BEELDKWALITEITPLAN WESTERSINGEL - FIVELKADE GEMEENTE APPINGEDAM december 2008

Transcriptie

1 BEELDKWALITEITPLAN WESTERSINGEL - FIVELKADE GEMEENTE APPINGEDAM december 2008

2 INHOUDSOPGAVE - Inleiding 3 - Waarom beeldkwaliteit? 4 - Huidige beeldkarakteristiek 5 - Stedenbouwkundig plan 9 - Beeldkwaliteit 10 - Welstandscriteria Westersingel 13 - Welstandscriteria Fivelkade Welstandscriteria Fivelkade

3 INLEIDING Ligging plangebied Het plangebied ligt direct ten westen van de oude kern van Appingedam. Het plangebied wordt in het noorden begrensd door de Westersingel en aan de zuidzijde door de Fivelkade/ Damsterdiep. De Westersingel, het Damsterdiep (voormalige trekvaart) en de Fivelkade zijn belangrijke historische lijnen. Aanleiding De voormalige MLK schoollocatie wordt herontwikkeld en is bestemd voor woningbouw (vrije kavels). Dit beeldkwaliteitplan beschrijft het gewenste beeld van de toekomstige woningen op het terrein van de MLK school. Damsterdiep Westersingel Fivelkade Leeswijzer In deze notitie wordt allereerst stil gestaan bij de vraag waarom aandacht voor beeldkwaliteit?. Omdat dit beeldkwaliteitplan inspeelt op de locatie specifieke karakteristieken van het plangebied en haar omgeving worden ten tweede de huidige identiteit en sfeer beschreven. Ten derde wordt het opgestelde stedenbouwkundig plan voor de MLK schoollocatie beknopt beschreven. ligging plangebied Op basis daarvan zijn de welstandscriteria geformuleerd. Deze worden onderverdeeld in: 1. plaatsing op de kavel 2. hoofdvorm van de bebouwing en 3. aanzichten en opmaak van de bebouwing. vogelvluchtfoto met plangebied 3

4 WAAROM BEELDKWALITEIT? Waarom aandacht voor beeldkwaliteit? In het midden van de 19 e eeuw waren het plangebied en haar omgeving nog onbebouwd. Pas aan het einde van de 19 e eeuw en het begin van de 20 e eeuw zette de verstedelijking langzamerhand in. Interessant is dat dit in het veld het proces van verstedelijking nog zo goed afleesbaar is. Langs de Westersingel en de Fivelkade heeft de eerste verstelijking plaats gevonden. In het oog springen de kazerne (hoofdgebouw inmiddels verbouwd tot appartementengebouw) en de woonbebouwing aan de zuidzijde van de Westersingel en de Fivelkade met voornamelijk kleine krimpen- en dwarshuizen. In de periode na de tweede wereldoorlog raakten vervolgens de gebieden ten noorden van deze historische lijnen bebouwd. De individuele panden aan de Westersingel en de Fivelkade zijn wellicht cultuurhistorisch van beperkte betekenis, maar de heldere afleesbaarheid van het verstedelijkingsproces in het plangebied en haar omgeving is boeiend en mag door de beoogde herontwikkeling van de MLK schoollocatie niet worden verstoord. Daarom is het van belang om voor de vrije kavels welstandscriteria op te stellen. wijk vanaf 1980 historische lijnen verstedelijking Westersingel vroeg na-oorlogse wijk vooroorlogse kazerne vroeg na-oorlogse MLK school bebouwing Westersingel bebouwing wijk vanaf jaren 80 voormalige kazerne Westersingel bebouwing jaren 50 Westersingel 4

5 HUIDIGE BEELDKARAKTERISTIEK Algemeen Hoofdvorm De hoofdvorm van de bestaande bebouwing ter weerszijden van het plangebied bestaat uit een helder volume, met kleine nuanceringen (onder andere verspringingen). Een tweetal woningtypen, namelijk kleinschalige vrijstaande en twee onder één kap woningen, komen veelvuldig voor. De vrijstaande woningen zijn zogenaamde krimpenhuizen en de twee onder één kap woningen refereren aan zogenaamde dwarshuizen die in deze streek van oudsher voorkomen. De Westersingel 49 heeft een meer complexe hoofdvorm door zijn overhoekse oriëntatie op de bestaande parkeerkoffer aan de Fivelkade. Vrijstaande woningen van het type krimpenhuis zijn relatief smal. Doorgaans hebben zij een breedte van 8 meter en verjongen aan de straatzijde tot 4,5-6 meter. Deze woningen zijn behoorlijk diep (10-12 meter). Incidenteel komen ook bredere vrijstaande woningen voor tot zo n 10 meter breedte. De twee onder één kap woningen van het type dwarshuis zijn, per blok van twee, 12 meter breed en 9 meter diep. De bebouwing bestaat uit één bouwlaag met kap. De goothoogte varieert van 1,5 tot 4,5 meter en de nokhoogte varieert van 4,5 tot 6,5 meter. De nokhoogte van Westersingel 49 wijkt hiervan af en bedraagt 9,5 meter. Er komen verschillende kapvormen voor, zoals het zadeldak (eventueel met wolfseind), schilddak en piramide dak. Bijgebouwen hebben doorgaans ook een kap, meestal een zadeldak. nr. 49 sferen in plangebied en omgeving Westersingel 49 met complexe vorm typologie krimphuis (links) en dwarshuis (rechts) Legenda Fivelkade Westersingel routes plangebied 5

6 HUIDIGE BEELDKARAKTERISTIEK De vrijstaande woningen aan de Westersingel hebben een topgevel met een zadeldak en een nokrichting haaks op de weg. Aan de Fivelkade komen diverse kapvormen en nokrichtingen voor maar geen topgevels. De twee onder één kap woningen hebben doorgaans een nokrichting parallel aan de weg. Aanzichten De woningen zijn eenvoudig in hun aangezicht maar hebben een duidelijk eigen gezicht. De compositie van de gevels is doorgaans verticaal tot neutraal. De gevels van vrijwel alle woningen zijn beperkt transparant door de toepassing van entree s met bovenlicht en hoge ramen met kalf. krimphuis met zadeldak dwarshuis met schildkap kappen op bij- en aanbouwen Door middel van eenduidig kleur- en materiaalgebruik (karakteristieke Groninger rode steen in combinatie met overwegend antraciete keramische dakpan) ontstaat ondanks de architectonische variatie een samenhangend beeld. complexe dakvorm kap met wolfseinde piramidekap Opmaak Alle woningen beschikken over een heldere hoofdvorm. Incidenteel komen erkers en luifels voor. Kenmerkend voor de woningen is dat zij op terughoudende wijze zorgvuldig zijn gedecoreerd met onder andere geprofileerde goten/daklijsten en siermetselwerk (rollagen, speklagen, trasraam). detail dakgoot bovenramen en kalf rollagen en speklagen in baksteen 6

7 HUIDIGE BEELDKARAKTERISTIEK Westersingel Sfeer De Westersingel loopt vanuit het buitengebied Appingedam in. Ter plaatse van het plangebied heeft de Westersingel een asymmetrisch profiel. Aan de zuidzijde staat de bebouwing met een tuin aan de weg terwijl aan de noordzijde langs de singel een groenzone is gelegen. De huidige bebouwing reageert niet op deze ligging aan het groen (bijvoorbeeld door erkers, balkons). De bebouwing aan de Westersingel dateert voornamelijk uit het begin van de 20 e eeuw. Op een tweetal plekken zijn in de jaren 30 en de jaren 80 woningen zorgvuldig ingepast. Hierdoor heeft de bebouwing een gevarieerde, ontspannen uitstraling waarbij diverse stijlperioden naast elkaar voorkomen. Doordat aan de Westersingel ter plaatse van het plangebied een bomenstructuur ontbreekt en de tuinen met voornamelijk lage beplanting zijn ingericht speelt de bebouwing in het straatbeeld een prominente rol. straatbeeld Westersingel Plaatsing Aan de singel is de bebouwing in één rooilijn geplaatst, parallel aan de Westersingel. Erfscheiding Ter weerszijden van het plangebied grenzen woningen met hun voorkant aan de Westersingel. De erfscheidingen zijn laag (circa centimeter) en hebben een groene uitstraling (haag, sierhekwerk). Ter plaatse van het Noorderpoortcollege waar achterkanten grenzen aan de weg komen ook hogere erfscheidingen voor van circa 150 centimeter (hagen). groenzone ten noorden van plangebied krimpenhuisjes langs de Westersingel 7

8 HUIDIGE BEELDKARAKTERISTIEK Fivelkade Sfeer De Fivelkade is een onderdeel van een langzaamverkeerroute langs het Damsterdiep en ter plaatse van het plangebied worden via de kade de aanwezige woningen en woonboten ontsloten. Het Damsterdiep is door deze woonboten nauwelijks beleefbaar. De oever van het Damsterdiep is in gebruik genomen door de bewoners van de woonboten (met hagen omzoomde tuinen, parkeerplaatsen) en heeft een groen karakter. Het groene karakter wordt versterkt door de aanwezige diepe voortuinen van de woningen aan de noordkant van de kade. Door de beplanting in de tuinen heeft de kade een intiem en informeel karakter. Deze intieme sfeer wordt versterkt door het bochtige beloop van de kade (gesloten perspectief) en de kappen die in het beeld een meer prominente rol spelen. Plaatsing Aan de kade is de huidige bebouwing in één rooilijn geplaatst. Omdat de rooilijn en de kade niet exact parallel lopen varieert de diepte van de tuinen tussen de kade en de bebouwing (varieert van 7-15 meter). beeld van de Fivelkade Erfscheiding De erfscheidingen aan de Fivelkade hebben twee gezichten. Enerzijds worden bij de brug voor langzaam verkeer over het Damsterdiep en ter hoogte van het Noorderpoortcollege de voortuinen van de kade gescheiden met een haag (circa 90 centimeter). Anderzijds worden in het tussengelegen gedeelte de voortuinen van de kade gescheiden door een sloot. De tuinen en de sloot gaan een open relatie met elkaar aan. Aan de tuinzijde heeft de slootkant doorgaans een groen karakter (onderdeel tuininrichting). ritme in dakgoothoogte 8

9 STEDENBOUWKUNDIG PLAN Stedenbouwkundig plan In het ontwerp is ervoor gekozen om aan de Westersingel de toekomstige bebouwing in de bestaande rooilijn, parallel aan de weg, te plaatsen. Deze woningen worden ontsloten vanaf de Westersingel. Tussen deze woningen is een opening gemaakt naar het binnenterrein. De bebouwing aan de Fivelkade staat in tegenstelling tot de nieuwbouw aan de Westersingel niet in één rooilijn maar verspringt in beperkte mate (bebouwing staat in een bebouwingszone). Tussen deze woningen is een opening gemaakt van de kade naar het binnenterrein. In deze opening ligt een parkeerkoffer ten behoeve van de woonboten en bezoekers van de woningen. Ten oosten van de parkeerkoffer is de nieuwbouw parallel aan de kade gesitueerd. Ten westen van de parkeerkoffer staat de nieuwbouw daarentegen onder een hoek ten opzichte van de kade waardoor zijgevels gedeeltelijk in het zicht komen. Bijzonder aan de woningen aan de Fivelkade is dat zij een dubbele oriëntatie hebben. De erven van de woningen worden vanuit het binnenterrein ontsloten (auto en bewoners) Voor bezoekers en de postbode hebben de woningen aan de kade hun voordeur. De twee meest westelijke kavels grenzen niet aan het binnenterrein en worden ontsloten aan de Fivelkade. Net als bij de bestaande woningen langs de Fivelkade ligt tussen de kade en de kavels een slootje. Via bruggetjes over deze sloot wordt de voordeur van de woningen bereikt. Westersingel stedenbouwkundig plan met voorbeeldverkaveling Fivelkade 9

10 BEELDKWALITEIT Algemeen Samenhang en differentiatie In het vorige hoofdstuk is de sfeer en de karakteristiek van de bebouwing aan de Westersingel en de Fivelkade beschreven. De ambitie is om samenhang te creëren tussen bestaande en nieuwe bebouwing (geen stijlbreuk). Daartoe is het plangebied opgedeeld in drie deelgebieden; - Westersingel - Fivelkade 1 - Fivelkade 2 De bouwenvelop van de nieuwbouw aan de Westersingel sluit qua schaal en maat aan op de bestaande bebouwing. De bouwenvelop van Fivelkade 2 biedt wat ruimere bouwmogelijkheden. De bouwenvelop van Fivelkade 1 bemiddeld tussen de bestaande maat en schaal van de bebouwing langs de Fivelkade en de woningen rondom de doorgang (Fivelkade 2). Samenhang wordt versterkt door het zorgvuldig afstemmen van materiaal- en kleurgebruik. Binnen de gestelde kaders wordt variatie verkregen doordat ieder bouwplan individueel wordt ontwikkeld. Richtlijnen Westersingel Samenhang en differentiatie Om de groene ruimte ten noorden van het plangebied enigszins in te kaderen is enige wandvorming gewenst. Voorgesteld wordt op de nieuwbouw aan de singel te voorzien van een topgevel (met zadeldak en nokrichting haaks op de straat). Deze nieuwe woningen hebben ieder een duidelijk herkenbaar eigen gezicht (verschil in architectonisch handschrift toegestaan). Westersingel stedenbouwkundig plan met voorbeeld kaprichtingen en deelgebieden Fivelkade Legenda Westersingel Fivelkade 1 Fivelkade 2 10

11 BEELDKWALITEIT De nieuwe woningen bestaan in principe uit heldere, eenvoudige bouwvolumes. De middelste van de drie nieuwe woningen aan de Westersingel wordt bij voorkeur verbijzonderd om de entree naar het binnenterrein te markeren. Dit kan worden bereikt door een hogere nokhoogte en een overhoekse uitstraling door een complexe hoofdvorm. Tussen de nieuwe woningen onderling en tussen de nieuwbouw en de bestaande bebouwing wordt samenhang nagestreefd. De samenhang wordt verkregen door de bouwhoogte te beperken (maximaal één bouwlaag met kap). Daarnaast zorgt de materiaalkeuze (baksteen, stuc, geschilderd hout, dakpannen) en de kleurstelling (rode baksteen in combinatie met een oranje of antraciete dakpan) voor samenhang. De gewenste variatie ontstaat door de ontwikkeling als vrije kavel. topgevel aan Westersingel met dakhelling van 40 graden woning dwars georiënteerd piramidekap Richtlijnen Fivelkade 1 Samenhang en differentiatie In het straatbeeld aan de kade neemt de bebouwing een wat minder prominente plek in. Het straatbeeld wordt verzacht door de groene inrichting van het profiel en de kappen van de bestaande woningen (topgevels aan de kade komen niet voor). Om dit ontspannen beeld te ondersteunen wordt voorgesteld om de nieuwbouw aan de kade te voorzien van diverse kapvormen maar geen topgevels. Iedere nieuwe woning krijgt een eigen herkenbare kap. Doordat ook de goothoogte tussen de woningen onderling varieert ontstaat een gevarieerd beeld. dakhelling incidenteel 60 graden langs singel extra aandacht voor garages langs Westersingel afwerking in hout in topgevel Net als aan de singel bestaan de nieuwe woningen aan de kade uit heldere, eenvoudige bouwvolumes en wordt onderlinge samenhang tussen de nieuwbouw en de bestaande bebouwing aan de kade nagestreefd. De gevels langs Fivelkade gevels langs Fivelkade 11

12 BEELDKWALITEIT samenhang wordt verkregen door de bouwhoogte te beperken (maximaal één bouwlaag met kap). Daarnaast zorgt de materiaalkeuze (baksteen, stuc, geschilderd hout, dakpannen) en de kleurstelling (rode baksteen in combinatie met een oranje of antraciete dakpan) voor samenhang. De gewenste variatie ontstaat door de ontwikkeling als vrije kavel. Richtlijnen Fivelkade 2 Samenhang en differentiatie De bebouwing van Fivelkade 1 bemiddeld tussen de bebouwing uit Fivelkade 2 en de bestaande bebouwing. Hierdoor is het mogelijk om de bebouwingsenvelop van Fivelkade 2 wat ruimer te definiëren zonder dat de maat en schaal van de bebouwing detoneerd met de maat en schaal van de overige bebouwing langs de kade. Randvoorwaardelijk daarbij is dat de brede woningen (breder dan 6,5 meter) worden geleed en de (nok)hoogte maximaal 10 meter bedraagt. De bebouwing wordt afgedekt met een kap. Door te variëren in dakvormen zal een divers beeld ontstaan. In de materiaalkeuze wordt aangesloten op de omgeving namelijk: rode baksteen, stuc, geschilderd hout en rode of antraciete pannen. Eén van de vier woningen mag een afwijkende dakvorm hebben (uitzondering die de regel bevestigd). Qua materialisering kan deze woning contrasteren met zijn omgeving of juist aansluiting zoeken bij de overige bebouwing aan de Fivelkade. De gewenste variatie ontstaat door de ontwikkeling als vrije kavel. Tot slot Voor een zorgvuldige inpassing van de toekomstige woonbebouwing is het van belang dat de hoogte van het maaiveld en het daaraan gerelateerde peil wordt afgestemd op de bestaande omgeving. Dit is van belang omdat de bestaande bebouwing nogal kleinschalig is en verschillen in hoogteligging tussen bestaande bebouwing en de beoogde nieuwbouw direct doorwerken in het straatbeeld. Het binnenterrein tussen de woningen langs de Fivelkade en Westersingel zal hoofdzakelijk worden gebruikt door de bewoners. Een zorgvuldige inrichting van het binnenterrein en een groene erfafscheiding zal de kwaliteit van deze ruimte ten goede komen. gelede bouwmassa afwijkende kapvorm voorbeeld van afwijkende kapvorm en contrasterende materialisering 12

13 WELSTANDSCRITERIA WESTERSINGEL Plaatsing Plaatsing in de rooilijn. Hoofdrichting haaks op de weg. Woningen gesitueerd aan de doorgang van de Westersingel- Fivelkade hebben een overhoekse oriëntatie. Hoofdvorm Eén verdieping met kap (goothoogte ca. 3,0 meter en nokhoogte ca. 6,5 meter, middelste woning nokhoogte ca. 9,5 meter. De woningen hebben een breedte van 6,0-6,5 meter. Plastiek eenvoudig bij accent gemiddeld complex. Kapvorm: zadeldak of mansardekap, bij accent is een ondergeschikte dwarsnok toegestaan. Dakhelling graden, dakhelling accent 60 graden. Aanzicht Eenvoudige stijl, compositie verticaal tot neutraal. Gevels zijn enigszins open door toepassing van entree s met bovenlicht en hoge ramen (kalf). Aanbouwen minimaal 4 meter terugliggend ten opzichte van de voorgevel. Aanbouwen zijn duidelijk ondergeschikt aan het hoofdvolume. Aanbouwen bij voorkeur voorzien van een kap. De nokhoogte van deze kap is ondergeschikt aan het hoofdvolume (1 á 2 meter lager dan de nokhoogte van het hoofdvolume). De dakhelling moet gelijk zijn aan die van het hoofdvolume. De kapvorm moeten identiek zijn aan die van het hoofdvolume of eenvoudiger zijn van vorm. Erkers in de voorgevel zijn niet toegestaan, erkerkozijnen en eventueel franse balkons wel. Dakoverstekken tot 40 cm zijn toegestaan om te grove kappen te voorkomen. Opmaak Rode/roodbruine baksteen, eventueel geveldelen in roomwit (stuc, keimwerk). Rollagen in baksteen met afwijkende, gedempte kleuren zoals oker en bruinpaars. Oranje of antraciete dakpan (geglazuurd is toegestaan) Om aan te sluiten op de bestaande situatie mogen er geen twee oranje daken naast elkaar voorkomen. Toepassing van hout toegestaan tussen de bovenzijde van de eersteverdiepingsramen en de nok. Kleurstelling van de kozijnen, goten, boeiboorden, ramen, deuren enzovoorts worden afgestemd op de traditionele kleuren van bestaande bebouwing aan de Westersingel. Slanke eenvoudige details zoals spek- en rollagen, siermetselwerk, geprofileerde goten, boeiboorden enzovoorts. Kozijnen, anders dan houten zijn toegestaan mits zorgvuldig en slank geprofileerd. Garagedeuren bij voorkeur niet in kunststof. Als voor kunststof wordt gekozen zijn deuren met brede, horizontale schroten (rolluik-look) niet toegestaan. Overigen Tussen de tuin en het trottoir een sierhekwerk in de stijl van de woning tot een maximale hoogte van 1 meter. Op de plekken waar de tuinen grenzen aan het binnenterrein en de doorgang is een aaneengesloten en eenduidige groene erfafscheiding tot 2 meter wenselijk. Hierdoor onstaat op het binnenterrein en langs de doorgang een rustig, groen beeld. 13

14 WELSTANDSCRITERIA FIVELKADE 1 Plaatsing Plaatsing in de rooilijnzone, kleine verspringingen mogelijk. Hoofdrichting afwisselend haaks of parallel aan de kade. Woningen grenzend aan het binnenterrein hebben een dubbele oriëntatie waarbij de zijde aan het binnenterrein wordt aangemerkt als het erf en de zijde aan de kade als voorkant van de woning. De overige woningen zijn georiënteerd op de Fivelkade. Bijgebouwen mogen in de zij- of achtererfgrens worden gebouwd. Dit geldt niet als het erf grenst aan de openbare ruimte. Dan dient een minimale afstand van 1 meter in acht te worden genomen. Op plekken waar het mogelijk is om bijvoorbeeld een opstelruimte voor een auto te realiseren bedraagt de minimale afstand 5 meter. Hoofdvorm Eén verdieping met kap (goothoogte ca. 3,0-4,0 meter en nokhoogte ca. 6,5 meter). De nokhoogte bij een piramidekap mag 8,5 meter bedragen. De woningen hebben een breedte van 6,0-10,0 meter. Plastiek eenvoudig. Kapvormen: zadeldak (alleen indien nokrichting parallel aan de kade), zadeldak met wolfseinde (alleen indien nokrichting haaks op kade), schildkap. Dakhelling graden. Bij schildkappen is aan de kopse kanten een dakhelling toegestaan tot 60 graden. Aanzicht Eenvoudige stijl, compositie verticaal tot neutraal. Gevels zijn enigszins open door toepassing van entree s met bovenlicht en hoge ramen (kalf). Aanbouwen minimaal 4 meter terugliggend ten opzichte van de voorgevel. Erkers in de voorgevel (zijde Fivelkade) zijn niet toegestaan, erkerkozijnen wel. Erkerkozijnen zijn bij woningen die onder een hoek staan ten opzichte van de kade ook toegestaan in die delen van de zijgevel die in het zicht liggen. Dakoverstekken tot 40 cm zijn toegestaan om te grove kappen te voorkomen. Opmaak Rode/roodbruine baksteen, eventueel geveldelen in roomwit (stuc, keimwerk). Rollagen in baksteen met afwijkende, gedempte kleuren zoals oker en bruinpaars. Oranje of antraciete dakpan (geglazuurd is toegestaan) Om aan te sluiten op de bestaande situatie mogen er geen twee oranje daken naast elkaar voorkomen. Toepassing van hout toegestaan tussen de bovenzijde van de eersteverdiepingsramen en de nok. Kleurstelling van de kozijnen, goten, boeiboorden, ramen, deuren enzovoorts worden afgestemd op de traditionele kleuren van bestaande bebouwing aan de Fivelkade. Slanke eenvoudige details zoals spek- en rollagen, siermetselwerk, geprofileerde goten, boeiboorden enzovoorts. Kozijnen, anders dan houten zijn toegestaan mits zorgvuldig en slank geprofileerd. Overigen Terrassen, vlonders en dergelijke zijn op de overgang van de voortuin met de sloot niet toegestaan. De voortuinen aan de kade gaan een open relatie aan met de sloot, erfafscheidingen mogen niet hoger zijn dan 1 meter. Op de plekken waar de tuinen grenzen aan het binnenterrein en de doorgang zijn eenduidige groene erfafscheidingen tot 2 meter wenselijk. Hierdoor onstaat op het binnenterrein en langs de doorgang een rustig, groen beeld. Per kavel is de maximale opening in de groene erfscheiding maximaal 3,5 meter breed. 14

15 WELSTANDSCRITERIA FIVELKADE 2 (1) Plaatsing Bij deze vier woningen zijn door de afstand ten opzichte van de bestaande, kleinschalige bebouwing aan de kade ruimere bebouwingsmogelijkheden. Voor de twee woningen ter weerszijden van de doorgang is het stedenbouwkundig wenselijk dat deze woningen in ieder geval de ruimere bebouwingsmogelijkheden benutten. Deze woningen hebben bovendien een overhoekse orientatie. Plaatsing in de rooilijnzone, kleine verspringingen mogelijk. Hoofdrichting overwegend haaks op de kade. De hoofdvorm moet minimaal 2 meter uit de zijerfgrens worden gesitueerd. Bijgebouwen mogen in de zij- of achtererfgrens worden gebouwd. Dit geldt niet als het erf grenst aan de openbare ruimte. Dan dient een minimale afstand van 1 meter in acht te worden genomen. Op plekken waar het mogelijk is om bijvoorbeeld een opstelruimte voor een auto te realiseren bedraagt de minimale afstand 5 meter. Alle woningen hebben een dubbele orientatie waarbij de zijde aan het binnenterrein wordt aangemerkt als het erf en de zijde aan de kade als voorkant van de woning. Hoofdvorm Plastiek eenvoudig tot gemiddeld complex. Woningen tot 6,5 meter breed mogen bestaan uit een enkelvoudige bouwmassa. Woningen van 10 meter breedte zijn eveneens toegestaan maar dan wordt de bouwmassa geleed. Hierbij geldt dat de resterende bouwmassa 3 meter achter de rooilijnzone wordt geplaatst. De woningen hebben een maximale bouwhoogte van 3 bouwlagen waarbij de goothoogte varieert van 3 tot 6 meter en de nokhoogte bedraagt tussen de 6,5 tot en met 10 meter. Indien de bouwmassa wordt geleed (zie vorige punt) dient het terugliggende deel te worden voorzien van een kap (dit geldt niet voor de woning met afwijkende kapvorm, zie laatste punt). De nokhoogte van deze kap is ondergeschikt aan het hoofdvolume (1 a 2 meter lager dan de nokhoogte van het hoofdvolume). De woningen hebben een kap. Kapvormen welke zijn toegestaan zijn het piramidedak of een (afgeknot) schilddak (nokrichting haaks op de Fivelkade). Omwille van een gevarieerd daklandschap (referentie is bestaande situatie) mogen er geen twee dezelfde kapvormen naast elkaar voorkomen. Dakhelling tussen de 45 en 85 graden. Eén van deze vier woningen mag worden voorzien van een afwijkende kapvorm (de uitzondering die de regel bevestigd). De gedachten gaan hierbij uit naar een plat dak of een lessenaarsdak. Hierbij geldt wie het eerst komt die het eerst maalt. Aanzicht Eenvoudige stijl, compositie verticaal. Gevels zijn enigszins open door toepassing van entree s met bovenlicht en hoge ramen (kalf). Aanbouwen minimaal 4 meter terugliggend ten opzichte van de voorgevel. Erkers in de voorgevel (zijde Fivelkade) zijn niet toegestaan, erkerkozijnen wel. Erkerkozijnen zijn bij woningen die onder een hoek staan ten opzichte van de kade ook toegestaan in die delen van de zijgevel die in het zicht liggen. 15

16 WELSTANDSCRITERIA FIVELKADE 2 (2) Dakkapellen in het dakvlak aan de voorzijde zijn toegestaan indien zij integraal onderdeel uitmaken van de architectuur. Dakoverstekken tot 40 cm zijn toegestaan om te grove kappen te voorkomen. Opmaak Rode/roodbruine baksteen, eventueel geveldelen in roomwit (stuc, keimwerk). Rollagen in baksteen met afwijkende, gedempte kleuren zoals oker en bruinpaars. Oranje of antraciete dakpan (geglazuurd is toegestaan). Om aan te sluiten op de bestaande situatie mogen er geen twee oranje daken naast elkaar voorkomen. Toepassing van hout toegestaan tussen de bovenzijde van de bovenste verdiepingsramen en de nok. Kleurstelling van de kozijnen, goten, boeiboorden, ramen, deuren enzovoorts worden afgestemd op de traditionele kleuren van bestaande bebouwing aan de Fivelkade. Slanke eenvoudige details zoals spek- en rollagen, siermetselwerk, geprofileerde goten, boeiboorden enzovoorts. Kozijnen, anders dan houten, zijn toegestaan mits zorgvuldig en slank geprofileerd. Indien er één wordt gerealiseerd met een afwijkende kapvorm zijn er voor wat betreft de kleur- en materiaalstelling twee mogelijkheden. Deze kleuren materiaalstelling wordt afgestemd op de rest of contrasteert hiermee. Overigen Terrassen, vlonders en dergelijke zijn op de overgang van de voortuin met de sloot niet toegestaan. De voortuinen aan de kade gaan een open relatie aan met de sloot, erfafscheidingen mogen niet hoger zijn dan 1 meter. Op de plekken waar de tuinen grenzen aan het binnenterrein en de doorgang zijn eenduidige groene erfafscheidingen tot 2 meter wenselijk. Hierdoor onstaat op het binnenterrein en langs de doorgang een rustig, groen beeld. Per kavel is de maximale opening in de groene erfscheiding maximaal 3,5 meter breed. 16