EUROPESE COMMISSIE. Brussel, C(2014) 673 final

Transcriptie

1 EUROPESE COMMISSIE Brussel, C(2014) 673 final OPENBARE VERSIE Dit document is een intern document van de Commissie dat louter ter informatie is bedoeld. Betreft: Steunmaatregel SA (2013/N) - België Verlenging van de steunregeling ten gunste van vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer voor de periode Excellentie, 1. PROCEDURE 1. Op 3 december 2013 hebben de Belgische autoriteiten overeenkomstig de bepalingen van artikel 108, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) de verlenging aangemeld van de steunregeling ten gunste van vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer voor de periode BESCHRIJVING VAN DE STEUNREGELING 2. De aangemelde steunregeling heeft tot doel de ontwikkeling van het goederenvervoer over de binnenwateren (met inbegrip van gecombineerd vervoer) te bevorderen in het kader van een beleid voor duurzame en milieuvriendelijke mobiliteit dat de duurzame ontwikkeling van het Waalse Gewest mogelijk moet maken. 3. De aangemelde steunregeling bestaat in de verlenging van de steunregeling ten gunste van vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer, die door Zijne Excellentie de Heer Didier REYNDERS Minister van Buitenlandse Zaken Karmelietenstraat 15 B Brussel Commission européenne, B-1049 Bruxelles Belgique Europese Commissie, B-1049 Brussel België Telefoon: (0)

2 de Commissie voor de periode was goedgekeurd 1. Op enkele aangemelde wijzigingen na zal de oorspronkelijke, in 2008 goedgekeurde regeling ongewijzigd blijven en van toepassing blijven volgens de voorwaarden die destijds door de Commissie zijn goedgekeurd. 4. De volgende wijzigingen worden voorgesteld: (i) de premie voor containervervoer over de binnenwateren wordt verhoogd voor de containers van meer dan 20 voet, om dit vervoer concurrerender te maken; (ii) de premie voor investeringen krijgt een plafond om de gevolgen voor de begroting per dossier en over een periode van twaalf maanden tot een maximum van EUR te beperken; en (iii) de jaarlijkse verhoging van de begroting ten opzichte van de oorspronkelijk goedgekeurde regeling bedraagt EUR. 5. De rechtsgrondslagen van de aangemelde regeling zijn de artikelen 1, 6 eerste lid, 10, 12, 15 en 16 van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de incentives om de milieubescherming en het duurzame energiegebruik te begunstigen, en het besluit van de Waalse Regering van 12 maart 2009 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van de grote ondernemingen en ten gunste van de kleine of middelgrote ondernemingen die investeren met het oog op de bevordering van alternatieve vervoerswijzen op het wegvervoer en die doelstellingen inzake de milieubescherming nastreven, en het ontwerpbesluit van de Waalse Regering tot wijziging van dit besluit. 6. Rekening houdend met de aangemelde jaarlijkse verhoging zal de totale begroting voor deze steunregeling ten gunste van vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer voor de periode ,6 miljoen EUR bedragen, wat neerkomt op een jaarlijkse begroting van 4,1 miljoen EUR. 7. De Waalse autoriteiten hebben toegezegd erop toe te zien dat de steun die uit hoofde van de aangemelde regeling wordt verleend, niet kan worden gecumuleerd met andere steun krachtens andere nationale wet- of regelgeving DE BEGUNSTIGDEN 8. De begunstigden van de aangemelde steunregeling zijn de ondernemingen die investeren in vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer, en milieubeschermingsdoelstellingen nastreven. 9. Krachtens artikel 4, lid 1, punt 2, van het bovenvermelde besluit mag de begunstigde onderneming geen onderneming in moeilijkheden zijn in de zin van artikel 1 van Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard DE MAATREGELEN 10. Het Waalse plan voor steunmaatregelen voor het vervoer over de binnenwateren ( ) bestaat uit twee maatregelen in de vorm van directe subsidies, die het 1 2 Zie PB C 7 van , blz. 1. In die regeling zijn maatregelen hernomen als die welke in de vorige Waalse plannen voor steunmaatregelen voor het vervoer over de binnenwateren voor de perioden en waren opgenomen, die door de Commissie waren goedgekeurd (PB C 284 van , blz. 3, PB C 125 van , blz. 6, en PB C 136 van , blz. 36). PB L 214 van , blz. 3. 2

3 voorwerp van dit besluit uitmaken 3, namelijk de premie voor investeringen voor overslag en de premie voor containervervoer over de binnenwateren. 11. Onder voorbehoud van de hierna uiteengezette wijzigingen zullen de twee oorspronkelijke, in 2008 goedgekeurde maatregelen ongewijzigd blijven en van toepassing blijven volgens de voorwaarden die destijds door de Commissie zijn goedgekeurd. 12. In verband met de premie voor investeringen voor overslag voorziet de in het ontwerpbesluit voorgestelde wijziging in de vaststelling van een plafond van EUR per dossier over een periode van twaalf maanden. 13. In verband met de premie voor containervervoer over de binnenwateren wordt voorgesteld die te verhogen voor containers van meer dan 20 voet, zodat dit vervoer concurrerender wordt. De voorgestelde wijziging is de volgende: - 12 EUR per container van 20 voet; - 20 EUR per container van 30 voet (in plaats van thans 18); - 36 EUR per container van 40 voet (in plaats van thans 24); - 40 EUR per container van 45 voet (in plaats van thans 27). 3. BEOORDELING VAN DE MAATREGELEN 3.1. BESTAAN VAN STEUN 14. Overeenkomstig artikel 107, lid 1, van het VWEU zijn behoudens de afwijkingen waarin de Verdragen voorzien, steunmaatregelen van de staten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voor zover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt. 15. Om een nationale maatregel aan te merken als staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, van het VWEU, moet aan de volgende cumulatieve voorwaarden zijn voldaan: 1) op grond van de maatregel wordt een selectief economisch voordeel verleend; 2) dit voordeel wordt met staatsmiddelen bekostigd; 3) het voordeel vervalst de mededinging of dreigt dat te doen, en 4) het voordeel heeft een ongunstige invloed op het handelsverkeer tussen de lidstaten Volgens de Belgische autoriteiten bevat het Waalse steun voor steunmaatregelen voor het vervoer over de binnenwateren voor de periode niet alleen de aangemelde maatregelen, maar nog vier andere maatregelen. De premie voor de technische aanpassing van de Waalse binnenvaartvloot en de borgstelling door het Waalse Gewest ten gunste van kmo's zullen worden toegekend overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun. De vrijstelling van de onroerende voorheffing en de premie voor adviesdiensten vallen onder het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard - de algemene groepsvrijstellingsverordening (PB L 214 van , blz. 3). De borgstelling door het Waalse Gewest ten gunste van grote ondernemingen zal door de Belgische autoriteiten ad hoc worden aangemeld voordat het besluit tot steunverlening wordt vastgesteld. Zie onder meer arrest Hof van 30 mei 2013, Doux Élevage SNC en Coopérative agricole UKL- ARREE, C-677/11, nog niet gepubliceerd, punt 25. 3

4 16. In deze zaak verlenen de Waalse autoriteiten premies aan ondernemingen en marktdeelnemers die actief zijn in de binnenvaartsector. Volgens de Commissie wordt met deze premies aan de begunstigden een selectief commercieel voordeel verleend, dat de andere marktdeelnemers die met de begunstigden concurreren, niet ontvangen. 17. Bovendien staat in deze zaak vast dat de steun met staatsmiddelen wordt bekostigd, omdat de premies door het Waalse Gewest zullen worden uitgekeerd en door zijn begroting zullen worden gefinancierd. 18. Het met staatsmiddelen verkregen voordeel brengt een kunstmatige verandering teweeg in bepaalde kostenbestanddelen van de begunstigde onderneming, waardoor de positie van die onderneming ten opzichte van concurrenten wordt versterkt. De Commissie is bijgevolg van oordeel dat aan het derde criterium van artikel 107, lid 1, van het VWEU is voldaan. 19. De door het Waalse Gewest verleende premies leiden tot een versteviging van de positie van de begunstigde ondernemingen ten opzichte van concurrenten in het intracommunautaire handelsverkeer en dus tot benadeling van die concurrenten. Aan het criterium in verband met de ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer is dus voldaan. 20. Op basis van bovenstaande elementen concludeert de Commissie dat de onder dit besluit vallende maatregelen moeten worden beschouwd als staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag VERENIGBAARHEID VAN DE STEUN MET DE INTERNE MARKT 21. Artikel 93 van het VWEU bepaalt dat de steunmaatregelen die beantwoorden aan de behoeften van de coördinatie van het vervoer, verenigbaar zijn met de interne markt. Die bepaling is evenwel slechts van toepassing op het gebied van het vervoer over land, dat wil zeggen het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren 5. Het Hof van Justitie heeft geoordeeld dat volgens deze bepaling "steun aan het vervoer uitsluitend in duidelijk omschreven gevallen, waarin de algemene belangen van de [Unie] niet worden geschaad, met het Verdrag verenigbaar is" Het in artikel 93 van het VWEU gehanteerde begrip "coördinatie van het vervoer" heeft een ruimere betekenis dan het vergemakkelijken van de ontwikkeling van een economische activiteit. Het impliceert dat de overheid met het oog op het gemeenschappelijk belang maatregelen neemt om de ontwikkeling van de vervoerssector te sturen. Het begrip "steunmaatregel die beantwoordt aan de behoeften van de coördinatie" verwijst naar de noodzaak van een optreden van de overheid bij gebrek aan concurrerende markt of in geval van falen van de bestaande markt. Dit is met name het geval wanneer bepaalde vervoerswijzen niet de negatieve externaliteiten dekken die ze voor de samenleving veroorzaken. 23. In die context stelt de Commissie vast dat de doelstelling van de aangemelde regeling erin bestaat een modale overgang tussen twee vervoerswijzen over land teweeg te brengen. Zij is bijgevolg van oordeel dat de steunmaatregelen waarmee de aangemelde regeling ten uitvoer wordt gelegd, moeten worden getoetst aan 5 6 Artikel 100 VWEU. Arrest Hof van 12 december 1978, Commissie/België, 156/77, Jurispr. blz. 1882, punt 10. 4

5 artikel 93 van het VWEU en de beginselen die in haar besluitvormingspraktijk zijn vastgesteld. In 2008 heeft de Commissie de steun voor investeringen voor overslag bij toepassing van artikel 107, lid 3, onder c), van het VWEU goedgekeurd en daarom moet de verenigbaarheid met de interne markt van die maatregel thans worden getoetst aan artikel 93 van het VWEU. 24. Volgens een vaste besluitvormingspraktijk wordt steun geacht aan de behoeften aan de coördinatie van het vervoer te voldoen en bijgevolg met de interne markt verenigbaar te zijn op grond van artikel 93 van het VWEU, als de hieronder opgesomde voorwaarden cumulatief vervuld zijn: - de steun moet bijdragen tot een duidelijk omschreven doelstelling van algemeen belang; - de steun moet noodzakelijk zijn en een stimulerend effect hebben; - het bedrag van de steun moet evenredig zijn met de nagestreefde doelstelling; - de betrokken steun moet toegankelijk zijn voor alle mogelijke begunstigden op niet-discriminerende basis; - de steun mag niet leiden tot een vervalsing van de mededinging die indruist tegen het gemeenschappelijk belang. 25. Omdat de twee betrokken steunmaatregelen nauw verbonden zijn en aan een gemeenschappelijke doelstelling bijdragen, is de Commissie van oordeel dat ze samen moeten worden onderzocht bij de toetsing van hun verenigbaarheid met de interne markt. Doelstelling van algemeen belang 26. Sinds enkele jaren voert de Europese Unie een beleid ten gunste van een evenwichtig multimodaal vervoerssysteem. Eén van de doelstellingen van dat beleid is de modale overgang van vracht van de weg naar andere vervoerswijzen, en met name de binnenwateren. 27. De ontwikkeling van de binnenvaart, alsook de integratie daarvan in een multimodale vervoersketen, is een van de onderdelen van dit beleid. 28. In het kielzog van het witboek over een Europees vervoersbeleid dat met het oog op de ontwikkeling van alternatieven voor het wegvervoer het gebruik van milieuvriendelijke vervoerswijzen stimuleert, heeft de Commissie in haar mededeling betreffende de bevordering van de binnenvaart "NAIADES" 7 een actieprogramma opgesteld dat tot doel heeft de binnenvaart te bevorderen, met name door die vervoerswijze beter in de intermodale logistieke keten te integreren De Commissie stelt ook vast dat de aangemelde regeling de verwezenlijking nastreeft van de doelstellingen van de Europese Unie inzake vervoer over de binnenwateren, met name bijdragen aan de modale overgang van vracht op de weg naar de binnenwateren. 7 8 Document SEC(2006) 34} /* COM(2006) 6 definitief */. Dit actieprogramma voor de periode rust op vijf hoofdpijlers: de verbetering van de marktvoorwaarden, de modernisering van de vloot, de ontwikkeling van het menselijk kapitaal, de versterking van het imago en de modernisering van de infrastructuur. 5

6 30. De Commissie concludeert bijgevolg dat de aangemelde steunmaatregelen bijdragen tot het bereiken van een duidelijk omschreven doelstelling van algemeen belang. Noodzaak en stimulerend karakter van de steun 31. De Commissie erkent dat het vervoer over de binnenwateren extra kosten met zich meebrengt ten opzichte van de weg. Die zijn in wezen te wijten aan de specifieke kenmerken van de betrokken infrastructuur. Daarentegen biedt het vervoer over de binnenwateren in vergelijking met het wegvervoer aanzienlijke milieu- en atmosferische voordelen. 32. De maatregelen waarin de aangemelde regeling voorziet, zijn zodanig opgezet dat de betrokken marktdeelnemers die structurele belemmeringen kunnen overwinnen, met de bedoeling nieuw of meer verkeer naar de binnenwateren te halen. 33. Gelet op de structurele meerkosten van deze vervoerswijze ten opzichte van het wegvervoer gaat de Commissie ervan uit dat de overheid in de financiering van dit soort infrastructuur moet tussenkomen om particuliere marktdeelnemers aan te zetten tot investeringen in vervoerswijzen die een alternatief bieden voor het wegvervoer. Zonder medefinanciering van de intermodale terminalinfrastructuur door de overheid zouden de marktdeelnemers niet in dit soort infrastructuur investeren, waarvan de levensvatbaarheid niet kan worden gegarandeerd zonder financiële deelname van de Staat Uit de door de Belgische autoriteiten verstrekte cijferanalyse blijkt volgens de Commissie voldoende dat de opeenvolgende Waalse plannen ter bevordering van de overgang van wegvervoer op gecombineerd vervoer een zeer positieve impact hebben gehad. De premies waarin het bovenvermelde besluit van de Waalse Regering voorziet, hebben dus bijgedragen aan de ontwikkeling van het vervoer over de binnenwateren in Wallonië In verband met de premie voor investeringen moet erop worden gewezen dat overslaginstallaties en intermodale systemen voor laden en lossen die specifiek voor het gecombineerd vervoer zijn gebouwd, van fundamenteel belang zijn voor de goede werking van de keten van gecombineerd vervoer. 30 % van de kosten van het intermodaal vervoer is rechtstreeks of indirect op overslag terug te voeren. Met steun ten gunste van overslaginstallaties kunnen de structurele kosten van het intermodaal vervoer worden verlaagd, wat dan weer zorgt voor een betere concurrentiepositie van het intermodaal vervoer ten opzichte van het wegvervoer. 36. In verband met de premie voor containervervoer over de binnenwateren merkt de Commissie dat een dergelijk steunmechanisme tot doel heeft de negatieve externaliteiten van het wegvervoer te compenseren. 37. Om voor de premie in aanmerking te komen, moet de begunstigde zich contractueel verbinden tot het aantal (nieuwe) ton hij meer zal vervoeren en overslaan gedurende een door hem aan te geven periode Beschikking van de Commissie van 14 september 2000, zaak N 208/2000 (Nederland) (PB C 315 van , punt 32). Zie tevens het eindverslag van de groep op hoog niveau inzake de financiering van trans-europese vervoersnetwerken via publiek-private partnerschappen, mei 1997, blz. 25 en volgende. Zo zijn in 2011 vier keer meer TEU (twenty-foot equivalent units) overgeslagen dan in

7 38. Op basis van bovenstaande elementen concludeert de Commissie dat de maatregelen van de aangemelde regeling tot ondersteuning van het vervoer over de binnenwateren noodzakelijk zijn om de doelstellingen van de Europese Unie inzake intermodaliteit te bereiken. Evenredigheid van de steun 39. In verband met de premie voor investeringen merkt de Commissie op dat steun voor overslaginstallaties in beginsel verenigbaar is verklaard met de interne markt tot een maximale intensiteit van 50 % 11. In deze zaak is het bedrag van de premie beperkt tot 30 % van de investeringen door kmo's en tot 20 % van de investeringen door grote ondernemingen. Bovendien wordt voortaan een plafond ingevoerd om de budgettaire impact per dossier en over een periode van twaalf maanden tot een maximum van EUR te beperken. Ten slotte lijken de aanvaardbare kosten en de intensiteitdrempels duidelijk bepaald op het noodzakelijke minimum. Die tarieven zijn bovendien conform de besluitvormingspraktijk van de Commissie Anderzijds is de subsidie voor overslagverrichtingen voor het containervervoer over de binnenwateren evenredig met het doel dat met de modale overgang naar andere vervoerswijzen wordt nagestreefd, omdat het gecombineerd vervoer in wezen concurrerender is over lange afstanden of bij een beperkt aantal tussentijdse overslagverrichtingen. Het steunbedrag zal inderdaad stijgen naarmate het vervoerstraject korter is of de intermodale vervoersketen complexer. Bovendien stemt de steunintensiteit (voor kmo's maximaal 30 % en voor grote ondernemingen maximaal 20 % van de exploitatiekosten) overeen met de besluitvormingspraktijk van de Commissie op dit gebied Op basis van bovenstaande elementen concludeert de Commissie dat de steunbedragen die met deze regeling gemoeid zijn, evenredig zijn met de doelstelling van algemeen belang Beschikkingen van de Commissie van 31 januari 2001, zaak N 597/2000, Nederland - Subsidieregeling bedrijfsgebonden vaarwegaansluitingen; van 14 september 2001, zaak N 208/2000, Nederland (PB C 315 van ), en van 15 november 2000, zaak N 755/1999, Italië (provincie Bozen) (PB C 71 van , blz. 19). Zie de besluiten van de Commissie van 19 september SA Oostenrijk - Programm für die Unterstützung des Ausbaues von Anschlussbahnen sowie von Umschlagsanlagen des Intermodalen Verkehrs, , ex: N 707/2006: "Richtlinie zum Ausbau privater Gleisanschlüsse" en N 196/2006: "Richtlinie zur Unterstützung von Umschlagsanlagen im intermodalen Verkehr" (PB C 43 van , blz. 19), en van 25 juli SA (2011/N) - Oostenrijk - ERP- Verkehrsprogramm (PB C 352 van , blz. 2). Zie ook de besluiten van de Commissie van 9 november SA België - Intermodale containerterminal van Genk (PB C 82 van , blz. 2); van 19 oktober SA België - Containertransferium Beverdonk (PB C 350 van blz. 2); van 15 juni SA Nederland - Alblasserdam Container Transferium (PB C 215 van , blz. 22), en van 20 december 2010 N 490/ België - Verlenging van de steunregeling N 550/2001 voor een publiek-privaat partnerschap voor de bouw van ladings- en uitladingsvoorzieningen langsheen de waterwegen in het Vlaams Gewest, zoals verlengd door de beschikking van 16 november 2004 inzake N 344/2004 (PB C 122 van , blz. 2). Zie besluit van de Commissie van 6 mei 2013, N 2013, België, Steun aan het intermodaal vervoer per binnenvaart binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (PB C 176 van , blz. 1); beschikkingen van de Commissie van 16 juni 2004, N 4/2004, België, Waals plan voor steunmaatregelen op het gebied van het vervoer over de binnenwateren (PB C 125 van , blz. 6), en van 30 april 2003, N 623/2002, Frankrijk, Staatssteun voor de exploitatie van geregelde diensten van gecombineerd vervoer als alternatief voor het wegvervoer (PB C 248 van , blz. 3). 7

8 Niet-discriminerende toegang 42. De toegang tot de steunregeling is niet-discriminerend en open voor alle marktdeelnemers in de Europese Unie die investeren in een overslag-, laad- of losinstallatie voor het gecombineerd vervoer of die maatregelen nemen die gunstig zijn voor het gecombineerd vervoer in Wallonië, en voor alle marktdeelnemers in de Europese Unie die een of meerdere regelmatige containervervoersdiensten exploiteren via waterwegen vanaf een terminal die zich aan een waterweg in Wallonië bevindt. De criteria van de steunregeling zijn transparant en gebaseerd op cijfers over het handelsverkeer die een objectieve selectie/evaluatie van de begunstigden mogelijk maken. De Commissie leidt daaruit af dat de steunregeling zoals aangemeld geen discriminerend aspect inhoudt. Afwezigheid van vervalsing van de mededinging die tegen het algemeen belang indruist 43. De aangemelde regeling wil in zekere mate de onevenwichtigheid op concurrentiegebied beperken die tussen het gecombineerd en het wegvervoer bestaat. De verwachte overgang van wegvervoer op intermodaal vervoer dankzij steunmaatregelen vormt dus geen vervalsing van de mededinging die tegen het algemeen belang indruist. 44. De Commissie merkt dienaangaande op dat de aangemelde regeling gelet op het aantal mogelijke begunstigden, dat op 100 à 500 wordt geraamd, een beperkte begroting heeft, namelijk 4,1 miljoen EUR per jaar voor de periode De verhoging van 14 % van de jaarlijkse begroting doet geen afbreuk aan die vaststelling, aangezien de steunintensiteiten en de andere voorwaarden ongewijzigd zullen blijven. 45. De Commissie concludeert daaruit dat de regeling in overeenstemming is met het beleid van de Europese Unie op het gebied van vervoer en niet leidt tot een vervalsing van de mededinging die tegen het algemeen belang indruist. Conclusie 46. Gelet op de bovenstaande argumenten is de Commissie van oordeel dat de steunmaatregelen waarin de aangemelde regeling voorziet, beantwoorden aan de behoeften aan de coördinatie van het vervoer. 4. BESLUIT 47. Gelet op bovenstaande beoordeling besluit de Commissie geen bezwaren te uiten en is zij van oordeel dat de betrokken steunregeling bij toepassing van artikel 93 van het VWEU verenigbaar is met de interne markt. 8

9 48. Wanneer deze brief vertrouwelijke gegevens bevat die niet mogen worden bekendgemaakt, wordt u verzocht de Commissie daarvan binnen vijftien werkdagen vanaf de ontvangst van deze brief in kennis te stellen. Ontvangt de Commissie binnen de vastgestelde termijn geen met redenen omkleed verzoek, dan neemt zij aan dat u instemt met mededeling aan derden en bekendmaking van de volledige tekst van deze brief in de authentieke taal op: Dit verzoek dient bij aangetekend schrijven of bij faxbericht te worden gericht aan: Europese Commissie Directoraat-generaal Concurrentie Griffie Staatssteun 1049 Brussel België Faxnummer: Stateaidgreffe@ec.europa.eu Met bijzondere hoogachting, Voor de Commissie, Joaquín ALMUNIA Vicevoorzitter 9