RICHTLIJNEN VOOR PAPERS AAN HET HIW

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RICHTLIJNEN VOOR PAPERS AAN HET HIW"

Transcriptie

1 RICHTLIJNEN VOOR PAPERS AAN HET HIW Laatst bijgewerkt: september 2018 Deze handleiding is ook beschikbaar op de website van het HIW ( 1

2 Dit is een algemeen document dat richtlijnen bevat voor het schrijven van filosofisch werk aan het HIW. Aanvullende informatie omtrent masterproeven en bachelorscripties (incl. deadlines en documenten) is terug te vinden op de website van het HIW. Bachelorscriptie Masterproef Research Master paper Research Master thesis Inhoudsopgave 1.Voorbereidend werk Van onderwerp tot onderzoeksvraag Literatuuronderzoek Structuur Opmaak Tekst Titels, kop- en voetteksten Voetnoten Taalgebruik Spelling Woordkeuze Grammatica Vertalingen Interpunctie en spaties Bibliografische referenties Het belang van bibliografische referenties Opstellen van bibliografische referenties aan het HIW Gegevens voor de bibliografische referenties Twee systemen van bibliografisch refereren Citaat-nootsysteem Auteur-jaarsysteem Citatiestijlen Referenties bij de tekst Hoe maak ik een goede verwijzing? Hoe vaak moet ik verwijzen naar mijn bronnen?

3 Wanneer moet ik verwijzen naar mijn bronnen? Wanneer hoef ik niet te verwijzen? Methodes om het aantal noten en hun lengte te beperken Bibliografie Wat is een bibliografie? Het ordenen van de referenties Citeren en parafraseren Citeren Parafraseren Plagiaat Definitie Soorten plagiaat Andere vormen van examenfraude Plagiaatpreventie Plagiaatdetectie Sanctionering van plagiaat Bibliografische software Bijkomende informatie en hulp

4 1.Voorbereidend werk 1.1 Van onderwerp tot onderzoeksvraag Elke paper of thesis heeft een onderwerp of thema, bijvoorbeeld een filosofisch probleem, (een) werk(en) van een filosoof of een filosofisch probleem in de werken van één of meer filosofen. Vb. Mogelijke onderwerpen van een opdracht, paper of thesis: (1) Aristoteles Ethica Nicomachea, (2) de discussie over de eeuwigheid van de wereld in de middeleeuwse filosofie, (3) de discussie van een hedendaags bio-ethisch probleem (4) Michel Foucault (5) kwaad en straf (6) haat (7) Spinoza s Ethica. Als je een paper zal schrijven over een onderwerp waarover je nog niet veel weet, kan je basisinformatie opzoeken in een naslagwerk zoals The Stanford Encyclopedia of Philosophy (gratis online beschikbaar) of The Routledge Encyclopedia of Philosophy (via Limo beschikbaar). Om een goede paper of thesis te schrijven moet je bepalen wat je precies wil onderzoeken, wat je onderzoeksvraag is, d.i. wat het doel is van je paper of thesis. Dat doel kan de vorm aannemen van een vraag, een hypothese die je wil onderzoeken, een stelling die je wil verdedigen of kritiek op een positie die door een auteur verdedigd is. Een onderzoeksvraag is specifieker dan het onderwerp van een paper. Eerst een goede onderzoeksvraag formuleren bespaart je achteraf heel wat werk, doordat je gericht kan zoeken naar de nodige informatie. Bij het begin van je opleiding wordt de onderzoeksvraag soms door de docent bepaald, in een later stadium moet je die zelf kunnen formuleren. Voorbeelden van mogelijke onderzoeksvragen gerelateerd aan de onderwerpen hierboven: (1) wat is Aristoteles concept van familievriendschap in zijn Ethica Nicomachea?, (2) een vergelijking tussen de visie van Boëthius van Dacië en Siger van Brabant over de eeuwigheid van de wereld; (3) een discussie van ethische problemen rond prenatale diagnostiek en het onderliggende mens- en maatschappijbeeld; (4) homoseksualiteit in Foucaults Histoire de la sexualité; (5) de relatie tussen de banaliteit van het kwaad en de betekenis van straf in Hannah Arendts Eichmann in Jerusalem; (6) Nietzsches denken over haat in het licht van de realistische en perfectionistische impulsen van zijn filosofie; (7) de relatie tussen verbeelding en rede in Spinoza s Ethica. Stel jezelf daarnaast de volgende vragen: Tijd? Hoeveel tijd heb ik gekregen voor mijn opdracht? Referenties opzoeken en documenten lezen kost immers wel wat tijd en je moet die voor jezelf realistisch indelen. Omvang? Hoe uitgebreid moet mijn paper zijn? Soms mag je je beperken tot de primaire literatuur (tekst van een filosoof aandachtig lezen, eventueel met korte inleiding), soms moet je ook secundaire literatuur doornemen. Soms mag je je beperken tot de belangrijkste secundaire literatuur (vb. voor een korte paper), soms moet je een exhaustieve literatuurlijst opstellen (vb. voor een masterscriptie of doctoraat). Soms mag je je beperken tot recente literatuur, in andere gevallen moet je ook oudere literatuur doornemen. Soms mag je binnen het opgegeven onderwerp nog een specifiek probleem of werk of een specifieke auteur behandelen vb. (1) familievriendschap bij Aristoteles, (2) eeuwigheid van de wereld bij Siger van Brabant, (3) ethische problemen i.v.m. prenatale diagnostiek bij ouderparen die drager zij van een erfelijke aandoening, (4) homoseksualiteit in Foucaults Histoire de la sexualité, (5) is woede bij Aristoteles een emotie?, (6) de verhouding tussen de verbeelding en de rede in Spinoza s denken, (7) 4

5 Opdracht? Hoe luidt de precieze opdracht? Soms moet je enkel een primaire tekst analyseren en de argumentatie verhelderen (eventueel a.d.h.v. secundaire literatuur), soms moet je ook de tekst becommentariëren, de secundaire literatuur kritisch met elkaar vergelijken, aangeven welke interpretatie er volgens jou het sterkst is en waarom Op basis van deze vragen kan je een specifieke en scherp omlijnde opdracht of probleemstelling i.v.m. het zoeken naar informatie formuleren Literatuuronderzoek Soms geeft de docent je de opdracht om een paper te schrijven op basis van een nauwgezette lectuur van een primaire tekst (vb. een tekst van Kant) die je in de les gelezen hebt en waarbij hij/zij niet verwacht dat je secundaire literatuur (vb. teksten over Kants geschriften) raadpleegt. Vaak dien je echter zelf op zoek te gaan naar primaire en/of secundaire literatuur. Hieronder geven we je enkele zoektips. 1. Formuleer op basis van je onderzoeksvraag goede zoektermen en combineer die eventueel door middel van booleaanse operatoren. Kant AND (punishement OR penalty) Om goede zoektermen te vinden, kan je starten met een sleutelwoord en van daaruit op zoek gaan naar synoniemen, vertalingen, engere, bredere en gerelateerde termen en spellingsvarianten. Soms kan je in een encyclopedie-artikel over je onderwerp (en de bibliografie daarbij) inspiratie vinden voor goede zoektermen. Eens je enkele goede publicaties over je onderwerp gevonden hebt, kom je bij het lezen meestal nog op nieuwe zoektermen uit. 2. Gebruik deze gecombineerde zoektermen bij je zoekactie in zoekmachines en databanken. Soms kan je bij de zoekresultaten een samenvatting (abstract) oproepen, wat het mogelijk maakt om snel te beslissen of een publicatie interessant is om je onderzoeksvraag te beantwoorden. De meeste databanken beschikken over een functie om zoekresultaten te exporteren. Zoek in Limo, bij voorkeur onder geavanceerd zoeken, zodat je een zoekveld kan specifiëren (vb. het veld auteur als je primaire teksten zoekt). Limo doorzoekt automatisch andere databanken zoals JSTOR, Web of Science en Oxford Handbooks Online. Wanneer je in Limo niet voldoende vindt of wanneer je aan je BA-paper of MA-thesis werkt, zoek dan ook in Philosopher s Index en International Philosophical Bibliography. Je kan die databanken via Limo oproepen door de namen van deze databanken in het titelveld in te voeren en onder materiaaltype databank te selecteren. Je kan ook PhilPapers en Google Scholar raadplegen, die gratis online beschikbaar zijn. 3. Zoek verder literatuur door de verwijzingen en bibliografie in interessante publicaties die je al gevonden hebt te bekijken. Als je een belangrijke publicatie over je onderwerp gelezen hebt, dan kan je via Web of Science (cited reference search) en Google Scholar zoeken naar andere publicaties (1) waaraan deze publicatie refereert en (2) die refereren aan deze publicatie. Meer gedetailleerde informatie over het formuleren van een goede zoekopdracht en handleidingen bij de hierboven vermelde databanken en zoekmachines vind je in de cursus Onderzoeksvaardigheden binnen de Toledo-module Eigenwijs. 5

6 2. Structuur Zorg ervoor dat je werk logisch opgebouwd en evenwichtig gestructureerd is. Elk onderdeel en elke paragraaf moet voldoende uitgewerkt zijn en één onderwerp behandelen. Breng binnen elke paragraaf structuur aan door gebruik te maken van alinea s. Een paragraaf bestaat uit meerdere alinea s. De titels en ondertitels moeten kort en betekenisvol zijn en corresponderen met de inhoud van het onderdeel of de paragraaf. Vóór en eventueel ook achter de titels van onderdelen en paragrafen voeg je een witregel in. Gebruik bij de nummering van de titels van onderdelen en paragrafen de numerieke indeling: 1., 1.1., , , 1.2., , , 2 In de eerste zin van de tekst die volgt op een (onder)titel moet je de woorden van de (onder)titel indien nodig herhalen. Als je indeling klaar is, dan heb je meteen ook een basis voor een korte inhoudsopgave. De inhoudsopgave plaats je bij voorkeur aan het begin van je scriptie. Bij een korte paper is het niet nodig een inhoudsopgave op te nemen. 3. Opmaak 3.1. Tekst Kies voor je werk een sobere, goed leesbare opmaak. Voor de basistekst gebruik je lettertype Times New Roman, punt 12 en interlinie 1,5. Voor de voetnoten neem je hetzelfde lettertype, maar punt 10. Voeg geen witregels in tussen alinea's. Spring in bij de eerste lijn van elke alinea, behalve bij de eerste alinea. Vul je tekst uit (uitgevulde tekst is tekst die bij de linker- en rechtermarge is uitgelijnd). Cursief gebruik je enkel in de volgende gevallen: om begrippen of zinnen te benadrukken. Je onderstreept geen zinnen, zinsdelen of woorden om iets te benadrukken. Maak ook geen overdreven gebruik van het cursiveren om woorden te benadrukken. Gedreven door een oneindige metafysische behoefte, denkt en handelt de mens alsof hij eeuwige waarheden en waarden schept. voor anderstalige woorden en begrippen, behalve de in het Nederlands courant gebruikte. (De in het Nederlands courant gebruikte woorden uit andere talen vind je in de Woordenlijst Nederlandse Taal en Van Dale Online, cf. infra.) Begrippen die belangrijk zijn in het denken van een anderstalige filosoof worden vaak in de originele taal vermeld. Wetenschappelijke termen worden soms in een andere taal weergegeven, vb. in het Latijn of Engels. Soms blijven deze anderstalige termen en begrippen onvertaald, soms worden ze naar het Nederlands vertaald en staat het originele woord tussen haakjes. Voorbeeld 1: Ook wanneer de vraag naar la connaissance de soi wordt gesteld, komt Pascal gelijkaardige tegenstrijdigheden op het spoor. Nemen we als voorbeeld het bekende fragment over de eigenliefde (l amourpropre). De tegenstrijdige ervaring van een even onuitwisbaar als onstilbaar verlangen naar geluk is volgens Pascal de kern van zowel de menselijke misère als de grandeur, een begrippenpaar dat hij hanteert om la condition humaine te karakteriseren en dat hem finaal op het spoor zet van de waarheid over de mens. In de meest algemene zin verwijst misère naar de onmiskenbare ervaring niet gelukkig te zijn. 6

7 Voorbeeld 2: Voor Descartes laat de menselijke ziel zich kennen via twee (kennis)modi of primitieve noties: enerzijds manifesteert zij zich als zuiver denkvermogen (cogito), anderzijds als eenheid met het lichaam (l union de l âme avec le corps). De laatste primitieve notie op basis waarvan we de ziel kunnen benaderen, l union de l âme avec le corps, is vrijgesteld van elke verdere analyse en interpretatie. bij titels van boeken en tijdschriften die je in je tekst vermeldt. Voorbeeld 1: In navolging van Stendhal die in zijn La Chartreuse de Parme de hoofdfiguur Fabrice laat ronddolen over het slagveld van Waterloo om vast te stellen dat hij er totaal niets van verstaat, staat het gewapend conflict in Oorlog en vrede daarom symbool voor de algehele onoverzichtelijkheid van de geschiedenis: de grote actoren van de napoleontische oorlog worden hier voorgesteld als onbenullige spelers die zich, zonder kennis van zaken, begeven in een kluwen dat ze niet kunnen vatten, laat staan beheersen. Voorbeeld 2: Deze laatste uitspraak waarmee Descartes de mens lijkt te verheffen tot een goddelijk wezen vereist een nauwkeuriger inzicht in zijn concept van de vrije wil, zoals die respectievelijk aan bod komt in de Meditaties en in De passies van de ziel. in bibliografische referenties (cf. infra). bij een opdracht of motto aan het begin van een tekst. Enkele aanhalingstekens gebruik je: bij begrippen die we nog niet tot de onze gemaakt hebben. Op die manier voltrekt zich de euthanasie of auto-euthanasie van de metafysica. Hij wijst het belang van emoties niet af, maar hij verzet zich tegen de idee dat die gevoelens rechtstreeks kunnen worden ingevoeld. bij termen die we de connotatie van zogenaamd willen meegeven. Voorbeeld 1: De zoektocht naar de juiste interpretatie van Augustinus leer over de zondeval vormde dan ook één van de belangrijkste filosofische en theologische discussiepunten van de 17e eeuw, niet in het minst omdat de verschillende partijen zich in de context van het hevige debat over de vrijheid en de genade wilden beroepen op de autoriteit van de kerkvader. Voorbeeld 2: Ten eerste situeer ik de plaats van Diltheys metafysicakritiek in zijn oeuvre en presenteer ik zijn oplossing voor de metafysische antinomie. om naar de term zelf te verwijzen 7

8 Voorbeeld 1: Het feit dat de term objectief idealisme is ontleend aan Hegel impliceert echter niet dat Collingwood een slaafse navolger is van Hegels systeem. Voorbeeld 2: [...] wat hij de restauratiethesis noemt. in citaten binnen citaten (cf. infra) Dubbele aanhalingstekens gebruik je bij titels van artikels in tijdschriften of van hoofdstukken in boeken die je in je tekst vermeldt In Indeterminacy and Variability in Meta-Ethics (2009) beweert Michael Gill dat meta-ethici in de 20e eeuw zijn uitgegaan van een vooronderstelling: ze hebben aangenomen dat het morele uniform is. bij citaten die je in je tekst opneemt (cf. infra) en in bibliografische referenties (cf. infra) 3.2. Titels, kop- en voetteksten In korte papers typ je de ondertitels vet (geen cursief, onderlijning, sierletters of kleuren). Voor de titel van je paper kies je lettergrootte 16, vet. In een langere scriptie of thesis kun je voor titels een groter lettertype of een speciale tekstopmaak (vb. vet, cursief) gebruiken (maar geen onderlijning, sierletters of kleuren), bijvoorbeeld 1. Vet 1.1. Cursief 1.2. Cursief Romein (= gewone letter, zonder cursivering of vet) Romein 2. Vet De voettekst gebruik je voor de paginanummering. Vergeet niet om paginanummers in te voeren! 3.3. Voetnoten Voetnoten worden doorlopend genummerd (met 1, 2, 3, ) en staan onderaan de bladzijde. Elk tekstverwerkingsprogramma heeft de mogelijkheid om de noten automatisch te nummeren en om de nodige plaats ervoor te voorzien. In Word voeg je voetnoten in met Verwijzingen, Voetnoot invoegen. De voetnootnummers worden na het leesteken geplaatst (maar vóór een gedachtestreepje ). Bij een citaat volgen ze op xxx. of op xxxx. Voor voorbeelden, cf. infra, 5. Voetnoten kan je gebruiken om: te verwijzen naar je bronnen (maar niet in het auteur-jaarsysteem, cf. infra 4.3.2) een vertaling weer te geven van een citaat dat in de originele taal werd opgenomen (of omgekeerd) bijkomende citaten op te nemen als aanvulling in gesprek te gaan met bijkomende secundaire literatuur je bewering te nuanceren of verder aan te vullen, wanneer deze nuances of aanvullingen wel waardevol zijn, maar niet onmiddellijk nuttig voor het verloop van je scriptie te verwijzen naar beweringen elders in je werk. 8

9 4. Taalgebruik Besteed voldoende aandacht aan grammatica, woordkeuze, spelling en vertaling van woorden uit andere talen. Bij twijfel over een grammaticale constructie, de juiste woordkeuze, de correcte schrijfwijze of een vertaling kan je onder andere de volgende onlinebronnen raadplegen: Nederlandse spelling: Woordenlijst Nederlandse taal ( spellingsregels: verklarend woordenboek: Dikke Van Dale online (via Limo, snelkoppeling via de website van FBIB) ook voor spelling van woorden die niet in de Woordenlijst Nederlandse taal staan vertaalwoordenboeken: Van Dale online grammatica: Algemene Nederlandse spraakkunst ( taaladvies over o.a. spelling, grammatica, woordkeuze en interpuntie, met de mogelijkheid om taalvragen in te sturen: van de VRT: VRT Taalnet ( van de Nederlandse Taalunie: Taalunieversum: Hieronder vind je enkele aandachtspunten in verband met taalgebruik bij het schrijven van filosofische papers Spelling Als je werk helemaal klaar is, controleer de spelling dan zeker met de spellingscontrole van je tekstverwerkingsprogramma, maar wees je ervan bewust dat de spellingscontrole niet alle fouten vindt of soms woorden als fout aangeeft die het niet zijn (vooral de dt-regel kent de spellingscontrole niet). Hieronder vind je een verwijzing naar (de nummers van) enkele spellingsregels, die je kan terugvinden op Deze regels verdienen bijzondere aandacht bij het schrijven van een filosofische tekst, omdat er vaak fouten tegen gemaakt worden. De voorbeelden zijn correct gespelde woorden. 6. Los, aaneen of met een koppelteken? eerstepersoonsperspectief, pseudowetenschappelijk, antimetafysisch, non-conformistisch, laatmiddeleeuws, neoplatonisme, premodern, diepmenselijk, integendeel eropna houden, ervan uitgaan 6.3. nationaalsocialistisch, sociocultureel liberaal-democratisch, politiek-filosofisch 6.5. a priori, a-priorisch 6.7. (2) ad hoc, ad-hoctheorie, déja vu, déjà-vugevoel, in memoriam, in-memoriamartikel Er zijn te veel artikels. Er is een teveel aan artikels. 7. Klinkerbotsing meta-ethiek, socio-economisch 8. Samenstelling met tussenletters e of en gedachteconstructie, gedachte-experiment, waardeoordeel 12. Engelse samenstellingen en woordgroepen aaneen of los 9

10 sciencefiction, common sense, commonsenseopvatting 14. Bezitsvorm van zelfstandige naamwoorden Kants Kritik der reinen Vernunft, Pascals Pensées, Foucaults Les mots et les choses Plato s Staat, Al-Kindi s filosofie, Heytesbury s collega s, Derrida s Politiques de l amitié Humes theorie, Nietzsches gedachten Diltheys stelling, Rousseaus werken, Montesquieus invloed, Belgiës filosofen Anselmus godsbewijs, Rawls politieke filosofie, Marx werk, Bush toespraak, Marquez romans, Clarence boek 16. Hoofdletters of kleine letter? kantiaans, freudiaans, aristotelisch Angelsaksisch, protestants, westers, het Westen christendom, islam, Bijbel, Koran(vertaling), God (Hij; Zijn Geest) 4.2. Woordkeuze Anderen, meesten en beiden (met n) verwijzen naar personen. Voor zaken gebruiken we andere, meeste en beide. Het boekje biedt vijftig leefregels om toch enige gelukzaligheid te bekomen in dit leven; de meeste ervan zijn te lang om aforismen genoemd te worden. Die en dat verwijzen terug naar een persoon of zaak die al eerder genoemd is, deze en dit wijzen vooruit. Je bent verlegen. Dat heb ik je al gezegd. Dit moet ik je nog zeggen: je bent gisteren onze afspraak vergeten. De of het? Voor een wijsgerig denkbeeld gebruiken we de idee, niet het idee. De opzet van het onderzoek is (het opzet is meestal een snood plan, vb. met het opzet te doden) Anders dan in het Engels vormen we in het Nederlands de vergrotende en overtreffende trap meestal niet met meer en meest. uitgebreider, uitgebreidste; niet: meer uitgebreid, meest uitgebreide 4.3. Grammatica Als je door middel van hij/zij/het, hem/haar/het of zijn/haar verwijst naar een zelfstandig naamwoord, gebruik dan het woord met het correcte geslacht. vb. religie, filosofie, wetenschap, religie, metafysica, logica, belangstelling, theorie, encyclopedie: vrouwelijk, dus zij/haar. godsdienst, tekst: mannelijk, dus hij/hem/zijn Daarom blijft voor Collingwood het wetenschappelijk statuut van een historische metafysica behouden, ook al heeft zij haar algemeen geldende eeuwige pretenties grotendeels opgegeven. Volgorde werkwoorden in de werkwoordelijke eindgroep: in de werkwoordelijke eindgroep moeten de hulpwerkwoorden altijd bij elkaar blijven. Het voltooid deelwoord staat ervoor of erachter. Ik ben het ermee eens dat deze gedachten nog voorgesteld moeten worden / moeten worden voorgesteld (niet: moeten voorgesteld worden). 10

11 Ondoordringbaarheid van de werkwoordelijke eindgroep: in een werkwoordelijke eindgroep mogen alleen maar werkwoorden voorkomen. Andere woordsoorten moeten voor de werkwoorden geplaatst worden. Bij de brand van de bibliotheek hebben we duizenden manuscripten verloren zien gaan (niet: zien verloren gaan). Hij benadrukt dat hij de visie van de analytische filosofen uitgebreid ter sprake zal brengen (niet: zal ter sprake brengen). Het zijn stellingen waar wij dieper over willen nadenken (niet: willen over nadenken). Het woord om wordt altijd met te gecombineerd als er een infinitief volgt. Het is boeiend om te onderzoeken in welke mate Kant beïnvloed is door Hume Vertalingen Wanneer je een woord, zin of passage zelf vertaalt, besteed dan zorg aan het vinden van de juiste vertaling in de gegeven context. Zoek indien nodig in de Online Van Dale de verschillende mogelijke betekenissen op. Wees op je hoede voor valse vrienden, woorden uit verschillende talen die qua vorm en klank op elkaar lijken, maar een andere betekenis hebben. Voorbeelden van valse vrienden: Engels: since betekent niet alleen sinds, maar ook aangezien; to engage betekent niet zich engageren, maar o.a. zich bezighouden met ; to overcome is niet overkomen, maar overwinnen ; Duits: Gesellschaft betekent niet gezelschap, maar maatschappij ; de betekenis van verständlich is niet verstandelijk, maar verstaanbaar of begrijpelijk Interpunctie en spaties Gebruik leestekens op de juiste manier en let ook op het gebruik van spaties vóór en na de leestekens: geen spatie voor, wel één spatie na: punt, komma, uitroepteken, vraagteken, dubbelepunt, puntkomma, vb. xxxx. xxxxx, xxxx! xxxx? xxxx: xxxx; xxxx. één spatie voor en na gedachtestrepen. Gedachtestrepen zijn lang: (= em-streep). In Word voeg je ze in via: invoegen symbool meer symbolen speciaal em dash. spatie vóór eerste en na laatste (behalve als er een leesteken volgt) bij: haakjes, enkele en dubbele aanhalingstekens, vb. (xxxx) of [xxxx] of <xxxx> of xxxx of xxxx. 5. Bibliografische referenties 5.1. Het belang van bibliografische referenties Bij het schrijven van een academisch werkstuk (paper, scriptie, thesis) is het belangrijk de lezer zo correct en volledig mogelijk te informeren over de gebruikte bronnen. Een verwijzing naar een bron is een bibliografische referentie. Je voegt bibliografische referenties toe in je tekst of in de voetnoten bij je tekst. Meestal neem je ook bibliografische referenties op in een bibliografie (= literatuurlijst) op het einde van je tekst. Het is van essentieel belang om voor iedere bron een volledige bibliografische referentie te geven. Een referentie moet de lezer in staat stellen de bron waarnaar verwezen wordt zo snel en zo gemakkelijk mogelijk terug te vinden. Besteed voldoende aandacht aan je bibliografie en 11

12 de referenties bij je tekst, want correctoren zien er aandachtig op toe dat ze volgens de regels zijn opgesteld. Waarom moet je werk een bibliografie en correcte verwijzingen bij je tekst bevatten? Je maakt duidelijk welke ideeën, theorieën en conclusies het resultaat zijn van je eigen onderzoek en welke je ontleent aan anderen. Zo krijgt iedereen erkenning voor zijn of haar bijdrage aan het debat. Je toont de lezer op welke bronnen je werk gebaseerd is. Je biedt je lezer de mogelijkheid je bronnen op te sporen. Zo kan hij/zij nagaan of de informatie die je biedt op relevante bronnen steunt en beoordelen of die informatie betrouwbaar is. Hij/zij kan ook controleren of je de informatie uit andere bronnen adequaat hebt weergegeven. Je wijst de lezer de weg naar andere bronnen over je onderwerp. De lezer kan uit je bibliografie afleiden dat je vertrouwd bent met de standaardliteratuur in het onderzoeksdomein Opstellen van bibliografische referenties aan het HIW Binnen het HIW volgen we de richtlijnen van de Chicago Manual of Style, 17th edition ( Via Limo kan je, als je ingelogd bent, de volledige Chicago Manual of Style Online raadplegen, die zeer uitgebreide richtlijnen bevat. Een korte handleiding (quick guide) is gratis beschikbaar: De Chicago Manual of Style bevat zowel richtlijnen voor het citaat-nootsysteem als voor het auteur-jaarsysteem. Binnen het HIW bestaat er een Handleiding voor het opstellen van bibliografische referenties aan het HIW: citaat-nootsysteem en een Handleiding voor het opstellen van bibliografische referenties aan het HIW: auteur-jaarsysteem. Ze bieden een samenvatting van de Chicago Manual of Style Online met voorbeelden uit de filosofie en aanwijzingen voor het opstellen van referenties in het Nederlandse taalgebied. Je vindt deze handleidingen hier: Voor complexe gevallen moet je de Chicago Manual of Style Online raadplegen. Het is de bedoeling dat je bij de redactie van je papers en voor je scripties die handleiding volgt Gegevens voor de bibliografische referenties Hoe je de bibliografische referenties opstelt, hangt af van de citatiestijl die je kiest (cf. infra). Sommige citatiestijlen gebruiken meer gegevens dan andere. Het is belangrijk dat je bij het raadplegen van een bron zo veel mogelijk gegevens noteert of digitaal opslaat om te vermijden dat je op het laatste nippertje nog extra gegevens van referenties moet opzoeken (vb. uitgever, pagina's). De tabel op de volgende pagina kan je helpen de nodige gegevens te verzamelen. De verklaring van deze gegevens achter de tabel bevatten al informatie over de stijl die we aan het HIW gebruiken, de Chicago-stijl (cf. supra, 4.2). 12

13 Boek Hoofdstuk uit boek Tijdschriftartikel Webpagina voornaam + naam auteur(s) voornaam + naam auteur(s) van het hoofdstuk voornaam + naam voornaam + naam auteur(s) van het auteur(s) artikel verantwoordelijke(n) van de inhoud titel + ev. ondertitel titel + ev. ondertitel titel + ev. ondertitel titel van pagina/ (soms titel van werk van hoofdstuk dat uit verschillende delen bestaat) van het artikel document (ev.) vertaler(s) en/of redacteur (s) en/of editor(s) van editie bij heruitgave: editie (vb. 4e ed.) bij werk met delen: aantal delen (vols.) of nummer en titel van bep. boekdeel (ev.) reeks waarin het boek verschenen is + nummer in reeks plaats van publicatie + uitgever + publicatiejaar redacteur(s) of auteur(s) van het boek bij heruitgave: editie (vb. 4e ed.) bij werk met delen: aantal delen (vols.) of nummer en titel van bep. Boekdeel (ev.) reeks waarin het boek verschenen is + nummer in reeks plaats van publicatie + uitgever + publicatiejaar paginanummers van het hoofdstuk indien digitaal: indien digitaal: * online: doi (of URL doi (of URL indien indien geen doi geen doi beschikbaar) beschikbaar) * andere types: medium, vb. cd-rom, pdf e-book titel van het tijdschrift jaargang (vol.) en nummer (issue) van het tijdschrift publicatiejaar van het tijdschrift paginanummers van het artikel indien digitaal: doi (of URL indien geen doi beschikbaar) of publicatiedatum of datum van recentste bewerking datum waarop jij de webpagina bezocht hebt (indien geen doi) doi (of URL indien geen doi beschikbaar) Enkele van de gegevens in de tabel verklaren we nader: Een vertaler heeft een vertaling gemaakt van de bron. Vaak heeft hij/zij ook een inleiding en commentaar bij de vertaalde tekst geschreven. In een bibliografische referentie aan een vertaling moet je steeds de vertaler vermelden. Terminologie: Ned. vertaald door (vert.), Eng. translated by (trans.), Fr. traduit par (trad.), Duits: übersetzt von (übers.) Een redacteur (of editor) heeft een publicatie begeleid. Hij/zij heeft de teksten van de auteurs die meewerkten aan de publicatie verzameld, nagelezen en geüniformiseerd, contacten met de commerciële uitgever gelegd en eventueel een inleiding of nawoord geschreven. Soms heeft de redacteur zelf ook een bijdrage geschreven. Er is gewoonlijk een redacteur bij de publicatie van een verzamelbundel, bloemlezing, tijdschrift, naslagwerk en 13

14 het verzameld werk van een auteur. In een bibliografische referentie vermelden we de redacteur, behalve bij een tijdschriftartikel. (De gastredacteur van een themanummer wordt soms wel vermeld.) Terminologie: Ned. onder redactie van (red.), Eng. edited by (ed.), Fr. sous la direction de (dir.), Duits: herausgegeben von (hrsg.) Een wetenschappelijke uitgever/editor heeft een (kritische) editie gemaakt van een bron. Hij/zij heeft vaak ook een inleiding bij de editie geschreven waarin de principes worden uitgelegd waarop de editie is gebaseerd. In een bibliografische referentie moet je de wetenschappelijke uitgever steeds vermelden. Terminologie: Ned. uitgegeven door (uitgeg.), Eng. edited by (ed.), Fr. édité par (éd.), Duits: herausgegeben von (hrsg.) Sommige publicaties bestaan uit verschillende delen. Voorbeelden hiervan zijn het verzameld werk van een auteur, naslagwerken en uitgebreide historische overzichten. Meestal moet je in een bibliografische referentie ook het deel vermelden (bij een naslagwerk dat alfabetisch opgebouwd is, hoeft dat niet altijd.) Terminologie: Ned. deel (dl.), Eng. volume (vol.), Fr. tome (t.), Duits. Band (Bd.) Sommige publicaties verschijnen binnen een reeks, uitgegeven door een uitgeverij of een onderzoeksinstelling en onder redactie van een redacteur of redactiecomité. Binnen sommige reeksen krijgt elke publicatie een nummer (soms aangeduid als vol.), maar dat is niet altijd het geval. In een bibliografische referentie ben je meestal niet verplicht de reekstitel te vermelden, maar het kan interessant zijn, omdat hij een aanduiding geeft van de kwaliteit en inhoud van de publicatie. Vb. Grote Klassieken (reeks van uitgeverij Boom), Modern Chinese Philosophy (reeks van Brill), Oxford Fundamentals of Philosophy (reeks van Oxford University Press), Bibliothèque de la Pléiade (reeks van uitgeverij Gallimard), Angewandte Ethik (reeks van Karl Alber Verlag), Ancient and Medieval Philosophy (reeks van het De Wulf-Mansioncentrum van het HIW). terminologie: Ned. reeks, Fr. collection, Eng. series of collection, Duits Reihe De plaats van publicatie is de stad waar de hoofdzetel van de redactie van de uitgeverij gevestigd is. De staat of het land wordt enkel toegevoegd als de stad verward kan worden met een andere stad (vb. Cambridge in Engeland of in Massachusetts). Wanneer de publicatie meer dan één stad vermeldt, moet je maar één stad opnemen. Enkel wanneer de publicatie door twee of meer uitgeverijen is uitgegeven, moet je ook de verschillende steden vermelden. De uitgeverij mag je niet verwarren met de drukkerij. In een bibliografische referentie vermeld je enkel de uitgeverij. Sommige uitgeverijen hebben verschillende fondsen of imprints. Continuum en T & T Clark zijn bijvoorbeeld imprints van uitgeverij Bloomsbury. Terminologie: Ned. uitgeverij, Eng. publisher, Fr. éditeur/éditions, Duits Verlag. Publicatiejaar: Als er twee of meer copyright-data in het boek staan, is de recentste datum de publicatiedatum en de oudere die van vroegere uitgaves. Herdrukken en heruitgaves Als een werk ongewijzigd herdrukt is binnen een kleine tijdsspanne (vb. 2e uitgave), dan moet je dat niet vermelden. Als een boek herdrukt wordt en er is een groot tijdsverloop tussen de originele druk en de herdruk (vb. facsimile herdruk van een renaissance-editie), dan moet je zowel de publicatiedetails van de originele editie als van de herdruk vermelden. Bij een heruitgave is de inhoud van het werk gewijzigd ten opzichte van de eerste uitgave, vb. uitgebreid, verbeterd of geactualiseerd. Als een boek heruitgegeven is door 14

15 de originele uitgever of door een andere uitgever, dan moet je de publicatiegegevens over de originele uitgave (vooral het publicatiejaar, eventueel ook plaats en uitgever) enkel toevoegen als die relevant zijn, bijvoorbeeld als het voor je lezer nuttig is te weten wanneer het werk voor het eerst verschenen is. In sommige referentiesystemen (niet bij de Chicago-stijl) wordt de heruitgave met een exponent bij het jaar van uitgave aangeduid, vb = 4e uitgave, Soms wordt het jaar waarin een publicatie voor het eerst verschenen is tussen ( ) of [ ] vermeld in de referentie. Terminologie heruitgave: Ned. herziene en vermeerderde uitgave, Eng. revised and augmented/enlarged edition, Fr. nouvelle édition révisée et augmentée, Duits überarbeitete und erweiterte Auflage. Terminologie facsimile uitgave: Ned. fotomechanische of anastatische herdruk, Eng. reprint, Fr. édition en fac-similé, Duits Faksimileausgabe. Alle nummers van een tijdschrift die in één jaar uitgegeven zijn vormen een jaargang. In een bibliografische referentie moet je de jaargang en het publicatiejaar vermelden. Bij referenties volgens de Chicago Style moeten de maand (vb. June) of het seizoen (vb. Spring) van publicatie of het nummer (vb. nr. 3) binnen een jaargang niet vermeld worden, tenzij de paginanummering niet doorloopt over de verschillende nummers binnen een jaargang. Terminologie: Ned. jaargang en nummer/aflevering, Eng. volume en issue, Fr. année en numéro, Duits Jahrgang en Nummer/Heft Bij documenten die je online geraadpleegd hebt, is het volgende onderscheid belangrijk: 1. De publicatie op een webpagina behoort tot één van de soorten formele publicaties, zoals boeken, bijdrages of hoofdstukken in een boek of tijdschriftartikels. Dergelijke publicatie bevat gewoonlijk paginanummers. Volg de richtlijnen voor deze publicaties (voor boeken, tijdschriftartikels enz.) en vermeld dan op het einde van je referentie een doi of, als er geen doi beschikbaar is, de URL. Je moet niet vermelden op welke datum je de webpagina geraadpleegd hebt. De doi of digital object identifier is een identificatiemiddel voor een bestand op het web. De doi verandert niet, ook niet als het internetadres verandert. Als je naar gaat en aan dit adres de doi toevoegt, word je naar het bestand geleid. Je vindt de doi van tijdschriftartikels meestal op de eerste pagina van het artikel. De URL of uniform resource locator van een publicatie is het adres van de webpagina waarop je deze publicatie kan terugvinden. Wanneer de publicatie van de webpagina verdwijnt of van plaats verandert, leidt de URL je (in tegenstelling tot de doi) niet meer naar de publicatie. Soms zijn er digitale edities van oude werken waarop geen auteursrecht meer rust gratis online beschikbaar. Als je niet kan achterhalen welke editie gebruikt is om de online tekst op te stellen, is het veiliger om een gedrukte editie te raadplegen. Als het helder is welke editie je raadpleegt, maar de paginanummers niet duidelijk zijn, kan je ook beter een gedrukte editie raadplegen (anders moet je verwijzen naar hoofdstukken of secties in plaats van paginanummers, wat minder specifiek is). Ook als je online foto s van de editie raadpleegt, is het goed de URL te vermelden. Boeken die je tegen betaling of gratis gedownload hebt via een bibliotheek, boekhandel of uitgeverij hebben meestal een gedrukte tegenhanger. Omdat er verschillen kunnen zijn tussen de gedrukte en digitale versie, moet je het digitale formaat (vb. Kindle edition, PDF e-book, Microsoft Reader e-book, Palm e-book) 15

16 vermelden. Deze aanduiding moet achter alle andere bibliografische gegevens komen. Omdat digitale formaten niet altijd stabiele paginanummers hebben (paginering kan afhangen van het tekstformaat), zijn ze niet echt geschikt om naar te verwijzen in academische publicaties. In plaats van naar een paginanummer moet je naar bvb. een hoofdstuk of sectie verwijzen. Verwijs dus niet naar een digitale versie van boeken waarvan er een gedrukte versie beschikbaar is. 2. Het document op een webpagina valt niet onder één van de soorten formele publicaties. Volg voor dergelijk document, dat gewoonlijk geen paginanummers heeft, de richtlijnen voor documenten op een webpagina. Vermeld de doi of, als er geen doi beschikbaar is, de URL en de datum waarop je de website geraadpleegd hebt. Merk op dat het Engelse woord editor (cf. edited by ) kan verwijzen (1) naar de redacteur van een verzamelwerk of (2) naar de wetenschappelijke uitgever van een teksteditie. Het Engelse volume kan verwijzen naar (1) de jaargang van een tijdschrift, (2) één deel van een meerdelig werk of (3) een boek dat binnen een reeks verschenen is Twee systemen van bibliografisch refereren Er bestaan twee systemen om bibliografische referenties op te nemen in je tekst en bibliografie: het citaat-nootsysteem en het auteur-jaarsysteem Citaat-nootsysteem In het citaat-nootsysteem gebruik je genummerde noten die corresponderen met getallen (in superscript) in de tekst. De noten kunnen (1) voetnoten of (2) eindnoten zijn. (1) Je plaats in de tekst een voetnootnummer, vermeldt in de voetnoot onderaan de bijhorende bibliografische referentie(s) en voegt op het einde van het werk een bibliografie in. (2) Een variant hierop is dat je in de tekst zelf een eindnootnummer plaatst en in de eindnoot op het einde van de tekst de bijhorende bibliografische referentie(s). Aan het HIW gebruiken we geen eindnoten, enkel voetnoten. Tekst Een diagnose in de psychiatrie heeft niet te bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Volgens psychiater Van Os is normaliteit immers een vaag en niet af te grenzen begrip. 1 Voetnoot 1 Jim Van Os, De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek in een nieuwe GGZ (Leusden: Diagnosis, 2014). Bibliografie Van Os, Jim. De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek in een nieuwe GGZ. Leusden: Diagnosis, Het citaat-nootsysteem wordt meestal gebruikt door onderzoekers in het domein van de letteren en geschiedenis. Binnen de filosofie wordt het citaat-nootsysteem meestal aangewend in de continentale traditie en in publicaties die verwijzen naar verschillende historische bronnen. Bij verwijzingen naar auteurs uit de oudheid of middeleeuwen wordt bijvoorbeeld meestal het citaat-nootsysteem toegepast, omdat het publicatiejaar van hun werken (dat bij het auteur- 16

17 jaarsysteem bij de referentie in de tekst zelf vermeld wordt) vaak niet gekend is en een verwijzing naar het publicatiejaar van een recente editie (vb. Plato 2014) vreemd is. Een voordeel van het citaat-nootsysteem is dat het flexibel is. In de voetnootverwijzing kan de onderzoeker commentaar op de geciteerde bron toevoegen, wat hem/haar een grote vrijheid biedt om zijn/haar eigen positie ten aanzien van de bron te verduidelijken. Bovendien is het gemakkelijker om in voetnoten te verwijzen naar ongewone bronnen (vb. e- mailcorrespondentie, weblecture, flyer). Bij sommige citatiestijlen is een nadeel verbonden aan het citaat-nootsysteem. Door de vele afgekorte referenties wanneer je naar eenzelfde bron verwijst in voetnoot (vb. Ibid., Id., op. cit. loc. cit., art. cit.) kan de lezer het overzicht verliezen. In de Chicago-stijl stelt zich dat probleem niet omdat deze citatiestijl bij herhaling enkel Ibid. gebruikt en verder met afgekorte voetnootreferenties (Naam auteur, Afgekorte titel, pagina s) werkt, zodat de referentie duidelijk is. Binnen het citaat-nootsysteem met voetnoten zijn drie varianten mogelijk. (1) Bij de eerste referentie aan een bepaalde bron wordt de volledige bibliografische referentie gegeven in voetnoot. Bij een referentie aan een artikel of een hoofdstuk in een boek wordt begin- en eindpagina van de bijdrage niet vermeld, maar wel de pagina s die voor deze passage gebruikt zijn. Vanaf de tweede vermelding van dezelfde bron wordt een referentie in verkorte vorm gebruikt. Achteraan neem je een bibliografie op. Aan het HIW leren we deze variant aan. (2) Bij de eerste referentie aan een bepaalde bron wordt de volledige bibliografische referentie gegeven in voetnoot of eindnoot. Bij een referentie aan een artikel of een hoofdstuk in een boek wordt dan begin- en eindpagina van de bijdrage vermeld, met tussen haakjes de betreffende pagina s: x-y (pp. a-b). Vanaf de tweede vermelding van dezelfde bron wordt een referentie in verkorte vorm gebruikt. Artikels met dergelijke referenties bevatten achteraan meestal geen aparte bibliografie meer. (3) Alle bibliografische referenties in de voetnoten zijn afgekort. De lezer vindt de volledige referentie in de bibliografie Auteur-jaarsysteem Bij het auteur-jaarsysteem vermeld je in de tekst zelf tussen haakjes de bijhorende bibliografische referentie(s) in verkorte vorm: naam van de auteur, jaartal, eventueel paginanummers. De volledige referentie geef je in de bibliografie op het einde van het werk. Tekst Een diagnose in de psychiatrie heeft niet te bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Volgens psychiater Van Os is normaliteit immers een vaag en niet af te grenzen begrip (Van Os 2014, 27). Bibliografie Van Os, Jim De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek in een nieuwe GGZ. Leusden: Diagnosis. Het auteur-jaarsysteem wordt meestal gebruikt door onderzoekers in de biomedische, exacte, gedrags- en sociale wetenschappen. Binnen de filosofie wordt het auteur-jaarsysteem meestal aangewend in de Angelsaksische traditie. Het werkt het best wanneer de bibliografie over je onderwerp sterk gespecialiseerd en homogeen is (vb. geen literaire en exact wetenschappelijke bronnen door elkaar). 17

18 Een voordeel van het auteur-jaarsysteem is dat het overzichtelijk en plaatsbesparend is en dat je bij het lezen van de tekst de publicatiedatum van het werk waarnaar verwezen wordt onmiddellijk ziet. Een nadeel is dat het niet bruikbaar is voor verwijzingen naar auteurs uit de oudheid of de middeleeuwen, omdat meestal niet bekend is in welk jaar deze auteurs hun werk schreven Citatiestijlen Er zijn verschillende citatiestijlen in gebruik. Een citatiestijl is een geheel van regels, opgesteld door een academische vereniging of de redactie van een academisch tijdschrift of een boekenreeks, voor het samenstellen van bibliografische verwijzingen, zowel in uitgebreide als in verkorte vorm. De meeste citatiestijlen beschikken over een officiële stijlgids. The Chicago Manual of Style is een algemene citatiestijl, die zowel richtlijnen voor het citaatnootsysteem als voor het auteur-jaarsysteem bevat. Aan het HIW volgen we deze citatiestijl (cf. supra, 4.2). citaat-nootsysteem Batscha, Zwi, and Richard Saage. Friedensutopien: Kant, Fichte, Schlegel, Görres. Taschenbucher Wissenschaft 267. Frankfurt a. M.: Suhrkamp, Alston, William P., and Jonathan Bennett, Locke on People and Substances. The Philosophical Review 97 (1998): auteur-jaarsysteem Batscha, Zwi, and Richard Saage Friedensutopien: Kant, Fichte, Schlegel, Görres. Taschenbucher Wissenschaft 267. Frankfurt a. M.: Suhrkamp. Alston, William P., and Jonathan Bennett Locke on People and Substances. The Philosophical Review 97: Referenties bij de tekst Je moet in een werkstuk niet alleen een algemeen en volledig overzicht geven van alle geraadpleegde bronnen in de bibliografie, maar ook per onderdeel aanduiden welke publicaties je daar specifiek voor gebruikt hebt. Dat doe je door meerdere bronvermeldingen in je uiteenzetting op te nemen, ofwel in voetnoot (citaat-nootsysteem) ofwel in de tekst zelf (auteur-jaarsysteem) Hoe maak ik een goede verwijzing? Een verwijzing in de tekst of in voetnoot is bedoeld om je lezer bij het precieze fragment van de door jou gebruikte bron te brengen. Je noteert in deze referentie dus steeds de betreffende pagina's. Voorbeeld 1: citaat-nootsysteem Wat Schreber Weltuntergang noemt, verwijst naar de bevreemdende en catastrofale ervaring dat de wereld onwezenlijk wordt. Zo percipieert Schreber mensen als haastig in elkaar gezette mannen. 1 Wat hij waarneemt is niet echt, maar een zielloze, spookachtige werkelijkheid zonder samenhang en stabiliteit. In hoofdstuk XV van zijn memoires zegt Schreber dat hij soms de indruk heeft tussen rondwandelende lijken te bewegen. 2 1 Schreber, Daniel Paul, Denkwürdigheiten eines Nervenkranken (1903), hrsg. Samuel Weber. Frankfurt: Ullstein, 1973, Ibid., 231,

19 Voorbeeld 2: Auteur-jaarsysteem Wereld staat in de existentiële fenomenologie voor een bijzondere organisatie van percepties (Kusters 2014, ). Bibliografie Kusters, Wouter Filosofie van de waanzin. Rotterdam: Lemniscaat. Bij sommige klassieke werken (vb. van Aristoteles, Plato, Augustinus, Thomas van Aquino, Descartes, Kant, Hegel, Schopenhauer, Nietzsche) is het zo dat de verwijzing naar een bepaalde passage (boeken, hoofdstukken, regels) altijd op dezelfde wijze wordt opgesteld, ongeacht de gebruikte editie of vertaling. Plato, De Staat 360e-361b. Aristoteles, De an a14-24; Met b5-8. Augustinus, De civitate Dei Immanuel Kant, KrV A 99. Friedrich Nietzsche, MA I De an. = De anima (Over de ziel); Met. = Metaphysica; KrV = Kritik der reinen Vernunft (Kritiek van de zuivere rede); MA = Menschliches, Allzumenschliches Bij verwijzingen naar het werk van Plato zijn aanduidingen als 688e gebaseerd op de renaissance-editie (1578) van Henri Estienne of Stephanus. Bij referenties aan het werk van Aristoteles zijn aanduidingen als 184a16 gebaseerd op de editie van de Duitse 19e-eeuwse filoloog August Immanuel Bekker. Bij verwijzingen naar Kant refereren we aan de standaarduitgave, de Akademie-Ausgabe, een uitgave van de Königlich Preußische Akademie der Wissenschaften in Berlin, waarvan het eerste deel in 1900 verschenen is. In de eerste referentie vermeld je welke editie je gebruikt hebt en eventueel ook welke vertaling. Als je verschillende edities gebruikt, moet je bij elke verwijzing de editie (of een afkorting) vermelden. In een eerste referentie schrijf je bijvoorbeeld: Immanuel Kant, Kritiek van de zuivere rede, ten geleide, vertaling en annotaties Jabik Veenbaas en Willem Visser (Amsterdam: Boom, 2004). Oorspronkelijke tekst in: Kant, Kritik der reinen Vernunft (Hamburg: Meiner, 1998), A VII. Vanaf hier: Kant, KrV. Teksten van Nietzsche worden geciteerd naar de Kritische Studienausgabe (KSA) (Friedrich Nietzsche, Sämtliche Werke: Kritische Studienausgabe, hrsg. Giorgio Colli und Mazzino Montinari (München / Berlin: DTV / de Gruyter, 1980), steeds met het siglum van de tekst en eventueel het nummer van aforisme of aantekening, en daarna band- en paginanummer in de KSA. Waar ik een Nederlandse vertaling geef, is die van mijzelf Hoe vaak moet ik verwijzen naar mijn bronnen? Als je voor een bepaald gedeelte van je paper vaak eenzelfde academische publicatie als bron gebruikt, volstaat het niet om aan het begin slechts eenmaal te verwijzen. Anderzijds is het ook onbegonnen werk om bij quasi iedere zin een zeer gelijkaardige bronverwijzing op te nemen. Het is met andere woorden belangrijk dat je de juiste balans vindt in het aantal referenties aan deze basispublicatie. Als je bijvoorbeeld voor een hoofdstuk in je masterscriptie veel informatie hebt gebruikt uit drie publicaties verwijs je: te weinig als je maar één keer naar die drie publicaties verwijst, nl. één algemene referentie bovenaan bij de hoofdstuktitel. te veel als je bij iedere zin naar de precieze passage in de publicaties verwijst. 19

20 voldoende (juiste balans) als je per alinea of logisch onderdeel naar de precieze passage in de publicaties verwijst. Je moet de pagina s vermelden waarop je de informatie gevonden hebt. Bij een artikel of hoofdstuk uit een boek verwijs je niet enkel in de bibliografie naar de paginanummers van de volledige bijdrage (vb ), maar ook in de tekst of voetnoten naar de exacte paginanummers waarop je de informatie gevonden hebt (vb ) Wanneer moet ik verwijzen naar mijn bronnen? Idealiter verwijs je naar en treed je in discussie met de relevante literatuur doorheen heel je paper. 1. Je moet de bron aangeven van de feitelijke informatie die je verstrekt. Schreber werd in 1842 geboren als zoon van Moritz Schreber, een befaamde arts en pedagoog die onder andere bekendheid genoot vanwege zijn bijzonder strenge opvoedkundige methodes (Lothane 2003). Bibliografie Lothane, Zvi Ethical Issues in the Schreber Case. In Psychosis: Phenomenological and Psychoanalytical Approaches, edited by Jozef Corveleyn and Paul Moyaert, Leuven: Univ. Press Leuven. 2. Je moet je interpretatie van primaire teksten ondersteunen door naar primaire bronnen te verwijzen. Deze tussenpositie kunnen we ook illustreren aan de hand van Aristoteles opvattingen over de deugd van de fierheid (megalopsychia). De fiere mens weet een juiste verhouding te vinden tussen zijn eigendunk en zijn verdienste (EN 1123b5-10). Bibliografie Aristoteles. Ethica. Vertaald door Christine Pannier en Jean Verhaeghe. Groningen: Historische Uitgeverij, Je moet verwijzen naar secundaire bronnen om de visie / interpretatie van andere auteurs te gebruiken om je eigen visie / interpretatie te ondersteunen of om de visie / interpretatie van andere auteurs te bekritiseren. Als didactisch model voor het Vlaamse middelbaar onderwijs stel ik de cyclus (1) filosoferen, (2) filosofie, (3) filosoferen voor. Mijn inspiratie hiervoor vond ik in de didactiek van het Nederlandse filosofieonderwijs, zoals die verwoord werd door Dirk Oosthoek (2007, ) en bijvoorbeeld in de lesmethode Durf te denken! (onder redactie van Frank en Maarten Meester en Natascha Kienstra, 2014) gestalte krijgt. Dit model wijkt af van de visie van Schaubroeck, Defoort en Cuypers, die wel de wederzijdse relatie tussen filosofische traditie en kritische reflectie erkennen, maar tegelijk stellen dat leerlingen eerst de basiselementen (terminologie, basisproblemen, enkele sleutelteksten) moeten beheersen voor ze tot creatief en kritisch filosoferen kunnen overgaan (2007, 20). Bibliografie Meester, Frank, Maarten Meester, en Natascha Kienstra, red Durf te denken! vwo. Amsterdam: Boom. Oosthoek, Dirk H Balans van 35 jaar filosofie in het voortgezet onderwijs in Nederland. Tijdschrift voor Filosofie 69: Schaubroeck, Katrien, Filips Defoort, en Stefaan Cuypers Tussen droom en daad: De toekomst van het filosofieonderwijs in de Vlaamse middelbare scholen. Pedagogiek 27: Verwijs niet naar de secundaire literatuur als de relevante inhoud in de primaire tekst aanwezig is. 20

21 Fout: Volgens Faure (2017, 106) beweert Aristoteles dat de fiere mens een juiste verhouding weet te vinden tussen zijn eigendunk en zijn verdienste. [Dat staat te lezen in Aristoteles Ethica Nicomachea 1123b5-10.] Citeer niet alle relevante secundaire literatuur, maar concentreer je op enkele exemplarische gevallen. Probeer uit te zoeken welke auteur de eerste was die een bepaalde positie verdedigde. Tracht de belangrijkste spelers in het debat te identificeren terwijl je de relevante literatuur leest, maar beperk je niet tot deze auteurs. Misschien zijn er oudere publicaties of recente publicaties van eerder onbekende auteurs die relevant zijn voor je paper en het verdienen om geciteerd of bekritiseerd te worden. Verwijs alleen naar literatuur die je zelf geraadpleegd hebt en neem geen referenties op aan literatuur die je niet in je tekst vermeldt Wanneer hoef ik niet te verwijzen? Je hoeft niet te verwijzen naar een bron als je een algemeen bekend feit vermeldt, een feit dat iedereen kent zonder hiervoor informatie te moeten opzoeken. vb. algemeen bekend feit: de begin- en einddatum van de Eerste Wereldoorlog ( ); de naam van de huidige president van de Verenigde Staten van Amerika (Barack Obama); de stelling van Pythagoras; de chemische samenstelling van water. geen algemeen bekend feit: de naam van de huidige senaatsvoorzitter van Madagascar als je naar een algemeen erkende stelling verwijst. vb. Als je de zwaartekracht op aarde vermeldt, moet je niet naar Newton verwijzen. als je een spreekwoord vermeldt. vb. Jong geleerd is oud gedaan. als de informatie helemaal van jezelf afkomstig is, d.w.z. als je zelf voor het eerst bepaalde gegevens verzameld hebt, een conclusie getrokken hebt of een originele hypothese of interpretatie geformuleerd hebt. Het is mogelijk dat je op basis van bronnen een eigen denkspoor ontwikkelt. Dergelijke ideeën, stellingen of interpretaties zijn van jou en hoeven dus geen bronvermelding. Als je twijfelt of een referentie al dan niet vereist is, gebruik dan een bronvermelding. Verwijzen naar veel bronnen die je geraadpleegd hebt, is geen schande of blijk van onkunde, maar juist een bewijs dat je je goed gedocumenteerd hebt over je onderwerp Methodes om het aantal noten en hun lengte te beperken Noten zijn een onderbreking voor de lezer en moeten beperkt worden tot wat strikt noodzakelijk is. Bij het citaat-nootsysteem is de bedoeling van noten in de eerste plaats het documenteren en citeren van de bronnen die relevant zijn voor de tekst. Als je het citaatnootsysteem gebruikt, kan je volgende tips gebruiken om het aantal noten en hun lengte te beperken: Groepeer in één noot referenties aan verschillende bronnen die dicht bij elkaar in dezelfde alinea vermeld worden. Zeker opeenvolgende referenties aan verschillende pagina s van hetzelfde werk moet je in één noot vermelden. Eén noot mag echter niet de informatie bundelen die bij verschillende alinea s hoort! Neem in noten over het onderwerp dat je bespreekt geen aanvullende bibliografische informatie op die niet strikt vereist is voor je betoog. Die referenties vermeld je in de bibliografie. 21

22 Bij een terloopse verwijzing naar een klassiek werk (van vb. Plato, Aristoteles, Thomas van Aquino, Descartes, Kant, Hegel ), moet je enkel naar de titel en specifieke passage verwijzen, niet naar de gebruikte editie. Als het werk van een klassiek auteur een belangrijke plaats inneemt in je tekst, moet je wel de gebruikte editie vermelden in de eerste noot (cf. supra). Als je in je scriptie veelvuldig verwijst naar een bepaald werk (of een reeks werken) van één auteur (of twee auteurs), mag je de verwijzingen naar dat werk/die werken in de tekst opnemen tussen haakjes (xxxx). Bij de eerste verwijzing vermeld je in een voetnoot de volledige referentie en hoe je het werk afkort (vb. Immanuel Kant, Kritik der reinen Vernunft,.: voortaan KrV), gevolgd door Verwijzingen naar dit werk staan in de tekst tussen haakjes. Als je voortdurend naar hetzelfde werk verwijst, kan je de afgekorte titel weglaten en enkel paginanummer (eventueel deel, hoofdstuk) aangeven tussen haakjes in je tekst. Toen Socrates zijn verhaal over zijn ontmoeting met Diotima had beëindigd en haar visie op Eros had vertolkt, was Aristophanes de enige uit het feestgezelschap die wou reageren (Symp. 212c). 1 [...] Socrates had zich al naast Agathon neergevleid, wat meteen de jaloezie van Alcibiades deed oplaaien. Socrates had in zijn ogen de mooiste uit het gezelschap gekozen (Symp. 213c), ofschoon hij niet bijzonder hoog opliep met het discours van Agathon en diens intellectuele en artistieke capaciteiten. [...] Want toen hij zich als diens eromenos lichamelijk ter beschikking stelde, was Socrates op zijn avances niet ingegaan (Symp. 218b-c). Ik neem mij voor om in dit essay de opmerkelijke en te weinig bekende lectuur van Lacan voor het voetlicht te brengen. In verzorgde hij een publiek seminarie Le transfert dat begint met een tweehonderd bladzijden tellend erudiet commentaar op het Symposium waarin hij de opmerkelijke stelling verdedigt dat de liefdesscène van Alcibiades een sleutelscène is. 2 [ ] Het antwoord op de eerste vraag vind je bij Freud (S VIII 51/2). [...] Hij kan zich eenvoudigweg niet voorstellen dat de vermelding van Socrates seksuele ascese de reden is om de passage in het Symposium op te nemen (S VIII 36/5-37). 1 Plato, Symposium, in Verzameld Werk, vert. Xavier De Win, bewerkt door Jef Ector e.a., dl. 2, Protagoras Cratylus Symposium Phaedo Theaetetus Parmenides (Kapellen: Pelckmans, 1999), Voortaan afgekort met Symp. 2 Jacques Lacan, Le séminaire, livre VIII, Le transfert ( ), texte établi par Jacques-Alain Miller (Paris: Seuil, 2001). Voortaan afgekort met S VIII. Het cijfer na de schuine streep verwijst naar de alinea van de betrokken pagina. Maak gebruik van afkortingen om te verwijzen naar auteurs en naar werken waaraan je vaak refereert. Soms wordt de naam van een auteur afgekort vb. Arist. voor Aristoteles; Aug. voor Augustinus, Aver. voor Averroës., Desc. voor Descartes Titels van publicaties waarnaar je dikwijls verwijst, kan je afkorten. Voor klassieke werken bestaan er standaardafkortingen. vb. Arist., Pol. = Aristoteles, Politica S.T. = Thomas de Aquino, Summa Theologiae KrV = Immanuel Kant, Kritik der reinen Vernunft WWV = Arthur Schopenhauer, Die Welt als Wille und Vorstelling Deze afkortingen kan je op verschillende manieren introduceren: Je vermeldt de afkorting in de voetnoot waarin je voor het eerst aan die publicatie refereert. 22

23 Het leven is een zaadcel die openspringt, of met een ander beeld van Bergson, een obus die openbarst en in alle richtingen tegelijk uiteenspat. 1 Bergsons metafysica van het leven sluit nauw aan bij de zonet geschetste populaire opvattingen. In L évolution créatrice bepaalt hij l élan vital als volgt: de oorspronkelijke stuwkracht [...], namelijk een innerlijke drang, die het leven in steeds complexere vormen naar steeds hogere bestemmingen opvoert. 1 1 Henri Bergson, L évolution créatrice (1907), in Oeuvres (Paris: PUF, 2001), 578. Voortaan EC. (Eigen vertaling gebaseerd op Bergson, De scheppende evolutie, vert. W. G. de Marez Oyens (Amsterdam: Wereldbibliotheek, 1925). 2 EC, 581: L élan vital, je veux dire [...] une poussée intérieure qui porterait la vie, par des formes de plus en plus complexes, à des destinées de plus en plus hautes. (mijn cursivering) Je vermeldt de afkortingen in een lijst die bij het begin van je werk staat of aan je bibliografie achteraan voorafgaat. Bij een thesis of boek wordt voor deze methode gekozen Bibliografie Wat is een bibliografie? Een bibliografie of literatuurlijst bij een tekst is een lijst met volledige bibliografische referenties van de door jou gebruikte bronnen. Gewoonlijk bevat een paper, artikel of boek achteraan een bibliografie. Vermeld in je bibliografie enkel werken die je geraadpleegd hebt, dus geen werken die je onderwerp behandelen, maar die je niet gebruikt hebt, en geen werken die je enkel kent vanuit voetnoten in geraadpleegde publicaties. Je hoeft niet alle werken die je in handen hebt gehad te vermelden, enkel de werken die je effectief gebruikt hebt. (In tijdschriftartikels refereer je enkel aan de bronnen die je citeert of parafraseert.) De titels van reeksen of tijdschriften die vaak voorkomen in de bibliografische referenties worden soms afgekort. De lijst van gebruikte afkortingen wordt dan voor de bibliografie vermeld Het ordenen van de referenties In een bibliografie orden je de referenties alfabetisch op de familienaam van de eerste auteur of redacteur. Let op wanneer je het sorteerwerk laat doen door je pc: spaties hebben voor de pc een sorteerwaarde. Namen met De of Van (Fr. du, de la, des ; Duits von ) rangschik je onder de D en V Werken waarbij er geen auteur of redacteur vermeld of geïdentificeerd is, rangschik je op titel (waarbij je geen rekening houdt met lidwoorden) of op een sleutelwoord. Naargelang je onderwerp kan je je bibliografie al dan niet verder onderverdelen in secties. 23

24 Bij een onderwerp binnen de hedendaagse filosofie waarbij er geen duidelijk onderscheid is tussen primaire en secundaire bronnen kan je alle referenties in één lijst opnemen. Dat heeft het voordeel dat de lezer de referenties snel terugvindt en niet in verschillende secties moet zoeken. Bij een onderwerp binnen de filosofie waarbij je een duidelijk onderscheid kan maken tussen primaire en secundaire bronnen raden we je aan om je bibliografie in secties te verdelen, zodat de lezer goed het onderscheid ziet tussen werken van de auteur(s) die je bespreekt en werken over de auteur(s) die je behandelt. Een mogelijke indeling is: (1) primaire bronnen, (2) naslagwerken (eventueel opgesplitst in bibliografieën, lexica, encyclopedieën), (3) secundaire literatuur. Een andere mogelijke indeling is: (1) primaire bronnen en (2) secundaire en tertiaire bronnen. Binnen elke sectie orden je de referenties alfabetisch en je voorziet je secties van titels (vb. Primaire bronnen ). Als er meerdere publicaties van één auteur zijn: orden je de referenties volgens publicatiejaar (van ouder naar recenter) bij verschillende publicaties in hetzelfde jaar: titels op alfabetische volgorde zetten (zonder rekening te houden met lidwoorden) Een referentie met één auteur komt vóór een referentie met verschillende auteurs die met dezelfde auteur begint. Je vermeldt de naam van de auteur of redacteur maar één maal. Bij de referenties die er onmiddellijk op volgen, vervang je de naam door (= 3em-streep). 2 Als er meerdere publicaties zijn van dezelfde auteurs of redacteurs die in dezelfde volgorde vermeld worden, dan mag je die namen ook vervangen door. Het vervangen van auteursnamen door kan je het best pas doen als je bibliografie helemaal op punt staat. Let op de lay-out van de bibliografie: de tweede regel van een referentie springt naar binnen in bij het overnemen van referenties uit een databank of cataloog: pas de lay-out aan! Eventueel kan je tussen de verschillende referenties wat witruimte invoegen, niet met de entertoets, maar (in Word) via Start, Alinea, Afstand, na : 4 pt. Een voorbeeld van hoe je de namen van auteurs of redacteurs kan vervangen door. Afkortingen zoals ed. of red. vervang je niet. Adriaens, Pieter, and Andreas De Block, ed. A Hundred Years of Evolutionary Psychiatry ( ). London: Sage, 2010., ed. Maladapting Minds: Philosophy, Psychiatry, and Evolutionary Theory. Oxford: Oxford Univ. Press, The Sciences of Sexual Orientation. Chicago: Univ. of Chicago Press, Voor uitleg i.v.m. het invoeren van een Em dash, zie Misti Shaw, Insert an Em dash in Word, posted on 1 May 2012, 24

25 De Block, Andreas. Doomed by Nature: The Inevitable Failure of our Naturally Selected Functions. Philosophy, Psychiatry & Psychology 12 (2005): Freud as an Evolutionary Psychiatrist and the Foundations of a Freudian Philosophy. Philosophy, Psychiatry & Psychology 12 (2005): De Block, Andreas, and Pieter Adriaens. Darwinizing Sexual Ambivalence: A New Evolutionary Hypothesis of Male Homosexuality. Philosophical Psychology 17 (2004): Pathologizing Sexual Deviance: A History. Journal of Sex Research 50 (2013): Citeren en parafraseren 3 Bij het schrijven van een filosofische tekst maak je gewoonlijk gebruik van primaire en secundaire bronnen die je citeert of parafraseert. Bij een tekstanalyse is het aangewezen om relevante passages uit de primaire bron(nen) te citeren of parafraseren. Daarnaast kan je ook (met citaten of parafrases) verwijzen naar interpretaties van deze bron(nen) in de secundaire literatuur. Als je een eigen argumentatie opbouwt, verwijs je meestal (met citaten of parafrases) naar argumenten van andere filosofen die over hetzelfde onderwerp nagedacht hebben. Je kan het eens of oneens zijn met deze argumenten, je kan ze nuanceren, verder uitwerken, kritisch bespreken. Het is niet zo dat een verwijzing naar een belangrijke auteur je ontslaat van je plicht kritisch na te denken of dat ze de definitieve rechtvaardiging van jouw argumenten is. Wel is het zo dat een relevante verwijzing naar een gezaghebbend auteur jouw argumenten kan verduidelijken en ondersteunen Citeren Definitie en gebruik van citaten Een citaat is een letterlijke weergave of vertaling van zinnen of zinsneden uit primaire bronnen of uit secundaire literatuur. Zo kan je bijvoorbeeld enkele zinnen uit een filosofische tekst (vb. van Hegel) woordelijk opnemen om die te bespreken en te interpreteren. Je kan ook een interpretatie van deze tekst (die je vindt in een secundaire bron) citeren omdat je het met deze interpretatie eens bent of om ze te bekritiseren. Verder kan je ook een filosofische argumentatie letterlijk weergeven ter ondersteuning van je eigen argumentatie, om die zienswijze te bekritiseren of om verschillende argumentaties met elkaar te vergelijken. Het is niet de bedoeling citaten te gebruiken om je eigen argumentatie te vervangen en minder zelf te moeten schrijven. Voor je een citaat invoegt, moet je je afvragen of het noodzakelijk is te citeren. Langere citaten neem je enkel op als ze belangrijk zijn voor je argumentatie en je er ook een eigen interpretatie aan toevoegt. Een tekst die veel citaten zonder begeleidend 3 De informatie over citeren is deels gebaseerd op de Chicago Manual of Style Online, 17th edition, 13, Quotation and Dialogue. De voorbeelden uit teksten over filosofie van de psychiatrie zijn door Olivier Lemeire gemaakt. 25

26 commentaar bevat, is niet goed geschreven. Lange of veelvuldige citaten leiden de lezer af en worden vaak niet gelezen. Zorg ervoor dat de lezer de citaten kan begrijpen zonder te moeten teruggrijpen naar de tekst(en) waaraan je ze ontleent hebt. Verwerk de citaten in je paper door ze in de context te plaatsen en ze in je eigen tekst te verweven Korte citaten en blokcitaten Citaten kunnen opgenomen worden in de voetnoten, in de lopende tekst of als blokcitaten. De wijze waarop je een citaat opneemt in een tekst (in de lopende tekst of als blokcitaat) hangt af van de lengte van het citaat. Een kort citaat (minder dan ca. 40 woorden of minder dan ca. drie regels) neem je op in de lopende tekst tussen dubbele aanhalingstekens: xxxxx (niet: «xxx» of xxx ). Een citaat binnen een citaat krijgt enkele aanhalingstekens. Voorbeeld 1 Een diagnose in de psychiatrie heeft niet te bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Volgens psychiater Van Os is normaliteit immers een vaag en niet af te grenzen begrip. 1 1 Jim Van Os, De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek in een nieuwe GGZ (Leusden: Diagnosis, 2014), 27. Voorbeeld 2 Die tendens, schrijft Kirchin, krijgt niet de aandacht die ze verdient, maar doordringt de hele structuur van de meta-ethiek en, naar ik vermoed, ook andere delen van de filosofie. 6 [ ] Hij geeft drie redenen om het metaethisch pluralisme niet aan te nemen. Ten eerste vraagt hij zich af of we er vertrouwen in kunnen hebben dat we ons alledaagse moreel denken en onze morele taal gemakkelijk in gebieden kunnen opdelen. 7 [ ] Ten tweede moeten we volgens Kirchin (meta-ethische) consistentie en coherentie doorheen alle aspecten van ons morele leven nastreven. 8 6 Simon Kirchin, Metaethics (Basingstoke: Palgrave Macmillan, 2012), Ibid., Ibid. Voor langere citaten (van ca. 40 woorden of meer) gebruik je een blokcitaat, dat je afscheidt van je tekst. Je start op een nieuwe regel, voert een witregel in voor en achter het citaat, maakt je linkermarge iets breder en kiest voor lettergrootte 10. Je gebruikt dan geen aanhalingstekens. Een citaat binnen een blokcitaat krijgt dubbele aanhalingstekens. Een diagnose in de psychiatrie heeft niet de bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Psychiater Van Os verwoordt het als volgt: Gelukkig houdt de psychiatrie zich daar nadrukkelijk niet mee bezig, want normaliteit, zoals bekend, is een vaag en niet af te grenzen begrip, en verschilt van cultuur tot cultuur, om maar iets te noemen. Bovendien is geen enkel redelijk doel gediend met een opsplitsing van de mensheid in normalen en niet-normalen. 2 Hij 2 Jim Van Os, De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek in een nieuwe GGZ (Leusden: Diagnosis, 2014), 27. Je kiest ook voor een blokcitaat bij teksten die een speciale lay-out vragen (vb. gedichten, brieven met een aanspreking en ondertekening, lijsten). Ook wanneer je verschillende citaten met elkaar vergelijkt, zijn blokcitaten duidelijker dan citaten in de lopende tekst. 26

27 Inleiding en einde van een citaat Zorg ervoor dat de zin met een citaat grammaticaal en logisch correct en vlot leesbaar is. Gebruik signaaltermen om aan te geven wie je citeert. Voorbeelden van signaaltermen zijn: Volgens X, Y schrijft dat.., Zoals Y het stelt., X merkt op, concludeert, voegt daaraan toe, argumenteert, beweert, stelt voor, schrijft, verklaart, wijst erop, toont aan, nuanceert, zegt. Er zijn drie wijzen om een citaat in je tekst in te voegen: 1. Je kan je citaat naadloos in je zin inbouwen (zonder komma s). Hij [Kirchin] geeft drie redenen om het meta-ethisch pluralisme niet aan te nemen. Ten eerste vraagt hij zich af of we er vertrouwen in kunnen hebben dat we ons alledaagse moreel denken en onze morele taal gemakkelijk in gebieden kunnen opdelen. 6 Omdat Gill nergens suggereert dat de opdeling makkelijk zou zijn, lijkt me dat geen goed argument. Ten tweede moeten we volgens Kirchin (meta-ethische) consistentie en coherentie doorheen alle aspecten van ons morele leven nastreven. 7 6 Simon Kirchin, Metaethics (Basingstoke: Palgrave Macmillan, 2012), Ibid. 2. Je kan een citaat inleiden met een volledige zin die eindigt met een dubbelepunt. Het citaat begint dan meestal met een hoofdletter. Op de tweede bladzijde van On Violence beweert Arendt het volgende: De essentie van gewelddadig handelen wordt beheerst door de categorie van het doel en het middel. 1 Verderop preciseert ze dit als volgt: Geweld is van nature instrumenteel; zoals alle middelen moet het altijd worden geleid en gerechtvaardigd door het doel dat het najaagt. 2 [ ] Dat ligt in de lijn van wat Carl Schmitt beweert in Der Begriff des Politischen uit 1932, waarin we het volgende lezen over oorlogsgeweld: De oorlog als het uiterste politieke middel openbaart de aan elke politieke gedachte ten grondslag liggende mogelijkheid van de onderscheiding tussen vriend en vijand. 3 Hoewel Arendt uiteraard beseft dat men macht gebruikt om een doel te bereiken, meent zij dat de waarde ervan niet enkel herleidbaar is tot haar functie: [ ] macht is, zoals men zegt, een doel op zichzelf. 4 1 Hannah Arendt, Over geweld, vert. Rob van Essen (Amsterdam: Atlas, 2004), Ibid., Carl Schmitt, Het begrip politiek (1932), vert. Bert Kerkhof en George Kwaad (Amsterdam: Boom / Parrèsia, 2006), Arendt, Over geweld, Je kan de signaaltermen van je zin afzonderen door komma s te gebruiken. Die tendens, schrijft hij, krijgt niet de aandacht die ze verdient, maar doordringt de hele structuur van de metaethiek en, naar ik vermoed, ook andere delen van de filosofie. 5 5 Simon Kirchin, Metaethics (Basingstoke: Palgrave Macmillan, 2012), 177. Op het einde van je citaat vermeld je je bron in voetnoot (citaat-nootsysteem) of in de tekst (auteur-jaarsysteem). 27

28 Citaat en brontekst Een citaat moet een getrouwe weergave zijn van je bron, inclusief cursivering, speciale letters (vb. ę, Duitse β niet omzetten in ss), accenten (vb. Griekse accenten) en interpunctie (behalve in de gevallen hieronder vermeld). Volgende veranderingen mag je wel aanbrengen opdat het citaat syntactisch en typografisch zou passen in je tekst: Lettertype en -grootte (vb. Arial 10 pt) moet je aanpassen aan je tekst. Hoofdletters mag je veranderen in kleine letters en vice versa om het citaat te laten passen in je zin. Je moet dit niet aangeven. Bij tekstcommentaren waarbij elk detail belangrijk is, worden de wijzigingen van hoofdletters in kleine letters en vice versa soms aangegeven (vb. [A]lle of [a]lle). Enkele aanhalingstekens mag je veranderen in dubbele aanhalingstekens en vice versa. Aanhalingstekens uit andere talen («xxx» of xxx ) mag je veranderen in gewone aanhalingstekens. Ook spatiëring die in andere talen voorkomt (vb. xxx : xxx), mag je aanpassen aan de spatiëring die in het Nederlands gebruikelijk is (vb. xxx: xxx). De interpunctie mag je aanpassen aan de regels m.b.t. interpunctie bij aanhalingstekens (cf. infra, ). Een voetnootnummer (en de voetnoot zelf) in een citaat mag je weglaten, tenzij dat de betekenis van het citaat verandert. Duidelijke typfouten mag je stilzwijgend corrigeren. De spelling die eigen is aan oude teksten wordt gewoonlijk niet gemoderniseerd. Als je dat omwille van de duidelijkheid toch doet, dan moet je dat in een voetnoot vermelden. Uit de passage die je citeert, kan je een woord, zin(sdeel), paragraaf of een nog langer fragment weglaten, omdat dit deel niet relevant is voor je argumentatie of om het citaat aan te passen aan de zinsconstructie. Zorg ervoor dat je de betekenis van de geciteerde tekst niet vervormt door een weglating en dat de citaten grammaticaal correct blijven. Je geeft de weglating aan ofwel met drie punten ofwel met drie punten tussen rechten haken ofwel met drie punten met een spatie ertussen tussen rechte haken: of [ ] of [...]. Bij het begin en einde van een citaat is het niet nodig [...] te gebruiken, omdat het evident is dat je niet alles citeert. Enkel als de laatste zin grammaticaal onvolledig is, voeg je [...] toe. De interpunctie in het citaat mag je laten staan voor of achter [...], afhankelijk van de plaats van de interpunctie in de originele tekst. Zo lezen we in Réflexions sur la violence: Les violences [ ] servent à marquer la séparation des classes. 8 8 Georges Sorel, Réflexions sur la violence (1908; Seuil: Paris, 1990), 64. In de passage die je citeert kan je uitzonderlijk ook woorden toevoegen om iets te verhelderen, een fout (vb. een ontbrekend woord) te corrigeren of in een vertaling het originele woord te vermelden als de Nederlandse vertaling de betekenis niet volledig vat. Je kan ook ontbrekende letters toevoegen. Dergelijke toevoegingen plaatsen we ook tussen [ ]. Oorlog en Vrede glorieert niet alleen in de ontmaskering van de illusie dat de werkelijkheid volledig bemeesterd en begrepen zou kunnen worden, maar het boek legt de vinger op wat Isaiah Berlin beschrijft als een van Tolstois befaamde paradoxen : Hoe hoger soldaten of machtshebbers opklimmen in de piramide van de autoriteit, hoe verder ze verwijderd moeten zijn van de basis, die bestaat uit die gewone mannen en vrouwen van wie de levens het daadwerkelijke gedoe van de 28

29 [ ] geschiedenis [the actual stuff of history] uitmaken; en, bijgevolg, hoe kleiner de impact van de woorden en daden van zo n ver verwijderde personages, ondanks al hun theoretische autoriteit, op die geschiedenis. 9 Ongetwijfeld is het deze kracht van de poëzie die verklaart waarom, zoals Buelens schrijft, de beelden en frasen die zich het sterkst in het collectieve geheugen [van de Eerste Wereldoorlog] hebben vastgezet [ ] niet uit romans, maar uit gedichten [komen] Isaiah Berlin, The Hedgehog and the Fox: An Essay on Tolstoy s View of History, in The Proper Study of Mankind: An Anthology of Essays, ed. Henry Hardy and Roger Hausheer (New York: Farrar, Straus and Giroux, 2000), 449. De vertalingen zijn van mijn hand. 10 Geert Buelens, Het lijf in slijk geplant: Gedichten uit de Eerste Wereldoorlog, samengesteld en ingeleid door Geert Buelens (Antwerpen: Ambo, 2008), 11. Achter een fout in je origineel (vb. een spelfout of een foute datum of een woord dat fout gebruikt is), kan je in een citaat [sic] plaatsen. Sic is het Latijn voor zo. Soms kan je de fout stilzwijgend corrigeren (cf. supra) of ervoor kiezen de passage te parafraseren. Je voegt [sic] enkel toe als je de aandacht van de lezer op de fout wil vestigen, wil vermijden dat de lezer de fout aan jouw onzorgvuldigheid zou toeschrijven of de fout niet stilzwijgend kan corrigeren (vb. omdat het om een foute interpretatie van de auteur gaat). Barthes interesse in het oeuvre van Donatien-Alphonse-François de Sade ( ) uit zich voor het eerst in 1954, met name in een studie over Jules Michelet en twee besprekingen van de opvoering van Dom Juan [sic]. Als je in een citaat de aandacht wil vestigen op een woord of op enkele woorden, dan mag je die cursiveren. Je moet wel aangeven dat die cursivering niet in het origineel staat door achter je referentie toe te voegen: mijn cursivering. Als het citaat zelf al gecursiveerde woorden bevat en jij voegt nog een cursivering toe, dan vermeld je onmiddellijk achter de woorden die jij cursiveert: [mijn cursivering]. Precies omdat het extreemste oorlogsgeweld echt handelen onmogelijk maakte, wordt de soldaat uit de Groote Oorlog vaak gedesindividualiseerd en voorgesteld als een abstractie. Tegen mosterdgas dat zowel de huid en ogen als de longen aanviel was geen bescherming beschikbaar. Omdat er geen ontsnapping, verzet of vlucht mogelijk was, hief het de mogelijkheid op, niet slechts van moed maar ook van lafheid, de duistere achtergrond waartegen heroïek, traditioneel, werd afgemeten om zichzelf zichtbaar te maken, [ ]. Het patroon van de eeuw werd vastgelegd: de krijger uit de traditie verwordt tot weinig meer dan een testpersoon in de oorlogsexperimenten van fabrieken en laboratoria. Kruipen wordt heroïek in passieve modus. De soldaat uit de Groote Oorlog begint meer en meer gelijkenissen te vertonen met de burger die dekking zoekt voor de luchtaanvallen uit de Tweede [Wereldoorlog]. De held werd het slachtoffer en het slachtoffer de held. De mens voerde niet langer oorlog, zo is het vaak gesteld geweest; oorlog werd tegen de mens gevoerd Geoff Dyer, The Missing of the Somme (Edinburgh: London, Canongate, 1994), 59-60; mijn cursivering. De vertaling is van mijn hand Interpunctie in citaten Voor de interpunctie in citaten volgen we niet de regels van de Chicago Manual of Style, maar regels die voor het Nederlands gelden. In citaten met aanhalingstekens moet het punt aan het einde van de zin buiten de aanhalingstekens staan als het citaat geïntegreerd is in een zin zonder interveniërende interpunctie (vb. zonder dubbelepunt). Dat geldt ook voor de gevallen waar het citaat (dat geïntegreerd wordt in een zin) in zijn originele vorm een volledige zin (met punt achteraan) vormde. 29

30 Citaten met een vraag- of uitroepteken (die geïntegreerd worden in een zin) krijgen ook nog een punt buiten de aanhalingstekens. Verder fulmineert hij tegen twee onnozele romans, bekend onder de naam het Oude en Nieuwe Testament en drijft hij de spot met de melaatse Jood, geboren uit een slet en een soldaat. 1 1 Donatien Alphonse François de Sade, Justine, of de tegenspoed der deugdzaamheid, vert. Gemma Pappot (Den Haag: Bert Bakker, 1971), 77. Het punt aan het einde van een zin moet alleen binnen de aanhalingstekens staan als het citaat een volledige zin vormt en gescheiden is van de voorgaande passage door interpunctie. Zo n citaat mag onderbroken zijn. In een interview van 1973 zegt Roland Barthes: Indien u wilt, er zijn zeker drie schrijvers die er veel toe doen in mijn leven, ik kan bijna zeggen dagelijks, in die mate dat ik ze een beetje s avonds lees, echter niet voortdurend, maar ik kom er altijd een beetje op terug. Er is Sade, uiteraard, er is Flaubert en er is Proust. 2 Soms zocht ik mijn toevlucht in de godsdienst, zegt ze, bijna altijd vond ik daarin troost en ik probeerde haar verkwikking op de ziel van dit verdorven wezen over te brengen [ ] maar de Graaf liet me niet lang van dergelijke wapenen gebruik maken. 3 Wat ik hier [in Liefde s [sic] misdaden] poneerde, zo stelt hij, is mogelijk de grootste lof die men kan toezwaaien aan de deugdzaamheid, en inderdaad, als die niet zo schoon was, zou men dan tranen storten over de tegenslagen die haar treffen? 4 2 Si vous voulez, il y a trois écrivains certainement qui comptent beaucoup dans ma vie, je peux presque dire quotidienne, dans la mesure où je les lis un peu le soir, enfin pas tout le temps, mais j y reviens toujours un peu comme ça. Il y a Sade, évidemment, il y Flaubert et il y a Proust. Roland Barthes, Pour la libération d une pensée pluraliste, in Oeuvres complètes, dl. 2, (Paris: Seuil, 1994), 1705 (mijn vertaling). 3 de Sade, Justine, of de tegenspoed der deugdzaamheid, Ibid., 574. Als er een referentie tussen haakjes volgt op een citaat, komt het punt aan het einde van de zin achter het laatste haakje. Een diagnose in de psychiatrie heeft niet te bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Volgens psychiater Van Os is normaliteit immers een vaag en niet af te grenzen begrip (Van Os 2014, 27). Blokcitaten moeten eindigen met een punt, vraag- of uitroepteken, ook als het originele citaat met een ander leesteken (vb. komma of puntkomma) eindigt. Een bibliografische referentie tussen haakjes na een lang citaat moet na het punt komen, zonder punt erna. Een diagnose in de psychiatrie heeft niet de bedoeling te bepalen wie wel of niet normaal is. Psychiater Van Os verwoordt het als volgt: Gelukkig houdt de psychiatrie zich daar nadrukkelijk niet mee bezig, want normaliteit, zoals bekend, is een vaag en niet af te grenzen begrip, en verschilt van cultuur tot cultuur, om maar iets te noemen. Bovendien is geen enkel redelijk doel gediend met een opsplitsing van de mensheid in normalen en niet-normalen. (Van Os 2014, 27) Taal van de citaten Je kan in de oorspronkelijke taal of in het Nederlands citeren. Je kan ook de Nederlands vertaling citeren in je tekst en de oorspronkelijke tekst tussen aanhalingstekens in je voetnoot opnemen of vice versa. Beëindig geen Nederlandstalige zin met een anderstalig citaat. Vertaal het geciteerde zinsdeel dan in het Nederlands, plaats het tussen aanhalingstekens en geef de oorspronkelijke tekst in voetnoot weer. 30

31 Het is de verdienste van Robert Elliot om reeds drie decennia geleden doorzien te hebben dat het bieden van natuurcompensaties een belangrijk wapen zou worden om protesten tegen de vernietiging van natuur en landschap het zwijgen op te leggen. Uit de Doelcasus blijkt Elliots vrees bewaarheid: de natuurbehoudsbeweging aanvaardt duidelijk wat hij in zijn ondertussen beruchte artikel Faking Nature de restauratiethesis noemt: de vernietiging van wat waarde heeft, kan gecompenseerd worden door later iets van gelijke waarde te creëren (recreëren). 1 Deze restauratiethesis steunt volgens Elliot op een verkeerd inzicht in de axiologie van de natuur. De waarde van een particulier natuurgebied ligt volgens Elliot immers niet in het feit dat het een diversiteit aan dieren of planten bezit, [ ] het leefgebied is van een bedreigde diersoort, [ ] opvallende rotsformaties of uitzonderlijk mooie exemplaren van de Tasmaanse eik heeft, 2 in tegenstelling tot wat dus bijvoorbeeld beweerd wordt in de natuurbehoudsconsensus. Een particulier natuurgebied is waardevol omdat het een natuurgebied is, een gebied dat ongemodificeerd is door menselijke handen, nog niet ontwikkeld is, ongerept of zelfs onbevlekt is. 3 Het ligt voor de hand dat Elliot zich vanuit deze positie kan verzetten tegen natuurcompensaties: natuurcompensaties onder de vorm van nieuw aangelegde natuurgebieden zijn immers duidelijk door menselijke handen gemodificeerd en zullen dus nooit dezelfde waarde hebben als het oorspronkelijke gebied. 1 the destruction of what has value is compensated for by the later creation (recreation) of something of equal value. Robert Elliot, Faking Nature, Inquiry 25 (1982), 81 (mijn vertaling). 2 the area supports a diversity of plant and animal life, [ ] is the habitat of some endangered species, [ ] contains striking rock formations or particularly fine specimens of mountain ash. Ibid., because it is a natural area, one that has not been modified by human hand, one that is undeveloped, unspoilt, or even unsullied. Ibid., 84. Vaak is het niet gemakkelijk een filosofische tekst met al zijn rijkdom en nuances te vertalen. Als er een gezaghebbende vertaling voorhanden is, dan gebruik je die en verwijs je ernaar. Wanneer je zelf vertaalt, vermeld je in voetnoot na de bronvermelding: (mijn vertaling). Wees in elk geval consequent: als je zelf vertaalt, blijf je dat ook doen. Wanneer je in een bestaande vertaling een aanpassing doet, dan moet je dat ook vermelden door toe te voegen: (vertaling zelf aangepast) en de veranderingen met [ ] aan te geven. Als de vertaling veel verbeteringen vraagt, dan kan je beter zelf een vertaling maken. Citeer nooit in een andere taal dan de oorspronkelijke taal of de taal van je eigen tekst (vb. geen Duitse auteur in Engelse vertaling citeren in een Nederlandstalige scriptie). Maak nooit een hervertaling. Als een Nederlands werk bijvoorbeeld in het Engels vertaald is, dan mag je zelf geen Nederlandse vertaling van de Engelse versie maken. Je moet uit de originele Nederlandse tekst citeren. 31

32 6.2. Parafraseren Een parafrase is een weergave van iemands ideeën, stellingen of redeneringen in licht gewijzigde vorm, dat is geherformuleerd in eigen bewoordingen (vb. eenvoudiger) of samengevat. Iets herformuleren in je eigen woorden betekent dat zowel de structuur van de zin als de woorden erin moeten veranderen. Als je alleen maar een paar woorden wijzigt (vb. vervangt door synoniemen) of enkel de volgorde van de zinnen verandert, ben je niet aan het parafraseren. Het is van belang dat je in de tekst duidelijk aangeeft waar de parafrase begint en eindigt. Dat doe je door de parafrase te beginnen met signaalwoorden (vb. Volgens Toulmin is ) en door de parafrase af te sluiten met een referentie aan de bron in de tekst of in voetnoot. Eenvoudig voorbeeld Origineel Een wijdverbreid misverstand is dat diagnostiek in de psychiatrie bedoeld is om te bepalen wat wel of niet normaal is. Gelukkig houdt de psychiatrie zich daar nadrukkelijk niet mee bezig, want normaliteit, zoals bekend, is een vaag en niet af te grenzen begrip, en verschilt van cultuur tot cultuur, om maar iets te noemen. Bovendien is geen enkel redelijk doel gediend met een opsplitsing van de mensheid in normalen en niet-normalen. (Van Os 2014, 27) Parafrase Volgens psychiater Van Os denken veel mensen onterecht dat men in de psychiatrie bepaalt wie wel of niet normaal is. Hij geeft daar drie redenen voor. Ten eerste is het erg moeilijk om te bepalen wat als normaal geldt en wat niet, en is dat onderscheid zeker niet eenduidig. Ten tweede bestaan er in verschillende culturen ook andere ideeën over wat normaal is. Ten derde is het ook helemaal niet nuttig om zo n onderscheid te maken (Van Os 2014, 27). Gecombineerd voorbeeld Vaak zal je in de teksten die je schrijft citaten en parafrasen met elkaar combineren, om op basis van een heel aantal bronnen tot een nieuwe en originele tekst te komen. Hieronder geven we zo n complex voorbeeld op basis van verschillende bronnen, waarin citaten en parafrasen gecombineerd worden. Merk op dat in dit voorbeeld de bibliografie nog ontbreekt. 32

Richtlijnen voor papers aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte

Richtlijnen voor papers aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte Richtlijnen voor papers aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte Deze richtlijnen bespreken de formele aspecten van het schrijven van een academische filosofische paper of thesis. 1 Hou met deze aspecten

Nadere informatie

1. Probleemstelling formuleren en sleutelwoorden bepalen.

1. Probleemstelling formuleren en sleutelwoorden bepalen. 1. Probleemstelling formuleren en sleutelwoorden bepalen. Vooraleer je aan een literatuuronderzoek begint, is het belangrijk om voldoende informatie over je onderwerp te verzamelen via vakwoordenboeken,

Nadere informatie

Eisen en lay-out van het PWS

Eisen en lay-out van het PWS Eisen en lay-out van het PWS INHOUD EN OPZET VAN HET PROFIELWERKSTUK In het navolgende komen achtereenvolgens aan bod: de titelpagina, de inhoudsopgave, de inleiding, de hoofdtekst, de samenvatting, de

Nadere informatie

Academisch schrijven. Tips and tricks

Academisch schrijven. Tips and tricks Academisch schrijven Tips and tricks Overzicht ViP s ViP-1: structuur 1 ViP-2: refereren, parafraseren en citeren ViP-3: cohesie en zinsconstructies ViP-5: structuur 2 ViP-1: structuur 1 Titel en kopjes

Nadere informatie

Module 3. Hoe gebruik ik informatie op een correcte manier? www.thomasmore.be/bibliotheek

Module 3. Hoe gebruik ik informatie op een correcte manier? www.thomasmore.be/bibliotheek www.thomasmore.be/bibliotheek Module 3 Hoe gebruik ik informatie op een correcte manier? Gebaseerd op de tutorials informatievaardigheden van Bibliotheek Letteren - K.U.Leuven Hoe gebruik ik informatie

Nadere informatie

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen 1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen Wanneer je als student in het hoger onderwijs de opdracht krijgt om te zoeken naar wetenschappelijke informatie heb je de keuze uit verschillende informatiebronnen.

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT VOOR FILOSOFIE HANDLEIDING VOOR HET VERZORGEN VAN TEKSTEN

TIJDSCHRIFT VOOR FILOSOFIE HANDLEIDING VOOR HET VERZORGEN VAN TEKSTEN TIJDSCHRIFT VOOR FILOSOFIE HANDLEIDING VOOR HET VERZORGEN VAN TEKSTEN ALGEMEEN Redactionele briefwisseling gebeurt langs het redactiesecretariaat via e-mail: Tijdschrift.Filosofie@hiw.kuleuven.be. Alle

Nadere informatie

1 Omslag/voorblad/titelblad. 2 Titelblad

1 Omslag/voorblad/titelblad. 2 Titelblad Rapporteren Om informatie te rapporteren bestaan er normen of regels. Enkele voorbeelden van rapporten: een eindwerk, een geïntegreerde proef Een rapport kan uit negen onderdelen bestaan: 1 Omslag/voorblad/titelblad

Nadere informatie

Bronnen en bronvermelding

Bronnen en bronvermelding Bronnen en bronvermelding Bronnen gebruiken Wie een zakelijke tekst schrijft (een essay, een boekbespreking ), zal vaak gebruik maken van bronnen: boeken, artikelen en websites waarop meer informatie te

Nadere informatie

BRONNENONDERZOEK 2010/2011

BRONNENONDERZOEK 2010/2011 Bronnenonderzoek Namen Begeleiders Informatie verzamelen : inleiding Om informatie te verzamelen zul je verschillende bronnen moeten raadplegen. Al zoekende zul je merken dat er bronnen zijn waarvan je

Nadere informatie

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling

Nadere informatie

Module 1. Welke soorten informatiebronnen zijn er? www.thomasmore.be/bibliotheek

Module 1. Welke soorten informatiebronnen zijn er? www.thomasmore.be/bibliotheek www.thomasmore.be/bibliotheek Module 1 Welke soorten informatiebronnen zijn er? Gebaseerd op de tutorials informatievaardigheden van Bibliotheek Letteren - K.U.Leuven Module 1 In deze module maak je kennis

Nadere informatie

Als je de verwijzing tussen haakjes aan het einde van de zin zet gebruik je een & -teken. Wederom komt de punt pas na de verwijzing.

Als je de verwijzing tussen haakjes aan het einde van de zin zet gebruik je een & -teken. Wederom komt de punt pas na de verwijzing. LITERATUURVERWIJZINGEN VOLGENS DE PUBLICATION MANUAL (APA) Je moet in je opdrachten, papers en artikelen altijd aangeven waar je bepaalde informatie gevonden hebt. Zo kan iemand die het leest zien waar

Nadere informatie

WERKSTUK Taalexpert PRIMO 2015-2016

WERKSTUK Taalexpert PRIMO 2015-2016 HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN EEN WERKSTUK Taalexpert PRIMO 2015-2016 VIA VINCI ACADEMY 2015-1 - In het portfolio worden per module* werkstukken opgeslagen, welke door de docent positief zijn beoordeeld.

Nadere informatie

1. Enkele vormelijke aspecten van een paper of scriptie

1. Enkele vormelijke aspecten van een paper of scriptie RICHTLIJNEN VOOR PAPERS AAN HET HIW In dit hoofdstuk leer je waarom, wanneer en hoe je in je paper of scriptie op een correcte manier moet verwijzen naar de informatiebron die je gebruikt hebt. Eerst bespreken

Nadere informatie

Bibliografische referenties invoegen via Word

Bibliografische referenties invoegen via Word Bibliografische referenties invoegen via Word Dienst mediatheken Laatst bijgewerkt op 22/08/2016 12:52 ALGEMEEN Je kan jezelf heel wat werk besparen door je bibliografische referenties in Word bij te houden.

Nadere informatie

Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay

Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay Onderstaande tekst schreef ik jaren geleden om studenten wat richtlijnen te geven bij het ontwikkelen van een voor filosofen cruciale vaardigheid: het

Nadere informatie

Inhoud. Mediacentrum hogeschool Windesheim (maart 2015) Page 2

Inhoud. Mediacentrum hogeschool Windesheim (maart 2015) Page 2 Online Inhoud Over Endnote Online... 3 Aanmelden... 3 Voordat je begint!... 4 Tussenvoegsels in namen... 4 Referenties invoegen in een Worddocument/Cite while you write... 5 Handmatig invoeren van referenties...

Nadere informatie

VERWIJZEN NAAR BRONNEN

VERWIJZEN NAAR BRONNEN HANDLEIDING VOOR HET VERWIJZEN NAAR BRONNEN MET BEHULP VAN WORD Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Verwijzingen maken... 4 2.1 Invoegen van een verwijzing... 4 2.2 Verwijzing naar een boek... 5 2.3 Verwijzing

Nadere informatie

Werkstuk of verslag. de vormvoorschriften

Werkstuk of verslag. de vormvoorschriften Werkstuk of verslag de vormvoorschriften begeleider: (naam van de docent) het vak waarvoor je het verslag maakt naam en klas van de leerling schooljaar en datum van inleveren 2 Samenvatting Elk onderzoeksverslag

Nadere informatie

Inhoud. EndnoteWeb januari 2015 Page 2

Inhoud. EndnoteWeb januari 2015 Page 2 EndNote Web X6 Inhoud Over Endnote Web... 3 Aanmelden... 3 Samenwerking met Word (Cite while you write)... 5 Voordat je begint met invoeren... 7 Tussenvoegsels in namen... 7 Handmatig invoeren van referenties...

Nadere informatie

+DQGOHLGLQJYRRUKHW]RHNHQLQ

+DQGOHLGLQJYRRUKHW]RHNHQLQ +DQGOHLGLQJYRRUKHW]RHNHQLQ,19(57 &DPSXVELEOLRWKHHN%LRPHGLVFKH:HWHQVFKDSSHQ 'HFHPEHU ,19(57LQGH[YDQGH1HGHUODQGVWDOLJHYHUSOHHJNXQGLJHOLWHUDWXXU Wat is invert? Eenvoudig zoeken Geavanceerd zoeken In welk

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal

Nadere informatie

REFERENTIES INVOEGEN EN BRONNENLIJST MAKEN MET MS WORD 2013 (APA)

REFERENTIES INVOEGEN EN BRONNENLIJST MAKEN MET MS WORD 2013 (APA) REFERENTIES INVOEGEN EN BRONNENLIJST MAKEN MET MS WORD 2013 (APA) BRONNEN OPNEMEN EN VERWERKEN IN WORD VOORBEELDEN: BOEK HOOFDSTUK TIJDSCHRIFTARTIKEL WEBSITE BRONNEN BEHEREN BRONNEN OPNEMEN EN VERWERKEN

Nadere informatie

Bibliografische referenties invoegen via Word 2013

Bibliografische referenties invoegen via Word 2013 Bibliografische referenties invoegen via Word 2013 Dienst mediatheken Laatst bijgewerkt op 25/09/2014 11:09 ALGEMEEN Je kan jezelf heel wat werk besparen door je bibliografische referenties in Word bij

Nadere informatie

Tips voor schriftelijke rapportering. Laura Versteele, in samenwerking met Prof. Joris De Schutter Faculteit Ingenieurswetenschappen 20 februari 2013

Tips voor schriftelijke rapportering. Laura Versteele, in samenwerking met Prof. Joris De Schutter Faculteit Ingenieurswetenschappen 20 februari 2013 Tips voor schriftelijke rapportering Laura Versteele, in samenwerking met Prof. Joris De Schutter Faculteit Ingenieurswetenschappen 20 februari 2013 Overzicht Tips in verband met o Structuur en inhoud

Nadere informatie

Deel 2: Endnote bibliografische software gebruiken als databasemanager en editor

Deel 2: Endnote bibliografische software gebruiken als databasemanager en editor Deel 2: Endnote bibliografische software gebruiken als databasemanager en editor Versie feb. 2015 pag. 38 Endnote output: 1. Organiseer je database 2. Doorzoek de referenties in je database 3. Publiceren,

Nadere informatie

Literatuurverwijzingen

Literatuurverwijzingen Literatuurverwijzingen Een literatuurlijst maken & citeren / parafraseren Waarover gaat de presentatie? I Waarom verwijzen? Enkele overwegingen vooraf! II APA - normen III Literatuurverwijzingen: de praktijk

Nadere informatie

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids? Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids? WERKBOEK WIKIKIDS Welkom bij het werkboek van WikiKids. In dit werkboek staan opdrachten waarmee je stap voor stap leert werken met WikiKids. Er staan 15 opdrachten

Nadere informatie

Hoe maak ik een werkstuk? Dé werkstukkenwijzer voor het Scala College

Hoe maak ik een werkstuk? Dé werkstukkenwijzer voor het Scala College Hoe maak ik een werkstuk? Dé werkstukkenwijzer voor het Scala College B. van Aken A. van Dorst Scala College Juli 2016 Inhoud Inleiding... 3 Hoofdstuk 1: Opbouw van een werkstuk... 4 1.1 Titelpagina...

Nadere informatie

DE TECHNISCHE VERZORGING VAN WERKSTUKKEN

DE TECHNISCHE VERZORGING VAN WERKSTUKKEN DE TECHNISCHE VERZORGING VAN WERKSTUKKEN De huidige tekstverwerkingsprogramma s maken het mogelijk teksten op een professionele manier op te maken. De vele mogelijkheden brengen echter ook het risico met

Nadere informatie

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven Dit is een stuk over eenvoudig schrijven. Het is bedoeld om het belang van eenvoudig schrijven te laten zien en te helpen bij het schrijven van brieven of verslagen voor cliënten. Eenvoudig schrijven is

Nadere informatie

Richtlijnen schrijven (stage-of afstudeer)verslag

Richtlijnen schrijven (stage-of afstudeer)verslag Richtlijnen schrijven (stage-of afstudeer)verslag Inhoudsopgave Structuur van een verslag... 2 Indeling van het verslag... 2 De titelpagina... 2 Voorwoord... 2 De Inhoudsopgave... 3 De Samenvatting...

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren

Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren handleiding onderzoek doen op internet pagina 1 Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren Het opstellen van een goede probleemstelling bij een onderwerp is leuk werk, maar ook lastig. Het kan veel tijd

Nadere informatie

Verwijzen naar digitale bronnen

Verwijzen naar digitale bronnen Verwijzen naar digitale bronnen Aanvulling op de Leidraad voor juridische auteurs 2013 I. Bennigsen mr. dr. L.D. van Kleef-Ruigrok 2 februari 2015 1 1 Inleiding In de Leidraad voor juridische auteurs 2013

Nadere informatie

20/11/2015 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

20/11/2015 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? Stieve Van der Bruggen 1 INHOUD SESSIE 1) Google 2) Wikipedia 3) Waarom de bibliotheek? 4) Efficiënt opzoeken via LIMO 5) Enkele nuttige databanken 6) Enkele oefeningen +

Nadere informatie

INSTRUMENTEN TER ONDERSTEUNING VAN SCRIPTIESTUDENTEN

INSTRUMENTEN TER ONDERSTEUNING VAN SCRIPTIESTUDENTEN INSTRUMENTEN TER ONDERSTEUNING VAN SCRIPTIESTUDENTEN Medewerkers van de Bibliotheek Rechten hebben voor studenten, die starten met het schrijven van de scriptie, instrumenten ontwikkeld. De instrumenten

Nadere informatie

Auteursrichtlijnen Tijdschrift Vooys Algemeen

Auteursrichtlijnen Tijdschrift Vooys Algemeen Auteursrichtlijnen Tijdschrift Vooys 2013 1. Algemeen a. Het publiek van Vooys bestaat uit geïnteresseerde leken en specialisten op het gebied van de geesteswetenschappen. Het is dus belangrijk om als

Nadere informatie

Auteursinstructies ANTW

Auteursinstructies ANTW Aanleveren Enkel complete en definitieve artikelen worden geaccepteerd. Een volledig manuscript bestaat uit de volgende onderdelen en in de volgende volgorde: o Titel o Ondertitel o Auteursnamen o Engelstalige

Nadere informatie

Verwijzen naar digitale bronnen

Verwijzen naar digitale bronnen Verwijzen naar digitale bronnen Aanvulling op de Leidraad voor juridische auteurs 2013 I. Bennigsen mr. dr. L.D. van Kleef-Ruigrok 27 januari 2014 1 1 Inleiding In de Leidraad voor juridische auteurs 2013

Nadere informatie

Bronvermelding: The Chicago Manual of Style

Bronvermelding: The Chicago Manual of Style Bronvermelding: The Chicago Manual of Style Versie januari 2016 / Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Tijdens de studie filosofie, theologie en religiewetenschappen moet je veel papers schrijven.

Nadere informatie

Als je naar ERIC gaat kom je automatisch bij Basic Search (eenvoudig zoeken).

Als je naar ERIC gaat kom je automatisch bij Basic Search (eenvoudig zoeken). ZOEKEN IN ERIC EENVOUDIG ZOEKEN ZOEKRESULTAAT: SORTEREN EN VERFIJNEN (FILTERS) GEAVANCEERD ZOEKEN SEARCH HISTORY DE THESAURUS (wat is het?) ZOEKEN MET DE THESAURUS EEN TWEEDE THESAURUSTERM TOEVOEGEN EENVOUDIG

Nadere informatie

BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN. Handleidingen

BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN. Handleidingen BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN Handleidingen ProQuest Zoeken in ProQuest-databanken: ProQuest Sociology; Political Science; Social Science Journals; Social Services Abstracts; Sociological Abstracts

Nadere informatie

Stappenplan: een spreekbeurt maken

Stappenplan: een spreekbeurt maken Stappenplan: een spreekbeurt maken 1. Dit weet ik al! Dit wil ik nog te weten komen! Maak op een kladblad een woordspin over het onderwerp. Ik noteer sleutelwoorden Schrijf onder je woordspin vragen die

Nadere informatie

Zoektechnieken. Eenvoudig of geavanceerd zoeken

Zoektechnieken. Eenvoudig of geavanceerd zoeken Stap 4. Zoeken Je hebt de zoekvragen en zoektermen op een rijtje en je hebt informatiebronnen gekozen. Nu kun je echt gaan zoeken. In deze stap leer je een aantal technieken om effectiever te zoeken: Zoektechnieken

Nadere informatie

H A N D L E I D I N G S H A R E K I T

H A N D L E I D I N G S H A R E K I T Onderwijs en Ontwikkeling H A N D L E I D I N G S H A R E K I T NB. GEBRUIK GOOGLE CHROME ALS BROWSER DIT IS NOODZAKELIJK VOOR HET TONEN VAN DE INGEVOERDE ITEMS OP DE HR WEBSITE 1. Ga naar https://hr.surfsharekit.nl

Nadere informatie

ZOEKEN IN BUSINESS SOURCE PREMIER

ZOEKEN IN BUSINESS SOURCE PREMIER ZOEKEN IN BUSINESS SOURCE PREMIER ZOEKEN IN BUSINESS SOURCE PREMIER EENVOUDIG ZOEKEN ZOEKRESULTAAT: SORTEREN EN VERFIJNEN (FILTERS) GEAVANCEERD ZOEKEN SEARCH HISTORY ZOEKEN NAAR LANDENINFORMATIE ZOEKEN

Nadere informatie

De Schrijfregels. Christiaan Huygens College Rachmaninowlaan Talencluster

De Schrijfregels. Christiaan Huygens College Rachmaninowlaan Talencluster De Schrijfregels Christiaan Huygens College Rachmaninowlaan Talencluster 1 Inleiding In dit boekje De Schrijfregels worden regels gegeven voor de inhoudelijke indeling en de uiterlijke presentatie van

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde

Nadere informatie

Gids bij het opstellen van een masterproef Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen

Gids bij het opstellen van een masterproef Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen 1 Gids bij het opstellen van een masterproef Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen 1. Inleiding Deze gids heeft als doel richtlijnen mee te geven die als leidraad kunnen dienen voor iedereen die een masterproef

Nadere informatie

Informatievaardigheden Introductie EndNote

Informatievaardigheden Introductie EndNote Informatievaardigheden Introductie EndNote TU Delft Library Delft University of Technology Challenge the future TU Delft Library HowInformatievaardigheden to find and use scientific / EndNote information

Nadere informatie

HALLO WERELD WERKSTUK

HALLO WERELD WERKSTUK HALLO WERELD WERKSTUK Opdracht Maak een werkstuk over China, het onderwerp van het boek De Parel en De Draak. Beschrijf verschillende aspecten van het land en maak je werkstuk zo afwisselend mogelijk.

Nadere informatie

De kunst van wetenschappelijk schrijven

De kunst van wetenschappelijk schrijven De kunst van wetenschappelijk schrijven In de wetenschap gaat de erkenning naar diegene die de wereld heeft overtuigd, niet naar degene die als eerste op t idee kwam. (Darwin) Overzicht De schrijfopdracht

Nadere informatie

Inhoud. Mediacentrum Hogeschool Windesheim Handleiding Endnote Online juli

Inhoud. Mediacentrum Hogeschool Windesheim Handleiding Endnote Online juli ONLINE Inhoud Wat is Endnote Online?... 3 Voordat je begint nog even dit!... 3 Aanmelden... 4 Referenties invoegen in een Worddocument/Cite while you write... 5 Handmatig invoeren van referenties... 7

Nadere informatie

2. Hoe zoeken in deze databank?... 2. 2.1 Snelzoeken... 2. 2.2 Eenvoudig zoeken... 4. 2.3 Geavanceerd zoeken... 5. 2.4 Zoeken via zoekbomen...

2. Hoe zoeken in deze databank?... 2. 2.1 Snelzoeken... 2. 2.2 Eenvoudig zoeken... 4. 2.3 Geavanceerd zoeken... 5. 2.4 Zoeken via zoekbomen... Abraham Gids voor het gebruik van de databank Inhoudsopgave 1. Wat is Abraham?... 2 2. Hoe zoeken in deze databank?... 2 2.1 Snelzoeken... 2 2.2 Eenvoudig zoeken... 4 2.3 Geavanceerd zoeken... 5 2.4 Zoeken

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp

Nadere informatie

Auteursinstructies Mens en Maatschappij

Auteursinstructies Mens en Maatschappij Aanlevering Manuscripten digitaal opsturen naar het redactiesecretariaat van Mens en Maatschappij, bereikbaar via menm@aup.nl. Enkel complete en definitieve artikelen worden geaccepteerd. Een volledig

Nadere informatie

Filosofische temperamenten

Filosofische temperamenten Peter Sloterdijk Filosofische temperamenten Van Plato tot Foucault Vertaald door Mark Wildschut boom amsterdam inhoud Woord vooraf [7] Plato [13] Aristoteles [37] Augustinus [43] Bruno [53] Descartes [57]

Nadere informatie

16/02/2016 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

16/02/2016 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? Stieve Van der Bruggen 1 INHOUD SESSIE 1) Google 2) Wikipedia 3) Waarom de bibliotheek? 4) Efficiënt opzoeken via LIMO 5) Enkele nuttige databanken 6) Enkele oefeningen +

Nadere informatie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Introductie voor Antropologie Website SBIB: bib.kuleuven.be/sbib 2 Wat is LIMO: limo.libis.be/ku Leuven Opgelet! Gebruik ook wetenschappelijke databanken LIMO: aanmelden

Nadere informatie

In LibreOffice een boek schrijven. Handleiding van Helpmij.nl. Auteur: Kate95

In LibreOffice een boek schrijven. Handleiding van Helpmij.nl. Auteur: Kate95 In LibreOffice een boek schrijven Handleiding van Helpmij.nl Auteur: Kate95 oktober 2018 Wanneer je een omvangrijke tekst schrijft, zijn er allerlei handigheden in LibreOffice die de moeite waard zijn

Nadere informatie

Bijlage W2 groep 7 1

Bijlage W2 groep 7 1 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding: Waarom ik een werkstuk maak 2 Zo begin ik met mijn werkstuk 3 De onderdelen van het werkstuk 4 Waaraan moet mijn werkstuk voldoen? 4 Beoordelingsschema voor je werkstuk 5 Hoe

Nadere informatie

Web of Science: SCI, SSCI en AHCI

Web of Science: SCI, SSCI en AHCI Web of Science: SCI, SSCI en AHCI De Web of Science Citation index is toegankelijk via de Web of Knowledge (Wok), een portaalsite van het Institute of Scientific Information (ISI). De Web of Science Citation

Nadere informatie

Auteursinstructies tijdschriften

Auteursinstructies tijdschriften Aanleveren Enkel complete en definitieve artikelen worden geaccepteerd. Een volledig manuscript bestaat uit de volgende onderdelen en in de volgende volgorde: o Titel o Ondertitel o Auteursnamen o Engelstalige

Nadere informatie

Auteursinstructies. Inhoudsopgave. Beste Auteur,

Auteursinstructies. Inhoudsopgave. Beste Auteur, Beste Auteur, Als besloten is uw manuscript uit te geven, wordt u gevraagd de tekst volgens onze huisstijl aan te leveren. Een uitgebreide handleiding volgt hieronder en is tevens te downloaden van onze

Nadere informatie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Introductie Bachelors Communicatiewetenschappen, Politieke Wetenschappen en Sociologie Website SBIB: bib.kuleuven.be/sbib 2 Wat is LIMO: limo.libis.be/ku Leuven Opgelet!

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Bibliografie en annotatie. Donderdag 20 oktober 2016

Bibliografie en annotatie. Donderdag 20 oktober 2016 Bibliografie en annotatie Donderdag 20 oktober 2016 V. SOEN, Geschiedenis is een werkwoord. Een inleiding tot historisch onderzoek, Leuven, 2016, p. 41. Vraagstelling Inlezen in de materie, vastleggen

Nadere informatie

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie Stappenplan zoeken en verwerken van informatie Oriëntatie op het onderwerp Wat is het onderwerp Welke zoektermen Welke bronnen Zoeken naar informatie Welke informatiebronnen Kiezen en beoordelen van informatie

Nadere informatie

Voorpagina met titel

Voorpagina met titel STYLESHEET Lay-out Lay-out-checklist Voorpagina met titel Inhoudsopgave Afgedrukt op papier van A4-formaat Kantlijn van 2.5 cm aan alle kanten Lettertype Times New Roman 12 (Dubbele regelafstand) Links

Nadere informatie

Hand-out. Bronvermelding 2009-2010. Auteurs: Drs. C.G.M. Piqué N. Esmeijer M.Z. Keus, MScBA Dr. H van Driel

Hand-out. Bronvermelding 2009-2010. Auteurs: Drs. C.G.M. Piqué N. Esmeijer M.Z. Keus, MScBA Dr. H van Driel Hand-out Bronvermelding 2009-2010 Auteurs: Drs. C.G.M. Piqué N. Esmeijer M.Z. Keus, MScBA Dr. H van Driel INLEIDING Deze hand-out is een korte samenvatting van de literatuur uit het B-gedeelte van de Skill

Nadere informatie

ZOEKEN IN SPORTDISCUS

ZOEKEN IN SPORTDISCUS ZOEKEN IN SPORTDISCUS EENVOUDIG ZOEKEN ZOEKRESULTAAT: SORTEREN EN VERFIJNEN (FILTERS) GEAVANCEERD ZOEKEN SEARCH HISTORY DE THESAURUS (wat is het?) ZOEKEN MET DE THESAURUS EENVOUDIG ZOEKEN Als je naar SPORTDiscus

Nadere informatie

Verdiepingsopdracht A Het literatuuronderzoek NIVEAU 4

Verdiepingsopdracht A Het literatuuronderzoek NIVEAU 4 Verdiepingsopdracht A Het literatuuronderzoek NIVEAU 4 1 e jaar BOL WELZIJN februari instroom 2013-2014. LET OP inleveren week 47 (17 november) INLEIDING Binnenkort ga je op stage. Je gaat dan aan de slag

Nadere informatie

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie Stappenplan zoeken en verwerken van informatie Oriëntatie op het onderwerp Wat is het onderwerp? Welke zoektermen? Welke bronnen? Zoeken naar informatie Welke informatiebron gebruik je? Hoe zoek je digitale

Nadere informatie

Stap 4: Indeling maken

Stap 4: Indeling maken Stap 1: Het kiezen van een onderwerp Kies een onderwerp dat je aanspreekt of waar je veel van af weet of waar je graag meer over te weten wilt komen. Klaar? Kleur vakje 1 van het stappenblad. Stap 2: Materiaal

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER

BEOORDELINGSFORMULIER Faculteit Geesteswetenschappen Versie maart 2015 BEOORDELINGSFORMULIER MASTER SCRIPTIES Eerste en tweede beoordelaar vullen het beoordelingsformulier onafhankelijk van elkaar in. Het eindcijfer wordt in

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015 Faculteit der Geesteswetenschappen Afdeling Geschiedenis, Europese studies en Religiewetenschappen Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam Datum 10-9-2015 Contactpersoon J.J.B.Turpijn@uva.nl Bijlagen Beoordelingsformulier

Nadere informatie

Word 2007 en APA bronvermelding. Nathalie van den Eerenbeemt december 2014

Word 2007 en APA bronvermelding. Nathalie van den Eerenbeemt december 2014 Word 2007 en APA bronvermelding Nathalie van den Eerenbeemt december 2014 Waar vind je WIKI Fontys OSO? 2 Wiki Fontys OSO waar staat de ppt? http://www.fontysmediatheek.nl/wiki/home/wiki_fontys_oso 3 aar

Nadere informatie

Handleiding Brudoc De onlinecatalogus van het CMDC-CDCS Bijgewerkt op 16/09/2015

Handleiding Brudoc De onlinecatalogus van het CMDC-CDCS Bijgewerkt op 16/09/2015 Handleiding Brudoc De onlinecatalogus van het CMDC-CDCS Bijgewerkt op 16/09/2015 Auteur: Dimitri Piraux Herlezer: Stephanie Wolbeek Inhoudstabel 1. Eenvoudig zoeken... Erreur! Signet non défini. 2. Filters...

Nadere informatie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Antropologie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Antropologie Bibliotheek Sociale Wetenschappen Introductie tot het zoeken Antropologie Website faculteitsbibliotheek Zoekmachine LIMO: boeken, artikels, eindwerken, tijdschrifttitels, kranten Specifieke databanken:

Nadere informatie

Paper opdracht INFONW

Paper opdracht INFONW Paper opdracht INFONW Arne Hillebrand 11 oktober 2017 1 / 20 Doel en publiek Mogelijke doelen: Nieuwe ideeën delen Hoe lossen we probleem een bepaald op? Verschillende technieken vergelijken Welke techniek

Nadere informatie

Instellen Finchline Topics & Booleaans zoeken

Instellen Finchline Topics & Booleaans zoeken Instellen Finchline Topics & Booleaans zoeken Versie 3.0 Introductie In deze handleiding wordt uitgelegd hoe je in Finchline topics kunt instellen. Een topic is een zoekactie naar een bepaald onderwerp.

Nadere informatie

Handleiding schrijven voor Wiki

Handleiding schrijven voor Wiki Handleiding schrijven voor Wiki Durf, begin Wees niet bang om te schrijven. Begin gewoon met schrijven. Pas als je klaar bent, kijk je naar de regels en pas je de tekst aan. Perfectie bestaat niet. Als

Nadere informatie

Scopus Zoeken in Scopus

Scopus Zoeken in Scopus BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN Handleidingen Scopus Zoeken in Scopus Veerle Tuerlinckx september 2018 Inhoud Beschrijving... 5 1 Start (via Limo)... 6 2 Zoeken in SCOPUS... 6 2.1 Wat zijn citatie-indexen?...

Nadere informatie

i n h o u d Inhoud Inleiding

i n h o u d Inhoud Inleiding V Inhoud Inleiding IX 1 Informatie structureren 1 1.1 Onderwerp in kaart brengen 1 1.1.1 Je doel vaststellen 1 1.1.2 De lezers inschatten 2 1.1.3 Het onderwerp afbakenen 3 1.1.4 Van ideeën naar mindmap

Nadere informatie

HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN OPDRACHTEN EN ESSAYS. BINNEN DE OPLEIDINGEN FILOSOFIE en FILOSOFIE VAN EEN WETENSCHAPSGEBIED

HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN OPDRACHTEN EN ESSAYS. BINNEN DE OPLEIDINGEN FILOSOFIE en FILOSOFIE VAN EEN WETENSCHAPSGEBIED ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM FACULTEIT DER WIJSBEGEERTE HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN OPDRACHTEN EN ESSAYS BINNEN DE OPLEIDINGEN FILOSOFIE en FILOSOFIE VAN EEN WETENSCHAPSGEBIED 1 I. Algemeen In

Nadere informatie

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen Antoniusschool Groep 7/8 Let op: deze heb je het hele schooljaar nodig! Hoe maak je een spreekbeurt? Mijn voorbereiding:

Nadere informatie

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum:

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum: 2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) Die Arbeit mit dem Sprachtagebuch dient in den Seminaren Literatur- und Sprachwissenschaft zur Vertiefung und Erweiterung der erworbenen

Nadere informatie

Installatiehandleiding EndNote Hogeschool Rotterdam Mediatheek

Installatiehandleiding EndNote Hogeschool Rotterdam Mediatheek Installatiehandleiding EndNote Hogeschool Rotterdam Mediatheek Auteur: Brenda Lems Datum: januari 2017 Inleiding EndNote is bibliografische software die je kunt gebruiken voor het opbouwen, beheren en

Nadere informatie

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018

Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Bibliotheek Sociale Wetenschappen 2018 Introductie Masters Communicatiewetenschappen Website SBIB: bib.kuleuven.be/sbib 2 Wat is LIMO: limo.libis.be/kuleuven 3 Wat is LIMO: limo.libis.be/kuleuven Opgelet!

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Mediatheekhandleiding EndNote X9 en hoger

Mediatheekhandleiding EndNote X9 en hoger Mediatheekhandleiding EndNote X9 en hoger Inleiding EndNote is bibliografische software die je kunt gebruiken voor het opbouwen, beheren en gebruiken van een literatuurlijst. Door de integratie van EndNote

Nadere informatie

INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13

INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13 INHOUD VOORWOORD 11 INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13 HOOFDSTUK 1. Op zoek naar een stabiele werkelijkheid. De Oudheid (6 de eeuw v.c. 6 de eeuw n.c.) 25 1. Het ontstaan

Nadere informatie

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk?

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk? Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk? Je gaat de komende weken thuis een werkstuk maken. Een werkstuk is een lange weettekst. Het wordt geschreven om iemand iets te leren of te laten weten. Net als in een

Nadere informatie

17/02/2017 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

17/02/2017 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? Stieve Van der Bruggen 2016-2017 1 INHOUD SESSIE 1) Google 2) Wikipedia 3) Waarom de bibliotheek? 4) Efficiënt opzoeken via LIMO 5) Enkele nuttige databanken 6) Nuttige plaatsen

Nadere informatie

PeMeTRaS. Author: L.K.J. Roos. Personal Medical Tracking and recording software.

PeMeTRaS. Author: L.K.J. Roos. Personal Medical Tracking and recording software. PeMeTRaS Personal Medical Tracking and recording software. Author: L.K.J. Roos Opmerking [W1]: Raamwerk voor Word 2007: U kunt de opmerkingentekst (on)zichtbaar maken onder Controleren optie Markeringen

Nadere informatie

Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een informatieve PowerPoint op JOMA: tweede en derde graad

Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een informatieve PowerPoint op JOMA: tweede en derde graad Maantjessteenweg 130 2170 MERKSEM Taalhulp voor een informatieve PowerPoint op JOMA: tweede en derde graad Maantjessteenweg 130 2170 MERKSEM Taalhulp voor een informatieve PowerPoint op JOMA: tweede en

Nadere informatie

Inhoud van deze handleiding

Inhoud van deze handleiding Inhoud van deze handleiding Wat is Limo Werken in Limo Om optimaal te werken: meld je aan in LIMO, Thuiswerken = gebruik de EZProxy Zoeken in Limo Zoeken: algemeen Zoektips Zoeken: simple and advanced

Nadere informatie