Brandveiligheid in de horeca Een economische analyse van de handhaving in een representatieve gemeente

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Brandveiligheid in de horeca Een economische analyse van de handhaving in een representatieve gemeente"

Transcriptie

1 Faculty of Law Department of Economics Research Memorandum Brandveiligheid in de horeca Een economische analyse van de handhaving in een representatieve gemeente Guido Suurmond L e i d e n U n i v e r s i t y

2 Correspondence to Faculty of Law Department of Economics P.O. Box RA Leiden The Netherlands Phone (7855) Website: Editors Dr. K. Caminada Dr B.C.J. van Velthoven

3 Brandveiligheid in de horeca. Een economische analyse van de handhaving in een representatieve gemeente. Guido Suurmond Afdeling Economie Faculteit der Rechtsgeleerdheid Universiteit Leiden Abstract Dit rapport inventariseert de verschillende kosten en baten van het handhaven van de brandveiligheid in de horeca. Ten behoeve van deze analyse zijn de beschikbare empirische gegevens zo goed mogelijk bijeengebracht om een beeld te krijgen van de horecagelegenheden en hun brandveiligheid in een voor Nederland representatieve gemeente. Drie vormen van handhaven staan centraal: (1) civielrechtelijk, (2) bestuursrechtelijk, en (3) strafrechtelijk. Geconcludeerd wordt dat civielrechtelijke handhaving door middel van slachtoffers die schadevergoeding vorderen de voorkeur verdient. De verdienste van bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving is vooral secundair, als aanvulling op deze civielrechtelijke handhaving. Het rapport bestaat uit twee delen. Het eerste bevat de analyse en de uitkomsten op hoofdlijnen. Het tweede deel bestaat uit bijlagen die de herkomst van de gegevens verantwoorden, de manier waarop deze eventueel zijn bewerkt en de wijze waarop daarmee de uitkomsten zijn berekend. Met dank aan Ben van Velthoven voor het meedenken en becommentarieëren van dit artikel. Ook dank ik de deelnemers aan het onderzoeksproject naar adequate naleving van regels (afdeling Bestuursrecht, Universiteit Leiden), in het bijzonder Michiel Tjepkema, voor hun opmerkingen. 1

4 2

5 1. Inleiding Handhavingsvraagstukken staan volop in de maatschappelijke en politieke belangstelling. Die belangstelling is mede ontstaan door enkele grotere incidenten in de afgelopen jaren (denk aan de vuurwerkramp in Enschede, de cafébrand in Volendam, ingestorte balkons en parkeerdaken, ontplofte gasleidingen etc.). Ook bij actuele thema s als leefbaarheid, criminaliteit, terrorisme en normen en waarden speelt handhaving een belangrijke rol. Daar komt bij dat er geworsteld wordt met de vraag welke taken en verantwoordelijkheden de overheid op zich wil, kan en moet nemen. Wat is de rol van de overheid in een steeds complexer wordende samenleving en hoe kan ze die rol naar behoren uitvoeren? Hoe moet er omgegaan worden met de hooggespannen verwachtingen van de burgers aan de ene kant en de beperkte financiële middelen en de behoefte van diezelfde burgers aan privacy, autonomie en comfort aan de andere kant? Ook op het terrein van rechtspleging en rechtshandhaving doet deze problematiek zich voor 1. Het besef dat de overheid niet alles kan handhaven, leidt bijvoorbeeld tot de roep om nieuwe instrumenten als certificering en andere mengvormen van publieke en private handhaving, of tot een zoektocht naar manieren om burgers meer eigen verantwoordelijkheid te geven in het naleven van regels. Er is dus een grote behoefte aan veiligheid (in de breedste zin van het woord) en tegelijk lijkt het met de naleving en (de uitvoering van) de handhaving van regels gericht op het vergroten van deze veiligheid problematisch gesteld. In dit rapport wil ik vanuit de economische wetenschap een bijdrage leveren aan de maatschappelijke discussie over deze problematiek. Dat is te meer van belang omdat de huidige handhavingspraktijk vooral door bovengenoemde incidenten geïnspireerd lijkt te worden en niet zozeer door een gedegen wetenschappelijke onderbouwing. Er bestaat behoefte aan meer inzicht in de condities waaronder we willen en kunnen handhaven, wat werkt en wat niet werkt, wie verantwoordelijk is of kan zijn, etc. Dit rapport tracht vanuit een economische invalshoek een bijdrage te leveren aan dit debat over handhavingsvraagstukken. Geprobeerd wordt aan te geven welke antwoorden de economische analyse geeft op vragen naar een effectieve en efficiënte handhaving. Ik wil dat niet doen door een abstracte bespiegeling, die al gauw vrijblijvend is, maar door de analyse toe te passen op de handhaving van de brandveiligheid in de horeca. Een dergelijke concrete toepassing is wellicht beter in staat de relevantie van de economische benadering te laten zien. Het is ook een voorbeeld van de manier waarop de vertaling van theorie naar praktijk gemaakt kan worden. Maar vooral is deze keuze ingegeven door het feit dat de zin en onzin van handhavingsvraagstukken niet in het algemeen beantwoord kan worden, maar alleen in een concrete voorliggende kwestie, met behulp van adequate empirische gegevens 2. De opzet van dit rapport is als volgt. Het begint met een korte, algemene analyse van het criterium dat economen gebruiken om handhavingsvraagstukken te beoordelen, namelijk efficiëntie. In paragraaf 3 wordt de casus van de handhaving van de brandveiligheid uitgelegd 1 Door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid is deze thematiek besproken in het rapport De toekomst van de nationale rechtsstaat (2002). 2 Voor een meer algemene beschouwing over de economische analyse van handhaving, zie Suurmond en Van Velthoven (2004). Een meer internationaal georiënteerde referentie is Polinsky en Shavell (2000). 3

6 en uitgewerkt. Na een korte uiteenzetting van het keuzegedrag van horecaondernemers in paragraaf 4 volgt in de paragrafen 5 tot en met 7 een beschrijving van de wijze waarop langs respectievelijk civielrechtelijke, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke weg de handhaving van de brandveiligheid vorm kan krijgen. In paragraaf 8 wordt getracht de verschillende resultaten met elkaar te vergelijken, waarna paragraaf 9 dit rapport afsluit. 2. Het begrip efficiëntie Het gaat in dit rapport om de vraag welk handhavingsbeleid en budget maatschappelijk optimaal is. Binnen de economische wetenschap wordt daarvoor het efficiëntiecriterium gehanteerd. Voor het bepalen van een efficiënt beleid worden alle effecten voor alle individuen (zowel positieve als negatieve) in kaart gebracht en vervolgens op een nader te bepalen wijze geaggregeerd. Het daardoor ontstane saldo van effecten wordt de maatschappelijke welvaart genoemd. Een beleid wordt efficiënt genoemd indien de maatschappelijke welvaart zo gunstig mogelijk is. Ter verduidelijking zij opgemerkt dat efficiëntie meer is dan een financieel begrip. Wanneer een beleid immateriële effecten heeft, moeten deze net zo goed meegenomen worden als de materiële effecten. Om de effecten onderling vergelijkbaar te maken en te sommeren worden de verschillende effecten in een concrete maatschappelijke kostenbatenanalyse wel zoveel mogelijk op één noemer gebracht door ze op geld te waarderen. De economische wetenschap heeft geen oordeel over de wijze waarop individuen onderling gewogen moeten worden. Een dergelijke beslissing moet in de politieke besluitvorming tot stand komen. Bij gebrek aan een algemeen geaccepteerd verdelingscriterium worden in een maatschappelijke kosten-batenanalyse alle individuen even zwaar gewogen De effecten van handhaving Om een oordeel te kunnen geven over de efficiëntie van een handhavingsbeleid moeten we de gevolgen daarvan in kaart brengen. Met betrekking tot het handhaven van regels kunnen we in hoofdlijnen drie gevolgen onderscheiden: 1. Het voorkomen van (de te verwachten) schade die een al dan niet onrechtmatige activiteit met zich meebrengt. Denk aan verkeersongelukken, moord of brand. Doordat mensen zich aan bepaalde regels houden (de maximumsnelheid, niet moorden, het vrijhouden van nooduitgangen) wordt deze schade teruggedrongen. Onder de schade kunnen en moeten ook maatschappelijke verontwaardiging en andere emoties gerekend worden. 2. De nalevingskosten (of: zorgkosten) voor de (potentiële) dader om zich aan de regels te houden en schade te voorkomen. Deze kosten omvatten ook de winst die iemand misloopt wanneer hij/zij zich aan de regels houdt. 3 Zie voor een uitgebreidere uitleg van efficiëntie en toepassing(en) van kosten-batenanalyses Van Velthoven en Suurmond (2003) en Suurmond en Van Velthoven (2003). 4

7 3. De handhavingskosten om het naleven van regels af te dwingen. Dat kunnen privaatrechtelijke kosten zijn voor het afwikkelen van schadeclaims of publiekrechtelijke kosten van opsporing, veroordeling en executie. Het betalen van een schadevergoeding of boete heeft als zodanig geen invloed op de maatschappelijke welvaart, omdat dit kosten zijn voor de een (de dader), maar inkomsten voor de ander (slachtoffers, belastingbetalers). De samenleving als geheel gaat er hierdoor niet op voor- of achteruit, tenzij de verdeling van de effecten van belang wordt geacht. Het opleggen van een gevangenisstraf is wel van belang, wanneer de samenleving waarde hecht aan het verlies van tijd en inkomsten van de gevangene. In het geval van handhaving spreken we van efficiëntie indien de som van de verwachte schade, de nalevingskosten en de handhavingskosten zo laag mogelijk is. De maatschappelijke welvaart is dan immers zo gunstig mogelijk. Van belang is dat het niet per se efficiënt is om te streven naar volledige naleving van de regels. Hoe meer mensen zich aan een bepaalde regel zullen houden, hoe lager de verwachte schade zal zijn. Echter, hoe meer mensen zich aan een bepaalde regel zullen houden, hoe hoger de nalevingskosten zullen zijn. Denkbaar is dat de reductie in de verwachte schade te allen tijde opweegt tegen de nalevingskosten, zoals bij moord. Het is echter ook mogelijk dat dit niet altijd het geval is. Denk aan het bestrijden van legionella, waarvoor bij ondernemingen met een (potentieel) hoog risico op besmetting de kosten van maatregelen wel opwegen tegen de lagere schade van legionella, maar bij ondernemingen met een laag risico niet. Het feit dat niet iedereen zich aan de regels houdt, is dus niet noodzakelijkerwijs een probleem, maar soms maatschappelijk gewenst. Daar komt nog bij dat we ook rekening dienen te houden met de handhavingskosten. Het efficiënte niveau van naleving van een regel is afhankelijk van de vraag of de kosten van het handhaven van dat niveau opwegen tegen de daardoor vermeden schade en de gemaakte nalevingskosten. Met andere woorden, de vraag of er een extra euro aan handhaving besteed moet worden, is afhankelijk van de vraag of daardoor de schade plus de nalevingskosten met meer dan een euro daalt. Zo niet, dan is deze euro niet efficiënt besteed. Het verloop van de handhavingskosten zal sterk afhangen van de precieze context. Het lijkt het meest logisch om te veronderstellen dat er meer handhavingskosten gemaakt moeten worden om gedaan te krijgen dat meer mensen zich aan de regels houden. Als de handhavingskosten inderdaad dit stijgende verloop hebben, dan valt het optimale nalevingsniveau lager uit dan onder de enkele afweging tussen schade en nalevingskosten. Het efficiënte niveau kan nog steeds volledige regelnaleving zijn, zoals bij moord. Maar het kan ook zo zijn, dat ten gevolge van de handhavingskosten het gewenste nalevingsniveau een stuk lager komt te liggen, zoals bij woninginbraak en fietsendiefstal. Dit is tot uitdrukking gebracht in figuur 1. Hierin staat op de horizontale as het nalevingsniveau, van 0% tot 100%. Als niemand zich aan de regels houdt, is de verwachte schade relatief groot, zijn er geen nalevingskosten en wordt er geen geld aan handhaving besteed. Wanneer er genoeg geld aan handhaving wordt uitgegeven, is het mogelijk dat iedereen zich aan de regels zal houden. De schade is dan laag, maar de nalevingskosten zullen hoog zijn. In deze figuur ligt het optimum bij 60%. Wanneer handhavende instanties een hoger niveau nastreven, dan moeten ze zoveel meer geld uittrekken om dat hogere niveau te 5

8 handhaven, dat het niet meer opweegt tegen de reductie in verwachte schade en de hogere nalevingskosten. Uiteindelijk is het bepalen van het optimum een empirische kwestie die van regel tot regel zal verschillen. In dit rapport zal ik proberen te laten zien hoe dat invulling kan krijgen voor een concrete casus als die van de handhaving van de brandveiligheid in de horeca. Daartoe zal ik eerst in de volgende paragraaf de context nader beschrijven. 3. Beschrijving van de casus: brandveiligheid in de horeca 3.1 De voorschriften Aan horecaondernemingen worden zowel in landelijke regelgeving (het Bouwbesluit 2003) als in gemeentelijke verordeningen (de Bouwverordening) voorschriften gegeven om ervoor te zorgen dat mensen die zich in een brandend gebouw bevinden tijdig een veilige plaats kunnen bereiken. Daartoe moeten horecagelegenheden aan drie soorten vereisten voldoen 4 : (1) bouwkundige voorzieningen, (2) installatietechnische voorzieningen, en (3) het veilige gebruik van het gebouw. De bouwkundige en installatietechnische voorschriften (denk aan de aanwezigheid van vluchtwegen, brandcompartimenten, brandwerende materialen, brandmeldinstallaties, vluchtrouteaanduidingen etc.) worden voorgeschreven in de vereiste bouwvergunning. Toezicht en handhaving vinden doorgaans plaats door een afdeling van de gemeente belast met bouw- en woningtoezicht, met advies van de brandweer. Deze twee soorten voorschriften blijven in de casus verder buiten beschouwing. De analyse richt zich op het naleven van de gebruiksvoorschriften, gegeven de bouwkundige staat van het gebouw. 4 Zie voor een uitgebreidere beschrijving van de regelgeving bijvoorbeeld Zoomers (2001). 6

9 Voorschriften voor het brandveilig gebruik van een gebouw zijn opgenomen in de gemeentelijke Bouwverordening. Op grond van deze Bouwverordening zijn horecaondernemingen verplicht om een gebruiksvergunning te hebben, waarin wordt voorgeschreven aan welke eisen zij moeten voldoen. 5 De belangrijkste gebruikseisen zijn: 1. Het vrijhouden van (nood)uitgangen en vluchtwegen en het onmiddellijk kunnen openen van de nooduitgangen. 2. Het op de juiste wijze ophangen en impregneren van stoffering en versiering. 3. Transparantverlichting (vluchtwegaanduiding) moet (indien vereist) altijd duidelijk zichtbaar zijn en branden tijdens aanwezigheid van personen. Transparanten en noodverlichting moeten werken bij spanning- of stroomuitval. Daarvoor is periodieke controle en onderhoud noodzakelijk. 4. Blusmiddelen moeten op de juiste manier aangeduid worden en jaarlijks gecontroleerd en eventueel onderhouden worden en bij brand bereikbaar zijn. 5. Overige eisen, bijvoorbeeld op het gebied van: a. ontruimingsplannen, personeelsinstructies etc.; b. controle en onderhoud van diverse installaties (zoals brandmeldinstallaties, ontruimingsinstallaties); c. veilig gebruik van kaarsen, afval, asbakken etc. 6. Er mogen niet meer personen aanwezig zijn in (een deel van) het gebouw dan het voorgeschreven maximum toelaatbaar aantal personen De horecaondernemingen en de gemeente Om de zin en onzin van het handhaven van deze gebruiksvoorschriften te beoordelen, kijk ik naar een fictieve gemeente die als casus zal dienen. Deze casus beoogt zo representatief mogelijk te zijn. Daartoe heb ik zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de in diverse bronnen beschikbare gegevens. Met behulp van deze gegevens heb ik een zo geloofwaardig mogelijke schatting proberen te maken van de schade, de nalevingskosten en de handhavingskosten 7. Het gaat mij in deze bijdrage om een analyse van de handhaving van de bestaande regelgeving. Primair is dit van belang voor het opstellen van een (gemeentelijk) toezichts- en handhavingsbeleid, gegeven de bestaande regelgeving. Echter, bij goede beleidsonderbouwing wordt ook in de fase van het opstellen van regels al nagedacht over de handhaving van die mogelijke regels. Ook dan is de analyse zoals uitgewerkt in dit rapport van belang. En wanneer blijkt dat op geen enkele wijze een resultaat behaald kan worden dat beter is dan onder geen handhaving, dan dient afschaffing of aanpassing van de regelgeving overwogen te worden. 5 De gemeenten volgen daarbij voor ongeveer 95% de Model-Bouwverordening van de VNG (MBV). In elk geval hanteren alle gemeenten voorzover ik weet een gebruiksvergunningstelsel. De meeste (politieke) aandacht gaat na Volendam uit naar het verlenen van deze gebruiksvergunningen. Gegeven dat gemeenten in grote mate de MBV volgen en de meeste vereisten van algemene aard zijn, is het de vraag waarom niet gekozen wordt voor landelijke regelgeving. Dat lijkt een hoop kosten te kunnen besparen. 6 Dit is de enige vereiste die specifiek per horecagelegenheid in de gebruiksvergunning staat opgenomen. De overige vereisten gelden ook indien de horecaonderneming geen gebruiksvergunning heeft. 7 De bronnen waar ik gebruik van gemaakt heb en de wijze waarop ik deze eventueel bewerkt heb, alsmede de uitgebreidere berekening van resultaten, zijn te vinden in de bijlage. 7

10 De casus heeft betrekking op een representatieve, middelgrote gemeente van inwoners met een standaard bevolkingssamenstelling. In deze gemeente zijn 100 horecagelegenheden 8, nader onder te verdelen in 15 typen. Onderstaande tabel geeft een algemeen beeld van deze horecaondernemingen. De horecagelegenheden zijn 250 dagen per jaar open. Tabel 3.1 Overzicht horecagelegenheden casus Type Aantal Omschrijving vvo a Jaaromzet 1 10 Buurtcafé Buurtcafé Bruincafé Disco/muziekcafé Café (overig) Eetcafé Eetcafé Restaurant (ned./frans) Fastfoodrestaurant Restaurant (aziatisch) Restaurant (aziatisch) Restaurant (mediterraans) Zalencentrum Restaurant (luxe, bijzonder) Restaurant (overig) Toelichting: a) vvo = verkoopvloeroppervlakte. 3.3 Nalevingskosten en verwachte schade In de vorige paragraaf is uiteengezet dat er drie effecten in het geding zijn bij het naleven van de regels. In deze paragraaf bespreek ik de grootte van de nalevingskosten en de schade in de casus. Daartoe deel ik de gebruiksvoorschriften op in twee soorten, te weten: 1. Technische voorschriften: dat zijn vereisten met betrekking tot het onderhoud en het op de juiste wijze laten functioneren van de bouwkundige en installatietechnische voorzieningen (met name eis 2, 3, 4 en 5). Deze moeten bij benadering jaarlijks in orde gemaakt worden. De kosten van het naleven van deze voorschriften bestaan uit een bedrag van enkele honderden euro s per jaar dat aan onderhoud, controle e.d. besteed moet worden. Ik veronderstel dat de helft van deze kosten te maken heeft met zaken die gaandeweg het jaar kapot kunnen gaan en dan vervangen moeten worden (denk met name aan verlichting). 2. Bezoekersaantallen: Dit zijn vereisten die tijdens het gebruik van het gebouw om continue aandacht vragen van de horecaondernemer (zoals eis 1, 5c en 6). Ik benader deze voorschriften door alleen naar de bezoekersaantallen te kijken. Gedurende het jaar heeft een horecaondernemer op een aantal dagen de mogelijkheid om meer bezoekers toe te 8 Met horeca worden in dit rapport bedoeld: cafés, discotheken, restaurants e.d. en geen hotels en snackbars. Een horecaondernemer is de exploitant van één horecagelegenheid. 8

11 laten dan toegestaan. Denk dan aan carnaval, oudejaarsavond, de weekenden voor kerst, verhuur voor privé-feesten etc. Door zich te houden aan de voorschriften loopt de ondernemer gedurende deze dagen een mogelijke extra omzet mis. Ik neem aan dat het voor alle horecagelegenheden voor drie dagen in het jaar algemeen bekend is dat ze dan meer bezoekers kunnen verwachten dan toegestaan (denk aan carnaval of een lokaal evenement). De overige dagen vallen in niet van tevoren bekende weekenden (100 dagen). De per type horecagelegenheid geschatte nalevingskosten staan in tabel 3.2. De horecaondernemer kan een van de volgende vier strategieën kiezen met betrekking tot het naleven van de regels: Stb: Zowel de technische voorschriften als de bezoekersaantallen naleven. St: Alleen de technische voorschriften naleven. Sb: Alleen de bezoekersaantallen naleven. Sn: Geen van de regels naleven. Tabel 3.2 Nalevingskosten per jaar (in euro s) Type Aantal vvo a max. # bezoekers Aantal dagen bezoekers c Kosten per dag bezoekers d Kosten bezoekers (jaar) Technische kosten (jaar) e Toelichting: a) vvo = verkoopvloeroppervlakte. b) Het maximum aantal toegestane bezoekers. Dit is een inschatting op basis van de vvo. Het toegestane aantal kan nooit 2x vvo overtreffen. c) Dit is het aantal dagen dat de horecaondernemer de mogelijkheid heeft om meer bezoekers toe te laten dan is toegestaan. d) Dit is de extra winst die een ondernemer kan krijgen als hij meer bezoekers toelaat dan toegestaan. Deze is berekend aan de hand van gegevens over de bestedingen per persoon per horecabezoek, gecorrigeerd met BTW en brutowinstmarge. Ik ben uitgegaan van een overschrijding van het maximum met 10-15%. e) De (structurele) kosten van het naleven van de (merendeels technische) gebruiksvoorschriften worden door Koninklijke Horeca Nederland geschat op zo n 410 à 760 per jaar per horecagelegenheid (zie Suurmond en Van Velthoven, 2003). 9

12 Naast de nalevingskosten is de verwachte schade van brand van belang. Deze schade valt op te delen in 3 componenten: 1. Materiële schade aan het gebouw 9. Deze schade bedraagt (in Nederland) gemiddeld 720 per jaar per horecagelegenheid of 4 per m 2 verkoopvloeroppervlakte per jaar Schade ten gevolge van dodelijke slachtoffers, die per dode bestaat uit 11 : - medische kosten à en kosten begrafenis à 5.750, tezamen (netto) productieverlies à immateriële waarde mensenleven (incl. verlies consumptie) à 2,11 miljoen 12 - totaal Per horecabrand overlijden er gemiddeld 0,006 personen. Per horecagelegenheid zijn dat er gemiddeld 0,0001 per jaar. Bij ongeveer 1 op de 250 miljoen horecabezoeken overlijdt iemand door brand. 3. Schade ten gevolge van gewonden, die per gewonde bestaat uit: - medische kosten à (netto) productieverlies à immateriële schade à totaal Per horecabrand raken er gemiddeld 0,071 mensen gewond als gevolg van brand. Per horecagelegenheid zijn dat er gemiddeld 0,012 per jaar. Bij ongeveer 1 op de 22 miljoen horecabezoeken raakt iemand gewond door brand. De grootte van de verwachte schade hangt af van de mate waarin de horecaondernemer de regels naleeft. Ik heb voor alle vier de mogelijke strategieën van de horecaondernemers een schatting gemaakt van de kans op brand en de bijbehorende schade in termen van financiële schade, aantal doden en aantal gewonden. Daarmee kan een overzicht gemaakt worden van de totale verwachte schade in euro s per strategie. In tabel 3.3 zijn deze bedragen te vinden, tezamen met de nalevingskosten 13. Uit tabel 3.3 blijkt dat het nog afgezien van de mogelijke invloed van handhavingskosten niet efficiënt is als elke horecaondernemer zich aan alle regels houdt. Voor een groot deel van de horecaondernemers is het voldoende als zij zich alleen aan de technische voorschriften houden (St). Voor een tweetal type horecaondernemers is het optimaal als zij zich in het geheel niet aan de regels houden (Sn). Het nalevingsniveau kan in een kengetal worden uitgedrukt door elke horecaondernemer die zich aan een regel houdt als één eenheid mee te tellen. Technische voorschriften en bezoekersaantallen worden daarbij 9 Daarnaast is er nog materiële schade tengevolge van het verlies van bedrijfsomzet. Bij gebrek aan adequate gegevens laten we deze verder buiten beschouwing. 10 De gegevens over het aantal branden in horecagelegenheden, de bijbehorende materiële schade, het aantal dodelijke slachtoffers en het aantal gewonden is beschikbaar bij het CBS (Brandweerstatistiek). Zie Suurmond en Van Velthoven (2003). De genoemde cijfers hebben betrekking op het gemiddelde voor Nederland over de jaren Op grond van deze cijfers zijn er op horecagelegenheden gemiddeld 348 branden per jaar. 11 We hebben dezelfde gegevens gebruikt als in Suurmond en Van Velthoven (2003), afkomstig van schattingen voor verkeersslachtoffers uit Wesemann (2000) en De Blaeij (2003), gecorrigeerd voor inflatie. Dit geldt ook voor de schade van gewonden. 12 Het gaat hier om het bedrag dat mensen bereid zijn te betalen om één verkeersdode uit te sparen. Zie De Blaeij (2003). Deze omvatten geen affectie- of shockschade aan nabestaanden. 10

13 simpel opgeteld. Het nalevingsniveau loopt dan uiteen van 0 (geen enkele horecaondernemer houdt zich aan een van de regels) tot 200 (alle horecaondernemers leven alle regels na). Het optimale nalevingsniveau ligt op 113 en bestaat uit 73 ondernemers die zich enkel aan de technische voorschriften houden (nalevingsniveau 1) en uit 20 ondernemers (type 6, 11 en 14) die zich aan beide voorschriften houden (nalevingsniveau 2). Daarnaast zijn er 7 ondernemers (type 9 en 15) die zich aan geen enkel voorschrift houden. In dit optimum van 113 worden er alles bijeen nalevingskosten gemaakt en resulteert een verwachte schade van , tezamen Tabel 3.3 Overzicht kosten en schade per horecagelegenheid per jaar in euro s Stb St Kosten kosten schade schade Aantanisckers schade schade schade schade nalkn tech- bezoe- Stb St Sb Sn + + Type nalkn Sb schade + nalkn Sn schade + nalkn Totaal Toelichting: De grijs geaccentueerde blokjes geven aan waar voor een bepaald type horecaonderneming de som van de verwachte schade en de nalevingskosten het laagste is. Wanneer er geen handhaving plaatsvindt, dan zullen ondernemers zich waarschijnlijk niet aan de regels houden. In dat geval bedragen de maatschappelijke kosten Dit suggereert dat er ruimte is om inderdaad regels te stellen en deze te handhaven. Op welke wijze dat dan het beste kan gebeuren en of dat een saldo oplevert dat kleiner is dan zal ik in de komende paragrafen analyseren. De volgende paragraaf gaat eerst kort in op de algemene vraag hoe handhaving het gedrag van horecaondernemers beïnvloedt. 4. Gedrag van horecaondernemers De horecaondernemer moet besluiten of hij de regels na zal leven ja of nee. Leeft een horecaondernemer de regels na, dan heeft hij te maken met de nalevingskosten. Overtreedt hij de regels, dan hoeft hij deze kosten niet te maken, maar moet hij wellicht een boete, een schadevergoeding of andere sanctie betalen, een gevangenisstraf uitzitten, zijn onderneming 13 Bedragen voor individuele horecaondernemingen worden afgerond op tientallen, voor het totaal doorgaans op honderdtallen. 11

14 sluiten o.i.d. Ik zal de hoogte van deze sanctie of schadevergoeding aanduiden met de term sanctiemaat. De sanctiekans is de kans dat de horecaondernemer daadwerkelijk met deze sanctie geconfronteerd wordt. Tezamen vormen deze het sanctierisico, oftewel de verwachte sanctie. Een horecaondernemer zal de regels naleven indien de kosten van het naleven van de regels, de nalevingskosten, lager zijn dan de kosten van het overtreden van de regels, het sanctierisico. Er wordt dus verondersteld dat de horecaondernemer een rationele keuze maakt. Dat wil zeggen dat hij de voors en tegens van de alternatieven (in dit geval: Stb, St, Sb en Sn) tegen elkaar afweegt en kiest voor het alternatief dat hem naar verwachting het minste kost. Een tweetal opmerkingen hierover ter verduidelijking: 1. Naast de nalevingskosten en het sanctierisico kunnen ook andere kosten in het geding zijn. Denk bijvoorbeeld aan de gevolgen voor de reputatie van de horecaondernemer bij potentiële klanten, familie en vrienden, zakenrelaties etc. Als deze factoren aanwezig zijn, dan zullen zij het overtreden van de regels minder aantrekkelijk maken. Het is echter onduidelijk (en twijfelachtig) of en hoe dergelijke zaken van invloed zijn in de concrete casus. Omdat adequate empirische informatie daarover ontbreekt, laat ik dergelijke zaken verder buiten beschouwing. Dat geldt ook voor de invloed van morele normen die ondernemers voor zichzelf hebben ontwikkeld, bijvoorbeeld dat regels altijd gehoorzaamd dienen te worden. Dergelijke factoren bepalen slechts in hoeverre iemand vatbaar is voor het sanctierisico, niet of iemand wel of niet vatbaar is voor sancties. Als horecaondernemers altijd, of juist nooit, de regels naleven, is handhaving zinloos, omdat er handhavingskosten gemaakt worden zonder dat dit invloed heeft op het gedrag van horecaondernemers. In de casus ga ik er omwille van de eenvoud van uit dat het gedrag van de horecaondernemers volledig wordt bepaald door de te verwachten sanctie en de nalevingskosten. 2. Ook ga ik ervan uit dat de horecaondernemer geen positieve of negatieve waarde hecht aan het risico dat hij loopt. Sommige mensen waarderen de zekerheid van de nalevingskosten boven de onzekerheid van een mogelijke sanctie. Anderen houden juist van een gokje. Ik ga ervan uit dat horecaondernemers risiconeutraal zijn. De horecaondernemer weegt de nalevingskosten af tegen het sanctierisico. Dat betekent dat als de handhavingskosten verwaarloosbaar klein zijn, in beginsel efficiëntie afgedwongen kan worden door het sanctierisico af te stemmen op de te verwachten schade. Dan weegt de horecaondernemer immers de nalevingskosten af tegen de te verwachten schade. Zijn er wel handhavingskosten in het geding, dan behoeft deze stelregel mogelijkerwijs aanpassing. Hoe groot het sanctierisico dan moet zijn, hoe groot de bijbehorende handhavingskosten en de resulterende maatschappelijke welvaart zijn, is het onderwerp van de komende paragrafen. In hoofdlijnen kunnen we daarbij drie mogelijke wijzen van handhaving onderscheiden, namelijk civielrechtelijk, bestuursrechtelijk of strafrechtelijk, die in die volgorde behandeld zullen worden. 12

15 5. Privaatrechtelijke handhaving Een eerste handhavingsmogelijkheid is om de horecaondernemer aansprakelijk te stellen voor de schade van brand en de handhaving over te laten aan de slachtoffers. Wanneer de ondernemer gedwongen wordt om de schade te vergoeden, zal hij in zijn beslissingen over mogelijke voorzorgsmaatregelen daar rekening mee houden. Hij weegt dan zijn nalevingskosten af tegen de schade die hij naar verwachting zal moeten vergoeden. De sanctiekans bestaat dan uit de kans dat hij door slachtoffers aansprakelijk wordt gesteld en daadwerkelijk tot een vergoeding moet overgaan. De sanctiemaat wordt bepaald door de hoogte van de te vergoeden schade. 5.1 Uitkomsten aansprakelijkheid Allereerst moet vastgesteld worden welke schade voor vergoeding in aanmerking komt. We zullen daarvoor drie mogelijkheden bekijken: 1. Huidig: Een vergoeding volgens huidig recht, waarbij aan nabestaanden van dodelijke slachtoffers slechts de medische kosten en de overlijdensschade wordt vergoed en aan gewonden een beperkt bedrag aan smartengeld wordt uitgekeerd. 2. Affectie: Een vergoeding zoals die eruit zou zien wanneer het huidige wetsvoorstel voor vergoeding van affectieschade is aangenomen Volledig: Een schadevergoeding waarbij slachtoffers en nabestaanden de volledige schade op de horecaondernemer kunnen verhalen. Tabel 5.1 geeft de hoogte van de schade die vergoed wordt weer bij de drie mogelijkheden. Tabel 5.1 Overzicht te vergoeden schade (in euro s) Kostenpost Huidig Affectie Volledig Per dode: Medische kosten Inkomstenverlies a a Immateriële schade b Totaal Per gewonde: Medische kosten Inkomstenverlies Immateriële schade c b Totaal Toelichting: a) Het inkomensverlies (dat wil zeggen: het bruto productieverlies) wordt onder het huidige recht aan nabestaanden alleen vergoed voor zover zij economisch afhankelijk waren van het slachtoffer. Gegeven de leeftijd en omstandigheden van de slachtoffers, en het feit dat een deel van het bruto productieverlies neerslaat bij de maatschappij in het algemeen ga ik ervan uit dat onder de huidige omstandigheden 10% van het bruto productieverlies voor vergoeding in aanmerking komt. b) In het wetsvoorstel voor affectieschade aan nabestaanden wordt voorgesteld om aan nabestaanden van dodelijke slachtoffers en van gewonden met ernstig en blijvend letsel een forfaitair bedrag van ongeveer toe te kennen aan een beperkte kring van nabestaanden. Ik ga er, opnieuw gelet op de achtergrond van potentiële slachtoffers, van uit dat dit bedrag gemiddeld 1,5 keer wordt toegekend. Bij gewonden is in de helft van de gevallen sprake van ernstig en blijvend letsel. c) Aan gewonden wordt ook in het huidige recht smartengeld vergoed, die oploopt naarmate de verwonding ernstiger / blijvender is. Aan de hand van de Smartengeldgids 2003 van de ANWB schat ik dat (jonge) brandslachtoffers gemiddeld smartengeld krijgen toegekend. 14 Zie Kamerstukken II 2002/2003, 28781, nr. 1, 2 en 3. 13

16 Met betrekking tot het vergoeden van de schade kan onderscheid gemaakt worden tussen risicoaansprakelijkheid en schuldaansprakelijkheid. Bij risicoaansprakelijkheid (RA) is de ondernemer altijd verplicht de schade vergoeden. Dat betekent dat, wanneer slachtoffers de horecaondernemer aansprakelijk kunnen en willen stellen, er altijd handhavingskosten op zullen treden nadat er brand is geweest. Wel kan risicoaansprakelijkheid zorgen voor een efficiënte prikkel voor de ondernemer met betrekking tot de afweging tussen schade en nalevingskosten. Bij schuldaansprakelijkheid hoeven er geen handhavingskosten gemaakt te worden wanneer de ondernemer zich aan de vereiste norm heeft gehouden. De schade is dan immers niet te verhalen 15. Bij schuldaansprakelijkheid weegt de horecaondernemer de nalevingskosten af tegen het mogelijkerwijs geheel ontlopen van een te betalen schadevergoeding (in plaats van slechts de reductie in schadevergoeding), zodat de prikkel om de regels na te leven mogelijkerwijs te groot of te klein is. Het is daarom van belang de horecaondernemer het optimale nalevingsniveau voor te schrijven. Er zijn in principe drie opties voor het vaststellen van het nalevingsniveau waaraan een ondernemer moet voldoen om aansprakelijkheid te ontlopen. Dat zijn 16 : SAT: de norm is dat voldaan moet zijn aan de technische voorschriften. SATB: de norm is dat de horecaondernemer aan zowel de technische voorschriften als de bezoekersaantallen moet voldoen. SAEN: de norm is dat de horecaondernemer het efficiënte niveau van zorg moet kiezen, dat wil zeggen nalevingskosten moet maken als deze lager zijn dan de reductie in schade. Tabel 3.3 geeft weer welk niveau dat is. Welke norm opgelegd kan worden, hangt af van de informatie die beschikbaar is over het efficiënte nalevingsniveau van een individuele ondernemer. Is die informatie, ook achteraf, niet beschikbaar per type horecagelegenheid, maar alleen voor alle horecaondernemers gezamenlijk, dan blijven de opties beperkt tot SAT, SATB of geen norm. Verder maak ik gebruik van de volgende gegevens om de maatschappelijke welvaart te bepalen: - De handhavingskosten bedragen 3750 per ingediende claim Indien de claim wordt erkend, komen deze handhavingskosten voor rekening van de horecaondernemer. - Gemiddeld wordt 95% van de claim toegekend. Dit percentage is kleiner dan 100% omdat er discussie kan bestaan over de vraag of er wellicht eigen schuld is aan de kant 15 Tenzij slachtoffers denken dat de schade toch wel te verhalen is. Het zal echter vrij snel bekend zijn aan welke normen de ondernemer zich gehouden heeft. De vraag is dan nog wat de rechter aanvaardbaar vindt. Daarover zal in elk geval op termijn (na enkele rechtszaken) duidelijkheid ontstaan. 16 Strikt genomen is er ook de optie om alleen het naleven van bezoekersaantallen voor te schrijven (Sb). In tabel 3.3 valt al te zien dat dat voor alle horecaondernemers een op zijn minst suboptimaal nalevingsniveau is. Deze optie blijft dan ook in het hele rapport verder achterwege. 17 Dit is een schatting op basis van Weterings (1999). Hij heeft de transaktiekosten geschat voor het afwikkelen van letselschadeclaims, dat wil zeggen de kosten voor (1) de pre-claimfase, (2) het vaststellen van de aansprakelijkheid, (3) de medische expertise, en (4) het vaststellen van de schade. 14

17 van het slachtoffer, hoe groot de schade is en in welke mate die veroorzaakt is door de horecabrand De horecaondernemer draait zelf op voor de materiële schade aan het gebouw 19. Ook beschikt de horecaondernemer over voldoende vermogen om de schade te vergoeden. Al met al betekent dit dat de horecaondernemer per dode onder het huidige recht bij risicoaansprakelijkheid naar verwachting een claim zal moeten betalen van 95% * ( ) = Kijken we bijvoorbeeld naar een horecaondernemer van type 2 dan heeft deze onder Sn naar verwachting 0, dodelijk slachtoffer per dag en onder St 0, Het maken van technische nalevingskosten à 300 per jaar levert de horecaondernemer in dit geval een lagere schadevergoeding op van naar verwachting (0, , ) * 250 dagen * = 157. Daar komt op dezelfde manier de reductie in gewonden à en in financiële schade à 104 bij. Al met al kan het maken van de technische nalevingskosten voor deze horecaondernemer dan ook zeker uit. Onder schuldaansprakelijkheid zou het zo kunnen zijn dat een horecaondernemer van type 2 door het maken van 300 aan technische nalevingskosten aansprakelijkheid in het geheel ontloopt. Hij bespaart dan naar verwachting aan dodelijke slachtoffers 0, * 250 dagen * = 238. In totaal zou hij 3080 aan verwachte kosten ontlopen. Op soortgelijke wijze kan voor elke horecaondernemer onder elke mogelijke schadevergoeding zijn gedrag bepaald worden. De uitkomsten voor privaatrechtelijke handhaving onder de huidige omstandigheden staan in tabel 5.2a. Tabel 5.2a Onder huidig recht RA SAT SATB SAEN Verwachte schade Nalevingskosten Subtotaal Handhavingskosten Totaal Nalevingsniveau Wat allereerst opvalt aan tabel 5.2a, is dat onder risicoaansprakelijkheid de handhavingskosten inderdaad een stuk hoger uitvallen dan onder schuldaansprakelijkheid. In beide gevallen zijn de handhavingskosten echter zeer gering in verhouding tot de schade en de nalevingskosten. Dat heeft vooral te maken met het feit dat de handhavingskosten slechts dan gemaakt hoeven te worden indien er brand is uitgebroken én daarbij slachtoffers zijn gevallen. Een dergelijke gebeurtenis doet zich niet vaak voor. 18 De hoogte van dit percentage heeft overigens slechts geringe invloed op de uitkomst, zolang het boven de 50% blijft. 19 Ofwel omdat hij daar niet voor verzekerd is, of omdat hij er wel voor verzekerd is, maar de verzekeringsmaatschappij door middel van eigen risico s, gedifferentieerde premies of eigen (technische) voorschriften in staat is de horecaondernemer te dwingen op optimale wijze rekening te houden met de gevolgen voor de materiële schade. Deze veronderstelling is van geringe invloed, omdat de voorschriften primair gericht zijn op het terugdringen van het aantal menselijke slachtoffers en niet zozeer van de materiële schade. Als de materiële schade niet voor rekening van de horecaondernemer is, bijvoorbeeld omdat hij daarvoor verzekerd is en zich er verder niet om bekommert, dan ligt het nalevingsniveau onder het huidige recht ongeveer 15 punten lager t.o.v. tabel

18 Verder kan een deel van de horecaondernemers via een van de vormen van aansprakelijkheid gedwongen worden tot het maken van nalevingskosten, maar is het nalevingsniveau beduidend lager dan 113. Dat heeft te maken met het feit dat de horecaondernemers slechts een beperkt deel van de schade hoeven te vergoeden en daarom maar ten dele rekening houden met de maatschappelijke schade die zij veroorzaken. Bij nadere analyse blijkt bijvoorbeeld dat geen van de horecaondernemers zich in dit geval aan de bezoekersaantallen zal houden, ook niet bij risicoaansprakelijkheid of schuldaansprakelijkheid met beide voorschriften als norm. Het nalevingsniveau ligt bij SATB zelfs lager dan bij SAT. Het aanscherpen van de norm, zorgt dus voor een lager nalevingsniveau. Waar het onder SAT voor een horecaondernemer van type 15 nog voordelig is om te voldoen aan de technische voorschriften om daarmee aansprakelijkheid te ontlopen (kosten 300, geen schadevergoeding à 304), is die prikkel onvoldoende wanneer hij aan beide normen moet voldoen. Dan kiest hij liever voor Sn (en schadevergoeding à 304) in plaats van voor St (nalevingskosten van 300 plus een schadevergoeding van 18, totaal 318) of Stb (nalevingskosten van 925). De prikkel om nalevingskosten te maken is onder schuldaansprakelijkheid groter dan onder risicoaansprakelijkheid, omdat de horecaondernemer in het eerste geval een mogelijke schadevergoeding in het geheel ontloopt door zich aan de voorschriften te houden. In tabel 5.2a blijkt dat uit het feit dat het nalevingsniveau onder schuldaansprakelijkheid groter is dan onder risicoaansprakelijkheid. Omdat er sprake is van onder-afschrikking is dat in dit geval gunstig voor de maatschappelijke welvaart. Als er weinig informatie over individuele horecaondernemers is, dan kan het beste gekozen worden voor schuldaansprakelijkheid met als norm de technische voorschriften. De handhavingskosten die dan ontstaan, zijn het gevolg van horecaondernemers van type 1 en 9 die zich niet aan de voorschriften houden, waardoor er handhavingskosten optreden als er brand uitbreekt en er slachtoffers vallen. Als er wel per horecaondernemer een verschillende norm kan worden vastgesteld, is de maatschappelijke welvaart lager wanneer aan horecaondernemers de efficiënte norm wordt opgelegd, dan wanneer aan iedereen de technische voorschriften worden opgelegd. De reden is dat bij de efficiënte norm horecaondernemers van type 6, 11 en 14 zich niet aan de bezoekersaantallen houden en horecaondernemers van type 1 zich niet aan de technische voorschriften houdt. Daardoor ontstaan er relatief veel handhavingskosten. Deze handhavingskosten kunnen vermeden worden door voor type 6, 11 en 14 als norm de technische voorschriften te hanteren en aan type 1 in het geheel geen voorschriften op te leggen. Dan wordt het best haalbare nalevingsniveau van 83 bereikt zonder dat er handhavingskosten gemaakt worden. Het resterende saldo is dan Het blijkt dat als slachtoffers geen volledige schadevergoeding kunnen afdwingen, de horecaondernemers onvoldoende prikkel hebben om schade te voorkomen. Als de te betalen schadevergoeding hoger wordt, dan leidt dat ertoe dat horecaondernemers sneller de nalevingskosten zullen maken. In dit verband kunnen we dan ook kijken of het vergoeden van affectieschade er voor zorgt dat horecaondernemers beter rekening houden met de maatschappelijke schade. De resultaten daarvan staan in tabel 5.2b. Zoals al uit tabel 5.1 viel af te leiden, is de invloed van het vergoeden van affectieschade in elk geval in deze casus zeer gering. Het heeft alleen bij SATB invloed en 16

19 dan slechts voor horecaondernemers van type 15. Daarvoor wordt het nu net wel voordelig om de technische voorschriften na te leven. Tabel 5.2b Met affectieschade RA SAT SATB SAEN Verwachte schade Nalevingskosten Subtotaal Handhavingskosten Totaal Nalevingsniveau Wil de horecaondernemer meer de regels naleven, dan zal de te betalen schadevergoeding meer in overeenstemming moeten zijn met de daadwerkelijk ontstane maatschappelijke schade. Tabel 5.2c laat zien dat als de horecaondernemer de volledige maatschappelijk schade moet vergoeden, onder privaatrechtelijke handhaving efficiëntie bereikt kan worden. Als er geen informatie over individuele horecaondernemers beschikbaar is, dan kan dat het beste door een vorm van risicoaansprakelijkheid. Er resteren dan handhavingskosten van 460, maar wel bereiken we het nalevingsniveau van 113. Deze uitkomst is beter dan elke horecaondernemer de technische voorschriften voor te schrijven. Bij een volledige schadevergoeding zullen alle horecaondernemers zich aan de voorgeschreven norm houden. Als er informatie per type horecagelegenheid aanwezig is, dan kan dezelfde situatie bereikt worden zonder handhavingskosten door elke ondernemer precies het efficiënte nalevingsniveau voor te schrijven 20. Tabel 5.2c Met volledige schadevergoeding RA SAT SATB SAEN Verwachte schade Nalevingskosten Subtotaal Handhavingskosten Totaal Nalevingsniveau Bekijken we het geheel van tabel 5.2 dan is het opvallend dat de maatschappelijke welvaart in alle mogelijke situaties niet zeer sterk van elkaar afwijkt. Het verschil is maximaal ( versus ), zo n 7%, maar in de meeste gevallen kleiner. Dat wijst erop dat aansprakelijkheid, in welke vorm dan ook en zelfs met een beperkte schadevergoeding, in staat is om in elk geval die horecaondernemers voor wie dat maatschappelijk gezien het meest dringend gewenst is, tot het maken van nalevingskosten te dwingen, zodat er een nalevingsniveau van 70 à 80 ontstaat. Wat er daar bovenop nog bereikt wordt, verbetert wel de maatschappelijke welvaart, maar in veel geringere mate. 20 De economische theorie leert ons dat onder schuldaansprakelijkheid wel het efficiënte nalevingsniveau gekozen wordt, maar mogelijkerwijs een inefficiënt aantal activiteiten, omdat de (potentiële) dader bij optimale zorg alleen opdraait voor de nalevingskosten en niet voor de schade (zie bijvoorbeeld Van Velthoven en Van Wijck, 2001, p ). Dat probleem doet zich in de casus niet voor, omdat de norm voor de zorgvuldigheid zich uitstrekt tot de bezoekersaantallen en de exploitatieduur geen rol speelt. 17

20 Voor een goede werking van aansprakelijkheid moet wel voldaan zijn aan een aantal voorwaarden, waaronder de voorwaarde dat slachtoffers in staat zijn de horecaondernemer aansprakelijk te stellen. Op dat laatste ga ik in paragraaf 5.2 in. Andere voorwaarden komen in paragraaf 5.3 aan bod. 5.2 De rol van proceskosten In de vorige paragraaf ben ik ervan uitgegaan dat slachtoffers in staat zijn een schadevergoeding af te dwingen (alleen onder de huidige omstandigheden niet de volledige schade). We hebben niet expliciet gekeken naar de overwegingen van slachtoffers omtrent het wel of niet aansprakelijk stellen van de horecaondernemers. Ook ben ik er impliciet van uitgegaan dat elke claim geschikt kon worden (tegen kosten van 3750). De economische theorie van de geschillenbeslechting 21 leert dat er alleen een schikking tot stand komt wanneer beide partijen daarmee beter af zijn dan onder een gang naar de rechter. Een noodzakelijke voorwaarde voor een schikking is dat slachtoffers als stok-achter-de-deur de gang naar de rechter wel kunnen maken indien de horecaondernemer niet wil schikken. Als een horecaondernemer weet dat de slachtoffers als puntje bij paaltje komt niet naar de rechter zullen stappen, zal hij ook niet akkoord gaan met een schikking en zal hij zich ook niet genoodzaakt voelen nalevingskosten te maken om schade te voorkomen. Slachtoffers zijn alleen tot het afdwingen van een schadevergoeding in staat, indien de verwachte schadevergoeding opweegt tegen de kosten van het indienen van een claim. Is dat niet het geval, dan zal een slachtoffer de gang naar een rechter niet maken. Stel dat: S is de schade die mogelijk vergoed wordt; P s en P h zijn de kans die het slachtoffer respectievelijk de horecaondernemer denkt te hebben op het winnen respectievelijk verliezen van de rechtszaak; en K is de proceskosten die het slachtoffer en de horecaondernemer gezamenlijk moeten maken bij een rechtszaak. Bij een strikte proceskostenveroordeling voor de verliezende partij denkt het slachtoffer netto P s * S - (1-P s) * K over te houden aan een rechtszaak. Is dit bedrag groter dan nul, dan heeft hij een positieve verwachte waarde van een rechtszaak en zal hij de horecaondernemer aansprakelijk stellen. Dit is tevens het bedrag dat hij minstens bij een schikking wil ontvangen. De dader verwacht bij een rechtszaak P h*(s+k) te moeten betalen. Dit is het bedrag dat hij maximaal bereid is te betalen bij een schikking. Wanneer beide partijen ongeveer dezelfde verwachting hebben omtrent de uitkomst van de rechtszaak (P s = P h), dan is het mogelijk een voor beide partijen gunstige schikking tot stand te brengen en de proceskosten uit te sparen. Tabel 5.3 laat zien welke kosten een (ernstig) gewond slachtoffer onder het huidige recht moet maken, indien deze de gang naar de rechter moet maken om de horecaondernemer tot schadevergoeding te dwingen. De kosten van de rechtsgang zijn te onderscheiden in: - De griffierechten. - De kosten van een advocaat, dat wil zeggen de eigen bijdrage indien het slachtoffer gebruik maakt van gesubsidieerde rechtsbijstand, en anders het commerciële tarief. - De overige kosten die de advocaat voor het slachtoffer maakt, ten behoeve van het voeren van officiële procedures, het inschakelen van getuigen, deskundigen etc. 21 Zie bijvoorbeeld Van Velthoven en Van Wijck, 2001, hoofdstuk 6. 18

Handhaving brandveiligheid in de horeca: een economische analyse Guido Suurmond 1

Handhaving brandveiligheid in de horeca: een economische analyse Guido Suurmond 1 Handhaving brandveiligheid in de horeca: een economische analyse Guido Suurmond 1 1. Inleiding Handhavingsvraagstukken staan volop in de maatschappelijke en politieke belangstelling. Die belangstelling

Nadere informatie

Workshop 3 (Guido Suurmond)

Workshop 3 (Guido Suurmond) Workshop 3 () - Als de regelgeving technisch ingewikkeld is, zodat de ondernemer die moeilijk kan kennen; - Als de ondernemer gemotiveerd is de regels na te leven; - Als de ondernemer niet bewust de regels

Nadere informatie

Handhaving in den brede: de economische invalshoek. G. Suurmond en B.C.J. van Velthoven*

Handhaving in den brede: de economische invalshoek. G. Suurmond en B.C.J. van Velthoven* Handhaving in den brede: de economische invalshoek Een literatuurstudie ten behoeve van het Expertisecentrum Rechtshandhaving van het Ministerie van Justitie G. Suurmond en B.C.J. van Velthoven* * De auteurs

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 375 Besluit van 4 september 2009, houdende aanpassing van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht in verband met de indexering

Nadere informatie

Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade

Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade M.P.G. Schipper & I. van der Zalm Published in AV&S 2010/3, nr. 15,

Nadere informatie

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw,

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw, Amsterdam, 10 augustus 2017 Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht 2019 Geachte heer, mevrouw, Namens de Vereniging voor Vermogensbeheerders & Adviseurs (hierna: VV&A ) maken wij gaarne

Nadere informatie

Slachtoffer. Schade? van geweld? Wat het Schadefonds Geweldsmisdrijven voor u kan doen

Slachtoffer. Schade? van geweld? Wat het Schadefonds Geweldsmisdrijven voor u kan doen Slachtoffer van geweld? Schade? Wat het Schadefonds Geweldsmisdrijven voor u kan doen Slachtoffer van geweld? Als u slachtoffer bent geworden van een geweldsmisdrijf, dan is dat een ingrijpende ervaring.

Nadere informatie

Samenvatting [Summary in Dutch] Handhaving van de brandveiligheid in de horeca. Een economische analyse

Samenvatting [Summary in Dutch] Handhaving van de brandveiligheid in de horeca. Een economische analyse Samenvatting [Summary in Dutch] Handhaving van de brandveiligheid in de horeca. Een economische analyse INLEIDING Tijdens de nieuwjaarsnacht van 1 januari 2001 breekt er brand uit in café t Hemeltje in

Nadere informatie

Handhaven: eerst kiezen, dan doen Economische mogelijkheden en beperkingen

Handhaven: eerst kiezen, dan doen Economische mogelijkheden en beperkingen Handhaven: eerst kiezen, dan doen Economische mogelijkheden en beperkingen Deelrapport IV G. Suurmond en B.C.J. van Velthoven 1 Dit is een uitgave van het Expertisecentrum Rechtshandhaving, ministerie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17523 10 november 2010 Besluit van *****, tot vaststelling van de bedragen voor vergoeding voor het door naasten geleden

Nadere informatie

Veelgestelde vragen Convenant Buitengerechtelijke Kosten - Letsel

Veelgestelde vragen Convenant Buitengerechtelijke Kosten - Letsel Veelgestelde vragen Convenant Buitengerechtelijke Kosten - Letsel Versie 3, 6 november 2009 Per 1 januari 2009 is het convenant Buitengerechtelijke Kosten - Letsel, afgesloten tussen de afdelingscommissies

Nadere informatie

De beste prijs-kwaliteit verhouding?

De beste prijs-kwaliteit verhouding? De beste prijs-kwaliteit verhouding? Prof. dr. Jan Telgen, Universiteit Twente Inkopers hebben nogal eens de neiging zich een Calimero rol aan te meten: zij zijn groot en ik ben klein. Dat gebeurt dan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 257 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten

Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten In verband met het nieuwe omgevingsrecht en het nieuwe nadeelcompensatierecht Dit document

Nadere informatie

MH17 ramp: een aantal juridische vragen beantwoord

MH17 ramp: een aantal juridische vragen beantwoord MH17 ramp: een aantal juridische vragen beantwoord Antoinette Collignon heeft voor de LSA, de Nederlandse vereniging voor Letselschade Advocaten een aantal veel gestelde juridische vragen over de vliegtuigramp

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 9 maart 2018 Betreft Staatsaansprakelijkheid MH17

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 9 maart 2018 Betreft Staatsaansprakelijkheid MH17 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie Datum 9 maart 2018 Betreft Staatsaansprakelijkheid

Nadere informatie

Nota van toelichting

Nota van toelichting Nota van toelichting In het Algemeen Overleg van 11 november 2008 heb ik nadere regelgeving voor buitengerechtelijke incassokosten aangekondigd (Kamerstukken II 2008/09, 24 515, nr. 144). Bij brief van

Nadere informatie

Interne memo. Aan : Jan ten Hoor Van : Simon Tichelaar Betreft : Aanbesteding Haderaplein Datum : 22 november Inleiding

Interne memo. Aan : Jan ten Hoor Van : Simon Tichelaar Betreft : Aanbesteding Haderaplein Datum : 22 november Inleiding 1 Interne memo Aan : Jan ten Hoor Van : Simon Tichelaar Betreft : Aanbesteding Haderaplein Datum : 22 november 2012 Inleiding In november 2011 adviseerden wij (Trip Advocaten & Notarissen) over de aanbestedingsrechtelijke

Nadere informatie

Handleiding vergoeding kosten bezwaar en administratief beroep

Handleiding vergoeding kosten bezwaar en administratief beroep September 2002 Inhoudsopgave Inleiding Hoofdstuk 1 Welk recht is van toepassing Hoofdstuk 2 Vergoedingscriterium en te vergoeden kosten 2.1 Vergoedingscriterium 2.2 Besluit proceskosten bestuursrecht 2.3

Nadere informatie

INFORMATIE VOOR CLIENTEN DIE ALS GEVOLG VAN EEN SCHADE VEROORZAKENDE GEBEURTENIS LETSEL HEBBEN OPGELOPEN

INFORMATIE VOOR CLIENTEN DIE ALS GEVOLG VAN EEN SCHADE VEROORZAKENDE GEBEURTENIS LETSEL HEBBEN OPGELOPEN beeradvocaten INFORMATIE VOOR CLIENTEN DIE ALS GEVOLG VAN EEN SCHADE VEROORZAKENDE GEBEURTENIS LETSEL HEBBEN OPGELOPEN Inleiding Het voorval waardoor bij u letsel is ontstaan, heeft niet alleen verstrekkende

Nadere informatie

Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn

Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn Naam patiënt:.. Geboortedatum patiënt:... Naam afnemer: Datum afname: Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn 1. Wilsbekwaamheid wordt altijd beoordeeld ter zake een bepaald onderzoek of bepaalde

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

Bijlage 3: Budget impactanalyse

Bijlage 3: Budget impactanalyse Bijlage 3: Budget impactanalyse Inleiding Tijdens de ontwikkeling van de generieke module Arbeid als medicijn werd een budget impactanalyse uitgevoerd waarin de impact werd onderzocht van het toepassen

Nadere informatie

Three strikes you're out / Q&A

Three strikes you're out / Q&A Sinds de invoering van het zogenaamde three strikes you re out beginsel bij de handhaving van veiligheids- en overlastvoorschriften verbonden aan exploitatievergunningen op grond van de Verordening op

Nadere informatie

Modal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse

Modal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse Modal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse Sytze Rienstra en Jan van Donkelaar, 15 januari 2010 Er is de laatste tijd bij de beoordeling van projecten voor de binnenvaart veel discussie over

Nadere informatie

Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Hollands Kroon 2015

Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Hollands Kroon 2015 Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Hollands Kroon 2015 Beleidsregels over nadeelcompensatie als gevolg van het verplaatsen op verzoek van de gemeente of het anderszins nemen van maatregelen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: 00378506. Onderwerp: BEC motie rekentool begroting 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: 00378506. Onderwerp: BEC motie rekentool begroting 2014 Zaaknummer: 00378506 Onderwerp: BEC motie rekentool begroting 2014 Collegevoorstel Inleiding Bij de begrotingsbehandeling 2014 is unaniem een motie van het CDA aangenomen waarin u wordt verzocht de toepasbaarheid

Nadere informatie

5. Moet je een melding bij de commissie Samson hebben gedaan om voor een compensatieregeling in aanmerking te komen? Dat is niet noodzakelijk.

5. Moet je een melding bij de commissie Samson hebben gedaan om voor een compensatieregeling in aanmerking te komen? Dat is niet noodzakelijk. Vragen en Antwoorden compensatieregelingen slachtoffers van seksueel misbruik in de jeugd/pleegzorg In dit document vindt u vragen en antwoorden bij de mededelingen van het Ministerie van Veiligheid en

Nadere informatie

In artikel 1 worden in de omschrijving van seksbedrijf de woorden of het verrichten van vervangen door: of tot het verrichten van.

In artikel 1 worden in de omschrijving van seksbedrijf de woorden of het verrichten van vervangen door: of tot het verrichten van. 32 211 Regels betreffende de regulering van prostitutie en betreffende het bestrijden van misstanden in de seksbranche (Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche) NOTA VAN WIJZIGING

Nadere informatie

Samenvatting. Het behandelbaarheidscriterium in de WBO

Samenvatting. Het behandelbaarheidscriterium in de WBO Samenvatting De Staatssecretaris van VWS heeft de Gezondheidsraad gevraagd om een verkenning van mogelijke problemen bij de interpretatie van het begrip (niet-)- behandelbaar in een tweetal wetten op het

Nadere informatie

Resultaat Toetsing TNO Lean and Green Awards

Resultaat Toetsing TNO Lean and Green Awards ID Naam Koploper Datum toetsing 174 M. Van Happen Transport BV 2-4-2012 Toetsingscriteria 1. Inhoud en breedte besparingen 2. Nulmeting en meetmethode 3. Haalbaarheid minimaal 20% CO2-besparing na 5 jaar

Nadere informatie

Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake

Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake REGELING BUITENGERECHTELIJKE KOSTEN MATERIEEL Overwegende dat:

Nadere informatie

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 74414860 Offerte: een aanbieding (schriftelijk of per mail) van Bart Jansen Advies

Nadere informatie

u hebt letselschade 38114 12.14

u hebt letselschade 38114 12.14 u hebt letselschade 2 Een gespecialiseerde letselschadejurist behandelt uw zaak In de rij voor het verkeerslicht rijdt iemand achterop uw auto. Bij het voetballen breekt u een been na een tackle van een

Nadere informatie

De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten

De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten Beschut werk is goedkoper dan een participatievoorziening omdat met beschut werk opbrengsten worden gerealiseerd uit productie. Hiermee kunnen ongeveer

Nadere informatie

Bijdrage opruimingskosten in de jaarrekening

Bijdrage opruimingskosten in de jaarrekening Bijdrage opruimingskosten in de jaarrekening Verschillende overheidsregelingen eisen van ondernemingen financiële bijdragen voor de kosten van het opruimen van producten of productiefaciliteiten van die

Nadere informatie

Naar aanleiding van de uitzending van Tros Radar d.d. 23 februari 2015.

Naar aanleiding van de uitzending van Tros Radar d.d. 23 februari 2015. Vrijblijvende en ter oriëntatie bedoelde toelichting op procedure misleiding Staatsloterij en de eventuele mogelijkheid tot het verkrijgen van schadevergoeding of een andere vorm van compensatie. Naar

Nadere informatie

Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland

Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland Inleiding Calamiteiten bij zorg en ondersteuning kunnen helaas niet altijd voorkomen worden. Ze hebben een grote impact op betrokkenen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 32 140 Herziening Belastingstelsel Nr. 27 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Omwenteling in de overlijdensschadeberekening. De berekening van overlijdensschade en artikel 6:108 BW

Omwenteling in de overlijdensschadeberekening. De berekening van overlijdensschade en artikel 6:108 BW Omwenteling in de overlijdensschadeberekening De berekening van overlijdensschade en artikel 6:108 BW Prof. Arno Akkermans 1. Berekenen, verrekenen en vertekenen => het oude systeem lokt strategisch manoeuvreren

Nadere informatie

2012D Is er een rol voor cliëntenraden bij deze problematiek en zo ja, wat is deze?

2012D Is er een rol voor cliëntenraden bij deze problematiek en zo ja, wat is deze? 2012D08796 1 Is er een rol voor cliëntenraden bij deze problematiek en zo ja, wat is deze? 2 Welke maatregelen heeft de rijksoverheid sinds 2003, toen voor het eerste bleek dat de brandveiligheid bij zorginstellingen

Nadere informatie

Meningen over sprinklerinstallaties. Verzekeraars, brandweer, projectontwikkelaars,

Meningen over sprinklerinstallaties. Verzekeraars, brandweer, projectontwikkelaars, Meningen over sprinklerinstallaties Verzekeraars, brandweer, projectontwikkelaars, architecten, ingenieurs, gemeentelijke overheden: hoe denken zij over sprinklers? Brandveiligheid, een hot item 1 Het

Nadere informatie

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden. Aan: Gemeenteraad van Druten Druten, 27 juli 2015 Geachte voorzitter en leden van de gemeenteraad, In de eerste rekenkamerbrief van 2015 komt inkoop en aanbesteding aan bod. Dit onderwerp heeft grote relevantie,

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijwetenschappen vwo I

Eindexamen maatschappijwetenschappen vwo I Opgave 5 Sociale veiligheid ontsleuteld 24 maximumscore 2 Ministerie van Binnenlandse Zaken (en Koninkrijksrelaties) heeft als taak (één van de volgende): 1 het bevorderen van de openbare orde en veiligheid

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Besparen. Met de Proteq Autoverzekering bespaart u al snel honderden euro s per jaar!

Besparen. Met de Proteq Autoverzekering bespaart u al snel honderden euro s per jaar! Autoverzekering Besparen Met de Proteq Autoverzekering bespaart u al snel honderden euro s per jaar! De Proteq Autoverzekering is één van de goedkoopste autoverzekeringen van Nederland. Ook de voorwaarden

Nadere informatie

Nieuwe richtlijn kinderalimentatie

Nieuwe richtlijn kinderalimentatie Nieuwe richtlijn kinderalimentatie maart 2013 mr T.G. Gijtenbeek De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

Berenschot. Evaluatie wet VTH. Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN

Berenschot. Evaluatie wet VTH. Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN Berenschot Evaluatie wet VTH Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 3 ANALYSE FINANCIËLE RATIO S OMGEVINGSDIENSTEN 22 mei 2017 Bijlage 3. Analyse financiële ratio s omgevingsdiensten Inleiding In deze

Nadere informatie

Raadsvoorstel tot het wijzigen van de Bouwverordening gemeente

Raadsvoorstel tot het wijzigen van de Bouwverordening gemeente gemeente Eindhoven Dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer Raadsnummer 03.R499.OOI Inboeknummer osbooo4s4 Beslisdatum BikW xo juni soos Dossiernummer a24.75i Raadsvoorstel tot het wijzigen van de Bouwverordening

Nadere informatie

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010 AANVRAAG Registratienummer: Betreft: Eisen bestaand gezondheidszorggebouw Aanvrager: ir. C.A.E. (Kees) Rijk Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie,

Nadere informatie

RECHT EN EFFICIENTIE

RECHT EN EFFICIENTIE RECHT EN EFFICIENTIE Een inleiding in de economische analyse van het recht Eindredactie: dr. B.C.J. van Velthoven dr. P.W. van Wijck Met bijdragen van: dr. C.P. van Beers mw. mr. drs. A.E.H. Huygen prof.

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Datum 9 februari 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Gerkens (SP) inzake de praktijken van letselschadebureaus

Datum 9 februari 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Gerkens (SP) inzake de praktijken van letselschadebureaus > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 34 302 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2016) T BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010 Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010 Inleiding Participeren in het beleggingsobject Terra Vitalis kan gevolgen hebben voor uw belastingpositie

Nadere informatie

PvdA Amsterdam Ingediende moties Politieke ledenraad 19-09-2015. Motie bij agendapunt Basisinkomen

PvdA Amsterdam Ingediende moties Politieke ledenraad 19-09-2015. Motie bij agendapunt Basisinkomen PvdA Amsterdam Ingediende moties Politieke ledenraad 19-09-2015 Motie bij agendapunt Basisinkomen 1. de motie Basisinkomen (nr. 37), zoals aangenomen door het Congres van januari 2015, voorstellende een

Nadere informatie

Beïnvloeden van het gedrag van organisaties, enkele inzichten. Rob van Dorp Han de Haas

Beïnvloeden van het gedrag van organisaties, enkele inzichten. Rob van Dorp Han de Haas Beïnvloeden van het gedrag van organisaties, enkele inzichten Rob van Dorp Han de Haas 5 januari 2011 Uitspraak rechter dat chemie pack opzettelijk niet alle maatregelen heeft getroffen die nodig zijn

Nadere informatie

OPNAME-RAPPORT APK-KEURING GEBOUWEN. Opsteller. Namens. Datum onderzoek. Aanwezig Naam Namens. Naam bouwwerk. Straat. Gemeente. Bestemming bouwwerk

OPNAME-RAPPORT APK-KEURING GEBOUWEN. Opsteller. Namens. Datum onderzoek. Aanwezig Naam Namens. Naam bouwwerk. Straat. Gemeente. Bestemming bouwwerk OPNAME-RAPPORT APK-KEURING GEBOUWEN Opsteller Namens Datum onderzoek Aanwezig Naam Namens Naam bouwwerk Straat Gemeente Bestemming bouwwerk Contactpersoon Telefoonnummer Datum gebruiksvergunning Datum

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 477 Besluit van 15 juli 1998, houdende regels ter uitvoering van artikel 320, zesde lid, van de Faillissementswet in verband met de vaststelling

Nadere informatie

Datum : 12 juni 2009 Aan : Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Ministerie van Financiën

Datum : 12 juni 2009 Aan : Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Ministerie van Financiën CPB Notitie Datum : 12 juni 2009 Aan : Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Ministerie van Financiën Budget deeltijd-ww 1 Inleiding Per 1 april 2009 is de regeling deeltijd-ww tot behoud van

Nadere informatie

MKBA Rotterdamse Klimaatadaptatie Strategie. Rotterdam, november 2012

MKBA Rotterdamse Klimaatadaptatie Strategie. Rotterdam, november 2012 MKBA Rotterdamse Klimaatadaptatie Strategie Rotterdam, november 2012 Overzicht Page 2 1. Projectbeschrijving 2. Analyse 3. Afwegingskader Page 3 1. Projectbeschrijving Rotterdamse Adaptatie Strategie (RAS)

Nadere informatie

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 2010. Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 2010. Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid Projectevaluatie Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 00 Projectleider : Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid Datum: 8 augustus 00 Ondertekening: Opdrachtgever: Datum:

Nadere informatie

Wat kost een rechtszaak?

Wat kost een rechtszaak? Wat kost een rechtszaak? Wat kost een rechtszaak? Dat is de grote vraag en het antwoord of liever gezegd het niet- antwoord daarop, weerhoudt een aantal mensen een rechtszaak te beginnen of als gedaagde

Nadere informatie

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Inleiding Participeren in het beleggingsobject Terra Vitalis kan gevolgen hebben voor uw belastingpositie

Nadere informatie

Fout van CPB bij berekening remgeldeffect eigen risico

Fout van CPB bij berekening remgeldeffect eigen risico Fout van CPB bij berekening remgeldeffect eigen risico Wynand van de Ven en Erik Schut Wederreactie op Douven en Mannaerts In ons artikel in TPEdigitaal (Van de Ven en Schut 2010) hebben wij uiteengezet

Nadere informatie

Bijlage - Omvang Bruto EMU-schuldreductie

Bijlage - Omvang Bruto EMU-schuldreductie Bijlage - Omvang Bruto EMU-schuldreductie 1. Inleiding Het brutoschuldbegrip is een internationale standaard. Financiële marktpartijen en kredietbeoordelaars maken internationale vergelijkingen op basis

Nadere informatie

Aanpassing richtlijn kinderalimentatie

Aanpassing richtlijn kinderalimentatie Aanpassing richtlijn kinderalimentatie Opmerkingen vooraf: - de richtlijn is niet aangepast aan de nieuwe regelgeving met ingang van 1 januari 2013. - de nieuwe regelgeving per 1 januari 2013 is wel verwerkt

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 54b, tweede lid, Besluit algemene rechtspositie politie;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 54b, tweede lid, Besluit algemene rechtspositie politie; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 72644 21 december 2018 Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid van 14 december 2018, houdende regels omtrent

Nadere informatie

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING VAK : : Maatschappijleer 2 METHODE : Essener Criminaliteit druk 4 KLAS: : 3 NIVEAU : BASIS CONTACTUREN PER WEEK 3 X MINUTEN PER WEEK UDIEJAAR : 205-206 EINDCIJFER KLAS

Nadere informatie

Laat uw geld groeien!

Laat uw geld groeien! AEGON Ontslagvergoeding Sparen Ontslagvergoeding nog niet nodig? Laat uw geld groeien! Een ontslag is een ingrijpende gebeurtenis. Naast de nodige emoties speelt dan ook uw financiële situatie een grote

Nadere informatie

Module: Aanpassing kruispunt

Module: Aanpassing kruispunt Module: Aanpassing kruispunt Invullen van de tool In de onderstaande tabel staat een toelichting op de in te vullen gegevens. Onderdeel Invoervariabelen Meerkosten beheer- en onderhoud Reductie reistijd

Nadere informatie

Industrial Services. In-Service Verification Brandbeveiliging

Industrial Services. In-Service Verification Brandbeveiliging Industrial Services In-Service Verification Brandbeveiliging Brandveiligheid als zakelijke en morele overweging Brandveiligheid en brandbeveiliging zijn begrippen die binnen de kaders van wet en regelgeving

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse regering over het wetsvoorstel tot wijziging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 28 325 Bouwregelgeving 2002 2006 Nr. 52 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN, WIJKEN EN INTEGRATIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het kamerlid Leijten (SP) over een medisch letselschade fonds (2010Z18345)

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het kamerlid Leijten (SP) over een medisch letselschade fonds (2010Z18345) > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

33798 Wijziging Woningwet ivm versterken handhavingsinstrumentarium inbreng SP-fractie

33798 Wijziging Woningwet ivm versterken handhavingsinstrumentarium inbreng SP-fractie 33798 Wijziging Woningwet ivm versterken handhavingsinstrumentarium inbreng SP-fractie (1.inleiding) De leden van de SP-fractie hebben met waardering kennis genomen van het wetsvoorstel. Zij hebben sinds

Nadere informatie

80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER,

80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER, Meting juni 2013 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door Peil.nl 80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER, AL ZIEN MINDER

Nadere informatie

kan een gebruiker van een dergelijk systeem ook bij stroomuitval zijn dienstverlening voortzetten.

kan een gebruiker van een dergelijk systeem ook bij stroomuitval zijn dienstverlening voortzetten. Ons ACM/DM/2014/206276_OV kenmerk: Zaaknummer: 14.0487.53 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt naar aanleiding van een aanvraag tot een beschikking in de zin van artikel 56, lid 1, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming EUROPEES PARLEMENT 2004 2009 Commissie interne markt en consumentenbescherming 15.2.2008 WERKDOCUMENT betreffende het initiatiefverslag over bepaalde kwesties in verband met motorrijtuigenverzekering Commissie

Nadere informatie

Convenant loonregres

Convenant loonregres Overwegingen: Aon pleegt voor werkgevers onder meer loonregres ex. artikel artikel 6:107a BW; Aon is van mening dat er op grond van artikel 6:96 lid 2 sub b en c BW voor de zogenaamde buitengerechtelijke

Nadere informatie

Klaverblad Verzekeringen. Wat te doen bij letselschade?

Klaverblad Verzekeringen. Wat te doen bij letselschade? Klaverblad Verzekeringen Wat te doen bij letselschade? Klaverblad Verzekeringen Afrikaweg 2 2713 AW Zoetermeer Postbus 3012 2700 KV Zoetermeer sinds 1850 Telefoon 079-3 204 204 Fax 079-3 204 291 Internet

Nadere informatie

Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer

Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer Advies over juridische consequenties verlenging/overschrijding vastgelegde normtijden voor opkomst van de brandweer 14 februari 2011 A.M. Hol, Universiteit Utrecht 1 Vraagstelling: Heeft overschrijding

Nadere informatie

uw klacht en de ombudsman

uw klacht en de ombudsman uw klacht en de ombudsman over de ombudsman De Financial Ombudsman Service kan het overnemen als u een klacht heeft ingediend bij een financieel bedrijf en u niet tevreden bent met de uitkomst. Het kost

Nadere informatie

Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie D.t.v. mevrouw mr. drs. C.S. Valkenburg Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG. Geachte mevrouw Verdonk,

Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie D.t.v. mevrouw mr. drs. C.S. Valkenburg Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG. Geachte mevrouw Verdonk, Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie D.t.v. mevrouw mr. drs. C.S. Valkenburg Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 4 maart 2005 contactpersoon mevrouw mr. Th.C. Kersten doorkiesnummer 070-361

Nadere informatie

Allianz Arbeidsongeschiktheids-

Allianz Arbeidsongeschiktheids- Allianz Inkomensverzekeringen Nederland Schadeverzekering N.V. Allianz verzekeringen Wagenparkmanagement Arbeidsongeschiktheids- Zekerheid over uw eigen inkomen Waarom een arbeidsongeschiktheidsverzekering?

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 385 Wijziging van de Advocatenwet en de Wet op het notarisambt in verband met het verruimen van de mogelijkheden tot het spoedshalve tuchtrechtelijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 681 Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke

Nadere informatie

FUNCTIONEEL PARKET. Vestiging s-hertogenbosch. Mw. Mr. Dr. I.M. Koopmans MSHE officier van justitie

FUNCTIONEEL PARKET. Vestiging s-hertogenbosch. Mw. Mr. Dr. I.M. Koopmans MSHE officier van justitie FUNCTIONEEL PARKET Vestiging s-hertogenbosch Mw. Mr. Dr. I.M. Koopmans MSHE officier van justitie 03-03-09 pagina 2/x Arbeidsongevallen bestaan niet! 15 april 2015 03-03-09 pagina 3/x Eerst een paar cijfers

Nadere informatie

Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant

Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant Het bestuur van de Orde Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants, Gelet op artikel 25, derde

Nadere informatie

Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake

Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake Convenant tussen de afdelingscommissies Algemene Aansprakelijkheid, Motorrijtuigen en Rechtsbijstand van het Verbond van Verzekeraars inzake REGELING (BUITENGERECHTELIJKE) KOSTEN MATERIEEL - 2010-2011

Nadere informatie

Schadeclaims: kan het goedkoper en minder belastend?

Schadeclaims: kan het goedkoper en minder belastend? CENTRUM VOOR AANSPRAKELIJKHEIDSRECHT UNIVERSITEIT VAN TILBURG Schadeclaims: kan het goedkoper en minder belastend? Opties om de transactiekosten van het aansprakelijkheidsrecht te verlagen C.M.C. van Zeeland

Nadere informatie

10 Tips bij een reorganisatie

10 Tips bij een reorganisatie Marianne Eisma advocaat legal 10 Tips bij In het Arbeidsrecht gaat het erom het juiste proces te volgen om het uiteindelijke doel te bereiken. U moet daarvoor de tijd nemen, te snelle en niet goed voorbereide

Nadere informatie

BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten

BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten Aan de heer Groot is toegezegd om informatie te verstrekken over verschillen tussen het brutonettotraject van ondernemers en werknemers. 1 Aannames Een vergelijking van

Nadere informatie

B&W 30 maart 2010 Gemeenteblad. Vast te stellen de gewijzigde invulling van richtlijn nr. B078 Kosten rechtsbijstand

B&W 30 maart 2010 Gemeenteblad. Vast te stellen de gewijzigde invulling van richtlijn nr. B078 Kosten rechtsbijstand Jaar: 2010 Nummer: 31 Besluit: B&W 30 maart 2010 Gemeenteblad RICHTLIJN NR. B078 KOSTEN RECHTSBIJSTAND Het college van burgemeester en wethouders, Gelet op artikel 35 eerste lid Wet werk en bijstand (WWB)

Nadere informatie

RJ-Uiting : Ontwerp-alinea s toelichtingsbepalingen van RJ 272 Belastingen naar de winst

RJ-Uiting : Ontwerp-alinea s toelichtingsbepalingen van RJ 272 Belastingen naar de winst RJ-Uiting 2019-4: Ontwerp-alinea s toelichtingsbepalingen van RJ 272 Belastingen naar de winst Inleiding De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) heeft besloten om de toelichtingsbepalingen in hoofdstuk

Nadere informatie

32627 (Glas)tuinbouw. 27858 Gewasbeschermingsbeleid. Nr. 19 Brief van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu

32627 (Glas)tuinbouw. 27858 Gewasbeschermingsbeleid. Nr. 19 Brief van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu 32627 (Glas)tuinbouw 27858 Gewasbeschermingsbeleid Nr. 19 Brief van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 23 juni 2015 Mede

Nadere informatie

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Achtergrond Vanaf het najaar 2005 vindt door de SNCU in de uitzendbranche controle plaats op de naleving van de CAO voor Uitzendkrachten en sinds 2009

Nadere informatie