I N H O U D S O P G A V E

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "I N H O U D S O P G A V E"

Transcriptie

1

2

3 Jaarstukken

4 I N H O U D S O P G A V E JAARVERSLAG: Inleiding, bericht van het bestuur 3 Financiële paragrafen 4 - Lokale heffingen 5 - Weerstandvermogen en risicobeheersing 5 - Onderhoud kapitaalgoederen 7 - Financiering 8 - Bedrijfsvoering 9 - Verbonden partijen 11 - Grondbeleid 11 JAARREKENING: Grondslagen voor waardering en 12 resultaatbepaling Balans en toelichting 14 Overzicht van baten en lasten 24 Programma Inkomen 25 - Inkomen 26 - Schuldhulpverlening 27 - Bijzondere bijstand en minimabeleid 28 Programma Participatie 29 - Werk 30 - Inburgering 31 - WSW 32 Programma Welzijn & Zorg 33 - Kinderopvang 34 Overig 35 - Apparaatskosten 36 - Overige toelichtingen 39 - Niet uit de balans blijkende verplichtingen 40 - Wet Normering Topinkomens 41 Sisa 43 OVERIGE GEGEVENS: Resultaat 44 Controleverklaring 45 BIJLAGE: Rekening courant gemeenten 48 Jaarstukken v1.0 2

5 J A A R V E R S L A G I N L E I D I N G : B E R I C H T V A N H E T B E S T U U R Algemeen Voor u liggen de jaarstukken van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (GR RDWI KRH). De jaarstukken bestaan uit het (financiële) jaarverslag, de jaarrekening en overige gegevens en het jaarverslag van de uitvoeringsorganisatie RDWI Verantwoording De indeling van de verantwoording sluit aan bij de indeling van de begroting. De programmaverantwoording sluit aan bij de gewijzigde programmabegroting. Een van de onderdelen van de Jaarstukken is het jaarverslag van de uitvoeringsorganisatie. De opzet en invulling van dit jaarverslag is grotendeels equivalent aan de voor- en najaarsrapportage. Dit onderdeel is toegevoegd aan de jaarstukken om naast de verplichte onderdelen een zo compleet mogelijk beeld te kunnen bieden van de prestaties en de dienstverlening van de RDWI. Resultaten Het gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten is in negatief. Het negatieve resultaat wordt veroorzaakt door de invoering van het individueel keuzebudget per 1 januari Concreet betekent dit dat in éénmalig 7 maanden vakantiegeld (juni t/m december ) als extra last in de jaarrekening moet worden verantwoord. Op pagina 44 is een voorstel opgenomen het gerealiseerde resultaat van te bestemmen. Zeist, 29 maart 2017 Namens het bestuur van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug, S. Jansen D.J. van Maanen Voorzitter Directeur Jaarstukken v1.0 3

6 FINANCIELE PARAGRAFEN Jaarstukken v1.0 4

7 Financiële paragrafen In algemene zin is voorgeschreven in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) dat in de begroting en in de jaarstukken van de gemeenten financiële paragrafen moeten worden opgenomen. Met de vaststelling van de begroting stelt de gemeenteraad daarmee de beleidslijnen vast met betrekking tot beheersmatige aspecten en lokale heffingen. Doel van dit onderdeel van de gemeentebegroting is, dat onderwerpen, die versnipperd in de programma s van de begroting ondergebracht zijn in een kort overzicht gebundeld worden waardoor de gemeenteraad voldoende inzicht krijgt. De bepalingen van het Besluit Begroting en Verantwoording zijn voor de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen van overeenkomstige toepassing, Verantwoording met betrekking tot beheersmatige aspecten volgt hierna, waarbij de in het BBV voorgeschreven paragrafen aan bod komen, voor zover die relevant zijn voor de Regionale Dienst Werk en Inkomen. L O K A L E H E F F I N G E N Deze paragraaf is voor de RDWI niet van toepassing. W E E R S T A N D S V E R M O G E N E N R I S I C O B E H E E R S I N G RDWI heeft een verbeterslag doorgevoerd met betrekking tot risicomanagement. Structurele monitoring en het managen van de risico s wordt voortaan geborgd via de Planning & Control Cyclus. Dit proces zal het komende jaar verder uitgewerkt worden. Globaal ziet dit proces er als volgt uit: - Begroting, inventarisatie van de risico s voor de komende drie jaar; - Voor en Najaarsnota, het actualiseren van bestaande risico s (begroting) en inventarisatie mogelijke nieuwe risico s; - Jaarrekening en Jaarverslag en Begroting; Verantwoording en borging risico s komende drie jaar. Om de verantwoording en beheersing te vergemakkelijken wordt per risico een eigenaar aangewezen. Deze persoon is verantwoordelijk voor het beheersen en verantwoording af te leggen over de ontwikkeling van het risico. Een risico is gedefinieerd als een onzekerheid die het realiseren van de doelstellingen in zowel positief als negatief opzicht kan beïnvloeden. Risico s kunnen zich op alle niveaus binnen de organisatie voordoen (strategisch, tactisch en operationeel niveau) en risico s kunnen ook uiteenlopend van aard zijn (bijvoorbeeld imago, financieel of compliance). De geïnventariseerde risico s die relevant zijn voor het weerstandsvermogen worden gekwantificeerd. Het kwantificeren van risico s betreft een inschatting van de mogelijke financiële schade (de impact), gecombineerd met een inschatting van de kans dat een mogelijke schade zich daadwerkelijk voordoet. De inschattingen worden zo nauwkeurig mogelijk gemaakt, bijvoorbeeld op basis van ervaringscijfers, maar zekerheden kunnen aan deze inschattingen niet worden ontleend. De kwantificering van de risico s wordt met enige regelmaat geactualiseerd. Risico s kunnen een incidenteel of een structureel karakter hebben. In de kwantificering zijn incidentele risico s één keer meegewogen. Structurele risico s zijn voor maximaal 3 jaar meegewogen. Gezien de aard en de complexiteit van de risico s hebben wij ervoor gekozen om gebruik te maken van de methode van impact x kans. Risico s doen zich normaliter niet allemaal tegelijk voor of in de volledige omvang, daarom is een optelsom van alle mogelijke risico s niet noodzakelijk. Er kan worden volstaan met de berekening van impact x kans. Deze werkwijze zorgt ervoor dat risico s op een eenvoudige wijze worden gekwantificeerd. Jaarstukken v1.0 5

8 Samenvatting risico s en benodigde weerstandscapaciteit In de uitwerking van de risico s wordt een splitsing gemaakt van risico s niet relevant en relevant voor het weerstandsvermogen van de RDWI. Risico s niet relevant voor het weerstandsvermogen De onderstaande risico s zijn van belang voor de bedrijfsvoering, maar zijn niet relevant voor het weerstandsvermogen: De gemeenten nemen in het kader van de sociaal domein transformatie besluiten die van invloed zijn op RDWI; De beperkte veranderbereidheid of geschiktheid van huidige medewerkers om te komen van bolwerk naar netwerk; Gebrekkige stuurinformatie; Niet (juist) uitvoeren van een Europese aanbesteding. Naast deze risico s, zijn er ook risico s die niet relevant zijn voor het weerstandsvermogen van RDWI, maar wel voor de KRH gemeenten. Dit zijn de zogenaamde open einde regelingen -risico s. Deze risico s zijn: Een tekort op de Buig-budgetten; Er kan geen beroep worden gedaan op de vangnetregeling; Meer uitgaven bijzondere bijstand door een toename van het aantal statushouders; Budgettaire consequenties als gevolg van het opdrachtgeverschap van het SW-bedrijf BIGA; Stijging aantal debiteuren en het debiteurensaldo; Minder inkomsten vanuit het rijk en ruimere doelgroepen voor het Re-integratiebudget Sociaal Domein. In onderstaande tabel is de financiële impact van de open einde regelingen -risico s opgenomen. Deze financiële risico s worden opgenomen, zodat de KRH gemeenten deze risico s kunnen opnemen in hun begrotingen of weerstandsvermogen. Maximaal financieel risico open einde regelingen per De financiële risico s KRH gemeenten open-einde regelingen jaar in totaliteit Tekorten op BUIG budgetten Vangnetregeling Uitgaven Bijzondere bijstand statushouders Debiteurenvorderingen Participatiewet WWB Risico s die wel relevant zijn voor het weerstandsvermogen In de onderstaande tabel staan de risico s die relevant zijn voor de bedrijfsvoering en het weerstandsvermogen. Op basis van kans x impact is de benodigde weerstandscapaciteit bepaald. Risico s Maximaal financieel risico open einde regelingen per jaar in totaliteit Aanvragen schuldhulpverlening Niet halen van besparing op personeel Gebreken in de informatievoorziening Verbetering ICT Samenwerking Inhuur door hoger ziekteverzuim Totaal De gekwantificeerde bedrijfsvoeringsrisico s zijn afgerond Dit is de totaal benodigde weerstandscapaciteit voor de komende drie jaar. Jaarstukken v1.0 6

9 Samenvatting beschikbare weerstandscapaciteit In de praktijk bieden de reserves de meeste houvast als het gaat om beschikbare weerstandscapaciteit. Er is gekozen om alleen de vrij besteedbare reserves en de posten onvoorzien mee te nemen voor de weerstandscapaciteit. Op de vrij besteedbare reserves liggen geen claims tot besteding. In de onderstaande tabel wordt een analyse gemaakt van de beschikbare weerstandscapaciteit. Eigen vermogen Balans per Weerstandscapaciteit Saldo Gerealiseerd resultaat Bestemmingsreserve groot onderhoud Bestemmingreserve Personeel Bolwerk > Netwerk Bestemmingsreserve ICT en automatisering Bestemmingsreserve huur Totaal eigen vermogen Het gerealiseerd resultaat moet worden gedekt uit de Algemene Reserve en kan niet uit de bestemmingsreserve worden gehaald omdat op de bestemmingsreserves verplichtingen rusten. Binnen de begroting 2017 zal een post onvoorzien ter hoogte van worden opgenomen (zie ook resultaat op pagina 44). De omvang van de huidige beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt afgerond incidenteel en 0 structureel. Overige kengetallen Kengetallen Realisatie 2015 Realisatie Netto schuldquote 2,23 % 3,67% Solvabiliteitsratio 5,23 % 1,02% Structurele exploitatieruimte -0,57 % 0,31% O N D E R H O U D K A P I T A A L G O E D E R E N In de jaarrekening is deze paragraaf bedoeld om te verantwoorden hoe het onderhoud van kapitaalgoederen is georganiseerd. Bij het uitvoeringsorgaan RSD is sprake van een beperkt aantal kapitaalgoederen (met name aanschaffingen voor kantoorinrichting en aanschaffingen ICT). Verder beschikt de GR RDWI met de overname van de GR SWZ per 1 januari over de kapitaalgoederen gebouwen, installaties en terreinen aan de Thorbeckelaan te Zeist. In 2015 is het onderhoudsplan van de Thorbeckelaan geactualiseerd. De hoogte van de bestemmingsreserve groot onderhoud Thorbeckelaan is afdoende om de onderhoudsverplichtingen tot en met 2026 te dekken. Jaarstukken v1.0 7

10 F I N A N C I E R I N G Op basis van de gemeenschappelijke regeling doen de deelnemende gemeenten bij voorschot betalingen voor de uitvoering van de taken door de RDWI. Verder heeft de RDWI de mogelijkheid om een egalisatie en innovatiereserve te vormen. De bovengenoemde regeling, verordeningen en uitvoeringsregels geven de mogelijkheid om verantwoord om te gaan met de liquiditeitspositie van de Regionale Dienst Werk en Inkomen. Berekening kasgeldlimiet (Wet Fido): Omschrijving 1 e Q 2 e Q 3 e Q 4 e Q (bedragen x 1.000) 1. Toegestane kasgeldlimiet Begrotingstotaal 1 januari (=grondslag) Kasgeldlimiet in % v.d. grondslag Kasgeldlimiet in een bedrag ,2% 8,2% 8,2% 8,2% Omvang vlottende schuld Schulden in rekening courant Opgenomen gelden korter dan 1 jaar Overige geldleningen, niet zijnde vaste schuld Totaal vlottende schuld Vlottende middelen Tegoeden in rekening-courant Contanten in Kas Overige uitstaande gelden korter dan 1 jaar Totaal vlottende middelen (35) Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestane kasgeldlimiet Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) Renterisico : Omschrijving (bedragen x 1.000) 1. Renteherzieningen op leningen 0 2. Betaalde aflossingen Renterisico (1+2) Begrotingstotaal Het bij Min. Regeling vastgestelde % 20% 6. Renterisiconorm Toets renterisiconorm 7. Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) Jaarstukken v1.0 8

11 B E D R I J F S V O E R I N G Bedrijfsvoering bestaat uit de onderdelen personeel, huisvesting, automatisering, communicatie, organisatieontwikkeling, financieel beheer en facilitaire dienstverlening. Aan de RDWI worden hoge eisen gesteld als het gaat om de kwaliteit van de dienstverlening. Dat betreft primair de dienstverlening aan de directe klanten maar daarnaast de dienstverlening aan de deelnemende gemeenten. Begrippen die in algemene zin en ook binnen de RDWI onder meer een rol spelen als het gaat om de bedrijfsvoering zijn: - Rechtmatigheid: de RDWI handelt rechtmatig als zij handelt volgens de geldende wet- en regelgeving; - Betrouwbaarheid: de RDWI heeft haar zaken voor elkaar en voert de (wettelijke) regels voorspelbaar uit en handhaaft de regels; - Transparantie: een transparant overheidsorgaan biedt inzicht in de uitvoering van de programma s en ondersteunende processen; - Doelmatigheid: de gestelde doelen bereiken met zo weinig mogelijk inzet van middelen of met een bepaalde inzet van middelen een zo goed mogelijk effect bereiken; - Doeltreffendheid: de effecten bereiken die beoogd waren. Voor de kaders van bedrijfsvoering zijn binnen de RDWI in het jaar 2015 de volgende verordeningen en/of regelingen van kracht: - er is een verordening met betrekking tot het financiële beleid en het financiële beheer; - er is een controleverordening en een controleprotocol ten behoeve van de controlewerkzaamheden van de accountant; - er is een regeling van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden voor budgetbeheer; - er is een mandaatregeling gemeenschappelijke regeling Regeling Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug waarin het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter voor de uitoefening van met name genoemde bevoegdheden mandaat en volmacht verlenen aan de directeur; - er is een besluit ondermandaat collegebevoegdheden directeur Regionale Dienst Werk en Inkomen waarin de directeur besluit om met name genoemde bevoegdheden in ondermandaat op te dragen aan onder hem vallende medewerkers; - er is een intern controleplan. Op het gebied van planning en control is een praktisch toepasbaar Planning en controlinstrumentarium en een planning en controle jaarkalender. Organisatie De totale bezetting inclusief inhuur per 31 december is fte (zie specificatie op volgende pagina). Rechtmatigheid Bij de controle door de accountant is getoetst of de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. De verklaring die door de accountant op dit punt is afgegeven is onder hoofdstuk controleverklaring opgenomen. Jaarstukken v1.0 9

12 Vastgestelde formatie en bezetting RDWI (in fte) begrote formatie Bezetting ultimo Bezetting ultimo Directie en Supportfuncties 9,9 10,9 9,7 Afdeling Ondersteuning vaste formatie Unit FI&A, Unit JUZA / Beleid, Unit KFC 38,7 36,8 31,3 sub-totaal 48,6 47,7 41,0 Afdeling Dienstverlening Vaste formatie Unit Regie, Unit Specifieke Diensten, Unit Participatie en WGSP en Unit Backoffice 90,6 99,8 86,6 Overige formatie 0 0 3,3 Totaal begrote formatie 139,2 Totaal formatie in dienst 147,5 130,9 Ingehuurde formatie ultimo 16,9 34,6 Totaal bezetting RDWI ultimo 164,4 165,6 De totale bezetting ultimo is met 1.2 fte toegenomen t.o.v. ultimo Wat opvalt is dat de formatie in dienst is gedaald met 16.6 fte terwijl de ingehuurde formatie met 17.7 fte is toegenomen. De ingehuurde formatie zal in 2017 afnemen door onder meer de implementatie van ICT ondersteuning die ervoor zorgt dat een aantal processen gestandaardiseerd kan worden afgehandeld. Op basis van de huidige ontwikkelingen zijn we op schema met de kwantitatieve formatiedoelstellingen zoals die zijn opgenomen in het document van bolwerk naar netwerk. Zoals hiervoor ook al aangegeven heeft de reorganisatie een aantal kwalitatieve effecten gesorteerd die nog niet zijn verwerkt in de huidige bezetting. Bij de Begroting 2018 MJB zal de extra (formatieve) frictie in beeld worden gebracht. Jaarstukken v1.0 10

13 V E R B O N D E N P A R T I J E N Verbonden partijen zijn derde rechtspersonen waarmee de GR RDWI een bestuurlijke en financiële band heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Financieel belang is wanneer de gemeenschappelijke regeling middelen ter beschikking heeft gesteld en die kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de GR RDWI. Verbonden partijen GR RDWI Doel Deelnemende partijen Bestuurder(s) De regionale ICT-Dienst Utrecht (RID) De RDWI Utrecht wil een betrouwbare, innovatieve en doelmatige ICT-dienstverlener zijn die een solide ICT infrastructuur beheert die blijvend is afgestemd op de veranderde behoefte van de klant. In het dagelijks gebruik van deze infrastructuur worden de gebruikers klantvriendelijk en adequaat ondersteunt. De RID ondersteunt ruim accounts, 1600 werkplekken en ruim 600 applicaties. In zijn rol als ICT dienstverlener levert de RID de producten en diensten die met de klantorganisaties zijn afgesproken in de Dienstverleningsovereenkomst. Gemeenten Baarn, Bunnik, De Bilt, Soest, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en de GR RDWI Dagelijks en Algemeen Bestuur. Namens de GR RDWI, S. Jansen Financiële bijdrage Bijdrage Financieel Resultaat Het financiële resultaat in is budgettair neutraal Eigen en vreemd vermogen Eigen vermogen Vreemd vermogen Belang Financiële ontwikkeling Inhoudelijke ontwikkeling De GR RDWI heeft een belang van ongeveer 11% in de RID. De financiële bijdragen voor 2017 en 2018 zijn sterk gestegen als gevolg van een verbetertraject bij de RID. De meerjarige vraag naar de ICT-diensten van de RID wordt bepaald door de strategische Informatiebeleidsplannen van de klantorganisaties. Hierop baseert de RID het automatiseringsbeleid en de ICT architectuur. voor de komende jaren. Dit vraagt echter wel om afstemming van de diverse Informatiebeleidsplannen en prioriteitstelling bij de hieruit voortvloeiende projecten. Hiertoe wordt een proces van strategische informatieplanning opgezet. Informatiebeleidsplannen worden vaak ingehaald door de dagelijkse realiteit. Het proces van informatieplanning voorziet in de mogelijkheid om eerder gemaakte plannen bij te stellen. G R O N D B E L E I D Grondbeleid is voor gemeenten van belang in verband met realisaties van programma s als Ruimtelijke ordening, landschap, Verkeer en vervoer, economische structuur etc. Gezien deze achtergrond is deze paragraaf niet van toepassing voor de RDWI. Jaarstukken v1.0 11

14 J A A R R E K E N I N G G R O N D S L A G E N V O O R W A A R D E R I N G E N R E S U L T A A T B E P A L I N G Inleiding De jaarrekening is opgenomen met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Balans Materiële vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Voorts zijn voor de waardering de bepalingen in de financiële verordening van de RDWI van belang. Overeenkomstig deze verordening gelden voor materiële vaste activa met economisch nut de volgende regels: Afschrijving geschiedt lineair. De eerste afschrijving vindt plaats in het jaar volgend op het jaar van investeren. De termijnen voor afschrijving zijn bepaald op - maximaal 25 jaar voor renovatie, restauratie en aankoop bedrijfsgebouwen; - maximaal 15 jaar voor technische installaties in bedrijfsgebouwen; - maximaal 10 jaar voor veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen; telefooninstallaties; kantoormeubilair; nieuwbouw tijdelijke bedrijfsgebouwen; groot onderhoud bedrijfsgebouwen; - maximaal 3 jaar voor automatiseringsapparatuur. Voorts is bepaald, dat op gronden en terreinen niet wordt afgeschreven en dat activa met een verkrijgingsprijs van minder dan niet worden geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Deze laatst genoemden worden altijd geactiveerd. De afschrijvingstermijn voor laptops, licenties, software, etc.(automatisering) en kleine gebruiksgoederen (inventaris) is 3 jaar, en voor de overige materiële vaste activa 10 jaar. Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Liquide middelen en overlopende posten Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen. Eigen vermogen Het totaal eigen vermogen is gelijk aan het eigen vermogen van voorafgaand jaar, vermeerderd of verminder met het gerealiseerd resultaat. Voor zover het Algemeen Bestuur gedurende het jaar Jaarstukken v1.0 12

15 besluiten over bestemmingsreserves heeft genomen, zijn de effecten van deze besluiten in de stand van de reserves per jaareinde verwerkt. Uit het gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten en de effecten van de besluiten van het Algemeen Bestuur volgt een gerealiseerd resultaat. Dit resultaat wordt als een separate post van het eigen vermogen gepresenteerd. Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De voorzieningen seniorenregeling en wachtgeld e.d. zijn echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. Voorziening seniorenregeling De voorziening seniorenregeling is, voortvloeiend uit de afspraken in de overname overeenkomst, in 2008 t.l.v. de programmarekening gevormd. Uit deze voorziening zullen de bijdragen als gevolg van de toegekende trekkingsrechten aan BIGA bv worden gedekt. Voorziening wachtgeld e.d. De voorziening wachtgeld en dergelijke heeft betrekking op kosten van procedures en wachtgeldverplichtingen. Dotatie vindt plaats ten laste van de programmarekening en een eventuele vrijval komt ten gunste van de programmarekening. De voorziening heeft betrekking op de ingegane wachtgelden. Voorziening reorganisatie De voorziening reorganisatie is bedoeld ter dekking van de kosten verband houdend met het sociaal Plan van de GR SWZ. Deze kosten hebben betrekking op boven formatieve plaatsing, outplacement, afvloeiing en plaatsing op functies met een lagere functiewaardering. De voorziening reorganisatie is gewaardeerd tegen nominale waarde. Voorziening reorganisatie van bolwerk naar Netwerk De voorziening reorganisatie van bolwerk naar netwerk is bedoeld ter dekking van de kosten verband houdend met het sociaal Plan van de GR RDWI. Deze kosten hebben betrekking op van werk naar werkkosten, ontwikkel-assessments Teamleiders, loonkosten en verplichtingen UWV van boventallige medewerkers, scholingskosten en vakspecifieke trainingen voor medewerkers van de RDWI. De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente-typische looptijd van één jaar of langer. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Per programma zijn de baten en lasten opgenomen, specifiek per programmaonderdeel. De apparaatskosten zijn verdeeld over de diverse programmaonderdelen. Jaarstukken v1.0 13

16 B A L A N S & T O E L I C H T I N G Balans per 31 december (voor resultaatbestemming) ACTIVA Vaste activa Materiële vaste Activa Investeringen met een economisch nut Totaal vaste activa Vlottende activa Uitzettingen met een rente-typische looptijd korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Uitzettingen in s Rijks schatkist Totaal uitzettingen Liquide middelen Overlopende activa Totaal vlottende activa Totaal-generaal PASSIVA Vaste passiva Eigen vermogen Resultaat boekjaar Algemene reserve Bestemmingsreserves Totaal Eigen Vermogen Vreemd vermogen Voorzieningen Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar Totaal vreemd vermogen Totaal vaste passiva Vlottende passiva Netto-vlottende schulden met een rente-typische looptijd < 1jaar Overlopende passiva Vooruit ontvangen bedragen Overige overlopende passiva Totaal vlottende passiva Totaal-generaal Jaarstukken v1.0 14

17 Toelichting op de balans Activa Vaste activa Materiële vaste activa met economisch nut In de volgende tabellen geven we de mutaties per component weer. De boekwaarde van de materiële vaste activa is als volgt samengesteld. Inventaris Boekwaarde Het Rond 6 en Dorpstraat 24 Investering Afschrijving Boekwaarde Bureau s, stoelen, tafels en kasten Kleine gebruiksgoederen keukeninventaris Totaal Inventaris Automatisering PC s, laptops, etc Licenties en software Totaal Automatisering Huisvesting (Her)inrichting gebouw Telefooncentrale, etc Audio, projector, etc Totaal Huisvesting Subotaal materiële vaste activa RDWI Grond Boekwaarde Thorbeckelaan 3 Investering Afschrijving Boekwaarde Grond Totaal Grond Gebouwen Gebouwen Totaal gebouwen Installaties Installaties Totaal installaties Subtotaal materiële vaste activa SW Totaal materiële vaste activa Jaarstukken v1.0 15

18 Vlottende Activa Uitzettingen met een rente-typische looptijd korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen 2015 Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Heuvelrug Gemeente Wijk bij Duurstede Gemeente Zeist Totaal vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen 2015 Vorderingen buitengemeenten Overige vorderingen Totaal Vorderingen op openbare lichamen Het saldo van de vorderingen op openbare lichamen (de KRH gemeenten) is fors gedaald ten opzichte van vorig jaar. Dit wordt veroorzaakt doordat voorschotbetalingen in zijn afgestemd met de werkelijke lasten. Vorderingen buitengemeenten en overige vorderingen De vorderingen op buitengemeenten (Sociale Werkvoorziening) zijn hoger dan in Dit wordt met name veroorzaakt door een betalingsachterstand bij één werkvoorzieningsschap. Het financieel risico hierbij is beperkt door de afspraken met Biga BV. Jaarstukken v1.0 16

19 Overige vorderingen Uitzettingen in s Rijks schatkist Schatkist Totaal Toelichting Schatkist Het wetsvoorstel verplicht schatkistbankieren is op 13 december 2013 in het Staatsblad gepubliceerd. De wet is op 15 december 2013 van kracht geworden. Het wetsvoorstel verplicht alle decentrale overheden om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Het woord overtollig verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak. Het saldo liquide middelen is hierdoor lager geworden. Het maximale bedrag (drempel) dat dagelijks aan liquide middelen mag worden aangehouden is 0,75% van het begrotingstotaal van de primitieve begroting van Berekening onder en overschrijding drempelbedrag Schatkist Omschrijving 1 e Q 2 e Q 3 e Q 4 e Q (bedragen x 1.000) Saldo Liquide middelen Drempelbedrag /+ Boven -/- Onder Drempelbedrag Liquide middelen Liquide middelen Kassaldi Banksaldi Totaal Toelichting liquide middelen De stand van de liquide middelen op is lager dan het toegestane drempelbedrag van dat gehanteerd mag worden volgens het schatkistbankieren. Dagelijks wordt het saldo van de BNG rekening afgeroomd naar de schatkistrekening. Jaarstukken v1.0 17

20 Overlopende activa Overlopende vlottende activa Nog te ontvangen / vooruitbetaalde bedragen Totaal Specificatie van de nog te ontvangen bedragen / vooruitbetaalde bedragen Omschrijving Nog te ontvangen bedragen Vooruitbetaalde bedragen Overloopposten uitkeringen WWB Btw fiscaal Netto salaris SW-medewerkers Totaal Passiva Vaste Passiva Eigen vermogen 1. Resultaat boekjaar Gerealiseerde resultaat Totaal Toelichting resultaat boekjaar Het gerealiseerd resultaat voor bestemming in 2015 was Dit resultaat is volledig bestemd aan de bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk en de bestemmingsreserve huur 2. Algemene Reserve 2015 Beginstand 1/ Resultaat Dotatie aan bestemmingsreserves - - Onttrekking t.b.v. resultaat Onttrekking resultaat Dotatie extra bijdrage gemeenten resultaat Eindstand 31/ Toelichting algemene reserve Het gerealiseerd resultaat voor bestemming in 2015 was Dit resultaat is volledig bestemd aan de bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk en de bestemmingsreserve huur 3. Bestemmingsreserve huur 2015 Beginstand 1/ Dotatie 0 0 Onttrekking Eindstand 31/ Toelichting bestemmingsreserve huur In is een bestemmingsreserve huur Het Rond 6 gevormd van Doel van deze bestemmingsreserve is om over de periode een evenredig deel ten gunste van de exploitatie te laten vrijvallen. In is een bedrag van vrijgevallen ten gunste van de exploitatie. Jaarstukken v1.0 18

21 4. Bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk 2015 Beginstand 1/ Dotatie 0 0 Onttrekking Eindstand 31/ Toelichting bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk In is een bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk gevormd van Doel hiervan is om de lasten die gepaard gaan met het veranderingstraject te dekken. In is een bedrag van onttrokken. Het betreft hier o.a. de dekking van de volgende lasten: kosten van de learning journey (sociaal leren) fase 1 en 2 voor alle medewerkers, vakgerichte opleidingen en managementtrainingen. Een specificatie van de lasten is hieronder opgenomen. Specificatie personele kosten verandertraject van bolwerk naar netwerk saldo 1-1- Dotatie Onttrekking saldo Ontwikkel assessments Teamleiders Social Learning Vakspecifieke trainingen Plaatsingscommissie Implementatie Functie en Waarderingssysteem Juridische ondersteuning Totaal Bestemmingsreserve ICT en automatisering 2015 Beginstand 1/ Onttrekking Dotatie van bolwerk naar netwerk Onttrekking van bolwerk naar netwerk Eindstand 31/ Toelichting bestemmingsreserve ICT In 2015 is een bestemmingsreserve gevormd ter ondersteuning van de transitie van bolwerk naar netwerk. In is er een bedrag van onttrokken, zodat er nog een bedrag van resteert aan saldo. Het betreft hier o.a. de dekking van de volgende lasten: Investeringen met betrekking tot de invoering van de snelbalie, PKO en HR21 en de lasten die gepaard gaan met informatiemanagement en informatievoorziening. Een specificatie van de lasten is hieronder opgenomen. Jaarstukken v1.0 19

22 ICT en automatiseringskosten van Bolwerk naar Netwerk Bestemmingsreserve ICT Van bolwerk naar netwerk: Saldo 1-1- Dotatie Onttrekkingen Saldo Aanschaf automatiseringssystemen Herinrichting van processen Kwartiermaker Informatiemanagement Implementatie Sturings / Verantwoordingsinformatie Totaal Egalisatiereserve Groot Onderhoud 2015 Beginstand 1/ Dotatie Onttrekking Eindstand 31/ Toelichting egalisatiereserve groot onderhoud Voor het gebouw aan de Thorbeckelaan 3 is het onderhoudsplan in 2015 geactualiseerd. De bestemmingsreserve heeft een egaliserend karakter. Jaarlijks wordt een bedrag van opgenomen in de begroting, dat gedoteerd wordt aan de reserve. De onttrekking voor groot onderhoud in bedraagt Eind resteert een saldo van Totaal ultimo jaar Totaal eigen vermogen Recapitulatie eigen vermogen 2015 Beginstand algemene reserve + bestemmingsreserves Dotaties Onttrekkingen Gerealiseerd resultaat Totaal eigen vermogen Jaarstukken v1.0 20

23 Vreemd vermogen Voorzieningen Omschrijving saldo 1-1- Dotatie Onttrekkingen saldo Wachtgeld SW Reorganisatie SW Seniorenregeling SW Reorganisatievoorziening van bolwerk naar netwerk Totaal Toelichting voorzieningen Wachtgeld SW De voorziening wachtgeld en dergelijke heeft betrekking op kosten van procedures en wachtgeldverplichtingen voor twee ex-medewerkers van de SWZ. De wachtgeldverplichtingen lopen tot en met In is een bedrag onttrokken van Reorganisatie SW De verplichtingen van deze voorziening lopen tot en met het jaar In een bedrag onttrokken van aan deze voorziening. Seniorenregeling SW Uit deze voorziening worden de bijdragen als gevolg van de toegekende trekkingsrechten aan BIGA BV gedekt. De regeling liep tot en met. Het openstaand saldo in is onttrokken aan de voorziening. Voorziening reorganisatie van bolwerk naar Netwerk In 2015 is een voorziening van gevormd t.b.v. de reorganisatie van bolwerk naar netwerk. Het betreft hierbij de personele kosten (kwantitatief) die gepaard gaan met de reorganisatie. Een specificatie van de voorziening is hieronder opgenomen. Specificatie voorziening reorganisatie van bolwerk naar netwerk saldo 1-1- Dotatie Onttrekking saldo Trajectkosten van werk naar werk Transitievergoedingen boventallige medewerkers Doorbelasting Werkeloosheidsuitkeringen UWV Totaal specificatie Jaarstukken v1.0 21

24 Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar Bank Nederlandse Gemeenten Leningnummer Leningnummer Leningnummer Leningnummer Leningnummer Saldo per 31/ Toelichting vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar De rentelasten van de langlopende leningen in zijn De aflossing op deze leningen waren in Op 1 juni is een nieuwe lening afgesloten van Vlottende Passiva Netto-vlottende schulden met een rente-typische looptijd korter dan één jaar Omschrijving Crediteuren Nog te betalen bedragen Afdrachten loonheffing, pensioenen, sociale premies personeel RDWI Totaal Toelichting Netto-vlottende schulden met een rente-typische looptijd korter dan één jaar Crediteuren Dit betreft het saldo op 31 december van geboekte maar nog niet betaalde facturen. De betalingen van deze facturen vinden plaats in Nog te betalen bedragen Dit betreft facturen die betaald worden in 2017 en betrekking hebben op. Het verschil tussen de saldi van 2015 en wordt ondermeer veroorzaakt door de eenmalige IKB verplichting (vakantiegeldreservering van juni tot en met december ) van Overlopende passiva Onder de overlopende passiva worden verplichtingen opgenomen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen. Vooruitontvangen bedragen saldo 1-1- Dotatie Onttrekking saldo Participatie Inburgering Revolving fund voorliggende voorziening Totaal Vooruit ontvangen bedragen Dit betreft posten waarvan de bedragen in of eerder zijn ontvangen terwijl de prestatie in 2017 of later zal plaatsvinden. Jaarstukken v1.0 22

25 Hieronder is een toelichting per onderdeel van de vooruitontvangen bedragen opgenomen. Participatie Bij het onderdeel participatie is in een bedrag van onttrokken. Het saldo per 31 december bedraagt Specificatie per gemeente Gemeente saldo 1-1- Dotatie Onttrekking saldo Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Zeist Totaal Inburgering Bij inburgering is een bedrag van onttrokken. Voor inburgeringstrajecten is betaald in. Het restant bedrag van zijn uitvoeringskosten inburgering. Revolving fund voorliggende voorziening De opbrengsten van de Revolving fund projecten Werk voor Zeist en Voorliggende Voorziening zijn in De uitgaven van het Revolving fund projecten Handhaving en voorliggende voorziening bedragen Voor toekomstige re-integratie of participatieprojecten trajecten is per beschikbaar. Overige Overlopende passiva Omschrijving Nog te betalen bedragen Totaal Specificatie van de nog te betalen bedragen: Omschrijving Overloopposten uitkeringen WWB (netto uitkeringen, loonheffingen, sociale premies etc.) Af te dragen btw 4e kwartaal Afdracht loonheffing, pensioenen en sociale premies personeel SW Overige Totaal Toelichting nog te betalen bedragen Het gaat hier om bedragen waarvan de betalingen hebben plaatsgevonden in januari Jaarstukken v1.0 23

26 O V E R Z I C H T V A N B A T E N E N L A S T E N I N D E J A A R R E K E N I N G Begroting primitief Begroting incl. wijzigingen Realisatie Programma s Saldo Saldo Saldo Inkomen Participatie Welzijn & Zorg Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Gerealiseerd resultaat Toelichting overzicht baten en lasten Het gerealiseerde saldo van baten en lasten bedraagt negatief. Na onttrekking aan diverse bestemmingsreserves is het gerealiseerde resultaat negatief. Het tekort van wordt vooral veroorzaakt door eenmalige lasten veroorzaakt door de invoering van het individueel Keuzebudget per Dit betekent concreet dat (eenmalig) extra 7 maanden vakantiegeld als extra last in de jaarrekening van is verantwoord. Jaarstukken v1.0 24

27 PROGRAMMA INKOMEN Jaarstukken v1.0 25

28 P R O G R A M M A I N K O M E N Inkomen Gerealiseerde baten en lasten onderdeel Inkomen Inkomen Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Inkomen Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdrage gemeenten Inkomen Overige ontvangsten Totaal baten Saldo Toelichting Inkomen Ten opzichte van de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota zijn de bijdragen van gemeenten hoger. Dat wordt veroorzaakt door een (licht) hoger aantal uitkeringen aan het einde van dan de eerdere verwachting bij de Najaarsnota. Gemeente Resultaten en verdeling tekorten gebundeld budget voor en na ontschotting Resultaat gebundelde uitkering per gemeente Aanvullende Uitkering Max. tekort voor ontschotting Tekort na Ontschotting Nog te ontvangen Nog te betalen Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Zeist RSD (financiering project Voorl. Voorz. en handhaving) (revolving fund) Totaal toelichting De ontschotting tussen de deelnemende gemeenten is in de jaarrekening, in bovenstaande tabel en in de rekening courant (bijlage vanaf pagina 47 verwerkt. De revolving fund projecten Werk voor Zeist voorliggende voorziening en handhaving uitgevoerd door de RSD, zijn in bovenstaand overzicht verwerkt. De opbrengsten van deze revolving fund projecten tezamen zijn De lasten van de revolving fund project voorliggende voorziening en handhaving waren Het verschil is beschikbaar voor toekomstige re-integratie of participatie projecten (zie toelichting op de balans pagina 22 en 23). Jaarstukken v1.0 26

29 Schuldhulpverlening Gerealiseerde baten en lasten onderdeel Schuldhulpverlening Schuldhulpverlening Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Totaal baten Saldo Toelichting Schuldhulpverlening Ten opzichte van de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota zijn de uitvoeringslasten hoger. Jaarstukken v1.0 27

30 Bijzondere bijstand en minimabeleid Gerealiseerde baten en lasten onderdeel Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand en minimabeleid Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Bijzondere bijstand en minimabeleid Totaal lasten Bijdrage gemeenten apparaatskosten Bijdrage gemeenten bijzondere bijstand, CAZ, ILT en minimabeleid Overige ontvangsten Totaal baten Saldo Toelichting bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand De werkelijke lasten bijzondere bijstand zijn hoger dan de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. De lasten bijzondere bijstand zijn in t.o.v met 23% gestegen. De meeste aanvragen voor bijzondere bijstand worden aangevraagd door (nieuwe) klanten met een bijstandsuitkering. Collectieve Ziektekostenverzekering De werkelijke lasten aan collectieve ziektekostenverzekering zijn hoger dan de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. De lasten van de collectieve ziektekostenverzekeringen zijn eveneens flink gestegen (+13.3%) ten opzichte van Ook bij deze regeling is het bereik vergroot. Individuele Inkomenstoeslagen Ten opzichte van de gewijzigde begroting zijn de werkelijke lasten hoger dan de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. Minimabeleid Voor de gemeenten Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist wordt, naast de Collectieve Aanvullende Ziektekosten (CAZ) voor alle gemeenten, het minimabeleid uitgevoerd. De werkelijke lasten waren lager dan de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. Totaal gerealiseerde baten en lasten Programma Inkomen Totaal programma Inkomen Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Saldo Jaarstukken v1.0 28

31 PROGRAMMA PARTICIPATIE Jaarstukken v1.0 29

32 P R O G R A M M A P A R T I C I P A T I E Werk Gerealiseerde baten en lasten onderdeel Werk Werk Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Werk Totaal Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdrage gemeenten Werk Overige ontvangsten Aanwending overlopende passiva Totaal baten Saldo Toelichting Werk Het saldo van baten en lasten van het onderdeel re-integratie is budgettair neutraal. Subsidie overschotten worden toegevoegd aan overlopende passiva participatie. Deze subsidie overschotten zijn beschikbaar voor de inzet van re-integratie en participatie. Een specificatie van het overschot is opgenomen op pagina 23. Jaarstukken v1.0 30

33 Inburgering Gerealiseerde baten en lasten onderdeel Inburgering Inburgering Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Inburgering Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Aanwending overlopende passiva Totaal baten Saldo Toelichting Inburgering In is een bedrag van onttrokken uit de overlopende passiva Inburgering. Dit betreft de lasten van de inburgeringstrajecten die in zijn afgerond. De loonkosten Inburgering zijn tot en met 1 juli (deels) gedekt uit de bijdragen van gemeenten. De loonkosten na 1 juli worden gedekt uit de overlopende passiva Inburgering. Een specificatie van de overlopende passiva Inburgering is op pagina 23 opgenomen.. Jaarstukken v1.0 31

34 WSW Gerealiseerde baten en lasten onderdeel WSW WSW Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Bijdragen aan buitengemeenten WSW Totaal lasten Bijdr. BIGA apparaatskosten Bijdr. gemeenten WSW Overige bijdragen Totaal baten Saldo Toelichting WSW De budgetten WSW worden via de RDWI beschikbaar gesteld aan BIGA BV en buitengemeenten. Het saldo van baten en lasten WSW is voor de GR RDWI budgettair neutraal. Het financiële risico voor de uitvoering WSW ligt bij BIGA BV. Totaal gerealiseerde baten en lasten Programma Participatie Totaal programma Participatie Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Saldo Jaarstukken v1.0 32

35 PROGRAMMA WELZIJN & ZORG Jaarstukken v1.0 33

36 P R O G R A M M A W E L Z I J N & Z O R G Kinderopvang Totaal gerealiseerde baten en lasten programma Welzijn & Zorg Totaal programma Welzijn & Zorg Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten Kinderopvang Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdr. gemeenten Kinderopvang Totaal baten Saldo Toelichting Kinderopvang De lasten voor tegemoetkoming kinderopvangkosten zijn hoger dan de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. Jaarstukken v1.0 34

37 OVERIG Jaarstukken v1.0 35

38 A P P A R A A T S K O S T E N Apparaatskosten Gerealiseerde baten en lasten Apparaatskosten Apparaatskosten Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Apparaatskosten programma s Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdrage BIGA apparaatskosten Apparaatskosten overige Totaal baten Subtotaal apparaatskosten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo Jaarstukken v1.0 36

39 Apparaatskosten Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Kapitaallasten Rente Huisvesting Personeel Automatisering Facilitaire zaken Advies- en controlekosten Totaal lasten Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdrage BIGA (salariskosten SW) Kapitaallasten Rente Huisvesting Personeel Automatisering Facilitaire zaken Advies- en controlekosten Totaal baten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo Saldo van baten en lasten Primitieve begroting Begroting na wijziging Realisatie Verschil Bijdr. gemeenten apparaatskosten Bijdrage BIGA (salariskosten SW) Kapitaallasten Rente Huisvesting Personeel Automatisering Facilitaire zaken Advies- en controlekosten Gerealiseerd resultaat van baten en lasten Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo van baten en lasten Toelichting op saldo van baten en lasten Het gerealiseerde resultaat van baten en lasten is een tekort van Na onttrekking aan bestemmingsreserves tot een bedrag van resteert een tekort van De voornaamste oorzaak van dit tekort is de wettelijke verplichting om bij de invoering van het individueel keuzebudget per 1 januari 2017 de vakantiegeldverplichtingen over de periode juni tot en met december als last in te verantwoorden. Jaarstukken v1.0 37

40 Een toelichting op de belangrijkste verschillen ten opzichte van de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota is hieronder opgenomen. Bijdragen gemeenten De bijdragen van gemeenten zijn hoger dan de raming bij de Najaarsnota. Dat wordt veroorzaakt door het terugdraaien van de taakstelling op de uitvoering van Schuldhulpverlening door de gemeente Utrechtse Heuvelrug van Verder zijn de bijdragen van gemeenten voor de uitvoering van de formulierenbrigade hoger dan de verwachting bij de Najaarsnota. Bijdragen Biga De bijdragen van BIGA zijn lager in verband met lagere salariskosten sociale werkvoorziening. Personeel Op de kostenplaats personeel is een tekort ontstaan van ten opzichte van de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de eenmalige last als gevolg van de invoering van het individueel keuzebudget waardoor de vakantiegeldverplichting over de periode juni t/m december van in moet worden verantwoord. Automatisering Het voordeel op het onderdeel automatisering van vooral veroorzaakt door een hogere doorbelasting (bijdrage) voor de uitvoering van re-integratietaken in eigen beheer en door het wegvallen van de leasekosten voor ICT-apparatuur. In het jaarverslag zijn in het hoofdstuk Financiën en Control aanvullende en uitgebreide (financiële) toelichtingen op de programma s opgenomen. Jaarstukken v1.0 38

41 O V E R I G E T O E L I C H T I N G E N Overzicht structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves in Reserves Beginstand 1-1- Dotatie Onttrekking Eindstand Algemene Reserve Bestemmingsreserve ICT Egalisatie Groot Onderhoud Thorbeckelaan Zeist Overzicht incidentele baten en lasten Omschrijving IKB verplichting. Vakantiegeldreservering salarissen ambtenaren over de periode juni tot en met december Jaarstukken v1.0 39

42 N I E T I N D E B A L A N S O P G E N O M E N V E R P L I C H T I N G E N Niet in de balans opgenomen verplichtingen Huur Het jaarlijks bedrag van met derden aangegane huurverplichtingen van onroerende zaken is De resterende looptijd van het huurcontract is 4 jaar. Europese aanbestedingen De RDWI heeft bij een inkoop de aanbestedingsregels niet nageleefd. Het betreft hier een contract met een bedrijf dat zorgt voor de beveiliging op de beursvloer van de RDWI. De contractwaarde van deze overeenkomst bedraagt tot en met september ( per jaar). Jaarstukken v1.0 40

43 W E T N O R M E R I N G T O P I N K O M E N S WNT-verantwoording RSD Kromme Rijn Heuvelrug Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op de GR RDWI (RSD Kromme Rijn Heuvelrug) van toepassing zijnde regelgeving: Het bezoldigingsmaximum in voor RSD Kromme Rijn Heuvelrug is Het weergegeven individuele WNT-maximum is berekend naar rato van de omvang (en voor topfunctionarissen tevens de duur) van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte. Het individuele WNT-maximum voor de leden van het Algemeen en Dagelijks Bestuur bedraagt voor de voorzitter 15% en voor de overige leden 10% van het bezoldigingsmaximum, berekend naar rato van de duur van het dienstverband. Bezoldiging topfunctionarissen Leidinggevende topfunctionarissen bedragen x 1 D.J. van Maanen Functie(s) Directeur Duur dienstverband in /1-31/12 Omvang dienstverband (in fte) 1,0 Gewezen topfunctionaris? nee Echte of fictieve dienstbetrekking? ja Individueel WNT-maximum Bezoldiging Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Subtotaal /- Onverschuldigd betaald bedrag Totaal bezoldiging Jaarstukken v1.0 41

44 Toezichthoudende topfunctionarissen bedragen x 1 S. Jansen 1. M.C.M Fluitman 2. J.A.G Burger 3. W. Kosterman 4. J. van Hulst-Marizel 5. R. Rost van Tonningen. 6. A. Brommersma 7. H. Nijhof 8.J.W. van Dongen 9. J.J. Eijbersen 10. R.A. Zakee Functie(s) VOORZITTER DB/AB [BESTUURDERS] Duur dienstverband 1/1-31/12 1/1-31/12 Individueel WNT-maximum Bezoldiging Beloning 0 0 Belastbare onkostenvergoedingen 0 0 Beloningen betaalbaar op termijn 0 0 Subtotaal 0 0 -/- Onverschuldigd betaald bedrag 0 0 Totaal bezoldiging 0 0 Jaarstukken v1.0 42

45 S I S A G2B Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 Participatiew et_deel openbaar lichaam Openbaar lichaam o.g.v. Wgr (SiSa tussen medeoverhed en) Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T) algemene bijstand Deel openbaar lichaam I.1 Participatiewet (PW) (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk) Deel openbaar lichaam I.1 Participatiewet (PW) Besteding (jaar T) IOAW Deel openbaar lichaam I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) (jaar T) IOAW (exclusief Rijk) Deel openbaar lichaam I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Besteding (jaar T) IOAZ Deel openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Heuvelrug Gemeente Wijk Bij Duurstede Gemeente Zeist Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G2B / 01 (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen (jaar T) WWIK (exclusief Rijk) In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Deel openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Deel openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Deel openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Deel openbaar lichaam I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G2B / 07 Indicatornummer: G2B / 08 Indicatornummer: G2B / 09 Indicatornummer: G2B / 10 Indicatornummer: G2B / Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Gemeente Wijk Bij Gemeente Zeist Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G2B / 01 Besteding (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet (excl. Rijk) In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Deel openbaar lichaam I.7 Participatiewet (PW) Deel openbaar lichaam I.7 Participatiewet (PW) G3B Besluit bijstandverlen ing zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderh oud beginnende zelfstandigen) Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Gemeente Wijk Bij Gemeente Zeist Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3B / 01 Indicatornummer: G3B / 02 Indicatornummer: G3B / 03 Indicatornummer: G3B / 04 Indicatornummer: G3B / 05 Indicatornummer: G3B / Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Heuvelrug Gemeente Wijk Bij Duurstede Gemeente Zeist Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G3B / 01 Besteding (jaar T) Bob (jaar T) Bob (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3B / 07 Indicatornummer: G3B / 08 Indicatornummer: G3B / 09 Indicatornummer: G3B / Gemeente Bunnik Gemeente De Bilt Gemeente Utrechtse Heuvelrug Gemeente Wijk Bij Duurstede Gemeente Zeist Jaarstukken v1.0 43

46 O V E R I G E GEGEVENS R E S U L T A A T In onderstaande tabel is het gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten en het gerealiseerd resultaat opgenomen. Resultaat Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten Onttrekking bestemmingsreserve huur Onttrekking bestemmingsreserve personeel van bolwerk naar netwerk Onttrekking bestemmingsreserve ICT Onttrekking bestemmingsreserve ICT van bolwerk naar netwerk Dotatie bestemmingsreserve groot onderhoud Thorbeckelaan Onttrekking bestemmingsreserve groot onderhoud Thorbeckelaan Gerealiseerd resultaat Toelichting Het gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten is negatief. Na dotaties en onttrekkingen aan de bestemmingsreserves tot een totaalbedrag van resteert een negatief gerealiseerd resultaat van Wij stellen voor om: 1. Het negatieve gerealiseerde resultaat van toe te voegen aan de algemene reserve. Dat betekent dat het saldo van de Algemene Reserve daalt van naar een negatieve algemene reserve van In de begroting van 2017 is rekening gehouden met een eenmalige last van als gevolg van de invoering van het individueel keuzebudget. Het exploitatie overschot dat als gevolg daarvan zal ontstaan, wordt in 2017 toegevoegd aan de Algemene Reserve. Dit betekent vooralsnog geen extra bijdragen voor gemeenten omdat deze eenmalige last binnen de exploitatie van de RDWI wordt opgevangen. Jaarstukken v1.0 44

47 C O N T R O L E V E R K L A R I N G Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan het algemeen bestuur van Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug te Zeist. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening Ons oordeel Wij hebben de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening van Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug te Zeist gecontroleerd. Naar ons oordeel: Geeft de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over als van de activa en passiva van Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug op 31 december in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Zijn de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand gekomen in overeenstemming met de begroting en met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling, zoals opgenomen in het normenkader. De jaarrekening bestaat uit: De balans per 31 december. Het overzicht van baten en lasten over. De toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) het door het algemeen bestuur op 8 maart 2017 vastgestelde Normenkader en de Regeling Controleprotocol Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening. Wij zijn onafhankelijk van Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Materialiteit Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op EUR , waarbij de bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves, zoals voorgeschreven in artikel 2 lid 1 Bado. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn, zoals ook bedoeld in artikel 3 Bado. Daarbij zijn voor de controle van de in de jaarrekening opgenomen WNT-informatie de materialiteitsvoorschriften gehanteerd zoals vastgelegd in de Regeling controleprotocol WNT. Wij zijn met het algemeen bestuur overeengekomen dat wij aan het algemeen bestuur tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven de EUR rapporteren alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve of WNT-redenen relevant zijn. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen andere informatie Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvatten de jaarstukken andere informatie, die bestaat uit: Jaarstukken v1.0 45

48 Het jaarverslag, waaronder de paragrafen Overige gegevens Bijlage Rekening Courant Gemeenten Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie: Met de jaarrekening verenigbaar is zoals bedoeld in artikel 213 lid 3 sub d Gemeentewet en geen materiële afwijkingen bevat. Alle informatie bevat die op grond van het BBV is vereist. Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de voor de gemeenschappelijke regeling van toepassing zijnde vereisten in de Gemeentewet en aan de Nederlandse Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de jaarrekening. Het dagelijks bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder het jaarverslag in overeenstemming met het BBV. Beschrijving van verantwoordelijkheden met betrekking tot de jaarrekening Verantwoordelijkheden van het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur voor de jaarrekening Het dagelijks bestuur is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de jaarrekening in overeenstemming met het BBV. Het dagelijks bestuur is ook verantwoordelijk voor het rechtmatig tot stand komen van de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties, in overeenstemming met de begroting en met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling, zoals opgenomen in het normenkader. In dit kader is het dagelijks bestuur tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het dagelijks bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Het algemeen bestuur is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de gemeenschappelijke regeling. Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken. Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fouten of fraude en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, het Bado en het controleprotocol dat is vastgesteld door het algemeen bestuur en de Regeling Controleprotocol Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit: Het identificeren en inschatten van de risico s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude dan wel het niet rechtmatig tot stand komen van baten en lasten alsmede de balansmutaties, het in reactie op deze risico s bepalen en uitvoeren Jaarstukken v1.0 46

49 van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing. Het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeenschappelijke regeling. Het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving, de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het dagelijks bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan. Het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen. Het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen en of de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen. Wij communiceren met algemeen bestuur onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Arnhem, 29 maart 2017 Deloitte Accountants B.V. Was getekend: drs. M. Knip RA Jaarstukken v1.0 47

50 B I J L A G E R E K E N I N G C O U R A N T G E M E E N T E N Rekening-Courant Gemeenten - RSD Omschrijving Totaal Reeds saldo te ontvangen ontvangen Bunnik Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw nota Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Btw Totaal Bunnik De Bilt Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw nota Gemeentelijke lokale initiatieven Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Btw Totaal De Bilt Jaarstukken v1.0 48

51 Utrechtse Heuvelrug Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw nota Uitvoeringskosten minima Nota s , , en Btw uitvoeringskosten minima Nota s , , en Gemeentelijke lokale initiatieven nota Formulierenbrigade Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Btw Afrekening uitvoeringskosten minima Afrekening Btw uitvoeringskosten minima Totaal Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw nota: Uitvoeringskosten minima nota Btw uitvoeringskosten minima nota Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Btw Afrekening uitvoeringskosten minima Afrekening Btw uitvoeringskosten minima Afrekening 2013 nota Totaal Wijk bij Duurstede Jaarstukken v1.0 49

52 Zeist Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw nota: Uitvoeringskosten minima Btw uitvoeringskosten minima Gemeentelijke lokale initiatieven Nota s en Btw gemeentelijke lokale initiatieven Nota s en Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Afrekening Btw Afrekening uitvoeringskosten minima Afrekening Btw uitvoeringskosten minima Afrekening gemeentelijke lokale initiatieven Afrekening Btw gem. lokale initiatieven Afrekening 2013 nota Totaal Zeist Jaarstukken v1.0 50

53 Totaal Rekening Courant Gemeenten Afrekening Apparaatskosten Gebundelde uitkering WWB Ontschotting gebundeld budget Bbz overige Bijzondere bijstand/minimabeleid Participatiebudget Re-integratie WSW Kinderopvang Overige Totaal afrekening Btw Uitvoeringskosten minima Btw uitvoeringskosten minima Gemeentelijke lokale initiatieven Btw gemeentelijke lokale initiatieven Formulierenbrigade Afrekening voorgaande jaren: Afrekening Afrekening Afrekening Btw Afrekening uitvoeringskosten minima Afrekening Btw uitvoeringskosten minima Afrekening gemeentelijke lokale initiatieven Afrekening Btw gem. lokale initiatieven Afrekening Totaal rekening courant gemeenten Jaarstukken v1.0 51

54

55

56

57

58

59

60

61

62

63

64

65

66

67

68

69

70

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81 F I N A N C I E E L O V E R Z I C H T P E R G E M E E N T E J A A R R E K E N I N G

82 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 2 Overzicht naar programma Bunnik 3 Overzicht naar programma De Bilt. 6 Overzicht naar programma Utrechtse Heuvelrug... 9 Overzicht naar programma Wijk bij Duurstede 12 Overzicht naar programma Zeist 15 Overzicht naar programma Totaal. 18 2

83 2. F I N A N C I E E L O V E R Z I C H T V O O R G E M E E N T E N Financieel overzicht voor gemeente: Bunnik L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

84 L/B prim RSD (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

85 L/B prim RSD (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

86 Financieel overzicht voor gemeente: De Bilt L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

87 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

88 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

89 Financieel overzicht voor gemeente: Utrechtse Heuvelrug L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

90 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

91 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

92 Financieel overzicht voor gemeente: Wijk bij Duurstede L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

93 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

94 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

95 Financieel overzicht voor gemeente: Zeist L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

96 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

97 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

98 Financieel overzicht voor gemeente: Totaal L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Apparaatskosten Reguliere apparaatskosten CAO-lonen (+3%) Extra uitvoeringskosten SHV Uitvoeringskosten CAZ / WTCG Uitvoeringskosten inburgering Uitvoeringskosten formulierenbrigade Uitvoeringskosten kinderopvang Uitvoeringskosten P-wet Uitvoeringskosten indiv.studietoeslag Uitvoeringskosten taaleis P-wet Uitvoeringskosten vrijlating lijfrenteopbouw Uitvoeringskosten minima Totaal apparaatskosten

99 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) Uitgaven Bbz Verhaal en terugvordering Totaal Bz Gebundelde uitkering Verstrekte uitkeringen I-deel Verhaal en terugvordering I-deel Verstrekte uitkeringen IAOW Verhaal en terugvordering IAOW Verstrekte uitkeringen IOAZ Verhaal en terugvordering IOAZ Verstrekte uitkeringen Bbz starters Verhaal en terugvordering Bbz starters Totaal gebundelde uitkering Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) Uitgaven WSW Totaal WSW Bijzondere bijstand en minimabeleid Bijzondere bijstand Collectieve ziektekst verz Individuele inkomenstoeslag Gemeentelijk minimabeleid Verhaal en terugvordering Totaal bijzondere bijstand en minimabeleid

100 L/B prim RSD (A) VJN RSD (B) NJN RSD (C) Jaarrek (D) (B) - (A) (C) - (B) (C) - (A) (D) - (C) (D) - (A) Participatiebudget / re-integratie Kosten re-integratie Overige (gem. lokale initiatieven) Toevoeging overlopende passiva Aanwending overlopende passiva Effect ontschotting Totaal participatiebudget / re-integratie Inburgering Kosten inburgering Aanwending overlopende passiva Totaal Participatiebudget / inburgering Kinderopvang Kinderopvang Totaal Kinderopvang TOTAAL Participatiebudget W-deel Gebundelde uitkering - Inkomen Aanvullende uitkering Inkomen Ontschotting Inkomen Uitkering Bbz vast budget Uitkering Bbz - declaratiedeel Doeluitkering WSW TOTAAL VERSCHIL (lasten - baten)

101 Jaarverslag RDWI Jaarverslag, versie 0.3 Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (RDWI)

102 Inhoudsopgave 1 INLEIDING 4 Van bolwerk naar netwerk 4 Korte samenvatting van de belangrijkste resultaten 4 2 PROGRAMMA INKOMEN Ontwikkelingen klantenbestand 6 Ontwikkelingen klantenbestand t.o.v. regionaal en landelijk gemiddelde 7 Instroomredenen 7 Statushouders 8 Einde WW 8 Controle aan de poort 9 Bijzondere bijstand 9 Collectieve aanvullende zorgverzekering (Caz) 9 Minimabeleid 10 Doorlooptijden Schuldhulpverlening Terugvordering en verhaal Handhaving Bezwaar en beroep 11 3 PROGRAMMA PARTICIPATIE Lokale aansluiting, wijkgericht werken en sociale wijkteams 12 Programma Gebiedsgericht Werken Werk 13 Uitstroomresultaten 13 Werkgeverservicepunt (WGSP) 14 Jobcenter 14 Klanten in beeld en in regie 15 Werk voor Zeist 15 Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 2

103 Werk of participatie-aanbod voor de brede doelgroep 16 Samenwerking BIGA Groep 16 Samenwerking arbeidsmarktregio 16 Bijstandsverlening Zelfstandigen (BBZ) Prioritaire doelgroepen 17 Jongeren 17 Taalachterstand en samenwerking met Taalhuizen 19 Statushouders en asielzoekers 19 Inburgering Kinderopvang Wet sociale werkvoorziening 20 4 FINANCIËN & CONTROL 21 Algemeen 21 Het klantenbestand en uitkeringslasten 22 Vangnetregeling Buig 23 Bijzondere bijstand en minimabeleid 25 Kinderopvang 26 Wet sociale Werkvoorziening 26 Apparaatskosten 26 Reserves en voorziening verandertraject en reorganisatie van bolwerk naar netwerk 28 Formatie 28 Bijlagen: Bijlage 1: Afspraken, resultaten en kengetallen Bijlage 2: Prestatieindicatoren en kengetallen Biga Groep Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 3

104 1 Inleiding Hierbij bieden bij u het Jaarverslag aan van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (RDWI). Het jaar stond in het teken van een aantal grote ontwikkelingen voor onze organisatie. Vanuit van bolwerk naar netwerk zijn we in veel nadrukkelijker gebiedsgericht gaan werken, in nauwe samenwerking met gemeenten en de partners in het sociaal domein. De Regionale Sociale Dienst transformeert daarmee naar een netwerkorganisatie die een schakel is tussen gemeenten, inwoners, arbeidsmarkt en netwerkpartners. In dit Jaarverslag worden de resultaten van het afgelopen jaar weergegeven. Graag danken we de vijf deelnemende KRH-gemeenten voor het in ons gestelde vertrouwen en voor de prettige samenwerking en de Regionale Cliëntenraad voor hun adviezen om onze dienstverlening verder te verbeteren. Onze medewerkers en de verschillende partijen om ons heen werken hard aan de invulling van onze missie om mensen een stap verder te helpen. Van bolwerk naar netwerk In is de omslag van bolwerk naar netwerk doorgevoerd. Er is veel aandacht besteed aan een cultuurverandering binnen de organisatie, via onder andere een intensief traject Learning Journey voor alle medewerkers van de organisatie. Er is geïnvesteerd in de ontwikkeling van het vakmanschap van de professional, aan het gebiedsgerichte werken en aan de verbetering van (digitale) werkprocessen. De reorganisatie die in 2015 had plaatsgevonden, leidde in tot nieuwe teams en nieuwe werkwijzen. Het doel van dit alles was om een betere dienstverlening te kunnen bieden, om het rendement te vergroten en om een hogere klanttevredenheid te realiseren. Door deze vernieuwde werkwijze hebben we een brede groep klanten (beter) in beeld gekregen. Onze professionals werken steeds meer in de wijken, lokaal, dichtbij de inwoner en in samenhang binnen het sociaal domein. Vooral in de tweede helft van het jaar heeft de nieuwe werkwijze resultaten opgeleverd. In de Najaarsnota werd geconstateerd dat er op veel vlakken vooruitgang is geboekt. De nieuwe werkwijze begon vruchten af te werpen. De RSD is zichtbaarder in de wijken, de klanten worden actief in beeld gebracht en gehouden en er is meer aandacht voor door- en uitstroom. Geconcludeerd kan worden dat professionals steeds beter hun rol weten te vervullen en er in de tweede helft van het jaar verbeteringen zijn in het resultaat. Het veranderproces wordt verder doorgezet, onder andere door een verdere digitalisering en het ontwikkelen van innovatieve werkwijzen om nog meer inwoners van de regio KRH te laten door- of uitstromen naar werk en participatie. We doen dat in toenemende mate samen met onze netwerkpartners in het sociaal domein. Daarmee willen we de lijn die in is ingezet, volop doorzetten naar 2017 en verder. Korte samenvatting van de belangrijkste resultaten In het afgelopen jaar hebben we een grotere uitstroom bereikt dan verwacht. Dat komt onder andere doordat het werkgeversservicepunt (WGSP) meer klanten heeft bemiddeld naar werkgevers dan afgesproken. Omdat we meer mensen in beeld hebben gekregen, onder andere via het project Klant in beeld, zijn we in staat om meer kansen te verzilveren waardoor ook onze klanten profiteren van de aantrekkende arbeidsmarkt. Degenen die niet direct naar werk kunnen, worden waar mogelijk overgedragen naar de Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 4

105 multidisciplinaire teams (MDT s) om hen verder te begeleiden naar werk of participatie. In totaal zijn er ook al meer klanten in regie bij de MDT s dan vooraf afgesproken. De instroom blijft wel een zorgpunt. We zien een voorzichtige afvlakking van de groei van het klantenbestand en we verwachten dat deze door zal zetten. Met name bij de instroom vanuit de WW zien we een dalende trend; tegelijkertijd is er wel een verdubbeling geweest van de instroom van statushouders. Door een goede samenwerking met gemeenten en een gerichte communicatie zijn er meer minima bereikt voor onder andere de collectieve ziektekostenverzekering. Ook bij bijzondere bijstand zien we een stijging in de aanvragen. De achterstanden in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand en collectieve ziektekostenverzekeringen zijn volledig weggewerkt. De doorlooptijden van aanvragen bijzondere bijstand, collectieve ziektekostenverzekeringen, individuele inkomenstoeslagen en minimabeleid zijn in het laatste kwartaal gedaald tot onder de 14 dagen. In de resultaten is dit nog niet direct terug te zien, omdat het om gemiddelden over het hele jaar gaat. Maar het gaat hier om een forse inhaalslag, onder andere als gevolg van de invoering van de digitale Snelbalie. Een volledig overzicht van de prestatie-indicatoren en de resultaten zijn te vinden in bijlage 1. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 5

106 2 Programma Inkomen Eén van de kerntaken van de RDWI is op basis van de kaders van de Participatiewet het verstrekken van een inkomen aan de inwoners van de regio KRH die niet zelfstandig in staat zijn om daar zelfstandig in te voorzien. Afgelopen jaren was er een forse stijging van het klantenbestand. Inmiddels zien we de stijging afvlakken. Naast het verstrekken van een uitkering voeren we aanpalende regelingen uit zoals bijzondere bijstand. Schuldhulpverlening wordt ingezet voor een bredere doelgroep; soms gaat het hier om mensen die een uitkering ontvangen; maar heel vaak zijn er andere factoren die maken dat mensen problematische schulden hebben. De belangrijkste resultaten zijn, kort samengevat: Een minder grote stijging van het klantenbestand dan in 2015 (7,7% in plaats van 8,8%), maar nog wel boven de ambitie (4%) 15% meer uitstroom ten opzichte van 2015 Verdubbeling van het aantal statushouders ten opzichte van 2015 Meer dan een derde van jongere klanten (tot 27 jaar) bestaat uit statushouders 7% minder doorstroom vanuit WW ten opzichte van 2015 Het aantal aanvragen voor bijzondere bijstand ligt 20% hoger dan de oorspronkelijke verwachting begin dit jaar. De lasten bijzondere bijstand zijn ten opzichte van 2015 met 23% gestegen De lasten van de collectieve ziektekostenverzekeringen zijn ten opzichte van 2015 met 13,3% gestegen omdat 27% meer mensen bereikt zijn De achterstanden in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand en collectieve ziektekostenverzekeringen zijn volledig weggewerkt De doorlooptijden van aanvragen bijzondere bijstand, collectieve ziektekostenverzekeringen, individuele inkomenstoeslagen en minimabeleid zijn in het laatste kwartaal gedaald tot onder de 14 dagen In minder vorderingen en ruim ,- meer kunnen verhalen ten opzichte van Ontwikkelingen klantenbestand De stijging van ons klantenbestand in (7,7%) is minder groot dan in 2015 (8,8%). Er was sprake van een toenemende instroom van nieuwe statushouders (401 personen in ). De oorzaak van de minder grote stijging is met name dat er een grotere uitstroom naar werk is dan in 2015, namelijk een stijging van 15%. Dit neemt niet weg dat ons streefpercentage en de prestatieafspraak van 4% groei van het klantenbestand niet verwezenlijkt kon worden. Een positieve ontwikkeling is dat na de flinke groei in de afgelopen 5 jaren de groei aan het afvlakken is. Door extra inspanningen van de RSD en de aantrekkende economie verwachten we dat onze uitstroom in 2017 nog meer gaat toenemen. De extra inspanningen om deze kansen te verzilveren, worden opgenomen in het Tweejarenplan Tabel 1: Groei klantenbestand per gemeente Jaar Bunnik De Bilt UH WbD Zeist Totaal Januari Maart Mei Eind juli December Percentages 17,2% 11,9% 9,4% -1,8% 6,6% 7,7% Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 6

107 Opvallend is dat het klantenbestand van Wijk bij Duurstede met -1,8% is gedaald, terwijl het aantal klanten uit de andere 4 gemeenten in dezelfde periode juist is gestegen. Een belangrijke reden van deze afwijking is het aantal statushouders dat in verhouding veel minder hard (23%) gestegen is in Wijk bij Duurstede ten opzichte van De Bilt (117%), Zeist (57%) en Utrechtse Heuvelrug (46%). Alleen de stijging van het aantal statushouders in Bunnik (18%) is vergelijkbaar met Wijk bij Duurstede. Ontwikkelingen klantenbestand t.o.v. regionaal en landelijk gemiddelde Grafiek 1: Vergelijking groei klantenbestand (regionaal en landelijk) Uit grafiek 1 kan geconcludeerd worden dat de stijging van ons klantenbestand in hoger is dan het landelijk gemiddelde en gelijk aan onze arbeidsmarktregio Utrecht- Midden. De stijging is voornamelijk veroorzaakt door de instroom van statushouders, die groter is dan voorheen. Instroomredenen Grafiek 2 geeft weer wat de voornaamste redenen zijn van de instroom in : de instroom van statushouders en andere migranten (16%); de doorstroom van WW naar bijstand (17%); de instroom wegens geen of onvoldoende inkomsten (21%). Grafiek 2: Instroomredenen Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 7

108 Statushouders In vergelijking met vorig jaar (203) is het bestand statushouders in (432) meer dan verdubbeld. Het aantal jongere statushouders is inmiddels gegroeid tot ruim een derde van het gehele jongerenbestand. Voor meer informatie over deze doelgroep en onze aanpak zie verderop (3.3 Prioritaire doelgroepen). Grafiek 3: Aantal statushouders met uitkering Eind > 27 jaar Eind <27 jaar Grafiek 4: Aantal statushouders per gemeente Zeist WbD UH De Bilt Bunnik Einde WW De daadwerkelijke doorstroom van WW naar bijstand is in met 7% gedaald ten opzichte van Dat betekent dat in 15 WW ers minder instroomden dan Met het aantrekken van de arbeidsmarkt is onze verwachting dat de instroom vanuit de WW in 2017 blijft dalen. Dit terwijl de laatste prognose van UWV (juli, zie tabel 2) nog aangaf dat er geen verandering werd verwacht in het aantal WW ers dat doorstroomt. In hebben we samen met UWV een aantal voorlichtingsbijeenkomsten gehouden voor WW ers die zonder interventie binnen 3 maanden van WW naar bijstand konden doorstromen. Dankzij deze samenwerking hebben we in aan 195 personen vroegtijdig informatie kunnen geven over de Participatiewet en de gevolgen daarvan. Deze doelgroep kon preventief gebruik maken van de faciliteiten van het Jobcenter en het Werkgeversservicepunt (WGSP) van de RSD. Tabel 2: De doorstroom van WW naar bijstand (prognose van UWV) Prognose doorstroom Daadwerkelijke doorstroom Bunnik De Bilt UH WbD Zeist Totaal Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 8

109 Controle aan de poort Om de instroom te beperken hebben we in ons proces bij aanvraag aangepast. Vanwege de toenemende instroom, is dit proces in nog meer toegesneden op het snel in beeld krijgen van de klantsituatie en het doorverwijzen van klanten naar interventies gericht op het vinden van werk. Inwoners die zich melden voor ondersteuning wordt direct een aanbod gedaan. Onze contactmomenten met deze inwoners zijn intensief en hen wordt een aantal workshops aangeboden, nog voor een eventuele uitkering. Hierin staan sollicitatievaardigheden centraal en zetten wij in op bemiddeling naar werk. De verwachting is dat dit leidt tot een daling van het aantal aanvragen. Gedurende dit proces kunnen we beter beoordelen of er eventueel aanspraak bestaat op een voorliggende voorziening. Tegelijk is het intensieve contact met klanten in deze voorfase bevorderend voor de handhavende taak en rechtmatigheidscontrole. Bijzondere bijstand en minimabeleid. Om een beter inzicht te krijgen op eventuele voorliggende voorzieningen krijgen de procesregisseurs en handhavers een gerichte training. Het nieuwe poortproces zal in 2017 verder doorgevoerd en verfijnd worden waardoor we betere resultaten verwachten (zie hieronder 2.4 voor de handhaving aan de poort). Bijzondere bijstand In hebben we te maken gehad met een toename van het aantal aanvragen die voornamelijk veroorzaakt zijn door de toename van bewindvoeringskosten en de stijging van het aantal bijstandsgerechtigden, met name de groeiende groep statushouders. Het aantal afgehandelde aanvragen is in gestegen met 24% ten opzichte van Collectieve aanvullende zorgverzekering (Caz) In hebben we meer klanten bereikt voor de collectieve aanvullende zorgverzekering (Caz). Dat is in de lijn met eerdere zienswijzen van de deelnemende gemeenten om deze regeling onder de aandacht te brengen van inwoners. Namens de 5 deelnemende gemeenten heeft de RSD twee zorgverzekeraars geselecteerd: Menzis en Zilveren Kruis. Beide verzekeraars bieden verschillende pakketten aan. De klant bepaalt zelf hoe uitgebreid zijn/haar aanvullende pakket is en dus hoeveel premie de klant moet betalen. Meedoen met de Caz, heeft voor de klant verschillende voordelen: een uitgebreide zorgverzekering met ruime vergoedingen; korting op de premie voor de basisverzekering; een deel van de premie voor de aanvullende verzekering wordt door de gemeente betaald; iedereen wordt door de verzekeraars geaccepteerd, ook als iemand minder gezond is; de eigen bijdrage Wmo is ook verzekerd in het meest uitgebreide aanvullende pakket. Eind 2015 ontvingen alle bijstandsklanten, die nog geen gebruik maakten van de Caz, een informatiebrief om hen te attenderen op de mogelijkheden en voordelen van de Caz. Daarnaast hebben we klanten in huis aan huis bladen hierover geïnformeerd. Mede dankzij goede communicatie zijn we er in geslaagd om meer klanten (een toename van 27%) te bereiken die aan de voorwaarden voldoen. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 9

110 Tabel 3: Toename aantal Caz verzekerden per gemeente Gemeente ZKA Menzis Totaal Toename De Bilt % Bunnik % WbD % UH* % Zeist % *UH heeft ook een lokale regeling waar veel inwoners gebruik van maken. Minimabeleid Jaarlijks hebben we te maken met een piek van het aantal aangevraagde minimaregelingen. Deze piekbelasting concentreert zich veelal in het eerste kwartaal, waardoor de aanvrager met te lange doorlooptijden werd geconfronteerd. Medio december, nadat de Snelbalie voor de Individuele Inkomenstoeslag (IIT) was geïmplementeerd, zijn alle klanten alsnog per brief in kennis gesteld van een mogelijk recht op een minimaregeling. Er zijn ruim 700 brieven verstuurd waarvan ruim 200 klanten vóór 31 december alsnog een aanvraag hebben ingediend via de digitale Snelbalie. Het ligt in de lijn der verwachting dat de overige klanten in januari 2017 alsnog een aanvraag zullen indienen. Doorlooptijden De achterstanden in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand en collectieve ziektekostenverzekeringen zijn volledig weggewerkt. Dat is ook in de lijn met eerdere zienswijzen van de deelnemende gemeenten die naar kortere doorlooptijden streefden. De doorlooptijden van aanvragen bijzondere bijstand, collectieve ziektekostenverzekeringen, individuele inkomenstoeslagen en minimabeleid zijn in het laatste kwartaal gedaald tot onder de 14 dagen. De gemiddelde doorlooptijd is hoger, maar dit heeft te maken met het feit dat er over de hele periode gemeten wordt. Door de invoering van de digitale Snelbalie zullen de doorlooptijden nog korter worden. Dit omdat in de loop van 2017 alle aanvragen minimaregelingen en bijzondere bijstand direct via de Snelbalie zullen worden afgehandeld. 2.2 Schuldhulpverlening Het aantal schuldhulpverleningsaanvragen is ten opzichte van 2015 licht gedaald. Vóór legden we de focus op de schuldregelingsaanvragen en vrijwillig budgetbeheer voor klanten die in een schuldregeling zaten. In zijn we gestart met een uitbreiding van onze dienstverlening die past bij onze visienota Van bolwerk naar netwerk en zich uitstrekt van preventie, vroeg signalering, brede intake, budgetbeheer, schuldregelingen tot goede nazorg. Op deze manier willen we ervoor zorgen dat we op termijn, samen met de lokale wijk- en dorpsteams, het aantal schuldregelingen kunnen beperken. Deze aanpak is zowel voor de klant als voor onze bedrijfsvoering een betere keuze. Immers: schuldregelingen zijn tijdrovend, kostbaar en voor onze klant ook zeer intensief. In het Tweejarenplan en het Beleidsplan Schuldhulpverlening wordt dit verder uitgewerkt. Gastlessen 'Omgaan met geld' We zetten ons steeds vaker in bij preventie. Dat doen we ook op verzoek van onze netwerkpartners. Een voorbeeld daarvan is de gastlessen die we verzorgen op de Oranje Nassauschool in Bilthoven in het kader van het project omgaan met geld. Dat is een project vanuit Samen voor De Bilt en MENS de Bilt. Binnen het project worden scholieren op een actieve manier geïnformeerd over hoe je verstandig met geld omgaat, om te voorkomen dat ze Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 10 later niet in een schuldsituatie terechtkomen.

111 2.3 Terugvordering en verhaal Sinds 1 januari is een nieuwe werkwijze geïmplementeerd. De RSD ontvangt automatisch van het Inlichtingenbureau een signaal over een debiteur als er sprake is van gewijzigde omstandigheden die van invloed kunnen zijn op het inkomen en/of vermogen van een debiteur. Op deze manier kunnen we signaal gestuurd werken en is het niet meer noodzakelijk om jaarlijks hercontroles uit te voeren. Omdat we focus kunnen aanbrengen op de signalen waarbij in veel gevallen sprake is van gewijzigde omstandigheden (wijziging inkomen/of vermogen) zijn we er in geslaagd om 18% van het totaal (standcijfer januari ) terug te vorderen en 17% te kunnen verhalen op bijvoorbeeld ex partners. Dat is een toename van respectievelijk 5% en 3,5% ten opzichte van Mede daardoor hebben we een half miljoen euro minder vorderingen en ruim ,- meer verhaald ten opzichte van Handhaving Onze nieuwe handhavingsbenadering in de afhandeling van handhavingsonderzoeken heeft in duidelijk geresulteerd in een substantiële daling van het aantal bezwaarzaken. Op het gebied van handhaving hebben we in een wijziging in de benadering doorgevoerd die we dienstverlenend handhaven noemen. Dit houdt in dat we meer accent leggen aan de voorkant van het proces, dus van reactief naar een proactieve benadering. Door al bij de aanvraag het accent rondom handhaving goed naar de klant te belichten, kunnen we vaak voorkomen dat een klant ten onrechte een uitkering aanvraagt. In zijn we gestart met het goed equiperen van de uitvoerende regisseurs om deze taak te kunnen uitvoeren. 2.5 Bezwaar en beroep In zijn er 240 bezwaarzaken binnengekomen tegen besluiten van de RSD. In verglijking met 2015 is dit een daling van 27%. Onderzoek naar de aard van de ingediende bezwaren laat zien dat de daling met name is te vinden op het gebied van terugvorderingsonderzoeken, boeteonderzoeken en maatregelonderzoeken. Een groot deel van het aantal bezwaren had in betrekking tot de besluiten omtrent bijzondere bijstand. In heeft er een wijzing plaatsgevonden in het buitenwettelijk begunstigend beleid ten aanzien van toekenningen van bijzondere bijstand waardoor het in veel gevallen tot bezwaar heeft geleid. Het aantal lopende beroepszaken stijgt. Dit terwijl het aantal gegrondverklaringen, zowel in bezwaar als in beroep, is gedaald. Dit betekent dat zorgvuldige besluitvorming en aandacht voor de juiste motivering en onderbouwing van besluiten noodzakelijk is. Een juiste motivering en onderbouwing leidt tot een hoger draagvlak van het genomen besluit en zal tezijnertijd zijn weerslag hebben op het aantal bezwaar- en beroepzaken. Hieraan zal in 2017 extra aandacht worden besteed. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 11

112 3 Programma Participatie De RDWI streeft er samen met de vijf deelnemende gemeenten naar dat iedereen zoveel mogelijk kan meedoen in de samenleving. Voor zover mogelijk via betaald werk op de reguliere arbeidsmarkt, maar voor wie dat niet mogelijk is, streven we naar een andere vorm van betekenisvolle daginvulling. Het afgelopen jaar heeft wat betreft het programma participatie voor een groot deel in het teken gestaan van de ontwikkeling van het gebiedsgerichte werken en van de focus op door- en uitstroom via de ontwikkeling van innovatieve projecten, veelal samen met private en publieke partners. De belangrijkste resultaten zijn, kort samengevat: Meer lokale aansluiting door deelname projecten en gemeentelijke activiteiten. Het aantal bemiddelingen door het werkgeversservicepunt (WGSP) bij werkgevers is 35% hoger ten opzichte van de prestatieafspraken (200) klanten in regie. Dat is ruim 50% meer dan de prestatieafspraak (800) Diverse innovatieve projecten zijn in gang gezet, gericht op het verzilveren van kansen bij werkgevers (zie kaders) 3.1 Lokale aansluiting, wijkgericht werken en sociale wijkteams Om onze klanten beter te helpen is het van belang om de dienstverlening van de RSD te verbinden met lokale partners, zoals sociale wijkteams, zorginstellingen, maatschappelijke instanties, vrijwilligersorganisaties et cetera. Daarom werken de professionals van de RSD sinds januari vanuit gebiedsgerichte, multidisciplinaire teams (MDT s) met elk een eigen geografisch werkgebied. Met deze nieuwe organisatievorm is het mogelijk om een samenwerkingsrelatie op te bouwen met de wijkteams van een bepaalde gemeente en andere relevante lokale partners. Op deze wijze kan de klant actief gewezen worden op lokale zorg- en dienstverlening en mogelijkheden om te participeren in de eigen omgeving. Verder ontstaan er gemeenschappelijke initiatieven om de klant nog beter van dienst te kunnen zijn. Programma Gebiedsgericht Werken Begin is het Programma Gebiedsgericht Werken gestart. Het Programma bundelt initiatieven en projecten die een bijdrage leveren aan de lokale verankering van de gebiedsgerichte teams van de RSD. Zowel op uitvoerend als op beleidsmatig en strategisch niveau zijn mogelijkheden voor samenwerking verkend en initiatieven gestart. 3D Denktank Ondersteunend aan het Programma gebiedsgericht werken is de 3D Denktank opgericht. De 3D Denktank onderzoekt gemeente overstijgend hoe de Participatiewet in de sociale wijkteams ingebed kan worden en hoe deze zich verhoudt tot de andere 2D s. We hebben de vijf transformatiemanagers van de KRH-gemeenten bereid gevonden om met ons mee te denken over verdere uitvoering van ons Programma; zij vormen samen met de programmaleider en een beleidsadviseur van de RSD de Denktank. Er tekenen zich inmiddels verschillen af tussen de gemeenten in het gebiedsgericht werken en daarmee varieert de vorm van de verankering van onze MDT s in de lokale infrastructuur. Dit is logisch omdat enerzijds de lokale sociale infrastructuur verschillend is en anderzijds omdat in samenwerking met de gemeenten, wegens lokale ontwikkelingen, accenten zijn gelegd (bijvoorbeeld nadruk op schuldenpreventie, bevordering participatie en ondersteuning minimabeleid). Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 12

113 In is ook geïnvesteerd in kennismaking en onze zichtbaarheid binnen het netwerk, door onder andere: werkbezoeken, thema-middagen, casuïstiekbesprekingen, nieuwsbrieven en voorlichtingsbijeenkomsten over de dienstverlening van de RSD. In vier gemeenten werken we inmiddels gedeeltelijk lokaal en in de vijfde gemeente (Bunnik) gaan we dat op korte termijn (eerste kwartaal 2017) doen. Voordelen van lokaal aanwezig zijn, zijn de korte lijnen met andere organisaties, het opdoen van kennis over het lokale sociale domein en de positieve waardering van de klant over lokale zichtbaarheid en bereikbaarheid van de RSD. Onderstaand overzicht bevat een globaal overzicht van een aantal manieren waarop de lokale aansluiting in de praktijk vorm krijgt. Tabel 4: Overzicht gebiedsgerichte activiteiten Bunnik Speeddate Centrum voor Elkaar (okt ) Uitstroomoverleg Vso/Pro/Uwv RSD projecten voor asielzoekers en statushouders De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Zeist Project Op weg naar participatie Samenwerking schuldhulpverlening en lokale organisaties/ SSW Periodiek casuïstiekoverleg tussen SWT/MDT en CJG/Actie.Talent Bijeenkomst organisaties sociaal domein (Q1) Medeorganiseren cursus Bewust omgaan met geld door SHV P-coach werkt lokaal Uitstroomoverleg Vso/Pro/Wmo/Uwv Doorontwikkeling Formulierenbrigade in de wijk RSD projecten voor asielzoekers en statushouders Participatie interventieteam probleemgerichte aanpak overlastgevers De Verleiding 2.0 (uitbreiding doelgroep; niet-uitkeringsgerechtigden en statushouders) Participatie SHV in het interventieteam Bijeenkomst organisaties sociaal domein (sept. ) Medeorganiseren Geldwijzermarkt (okt. ) Uitstroomoverleg Vso/Pro/Wmo/Uwv RSD projecten voor asielzoekers en statushouders Formulierenbrigade participeert in Grip op Geld spreekuur MDT-leden werk op locatie Binding Minimaconsulenten bemensen lokaal loket; Schuldhulpverlening wekelijks aanwezig in financieel spreekuur Zicht op geld Pilot SHV Vroeg erop af Deelname Participatietafel RSD projecten voor asielzoekers en statushouders Doorontwikkeling Formulierenbrigade in de wijk Project Activering in de Wijk Pilot Schuldhulpverlening (Zeist Oost/Centrum) Aansluiting MDT-leden Overleg Wijkteams Deelname Doorbraakbijeenkomsten Deelname SHV Schuldenconferentie Uitstroomoverleg Vso/Pro/Wmo/Uwv Participatie interventieteam probleemgerichte aanpak overlastgevers RSD projecten voor asielzoekers en statushouders Doorontwikkeling Formulierenbrigade in de wijk 3.2 Werk Uitstroomresultaten In hebben we de prestatieafspraak voor de uitstroom naar werk en scholing ruimschoots (318) gehaald. Percentueel is ten opzichte van 2015 ongeveer 15% meer uitstroom gerealiseerd. Dit is opmerkelijk omdat de uitstroom aan het begin van het jaar nog moeizaam op gang kwam. Een belangrijke oorzaak hiervan was dat de nieuwe werkwijze nog ingebed moest worden in de organisatie. In de tweede helft van het jaar is Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 13

114 er een flinke inhaalslag gemaakt. De nieuw ingerichte multidisciplinaire teams (MDT s) zorgden voor betere aansluiting met netwerkpartners en meer focus op uitstroom. Een nauwere aansluiting op de (lokale) arbeidsmarkt geeft ook meer resultaat. We zien nog steeds dat hierin een verbeterslag te maken is. Om die reden zien we kansen om de uitstroom naar werk in 2017 verder te vergroten. Werkgeverservicepunt (WGSP) De koppeling van het WGSP met de MDT s heeft in een nieuw impuls gegeven aan de uitstroom. Een direct zicht op het profiel van de doelgroep zorgt er voor dat het WGSP beter in staat is om de vraag en aanbod dichter naar elkaar toe te brengen en in samenwerking met werkgevers meer mogelijkheden te creëren voor groepen klanten. Dit heeft geleid tot een toename van het aantal branchegerichte projecten (12) en daarmee ook van het aantal bemiddelingen (272). Het aantal bemiddelingen bij werkgevers is daarmee t.o.v. de prestatieafspraken (200) met 35% gestegen. De projecten van het WGSP worden steeds innovatiever omdat ze niet slechts bedoeld zijn voor jobready klanten maar ook voor verschillende doelgroepen uit ons klantenbestand die meer afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Dit betekent dat binnen een en hetzelfde project voor een persoon een werkervaringsplek gericht georganiseerd wordt en voor een andere een betaalde baan. Een voorbeeld daarvan is het project Lucht geeft Werk waarin klanten van verschillende niveaus werkervaring opdoen (zie kader). In het project Het Brede Bos kijken we, in samenwerking met Staatsbosbeheer en de gemeente Zeist, naar mogelijkheden voor werk en participatie voor een brede doelgroep. RSD All inclusive challenge Wie heeft het baanbrekende idee om de inclusieve doelgroep aan het werk te helpen? Diverse lokale ondernemers gingen met deze vraag aan de slag na het uitschrijven van de RSD All inclusive challenge. Zij stuurden hun ideeën in om de brede doelgroep die onder de Participatiewet valt op innovatieve wijze kans op werk te bieden. Onder voorwaarden leveren we een financiële bijdrage aan het initiatief in de vorm van outputfinaciering. Het project Lucht geeft werk is een van de winnaars van de RSD All inclusieve challenge. Een uniek project waarbij winst voor het milieu, de werkgelegenheid, de verkeersveiligheid én de portemonnee hand in hand gaan. Sinds oktober staat een bijzondere groep servicemedewerkers klaar op Landgoed Zonheuvel om de autobanden van bezoekers op de juiste spanning te brengen. Een nieuwe service die Landgoed Zonheuvel bezoekers biedt in samenwerking met de RSD en het bedrijf Band op Spanning. De deelnemers doen binnen het project werkervaring op. Studenten van de Hogeschool Ede doen gedurende de looptijd van het project onderzoek naar hoe deze dienstverlening ook voor de langere termijn succesvol kan worden aangeboden. Jobcenter In hebben 606 klanten gebruik gemaakt van de diensten van het Jobcenter. In de eerste helft van het jaar was dat nog veelal individuele dienstverlening. In de loop van het jaar is een verschuiving naar groepsgerichte aanpak bewerkstelligd. Naast de klassikale sollicitatietrainingen organiseerde het Jobcenter, in samenwerking met de MDT s, meer bijeenkomsten gericht op het groepsgewijs plaatsen van klanten op de projecten. Deze bijeenkomsten zijn bedoeld om klanten te werven of voor te bereiden op de projecten. In het najaar heeft het Jobcenter gewerkt aan een serie van workshops die per 2017 in ons nieuwe poortproces worden ingezet. Deze workshops zijn bedoeld voor klanten die Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 14

115 (bijna) jobready zijn. Nog voordat de uitkering ingaat beginnen zij in de workshops te zoeken naar werk. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met het WGSP. Grafiek 5: Stijging van uitstroom werk, plaatsingen WGSP en deelnemers Jobcenter Eind juli Eind december Uitstroom naar werk Aantal plaatsingen WGSP Aantal deelnemers Jobcenter Klanten in beeld en in regie Van al onze klanten willen we, middels een persoonlijk gesprek vastgelegd in het diagnose systeem Competensys, een duidelijk actueel klantbeeld verwerven. Het doel is uiteindelijk om op een adequate manier een vervolgtraject gericht op werk, of als dat niet haalbaar is gericht op maatschappelijke participatie, aan te kunnen bieden. In mei zijn wij daartoe gestart met het project Klant in beeld. Voor dit project hebben wij samenwerking gezocht met Biga Groep. De in beeld gebrachte klanten zijn overgedragen aan MDT s voor een vervolgtraject. Dit betekent dat de inschatting is gemaakt dat deze klanten binnen een jaar een stap op de ladder kunnen zetten. Tot nu toe is bijna de helft van de gesproken klanten overgedragen aan onze MDT s voor een vervolgtraject. Een bijkomend voordeel van dit project is dat we nog beter weten wat er nodig is om onze klanten een stap verder te helpen, via het gericht inzetten en of ontwikkelen van instrumentarium en via het versterken van de samenwerking met onze netwerkpartners in de regio. Het project Klant in beeld heeft ertoe bijgedragen dat het totaal aantal klanten in traject in (1.214) met meer dan 50% is toegenomen ten opzichte van de prestatieafspraak. Werk voor Zeist In waren 260 klanten binnen het lokale project Werk voor Zeist in begeleiding. De ambitie was om 100 klanten naar fulltime en parttime werk te kunnen laten uitstromen. Deze ambitie hebben we ruimschoots behaald. Van de 260 klanten zijn er ruim 120 mensen (waarvan 69 fulltime) uitgestroomd naar werk en opleiding. Om deze resultaten te kunnen boeken hebben we in onze aanpak regelmatig geëvalueerd om het leereffect te kunnen optimaliseren. Onze ervaring is dat het werken binnen een multidisciplinair team, de intensieve begeleiding en persoonlijke aanpak de efficiency heeft verhoogd ten opzichte van de reguliere werkwijze. De korte communicatielijnen en intensieve samenwerking dragen bij aan het succesvol begeleiden van mensen met een lange afstand tot de arbeidsmarkt. Daarnaast is samenwerken met partners binnen Zeist zeer waardevol en effectief gebleken. Daarmee konden we meer maatwerktrajecten inzetten met een betere aansluiting op de plaatselijke arbeidsmarkt, werkgelegenheid en lokale mogelijkheden. In hebben we naast het bestaande aanbod een aantal instrumenten ontwikkeld om de klanten optimaal jobready te maken: - De inzet van een groepsapp voor klanten die de trainingen volgen - Training solliciteren met gebruik van social media Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 15

116 - Imagocoaching - Jobcarving De RSD is van plan om de best practices van Werk voor Zeist in te bedden in de organisatie en ook voor de andere vier gemeenten in te zetten. Werk of participatie-aanbod voor de brede doelgroep We hebben in dus steeds meer zicht gekregen op onze doelgroep, zowel jobready klanten als andere klanten die eerder baat hebben bij participatieactiviteiten. Dit betekent dat we ons aanbod daarop aan moeten passen. In het afgelopen jaar hebben we daarop ingezet. Diverse projecten zijn gestart om een breed aanbod te creëren. Voorbeelden daarvan zijn het project Schoon Wijk in samenwerking met Wijk bij Duurstede of onze samenwerking met Kringloop Zeist. Ander voorbeeld is het project Werkcafé waarin een groep klanten als webredacteur ervaring opdoet door middel van het organiseren van workshops. Samenwerking BIGA Groep De ervaringen vanuit het project Klant in beeld leren dat de expertise van de professionals van RSD en BIGA Groep elkaar goed aanvullen. Naast deze nauwe samenwerking heeft in heeft een verkenning plaatsgevonden naar wat er nog meer mogelijk is, om zo de brede groep van de Participatiewet een stap verder te brengen naar (on)betaald werk of andere vormen van participatie. Uitgangspunt van de verkenning was om nog meer door- en uitstroom te realiseren via een bundeling van de expertise van beide organisaties. Vanuit de huidige samenwerking die steeds beter verloopt liggen veel kansen om de dienstverlening uit te bouwen en te vernieuwen met als doel om meer resultaat te bereiken ten behoeve van de inwoners en de werkgevers in deze regio. In zijn daarom door de RSD opnieuw afspraken gemaakt met BIGA Groep over de reintegratie van werkzoekenden uit ons klantenbestand, via onder andere de inzet van loonkostensubsidie. Samenwerking arbeidsmarktregio In de KRH regio zijn er tot nu toe 30 banen in het kader van de banenafspraak bij werkgevers gerealiseerd, gemeten tot en met het derde kwartaal van (zie UWV Factsheet banenafspraak Midden-Utrecht van februari 2017). Voor de hele arbeidsmarktregio geldt dat van de gerealiseerde banenafspraken het in 28% van de gevallen gaat om mensen uit de direct doelgroep van de Participatiewet 28%. Dit is 2% meer dan het landelijk gemiddelde van 26%. Rondom de banenafspraak, Actieplan Jeugdwerkloosheid en Europees Sociaal Fonds (ESF) werken we nauw samen met 15 gemeenten in de arbeidsmarktregio Utrecht-Midden. Deze samenwerking vindt plaats op zowel bestuurlijk en beleidsmatig als op uitvoerend niveau. Er zijn afgelopen jaar grote stappen gezet in de onderlinge samenwerking. Er wordt verkend op welke wijze de samenwerking nog verder versterkt en eventueel verbreed kan worden. Verder wordt de samenwerking op andere gebieden als de (re-integratie van) statushouders verkend. Op uitvoerend niveau weten de uitvoeringsorganisaties van de 15 gemeenten elkaar goed te vinden; zo wisselen de accountmanagers van de verschillende WGSP s vacatures en kandidaten uit, om zo de kansen voor de doelgroep te vergroten. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 16

117 Bijstandsverlening Zelfstandigen (BBZ) Klanten die een eigen onderneming willen starten kunnen bij ons ondersteuning krijgen middels een zogenaamd starterskrediet. We zien deze hulpvraag de laatste jaren sterk stijgen. Terwijl we in 2014 te maken hadden met slechts 41 aanvragen groeide dit aantal in 2015 door naar 76 en in naar 94. Volgens het IMK (Instituut voor Midden en Kleinbedrijf) is dit deels te verklaren door een landelijke stijging van het aantal startende ZZP ers, mede als gevolg van de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Een andere verklaring is dat we aan onze klanten (zowel bijstandsklanten als NUGgers) in samenwerking met het IMK een gerichte workshop en ondersteuning bieden die het starten van een eigen onderneming aantrekkelijker maken. Bij de groep gevestigden, ondernemers die failliet dreigen te gaan, is er helaas een lichte stijging in aanvragen BBZ. Dit volgt het landelijk beeld op het gebied van zakelijke dienstverlening. Het laatste kwartaal laat een stabilisatie zien. 3.3 Prioritaire doelgroepen Jongeren Het jongeren bestand is in met 11% gestegen naar 293 klanten. Positief is te melden dat we minder snel stijgen dan het regionaal en landelijk gemiddelde. Dit komt gedeeltelijk door het feit dat de uitstroom van jongeren in ten op zichte van 2015 is toegenomen. Dankzij de inzet van het jongerenteam Actie.Talent vonden 77 jongeren een nieuwe studie of een baan. Onze ambitie was om het bestand jongeren naar 250 terug te brengen. Deze ambitie is niet gehaald, met name door een sterke toename van het aantal jonge statushouders. In meldden 83 nieuwe jonge statushouders zich voor bijstand. Dat is een toename van 53% ten opzichte van Inmiddels maakt deze groep ruim een derde van het bestand uit. Grafiek 6: Stijging klantenbestand jongeren t.o.v. landelijke en regionale gemiddelde In onderstaande grafiek is te zien wat de instroomredenen in waren. Onder het kopje Immigratie, valt duidelijk op dat de instroom van statushouders met 29% de belangrijkste factor is van de stijging. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 17

118 Grafiek 7: Instroomredenen jongeren Actie.Talent werkt nauw samen met de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC), met name tijdens de zoektermijn om zoveel mogelijk jongeren direct terug naar school te leiden. Er wordt gezamenlijk voorlichting gegeven en geschakeld met het Actieplan Jeugdwerkloosheid. Tijdens de zoektermijn worden jongeren ook verwezen naar de jobhunters van het Actieplan om hen te ondersteunen in het vinden van een opleiding of betaald werk. Daarnaast verzorgde het Jobcenter van de RSD in workshops voor jongeren gericht op het bepalen van hun positie op de arbeidsmarkt en solliciteren. Ook is de samenwerking met het WGSP geïntensiveerd door het inzetten van een speciaal aangewezen accountmanager voor jongeren. In het afgelopen jaar zijn de contacten met het netwerk rondom jongerendienstverlening (zoals Centra voor Jeugd en Gezin en onderwijspartners) uitgebouwd. De specifieke netwerkpartners weten Actie.Talent te vinden en medewerkers van het team sluiten in samenwerking met de gebiedsgerichte teams aan bij de gemeentegerichte netwerken. Veel werk is verzet voor nietuitkeringsgerechtigde werkzoekenden (NUGgers). Onze samenwerking met speciaal en praktijk onderwijs (VSO/PrO scholen) heeft een vaste structuur gekregen. Via dit netwerk worden steeds meer jongeren door ons begeleid en ook geplaatst in banenafspraken. Een begin is ook gemaakt met de inzet op de meer kwetsbare jongeren en de groeiende groep statushouders. We zijn daarin een samenwerking aangegaan met diverse partijen waar we in 2017 resultaten van verwachten. Voorbeelden daarvan zijn BakkiebijBuurtje, Reconnact en het project K!xWorks (zie kader) om statushouders naar en op hun opleiding te begeleiden. K!X Works De RSD werkt samen met het MBO Amersfoort en Movsie om jonge vluchtelingen met een verblijfsstatus voor te bereiden op de Nederlandse arbeidsmarkt. Veel jonge nieuwkomers hebben moeite bij het vinden van een baan. Om te voorkomen dat zij (weer) een beroep moeten doen op bijstand of gedesillusioneerd raken, zetten we in op vroegtijdige begeleiding. Kick Works! Is een methode van Movisie die jongeren helpt inzicht te krijgen in de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en het schoolsysteem in Nederland. Jonge nieuwkomers die eerder via de RSD de Entree-opleiding voor Anderstaligen op het MBO Amersfoort zijn gaan volgen, worden het komend jaar intensief getraind in vaardigheden die nodig zijn om een baan te vinden. Ook gaan ze zich oriënteren op beroepen, bezoeken ze bedrijven in de regio en krijgen ze persoonlijke begeleiding van mentoren uit het bedrijfsleven. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 18

119 Taalachterstand en samenwerking met Taalhuizen Het voldoende spreken van de Nederlandse taal is een belangrijke voorwaarde voor de (re)integratie van onze klanten. Met de in implementeerde Wet Taaleis geeft de RSD nog meer aandacht aan het bestrijden van taalachterstand. In zijn alle klantregisseurs en participatiecoaches van de RSD door de medewerkers van de Stichting Lezen en Schrijven getraind om taalachterstand en laaggeletterdheid sneller te herkennen. Sinds zijn in alle 5 gemeenten zgn. Taalhuizen of Taalpunten aanwezig. Hoewel er per gemeente verschillen zijn, zorgen de Taalhuizen voor het aanbod van taal- en alfabetiseringscursussen. Daar wordt een passend taalaanbod gedaan. Ook vindt doorverwijzing plaats naar onder andere taalmaatjes. De RSD heeft samen met de gemeenten met deze organisaties afspraken gemaakt over de toeleiding van onze klanten, die op taalgebied extra ondersteuning nodig hebben. Deze afspraken zijn eind in gezamenlijke workshops verder uitgewerkt. Door deze pro-actieve werkwijze hoefde in nog geen formele taaltoets, zoals genoemd in de Wet Taaleis, te worden afgenomen. Statushouders en asielzoekers In heeft de RSD een begin gemaakt met de vernieuwde aanpak van de integratie: niet meer wachten tot inburgering is afgerond, maar meteen starten met extra taallessen en vrijwilligerswerk (zoals bij de Kringloopwinkel). Deze vernieuwde integratieroute moet samen met onze maatschappelijke partners in het eerste kwartaal 2017 definitief vorm krijgen. Uitgangspunt is dat werk de belangrijkste voorwaarde is voor volledige integratie. De RSD heeft de verantwoordelijkheid bij de regie op de integratieroute richting werk. Convenant met UAF In mei 2015 is het ons dankzij een breed ambtelijk en bestuurlijk draagvlak gelukt een samenwerkingsconvenant te sluiten met de stichting Vluchteling-Studenten UAF om hoogopgeleide inburgeraars met een vluchtelingachtergrond met behoud van uitkering te laten studeren. Job Cohen die namens het UAF dit convenant tekende, sprak van een unicum omdat na twee grote gemeenten, Amsterdam en Utrecht, vijf kleinere gemeenten in een keer dit convenant met het UAF tekenden. Met het UAF als een nieuwe specialistische netwerkpartner hebben we totaal 27 vluchtelingen de mogelijkheid gegeven om met behoud van hun uitkering te gaan studeren omdat ze geen recht hebben op studiefinanciering. Het UAF vergoedt de reis- en studiekosten en de RDWI blijft verantwoordelijk voor hun levensonderhoud. Met deze aanpak streven we naar een duurzame uitstroom van deze doelgroep naar werk zodat ze op eigen denkniveau kunnen bijdragen aan de Nederlandse samenleving en kenniseconomie. Op landelijk en regionaal niveau zijn bestuursakkoorden gesloten over huisvesting en versnelde integratie van deze groep nieuwe Nederlanders. Er ligt immers een opgave voor alle overheden. In onze regio werden in meer dan 400 nieuwe inwoners verwelkomd. Dit betekende voor de RSD 243 nieuwe uitkeringspartijen, waarvan 92 jongeren. 1 Een eerste beeld van deze groep, die voor een groot deel bestaat uit Syriërs, is dat veel statushouders goed zijn opgeleid en gemotiveerd zijn om te gaan deelnemen aan de samenleving. De RSD heeft structureel overleg met de 5 Vluchtelingenwerkorganisaties. Omdat de aantallen nieuwkomers zo groot zijn is goede afstemming van de processen van belang. De 1 Zie ook het onderdeel Inkomen Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 19

120 RSD heeft ten behoeve van de vergroting van de kansen van hoger opgeleide klanten een convenant met UAF. In waren 27 RSD klanten in begeleiding bij het UAF (zie kader hierboven). Vanuit de RSD is in regiobrede bijdragen geleverd aan de invulling van het traject richting de Participatieverklaring en de voorbereiding van de vroegtijdige screening in de AZC s. Ook is de RSD volop betrokken bij lokale of specifieke projecten voor de doelgroep, zoals K!xWorks (zie kader), WeMatch (De Bilt) en WegWijz in Zeist. In totaliteit nemen inmiddels zo n 60 klanten van de RSD uit de doelgroep deel aan deze projecten. Om een deel van de intensieve trajecten voor deze doelgroep te financieren heeft de RSD een aanvraag ingediend voor een bijdrage uit de ESF-subsidie voor Actieve Inclusie. In de arbeidsmarktregio worden afspraken gemaakt over samenwerking om stage- en werkervaringsplaatsen te vinden. Inburgering Dankzij onze groepsgewijze aanpak is het ons gelukt om het aantal openstaande handhavingsdossiers van 180 terug te brengen naar 42 dossiers. De laatste dossiers worden voor een groot deel in 2017 afgehandeld worden. Voor de handhavingstaken van klanten die uitstel kunnen krijgen van hun handhavingstermijn blijven we nog verantwoordelijk. 3.4 Kinderopvang De Participatiewet, de verbreding van onze doelgroep en de toenemende instroom van statushouders hebben in niet geleid tot de stijging van het aantal kinderopvang aanvragen. De verwachting is dat het aantal aanvragen in 2017 wegens de stijging van de groep inburgeringsplichtige statushouders en de groeiende groep klanten met een traject wel zal toenemen. 3.5 Wet sociale werkvoorziening BIGA Groep BV voert in opdracht van de RDWI de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) uit in de regio KRH. Sinds 1 januari 2015 is er geen instroom meer mogelijk in de Wsw. Mensen met een Wsw-dienstverband die vóór 1 januari 2015 zijn ingestroomd, behouden hun rechtspositie. Rapportage over de Wsw-cijfers worden gedaan conform de eerder gemaakte afspraken en zijn gebaseerd op de volgende sociale pijlers: Realisatie van gevarieerder aanbod van sw-werkplaatsen (onder meer door realisatie van kleinschaligheid) Realisatie van werk op de door de sw-medewerker gewenste locatie (waaronder realisatie van werk dichter bij de eigen woonplaats) Realisatie van ontwikkelingskansen voor sw-medewerkers De sociale pijlers zijn vertaald in een aantal prestatie-indicatoren. Bij de meeste prestatieindicatoren scoort BIGA Groep op of boven de gestelde norm. Bij de indicator voor de mobiliteit van Wsw-ers is er een verdere afname te zien van het aantal bewegingen. Dit wordt verklaard door het feit dat het aantal Wsw-ers in absolute zin afneemt en veel Wswers hun maximale mogelijkheden hebben bereikt. Voor de komende jaren worden de prestatieafspraken met BIGA Groep in overleg met de gemeenten herzien, omdat een aantal indicatoren gezien de gewijzigde wetgeving minder relevant is geworden. De volledige rapportage van BIGA Groep is opgenomen in bijlage 2. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 20

121 4 Financiën & control Algemeen De belangrijkste constateringen bij het Jaarverslag zijn: 1. De uitkeringslasten zijn met 9.4% gestegen in ten opzichte van Het aantal klanten is in dezelfde periode met 7.7% gestegen. De stijging van het aantal bijstandspartijen is eind afgevlakt. 2. De uitvoering van een drietal revolving fund projecten heeft in opgeleverd. Met de beschikbare middelen uit 2015 is in totaal ruim beschikbaar voor (nieuwe) re-integratie-projecten. De besparingen van deze projecten komen tot uiting in een lager bruto tekort van het gebundelde budget; 3. Ten opzichte van de Najaarsnota zijn de lasten van bijzondere bijstand en minima verder gestegen. Het aantal aanvragen voor bijzondere bijstand ligt 20% hoger dan de oorspronkelijke verwachting begin dit jaar. De lasten bijzondere bijstand zijn ten opzichte van 2015 met 23% gestegen en de lasten van de collectieve ziektekostenverzekeringen zijn t.o.v met 13.3% gestegen. 4. De stijging van de lasten van de Individuele inkomenstoeslagen (IIT)met 3.7% blijft achter bij de stijging van de bijzondere bijstand en de collectieve ziektekostenverzekeringen. Dat wordt veroorzaakt omdat de inhaalslag van aanvragen IIT deels in 2017 wordt afgewikkeld. Een stijging van de lasten met 20% ten opzichte van 2015 zou betekenen dat de lasten IIT in op ongeveer zouden uitkomen. Het verschil tussen de werkelijke realisatie en de eenmalige extra lasten in 2017 bedraagt Hier wordt in 2017 rekening mee gehouden. 5. Het tekort op de apparaatskosten van wordt vooral veroorzaakt door eenmalige lasten veroorzaakt door de invoering van het individueel Keuzebudget per Dit betekent concreet dat (eenmalig) extra 7 maanden vakantiegeld als extra last ( ) in de jaarrekening van moet worden verantwoord. 6. Bedrijfsvoering: a. De achterstanden in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand en collectieve ziektekostenverzekeringen zijn volledig weggewerkt. b. De doorlooptijden van aanvragen bijzondere bijstand, collectieve ziektekostenverzekeringen, individuele inkomenstoeslagen en minimabeleid zijn in het laatste kwartaal gedaald tot onder de 14 dagen. c. Een positieve ontwikkeling is dat de kwantitatieve formatiedoelstellingen van onze transitie op 1 januari 2018 worden behaald. Daarentegen eisen de kwalitatieve doelstellingen die gepaard gaan met de transitie meer van onze medewerkers. Hier ontstaat frictie. Verder speelt een rol dat ons klantenbestand hoger is dan verwacht bij de start van de transitie. Deze ontwikkelingen zetten onze uitvoeringsorganisatie onder druk. Bij de Voorjaarsnota van 2017 zal duidelijk worden hoe hoog de frictiekosten als gevolg van de transitie zullen zijn. Daarbij zal tevens een voorstel ter dekking van de frictiekosten worden opgenomen. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 21

122 Het klantenbestand en uitkeringslasten Ten opzichte van de Najaarsnota is het bruto tekort (tabel 5) op het gebundelde budget gedaald met 0.56 miljoen. De aanvullende uitkeringen van het Rijk zijn ten opzichte van de verwachting bij de Najaarsnota eveneens gedaald namelijk met 0.91 miljoen. Het netto tekort voor gemeenten is gestegen met 0.35 miljoen. Dat wordt veroorzaakt door de financiering van de revolving fund projecten Handhaving en Voorliggende voorziening. Dit leidt tot een hoger maximaal tekort en dus hogere bijdragen voor gemeenten in vergelijking met de Najaarsnota. In tabel 6 zijn de financiële consequenties van de revolving fund projecten voor opgenomen. De kosten ( ) van de projecten Handhaving en Voorliggende voorziening worden gefinancierd en afgerekend via programma gebundelde uitkeringen. De revolving fund baten van worden vervolgens ingezet voor (nieuwe) reintegratieprojecten. Tabel 5: Gebundeld budget, en baten Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Gebundelde uitkeringen/ BBZ Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Gebundelde uitkeringen/ BBZ Resultaten gebundeld budget Bruto Tekort Aanvullende uitkeringen Maximale tekort (tekort voor ontschotting) Verdeelsleutel Tekort (Netto) na ontschotting Bunnik ,2683% De Bilt ,8823% Utrechtse Heuvelrug ,8834% Wijk bij Duurstede ,6728% Zeist ,2932% RSD (revolving fund projecten Werk voor Zeist voorliggende voorziening en handhaving) Financiering projecten Totaal % Tabel 6: Voorziening revolving fund Voorziening Revolving Fund (baten) Saldo Dotatie Onttrekking Saldo Financiering projecten Project Werk voor Zeist Ext. Financ. Project Voorliggende Voorzieningen Project Handhaving Totaal beschikbaar Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 22

123 Vangnetregeling Buig De vangnetuitkering biedt gemeenten financiële compensatie voor grote(re) tekorten op het budget als bedoeld in artikel 69 van de Participatiewet. Om aanspraak te kunnen maken op een vangnetuitkering dient de gemeente aan een aantal voorwaarden te voldoen. Deze voorwaarden betreffen het onder de aandacht brengen van de raden van het tekort op het BUIG-budget, de maatregelen die worden getroffen om het tekort terug te dringen, alsmede het geven van een zienswijze hierop van de raden. De presentatie van de Voor- en Najaarsnota aan de raden en de tournee die de directeur van de RDWI in heeft gemaakt langs de raden om de maatregelen van de RSD toe te lichten hadden mede als doel aan de voorwaarden voor het aanvragen van de vangnetregeling te voldoen. Verder zijn in acties ondernomen die ertoe moeten bijdragen de tekorten zo laag mogelijk te houden. Onderstaand een overzicht van de ondernomen acties. 1. Instroombeperkende maatregelen en acties effectieve handhaving Controle aan de poort:. Een nieuw uitgebreid poortgesprek aan het begin van het proces is ingevoerd. De rol van de nieuw geïntroduceerde Proces- en klantregisseurs is zodanig dat we aan de kop van het dienstverleningsproces een integrale en klantvriendelijke handhavingsaanpak hebben bewerkstelligd. Doorstroom WW De WW-populatie die de maximale uitkeringsduur dreigt te bereiken preventief benaderen en te voorkomen dat zij in de bijstand instromen; Aangepast aanvraagproces Om de instroom te beperken hebben we in ons proces bij aanvraag aangepast. Vanwege de toenemende instroom, is dit proces in nog meer toegesneden op het snel in beeld krijgen van de klantsituatie en het doorverwijzen van klanten naar interventies gericht op het vinden van werk. Jongerenaanpak: We hebben het gehele proces nieuw opgezet en geïmplementeerd. De doelstelling van deze nieuwe opzet is veel meer aandacht en contact met de klant aan het begin van het proces, meer focus op terug naar school, iedereen in begeleiding (alle treden), nadruk op eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid. 2. Doorstroombevorderende maatregelen Uitbouwen sociale participatie: om meer klanten die (nog) niet naar werk toe kunnen in beweging te krijgen en te laten participeren naar vermogen en samen met gemeenten en lokale organisaties zoeken naar meer mogelijkheden om sociale participatie uit te bouwen. Inzet van het Jobcenter in het Poortproces. De inzet van het Jobcenter in het Poortproces is sterk uitgebreid. Alle klanten die een aanvraag indienen voor een uitkering worden meteen actief begeleid door het Jobcenter. Zij krijgen direct workshops gericht op solliciteren en worden daar actief in begeleid. Veel klanten met een taalachterstand hebben een groeipotentie naar trede 5 of 6. Deze groep wordt opgepakt met de nieuwe participatieaanpak, ook wanneer er een lagere groeipotentie is. Verder hebben we intensieve samenwerking gezocht met het ROC, Taal+ en regionale Taalhuizen en bieden we hen de mogelijkheid om hun Nederlands te verbeteren. Project Klant in beeld. In dit project actualiseren we het klantbeeld van ca klanten middels een bewezen diagnose instrument (CompetenSys) en daarnaast bepalen we hun theoretische loonwaarde. Het doel is om uiteindelijk een traject gericht op werk, of als dat niet haalbaar is, gericht op maatschappelijke participatie aan te bieden. Asielzoekers en statushouders Binnenkomende statushouders worden conform onze vernieuwde dienstverlening snel gesproken. Het is de bedoeling dat zij op basis van het plan van aanpak snel naar zinvolle daginvulling, vrijwillige activiteiten, leerwerktrajecten et cetera worden begeleid. Samenwerking BIGA Groep Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 23

124 Werk of participatie-aanbod voor de brede doelgroep We hebben in steeds meer zicht gekregen op onze doelgroep, zowel jobready klanten als andere klanten die eerder baat hebben bij participatieactiviteiten. Samenwerking arbeidsmarktregio Rondom de banenafspraak, Actieplan Jeugdwerkloosheid en ESF werken we samen met 15 gemeenten in de arbeidsmarktregio Utrecht-Midden. Deze samenwerking vindt plaats op zowel bestuurlijk en beleidsmatig als op uitvoerend niveau. Verder wordt de samenwerking op andere gebieden als de (re-integratie van) statushouders verkend. Werk voor Zeist In 2015 is een bepaalde aanpak binnen dit project ontwikkeld, welke in is voortgezet. De inzet van een team met meerdere disciplines, korte communicatielijnen en intensieve samenwerking draagt bij aan het succesvol begeleiden en jobready maken van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Er wordt samengewerkt met ketenpartners binnen de gemeente Zeist. Vrijwilligerswerk en maatschappelijk nuttige activiteiten Evenals in voorgaande jaren gaan we door met onze regionale invulling van wederkerigheid/tegenprestatie. Dit betekent dat we iedereen stimuleren om naar vermogen in de samenleving te participeren. Alle klanten die we spreken, vragen we om vrijwilligerswerk of andere maatschappelijk nuttige activiteiten te gaan verrichten als ze nog niet actief zijn. Lokale aansluiting, wijkgericht werken en sociale wijkteams Een belangrijke doelstelling is om de dienstverlening van de RSD te verbinden met lokale partners, zoals zorginstellingen, maatschappelijke instanties, vrijwilligersorganisaties et cetera. Daarom werken de professionals van de RSD als multidisciplinaire team (MDT) nadrukkelijk samen met het wijkteam van een bepaalde gemeente en andere relevante partners. De klantsituatie kan zo beter ingeschat worden, en over en weer komt zo een betere aanpak tot stand. De samenwerking met lokale netwerkpartners is verder geïntensiveerd en geformaliseerd waarbij reguliere medewerkers van de RSD ook op locatie werken. Lokale initiatieven Samen met de betrokken gemeenten werkt de RSD aan uitvoering van lokale participatie projecten (lokale initiatieven). De ontwikkelingen en focus binnen een gemeente, in combinatie met extra aandacht voor specifieke doelgroepen, geven de lokale initiatieven een eigen karakter en worden lokaal, binnen de betreffende gemeente, uitgevoerd. 3. Uitstroombevorderende maatregelen Screenen op voorliggende voorzieningen De RSD is een samenwerking met het adviesbureau SOZA XPERT aangegaan om na te gaan of klanten mogelijk recht hebben op een voorliggende voorziening, bijvoorbeeld vanuit het UWV, SVB of de Belastingdienst. Werkgeverservicepunt (WGSP) De koppeling van het WGSP met de MDT s heeft in een nieuw impuls gegeven aan de uitstroom. 4. Uitstroombevorderende maatregelen doelgroep Jongeren Jongeren in subdoelgroepen Om onze dienstverlening gerichter te kunnen inzetten hebben we deze doelgroep in verschillende subgroepen (bijvoorbeeld Jobready) verdeeld. De jongeren die bemiddelingsrijp zijn krijgen andere groepsgewijze workshops en trainingen dan inburgeringsplichtige statushouders die zich nog op de arbeidsmarkt moeten oriënteren. Zo zijn met het MBO Amersfoort afspraken gemaakt om deze groep op te leiden en tegelijkertijd te werken aan het behalen van de inburgeringsplicht zodat de jongeren zo snel mogelijk kunnen uitstromen naar arbeid of vervolgonderwijs. Samenwerking VSO-/PrO scholen Met VSO-/PrO scholen afspraken gemaakt om jongeren van die scholen (ook als zij nog geen uitkering ontvangen) tijdig en adequaat naar een (garantie-) baan te begeleiden; Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 24

125 Het jongerenteam Actie.Talent werkt nauw samen met de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC), het Jobcenter van de RSD en jobhunters van het Actieplan Jeugdwerkloosheid om jongeren te ondersteunen in het vinden van een opleiding of betaald werk. Statushouders Sinds maart zijn we in samenwerking met onze netwerkpartners met 4 gerichte projecten gestart om statushouders èn asielzoekers laagdrempelige leer/werkplekken te kunnen aanbieden. Lokale inzet WGSP De lokale akkoorden met verschillende gemeenten en werkgevers dragen enerzijds bij aan een positieve beeldvorming en bereidwilligheid van werkgevers die met ons willen meedenken. Anderzijds bieden ze mogelijkheden aan onze klanten. Het WGSP probeert vervolgens om deze samenwerking om te zetten in concrete projecten, danwel werkgeversplaatsen of vacatures. De toekenning van een vangnetuitkering gebeurt uitsluitend op verzoek van het college van burgemeester en wethouders van de tekortgemeente en dient voor 16 augustus 2017 te zijn ontvangen door de Toetsingscommissie vangnet Participatiewet. Toelichting vangnetregeling BUIG (IAU/MAU): Het is niet zeker dat een beroep op de vangnetregeling ook wordt gehonoreerd door het Rijk. Aan een beroep op de vangnetregeling is een aantal voorwaarden verbonden. De vangnetregeling compenseert tekorten op het budget van de Participatiewet als die groter zijn dan 5 procent (eigen risico). Tussen de 5 en 10 procent is de compensatie de helft. Boven de 10 procent is de compensatie volledig. De procedure van de vangnetregeling is in het kort als volgt: Als een gemeente voorziet dat zij mogelijk niet uitkomt met het budget verwacht het ministerie van SZW dat de gemeente maatregelen neemt om het voorziene tekort te beperken of te voorkomen. Daarnaast wordt er van uitgegaan dat het college de raad goed informeert. Voor het in behandeling nemen van een verzoek met betrekking tot is het voldoende dat de gemeente aantoont dat in een proces gericht op tekortreductie is ingezet. De behaalde resultaten worden inhoudelijk niet beoordeeld door het ministerie van SZW maar dit wordt overgelaten aan de gemeenteraad en zal voor de toekenning van de vangnetuitkering geen rol spelen. Het ministerie van SZW toetst slechts procedureel. Bijzondere bijstand en minimabeleid De lasten bijzondere bijstand en minimabeleid zijn in t.o.v met 23% gestegen. De meeste aanvragen voor bijzondere bijstand worden aangevraagd door (nieuwe) klanten met een bijstandsuitkering. De lasten van de collectieve ziektekostenverzekeringen zijn eveneens flink gestegen (+13.3%) ten opzichte van Ook bij deze regeling is het bereik vergroot. Tabel 7: Kosten bijzondere bijstand en minima per onderdeel Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Bijzondere bijstand CAZ Individuele Inkomenstoeslag Minimabeleid Totaal Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 25

126 Kinderopvang De lasten kinderopvang zijn ten opzichte van de Najaarsnota gestegen. De lasten zijn echter wel ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van Tabel 8: Kosten kinderopvang Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Kinderopvang Wet sociale Werkvoorziening De budgetten WSW worden via de RDWI beschikbaar gesteld aan BIGA BV en buitengemeenten. Het saldo van baten en lasten WSW is voor de GR RDWI budgettair neutraal. Het financiële risico voor de uitvoering WSW ligt evenals in voorgaande jaren bij BIGA BV (tabel 10). Tabel 9: Kosten Wet sociale werkvoorziening Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Wet Sociale Werkvoorziening Tabel 10: Verschil WSW subsidie minus WSW loonkostenbiga Subsidie Rijk WSW Subsidie van buitengemeenten Subsidie aan buitengemeenten Per saldo, subsidie WSW aan BIGA Loonkosten Sociale Werkvoorziening Resultaat Rijkssubsidie minus loonkosten SW Apparaatskosten De mutaties t.o.v. de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota zijn: - De bijdragen van gemeenten zijn hoger. Dat wordt veroorzaakt door het terugdraaien van de bezuiniging op de uitvoering van Schuldhulpverlening met (=voordeel). Verder zijn de bijdragen voor de uitvoering van de formulierenbrigade hoger (=voordeel). - De bijdragen van BIGA zijn lager (=nadeel) in verband met lagere salariskosten SW. In tabel 9 is inzicht gegeven in de WSW subsidie en de loonkosten die de RDWI doorbelast aan BIGA. Het verschil tussen die twee bedragen is het subsidieresultaat 2. Dat subsidieresultaat is negatief (voor de BIGA). Naar verwachting zal die negatieve trend zich de komende jaren voortzetten omdat de Rijkssubsidies verder dalen. - De overige baten zijn hoger. Het betreft hier hogere bijdragen voor reintegratie in eigen beheer (voordeel ), hogere incidentele bijdragen UWV en voor uitvoeringskosten ESF (voordeel ), huuropbrengsten BIGA 2 Bij het subsidieresultaat is geen rekening gehouden met personeelskosten die BIGA zelf maakt. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 26

127 (voordeel 3.088) en een incidentele bijdrage van KPN in verband met verhuur antenneruimte aan de Thorbeckelaan (voordeel 6.176). De belangrijkste mutaties t.o.v. de gewijzigde begroting bij de Najaarsnota zijn: - De huisvestingslasten zijn lager (=voordeel) in verband met de afrekening van servicekosten 2015 van t Rond 6. - De personeelslasten zijn hoger (=nadeel). Een specificatie hiervan is hieronder in tabel 11 opgenomen - De kosten van automatisering zijn lager (=voordeel) in verband met lagere lasten ICT kosten transitie van bolwerk naar netwerk (voordeel ) en hogere lasten voor het onderhoud van ICT systemen (nadeel 5.166). - De facilitaire kosten zijn lager in verband met lager dan verwachte telefoon en portokosten. - De kosten van advies zijn hoger (=nadeel). Dit wordt vooral veroorzaakt door (eenmalige) kosten voor de uitvoering van een DIGID assessment en hoger dan verwachte proceskosten. Tabel 11: Financiële mutaties kostenplaats personeel Incidenteel: Individueel Loopbaanbudget juni tot en met december N Incidenteel; loonkosten vast en inhuur N Incidenteel: Afrekening Werkkostenregeling 2014 met BIGA N Totaal N In tabel 12 is een volledige specificatie van de apparaatskosten opgenomen. Tabel 12: Apparaatskosten Apparaatskosten Realisatie 2015 Begroting Gewijzigde Begroting NJN Realisatie Verschil Bijdragen gemeenten Mutaties Totaal bijdragen Bijdragen van BIGA Sub Totaal Overige baten Bestemmingsreserves Totaal baten Kapitaallasten Rente Huisvesting Personeel Automatisering Facilitair Advieskosten Totaal lasten Totaal Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 27

128 Reserves en voorziening verandertraject en reorganisatie van bolwerk naar netwerk In 2015 is een voorziening van gevormd t.b.v. de reorganisatie van bolwerk naar netwerk. Het betreft hierbij de personele kosten (kwantitatief) die gepaard gaan met de reorganisatie. De reorganisatie en het daarop volgende verandertraject hebben een aantal kwalitatieve effecten gesorteerd die financieel nog niet zijn verwerkt. De plaatsingsprocedure waarvoor destijds is gekozen heeft niet op alle vlakken de kwaliteitsimpuls gebracht waar vooraf op was gehoopt. Bij de Begroting van 2018 worden deze frictiekosten worden gekwantificeerd; Verder zijn personele kosten gemaakt die betrekking hebben op het ingezette verandertraject. Hiervoor was oorspronkelijk begroot. In zijn kosten gemaakt. In 2017 is nog beschikbaar. Dit is exclusief externe subsidies die in 2017 worden toegekend; Ter ondersteuning van het verandertraject waren en zijn investeringen in ICT / automatisering noodzakelijk. Hiervoor was oorspronkelijk begroot. In zijn kosten gemaakt. Voor 2017 is nog een bedrag van beschikbaar. Tabel 13: Reserves en Voorziening verandertraject van bolwerk naar netwerk Saldo Dotatie Onttrekking Saldo Voorziening reorganisatie Sub-totaal Best. reserve: ICT / automatisering Best. reserve: transitie personeel Sub-totaal Totaal In de jaarrekening is van bovenstaande bestemmingsreserves per kostensoort een specificatie opgenomen. Formatie Vanaf 2017 moet de formatie van de afdeling Dienstverlening volgens het inrichtingsdocument zijn afgenomen naar 90,6 fte en vanaf januari 2018 naar 88.7 fte. De bezetting zal in 2017 verder dalen door onder meer de implementatie van ICT ondersteuning die ervoor zorgt dat een aantal processen gestandaardiseerd kan worden afgehandeld. Op basis van de huidige ontwikkelingen zijn we op schema met de kwantitatieve formatiedoelstellingen zoals die zijn opgenomen in het document van bolwerk naar netwerk. Zoals hiervoor ook al aangegeven heeft de reorganisatie een aantal kwalitatieve effecten gesorteerd die nog niet zijn verwerkt in de huidige bezetting. Bij de Begroting 2018 MJB zal de extra (formatieve) frictie in beeld worden gebracht. Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 28

129 Tabel 14: Bezettingsoverzicht per Onderdelen Formatie Begroot 2017 Bezetting (31-12-) Bezetting waarvoor overige dekking aanwezig is Bezetting minus overige dekking Remplaçanten Dienstverlening 90,6 117,5 27, ,3 Overig 48,6 45, ,0 n.v.t. Boven-formatief 0 2, n.v.t. Stagiair n.v.t. Totalen ,5 3,3 Jaarverslag RDWI, (0.3) pag. 29

130 Jaarverslag RDWI, Bijlage 1 v0.3 : Afspraken, resultaten en kengetallen Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Percentage stijging/daling klantenbestand + 8,8% Max 4% groei + 6,4% +7.7% Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Percentage toegekende aanvragen voor levensonderhoud in uitkering Percentage binnengehaald uit terugvordering 61% 60% 66% 64.4.% 13% 9% 13,0% 18,4% Percentage binnengehaald uit verhaal 13,5% 10,4% 10,5% 17,2% Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Saldo openstaande vorderingen Saldo opstaand verhaal op derden Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Percentage uitstroom door handhaving 1,3% 1.0% 1,6% 2% Pagina 1 van 9

131 Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal uitkeringen levensonderhoud* Instroom totaal Percentage burgers dat zich meldt voor een uitkering, maar uiteindelijk geen aanvraag indient Percentage ingediende aanvragen dat uiteindelijk afgewezen, ingetrokken door klant en buiten behandeling gesteld wordt, en dus niet tot het verstrekken van een uitkering leidt 25% 26% 32,7% 23.4% 14% 14% 10,6% 12.2% Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal afgehandelde aanvragen bijzondere bijstand Aantal afgehandelde aanvragen Individuele inkomenstoeslag * *Op dit moment worden klanten actief aangeschreven, waardoor de verwachting is dat het aantal aanvragen nog zal stijgen Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Doorlooptijden Minimabeleid in dagen * 31 Doorlooptijden Individuele Inkomenstoeslag in dagen Doorlooptijden bijzondere bijstand in dagen * * 42 *let op: Dankzij een inhaalactie zijn de doorlooptijden inmiddels teruggebracht tot maximaal zes weken (binnen wettelijke norm). Echter, Pagina 2 van 9

132 aangezien de bovenstaande doorlooptijden het gemiddelde zijn over de gehele periode, is het beeld vertekend. Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Starters Gevestigden Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Maximale wachttijd in kalenderdagen Percentage succesvol 84% 80% 84% 85% Aantal aanvragen vrijwillig budgetbeheer Bunnik: 3 Bunnik:3 De Bilt: 4 UH: 16 WbD: 3 Zeist: 30 Totaal: 56 Aantal afgesloten dossiers budgetbeheer Bunnik: 2 De Bilt: 8 UH: 11 WBD: 6 Zeist: 17 Totaal:44 De Bilt:6 UH:24 WbD:4 Zeist:40 Totaal:77 Bunnik:2 De Bilt:14 UH:13 WbD9: Zeist:33 Totaal: 72 Percentage uitval aanvragen schuldhulpverlening in intakefase 7,8% 5% 7.4% 7,4% *) Onder succesvol wordt verstaan dat een structurele oplossing gevonden is voor de schuldsituatie of, indien dit niet haalbaar is, het huishouden in ieder geval zelfstandig verder kan in een gestabiliseerde inkomenssituatie, zo nodig met ondersteuning van een vrijwilliger. Pagina 3 van 9

133 Item Resultaat 2015 Prognose Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Reguliere aanvragen Bunnik: 20 De Bilt: 79 UH: 112 WbD: 48 Zeist: 228 Subtotaal: 487 Energiemeldingen Bunnik: 13 De Bilt: 66 UH: 60 WbD: 40 Zeist: 164 Subtotaal: 343 Bunnik: 30 De Bilt: 129 UH: 189 WbD: 79 Zeist: 377 Subtotaal: 804 Bunnik: 24 De Bilt: 157 UH: 145 WbD: 76 Zeist: 307 Subtotaal: 709 Totaal Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Uitstroom door re-integratie regulier 280* 275 Bunnik: 3 De Bilt: 34 UH: 29 WbD: 17 Zeist: 79 Subtotaal: 162 Bunnik: 16 De Bilt: 51 UH: 58 WbD: 33 Zeist: 160 Subtotaal: 318 Aantal personen in traject/project** Bunnik: 37 De Bilt: 114 UH: 133 WbD: 65 Zeist: 388 Subtotaal: 737 Overige uitstroom (waaronder inkomen, voorliggende voorziening) Bunnik:58 De Bilt: 241 UH: 240 WbD: 116 Zeist: 559 Subtotaal: n.v.t *Inclusief extra middelen Zeist. Voor een specificatie van resultaten extra middelen Zeist: zie tabel 10 ** In traject : een klant die in begeleiding is bij een participatiecoach regulier of in een project van de RSD. Pagina 4 van 9

134 Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Plaatsingen door of i.v.m. re-integratie - regulier waarvan naar werk (fulltime uitstroom) waarvan naar werk (parttime) Overige plaatsingen (waaronder inkomen en voorliggende voorziening) Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal jongeren met een lopende uitkering * 293** 305 *De ambitie om het jongerenbestand met minimaal 10% terug te brengen, bleek in niet realistisch. **T.o.v. een jaar geleden is het aantal jongere statushouders bijna verdubbeld. Op dit moment bestaat het jongerenbestand voor een derde deel uit statushouders. Op deze ontwikkelingen heeft de RSD geen grip. Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal deelnemers Gemeente In traject (t/m dec. ) Betaald werk (naar trede 5 en 6) Vrijwilligerswerk (naar trede 4) Anders actief (naar trede 3) Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Pagina 5 van 9

135 Wijk bij Duurstede * Zeist Gemeente Trede 1: Geïsoleerd Trede 2: Sociale contacten buiten de deur Trede 3: Deelname georganiseerde activiteiten Trede 4: Onbetaald werk Trede 5: Betaald werk met ondersteuning Trede 6: Betaald werk Trede nog te bepalen Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Zeist Totaal Gemeente Trede 1: Geïsoleerd Trede 2: Sociale contacten buiten de deur Trede 3: Deelname georganiseerde activiteiten Trede 4: Onbetaald werk Trede 5: Betaald werk met ondersteunin g Trede 6: Betaald werk Trede nog te bepalen Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk Bij Duurstede Zeist Totaal Pagina 6 van 9

136 Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m april Resultaat t/m december Aantal openstaande handhavingsdossiers inburgeringstermijnen Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Plaatsingen bij werkgevers Branchegerichte projecten Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Percentage plaatsingen 100% 100% 100% 100% Kengetallen kinderopvang Resultaat 2015 Prognose Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal aanvragen Gemiddeld aantal klanten Gemiddeld aantal kinderen Gemiddeld aantal uren per maand per kind Gemiddeld kostprijs per uur 6,60 6,96 6,95 Pagina 7 van 9

137 Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal gegronde klachten (geheel of gedeeltelijk) Item Resultaat 2015 Afspraak Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal binnengekomen bezwaarzaken * Aantal afgehandelde bezwaarzaken Waarvan (gedeeltelijk) gegrond Aantal bezwaarzaken, uitgedrukt in een percentage van het aantal besluiten Aantal (deels) gegronde bezwaarzaken, uitgedrukt in een percentage van het aantal bezwaarzaken 2% 3% 1,9% 1.9% 22% 23% 20% 22% Het aantal voor bezwaar vatbare besluiten in bedraagt *In zijn er veel minder bezwaren ingediend, een daling van 28%, terwijl het aantal voor bezwaar vatbare besluiten niet noemenswaardig is gewijzigd. Item Resultaat 2015 Prognose Resultaat t/m juli Resultaat t/m december Aantal binnengekomen beroepszaken, uitgedrukt in een percentage van het aantal afgehandelde bezwaarzaken Aantal (deels) gegronde beroepszaken, uitgedrukt in een percentage van het aantal beroepszaken 23% 23% 22% 28% 23% 23% 10% 19% Het aantal personen dat de gerechtelijke procedure richting beroep doorzet, is gestegen. Daarentegen, het percentage gegrondverklaringen laat een geringe daling zien. Pagina 8 van 9

138 Pagina 9 van 9

139 3 e Bestuursrapportage inzake de prestatieindicatoren en kengetallen over het verslagjaar. Inleiding Tussen RDWI en Biga Groep waren harde (lees kwantitatieve) afspraken gemaakt over de performance van Biga Groep in de periode Prestaties door Biga Groep werden in eerste aanleg verwacht op drie door de RDWI benoemde sociale pijlers: Realisatie van gevarieerder aanbod van sw-werkplaatsen (onder meer door realisatie van kleinschaligheid) Realisatie van werk op de door de sw-medewerker gewenste locatie (waaronder realisatie van werk dichter bij de eigen woonplaats) Realisatie van ontwikkelingskansen voor sw-medewerkers De mate van realisatie is sterk afhankelijk van het preferred suppliership van Biga Groep bij de deelnemende gemeenten. Voor de realisatie in van dit preferred suppliership is een omzetoverzicht per gemeente opgenomen in bijlage 1. De gewenste prestaties zijn vertaald naar vier prestatie-indicatoren. Concreet werd in de periode een toename verwacht van: 1. Het aantal werksoorten in de 5 gemeenten 2. De spreiding van de sw-populatie over de 5 gemeenten 3. Het aantal strategische allianties in de 5 gemeenten 4. Het aantal (interne) mobiliteitsbewegingen van medewerkers Naast een jaarlijkse verantwoording over de realisatie op bovenstaande prestatieindicatoren heeft Biga Groep periodiek een set kengetallen betreffende de uitvoering van de WsW overlegd. Een dergelijk kengetal houdt in dat er op dit punt door Biga Groep gegevens bijgehouden worden. Voor het jaar en verder zijn (nog) geen concrete afspraken gemaakt. Vooralsnog zal conform de voorgaande rapportages aan de hand van de reeds bekende prestatieindicatoren gerapporteerd worden. Gegevensverwerking WSW en verbijzonderde interne controle Door BIGA Groep wordt verbijzonderde interne controle (VIC) uitgevoerd met het doel de rechtmatigheid van de SW-realisatie te controleren. In zijn daarvoor steekproefsgewijs interne controles uitgevoerd op o.a.: - de aanwezigheid en omvang van WSW dienstverbanden - de juiste en tijdige verwerking van uitdiensttredingen - de juiste en tijdige uitvoering van de herindicaties WSW Er zijn hierbij geen tekortkomingen geconstateerd die gevolgen hebben voor de rechtmatigheid van de WSW uitgaven. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 1 van 9

140 Prestatie-indicator 1: Het aantal werksoorten in de gemeenten Omschrijving prestatie-indicator: Bij de aan de GR RDWI deelnemende gemeenten bestaat nadrukkelijker de wens om de sw-medewerker in de toekomst meer keuzemogelijkheden te bieden (onder meer door realisatie van kleinschaligheid). Om dit te bereiken diende het aantal aanwezige werksoorten in de perifere gemeenten (lees: alle gemeenten behalve Zeist) gedurende de contractperiode met Biga Groep toe te nemen. Tabel: aantal werksoorten per gemeente Gemeente 0- meting 2008 Jaar afspraak 2014 Realisatie Individueel detacheren Begeleid Werken Grafisch Mailing Verpakken Metaal Assembleren Magazijn Groen Schoonmaak Catering Technische Dienst websop Bunnik x x x x De Bilt x x x x x Utrechtse Heuvelrug x x x x x Wijk bij Duurstede x x x x x Zeist x x x x x x x x x x x x x Toelichting: Zoals in bovenstaande tabel is te zien is het aantal werksoorten in in elke perifere gemeente op of boven de norm zoals aangehouden in de gemaakte jaarafspraken Biga Groep is continu bezig te onderzoeken welke werksoorten naast hun maatschappelijk nut ook de meeste kans maken op economische rentabiliteit. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 2 van 9

141 Prestatie-indicator 2: Spreiding van het aantal sw-medewerkers over de 5 gemeenten. Bij de binnen de GR RDWI deelnemende gemeenten bestaat nadrukkelijk de wens om meer werkgelegenheid te realiseren op door de sw-er gewenste locaties (waaronder werken in de eigen woonplaats). Daarvoor is het van belang dat er gedurende de contractperiode een beweging plaatsvindt waarbij de sw-medewerkers meer gespreid werkzaam zijn over de 5 deelnemende gemeenten. Doelstelling hierbij is dat de spreiding van de sw-populatie toe beweegt naar de verdeling van de door het Rijk opgelegde WsW taakstelling per gemeente. De verdeling over in welke gemeente de SW medewerkers werkzaam zijn (de zgn. standplaats) ziet er als volgt uit: Tabel: Spreiding van het aantal SW medewerkers over de 5 GR gemeenten Gemeente Aantal 0- meting 2008 Percentage 0- meting 2008 Norm 2014 Realisatie aantal Realisatie % Realisatie aantal 2015 Realisatie % 2015 Bunnik 0 0 % 2 % 16 3,7 % 16 3,4 % De Bilt 11 2 % 9 % 60 13,9 % 63 13,5 % Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede % 16 % 51 11,8 % 58 12,4 % 3 1 % 9 % 17 3,9 % 21 4,5 % Zeist % 60 % ,6 % ,3 % Overig 19 4 % 4 % 18 4,1 % 18 3,9 % Totaal % 100 % % % Toelichting: Deze cijfers zijn gebaseerd op de per 31 december werkzame SW medewerkers bij Biga Groep op basis van de geregistreerde werkadressen (standplaatsen). In het recente verleden zijn schaftwagens aangeschaft om de verzamelplaatsen vanwaar de medewerkers naar hun werklocaties vertrekken beter te verdelen over de gemeenten. De medewerkers houden deze schaftwagens aan als standplaats, zodat de woon-werk afstand vermindert. Daarnaast is er bij de werkindeling van de teams extra rekening gehouden met de woonplaats van de teamleden. Dit heeft een positief effect gehad op deze indicator. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 3 van 9

142 Prestatie-indicator 3: Het aantal strategische allianties in de 5 gemeenten De RDWI is met Biga Groep overeengekomen dat het aantal strategische allianties met derden zich gedurende de contractperiode positief dient te ontwikkelen. Onder strategische alliantie wordt door partijen verstaan: een meerjarige samenwerking waarbij sprake is van creatie van werkgelegenheid voor meer dan één persoon. De mate waarin Biga Groep in staat is om in de verschillende gemeenten samenwerkingsverbanden aan te gaan, is indicatief voor de voorgestane wens om te spreiden en om met derden kleinschalige initiatieven te ontwikkelen. Onder derden worden ook gemeenten en moederorganisaties van Biga Groep verstaan. Tabel 3: Aantal strategische allianties over de 5 gemeenten Gemeente 0-meting 2008 Jaarafspraak 2014 Realisatie tm augustus Realisatie 2015 Realisatie 2014 Bunnik De Bilt Utrechtse Heuvelrug Wijk bij Duurstede Zeist Totaal Per 31 december zijn er de volgende meerjarige samenwerkingsverbanden: Samenwerkingsverbanden Met de vijf GR - gemeenten zijn er bij de volgende werksoorten meerjarige samenwerkingsvormen: Gemeente Bunnik: Groen, Schoonmaak Gemeente De Bilt: Groen, Schoonmaak, Catering Gemeente Utrechtse Heuvelrug: Groen, Schoonmaak Gemeente Wijk bij Duurstede: Groen, Schoonmaak, Begeleid Werken Gemeente Zeist: Groen, Schoonmaak, Begeleid Werken Daarnaast zijn er twaalf samenwerkingsverbanden met : - Vrumona in Bunnik (Begeleid Werken + individuele detacheringen in het kader van de Baanafspraken) - RIVM (detacheren, schoonmaken en papier ophalen en vuil ophalen in De Bilt) - Remia (groenonderhoud, schoonmaken in Den Dolder / gemeente Zeist) - Regionale Sociale Dienst (schoonmaak, trajecten, opleidingen/trainingen en catering in Zeist) - Defensie / K.P.U. (sorteren in Zeist en detacheringen in Soesterberg) - GGD (catering in Zeist) - OSG Schoonoord (schoonmaken en Begeleid Werken in Zeist) - KNMI (schoonmaken, detacheren. Begeleid Werken in De Bilt) - T-Ploeg (groenonderhoud in Utrechtse Heuvelrug) - Hoefakkers (groenonderhoud in Zeist en de Bilt) - Agterberg (groenonderhoud in De Bilt) - Warande Verpleeghotel Bovenwegen (Begeleid Werken in Zeist) 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 4 van 9

143 Deze in totaal 17 samenwerkingsverbanden zijn in totaal boven de norm voor 2014 die hiervoor is gesteld in de jaarafspraken met de GR gemeenten. Alleen voor Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug wordt de norm vooralsnog niet gehaald. Ook in de naburige gemeenten zijn langdurige samenwerkingsverbanden waar meerdere Biga medewerkers werkzaam zijn. Bij Universiteit van Utrecht, Ziggo, Politie Midden Nederland, UMC Utrecht, Bestuurs-bureau PWRI, Meander Ziekenhuis Amersfoort en een paar kleinere werkgevers zijn meerdere SW medewerkers geplaatst in een detachering. Echter, omdat het werk in naburige gemeenten plaats vindt (Amersfoort, Hilversum, Houten, Woerden en Utrecht), tellen deze samenwerkingsverbanden niet mee voor deze indicator. Versterking zakelijk netwerk Goede contacten met werkgevers in de regio was altijd al belangrijk, door de invoering van de Participatiewet zal dit belang verder vergroten. Biga Groep heeft de afgelopen jaren daarom groot ingezet op het verder versterken van de zakelijke bedrijfsnetwerken in de regio. In is dit gedaan door o.a.: - het actief deelnemen aan netwerkbijeenkomsten met voor Biga relevante organisaties en het lid worden van diverse bedrijvenkringen; - het actief benaderen van de pers door middel van persberichten. - structurele acquisitie om leads te genereren middels mailings, telefonische acties en bezoekacties. - het verder ontwikkelen en uitbouwen van B-Connect, een regionaal arbeidsmarktplatform dat mensen en organisaties met elkaar verbindt. B-Connect heeft als doel gezamenlijk de arbeidsparticipatie in de regio te vergroten voor mensen die een zetje in de rug nodig hebben om aan werk te komen en werk te behouden. Overige ontwikkelingen: Biga Groep is continu bezig met het verder ontwikkelen van andersoortige samenwerkingsverbanden, onder andere door het verhuren van kantoorruimte, productieruimte en/of expertise, waarbij Social Return een rol speelt. Hierdoor zijn inmiddels organisaties als Rescued, Greenfox, ArboTripleOne, Scolea, NVA Amersfoort, Lumeco, Vluchtelingenwerk Midden-Nederland en Stichting Timon partners geworden. Hier worden goede sociale resultaten in behaald. De samenwerking met de GR RDWI wordt verder voortgezet met trajecten waarbij het verkrijgen van werknemersvaardigheden, opleiding en mogelijke re-integratie voor bepaalde doelgroepen centraal staat. Ook de aansluiting op het gebied van sociale activering en arbeidsmatige dagbesteding of vrijwilligerswerk wordt hierin gezocht. Aansluitend worden ook cliënten van de RSD op aanvraag getraind en opgeleid, onder andere op het gebied van werknemersvaardigheden, VCA, de groenvoorziening, schoonmaak en logistiek. De Universiteit Utrecht is inmiddels een vaste partner van Biga Groep. Binnen dit partnership heeft Biga Groep vanaf juni in totaal 8 mensen uit de Participatiewet geplaatst in een detachering, waaronder 1 SW-medewerker. Daarnaast zijn er 4 mensen die een proefplaatsing hebben bij de Universiteit. Middels de detacheringsconstructie probeert Biga Groep de werkgever zoveel mogelijk te ontzorgen en de plaatsing van de medewerker zo soepel mogelijk te laten verlopen. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 5 van 9

144 Preferred suppliership Biga Groep is preferred supplier van de vijf aan de GR deelnemende gemeenten. De door Biga Groep gerealiseerde omzet bij de vijf gemeenten geeft een indicatie van de mate waarin hieraan gevolg is gegeven. In het jaar is voor aan omzet gefactureerd aan de 5 GR gemeenten. Dit is ongeveer meer dan in het jaar Zie bijlage 1 voor de verdeling van de gefactureerde omzet over de gemeenten. Strategische samenwerking Biga Groep en de RDWI De laatste 3 maanden van is onderzocht of Biga Groep samen met de RDWI een gezamenlijk arbeidsmarktlabel zou kunnen neerzetten in de markt. De overleggen daarover zijn constructief maar hebben nog niet geleid tot een definitieve besluitvorming hieromtrent. In aanloop hier naar toe is besloten dat Biga en de RDWI de huidige samenwerkingsvormen gaan intensiveren en op die manier vanuit hun eigen kennis en expertise invulling kunnen gaan geven aan participatie in het brede sociale domein van de gemeenten waar wij beiden voor werkzaam zijn. Vanuit dat perspectief zou Biga Groep graag zien dat met de RDWI een preferred suppliership op het gebied van participatie en reintegratie. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 6 van 9

145 Prestatie-indicator 4: Het aantal (interne) mobiliteitsbewegingen van de medewerker In de sociale werkvoorziening kan een relatief groot aantal mobiliteitsbewegingen worden geduid als het bewust bezig zijn met de ontwikkeling en het keuzeperspectief van de swmedewerker. Biga Groep en RDWI hebben afgesproken dat onder een mobiliteitsbeweging mag worden verstaan: het in één jaar bevorderen dan wel overplaatsen van een SW medewerker met tot doel bij te dragen aan zijn verdere ontwikkeling. Tabel 4: Aantal aantal interne mobiliteitsbewegingen Biga-breed Gemeente 0- meting 2008 Norm 2014 Realisatie tm augustus Realisatie 2015 Realisatie 2014 Alle GR gemeenten Toelichting: De cijfers betreffen alle mobiliteitsbewegingen van SW medewerkers, ongeacht of er een positieverbetering voor de SW medewerker mee gemoeid is. Het beleid is dat mensen zo regulier mogelijk dienen te werken. Naast vele sociale argumenten zijn er ook financiële argumenten om dit zoveel mogelijk gestalte te geven. De doorstroom vanuit het Intern Bedrijf naar Biga Banen en/of het Extern Bedrijf is in 2011 gestart en is sindsdien continu toegepast. Hierdoor is het Intern Bedrijf uiteindelijk een beschutte werkomgeving geworden voor mensen die vanwege fysieke, verstandelijke of psychische klachten (tijdelijk) niet in staat zijn te werken bij reguliere werkgevers. Het aantal mobiliteitsbewegingen Biga-breed loopt om die reden, na een hoogtepunt van 137 in 2013, langzaam terug. De meeste SW-medewerkers hebben inmiddels hun maximale mogelijkheden binnen Biga Groep benut en functioneren stabiel op hun afdeling. Het aantal mobiliteitsbewegingen is vanaf 2015 niet verder gestegen en zal in de toekomst ook niet verder stijgen, aangezien er sinds 1 januari 2015 geen SWmedewerkers meer instromen bij Biga Groep. De begeleid werkers en de gedetacheerden die terugkomen worden door Biga ingezet op een zo regulier mogelijke plaats in het Extern Bedrijf. Hiermee blijven de uitstroommogelijkheden voor deze mensen kansrijk. Bijkomend voordeel is dat Biga de inhuur van derden kan terugdringen door de inzet van eigen personeel. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 7 van 9

146 KENGETALLEN Er is afgesproken dat de volgende kengetallen periodiek door Biga aan de GR RDWI worden aangeleverd: Nr. Omschrijving kengetal Personen op de wachtlijst Personen op wachtlijst met overbruggingstraject Gemiddelde wachttijd op de wachtlijst Werkzaam in individuele detachering Wijze van registratie Realisatie geheel of per 31 december Realisatie geheel 2015 of per 31 december 2015 Realisatie geheel 2014 of per 31 december 2014 Aantallen n.v.t. n.v.t. 73 Aantallen n.v.t. n.v.t. 0 Aantal maanden n.v.t. n.v.t. 21,3 In % 15,9 % 16,1 % 15,5 % Aantallen Werkzaam in groepsdetachering Werkzaam in begeleid werken constructie In % 0,0 % 0,9 % 1,2 % Aantallen In % 4,6 % 4,3 % 4,1 % Aantallen Aantal werkgevers t.o.v. het aantal BWers in dienst In % 100 % 95 % 95 % Aantallen Aantal gerealiseerde arbeidsjaren SE 393,08 429,05 434,40 9. Ziekteverzuim SWers Gemiddeld % 5,8 % 6,3 % 6,4 % 10. SW-ers met een aantoonbaar IOP (Carrièreplan) In % 84 % 87 % 92 % Toelichting: 1) t/m 3) Wachtlijst en wachttijd Met de intrede van de Participatiewet is de wachtlijst niet meer van toepassing. Instroom in de WSW is niet meer mogelijk per 1 januari ) en 5) Detacheringen Het aantal SW medewerkers is op 31 december als volgt verdeeld over de bedrijfsonderdelen: Intern bedrijf, inclusief staf ,6 % Extern bedrijf ,9 % Biga banen 69 16,3 % Begeleid werken 20 4,2 % Totaal: ,0 % 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 8 van 9

147 6) en 7) Begeleid Werken Op 31 december hadden de volgende 20 werkgevers een begeleid werker in dienst: Vrumona, Meander Medisch Centrum, JUMBO Supermarkten, Aegir Marine BV, T-Ploeg.nl, Stads Beheer Service, Welnúh, Profaktoor BV, Taxiservices Utrecht BV, Auto Muntstad BV, Stichting de Wederkerigheid, gemeente Wijk Bij Duurstede, KNMI, Academie voor Haptonomie, Dierentehuis Zeist e.o., gemeente Zeist, stichting Wijksport, Warande Verpleeghotel Bovenwegen, OSG Schoonoord en Conclusion. 8) Gerealiseerde WSW arbeidsplaatsen De gerealiseerde WSW arbeidsplaatsen zijn op 31 december als volgt verdeeld over de gemeenten: Realisatie gemiddeld op In SE s Werkgemeente Bunnik 15,57 De Bilt 43,21 Utrechtse Heuvelrug 65,34 Wijk Bij Duurstede 56,98 Zeist 211,98 Totaal 393,08 De systematiek voor de verdeling van de WSW gelden is veranderd vanaf De subsidiegelden worden nu verdeeld op basis van de WSW statistiek die door Biga Groep aangeleverd wordt. Deze aanlevering van cijfers vervangt de SiSa aanlevering. Dit heeft als gevolg dat vanaf 2017 de werkgemeente van de WSW-er de subsidiegelden zal ontvangen i.p.v. de woongemeente. In 2015 en geldt nog een overgangsregime tussen de twee financieringsstelsels. Vanaf wordt in deze rapportage over de door Biga Groep gerealiseerde dienstverbanden per werkgemeente gerapporteerd i.p.v. per woongemeente. 9) Ziekteverzuim Ten opzichte van het jaar 2015 is in het ziekteverzuim onder de WSWmedewerkers licht gedaald van 6,3 % naar 5,8 %. 10) SW medewerkers met IOP Individuele Ontwikkelingsplannen (IOP) zijn onderdeel van de methodiek om de arbeidsmogelijkheden van de medewerker te vergroten. Op 31 december had 84% van de medewerkers een geldige IOP, d.w.z. een IOP van maximaal 1 jaar oud. 3 e Bestuursrapportage over het verslagjaar Pagina 9 van 9

Bijlage 2: Begrotingswijziging

Bijlage 2: Begrotingswijziging Bijlage 2: Begrotingswijziging Inkomen Realisatie INKOMEN Primitieve Voordeel/nadeel VJN NJN Bijdrage gemeenten 5.544.945 5.723.105 5.770.412 47.307 Uitgaven 5.544.945 5.723.105 5.770.412-47.307 apparaatskosten

Nadere informatie

Jaarstukken 2018 V1.0

Jaarstukken 2018 V1.0 Jaarstukken 2018 V1.0 Inhoudsopgave JAARVERSLAG VOORWOORD 3 1. SAMENVATTING 4 1.1. RESULTATEN KERNTAKEN 4 1.2. TOTAALOVERZICHT KERNTAKEN 5 1.3. ONTWIKKELING VAN DE ORGANISATIE 6 1.4. FINANCIEEL UITVOERING

Nadere informatie

ACTIVA Ultimo 2016 Ultimo Immateriële vaste activa 0 0. Materiële vaste activa

ACTIVA Ultimo 2016 Ultimo Immateriële vaste activa 0 0. Materiële vaste activa 4 Jaarrekening 2016 4.1 Balans en toelichting op de balans ACTIVA Ultimo 2016 Ultimo 2015 VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa 0 0 Materiële vaste activa 158.841 191.896 - Investeringen met een economische

Nadere informatie

OPERAM JAARREKENING FINANCIEEL JAARVERSLAG 2017

OPERAM JAARREKENING FINANCIEEL JAARVERSLAG 2017 OPERAM JAARREKENING FINANCIEEL JAARVERSLAG 2017 1 Balans per 31 december 2017 Activa Vaste activa Rekening 2017 Rekening 2016 Materiële vaste activa 192 384 Vlottende activa Voorraden 0 0 Vorderingen 1.262

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen Nota reserves en voorzieningen 2019 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 1. INLEIDING... 3 1.1 Waarom een nota reserves en voorzieningen?... 3 1.2 Inhoud van de nota... 3 2 Regelgeving en definities reserves

Nadere informatie

JAARSTUKKEN 2017 BATEN EN LASTEN

JAARSTUKKEN 2017 BATEN EN LASTEN BATEN EN LASTEN Jaarrekening Begroting Jaarrekening 2017 2017 2016 Opbrengsten Lumpsum Rijk 2.361.057 2.361.058 2.230.440 DVO prv Gelderland 493.269 497.599 492.282 Lumpsum Arnhem 1.090.970 1.090.970 1.128.779

Nadere informatie

Jaarrekening 2012 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI

Jaarrekening 2012 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI Jaarrekening 2012 Stichting Bibliotheek De Kempen versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI 15 maart 2013 Balans per 31 december 2012 Activa 31-12-2012 31-12-2011 Vaste activa Materiële vaste

Nadere informatie

Jaarstukken Jaarrekening 2014 v0.3 (concept) 1

Jaarstukken Jaarrekening 2014 v0.3 (concept) 1 Jaarstukken Jaarrekening v0.3 (concept) 1 Jaarrekening v0.3 (concept) 2 I N H O U D S O P G A V E 1 Jaarverslag 1.1 Bericht van het bestuur 3 1.2 Paragrafen 4 2 Jaarrekening 2.1 Balans per 31 december

Nadere informatie

Jaarrekening 2014 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI

Jaarrekening 2014 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI Jaarrekening 2014 Stichting Bibliotheek De Kempen versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI 17 maart 2015 Balans per 31 december 2014 Activa 31-12-2014 31-12-2013 Vaste activa Materiële vaste

Nadere informatie

Jaarrekening: Overige gegevens: Jaarrekening 2010 van Permar Energiek BV I N H O U D S O P G A V E : -Balans per 31 december 2010 3

Jaarrekening: Overige gegevens: Jaarrekening 2010 van Permar Energiek BV I N H O U D S O P G A V E : -Balans per 31 december 2010 3 I N H O U D S O P G A V E : PAGINA Jaarrekening: -Balans per 31 december 2010 3 -Resultatenrekening 2010 5 -Kasstroomoverzicht per 31 december 2010 6 -Toelichting op de Balans per 31 december 2010 7-13

Nadere informatie

Jaarrekening 2013 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI

Jaarrekening 2013 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI Jaarrekening 2013 Stichting Bibliotheek De Kempen versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI 17 maart 2014 Balans per 31 december 2013 Activa 31-12-2013 31-12-2012 Vaste activa Materiële vaste

Nadere informatie

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Kempen. versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Kempen versie t.b.v. het voldoen aan publicatieplicht ANBI 16 maart 2016 Balans per 31 december 2015 Activa 31-12-2015 31-12-2014 Vaste activa Materiële vaste

Nadere informatie

JAARSTUKKEN 2018 BATEN EN LASTEN

JAARSTUKKEN 2018 BATEN EN LASTEN BATEN EN LASTEN Jaarrekening Begroting Jaarrekening 2018 2018 2017 Opbrengsten Lumpsum Rijk 2.247.417 2.247.418 2.207.502 DVO prv Gelderland 494.256 494.256 493.269 Lumpsum Arnhem 1.110.716 1.110.716 1.090.970

Nadere informatie

Automatisering Bibliotheekvernieuwing - - Inventaris

Automatisering Bibliotheekvernieuwing - - Inventaris Balans per 31 december 2017 voor resultaatbestemming ACTIVA 2017 2016 Vaste activa Materiele vaste activa Automatisering 68.431 29.598 Bibliotheekvernieuwing - - Inventaris 198.281 124.270 266.712 153.868

Nadere informatie

Financiële positie. Beheersen

Financiële positie. Beheersen Beheersen Inleiding Doel avond Context 2 Donderdag, 23 december, 2009 Hier de titel van de presentatie Programma 1. Toelichting op de financiële positie 2. Financiële achtergronden 3. Hoe te beheersen?

Nadere informatie

Jaarstukken lezen en begrijpen (Opfris)cursus voor gemeenteraadsleden

Jaarstukken lezen en begrijpen (Opfris)cursus voor gemeenteraadsleden Jaarstukken lezen en begrijpen (Opfris)cursus voor gemeenteraadsleden Juni 2018 Arjan Verwoert, partner BDO Audit & Assurance De samenstelling van de jaarrekening Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

Jaarrekening 2013. Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad

Jaarrekening 2013. Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad Jaarrekening 2013 Gemeente Bunnik Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad Agenda Controle van de jaarrekening De voorschriften voor de jaarrekening Jaarrekeningcontrole 2013 Controle van de jaarrekening

Nadere informatie

Samengevoegd College Hageveld en Hageveld Beheer

Samengevoegd College Hageveld en Hageveld Beheer Jaarrekening Grondslagen Deze jaarrekening is in opdracht van het bestuur van de Stichting Hageveld Beheer en de Onderwijsstichting College Hageveld opgesteld door de Stichting Regionaal Onderwijsbureau

Nadere informatie

31 december Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen (2)

31 december Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen (2) JAARREKENING BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na bestemming voordelig exploitatiesaldo) (Toelichting) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA Vlottende activa Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende

Nadere informatie

Stichting Dagopvang Utrecht te Utrecht

Stichting Dagopvang Utrecht te Utrecht te Utrecht Rapport inzake jaarstukken 2015 SAMENGEVATTE JAARREKENING 2015 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na verwerking van het verlies) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste

Nadere informatie

31 december Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen (2)

31 december Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen (2) JAARREKENING BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na bestemming exploitatiesaldo) (Toelichting) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vlottende activa Vorderingen (1) Overige vorderingen en overlopende activa

Nadere informatie

Stichting Dagopvang Utrecht te Utrecht

Stichting Dagopvang Utrecht te Utrecht te Utrecht Rapport inzake jaarstukken 2014 SAMENGEVATTE JAARREKENING 2014 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na winstbestemming) 31 december 2014 31 december 2013 ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa

Nadere informatie

Jaarrekening Regio Hart van Brabant

Jaarrekening Regio Hart van Brabant Jaarrekening Regio Hart van Brabant 2015 CONCEPT TBV CIJFERS Jeugdhulp (exclusief de overige programma's) 1 3. Financiële rapportage BALANS PER 31 DECEMBER 2015 2014 ACTIVA VLOTTENDE ACTIVA Overige vorderingen

Nadere informatie

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013 Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem Jaarverslag en jaarrekening 2013 Algemeen: P&C cyclus Algemeen: verantwoording Terugkijken Wat hebben we bereikt? Wat hebben we gedaan? Wat heeft het gekost?

Nadere informatie

JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE

JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2014 2013 1. Vaste activa 1.1 inventaris 7.948 10.358 1.2 machines 738 1.355 1.3 automatisering

Nadere informatie

De bij het opstellen van de jaarrekening gehanteerde uitgangspunten hebben betrekking op:

De bij het opstellen van de jaarrekening gehanteerde uitgangspunten hebben betrekking op: ADDENDUM PROGRAMMA- VERANTWOORDING EN REKENING 2005 GEMEENTE HAAREN In het jaarverslag 2005 (bestaande uit de programmaverantwoording en programmarekening) staan enkele onderwerpen vermeld die wij alsnog

Nadere informatie

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Voorne-Putten-Rozenburg Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020

Nadere informatie

Jaarrekening 2014 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda

Jaarrekening 2014 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda Jaarrekening 2014 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda Datum: 17-03-2015 Balans per 31 december 2014 Vaste activa 31 december 2014 31 december 2013 Materiële vaste activa Inventaris en inrichting 753.767

Nadere informatie

Financiële begroting 2016

Financiële begroting 2016 Financiële begroting 2016 113 114 Voor een overzicht van de baten en lasten per programma wordt verwezen naar het overzicht opgenomen onder Begroting van Baten en Lasten in het begin van deze begroting.

Nadere informatie

BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis

BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis Opgesteld door het Dagelijks Bestuur te Woerden d.d. 3 juli 2013 Vastgesteld door het Algemeen Bestuur d.d. 3 juli 2013 Carrosserieweg

Nadere informatie

31 december Liquide middelen Saldo 31 december Totaal reserves en fondsen

31 december Liquide middelen Saldo 31 december Totaal reserves en fondsen 8 JAARREKENING 8.1 Balans per 31 december na resultaatbestemming ACTIVA 31 december 2017 Vaste activa Materiële vaste activa Collectie 1 1 Inventaris 1.696 3.040 1.697 3.041 Vlottende activa Balievoorraad

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen 2015-2018

Nota reserves en voorzieningen 2015-2018 Nota reserves en voorzieningen 2015-2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Beleidslijnen reserves en voorzieningen... 4 2.1 Definities en regelgeving... 4 2.2 Toerekening van rente... 5 3. Huidige standen

Nadere informatie

Financieel verslag 2013. Stichting Tuin Laag Oorsprong. Oosterbeek

Financieel verslag 2013. Stichting Tuin Laag Oorsprong. Oosterbeek Financieel verslag 2013 Stichting Tuin Laag Oorsprong Oosterbeek Inhoud Jaarrekening Balans per 31 december 2013 3 Staat van baten en lasten over 2013 5 Toelichting op de balans en staat van baten en lasten

Nadere informatie

JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE

JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2014 2013 1. Vaste activa 1.1 terreinen 13.317 13.317 1.2 inventaris 153.507 157.886 1.3 automatisering

Nadere informatie

Stichting Opvangcentra de Elandsstraat. Elandsstraat 84. Amsterdam. Jaarrekening 2015

Stichting Opvangcentra de Elandsstraat. Elandsstraat 84. Amsterdam. Jaarrekening 2015 Elandsstraat 84 te Amsterdam Inhoudsopgave pagina Voorwoord 3 Samenstelling bestuur 3 Balans 4 Staat van Baten en Lasten 5 Algemene toelichting 6 Toelichting op de balans 7 Toelichting bij de staat van

Nadere informatie

Sien gevestigd te Houten. Financiële verantwoording 2017

Sien gevestigd te Houten. Financiële verantwoording 2017 Sien gevestigd te Houten Inhoudsopgave Pagina Jaarrekening Balans per 31 december 2017 2 Staat van baten en lasten over 2017 4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5 Balans per 31 december 2017

Nadere informatie

Wat gaat het kosten? Baten & lasten totaal. Bedragen * Inkomsten Lasten Bijdrage gemeente

Wat gaat het kosten? Baten & lasten totaal. Bedragen * Inkomsten Lasten Bijdrage gemeente Wat gaat het kosten? Bedragen * 1. Inkomsten Lasten Bijdrage gemeente Integratie-uitkering 3.55 3.55 Bbz24 177 298 12 44.28 4.855-3.173 Bijzondere bijstand en minimabeleid 4.331 4.331 Organisatie (incl.

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK HENGELO

JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK HENGELO JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK HENGELO Stichting Openbare Leeszaal en Bibliotheek Hengelo Jaarrekening 2017 1 Balans per 31 december (na resultaatbestemming) Ref. 31-dec-17

Nadere informatie

FINANCIEEL VERSLAG OVER HET BOEKJAAR 2012. Stichting Theater op Katendrecht Sumatraweg 9-11 3072 ZP ROTTERDAM

FINANCIEEL VERSLAG OVER HET BOEKJAAR 2012. Stichting Theater op Katendrecht Sumatraweg 9-11 3072 ZP ROTTERDAM FINANCIEEL VERSLAG OVER HET BOEKJAAR 2012 Stichting Theater op Katendrecht Sumatraweg 9-11 3072 ZP ROTTERDAM INHOUDSOPGAVE Pagina BESTUURSVERSLAG 1 Balans per 31 december 2012 3 2 Staat van baten en lasten

Nadere informatie

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Lage Beemden

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Lage Beemden Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek De Lage Beemden 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na winstbestemming) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa (1) Inventaris 143.945

Nadere informatie

Financieel verslag 2012. Stichting Tuin Laag Oorsprong. Oosterbeek

Financieel verslag 2012. Stichting Tuin Laag Oorsprong. Oosterbeek Financieel verslag 2012 Stichting Tuin Laag Oorsprong Oosterbeek Inhoud Jaarrekening 2 Balans per 31 december 2011 3 Staat van baten en lasten over 2012 5 Toelichting op de balans en staat van baten en

Nadere informatie

concept Jaarrekening 2009 Milieudienst Regio Alkmaar

concept Jaarrekening 2009 Milieudienst Regio Alkmaar concept Jaarrekening 2009 Milieudienst Regio Alkmaar Vastgesteld door het dagelijks bestuur MRA: 1 april 2010 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Balans per 31 december 2009... 4 3. Programmarekening over

Nadere informatie

Financieel overzicht 2012 afwikkeling liquidatie van de. STREEKRAAD OOST-GRONINGEN i.l.

Financieel overzicht 2012 afwikkeling liquidatie van de. STREEKRAAD OOST-GRONINGEN i.l. Financieel overzicht 2012 afwikkeling liquidatie van de STREEKRAAD OOST-GRONINGEN i.l. Financieel overzicht 2012 mei 2013 Inhoudsopgave 1. Algemeen 2 2. Voortgang aangegane verplichtingen liquidatieplan

Nadere informatie

Financiele gegevens 2014. Stichting Hospice Hoeksche Waard

Financiele gegevens 2014. Stichting Hospice Hoeksche Waard Financiele gegevens 2014 Stichting Hospice Hoeksche Waard BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 488.106 Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa 104.201 Liquide

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN

JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN JAARRAPPORT 2017 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2017 2016 Vaste activa Inventaris 0 0 Automatisering 991 3.431 991 3.431 Vlottende activa Overlopende

Nadere informatie

Activa Passiva

Activa Passiva 1. Balans per 31 december 2017 (na resultaatbestemming) Activa 2017 2016 Vaste activa Materiële vaste activa (4.1) 886.598 1.167.766 886.598 1.167.766 Vlottende activa Vorderingen (4.2) 1.013.791 120.755

Nadere informatie

Rafael gemeente De Rank T.a.v. het bestuur Ringvaartweg 123 3065 AC ROTTERDAM. Jaarrekening 2014

Rafael gemeente De Rank T.a.v. het bestuur Ringvaartweg 123 3065 AC ROTTERDAM. Jaarrekening 2014 Rafael gemeente De Rank T.a.v. het bestuur Ringvaartweg 123 3065 AC ROTTERDAM Jaarrekening 2014 Rafael gemeente De Rank T.a.v. het bestuur Ringvaartweg 123 3065 AC ROTTERDAM Jaarrekening 2014 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

H.B. Blijdensteinstichting. Openbare Bibliotheek voor Enschede

H.B. Blijdensteinstichting. Openbare Bibliotheek voor Enschede Financieel Verslag H.B. Blijdensteinstichting Openbare Bibliotheek voor Enschede Inzake Jaarrekening 2017 Balans per 31 december 2017 ( na verwerking resultaat) ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa

Nadere informatie

Samenvatting Jaarrekening VEZ 2012-2013

Samenvatting Jaarrekening VEZ 2012-2013 Samenvatting Jaarrekening VEZ 2012-2013 Boekjaar 1-9-2012 t/m 31-8-2013 Inhoudsopgave 1 BALANS PER 31 AUGUSTUS 2013 3 2 REKENING VAN BATEN EN LASTEN 2012-2013 4 3 GRONDSLAGEN VOOR DE FINANCIËLE VERSLAGGEVING

Nadere informatie

Financieel verslag 2011/2012. Mixed Hockeyclub Voorbeeld Sportpark Hoefslag 12 2342 KM Vlissingen

Financieel verslag 2011/2012. Mixed Hockeyclub Voorbeeld Sportpark Hoefslag 12 2342 KM Vlissingen Financieel verslag 2011/2012 Mixed Hockeyclub Voorbeeld Sportpark Hoefslag 12 2342 KM Voorblad 0 Inhoud Bestuursverslag 2 Algemeen 3 Resultaatvergelijk 4 Financiele positie 5 Jaarrekening 7 Balans 8 Staat

Nadere informatie

JAARVERSLAG en JAARREKENING 2018

JAARVERSLAG en JAARREKENING 2018 Statutair gevestigd te JAARVERSLAG en JAARREKENING 2018 JAARVERSLAG BESTUUR Het boekjaar 2018 sluit met een negatief resultaat van 23.263 (2017: positief resultaat 66.099).Tegenover baten van 100.385 stond

Nadere informatie

Financiele gegevens Stichting Hospice Hoeksche Waard

Financiele gegevens Stichting Hospice Hoeksche Waard Financiele gegevens 2013 Stichting Hospice Hoeksche Waard BALANS PER 31 DECEMBER 2013 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 515.767 Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa 43.733 Liquide

Nadere informatie

Stichting Instituut Fondsenwerving. gevestigd te Utrecht. Rapport inzake de Jaarrekening 2014

Stichting Instituut Fondsenwerving. gevestigd te Utrecht. Rapport inzake de Jaarrekening 2014 Stichting Instituut Fondsenwerving gevestigd te Utrecht Rapport inzake de Jaarrekening 2014 Inhoudsopgave Pagina Bestuursverslag 3 Jaarrekening Balans per 31 december 2014 5 Staat van baten en lasten over

Nadere informatie

Jaarcijfers 2015 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda (ontleend aan de jaarrekening)

Jaarcijfers 2015 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda (ontleend aan de jaarrekening) Jaarcijfers 2015 Stichting Openbare Bibliotheek Gouda (ontleend aan de jaarrekening) Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 24371198 ten name van Stichting Openbare

Nadere informatie

Stichting Steun Sonshine

Stichting Steun Sonshine Rapport inzake de jaarverslaggeving 2015 Inhoudsopgave Pagina 1. JAARREKENING 1.1 Balans per 31 december 2015 2 1.2 Staat van baten en lasten over 2015 4 1.3 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2016 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN

JAARRAPPORT 2016 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN JAARRAPPORT 2016 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OMMEN Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2016 2015 1. Vaste activa 1.1 inventaris 0 0 1.2 automatisering 3.431 4.468 3.431 4.468 2. Vlottende

Nadere informatie

Addendum jaarverslag en -rekening 2015

Addendum jaarverslag en -rekening 2015 Addendum jaarverslag en -rekening 2015 Aan de gemeenteraad, Wij hebben de jaarstukken, inclusief de jaarrekening, over 2015 op 19 mei 2016 ter bespreking en behandeling in de vergadering van 30 juni 2016

Nadere informatie

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek Rijn en Venen

Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek Rijn en Venen Jaarrekening 2015 Stichting Bibliotheek Rijn en Venen INHOUDSOPGAVE Pagina FINANCIEEL VERSLAG JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2015 4 2 Staat van baten en lasten over 2015 6 3 Kasstroomoverzicht 2015

Nadere informatie

Balans per 31 maart 2016 (na resultaatbestemming)

Balans per 31 maart 2016 (na resultaatbestemming) Balans per 31 maart 2016 (na resultaatbestemming) Toelichting 31 maart 2016 31 maart 2015 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 1 Inrichting 646 1.851 Inventaris 2.738 4.670 Vlottende activa 3.384

Nadere informatie

Balans (na resultaatbestemming)

Balans (na resultaatbestemming) Balans (na resultaatbestemming) 31-12-2017 31-12-2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen 612.569 647.471 Inventaris 430.006 469.608 Automatisering 277.965 289.695 1.320.540

Nadere informatie

Regeling Financieel Beheer Belastingsamenwerking Gouwe- Rijnland

Regeling Financieel Beheer Belastingsamenwerking Gouwe- Rijnland Regeling Financieel Beheer Belastingsamenwerking Gouwe- Rijnland Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Gouwe-Rijnland (BSGR), gelet op: Artikel 212 van de Gemeentewet; Het Waterschapsbesluit;

Nadere informatie

STICHTING FOODWATCH NEDERLAND TE AMSTERDAM

STICHTING FOODWATCH NEDERLAND TE AMSTERDAM Balans 31 dec 2014 STICHTING FOODWATCH NEDERLAND TE AMSTERDAM JAARREKENING 2014 Balans 31 dec 2014 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (NA RESULTAATBESTEMMING) ACTIVA 31 december 2014 31 december 2013 VASTE ACTIVA

Nadere informatie

Jaarrekening 2017 Stichting Bibliotheek West-Achterhoek (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht W.N.T.)

Jaarrekening 2017 Stichting Bibliotheek West-Achterhoek (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht W.N.T.) Jaarrekening 2017 (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht W.N.T.) INHOUDSOPGAVE Pagina FINANCIEEL VERSLAG JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2017 3 2 Staat van baten en lasten over 2017 5 3 Grondslagen

Nadere informatie

FINANCIEEL JAARVERSLAG OVER HET JAAR. Stichting Amstelveens Poppentheater Amstelveen

FINANCIEEL JAARVERSLAG OVER HET JAAR. Stichting Amstelveens Poppentheater Amstelveen FINANCIEEL JAARVERSLAG OVER HET JAAR 2015 Amstelveen Balans per 31 december 2015 Bezittingen 31 december 2015 31 december 2014 Vorderingen Omzetbelasting 5.877 4.107 Debiteuren 2.063 1.103 Nog te ontvangen

Nadere informatie

Jaarrekening 2017 Stichting Fokus

Jaarrekening 2017 Stichting Fokus 1/11 Inhoud Balans per 31 december 2017 Exploitatierekening 2017 Toelichting algemeen Toelichting op de balans per 31 december 2017 Bespreking van de financiële positie Toelichting op de exploitatierekening

Nadere informatie

Doelstelling: Het organiseren van het jaarlijkse bloemencorso in Lichtenvoorde.

Doelstelling: Het organiseren van het jaarlijkse bloemencorso in Lichtenvoorde. Bestuursverslag Kerngegevens Dit verslag van het bestuur betreft: Statutaire naam Statutaire zetel Rechtsvorm Stichting Doelstelling: Het organiseren van het jaarlijkse bloemencorso in. Onderhavige stichting

Nadere informatie

Jaarrekening 2018 Stichting Openbare Bibliotheek Veenendaal. (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht WNT)

Jaarrekening 2018 Stichting Openbare Bibliotheek Veenendaal. (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht WNT) Jaarrekening 2018 Stichting Openbare Bibliotheek Veenendaal (versie t.b.v. ANBI-status en publicatieplicht WNT) INHOUDSOPGAVE Pagina FINANCIEEL VERSLAG JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2018 3 2 Staat

Nadere informatie

FINANCIEEL JAARRAPPORT 2014 STICHTING EXPLOITATIE MUSEUM ELISABETH WEESHUIS TE CULEMBORG

FINANCIEEL JAARRAPPORT 2014 STICHTING EXPLOITATIE MUSEUM ELISABETH WEESHUIS TE CULEMBORG FINANCIEEL JAARRAPPORT 2014 STICHTING EXPLOITATIE MUSEUM ELISABETH WEESHUIS TE CULEMBORG INHOUDSOPGAVE FINANCIEEL JAARRAPPORT 2014 VAN STICHTING EXPLOITATIE MUSEUM ELISABETH WEESHUIS TE CULEMBORG ACCOUNTANTSRAPPORT

Nadere informatie

Jaarrekening Stichting Vrienden van Vrijwaard

Jaarrekening Stichting Vrienden van Vrijwaard Jaarrekening 2016 Stichting Vrienden van Vrijwaard 20 november 2017 Stichting vrienden van Vrijwaard INHOUDSOPGAVE pagina 1.1 Jaarrekening 2016 1.1.1 Balans per 31 december 2016 1 1.1.2 Resultatenrekening

Nadere informatie

J A A R STUKKEN 2 0 12. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede

J A A R STUKKEN 2 0 12. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede J A A R STUKKEN 2 0 12 Energiek BV Permar Energiek BV Ede Opmaakdatum:31 mei 2013 Jaarstukken 2012 - Jaarrekening - Overige gegevens Opmaakdatum: 31 mei 2013 1 Jaarrekening - Balans - Winst-en-verliesrekening

Nadere informatie

Financiële verordening RUD Zuid-Limburg

Financiële verordening RUD Zuid-Limburg Financiële verordening RUD Zuid-Limburg 1 Inhoud Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Begrippenkader... 3 Hoofdstuk 2 Begroting en verantwoording... 4 Artikel 2 Opstellen begroting en verantwoording...

Nadere informatie

JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK DALFSEN - NIEUWLEUSEN

JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK DALFSEN - NIEUWLEUSEN JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK DALFSEN - NIEUWLEUSEN Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2015 2014 1. Vaste activa 1.1. inrichting / inventaris 102.194 119.047 1.2.

Nadere informatie

Financieel verslag 2016 Stichting Polderhuis Museum Westkapelle Westkapelle

Financieel verslag 2016 Stichting Polderhuis Museum Westkapelle Westkapelle Financieel verslag 2016 Stichting Polderhuis Museum Westkapelle Westkapelle Inhoud Balans per 31 december 2016 Staat van ontvangsten en uitgaven Algemene toelichting 31-dec-16 31-dec-15 Materiële vaste

Nadere informatie

Datum: 4 juli 2014 Agendapunt: 4 Betreft: Jaarstukken 2013

Datum: 4 juli 2014 Agendapunt: 4 Betreft: Jaarstukken 2013 VERGADERING ALGEMEEN BESTUUR OMGEVINGSDIENST MIDDEN- EN WEST-BRABANT Datum: 4 juli 2014 Agendapunt: 4 Betreft: Jaarstukken 2013 Aanleiding Ter uitvoering van de artikelen 197 en 198 van de Gemeentewet

Nadere informatie

Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland gevestigd te Nijkerk. Jaarrekening 2016

Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland gevestigd te Nijkerk. Jaarrekening 2016 Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland gevestigd te Nijkerk Inhoudsopgave Pagina Jaarrekening Balans per 31 december 2016 2 Staat van baten en lasten over 2016 4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

Verkorte jaarrekening 2014 Rotterdamse Schouwburg

Verkorte jaarrekening 2014 Rotterdamse Schouwburg Verkorte jaarrekening 2014 Rotterdamse Schouwburg Balans per 31 december (na resultaatbestemming) Bedragen x 1.000 31 december 2013 31 december 2012 ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 1.804 2.041

Nadere informatie

FINANCIEEL VERSLAG 2014 STG. TUIN LAAG OORSPRONG OOSTERBEEK

FINANCIEEL VERSLAG 2014 STG. TUIN LAAG OORSPRONG OOSTERBEEK FINANCIEEL VERSLAG 2014 STG. TUIN LAAG OORSPRONG OOSTERBEEK JAARREKENING 2014 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming) 31 december 2014 31 december 2013 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste

Nadere informatie

ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015

ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015 ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015 Datum: 23 september 2016 1 Dit betreft het overzicht van de errata die zijn verwerkt in de programmarekening nadat deze door de gemeenteraad voorlopig is vastgesteld.

Nadere informatie

Stichting Carrefour, Welzijnsgroep Noordoostpolder Emmeloord. Jaarrapport 2014

Stichting Carrefour, Welzijnsgroep Noordoostpolder Emmeloord. Jaarrapport 2014 Emmeloord Jaarrapport 2014 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2014 3 2 Staat van baten en lasten over 2014 4 3 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 5 1 BALANS PER 31

Nadere informatie

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV Jaarbericht Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV 2014 Inhoudsopgave 1. Algemeen 2 2. Jaarrekening 3 2.1 Balans per 31-12-2014 (voor winstbestemming) 3 2.2 Winst en verliesrekening over 2014 4 2.3 Kasstroomoverzicht

Nadere informatie

Jaarverslag 2014 stichting theater het Kruispunt

Jaarverslag 2014 stichting theater het Kruispunt Jaarverslag 2014 stichting theater het Kruispunt Jaarverslag 2014 stichting theater het Kruispunt - 1 - BALANS PER 31-12-2014 (bedragen in euro s) ACTIEF 31 december 2014 31 december 2013 Toelichting Vaste

Nadere informatie

Jaarrekening 2017 Stichting Open Mind Amsterdam

Jaarrekening 2017 Stichting Open Mind Amsterdam Jaarrekening 2017 Stichting Open Mind Amsterdam Inhoudsopgave: 1. Balans per 31 december 2017 2. Staat van baten en lasten over 2017 3. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 4. Toelichting op

Nadere informatie

Rapport Balans per 31 december 2013 Staat van baten en lasten 2013. Stichting Beit Jiddi Beerseweg 4 5431 LC CUIJK

Rapport Balans per 31 december 2013 Staat van baten en lasten 2013. Stichting Beit Jiddi Beerseweg 4 5431 LC CUIJK Rapport Balans per 31 december 2013 Staat van baten en lasten 2013 Stichting Beit Jiddi Beerseweg 4 5431 LC CUIJK Stichting Beit Jiddi Beerseweg 4 5431 LC CUIJK Jaarrekening 2013 INHOUDSOPGAVE Pagina 1.

Nadere informatie

Vaste activa Materiële vaste activa 4 Inventaris 585.400 Transportmiddelen 4 99.600 3 Apparatuur 4 342.500 4 1.027.500 7

Vaste activa Materiële vaste activa 4 Inventaris 585.400 Transportmiddelen 4 99.600 3 Apparatuur 4 342.500 4 1.027.500 7 Balans per 31 december 2012 (na voorgestelde resultaatbestemming) Activa 31 december 2012 31 december 2011 Ref Vaste activa Materiële vaste activa 4 Inventaris 585.400 Transportmiddelen 4 99.600 3 Apparatuur

Nadere informatie

Avalex Verkorte jaarrekening 2011 Balans, Resultatenoverzicht en beknopte toelichting

Avalex Verkorte jaarrekening 2011 Balans, Resultatenoverzicht en beknopte toelichting Avalex Verkorte jaarrekening 2011 Balans, Resultatenoverzicht en beknopte toelichting Den Haag 28 juni 2012 Inleiding Dit document bevat jaarcijfers van Avalex over het boekjaar 2011. Het bevat een balans

Nadere informatie

Inhoud. Jaarrekening: S t i c h t i n g G r a a f s c h a p b i b l i o t h e k e n

Inhoud. Jaarrekening: S t i c h t i n g G r a a f s c h a p b i b l i o t h e k e n Inhoud Jaarrekening: 1 Balans per 31 december 2014 2 2 Rekening van baten en lasten over 2014 3 3 Algemene toelichting 4 4 Toelichting op de balans 6 5 Overigens gegevens 12 bladzijde 1 1. Balans per 31

Nadere informatie

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN Gemeente Nieuwkoop Afdeling Bedrijfsvoering April 2017 1 Inhoud 1. BEGRIPPEN EN KADERS... 4 ARTIKEL 1.1 RESERVES... 4 ARTIKEL 1.2 VOORZIENINGEN... 4 ARTIKEL 1.3 RENTE...

Nadere informatie

Stichting Stad & Natuur Almere gevestigd te Almere. Jaarrekening 2013

Stichting Stad & Natuur Almere gevestigd te Almere. Jaarrekening 2013 Jaarrekening 2013 Nummer Kamer van Koophandel: 32148926 Datum: Opgesteld door: 28 mei 2014 Saskia van Haga Aantal exemplaren: 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave pagina Jaarverslag Financiële positie 3 Bespreking

Nadere informatie

Rapportage Stichting Vrienden van Convivio

Rapportage Stichting Vrienden van Convivio Rapportage 2017 Stichting Vrienden van Convivio Rapport inzake Jaarrekening 2017 Stichting Vrienden van Convivio Inhoud Algemeen Balans per 31-12-2017 Rekening van baten en lasten over jan-dec 2017 Grondslagen

Nadere informatie

Begroting Openbaar lichaam Ferm Werk

Begroting Openbaar lichaam Ferm Werk Begroting 2015 2018 Openbaar lichaam Ferm Werk Opgesteld door het Dagelijks Bestuur te Woerden d.d. 22 mei 2014 Vast te stellen door het Algemeen Bestuur d.d. 3 juli 2014 Inhoudsopgave BERICHT VAN HET

Nadere informatie

Jaarverslaggeving 2017

Jaarverslaggeving 2017 Jaarverslaggeving 2017 INHOUDSOPGAVE Pagina 1.1 Jaarrekening 2017 1.1.1 Balans per 31 december 2017 3 1.1.2 Resultatenrekening over 2017 4 1.1.3 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5 1.1.4

Nadere informatie

Stichting Cultuurkust, Harderwijk. Jaarrekening over het boekjaar 2013

Stichting Cultuurkust, Harderwijk. Jaarrekening over het boekjaar 2013 Stichting Cultuurkust, Harderwijk Jaarrekening over het boekjaar 2013 Inhoudsopgave A. Balans per 31 december 2013 B. Staat van baten en laten over het jaar 2013 C. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

Inhoudsopgave Pagina Pagina

Inhoudsopgave Pagina Pagina Inhoudsopgave Pagina Pagina 1 Algemeen 2 1.1 Toelichting op de jaarrekening 3 2 Jaarrekening 4 2.1 Balans per 31 december 2012 5 2.2 Winst- en verliesrekening over 2012 7 2.3 Toelichting op de balans 8

Nadere informatie

jaarrekening Verkorte Status financiële verantwoording 2002 De financiële verantwoording 2002 van de batenlastendienst

jaarrekening Verkorte Status financiële verantwoording 2002 De financiële verantwoording 2002 van de batenlastendienst Status financiële verantwoording 2002 De financiële verantwoording 2002 van de batenlastendienst Plantenziektenkundige Dienst, waaraan de verkorte jaarrekening 2002 is ontleend, Verkorte maakt onderdeel

Nadere informatie

JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE

JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE 1 Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2015 2014 1. Vaste activa 1.1 terreinen 9.371 13.317 1.2 inventaris 202.933 153.507 1.3

Nadere informatie

1.1 Balans per 31 december Resultatenrekening over Kengetallen Kasstroomoverzicht over

1.1 Balans per 31 december Resultatenrekening over Kengetallen Kasstroomoverzicht over Inhoudsopgave Bladzijde 1. 1.1 Balans per 31 december 2012 1 1.2 Resultatenrekening over 2012 2 1.3 Kengetallen 3 1.4 Kasstroomoverzicht over 2012 4 1.5 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

31 december december 2015 Ref. Vlottende activa Voorraden

31 december december 2015 Ref. Vlottende activa Voorraden Balans per 31 december 2016 (na voorgestelde resultaatbestemming) Activa 31 december 2016 31 december 2015 Ref Vaste activa Materiële vaste activa 4 Gebouwen 4 1.342.900 1.476.200 Inventaris 4 1.254.500

Nadere informatie

Stichting Fokus. Jaarrekening 2016

Stichting Fokus. Jaarrekening 2016 Stichting Fokus Jaarrekening 2016 Mei 2017 Postbus 6124 9702 HC Groningen Tel. (050) 521 72 00 Fax (050) 521 72 09 2 Inhoud Financiële jaarrekening 2016 Stichting Fokus 1. Balans per 31 december 2016 4

Nadere informatie

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS Het Algemeen Bestuur van het recreatieschap Dobbeplas; Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 13 oktober 2014; Gelet op het bepaalde in de artikelen

Nadere informatie