Bijlage 2 bij ledenbrief U Handreiking re-integratieplan bij dreigende werkloosheid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlage 2 bij ledenbrief U200800330. Handreiking re-integratieplan bij dreigende werkloosheid"

Transcriptie

1 Bijlage 2 bij ledenbrief U Handreiking re-integratieplan bij dreigende werkloosheid 1. Inleiding LOGA-partijen willen de gemeenten en medewerkers met deze handreiking ondersteunen bij het opstellen van een re-integratieplan. Het re-integratieplan is bedoeld voor de medewerker die ontslag aangezegd krijgt wegens reorganisatie of wegens onbekwaamheid/ ongeschiktheid en die recht heeft op een re-integratiefase. Tijdens de re-integratiefase staat de begeleiding van de medewerker naar een andere baan centraal. Het re-integratieplan is het middel om dit doel te bereiken. De handreiking licht de verschillende inhoudelijke en organisatorische aspecten toe die van belang zijn bij het opstellen van een individueel re-integratieplan. Deze handreiking is geschreven voor de personen die binnen de gemeente verantwoordelijk zijn voor de opstelling en de uitvoering van een reintegratieplan (denk aan de P&O-medewerker, de re-integratiecoördinator en de leidinggevende). Eerst volgt een algemene toelichting op het re-integratieplan. In paragraaf 3 is informatie opgenomen over de verschillende re-integratiemiddelen die ingezet kunnen worden. De paragrafen 4 en 5 gaan over het betrekken van externe partijen bij de uitvoering van de afspraken uit het re-integratieplan. Paragraaf 6 geeft informatie over de te maken procesafspraken met de medewerker. In de bijlage is informatie opgenomen voor de medewerker over de nieuwe regeling bij dreigende werkloosheid. 2. Algemeen Re-integratie centraal Met de re-integratiefase (en het daarbij verplicht gestelde re-integratieplan) wordt een nieuwe manier van werken geïntroduceerd voor gemeenten en hun medewerkers. De re-integratie staat centraal in plaats van de terugval op een uitkering. Tijdens de re-integratiefase doen zowel werkgever als medewerker al hetgeen redelijkerwijs mogelijk is om een nieuwe functie of werkkring te vinden en te voorkomen dat de medewerker aangewezen raakt op een uitkering. Deze nieuwe manier van werken borduurt eigenlijk voort op de toegenomen verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers voor de re-integratie bij (dreigende) werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid. Doel van deze toegenomen verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers is ook het voorkomen dat de werknemer moet terugvallen op een uitkering. Bij dreigende werkloosheid is de overheidswerkgever overigens nu al wettelijk verplicht de re-integratie van de medewerker ter hand te nemen voorafgaand aan het ontslag 1 en na het ontslag gedurende de periode dat de medewerker recht heeft op WW (zie artikel 72a, eerste lid, WW). De afspraken uit de CAO sluiten aan bij deze wettelijke verplichting. Het re-integratieplan Het re-integratieplan is bedoeld voor de medewerker die ontslag aangezegd krijgt wegens reorganisatie of wegens onbekwaamheid/ ongeschiktheid en die recht heeft op een re-integratiefase. 1 Artikel 72a, eerste lid, aanhef, onder b, WW bepaalt dat de overheidswerkgever tot taak heeft de inschakeling in de arbeid te bevorderen van een overheidswerknemer die kan aantonen dat de dienstbetrekking binnen vier maanden zal eindigen en van wie naar het oordeel van de CWI redelijkerwijs valt aan te nemen dat hij recht zal hebben op een uitkering. 1

2 In het re-integratieplan worden re-integratiemiddelen afgesproken met als doel de medewerker zo goed en zo snel mogelijk te begeleiden naar een nieuwe baan. De medewerker heeft recht op een optimale ondersteuning door de werkgever. De concrete invulling hiervan vereist maatwerk per individuele medewerker. De activiteiten in het re-integratieplan moeten in samenhang worden gezien met de activiteiten die worden ingezet vanuit het gemeentelijke loopbaan-, opleidings- en mobiliteitsbeleid. Bepaalde activiteiten zullen immers al eerder zijn ingezet. Denk bijvoorbeeld aan de afspraken die met de medewerker worden gemaakt in het persoonlijk opleidingsplan (POP). Het re-integratieplan wordt zo spoedig mogelijk maar in ieder geval binnen één maand na aanvang van de re-integratiefase opgesteld. De re-integratiefase begint op de eerste werkdag na verzending of overhandiging van het ontslagbesluit. Het is zinvol om te beginnen met het opstellen van het reïntegratieplan, zodra duidelijk is dat de ambtenaar ontslagen gaat worden op grond van artikel 8:3 of artikel 8:6 en daarmee dus niet te wachten tot het ontslagbesluit genomen is. Gemeente noch ambtenaar zijn hiertoe overigens verplicht. Medewerking van beide partijen kan echter de mogelijkheden op het vinden van een baan bespoedigen en dus de kans op het voorkomen van werkloosheid vergroten. De invulling van het re-integratieplan De werkgever en de medewerker bespreken samen de invulling van het re-integratieplan. In geval van ontslag wegens reorganisatie moet rekening worden gehouden met eventuele afspraken over de reintegratie die in het lokale sociaal plan of sociaal statuut zijn opgenomen: indien binnen de gemeente ruimere afspraken gelden, dan prevaleren deze ruimere lokale afspraken boven de landelijke regeling. Het is belangrijk dat de werkgever en de medewerker het samen eens zijn over de afspraken in het reintegratieplan omdat zo het doel (ander werk) sneller kan worden bereikt. Als de medewerker en de werkgever het onverhoopt niet eens zijn met elkaar, dan heeft de werkgever uiteindelijk de bevoegdheid de (bepaalde) instrumenten of procesafspraken eenzijdig vast te stellen in het reintegratieplan. De werkgever neemt in dat geval een voorgenomen besluit over de afspraken. Tegelijkertijd stelt de werkgever de medewerker in de gelegenheid zijn zienswijze bekend te maken (zie artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht). Zo kan de werkgever kennis nemen van de bezwaren die bij de medewerker leven. De werkgever neemt hierna een besluit waartegen de medewerker bezwaar kan indienen. Een ingediend bezwaar schort de afspraken uit het plan echter niet op. Zowel de medewerker als de werkgever moet meewerken aan de uitvoering van het reintgratieplan. Re-integratie inspanning voorafgaand aan het ontslag, maar vaak ook daarna De re-integratiefase beoogt de medewerker zo goed en zo snel mogelijk te begeleiden naar ander werk zodat werkloosheid van de medewerker wordt voorkomen. Mochten de re-integratie inspanningen tijdens de re-integratiefase onverhoopt toch niet leiden tot een nieuwe functie voor de medewerker, dan vindt ontslag plaats. 2 De medewerker kan na het ontslag in aanmerking komen voor een WW-uitkering. Als dit het geval is, blijft de werkgever verantwoordelijk voor de re-integratie van de ex-medewerker. Dit is geregeld in artikel 72a WW. De ex-medewerker moet meewerken aan de re- 2 De re-integratiefase kan eventueel op verzoek van de medewerker worden verlengd door onbetaald verlof. Tijdens de periode van onbetaald verlof kan de medewerker zijn levenslooptegoed aanspreken. Het doel van de verlenging is de medewerker nog een kans te geven om van werk naar werk over te stappen. De verlenging geldt voor maximaal 12 maanden. Over de eventuele voortzetting van de afspraken uit het reintegratieplan maken de werkgever en de medewerker afspraken. 2

3 integratie. Dit betekent dat de afspraken uit het re-integratieplan al dan niet in gewijzigde vorm- ook na het ontslag voortgezet kunnen worden. 3. Inzet van re-integratie-instrumenten De werkgever bekijkt samen met de medewerker welke middelen het beste ingezet kunnen worden tijdens de re-integratiefase. Hierbij wordt de duur van de re-integratiefase afgezet tegen het te verwachten effect van de verschillende instrumenten. In het re-integratieplan worden de gekozen re-integratie-instrumenten uiteindelijk beschreven. Hieronder staan in chronologische volgorde de verschillende mogelijke instrumenten die opgenomen kunnen worden in het re-integratieplan. Arbeidsmarktprofiel Als vertrekpunt voor de in te zetten re-integratie-instrumenten kan de medewerker een arbeidsmarktprofiel opstellen. Een arbeidsmarktprofiel is een persoonlijk, professioneel profiel van de medewerker. Dit profiel bestaat uit verschillende aspecten zoals: de (gevolgde) opleidingen, werkervaring, competenties, eigenschappen, motivatie en ambities. De werkgever bespreekt met de medewerker welke van de onderstaande aspecten aan bod moeten komen in het arbeidsmarktprofiel. Opleiding en werkervaring De medewerker brengt zijn gevolgde opleidingen en de opgedane werkervaring in kaart. Motivatie en competenties De medewerker brengt zijn (professionele) motivatie in kaart. Op de website van het CWI is een vragenlijst te vinden waarmee de medewerker kan testen over welke zogenaamde werkwaarden hij beschikt (zie Daarnaast kan het zinvol zijn aandacht te besteden aan de competenties van de medewerker. Competenties zijn persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden die nodig zijn om bepaalde functies goed te kunnen uitoefenen. Op de website van het CWI is informatie te vinden over competenties ( Ook kan de procedure Erkenning Verworven Competenties (EVC) worden gevolgd. Met EVC wordt de erkenning, waardering en verdere ontwikkeling beoogd van wat een individu heeft geleerd in elke mogelijke leeromgeving: in omgevingen zoals op school of thuis. Een EVC-procedure bestaat uit twee onderdelen: a. een inhoudelijk deel: het proces van het inzichtelijk maken en toetsen van verworven competenties; b. een formeel deel: het proces van formele erkenning van verworven competenties in de vorm van het verlenen van vrijstellingen, certificaten of diploma s. Meer informatie over EVC is te vinden op: Gewenste functie(s) De medewerker maakt duidelijk in welke functie(s) hij aan de slag wil. Het doel van de reintegratiefase is immers het zo snel mogelijk vinden van een nieuwe functie of werkkring/baan voor de medewerker. De werkgever en medewerker bespreken of de ambitie van de medewerker haalbaar is aan de hand van de door hem gevolgde opleidingen, werkervaring, competenties, persoonlijke eigenschappen en motivatie. 3

4 Als de medewerker niet precies weet in wat voor soort functie hij aan de slag wil, kan hij op de website van het CWI een interessevragenlijst invullen. Deze vragenlijst helpt de medewerker met het beantwoorden van de vraag wat hij wil ( Ook kan een loopbaanadviseur of een beroepskeuzetest uitkomst bieden. Er zijn diverse mogelijkheden om een beroepskeuzetest af te leggen. Op het internet zijn veel beroepskeuzetesten beschikbaar (gratis of betaald). Het is ook mogelijk te kiezen voor een beroepskeuzetest die wordt afgenomen door een (externe) professional. Soms moet de medewerker eerst nog een (vervolg)opleiding volgen voordat hij geschikt is voor de gewenste functie. De werkgever bespreekt dan met de medewerker of de ambitie van de medewerker haalbaar en wenselijk is (zie het kopje Opleiding/scholing). Er zijn verschillende constructies mogelijk die de zoektocht naar een nieuwe baan kunnen bespoedigen. Deze constructies zijn: een duaal leertraject, een stage, een proefplaatsing of een detachering. Deze worden verderop nader toegelicht. In het re-integratieplan kan een termijn worden opgenomen die de medewerker mag aanhouden voor zijn zoektocht naar de gewenste functie. Als de medewerker binnen die termijn geen nieuwe baan heeft gevonden, dan worden de zoekcriteria verruimd. Als de medewerker binnen die termijn geen nieuwe baan heeft gevonden, dan worden de zoekcriteria verruimd. Op grond van jurisprudentie kan dat, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, betekenen dat de ambtenaar na verloop van tijd een functie moet aanvaarden, waaraan een salaris is verbonden van maximaal 2 schalen lager. Bij ontslag wegens reorganisatie gelden de (ruimere) afspraken die in een sociaal plan, sociaal statuut of een vergelijkbare lokale regeling zijn opgenomen. In het re-integratieplan wordt ook het geografische zoekgebied vastgesteld. Hierbij wordt rekening gehouden met de woonplaats van betrokkene. Naarmate de zoektocht naar de andere baan langer duurt, kan het geografische zoekgebied worden verruimd. Opstellen portfolio De medewerker kan een eigen portfolio opstellen. Een portfolio is een uitgebreide map waarin de medewerker kan laten zien welke opleiding, ervaring en competenties hij heeft. Waar nodig kan de werkgever behulpzaam zijn bij het opstellen van de portfolio. Afspraken sollicitatie-activiteiten De werkgever spreekt met de medewerker af dat de medewerker zich binnen 2 weken na aanvang van de re-integratiefase als werkzoekende inschrijft bij het CWI, uitzendbureaus en bij werving- en selectiebureaus. Indien de re-integratiefase langer duurt dan 4 maanden is inschrijving bij het CWI mogelijk vanaf vier maanden voordat het ontslag ingaat. Als de medewerker naar CWI gaat om zich in te schrijven als werkzoekende, ontvangt deze van CWI een bewijs van inschrijving. Het bewijs van inschrijving is een persoonlijk document. CWI stuurt geen kopie van het bewijs van inschrijving naar de overheidswerkgever. De overheidswerkgever zal de medewerker daarom moeten verzoeken om een kopie van het bewijs van inschrijving. Bij het inschrijvingsgesprek met de werkzoekende stelt CWI vast of deze in staat is om direct naar werk te zoeken (route A) of (nog) niet (route B). De route geeft aan of de werkzoekende in staat is om naar werk te zoeken. De mate van zelfstandigheid, de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en het zoekgedrag (kennis, kunde en motivatie) bepalen welke strategie CWI 4

5 adviseert om de kortste weg naar werk te realiseren. CWI neemt werkzoekenden in route A wel standaard mee in de match op vacatures. Het CWI stelt ook instrumenten ter beschikking aan medewerkers waarmee zelf naar werk kan worden gezocht (zie Werkgever en medewerker maken afspraken over de te verrichten sollicitatie-activiteiten. Hierbij kunnen de sollicitatie-verplichtingen uit de WW als richtlijn dienen: per 4 weken overlegt de medewerker 4 sollicitaties aan de werkgever. Sollicitatietraining Werkgever en medewerker bespreken of de medewerker voldoende is toegerust om te solliciteren. Als de medewerker begeleiding nodig heeft bij het solliciteren, kan een interne/externe sollicitatietraining worden gevolgd. Dat kan onder meer bij het CWI. Het CWI biedt gratis workshops sollicitatietrainingen aan. Het CWI kan eventueel ook ondersteuning bieden die is gericht op het versterken van de eigen zoek- en sollicitatieactiviteiten, bijvoorbeeld via een workshop. Ook zijn er op de website van het CWI handige tips te vinden over solliciteren voor de medewerker ( Opleiding/scholing De werkgever en de medeweker actualiseren de afspraken in het persoonlijk ontwikkelplan (POP) over opleidingen en scholing. In bepaalde gevallen is het noodzakelijk dat de medewerker scholing of een opleiding volgt voordat hij kan gaan zoeken naar een (gewenste) functie. De volgende punten zijn van belang: a. de medewerker kan niet zonder opleiding of scholing een (gewenste) functie uitoefenen. De voorgestelde opleiding of scholing is daartoe een adequaat middel; en b. de opleiding of scholing is relevant voor de arbeidsmarkt. De werkgever en de medewerker gaan na of de gewenste functie en het daarbij behorende opleidingsniveau past bij de vooropleiding, werkervaring en vaardigheden van de medewerker. Soms kan een opleiding meer tijd in beslag nemen dan de voor de medewerker geldende re-integratiefase. Over de consequenties hiervan (zoals bijvoorbeeld de kosten) maken de werkgever en de medewerker afspraken. 3 Duaal leertraject Duale leertrajecten zijn combinaties van leren en werken. De medewerker leert vooral op de werkplek. Duaal leren is een belangrijk instrument om een medewerker hoger op te leiden. Door werkend te leren en lerend te werken kan het gemakkelijker zijn een baan te vinden en te houden. Een duaal leertraject kan deel uit maken van een opleiding. Soms bieden werkgevers zelf duale leertrajecten aan. Bij het aangaan van een duaal leertraject moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, medewerker, de onderwijsinstelling en de feitelijke werkgever. Aandachtspunten hierbij zijn: -de duur van het traject; 3 In sommige gevallen kan het kansrijk zijn om de medewerker te ondersteunen die een andere kant op wil in zijn loopbaan. Denk hier bijvoorbeeld aan een beleidsmedewerker die in het verleden ooit een pedagogische graad heeft behaald en die het onderwijs in wil. De kans om een baan te vinden in het onderwijs is groot. Hiervoor moet de medewerker nog wel een opleiding volgen. 5

6 -de aard van de opleiding en de werkzaamheden; -de uitoefening van het feitelijk werkgeverschap (werktijden, verlof etc.); -schade en aansprakelijkheid; -het uitbetalen van een vergoeding aan de gemeente; -het aanbod van een functie door de feitelijk werkgever bij een geslaagd traject. Stage Het lopen van een stage is een middel voor de medewerker om inzicht te krijgen in de praktijk van een bepaalde organisatie of bedrijf en vice versa. Er zijn verschillende redenen voor het lopen van een stage: a. de medewerker wil mogelijk aan de slag in een andere sector maar wil daarvoor eerst stage lopen zodat hij kennis kan maken met de beroepsactiviteit. b. de medewerker volgt een opleiding en moet verplicht stage lopen. Bij het aangaan van een stage moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever waar de stage wordt gelopen. Aandachtspunten hierbij zijn: -de duur van het traject; -de aard van de werkzaamheden; -de uitoefening van het werkgeverschap tijdens de stage (werktijden, verlof etc.); -schade en aansprakelijkheid; -het uitbetalen van de stagevergoeding aan de gemeente; Proefplaatsing Als een functie is gevonden, kan een zogenaamde proefplaatsing worden afgesproken. Een proefplaatsing verschilt met de detachering omdat de andere werkgever niet voor de werkzaamheden betaalt. Doel van de proefplaatsing is dat de medewerker bij een geslaagde proef uiteindelijk in dienst treedt bij die andere werkgever. Bij het aangaan van een proefplaatsing moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever waar de proefplaatsing plaatsvindt. Aandachtspunten hierbij zijn: -de maximale periode van de proefplaatsing; -de aard van de werkzaamheden; -de uitoefening van het feitelijk werkgeverschap (werktijden, verlof etc.); -schade en aansprakelijkheid; -het aanbod van een functie door de feitelijk werkgever bij een geslaagde proef. Detachering Als een passende functie is gevonden bij een organisatie of een bedrijf kan met deze werkgever een detacheringsovereenkomst worden gesloten. Doel van de detachering is dat de medewerker uiteindelijk in dienst treedt bij die andere werkgever. Als de medewerker gedetacheerd wordt moet een detacheringsovereenkomst worden gesloten tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever die de medewerker inleent. In deze overeenkomst zijn onder andere afspraken opgenomen over de duur van de detachering, het uitbetalen van vergoedingen aan de gemeentelijke werkgever, afspraken over de aansprakelijkheid en het aanbod van een arbeidsovereenkomst of aanstelling bij een geslaagde detachering. Een model van een detacheringscontract is te vinden in de 6

7 CvA-brief Gemeentelijke samenwerking en detachering van 15 juli 2005 (te downloaden vanaf de site Vrijwilligerswerk In sommige gevallen kan de medewerker nog niet aan de slag in een betaalde functie. Werkgever en medewerker kunnen dan afspreken dat de medewerker vrijwilligerswerk gaat verrichten. Hierbij is het van belang dat deze werkzaamheden geen strijd opleveren met het doel: zo snel mogelijk aan de slag in een betaalde baan. Onder vrijwilligerswerk wordt verstaan: onbetaalde en onverplichte activiteiten binnen een organisatie die een ideële doelstelling heeft of een maatschappelijk nut nastreeft, welke activiteiten doorgaans een aanvullend karakter hebben op bestaande voorzieningen. Voor de afbakening van het begrip vrijwilligerswerk is het van belang dat het gaat om activiteiten: die gebruikelijk onbetaald zijn; die geen winstoogmerk hebben; en die een algemeen maatschappelijk nut dienen. Voorbeelden zijn activiteiten voor kerkelijke en levensbeschouwelijke organisaties, activiteiten voor niet-commerciële winkels (zoals rechts- en wetswinkels, onderwijswinkels en gezondheidswinkels), activiteiten in bejaarden- en verpleegcentra, activiteiten in de maatschappelijke dienstverlening, activiteiten voor een sportvereniging en activiteiten in de gezondheidszorg. Bij het aangaan van vrijwilligerswerk moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de desbetreffende organisaties waar het vrijwilligerswerk verricht gaat worden. Aandachtspunten hierbij zijn: -de maximale periode van het vrijwilligerswerk; -de aard van de werkzaamheden; -de uitoefening van het feitelijk werkgeverschap door de desbetreffende organisatie (werktijden, verlof etc.); -de schade en aansprakelijkheid; -het uitbetalen van de vrijwilligersvergoeding aan de gemeente. Eigen bedrijf Een medewerker kan ook de wens hebben een eigen bedrijf te beginnen in plaats van te zoeken naar een betaalde functie. De medewerker en de werkgever bekijken samen of de start van een eigen bedrijf een haalbare ambitie is en of het starten van een eigen bedrijf de beste weg is naar (duurzame) betaalde arbeid. Het is ook mogelijk dat de medewerker het starten van een eigen bedrijf combineert met het zoeken naar een geschikte functie. Van belang is dat uiteindelijk de terugval op een uitkering wordt voorkomen. Als de kans op het succesvol starten van een eigen bedrijf niet groot is en de medewerker beter een betaalde baan kan verwerven die aansluit bij de gevolgde opleidingen, opgedane werkervaring, competenties en interesses, kan dat reden zijn in het re-integratieplan niet te kiezen voor het opstarten van een eigen bedrijf. Het CWI heeft een test waarmee de medewerker kan onderzoeken of het zelfstandig ondernemerschap iets voor hem is (zie 7

8 Onderzoeksperiode Als vastgesteld wordt dat het starten van een eigen bedrijf een haalbare ambitie is, geeft de werkgever de medewerker de gelegenheid hiermee aan de slag te gaan. Samen met de medewerker kan een periode worden vastgesteld waarin de medewerker zich oriënteert op de mogelijkheden een eigen onderneming te starten, dit heet een zogenaamde onderzoeksperiode. 4 De werkgever en de medewerker maken afspraken over de resultaten die deze onderzoeksperiode moet opleveren. Hierbij kan gedacht worden aan: een ondernemingsplan, inzicht in de financiering en de ondernemingsrisico s. Ook kan een marktonderzoek en/of haalbaarheidsonderzoek worden afgesproken. Startperiode De werkgever spreekt (na de onderzoeksperiode) een startperiode af. Tijdens deze startperiode maakt de medewerker daadwerkelijk een start met de eigen onderneming. 5 De werkgever bespreekt met de medewerker aan de hand van de uitkomsten uit de onderzoeksperiode of de start van een eigen bedrijf de beste weg is naar (duurzame) arbeid voor de medewerker. Als dat toch niet het geval blijkt te zijn, ligt het voor de hand geen startperiode af te spreken. 4. Inschakeling van externe partijen Bij sommige activiteiten is het raadzaam de hulp van een externe te betrekken. De externe partij kan een bepaalde re-integratie-activiteit verrichten of een heel re-integratietraject. Hieronder is een overzicht opgenomen van de verschillende partijen die betrokken kunnen zijn bij het re-integratieplan. Centrum voor Werk en Inkomen Het CWI kan voorafgaand aan het ontslag van de overheidswerknemer verschillende gratis diensten aanbieden. Hiermee wil het CWI het beroep op een uitkering zoveel mogelijk voorkomen. In overleg met de medewerker beoordeelt CWI welke activiteiten gezien de situatie wenselijk zijn. 6 CWI maakt een keus uit de volgende gratis dienstverlening: Matchen op vacatures; Ter beschikking stellen van instrumentarium waarmee betrokkene zelf naar werk kan zoeken of informatie kan opvragen, bijvoorbeeld Ondersteuning gericht op het versterken van de eigen zoek- en sollicitatieactiviteiten, bijvoorbeeld een workshop; Instrumenten die het banenaanbod voor de (potentiële) overheidswerkloze kunnen vergroten, bijvoorbeeld competentietesten; 4 UWV houdt voor de onderzoeksperiode bij WW-gerechtigden maximaal 6 weken aan. 5 UWV houdt voor de startperiode bij WW-gerechtigden maximaal 6 maanden aan. 6 CWI stelt het zeer op prijs als de overheidswerkgever CWI informeert over de reeds ingezette/voorgenomen reintegratieactiviteiten van de kant van de werkgever. De voorkeur gaat uit naar een korte schriftelijke omschrijving die de medewerker op het moment dat hij zich bij CWI meldt kan laten zien. CWI kan de dienstverlening dan afstemmen op het re-integratietraject van de werkgever. CWI maakt alleen afspraken als de overheidswerkgever (nog) geen re-integratieactiviteiten ontplooit of als CWI aanvullende dienstverlening adviseert van de kant van CWI en/of de werkgever. 8

9 Informatie en advies op maat over de kansen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt van betrokkene en activiteiten die de kans op het vinden van werk vergroten. Betrokkene krijgt op schrift mee welke ondersteuning het CWI biedt. 7 Psychische begeleiding Soms is het loskomen van de oude werkgever of het verwerken van het ontslag een moeizaam proces, waarbij betere resultaten worden geboekt als de medewerker wordt begeleid. Dit kan bijvoorbeeld via het bedrijfszorgpakket worden geregeld. Indien geen bedrijfszorgpakket met een zorgverzekeraar is afgesloten kan de medewerker ook in aanmerking komen voor een bijdrage van zijn zorgverzekeraar. De werkgever kan voorzien in een bijdrage van de kosten die niet door de zorgverzekeraar worden vergoed. Loopbaanadviseur Als de medewerker aangeeft dat hij behoefte heeft aan een deskundige die hem ondersteunt in het maken van keuzes voor de loopbaan kan een interne of externe coach of loopbaanadviseur worden ingeschakeld. Samenwerken met gemeenten en (overheids-)organisaties Aangezien elke afzonderlijke gemeente verantwoordelijk is voor de re-integratie bij ontslag van een individuele medewerker, kan dit een goede reden zijn om te gaan samenwerken met andere gemeenten. Het samenwerken kan de kans op het vinden van een geschikte baan vergroten. Mogelijk is er al een samenwerkingsverband aanwezig met de regio-gemeenten. In sommige regio s kunnen medewerkers van een gemeente al als interne kandidaat solliciteren op een vacature van een andere gemeente. Ook is het mogelijk dat één persoon namens meerdere gemeenten wordt aangewezen als re-integratiecoördinator. Deze coördinator kijkt of er geschikte functies voorhanden zijn bij de deelnemende gemeenten. Uiteraard kan ook samenwerking worden gezocht met andere overheidsorganisaties zoals bijvoorbeeld: waterschappen, provincie, onderdelen van het rijk en het onderwijs. Het onderwijs heeft de komende jaren veel personeel nodig. Dit betekent dat in de toekomst waarschijnlijk ook subsidies beschikbaar komen om personen om te scholen tot docent. Het samenwerken met verschillende scholingsinstituten kan in dit verband interessant zijn. Samenwerking met marktpartijen is daarnaast ook mogelijk. Inschakelen van een re-integratiebureau/outplacementbureau Voor de uitvoering van het re-integratieplan of bepaalde activiteiten daarvan kunt u gebruik maken van de diensten van een re-integratiebureau of een outplacementbureau. 7 Meer informatie over de dienstverlening van het CWI voorafgaand aan het ontslag en daarna is te lezen in de Werkwijzer artikel 72a WW, een werkwijzer voor werkgevers uit de sector Overheid & Onderwijs. Deze werkwijzer is te raadplegen via de website 9

10 5. Afspraken met een externe partij Als de werkgever een overeenkomst sluit met een externe partij (zoals bijvoorbeeld een reintegratiebureau of een outplacementbureau), zijn de volgende aandachtspunten van belang. Tips Het optrekken met andere gemeenten via een collectief contract met bepaalde bureaus levert extra kortingen en extra voordelen op. Ga bij de oriëntatie naar externe bureaus ook na wat de ervaringen zijn van de sociale dienst van de gemeente met bepaalde bureaus. Contractsinhoud De volgende aspecten kunnen deel uitmaken van het contract: De opdrachtgever (zie toelichting); De opdrachtnemer (zie toelichting); Voorwaarden over de liquiditeit en de solvabiliteit (zie toelichting); Voorwaarden over de kwaliteit (zie toelichting); De opdracht en het eindresultaat; Afspraken over de termijn(en) waarbinnen de opdracht wordt voltooid. Afspraken over aanspreekpunt (zie toelichting); Intake en dossier (zie toelichting); Het aantal consults; Aanbod van een functie (zie toelichting); Rapportage (zie toelichting); Financiering van de opdracht (zie toelichting); Klachtenbehandeling; Boetes bij niet nakomen afspraken uit het contract; Evaluatie (zie toelichting). Opdrachtgever Vastgelegd moet worden wie de opdrachtgever is. Dit kan de gemeente zijn, maar dit kan ook het dienstonderdeel zijn waar de medewerker werkt. Opdrachtnemer Vastgelegd moet worden wie de opdrachtnemer is. Van belang is dat de gemeente met één partij zaken doet. Hoe de opdrachtnemer bepaalde activiteiten weer laat uitvoeren door een andere partij (onderaanneming), is de verantwoordelijkheid van de opdrachtnemer. Voorwaarden over de liquiditeit en solvabiliteit De werkgever stelt bijvoorbeeld voorwaarden over de liquiditeit en solvabiliteit van de externe partij. De werkgever stelt de volgende voorwaarden voordat een contract met de opdrachtnemer wordt gesloten: de opdrachtnemer overlegt de meest recente jaarrekening; de opdrachtnemer verkeert niet in staat van faillissement of vereffening of is surseance van betaling verleend; 10

11 de opdrachtnemer heeft zijn faillissement of vereffening niet aangevraagd, noch heeft hij een aanvraag ingediend tot verlening van surseance van betaling; de opdrachtnemer heeft een verzekering afgesloten tegen beroeps- of bedrijfsrisico. Voorwaarden over de kwaliteit De werkgever stelt ook voorwaarden over de kwaliteit van de opdrachtnemer. Deze voorwaarden maken deel uit van het contract. de opdrachtnemer overlegt referenties; de opdrachtnemer voldoet aan een bepaald keurmerk; 8 de opdrachtnemer moet ingeschreven zijn bij de Kamer van Koophandel; de opdrachtnemer is niet bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing veroordeeld voor een strafbaar feit dat raakt aan de (beroeps)moraliteit; de opdrachtnemer voldoet en heeft altijd voldaan aan de verplichtingen van de betaling van zijn belastingen overeenkomstig de wettelijke bepalingen; de opdrachtnemer voldoet en heeft altijd voldaan aan de verplichtingen van de betaling van de sociale verzekeringsbijdragen overeenkomstig de wettelijke bepalingen. Eén aanspreekpunt bij de werkgever en de opdrachtnemer De opdrachtnemer en de werkgever benoemen één persoon die de werkgever dan wel de opdrachtnemer informeert over de voortgang en eventuele vragen beantwoordt. Intake en dossier De opdrachtnemer maakt een dossier aan van de medewerker op basis van een persoonlijke intake. De werkgever levert voor zover nodig hiervoor de benodigde informatie aan. Met de opdrachtnemer worden afspraken gemaakt over het beheer van dit dossier. De werkgever kan ieder moment het dossier bij de opdrachtnemer opvragen en inzien. Aanbod van een functie Als met de opdrachtnemer de afspraak is gemaakt dat voor de medewerker een functie wordt gezocht, kan de werkgever daar eisen aan stellen. De werkgever spreekt bijvoorbeeld af dat de opdrachtnemer een functie voor minimaal 6 maanden aanbiedt die uitzicht geeft op een vaste baan. Wat uiteindelijk wenselijk is, is afhankelijk van de situatie. Rapportage Bij langer lopende opdrachten overlegt de opdrachtnemer periodiek een rapportage aan de werkgever waarin een beschrijving is opgenomen van de activiteiten die zijn verricht voor de re-integratie van de betrokken medewerker. De opdrachtnemer beschrijft een prognose voor de resterende periode van het traject en legt verantwoording af over de voortgang van het traject tot op dat moment en voor de planning die eerder is overeengekomen met de werkgever. Deze rapportages over de voortgang van de re-integratie-activiteiten moeten zowel door het bureau als de medewerker worden ondertekend. Financiering van de opdracht Bij sommige opdrachten is het verstandig om specifieke afspraken te maken over de financiering van de opdracht. 8 Zie de website met informatie over verschillende keurmerken van dienstverleners op de re-integratiemarkt. 11

12 De werkgever betaalt een bepaald bedrag bij het sluiten van het contract. Het resterende bedrag wordt betaald bij een geslaagde afronding. Bij het niet behalen van resultaat kan gekozen worden voor no cure/no pay of no cure/less pay (zie hieronder). No cure/no pay. De werkgever betaalt geen vergoeding als het contractueel vastgestelde resultaat niet is geleverd. No cure/less pay. Dit is een variant van de no cure/no pay. Dit betekent dat wanneer de gegeven opdracht niet leidt tot het contractueel vastgestelde resultaat de gemeente maximaal een bepaald percentage (bijvoorbeeld maximaal 80%) van de opdracht vergoed. Evaluatie Na afloop van het traject worden de werkzaamheden met de opdrachtnemer geëvalueerd. Deze evaluatie is verplicht voor de opdrachtnemer en wordt opgenomen in het contract. 6. Procesafspraken met de medewerker Voor het welslagen van de afspraken uit het re-integratieplan is het van belang dat de werkgever en de medewerker samen duidelijke procesafspraken maken. Afspraken De werkgever en de medewerker leggen de procesafspraken vast in het re-integratieplan. De volgende afspraken komen onder meer aan bod: De medewerker heeft één aanspreekpunt bij de gemeente (zie toelichting); Een duidelijke omschrijving van de inhoud van de re-integratie-activiteit(en) en het eindresultaat; Aanvangs- en einddatum re-integratie activiteit; Afspraken bij het volgen van een opleiding of een scholing (zie toelichting); Bij uitbesteding activiteiten aan opdrachtnemer: De naam van de opdrachtnemer(s) die bepaalde re-integratie-activiteit(en) gaan uitvoeren en de afspraken met de opdrachtnemer over de activiteit; Periodiek gesprek over voortgang activiteit(en) (zie toelichting); Vakantieplanning medewerker; Tijdig melden van de medewerker aan de werkgever als er iets niet volgens de afspraken verloopt; Afspraken over contact en activiteiten tijdens ziekte Evaluatie activiteit(en); Afspraken over de werkzaamheden (zie toelichting); Afspraken over de kosten (zie toelichting); Sancties (zie toelichting). Eén aanspreekpunt De medewerker heeft één contactpersoon in de gemeente die verantwoordelijk is voor de coördinatie van het re-integratieplan. Afspraken bij het volgen van een opleiding of een scholing Als scholing wordt afgesproken is het aan te raden te omschrijven welke scholing wordt gevolgd, wat de duur is van de scholing, het aantal uren dat daaraan per week/maand moet worden besteed, de start- en einddatum en de te behalen diploma s/certificaten. 12

13 Periodiek gesprek De medewerker en de werkgever plannen periodiek een afspraak met elkaar om de afspraken uit het re-integratieplan tegen het licht te houden. Dit kan bijvoorbeeld tweewekelijks of op maandelijkse basis. De werkgever en medewerker kijken samen naar de voortgang en hoe de voortgang zich verhoudt tot het gestelde einddoel. Tijdens het gesprek komen vragen aan de orde als: Zijn de afgesproken (deel)resultaten behaald door de medewerker? Moeten er misschien nog andere inspanningen worden verricht om het afgesproken resultaat te bereiken? Zijn er bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld ziekte van de medewerker, waardoor de afspraken uit het re-integratieplan moeten worden gewijzigd? Afspraken over de kosten In het re-integratieplan worden afspraken gemaakt over de kosten. De kosten voor de activiteiten uit het re-integratieplan komen, mits redelijk en billijk, volledig voor rekening van de werkgever met een maximum van De werkgever en de medewerker maken een inschatting welke activiteiten de gemeente en de medewerker zelf ter hand kunnen nemen en welke activiteiten beter door externe partijen uitgevoerd kunnen worden. De werkgever maakt een kosten/batenanalyse over de voorgenomen re-integratie activiteiten. De werkgever stelt vast, na overleg met de medewerker, welke kosten redelijkerwijs voor rekening van de gemeente komen. Als het maximum van 7500 wordt overschreden, kan het gevolg zijn dat sommige activiteiten niet plaatsvinden of in gewijzigde vorm plaatsvinden. Ook is het in dat geval mogelijk dat de medewerker zelf een bijdrage levert aan de kosten. Sommige re-integratiemiddelen kunnen meer tijd in beslag nemen dan de voor de medewerker geldende re-integratiefase, denk bijvoorbeeld aan een opleiding. Over de consequenties hiervan (zoals de kosten) maken de werkgever en de medewerker afspraken. Het is in dat geval voorstelbaar dat de werkgever een deel van de opleidingskosten voor zijn rekening blijft nemen omdat hij ook reintegratieverantwoordelijk is gedurende de periode dat de ex-medewerker recht heeft op WW (zie artikel 72a WW). Afspraken werkzaamheden Werkgever en medewerker maken afspraken over het voortzetten van de werkzaamheden en -indien nodig- over de aard van deze werkzaamheden. Hierbij wordt prioriteit gegeven aan de activiteiten uit het re-integratieplan. Sancties Zowel de medewerker als de werkgever moet zich houden aan de afspraken uit het re-integratieplan. In CAR-UWO zijn sancties opgenomen voor het geval een van beide partijen de afspraken niet of onvoldoende nakomt. 13

14 BIJLAGE Nieuwe regeling bij dreigende werkloosheid Informatie voor de medewerker Inleiding Deze brochure informeert u als medewerker over de nieuwe regeling die per 1 juli 2008 geldt bij dreigende werkloosheid bij ontslag wegens reorganisatie of ongeschiktheid/onbekwaamheid (artikelen 8:4 en 8:6 van de CAR). Eerst wordt het doel dat sociale partners voor ogen hebben bij deze nieuwe regeling kort toegelicht. Daarna volgt een beschrijving van belangrijke aspecten uit deze nieuwe regeling: de re-integratiefase en het re-integratieplan. Vervolgens worden voorbeelden van re-integratie-instrumenten en procesafspraken genoemd die deel uit kunnen maken van het re-integratieplan. Tot slot is informatie opgenomen over de situatie na het ontslag. Nieuwe regeling bij dreigende werkloosheid: re-integratie centraal In de CAO voor de sector gemeenten hebben de sociale partners een nieuwe regeling afgesproken over de sociale zekerheid bij dreigende werkloosheid. Sociale partners willen met deze afspraken voorkomen dat medewerkers bij ontslag moeten terugvallen op een uitkering. Tijdens de reintegratiefase doen zowel werkgever als medewerker al hetgeen redelijkerwijs mogelijk is om een nieuwe functie of werkkring te vinden en te voorkomen dat de medewerker aangewezen raakt op een uitkering. De nieuwe regeling geldt alleen voor ontslag wegens reorganisatie of ongeschiktheid/ onbekwaamheid. 9 De nieuwe regeling sluit aan bij de wetswijzigingen op het gebied van de sociale zekerheid van de afgelopen jaren. De wetgever heeft de verantwoordelijkheid voor de re-integratie steeds meer gelegd bij de werkgever en de medewerker (denk bijvoorbeeld aan de verplichtingen van de werkgever en de medewerker bij ziekte en arbeidsongeschiktheid). In de wet is bijvoorbeeld al bepaald dat de overheidswerkgever verantwoordelijk is voor de re-integratie van de medewerker vanaf 4 maanden voor het ontslag en daarna indien er recht bestaat op een WW-uitkering De re-integatiefase In de nieuwe regeling is een zogenaamde re-integratiefase afgesproken. Deze re-integratiefase geldt in het geval een medewerker wordt ontslagen wegens een reorganisatie of wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid. De re-integratiefase lijkt op een opzegtermijn, met het verschil dat de werkgever en de medewerker zich samen tijdens de re-integratiefase moeten inspannen voor de zoektocht naar nieuw werk, zodat het beroep op een WW-uitkering wordt voorkomen. Tijdens de reintegratiefase geldt de normale rechtspositieregeling. De re-integratiefase begint op de eerste werkdag na verzending of overhandiging van het ontslagbesluit. 10 Bij de vastgestelde ontslagdatum is rekening gehouden met de duur van de reintegratiefase. De duur van deze re-integratiefase is afhankelijk van de ontslaggrond én van de duur van het dienstverband bij de gemeente. 9 De nieuwe regeling is ook relevant bij ontslag wegens andere gronden (artikel 8:8 CAR). 10 Het is ook mogelijk al voor de re-integratiefase in overleg met de werkgever een re-integratieplan op te stellen. 14

15 Bij reorganisatieontslag geldt, bij een dienstverband van: een re-integratiefase van: 2 tot 10 jaar 7 maanden; 10 tot 15 jaar 11maanden; 15 jaar of meer 15 maanden, Bij ontslag wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid geldt, bij een dienstverband van: een re-integratiefase van: 2 tot 10 jaar 4 maanden; 10 tot 15 jaar 8 maanden; 15 jaar of meer 12 maanden, Dit betekent dat wanneer een medewerker bijvoorbeeld 5 jaar bij de desbetreffende gemeente heeft gewerkt en hij wordt ontslagen wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid, hij recht heeft op een reintegratiefase van 4 maanden. De desbetreffende medewerker krijgt op 7 augustus zijn ontslagbesluit overhandigd. Dit betekent dat de re-integratiefase begint te lopen vanaf 8 augustus. De ontslagdatum ligt dan op 7 december. 11 Het re-integratieplan Samen met de werkgever wordt tijdens de re-integratiefase gestructureerd toegewerkt naar een andere baan, binnen dan wel buiten de gemeente. De medewerker heeft recht op een optimale ondersteuning door de werkgever. De concrete invulling hiervan vereist maatwerk per individuele medewerker. De werkgever en de medewerker maken afspraken over de invulling van deze zoektocht naar een andere baan in het re-integratieplan. Deze nieuwe werkwijze geldt bij ontslag wegens reorganisatie (artikel 8:4 CAR) en ontslag wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid (artikel 8:6 CAR). Bij ontslag wegens reorganisatie kunnen in een lokaal sociaal plan of sociaal statuut afspraken zijn gemaakt over de re-integratie. Deze afspraken kunnen ruimer zijn dan de nieuwe afspraken uit de CAO (denk bijvoorbeeld aan langere duur van de re-integratiefase). Sociale partners hebben afgesproken dat ruimere lokale afspraken voor de afspraken uit de CAO gaan. Dit betekent dat bij de invulling van het re-integratieplan rekening moet worden gehouden met deze lokale afspraken. Bij ontslag wegens overige redenen (artikel 8:8 van de CAR) treft de werkgever een maatwerkregeling met de medewerker. De genoemde re-integratie-instrumenten en procesafspraken uit deze brochure kunnen ook gebruikt worden voor de maatwerkregeling. De werkgever en de medewerker bespreken samen de invulling van het re-integratieplan. Bekeken wordt welke instrumenten het beste ingezet kunnen worden tijdens de re-integratiefase. Hierbij wordt de duur van de re-integratiefase afgezet tegen het te verwachten effect van de verschillende instrumenten. In sommige gevallen kan het zo zijn dat een medewerker niet veel begeleiding nodig heeft om aan een andere baan te komen. De afspraken over de in te zetten re-integratie-instrumenten kunnen in dat geval beperkt blijven. In andere gevallen heeft een medewerker meer behoefte aan 11 De re-integratiefase kan eventueel op verzoek van de medewerker worden verlengd door onbetaald verlof. Tijdens de periode van onbetaald verlof kan de medewerker zijn levenslooptegoed aanspreken. Het doel van de verlenging is de medewerker nog een kans te geven om van werk naar werk over te stappen. De verlenging geldt voor maximaal 12 maanden. Over de eventuele voortzetting van de afspraken uit het reintegratieplan maken de werkgever en de medewerker afspraken. 15

16 begeleiding met de daarbij behorende re-integratie-instrumenten. De afspraken over de gekozen reintegratie-instrumenten en de daarbij behorende procesafspraken worden uiteindelijk beschreven in het re-integratieplan. Het is belangrijk dat de werkgever en de medewerker het samen eens zijn over de re-integratieinstrumenten en de procesafspraken omdat zo het doel (ander werk) sneller kan worden bereikt. Mochten de medewerker en de werkgever het onverhoopt niet eens zijn met elkaar, dan heeft de werkgever uiteindelijk de bevoegdheid de (bepaalde) instrumenten of afspraken eenzijdig vast te stellen in het re-integratieplan. De werkgever neemt in dat geval een voorgenomen besluit over de afspraken. Daarna wordt de medewerker in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze bekend te maken (zie artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht). Zo kan de werkgever kennis nemen van de bezwaren die bij de medewerker leven. De werkgever neemt hierna een besluit waartegen de medewerker bezwaar kan indienen. Een ingediend bezwaar schort de afspraken uit het plan echter niet op. Zowel de medewerker als de werkgever moet meewerken aan de uitvoering van de afspraken uit het re-integratieplan. De re-integratie-instrumenten Hieronder zijn voorbeelden van re-integratie-instrumenten opgenomen die onderdeel uit kunnen maken van het re-integratieplan. Sommige instrumenten kunnen bekend voorkomen omdat die reeds onderdeel uitmaken van het gemeentelijke loopbaan-, opleidings- en mobiliteitsbeleid. Denk bijvoorbeeld aan de afspraken uit het persoonlijk opleidingsplan (POP). De instrumenten zijn in chronologische volgorde beschreven. Arbeidsmarktprofiel Als vertrekpunt voor de in te zetten re-integratie-instrumenten kan een arbeidsmarktprofiel opgesteld worden. Dit profiel bestaat uit verschillende aspecten zoals: (gevolgde) opleidingen, werkervaring, competenties, eigenschappen, motivatie en ambities. De werkgever bepaalt na overleg met de medewerker welke van de onderstaande aspecten aan bod komen in het arbeidsmarktprofiel. Opleiding en werkervaring De medewerker brengt de gevolgde opleidingen en opgedane werkervaring in kaart. Motivatie en competenties De medewerker maakt duidelijk wat zijn (professionele) motivaties zijn. Op de website van het CWI is een vragenlijst te vinden waarmee een medewerker kan testen over welke zogenaamde werkwaarden hij beschikt (zie Daarnaast kan het voor de medewerker zinvol zijn aandacht te besteden aan de competenties van de medewerker. Competenties zijn persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden die nodig zijn om bepaalde functies goed te kunnen uitoefenen. Het CWI biedt ook competentietesten aan. Op de website van het CWI is informatie te vinden over competenties ( Ook kan de procedure Erkenning Verworven Competenties (EVC) worden gevolgd. Met EVC wordt de erkenning, waardering en verdere ontwikkeling beoogd van wat een individu heeft geleerd in elke mogelijke leeromgeving: in omgevingen zoals op school of thuis. Een EVC-procedure bestaat uit twee onderdelen: a. Een inhoudelijk deel: het proces van het inzichtelijk maken en toetsen van verworven competenties; b. Een formeel deel: het proces van formele erkenning van verworven competenties in de vorm van 16

17 het verlenen van vrijstellingen, certificaten of diploma s. Meer informatie over EVC is te vinden op: Gewenste functie Belangrijk is dat de medewerker duidelijk maakt in welke functie(s) hij aan de slag wil. Het doel van de re-integratiefase is namelijk het zo snel mogelijk vinden van een nieuwe baan. De werkgever en medewerker bezien of de ambitie van de medewerker haalbaar is aan de hand van de gevolgde opleidingen, werkervaring, motivatie en competenties. Als de medewerker niet precies weet in wat voor soort functie hij aan de slag wil, kan op de website van het CWI een interessevragenlijst worden ingevuld. Deze vragenlijst helpt de medewerker met het beantwoorden van de vraag wat hij wil ( CWI biedt ook informatie en advies op maat over uw kansen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt en activiteiten die de kans op het vinden van werk vergroten. Ook kan een loopbaanadviseur of een beroepskeuzetest uitkomst bieden. Er zijn diverse mogelijkheden om een beroepskeuzetest af te leggen. Op het internet zijn veel beroepskeuzetesten beschikbaar (gratis of betaald). Het is ook mogelijk te kiezen voor een beroepskeuzetest die wordt afgenomen door een (externe) professional. Soms moet een medewerker eerst een (vervolg)opleiding volgen voordat hij geschikt is voor een (bepaalde) functie. De werkgever en de medewerker beoordelen of dit een wenselijke en haalbare ambitie is (zie het kopje Opleiding/scholing). Er zijn verschillende constructies mogelijk die de zoektocht naar een nieuwe baan kunnen bespoedigen. Deze constructies zijn: een duaal leertraject, een stage, een proefplaatsing of een detachering. Deze worden verderop nader toegelicht. In het re-integratieplan kan een termijn worden opgenomen die de medewerker mag aanhouden voor zijn zoektocht naar de gewenste functie. Als de medewerker binnen die termijn geen nieuwe baan heeft gevonden, dan worden de zoekcriteria verruimd. Op grond van jurisprudentie kan dat, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, betekenen dat de ambtenaar na verloop van tijd een functie moet aanvaarden, waaraan een salaris is verbonden van maximaal 2 schalen lager. Bij ontslag wegens reorganisatie gelden de (ruimere) afspraken die in een sociaal plan, sociaal statuut of een vergelijkbare lokale regeling zijn opgenomen. De werkgever stelt na overleg met de medewerker ook het geografische zoekgebied vast. Hierbij wordt in eerste instantie rekening gehouden met de woonplaats van betrokkene. Naarmate de zoektocht naar de andere baan langer duurt, kan het geografische zoekgebied worden verruimd. Opstellen portfolio Ook kan de medewerker een eigen portfolio opstellen. Een portfolio is een uitgebreide map waarin de medewerker laat zien welke opleiding, ervaring en competenties hij heeft. Waar nodig kan de werkgever behulpzaam zijn bij het opstellen van de portfolio. Sollicitatietraining De werkgever en medewerker bespreken of de medewerker voldoende is toegerust om te solliciteren. Als de medewerker begeleiding nodig heeft bij het solliciteren, kan een interne/externe sollicitatietraining worden gevolgd. Dat kan onder meer bij het CWI. Het CWI biedt gratis workshops sollicitatietrainingen aan. Het CWI kan eventueel ook ondersteuning aanbieden die gericht is op het 17

18 versterken van de eigen zoek- en sollicitatieactiviteiten, bijvoorbeeld via een workshop. Ook zijn er op de website van het CWI handige tips te vinden over solliciteren ( Afspraken sollicitatie-activiteiten De werkgever en de medewerker spreken af dat de medewerker zich binnen 2 weken na aanvang van de re-integratiefase als werkzoekende inschrijft bij het CWI, uitzendbureaus en bij werving- en selectiebureaus. Indien de re-integratiefase langer duurt dan 4 maanden is inschrijving bij het CWI mogelijk vanaf vier maanden voordat het ontslag ingaat. Als de medewerker naar CWI gaat om zich in te schrijven als werkzoekende, ontvangt deze van CWI een bewijs van inschrijving. Het bewijs van inschrijving is een persoonlijk document. Bij het inschrijvingsgesprek met de werkzoekende medewerker stelt CWI vast of deze in staat is om direct naar werk te zoeken (route A) of (nog) niet (route B). De route geeft aan of de werkzoekende in staat is om naar werk te zoeken. De mate van zelfstandigheid, de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en het zoekgedrag (kennis, kunde en motivatie) bepalen welke strategie CWI adviseert om de kortste weg naar werk te realiseren. CWI neemt werkzoekenden in route A wel standaard mee in de match op vacatures. Het CWI stelt ook instrumenten ter beschikking aan medewerkers waarmee zelf naar werk kan worden gezocht (zie De werkgever en de medewerker maken afspraken over de te verrichten sollicitatie-activiteiten. Hierbij kunnen de sollicitatieverplichtingen uit de WW als richtlijn dienen: per 4 weken overlegt de medewerker 4 sollicitaties aan de werkgever. Opleiding/scholing De werkgever en de medeweker actualiseren de afspraken in het persoonlijk ontwikkelplan (POP) over opleidingen en scholing. In bepaalde gevallen is het noodzakelijk dat de medewerker scholing of een opleiding volgt voordat hij kan gaan zoeken naar een (gewenste) functie. De volgende punten zijn van belang: a. de medewerker kan niet zonder opleiding of scholing een (gewenste) functie uitoefenen. De voorgestelde opleiding of scholing is daartoe een adequaat middel; en b. de opleiding of scholing is relevant voor de arbeidsmarkt. De werkgever en de medewerker gaan na of de gewenste functie en het daarbij behorende opleidingsniveau past bij de vooropleiding, werkervaring en vaardigheden van de medewerker. Soms kan een opleiding meer tijd in beslag nemen dan de voor de medewerker geldende re-integratiefase. Over de consequenties hiervan (zoals bijvoorbeeld de kosten) maken de werkgever en de medewerker afspraken. Duaal leertraject Duale leertrajecten zijn combinaties van leren en werken. De medewerker leert vooral op de werkplek. Duaal leren is een belangrijk instrument om een medewerker hoger op te leiden. Door werkend te leren en lerend te werken kan het gemakkelijker zijn een baan te vinden en te houden. Een duaal leertraject kan deel uit maken van een opleiding. Soms bieden gemeentelijke werkgevers zelf duale leertrajecten aan. 18

19 Bij het aangaan van een duaal leertraject moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker, de onderwijsinstelling en de feitelijke werkgever. Een afspraak kan zijn dat de werkgever bij wie het duale leertraject plaatsvindt de medewerker een baan aanbiedt bij goed functioneren en het behalen van de kwalificatie. Stage Het lopen van stage is een middel om inzicht te krijgen in de praktijk van een bepaalde organisatie of bedrijf en vice versa. Er zijn verschillende redenen voor het lopen van een stage: de medewerker wil mogelijk aan de slag in een andere sector maar wil daarvoor eerst stage lopen zodat hij kennis kan maken met de beroepsactiviteit; de medewerker volgt een opleiding en moet verplicht stage lopen. Bij het aangaan van een stage moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever waar de stage wordt gelopen.. Proefplaatsing Als een functie is gevonden, kan met een zogenaamde proefplaatsing worden afgesproken. Een proefplaatsing verschilt met de detachering omdat de andere werkgever niet voor de werkzaamheden betaalt. Doel van de proefplaatsing is dat de medewerker bij een geslaagde proef uiteindelijk in dienst treedt bij die andere werkgever. Bij het aangaan van een proefplaatsing moeten afspraken worden gemaakt tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever waar de proefplaatsing plaatsvindt. Denk hierbij bijvoorbeeld over het aanbod van een baan door de desbetreffende werkgever als de proef geslaagd is. Detachering Als een functie is gevonden bij een organisatie of een bedrijf kan met deze werkgever een detacheringsovereenkomst worden gesloten. Doel van de detachering is dat de medewerker bij een geslaagde detachering uiteindelijk in dienst treedt bij een andere werkgever. Bij detachering moet een overeenkomst worden gesloten tussen de gemeentelijke werkgever, de medewerker en de werkgever die de medewerker inleent. Vrijwilligerswerk In sommige gevallen kan de medewerker nog niet aan de slag in een betaalde functie. Werkgever en medewerker kunnen dan afspreken dat de medewerker vrijwilligerswerk gaat verrichten. Hierbij is het van belang dat deze werkzaamheden geen strijd opleveren met het doel: zo snel mogelijk aan de slag in een betaalde baan. Onder vrijwilligerswerk wordt verstaan: onbetaalde en onverplichte activiteiten binnen een organisatie die een ideële doelstelling heeft of een maatschappelijk nut nastreeft, welke activiteiten doorgaans een aanvullend karakter hebben op bestaande voorzieningen. Voor de afbakening van het begrip vrijwilligerswerk is het van belang dat het gaat om activiteiten: die gebruikelijk onbetaald zijn; die geen winstoogmerk hebben; en die een algemeen maatschappelijk nut dienen. 19

20 Voorbeelden zijn activiteiten voor kerkelijke en levensbeschouwelijke organisaties, activiteiten voor niet-commerciële winkels (zoals rechts- en wetswinkels, onderwijswinkels en gezondheidswinkels), activiteiten in bejaarden- en verpleegcentra, activiteiten in de maatschappelijke dienstverlening, activiteiten voor een sportvereniging en activiteiten in de gezondheidszorg. De gemeentelijke werkgever maakt over het vrijwilligerswerk afspraken met de medewerker en de organisatie waar het vrijwilligerswerk plaatsvindt. Eigen bedrijf Een medewerker kan ook de wens hebben een eigen bedrijf te beginnen in plaats van te zoeken naar een betaalde functie. De medewerker en de werkgever bekijken samen of de start van een eigen bedrijf een haalbare ambitie is en of het starten van een eigen bedrijf de beste weg is naar (duurzame) betaalde arbeid. Het is ook mogelijk dat de medewerker het starten van een eigen bedrijf combineert met het zoeken naar een geschikte functie. Van belang is dat uiteindelijk de terugval op een uitkering wordt voorkomen. Als de kans op het succesvol starten van een eigen bedrijf niet groot is en de medewerker beter een betaalde baan kan verwerven die aansluit bij de gevolgde opleidingen, opgedane werkervaring, competenties en interesses, kan dat de reden zijn in het re-integratieplan niet te kiezen voor het opstarten van een eigen bedrijf. Het CWI heeft een test waarmee de medewerker kan onderzoeken of het zelfstandig ondernemerschap iets voor hem is (zie Onderzoeksperiode Als vastgesteld wordt dat het starten van een eigen bedrijf een haalbare ambitie is, geeft de werkgever de medewerker de gelegenheid hiermee aan de slag te gaan. Samen met de medewerker kan een periode worden vastgesteld waarin de medewerker zich oriënteert op de mogelijkheden een eigen onderneming te starten, de zogenaamde onderzoeksperiode. 12 De werkgever en de medewerker maken afspraken over de resultaten die deze onderzoeksperiode moet opleveren. Hierbij kan gedacht worden aan: een ondernemingsplan, inzicht in de financiering en de ondernemingsrisico s. Ook kan een marktonderzoek en/of haalbaarheidsonderzoek worden afgesproken. Startperiode De werkgever en de medewerker spreken (na de onderzoeksperiode) een startperiode af. Tijdens deze startperiode maakt de medewerker daadwerkelijk een start met de eigen onderneming. 13 De werkgever en de medewerker bespreken aan de hand van de uitkomsten uit de onderzoeksperiode of de start van een eigen bedrijf de beste weg is naar (duurzame) betaalde arbeid voor de medewerker. Als dat toch niet het geval blijkt te zijn, ligt het voor de hand geen startperiode af te spreken (en dus ook verder geen afspraken in het re-integratieplan op te nemen over het starten van een eigen bedrijf). De procesafspraken 12 UWV houdt voor de onderzoeksperiode bij WW-gerechtigden maximaal 6 weken aan. 13 UWV houdt voor de startperiode bij WW-gerechtigden maximaal 6 maanden aan. 20

Op de volgende pagina's worden bovengenoemde instrumenten uitvoeriger beschreven.

Op de volgende pagina's worden bovengenoemde instrumenten uitvoeriger beschreven. Bijlage 1 Reintegratiemiddelen Chronologische volgorde van reïntegratiemiddelen, die ingezet kunnen worden tijdens het Van Werk Naar Werk-traject, hieronder volgt een beknopt overzicht: 1. arbeidsmarktprofiel

Nadere informatie

Bijlage behorende bij het Sociaal Statuut Noordoostpolder 2015, aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 24 februari 2015.

Bijlage behorende bij het Sociaal Statuut Noordoostpolder 2015, aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 24 februari 2015. Bijlage behorende bij het Sociaal Statuut Noordoostpolder 2015, aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 24 februari 2015. VWNW- dossier Als de medewerker boventallig wordt wegens een reorganisatie,

Nadere informatie

Algemene beschrijving categorie Niet nagekomen verplichting zoals: Sanctie

Algemene beschrijving categorie Niet nagekomen verplichting zoals: Sanctie Fase 1: Re-integratiefase Algemene beschrijving categorie Niet nagekomen verplichting zoals: Sanctie Categorie 1: Onder deze categorie vallen verplichtingen die gericht zijn op het stroomlijnen van het

Nadere informatie

9 Bijlage 1 Matrix van verplichtingen en bijhorende sancties Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem

9 Bijlage 1 Matrix van verplichtingen en bijhorende sancties Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem 9 Bijlage 1 Matrix van verplichtingen en bijhorende sancties Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem Fase 1: Re-integratiefase en VWNW-traject Categorie 1: Onder deze categorie

Nadere informatie

Re-integratiefase bij ontslag i.v.m. reorganisatie of onbekwaamheid/ongeschiktheid (gedwongen mobiliteit)

Re-integratiefase bij ontslag i.v.m. reorganisatie of onbekwaamheid/ongeschiktheid (gedwongen mobiliteit) 11.0006582 Re-integratiefase bij ontslag i.v.m. reorganisatie of onbekwaamheid/ongeschiktheid (gedwongen mobiliteit) 1. Inleiding Per 1 juli 2008 geldt er een ander stelsel bij dreigende werkloosheid.

Nadere informatie

REGELING RE-INTEGRATIEVERPLICHTINGEN EN SANCTIEBELEID TIJDENS HET VAN WERK- NAAR-WERK-TRAJECT OF DE RE-INTEGRATIEFASE EN WERKLOOSHEID

REGELING RE-INTEGRATIEVERPLICHTINGEN EN SANCTIEBELEID TIJDENS HET VAN WERK- NAAR-WERK-TRAJECT OF DE RE-INTEGRATIEFASE EN WERKLOOSHEID REGELING RE-INTEGRATIEVERPLICHTINGEN EN SANCTIEBELEID TIJDENS HET VAN WERK- NAAR-WERK-TRAJECT OF DE RE-INTEGRATIEFASE EN WERKLOOSHEID ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Werkingssfeer Deze regeling is van toepassing

Nadere informatie

Model Van Werk Naar Werk-contract

Model Van Werk Naar Werk-contract Model Van Werk Naar Werk-contract Verklaring De provincie [naam provincie], in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door , (hierna: de werkgever), en de herplaatsingskandidaat, de heer/mevrouw

Nadere informatie

Regeling sanctiebeleid hoofdstuk 10d van de Apeldoornse Arbeidsvoorwaarden Regeling

Regeling sanctiebeleid hoofdstuk 10d van de Apeldoornse Arbeidsvoorwaarden Regeling GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Apeldoorn Nr. 103469 19 juni 2017 Regeling sanctiebeleid hoofdstuk 10d van de Apeldoornse Arbeidsvoorwaarden Regeling Het college van gemeente Apeldoorn;

Nadere informatie

Model Van Werk Naar Werk-contract

Model Van Werk Naar Werk-contract Model Van Werk Naar Werk-contract Verklaring De stadsregio Rotterdam, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de secretaris-algemeen directeur, (hierna: de werkgever), en de (pré)herplaatsingskandidaat,

Nadere informatie

Vaststellen regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke WW

Vaststellen regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke WW B en W nummer 12.0170. ; besluit d.d. 28-2-2012 Onderwerp Vaststellen regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke WW Burgemeester en wethouders besluiten:behoudens advies van de commissie 1. in te stemmen met

Nadere informatie

HOOFDSTUK 10d VAN WERK NAAR WERK-AANPAK EN VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID

HOOFDSTUK 10d VAN WERK NAAR WERK-AANPAK EN VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID HOOFDSTUK 10d VAN WERK NAAR WERK-AANPAK EN VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID Inhoudsopgave Onderwerp Artikel ========= ===== HOOFDSTUK 10d 1 Werkingssfeer en begripsbepalingen * Werkingssfeer 10d:1 * Begripsbepalingen

Nadere informatie

Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid

Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid Hoofdstuk 10d Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid Paragraaf 1 Werkingssfeer en begripsbepalingen Artikel 10d:1 Werkingssfeer Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar die

Nadere informatie

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Pre-ambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van goed werkgeverschap afspraken gemaakt over een sectorale regeling Van Werk Naar

Nadere informatie

Oude artikel Voorstel nieuwe artikel Toelichting/opmerkingen. Hoofdstuk 30a Voorzieningen bij werkloosheid

Oude artikel Voorstel nieuwe artikel Toelichting/opmerkingen. Hoofdstuk 30a Voorzieningen bij werkloosheid Oude artikel Voorstel nieuwe artikel /opmerkingen 30a Voorzieningen bij werkloosheid In dit hoofdstuk worden de voorzieningen bij werkloosheid geregeld zoals deze gelden per 1 juli 2008. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

Maatwerkrapportage/Individueel re-integratieplan

Maatwerkrapportage/Individueel re-integratieplan Maatwerkrapportage/Individueel re-integratieplan Deel 1: Info over herplaatsingsstatus 1. Persoons- en functiegegevens Naam: Geboortedatum: In dienst sinds: Ontslagdatum per: Ingang re-integratiefase Werkzaam

Nadere informatie

Als ik mijn baan kwijtraak. Voorkom dat u werkloos wordt Hoe komt u weer aan werk? Wat moet u doen voor een WW-uitkering?

Als ik mijn baan kwijtraak. Voorkom dat u werkloos wordt Hoe komt u weer aan werk? Wat moet u doen voor een WW-uitkering? Als ik mijn baan kwijtraak Voorkom dat u werkloos wordt Hoe komt u weer aan werk? Wat moet u doen voor een WW-uitkering? Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke

Nadere informatie

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten Bij de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) staat 'werken naar vermogen' centraal. De nadruk ligt op wat mensen

Nadere informatie

Besluit sollicitatieplicht werknemers WW en IOW 2012

Besluit sollicitatieplicht werknemers WW en IOW 2012 Regelingen en voorzieningen CODE 1.2.2.51 Besluit sollicitatieplicht werknemers WW en IOW 2012 tekst + toelichting bronnen Staatscourant 2012, nr. 6355, d.d. 21.5.2012, wetten.overheid.nl datum inwerkingtreding

Nadere informatie

Het kiezen van het juiste re-integratie bureau

Het kiezen van het juiste re-integratie bureau Het kiezen van het juiste re-integratie bureau Presentatie: Het kiezen van het juiste re-integratie bureau Re-integratie tweede spoor biedt werkgevers en werknemers de mogelijkheid om naar passende arbeid

Nadere informatie

Wet stimulering arbeidsparticipatie

Wet stimulering arbeidsparticipatie Wet stimulering arbeidsparticipatie Op 1 januari 2009 is de Wet stimulering arbeidsparticipatie (STAP) in werking getreden (Stb. 2008, 590 en 591). In deze wet wordt een aantal wijzigingen met betrekking

Nadere informatie

Mijn werkgever kan mij niet meer betalen!

Mijn werkgever kan mij niet meer betalen! Mijn werkgever kan mij niet meer betalen! Wat moet u doen? Kunt u een uitkering krijgen? VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke

Nadere informatie

Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem

Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haarlem. Nr. 123721 8 september 2016 Regeling Sanctiebeleid Bovenwettelijke Uitkeringen Gemeente Haarlem Het college van gemeente Haarlem; overwegende dat het

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W.nr. 09.0366, d.d 14 april 2009 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Aanpassing Arbeidsvoorwaardenregeling met name Re-integratie en/of herplaatsingsregeling. BESLUIT Behoudens advies van de commissie

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. maken bekend dat door Gedeputeerde Staten in hun vergadering van 23 juni 2015, nr. A.17, is vastgesteld hetgeen volgt:

PROVINCIAAL BLAD. maken bekend dat door Gedeputeerde Staten in hun vergadering van 23 juni 2015, nr. A.17, is vastgesteld hetgeen volgt: PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Groningen. Nr. 3806 2 juli 2015 Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties en wijziging van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling provincies,

Nadere informatie

10d Voorzieningen bij werkloosheid

10d Voorzieningen bij werkloosheid 10d Voorzieningen bij werkloosheid Artikel 10d:1 Werkingssfeer Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar die op grond van artikel 8:3, 8:5, 8:6 of 8:8 ontslagen wordt en de ambtenaar die op grond

Nadere informatie

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als de WW en

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland Vaststelling van de Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland Vaststelling van de Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Zeeland. Nr. 4113 13 juli 2015 Provincie Zeeland Vaststelling van de Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties BESLUIT van gedeputeerde

Nadere informatie

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV UWV Juni 2006 Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid BESLUIT:

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid BESLUIT: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 28 april 2005, Directie Sociale Verzekeringen, nr. SV/F&W/2005/30639, houdende wijziging

Nadere informatie

Ongekende mogelijkheden

Ongekende mogelijkheden Ongekende mogelijkheden overzicht van de mogelijkheden bij het in dienst nemen van 45-plussers Heeft u vragen, opmerkingen of suggesties naar aanleiding van deze brochure, neemt u dan contact op met het

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W.nr. 09.1120, d.d. 27 oktober 2009 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Aanpassing Arbeidsvoorwaardenregeling: Re-integratie en/of herplaatsingsregeling. BESLUIT Behoudens advies van de commissie 1. De

Nadere informatie

Moorl Vnru Wrnx Nnnn Wenr-coNTRAcr als bedoeld in de regeling begeleiding van werk naar werk

Moorl Vnru Wrnx Nnnn Wenr-coNTRAcr als bedoeld in de regeling begeleiding van werk naar werk Moorl Vnru Wrnx Nnnn Wenr-coNTRAcr als bedoeld in de regeling begeleiding van werk naar werk Verklaring De provincie [naam provincie], in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door , (hierna

Nadere informatie

VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN

VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Ik wil zélf regelen hoe ik weer zo snel mogelijk aan het werk kom Subsidie voor begeleiding naar werk als u niet meer bij uw werkgever aan het werk kunt VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Inhoud Als

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

PROVINCIAAL BLAD. Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Zeeland. Nr. 379 31 januari 2017 Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Besluit

Nadere informatie

de uitkering na afloop van de werkloosheidsuitkering;

de uitkering na afloop van de werkloosheidsuitkering; CVDR Officiële uitgave van Rotterdam. Nr. CVDR20263_1 3 juli 2018 Verordening voorzieningen bij werkloosheid Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, Gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Reïntegratieverordening. werk en bijstand

Reïntegratieverordening. werk en bijstand Reïntegratieverordening werk en bijstand Midden-Delfland, augustus 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004,

Nadere informatie

1. Beleidsregel scholing 2016

1. Beleidsregel scholing 2016 Het UWV heeft een aantal regelingen en financiële voordelen op het gebied van leren en werken, te weten: 1. Beleidsregel scholing 2016. 2. Proefplaatsing. 3. Brug-WW. 4. Compensatieregeling. 5. Loon compensatie

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Sociaal kader Zaanstad

GEMEENTEBLAD. Nr Sociaal kader Zaanstad GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Zaanstad. Nr. 188247 29 december 2016 Sociaal kader 2017-2019 Zaanstad 'Samen van werk naar werk' Voor akkoord, d.d. 22 november 2016 Werkgeversvertegenwoordiging

Nadere informatie

ActivaSZ WW-begeleiding Re-integratiereglement

ActivaSZ WW-begeleiding Re-integratiereglement ActivaSZ WW-begeleiding Re-integratiereglement Inhoud Inhoud... 2 Inleiding... 3 1. Het traject... 4 Stap 1: Intake... 4 Zicht op uw kansen... 4 Praktische informatieverstrekking... 4 Stap 2: Start re-integratieactiviteiten...

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Provinciaal Blad Vaststellen regeling Van Werk naar Werk

PROVINCIAAL BLAD. Provinciaal Blad Vaststellen regeling Van Werk naar Werk PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Flevoland. Nr. 6461 29 september 2015 Provinciaal Blad 2015-30 Vaststellen regeling Van Werk naar Werk Op 22 september 2015 hebben Gedeputeerde Staten van

Nadere informatie

95e Wijziging in de gemeentelijke Rechtspositieregeling

95e Wijziging in de gemeentelijke Rechtspositieregeling GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente 's-hertogenbosch Nr. 71792 6 april 2018 95e Wijziging in de gemeentelijke Rechtspositieregeling De arbeidsvoorwaarden voor ambtenaren zijn vastgelegd in de

Nadere informatie

Mijn werkgever kan mij niet meer betalen! Wat moet u doen? Kunt u een uitkering krijgen?

Mijn werkgever kan mij niet meer betalen! Wat moet u doen? Kunt u een uitkering krijgen? Mijn werkgever kan mij niet meer betalen! Wat moet u doen? Kunt u een uitkering krijgen? Waarom deze brochure? Uw werkgever heeft financiële problemen en kan uw loon niet meer betalen. De situatie is zo

Nadere informatie

No. 015.038.0010. besluit vast te stellen de. Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Twenterand

No. 015.038.0010. besluit vast te stellen de. Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Twenterand No. 015.038.0010 Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Twenterand De raad van de gemeente Twenterand; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel

Nadere informatie

uw werk is onze zorg WerkZekerplan: nieuw werk en zekerheid Informatie voor werkgevers

uw werk is onze zorg WerkZekerplan: nieuw werk en zekerheid Informatie voor werkgevers uw werk is onze zorg WerkZekerplan: nieuw werk en zekerheid Informatie voor werkgevers WerkZekerplan Voor nieuw werk en zekerheid In uw organisatie dreigt overtolligheid of ontslag voor een of meer werknemers.

Nadere informatie

Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant

Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant CVDR Officiële uitgave van Noord-Brabant. Nr. CVDR381680_2 19 december 2016 Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Gelet op artikel

Nadere informatie

Baas ZoEKT BAAN aan de slag met Re-integratie

Baas ZoEKT BAAN aan de slag met Re-integratie Baas ZoEKT BAAN aan de slag met Re-integratie 22 september 2006 Georganiseerd door: Met medewerking van: Baas ZoEKT BAAN aan de slag met Re-integratie Workshop UWV, CWI, werkgever: Wie doet wat? Door:

Nadere informatie

De reïntegratiecoach. WW-uitkering en op zoek naar werk? Wat kan de reïntegratiecoach voor u betekenen?

De reïntegratiecoach. WW-uitkering en op zoek naar werk? Wat kan de reïntegratiecoach voor u betekenen? De reïntegratiecoach WW-uitkering en op zoek naar werk? Wat kan de reïntegratiecoach voor u betekenen? Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als de

Nadere informatie

Sociaal kader

Sociaal kader Sociaal kader 2017 2019 'Samen van werk naar werk' Voor akkoord, d.d. 22 november 2016 Werkgeversvertegenwoordiging GO: de burgemeester van Zaanstad, mr. G.H. Faber Werknemersvertegenwoordiging GO: N.H.

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gezien de in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden bereikte overeenstemming over deze wijziging;

PROVINCIAAL BLAD. Gezien de in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden bereikte overeenstemming over deze wijziging; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Noord-Brabant. Nr. 402 1 februari 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent begeleiding van werk naar

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. ARTIKEL I de Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties opnieuw vast te stellen. De regeling luidt als volgt:

PROVINCIAAL BLAD. ARTIKEL I de Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties opnieuw vast te stellen. De regeling luidt als volgt: PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Noord-Holland. Nr. 367 30 januari 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 15 december 2016, nr. 888290/888294, tot het opnieuw vaststellen

Nadere informatie

wij begeleiden van werk naar werk

wij begeleiden van werk naar werk wij begeleiden van werk naar werk Koraal Groep Wij begeleiden van Werk naar Werk Als je hoort dat je boventallig bent of niet meer kunt werken in je huidige baan, wil je in actie komen. Maar wat kun je

Nadere informatie

A. Hoofdstuk 10d Voorzieningen bij werkloosheid, wordt in zijn geheel vervangen door een nieuw Hoofdstuk 10d en komt te luiden:

A. Hoofdstuk 10d Voorzieningen bij werkloosheid, wordt in zijn geheel vervangen door een nieuw Hoofdstuk 10d en komt te luiden: Bijlage 1 bij U201300008 A. Hoofdstuk 10d Voorzieningen bij werkloosheid, wordt in zijn geheel vervangen door een nieuw Hoofdstuk 10d en komt te luiden: Hoofdstuk 10d Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen

Nadere informatie

Voorbeeld van een Uitvoeringsplan Schakelpunt Landelijke Werkgevers Werving en Plaatsing [functie] tussen Werkgever Y en arbeidsmarktregio X

Voorbeeld van een Uitvoeringsplan Schakelpunt Landelijke Werkgevers Werving en Plaatsing [functie] tussen Werkgever Y en arbeidsmarktregio X Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met het Schakelpunt Landelijke Werkgevers: https://www.samenvoordeklant.nl/schakelpunt-landelijke-werkgevers LOGO S Voorbeeld van een Uitvoeringsplan Schakelpunt

Nadere informatie

Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst Als u zelf uw re-integratie wilt regelen

Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst Als u zelf uw re-integratie wilt regelen Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst Als u zelf uw re-integratie wilt regelen VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Inhoud Wat is een individuele re-integratieovereenkomst?

Nadere informatie

vast te stellen de 10e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

vast te stellen de 10e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt: AGP 19 (j) ABVRBN 20130403 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, - gelet op het bepaalde in de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord 2011; - gelet op het voorstel

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 3772 12 februari 2014 Beleidsregels Protocol Scholing 2014 Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, Besluit:

Nadere informatie

Overwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van persoonsgebonden budgetten.

Overwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van persoonsgebonden budgetten. De raad van de gemeente ; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; Gelet op artikel 7, tiende lid, van de Wet sociale werkvoorziening; Overwegende dat de raad bij verordening

Nadere informatie

c. de vergoeding in geld voor wacht- en storingsdienst, gemiddeld per maand over de voorafgaande periode van 12 maanden;

c. de vergoeding in geld voor wacht- en storingsdienst, gemiddeld per maand over de voorafgaande periode van 12 maanden; Hoofdstuk 11 Sociale zekerheid en Pensioen Artikel 11.1 Algemene bepalingen Artikel 11.1.1 Definities In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: a. volledig en duurzaam arbeidsongeschikt: is hij/zij die als

Nadere informatie

Voorbeeld-reïntegratieprotocol

Voorbeeld-reïntegratieprotocol Dit TNO rapport is gemaakt in opdracht van Sectorfondsen Zorg en Welzijn 1 Voorbeeld-reïntegratieprotocol Beknopte reïntegratieprotocol (m.n. voor kleinere instellingen) TNO rapport 17944/35419.bru/wyn

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Gelet op artikel B.8 van de

Nadere informatie

26 mei 2016. WW: Eigen risicodragerschap en re-integratie. Wie moet en doet wat?

26 mei 2016. WW: Eigen risicodragerschap en re-integratie. Wie moet en doet wat? WW: Eigen risicodragerschap en re-integratie. Wie moet en doet wat? 26 mei 2016 WW: Eigen risicodragerschap en re-integratie. Wie moet en doet wat? Voorstellen Marjolijn Berend Landelijk adviseur werkgeversdiensten

Nadere informatie

Bureau BERGS. Re-integratie Outplacement Loopbaanadvies. Noloc Erkend & Gecertificeerd

Bureau BERGS. Re-integratie Outplacement Loopbaanadvies. Noloc Erkend & Gecertificeerd Bureau BERGS Re-integratie Outplacement Loopbaanadvies Noloc Erkend & Gecertificeerd 1 2 Voorwoord Over Bureau BERGS Re-integratie, Outplacement & Loopbaanadvies De flexibiliteit binnen organisaties wordt

Nadere informatie

afspraken gemaakt zijn.

afspraken gemaakt zijn. Matrix van verplichtingen en bijhrende sancties Fase 1: Re-integratiefase Algemene beschrijving categrie Niet nagekmen verplichting zals: Sanctie Categrie 1: Onder deze categrie vallen verplichtingen die

Nadere informatie

Regeling begeleiidng van werk nara werk bij reorganisaties

Regeling begeleiidng van werk nara werk bij reorganisaties CVDR Officiële uitgave van Drenthe. Nr. CVDR399978_2 29 december 2017 Regeling begeleiidng van werk nara werk bij reorganisaties Hoofdstuk Preambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van

Nadere informatie

TiU-Regeling vacaturevervulling en herplaatsing

TiU-Regeling vacaturevervulling en herplaatsing TiU-Regeling vacaturevervulling en herplaatsing Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Definities 1. vacature: een (deels) vacante functie 1 met een minimale omvang van 0,3 fte die voor tenminste

Nadere informatie

Ontslag, en nu? werk.nl uwv.nl. Wat u moet weten als u ontslag krijgt. Wilt u meer weten?

Ontslag, en nu? werk.nl uwv.nl. Wat u moet weten als u ontslag krijgt. Wilt u meer weten? werk.nl uwv.nl Ontslag, en nu? Wat u moet weten als u ontslag krijgt Wilt u meer weten? Deze brochure geeft algemene informatie. Wilt u weten wat voor u in uw situatie geldt? Kijk dan op werk.nl. Als u

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24765 17 mei 2016 Beleidsregels Scholing 2016 Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, Gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

Informatie voor werkgevers

Informatie voor werkgevers Informatie voor werkgevers Werk en Perspectief op de toekomst Werk en perspectief op de toekomst In uw organisatie is er geen plaats meer voor een of meer werknemers. Er is dan grote behoefte aan duidelijkheid.

Nadere informatie

SOCIAAL PLAN 24 februari september 2014

SOCIAAL PLAN 24 februari september 2014 SOCIAAL PLAN 24 februari 2014 30 september 2014 Sociaal plan Goes 2014 V 0.4 1 1. Werkingssfeer en doelstelling 4 2. Werkingsduur 5 3. Definities 6 4.1 Hardheidsclausule 7 4.2 Speciale afspraken 7 5. Begeleidingscommissie

Nadere informatie

In dit hoofdstuk is opgenomen hoe werkgever en werknemer hieraan concreet vorm kunnen geven.

In dit hoofdstuk is opgenomen hoe werkgever en werknemer hieraan concreet vorm kunnen geven. HOOFDSTUK 3 OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID 3.1 INLEIDING Werken aan en investeren in optimale individuele inzetbaarheid is een wederzijdse verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer. Daarom maken

Nadere informatie

HRM Netwerk Verzuim. 16 maart 2017

HRM Netwerk Verzuim. 16 maart 2017 HRM Netwerk Verzuim 16 maart 2017 Meet en greet met Kees Een hardwerkende vrouw, kinderen op de basisschool, partner werkt en zelf een drukke baan Op een dag. Wordt het Kees te veel Er volgt een ziekmelding

Nadere informatie

Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden

Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden Bijlage 1 bij ledenbrief ECCVA/U201201556 Bijlage 1 CAR Teksten A Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden HOOFDSTUK 17 OPLEIDING EN ONTWIKKELING Ontwikkeling en mobiliteit

Nadere informatie

Bijlage IX: Matrix sollicitatieplichtontheffing

Bijlage IX: Matrix sollicitatieplichtontheffing Matrix sollicitatieplichtontheffing Versiedatum: 10-7-2007 In de matrix ' sollicitatieplichtontheffing ' is opgesomd in welke situaties er sollicitatieplichtontheffing kan worden verleend en welke documenten

Nadere informatie

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door:

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Arbeidsovereenkomst. De ondergetekenden 1. de sportorganisatie/school/vereniging......, gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Naam:...... Functie:... Naam:......

Nadere informatie

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015.

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. HOOFDSTUK 3 OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. Met uitzondering van artikel 3.4 en 3.5 treedt dit

Nadere informatie

Fase 1: Re-integratiefase

Fase 1: Re-integratiefase Bijlage Matrix van verplichtingen en bijhrende sancties Fase 1: Re-integratiefase Algemene beschrijving categrie Niet nagekmen verplichting zals: Sanctie Categrie 1: Onder deze categrie vallen verplichtingen

Nadere informatie

Outplacement Voorbeeldteksten

Outplacement Voorbeeldteksten Outplacement Voorbeeldteksten Hieronder volgen een aantal voorbeeld teksten voor outplacement Tekst 1 Outplacement Werknemers waarvan de functie komt te vervallen, blijven gedurende het outplacement in

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen CVDR Officiële uitgave van Tholen. Nr. CVDR43763_1 20 maart 2018 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen De raad der gemeente Tholen; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Maatschappelijk betrokken ondernemen

Maatschappelijk betrokken ondernemen Maatschappelijk betrokken ondernemen Wanneer u een eigen bedrijf heeft, is het steeds een uitdaging om te zorgen dat u competente medewerk(st)ers in dienst neemt. Ook het financiële plaatje is daarbij

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Vaststelling Regeling begeleiding van werk naar werk bij reorganisaties

PROVINCIAAL BLAD. Vaststelling Regeling begeleiding van werk naar werk bij reorganisaties PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Drenthe. Nr. 3707 27 juni 2016 Vaststelling Regeling begeleiding van werk naar werk bij reorganisaties Dit Provinciaal Blad komt in de plaats van het op

Nadere informatie

Uitvoeringsregels loonkostensubsidie PW 2017

Uitvoeringsregels loonkostensubsidie PW 2017 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan: Arbeidsovereenkomst Na het arbeidsvoorwaardengesprek stelt een werkgever meestal een arbeidsovereenkomst op. Klakkeloos ondertekenen is niet verstandig. Wat houdt een arbeidsovereenkomst in en wat hoort

Nadere informatie

Het antwoord op uw personele vraagstuk

Het antwoord op uw personele vraagstuk BD Recruitment BV Het antwoord op uw personele vraagstuk Wie bepaalt bij welk re-integratiebedrijf ik terecht kan? De gemeente of UWV WERKbedrijf maakt bij uw re-integratietraject vaak gebruik van een

Nadere informatie

KAA: Dispensatie- en herintrederregeling

KAA: Dispensatie- en herintrederregeling KAA: Dispensatie- en herintrederregeling Inleiding Zorgverzekeraars zijn verplicht kwalitatief goede zorg in te kopen en werkgevers zijn verplicht er zorg voor te dragen dat vanuit hun organisatie kwalitatief

Nadere informatie

Eigenrisicodrager voor de WW

Eigenrisicodrager voor de WW Eigenrisicodrager voor de WW Combineer goed werkgeverschap met kostenbesparing. Werkgevers in de sector Overheid en Onderwijs zijn eigenrisicodrager voor de WW. Dit leidt tot enorme kosten. Zij kunnen

Nadere informatie

Ziekte en re-integratie

Ziekte en re-integratie Landelijke vereniging Artsen in Dienstverban Ziekte en re-integratie Als u ziek bent, wilt u waarschijnlijk maar een ding: zo snel mogelijk herstellen en gewoon weer aan het werk. De meeste mensen zijn

Nadere informatie

Detacheren: werken bij een andere werkgever

Detacheren: werken bij een andere werkgever Detacheren: werken bij een andere werkgever Een oplossing voor de re-integratie van uw zieke werknemer Ik wil meer informatie Meer informatie vindt u op uwv.nl. U kunt ook contact opnemen met UWV Telefoon

Nadere informatie

Nieuwe keten- en anti-draaideurbepalingen in de CAR

Nieuwe keten- en anti-draaideurbepalingen in de CAR Nieuwe keten- en anti-draaideurbepalingen in de CAR Met ingang van 1 juli 2015 treedt het gewijzigde artikel 2:4 van de CAR in werking. Dit betreft de keten- en antidraaideurbepalingen zoals die met ingang

Nadere informatie

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling Inleiding Zorgverzekeraars zijn verplicht kwalitatief goede zorg in te kopen en werkgevers zijn verplicht er zorg voor te dragen dat vanuit

Nadere informatie

Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD

Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD Wat betekent de aanstelling in algemene dienst voor de medewerkers? De aanstelling in algemene dienst heeft geen directe consequenties voor medewerkers. In artikel

Nadere informatie

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling Inleiding Zorgverzekeraars zijn verplicht kwalitatief goede zorg in te kopen en werkgevers zijn verplicht er zorg voor te dragen dat vanuit

Nadere informatie

Werknemer: degene met wie werkgever een arbeidsovereenkomst is aangegaan en op wie een van de CAO s van AkzoNobel in Nederland van toepassing is

Werknemer: degene met wie werkgever een arbeidsovereenkomst is aangegaan en op wie een van de CAO s van AkzoNobel in Nederland van toepassing is Sociaal Plan AkzoNobel in Nederland 2014-2016 AkzoNobel en vakorganisaties streven naar het behouden van werkgelegenheid bij reorganisaties. Voor die situaties waar behoud van werkgelegenheid onverhoopt

Nadere informatie

Overzicht instrumenten re-integratie

Overzicht instrumenten re-integratie Overzicht instrumenten re-integratie Werken met behoud van uitkering Zowel UWV als gemeenten bieden werkgevers mogelijkheden om een periode kosteloos te bekijken of de werknemer het werk aankan. Dit heet

Nadere informatie

BELEIDSREGELS PARTICIPATIE Behorend bij de Participatieverordening Grondslag

BELEIDSREGELS PARTICIPATIE Behorend bij de Participatieverordening Grondslag BELEIDSREGELS PARTICIPATIE 2015 Behorend bij de Participatieverordening 2015 Grondslag Artikelen 7, 8a en 10 van de Participatiewet. Artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst Financiële voordelen voor werkgevers Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst Werk vinden is niet voor iedereen even gemakkelijk. Bijvoorbeeld voor mensen

Nadere informatie

uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U CvA/LOGA 09/22 Lbr. 09/133

uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U CvA/LOGA 09/22 Lbr. 09/133 Brief aan de leden T.a.v. het college vani ederlandse Gemeenten informatiecentrum tel. (070) 373 8021 betreft Handreiking 'Re-integratie en sancties in de nieuwe bovenwettelijke werkloosheidsregeling'

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging Regeling begeleiding van werk naar werk bij reorganisaties

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging Regeling begeleiding van werk naar werk bij reorganisaties PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Gelderland. Nr. 6808 22 december 2016 Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland houdende regels voor herplaatsing ambtenaar Regeling begeleiding

Nadere informatie

Ik ben ontslagen, wat moet ik nu regelen?

Ik ben ontslagen, wat moet ik nu regelen? Deze denkhulp laat zien wat u moet regelen als u bent ontslagen. Dit gaat zowel over volledig ontslag als over gedeeltelijk ontslag, waarbij u van uw werkgever minder uren zou moeten gaan werken. De mate

Nadere informatie

1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:

1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens: Hoofdstuk 14 Activeringsregeling (per 1 juli 2015) en pensioen A Activeringsregeling Artikel 1 Werkingssfeer 1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:

Nadere informatie