BAANBREKEND NAAR Arbeidsmarktprognoses zorg en WJK ZEELAND

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BAANBREKEND NAAR Arbeidsmarktprognoses zorg en WJK ZEELAND"

Transcriptie

1 BAANBREKEND NAAR Arbeidsmarktprognoses zorg en WJK ZEELAND

2 BAANBREKEND NAAR Arbeidsmarktprognoses zorg en WJK ZEELAND 13 december 2012 J.W.M. Gardeniers (Etil) D. Grijpstra (Research voor Beleid) J.J.L. Meuwissen (Etil) J. de Quillettes (Etil) L.G.C. van Wijnen (ViaZorg) Foto cover: Mary Remijnse 2

3 Inhoudsopgave Woord vooraf 4 Samenvatting en conclusies 5 1. Inleiding Regionale context Aanbod Vraag Aanbod van arbeid Aanbod vanuit onderwijs Overige aanbodcategorieën Toekomstig aanbod voor arbeidsmarkt in zorg en WJK Zeeland Toekomstig aanbod voor arbeidsmarkt in zorg en WJK in deelregio s Vraag naar arbeid Werkgelegenheidsstructuur Toekomstige vraag naar arbeid Discrepanties Kwantitatieve discrepanties Kwalitatieve discrepanties Oplossingsrichtingen Huidig regionaal arbeidsmarktbeleid in de sector zorg en WJK Beleidsaanbevelingen en uitdagingen voor regionaal arbeidsmarktbeleid 52 Bijlagen 57 Bijlage 1: Deelnemers expertsessie 58 Bijlage 2: Discrepanties op basis van het hoge scenario 59 Bijlage 3: Bij ViaZorg aangesloten organisaties 60 Bijlage 4: Gebruikte afkortingen 61 3

4 Woord vooraf Aan verzorgenden (niveau 3) ontstaan de komende jaren in alle regio s van Zeeland aanzienlijke tekorten. Dit tekort loopt op tot ongeveer 580 werknemers in In Zeeuws-Vlaanderen is het tekort het grootste. Een belangrijke bevinding in het voorliggende rapport, dat eens te meer laat zien hoe (sub) regionaal een arbeidsmarkt is bepaald. Kernvragen bij deze arbeidsmarktprognoses zijn: aan welk type personeel in zorg en welzijn, aan welke functies ontstaat in de nabije toekomst een tekort of juist een overschot? Hoe ontwikkelt zich de vraag naar personeel? En kan aan die vraag tegemoet worden gekomen? Is er bijvoorbeeld voldoende instroom in de opleidingen? Of voor sommige beroepen juist teveel? In drie afzonderlijke hoofdstukken worden het aanbod van arbeid, de vraag naar arbeid en de mogelijke discrepanties in beeld gebracht. Daarbij is voor wat betreft de prognoses bewust gekozen voor een korte tijdshorizon: Prognoses op een langere termijn zijn met te veel onzekerheden omgeven. Meten is weten. Een alom bekende bewering. En wie meer inzicht heeft in de huidige en toekomstige situatie op de arbeidsmarkt zal beter in staat zijn de strategie voor zijn of haar organisatie te bepalen. Daarom wordt in een afsluitend overzicht uitvoerig ingegaan op mogelijke oplossingsrichtingen voor discrepanties op de arbeidsmarkt. Concrete oplossingen moeten uiteraard door de actoren zelf worden gekozen. Bijvoorbeeld een mogelijke keuze door zorg- en welzijnsorganisaties voor strategische personeelsplanning. Maar ook innovaties gaan werken kunnen bijdragen aan het krijgen of behouden van een goede balans op de arbeidsmarkt. Bij de personeelsplanning van de organisaties moet overigens ook altijd nog zo goed mogelijk rekening worden gehouden met de -na afsluiting van dit rapport voorgestelde- beleidswijzigingen zoals aangekondigd in het dit najaar afgesloten regeerakkoord tussen de VVD en de PvdA. Kortom, de toekomst zal altijd in zekere mate onzeker blijven, maar op basis van de cijfers en prognoses in dit rapport moet de te volgen marsroute wel zijn uit te zetten. Ik hoop in ieder geval dat u in dit rapport (Baanbrekend naar B@lans) de nodige bouwstenen vindt voor het beleid van uw organisatie voor de komende jaren. Dr Joost Naafs Directeur Stichting ViaZorg 4

5 Samenvatting en conclusies Dit rapport bevat arbeidsmarktprognoses voor de periode voor de sector zorg en WJK (welzijn & maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang) in Zeeland. De focus ligt hierbij op Verpleegkundig, Opvoedkundig en Verzorgend (VOV) personeel. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar de vraag en aanbod van personeel in de gehele Zeeuwse zorg en WJK, maar wordt ook aandacht besteed aan de (verwachte) ontwikkelingen in de verschillende deelregio s Walcheren, Oosterschelderegio en Zeeuws-Vlaanderen. Dit rapport is opgesteld voordat het regeerakkoord tussen de VVD en de PvdA bekend werd. Het rapport beschrijft eerst de regionale context waarin de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt voor zorg en WJK in Zeeland en haar deelregio s zich afspelen. Vervolgens wordt een beeld gegeven van de te verwachten ontwikkelingen op het gebied van aanbod van personeel, vraag naar personeel en de confrontatie hiertussen. Ten slotte worden oplossingsrichtingen geformuleerd voor de gesignaleerde arbeidsmarktdiscrepanties. Daarmee levert het rapport een bijdrage aan het maken van strategische keuzes voor regionaal arbeidsmarktbeleid en voor de arbeidsmarkt- en HRM strategie van individuele zorg- en welzijnsorganisaties in Zeeland. Regionale context De arbeidsmarkt van zorg en WJK in Zeeland staat niet op zichzelf. Er is sprake van beïnvloeding door ontwikkelingen in de omgeving, zoals de bevolkingsontwikkeling aan de aanbodzijde en de werkgelegenheidsstructuur en economische groei aan de vraagzijde. Aanbod In 2012 bestaat de bevolking in Zeeland uit ongeveer personen, van wie het grootste aantal in de Oosterschelderegio woonachtig is. Tot 2020 wordt voor de Oosterschelderegio en Walcheren verwacht dat het bevolkingsaantal stabiel blijft. In Zeeuws-Vlaanderen echter daalt de bevolking al sinds 2004 en de verwachting is dat deze daling zich tot 2020 voort zal zetten. Daarnaast is te zien dat de vergrijzing met de jaren toeneemt. In Zeeland is de arbeidsmarkt meer vergrijsd dan landelijk. De Oosterschelderegio kent de minste vergrijzing. In 2012 is de verhouding tussen het aantal jarigen en 0-15 jarigen hier 1,14. Zeeuws-Vlaanderen kent de grootste verhouding tussen ouderen en jongeren, namelijk 1,50. In Walcheren is dit 1,31. De potentiële beroepsbevolking bestaat uit alle mensen tussen 15 en 65 jaar. In 2010 telde de potentiële beroepsbevolking van Zeeland personen. Er is een onbenut arbeidspotentieel van personen. Sinds 2007 daalt de potentiële beroepsbevolking. De Zeeuwse beroepsbevolking bestaat in 2010 uit personen. Ten opzichte van het landelijk beeld bestaat de beroepsbevolking relatief uit iets minder vrouwen. Als gevolg van een stijgende arbeidsparticipatie van ouderen en vrouwen is de beroepsbevolking, ondanks de dalende potentiële beroepsbevolking, in de periode toegenomen. Tot 2016 zal de beroepsbevolking in Zeeland stabiel blijven. Naar deelregio s geldt dat de beroepsbevolking in Zeeuws-Vlaanderen en de Oosterschelderegio licht zal dalen en dat in Walcheren sprake zal zijn van een lichte groei. Vraag Zeeland kent in totaal ruim arbeidsplaatsen, waarvan bijna in de gezondheidszorg- en welzijnszorg 1. Daarmee is deze sector een van de grootste sectoren in Zeeland. Walcheren kent de meeste werkgelegenheid in de gezondheidszorg- en welzijnszorg (20%). In de Oosterschelderegio volgt gezondheidszorg- en welzijnszorg (15%) na handel & 1 Bron: LISA. Werkgelegenheidscijfers kunnen per bron verschillen door afwijkende definities en manier van registreren. De cijfers afkomstig uit het LISA bestand wijken daarom af van de cijfers die verderop in deze samenvatting worden gepresenteerd. 5

6 reparatie en in Zeeuws-Vlaanderen is gezondheidszorg- en welzijnszorg de derde sector (16%) achter industrie en handel & reparatie. De ontwikkeling van de werkgelegenheid tussen 1997 en 2011 volgt grotendeels de conjunctuur. In de deelregio s zijn grotendeels dezelfde trends zichtbaar. Sinds 2005 ligt de werkgelegenheidsontwikkeling in Walcheren boven het provinciaal gemiddelde, terwijl Zeeuws- Vlaanderen er juist onder ligt. In de Oosterschelderegio komt de ontwikkeling grotendeels overeen met het Zeeuws gemiddelde. Op basis van de landelijke Macro Economische Verkenningen van het Centraal Planbureau heeft Etil een regionale arbeidsmarktprognose opgesteld voor de provincie Zeeland. In Zeeland zal in 2012 sprake zijn van een afname van het aantal arbeidsplaatsen (ongeveer -1,0%). Alleen in de sector zorg en WJK zal een toename van de werkgelegenheid plaatsvinden. Het grootste verlies aan arbeidsplaatsen vindt naar verwachting plaats in de sectoren bank- en verzekeringswezen en bouw. Om een indicatie te geven van de rol die de vervangingsvraag de komende jaren gaat spelen is het aandeel 55-plussers van belang. Het aandeel 55-plussers is in Zeeland in 2010 het grootst in de sector onderwijs. 21% van de werknemers in die sector is 55 jaar of ouder. In de gezondheids- en welzijnszorg ligt het percentage 55-plussers aanzienlijk lager, namelijk op 14%. Dat is gelijk aan het aandeel 55-plussers van de totale werkzame beroepsbevolking in Zeeland. Daarnaast speelt ook het opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking een belangrijke rol. In Zeeland is 24% van de werkzame beroepsbevolking hoger opgeleid, 40% middelbaar opgeleid en 34% lager opgeleid. Daarmee is het aantal hogeropgeleiden ten opzichte van Nederland ondervertegenwoordigd. Walcheren kent naar verhouding de meeste hoogopgeleiden (28%). Aanbod van arbeid Instroom van VOV-personeel in zorg en WJK is afkomstig uit onderwijs (inclusief opscholing), overige bedrijfstakken, uitkeringen & inactiviteit en pendel. Instroom vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt, dat met bijna 50% de grootste bron van aanbod vormt, wordt bepaald door de instroom in de opleidingen, het studierendement en het sectorrendement. Aanbod vanuit onderwijs In Zeeland zijn in 2011 de populairste VOV-opleidingen op MBO-niveau sociaal agogisch werker (niveau 3), sociaal agogisch werker (niveau 4) en helpende zorg en welzijn (niveau 2). Bijna twee derde (63%) van de leerlingen volgt de opleiding via de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) en ongeveer een derde via de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL). In het HBO is de instroom het grootst in sociaal- pedagogische hulpverlening, gevolgd door verpleegkunde. Het studierendement geeft weer welk percentage van de instroom in de VOV-opleidingen na 5 jaar daadwerkelijk een diploma heeft behaald. De opleiding helpende zorg en welzijn (niveau 2) heeft in Zeeland het hoogste studierendement (87%). De HBO-opleiding cultureel maatschappelijke dienstverlening (CMD, niveau 5) heeft het laagste studierendement (47%). In 2011 hebben de meeste gediplomeerden op MBO-niveau een diploma behaald als helpende zorg en welzijn (niveau 2), gevolgd door sociaal agogisch werker (niveau 4) en verzorgende (niveau 3). Omdat de instroom in het onderwijs geleidelijk af zal nemen, zal het aantal diploma s voor de meeste opleidingen in de toekomst ook dalen. Het sectorrendement is het percentage gediplomeerden dat ook daadwerkelijk gaat werken in zorg en WJK. Dit is inclusief de gediplomeerden die al werkzaam waren in de sector (o.a. BBLers met een leer-werkovereenkomst). Het sectorrendement is daarom niet gelijk aan de nettoinstroom vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt. Het sectorrendement voor verpleegkundigen (niveau 4 en 5) en verzorgenden (niveau 3) is erg hoog (81% - 97%). Het sectorrendement op 6

7 niveau 1 en 2 is lager dan op niveau 3, 4 en 5. Vooral zorghulpen (niveau 1) hebben een relatief laag sectorrendement. In Zeeland wordt bijna een kwart van de arbeidsmarktinstroom van VOV-gediplomeerden gevormd door verzorgenden (niveau 3). De verwachting is dat in de periode ongeveer VOV-gediplomeerden op de arbeidsmarkt zullen instromen. Overige aanbodcategorieën Naast instroom vanuit het onderwijs (47%) vormen instroom uit overige bedrijfstakken (24%), uitkeringen & inactiviteit (23%) en pendel vanuit andere regio s (6%) de overige aanbodcategorieën. De instroom vanuit uitkeringen en inactiviteit is relatief groot voor zorghulpen (niveau 1). In vergelijking met de zorgkwalificaties (met uitzondering van zorghulpen) is de instroom van werknemers met een welzijnskwalificatie vanuit uitkeringen en inactiviteit relatief groot. De totale instroom op de arbeidsmarkt voor zorg en WJK in Zeeland in de periode is bijna werknemers. De instroom van verzorgenden (niveau 3) is het grootst, gevolgd door verpleegkundigen (niveau 4) en sociaal agogisch opgeleiden (niveau 3 en 4). Naar branche bezien is de grootste instroom in de verzorging, verpleging en thuiszorgsector (VVT). Naar deelregio is de totale arbeidsmarktinstroom relatief groot in Walcheren (41%), terwijl deze relatief laag is in Zeeuws-Vlaanderen (36%). In de Oosterschelderegio is de instroom 40%. Vraag naar arbeid Om de vraag naar arbeid in 2015 te kunnen berekenen is het belangrijk eerst een beeld te hebben van de huidige werkgelegenheid in zorg en WJK in Zeeland en de deelregio s en vervolgens te kijken naar de vervangingsvraag en de uitbreidingsvraag. De vervangingsvraag is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat door de uitstroom van personeel. De uitbreidingsvraag is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat door groei van de werkgelegenheid. Aan de hand van deze gegevens kan vervolgens het aantal baanopeningen worden berekend. Werkgelegenheidsstructuur In Zeeland werken in 2011 in zorg en WJK ongeveer personen. In de VVT werken de meeste mensen (49%), in Walcheren is dit zelfs 52%. In Zeeuws-Vlaanderen werken relatief veel mensen in de ziekenhuisbranche (27%). De Oosterschelderegio kent relatief veel werknemers in de GGZ (10%), uiteraard bepaald door het aanbod van de voorzieningen. In Zeeland bestaat in 2011 het totale personeel binnen zorg en WJK voor 65% uit VOV-personeel en voor 35% uit overige kwalificaties. De kwalificatie verzorgende (niveau 3) heeft het grootste aantal werknemers (5.170), gevolgd door verpleegkundige (niveau 4; 2.640). Het aantal HBO-ers binnen het VOV-personeel is relatief beperkt. Van alle werknemers in zorg en WJK in Zeeland in 2011 is 84% vrouw. De percentages verschillen echter per branche. In de kinderopvang is 96% van de werknemers vrouw terwijl dit in de branche welzijn & maatschappelijke dienstverlening (WMD) slechts 73% is. Gemiddeld zijn werknemers 40,6 jaar oud. In WMD is men gemiddeld het oudst, namelijk 43,2 jaar, in de kinderopvang het jongst (34,4 jaar). Dertien procent van de werknemers is allochtoon. Toekomstige vraag naar arbeid De uitbreidingsvraag betreft de groei van de werkgelegenheid in de periode Omdat prognoses van de werkgelegenheid omgeven zijn met de nodige onzekerheid zijn er twee scenario s opgesteld voor de vraag naar personeel: een laag en hoog scenario. In het lage scenario wordt in Zeeland een werkgelegenheidstoename van gemiddeld jaarlijks 1,6% verwacht. In WJK wordt als gevolg van de bezuinigingen een afname van de werkgelegenheid verwacht van gemiddeld jaarlijks -1,1%. In het hoge scenario is de werkgelegenheidstoename in de zorg groter (3,7%), terwijl ook binnen de sector WJK sprake is 7

8 van een beperkte toename (gemiddeld 0,6% per jaar). Op basis van inzichten van experts uit de branches is besloten het lage scenario als uitgangspunt te nemen. De uitbreidingsvraag naar branche voor de periode laat in het lage scenario zien dat de grootste toename van de werkgelegenheid plaats vindt binnen de VVT (gemiddeld 2,4% per jaar). Dit hangt samen met de extra investeringen in de intramurale langdurige zorg. Ook in de andere branches van de zorgsector neemt de uitbreidingsvraag toe, met uitzondering van de overige zorg. In de welzijnssector neemt de vraag naar personeel af, met name in de branche WMD (gemiddeld -3,1% per jaar), gevolgd door de jeugdzorg (gemiddeld -2,0% per jaar). Dit kan worden verklaard door de bezuinigingen binnen de welzijnssector. De uitbreidingsvraag naar kwalificatie voor de periode laat zien dat de totale vraag naar VOV-personeel met gemiddeld 1,6% per jaar hoger is dan de totale vraag naar personeel (gemiddeld 1,4% per jaar). De toekomstige vraag naar agogisch opgeleid personeel neemt slechts beperkt toe of daalt (CMD niveau 5). Dit is een direct gevolg van de bezuinigingen in de welzijnsbranche. De vraag naar verzorgende (niveau 3; gemiddeld 2,6% per jaar) is het grootst. Deze sterke groei hangt samen met de relatief sterke groei van de VVT. Vervangingsvraag ontstaat door uitstromend personeel. De totale vervangingsvraag in zorg en WJK in Zeeland in de periode bestaat uit arbeidsplaatsen. Het grootste aandeel hiervan (39%) wordt gevormd door personen die uitstromen naar uitkering of inactiviteit. Daarnaast stroomt 23% uit naar overige bedrijfstakken, 22% naar onderwijs door middel van opscholing, 9% als gevolg van pendel en het kleinste deel (7%) stroomt uit als gevolg van pensionering. In vindt de grootste vervangingsvraag in de VVT plaats (2.630 arbeidsplaatsen). De vervangingsvraag is het grootst voor verzorgende (niveau 3). Voor de kwalificaties op niveau 5 is een beperkte vervangingsvraag te verwachten. Dit hangt samen met de relatief geringe werkgelegenheid in deze kwalificaties. Het aantal baanopeningen wordt bepaald door de som van de vervangingsvraag en uitbreidingsvraag voor VOV-personeel. Het totale aantal baanopeningen in zorg en WJK naar VOV-personeel in de periode bedraagt In de VVT is sprake van het grootste aantal baanopeningen, namelijk Ook de gehandicaptenzorg kent relatief veel baanopeningen. Naar kwalificatie kent de kwalificatie verzorgende (niveau 3; 1.850), gevolgd door helpende zorg en WJK (niveau 2; 990) en verpleegkundige (niveau 4; 730) de meeste baanopeningen. Het aantal baanopeningen voor VOV-personeel naar deelregio volgt globaal gezien het aantal baanopeningen voor VOV-personeel in heel Zeeland. Relatief gezien kent de Oosterschelderegio minder baanopeningen voor alle branches, in vergelijking met de provincie Zeeland in zijn geheel. Het aantal baanopeningen voor VOV-personeel naar kwalificatie geeft aan dat in alle deelregio s het aantal baanopeningen in absolute zin het grootst is voor verzorgende (niveau 3) en relatief het grootst is voor helpende zorg en WJK (niveau 2). Relatief gezien kent Zeeuws-Vlaanderen voor alle kwalificaties het grootste aantal baanopeningen. Discrepanties Bij de confrontatie tussen vraag en aanbod wordt zowel gekeken naar kwantitatieve als kwalitatieve discrepanties. Bij kwantitatieve discrepanties wordt nagegaan of er sprake is van overschotten of tekorten voor het VOV-personeel binnen de branches en kwalificaties. Hierbij wordt rekening gehouden met twee vraagscenario s: het hoge en het lage scenario. Kwalitatieve discrepanties ontstaan omdat werkgevers andere eisen aan hun werknemers gaan stellen als gevolg van ontwikkelingen en omdat werknemers steeds kritischer worden richting hun werkgever. 8

9 Kwantitatieve discrepanties Op het niveau van de totale sector zorg en WJK is er in Zeeland op basis van beide vraagscenario s sprake van een tekort aan VOV-personeel in de periode Bij het lage scenario is er sprake van een tekort van 250 medewerkers (-1,6%) en bij het hoge scenario een tekort van (-10, 2%). Als naar de afzonderlijke sectoren zorg en WJK wordt gekeken valt op dat er alleen binnen de zorgsector sprake is van tekorten en in de WJK-sector juist van overschotten. De belangrijkste oorzaak voor de overschotten binnen WJK is dat de vraag naar personeel afneemt, terwijl de instroom van aanbod relatief hoog blijft. Bij tekorten en overschotten van VOV-personeel uitgesplitst naar branches, kwalificaties en deelregio s wordt het lage scenario als uitgangspunt genomen. Naar branches bezien worden op basis van dit scenario voor de periode voor de provincie Zeeland tekorten verwacht binnen de VVT (-830 werknemers) en overige zorg (-50 werknemers). Binnen de kinderopvang (+200) en WMD (+130) worden de grootste overschotten verwacht. Naar kwalificaties bezien worden op basis van het lage vraagscenario grote tekorten verwacht voor verzorgende (niveau 3; -580). Hier staat tegenover dat er een groot overschot wordt verwacht aan personeel met een agogische opleiding. Zo wordt voor de opleiding sociaal agogisch werker (niveau 3) een overschot van 190 medewerkers verwacht. Het overschot van sociaal agogisch werker (niveau 4) is iets kleiner, aangezien werknemers met deze kwalificatie naast de WJK-sector ook voor een deel actief zijn in de gehandicaptenzorg. Voor verpleegkundigen (niveau 4 en 5) zijn vraag en aanbod redelijk in evenwicht. Als de overschotten/tekorten naar deelregio s worden uitgesplitst is te zien dat over de gehele sector zorg en WJK bezien in Zeeuws-Vlaanderen sprake is van een tekort van ongeveer 260 personen, terwijl vraag en aanbod in Walcheren (0 personen) en Oosterschelderegio (+20 personen) redelijk in evenwicht zijn. Naar kwalificaties bezien blijkt dat er in de periode in Walcheren een overschot aan verpleegkundigen (niveau 5) is, terwijl binnen de overige regio s sprake is van een tekort. In de Oosterschelderegio is sprake van een overschot aan verpleegkundigen (niveau 4), terwijl er binnen de overige regio s sprake is van een tekort. Voor verzorgende (niveau 3) is in alle deelregio s een tekort; het grootste tekort wordt verwacht in Zeeuws-Vlaanderen. Voor helpende zorg en welzijn (niveau 2) en zorghulp (niveau 1) worden in alle regio s (kleine) tekorten verwacht. De overschotten voor de welzijnskwalificaties komen binnen Walcheren en de Oosterschelderegio grotendeels met elkaar overeen. In Zeeuws-Vlaanderen wordt binnen de WJK-branches alleen een overschot verwacht aan de kwalificatie sociaal agogisch werk (niveau 3). Kwalitatieve discrepanties Door de veranderende zorgvraag, zorginhoudelijke veranderingen, veranderingen in het zorgstelsel en ontwikkelingen op het gebied van technologie en nieuwe zorgconcepten zal de inhoud van de beroepen in de zorg veranderen. Werkgevers zullen daarom andere eisen aan hun werknemers stellen. De in de toekomst te leveren zorg, die zwaarder en complexer wordt, zal werknemers met een hoger opleidingsniveau vereisen. Werkgevers dienen daarnaast ook rekening te houden met de veranderende waardeoriëntaties van de toekomstige beroepsbevolking. Oplossingsrichtingen Voor de genoemde discrepanties die op de arbeidsmarkt van zorg en WJK worden verwacht voor de periode kunnen beleidsaanbevelingen worden geformuleerd. Eerst komt het huidige arbeidsmarktbeleid op het gebied van zorg en WJK aan bod. 9

10 Huidig regionaal arbeidsmarktbeleid in de sector zorg en WJK Momenteel is vooral de regionale arbeidsmarktorganisatie ViaZorg actief op het gebied van arbeidsmarktbeleid van zorg en WJK in Zeeland. Bij Stichting ViaZorg zijn bijna alle Zeeuwse zorgen welzijnsorganisaties aangesloten. ViaZorg coördineert al enkele jaren activiteiten en projecten op het gebied van instroom, doorstroom en behoud van medewerkers voor de zorg- en welzijnssector. Beleidsaanbevelingen en uitdagingen voor regionaal arbeidsmarktbeleid De geformuleerde beleidsaanbevelingen worden onderbracht in 5 programmalijnen: 1. Strategisch arbeidsmarktbeleid; 2. Werven met beleid; 3. Kwalificeren voor zorg en WJK; 4. Beleid duurzame inzetbaarheid; werken: Investeer in strategische personeelsplanning. Houd daarbij rekening met zowel de kwantiteit als kwaliteit en daarnaast met competenties, bijdrage aan productiviteit en groeipotentieel. Investeer in projecten en acties op het gebied van mobiliteit (binnen organisaties, binnen branches of regio s binnen zorg en WJK) en zoek daarbij samenwerking met andere organisaties binnen de regio. Het aantrekken, kwalificeren en behouden van personeel dient te worden gezien als een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid. Blijf dus als sector investeren in imago en beeldvorming. Investeer in doelgroepspecifieke wervingsacties en werk daarbij in regionaal verband samen. Maak voor een effectieve arbeidsmarktcommunicatie gebruik van innovatieve ontwikkelingen en benut de mogelijkheden van social media. Zorg gezamenlijk voor voldoende stageplaatsen in de regio. Blijf intensief samenwerken met het onderwijs. Inhoudelijke zorgontwikkelingen hebben invloed op competenties, taken en functies. Dit noodzaakt tot innoveren van onderwijs en leermethoden. Blijf investeren in het bijscholen van de huidige medewerkers. Kijk hierbij vooral naar het leervermogen in plaats van naar het opleidingsniveau. Zorg voor inzicht in de individuele mogelijkheden en ambities van de werknemers, bijvoorbeeld met behulp van een inzetbaarheidsscan. Zicht op de competenties / het competentiepotentieel van de werknemers is van belang voor het organiseren van effectief scholingsaanbod. Zorg voor mogelijkheden tot mobiliteit en flexibiliteit in de organisatie. Maak contractvergroting mogelijk. Maak gebruik van de mogelijkheden van domotica, robotica en e-health. Investeer in het uitwisselen van kennis en informatie op het gebied werken. Investeer in het opleiden van medewerkers en leerlingen om te werken met nieuwe technologie. ViaZorg ontplooit in het kader van de programmalijnen initiatieven om de zorg- en welzijnssector toekomstbestendig te maken. Zo organiseert ViaZorg de leergang strategische personeelsplanning, worden agogische medewerkers omgeschoold naar verzorgend personeel binnen de Regionale Proeftuin Zeeland, bezoeken zorg- en welzijnsambassadeurs Zeeuwse scholen, is een Lerend Netwerk Vitaliteit opgezet en wordt in de pilot Bruggen Bouwen op het gebied van technologische innovatie een brug geslagen tussen jong ontwikkeltalent en zorg- en welzijnsorganisaties. 10

11 1 Inleiding Betrouwbare arbeidsmarktinformatie is van belang voor de personeelsplanning en voorziening van zorg- en welzijnsorganisaties. Met cijfers, die het nodige zeggen over het heden en de middellange termijn, kunnen partijen de juiste acties ondernemen op het gebied van personeelsvoorziening en opleiden. Het landelijke onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (AZW), uitgevoerd door Panteia, SEOR en Etil, brengt arbeidsmarktknelpunten, onderwijsknelpunten en knelpunten in de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt in de sector zorg en WJK 2 in kaart. Dit geeft aan de deelnemende partijen handvatten om proactief beleid te voeren: landelijk, aan de cao-tafel, binnen de landelijk opererende instituties en op provinciaal en subregionaal niveau. In het kader van het onderzoeksprogramma worden jaarlijks - in aanvulling op de landelijke rapportage - voor 28 regio s gegevens en prognoses samengesteld. Deze regionale arbeidsmarktinformatie over de sector zorg en WJK wordt gepubliceerd via een regionaal tabellenboek en de website De cijfers leveren een bijdrage aan het maken van strategische keuzes voor arbeidsmarktbeleid in de regio. Zij bieden daarvoor de basisinformatie, maar zijn niet bedoeld voor het aanreiken van oplossingsrichtingen. Daarvoor is een verdiepingsslag nodig. In een drietal pilotregio s Zeeland, Zaanstreek/Waterland en Midden-Gelderland is een dergelijke verdiepingsslag gemaakt. Voorliggend document is het rapport van de verdiepingsslag voor de regio Zeeland, dat in samenspraak met de Zeeuwse arbeidsmarktorganisatie voor zorg en WJK ViaZorg is opgesteld. In tegenstelling tot de insteek in de andere regio s is in deze verdiepingsslag voor een meer cijfermatige aanpak gekozen. Op verzoek van ViaZorg zijn in de regio Zeeland, naast provinciale prognoses, ook arbeidsmarktprognoses gemaakt voor de drie deelregio s Zeeuws-Vlaanderen, Walcheren en Oosterschelderegio. In tabel 1.1 staat vermeld hoe de deelregio s zijn afgebakend. Tabel 1.1 Afbakening regio Provincie Deelregio Gemeente Zeeland Walcheren Middelburg, Veere, Vlissingen Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Borsele, Goes, Kapelle, Noord-Beveland, Reimerswaal, Schouwen-Duiveland, Tholen Hulst, Sluis, Terneuzen In dit rapport gaat de aandacht uit naar ontwikkelingen in de vraag naar en het aanbod van personeel afkomstig uit het middelbaar en hoger beroepsonderwijs. De focus binnen het rapport ligt op het Verpleegkundig, Opvoedkundig en Verzorgend personeel, ook wel VOV-personeel genoemd. Momenteel is er geen sprake van grote tekorten op de arbeidsmarkt van zorg en WJK. De vraag is hoe zich dit in de toekomst zal ontwikkelen. Hoewel er in de zorg op onderdelen bezuinigd wordt, nemen de zorguitgaven als gevolg van autonome groei en specifieke investeringen de komende jaren fors toe. In de WJK-branches is sprake van een afname van de beschikbare middelen, waardoor personeelsoverschotten dreigen. In dit rapport wordt ingegaan op de gevolgen die beide tegengestelde ontwikkelingen hebben voor de totale vraag naar personeel. Vervolgens wordt nagegaan hoe de vraag naar personeel zich verhoudt tot het (toekomstige) aanbod van personeel. Om de regionale plausibiliteit van de prognoses te controleren heeft er een expertsessie plaatsgevonden met regionale branche-experts uit de 2 Tot WJK behoren de branches welzijn & maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang. 11

12 provincie Zeeland. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de deelnemers aan deze expertsessie. Opzet van dit rapport Baanbrekend naar B@lans beschrijft de arbeidsmarktontwikkelingen die Etil, SEOR en Panteia gedurende de periode verwachten voor zorg en WJK. Daarbij dient opgemerkt te worden dat dit rapport is opgesteld voordat het in oktober 2012 afgesloten regeerakkoord tussen de VVD en de PvdA bekend werd 3. De belangrijkste gegevens over deze arbeidsmarkt in Zeeland en haar deelregio s staan in dit rapport op een rij. Hierbij gaat het vooral om de hoofdlijnen. In dit rapport stellen we de volgende vragen: a. Wat is de regionale context waarin de ontwikkelingen op de Zeeuwse arbeidsmarkt voor zorg en WJK zich afspelen? (hoofdstuk 2) b. Hoe ontwikkelt het aantal studenten in het beroepsonderwijs zich over de periode ? (hoofdstuk 3) c. Hoe ontwikkelt zich in Zeeland de vraag naar personeel in de deelsectoren van zorg en WJK over de periode ? (hoofdstuk 4) d. In hoeverre doen zich naar verwachting de komende jaren op het gebied van VOV-personeel in Zeeland en haar deelregio s tekorten of overschotten voor in de branches van zorg en WJK? (hoofdstuk 5) e. Welke aanbevelingen zijn gewenst, gezien de antwoorden op de vorige vragen? (hoofdstuk 6) Deze vragen fungeren als leidraad voor de opbouw van dit rapport. Om de leesbaarheid van het rapport te vergroten, ligt in de hoofdstukken 3 tot en met 5 de focus grotendeels op de provinciale uitkomsten. Binnen deze hoofdstukken is daarnaast telkens een paragraaf opgenomen waarin de belangrijkste uitkomsten voor de deelregio s aan bod komen. 3 Een zeer globale eerste analyse van dat akkoord laat zien dat de in dit rapport geconstateerde trends zich door zullen zetten, naar alle waarschijnlijkheid zelfs in versterkte mate. 12

13 2 Regionale context Dit rapport staat in het teken van de sector zorg en WJK. Om de ontwikkelingen in deze sector in een breder perspectief te kunnen plaatsen, gaat dit openingshoofdstuk in op de regionale context van de totale arbeidsmarkt in Zeeland. Regionaal zijn er grote verschillen op de arbeidsmarkt. Aan de aanbodkant kan hierbij gedacht worden aan verschillen in de kenmerken van de beroepsbevolking (bijvoorbeeld leeftijdsopbouw en participatie). Aan de vraagkant spelen bijvoorbeeld de sectorale samenstelling en economische groei een rol. Het is daarom belangrijk dat de arbeidsmarkt op regionaal niveau gemonitord wordt. Omdat er zelfs subregionaal belangrijke verschillen kunnen zijn, wordt daarnaast stilgestaan bij de arbeidsmarktsituatie in de drie Zeeuwse deelregio s Walcheren, Oosterschelderegio en Zeeuws- Vlaanderen. 2.1 Aanbod In deze paragraaf staat de aanbodzijde van de arbeidsmarkt in Zeeland centraal. Het aanbod op de arbeidsmarkt wordt gevormd door de beroepsbevolking (paragraaf 2.1.3). De omvang hiervan wordt allereerst bepaald door de omvang van de groep 15- tot 65-jarigen (potentiële beroepsbevolking, paragraaf 2.1.2) en vervolgens door dat deel daarvan dat werkt of actief naar werk zoekt (arbeidsparticipatie, paragraaf 2.1.3). Daarnaast spelen demografische ontwikkelingen een belangrijke rol in de omvang van de beroepsbevolking. Paragraaf geeft daarom inzicht in de bevolkingsontwikkeling, en gaat hierbij in op vergrijzing en ontgroening Totale bevolking Figuur 2.1 Ontwikkeling van de bevolking in de drie Zeeuwse deelregio s, Bron: CBS, bewerking Etil. Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen De bevolking in Zeeland bestaat in 2012 uit ongeveer personen. Op het niveau van deelregio s telt de bevolking in de Oosterschelderegio in 2012 het grootste aantal personen ( ), gevolgd door Walcheren ( ) en Zeeuws-Vlaanderen ( ). Figuur 2.1 laat zien dat in de Oosterschelderegio de bevolking in de periode elk jaar een redelijk stabiele groei heeft gekend. Gemiddeld groeide de bevolking in die periode jaarlijks met 0,5%. Tot 2020 wordt voor de Oosterschelderegio verwacht dat de groei enigszins afneemt, en dat het bevolkingsaantal stabiel blijft. 13

14 In Walcheren is de bevolking sinds 1996 eveneens toegenomen, al is de groei kleiner dan in de Oosterschelderegio. De bevolking groeide in de periode met gemiddeld 0,2% per jaar. Vooral de laatste jaren is de bevolkingsgroei beperkter geworden met in 2008, 2011 en 2012 zelfs een bevolkingsafname. Tot 2020 wordt ook voor Walcheren verwacht dat de bevolking redelijk stabiel blijft. In tegenstelling tot de andere deelregio s is er in Zeeuws-Vlaanderen al langer sprake van een afname van de bevolking. Tussen 1996 en 2003 kende deze regio nog een lichte groei van de bevolking, maar sinds 2004 daalt de bevolking gestaag (jaarlijks gemiddeld met 0,2%). Tot aan 2020 wordt verwacht dat de bevolking in Zeeuws-Vlaanderen verder zal afnemen. Deze afname blijft redelijk beperkt met gemiddeld 0,2% per jaar. Vergrijzing en ontgroening Naast de totale bevolkingsontwikkeling is ook de ontwikkeling per leeftijdsgroep belangrijk. In Nederland is er sprake van vergrijzing. Hierdoor neemt het aantal ouderen toe, en daarmee neemt het aanbod van de beroepsbevolking af. Figuur 2.2 laat de verhouding zien tussen het aantal jarigen en het aantal 0-15 jarigen. Naarmate dit getal hoger is, is de arbeidsmarkt meer vergrijsd. Figuur 2.2 Aantal jarigen per 0-15 jarige, Nederland en Zeeland, 2000, 2012 en ,600 1,400 1,200 1,00,800,600,400,200, Nederland Zeeland Bron: CBS, bewerking Etil. Te zien is dat zowel in Nederland als Zeeland de vergrijzing met de jaren toeneemt. In 2000 was de verhouding tussen jarigen en 0-15 jarigen in Zeeland 1,0. In 2012 is deze verhouding 1,28 en in 2020 is dit 1,44. Met andere woorden, in 2020 groeit de groep die de arbeidsmarkt geleidelijk verlaat relatief sneller dan de groep die daar de komende jaren voor in de plaats komt. Ook valt op dat in Zeeland de arbeidsmarkt relatief meer vergrijsd is dan landelijk. Figuur 2.3 laat de regionale verschillen tussen de Zeeuwse deelregio s in de verhouding tussen het aantal jarigen en het aantal 0-15-jarigen zien voor het jaar Op het niveau van deelregio s kent de Oosterschelderegio relatief de minste vergrijzing. In 2012 was de verhouding tussen jarigen en 0-15 jarigen hier 1,14. Zeeuws-Vlaanderen daarentegen kent de grootste verhouding tussen ouderen en jongeren, namelijk 1,50 in In Walcheren was dit 1,31. 14

15 Figuur 2.3 Aantal jarigen per 0-15-jarige, Zeeland en haar deelregio s, 2012 Zeeland Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Bron: CBS, bewerking Etil. 0 0,2 0,4 0,6 0,8 1 1,2 1,4 1,6 1, Potentiële beroepsbevolking Alle mensen in de leeftijd van 15 tot 65 jaar samen vormen de potentiële beroepsbevolking. Van deze groep heeft een (groot) deel werk van twaalf uur of meer per week (de werkzame beroepsbevolking) en heeft een deel geen werk van twaalf uur of meer per week maar is daar wel actief naar op zoek (werkloze beroepsbevolking). De mensen in de leeftijd van 15 tot 65 jaar die geen twaalf uur of meer per week werken en ook niet actief op zoek zijn naar dergelijk werk vormen de niet-beroepsbevolking. Van de niet-beroepsbevolking wil een deel wel 12 uur of meer per week werken. Een ander deel wil, kan of hoeft dat om uiteenlopende redenen (zoals ziekte, opleiding/studie, VUT, andere inkomsten en zorgtaken) niet. Figuur 2.3 geeft aldus de samenstelling van de potentiële beroepsbevolking van Zeeland in 2010 weer. Figuur 2.3 Samenstelling van de potentiële beroepsbevolking in Zeeland naar categorie, potentiële beroepsbevolking beroepsbevolking (heeft/zoekt werk > = 12 uur/week) werkzame beroepsbevolking (heeft werk > 12 uur/week) werkloze beroepsbevolking (zoekt werk > = 12 uur/week) niet-beroepsbevolking niet-werkenden onbenut arbeidsaanbod (wil > 12 u pw werken) wil of kan niet werken (> = 12 uur/week) Reden: ziekte/ao (24% ) I opleiding/studie (25% ) VUT (22% ) I zorgtaken (13% ) I anders (16% ) Bron: CBS, EBB, bewerking Etil. 15

16 In 2010 telt de potentiële beroepsbevolking van Zeeland personen. Daarvan zijn er werkzaam en werkloos. De resterende personen behoren tot de niet-beroepsbevolking. Van deze groep willen, kunnen of hoeven er niet te werken. De overige personen willen dat wel en vormen samen met de werkloze beroepsbevolking het onbenut arbeidspotentieel van personen Beroepsbevolking De beroepsbevolking bestaat uit dat deel van de jarigen dat twaalf uur of meer per week werkt dan wel actief op zoek is naar werk. Tabel 2.1 laat de samenstelling van de beroepsbevolking zien naar persoonskenmerken in Nederland, Zeeland en de drie deelregio s. Tabel 2.1 Beroepsbevolking naar persoonskenmerken, Nederland, Zeeland en drie deelregio s, 2010 Nederland Zeeland Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Totaal (absoluut) Mannen 55% 58% 57% 58% 57% Vrouwen 45% 42% 43% 42% 43% jaar 11% 11% 12% 12% 10% jaar 22% 21% 22% 21% 19% jaar 27% 27% 26% 27% 28% jaar 26% 26% 25% 26% 28% 55 jaar e.o. 14% 15% 14% 14% 16% autochtoon 82% 85% 83% 92% 78% allochtoon 18% 15% 17% 8% 22% Bron: CBS, bewerking Etil. In Zeeland bestaat de beroepsbevolking uit personen. Hiervan is 58% man, en 42% vrouw. De meerderheid van de beroepsbevolking bestaat uit jarigen (27%), gevolgd door jarigen (26%). Landelijk bestaat de beroepsbevolking relatief gezien uit iets meer vrouwen dan in Zeeland. Naar leeftijd bezien komt het beeld in Zeeland grotendeels overeen met het landelijke beeld. Walcheren en Oosterschelderegio laten eenzelfde beeld zien als Zeeland in zijn geheel. In Zeeuws- Vlaanderen wijkt de verdeling naar leeftijd echter relatief meer af. Hier is het aandeel jarigen relatief kleiner, terwijl het aandeel jarigen relatief groter is dan Zeeland breed. Naar etniciteit bezien bestaat 15% van de beroepsbevolking in Zeeland uit allochtonen. In Walcheren is dit aandeel met 17% iets hoger dan in Zeeland in zijn geheel. Zeeuws-Vlaanderen daarentegen kent een redelijk groot aandeel allochtonen in de beroepsbevolking van 22%, grotendeels afkomstig uit België. In de Oosterschelderegio is dit aandeel daarentegen opvallend laag, namelijk 8%. Figuur 2.4 laat vervolgens de ontwikkeling van de beroepsbevolking in Zeeland zien. Daarnaast is de ontwikkeling van de potentiële beroepsbevolking en de arbeidsparticipatie weergegeven. 16

17 Figuur 2.4 Ontwikkeling potentiële beroepsbevolking en beroepsbevolking, Zeeland, , in indexcijfers (1996 = 100, linkeras). Arbeidsparticipatie, Zeeland, (rechteras) ,00% ,00% ,00% 66,00% 64,00% ,00% 95 60,00% Bron: CBS, EBB, bewerking Etil. In de periode is de potentiële beroepsbevolking in Zeeland toegenomen, als gevolg van de toenemende bevolking in de periode in Zeeland, en dan met name de groei van de groep jarigen. In 2007 vond er echter een omslag plaats en sindsdien daalt de potentiële beroepsbevolking. In 2016 zal de potentiële beroepsbevolking hierdoor onder het niveau liggen van Daarentegen is de arbeidsparticipatie de laatste jaren wel gestaag toegenomen. Met name de participatie van ouderen en vrouwen is relatief sterk gestegen. Als gevolg van de stijgende arbeidsparticipatie is ook de beroepsbevolking toegenomen in de periode Daarna zal de beroepsbevolking tot 2016 stabiel blijven. Landelijk kende de beroepsbevolking in de periode een gestage groei, van jaarlijks gemiddeld 1,2%. In 2010 en 2011 was er sprake van een lichte afname van de beroepsbevolking. Voor de periode wordt echter weer een lichte groei verwacht. In alle Zeeuwse deelregio s stijgt de beroepsbevolking gestaag in de periode Tussen 2010 en 2011 vertoonde de ontwikkeling van de beroepsbevolking een dipje. Dit werd veroorzaakt door het met de economische crisis gepaard gaande ontmoedigingseffect. Bepaalde groepen geven zichzelf dan weinig kans op het vinden van een baan en bieden zich daarom niet actief aan op de arbeidsmarkt. Dit is in Zeeuws-Vlaanderen het meest zichtbaar. Ondanks een klein herstel in 2012, krimpt de beroepsbevolking in Zeeuws-Vlaanderen en Oosterschelderegio tot 2016 licht. In Walcheren is tot 2016 nog wel sprake van een lichte groei. Figuur 2.6 Ontwikkeling beroepsbevolking, deelregio s Zeeland, , in indexcijfers (1996=100) potentiële beroepsbevolking beroepsbevolking participatie Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Bron: CBS, EBB, bewerking Etil. 17

18 2.2 Vraag In deze paragraaf staat de vraagzijde van de arbeidsmarkt in Zeeland centraal. Allereerst wordt de structuur van de werkgelegenheid in Zeeland in beeld gebracht (paragraaf 2.2.1) om vervolgens de ontwikkeling van de werkgelegenheid te beschrijven (paragraaf 2.2.2). Ook aan de vraagzijde spelen demografische ontwikkelingen de komende jaren een belangrijke rol, daarom komt in paragraaf de leeftijd van werknemers per sector aan bod. Als laatste wordt het beroepsniveau van werkenden in Zeeland beschreven (paragraaf 2.2.4) Werkgelegenheidsstructuur Tabel 2.2 toont hoe de werkgelegenheid in Zeeland en deelregio s is verdeeld over de diverse sectoren. Tabel 2.2 Werkgelegenheid naar sector, Nederland, Zeeland en drie deelregio s, 2011 Sector Nederland Zeeland Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Landbouw en visserij % 9% 7% Industrie % 12% 19% Bouw en bouwinstallatie % 8% 6% Handel en reparatie % 19% 19% Horeca % 6% 6% Vervoer en opslag % 4% 7% Informatie en communicatie % 1% 1% Bank- en verzekeringswezen % 2% 2% Zakelijke dienstverlening % 12% 6% Overheid % 3% 3% Onderwijs % 6% 4% Gezondheids- en welzijnszorg % 15% 16% Overige dienstverlening % 3% 3% Totaal % 100% 100% Bron: LISA, bewerking Etil. In totaal kent Zeeland ruim arbeidsplaatsen. De meeste daarvan zijn in de sectoren handel en reparatie, gezondheids- en welzijnszorg en de industrie. Vergeleken met het landelijk totaal zijn er in Zeeland veel arbeidsplaatsen in de sectoren industrie (15% Zeeland; 11% landelijk), horeca (7% Zeeland; 4% landelijk) en landbouw en visserij (6% Zeeland; 3% landelijk). Daarentegen is de zakelijke dienstverlening relatief klein (10% Zeeland; 14% landelijk). Ook subregionaal zijn er verschillen in de structuur van de werkgelegenheid. Zo kent Walcheren de meeste werkgelegenheid in de gezondheids- en welzijnszorg. Vergeleken met de andere deelregio s zijn de sectoren handel en reparatie en landbouw en visserij daar relatief klein, terwijl sectoren overheid en horeca relatief groot zijn. In de Oosterschelderegio is de sector handel en reparatie het grootst. Het aantal arbeidsplaatsen in de industrie en de gezondheids- en welzijnszorg is in deze regio relatief klein, terwijl dit in de bouw en bouwinstallatie juist relatief groot is. Zeeuws- Vlaanderen kent de meeste werkgelegenheid in de industrie en de handel en reparatie. In deze regio is de zakelijke dienstverlening relatief klein en de sector vervoer en opslag juist groot. 4 Er zijn meerdere bronnen beschikbaar om de werkgelegenheid in de sector zorg en WJK te bepalen. Daarom is het van belang om bij werkgelegenheidsgegevens over de sector gezondheids- en welzijnszorg duidelijk te vermelden welke bron is gehanteerd. In deze tabel worden werkgelegenheidsgegevens uit LISA gepresenteerd. Vanwege afwijkende definities en manier van registreren zullen deze werkgelegenheidsaantallen afwijken van de cijfers die verderop in het rapport worden gepresenteerd. 18

19 2.2.2 Werkgelegenheidsontwikkeling Figuur 2.5 toont hoe de werkgelegenheid in Zeeland en deelregio s zich sinds 1997 heeft ontwikkeld. Figuur 2.5 Ontwikkeling werkgelegenheid, Zeeland en deelregio s, ,00% 5,00% 4,00% 3,00% 2,00% 1,00%,00% -1,00% -2,00% -3,00% -4,00% Bron: LISA, bewerking Etil. Zeeland Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen De ontwikkeling van de werkgelegenheid in Zeeland volgt grotendeels de conjunctuur: De periode onderscheidt zich als hoogconjunctuur. Naast de hoogconjunctuur was er gedurende deze periode sprake van een sterke groei van de beroepsbevolking. Beide ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat er gedurende deze periode sprake was van een snel stijgende werkgelegenheid. Gedurende deze periode neemt de Zeeuwse werkgelegenheid gemiddeld met 2,4% per jaar toe. In 2001 klapt de economie in elkaar als gevolg van het knappen van de internet bubble waardoor een periode van laagconjunctuur aanbreekt tussen 2002 en Gemiddeld krimpt de werkgelegenheid in Zeeland met 0,9% per jaar gedurende deze periode. Tussen 2006 en 2008 is er vervolgens weer sprake van hoogconjunctuur. Begin 2009 worden de gevolgen van de kredietcrisis duidelijk, waardoor de Nederlandse economie eind 2009 in een recessie belandt. In 2009 valt de groei van de werkgelegenheid fors terug. Terwijl de werkgelegenheid in Zeeland in 2008 nog met 1,4% groeit, is er in 2009 en 2010 sprake van een krimp van 0,3%. In 2011 herstelt de werkgelegenheid licht, getuige de toename van 0,4%. In de deelregio s zijn grotendeels dezelfde trends zichtbaar. Sinds 2005 ligt de werkgelegenheidsontwikkeling in Walcheren boven het provinciaal gemiddelde, terwijl Zeeuws- Vlaanderen er juist onder ligt. In de Oosterschelderegio komt de ontwikkeling grotendeels overeen met het Zeeuws gemiddelde. Op 18 september 2012 heeft het Centraal Planbureau de Macro Economische Verkenningen 2013 (MEV 2013) bekend gemaakt. Hieruit blijkt dat de landelijke economie naar verwachting in 2012 krimpt met 0,5%. Dit heeft tot gevolg dat er arbeidsplaatsen gaan verdwijnen. Op basis van de landelijke prognose van het CPB heeft Etil een regionale arbeidsmarktprognose opgesteld voor de provincie Zeeland. Ook in Zeeland zal er in 2012 sprake zijn van een afname van het aantal arbeidsplaatsen. Sectoraal gezien zal er zowel landelijk als in Zeeland alleen in de sector zorg en WJK sprake zijn van een toename van de werkgelegenheid in Dit komt verderop in dit rapport meer gedetailleerd aan bod. De sector bank- en verzekeringswezen krijgt te maken met de grootste daling van het aantal arbeidsplaatsen, gevolgd door de bouwsector. 19

20 2.2.3 Sectorale samenstelling naar leeftijd In de vorige paragraaf is een beeld geschetst van de zogenaamde uitbreidingsvraag, de werkgelegenheid die ontstaat door groei van de werkgelegenheid. Echter, net als aan de aanbodzijde, spelen ook aan de vraagzijde demografische ontwikkelingen een rol. Dit komt tot uitdrukking in de zogenaamde vervangingsvraag. Dit is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat doordat arbeidsplaatsen van werkenden die met pensioen gaan, arbeidsongeschikt worden of zich terugtrekken van de arbeidsmarkt, opnieuw moeten worden ingevuld. Om een indicatie te geven van de rol die de vervangingsvraag de komende jaren gaat spelen in Zeeland, geeft figuur 2.6 het werkgelegenheidsaandeel van 55-plussers per sector weer. Daarbij past de kanttekening dat het hierbij in tegenstelling tot de voorgaande grafieken en tabellen om de werkzame beroepsbevolking gaat (i.e. degenen met werk van 12 uur of meer per week). Verder is het peiljaar niet 2011 maar Figuur 2.6 Werkzame beroepsbevolking naar leeftijd en sector, Zeeland, 2010 Landbouw en visserij Industrie Bouw en bouwinstallatie Handel en reparatie Horeca Vervoer en opslag Informatie en communicatie Bank- en verzekeringswezen Zakelijke dienstverlening Overheid Onderwijs Gezondheids- en welzijnszorg Overige dienstverlening 20% 14% 13% 11% 8% 15% 8% 9% 12% 16% 21% 14% 14% Bron: EBB, LISA, bewerking Etil. 0% 20% 40% 60% 80% 100% jaar jaar jaar jaar jaar In Zeeland is 14% van de werkzame beroepsbevolking 55-plus. Dat is gelijk aan het landelijke beeld. In Zeeland zijn de hoogste percentages 55-plussers te vinden in de sectoren onderwijs (21%) en landbouw en visserij (20%). De sectoren informatie en communicatie en bank- en verzekeringswezen hebben elk een relatief klein aandeel 55-plussers. De vervangingsvraag zal in alle sectoren een rol gaan spelen, maar in het onderwijs en de landbouw speelt het een extra grote rol. De leeftijdssamenstelling van de gezondheids- en welzijnszorg is relatief goed verdeeld over de verschillende leeftijdsgroepen en heeft een gemiddeld aandeel 55-plussers (14%) Samenstelling naar beroepsniveau Aan de vraagzijde speelt naast absolute aantallen mensen, ook de kwaliteiten van mensen een rol. In dit kader is met name het opleidingsniveau belangrijk. Figuur 2.7 toont het opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking in Zeeland. 20

21 Figuur 2.7 Werkzame beroepsbevolking naar opleidingsniveau in Zeeland, 2010 Nederland 30% 37% 31% 1% Zeeland 34% 40% 24% 1% Walcheren 31% 40% 28% 2% Oosterschelderegio 34% 41% 24% 1% Zeeuws-Vlaanderen 38% 41% 21% 1% Bron: EBB, LISA, bewerking Etil. 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Laag Middelbaar Hoog Onbekend Ongeveer 40% van de werkenden in Zeeland heeft een opleiding op middelbaar niveau genoten. Ruim een derde (34%) is lager opgeleid en 24% is hoger opgeleid. Vergeleken met Nederland als geheel, zijn onder de werkenden in Zeeland hoger opgeleiden ondervertegenwoordigd. Walcheren kent naar verhouding meer hoger opgeleide werkenden (28%) en het aandeel lager opgeleiden ligt juist in Zeeuws-Vlaanderen hoog. 21

22 22

23 3 Aanbod van arbeid In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het aanbod van personeel specifiek in de sector zorg en WJK. Er zijn diverse bronnen van aanbod van arbeidskrachten in de zorg en WJK. Instroom van VOVpersoneel in de zorg en WJK is afkomstig uit de volgende bronnen: instroom vanuit het onderwijs/instroom vanuit andere kwalificaties (opscholing) 5 ; instroom vanuit overige bedrijfstakken; instroom vanuit uitkeringen en inactiviteit; instroom vanuit een andere regio (pendel). In paragraaf 3.1 komt de instroom vanuit het onderwijs uitgebreid aan bod. De overige instroomcategorieën worden beschreven in paragraaf 3.2. Tot slot worden alle categorieën bij elkaar opgeteld om een beeld te schetsen van het gehele toekomstige aanbod op de arbeidsmarkt voor zorg en WJK in Zeeland (paragraaf 3.3) en de deelregio s (paragraaf 3.4). 3.1 Aanbod vanuit onderwijs Een belangrijke bron van nieuw aanbod op de arbeidsmarkt in zorg en WJK is natuurlijk het onderwijs. Binnen het voor de sector relevante onderwijs worden de volgende VOV-opleidingen onderscheiden: Op MBO-niveau: verpleegkunde (niveau 4); verzorgende (niveau 3); helpende zorg en welzijn (niveau 2); zorghulp (niveau 1); sociaal agogisch werk (niveau 4); sociaal agogisch werk (niveau 3). Op HBO-niveau: verpleegkunde (niveau 5); sociaal pedagogische hulpverlening (niveau 5); cultureel maatschappelijk dienstverlening (niveau 5). Toekomstige ontwikkelingen in de uitstroom uit het onderwijs zijn van belang om de toekomstige instroom op de arbeidsmarkt te bepalen. De omvang van de arbeidsmarktinstroom in de sector zorg en WJK wordt bepaald door de omvang van de instroom in het onderwijs, het studierendement (i.e. de gediplomeerde uitstroom uit het onderwijs) en het sectorrendement (i.e. dat deel van de gediplomeerde uitstroom dat kiest voor werk in de sector). In het vervolg van deze paragraaf komen al deze afzonderlijke onderdelen aan bod. 5 Onder de instroom vanuit andere kwalificaties (opscholing) wordt de instroom verstaan van mensen die voorheen al werkzaam waren als VOV-personeel, maar dan met een andere (meestal lagere) kwalificatie. Een voorbeeld is iemand die binnen de kwalificatie verpleegkundige niveau 5 op de arbeidsmarkt instroomt en voorheen werkzaam was binnen de kwalificatie verpleegkundige niveau 4. 23

24 3.1.1 Instroom in het onderwijs naar kwalificatie Tabel 3.1 geeft de instroom weer naar kwalificatie en naar leerweg (MBO). Tabel 3.1 Instroom in zorg en welzijnsopleidingen in Zeeland naar kwalificatie, 2011 Kwalificatie BOL BBL HBO Totaal Verpleegkundige (niveau 5) 107 Verpleegkundige (niveau 4) Verzorgende (niveau 3) Helpende zorg en welzijn (niveau 2) Zorghulp (niveau 1) 21 1 SPH (niveau 5) 113 SAW (niveau 4) SAW (niveau 3) CMD (niveau 5) 101 Totaal zorg en WJK Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens; bewerking Etil Het beeld voor Zeeland in 2011 is als volgt samen te vatten: Qua aantallen zijn de populairste opleidingen op MBO-niveau, sociaal agogisch werker (niveau 3), sociaal agogisch werker (niveau 4) en helpende zorg en welzijn (niveau 2). In Zeeland ligt de verhouding tussen BOL- en BBL-opleidingen in zorg en WJK respectievelijk op 63 procent BOL-opleidingen en 37 procent BBL-opleidingen. De instroom binnen het HBO is het grootst in sociaal-pedagogische hulpverlening, gevolgd door verpleegkunde. Binnen de provincie Zeeland volgen deelnemers een opleiding binnen de zorg en WJK. Het merendeel van de deelnemers volgt een opleiding op MBO-niveau (3.462 deelnemers), terwijl de overige 898 deelnemers een opleiding volgen op HBO-niveau Studierendement naar kwalificatie Niet iedereen die start met een opleiding behaalt uiteindelijk een diploma. Om de instroom te vertalen naar het aantal gediplomeerden moet het studierendement van de verschillende opleidingen worden berekend. In figuur 3.1 is het studierendement van de VOV-opleidingen weergegeven. Voor elke opleiding wordt aangegeven welk percentage van de instroom na 5 jaar een diploma heeft behaald. 24

25 Figuur 3.1 Studierendement naar kwalificatie, Zeeland, 2011 Verpleegkundige (niveau 5) Verpleegkundige (niveau 4) 49,5% 58,8% 66,3% Verzorgende (niveau 3) 56,9% 71,2% Helpende zorg en welzijn (niveau 2) Zorghulp (niveau 1) 66,6% 59,6% 63,2% 87,0% BOL BBL SPH (niveau 5) SAW (niveau 4) 49,0% 73,7% 70,2% HBO SAW (niveau 3) 53,2% 69,3% CMD (niveau 5) 46,7% Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. Het studierendement van MBO- en HBO-opleidingen voor zorg en WJK loopt uiteen: De opleiding met het hoogste studierendement in Zeeland is de MBO-opleiding helpende zorg en welzijn (niveau 2). Over het algemeen is het studierendement voor BBL-opleidingen hoger dan BOL-opleidingen, met uitzondering van sociaal agogisch werker (niveau 4). Het studierendement op het HBO ligt aanzienlijk lager dan op het MBO. Het rendement is het hoogst bij verpleegkunde en het laagst bij cultureel maatschappelijke dienstverlening Gediplomeerden naar kwalificatie In tabel 3.2 is het aantal gediplomeerden in Zeeland voor de relevante opleidingen in zorg en WJK weergegeven. In het MBO is naast de BOL- en BBL-routes sprake van zogenaamde extranei. Dit is een groep die alleen bij de diplomering wordt waargenomen en niet eerder voorkomt als deelnemer aan het onderwijs. Bij het totaal aantal gediplomeerden in Zeeland is daarom de groep extranei meegeteld. Tabel 3.2 Gediplomeerden naar kwalificatie in Zeeland, 2011 Kwalificatie BOL BBL Extranei HBO Totaal Verpleegkundige (niveau 5) Verpleegkundige (niveau 4) Verzorgende (niveau 3) Helpende zorg en welzijn (niveau 2) Zorghulp (niveau 1) SPH (niveau 5) SAW (niveau 4) SAW (niveau 3) CMD (niveau 5) Totaal Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. 25

26 Het beeld voor Zeeland in 2011 is als volgt samen te vatten: Qua aantallen hebben de meeste gediplomeerden op MBO-niveau een diploma behaald als helpende zorg en welzijn (niveau 2), gevolgd door sociaal agogisch werker (niveau 4) en verzorgende (niveau 3). Het merendeel van de MBO-gediplomeerden in Zeeland heeft een BOL-opleiding gevolgd. De meeste gediplomeerden op HBO-niveau behaalden hun diploma in cultureel maatschappelijke dienstverlening Sectorrendement naar kwalificatie Niet alle gediplomeerden in de VOV-opleidingen gaan daadwerkelijk in zorg of WJK werken. Ze kunnen ook in een andere sector gaan werken, kiezen voor een vervolgopleiding of inactief 6 worden. De instroom van gediplomeerden op de arbeidsmarkt wordt berekend op basis van het sectorrendement. Omdat een deel van de gediplomeerden (bijvoorbeeld BBL ers) al (ruim) voor het moment van diplomering werkzaam was in zorg en WJK, is het sectorrendement niet gelijk aan de netto instroom vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt. In figuur 3.3 is het Zeeuwse sectorrendement voor zowel MBO- als HBO-opleidingen in zorg en WJK weergegeven. Figuur 3.3 Sectorrendement naar kwalificatie in Zeeland, 2011 Verpleegkundige (niveau 5) Verpleegkundige (niveau 4) Verzorgende (niveau 3) Helpende zorg en welzijn (niveau 2) 38,3% 86,8% 81,2% 97,0% 88,0% 96,0% 80,9% Zorghulp (niveau 1) 20,6% 62,0% BOL BBL SPH (niveau 5) SAW (niveau 4) 71,4% 61,5% 89,0% HBO SAW (niveau 3) 61,1% 77,2% CMD (niveau 5) 61,0% Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. Uit de resultaten blijkt dat voor alle opleidingen het sectorrendement van de BBL hoger is dan dat van de BOL. Het sectorrendement is hoger naarmate het opleidingsniveau (binnen het MBO) hoger is. Dit komt omdat gediplomeerden op de lagere niveaus vaker kiezen voor een vervolgopleiding, maar ook dat lager opgeleiden vaker inactief zijn. Dit geldt vooral voor BOL-gediplomeerde 6 Tot de categorie inactief behoren personen die niet meer actief zijn op de arbeidsmarkt en ook geen opleiding volgen. Voorbeelden van inactiviteit zijn mensen met een uitkering, personen die zorgtaken uitvoeren of personen die er bewust voor kiezen niet te gaan werken. 26

27 zorghulpen (niveau 1). Het sectorrendement van verpleegkundigen (niveau 4) en verzorgenden (niveau 3) is erg hoog. Gediplomeerden van deze opleidingen komen vooral in de ziekenhuizen en de VVT terecht en in wat mindere mate in de GGZ en gehandicaptenzorg. Gediplomeerden helpende zorg en welzijn en zorghulpen gaan vooral in de VVT werken (vooral diegenen die hun diploma via de BBL-route behalen). Bij de gediplomeerden in de sociaal agogische opleidingen is een duidelijk onderscheid tussen niveau 3 en niveau 4. Niveau 3 gediplomeerden gaan veelal werken in de kinderopvang, terwijl gediplomeerden op niveau 4 vooral in de gehandicaptenzorg gaan werken. Uit het sectorrendement van de HBO-opleidingen blijkt dat het totale sectorrendement (in de zin dat ze gaan werken in zorg en WJK) voor verpleegkunde erg hoog en voor cultureel maatschappelijke dienstverlening juist erg laag is. Deze laatste groep gaat relatief vaak in andere economische sectoren werken Toekomstige arbeidsmarktinstroom naar kwalificatie Door het sectorrendement van de diverse kwalificaties toe te passen op het aantal gediplomeerden, is berekend wat de toekomstige instroom op de arbeidsmarkt vanuit onderwijs is. Onder arbeidsmarktinstroom wordt dus de instroom van recent gediplomeerden, met het juiste opleidingsniveau, op de arbeidsmarkt verstaan. Een deel van de gediplomeerden is, zoals eerder aangegeven, op het moment van diplomering al werkzaam in zorg en WJK (vooral BBL). Hiervoor wordt gecorrigeerd. Daarnaast gaan gediplomeerden niet per definitie in dezelfde regio werken als waar ze gestudeerd hebben. Voor deze regionale mobiliteit wordt eveneens gecorrigeerd. In figuur 3.4 wordt de totale instroom van VOV-gediplomeerden (2.970 VOV-gediplomeerden) op de arbeidsmarkt zorg en WJK weergegeven naar kwalificatie. Figuur 3.4 Instroom van VOV-gediplomeerden in zorg en WJK naar kwalificatie, Zeeland, SAW (niveau 3); 350 CMD(niveau 5); 110 Verpleegkundige (niveau 5); 160 Verpleegkundige (niveau 4); 340 SAW (niveau 4); 520 Verzorgende (niveau 3); 680 SPH (niveau 5); 120 Zorghulp (niveau 1); 30 Helpende zorg en welzijn (niveau 2); 640 Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. In Zeeland wordt bijna een kwart van de arbeidsmarktinstroom van VOV-gediplomeerden gevormd door verzorgenden (niveau 3). Andere grote groepen van instroom zijn helpende zorg en welzijn (niveau 2) en sociaal agogisch werker (niveau 4). 27

28 3.2 Overige aanbodcategorieën Naast de instroom vanuit het onderwijs (incl. opscholing) is er zoals gezegd ook instroom vanuit andere bronnen. Op het niveau van de sector zorg en WJK vindt instroom plaats vanuit: overige bedrijfstakken; uitkeringen en inactiviteit; pendel. De instroom op de arbeidsmarkt zorg en WJK kan worden bepaald op basis van longitudinale bestanden 7, waarmee de arbeidsmarktpositie van personen kan worden gevolgd. Zo kan ook worden bepaald hoeveel personen vanuit de verschillende bronnen instromen op de arbeidsmarkt van zorg en WJK. Om een idee te geven van de grootte van de diverse bronnen van instroom in Zeeland, is in figuur 3.5 weergegeven hoe de vier aanbodcategorieën zich tot elkaar verhouden. Het onderwijs is met bijna 50 procent de grootste bron van nieuw aanbod. Instroom vanuit overige sectoren en inactiviteit dragen ieder voor bijna een kwart bij aan de nieuwe instroom 8. Pendel vanuit andere regio s is met 6 procent de kleinste aanbodcategorie. Figuur 3.5 Aanbod van VOV-personeel in sector zorg en WJK verdeeld naar categorie, Zeeland, % 47% Overige bedrijfstakken Uitkeringen en inactiviteit Pendel Onderwijs 23% Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. 6% Voor de ramingen van de instroom vanuit overige aanbodcategorieën wordt uitgegaan van de instroom vanuit de diverse bronnen gedurende de periode Daarbij geldt dat voor de zorgkwalificaties helpende zorg en welzijn (niveau 2) en zorghulp (niveau 1) de instroom vanuit overige bedrijfstakken ten opzichte van de overige zorgkwalificaties relatief groot is. De instroom vanuit overige bedrijfstakken ligt voor de welzijnskwalificaties hoger dan het geval is voor de zorgkwalificaties. De instroom op de arbeidsmarkt van zorg en WJK vanuit uitkeringen en inactiviteit is relatief groot voor zorghulpen (niveau 1). Dit correspondeert met de hoge uitstroom van werknemers met deze kwalificatie naar uitkeringen en inactiviteit. Kennelijk is deze groep meer dan de andere kwalificaties periodiek inactief of heeft een uitkering waardoor relatief grote in- en uitstroom ontstaat. In vergelijking met de zorgkwalificaties (met uitzondering van zorghulpen) is de instroom van werknemers met een welzijnskwalificatie vanuit uitkeringen en inactiviteit relatief groot. 7 8 Er is gebruik gemaakt van het Sociaal Statistisch Bestand (SSB), gekoppeld met informatie over kwalificaties uit de enquête beroepsbevolking (EBB) en de werknemersenquêtes. Beide aandelen lijken groot te zijn. Het betreft in beide gevallen echter relatief veel kleine baantjes. In FTE ligt het aandeel van deze categorieën binnen de instroom lager. 28

29 3.3 Toekomstig aanbod voor arbeidsmarkt in zorg en WJK in Zeeland Hoeveel nieuwe arbeidskrachten zijn er nu beschikbaar in Zeeland in de periode ? Figuur 3.6 (a+b) geeft hier een antwoord op. Daarin wordt eerst per VOV-kwalificatie en dan per VOVbranche weergegeven hoeveel mensen er naar verwachting zullen instromen op de arbeidsmarkt. Figuur 3.6a Totale arbeidsmarktinstroom VOV-personeel naar kwalificatie, Zeeland, SAW (niveau 3); 870 CMD (niveau 5); 340 Verpleegkundige (niveau 5); 270 Verpleegkundige (niveau 4); 720 SAW (niveau 4); 860 Verzorgende (niveau 3); SPH (niveau 5); 290 Zorghulp (niveau 1); 640 Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. Helpende zorg en welzijn (niveau 2); 910 Figuur 3.6b Totale arbeidsmarktinstroom VOV-personeel naar branche, Zeeland, Kinderopvang; 720 WMD; 280 Jeugdzorg; 230 Ziekenhuizen; 570 GGZ; 370 Overige zorg; 220 Gehandicaptenzorg; VVT; Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. De totale instroom op de arbeidsmarkt zorg en WJK in Zeeland is bijna werknemers in de gehele periode De instroom van verzorgenden (niveau 3) is het grootst, gevolgd door verpleegkundigen (niveau 4) en sociaal agogisch opgeleiden (niveau 3 en niveau 4). Naar branche bezien is, absoluut gezien, de grootste nieuwe VOV-instroom in Zeeland in de verpleeg- en verzorgingstehuizen, gevolgd door de gehandicaptenzorg en de kinderopvang. 9 Het betreft hier personen die op het gewenste opleidingsniveau instromen en geen aanvullende opleidingen meer hoeven te volgen. De instroom van het aanbod naar branche wordt bepaald op basis van de gerealiseerde instroom naar branche en de huidige kwalificatiestructuur binnen een branche. 29

30 3.4 Toekomstig aanbod voor arbeidsmarkt in zorg en WJK in deelregio s In tabel 3.3 (a+b) zijn de prognoses van de arbeidsmarktinstroom naar kwalificatie en branche voor zowel Zeeland als de deelregio s gepresenteerd. Om de deelregio s met elkaar te vergelijken wordt naast de absolute arbeidsmarktinstroom de instroom ook uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in Tabel 3.3a Totale arbeidsmarktinstroom VOV-personeel naar kwalificaties, absoluut en uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in 2011, Zeeland en deelregio s, Zeeland Zeeuws-Vlaanderen Walcheren Oosterschelderegio Kwalificatie absoluut % absoluut % absoluut % absoluut % Verpleegkundige (niveau 5) ,2% 60 20,5% ,5% 90 22,5% Verpleegkundige (niveau 4) ,3% ,4% ,0% ,8% Verzorgende (niveau 3) ,6% ,5% ,9% ,8% Helpende zorg en welzijn (niveau 2) ,8% ,2% ,2% ,8% Zorghulp (niveau 1) ,2% ,4% ,3% ,4% SPH (niveau 5) ,0% 40 42,6% ,0% ,8% SAW (niveau 4) ,2% ,8% ,4% ,3% SAW (niveau 3) ,1% ,0% ,4% ,1% CMD (niveau 5) ,9% 50 54,2% ,7% ,8% Totaal ,2% ,0% ,0% ,0% Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. Naar kwalificatie (tabel 3.3a) vallen de volgende zaken op: Relatief gezien kent Zeeuws-Vlaanderen een grote instroom van sociaal agogisch werkers (niveau 3). In Walcheren is de instroom van verpleegkundigen (niveau 5) en sociaal pedagogisch hulpverleners (niveau 5) relatief groot. In de Oosterschelderegio is de instroom van helpende zorg en welzijn (niveau 2) in vergelijking met de overige regio s vrij groot. Tabel 3.3b Totale arbeidsmarktinstroom VOV-personeel naar branche, absoluut en uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in 2011, Zeeland en deelregio s, Zeeland Zeeuws-Vlaanderen Walcheren Oosterschelderegio Branche absoluut % absoluut % absoluut % absoluut % Ziekenhuizen ,6% ,9% ,4% ,5% GGZ ,8% 70 49,0% ,2% ,2% Overige zorg ,0% ,0% ,0% ,0% Gehandicaptenzorg ,3% ,1% ,0% ,6% VVT ,4% ,4% ,8% ,5% Kinderopvang ,1% ,6% ,1% ,6% Jeugdzorg ,1% ,3% 70 48,6% WMD ,9% 80 77,7% ,8% ,9% Totaal ,2% ,0% ,0% ,0% Bron: DUO, CBS Onderwijsgegevens, SSB; bewerking Etil. 10 In paragraaf 4.2 wordt nader ingegaan op de werkgelegenheid binnen de sector zorg en WJK. 30

31 Naar branche (tabel 3.3b) vallen de volgende zaken op: Relatief gezien kennen in Zeeland de branches kinderopvang en welzijn en maatschappelijke dienstverlening de grootste nieuwe instroom. Naar deelregio s is eveneens de instroom in die branches relatief groot. In Zeeuws-Vlaanderen valt vooral de relatief hoge arbeidsmarktinstroom in overige zorg 11 op. Hierbij moet wel worden vermeld dat het absoluut gezien om vrij kleine aantallen gaat. In Walcheren is het instroompercentage in overige zorg nog hoger. Dit heeft eveneens met vrij geringe aantallen te maken. Ook is de instroom in de geestelijke gezondheidszorg in Walcheren relatief groot. In vergelijking met de andere regio s kent de Oosterschelderegio een relatief groot instroompercentage in de jeugdzorg. 11 De branche overige zorg is een verzamelnaam voor organisaties die niet bij de overige zorgbranches konden worden ondergebracht. Hier vallen o.a. de volgende diensten onder: medische praktijken (huisartsen, psychiaters, tandartsen, verloskundigen, fysiotherapeuten etc.), organisaties voor curatieve zorg (abortusklinieken, gezondheidscentra), medische laboratoria, ambulancediensten etc. 31

32 32

33 4 Vraag naar arbeid In dit hoofdstuk staat de vraag naar arbeid in zorg en WJK in Zeeland en de drie deelregio s centraal. Allereerst wordt in paragraaf 4.1 de structuur van de werkgelegenheid (de totale vraag) in beeld gebracht. Naast de huidige werkgelegenheid is het ook belangrijk om te kijken naar de toekomstige vraag naar arbeid. Deze toekomstige vraag naar nieuwkomers is uit te drukken in het aantal baanopeningen, welke aan bod komt in paragraaf Werkgelegenheidsstructuur In deze paragraaf wordt de structuur van de werkgelegenheid in Zeeland in beeld gebracht. Hierbij wordt onderscheid gemaakt naar branche (4.1.1) en kwalificatie (4.1.2). Tot slot wordt kort ingegaan op de kenmerken van werknemers (4.1.3) Werkgelegenheid naar branche Tabel 4.1 toont hoe de werkgelegenheid in Zeeland en de deelregio s is verdeeld over de diverse branches. Tabel 4.1 Werknemers zorg en WJK 2011, Zeeland en deelregio s, naar branche Zeeland Zeeuws-Vlaanderen Walcheren Oosterschelderegio Branche absoluut % absoluut % absoluut % absoluut % Ziekenhuizen % % % % GGZ % 240 3% 230 3% % Overige zorg 750 3% 40 1% 10 0% 700 7% Gehandicaptenzorg % % % % VVT % % % % Kinderopvang % 350 5% 450 6% 540 6% Jeugdzorg 730 3% 0 0% 570 8% 160 2% WMD 390 2% 130 2% 80 1% 180 2% Totaal % % % % Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, bewerking Etil. Het beeld van het aantal werknemers naar branche in 2011 is als volgt samen te vatten: In Zeeland zijn personen werkzaam in de sector zorg en WJK. De grootste deelregio qua werknemers is de Oosterschelderegio, gevolgd door Walcheren en Zeeuws-Vlaanderen. 49% van de werknemers in zorg en WJK in Zeeland is werkzaam in de VVT. In Walcheren is dit zelfs 52%. In Zeeuws-Vlaanderen zijn relatief veel personen werkzaam in de branche ziekenhuizen (27%). Daarentegen kent Zeeuws-Vlaanderen geen werknemers in de jeugdzorg 12. De Oosterschelderegio kent relatief veel werknemers in de GGZ (10%). Ook de overige zorg is in de Oosterschelderegio relatief groot, met 7% van de werkgelegenheid. 12 Binnen de jeugdzorg zijn er wel werknemers actief binnen de regio Zeeuws-Vlaanderen, alleen werken zij vanuit een jeugdorganisatie waarvan de hoofdlocatie is gevestigd in de Oosterschelderegio of Walcheren. 33

34 4.1.2 Werkgelegenheid naar kwalificatie Figuur 4.1 laat voor Zeeland de samenstelling van het VOV-personeel naar kwalificaties zien. Naast het VOV-personeel zijn er binnen de sector zorg en WJK ook nog overige kwalificaties actief waaronder bijvoorbeeld secretaresses en ICT-ers. In Zeeland bestaat het totale personeel binnen de sector zorg en WJK voor 65% uit VOV-personeel, hetgeen neerkomt op werknemers. De overige 35% binnen de sector zorg en WJK bestaat uit overige kwalificaties. Figuur 4.1 Werknemers zorg en WJK 2011, Zeeland, naar kwalificatie Verpleegkundige (niveau 5) Verpleegkundige (niveau 4) Verzorgende (niveau 3) Helpende zorg en welzijn (niveau 2) Zorghulp (niveau 1) SPH (niveau 5) SAW (niveau 4) SAW (niveau 3) CMD(niveau 5) Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, bewerking Etil In Zeeland heeft de kwalificatie verzorgende (niveau 3) het grootste aantal werknemers, gevolgd door verpleegkundige (niveau 4). Verder valt op dat het aantal werknemers op HBO-niveau binnen het totale VOV-personeel relatief beperkt is (2.110 werknemers) Werkgelegenheid naar kenmerken Hierna wordt ingegaan op de kenmerken van werknemers in de verschillende branches in zorg en WJK in Zeeland. Aan de orde komen geslacht, leeftijd en etniciteit (tabel 4.2). Tabel 4.2 Werkgelegenheid zorg en WJK 2011, naar kenmerken, Zeeland, naar branche Branche Werknemers % Man % Vrouw Gem. leeftijd % 55+ % Allochtoon Ziekenhuizen % 85% 42,4 14% 15% GGZ % 76% 41,1 12% 12% Overige zorg % 80% 41,1 12% 10% Gehandicaptenzorg % 84% 39,2 11% 14% VVT % 92% 41,9 14% 11% Kinderopvang % 96% 34,4 7% 11% Jeugdzorg % 83% 41,3 12% 10% WMD % 73% 43,2 18% 16% Totaal % 84% 40,6 13% 13% Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, bewerking Etil. Geslacht Van alle werknemers in zorg en WJK in Zeeland is 84% vrouw. Op brancheniveau zijn echter duidelijke verschillen waarneembaar. Zo is in de kinderopvang 96% van de werknemers vrouw. In de branche WMD is daarentegen een relatief hoog aantal werknemers man (27%). 34

35 Leeftijd Werknemers in zorg en WJK in Zeeland zijn gemiddeld 40,6 jaar oud. In de branche WMD is de gemiddelde leeftijd van werknemers 43,2 jaar, tegenover 34,4 jaar in de kinderopvang. De relatief hoge gemiddelde leeftijd in WMD wordt mede verklaard door het aandeel 55-plussers (18%). In de kinderopvang is dit aandeel 7%, tegenover 13% in de totale sector zorg en WJK. Etniciteit Van de werknemers in zorg en WJK in Zeeland is 13% allochtoon. In de branche WMD is dit 16%. In de jeugdzorg is dit aandeel 10%. 4.2 Toekomstige vraag naar arbeid In de vorige paragraaf is ingegaan op de huidige werkgelegenheidsstructuur in de zorg en WJK in Zeeland. Voor beleidsbepalers is het echter ook belangrijk om te kijken naar de toekomstige vraag naar arbeid. De vraag naar nieuw personeel is uit te drukken in het aantal baanopeningen. Het aantal baanopeningen geeft de voor nieuwe arbeidskrachten vrijgekomen banen weer. De baanopeningen worden bepaald door de som van uitbreidingsvraag en vervangingsvraag: Uitbreidingsvraag is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat door groei van de werkgelegenheid. Dit betreft dus het aantal nieuw gecreëerde banen bij bedrijven en organisaties. Als sprake is van een werkgelegenheidsdaling, is de uitbreidingsvraag negatief. Vervangingsvraag is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat doordat arbeidsplaatsen opnieuw moeten worden bezet. Deze arbeidsplaatsen ontstaan omdat werkenden met pensioen gaan, arbeidsongeschikt worden of zich (tijdelijk) terugtrekken van de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld wegens zorgtaken. Een belangrijk aandachtspunt bij de prognoses van de vraag is dat deze zijn opgesteld voordat het recentelijk afgesloten regeerakkoord tussen de VVD en PvdA bekend werd. In het vervolg van deze paragraaf komen al deze afzonderlijke onderdelen uitbreidingsvraag, vervangingsvraag en baanopeningen - aan bod Uitbreidingsvraag De uitbreidingsvraag geeft de ontwikkeling in de behoefte van personeel weer om een bepaald niveau van productie te realiseren. Groeit de productie dan is meer personeel nodig, terwijl in geval van krimp met minder personeel kan worden volstaan. De uitbreidingsvraag wordt berekend door de totale werkgelegenheid in de toekomst af te zetten tegen de huidige werkgelegenheid. In dit geval betreft de uitbreidingsvraag de groei van de werkgelegenheid in de periode Omdat prognoses van de werkgelegenheid in zorg en WJK omgeven zijn met de nodige onzekerheid, zijn binnen het arbeidsmarktonderzoek met behulp van een rekenkundig model 13 twee scenario s opgesteld voor de vraag naar personeel. Het verschil tussen de scenario s kan verklaard worden door de mate waarin het binnen beide scenario s mogelijk is om in de toename van de zorgvraag te voorzien. De zorgvraag neemt de komende jaren als gevolg van de vergrijzing toe. Om in deze toenemende behoefte te kunnen voorzien, is het echter noodzakelijk dat er ook voldoende financiële ruimte is om de gewenste uitbreiding van de vraag te kunnen verwezenlijken. In het lage scenario staan de beschikbare middelen volgens de Rijksbegroting 2012 centraal, terwijl in het hoge scenario uitgegaan is van meer mogelijkheden om in de toename van de zorgvraag te voorzien. Figuur 4.2 laat de uitbreidingsvraag voor Zeeland zien in zorg en WJK, daarbij onderscheid makend tussen het lage en hoge scenario. 13 Voor meer informatie over het gebruikte model wordt verwezen naar 35

36 Figuur 4.2 Uitbreidingsvraag zorg en WJK (gem. jaarlijks %), Zeeland, laag en hoog scenario 4,00% 3,00% 3,7% 3,4% 2,00% 1,6% 1,4% 1,00% 0,6%,00% -1,00% -2,00% zorg WJK zorg en WJK -1,1% Lage scenario Hoge scenario Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Te zien is dat in het lage scenario in Zeeland in de zorg een werkgelegenheidstoename wordt verwacht van gemiddeld jaarlijks 1,6% gedurende de periode In WJK wordt als gevolg van de bezuinigingen een afname van de werkgelegenheid verwacht van gemiddeld jaarlijks -1,1%. In het hoge scenario is de werkgelegenheidstoename in de zorg groter, terwijl er ook binnen de sector zorg en WJK sprake is van een beperkte toename van de werkgelegenheid (gemiddeld 0,6% per jaar). Op basis van de inzichten van regionale experts uit de branches is besloten het lage scenario als uitgangspunt te nemen, aangezien dit als het meest realistische scenario wordt gezien. De regionale uitbreidingsvraag kan verder worden uitgesplitst naar branches en kwalificaties. Branche Tabel 4.3 laat de uitbreidingsvraag in Zeeland naar branche zien voor zowel het totale personeel in zorg en WJK als het VOV-personeel. Tabel 4.3 Uitbreidingsvraag zorg en WJK , totaal werknemers en VOV-personeel, Zeeland, naar branche Zeeland Branches Totaal werknemers VOV-personeel Ziekenhuizen GGZ Overige zorg Gehandicaptenzorg VVT Kinderopvang 0 20 Jeugdzorg WMD Totaal Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. 36

37 Het beeld van de uitbreidingsvraag naar branche gedurende de periode is voor het totaal aantal werknemers als volgt samen te vatten 14 : De grootste toename van de werkgelegenheid vindt plaats binnen de branche VVT (gemiddeld 2,4% per jaar). Deze relatief hoge uitbreidingsvraag hangt sterk samen met de extra investeringen in de intramurale langdurige zorg. Het kabinet wil de kwaliteit in de intramurale langdurige zorg verbeteren en stelt hier ook de nodige middelen voor beschikbaar. Voor een deel spelen deze extra investeringen ook een rol binnen de gehandicaptenzorg, zodat de werkgelegenheidstoename binnen deze branche ook relatief groot is (gemiddeld 1,3% per jaar). De uitbreidingsvraag is in de overige sectoren binnen de zorg positief, met uitzondering van de relatief kleine sector overige zorg. De toename van de werkgelegenheid in de ziekenhuizen (gemiddeld 0,6% per jaar) en GGZ (gemiddeld 0,7% per jaar) is ten opzichte van voorgaande jaren wel relatief beperkt. De bezuinigingen in de WJK komen tot uitdrukking in de vraag naar personeel in deze branches. De vraag naar personeel neemt het sterkst af in de branche WMD (gemiddeld -3,1% per jaar), gevolgd door de branche jeugdzorg (gemiddeld -2,0% per jaar). De vraag binnen de kinderopvang blijft gedurende de periode stabiel. Hiermee wijkt de provincie Zeeland af van de landelijke situatie, aangezien de vraag naar personeel in de kinderopvang op landelijk niveau het sterkst afneemt. De reden voor dit afwijkende beeld voor Zeeland ten opzichte van het landelijke beeld is dat, ondanks de bezuinigingen, voor de Oosterschelderegio een toename van de kinderopvang wordt verwacht. Kwalificatie In tabel 4.4 is de uitbreidingsvraag voor het VOV-personeel naar kwalificatie in Zeeland te zien. Tabel 4.4 Uitbreidingsvraag zorg en WJK , Zeeland, naar kwalificatie (VOV personeel) Kwalificatie Zeeland Verpleegkundige (niveau 5) 50 Verpleegkundige (niveau 4) 150 Verzorgende (niveau 3) 560 Helpende zorg en welzijn (niveau 2) 110 Zorghulp (niveau 1) 20 SPH (niveau 5) 0 SAW (niveau 4) 120 SAW (niveau 3) 20 CMD (niveau 5) -20 VOV-totaal Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Het beeld van de uitbreidingsvraag naar kwalificaties gedurende de periode is als volgt samen te vatten: De totale vraag naar VOV-personeel is met gemiddeld 1,6% per jaar gedurende de periode hoger dan de totale vraag naar personeel (gemiddeld 1,4% per jaar). De reden hiervoor is dat het aandeel van VOV-personeel in de werkgelegenheid gemiddeld toeneemt. De toekomstige vraag naar agogisch opgeleid personeel neemt slechts beperkt toe of daalt (CMD 5). Dit is een direct gevolg van de bezuinigingen in de welzijnsbranches en de daarmee gepaard gaande daling van de toekomstige vraag naar personeel. Dat er toch nog sprake is van een relatief sterke toename naar agogisch opgeleid personeel op niveau 4 is het gevolg van het feit dat deze kwalificatie ook voorkomt in zorgbranches en dan met name de gehandicaptenzorg. 14 De trends in de uitbreidingsvraag naar branche voor het totaal aantal werknemers en specifiek het VOVpersoneel komen vrijwel met elkaar overeen. 37

38 De sterke groei van de verzorgenden (niveau 3) (gemiddeld 2,6% per jaar) hangt samen met de relatief sterke groei van de VVT Vervangingsvraag (VOV) Vervangingsvraag is de vraag naar nieuwe arbeidskrachten die ontstaat als gevolg van personeel dat uitstroomt. Hierbij zijn een aantal categorieën van uitstroom te onderscheiden: uitstroom naar overige bedrijfstakken (buiten zorg en WJK); uitstroom naar uitkeringen en inactiviteit (exclusief pensioen); uitstroom naar pensioen; uitstroom door opscholing (exclusief doorscholing); uitstroom door pendel. De totale vervangingsvraag naar VOV-personeel in zorg en WJK in Zeeland in de periode bestaat uit arbeidsplaatsen. Het grootste deel hiervan, 39%, wordt gevormd door werkenden die uitstromen naar uitkeringen en inactiviteit (figuur 4.3). Daarnaast stroomt 23% uit naar overige bedrijfstakken. Het kleinste deel, 7%, stroomt uit als gevolg van pensionering 15. Figuur 4.3 Procentuele verdeling categorieën van uitstroom (vervangingsvraag), , Zeeland 9% 22% 23% 7% Overige bedrijfstakken Pensioen Uitkeringen en inactiviteit Opscholing Pendel 39% Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Branche In tabel 4.5 is de vervangingsvraag in Zeeland naar branche te zien voor het VOV-personeel. Tabel 4.5 Vervangingsvraag zorg en WJK , Zeeland, naar branche (VOV-personeel) Branches Zeeland Ziekenhuizen 390 GGZ 230 Overige zorg 280 Gehandicaptenzorg 950 VVT Kinderopvang 500 Jeugdzorg 230 WMD 180 Totaal Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. 15 De uitstroom naar pensioen wordt binnen het model onderschat, aangezien een deel van de mensen die met prepensioen gaan, als uitstroom naar de categorie uitkeringen en inactiviteit meegerekend worden. 38

39 In de periode is er een grote vervangingsvraag in de VVT van arbeidsplaatsen. In tabel 4.3 was reeds te zien dat ook de uitbreidingsvraag in de VVT het grootst is van alle branches. In de overige branches is er ook sprake van een positieve vervangingsvraag. Dit is ook het geval in de branches jeugdzorg, WMD en overige zorg, terwijl hierbij sprake was van een negatieve uitbreidingsvraag. Kwalificatie Tabel 4.6 laat de vervangingsvraag in Zeeland naar kwalificatie zien voor het VOV-personeel. Ook hier geldt dat de kwalificatie met de grootste uitbreidingsvraag (verzorgende niveau 3), geconfronteerd wordt met de grootste vervangingsvraag in de periode Eveneens is te zien dat voor de kwalificaties op niveau 5 een beperkte vervangingsvraag te verwachten is. Dit hangt uiteraard samen met de relatief kleine werkgelegenheid in deze kwalificaties. Tabel 4.6 Vervangingsvraag zorg en WJK , Zeeland, naar kwalificatie (VOV-personeel) Kwalificatie Zeeland Verpleegkundige (niveau 5) 230 Verpleegkundige (niveau 4) 580 Verzorgende (niveau 3) Helpende zorg en welzijn (niveau 2) 880 Zorghulp (niveau 1) 680 SPH (niveau 5) 230 SAW (niveau 4) 610 SAW (niveau 3) 650 MD (niveau 5) 240 VOV-totaal Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil Baanopeningen in Zeeland Zoals gezegd wordt het aantal baanopeningen bepaald door de som van de vervangingsvraag en uitbreidingsvraag. Zo wordt weergegeven hoeveel personeel de sector zorg en WJK moet aantrekken om in de totale vraag te voorzien. Het totale aantal baanopeningen voor VOV-personeel in de periode in zorg en WJK in Zeeland bedraagt Figuur 4.4 laat zien in welke branches sprake is van het grootste aantal baanopeningen. Figuur 4.4 Baanopeningen naar branche, VOV-personeel, , Zeeland Jeugdzorg; 190 WMD; 140 Kinderopvang; 520 Ziekenhuizen; 440 GGZ; 260 Overige zorg; 270 Gehandicaptenzorg; VVT; Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. 39

40 In de VVT is sprake van het grootste aantal baanopeningen. Eerder was te zien dat in deze branche zowel de uitbreidings- als de vervangingsvraag het grootste is de komende jaren. Ook de gehandicaptenzorg kent relatief veel baanopeningen. In WMD is het aantal baanopeningen het kleinst. Figuur 4.5 laat vervolgens het aantal baanopeningen zien naar kwalificatie. Figuur 4.5 Baanopeningen naar kwalificatie, , Zeeland SAW (niveau 3); 670 CMD (niveau 5); 220,0 Verpleegkundige (niveau 5); 290 Verpleegkundige (niveau 4); 730 SAW (niveau 4); 730 SPH (niveau 5); 230 Zorghulp (niveau 1); 700 Helpende zorg en welzijn (niveau 2); 990 Verzorgende (niveau 3); Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Het aantal baanopeningen in de periode is het grootst voor de kwalificatie verzorgende (niveau 3), gevolgd door helpende zorg en welzijn (niveau 2) en verpleegkundige (niveau 4) Baanopeningen in de deelregio s In tabel 4.7 (a+b) is het aantal baanopeningen naar kwalificatie en branche voor zowel Zeeland als de deelregio s gepresenteerd. Om de deelregio s met elkaar te kunnen vergelijken, wordt naast de absolute aantallen, het aantal baanopeningen ook uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in

41 Tabel 4.7a Totaal aantal baanopeningen VOV-personeel naar branche, absoluut en uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in 2011, Zeeland en deelregio s, Zeeland Zeeuws-Vlaanderen Walcheren Oosterschelderegio Branche absoluut % absoluut % absoluut % absoluut % Ziekenhuizen ,9% ,3% ,3% ,6% GGZ ,6% 50 32,4% 40 32,3% ,8% Overige zorg ,7% 20 58,3% ,4% Gehandicaptenzorg ,6% ,8% ,5% ,8% VVT ,5% ,1% ,3% ,5% Kinderopvang ,5% ,3% ,2% ,3% Jeugdzorg ,6% ,1% 40 26,5% WMD ,7% 50 47,6% 30 47,0% 60 43,7% Totaal ,7% ,7% ,7% ,8% Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Naar branche (tabel 4.7a) vallen de volgende zaken op met betrekking tot het aantal baanopeningen: In Zeeland en de deelregio s is het absolute aantal baanopeningen het grootst in de VVT. In Zeeuws-Vlaanderen valt het relatief hoge percentage baanopeningen in de overige zorg op. Hierbij gaat het absoluut gezien wel om kleine aantallen. Relatief gezien kent de Oosterschelderegio minder baanopeningen voor alle branches, in vergelijking met de andere deelregio s. Tabel 4.7b Totaal aantal baanopeningen VOV-personeel naar kwalificatie, absoluut en uitgedrukt als percentage van de werkgelegenheid in 2011, Zeeland en deelregio s, Zeeland Zeeuws-Vlaanderen Walcheren Oosterschelderegio Kwalificatie absoluut % absoluut % absoluut % absoluut % Verpleegkundige (niveau 5) ,9% ,8% 70 31,4% ,3% Verpleegkundige (niveau 4) ,6% ,6% ,9% ,5% Verzorgende (niveau 3) ,8% ,2% ,9% ,7% Helpende zorg en welzijn (niveau 2) ,4% ,1% ,3% ,8% Zorghulp (niveau 1) ,2% ,4% ,1% ,4% SPH (niveau 5) ,7% 40 45,1% 90 37,4% 90 40,1% SAW (niveau 4) ,8% ,3% ,8% ,7% SAW (niveau 3) ,1% ,8% ,1% ,4% CMD (niveau 5) ,8% 40 39,3% 90 34,7% 90 35,8% Totaal ,7% ,7% ,7% ,8% Bron: ViaZorg, PGGM, SSB, SEOR, bewerking Etil. Naar kwalificatie (tabel 4.7b) is het volgende te zien: In alle deelregio s is het absolute aantal baanopeningen het grootst voor de kwalificatie verzorgende (niveau 3). Relatief gezien kent Zeeuws-Vlaanderen voor alle kwalificaties het grootste aantal baanopeningen. Met name het aantal baanopeningen voor CMD (niveau 5) is relatief groot, 39,3% voor Zeeuws-Vlaanderen ten opzichte van 35,8% voor de provincie Zeeland. In Walcheren is het aantal baanopeningen voor CMD (niveau 5), SPH (niveau 5), SAW (niveau 4) en SAW (niveau 3) ten opzichte van de provincie Zeeland relatief klein. De Oosterschelderegio kent ten opzichte van de provincie Zeeland relatief minder baanopeningen voor de kwalificaties verpleegkundige (niveau 5), verpleegkundige (niveau 4), verzorgende (niveau 3), helpende zorg en welzijn (niveau 2) en zorghulp (niveau 1). 41

42 42

43 5 Discrepanties Om zicht te krijgen op tekorten of overschotten op de arbeidsmarkt van zorg en WJK worden in dit hoofdstuk aanbod en vraag tegen elkaar afgezet. Bij de confrontatie van vraag en aanbod wordt zowel gekeken naar kwantitatieve discrepanties als naar kwalitatieve discrepanties: Kwantitatieve discrepanties treden op als het aanbod van gediplomeerde schoolverlaters en overige instroomcategorieën niet in evenwicht is met de baanopeningen die gedurende een bepaalde periode ontstaan. Kwalitatieve discrepanties treden op wanneer werkgevers als gevolg van ontwikkelingen andere eisen gaan stellen aan hun personeel dan wel wanneer werkzoekenden kritischer worden richting hun werkgever. In paragraaf 5.1 wordt ingegaan op de kwantitatieve discrepanties binnen de sector zorg en WJK, waarbij nagegaan wordt of er sprake is van tekorten en/of overschotten van VOV-personeel binnen bepaalde branches en kwalificaties. Naast een uitgebreide analyse op het niveau van de provincie Zeeland, wordt binnen deze paragraaf ook stil gestaan bij de arbeidsmarktsituatie binnen de deelregio s. In paragraaf 5.2 komen vervolgens de kwalitatieve discrepanties aan bod. 5.1 Kwantitatieve discrepanties In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de kwantitatieve confrontatie tussen vraag en aanbod. Bij deze confrontatie wordt rekening gehouden met de twee vraagscenario s die ontwikkeld zijn: een laag en een hoog scenario. In tabel 5.1 is de vraag volgens beide scenario s voor de provincie Zeeland afgezet tegen het aanbod voor de sectoren zorg en WJK. Tabel 5.1 Tekort (-)/overschot(+) VOV-personeel in 2015 sectoren zorg en WJK, provincie Zeeland Werknemers Lage scenario Hoge scenario 2011 Tekort/Overschot Als % Werknemers Tekort/Overschot Als % Werknemers Zorg ,5% ,3% WJK ,6% ,3% Zorg en WJK ,6% ,2% Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Op het niveau van de totale sector zorg en WJK is er op basis van beide vraagscenario s sprake van een tekort aan VOV-personeel. Het tekort aan VOV-personeel is echter veel beperkter op basis van het lage vraagscenario (-250 werknemers) dan op basis van het hoge vraagscenario ( werknemers). Wat verder opvalt is dat er alleen binnen de sector zorg sprake is van tekorten, en dat er in de sector WJK juist sprake is van overschotten. De belangrijkste oorzaak voor de verwachte overschotten binnen de sector WJK is dat de vraag naar personeel afneemt, terwijl de instroom van personeel binnen de sector WJK relatief hoog blijft. In het vervolg van deze paragraaf wordt nader ingegaan op de tekorten/overschotten van VOVpersoneel naar branches, kwalificaties en deelregio s. Hierbij wordt ook weer het lage scenario als uitgangspunt genomen. In bijlage 2 zijn de discrepanties van VOV-personeel naar branches en kwalificaties voor de provincie Zeeland weergegeven voor het hoge scenario. 43

44 5.1.1 Tekorten/overschotten naar branches Ook naar branche bezien is er sprake van verschillende uitkomsten voor de verschillende branches. Om deze verschillen inzichtelijk te maken zijn in tabel 5.2 de resultaten van de confrontatie van het lage vraagscenario en het aanbod per branche weergegeven voor VOV-personeel in Zeeland. Tabel 5.2 Tekort(-)/overschot(+) VOV-personeel in 2015 naar branches, lage scenario, Zeeland Werknemers Tekort/ Tekort/Overschot Branche 2011 Overschot % werknemers Ziekenhuizen % GGZ % Overig zorg % Gehandicaptenzorg % VVT % Zorg totaal % Kinderopvang % Jeugdzorg % WMD % WJK totaal % Zorg en WJK % Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Het beeld van de tekorten/overschotten naar branches in 2015 is als volgt samen te vatten: Binnen de sector zorg en WJK worden er op basis van het lage vraagscenario tekorten verwacht binnen de branches VVT (-830 werknemers) en overige zorg (-50 werknemers). - De belangrijkste verklaring voor de relatief positieve uitbreidingsvraag binnen de VVT is de ambitie van de regering om de kwaliteit in de intramurale langdurige zorg te verbeteren. Om deze ambitie te realiseren zijn ook de nodige middelen beschikbaar gesteld. - Het tekort binnen de overige zorg komt tot stand doordat binnen deze branche relatief veel werknemers in kwalificaties werkzaam zijn die ook relatief sterk voorkomen binnen de branche VVT. De tekorten binnen de VVT werken dus door binnen deze branche. Binnen de sector zorg en WJK worden relatief grote overschotten verwacht binnen de branches kinderopvang (+200) en WMD (+130). In beide gevallen is een belangrijke verklaring voor de verwachte overschotten een terugval in de vraag naar personeel als gevolg van bezuinigingen Tekorten/overschotten naar kwalificaties Naast de tekorten en overschotten op het niveau van de branches is het ook interessant om de tekorten en overschotten naar kwalificaties in beeld te brengen. In tabel 5.3 zijn de resultaten van de confrontatie van het lage vraagscenario en het aanbod per kwalificatie weergegeven voor VOVpersoneel in Zeeland. 44

45 Tabel 5.3 Tekort(-)/overschot(+) VOV-personeel in 2015 naar kwalificaties, provincie Zeeland Werknemers Tekort/ Tekort/Overschot Kwalificatie 2011 Overschot % werknemers Verpleegkundige (niveau 5) % Verpleegkundige (niveau 4) % Verzorgende (niveau 3) % Helpende zorg en welzijn (niveau 2) % Zorghulp (niveau 1) % Zorgkwalificaties % SPH (niveau 5) % SAW (niveau 4) % SAW (niveau 3) % CMD (niveau 5) % Welzijnskwalificaties % VOV-totaal % Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Het beeld van de tekorten/overschotten naar kwalificaties in 2015 is als volgt samen te vatten: Tegenover overschotten van personeel met een agogische opleiding staan relatief grote tekorten aan verzorgenden (niveau 3). Het tekort aan verzorgenden loopt op tot ongeveer 580 werknemers in Werknemers met deze kwalificatie werken voor een groot deel in de VVT, de branche waarin grote tekorten worden verwacht. Ook voor de zorgkwalificaties helpende zorg en welzijn (niveau 2) en zorghulp (niveau 1) ontstaan tekorten, maar deze zijn vrij beperkt. Het grootste overschot ontstaat bij sociaal agogen, hetgeen vooral op niveau 3 het geval is. Werknemers met deze kwalificatie werken vooral in de kinderopvang, een branche waar in het lage scenario de vraag naar personeel terugvalt ten opzichte van de ontwikkeling in de afgelopen jaren. Het tekort op niveau 4 is iets kleiner, aangezien werknemers met deze kwalificatie naast de welzijnssector ook voor een deel actief zijn in de gehandicaptenzorg. Voor verpleegkundigen (niveau 4) en verpleegkundigen (niveau 5) zijn vraag en aanbod redelijk in evenwicht Tekorten/overschotten naar deelregio s In de hoofdstukken Aanbod van arbeid en Vraag naar arbeid zijn in de laatste paragraaf telkens de ontwikkelingen gedurende de periode op het niveau van de drie deelregio s weergegeven. In deze paragraaf worden deze ontwikkelingen op het niveau van de deelregio s met elkaar geconfronteerd. Belangrijke factoren die eventuele verschillen in de tekorten/overschotten tussen de deelregio s kunnen verklaren zijn achtereenvolgens: Regionale verschillen in onderwijsdeelname binnen kwalificaties in de sector zorg en WJK. Pendelstromen tussen regio s. Regionale verschillen in werkgelegenheidsstructuur naar branche. Regionale verschillen in leeftijdssamenstelling van een branche. Een belangrijk aandachtspunt bij de interpretatie van de regionale tekorten/overschotten is dat er binnen het rekenkundig model geen rekening is gehouden met stromen tussen Nederland en België, aangezien concrete gegevens over deze stromen niet voorhanden zijn. In figuur 5.1 is een overzicht weergegeven van de tekorten/overschotten aan VOV-personeel in 2015 waarbij onderscheid is gemaakt naar branches en deelregio s. 45

46 Figuur 5.1 Tekorten(-)/overschotten(+) VOV-personeel in 2015 naar branches en deelregio s ZKH GGZ Overig Zorg GHZ VVT KO JZ WMD Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Het beeld van de discrepanties in 2015 naar branche en deelregio is als volgt samen te vatten: Over de gehele sector zorg en WJK bezien is in de regio Zeeuws-Vlaanderen sprake van een tekort van ongeveer 260 personen, terwijl de arbeidsmarktsituatie binnen de sector zorg en WJK in de regio s Walcheren (0 personen) en de Oosterschelderegio (+20 personen) redelijk in evenwicht is. Verklaringen voor het relatief grote tekort in de regio Zeeuws-Vlaanderen zijn: - De regio Zeeuws-Vlaanderen heeft relatief meer oudere inwoners waardoor de vraag ook hoger ligt. - De instroom uit het onderwijs is relatief beperkt binnen de regio Zeeuws-Vlaanderen. - De sector WJK is relatief klein binnen de regio Zeeuws-Vlaanderen, terwijl hier de grootste overschotten verwacht worden. Over het algemeen geldt dat de grote lijnen binnen de verwachte tekorten/overschotten naar branche tussen de deelregio s redelijk met elkaar overeen komen. In figuur 5.2 is een overzicht weergegeven van de tekorten/overschotten aan VOV-personeel in 2015 waarbij onderscheid is gemaakt naar kwalificaties en deelregio s. 46

47 Figuur 5.2 Tekorten(-)/overschotten(+) VOV-personeel in 2015 naar kwalificaties en deelregio s VPK 5 VPK 4 VZ 3 HLP 2 ZH 1 SPH 5 SAW 4 SAW 3 CMD Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Walcheren Oosterschelderegio Zeeuws-Vlaanderen Het beeld van de discrepanties in 2015 naar kwalificaties en deelregio is als volgt samen te vatten: In de regio Walcheren is er sprake van een overschot aan verpleegkundigen (niveau 5), terwijl binnen de overige regio s sprake is van een tekort. In alle gevallen betreft het hier relatief kleine aantallen. In de Oosterschelderegio is er sprake van een overschot aan verpleegkundigen (niveau 4), terwijl binnen de overige regio s sprake is van een tekort. Ook hier gaat het om relatief kleine aantallen. Voor de kwalificatie verzorgenden (niveau 3) ontstaan in alle regio s grote tekorten. In de regio Zeeuws-Vlaanderen is het tekort het grootste, hetgeen gezien het relatief grote tekort in de branche VVT binnen deze regio ook niet vreemd is. Voor helpende zorg en welzijn (niveau 2) en zorghulp (niveau 1) worden in alle regio s tekorten verwacht. De tekorten zijn wel relatief klein, zodat slechts van een beperkte verstoring van het evenwicht tussen vraag en aanbod gesproken kan worden. De overschotten voor de welzijnskwalificaties komen binnen de regio Walcheren en de Oosterschelderegio grotendeels overeen met elkaar. Deze overschotten zijn er niet in de regio Zeeuws-Vlaanderen, met uitzondering van sociaal agogisch werker (niveau 3). De reden hiervoor is dat de vraag en het aanbod voor deze kwalificaties beperkt aanwezig zijn binnen deze regio. 47

48 5.2 Kwalitatieve discrepanties Naast kwantitatieve verschillen op de arbeidsmarkt van zorg en WJK zal er ook steeds meer sprake zijn van ontwikkelingen die kunnen leiden tot kwalitatieve discrepanties. Een steeds grotere groep werkgevers ervaart nu al in meerdere of mindere mate knelpunten bij het aantrekken van nieuw personeel op het gebied van beschikbaarheid, inzetbaarheid en kwalificatie. Uit het Werkgeversonderzoek Zorg en Welzijn 2011 blijkt dat Zeeuwse werkgevers vooral knelpunten ervaren op het gebied van onder- of overkwalificatie van personeel Veranderende eisen van werkgevers aan werknemers De gezondheidszorg krijgt de komende jaren niet alleen te maken met kwantitatieve, maar ook met kwalitatieve veranderingen in de zorgvraag. De bevolking vergrijst, de culturele diversiteit neemt toe en steeds meer mensen leven met chronische aandoeningen, ouderen vaak met verschillende aandoeningen tegelijk. Er zal steeds meer behoefte komen aan preventie van ziekte en het langdurig ondersteunen van chronisch zieken. Ook zorginhoudelijk zullen er diverse veranderingen optreden. In de toekomst zal steeds meer zorg thuis, dichtbij huis of in kleinschalige woonvormen worden geboden. Grote intramurale voorzieningen in de VVT, GGZ en gehandicaptenzorg zullen worden afgebouwd. Door de toename van het aantal chronische ziekten krijgen mensen te maken met een toenemend aantal zorgaanbieders. Dat maakt dat de samenhang tussen de geleverde zorg steeds belangrijker wordt (ketenzorg). Daardoor zullen er andere eisen worden gesteld aan zorg- en welzijnsprofessionals, hun opleiding en hun manier van werken. Er zal een groter beroep worden gedaan op hun zelfstandigheid en probleemoplossend vermogen. Ook veranderingen in het zorgstelsel kunnen invloed hebben op het benodigde niveau van de werknemers. Zo wordt bijvoorbeeld de AWBZ grotendeels via de wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) overgeheveld naar de gemeenten. De gemeenten zullen ondersteuning op maat en dichtbij huis moeten organiseren voor burgers die beperkingen ervaren, waardoor een steeds groter deel van het huidige personeelsbestand in de zorg zal worden bekostigd vanuit de gemeenten. De verschuiving heeft met name gevolgen voor de inzet van werknemers huishoudelijke verzorging en alfahulpen. Functies op niveau 1 en 2 zullen steeds meer verdwijnen bij zorgorganisaties, terwijl er een grotere behoefte ontstaat aan functies op niveau 3 en 4 (en mogelijk 5) vanwege het leveren van een zwaarder type zorg. Ook ontwikkelingen op het gebied van technologische en sociale innovatie zorgen ervoor dat er een beroep gedaan zal worden op andere professionele vaardigheden van medewerkers. Tevens kan het de duurzame inzetbaarheid van medewerkers verhogen en carrièrekansen bieden. Daarnaast kunnen, doordat taken van hoger opgeleide beroepsbeoefenaren verschuiven naar lager opgeleiden (jobcarving), nieuwe en andere functies ontstaan. De toename van techniek in zorg en WJK maakt de sector tevens aantrekkelijker voor een grotere groep. Er kan al geanticipeerd worden op de toekomstig te leveren zorg, die zwaarder en complexer wordt, door in te spelen op het benodigde hogere opleidingsniveau van werknemers. Nu al stromen veel gediplomeerden op niveau 2 door naar een opleiding op niveau 3. In de toekomst zou ook doorstroming naar hogere niveaus en naar het HBO verbeterd kunnen worden. Behalve verticale doorstroom zou horizontale doorstroom van sociaal agogische beroepen naar verzorgende beroepen gemakkelijker gemaakt kunnen worden. Op dit gebied zijn in Zeeland de voorbereidingen getroffen voor een initiatief in de regio Zeeuws-Vlaanderen waarbij volwassenen die afgestudeerd zijn als sociaal agogisch werker (uitstroom richting pedagogisch werk) in een jaar tijd kunnen worden doorgeschoold tot medewerker maatschappelijke zorg met een schoolverklaring op de verzorgende taken/vaardigheden. 48

49 5.2.2 Veranderende waardeoriëntaties van werknemers Ook medewerkers worden kritischer. Zij stellen tegenwoordig andere eisen aan hun werkgever dan een aantal jaar geleden. Uit onderzoek van bureau Motivaction/ Prismant 16 blijkt dat niet alle Mentality-milieus en niet alle huidige generaties beroepsbevolking evenredig werkzaam zijn in de zorgsector. De waarden die passen bij de milieus en generaties die oververtegenwoordigd zijn in de sector zorg en welzijn zijn: behoudend, plichtsgetrouw, moralistisch, balans tussen traditie en vernieuwing, conformistisch, maatschappelijk nut, immateriële waarden. Dit waardeprofiel vormt een contrast met de waarden die aansluiten bij de milieus en generaties die momenteel ondervertegenwoordigd zijn in de sector zorg en welzijn: carrièregericht, individualistisch, vrij, gemakkelijk en zorgeloos leven, vrijheid, experimenteren en vernieuwing. Zorgwerkers vinden de zorgsector aantrekkelijk, maar verwachten dat het werk in de gezondheidssector zwaarder zal worden. De zorgsector is niet zo aantrekkelijk onder mensen die er nu niet werken (met uitzondering van degene werkzaam in de aanverwante welzijnssector). Vooral de jongere generaties zijn negatief over de aantrekkelijkheid van de sector. Aan de werkgevers dus de uitdaging bij hun arbeidsmarktcommunicatie rekening te houden met de waardeoriëntaties van hun potentiële medewerkers. 16 Bron: ZorgWerk en ZorgWerkers in 2025, de Z-generatie als wenkend toekomstperspectief. Prismant/ Motivaction,

50 50

51 6 Oplossingsrichtingen In de vorige hoofdstukken is uitvoerig aandacht geschonken aan de te verwachten vraag en het aanbod van personeel in zorg en WJK. Daarbij bleek dat voor de komende jaren een tekort aan personeel in de zorg, met name verzorgenden niveau 3 en een overschot aan personeel in WJK, met name sociaal agogisch werkers niveau 3 en 4, wordt verwacht. In dit hoofdstuk wordt het huidige arbeidsmarktbeleid op het gebied van zorg en WJK (voornamelijk VOV-personeel) in Zeeland beschreven. Vervolgens worden oplossingsrichtingen gegeven voor de in het rapport geconstateerde discrepanties op de arbeidsmarkt in de vorm van beleidsaanbevelingen en wordt een beeld geschetst van de verschillende activiteiten zoals die gestalte hebben gekregen in het arbeidsmarktbeleid voor zorg en WJK in Zeeland. 6.1 Huidig regionaal arbeidsmarktbeleid in de sector zorg en WJK Op het gebied van regionaal arbeidsmarktbeleid in de sector zorg en WJK vinden in Zeeland al een aantal jaren diverse activiteiten plaats, voornamelijk geïnitieerd en gecoördineerd door de regionale arbeidsmarktorganisatie ViaZorg Provinciaal beleid In de periode besteedde de provincie in het Provinciaal Sociaal-Economisch Beleidsplan (PSEB) aandacht aan acht beleidsprogramma s, waaronder het beleidsprogramma Zorgeconomie. Onder zorgeconomie wordt verstaan de sector zorg en WJK en andere daaraan gerelateerde activiteiten. Met het programma Zorgeconomie wilde de provincie kansrijke sectoren die bijdragen aan de zorgeconomie in Zeeland versterken. In de periode voerde ViaZorg het door haar op verzoek van de provincie opgestelde Masterplan Personeel en Arbeid Zorg en Welzijn Zeeland uit. Eind november 2012 is de Economische Agenda vastgesteld Regionale arbeidsmarktorganisatie ViaZorg Stichting ViaZorg, een van de zeventien werkgeversverbanden voor zorg en welzijn 17, neemt in de provincie Zeeland het initiatief op het gebied van ontwikkelen en implementeren van arbeidsmarktbeleid in de zorg- en welzijnssector. Bij ViaZorg 18 zijn op dit moment 65 zorg- en welzijnsorganisaties aangesloten. Dat zijn vrijwel alle zorg- en welzijnsorganisaties in de regio Zeeland. In bijlage 3 is een overzicht opgenomen van de bij ViaZorg aangesloten organisaties. Als doel van de stichting is geformuleerd om vanuit het algemeen belang dat samenwerkende partijen hebben bij een goed functionerende arbeidsmarkt in het algemeen (en voor de sector zorg en WJK in het bijzonder), vorm te geven aan een gezamenlijke regionale aanpak op het terrein van arbeidsmarkt-, werkgelegenheids- en opleidingsbeleid in de zorg- en welzijnssector (Statuten Stichting: artikel 2). Dit gebeurt vanuit een geïntegreerde regionale structuur, waarin zorgaanbieders/ werkgevers, welzijnsorganisaties/werkgevers en onderwijsorganisaties samenwerken. Daartoe initieert ViaZorg projecten gericht op instroom, doorstroom en behoud van personeel in deze sector. 17 Deze werkgeversverbanden werken op hun beurt weer samen onder de vlag van Stichting RegioPlus. 51

52 Belangrijke taken, c.q. aandachtsgebieden zijn bovendien: In stand houden en het (doen) bevorderen van de communicatie met de achterban en het vormen van netwerkverbanden. Optreden als centraal informatiepunt voor werkgevers en het zijn van een centraal aanspreekpunt voor (derde) partijen. Bevorderen van instroom in de opleidingen. Het verbeteren van het rendement van de opleidingen en afstemming tussen werkveld en opleiding. Transparant maken van de arbeidsmarkt voor de zorg- en welzijnssector door het verzamelen en bewerken van sectorspecifieke kennis over de arbeidsmarkt en ontwikkelingen hierin. Voorlichting en informatieverstrekking over leren en werken in zorg en welzijn. Verbinding zoeken met andere partijen op de arbeidsmarkt van zorg en welzijn en andere sectoren. 6.2 Beleidsaanbevelingen en uitdagingen voor regionaal arbeidsmarktbeleid Hieronder volgen aanbevelingen voor beleid voor de in hoofdstuk 5 genoemde discrepanties in de Zeeuwse zorg- en welzijnssector. Daarbij gebruiken we de volgende programmalijnen als leidraad: Strategisch arbeidsmarktbeleid; Werven met beleid; Kwalificeren voor zorg en welzijn; Beleid duurzame werken. Per programmalijn wordt een kort overzicht gegeven van de activiteiten die ViaZorg in het kader van de betreffende programmalijn uitvoert Strategisch arbeidsmarktbeleid Om aan de arbeidsvraag in, met name de zorg, tegemoet te kunnen blijven komen en de concurrentie aan te kunnen gaan met de vraag naar mensen in andere sectoren op de Zeeuwse arbeidsmarkt, is het van belang dat zorg- en welzijnsorganisaties individueel en gezamenlijk een strategisch arbeidsmarktbeleid voeren. Om goed strategisch arbeidsmarktbeleid te kunnen voeren is het belangrijk dat er (op zowel regionaal als organisatieniveau) inzicht is in welk personeel er nu in huis is en welk er in de toekomst nodig is. Op regionaal niveau kan dit inzicht worden verkregen met arbeidsmarktonderzoek; op organisatieniveau aan de hand van strategische personeelsplanning. Door de verwachte overschotten in de welzijnssector dreigen deze werknemers voor de gehele zorgen welzijnssector verloren te gaan. Daarom is het van groot belang om te investeren in (intersectorale) mobiliteit. Omarm daarom initiatieven die zijn gericht op een intensieve samenwerking en op arbeidsmobiliteit binnen de regio. Aanbevelingen: Investeer in strategische personeelsplanning. Houd daarbij rekening met zowel de kwantiteit als kwaliteit en daarnaast met competenties, bijdrage aan productiviteit en groeipotentieel. Investeer in projecten en acties op het gebied van mobiliteit (binnen organisaties, binnen branches of regio s binnen zorg en WJK) en zoek daarbij samenwerking met andere organisaties binnen de regio. 52

53 Activiteiten/projecten van ViaZorg op het gebied van Strategisch arbeidsmarktbeleid Leergang strategische personeelsplanning (SPP) Tijdens deze leergang van 6 dagdelen krijgen HRM-managers en lijnmanagers van zorg- en welzijnsorganisaties inzicht in hoe SPP helpt zicht te krijgen op de organisatie en op personele knelpunten in de toekomst. Aan het eind van de leergang zijn de deelnemers in staat het model zelfstandig toe te passen binnen hun eigen organisatie. Kennisgroep strategische personeelsplanning Als vervolg op de leergang en met als doel personeelsvoorziening/strategische personeelsplanning op de agenda van de zorg- en welzijnsorganisaties te brengen en te behouden, wordt een kennisgroep opgericht waarbij de deelnemers onderling ervaringen en kennis op het gebied van SPP uitwisselen. Regionale Proeftuin Intersectorale Mobiliteit Zeeland In de zorg worden tekorten verwacht, in WJK overschotten. Binnen het project Regionale Proeftuin Zeeland wordt daarom ingestoken op het behoud van medewerkers voor de totale zorg- en welzijnssector. Concreet houdt dit in: een omscholingstraject van welzijnsmedewerkers naar de zorgsector, betere samenwerking tussen zorg- en welzijnsorganisaties en het employable maken/ houden van personeel in de sector waardoor deze werknemers flexibeler inzetbaar zijn. Zeeuwse Arbeidsmarktmonitor zorg en welzijn Sinds 2009 publiceert ViaZorg enkele keren per jaar een Zeeuwse Arbeidsmarktmonitor voor de sectoren zorg en welzijn. Doelstelling is het informeren van de zorg- en welzijnsorganisaties in Zeeland over de huidige toestand van de Zeeuwse arbeidsmarkt van zorg en welzijn. Hierbij wordt waar mogelijk aandacht geschonken aan subregionale informatie. Strategische samenwerkings- netwerkverbanden ViaZorg faciliteert het Arbeidsmarktoverleg zorgsector Zeeuws-Vlaanderen, arbeidsmarktoverleg zorgsector Walcheren/Oosterschelderegio en het Personeelsfunctionarissen overleg welzijn Werven met beleid Om zowel instroom van nieuw personeel in de sector te bevorderen, als zittend personeel te behouden (doorstroom) is een positief beeld en imago van (het werken in) zorg en welzijn van groot belang. Zorg- en welzijnsorganisaties doen zelf al veel op het gebied van profilering en werving. Soms zelfstandig, soms in samenwerking met anderen. De tekorten zullen zich voornamelijk voor gaan doen in een specifieke branche (VVT) en bij specifieke functies (verzorgende niveau 3). Om effectief te kunnen werven (en opleiden) is samenwerking tussen organisaties onontbeerlijk. Aanbevelingen: Het aantrekken, kwalificeren en behouden van personeel dient te worden gezien als een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid. Blijf dus als sector investeren in imago en beeldvorming. Investeer in doelgroepspecifieke wervingsacties en werk daarbij in regionaal verband samen. Maak voor een effectieve arbeidsmarktcommunicatie gebruik van innovatieve ontwikkelingen en benut de mogelijkheden van social media. 53

54 Activiteiten/projecten van ViaZorg op het gebied van Werven met beleid De website ZZ.nl is dé vacaturesite voor zorg en welzijn in Zeeland. Daarnaast staat er actuele informatie over werken en leren in zorg en welzijn op de site en kunnen werkgevers gebruik maken van een CV-bank. ZZ.nl heeft naast een website ook het waarop alle vacatures worden getweed etc. Open dag en week van zorg en welzijn Deelnemers aan de open dag openen hun deuren voor alle Zeeuwen. ViaZorg geeft in dit kader een huis-aan-huiskrant Ambitie in Zorg en Welzijn uit. Voorafgaand aan de open dag wordt een Week van zorg en welzijn georganiseerd met allerlei activiteiten. Servicepunt ViaZorg: leren en werken in zorg en welzijn ViaZorg ontvangt vele vragen van werkzoekenden over leren en/of werken in de zorg- en welzijnssector. Deze vragen worden door een medewerker van het Servicepunt beantwoord en indien relevant wordt de werkzoekende uitgenodigd voor een informatiebijeenkomst die ViaZorg in samenwerking met UWV Leerwerkadvies en Bedrijfsadvies maandelijks organiseert. Bezoeken van scholen door ambassadeurs ViaZorg beschikt over 9 ambassadeursduo s die een training hebben gevolgd voor het spelenderwijs voorlichten van basisschoolleerlingen over zorg en welzijn. Tijdens hun bezoek verrassen de ambassadeurs de leerlingen met een sketch en daarna volgt een actief doe-programma waarin de leerlingen kennismaken met verzorgen of verzorgd worden. Het bezoek van de ambassadeurs kan gecombineerd worden met het gebruik van een leskist. In de toekomst zullen de activiteiten van de ambassadeurs worden uitgebreid naar o.a. VMBO-scholen en open dagen en beurzen. ZorgWelzijnPlein Begin 2013 wordt een Zeeuwse StudieExperience georganiseerd waarbij ViaZorg een ZorgWelzijnPlein zal opzetten. Dit zal bestaan uit (informatieve) stands en (doe)activiteiten van zorg- en welzijnsorganisaties. Voorlichting over werken en leren Medewerkers van ViaZorg geven voorlichting op beurzen en evenementen. Daarnaast wordt schriftelijk voorlichtingsmateriaal uitgegeven en is ViaZorg actief op internet via de website ZZ.nl en diverse social media Kwalificeren voor zorg en welzijn Om over voldoende gekwalificeerd personeel in de zorg- en welzijnssector te kunnen blijven beschikken is het belangrijk dat er tijdig voldoende scholieren en studenten instromen in de verschillende zorg- en welzijnsopleidingen. Daarnaast is het ook van belang dat er niet te veel leerlingen instromen in opleidingen voor functies waar minder vraag naar is. Ook dient er voldoende afstemming te zijn over de inhoud tussen de zorg- en welzijnsorganisaties en het onderwijs. Inhoudelijke zorgontwikkelingen hebben invloed op de eisen die aan werknemers worden gesteld. Complexere zorgvragen, de veranderende arbeidsmarkt, nieuwe technologische ontwikkelingen, stelselwijzigingen en sociaal culturele ontwikkelingen kunnen voor kwalitatieve discrepanties op de arbeidsmarkt zorgen. Voldoen de opleidingen wel aan de eisen vanuit de beroepspraktijk en de zorg- en welzijnsorganisaties? 54

55 Aanbevelingen: Zorg gezamenlijk voor voldoende stageplaatsen in de regio. Blijf intensief samenwerken met het onderwijs. Inhoudelijke zorgontwikkelingen hebben invloed op competenties, taken en functies. Dit noodzaakt tot innoveren van onderwijs en leermethoden. Blijf investeren in het bijscholen van de huidige medewerkers. Kijk hierbij vooral naar het leervermogen in plaats van naar het opleidingsniveau. Activiteiten/projecten van ViaZorg op het gebied van Kwalificeren voor zorg en welzijn Afstemming volume en logistiek beroepspraktijkvorming (BPV) ViaZorg ondersteunt de activiteiten op het gebied van aansluiting van zorgonderwijs op arbeidsmarkt. In de jaarlijkse BPV-beleidscyclus worden op basis van een verdeelsleutel de benodigde BPV-plaatsen verdeeld over de participerende leerbedrijven. FluenZ-adviesraad 19 In de zogeheten FluenZ-adviesraad participeren zowel de zorgorganisaties als het zorgonderwijs en wordt draagvlak verkregen en worden activiteiten geborgd op het gebied van aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Kwaliteit van de BPV op peil houden Jaarlijks wordt een basistraining voor werkbegeleiders georganiseerd en er vinden regelmatig workshops en werkconferenties plaats. Verder wordt op de website informatie gegeven over het begeleiden van leerlingen Beleid Duurzame Inzetbaarheid De oplossing om aan de toekomstige vraag naar arbeid te kunnen voldoen ligt deels in het gezond, vitaal en gemotiveerd houden van het personeel, te meer omdat de gemiddelde leeftijd van zorgen welzijnsmedewerkers toeneemt. Bij duurzame inzetbaarheid kan worden gedacht aan gezondheidsbeleid, het omgaan met fysieke belasting en agressie, bij- en nascholing en de balans werk-privé. Bij duurzame inzetbaarheid heeft de organisatie inzicht nodig in de talenten en inzetbaarheid van de medewerkers en dient zij daarop haar personeelsbeleid aan te passen. Omdat levensfasen, ambities en functies van mensen verschillen, zal het beleid op haar beurt oog moeten hebben voor de verschillen tussen mensen. Aanbevelingen: Zorg voor inzicht in de individuele mogelijkheden en ambities van de werknemers, bijvoorbeeld met behulp van een inzetbaarheidsscan. Zicht op de competenties/het competentiepotentieel van de werknemers is van belang voor het organiseren van effectief scholingsaanbod. Zorg voor mogelijkheden tot mobiliteit en flexibiliteit in de organisatie. Maak contractvergroting mogelijk. 19 Voorheen werden de activiteiten op het gebied van aansluiting van onderwijs op arbeidsmarkt uitgevoerd door een aparte stichting FluenZ. Per 1 juli 2012 is deze stichting gefuseerd met stichting ViaZorg. De naam FluenZ is voor sommige activiteiten blijven bestaan. 55

56 Activiteiten/projecten van ViaZorg op het gebied van Beleid Duurzame Inzetbaarheid Lerend Netwerk Vitaliteit Dit in 2012 gestarte netwerk heeft als doel het delen en ontsluiten van kennis en ervaring op het thema vitaliteit. Opleiding en workshops ergocoaches ViaZorg organiseert een basisopleiding en vervolgworkshops ter ondersteuning van de bij ViaZorg aangesloten organisaties op het gebied van vitaliteit, duurzame inzetbaarheid van medewerkers in de zorgsector. Werken Door de groeiende zorgvraag en het oplopende arbeidstekort neemt de druk op de zorg- en welzijnssector toe. Om kwaliteit te kunnen blijven leveren, is innovatie nodig. Met sociale en technologische innovatie kunnen nieuwe zorg- en onderwijsconcepten worden ontwikkeld en geïmplementeerd, waardoor de kwaliteit van zorg verbeterd wordt, de productiviteit toeneemt en opleidingsmogelijkheden en carrièremogelijkheden toenemen. Dit maakt de sector in zijn geheel aantrekkelijker en draagt bij aan een positievere beeldvorming en positiever imago. Aanbevelingen: Maak gebruik van de mogelijkheden van domotica, robotica en e-health. Investeer in het uitwisselen van kennis en informatie op het gebied werken. Investeer in het opleiden van medewerkers en leerlingen om te werken met nieuwe technologie. Activiteiten/projecten van ViaZorg op het gebied werken Pilot Bruggen Bouwen Via innovaties en het benutten van technologie zal de zorg slimmer moeten worden georganiseerd. Dit project wil een brug slaan tussen (jong) ontwikkel- en uitvinderstalent in de provincie Zeeland (en omstreken) en de vraag naar technische vernieuwing werken in de zorgsector in Zeeland. Doel van het project is het samenbrengen van deze partijen en het vervolgens op maat ontwikkelen van enkele vernieuwende technieken of toepassingen op het gebied van bijvoorbeeld monitoring en behandeling op afstand. Monitoren van ontwikkelingen ViaZorg wil de bij de zorg- en welzijnsorganisaties opgedane kennis op het gebied van technologische en sociale innovaties inventariseren aan de hand van enquêtes en interviews en deze kennis delen door middel van een seminar. Bovenstaande laat zien dat er in Zeeland al veel initiatieven de arbeidsmarkt van zorg en WJK worden ontplooid. Versterking van de huidige activiteiten en het ontwikkelen van nieuwe, baanbrekende initiatieven blijven echter nodig om tot een zo optimaal mogelijke balans op de arbeidsmarkt te komen. 56

57 - BIJLAGEN - 57

58 Bijlage 1: Deelnemers expertsessie Op 21 augustus 2012 vond een expertsessie plaats waarbij de conceptprognoses voor dit rapport zijn voorgelegd aan deskundigen uit zorg en WJK in Zeeland. Deelnemer Organisatie Branche Mevrouw A. Boltersdorf Curamus VVT Mevrouw C. Davidse Emergis Geestelijke gezondheidszorg Mevrouw R. Duininck Allévo VVT De heer W. van der Grinten SVRZ VVT Mevrouw Y. van Hekke Kibeo Kinderopvang De heer J. Mank ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen Ziekenhuis/VVT De heer J. Wedekind Arduin Gehandicaptenzorg De heer K. Verhage ViaZorg n.v.t. Mevrouw L. van Wijnen ViaZorg n.v.t. 58

59 Bijlage 2: Discrepanties op basis van het hoge scenario Omdat prognoses omgeven zijn met de nodige onzekerheid zijn er twee scenario s opgesteld voor de vraag naar personeel: een laag en een hoog scenario. In zowel het lage (-250 werknemers) als in het hoge scenario ( werknemers) is er in Zeeland over de periode sprake van een tekort aan VOV-personeel. Op basis van de inzichten van regionale experts uit de branches is besloten om in deze rapportage het lage scenario als uitgangspunt te nemen. Om ook inzicht te krijgen in de verwachte discrepanties op basis van het hoge scenario wordt in deze bijlage nader ingegaan op de verwachte discrepanties naar branche en kwalificaties voor VOV-personeel op basis van het hoge vraagscenario. Discrepanties hoge vraagscenario naar branches Tabel B.1 Tekort(-)/overschot(+) aan VOV-personeel in 2015 naar branches, hoge scenario, Zeeland Werknemers Tekort/ Tekort/Overschot Branche 2011 Overschot % werknemers Ziekenhuizen % GGZ % Overig zorg % Gehandicaptenzorg % VVT % Zorg totaal % Kinderopvang % Jeugdzorg % WMD % WJK totaal % Zorg en WJK % Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. Discrepanties hoge vraagscenario naar kwalificaties Tabel B.2 Tekort(-)/overschot(+) aan VOV-personeel in 2015 naar kwalificaties, hoge scenario, Zeeland Werknemers Tekort/ Tekort/Overschot Kwalificatie 2011 Overschot % werknemers Verpleegkundige (niveau 5) % Verpleegkundige (niveau 4) % Verzorgende (niveau 3) % Helpende zorg en welzijn (niveau 2) % Zorghulp (niveau 1) % Zorgkwalificaties % SPH (niveau 5) % SAW (niveau 4) % SAW (niveau 3) % CMD (niveau 5) % Welzijnkwalificaties % VOV-totaal % Bron: ViaZorg, PGGM, CBS, SEOR, bewerking Etil. 59

60 Bijlage 3: Bij ViaZorg aangesloten organisaties 60

FACTSHEET. Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn. Zeeuws-Vlaanderen. foto Xander Koppelmans voor DNA-beeldbank op

FACTSHEET. Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn. Zeeuws-Vlaanderen. foto Xander Koppelmans voor DNA-beeldbank op FACTSHEET Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn Zeeuws-Vlaanderen foto Xander Koppelmans voor DNA-beeldbank op www.laatzeelandzien.nl ViaZorg, januari 2013 Inleiding Deze factsheet bevat tabellen en grafieken over

Nadere informatie

FACTSHEET ARBEIDSMARKT

FACTSHEET ARBEIDSMARKT 1 FACTSHEET ARBEIDSMARKT Zuid LIMBURG 1. Kerngegevens beroepsbevolking Figuur 1.1 Samenstelling bevolking naar leeftijd en geslacht, Zuid Limburg, 2013-2025 Bron: Regioportret Zuid Limburg Ontgroening

Nadere informatie

Ontgroening en vergrijzing Noord en Midden Limburg en Zuid Limburg

Ontgroening en vergrijzing Noord en Midden Limburg en Zuid Limburg 1 FACTSHEET ARBEIDSMARKT Noord en Midden LIMBURG 1. Kerngegevens beroepsbevolking Figuur 1.1 Samenstelling bevolking naar leeftijd en geslacht, Noord en Midden Limburg, 2013-2025 Bron: Regioportret Noord-

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 1. Inleiding In 2012 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

Prognose bevolking Fryslân

Prognose bevolking Fryslân Factsheet Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn provincie Fryslân 213 De publicatie Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn Noord-Nederland 213 brengt de belangrijkste arbeidsmarktontwikkelingen in kaart. In deze factsheet

Nadere informatie

Leeftijdsopbouw Groningen

Leeftijdsopbouw Groningen Factsheet Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn provincie Groningen 213 De publicatie Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn Noord-Nederland 213 brengt de belangrijkste arbeidsmarktontwikkelingen in kaart. In deze factsheet

Nadere informatie

Leeftijdsopbouw Drenthe

Leeftijdsopbouw Drenthe Factsheet Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn provincie Drenthe 213 De publicatie Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn Noord-Nederland 213 brengt de belangrijkste arbeidsmarktontwikkelingen in kaart. In deze factsheet

Nadere informatie

Nieuwsbrief Drenthe, oktober 2012

Nieuwsbrief Drenthe, oktober 2012 Nieuwsbrief, oktober 2012 In opdracht van de Provincie heeft Etil in de tweede helft van 2010 het onderzoek Ontwikkelingen en prognoses op de Drentse Arbeidsmarkt 2011 2014 uitgevoerd. In dit onderzoek

Nadere informatie

FACTS & FIGURES. Arbeidsmarktmonitor zorg en welzijn Zeeland

FACTS & FIGURES. Arbeidsmarktmonitor zorg en welzijn Zeeland FACTS & FIGURES Arbeidsmarktmonitor zorg en welzijn Zeeland 01 Ontwikkelingen op de Zeeuwse arbeidsmarkt Zeeland is een relatief dun bevolkte provincie en heeft veel zorgaanbieders in een uitgestrekt gebied.

Nadere informatie

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Friesland 2017

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Friesland 2017 Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Friesland 2017 ZorgpleinNoord ZorgpleinNoord is het grootste werkgeversverband voor zorg en welzijn in Noord-Nederland. Tot 1 januari 2017 was het werkgebied Groningen

Nadere informatie

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Drenthe 2017

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Drenthe 2017 Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Drenthe 2017 ZorgpleinNoord ZorgpleinNoord is het grootste werkgeversverband voor zorg en welzijn in Noord-Nederland. Tot 1 januari 2017 was het werkgebied Groningen

Nadere informatie

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Groningen 2017

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Groningen 2017 Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Groningen 2017 ZorgpleinNoord ZorgpleinNoord is het grootste werkgeversverband voor zorg en welzijn in Noord-Nederland. Tot 1 januari 2017 was het werkgebied Groningen

Nadere informatie

Nieuws. Innovatieve topsectoren

Nieuws. Innovatieve topsectoren Nieuwsbrief september 2011 In het coalitieakkoord van Provincie Overijssel, met de titel De kracht van Overijssel - Inspireren, innoveren en investeren', hebben de coalitiepartijen hun ambities bekend

Nadere informatie

Regioportret Noordwest-Veluwe en Stedendriehoek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013

Regioportret Noordwest-Veluwe en Stedendriehoek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Regioportret Noordwest-Veluwe en Stedendriehoek Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Inhoudsopgave Inleiding 2 WGV Zorg en Welzijn 2 Regioportret arbeidsmarkt zorg en welzijn 2 1. Regioschets 3 Bevolkingssamenstelling:

Nadere informatie

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar In de vorige nieuwsbrief in september is geprobeerd een antwoord te geven op de vraag: wat is de invloed van de economische situatie op de arbeidsmarkt? Het antwoord op deze vraag was niet geheel eenduidig.

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

WERKGELEGENHEID ZORG EN WJK NIEUWE WATERWEG NOORD

WERKGELEGENHEID ZORG EN WJK NIEUWE WATERWEG NOORD WERKGELEGENHEID ZORG EN WJK NIEUWE WATERWEG NOORD WERKGELEGENHEID ZORG EN WJK NIEUWE WATERWEG NOORD OMVANG EN SAMENSTELLING NAAR BRANCHE EN VVS-KWALIFICATIE J. Meuwissen M. Poeth Maastricht, november 2016

Nadere informatie

Aanzet tot ontwikkelen van een arbeidsmarktvisie. Zorg en Welzijn West Brabant. Januari 2012, versie 0.1

Aanzet tot ontwikkelen van een arbeidsmarktvisie. Zorg en Welzijn West Brabant. Januari 2012, versie 0.1 Aanzet tot ontwikkelen van een arbeidsmarktvisie Zorg en Welzijn West Brabant Januari 2012, versie 0.1 1 2 Inhoud 1. Inleiding... 5 2. Algemene cijfers Arbeidsmarkt Zorg & Welzijn... 6 2.1 Omvang arbeidsmarkt...

Nadere informatie

Aantal medewerkers West-Brabant

Aantal medewerkers West-Brabant Regio West-Brabant 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn West-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio West-Brabant. Waar mogelijk

Nadere informatie

Regioportret IJssel-Vecht. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013

Regioportret IJssel-Vecht. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Regioportret IJssel-Vecht Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Inhoudsopgave Inleiding 2 WGV Zorg en Welzijn 2 Regioportret arbeidsmarkt zorg en welzijn 2 1. Regioschets 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 1 Inleiding In 2011 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Drenthe

Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Drenthe Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Managementsamenvatting Arbeidsmarktinformatie is belangrijk voor de zorg-

Nadere informatie

Regioportet Twente. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013

Regioportet Twente. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Regioportet Twente Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Inhoudsopgave Inleiding 2 WGV Zorg en Welzijn 2 Regioportret arbeidsmarkt zorg en welzijn 2 1. Regioschets 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en

Nadere informatie

De Arbeidsmarkt in de provincie Utrecht

De Arbeidsmarkt in de provincie Utrecht De Arbeidsmarkt in de provincie Utrecht Om adequaat in te spelen op ontwikkelingen in de zorg en specifiek op de arbeidsmarkt, is het zinvol te weten wat zich hier afspeelt. De afgelopen maanden zijn De

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 8 Werkgelegenheidsstructuur 8 Contractomvang:

Nadere informatie

Regioportret Achterhoek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013

Regioportret Achterhoek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Regioportret Achterhoek Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2013 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 WGV Zorg en Welzijn 2 Regioportret arbeidsmarkt zorg en welzijn 2 1. Regioschets 3 Bevolkingssamenstelling:

Nadere informatie

Beleidsneutrale prognose HCA Zorg en Welzijn

Beleidsneutrale prognose HCA Zorg en Welzijn Beleidsneutrale prognose HCA Zorg en Welzijn Zorg aan Zet nam in 2013, in samenwerking met de provincie Limburg, het initiatief om te komen tot een Human Capital agenda (HCA) voor de sector zorg en welzijn.

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

Regioportret Haaglanden Arbeidsmarkt zorg en welzijn

Regioportret Haaglanden Arbeidsmarkt zorg en welzijn Bijlage 1 Regioportret Haaglanden Onderzoeksbureau Etil, www.etil.nl, in opdracht van RegioPlus. Voor deze regionale rapportage zijn o.a. gegevens gebruikt vanuit het Onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zeeland

Highlights Regio in Beeld 2015. Arbeidsmarktregio Zeeland Highlights Regio in Beeld 2015 Arbeidsmarktregio Zeeland Samenvatting Aantal banen neemt weer toe, echter niet in collectieve sector In Zeeland groeit het aantal banen van werknemers (voltijd en deeltijd)

Nadere informatie

Voorwoord. Inleiding. In dit tabellenboek worden de volgende 28 regio's onderscheiden: Zaanstreek en Waterland. Amstelland, Kennemerland, Meerlanden

Voorwoord. Inleiding. In dit tabellenboek worden de volgende 28 regio's onderscheiden: Zaanstreek en Waterland. Amstelland, Kennemerland, Meerlanden Voorwoord Inleiding Het Onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en WJK (Welzijn en maatschappelijke dienstverlening, Jeugdzorg en Kinderopvang) beoogt relevante organisaties te voorzien van eenduidige en

Nadere informatie

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Een belangrijke taak van UWV is het bij elkaar brengen van vraag en aanbod op

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

COLOFON. Goes, januari 2014. 1 Welzijn & maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang

COLOFON. Goes, januari 2014. 1 Welzijn & maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang COLOFON Deze publicatie is tot stand gekomen met behulp van onderzoeksbureau Etil in opdracht van RegioPlus, het landelijk samenwerkingsverband van zestien werkgeversorganisaties in zorg en welzijn, waaronder

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2012-2013 Inleiding Begin juni 2012 verscheen de rapportage UWV Arbeidsmarktprognose 2012-2013 Met een doorkijk naar 2017". Hierin worden

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV WERKbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV WERKbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Zeeland verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Zeeland. Het regioportret Zeeland wordt samengesteld

Nadere informatie

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014 Een uitdagende arbeidsmarkt Erik Oosterveld 24 juni 2014 Wat waren de gevolgen van de recessie? Hoeveel banen zijn er verloren gegaan? In welke sectoren heeft de recessie het hardst toegeslagen? Werkgelegenheid

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 8 Werkgelegenheidsstructuur 8 Contractomvang:

Nadere informatie

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING 2. 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

COLOFON. Samenstelling regioportret:

COLOFON. Samenstelling regioportret: COLOFON Samenstelling regioportret: E,til In opdracht van: RegioPlus Eindredactie: ZorgpleinNoord Publicatie uit het regioportret is toegestaan mits, de bron wordt vermeld. Voor meer informatie kan contact

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Noordoost-Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 Noordoost-Brabant Onderwijs in Kaart 2018 Noordoost-Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in Noordoost-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088

Nadere informatie

Aantal medewerkers Zuidoost-Brabant

Aantal medewerkers Zuidoost-Brabant Regio Zuidoost-Brabant 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn Zuidoost-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio Zuidoost-Brabant.

Nadere informatie

ZEEUWSE ARBEIDSMARKTMONITOR ZORG EN WELZIJN KWARTAAL 2012-2

ZEEUWSE ARBEIDSMARKTMONITOR ZORG EN WELZIJN KWARTAAL 2012-2 ZEEUWSE ARBEIDSMARKTMONITOR ZORG EN WELZIJN KWARTAAL 2012-2 ViaZorg, september 2012 Inhoud Inleiding... 4 Groei en krimp... 4 Werkgelegenheid... 6 Prognose... 6 Personeelskenmerken... 7 Trend aantal werkzame

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Flevoland verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Flevoland. Het regioportret Flevoland wordt

Nadere informatie

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 t.b.v. Monitor Arbeidsmarkt en Onderwijs Provincie Noord-Holland IJmuiden, 23 november 2012 Arjan Heyma www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Belangrijkste

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Midden-Brabant verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Midden-Brabant. Het regioportret Midden-Brabant

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de 5 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de vijfde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten

Nadere informatie

COLOFON. Samenstelling regioportret:

COLOFON. Samenstelling regioportret: COLOFON Samenstelling regioportret: E,til In opdracht van: RegioPlus Eindredactie: ZorgpleinNoord Publicatie uit het regioportret is toegestaan mits, de bron wordt vermeld. Voor meer informatie kan contact

Nadere informatie

APO nieuwsbrief thema aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt

APO nieuwsbrief thema aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt APO nieuwsbrief thema aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt Belangrijkste conclusies Uit het onderzoek komen een aantal belangrijke conclusies naar voren: In 2015 wordt in Overijssel een toename van het

Nadere informatie

SIGRA. Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Zaanstreek - Waterland ZAANSTREEK-WATERLAND NOORD-HOLLAND NOORD AMSTERDAM & DIEMEN TEXEL DEN-HELDER

SIGRA. Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Zaanstreek - Waterland ZAANSTREEK-WATERLAND NOORD-HOLLAND NOORD AMSTERDAM & DIEMEN TEXEL DEN-HELDER Facts & Figures 217 Arbeidsmarktgegevens Regio Zaanstreek - Waterland TEXEL DEN-HELDER NOORD-HOLLAND NOORD HOORN ALKMAAR SIGRA ZAANSTREEK-WATERLAND AMSTERDAM AMSTERDAM & DIEMEN 1 Inleiding In deze SIGRA

Nadere informatie

Regioportret. Zaanstreek en Waterland. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Zaanstreek en Waterland. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Zaanstreek en Waterland Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 10 3. Toekomst arbeidsmarkt

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in West- Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088 144 40

Nadere informatie

COLOFON. Samenstelling regioportret: E,til. In opdracht van: RegioPlus. Eindredactie: Venturaplus

COLOFON. Samenstelling regioportret: E,til. In opdracht van: RegioPlus. Eindredactie: Venturaplus COLOFON Samenstelling regioportret: E,til In opdracht van: RegioPlus Eindredactie: Venturaplus Publicatie uit het regioportret is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. Voor meer informatie kan contact

Nadere informatie

Regioportret. Gooi- en Vechtstreek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Gooi- en Vechtstreek. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Gooi- en Vechtstreek Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl De RegioPortretten zijn opgesteld door Etil in opdracht van Regioplus. Utrechtzorg is aan de zijlijn betrokken

Nadere informatie

De regionale arbeidsmarkt 2016

De regionale arbeidsmarkt 2016 De regionale arbeidsmarkt MEER INFO? Check onze site www.utrechtzorg.net of bel naar (030) 6340808 De regionale arbeidsmarkt Wat is ONS Werkgebied? Regio Utrecht, Amersfoort, Gooi- en Vechtstreek Gooi-

Nadere informatie

Regioportret. Zeeland. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Zeeland. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Zeeland Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK 21 Bijlage

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV WERKbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV WERKbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Haaglanden verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Haaglanden. Het regioportret Haaglanden wordt

Nadere informatie

Regioportret. Noord-Holland Noord. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Noord-Holland Noord. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Noord-Holland Noord Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg

Nadere informatie

Tekort neemt verder toe met medewerkers in 2022 pagina 1. Verbeterde prognose: maar doen we het nu echt beter? pagina 3

Tekort neemt verder toe met medewerkers in 2022 pagina 1. Verbeterde prognose: maar doen we het nu echt beter? pagina 3 INHOUD UPDATE Juli 2019 Tekort neemt verder toe met 2.610 medewerkers in 2022 pagina 1 Verbeterde prognose: maar doen we het nu echt beter? pagina 3 Tekort functiekwalificatieniveaus: verschillen tussen

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Zuidoost-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40

Nadere informatie

Aantal medewerkers Noordoost-Brabant

Aantal medewerkers Noordoost-Brabant Regio Noordoost-Brabant 1 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn Noordoost-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio Noordoost-Brabant.

Nadere informatie

RAIL 2011 Werkcollege

RAIL 2011 Werkcollege RAIL 2011 Werkcollege Bart Paashuis, Etil Douwe Grijpstra, Research voor Beleid Opzet werkcollege RAIL 2011 Wat is RAIL Aanbod op de Limburgse arbeidsmarkt Vraag op de Limburgse arbeidsmarkt Discrepanties

Nadere informatie

Regioportret. West-Brabant. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. West-Brabant. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret West-Brabant Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK

Nadere informatie

Themabijeenkomst regionale arbeidsmarkt. Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde

Themabijeenkomst regionale arbeidsmarkt. Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde Themabijeenkomst regionale arbeidsmarkt Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde Aandachtspunten Even voorstellen: Willem van der Craats De werkgelegenheidsstructuur

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de Drentse arbeidsmarkt

Ontwikkelingen op de Drentse arbeidsmarkt Ontwikkelingen op de Drentse arbeidsmarkt Bart Paashuis Janneke Gardeniers 10 maart 2011 basis voor beslissingen Opzet presentatie 1. Onderzoek 2. Aanbod op de Drentse arbeidsmarkt 3. Vraag op de Drentse

Nadere informatie

Regioportret. Zuid-Holland Zuid. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Zuid-Holland Zuid. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Zuid-Holland Zuid Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en

Nadere informatie

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6

INLEIDING REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING 2 1. REGIOSCHETS 3 Bevolkingssamenstelling: ontgroening en vergrijzing 3 (Potentiële) beroepsbevolking 4 Werkgelegenheid 6 2. SECTORSCHETS 7 Werkgelegenheidsstructuur 7 Contractomvang:

Nadere informatie

Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Noord-Holland Noord NOORD-HOLLAND NOORD AMSTERDAM & DIEMEN ZAANSTREEK-WATERLAND TEXEL DEN-HELDER HOORN

Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Noord-Holland Noord NOORD-HOLLAND NOORD AMSTERDAM & DIEMEN ZAANSTREEK-WATERLAND TEXEL DEN-HELDER HOORN Facts & Figures 217 Arbeidsmarktgegevens Regio Noord-Holland Noord TEXEL DEN-HELDER NOORD-HOLLAND NOORD HOORN ALKMAAR ZAANSTREEK-WATERLAND AMSTERDAM AMSTERDAM & DIEMEN 1 Inleiding In deze ZWplus Facts

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Rijnmond verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Rijnmond. Het regioportret Rijnmond wordt samengesteld

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant. UWV Gerald Ahn 9 september 2014

De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant. UWV Gerald Ahn 9 september 2014 De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant UWV Gerald Ahn 9 september 2014 Recente persberichten (CBS) Wisselende berichten over de markt Werkloosheid in juli verder gedaald Stijging WW-uitkeringen Consumptie

Nadere informatie

Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019

Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019 Toekomstverkenning voor de branche Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019 September 2015 Willem van der Windt Ineke Bloemendaal 1 1 Doel van

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2011-2012 Inleiding Begin juni 2011 verscheen de rapportage UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktprognose 2011-2012 Met een doorkijk naar 2016".

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

INLEIDING RegioPortret arbeidsmarkt zorg en WJK Transvorm Leeswijzer RegioPortret Midden-Brabant

INLEIDING RegioPortret arbeidsmarkt zorg en WJK Transvorm Leeswijzer RegioPortret Midden-Brabant INLEIDING RegioPortret arbeidsmarkt zorg en WJK Betrouwbare informatie is onmisbaar bij het ontwikkelen van beleid voor de regionale arbeidsmarkt. Een RegioPortret biedt die betrouwbare informatie over

Nadere informatie

SIGRA. Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Amsterdam & Diemen AMSTERDAM & DIEMEN NOORD-HOLLAND NOORD ZAANSTREEK-WATERLAND TEXEL DEN-HELDER

SIGRA. Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Amsterdam & Diemen AMSTERDAM & DIEMEN NOORD-HOLLAND NOORD ZAANSTREEK-WATERLAND TEXEL DEN-HELDER Facts & Figures 217 Arbeidsmarktgegevens Regio & Diemen TEXEL DEN-HELDER NOORD-HOLLAND NOORD HOORN ALKMAAR SIGRA ZAANSTREEK-WATERLAND AMSTERDAM AMSTERDAM & DIEMEN 1 Inleiding In deze SIGRA Facts & Figures

Nadere informatie

Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Kennemerland, Amstelland & Meerlanden KENNEMERLAND, AMSTELLAND & MEERLANDEN AMSTERDAM & DIEMEN TEXEL

Facts & Figures. Arbeidsmarktgegevens Regio Kennemerland, Amstelland & Meerlanden KENNEMERLAND, AMSTELLAND & MEERLANDEN AMSTERDAM & DIEMEN TEXEL Facts & Figures 217 Arbeidsmarktgegevens Regio Kennemerland, Amstelland & Meerlanden TEXEL DEN-HELDER NOORD-HOLLAND NOORD ALKMAAR HOORN KENNEMERLAND, AMSTELLAND & MEERLANDEN ZAANSTREEK-WATERLAND AMSTERDAM

Nadere informatie

Regioportret. Noordoost-Brabant. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Noordoost-Brabant. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Noordoost-Brabant Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Zuidoost-Brabant verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Zuidoost-Brabant. Het regioportret

Nadere informatie

AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek

AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek Juni 2019 Nieuw: de AZW Nieuwsflits Kwartaalupdates van data en onderzoek Het AZW programma ontsluit arbeidsmarktdata voor de

Nadere informatie

Arbeidsmarktinformatie sector Zorg regio Drechtsteden

Arbeidsmarktinformatie sector Zorg regio Drechtsteden Arbeidsmarktinformatie sector Zorg regio Drechtsteden definitief rapport Calibris Kenniscentrum voor leren in de praktijk in Zorg, Welzijn en Sport Postbus 131 398 CC Bunnik T 3 75 7 Juni 21 F 3 75 71

Nadere informatie

Verdiepingsrapport Regioportret. Zaanstreek/ Waterland. Arbeidsmarkt Zorg en WJK 2011. Panteia Etil

Verdiepingsrapport Regioportret. Zaanstreek/ Waterland. Arbeidsmarkt Zorg en WJK 2011. Panteia Etil Verdiepingsrapport Regioportret Zaanstreek/ Waterland Arbeidsmarkt Zorg en WJK 2011 Panteia Etil Zoetermeer, november 2012 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, maart 2016

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, maart 2016 Nieuwsflits Arbeidsmarkt Zeeland, maart 2016 Doorstroom van WW naar bijstand in grotere gemeenten hoger Het aantal mensen dat na afloop van de WW in de bijstand terecht komt groeide de afgelopen jaren.

Nadere informatie

Trendrapportage Economie Arnhem

Trendrapportage Economie Arnhem Trendrapportage Economie Arnhem Onderzoek en Statistiek Augustus 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Samenvatting 4 3 Vraag 5 3.1 Werkgelegenheid in Arnhem 5 3.2 Ontwikkelingen in de tijd 6 3.3 Arnhem in

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret West-Brabant verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio West-Brabant. Het regioportret West-Brabant

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Mbo Zorg en Welzijn Noord-Brabant... 4 2.1 Instromers... 5 Algemeen... 5 Benchmark Nederland...

Nadere informatie

Arbeidsmarktverkenning zorg en welzijn 2015. Editie Twente

Arbeidsmarktverkenning zorg en welzijn 2015. Editie Twente Arbeidsmarktverkenning zorg en welzijn 2015 Editie Twente Trends in zorg en welzijn Samen verantwoordelijk Rijksoverheid (Wlz), gemeenten (nieuwe Wmo) en zorgverzekeraars (Zvw) zijn sinds 2015 samen verantwoordelijk

Nadere informatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, mei 2017

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, mei 2017 Nieuwsflits Arbeidsmarkt Zeeland, mei 2017 Aantal nieuwe WW-uitkeringen blijft dalen Het aantal nieuwe WW-aanvragen lag in de eerste vijf en van dit jaar in Zeeland 19% lager dan in dezelfde periode vorig

Nadere informatie

Procentuele ontwikkeling bevolking

Procentuele ontwikkeling bevolking Jongeren op de arbeidsmarkt: feiten en cijfers In deze publicatie leest u over relevante demografische ontwikkelingen met betrekking tot jongeren op de arbeidsmarkt. Hoe zal de (beroeps)bevolking zich

Nadere informatie

Meerjarenplan O&O-fonds GGZ

Meerjarenplan O&O-fonds GGZ Meerjarenplan O&O-fonds GGZ 2016-2018 Versie 5: 24 mei 2016_definitief Pagina 1 van 8 Inhoud 1. Inleiding... 3 a. Personeel... 3 b. Bestuurlijke en arbeidsmarktontwikkelingen... 4 c. Uitdagingen... 4 d.

Nadere informatie

Feiten en cijfers 2010 Branche WMD

Feiten en cijfers 2010 Branche WMD Feiten en cijfers 2010 Branche WMD Ieder jaar maakt FCB de zogenoemde factsheets. Deze bestaat uit cijfers over de branche in een bepaald jaar. De cijfers over 2010 worden met de ontwikkelingen ook in

Nadere informatie

Regioportret. Groningen. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl

Regioportret. Groningen. Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015. www.regioplus.nl Regioportret Groningen Arbeidsmarkt zorg en welzijn 2014-2015 www.regioplus.nl INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 Beschouwing 4 1. Regioschets 6 2. Sectorschets 11 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK 20

Nadere informatie

Inleiding 2. Beschouwing Regioschets Sectorschets Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK 20

Inleiding 2. Beschouwing Regioschets Sectorschets Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK 20 INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 2 Beschouwing 3 1. Regioschets 5 2. Sectorschets 10 3. Toekomst arbeidsmarkt zorg en WJK 20 Bijlage 1: Bronnen en definities 29 Bijlage 2: Veel vraag scenario in cijfers

Nadere informatie

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil.

Colofon. Gebruikte bronnen: CPB, CBS, PGGM, DUO-CFI, UWV Werkbedrijf, Prismant, bewerking door Panteia/SEOR/Etil. Colofon Het regioportret Amersfoort en omgeving verschijnt één keer per jaar en brengt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in de sector Zorg en WJK in beeld voor de regio Amersfoort en omgeving. Het regioportret

Nadere informatie