Projectverslag Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Projectverslag Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2014"

Transcriptie

1 Projectverslag Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2014 Opsteller: D.R.Croese Datum eindrapportage: 28 januari 2015 DMS-nummer: Auteur: D.R.Croese

2 Inhoudsopgave SAMENVATTING DOELSTELLINGEN EN VOORGENOMEN AANPAK 7 2 DE UITVOERING DE AANPAK EN RESULTATEN 8 3 AANBEVELINGEN AANPAK VAN DE BRANCHE 19 BIJLAGE 1: 22 BIJLAGE 2: GECONTROLEERDE AANTALLEN LOCATIES PER BEVOEGD GEZAG MET NALEVING 24 Auteur: D.R.Croese Blad 2 van 34

3 SAMENVATTING Het brancheproject Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen bestaat uit meerdere deelprojecten waarbij het thema Veiligheid het meest prioritair is. Binnen deze branche zijn ook de thema s Afvalwater, Vervoersmanagement en Bodem van belang. Deelproject 1: BRZO en VT BRZO en VT zijn in uitvoering gescheiden. Alle 28 Brzo-bedrijven uit deze branche zijn regulier geïnspecteerd op basis van dit Besluit. Daarnaast zijn bij twee daarvan ook onaangekondigde inspecties uitgevoerd. Inhoudelijk vallen deze inspecties buiten dit project en derhalve wordt er in dit verslag niet over gerapporteerd. Het onderdeel VT is niet tijdens de Brzo-inspectie uitgevoerd maar separaat. Al deze bedrijven zijn in dit kader gecontroleerd binnen deelproject 4a. Deelproject 2: Systeemgericht toezicht Dit deelproject is niet uitgevoerd omdat over dit onderwerp nog een landelijke discussie wordt gevoerd. Deelproject 3: Veiligheidscultuur In 2014 zijn twaalf controles op veiligheidscultuur uitgevoerd waarvan vier controles binnen deze branche. Ca. een derde van de bedrijven zien het belang van het verbeteren van de veiligheidscultuur door middel van een systematische aanpak niet in. De overige bedrijven wel. Deelproject 4a: Op- en overslag van gevaarlijke stoffen Bij 102 bedrijven, verdeeld over de verschillende bevoegde gezagen, zijn meerdere controles per bedrijf uitgevoerd gedurende het gehele jaar In totaal zijn er 208 controles uitgevoerd. Per bedrijf is op basis van RIAN en expert judgement een keuze gemaakt voor een controlefrequentie. Tijdens de controles is specifieke aandacht geschonken aan de wet- en regelgeving, met extra aandacht voor het registreren van gevaarlijke stoffen op het CRP-journaal. Verder is er aandacht besteed aan het up-to-date en toereikend zijn van de afgegeven Wabo-vergunning. In totaal zijn er 89 overtredingen geconstateerd waarvan 74 direct zijn gerelateerd aan het thema Veiligheid. In 40 gevallen is hiervoor het bedrijf aangeschreven en in 20 gevallen ook een zienswijzebrief als aankondiging voor een Last onder Dwangsom. Deelproject 4b: Scan gevaarlijke stoffen In dit deelproject worden bedrijven gecontroleerd die (nog) niet in deelproject 4a specifiek worden gecontroleerd op gevaarlijke stoffen maar waar wel het vermoeden bestaat (veelal op basis van activiteiten en kenmerken uit Mirr) dat er gevaarlijke stoffen worden opgeslagen. Bij 29 van de 80 gecontroleerde bedrijven (36%) zijn verpakte gevaarlijke stoffen aangetroffen voor eigen gebruik en/of voor derden. Acht bedrijven (10%) kunnen worden toegevoegd aan deelproject 4a zodat deze bedrijven in het vervolg eenduidig kunnen worden gecontroleerd op de opslag van gevaarlijke stoffen. Naar aanleiding van 80 inventariserende controles zijn twaalf aanschrijvingen verstuurd waarvan één zienswijzebrief. De overtredingen zijn geconstateerd bij 14 bedrijven. Deelproject 5: Oefenen van noodplannen Dit deelproject is voor het laatst uitgevoerd in De kwaliteit van de oefeningen is redelijk tot goed wat ons heeft doen besluiten hier geen effort meer in te steken. Daarnaast zijn er voorschriften met betrekking tot het oefenen van noodplannen, opgenomen in de milieuvergunningen. Auteur: D.R.Croese Blad 3 van 34

4 Deelproject 6: PGS 15 Dit deelproject is een project met een sterk beleidsmatig karakter en met een actieve inzet in in- en externe werkgroepen. Er zijn aan dit deelproject geen controles gekoppeld. Gezien de blijvende maatschappelijke urgentie van de ontwikkelingen die samenhangen met de PGS 15, is het deelproject PGS 15 voortgezet in In dit deelproject wordt met name ingezet op de overall coördinatie en de aansturing van de diverse deelprojecten (zoals vergunning actualisaties, beoordeling uitgangspuntendocumenten en de kwaliteit van de goedkeurende inspectierapporten). Daarnaast is input geleverd in de NEN-werkgroep Actualisering PGS 15. Deelproject 7: CRP Het centraal registratiepunt gevaarlijke stoffen (CRP) is in het Rijnmondgebied opgezet voor circa 80 bedrijven die grote hoeveelheden verpakte gevaarlijke stoffen opslaan (meer dan 10 ton). In dit digitale journaal wordt minimaal dagelijks de in het bedrijf aanwezige hoeveelheid gevaarlijke stoffen bijgehouden. Dit wordt naar een centrale databank gezonden. Bij een incident kunnen hulpverleningsinstanties (brandweer en de adviseur gevaarlijke stoffen) deze raadplegen. Tevens toetst de DCMR de door het bedrijf ingevoerde gegevens in het CRP op juistheid. De doelstelling voor 2014 was: - controle en actualisatie van de gevaarlijkestoffenmodule in Mirr. - uitbreiding van aan te sluiten bedrijven (met name type B-bedrijven) waar tussen de en kg verpakte gevaarlijke stoffen wordt opgeslagen. - opschonen van de bedrijvenlijst. - standaardisering van de invoering van lege, ongereinigde verpakkingen in het CRP. - regulier overleg met de VRR (de Stuurgroep CRP). Bovenstaande doelstellingen zijn uitgevoerd. Deelproject 8: Bluswater opeigen terrein Het deelproject heeft als doel: - eventuele structurele problemen met betrekking tot bluswatervoorzieningen in kaart brengen; - de toereikendheid van de voorschriften te controleren; - de naleving van de voorschriften te controleren. In 2012 en 2013 zijn bedrijven op de industriegebieden Waalhaven, Eemhaven, Distripark Eemhaven (Albrandswaard) en een deel van het Botlekgebied op bluswatervoorzieningen gecontroleerd. In 2014 zijn 54 vergunningplichtige bedrijven geselecteerd in het Botlekgebied en in Vlaardingen, die gezien de activiteiten of ligging waarschijnlijk bluswatervoorzieningen zouden moeten hebben. Het doel was om bij 40 van deze bedrijven de bluswatervoorzieningen te controleren. In totaal is bij 38 bedrijven gecontroleerd op deze voorzieningen. Bij de individuele bedrijven blijkt de naleving van de voorschriften matig tot goed, 90% voor de keurings- en onderhoudsvoorschriften, 68% voor de gedragsvoorschriften en 90% voor de hoeveelheid bluswater. Bij 33% van de 38 gecontroleerde bedrijven is de vergunning niet toereikend. De acties voor het aanpassen van de vergunningen zijn bij vergunningverlening uitgezet. Deelproject 9: Spoorwegemplacementen Binnen het DCMR-werkgebied zitten vijf spoorwegemplacementen met opslag van gevaarlijke stoffen. Ze vallen allemaal onder het bevoegd gezag van de gemeente Rotterdam. Voor het deelproject zijn de onderstaande doelstellingen geformuleerd: - controle op bluswatervoorzieningen; - controle op uitgangspunten van het QRA; - controle op de voorbereiding op de noodsituatie. Bij geen van de controles bij de emplacementen is gebleken dat er sprake was van overtredingen. Auteur: D.R.Croese Blad 4 van 34

5 Deelproject 10: Ontgassen van containers Binnen het deelproject is geïnventariseerd bij welke geselecteerde bedrijven binnen het DCMR-gebied wordt ontgast, en zo ja, of hiervoor de benodigde vergunning is verleend en daarnaast is gecontroleerd of de wijze van ontgassen (en ventileren) van containers overeenkomstig de verleende vergunning en veiligheidscriteria wordt uitgevoerd. Er zijn in 2014 uiteindelijk 97 bedrijven gecontroleerd. Deze bedrijven zijn onder te verdelen in: - 66 meldingplichtige bedrijven (type B) - 31 vergunningplichtige bedrijven (type C) Bij geen van de 97 gecontroleerde bedrijven zijn overtredingen geconstateerd. Deelproject 11: Koel- en vriesvemen In 2013 heeft dit deelproject voor het laatst binnen dit brancheproject plaatsgevonden. Er vindt geen opslag van gevaarlijke stoffen plaats. Wel gebruiken een aantal bedrijven de gevaarlijke stof ammoniak als koudemiddel waardoor de grootste hiervan (met meer dan 1500 kg ammoniak aan inhoud) direct onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) valt. Het deelproject wordt als zelfstandig project nog wel uitgevoerd in het kader van het Integraal handhavingsprogramma van de gemeente Rotterdam. Congres Veilige opslag, een goede zaak Op 6 februari 2014 heeft de DCMR in samenwerking met Deltalinqs, een congres georganiseerd waarbij alle op- en overslagbedrijven waren uitgenodigd met reguliere op- en overslag van verpakte gevaarlijke stoffen. Daarnaast zijn ook een aantal collega overheidsdiensten uitgenodigd die ook actief zijn bij deze branche dan wel daar een relatie mee hebben. Het betreft hier enkele gemeenten, de douane, VRR e.d. Doel was om de bedrijven te informeren over de uitkomsten van dit brancheproject. Daarnaast zijn er presentaties geweest over de sanctiestrategie en veiligheidscultuur en is er een discussiepanel geweest van de DCMR, VRR en Deltalinqs. De branche-organisatie VNCW kon op het laatste moment niet aanwezig zijn. In totaal is het bij de DCMR gehouden congres bezocht door ca. 100 personen waarvan de helft bestond uit vertegenwoordigers van bedrijven. Auteur: D.R.Croese Blad 5 van 34

6 1. INLEIDING Doel Als hoger doel voor deze branche is gesteld: een grotere veiligheidprestatie van de betreffende bedrijven. Dit moet zorgen voor een beter milieu en een hogere veiligheid voor mens en omgeving buiten de terreinen van de bedrijven. De DCMR heeft de thema s Veiligheid en Lucht als prioritaire thema s aangemerkt. Voor deze branche is het thema Veiligheid het meest relevant, daarnaast ook de thema s Afvalwater, Bodem en Vervoersmanagement. Het project Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2014 bestaat uit de volgende deelprojecten: Deelproject 1: BRZO en VT Deelproject 2: Systeemgericht toezicht Deelproject 3: Veiligheidscultuur Deelproject 4a: Op- en overslag van gevaarlijke stoffen Deelproject 4b: Scan gevaarlijke stoffen Deelproject 5: Oefenen van noodplannen Deelproject 6: PGS 15 Deelproject 7: CRP Deelproject 8: Bluswater opeigen terrein Deelproject 9: Spoorwegemplacementen Deelproject 10: Ontgassen van containers Deelproject 11: Koel- en vriesvemen In de aanloop naar de uitvoering van het project is besloten, en in het projectplan van 2014 vastgelegd, de volgende deelprojecten niet in uitvoering te nemen: Deelproject 2: Systeemgericht toezicht Dit deelproject is op een voorlopige hold gezet. In 2008 en 2009 heeft er een pilotproject bij de DCMR plaatsgevonden bij een drietal stuwadoors en enkele chemische productiebedrijven. De insteek was compliance management wat wil zeggen dat hier is gekeken naar alle aspecten in het kader van milieu. Landelijk is hier nog geen consensus over en bij de DCMR is besloten de landelijke discussie af te wachten. Overigens is men in een aantal provincies wel doorgegaan met dit project. Deelproject 5: Oefenen van noodplannen Ondanks dat het deelproject inzicht geeft in hoe de branche is voorbereid, en uitvoering geeft aan de behandeling van incidenten, leggen we deze verantwoordelijkheid weer terug bij het bedrijf en/of de branchevereniging (Deltalinqs en VNCW). Deelproject 11: Koel- en vriesvemen De controles bij Koel- en vriesvemen betreffen bedrijven met ammoniak als koelmiddel. Deze controles vallen niet binnen de kaders van dit brancheproject en daarom is dit deelproject geschrapt. Overigens is dit deelproject nog wel een IHP-project en daarmee wordt het deelproject wel uitgevoerd en wordt hierover gerapporteerd aan de Stuurgroep Veilig van Rotterdam. Auteur: D.R.Croese Blad 6 van 34

7 1.1 Doelstellingen en voorgenomen aanpak Doelstellingen In het project Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen zijn de volgende doelstellingen geformuleerd, mede op basis van de geformuleerde projectopdracht: Hogere doelstellingen - Controleren of bedrijven overeenkomstig wet- en regelgeving (op voorzieningenniveau en gedrag) in werking zijn. - Controleren of vigerende Wabo-vergunningen toereikend zijn. - Controleren of alle activiteiten vergund zijn. - Implementeren van een nieuw onderdeel van toezicht in deze branche (systeem- en maatregelgerichte inspecties op bedrijfseigen managementsystemen). - Vergroten van de bewustwording bij de gehele branche op het onderwerp veiligheidscultuur. - Inventariseren van branchespecifieke veiligheidsonderwerpen naar aanleiding van lessons learned. - Opstellen van uitvoeringsbeleid naar aanleiding van bovengenoemde inventarisatie. - Toepassen van verbetervoorstellen uit het Verbeterprogramma waar dat mogelijk en van toepassing is. - Toepassen van de sanctiestrategie. - Verbeteren van de naleving door bedrijven uit deze branche, naar 100%. - Dienstbreed specifiek opleiden van toezichthouders, dusdanig dat onderlinge uitwisseling van controles op bedrijven uit deze branche tussen de verschillende bureaus van HENI en MKB grotendeels mogelijk is. - Input leveren voor te vormen landelijk beleid ten aanzien van IBC s. - Terugdringen van administratieve lasten door middel van innovatieve automatisering (ipad s). Aanpak Het project is uitgevoerd met als basis het Verbeterplan. Dit betekent dat rekening is gehouden met het VTH-uitvoeringsplan en de nota VTH van de provincie Zuid-Holland. Met behulp van het RIAN zijn de locaties geselecteerd Voor deelproject 4a, Op- en overslag van gevaarlijke stoffen is expert judgement noodzakelijk. Naar aanleiding van de grote brand destijds bij CMI aan de Merwehaven, waarbij grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen waren betrokken, is door opdrachtgever gemeente Rotterdam gesteld dat bedrijven in deze branche intensiever gecontroleerd moeten worden. Hiervoor is budget beschikbaar gesteld. Sinds twaalf jaar worden deze bedrijven twee- tot viermaal per jaar gecontroleerd op het aspect op- en overslag van gevaarlijke stoffen. Met de opdracht vanuit het Verbeterplan om de selectie van te controleren bedrijven meer risicogericht te laten plaatsvinden, wordt hiermee een wijziging van de oorspronkelijke opdracht doorgevoerd. Resultaat is dat binnen deze branche de controlefrequentie zal variëren van een- tot viermaal per jaar afhankelijk van de parameters overtredingen, klachten en incidenten. Vernieuwende instrumenten Communicatie is als vernieuwend instrument ingezet. Opdrachtgever en projectleider hechten grote waarde aan de communicatie met bedrijven en andere stakeholders. In februari 2014 is er een congres gehouden voor de bedrijven uit de branche. Hierbij zijn ook inspectiepartners en vergunningverleners aanwezig geweest. Voor 2015 is een doelgroepanalyse gepland. Omdat consequente handhaving niet mee leidt tot een significante verbetering van de veiligheidsprestatie, zal met een selectie van stakeholders en onder begeleiding van een extern bureau worden gezocht naar nieuwe instrumenten om alsnog een veiligheidsprestatie bij de bedrijven te bewerkstelligen. Inmiddels heeft de doelgroepanalyse plaatsgevonden. Een concept-rapportage is reeds opgesteld. Auteur: D.R.Croese Blad 7 van 34

8 2 DE UITVOERING 2.1 De aanpak en resultaten Deelproject 1: Brzo en VT Aanpak Brzo-inspecties zijn uitgevoerd bij alle bedrijven van deze branche die op basis van de hoeveelheid en de soort opgeslagen stoffen rechtstreeks onder het Besluit risico s zware ongevallen 1999 (Brzo 99) vallen. De uitvoering en budgettering van deze inspecties vallen buiten dit project. De uitkomsten van de inspecties zijn echter wel belangrijk om een totaal overzicht te houden hoe door deze bedrijven wordt gepresteerd op genoemd onderwerp. Resultaten In 2014 is VT (vernieuwend toezicht uitgevoerd als afgestemd toezicht) losgekoppeld van de Brzoinspecties. Landelijk was hier geen consensus over en het werd alleen door drie van de zes Brzouitvoeringsdiensten (Brzo RUD s) uitgevoerd. waaronder dus de DCMR. De VT-inspecties worden nu uitgevoerd als preventieve in deelproject 4a en grotendeels zonder afstemming met handhavingspartners. Deelproject 2: Systeemgericht toezicht Aanpak In het projectplan 2014 is aangegeven dat dit deelproject voor 2014 voorlopig werd geparkeerd. In de loop van 2014 is bij een chemisch bedrijf een Veiligheidsbeheerssysteem (VBS) geëist in de nieuwe vergunning. Het bedrijf heeft geen bedenkingen ingediend en geen beroep aangetekend. Een zaak voor de Raad van State had duidelijkheid kunnen geven of het opleggen van een VBS rechtmatig is. Dus we wilden als DCMR met een proefproces jurisprudentie bewerkstelligen. Resultaten In het programma 2015 vergunningverlening staat opgenomen dat bij hiervoor geselecteerde bedrijven veiligheidsbeheerssystemen in vergunningen worden opgenomen. Deelproject 3: Veiligheidscultuur Aanpak Naast de technische integriteit van installaties en het veiligheidsmanagementsysteem is veiligheidscultuur een belangrijke determinant voor de veiligheid. Uit vele (ongevals)onderzoeken zoals BP-Texas City (Baker report), Chemiepack en Odfjell blijkt dat een juiste veiligheidscultuur een voorwaarde is om een acceptabel veiligheidsniveau te bereiken. De provincie Zuid-Holland heeft in de nota VTH dan ook aangegeven dat toezicht op de veiligheidscultuur een van de instrumenten is voor het toezicht op provinciale bedrijven. In het verbeterprogramma VTH van de DCMR is opgenomen dat voor de hoog-risicobedrijven de veiligheidscultuur wordt beoordeeld. Dit betreffen geselecteerde bedrijven uit de branche van raffinaderijen, chemische productiebedrijven, tank- op en overslagbedrijven en bedrijven met opslag van verpakte gevaarlijke stoffen (meer dan 10 ton). De DCMR is in 2013 gestart met een pilot beoordeling veiligheidscultuur bij die bedrijven. Daar kwam uit om ermee door te gaan. In 2014 is het beoordelen van veiligheidscultuur gecontinueerd en is eveneens gestart met het geven van voorlichting aan de branches. Doel van het toezicht op veiligheidscultuur is het verbeteren van de veiligheidscultuur, door de aandacht ervoor te stimuleren, en hier voorlichting over te geven. In 2014 zijn twaalf controles op veiligheidscultuur uitgevoerd waarvan vier controles binnen deze branche. Omdat deze materie nog nieuw is en er relatief weinig bedrijven op veiligheidscultuur worden gecontroleerd, zijn deze inspecties uitgevoerd door twee medewerkers van bureau Veiligheid, zodat de uitvoering eenduidiger is en ervaringen eenvoudiger kunnen worden vergeleken. Zij zijn voor deze inspecties speciaal opgeleid. Auteur: D.R.Croese Blad 8 van 34

9 Resultaten In 2014 beoordeelden de experts van de DCMR bij twaalf bedrijven de veiligheidscultuur. Er is geen onderscheid gemaakt in branches. Tijdens de beoordeling hebben drie bedrijven aangegeven geen verbeterprogramma voor de veiligheidscultuur op te gaan zetten omdat deze bedrijven de meerwaarde ervan niet inzien. Ze vinden dat beter in andere projecten geïnvesteerd kan worden en dat er niets mis is met de veiligheidscultuur binnen het bedrijf. De overige beoordeelde bedrijven zien het belang van het verbeteren van de veiligheidscultuur door middel van een systematische aanpak wél in. Zij zijn daarom begonnen met verbeterprogramma s op het gebied van veiligheidscultuur. Maar zij geven aan dat het verbeteren van de houding en het gedrag van medewerkers een traject is dat voor langere tijd moet worden ingezet voordat het een blijvende verandering teweeg brengt. Deelproject 4a: Op- en overslag van gevaarlijke stoffen Aanpak Afval: Verpakkingsmaterialen die bestrijdingsmiddelen hebben bevat, dienen te worden afgevoerd als gevaarlijk afval. Dit speelt eigenlijk bij alle bedrijven die containers strippen en stuffen. Controle op dit aspect is meegenomen bij het bedrijfsbezoek. Afvalwater: Er is vrijwel geen sprake van afvalwater anders dan hemelwater. Uitzondering hierop zijn enkele stuwadoors die boxcontainers inwendig reinigen op een hiervoor bestemde wasplaats. Waar van toepassing is dit aspect meegenomen tijdens de controle. Bodem: De onderdelen incidenten, nulwaardeonderzoeken en vloeistofdichte vloeren zijn meegenomen tijdens de controle. Energie: In 2014 zijn er bij deze bedrijven alleen nacontroles op dit aspect uitgevoerd door medewerkers die zijn gekoppeld aan het project Energie. Vervoer: Er is beperkte financiering toegekend aan het milieuaspect Vervoer. De themabeheerder Vervoer heeft zelfstandig een beperkt administratief onderzoek uitgevoerd. Kritische voorzieningen volgen direct uit de PGS 15 en deze richtlijn is dus leidraad geweest voor de uitvoering van de controles. Specifieke onderdelen en thema s zijn uitgevoerd als vervolg op de uitgevoerde GAP-analyse PGS 15-onderdelen. Hierbij is gekeken welke kritische onderdelen van de PGS 15 tijdens voorgaande controles minder aandacht hebben gekregen. Daarnaast zijn op basis van expert judgement van inspecteurs en de resultaten van 2013 ook onderdelen toegevoegd. Bij 102 bedrijven, verdeeld over de verschillende bevoegde gezagen, zijn meerdere controles per bedrijf uitgevoerd gedurende het gehele jaar In totaal zijn er 208 controles uitgevoerd. De gecontroleerde bedrijven zijn allen gevestigd in het Rijnmondgebied, de controles zijn uitgevoerd door toezichthouders van verschillende toezichtbureaus van de DCMR en de bedrijven zijn verdeeld onder meerdere toezichthouders van de DCMR. Alleen het bureau Toezicht en Handhaving Industrie heeft geen controles uitgevoerd in het kader van dit project. In het kader van het Integraal handhavingsprogramma (IHP) zijn in het derde kwartaal controles uitgevoerd in samenwerking met de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR). Voor de specifieke resultaten van dit project wordt verwezen naar het IHP eindverslag De overtredingen die begaan zijn gedurende het gehele jaar, zijn beschreven in deze rapportage. Per bedrijf is op basis van RIAN en expert judgement een keuze gemaakt voor een controlefrequentie. Het is voorgekomen dat bedrijven middels een andere controlefrequentie zijn bezocht in het kader van dit project omdat deze bedrijven ook gecontroleerd zijn in het kader van andere projecten zoals Bluswatervoorzieningen op eigen terrein, of omdat een BRZO-inspectie is uitgevoerd. Tijdens de controles is specifieke aandacht geschonken aan de wet- en regelgeving, met extra aandacht voor het registreren van gevaarlijke stoffen op het CRP-journaal. Verder is er aandacht besteed aan het up-to-date en toereikend zijn van de afgegeven Wabo-vergunning. Indien een vergunning niet toereikend was, is hiervoor in het verslag een actie aangemaakt voor het bureau Vergunningverlening Haven en Afval. Auteur: D.R.Croese Blad 9 van 34

10 De resultaten van de controles uit het derde kwartaal zijn terug te vinden in het separate verslag IHP gevaarlijke stoffen Resultaten De meeste overtredingen hebben betrekking op gedragsvoorschriften met betrekking tot de opslag van gevaarlijke stoffen. Gevaarlijke situaties waar direct ingegrepen dient te worden zijn nergens aangetroffen. In de onderstaande tabel zijn de cijfers van de controleresultaten opgenomen: Onderwerp Aantal Gecontroleerde bedrijven 102 Aantal uitgevoerde controles 208 Totaal aantal overtredingen 89 Totaal aantal overtredingen gerelateerd aan veiligheid. 74 Totaal aantal overtredingen waarop is aangeschreven 40 Totaal aantal overtredingen waarvoor een zienswijze brief is verzonden 20 Onvergunde situaties 0 Deelproject 4b: Scan gevaarlijke stoffen Aanpak Bij 29 van de 80 gecontroleerde bedrijven (36%) zijn verpakte gevaarlijke stoffen aangetroffen voor eigen gebruik en/of voor derden. Acht bedrijven (10%) kunnen worden toegevoegd aan deelproject 4a zodat deze bedrijven in het vervolg eenduidig kunnen worden gecontroleerd op de opslag van gevaarlijke stoffen. Lijst met bedrijven die toegevoegd kunnen worden aan deelproject 4a: - Geodis Wilson, Columbusstraat 25, 3165 AC Albrandswaard - Mainfreight B.V., Abel Tasmanstraat 11, 3165 AM Albrandswaard - Koring Freight B.V., Zweth 26, 2991 LH Barendrecht - Flex Chemie B.V., Gieterijstraat 1, 2984 AB Ridderkerk - EMS Ship Supply B.V., Hofweg 24, 3208 LE Spijkenisse - Arturo Riva B.V., Schuttevaerweg 92, 3044 BB Rotterdam - Kuehne + Nagel, Butaanweg 5C, 3196 KC Vondelingenplaat-Rotterdam - GAC Netherlands Limited B.V., Butaanweg 5D, 3196 KC Vondelingenplaat-Rotterdam Naar aanleiding van 80 inventariserende controles zijn, de sanctiestrategie volgend, twaalf aanschrijvingen verstuurd waarvan één zienswijzebrief. Bij twee controles is gekozen voor afhandeling zonder aanschrijving (er is een formulier controleresultaat achtergelaten). Het totaal aantal overtredingen is aangetroffen bij veertien van de 80 bedrijven. Bij elf bedrijven met overtredingen zijn aanschrijvingen verstuurd. Bij negen bedrijven zijn binnen de daarvoor gestelde termijnen nacontroles uitgevoerd en zijn de overtredingen verholpen. Bij één bedrijf is uitstel verleend om de overtreding te verhelpen. Bij één bedrijf dient nog een nacontrole plaats te vinden. Voor Taale Holding in Middelharnis is een zienswijzebrief verstuurd. Op 30 oktober 2014 heeft de Gemeente Goeree-Overflakkee een last onder dwangsom opgesteld. Een nacontrole op de last onder dwangsom wordt nog uitgevoerd. Auteur: D.R.Croese Blad 10 van 34

11 Het bedrijf Klasmann Deilmann Benelux, Nieuwe Waterwegstraat 34 in Schiedam bleek een inrichting te zijn waar meststoffen worden opgeslagen (220 à 230 ton). Voor kunstmeststoffen zijn de voorschriften uit de PGS 7 van toepassing. Controles in het kader van de PGS 7 vallen buiten de scoop van het project. Het bedrijf is overgedragen aan de verantwoordelijke gebiedscoördinator en is later alsnog gecontroleerd op vigerende wetgeving. Resultaten In het projectplan van 2013 is opgenomen dat dit deelproject in twee jaar wordt doorlopen. In deel 2, 2014, zijn ook de niet-geïnventariseerde bedrijven van 2013 gecontroleerd. Nieuw is om op voorhand expert judgement (circa 15 min./bedrijf) toe te passen waardoor circa 80% van de geselecteerde bedrijven zal afvallen voor een daadwerkelijke controle (circa vijf uur per bedrijf). Aan de hand van gesprekken met reguliere toezichthouders wordt dan bekeken hoe relevant een bedrijf is om te worden geїnventariseerd. Bekeken zal worden of geselecteerde bedrijven gevaarlijke stoffen opslaan (voor derden dan wel voor eigen gebruik) en of bedrijven kunnen worden toegevoegd aan deelproject 4a zodat deze bedrijven in het vervolg eenduidig kunnen worden gecontroleerd op de opslag van gevaarlijke stoffen. Voor de uitvoering van de controles is een checklist opgesteld. Deelproject 6: PGS 15 Aanpak Dit deelproject is een project met een sterk beleidsmatig karakter en met een actieve inzet in in- en externe werkgroepen. Er zijn aan dit deelproject geen controles gekoppeld. Gezien de blijvende maatschappelijke urgentie van de ontwikkelingen die samenhangen met de PGS 15, is het deelproject PGS 15 voortgezet in In dit deelproject wordt met name ingezet op de overall coördinatie en de aansturing van de diverse deelprojecten (zoals vergunning actualisaties, beoordeling uitgangspuntendocumenten en de kwaliteit van de goedkeurende inspectierapporten). Daarnaast is input geleverd in de NEN-werkgroep Actualisering PGS 15. Door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) wordt tweedelijnstoezicht uitgevoerd op de bevoegde gezagen in het kader van toezicht, handhaving en vergunningverlening bij de bedrijven met opslag van gevaarlijke stoffen conform PGS 15-beschermingsniveau 1. Hierbij worden tekortkomingen gesignaleerd voor de volgende onderwerpen: - actuele vergunning (= PGS 15, versie 2005, inclusief erratum 2008); - blusinstallatie beschreven in goedgekeurd Uitgangspuntendocument (UPD); - blusinstallatie met goedkeurend inspectierapport (= Inspectierapport met Ja-conclusie voor conformiteit en brandbeveiliging). Er is extra inzet gepleegd in verband met de publicatie van het rapport Stand van zaken voortgang borging en naleving PGS 15 update 2014 door Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Daarnaast heeft de DCMR zitting genomen in de werkgroep Inspectie tegen het UPD onder voorzitterschap van het CCV. Het CCV heeft een inspectieschema geïntroduceerd waar de Overheid (landelijk) niet mee uit de voeten kan. Er wordt dan ook landelijk overleg gevoerd om consensus tussen de partijen te krijgen. Resultaten Wat hebben we gedaan in 2014 In het deelproject wordt een overzicht bijgehouden van de situatie bij de bedrijven met opslag gevaarlijke stoffen conform beschermingsniveau 1. Het betrof eind 2014 in totaal 37 bedrijven. Hierbij is specifiek aandacht voor het volgende: - actuele vergunning (= PGS 15, versie 2005, inclusief erratum 2008); - blusinstallatie beschreven in actueel en beoordeeld/goedgekeurd document (PvE of UPD); - blusinstallatie met goedkeurend inspectierapport (= Inspectierapport met Ja-conclusie voor afgeleide doelstelling(en) waarbij het Bdb/PvE/UPD als basisontwerp is vermeld). (Bdb= basisdocument brandbeveiliging; PvE= programma van eisen; UPD= uitgangspuntendocument) Auteur: D.R.Croese Blad 11 van 34

12 Vanaf 2012 is een lichte stijging waarneembaar op alle drie de onderdelen: - het percentage actuele vergunningen ging van 87 via 92 naar nu 95% - het percentage goedgekeurde UPD s steeg van 10, via 42 naar nu 54% - het aantal goedkeurende Inspectierapporten ging van 55, via 58 naar nu 60% Werkwijze beoordeling uitgangspuntendocument Er is een werkinstructie opgesteld voor de beoordeling van een UPD. In 2013 is binnen een werkgroep UPD getracht een eenduidige werkwijze voor de DCMR en VRR vast te leggen. Dit heeft niet geleid tot een gezamenlijke werkinstructie, wel tot een uitwisseling van informatie. De DCMR sluit voor de vast te leggen uitgangspunten aan bij de PGS 15:2011 (versie december 2012). VRR heeft vanuit een intern traject een handboek en standaarddocumenten (checklist aanvraag, modelvoorschriften stuwadoor en procesindustrie, flowschema IBP-UPD) opgesteld. Dit sluit niet op elkaar aan en leidt regelmatig tot discussies. Werkgroep PGS 15 De richtlijn PGS 15 is voortdurend in ontwikkeling. In dit kader neemt de deelprojectleider PGS 15 deel aan de NEN-werkgroep PGS 15 die in 2013 gestart is met een actualisatie van de PGS 15:2011 (versie 1.1 van december 2012). Naast de plenaire werkgroep zijn er clusters opgericht. Deze zijn verdeeld onder de deelprojectleider en een medewerker van EC VEI. Tevens levert de DCMR de voorzitter van de werkgroep. Eind 2014 is een eerste kladversie van de PGS 15:2015 opgesteld en besproken. Naar verwachting zal de nieuwe PGS 15 in de eerste helft van 2015 gepubliceerd worden. Proces inspectie BN1 opslagvoorziening Accreditatie inspectie-instellingen De inspectie van een brandbeveiligingsinstallatie moet worden uitgevoerd door een door de RvA erkende inspectie-instelling aan de hand van door de CCV vastgestelde inspectieschema s. Dit betreft met name het inspectieschema Brandbeveiligingssysteem op basis van afgeleide doelstellingen (VBB- BMI-OAI-RBI). Eind 2012 zijn nieuwe inspectieschema s vastgesteld. Deze zijn door de RvA geaccepteerd. In 2013 is het traject gestart om de inspectie-instellingen voor de nieuwe methodiek te accrediteren. Eind 2013 was nog geen enkele inspectie-instelling geaccrediteerd. Vanaf 1 januari 2014 moesten inspecties echter wel volgens het nieuwe inspectieschema uitgevoerd worden. Dit leverde de situatie op dat de inspecties niet meer onder accreditatie uitgevoerd konden worden. Conform de aanbeveling van de deelprojectleider zijn inspectierapporten en certificaten op basis van het nieuwe inspectieschema VBB-BMI-OAI-RBI wel geaccepteerd. Bij het opstellen van dit verslag zijn inmiddels drie partijen geaccrediteerd voor het CCV inspectieschema: [I002] Bureau Veritas Industrial Services, [I040] R2B Inspecties en [I255] Bosro. Inspectie volgens nieuw inspectieschema In 2013 is binnen de werkgroep PGS 15 ter sprake gekomen dat het nieuwe CCV-inspectieschema tot maar één conclusie leidt. Volgens het oude schema hadden veel bedrijven een inspectierapport met een Nee-conclusie voor conformiteit en een Ja-conclusie voor brandveiligheid. De mogelijkheid bestond dat die bedrijven met het nieuwe schema een algehele Nee-conclusie zouden krijgen. In 2014 zijn in het eerste en tweede kwartaal via een steekproef de inspectierapporten, gebaseerd op het nieuwe inspectieschema, bekeken. Hierin is één conclusie vermeld: beantwoordt het in dit rapport beoordeelde brandmeldsysteem inclusief ontruimingsinstallatie aan de afgeleide doelstelling(en) die met de brandbeveiliging wordt(worden) beoogd. De conclusie was dat het nieuwe inspectieschema niet tot meer inspectierapporten met een Neeconclusie leidde. Wel duurden de inspecties langer, doordat bedrijven informatie moesten aanleveren of aanpassingen moesten doorvoeren. Auteur: D.R.Croese Blad 12 van 34

13 Daarnaast bleek dat de inspectie-instellingen niet altijd de juiste basisdocumenten (actuele UPD/BdB/PvE) in het inspectierapport vermeldden. Daarover is meerdere malen contact geweest met de betreffende inspectie-instellingen. Tevens heeft de deelprojectleider een mail verstuurd binnen de afdeling HENI om erop te wijzen dat het van groot belang is om te controleren of in een inspectierapport als toetsingskader (= basisdocument) de actuele UPD/BdB/PvE's vermeld worden. Inspectie tegen UPD in nieuw inspectierapport Door ILenT is in het rapport van mei 2014 bij een aantal bedrijven voor de status van het inspectierapport vermeld: Voorlopig afgerond*: inspectierapport met conclusie "situatie voldoet aan de afgeleide doelstelling". Deze formulering voldoet niet aan de PGS 15; het is niet duidelijk of de situatie voldoet aan het UPD. Deze inspectierapporten dienen door de betreffende inspectie-instelling aangepast te worden. De ILenT heeft de vermelding per toegelicht: De ILenT is van mening dat uw bedrijf er hard aan werkt om een goedkeurend IR te verkrijgen. Partijen in het stelsel van keuringen PGS 15 nemen niet de rol die zij hebben. De ILenT heeft dit in het onderzoek vastgesteld. Door de status voor uw casus te wijzigen in voorlopig afgerond* hoop ik u voldoende te hebben geïnformeerd ten aanzien van uw rol. Inmiddels heb ik van de inspectie-instellingen begrepen dat zij duidelijkheid in het stelsel van PGS 15-keuringen nastreven. In vervolg hierop is vanuit de werkgroep PGS 15 contact gezocht met het CCV, de opstellers van het inspectieschema. Met een aantal vertegenwoordigers van de belanghebbenden is een aantal maal overlegd bij het CCV. Eind 2014 is een werkgroep Inspectie tegen UPD gestart. Het doel is om ervoor te zorgen dat het inspectieschema en het inspectierapport beter aansluiten bij de PGS 15 en de daarin vermelde eis van een inspectie tegen het UPD. Deelproject 7: CRP Aanpak Het centraal registratiepunt gevaarlijke stoffen (CRP) is in het Rijnmondgebied opgezet voor circa 80 bedrijven die grote hoeveelheden verpakte gevaarlijke stoffen opslaan (meer dan 10 ton). In dit digitale journaal wordt minimaal dagelijks de in het bedrijf aanwezige hoeveelheid gevaarlijke stoffen bijgehouden. Dit wordt naar een centrale databank gezonden. Bij een incident kunnen hulpverleningsinstanties (brandweer en de adviseur gevaarlijke stoffen) deze raadplegen. Tevens toetst de DCMR de door het bedrijf ingevoerde gegevens in het CRP op juistheid. De doelstelling voor 2014 was: - Controle en actualisatie van de gevaarlijkestoffenmodule in Mirr. - Uitbreiding van aan te sluiten bedrijven (met name type B-bedrijven) waar tussen de en kg verpakte gevaarlijke stoffen wordt opgeslagen. - Opschonen van de bedrijvenlijst. - Standaardisering van de invoering van lege, ongereinigde verpakkingen in het CRP. - Regulier overleg met de VRR (de Stuurgroep CRP). Resultaten Controle en actualisatie gevaarlijke stoffenmodule in Mirr Begin 2014 is de nieuwe ADR-tabel op het DCMR-netwerk geplaatst. Omdat de ingevoerde gegevens van de op het CRP aangesloten bedrijven in Mirr (tabblad gevaarlijke stoffen ) niet meer geheel up-todate was, is begonnen met het actualiseren hiervan. Deze werkzaamheden zijn nagenoeg afgerond. Hierna zal een evaluatie volgen. Aansluiten type- B bedrijven In 2014 zijn procedures opgestart en afgerond voor het opleggen van maatwerkvoorschriften CRP voor zeven type B-bedrijven. Het gaat om drie bedrijven in Albrandswaard, een bedrijf in Lansingerland, twee bedrijven in Schiedam en een bedrijf in Vlaardingen. In 2015 moeten procedures voor de Rotterdamse type B-bedrijven worden opgestart. Auteur: D.R.Croese Blad 13 van 34

14 Opschonen bedrijvenlijst In 2014 zijn een aantal bedrijven (circa vijftien) die aangesloten waren op het CRP maar geen activiteiten met gevaarlijke stoffen meer uitvoeren, van de lijst gehaald. Bedrijven die worden aangesloten op het CRP worden automatisch toegevoegd aan deze lijst. Standaardisering invoering van leeg, ongereinigde verpakkingen in het CRP In de afgelopen jaren is gebleken is dat bedrijven lege, ongereinigde verpakkingen op verschillende manieren in het CRP invoerden. Zo voerde een bedrijf bij een leeg, ongereinigde tankcontainer het totaalgewicht ( kg) van de lege trailer in. Bij een incident zou dit tot verwarring kunnen leiden. Daarom is besloten een standaard voor lege, ongereinigde verpakkingen in te voeren, te weten 0,001 kg. In 2014 zijn alle op het CRP aangesloten bedrijven door middel van een brief hierover geïnformeerd. Overleg met de VRR In 2014 is de Stuurgroep CRP met daarin vertegenwoordigers van de VRR, DCMR en Sogeti een aantal malen bijeengekomen. In het afgelopen jaar heeft de VRR de overgang naar een nieuwe serveromgeving voor het CRP gerealiseerd. Deze actie is in september/november afgerond. Tevens is het programma Incident online verfijnd en overgegaan in MOI (Mobiel Operationeel Informatiesysteem). Bij een melding van een incident bij een op het CRP aangesloten bedrijf kan via een tablet direct het CRP worden geopend. Deelproject 8: Bluswater op eigen terrein Aanpak Voor het verhogen van de drinkwaterkwaliteit worden drinkwaterleidingen vervangen door leidingen met een snellere doorstroming, maar met een minder grote diameter en daarmee een mindere capaciteit. De brandweer maakt in geval van brand vaak gebruik van drinkwater als bluswater. Als gevolg van de vermindering van de capaciteit kan een tekort aan bluswater ontstaan, waardoor minder effectieve repressieve inzet kan worden gepleegd door de brandweer. Dit kan grote gevolgen hebben voor het verloop van de brand en daarmee voor de veiligheid en schade voor mens en milieu. In 2012, 2013 en 2014 heeft de DCMR in het kader van het Integraal Handhavingsprogramma (IHP) in opdracht van de stuurgroep Veilig van Rotterdam het project bluswatervoorzieningen op eigen terrein uitgevoerd. Het deelproject heeft als doel: - eventuele structurele problemen met betrekking tot bluswatervoorzieningen in kaart brengen; - de toereikendheid van de voorschriften controleren; - de naleving van de voorschriften controleren. In 2012 en 2013 zijn bedrijven op de industriegebieden Waalhaven, Eemhaven, Distripark Albrandswaard en een deel van het Botlekgebied op bluswatervoorzieningen gecontroleerd. In 2014 zijn 54 vergunningplichtige bedrijven geselecteerd in het Botlekgebied en in Vlaardingen, die gezien de activiteiten of ligging waarschijnlijk bluswatervoorzieningen zouden moeten hebben. Het doel was om bij 40 van deze bedrijven de bluswatervoorzieningen te controleren. In totaal is bij 38 bedrijven gecontroleerd op deze voorzieningen. Resultaten In 2014 zijn voor dit deelproject bij 38 van de 54 geselecteerde bedrijven in het Botlekgebied en Vlaardingen controles uitgevoerd. Bij een deel van de geselecteerde bedrijven is er geen controle uitgevoerd op de bluswatervoorzieningen omdat er bijvoorbeeld geen bluswatervoorzieningen aanwezig waren (ze waren niet noodzakelijk), omdat de voorzieningen recent waren gecontroleerd of omdat er andere prioriteiten werden gesteld. Tijdens de controles is aan de hand van de checklist inzicht verkregen in knelpunten in bluswatervoorzieningen binnen de inrichtingen, de toereikendheid van de vergunningen en het naleefgedrag met betrekking tot bluswatervoorzieningen. Eventuele nacontroles die tijdens de looptijd van het project zijn uitgevoerd, zijn in de resultaten meegenomen. Acties naar aanleiding van de controles zoals het aanpassen van de vergunningen, nacontroles buiten de projecttermijn en of handhaving vallen buiten de scope van dit project en zullen regulier worden aangepakt conform de procedures en de sanctiestrategie. Auteur: D.R.Croese Blad 14 van 34

15 De resultaten van de controles zijn hieronder weergegeven. Onderwerp Aantal Aantal geplande controles 40 Aantal uitgevoerde controles 38 Aantal inrichtingen zonder bluswatervoorzieningen 5 Aantal inrichtingen met bluswatervoorzieningen in het kader van het bouwbesluit 0 Aantal inrichtingen met bluswatervoorzieningen in het kader van de Wabo-vergunning 31 Aantal inrichtingen die gebruik maken van openbare bluswatervoorzieningen 1 Aantal ontoereikende vergunningen 11 Aantal overtredingen onderhoud en keuringen 3 Aantal overtredingen gedragsvoorschriften 10 Aantal overtredingen flowmeting en vereiste hoeveelheid bluswater 3 Aantal problemen verwacht met hoeveelheid bluswater 3 Aantal signalen naar ds+v 0 Aantal last onder dwangsommen of proces-verbaal 2 In 2012 en 2013 is ook een project bluswatervoorzieningen op eigen terrein uitgevoerd. Een van de conclusies van het project was dat het naleefgedrag redelijk tot goed was. In het onderstaande overzicht zijn de naleefpercentages over 2012, 2013 en 2014 weergegeven. Controlejaar Aantal controles Keuring en onderhoud Naleefpercentage Gedragsvoorschriften Hoeveelheid bluswater Verwachtte problemen bluswatercapaciteit 2012 Waalhaven en Eemhaven 2013 Distripark en Botlek 2014 Botlek en Vlaardingen 35 81% 81% 90% 10% 36 82% 85% 97% 6% 38 90% 68% 90% 10% Van de 40 geplande controles op de bluswatervoorzieningen zijn er in totaal 38 uitgevoerd in het kader van dit deelproject. De overige bedrijven waren al bezocht voor de start van het deelproject, na het afsluiten van het deelproject of er werden andere prioriteiten gesteld. Van de 38 gecontroleerde bedrijven hadden 33 bedrijven eigen bluswatervoorzieningen. Bij 31 van deze bedrijven was de bluswatervoorziening voorgeschreven in een Wabo-vergunning. Eén bedrijf maakte naast de eigen voorzieningen ook gebruik van openbare bluswatervoorzieningen. Bij elf van de gecontroleerde bedrijven is geconstateerd dat de vergunning niet toereikend is voor de bluswatervoorzieningen. De voorschriften die ontbraken waren voornamelijk: 1) het elke drie jaar meten van de vereiste hoeveelheid bluswater; 2) het meten door een geaccepteerde deskundige; 3) het meten volgens het protocol van de VRR; 4) de aanrijdbeveiliging voor bovengrondse hydranten. Bij één bedrijf is geconstateerd dat de voorzieningen niet tijdig waren onderhouden. Bij vijf bedrijven werden gedragsvoorschriften overtreden, zoals het bereikbaar houden en het tegen weersinvloeden beschermen van hydranten en afsluiters. Bij drie bedrijven was de hoeveelheid bluswater niet in orde waarvoor bij twee bedrijven na de nacontrole een last onder dwangsom is opgelegd. Bij een van deze bedrijf is de wateropbrengst weer in orde. De acties om de overtredingen ongedaan te laten maken zijn conform de sanctiestrategie uitgevoerd of de termijnen lopen nog. Auteur: D.R.Croese Blad 15 van 34

16 Bij twee van de bedrijven waar problemen zijn met de hoeveelheid bluswater is aangegeven dat er ook voor de nabije toekomst problemen worden verwacht met betrekking tot de hoeveelheid bluswater. Bij een van de bedrijven is aangegeven dat de hoeveelheid bluswater conform de eisen is, maar dat vanwege schommelende uitkomsten in metingen de afgelopen jaren onduidelijk is of de capaciteit de komende jaren zal voldoen aan de geëiste hoeveelheden. Het doel van het project was inzicht te krijgen in mogelijke knelpunten in de bluswatervoorzieningen in bepaalde gebieden, en per geselecteerde inrichting te toetsten of werd voldaan aan de daarvoor geldende voorschriften en of deze toereikend zijn. Geconcludeerd kan worden dat er bij 10% van de bezochte bedrijven werd aangegeven dat er knelpunten zijn of kunnen ontstaan voor de bluswatercapaciteit in de nabije toekomst. Bij de individuele bedrijven blijkt de naleving van de voorschriften matig tot goed, 90% voor de keurings- en onderhoudsvoorschriften, 68% voor de gedragsvoorschriften en 90% voor de hoeveelheid bluswater. Bij 33% van de 38 gecontroleerde bedrijven is de vergunning niet toereikend. De acties voor het aanpassen van de vergunningen zijn bij vergunningverlening uitgezet. Deelproject 9: Spoorwegemplacementen Aanpak Binnen het DCMR-werkgebied zitten vijf spoorwegemplacementen met opslag van gevaarlijke stoffen. Ze vallen allemaal onder het bevoegd gezag van de gemeente Rotterdam. Voor het deelproject zijn de onderstaande doelstellingen geformuleerd: - controle op bluswatervoorzieningen; - controle op uitgangspunten van het QRA; - controle op de voorbereiding op de noodsituatie. Als aanpak is gekozen voor een integrale controle aan de hand van een vooraf opgesteld auditplan. Speerpunt van het project is veiligheid. Daarnaast is uit de controlehistorie van de verschillende emplacementen gebleken dat er regelmatig overtredingen waren met betrekking tot bovengrondse tanks. Om deze reden is dit als extra aandachtspunt aangemerkt voor de controles van Ze zijn alle binnen een kort op elkaar volgende periode bezocht om zo een zo realistisch beeld te krijgen van alle afzonderlijke inrichtingen. Resultaten Bij geen van de controles bij de emplacementen is gebleken dat er sprake was van overtredingen. Voor 2015 zal nu moeten worden bekeken of andere onderdelen van deze branche meer aandacht verdienen. De emplacementen voldeden aan de voorschriften ten aanzien van de bluswatervoorzieningen. Ook was er in voldoende mate sprake van een goede voorbereiding op de noodsituatie en vielen de werkzaamheden binnen de grenzen van het QRA. Er is een goed registratiesysteem ontwikkeld voor het onderhoud van de voorzieningen. Geconstateerde gebreken en uitgevoerde reparaties aan de voorzieningen worden vastgelegd. Controle op tijdige uitvoering van onderhoud en reparatie is met behulp van dit systeem mogelijk. Vanwege de aanwezigheid van wagens met tanks geladen met gevaarlijke stoffen op de emplacementen kan een incident op een emplacement direct invloed hebben op de omgeving. Het beschikbaar zijn van voldoende bluswater op de emplacementen is van groot belang. Auteur: D.R.Croese Blad 16 van 34

17 Deelproject 10: Ontgassen van containers Aanpak Een deel van de containers die aankomen in de Nederlandse havens bevat gevaarlijke, gasvormige stoffen. Het gaat om bewust toegevoegde bestrijdingsmiddelen ter voorkoming van insecten en andere organismen in de vervoerde materialen (organische stoffen (zoals hout, pallets, rotan), levensmiddelen en veevoerder (zoals graan en cacao)). Het openen van dergelijke containers kan een risico opleveren voor de werknemers, alsook voor de omgeving wanneer de gassen de inrichtingsgrens overschrijden. Aan het project ligt het projectplan Ontgassen van containers 2014 ten grondslag. Voor het deelproject is als volgende doelstelling geformuleerd: Het krijgen van inzicht in het veiligheidsniveau van de activiteit bij het ontgassen en ventileren van containers. Hierbij is de volgende aanpak gehanteerd: inventariseren bij welke geselecteerde bedrijven binnen het DCMR-gebied wordt ontgast; zo ja, of hiervoor de benodigde vergunning is verleend; controleren of de wijze van ontgassen (en ventileren) van containers overeenkomstig de verleende vergunning en veiligheidscriteria wordt uitgevoerd. Wanneer een bedrijf actief gegaste containers ontgast, is het vergunningplichtig. Wanneer geconstateerd wordt dat een bedrijf onvergund containers ontgast, zal een aanschrijving worden verstuurd voor deze onvergunde activiteit. Het bedrijf moet hiervoor of een vergunning aanvragen of de containers bij een daarvoor vergund bedrijf laten ontgassen. De onvergunde activiteit moet evenwel per direct worden gestopt. In Mirr wordt als kenmerk ontgassen van containers toegevoegd. In 2014 zijn voor dit project 80 bedrijven geselecteerd. Het project is gestart met bedrijven voornamelijk uit de gemeente Rotterdam. Aan het eind van het jaar zijn nog zestien bedrijven toegevoegd uit de gemeente Goeree-Overflakkee. Bij de geselecteerde bedrijven zijn deelcontroles uitgevoerd aan de hand van een checklist. Voor de uitvoering van de controles bij de meldingplichtige bedrijven hebben medewerkers zich kunnen aanmelden voor het project. De controles bij de vergunningplichtige bedrijven zijn uitgevoerd door de toezichthouder van het betreffende bedrijf. Resultaten Binnen het project is geïnventariseerd bij welke geselecteerde bedrijven binnen het DCMR-gebied wordt ontgast, en zo ja, of hiervoor de benodigde vergunning is verleend en daarnaast is gecontroleerd of de wijze van ontgassen (en ventileren) van containers overeenkomstig de verleende vergunning en veiligheidscriteria wordt uitgevoerd. Er zijn in 2014 uiteindelijk 97 bedrijven gecontroleerd. Deze bedrijven zijn onder te verdelen in: - 66 meldingplichtige bedrijven (type B) - 31 vergunningplichtige bedrijven (type C) sgedrag Bij geen van de 97 gecontroleerde bedrijven zijn overtredingen geconstateerd bedrijven waren niet in werking bedrijven ontvangen geen containers of geen producten waarvan het aannemelijk is dat deze gegast zullen zijn bedrijven ontvangen container. Over deze 45 bedrijven, die containers ontvangen, is het volgende te vermelden: - tien bedrijven mogen op grond van de vergunning ontgassen en voldeden aan de voorschriften; - één bedrijf ontgast daadwerkelijk containers en hield zich aan de daarvoor verleende vergunning; - vijf bedrijven geven aan dat, indien er containers ontgast moeten worden, dit bij bedrijven extern plaatsvindt; - de overige bedrijven ontgassen (nog) niet. Er kan dus geconcludeerd worden dat een 100% score op naleving goed is behaald. Auteur: D.R.Croese Blad 17 van 34

18 De ontgaslocaties, die door de gecontroleerde bedrijven werden genoemd, zijn op één na bij de DCMR bekend en hebben hiervoor een vergunning. In het Mirr is in het locatiescherm bij het kenmerkenonderdeel de activiteit Be- en ontgassen van containers met bestrijdingsmiddelen toegevoegd bij deze bedrijven, voor zover dit nog niet gedaan was. Er is bij één bedrijf op het terrein een extern ontgasbedrijf ontdekt. Dit bedrijf is niet bij de DCMR bekend en heeft geen vergunning voor het extern ontgasbedrijf. Hiervoor is een handhavingsactie gestart door middel van een aanschrijving voor onvergunde activiteit. Vergunningsituatie In 2014 heeft bureau VVHA een pakket standaardvoorschriften opgesteld voor de activiteit ontgassen van containers. De vergunningen van twee bedrijven met voorschriften voor de activiteit ontgassen, bevatten niet de standaardvoorschriften. De vergunningen moeten geactualiseerd worden. Er is hiervoor in Mirr een actie aangemaakt voor VVHA. Auteur: D.R.Croese Blad 18 van 34

19 3 AANBEVELINGEN 3.1 Aanpak van de branche Deelproject 3: Veiligheidscultuur De beoordeling van de veiligheidscultuur bij Brzo-bedrijven door de DCMR geeft een stimulans voor bedrijven om aandacht aan de veiligheidscultuur te geven. Daarom wordt aanbevolen om de veiligheidscultuurbeoordelingen in 2015 voort te zetten. Eveneens wordt aanbevolen om ook beoordelingen uit te voeren bij andere hoog-risicobedrijven, zoals vervoersgebonden inrichtingen. Voor de planning van de Brzo-bedrijven in 2015 kan met name gebruik gemaakt worden van de landelijke Brzo-rankinglijst. In 2015 zal na iedere cultuurbeoordeling middels een advies expliciete en formele terugmelding aan de betreffende Brzo-inspecteur plaatsvinden. In 2015 zal extra aandacht worden besteed aan een zorgvuldige formulering van de passage over veiligheidscultuur in de openbare samenvatting van de Brzo-inspectierapporten. Aanbevolen wordt om de contacten met de bedrijfsbelangenverenigingen voort te zetten, deze evaluatie te bespreken en de plannen voor de toekomst te melden. Deelproject 4a: Op- en overslag van gevaarlijke stoffen Voor het jaar 2011 en 2012 is ervoor gekozen om de controlefrequentie van de bedrijven van viermaal naar tweemaal per jaar te reduceren. Daardoor bestond het vermoeden dat de hoeveelheid overtredingen verminderd is door de verlaging van de controlefrequentie en niet door het beter presteren van de bedrijven. Dit wordt ondersteund door het grote aantal overtreden gedragsvoorschriften in beide jaren. Gelet hierop en hetgeen is aanbevolen in het visiedocumenten Toezicht op- en overslagbedrijven Rotterdam 2009 en Beleidsvisie controlefrequentie haven en transportbedrijven, is besloten om de controlefrequentie te wijzigen en te houden op viermaal per jaar voor vergunningplichtige bedrijven en tweemaal per jaar voor activiteitenbesluit meldingsplichte bedrijven (type B) voor het jaar Gebleken is dat de door het verhogen van de controlefrequentie meer overtredingen zijn geconstateerd. Aanbevolen wordt om voor 2015 de verschillende controlefrequenties per bedrijf gelijk aan de frequentie van 2014 te houden. In vervolgprojecten wordt aanbevolen extra aandacht te besteden aan de handhavingsopvolging. Het aantal uitgevoerde nacontroles en opgestelde dwangsommen kunnen dienen als indicatoren voor het naleefgedrag. Ondanks dat bedrijven ruim tien jaar lang elk jaar meerdere malen geïnspecteerd worden, is geen verbetering te zien in met name gedragsvoorschriften (onder andere journaal, opslag). Het beschermingsniveau van de PGS 15-voorzieningen, de invulling van vergunningvoorschriften en de wijze van handhaving zijn niet noemenswaardig gewijzigd. Aanbevolen wordt om extra aandacht te besteden aan het veiligheidsbewustzijn en gedrag van deze branchebedrijven in de komende jaren. Door bewustzijn te creëren en te behouden is het aannemelijk dat de hoeveelheid overtredingen zal dalen. Aanbevolen wordt daarom om extra te geven aan gedragsvoorschriften. Daarnaast zal via een doelgroepanalyse duidelijk moeten worden of andere instrumenten toepasbaar zijn. Voor 2015 is door de Stuurgroep Toezicht en Handhaving opdracht gegeven deze doelgroepanalyse te laten uitvoeren en is hiervoor separaat budget beschikbaar gesteld. In het deelproject Systeemgericht toezicht kan aandacht worden besteed aan de beheerssystemen die een bedrijf zelf heeft opgezet, alsmede het onderhoud en de implementatie van deze systemen. Op deze manier worden bedrijven zelf betrokken bij het veiligheidsbeleid en worden ze gestimuleerd om veiligheidsbewust te denken. Geadviseerd wordt om de lijn van dit project voort te zetten bij de bedrijven in het Rijnmondgebied met opslag van gevaarlijke stoffen. Auteur: D.R.Croese Blad 19 van 34

20 Deelproject 4b: Scan gevaarlijke stoffen Een aanbeveling is om meer tijd in te ruimen voor het selecteren van een lijst van de bedrijven op Goeree-Overflakkee. Dit gebied is twee jaar geleden toegevoegd aan het controlegebied van de DCMR. Binnen de DCMR is er in dit gebied weinig zicht op de hoeveelheid bedrijven die handelingen verrichten met gevaarlijke stoffen. Goeree-Overflakkee is geografisch gelegen tussen de wereldhavens Rotterdam en Antwerpen. Door de lagere grond- en huurprijs, vergeleken met het Rotterdams Havengebied, is het vestigingsklimaat voor (grote) bedrijven met mogelijke opslag van gevaarlijke stoffen aantrekkelijk. In 2014 is uit 2400 bedrijven op Goeree-Overflakkee een selectie van vijftien bedrijven (0,6%) gemaakt. Bij één van deze bedrijven is een dusdanig grote hoeveelheid gevaarlijke stoffen aangetroffen die de hoeveelheid van menig vergunningplichtig bedrijf binnen het Rijnmondgebied overtrof. Het is niet ondenkbaar dat er binnen dit gebied meer bedrijven zijn waar grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen worden op- of overgeslagen. Deelproject 6: PGS 15 Op dit moment zijn de meeste vergunningen van BN1 opslagen gebaseerd op de PGS 15:2005 met errata. In 2013 is gestart met een actualisatie van de PGS 15:2011 (versie december 2012). In dat kader is door de NEN-werkgroep PGS 15 onder andere gekeken naar het UPD (inhoud, blauwdruk) en inspectie tegen het UPD. Dit traject wordt volgens planning in de eerste helft van 2015 afgerond. Aanbevolen wordt om in de eerste helft van 2015 te inventariseren wat de PGS 15 versie 2015 voor consequenties heeft t.a.v. van onder andere actualisatie vergunning en beoordeling UPD. Om er zeker van te zijn dat de benodigde gegevens voor dit project voorhanden zijn, is het noodzakelijk dat men de gegevens in MIRR vastlegt. Dit betreffen gegevens naar aanleiding van een vergunningtraject, beoordeling (UPD) en controles (inspectierapport/certificaat). Aanbevolen wordt om in 2015 minimaal één, maar liefst twee keer per jaar in MIRR te rapporteren over de door ILT gemonitorde gegevens. Deze gegevens moeten op dit moment nog handmatig uit de database verzameld worden. Aanbevolen wordt om in het nieuwe systeem RUDIS de mogelijkheid om de gegevens vanuit het systeem te genereren, mee te nemen. Deelproject 7: CRP Aanbeveling: In 2015 verdergaan met de aansluiting van de zogenaamde type B-bedrijven. Type B- bedrijven zijn niet-vergunningplichtige bedrijven waar tussen de 2500 en kg verpakte gevaarlijke stoffen worden opgeslagen. Deelproject 8: Bluswater op eigen terrein Aanbevelingen: - het project in 2015 voortzetten, zodat uiteindelijk in 2016 in het gehele Rijnmondgebied de knelpunten en naleving op gebied van bluswatervoorzieningen in kaart is gebracht; - een basisdocument maken voor BBT-eisen aan bluswatervoorzieningen; - contact onderhouden met de drinkwaterleveranciers om eventuele knelpunten in het Rijnmondgebied vooraf te kunnen signaleren; - Op basis van het uitgevoerde deelproject is het niet nodig om een voorstel te doen voor het aanpassen van de scores op de onderzochte thema`s in het RIAN. Deelproject 9: Spoorwegemplacementen Op basis van de voorgaande jaren en het aanwezige risico wordt aanbevolen om de jaarlijkse controlefrequentie te handhaven. De overtredingen die het meeste invloed hebben op het veiligheidsniveau liggen in de sfeer van het onderhoud. Vooralsnog moet over meerdere jaren bekeken worden of deze trend vastgehouden kan worden. De passieve/reactieve houding van de exploitant van de spoorwegemplacementen en de risico s die zijn verbonden aan het rangeren met wagens geladen met gevaarlijke stoffen, rechtvaardigen het continueren van de huidige controlefrequentie. Auteur: D.R.Croese Blad 20 van 34

Eindrapportage Garagebedrijven 2014

Eindrapportage Garagebedrijven 2014 Eindrapportage Garagebedrijven 2014 Opsteller: M.J.F. Brons Datum eindrapportage: 28 augustus 2014 vastgesteld in Stuurgroep Toezicht en Handhaving d.d 15-09-2014 DMS nummer: 21798947 1 Inhoudsopgave 1

Nadere informatie

Eindrapportage Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2015

Eindrapportage Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2015 Eindrapportage Op- en overslagbedrijven van gevaarlijke stoffen 2015 Opsteller/projectleider: D.R. Croese Datum eindrapportage: december 2015 DMS nummer: 22069789 1 Inhoudsopgave 1 SAMENVATTING... 3 DOELSTELLING

Nadere informatie

Eindrapportage Veehouderijen, maneges en kinderboerderijen 2014

Eindrapportage Veehouderijen, maneges en kinderboerderijen 2014 Eindrapportage Veehouderijen, maneges en kinderboerderijen 2014 Opsteller: P. van der Bend Datum 16 maart 2015 eindrapportage: DMS nummer: 21929641 1 Inhoudsopgave SAMENVATTING 1 DOELSTELLING EN AANPAK

Nadere informatie

Eindrapportage Project Droge Bulk 2014

Eindrapportage Project Droge Bulk 2014 Eindrapportage Project Droge Bulk 2014 Opdrachtgever: Martin Schellingerhout Projectleider: Raymonde Kromjong Deelprojectleider Fijn stof: Mariëlle van Rees Datum: 20-11-2014 Status: Definitief DMS: 21876648

Nadere informatie

Stand van zaken naleving brandveiligheidseisen bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Actualisatie 2012

Stand van zaken naleving brandveiligheidseisen bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Actualisatie 2012 Stand van zaken naleving brandveiligheidseisen bij opslagen van gevaarlijke stoffen Actualisatie 2012 Stand van zaken naleving brandveiligheidseisen bij opslagen van gevaarlijke stoffen Actualisatie 2012

Nadere informatie

Eindrapportage Project Recycling 2014

Eindrapportage Project Recycling 2014 Eindrapportage Project Recycling 2014 Opdrachtgever: Martin Schellingerhout Projectleider: Raymonde Kromjong Datum: 18 december 2014 DMS nummer: 21884453 1 Inhoudsopgave 1 DOELSTELLING EN AANPAK VAN HET

Nadere informatie

Eindrapportage Voedingsmiddelenindustrie

Eindrapportage Voedingsmiddelenindustrie Eindrapportage Voedingsmiddelenindustrie Fase 1 najaar 2014 Opsteller/ W.H.J. van Duinhoven projectleider: Datum 24 maart 2015 eindrapportage: DMS nummer: 21918683 Inhoudsopgave 1 SAMENVATTING... 3 2 DOELSTELLING

Nadere informatie

Veiligheid als uitgangspunt

Veiligheid als uitgangspunt Veiligheid als uitgangspunt Het brandbeveiligingssysteem dient te zijn afgestemd op het risico dat beschermd moet worden BVI is een geaccrediteerde inspectie-instelling voor brandbeveiligingssystemen Inspectie

Nadere informatie

Actualisatie PGS 15. Dré Mevissen

Actualisatie PGS 15. Dré Mevissen Actualisatie PGS 15 presentatie Dré Mevissen voor Nederland Distributieland SIG Chemicals 6 september 2016 1 Dré Mevissen (A4S Mevissen-Consultancy). Als vertegenwoordiger van het VHCP vanaf beginperiode

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van L. van Aelst (SP) (d.d. 22 maart 2011) Nummer Onderwerp Veiligheid chemiebedrijven

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van L. van Aelst (SP) (d.d. 22 maart 2011) Nummer Onderwerp Veiligheid chemiebedrijven van Gedeputeerde Staten op vragen van L. van Aelst (SP) (d.d. 22 maart 2011) Nummer 2463 Onderwerp Veiligheid chemiebedrijven Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting vragensteller Veel chemiebedrijven

Nadere informatie

Praktijk voorbeelden n.a.v. DCMR PGS 15 project 2010 Schakeldag 7 juni 2011

Praktijk voorbeelden n.a.v. DCMR PGS 15 project 2010 Schakeldag 7 juni 2011 Praktijk voorbeelden n.a.v. DCMR PGS 15 project 2010 Schakeldag 7 juni 2011 Lex Wagemaker 9 juni 2011 2 PGS 15 project DCMR 2010 34 PGS 15 opslagen in Rijnmond met beschermingsniveau 1 Resultaten DCMR

Nadere informatie

Opslag brandbare vloeistoffen in bovengrondse tanks. Resultaten plan van aanpak implementatie PGS 29

Opslag brandbare vloeistoffen in bovengrondse tanks. Resultaten plan van aanpak implementatie PGS 29 Opslag brandbare vloeistoffen in bovengrondse tanks Resultaten plan van aanpak implementatie PGS 29 Opslag brandbare vloeistoffen in bovengrondse tanks Resultaten landelijke afspraken implementatie PGS

Nadere informatie

Toezicht kermisattracties

Toezicht kermisattracties Toezicht kermisattracties Inspectieresultaten van 2016 De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht op de naleving van de veiligheidsregels door kermisexploitanten. Deze controles zijn

Nadere informatie

Borging en naleving PGS 15. Eindrapportage 2015

Borging en naleving PGS 15. Eindrapportage 2015 Borging en naleving PGS 15 Eindrapportage 2015 Borging en naleving PGS 15 Eindrapportage 2015 Datum 30 juni 2015 Colofon Uitgegeven door Inspectie Leefomgeving en Transport ILT/ Afval, Industrie en Bedrijven

Nadere informatie

Actualisatie PGS 15. Dré Mevissen

Actualisatie PGS 15. Dré Mevissen Actualisatie PGS 15 presentatie Dré Mevissen voor Nederland Distributieland SIG Chemicals 6 september 2016 1 Dré Mevissen (A4S Mevissen-Consultancy). Als vertegenwoordiger van het VHCP vanaf beginperiode

Nadere informatie

Doorkiesnr. 010-246 8289

Doorkiesnr. 010-246 8289 m Aan de leden van het Algemeen Bestuur van de DCMR Milieudienst Rijnmond CMR Parallelweg 1 miueudienst Postbus 843 Rijnmond 31 OOAV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W wftivw.dcmr.nl

Nadere informatie

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 5 november 2010 Status Definitief

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 5 november 2010 Status Definitief Controleresultaten Legionellapreventie 2010 Cluster 1: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken Datum 5 november 2010 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Schoon en veilig

Nadere informatie

Brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Resultaten landelijke inventarisatie Datum 10 september 2010 Status Definitief

Brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Resultaten landelijke inventarisatie Datum 10 september 2010 Status Definitief Brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen Resultaten landelijke inventarisatie 2010 Datum 10 september 2010 Status Definitief Colofon Publicatienummer VROM-Inspectie Directie Uitvoering Prioritaire

Nadere informatie

Statenvoorstel 52/15. Voorgestelde behandeling. PS-vergadering : 10 juli Initiatiefvoorstel Elektronisch monitoren van luchtwassers

Statenvoorstel 52/15. Voorgestelde behandeling. PS-vergadering : 10 juli Initiatiefvoorstel Elektronisch monitoren van luchtwassers Statenvoorstel 52/15 A Voorgestelde behandeling PS-vergadering : 10 juli 2015 Onderwerp Initiatiefvoorstel Elektronisch monitoren van luchtwassers Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant Onderwerp Brabantbrede

Nadere informatie

Bijlage 2. Communicatieplan bij het inspectieproject opslagtanks PGS29. Petra van Zijst, 24 september 2012. Aanleiding

Bijlage 2. Communicatieplan bij het inspectieproject opslagtanks PGS29. Petra van Zijst, 24 september 2012. Aanleiding Bijlage 2 Communicatieplan bij het opslagtanks PGS29 Petra van Zijst, 24 september 2012 Aanleiding Van augustus 2012 tot en met maart 2013 wordt het Inspectieproject Tankopslagbedrijven uitgevoerd. Hierin

Nadere informatie

Aan MO Brzo-OD Z-H en Zld. Kopie aan. Onderwerp Jaarverslag 2017 Z-H en Zeeland (Brzo) Samenvatting

Aan MO Brzo-OD Z-H en Zld. Kopie aan. Onderwerp Jaarverslag 2017 Z-H en Zeeland (Brzo) Samenvatting Aan MO Brzo-OD Z-H en Zld Kopie aan Datum Augustus 2018 Auteur Cozz TH Onderwerp Jaarverslag 2017 Z-H en Zeeland (Brzo) Samenvatting - Binnen Zuid-Holland en Zeeland zijn er 138 Brzo bedrijven geregistreerd.

Nadere informatie

Stand van zaken brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Actualisatie 2011. Juni 2011

Stand van zaken brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen. Actualisatie 2011. Juni 2011 Stand van zaken brandveiligheid bij opslagen van gevaarlijke stoffen Actualisatie 2011 Juni 2011 Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Prioritaire bedrijven Nieuwe Uitleg 1 2514 BP Den Haag

Nadere informatie

NTA 8620 en certificatie managementsystemen

NTA 8620 en certificatie managementsystemen NTA 8620 en certificatie managementsystemen 13 november 2014 Onderwerpen - Introductie SCCM - Ervaringen met ISO 14001 bij Odfjell - ISO 14001/OHSAS 18001 bij BRZO-bedrijven - Visie op relatie toezicht

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland Postbus AW Den Haag

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland Postbus AW Den Haag > Retouradres Postbus 16191 2500 BD Den Haag Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland Postbus 90602 2509 AW Den Haag ILT Afval, Industrie en Bedrijven Handhaving Industrie en Ruimte Graadt van Roggenweg 500

Nadere informatie

Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora

Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora naar aanleiding van het rapport van juli 2017 in het kader van proactief toezicht uitgevoerd door het toezicht Wmo Rotterdam-Rijnmond

Nadere informatie

Rijnnnond Beschikking. Parallelweg 1 AANTEKENEN Vopak Terminal Europoort B.V. Postbus AB ROZENBURG ZH. Uw kenmerk. Telefoonnummer

Rijnnnond Beschikking. Parallelweg 1 AANTEKENEN Vopak Terminal Europoort B.V. Postbus AB ROZENBURG ZH. Uw kenmerk. Telefoonnummer nniueudienst Rijnnnond Beschikking Parallelweg 1 AANTEKENEN Vopak Terminal Europoort B.V. Postbus 1093 3180 AB ROZENBURG ZH Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr nl W

Nadere informatie

Herziening PGS 15. CTGG-dag 27november 2015. Macco Korteweg Maris Beleidsmedewerker (transport)veiligheid

Herziening PGS 15. CTGG-dag 27november 2015. Macco Korteweg Maris Beleidsmedewerker (transport)veiligheid Herziening PGS 15 CTGG-dag 27november 2015 Macco Korteweg Maris Beleidsmedewerker (transport)veiligheid Korte live enquete Vraag 1 : Wie in de zaal heeft helemaal NIETS te maken met de PGS 15? Vraag 2

Nadere informatie

D66-notitie. Veiliger omgaan met Chemie

D66-notitie. Veiliger omgaan met Chemie D66-notitie Veiliger omgaan met Chemie Stientje van Veldhoven, Tweede Kamerlid Paul Breitbarth, Statenlid Zuid-Holland 20 juni 2013 Kansen, maar ook risico s Nederland kent een grote chemische industrie

Nadere informatie

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 5

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 5 pagina 1 van 1 Rack, MJG, Marjolie `-~ _ ~ -U^~ w-2-~~ ~.~ Van: Rack, MJG, Marjolie Verzonden: donderdag 21 oktober 2010 13:49 Aan: 'info@st-ok.nl' Onderwerp: beantwoording brief uw kenmerk:2010/08/25/003/1

Nadere informatie

TEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN

TEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN BESCHIKKING D.D. 4 DECEMBER 2009 TEERDE STATEN VAN GELDERLAND - NR. MPM18173/2009-015262 VAN GEDEPU- Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN Onderwerp aanvraag Op 10 augustus 2009 hebben wij een

Nadere informatie

Certificering brandveiligheidsinstallaties. Nico Kluwen, EFPC

Certificering brandveiligheidsinstallaties. Nico Kluwen, EFPC Certificering brandveiligheidsinstallaties Nico Kluwen, EFPC Certificering brandveiligheid 1. Het was verwarrend en moeilijk uit te leggen 2. Geen eenduidigheid 3. Jarenlange discussies 4. Wordt het beter?

Nadere informatie

Grote brand Chemie-Pack: Leren we van ongevallen? Agenda. Het onderzoek. De casus: Wie is Chemie-Pack (filmpje) Wie was Chemie-Pack (nog een filmpje)

Grote brand Chemie-Pack: Leren we van ongevallen? Agenda. Het onderzoek. De casus: Wie is Chemie-Pack (filmpje) Wie was Chemie-Pack (nog een filmpje) Grote brand : Leren we van ongevallen? NVRB, Agenda De casus: Wie is (filmpje) Wie was (nog een filmpje) Het onderzoek Rol in Onderzoeksraad voor Veiligheid Het onderzoek zelf Beschouwing van: Vergunningverlening

Nadere informatie

RAPPORTAGE PROJECT I2T (INTENSIVERING INSPECTIE TANKOPSLAG)

RAPPORTAGE PROJECT I2T (INTENSIVERING INSPECTIE TANKOPSLAG) RAPPORTAGE PROJECT I2T (INTENSIVERING INSPECTIE TANKOPSLAG) DCMR Milieudienst Rijnmond in samenwerking met VRR en Inspectie SZW Datum: 11 oktober 2012 1 SAMENVATTING Naar aanleiding van de bevindingen

Nadere informatie

B o u w b e s l u i t 2 0 1 2 e n

B o u w b e s l u i t 2 0 1 2 e n B o u w b e s l u i t 2 0 1 2 e n CCV Inspectieschema s brandbeveiliging Spreker namens R2B Inspecties B.V. P.T.J.M. (Peter) Janssen RSE Introductie P.T.J.M. (Peter) Janssen RSE R2B Inspecties B.V., Zaltbommel

Nadere informatie

lé M^l ^ ^ gronmgen JJ». provincie l^iiéiïifciïiirï^f' Onderwerp Risicoanalyses n.a.v. onderzoek Nor Aan Provinciale Staten Geachte dames en heren.

lé M^l ^ ^ gronmgen JJ». provincie l^iiéiïifciïiirï^f' Onderwerp Risicoanalyses n.a.v. onderzoek Nor Aan Provinciale Staten Geachte dames en heren. JJ». provincie lé M^l ^ ^ gronmgen bezoekadres: Martinikerkhof 12 Aan Provinciale Staten postadres: Postbus 610 9700 AP Groningen algemeen teleroonnr: 050 316 49 II algemeen faxnr.: 050 316 49 33 www.provinciegroningen.nl

Nadere informatie

Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces?

Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces? Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces? Versie 1.0 Datum 2 april 2014 Status Definitief Colofon ILT Ministerie van Infrastructuur en Milieu Koningskade 4 Den Haag Auteur ir. R. van Dorp

Nadere informatie

Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, handhaving, rechtens verkregen niveau, bestaande bouw, RWA Datum: 28 september 2018 Status:

Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, handhaving, rechtens verkregen niveau, bestaande bouw, RWA Datum: 28 september 2018 Status: Trefwoorden: Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, handhaving, rechtens verkregen niveau, bestaande bouw, RWA Datum: 28 september 2018 Status: Definitief Beschrijving Een bedrijfshal met

Nadere informatie

ZUID. lan Gedeputeerde Staten. Last onder dwangsom. Geachte directie.

ZUID. lan Gedeputeerde Staten. Last onder dwangsom. Geachte directie. Gedeputeerde Staten DCMR Milieudienst Rijnmond Afdeling Inspectie en Handhaving Contact provincie j ^ Q j ^ L A N D ZUID TOIO-246 F 010-246 82 83 info@dcmr.nl Postadres DCMR Postbus 843 3100 AV Schiedam

Nadere informatie

Resultaten legionellapreventie Cluster 4: Hotels, bed&breakfasts, campings en jachthavens. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

Resultaten legionellapreventie Cluster 4: Hotels, bed&breakfasts, campings en jachthavens. Datum 1 juni 2010 Status Definitief Resultaten legionellapreventie 2009 Cluster 4: Hotels, bed&breakfasts, campings en jachthavens Datum 1 juni 2010 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Schoon en Veilig

Nadere informatie

Notitie. Lenneke Kriek T 06 42 25 55 39 E 6 juni 2013 Leden bestuurlijk overleg Werk en Inkomen

Notitie. Lenneke Kriek T 06 42 25 55 39 E 6 juni 2013 Leden bestuurlijk overleg Werk en Inkomen Notitie Van Lenneke Kriek T 06 42 25 55 39 E hjcm.kriek@spijkenisse.nl Bezoekadres Teilingerstraat 176 3032 AW Rotterdam Postadres Postbus 20 3000 AA Rotterdam T (010) 850 97 77 F (010) 850 97 78 www.wsprijnmond.nl

Nadere informatie

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: zwembaden en sauna's. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: zwembaden en sauna's. Datum 25 september 2009 Status Definitief Controleresultaten Legionellapreventie 2009 Cluster 1: zwembaden en sauna's Datum 25 september 2009 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Schoon en Veilig water Rijnstraat

Nadere informatie

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 2: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 2: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 25 september 2009 Status Definitief Controleresultaten Legionellapreventie 2009 Cluster 2: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken Datum 25 september 2009 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Schoon en Veilig

Nadere informatie

Handelwijze bij vragen en klachten over een ISO of OHSAS certificaat versie 18 november 2008

Handelwijze bij vragen en klachten over een ISO of OHSAS certificaat versie 18 november 2008 Handelwijze bij vragen en klachten over een ISO 14001 of OHSAS 18001-certificaat versie 18 november 2008 SCCM en de aangesloten certificatie-instellingen willen de uitwisseling van ervaringen met ISO 14001-

Nadere informatie

Halfjaarlijkse voortgangsrapportage Integraal Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2018

Halfjaarlijkse voortgangsrapportage Integraal Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2018 Halfjaarlijkse voortgangsrapportage Integraal Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2018 Afdeling Inwoners & Omgeving Vastgesteld door het college op 21 augustus 2018 Kenbaar gemaakt aan de gemeenteraad

Nadere informatie

Eindrapportage Project Metaalbewerking 2014 Met deelproject Metaalbewerking Integraal&NeR en deelproject Scheepswerven

Eindrapportage Project Metaalbewerking 2014 Met deelproject Metaalbewerking Integraal&NeR en deelproject Scheepswerven Eindrapportage Project Metaalbewerking 2014 Met deelproject Metaalbewerking Integraal&NeR en deelproject Scheepswerven Opdrachtgever: Projectleider: Marieke van de Blaak Hanneke Harberts 1 Het project

Nadere informatie

Resultaat Atex 137 toezicht in 2007

Resultaat Atex 137 toezicht in 2007 Resultaat Atex 137 toezicht in 2007 Pagina 1 van 9 Samenvatting In 2007 zijn door de directie MHC bij 41 BRZO99 en Arie bedrijven Atex 137 inspecties uitgevoerd op een wijze als beschreven in het toezichtbeleid

Nadere informatie

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND datum indiening: 19 mei 2014 datum/agendapunt B&Wvergadering: 270514/304 afdeling: Bouwtoeziciit Onderwerp: Jaarprogramma Wet algemene bepalingen

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein - Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Colofon Projectnaam

Nadere informatie

Sjoerd Post DCMR VEILIGHEIDSCULTUUR

Sjoerd Post DCMR VEILIGHEIDSCULTUUR Sjoerd Post DCMR VEILIGHEIDSCULTUUR 1 VEILIGHEIDSCULTUUR Veiligheidscultuur indicatie voor veiligheidsprestatie bedrijven Ook staat technische installaties/onderhoud en organisatie (VMS) indicatoren voor

Nadere informatie

Controleresultaten legionellapreventie 2009. Cluster 3: Zorginstellingen. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

Controleresultaten legionellapreventie 2009. Cluster 3: Zorginstellingen. Datum 1 juni 2010 Status Definitief Controleresultaten legionellapreventie 2009 Cluster 3: Zorginstellingen Datum 1 juni 2010 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Schoon en Veilig Water Rijnstraat 8 Postbus

Nadere informatie

Odfjell onverminderd onder verscherpt toezicht

Odfjell onverminderd onder verscherpt toezicht Schiedam, 7 februari 2013.++++++BEGIN PERSBERIGHT^-+-^-^"t-+^-^-^-^-^-^-^-^-^.n-.^.^+-^-^-^-n-^-^-n-^-^-^- Odfjell onverminderd onder verscherpt toezicht Tank op- en overslagbedrijf Odfjell kan onderhoud

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. Business Marketing Services te Badhoevedorp. Beveiliger

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. Business Marketing Services te Badhoevedorp. Beveiliger ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO Business Marketing Services te Badhoevedorp Beveiliger Januari 2013 Plaats: Badhoevedorp BRIN: 29WT Onderzoeksnummer: 127795 Onderzoek uitgevoerd in: November 2012

Nadere informatie

Integrale Handhaving. Opzet Quick Scan. Inhoudsopgave. 1. Achtergrond en aanleiding

Integrale Handhaving. Opzet Quick Scan. Inhoudsopgave. 1. Achtergrond en aanleiding Integrale Handhaving Opzet Quick Scan Rekenkamer Weert Oktober 2008 Inhoudsopgave 1. Achtergrond en aanleiding 2. Centrale vraagstelling 3. Deelvragen 4. Aanpak en resultaat 5. Organisatie en planning

Nadere informatie

Certificatie bestaande brandmeldinstallaties. LPCB Nederland B.V. R.B.J. (René) Leijzer 26 oktober 2011

Certificatie bestaande brandmeldinstallaties. LPCB Nederland B.V. R.B.J. (René) Leijzer 26 oktober 2011 Certificatie bestaande brandmeldinstallaties LPCB Nederland B.V. R.B.J. (René) Leijzer 26 oktober 2011 Inhoud presentatie Inleiding Procedure Afwijkingen Certificatie Nieuwe bouwregelgeving / certificatieschema

Nadere informatie

Handreiking CCV-richtlijn

Handreiking CCV-richtlijn Handreiking CCV-richtlijn van Memorandum 60 en VAS naar CCV-richtlijn en NEN-EN 12845 Waar gaan we het over hebben Wie ben ik Consultatie concept wijziging vuurwerkbesluit De werkgroep Belangrijkste wijziging

Nadere informatie

Tweede Expertmeeting PGS 15. Deelnemers expertmeeting en direct betrokkenen

Tweede Expertmeeting PGS 15. Deelnemers expertmeeting en direct betrokkenen Aan de leden van Tweede expertmeeting Kennemerplein 6-8 Postbus 1006 2001 BA Haarlem www.vrom.nl Contactpersoon Simone van Amerongen Tweede Expertmeeting PGS 15 Bijlage(n) 2 Vergaderdatum en tijd 12 november

Nadere informatie

Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (Groenlinks) over veiligheid bij chemiebedrijven.

Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (Groenlinks) over veiligheid bij chemiebedrijven. Rotterdam, 24 mei 2011. Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid A. Bonte (Groenlinks) over veiligheid bij chemiebedrijven. Aan de Gemeenteraad, Op 22 maart 2011 stelt het

Nadere informatie

Handhavingsjaarverslag 2006

Handhavingsjaarverslag 2006 Handhavingsjaarverslag 2006 Gemeente Hoogeveen, Afdeling Veiligheid Juni 2007 Jaarverslag 2006 1 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave 2 3. Inleiding 3 4. Handhavingsprogramma 2006 3 5. Verantwoording 2006

Nadere informatie

Frank Faber BODEM TOEZICHT DOOR DE DCMR

Frank Faber BODEM TOEZICHT DOOR DE DCMR 1 Frank Faber BODEM TOEZICHT DOOR DE DCMR 2 MILIEUDIENST RIJNMOND Directeur Rosita Thé Account & Omgeving Paul van Ruiten Inspectie & Handhaving Daan Molenaar Reguleren & Advies Maarten de Hoog Middelen

Nadere informatie

Schema s en schemabeheerders

Schema s en schemabeheerders Raad voor Accreditatie Schema s en schemabeheerders Wijzigingen per 1.1.2017 Ed Wieles, RvA Agenda Toelichting op het waarom van de wijzigingen; Wijzigingen in T033; Validatie; Introductie van BR012 en

Nadere informatie

ERVARINGEN ZZS-UITVRAAG BIJ PZH/DCMR

ERVARINGEN ZZS-UITVRAAG BIJ PZH/DCMR Ronald van Ieperen ERVARINGEN ZZS-UITVRAAG BIJ PZH/DCMR 1 ERVARINGEN ZZS-UITVRAAG INHOUD PRESENTATIE: ZZS-opdracht PZH 1e ZZS-uitvraag 2017 2e ZZS-uitvraag 2018 Landelijke uitrol ZZS-uitvraag 2 1 Noot

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG a 1 1 > Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGeneraal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 16 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070

Nadere informatie

Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten

Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten Datum December 2015 Colofon Inspectieresultaten Boomteelt/vaste planten Gewasbescherming Divisie Landbouw & natuur Catharijnesingel

Nadere informatie

Cross Compliance controles

Cross Compliance controles INTERPROVINCIAAL OVERLEG EN MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Cross Compliance controles I. ALGEMEEN Werkinstructie voor provincies EINDVERSIE, 6 juni 2016 De werkinstructie voor provincies bestaat uit

Nadere informatie

Onderwerp Handhavingsbeleid Industriële Veiligheid

Onderwerp Handhavingsbeleid Industriële Veiligheid Bestuursvoorstel Onderwerp Handhavingsbeleid Industriële Veiligheid 2014-2018 Status Gevraagd besluit Besluitvormend Vaststellen van het Handhavingsbeleid Industriële Veiligheid 2014-2018, waarbij het

Nadere informatie

Dwangsombeschikking, locatie Veersemeer 4 te Oss, gebouw JA. Projectnummer 32461

Dwangsombeschikking, locatie Veersemeer 4 te Oss, gebouw JA. Projectnummer 32461 Organon N.V./MSD Oss B.V. De directie Postbus 20 5340 BH OSS Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl www.brabant.nl Bank ING 67.45.60.043

Nadere informatie

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 2010. Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 2010. Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid Projectevaluatie Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven 00 Projectleider : Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid Datum: 8 augustus 00 Ondertekening: Opdrachtgever: Datum:

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2039301/2811531 op de op 8 juli 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Caldic Chemie Produktie BV, om vergunning krachtens

Nadere informatie

Industrietafel Milieu & Veiligheid 14 februari 2012. Theo Wesseling en Alice van Es

Industrietafel Milieu & Veiligheid 14 februari 2012. Theo Wesseling en Alice van Es Industrietafel Milieu & Veiligheid 14 februari 2012 Theo Wesseling en Alice van Es Programma Welkom en inleiding Veiligheid voorop Inhoudelijke samenvatting en afronding Borrel Veiligheid voorop! http://www.youtube.com/watch?feature=player_popout&

Nadere informatie

Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie

Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie Initiële inspectie Een brandbeveiligingssysteem bestaat uit: een brandbeveiligingsinstallatie; gestuurde brandbeveiligingsvoorzieningen (stuurfuncties); bouwkundige/mechanische

Nadere informatie

intro Toezichtinformatie over 2014

intro Toezichtinformatie over 2014 Aanvullingen voor Inspectie van het Onderwijs Created woensdag, maart 20, 2013 Updated donderdag, juni 26, 2014 http://survey.waarstaatjegemeente.nl/s/rgt2/b7c3f4b352dbc5fcffab1906ba96237b4821f756/ intro

Nadere informatie

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016 AANTEKENEN Handelsonderneming Bepo B.V. T.a.v. de directie Ceintuurbaan 124 3051 KD ROTTERDAM Parallelweg 1 Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W www.dcmr.nl Ons

Nadere informatie

Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders

Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Informatienotitie AAN VAN Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders ONDERWERP. DATUM 3 februari 2010 KOPIE AAN J. Spijkerman BIJLAGE. REGISTRATIENUMMER 107967 Geachte raadsleden, Burgemeester en

Nadere informatie

Veiligheidscultuur bij risico-bedrijven Sjoerd Post, DCMR Milieudienst Rijnmond

Veiligheidscultuur bij risico-bedrijven Sjoerd Post, DCMR Milieudienst Rijnmond Veiligheidscultuur bij risico-bedrijven Sjoerd Post, DCMR Milieudienst Rijnmond Programma Veiligheidscultuur Inleiding Pilot Veiligheidscultuur Veiligheidscultuur inspecties Veiligheidcultuur beoordelingen

Nadere informatie

Inventarisatie stand van zaken lozingen huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005

Inventarisatie stand van zaken lozingen huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005 Bijlage 2 Datum huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Belangrijkste conclusies 3 2 age 4 2.1 Algemene opmerking 4 3 Stand van zaken

Nadere informatie

AGM 09-56. Inhoud Plan van Aanpak Ompakwerkzaamheden

AGM 09-56. Inhoud Plan van Aanpak Ompakwerkzaamheden Inhoud Plan van Aanpak Ompakwerkzaamheden AGM 09-56 Met enige regelmaat moeten bij overslagbedrijven containers geopend worden om aanvullende of corrigerende werkzaamheden aan de stuwage, verpakking of

Nadere informatie

Deze bijlage is geldig van: 29-10-2015 tot 01-06-2016 Vervangt bijlage d.d.: 22-10-2015

Deze bijlage is geldig van: 29-10-2015 tot 01-06-2016 Vervangt bijlage d.d.: 22-10-2015 (Kamer Koophandel 32069296) Deze bijlage is geldig : 29-10-2015 tot 01-06-2016 Vergt bijlage d.d.: 22-10-2015 Computerweg 2 3821 AB Amersfoort Locatie waar activiteiten onder accreditatie worden uitgevoerd

Nadere informatie

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ februari 2018

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ februari 2018 Beschikking AANTEKENEN Tank Services Pernis B.V. T.a.v. de directie Propaanweg 27 3196 KH VONDELINGENPLAAT RT Parallelweg 1 Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W

Nadere informatie

Controles vuurwerkverkooppunten 2013

Controles vuurwerkverkooppunten 2013 Controles vuurwerkverkooppunten 2013 Documentnummer : 21719497 Datum : 30 januari 2014 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Aanpak 2013 3 3 Resultaat 4 4 Vuurwerkcontroles 2014 5 5 Aanbevelingen 6 Verslag vuurwerkcontroles

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders van Enschede Postbus 20 7500 AA Enschede

College van Burgemeester en Wethouders van Enschede Postbus 20 7500 AA Enschede > Retouradres Postbus 16191 2500 BD Den Haag College van Burgemeester en Wethouders van Enschede Postbus 20 7500 AA Enschede Postbus 16191 2500 BD Den Haag www.ilent.nl Contactpersoon F.H.M. van Nieuwenborg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 26 956 Beleidsnota Rampenbestrijding Nr. 115 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl. Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group)

De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl. Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group) De laatste ontwikkelingen rondom PGS 15 Nieuwe stijl Paula Bohlander (NEN) Robbert van t Veer (Antea Group) Wat gaan we vertellen? - Wat is een PGS? - Waarom een Nieuwe Stijl? - Wat is de Nieuwe Stijl?

Nadere informatie

Inspectie gevaarlijke stoffen

Inspectie gevaarlijke stoffen Inspectie gevaarlijke stoffen Whitepaper De gang van zaken bij een controle door de Inspectie Leefomgeving en Transport www.evofenedex.nl/gevaarlijkestoffen Als de Inspectie langskomt... Wanneer jouw bedrijf

Nadere informatie

Raad voor Accreditatie (RvA) Accreditatie van monsterneming

Raad voor Accreditatie (RvA) Accreditatie van monsterneming Raad voor Accreditatie (RvA) Accreditatie van monsterneming Documentcode: RvA-T021-NL Versie 3, 27-2-2015 Een RvA-Toelichting beschrijft het beleid en/of de werkwijze van de RvA met betrekking tot een

Nadere informatie

Seminar Functiebehoud 2018 Page Copyright protected Seminar Functiebehoud Wie ben ik Hans de Jong Vestigingsleider VdS Schadenverhütung GmbH

Seminar Functiebehoud 2018 Page Copyright protected Seminar Functiebehoud Wie ben ik Hans de Jong Vestigingsleider VdS Schadenverhütung GmbH 2018 Page 113 Wie ben ik Hans de Jong Vestigingsleider VdS Schadenverhütung GmbH Directeur VdS Nederland BV 22 jaar actief in de bandbeveiliging vanaf 1996 in de sprinklertechniek vanaf 2002 in andere

Nadere informatie

VERWERKING EN AFVOEREN GEBREKSKAAS ACTIE MUIZENVAL II

VERWERKING EN AFVOEREN GEBREKSKAAS ACTIE MUIZENVAL II . VERWERKING EN AFVOEREN GEBREKSKAAS ACTIE MUIZENVAL II Voedsel en Waren Autoriteit Afdeling Signalering VP Project nr: OT04H010-1E September 2005 OT04H010-1E 15-12-2005 pagina 1 van 8 INHOUD SAMENVATTING...

Nadere informatie

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk projectverslag A27 hotelschepen projectverslag A27-999 Hotelschepen "Arbeids - & Rusttijden Horecapersoneel aan boord van Nederlandse en buitenlandse hotelschepen" Versie: 20 juni 2000 Uitvoeringsperiode:

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Holland Nr. 5651 30 juli 2018 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 17 juli 2018 tot vaststelling van de Beleidsregel openbaarmaking

Nadere informatie

Inspectie en certificatie

Inspectie en certificatie Inspectie en certificatie Kennisuitwisselingsbijeenkomst VIVB Veiligheidsregio s VIVB Vereniging van Inspectie-instellingen voor Veiligheid en Brandveiligheid Verschillen inspectie en certificatie Aansturing

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070

Nadere informatie

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK Rob Verbiest Adviseur Brandbeveiliging Incendio BV Een vooruitblik... Certificering in Wet en Regelgeving Oude situatie (Gebruiksbesluit) Situatie vanaf 2012 (Bouwbesluit

Nadere informatie

Hans Wijnbergen CCZ. Adviseur Veiligheid. Afdeling Advies & Monitoring

Hans Wijnbergen CCZ. Adviseur Veiligheid. Afdeling Advies & Monitoring Hans Wijnbergen CCZ Adviseur Veiligheid Afdeling Advies & Monitoring 1 Doelstelling van de afdeling Advies & Monitoring Ondersteunen van regiodirecteuren op het gebied van naleving van normen die s Heeren

Nadere informatie

Inspecties van brandveiligheid

Inspecties van brandveiligheid Voeg een foto in met formaat ca24 x 21; werkwijze: - zet in een map een foto of revit model klaar in jpg formaat. Maak dit bestand van te voren klein in windows picturemanager door afbeelding bewerken

Nadere informatie

I!I IiI. provincie HOLLAND ZUID. Lid Gedeputeerde Staten. R.A. Janssen

I!I IiI. provincie HOLLAND ZUID. Lid Gedeputeerde Staten. R.A. Janssen Lid Gedeputeerde taten R.A. Janssen Contact provincie HOLLAND ZUID Ministerie van Infrastructuur en Milieu, t.a.v. taatssecretaris W.J. Mansveld Postbus 291 25 EX Den Haag Postadres Provinciehuis Postbus

Nadere informatie

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal PROJECTOPDRACHT Naam deelproject : VORMGEVING BRZO-RUD NOORD-NEDERLAND (LAT-RB) Opdrachtgever : Dick Bresser, namens de noordelijke regisseurs RUD Projectleider : Jan Smittenberg Organisatie : Provincie

Nadere informatie

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten 2010. Datum 13 december 2010 Status Definitief

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten 2010. Datum 13 december 2010 Status Definitief Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels Verslag uitgevoerde activiteiten 2010 Datum 13 december 2010 Status Definitief Colofon Publicatienummer VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bouwen

Nadere informatie

VBB-systemen:2010. Certificatie en inspectie. Willem van Oppen, adviseur Comformiteitschema s

VBB-systemen:2010. Certificatie en inspectie. Willem van Oppen, adviseur Comformiteitschema s VBB-systemen:2010 Certificatie en inspectie Willem van Oppen, adviseur Comformiteitschema s 19-5-2009 Opbouw presentatie Iets over taak CCV Wat bestaat er nu Waarom doorontwikkeling Wat staat er op stapel

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH)

Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH) Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH) Begin 2017 is door Gedeputeerde Staten een impuls gegeven aan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH). De impuls bestaat

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 323478. Raadsvergadering van 8 maart 2012 Agendanummer: 10.2

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 323478. Raadsvergadering van 8 maart 2012 Agendanummer: 10.2 RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 323478 Raadsvergadering van 8 maart 2012 Agendanummer: 10.2 Onderwerp: Achterstanden met betrekking tot de afgifte van gebruiksvergunningen en -meldingen Verantwoordelijk

Nadere informatie

VCK - Bodemrisicoanalyse

VCK - Bodemrisicoanalyse VCK - Bodemrisicoanalyse 19 april 2016 VCK - Bodemrisicoanalyse Veranderingsvergunning Kenmerk R009-1231468JEG-ssc-V01-NL Verantwoording Titel VCK - Bodemrisicoanalyse Opdrachtgever Verenigd Cargadoorskantoor

Nadere informatie