking een voortdurend recht. Na afloop van dekolonisatie neemt het een interne vorm aan, die een regering vereist die het gehele volk vertegenwoordigt zonder onderscheid naar soort, in het bijzonder ras, geloof of kleur. Een hoofdvraag betreffende de relatie tussen zelfbeschikking en het primaat van bestaande dan wel geërfde grenzen is de vraag naar de betekenis van interne zelfbeschikking. Wat dit betreft is het denkbaar dat een territoir ervoor kan kiezen binnen een postkoloniale staat te blijven ( postkoloniale interne zelfbeschikking ). Een territoir kan er ook voor kiezen erkenning te zoeken als onafhankelijke eenheid ( externe postkoloniale zelfbeschikking ), of voor een meer aangepaste vorm van zelfbeschikking die alle etnische en culturele groeperingen aan vaste, territoriale vorm, bindt. De conceptuele dominantie van de laatste vorm wordt tegenwoordig getemperd in die zin dat een volk kan worden gezien als een territoriale eenheid die kleiner is dan de gehele bevolking van een staat. Dat een volk moet worden gezien als de optelsom van de individuen die zich binnen de grenzen van een postkoloniale staat bevinden is dus binnen het internationaal recht een gedateerd idee. Ten slotte volgt uit de Friendly Relations Declaration dat het begrip volk een raciaal of religieus element heeft. Dit is een belangrijke constatering bij het opnieuw richting geven aan het debat over enkele van de meer moderne aspecten van de postkoloniale staat. Op basis van bovenstaande is het mogelijk de staat in juridische termen te conceptualiseren vanuit zowel een top-down, territoriaal perspectief, als vanuit een bottom-up perspectief gebaseerd op de delen waaruit de staat is opgebouwd. Dit concept van collectieve groeperingen ontleent haar specifieke juridische waarde aan de statenpraktijk in de Economische en Sociale Raad en de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Internationaal recht is het recht van staten. Gezien vanuit het perspectief van de internationale Bill of Rights en de Friendly Relations Declaration echter zijn de bescherming van individuen en bepaalde verwachtingen aan hoe staten zich gedragen ook geldend recht geworden. Het recht van collectieve groeperingen is verder versterkt door de Algemene Vergadering die in het vervolg op de Milleniumverklaring vaststelde dat staten de verantwoordelijkheid hebben om hun bevolking tegen ernstige schendingen van de mensenrechten te beschermen. Nu zelfbeschikking van volken niet langer beperkt is tot gevallen van dekolonisatie en territoriale grenzen kunnen worden aangepast met instemming van de betrokken partijen, rijst de vraag naar de erkenning van nieuwe staten. Hoewel het geen verbazing zal wekken dat de internationale gemeenschap terughoudend is bij
3 het erkennen van nieuwe postkoloniale staten, is territoriale afscheiding als gevolg van een gebrek aan interne zelfbeschikking niet bij voorbaat uitgesloten. Het meest recente voorbeeld is de verwijzingsvraag naar het Canadese Hooggerechtshof betreffende de eenzijdige afscheiding van Quebec. Daarnaast kan worden geconstateerd dat het realiseren van zelfbeschikking snel kan worden gekanaliseerd in de richting van externe zelfbeschikking wanneer op grote schaal en systematisch de mensenrechten van een deel van de bevolking worden geschonden, zoals bijvoorbeeld in Bangladesh. Collectieve groeperingen volken, minderheden, inheemse volken en andere territoriale collectiviteiten die relatief minder vastomlijnd zijn overlappen vrijwel zonder uitzondering enigszins in vorm en omstandigheden. Zij zullen echter alleen een kans maken op adequate erkenning van hun claims door ze vorm te geven in overeenstemming met de rechtsregels die op een bepaald feitencomplex van toepassing zijn, en als zodanig worden aanvaard door nationale en internationale juridische autoriteiten. Na de totstandkoming en de inwerkingtreding van het IVBPR en het IVESCR werden de rechten van collectieve groeperingen juridisch tastbaar, aangezien de bijna universele ratificatie van deze verdragen is gebaseerd op de vrije wil van staten. In de praktijk wordt van alle volken met een integrale territoriale component verwacht dat zij in eerste instantie hun rechten als volk collectief via de bestuurlijke en administratieve mechanismen van hun eigen staat proberen te realiseren. Tegelijkertijd worden echter minderheden die gelijke rechten als de meerderheid nastreven, los van collectiviteit en territoir, gezien als vormgegeven door de mensenrechten. De aandacht gaat in eerste instantie uit naar Azië en Afrika wanneer gekeken wordt naar postkoloniale praktijksituaties waarin de collectieve groeperingen minderheden en volken centraal staan. Vanwege het bestaan van een regionale intergouvernementele organisatie, de Afrikaanse Unie, heeft Afrika echter een duidelijk voordeel op Azië wat betreft de diepgravendheid van de juridische analyse. Het Afrikaanse Handvest voor de Rechten van Mens en Volken bevestigt dat alle volken bestaansrecht hebben. Dit laat zien hoe regionale inzichten behulpzaam kunnen zijn voor begrip van het concept collectieve groepering, aangezien de conceptueel gescheiden regimes betreffende de rechten van minderheden en volken elkaar potentieel overlappen. In de Afrikaanse context kan het onduidelijk zijn of een collectieve groepering moet worden aangeduid als volk of als minderheid, omdat het concept volken extra, regionale, betekenissen heeft. In de regio s in kwestie is er grote kans op het bestaan van gewapende conflicten. In de meest extreme van zulke omstandigheden kan een volk ontstaan door middel van tegenstand tegen extreem optreden van de staat, met name wanneer zulk optreden herhaald en opzettelijk gericht is tegen een bepaald segment van de eigen bevolking. Het lijkt er op dat beter inzicht in de postkoloniale staat kan worden verkregen door de spanning tussen staat en gemeenschap op een conceptueel vlak te deconstrueren. Eén manier waarop de postkoloniale territoriale staat kan worden voorgesteld is door de uitoefening van soevereiniteit door de staat op te delen in verticale en horizontale elementen. Daarbij wordt het territoriale aspect van de staat als vaststaand gezien, zonder af te doen aan een eventuele aanpassing van de uti possidetis regel. Het verticale aspect vertegenwoordigt het cumulatieve effect van de staat die zijn onafhankelijke soevereiniteit manifesteert. Het horizontale aspect vertegenwoordigt het vermogen van collectieve groeperingen om effectief te reageren op het territoriale bestuur van de postkoloniale staat. Het internationaal recht geeft in het algemeen de voorkeur aan bestuursvormen die leiden tot algemene verkiezingen. Vooral in het geval van postkoloniale staten echter is een kijk op democratie waarin verkiezingen centraal staan mogelijk onvoldoende om tegemoet te komen aan de vereisten van toegang tot het staatsbestuur uit het huidige internationale recht. Er lijkt zich een notie te ontwikkelen van wat kan worden gemanifesteerd door houders van een legitieme claim op civil society. Interne zelfbeschikking komt echter grotendeels overeen met het recht van een volk op toegang tot het bestuur. Een
4 dergelijke formulering leidt mogelijk in de praktijk tot uitsluiting. In het postkoloniale tijdperk echter, vooral in het nieuwe millennium, heeft de legitimiteit van een dergelijk principe gevolgen voor een recht op democratie, vooral omdat territoriale omstandigheden in de praktijk het recht op interne zelfbeschikking kunnen beperken. Het kan gebeuren dat territoriaal afgebakende juridische entiteit bepaalde administratieve tekortkomingen laat zien die voortvloeien uit tekortkomingen op de grond. Het is daarom voorstelbaar dat claims op territoriaal bestuur worden erkend door zowel de bevolkingsgroepen op de grond als door de internationale gemeenschap, door middel van bepaalde vormen van erkenning. Langs dezelfde lijnen laat ook de statenpraktijk zien hoe staten bepaalde vormen van bestuur uitoefenen waaraan juridisch gewicht wordt toegekend zodanig dat dit bestuur op lokaal niveau in de weg staat. Kortom, de postkoloniale staat kan met regelmaat in een situatie terecht komen die zowel door territoriale als administratieve (d.w.z. democratische ) omstandigheden wordt gekenmerkt. Deze studie bepleit dat de territoriale omstandigheden niet noodzakelijkerwijze de dominante variabele vormen in deze relatie. De moderne aspecten van het concept staat, die zijn ontleend aan de mensenrechten, hebben de paradox van territoriaal bestuur nog verder gecompliceerd. In het algemeen is dit een welkome ontwikkeling. Echter, het weerspiegelt de mate waarin de internationale samenleving zich heeft ontwikkeld uit de buurt van de étatism van suprema potestas. Toch kunnen complicaties worden geconstateerd wanneer bevolkingen worden gezien als rechtssubject door de lens van staten, volken, minderheden, inheemse volken, andere groeperingen en individuen. De hoofdvraag is in hoeverre de staat wordt gedefinieerd door de bevolking, of de bevolking door de staat? Toegang tot het bestuur blijft het uitgangspunt van de analyse van zelfbeschikking van volken. Uti possidetis juris is vooral van historische waarde, hoewel dit beginsel de koloniale grenzen naar de postkoloniale staat heeft overgezet. Het recht op zelfbeschikking daarentegen is permanent, in overeenstemming met artikel 1 van het IVBPR en het IVESCR. Territoriale wijzigingen kunnen daarom optreden, zelfs in postkoloniale staten, als wordt geaccepteerd dat: zelfbeschikking van volken relevant blijft ook na dekolonisatie; een volk meer kan zijn dan de som van de inwoners van een staat; het recht op zelfbeschikking de keerzijde is van de rechten van minderheden; en de rechten van volken als onderwerp van juridische analyse zich blijft ontwikkelen in het licht van claims van delen van een territoriale staat jegens die staat en de internationale gemeenschap. Dit leidt tot de conclusie dat een effectieve administratieve structuur die niet formeel de status van regering heeft, beter gepositioneerd is om het formele bestuur over een grondgebied uit te oefenen dan wanneer de gouvernementele (en mogelijk ook de territoriale) status quo zou worden gehandhaafd. Deze studie stelt dat het leggen van een verband tussen het concept zelfbeschikking en het concept zelfverdediging kan leiden tot een effectiever staatsbestuur. De reden hiervoor is dat er een gevaarlijke situatie kan ontstaan wanneer een postkoloniale staat zichzelf verticaal probeert te consolideren, onder meer door gedwongen assimilatie. In zulke omstandigheden moet binnen de staat op horizontaal vlak tegenwicht worden geboden zodat volken, minderheden, inheemse volken en andere kwetsbare groeperingen kunnen reageren. Dit houdt niet noodzakelijkerwijze overmatige kritiek in op het concept assimilatie an sich. Het staat immers vast dat collectieve groeperingen ook onderling assimileren. Het houdt wel in dat assimilatie onder dwang in de praktijk betekent dat het voorrang geven aan territoir boven effectiviteit afdoet aan het recht op zelfbeschikking, en dat de internationale gemeenschap daar adequaat op moet reageren.
5 Dit is vooral duidelijk in die gevallen waarin een staat niet bij machte is om de responsibility to protect op zichzelf een onduidelijke internationale verplichting - waar te maken, dan wel in andere gevallen van acute dreiging zoals in Darfur. Dit kan leiden, op een abstracter niveau, tot erkenning voor de gedachte dat het internationaal recht rekening moet houden met de wil van het volk. Dit blijkt ook uit sommige aspecten van de Kameroen v. Nigeria zaak voor het Internationaal Gerechtshof, vooral betreffende het Bakassi schiereiland. Soortgelijke omstandigheden zouden in toekomstige zaken voor het Internationaal Gerechtshof aan een kritischer onderzoek moeten worden onderworpen. In het concept van de moderne territoriale staat kan verticaliteit in het staatsbestuur gelijk staan aan assimilatie. Dit kan zo ver gaan dat het beginsel van instemming (consent) in het democratische bestuur van een bevolking wordt verlaten. Aan de andere kant is horizontalisme in het moderne concept van de territoriale staat grotendeels ondergeschikt aan het gewicht dat de staat juridisch in de schaal legt. Dit is met name het geval wanneer men kijkt naar het vermogen van juridische entiteiten als volken en minderheden om tastbare veranderingen in het staatsbestuur teweeg te brengen. De effectiviteit van een staat wordt in het moderne concept van de territoriale staat niet alleen afgemeten aan de kracht van claims op grondgebied, maar ook aan het vermogen van dat grondgebied om zichzelf te besturen in overeenstemming met de beginselen van het moderne internationaal publiekrecht. In dit verband kan spanning ontstaan tussen de doctrines van oorspronkelijke titel (original title) en historische consolidatie (historical consolidation), zoals ook blijkt uit de contrasterende jurisprudentie van het Internationaal Gerechtshof in de zaken Kameroen v. Nigeria en Nicaragua v. Honduras. Deze studie beargumenteert dat het toepassen van de doctrine van historische consolidatie in juridische besluitvorming beter rekening houdt met het recht op zelfbeschikking van volken, en daarom aanmoediging verdient. Dergelijke toepassing draagt bij aan de versterking van de mensenrechten en aan een objectieve juridische erkenning van het non-étatisme in modern internationaal publiekrecht. Oorspronkelijke cessieverdragen, net als uti possidetis juris, hebben een functie in het recht betreffende de vorming van staten. Het recht op zelfbeschikking kan echter drie decennia na de inwerkingtreding van het IVBPR en het IVESCR niet meer als inopportuun of als een vergissing worden gezien waar het juridische besluitvorming met territoriale toepassing betreft. Het analytische startpunt voor analyse van de rechtspraak zou meer gericht moeten zijn op een continue feitelijke beoordeling van het vermogen van een staat om zichzelf te besturen als basis voor het bestaan van de staat, dan op koloniale activiteit. Daarbij moet rekening worden gehouden met basale burger-, politieke-, economische-, sociale- en culturele rechten, en met de vraag of dergelijke individuele rechten algemeen erkend en nageleefd worden op het betreffende grondgebied. Uiteraard zullen administratieve en juridische beslissingen steeds worden genomen op grond van de feitelijke omstandigheden van het concrete geval. De staat, het volk, de minderheid, het inheemse volk, de onafhankelijke groepering en het individu zijn algemeen geaccepteerde en juridisch gefundeerde verklaringen van de condition humaine. Op dit vlak heeft het concept van de mensenrechten - ooit ondenkbaar, genegeerd of verworpen - zich zodanig ontwikkeld dat het nu centraal staat zowel in het discours van de menselijke gemeenschap als in het lexicon van internationaal recht. Zodoende kan de staat, zowel in termen van samenstelling als in termen van postkoloniale substantie, worden voorgesteld als niet meer dan een imaginair domein, met name in sommige postkoloniale omstandigheden. De multi-dimensionale werkelijkheid van de postkoloniale staat wordt nog steeds geprojecteerd op de standaard staatsvorm als juridische constructie. Tegelijkertijd versterkt de statenpraktijk steeds meer de rol van het individu in het internationale recht. Bij het beoordelen van situaties waarin staten of collectieve groeperingen binnen een staat een stuk grondgebied opei-
6 sen, kan het nuttig zijn om de relatief vaststaande elementen van het concept staat een bepaald grondgebied dat permanent wordt bewoond te verzachten door middel van de relatief fluïde elementen controle door de regering en onafhankelijkheid als dit een aantoonbaar effectievere staat tot gevolg heeft. De belangrijkste doelstelling van het moderne concept van de territoriale staat als juridische constructie is het scheppen en in stand houden van een staat die, in het kader van sociale cohesie, bij machte is om de verschillende bevolkingsgroepen te ondersteunen.
DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.
DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK STARTPUNT In beginsel art. 2 (4) HVN: geweldsverbod interstatelijke betrekkingen Uitzonderingen:
Nadere informatieInterventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht
Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt
Nadere informatieKern van het internationaal publiekrecht
Kern van het internationaal publiekrecht Andre Nollkaemper Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 2005 Inhoud LljSt van aikortingen Verkort aangehaalde literatuur Deel 1: Kernbegrippen XV XVIII
Nadere informatieA. Begrip en aard van het Internationaal Publiekrecht
A. Begrip en aard van het Internationaal Publiekrecht Dit hoofdstuk is een inleiding op het internationaal publiekrecht. Er wordt ingegaan op de geschiedenis van het internationaal publiekrecht, de elementen
Nadere informatieInternationaal en Europees Recht. Een verkenning van grondslagen en kenmerken Wouter G. Werner Ramses A. Wessel
Internationaal en Europees Recht Een verkenning van grondslagen en kenmerken Wouter G. Werner Ramses A. Wessel Inhoudsopgave Voorwoord v HFDST i Internationaal recht en internationale samenleving 1.1 Inleiding
Nadere informatieAdvies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T
Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op
Nadere informatieNOL H1, EIR 91, EIR 3
HC 1A. Inleiding NOL H1, EIR 91, EIR 3 Internationaal recht Het internationale publieke recht leidt vooral tot vrijwilligheid. Het vrijwillig onderwerpen aan het internationale recht. Het gaat over boven
Nadere informatieVerkort aangehaalde literatuur 15
Verkort aangehaalde literatuur 15 1 Begrip en aard van het internationaal publiekrecht 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Geschiedenis 19 1.3 Omschrijving 22 1.3.1 Algemene omschrijving 22 1.3.2 Het internationale
Nadere informatieFaculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam
Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1
Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 1184 woorden 8 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 1 De staat kan wetten maken, regels die voor alle
Nadere informatieThe Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra
The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag
Nadere informatieDe (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie:
RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie: Respect voor staatssoevereiniteit versus bescherming van mensenrechten? PROEFSCHRIFT ter verkrijging van het doctoraat in
Nadere informatiefilosofie havo 2015-I
Opgave 3 Wat is de Wat 11 maximumscore 1 Een goed antwoord bevat het volgende element: een uitleg dat Eggers zich met morele vraagstukken bezighoudt: hij vraagt zich af wat hij zelf vanuit zijn eigen normen
Nadere informatieVERKLARING VAN EUSKADI
VERKLARING VAN EUSKADI De voorzitsters en voorzitters die deelnemen aan de XII Conferentie van de Europese Regionale Wetgevende Parlementen gehouden in Euskadi/Baskenland op 3 en 4 november (Lijst met
Nadere informatieVN-verklaring over de rechten van inheemse volken 1
VN-verklaring over de rechten van inheemse volken 1 De Algemene Vergadering Met als leidraad de bedoelingen en beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, en goed vertrouwen in de nakoming van
Nadere informatieOver Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten
1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor
Nadere informatieEERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE
EERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE De rechtsgrondslag voor de grondrechten op EU-niveau is lange tijd voornamelijk gelegen geweest in de verwijzing in de Verdragen naar het Europees Verdrag tot
Nadere informatieSO 2 Tijdvak I AVONDMAVO 2012-2013. Staat en Natie. Dit SO bestaat uit 37 vragen. 29 openvragen en 8 meerkeuze vragen.
SO 2 Tijdvak I AVONDMAVO 2012-2013 Staat en Natie Dit SO bestaat uit 37 vragen. 29 openvragen en 8 meerkeuze vragen. In de 17 e en de 18 e eeuw ontstond er in Europa een politieke en filosofische stroming,
Nadere informatieTekst van de artikelen 33 tot en met 37 met toelichting
EUROPESE CONVENTIE SECRETARIAAT Brussel, 2 april 2003 (03.04) (OR. fr) CONV 650/03 NOTA van: aan: Betreft: het Praesidium de Conventie Het democratisch leven van de Unie Deel I van de Grondwet, Titel VI:
Nadere informatiePARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU
PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU Commissie politieke zaken 5.3.2009 AP/100.506/AM1-24 AMENDEMENTEN 1-24 Ontwerpverslag (AP/100.460) Co-rapporteurs: Ruth Magau (Zuid-Afrika) en Filip Kaczmarek
Nadere informatieProf.mr. P.H.Kooijmans
Prof.mr. P.H.Kooijmans Internationaal publiekrecht in vogelvlucht Vierde druk Wolters-Noordhoff Groningen Inhoud 1 Wat is intemationaal publiekrecht? 13 Deel 1 Het recht van coexistentie 19 2 De bronnen
Nadere informatieHandvest van de grondrechten van de EU
Handvest van de grondrechten van de EU A5-0064/2000 Resolutie van het Europees Parlement over de opstelling van een handvest van de grondrechten van de Europese Unie (C5-0058/1999-1999/2064(COS)) Het Europees
Nadere informatieEindexamen filosofie vwo I
Opgave 3 Ramadan in de post-seculiere samenleving 12 maximumscore 4 verlichtingsfundamentalisme: laïciteit: verbannen van religie uit openbaar onderwijs en politiek 1 verlichtingsvijandig multiculturalisme:
Nadere informatieGezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE EUROPESE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 13.4.2015 JOIN(2015) 10 final 2015/0073 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 167 final 2018/0079 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere
Nadere informatieInhoudsopgave Politiek en politieke wetenschap Staat en macht Breuklijnen en ideologieën
1 Politiek en politieke wetenschap 17 1.1 Politiek 17 1.2 Variaties in politiek 19 1.2.1 Politiek en territorium 20 1.2.2 De verschuivende culturele grenzen van de politiek 21 1.2.3 De vormen en structuren
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
72 (2009) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 96 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Europees Handvest inzake lokale autonomie betreffende het recht op participatie
Nadere informatieNederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)
Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Examen VWO Vragenboekje Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 19 mei 9.00 12.00 uur 20 03 Voor dit examen zijn
Nadere informatie1. De Vereniging - in - Context- Scan... 2. 2. Wijk-enquête... 3. 3. De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse... 4. 4. Talentontwikkeling...
Meetinstrumenten De meetinstrumenten zijn ondersteunend aan de projecten van De Sportbank en ontwikkeld met de Erasmus Universiteit. Deze instrumenten helpen om op een gefundeerde manier te kijken naar
Nadere informatieDankwoord 7 Lijst van afkortingen 17
Inhoudsopgave Dankwoord 7 Lijst van afkortingen 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 21 1.1 Privatisering, verzelfstandiging, marktwerking en verstatelijking 21 1.2 De vloeiende grenzen van de overheid 22 1.3 Probleemstelling
Nadere informatieRechtsbetrekking en rechtsbeginselen in het belastingrecht
Rechtsbetrekking en rechtsbeginselen in het belastingrecht Rechtstheoretische beschouwingen over navordering, toezegging en fiscale vaststellingsovereenkomst J.L.M. Gribnau sanders lnstituut 1998 Gouda
Nadere informatieAfrika ter discussie. Het Afrikacongres 2008: Bijdragen en uitkomsten
Afrika ter discussie Het Afrikacongres 2008: Bijdragen en uitkomsten 6 Afrika en de rechten van de mens Nico Schrijver, hoogleraar internationaal publiekrecht, Universiteit Leiden, en wetenschappelijk
Nadere informatieBIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat
EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van
Nadere informatieEmbargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum
Bouwen aan de democratische veiligheid in Europa Ontwerptoespraak van de secretaris-generaal Brussel, woensdag 12 november 2014 Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze
Nadere informatieCOHESIEBELEID 2014-2020
GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE INVESTERING COHESIEBELEID 2014-2020 De nieuwe wet- en regelgeving voor de volgende investeringsronde van het EU-cohesiebeleid voor 2014-2020 is in december 2013 formeel goedgekeurd
Nadere informatieDe Voorzitter van de Adviesraad Internationale Vraagstukken De heer Mr. F. Korthals Altes Postbus 20061 2500 EB Den Haag. Den Haag, november 2004
De Voorzitter van de Adviesraad Internationale Vraagstukken De heer Mr. F. Korthals Altes Postbus 20061 2500 EB Den Haag Den Haag, november 2004 Hierbij dank ik u mede namens de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief
Nadere informatieVaak gestelde vragen. over het Hof van Justitie van de Europese Unie
Vaak gestelde vragen over het Hof van Justitie van de Europese Unie WAAROM EEN HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (HVJ-EU)? Om Europa op te bouwen hebben een aantal staten (thans 28) onderling verdragen
Nadere informatieMediasociologie Hoorcollege Iedereen is vrij! Theo Ploeg
Mediasociologie Hoorcollege Iedereen is vrij! Theo Ploeg 1 2 wat ga ik behandelen? wat is mediasociologie bij CMDA/IAM? wat gaan we doen en hoe doen we dat? wat is sociologie eigenlijk en hoe zien wij
Nadere informatie32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken
32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid Nr. 5 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26 april 2012 Mede namens de Staatssecretaris
Nadere informatieDe EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden
EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor
Nadere informatieInleiding. 1 Definitie van internationaal publiekrecht. 2 Het rechtskarakter van internationaal publiekrecht
I Inleiding 1 Definitie van internationaal publiekrecht Het internationaal publiekrecht is het geheel van internationale rechtsregels dat de rechtsbetrekkingen regelt tussen internationaal erkende rechtspersonen
Nadere informatieVoorwoord 9. Inleiding 11
inhoud Voorwoord 9 Inleiding 11 deel 1 theorie en geschiedenis 15 1. Een omstreden begrip 1.1 Inleiding 17 1.2 Het probleem van de definitie 18 1.3 Kenmerken van de representatieve democratie 20 1.4 Dilemma
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 4
Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 4 Samenvatting door een scholier 1623 woorden 10 december 2007 5,4 53 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Hoofdstuk 1: Idee
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
EUROPEES PARLEMENT 2004 ««««««««««««2009 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 13.6.2007 WERKDOCUMENT over diplomatieke en consulaire bescherming van de burgers van de Unie in
Nadere informatieHET M-DECREET. Een eerste stap in de richting van het recht op onderwijs voor kinderen met een beperking
HET M-DECREET Een eerste stap in de richting van het recht op onderwijs voor kinderen met een beperking 1 INDELING Het Verdrag betreffende de Rechten van Personen met een Handicap: een nieuw paradigma
Nadere informatiefilosofie havo 2016-II
Opgave 1 (On)rechtvaardig internet 1 maximumscore 3 een weergave van het begrip capability: de mogelijkheid die een mens heeft om te kiezen en te handelen 1 een weergave van het begrip functioning: het
Nadere informatieVALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept
VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg een populair recept een maatschappelijk probleem add some learning opgelost! deze bijdrage een perspectief
Nadere informatie8763/19 jwe/gra/sp 1 TREE.1.B
Raad van de Europese Unie Brussel, 3 mei 2019 (OR. en) 8763/19 JEUN 64 EDUC 221 SOC 330 EMPL 245 NOTA van: aan: nr. vorig doc.: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2002 Nr. 112. Europees Verdrag inzake de erkenning van de rechtspersoonlijkheid
50 (1986) Nr. 2 1 ) TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2002 Nr. 112 A. TITEL Europees Verdrag inzake de erkenning van de rechtspersoonlijkheid van internationale niet-gouvernementele
Nadere informatie1. WAT VOORAFGING...1 2. HET CONGRES VAN WENEN...2 2.1. BESLISSINGEN...3 2.2. GEVOLGEN...6 2.3. BELANG VAN HET CONGRES VAN WENEN...
HET CONGRES VAN WENEN 1. WAT VOORAFGING...1 2. HET CONGRES VAN WENEN...2 2.1. BESLISSINGEN...3 2.2. GEVOLGEN...6 2.3. BELANG VAN HET CONGRES VAN WENEN...7 3.1. Het Congres van Wenen en de restauratie Het
Nadere informatieMaatschappijleer in kernvragen en -concepten
Maatschappijleer in kernvragen en -concepten Deel I Kennis van de benaderingswijzen, het formele object Politiek-juridische concepten Kernvraag 1: Welke basisconcepten kent de politiek-juridische benaderingswijze?
Nadere informatieExamen VWO. Nederlands. tijdvak 1 woensdag 16 mei 9.00-12.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen VWO 2007 tijdvak 1 woensdag 16 mei 9.00-12.00 uur Nederlands Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 20 vragen en een samenvattingsopdracht. Voor dit examen zijn maximaal 50 punten
Nadere informatieGEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.9.2017 C(2017) 6474 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 29.9.2017 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de
Nadere informatieHet traditioneel gezag en het Decentralisatieprogramma in Suriname
Het traditioneel gezag en het Decentralisatieprogramma in Suriname Presentatie voor het Decentralization and Local Government Strengthening Programme Door mr. dr. Ellen-Rose Kambel 28 mei 2007 Achtergrond
Nadere informatieInhoudsopgave. 1. Inleiding 5
Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Een liberale visie op gezondheidszorg 11 2.1 Het individu als ultieme waarde 11 2.2 Gezondheidszorg in een liberale rechtsstaat 14 2.3 Kortom: een liberale visie op gezondheidszorg
Nadere informatieDe belangrijkste bron van het burgerlijk recht is het burgerlijk wetboek,
Recht is alomtegenwoordig. Of het nu gaat om een verbod iets te doen (door het rood licht rijden), een verplichting iets te doen (deelnemen aan verkiezingen), een werkwijze die men dient na te leven (procesrecht)
Nadere informatiebetreffende de erkenning van Palestina als onafhankelijke staat
stuk ingediend op 175 (2014-2015) Nr. 1 27 november 2014 (2014-2015) Voorstel van resolutie van de dames Tine Soens en Güler Turan betreffende de erkenning van Palestina als onafhankelijke staat verzendcode:
Nadere informatieGeachte collega's, beste studenten,
College van Bestuur Geachte collega's, beste studenten, Na de hectische weken met de bezetting van het Bungehuis en het Maagdenhuis, hebben we een moment van bezinning ingelast. Wij hebben tijd genomen
Nadere informatieVERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER
VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen
Nadere informatieGezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 28.11.2016 JOIN(2016) 54 final 2016/0366 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
Nadere informatieBeginselen van de democratische rechtsstaat
Beginselen van de democratische rechtsstaat Prof. mr. M.C. Burkens Prof. mr. H.R.B.M. Kummeling Prof. mr. drs. B.P. Vermeulen Prof. mr. R.J.G.M. Widdershoven Inleiding tot de grondslagen van het Nederlandse
Nadere informatieInternationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars, New York,
Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars, New York, 17-12-1979 Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars De Staten die partij zijn bij dit Verdrag, Indachtig de doelstellingen
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de bestrijding van mensenhandel
EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken 8 mei 2001 PE 302.228/14-21 AMENDEMENTEN 14-21 ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel
Nadere informatieWaar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?
Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.
Nadere informatieGEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.3.2014 C(2014) 1410 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 11.3.2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement
Nadere informatieLeerplicht en Recht op onderwijs
Leerplicht en Recht op onderwijs mr. dr. Coby de Graaf en dr. Hanneke Visser 9 maart 2018 De jurist en de schoolpsycholoog Centre for Children s Rights Amsterdam 2 De jurist en de schoolpsycholoog Centre
Nadere informatieVerklaring van Zweden
Raad van de Europese Unie Brussel, 18 september 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0028 (COD) 11505/15 ADD 1 CODEC 1120 ENV 522 AGRI 439 MI 527 COMER 114 PECHE 271 NOTA I/A-PUNT van: aan:
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785 NOTA van: aan: Betreft: het Voorzitterschap het Strategisch Comité immigratie, grenzen en asiel initiatief
Nadere informatieWELKOM IN HET TIJDPERK VAN DE REFLEXIVITEIT
Gaston Meskens Gaston Meskens > context filosofische reflectie, vanuit onderzoek bij het Centrum voor Ethiek en Waardenonderzoek (Faculteit Filosofie, Universiteit Gent) gevoed door een aantal engagementen:
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 februari
A D V I E S Nr. 1.837 ------------------------------ Zitting van dinsdag 26 februari 2013 ----------------------------------------------- Optioneel protocol bij het pact inzake economische, sociale en
Nadere informatieSamenvatting. 1. Wat houdt het begrip internationale samenwerking in?
Aanleiding voor het onderzoek Samenvatting In de 21 ste eeuw is de invloed van ruimtevaartactiviteiten op de wereldgemeenschap, economie, cultuur, milieu, etcetera steeds groter geworden. Ieder land dient
Nadere informatiewaardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid
individuele vrijheid participatie gelijke rechten solidariteit waardigheid Basisrechten Santé België is een rechtsstaat en een democratie die ieders mensenrechten e De Staat garandeert de naleving van
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met
Nadere informatie12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU
12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU DE LOKALE RELIGIEUZE SITUATIE IN KAART BRENGEN EN BEGRIJPEN 01 Lokale overheden wordt verzocht zich bewust te zijn van het toenemende belang
Nadere informatieCommissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid. Ontwerpaanbeveling voor de tweede lezing Astrid Lulling (PE439.879v01-00)
EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid 2008/0192(COD) 12.4.2010 AMENDEMENTEN 15-34 Ontwerpaanbeveling voor de tweede lezing Astrid Lulling (PE439.879v01-00) Beginsel
Nadere informatieSOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE
Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs Voor de sociale
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2015Z08639 Datum 27 mei 2015
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 168 final 2018/0078 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
220 Nederlandse Samenvatting Summary in Dutch Teams spelen een belangrijke rol in moderne organisaties (Devine, Clayton, Phillips, Dunford, & Melner, 1999; Mathieu, Marks, & Zaccaro, 2001). Doordat teams
Nadere informatiePosition paper t.b.v. expert meeting Eerste Kamer op 27 maart De verhouding van het wetsvoorstel tot intrekking van de Wet raadgevend referendum
Position paper t.b.v. expert meeting Eerste Kamer op 27 maart 2018 De verhouding van het wetsvoorstel tot intrekking van de Wet raadgevend referendum tot het internationaal recht Prof. Mr. Fred Soons 23
Nadere informatieING ENVIRONMENTAL APPROACH
ING ENVIRONMENTAL APPROACH Mensenrechten op de werkplek 3 De uitgangspunten 4 Vrijheid van organisatie en het recht op collectieve onderhandeling 5 TABLE OF CONTENTS Dwangarbeid 6 Kinderarbeid 7 Discriminatie
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat
Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat Samenvatting door een scholier 1047 woorden 16 maart 2008 5,7 7 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Democratie en rechtstaat Hoofdstuk
Nadere informatieEindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2013-I
Opgave 5 De eurocrisis 24 maximumscore 4 Het postklassieke beeld van de internationale orde. In de uitleg dienen twee kenmerken van het postklassieke beeld van de internationale orde te staan en een juiste
Nadere informatieZoals gezegd kent de monetaire manier van armoedemeting conceptuele en methodologische bezwaren en is de ontwikkeling van multidimensionele
1 Samenvatting Kinderarmoede is een ongewenst, en voor velen, onaanvaardbaar fenomeen. De redenen hiervoor zijn enerzijds gerelateerd aan het intrinsieke belang van welzijn voor kinderen in het hier en
Nadere informatiefilosofie havo 2017-II
Opgave 1 Internationale drugshandel 1 maximumscore 3 een uitleg dat een handelend persoon gezien kan worden als iemand die de vrijheid heeft om zijn eigen leven vorm te geven 1 een uitleg dat een hulpeloos
Nadere informatieActuele vragen met betrekking tot de vrijheid van onderwijs. Fenneke Zeldenrust
Actuele vragen met betrekking tot de vrijheid van onderwijs Fenneke Zeldenrust Vrijheid van onderwijs, artikel 23 Grondwet - Vrijheid van stichting - Vrijheid van richting - Vrijheid van inrichting Een
Nadere informatieInhoud. Inleiding. De plaats van het internationale recht in de Nederlandse rechtsorde
Inhoud I 1 2 3 4 5 6 7 8 II 9 10 12 13 III 14 15 16 Inleiding Definitie van internationaal publiekrecht Het rechtskarakter van internationaal publiekrecht Historische ontwikkeling Natuurrecht en positivisme
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD)
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 december 2002 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD) 14052/2/02 REV 2 ADD 1 ECO 336 UD 111 CODEC 1406 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Door de Raad op
Nadere informatieOPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S14/2018. Bevorderen van Europese waarden via sportinitiatieven op gemeentelijk niveau
OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S14/2018 Bevorderen van Europese waarden via sportinitiatieven op gemeentelijk niveau Deze oproep tot het indienen van voorstellen past in de uitvoering van
Nadere informatieEindexamen Filosofie havo 2003 - II
3 Antwoordmodel Oude en nieuwe media 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een uitleg hoe een hiërarchie in de staat volgens Hobbes ontstaat 2 een uitleg van het begrip sociaal contract in verband
Nadere informatie1ste bach rechten. Politicologie. samenvatting. uickprinter Koningstraat Antwerpen. R12 5,50
1ste bach rechten Politicologie samenvatting Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen R12 5,50 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be 1 e bachelor Rechten UA samenvatting
Nadere informatiefilosofie havo 2016-II
Opgave 3 2025: een ruimte-utopie 11 maximumscore 3 een uitleg dat een maatschappelijk verdrag een oplossing is voor een onhoudbare/onwenselijke natuurtoestand 1 een uitleg dat de kolonisten zich wel in
Nadere informatieBrussel, 27 februari 2014 (28.02) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 6490/1/14 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2013/0255 (APP)
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 februari 2014 (28.02) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0255 (APP) 6490/1/14 REV 1 EPPO 9 EUROJUST 38 CATS 23 FIN 117 COPEN 53 GAF 10 NOTA van: het voorzitterschap
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT
NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede
Nadere informatie1 Allereerst: integratie zou ik willen omschrijven als het verwerven van volwaardig staatsburgerschap van nieuwkomers in een samenleving die op voet
Integratie in Nijmegen Bijdrage van Paul Cliteur aan het integratiedebat van de gemeente Nijmegen op 22 maart 2007 De Nijmeegse gemeenteraad wil nieuw beleid ontwikkelen op het gebied van integratie, heb
Nadere informatieADVIES. Conceptwetsvoorstel inzake het recht op een eerlijk proces in de Grondwet
ADVIES Conceptwetsvoorstel inzake het recht op een eerlijk proces in de Grondwet Oktober 2014 1 Inleiding Een ieder heeft het recht op een eerlijk proces. Of het nu in een strafzaak of in een civiele zaak
Nadere informatieNAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN
NL NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN AGE- STANDPUNT IN HET KADER VAN HET 2007 - EUROPEES JAAR VAN GELIJKE KANSEN VOOR IEDEREEN The European Older People s Platform La Plate-forme européenne des Personnes
Nadere informatieDatum 12 juni 2013 Betreft Beantwoording vragen van het lid Omtzigt over het artikel 'Timmermans goede bedoelingen brengen Syrië dichter bij de hel'
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Contactpersoon Arnt Kennis T 0703487186
Nadere informatieVerdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed
Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel
Nadere informatie