Het nieuwe Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT) Examenontwikkeling gebaseerd op taalgebruiksbehoeften
|
|
- Alfred Christiaens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 561 Het nieuwe Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT) Examenontwikkeling gebaseerd op taalgebruiksbehoeften Lies Wijnants & An Lanssens Centrum voor Taal & Migratie, Blijde Inkomststraat 7, B-3000 Leuven - België 1. Inleiding: de visie achter de nieuwe CNaVT-examens Het Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT) is een project van de Nederlandse Taalunie en wordt uitgevoerd door het Centrum voor Taal en Migratie van de Katholieke Universiteit Leuven en de Leerstoel Tweedetaalverwerving aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds september 1999 werkt dit CNaVT-team aan een vernieuwing van de CNaVT-examens. De nieuwe CNaVT-examens gaan uit van een functionele visie op taal: de nieuwe examens meten of een kandidaat relevante dingen kan doen in het Nederlands; ze beogen een bewijs te leveren dat een kandidaat in het Nederlands kan functioneren in voor hen relevante situaties. Met dit functionele uitgangspunt sluit het nieuwe CNaVT aan bij een internationale verschuiving op het gebied van taaltoetsing. Wat mensen met taal willen doen of waarvoor ze taal moeten gebruiken, verschilt van individu tot individu. De situaties waarin anderstaligen Nederlands gebruiken, zijn vrijwel altijd verschillend en in die situaties worden andere talige eisen gesteld. Het nieuwe CNaVT wil rekening houden met deze verschillen en streeft in de examens een zo groot mogelijke contextualisering na. Dit houdt in dat er wordt gekeken naar de taalvaardigheid die nodig is om te functioneren in bepaalde situaties en domeinen in de maatschappij (bv. op de werkvloer, tijdens studies, in een hotel,..., enz.). Wat kandidaten met Nederlands moeten doen, zal de ene keer vrij makkelijk en de andere keer wat moeilijker zijn, maar het zal vooral ook van persoon tot persoon verschillen. In de verschuiving naar een functionele aanpak van taaltoetsing was het van het grootste belang om de taalgebruiksbehoeften van de kandidaten te kennen. Om te weten te komen wat studenten Nederlands als Vreemde Taal (NVT) met het Nederlands willen en moeten doen, werd in 1999 een behoefteonderzoek uitgevoerd bij studenten NVT en hun docenten. In paragraaf 1 van dit artikel wordt stilgestaan bij dit behoefteonderzoek: de definitie van het begrip behoeften (1.1), de kwantitatieve fase met opzet en resultaten (1.2) en ten slotte de kwalitatieve fase (1.3). De rol van het behoefteonderzoek in de totstandkoming van de nieuwe CNaVT-examens wordt beschreven in paragraaf Peilen naar behoeften in een behoefteonderzoek 2.1. Definitie van het begrip 'behoeften'. In de Engelstalige literatuur m.b.t. behoefteonderzoek worden de begrippen 'wants', 'desires', 'demands', 'expectations', 'motivations', 'lacks', 'constraints' en 'requirements' door elkaar gebruikt om 'needs' of behoeften aan te duiden. De bovenstaande begrippen in het Nederlands vertalen zou de verwarring alleen maar groter maken. In de eerste plaats moet dus de betekenis van het begrip 'behoefte' duidelijk worden afgelijnd. Dit kan niet zonder in te gaan op de voor dit onderzoek relevante distincties, die in de vakliteratuur i.v.m. behoefteonderzoek worden gemaakt.
2 562 Brindley (1984) bouwt verder op het onderscheid dat Richterich (1972) maakte tussen objectieve en subjectieve behoeften. De objectieve behoeften kunnen worden afgeleid uit een analyse van de persoonlijke gegevens van de leerder, informatie over hun taalvaardigheid en taalgebruikspatronen. Subjectieve behoeften moeten daarentegen gedistilleerd worden uit uitingen van de leerder zelf. Het zijn vaak 'wants', 'desires', 'expectations' or other psychological manifestations of a lack" (Brindley 1984:31) en de leerder is in vele gevallen niet in staat ze zelf te verwoorden. Widdowson (1981:2) maakt een onderscheid tussen een 'goal-oriented definition of needs' en een 'process-oriented definition of needs'. De 'produktgerichte' definitie verwijst naar wat de leerder moet kunnen doen met taal wanneer hij ze eenmaal verworven heeft; de 'procesgerichte' definitie verwijst naar wat de leerder moet doen om de taal te verwerven. Om de interpretatie van het begrip 'behoefte' binnen dit onderzoek te verduidelijken, wordt een onderscheid gemaakt tussen behoeften op macro- meso- en op micro-niveau (Van Avermaet & Humblet 1995; Van Avermaet te verschijnen). Afhankelijk van dit niveau wordt de analyse van de behoeften van de leerder anders ingevuld. Op macro-niveau gaat het om de volgende vraag: wat zijn de behoeften van de gehele groep potentiële studenten of m.a.w. welke behoeftendomeinen kunnen we onderscheiden? Op mesoniveau gaat het om de vraag wat binnen de onderscheiden behoeftedomeinen de talige taken of handelingen zijn die iemand zal moeten kunnen uitvoeren om in een dergelijk domein te kunnen functioneren. Terwijl de vraagstelling op micro-niveau de (specifieke; objectieve en subjectieve) behoeften van de persoon die een cursus gaat volgen betreft. De twee eerste niveaus zijn voornamelijk produktgericht en worden bepaald op basis van een analyse van zowel de objectieve als ook de subjectieve behoeften van de leerder en van de samenleving. Op het micro-niveau speelt naast objectieve en subjectieve behoeften ook het leerproces een rol. Het CNaVT-behoefteonderzoek situeert zich op het macro-niveau en op het meso-niveau. Het begrip 'behoefte' moet hier dus geïnterpreteerd worden volgens een produktgerichte definitie, met name: wat wil de leerder kunnen doen met taal. Om een antwoord op die vraag te krijgen volstaat het ons inziens echter niet een analyse te maken van de objectieve vaststelbare behoeften van de leerder, er dient ook rekening gehouden te worden met de subjectieve behoeften die de leerder zelf formuleert. Vergelijkbaar onderzoek werd reeds uitgevoerd door Van Avermaet en Humblet (1995), Wijnants, L. (2000), De Groof, W. (2001). Voor het CNaVT-behoefteonderzoek werd bij studenten NVT en hun docenten gepeild naar de behoeften bij het leren van het Nederlands. Deze bevraging gebeurde in twee fases: een kwantitieve en een kwalitatieve analyse. 2.2 Kwantitatieve fase Opzet: instrumenten, steekproef en respons a. Instrumenten Om de behoeften te inventariseren van mensen die Nederlands willen kunnen, werd gebruik gemaakt van een schriftelijke vragenlijst bestaande uit aan te duiden taalgebruikssituaties en domeinen waarin de studenten in het Nederlands willen kunnen functioneren. Docenten en studenten werden gevraagd om uit een waaier aan uiteenlopende situaties binnen verschillende domeinen aan te geven of deze volgens hen belangrijk, minder belangrijk of onbelangrijk zijn. De lijst met situaties was niet exhaustief en kon door de bevraagden worden aangevuld. Een ander onderdeel van de vragenlijst bestond uit domeinen waarin de studenten terechtkomen na hun studie Nederlands. In dat verband werden in totaal 17 gespecificeerde domeinen of toepassingsgebieden aan de docenten en studenten voorgelegd en werd hen
3 563 gevraagd die domeinen aan te kruisen waarin de studenten het Nederlands wensen te gebruiken. Ten aanzien van werk waren dat: 'toerisme', 'horeca', 'administratie', 'geneeskunde', 'rechten' en 'business'. Ten aanzien van opleiding waren dat: 'Nederlandse taal en cultuur' (hoofd- of bijvak), 'toerisme', 'horeca', 'administratie', 'geneeskunde', 'rechten', 'business'. Ten aanzien van sociale contacten waren dat: 'contacten met familie, etc.', 'Nederland of Vlaanderen als vakantiebestemming' en 'wonen in Nederland of Vlaanderen'. Bovendien was nadrukkelijk ruimte gelaten voor alternatieven in het geval de gespecificeerde domeinen onvoldoende overeenkwamen met de domeinen waarin de studenten willen gaan functioneren. b. Steekproef en respons Er werden zowel instellingen (docenten) als studenten NVT bevraagd. Het voordeel van het opnemen van docenten is dat zij een algemeen beeld kunnen geven van de behoeften van hun studenten over de jaren heen. Dat maakt hun inschatting minder gevoelig voor de toevallige samenstelling van de groep studenten die op dat moment Nederlands studeert. Tegenover dit voordeel staat het feit dat studenten gedetailleerder aan kunnen geven in welke concrete taalsituaties zij het Nederlands willen gebruiken. Bovendien kan met behulp van de gegevens van studenten onderzocht worden in hoeverre de informatie verstrekt door hun docenten accuraat is. Daarom is er besloten om zowel docenten als studenten op te nemen in de steekproef. b.l. Instellingen In totaal beschikten we in het CNaVT-adressenbestand over 2169 instellingen uit 57 landen waar Nederlands als Vreemde Taal wordt gedoceerd. Veruit het grootste aantal instellingen is te vinden in België (857), Duitsland (387), Engeland (121) en Frankrijk (90). Er is voor gekozen om de helft van het aantal instellingen per land te benaderen, met uitzondering van België. Landen met maar één instelling worden sowieso gekozen. Aangezien bijna 40% van de instellingen in België is, bestaat het gevaar dat het behoefteonderzoek sterk gedomineerd wordt door de opinies uit één land wat weinig wenselijk lijkt. Dit effect wordt nog versterkt als uit de betreffende Belgische instellingen ook nog een steekproef van studenten getrokken moet worden. Daarom wordt uit de Belgische instellingen een steekproef van 1 op 4 getrokken. De respons van het onderzoek bij de instellingen bedroeg 20 %. b.2. Studenten Naast een steekproef van instellingen, vertegenwoordigd door een docent, werd ook een steekproef van studenten getrokken. Het CNaVT-team richtte zich daarbij op een beperkte steekproef uit landen met een relatief groot aantal instellingen/studenten. Die keuze werd niet alleen bepaald door grootte, maar ook door geografische spreiding. Immers, op grond van grootte zouden alleen West-Europese landen worden geselecteerd. In concreto is gekozen voor de volgende landen: België, Duitsland, Indonesië, Hongarije, Rusland, Zuid-Afrika en de Verenigde Staten. Met uitzondering van Rusland en Hongarije worden van een kwart van de gekozen instellingen in België, Duitsland, Indonesië, Zuid-Afrika en de Verenigde Staten maximaal zes studenten via hun docent benaderd om een vragenlijst in te vullen. Er is voor deze sterke reductie gekozen om de steekproef van studenten binnen de proporties te houden. In Hongarije zijn 5 instellingen met 180 deelnemers, in Rusland 7 instellingen met 106 deelnemers. Toepassing van de genoemde verdeelsleutel zou het aantal studenten in deze landen teveel reduceren. Om die reden werd ervoor gekozen om zes studenten uit de 12 instellingen in deze twee landen te selecteren. Dit betekent dat in totaal 774 studenten via hun
4 564 docent een vragenlijst toegestuurd kregen. Daarvan hebben 119 studenten een ingevulde vragenlijst teruggestuurd. Dat is een respons van ongeveer 15% Resultaten behoefteonderzoek a. Situaties Een belangrijk deel in het onderzoek is het vergaren van informatie over de specifieke situaties waarin Nederlands gebruikt zal worden. Aan de hand van de vragenlijst werd gepeild naar de concrete situaties waarin studenten het Nederlands willen gaan gebruiken. Deze situaties werden met een factoranalyse geclusterd. We hebben ons daarbij gehouden aan de gangbare criteria voor het uitvoeren van een factoranalyse. 1 b. Docenten In tabel 1 wordt het resultaat van deze factoranalyses voor situaties aangegeven door docenten weergegeven. De eerste factor lijkt gezien de inhoud van de items met de hoogste ladingen voornamelijk situaties te representeren op zakelijk gebied, de tweede factor representeert in hoofdzaak sociale contacten, factor 3 lijkt voornamelijk situaties op het gebied van studie te indiceren, terwijl factor 4 in beperkte mate toeristische situaties representeert. Bovendien blijkt dat de hier gevonden factoren niet onafhankelijk zijn van elkaar. De factor Zakelijke contacten hangt positief samen met de factor Sociale contacten (.25) en met de factor Studie (.34). Daarnaast laten Sociale contacten en Toerisme een positief verband zien (.19). Dit betekent dat docenten die aangegeven hebben dat bijvoorbeeld zakelijke contacten van belang zijn voor hun studenten, ook geneigd waren situaties op het gebied van Studie als belangrijk te karakteriseren.
5 565 Tabel 1: Vier-factormodel voor situaties aangegeven door docenten docenten a.2 Studenten In tabel 2 wordt het resultaat van de factoranalyses voor situaties aangegeven door studenten weergegeven. Voor de studenten bleek voor een 3 factorenmodel het beste te werken. Dit model komt in grote mate overeen met het model voor de docenten. Dit 3 factorenmodel wijst op 3 onderliggende concepten: factor 1 bevat voornamelijk situaties die zakelijke contacten inhouden. In factor 2 zitten situaties die met studie te maken hebben. factor 3 bevat zowel situaties met betrekking tot toerisme als situaties met betrekking tot sociale contacten. Net zoals bij de docenten zijn de factoren niet onafhankelijk van elkaar. De factor Zakelijke contacten (factor 1) hangt positief samen met de factor Studie (factor 2) (.44). Toerisme/Sociale contacten (factor 3) heeft een positief verband met Zakelijke contacten (.17). In overeenstemming met de docenten vonden studenten die Zakelijke contacten als belangrijk aangaven, ook situaties op het gebied van studie belangrijk.
6 566 Tabel 2: Drie-factormodel voor situaties aangegeven door studenten b. Domeinen Een ander belangrijk onderdeel van het onderzoek was na te gaan in welke domeinen de studenten terechtkomen of wensen te functioneren na hun studie Nederlands. In dat verband zijn een groot aantal mogelijke domeinen of toepassingsgebieden aan de docenten en studenten voorgelegd. In tabel 3 voor de docenten en tabel 4 voor de studenten zijn de uitkomsten weergegeven. We hebben ervoor gekozen om alleen die gegevens op te nemen, waar minstens 10 studenten het betreffende domein hebben aangekruist. Tabel 3: Domeinen aangegeven door docenten
7 567 Uit bovenstaande tabellen (3 en 4) valt op te maken dat de behoeften die de docenten voor hun studenten aangeven, en de behoeften die de studenten zelf aangeven, vrij goed overeenkomen. Nederlands zal vooral worden ingezet in de domeinen werk in eigen land als het gaat om toerisme en business; docenten geven hierbij ook administratief werk aan. Studenten geven daarnaast ook een opleiding in eigen land of Nederland/Vlaanderen waarin Nederlands het hoofdvak is, aan. Belangrijke domeinen zijn de sociale contacten met Nederlandstaligen, vakantie en het gaan wonen in Nederland of Vlaanderen. 2.3 Kwalitatieve fase Op basis van de resultaten van de eerste, kwantitatieve fase werden de situaties en domeinen uit de vragenlijst geclusterd tot vier profielen. 1. Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid PTIT Dit profiel is bedoeld voor mensen die contacten (willen) aangaan of onderhouden met Nederlandstalige familie of vrienden, of voor mensen die zich als toerist in het Nederlands willen redden, of voor mensen die in een niet-professionele context met Nederlandstalige toeristen in hun eigen land willen communiceren. 2. Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid PMT Dit profiel is bedoeld voor mensen die interesse hebben voor de Nederlandse taal (en cultuur) en Nederlandse teksten als krantenartikelen en nieuwsberichten willen begrijpen. Daarnaast is het profiel ook geschikt voor mensen die voor een langere periode in het Nederlandse taalgebied willen verblijven en tijdens dat verblijf Nederlands willen begrijpen en gebruiken. 3. Profiel Professionele Taalvaardigheid PPT Dit profiel is bedoeld voor mensen die het Nederlands nodig hebben binnen administratieve en dienstverlenende functies zoals administratief medewerker, informaticus, vertegenwoordiger, reisleider, telefonist, bankbediende, receptionist, boekhouder,...
8 Profiel Academische Taalvaardigheid PAT Dit profiel is bedoeld voor mensen die aan het eind van een opleiding Nederlands als vreemde taal staan of aan het begin van een loopbaan als docent Nederlands als vreemde taalt Zij moeten kunnen omgaan met mondelinge en schriftelijke teksten op academisch niveau. De kwantitatieve fase werd gevolgd door een kwalitatieve fase waarin de vier profielen aan deskundigen en sleutelfiguren in het NVT-veld werden voorgelegd. In deze fase stond de vraag naar de maatschapppelijke relevantie en de praktische en economische haalbaarheid van het certificeren van deze profielen centraal. Tijdens deze fase kwamen de volgende vragen aan bod: Hoe relevant zijn deze domeinen om via examens te certificeren? Het behoefteonderzoek wees uit dat de domeinen voor studenten van belang zijn, maar zijn deze domeinen ook relevant voor de maatschappij om gecertificeerd te worden? Zo bijvoorbeeld lijkt een certificaat voor het domein toerisme maatschappelijk minder belangrijk. Toch werd dit domein weerhouden, omdat NVT-experten het motiverende aspect aangaven van een examen voor de studenten van dit profiel. Welke (taalvaardigheids)eisen worden door belanghebbenden (studenten, docenten en de maatschappij) in deze domeinen gesteld? Voor hoeveel domeinen of subdomeinen kunnen er examens ontwikkeld worden? Om met de verschillen in behoeften en contexten rekening te houden, zouden er een heel aantal specifieke examens kunnen ontwikkeld worden, bijvoorbeeld een specifiek examen voor studenten die het Nederlands enkel als bronnentaal nodig hebben. Echter, om economische en praktische redenen moet het aantal examens beperkt blijven. 3. Inspelen op behoeften in examens Het is hoe wenselijk ook- niet mogelijk om voor elk individu een afzonderlijk examen te ontwikkelen dat inspeelt op de behoeften van dat individu. Wel kunnen taalgebruiksbehoeften gebundeld worden in een hanteerbaar aantal gebruikersprofielen. De kwantitatieve en kwalitatieve analyses in het CNaVT-behoefteonderzoek leidden uiteindelijk tot de selectie van vier generische (algemene) profielen. Deze profielen vormen een afspiegeling van de belangrijkste maatschappelijke domeinen en situaties waarbinnen mensen in het Nederlands willen of moeten functioneren. Een profiel is een geheel van situaties en domeinen in de samenleving waarin mensen in het Nederlands willen functioneren. Voor ieder profiel werd vervolgens gekeken naar wat iemand met het Nederlands moet kunnen doen (taaltaken) in de verschillende taalgebruikssituaties. Situaties en taaltaken vormden de basis om de taalvaardigheidseisen van de vier profielen aan de hand van een aantal parameters nauwkeurig te beschrijven in de profielbeschrijvingen (zie en Het CNaVT-handboek, 2002). Dankzij de profielbeschrijvingen kunnen de verschillende betrokkenen keuzes maken en acties ondernemen vanuit een functioneel en behoeftespecifiek perspectief. Kandidaten kunnen gebruikmaken van de profielbeschrijvingen om te kiezen op welk examen ze zich willen voorbereiden, en kijken welk profiel het beste aansluit bij datgene waarvoor zij het Nederlands nodig hebben. Docenten NVT die dat wenselijk achten, kunnen dankzij de profielbeschrijvingen hun onderwijs vormgeven en organiseren in functie van de behoeften van hun studenten. Voor de examenontwikkelaars vormen de profielbeschrijvingen de basis
9 569 voor de ontwikkeling en de beoordeling van de profielexamens. Ze geven de mogelijkheid de inhoudelijke validiteit van de examens beter te waarborgen. Bij de ontwikkeling van de examens wordt erop toegezien dat de toetstaken zo goed mogelijk de taalvaardigheidseisen van de profielbeschrijvingen dekken en dus zo nauw mogelijk aansluiten bij wat men in de realiteit met taal moet kunnen doen. Adequaat reageren op een brief houdt in dat men de brief kan lezen en een antwoord kan formuleren. Iemand die een verslag van een vergadering maakt, moet tegelijkertijd begrijpen en opschrijven wat er wordt gezegd. In de realiteit gebruiken we verschillende vaardigheden vaak op een geïntegreerde manier. Ook in de examens worden deze zo geïntegreerd mogelijk getoetst en beoordeeld. Door rekening te houden met de situaties, taaltaken en de verschillende parameters uit de profielbeschrijving, kan de moeilijkheidsgraad van de examens zoveel mogelijk onder controle worden gehouden. Ten slotte wordt ook de beoordeling van de examens gebaseerd op de taalvaardigheidseisen zoals ze in de profielbeschrijvingen staan vermeld. Per examentaak wordt een beoordelingsmodel opgesteld met een aantal criteria aan de hand waarvan het toetsproduct moet worden beoordeeld. Elk criterium wordt gedetailleerd en nauwkeurig omschreven aan de hand van de talige eisen zoals ze zijn omschreven in de profielbeschrijving. Beoordelaars worden grondig getraind om het beoordelingsmodel en de beoordelingscriteria te hanteren. 4. Conclusie Vanuit een functionele visie op taal, willen de nieuwe CNaVT-examens meten of iemand relevante dingen in het Nederlands kan doen in het domein waarin hij of zij wenst te functioneren. Het peilen naar taalgebruiksbehoeften en het in kaart brengen van taalvaardigheidseisen is daarbij een essentieel vertrekpunt. De geïnventariseerde behoeften en taalvaardigheidseisen vormen de rode draad doorheen de profielbeschrijving. de examenontwikkeling, de voorbereiding van kandidaten op de examens en de beoordeling van de examenresultaten. Noten Items met een communaliteit <.20 zijn verwijderd evenals items die op meer dan één factor een hoge lading bezaten. 2 De taalvaardigheid die nodig is om een hogere opleiding in het Nederlandse taalgebied waar Nederlands als instructietaal wordt gebruikt, aan te vangen, ligt doorgaans LAGER dan wat er in het examen PAT wordt verwacht. Een taalgebruiker met een Certificaat PAT beschikt in principe over MEER dan voldoende taalvaardigheid om de studie aan te vangen. Dit Certificaat kan dus worden beschouwd als een voldoende maar niet noodzakelijke voorwaarde of beginniveau. Instellingen voor hoger onderwijs beslissen echter zelf of zij PAT als toegangsniveau aanvaarden. Literatuur Baarda, D.B. & M.P.M. de Goede (1990), Basisboek methodieken en technieken. Praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek, Leiden/Antwerpen: Stenfert Kroese Uitgevers. Brindley (1984), Needs Analysis and Objective Setting in the Adult Migrant Education Program, Sydney: N.S.W. Adult Migrant Education Service for the Adult Migrant Education Program.
10 570 De Groof, W. (2001). Eindrapport 'Einddoelenonderzoek voor Brusselse Nederlandstalige inschakelinsgacties'. (Project in samenwerking met Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) en Overleg Opleidings- en Tewerkstellingsprojecten Brussel (OOTB)) Lambert, W.E., R.C. Hodgson, R.C. Gardner & S. Fillenbaum (1960), Evaluational reactions to spoken languages, Journal of Abnormal and Social Psychology 60: Lanssens, A., S. Speybrouck & A. Vanherf (2001). Nederlands op de werkvloer. Een handleiding voor organisatoren en lesgevers Nederlands op de Werkvloer. Leuven-Apeldoorn: Garant. Richterich (1972), A Model for the definition of Language Needs of Adults Learning a modern Language, Strasbourg: Council of Europe. Van Avermaet, P. (te verschijnen), Waarom behoeften? Behoeften vanuit een functioneelmaatschappelijk perspectief Leuven Van Avermaet, P. & I. Humblet (1995). De tolerantie van Vlamingen ten aanzien van het Nederlands van niet Nederlandstaligen. In: Huls, E. & J. Klatter-Folmer (Eds.) Artikelen van de tweede sociolinguïstische conferentie. Delft: Uitgeverij Eburon, Van Els, Th., Th. Bongaerts, G. Extra, Ch. Van Os & A.M. Janssen-Van Dieten (1984), Applied Linguistics and the learning and teaching of foreign languages, London: Edward Arnold. Widdowson (1981), ESP in L. Selinker, E. Tarone & V. Hanzeli (eds.) English for Academic and Technical Purpuses: Studies in Honour of Louis Trimble, Rowley, Massachusetts: Newbury House. Wijnants, L. (2000). Taalopleidingen Nederlands voor laaggeschoolde anderstaligen in Vlaams- Brabant: een analyse van vraag en aanbod, januari 2000.
3. De CNaVT-profielen
3. De CNaVT-profielen 3.1. Welke profielen zijn er? In een eerste fase werd bij studenten Nederlands als Vreemde Taal en hun docenten via een schriftelijke vragenlijst gepeild naar de behoeften en motieven
Nadere informatie6. VOOR, TIJDENS EN NA EEN EXAMEN
6. VOOR, TIJDENS EN NA EEN EXAMEN 6.1. Hoe kunnen kandidaten zich voorbereiden op een examen? Keuze van een bepaald profiel Om het examen te kiezen waarop kandidaten zich willen voorbereiden, kunnen zij
Nadere informatie4. DE CNAVT-EXAMENS. 4.1. Hoe gaan we van profielen naar examens?
4. DE CNAVT-EXAMENS 4.. Hoe gaan we van profielen naar examens? Elk jaar begint in oktober de ontwikkeling van nieuwe examens. Voor elk profielexamen vormt de profielbeschrijving het uitgangspunt. Het
Nadere informatie10. De toetsenbank. 10.1. Wat is de toetsenbank?
10. De toetsenbank 10.1. Wat is de toetsenbank? De toetsenbank is een groeiende verzameling van toetsonderdelen en complete toetsen Nederlands. De bank wordt door het CNaVT-team beheerd en in samenwerking
Nadere informatieTIP 3 BEOORDEEL ZO OBJECTIEF EN CONSEQUENT MOGELIJK
TIP 3 BEOORDEEL ZO OBJECTIEF EN CONSEQUENT MOGELIJK WAT VOORAF GING? TIP 1 Bepaal wat u wilt weten/meten: in welke situaties heeft uw student Nederlands nodig (nu of eventueel in de toekomst)? TIP 2 Bedenk
Nadere informatieIn de meeste gevallen moet uw kind een taaltest afleggen. Een vrijstelling hiervan is in sommige gevallen mogelijk, wanneer:
Diplomawaardering Met een diploma dat niet-nederlands is, krijgt uw kind soms moeilijk toegang tot het hoger onderwijs in Nederland. Daarvoor verschillen de onderwijssystemen van de diverse landen te veel.
Nadere informatie3.4. De profielbeschrijvingen Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid
3.4. De profielbeschrijvgen Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid PTIT Het Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om sociaal te functioneren
Nadere informatieTOETSTIP 9 SEPTEMBER 2005
TOETSTIP 9 SEPTEMBER 25 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 9: HOE KAN IK DE COMPLEXITEIT VAN EEN (TOETS)TAAK NAGAAN? Bij
Nadere informatieProfiel Professionele Taalvaardigheid
Profiel Professionele Taalvaardigheid PPT Het Profiel Professionele Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om professioneel in het Nederlands te functioneren en is in de eerste plaats gericht
Nadere informatieProfiel Academische Taalvaardigheid PAT
Het Profiel Academische Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om op academisch niveau het Nederlands te functioneren en is de eerste plaats gericht op formele communicatie. Dit profiel
Nadere informatieProfessionele taalvaardigheid Nederlands in het meertalige Brussel: een onderzoek naar einddoelen.
132 Professionele taalvaardigheid Nederlands in het meertalige Brussel: een onderzoek naar einddoelen. Wim De Groof Centrum voor Taal en Migratie/Steunpunt NT2, Katholieke Universiteit Leuven, Blijde Inkomststraat
Nadere informatieTOETSTIP 5 NOVEMBER 2006
TOETSTIP 5 NOVEMBER 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 5: SELF-ASSESSMENT: WAT, WAAROM EN HOE? Zoals we in de vorige
Nadere informatieTOETSTIP 1 JANUARI 2006 TIP 1: HOE ONTWIKKEL IK EEN VALIDE TOETS?
TOETSTIP 1 JANUARI 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 1: HOE ONTWIKKEL IK EEN VALIDE TOETS? Bij het ontwikkelen van
Nadere informatieWelkom in dit handboek!
Welkom in dit handboek! Dit handboek is bedoeld om vertrouwde én nieuwe gebruikers van de CNaVT-examens zoveel mogelijk informatie te bieden. In de inhoudsopgave vindt u een reeks vragen die ons vaak worden
Nadere informatieTOETSTIP 2 MAART 2006 TIP 2: HOE NEEM JE MONDELINGE INTERACTIETAKEN OP EEN BETROUWBARE MANIER AF?
TOETSTIP 2 MAART 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 2: HOE NEEM JE MONDELINGE INTERACTIETAKEN OP EEN BETROUWBARE MANIER
Nadere informatieWaar klinkt het beste startschot: bij de taaltest of bij de behoefteanalyse? 1
7.Taalbeleid hoger onderwijs Noten 1 De eerste fase van een universitaire studie of een studie aan een hogeschool, waarin vooral algemene en inleidende vakken worden gegeven, ter voorbereiding op de latere,
Nadere informatieTOETSTIP 10 - JANUARI 2008
TOETSTIP 10 - JANUARI 2008 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 10: CESUURBEPALING Bij het beoordelen van de taalvaardigheid
Nadere informatieTIP 2 BEDENK EEN FUNCTIONELE TOETSTAAK OP BASIS VAN EEN CONCRETE SITUATIE
TIP 2 BEDENK EEN FUNCTIONELE TOETSTAAK OP BASIS VAN EEN CONCRETE SITUATIE Bij het ontwikkelen van toetsen is het belangrijk om na te gaan welke de behoeftes van uw studenten zijn: in welke situaties willen
Nadere informatieExamenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap havo
Examenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap havo 27 MEI 2014 CONCEPT - VOORLOPIG Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit
Nadere informatieNT2-docent, man/vrouw met missie
NT2docent, man/vrouw met missie Resultaten van de bevraging bij NT2docenten Door Lies Houben, CTOmedewerker Brede evaluatie, differentiatie, behoeftegericht werken, De NT2docent wordt geconfronteerd met
Nadere informatieZakelijk Professioneel (PROF) - B2
Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleiden die hun taalvaardigheid in het Nederlands zullen moeten bewijzen op de werkvloer in Vlaanderen, Nederland of in een buitenlands bedrijf
Nadere informatieExamenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo
Examenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo 27 MEI 2014 CONCEPT - VOORLOPIG Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit
Nadere informatieDOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT
DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT 1 VOORSTEL NIEUW DOMEIN A VAARDIGHEDEN 1.1 Doel en inhoud Dit domein omvat algemene en vakspecifieke vaardigheden die verkaveld zijn in de subdomeinen A1
Nadere informatieKris Verbeeck (KPC Groep) en Liesbeth Baartman (TU Eindhoven) Waarom samenhangend toetsbeleid?
Opbrengstgericht werken: samenhangend beleid bij toetsen en volgen van de ontwikkeling van leerlingen in het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs Kris Verbeeck (KPC Groep) en Liesbeth Baartman (TU
Nadere informatieENGLISH LANGUAGE SUPPORT ONLINE: DE AANSLUITING TUSSEN FEEDBACK, LEERLIJNEN EN UITSTROOMEISEN
ENGLISH LANGUAGE SUPPORT ONLINE: DE AANSLUITING TUSSEN FEEDBACK, LEERLIJNEN EN UITSTROOMEISEN Nel de Jong / VU-NT2 Brussel, januari 2018 # Het begint met een idee English Language Support Online 1. Taalbeleid
Nadere informatieProfiel Maatschappelijke Taalvaardigheid
Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid PMT Het Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om zelfstandig maatschappelijk te functioneren het Nederlands en is de eerste
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20890-n1 9 mei 2016 Rectificatie van de Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 april
Nadere informatieDe producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten
De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten Juni 2017 Kwartiermaker Validering Examens MBO Inhoud Toelichting norm 2 Solide basis 2 Toepassing norm in de drie routes 2 Producteisen 4 Algemeen
Nadere informatieFriese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010
Friese taal en cultuur VWO Syllabus centraal examen 2010 oktober 2008 2008 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag worden
Nadere informatieTOETSTIP 7 MAART 05 TIP 7: HOE KAN IK DE BETROUWBAARHEID VAN MIJN TOETS VERHOGEN?
TOETSTIP 7 MAART 05 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 7: HOE KAN IK DE BETROUWBAARHEID VAN MIJN TOETS VERHOGEN? In de vorige
Nadere informatieRonde 3. Nvt Nt2: één pot nat? 1. Inleiding. 2. Context
. Nederlands als tweede taal Ronde 3 Hellmuth Van Berlo Taaluniecentrum NVT, Brussel Contact: hvanberlo@taaluniecentrum-nvt.org Nvt Nt2: één pot nat? 1. Inleiding Is de hele discussie over de vermeende
Nadere informatieTOETSTIP 10 NOVEMBER 2005
TOETSTIP 10 NOVEMBER 2005 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 10: HOE KAN IK DE PRODUCTIEVE TAALVAARDIGHEID VAN MIJN STUDENTEN
Nadere informatieOnderzoek naar de cesuur voor het certificeringsexamen voor internationaal gecertificeerd lactatiekundige (IBCLC )
Onderzoek naar de cesuur voor het certificeringsexamen voor internationaal gecertificeerd lactatiekundige (IBCLC ) Uitgevoerd voor de Internationale Raad van Examinatoren van Lactatiekundigen (IBLCE )
Nadere informatieCERTIFICAAT NEDERLANDS ALS VREEMDE TAAL. Examenreglement 2015
Nederlandse Taalunie Inhoudsopgave CERTIFICAAT NEDERLANDS ALS VREEMDE TAAL Examenreglement 2015 1. Begripsbepalingen 2. Inschrijvingen 3. Examenafname 4. Beoordeling en bekendmaking resultaten 5. Inzage
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13602 25 juli 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29 juni 2011, nr. VO/309740, houdende
Nadere informatieHoorzittingCommissieBrussel & De VlaamseRand
HoorzittingCommissieBrussel & De VlaamseRand DE GEVOLGEN OP DIVERSE DOMEINEN ONDERZOEK INSTROOM VLAAMSE RAND UITGEVOERD IN OPDRACHT VAN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT ELINE DEBLAERE PIN VZW Onderzoek InstroomVlaamseRand
Nadere informatieFaculteit Ontwerpwetenschappen Handleiding Opstellen van een toetsmatrijs Versie 15/04/2015
Faculteit Ontwerpwetenschappen Handleiding Opstellen van een toetsmatrijs Versie 15/04/2015 FOW Handleiding toetsmatrijzen 1 Inhoud Woord vooraf... 3 DEEL 1: Theoretische achtergrond... 4 1. Kwaliteitsvol
Nadere informatieEen vragenlijst voor de Empowerende Omgeving
Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Introductie Met de REQUEST methode wordt getracht de participatie van het individu in hun eigen mobiliteit te vergroten. Hiervoor moet het individu voldoende
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN WISKUNDE B VWO EERSTE TIJDVAK 2014
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN WISKUNDE B VWO EERSTE TIJDVAK 2014 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal
Nadere informatieDe producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten
De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten Oktober 2017 Kwartiermaker Validering Examens MBO Inhoud Toelichting norm 2 Solide basis 2 Toepassing norm in de drie routes 2 Producteisen 4
Nadere informatieCompetentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers
Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers Introductie Wat we (denken te) weten over competentieontwikkeling Middel tot het versterken van inzetbaarheid
Nadere informatieCommissie Hoger Onderwijs Vlaanderen
Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur
Nadere informatieFlitsbijeenkomst Steunpunt Taal en Rekenen (10 februari 2012) Handreiking Referentiekader mvt. Van Raamwerk tot Handreiking
Flitsbijeenkomst Steunpunt Taal en Rekenen (10 februari 2012) Handreiking Referentiekader mvt Van Raamwerk tot Handreiking Hoe zat het ook alweer? Nieuwe Kwalificatieprofielen voor het mbo in 2004 Mét
Nadere informatieMeertaligheid als kerncomponent van internationale competentie. Lies Sercu KU Leuven
Meertaligheid als kerncomponent van internationale competentie Lies Sercu KU Leuven Overzicht Meertaligheid als kerncompetentie van internationale competentie Meertaligheid in het Hoger Onderwijs Welke
Nadere informatieAdvies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie
4 ADVIES Raad Levenslang en Levensbreed Leren 21 maart 2006 RLLL/PCA/ADV/007 Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie VLAAMSE ONDERWIJSRAAD, LEUVENSEPLEIN 4, 1000
Nadere informatieExamenreglement Kandidaat 2019
1 Examenreglement Kandidaat 2019 Inhoudsopgave 1. Begripsbepalingen 2. Inschrijvingen 3. Examenafname 4. Beroepsprocedure 5. Beoordeling en bekendmaking resultaten 6. Inzage 7. Copyright en geheimhoudingsverplichtingen
Nadere informatieExaminering in de praktijk, dilemma s en oplossingen. Nelleke Lafeber
Examinering in de praktijk, dilemma s en oplossingen Nelleke Lafeber Context Beoordelen Kwaliteit Inspectie van het Onderwijs De afnamecondities en beoordelingen zijn voor studenten gelijkwaardig. De condities
Nadere informatieFriese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011
Friese taal en cultuur HAVO Syllabus centraal examen 2011 september 2009 2009 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN ECONOMIE VMBO GT EERSTE TIJDVAK 2017
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN ECONOMIE VMBO GT EERSTE TIJDVAK 2017 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal
Nadere informatieO.C.M.W.-LOCHRISTI FUNCTIEBESCHRIJVING ADMINISTRATIE WZC. 1. Plaats in de organisatie
O.C.M.W.-LOCHRISTI FUNCTIEBESCHRIJVING AFDELING: DIENST: FUNCTIEBENAMING: WOONZORGCENTRUM ADMINISTRATIE WZC Administratief medewerker WZC 1. Plaats in de organisatie De administratief medewerker werkt
Nadere informatieTon Koet & Willy Weijdema. Inleiding. In dit artikel doen de auteurs verslag van een onderzoek naar het gebruik van Europese taalvaardigheidsniveaus
Het gebruik van Europese taalvaardigheidsniveaus voor het beoordelen van taalvaardigheid in Nederlandse en Vlaamse lerarenopleidingen en universitaire taalopleidingen Ton Koet & Willy Weijdema In dit artikel
Nadere informatie1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs
1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs Het Vlaams parlement legde de basiscompetenties die nagestreefd en gerealiseerd moeten worden tijdens de opleiding vast. Basiscompetenties zijn een
Nadere informatieBEGRIP VAN BEWIJS. vrije Universiteit amsterdam. Instituut voor Didactiek en Onderwijspraktijk. Vragenlijst. Herman Schalk
Instituut voor Didactiek en Onderwijspraktijk BEGRIP VAN BEWIJS Herman Schalk Vragenlijst Toelichting bij de vragenlijst p. 3 Vragen bij de elementen van begrip van bewijs p. 4 vrije Universiteit amsterdam
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN NASK 1 VMBO EERSTE TIJDVAK 2013
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN NASK 1 VMBO EERSTE TIJDVAK 2013 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal examen
Nadere informatieBijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan
Bijlage. Beoordelingscriteria onderzoeksplan Naam student: Dominique van Maas Naam afstudeerbegeleider: Ceciel Zandee Naam tweede beoordelaar: Winifred Paulis Datum: 19-01-014 Voorlopige titel onderzoek
Nadere informatieInterculturele CompetentieWijzer (ICW): mogelijkheden en beperkingen. Joke Simons & Yunsy Krols
Interculturele CompetentieWijzer (ICW): mogelijkheden en beperkingen Joke Simons & Yunsy Krols 1 INTERCULTURELE COMPETENTIE: WAT? 2 Metaforen 3 Competentie = K + V + A + A + (Fantini, 2000) 4 Onderwijs
Nadere informatieSollicitatie voor een functie bij de Vlaamse overheid
Sollicitatie voor een functie bij de Vlaamse overheid ago-01-170602 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////
Nadere informatieToetsbekwaamheid BKE november 2016
Toetsbekwaamheid BKE november 2016 De Basiskwalificatie Examinering heeft als doel de hbo-toetspraktijk te versterken. Een belangrijk aspect in die toetspraktijk is het gesprek over toetsing: het vragen/
Nadere informatieCONCRETE VOORSTELLEN ROND HET TAALGEBRUIK IN HET HOGER ONDERWIJS
CONCRETE VOORSTELLEN ROND HET TAALGEBRUIK IN HET HOGER ONDERWIJS Colloquium An De Moor KU Leuven 06/10/2018 1 NEDERLANDS MOET BEHOUDEN BLIJVEN ALS BELANGRIJKSTE ONDERWIJSTAAL pedagogische redenen: duidelijk
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN BIOLOGIE VWO EERSTE TIJDVAK 2016
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN BIOLOGIE VWO EERSTE TIJDVAK 2016 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal
Nadere informatiePROJECT BESTEMMING REISLEIDER EUROPA
MODULE PROJECT BESTEMMING REISLEIDER EUROPA Afstudeerrichting: reisleider Code: 25 Academiejaar: vanaf 2014-2015 Niveau: specialisatiemodule Periode binnen het modeltraject: semester 1 Start binnen de
Nadere informatieRESULTATEN VAN DE ENQUETE NAAR MENINGEN VAN VLAAMSE STUDENTEN OVER HET STUDEREN AAN DE OPEN UNIVERSITEIT - SEPTEMBER 2007 -
RESULTATEN VAN DE ENQUETE NAAR MENINGEN VAN VLAAMSE STUDENTEN OVER HET STUDEREN AAN DE OPEN UNIVERSITEIT - SEPTEMBER 2007 - Uitgevoerd: september 2007 Onderzoekers: drs. Herman Kiesel, drs. Lic. Rick Coone,
Nadere informatieKorte informatie HVK examenkandidaten
Korte informatie HVK examenkandidaten Geachte kandidaat, Hartelijk dank voor uw aanmelding bij de DNV GL HVK portal. U bent geregistreerd. U kunt beginnen met het aanleveren van de gevraagde documenten.
Nadere informatieGroot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004
Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004 Integratie van AN in secundair onderwijs Tom Verheyen Filip Paelman Overzicht Omzendbrief Tasan Vervolgonderzoek Referentiekader Een
Nadere informatieTOETSTIP 4 SEPTEMBER 2006
TOETSTIP 4 SEPTEMBER 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 4: EEN BREDE KIJK OP EVALUEREN Het onderwerp van deze ToetsTip
Nadere informatietoerisme vlaanderen Toerisme in Kerncijfers 2010
toerisme vlaanderen Toerisme in Kerncijfers 2010 Toerisme in Vlaanderen Aantal overnachtingen en aankomsten in België (2010) overnachtingen % aankomsten % gemiddelde verblijfsduur (nachten) Vlaamse Gewest
Nadere informatieToetsen voor de Moderne Vreemde Talen en het Nederlands
Toetsen voor de Moderne Vreemde Talen en het Nederlands bij het Common European Framework Instructie voor de kandidaat - 2 - Instructie voor de kandidaat Lees deze instructie voordat je een examen gaat
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN SCHEIKUNDE VWO EERSTE TIJDVAK 2013
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN SCHEIKUNDE VWO EERSTE TIJDVAK 2013 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal
Nadere informatieLiesbeth Baartman & Raymond Kloppenburg, Hogeschool Utrecht, januari 2013
KIT: KwaliteitsInstrument Toetsprogramma s in beroepsgericht onderwijs Zelfevaluatie-instrument voor docenten Website: www.kwaliteit-toetsprogramma.nl conceptversie 14-03-2013 In onderstaand schema vindt
Nadere informatieDe vragenlijst van de openbare raadpleging
SAMENVATTING De vragenlijst van de openbare raadpleging Tussen april en juli 2015 heeft de Europese Commissie een openbare raadpleging gehouden over de vogel- en de habitatrichtlijn. Deze raadpleging maakte
Nadere informatie4. Persoonlijke getuigenis Zonder twijfel een enorme meerwaarde, zowel persoonlijk als voor de studies!
1. Algemeen Opleiding: Master Fysica en Sterrenkunde Gastinstelling: Universiteit Utrecht Land: Nederland Periode: 2 de semester 2011-2012 2. Wat te doen voor vertrek 2.1 Administratieve verplichtingen
Nadere informatieNOTITIE TOETSMATRIJZEN VOOR INITIËLE EXAMENS BINNEN NIEUWE WFT- VAKBEKWAAMHEIDSTRUCTUUR
NOTITIE TOETSMATRIJZEN VOOR INITIËLE EXAMENS BINNEN NIEUWE WFT- VAKBEKWAAMHEIDSTRUCTUUR College Deskundigheid Financiële Dienstverlening September 2013, Den Haag 1. Wat is een toetsmatrijs? Een toetsmatrijs
Nadere informatieEducatief Professioneel (EDUP) - C1
Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent
Nadere informatieadviesnota de 20-20-doelstelling m.b.t. de hogeronderwijsmobiliteit
adviesnota de 20-20-doelstelling m.b.t. de hogeronderwijsmobiliteit definities en criteria die gebruikt worden om de studentenmobiliteit te meten en te registreren 1/6 Situering Het Leuven / Louvain-la-Neuve
Nadere informatieBijgevoegde documenten Onderstaand geeft u aan of alle voor de toetsing benodigde informatie is bijgevoegd.
Checklist Contactgegevens Onderstaand vult u de contactgegevens in van de eerste én tweede contactpersoon voor wanneer er vragen zijn over het instrument(en), de aangeleverde documentatie of anderszins.
Nadere informatieFUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)
Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een
Nadere informatieVan een noodzaak naar een opportuniteit: Op zoek naar een moderne definitie van ondersteuningsnood. Sofie Kuppens
EN GEZONDHEID Van een noodzaak naar een opportuniteit: Op zoek naar een moderne definitie van ondersteuningsnood Sofie Kuppens Studienamiddag KU Leuven - ULB - DGPH Brussel, Federaal Parlement, Zaal Desiderius
Nadere informatieTERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN BIOLOGIE HAVO EERSTE TIJDVAK 2015
TERUGBLIK CENTRAAL EXAMEN BIOLOGIE HAVO EERSTE TIJDVAK 2015 Inleiding Quickscan Via WOLF (Windows Optisch Leesbaar Formulier) geven examinatoren per vraag de scores van hun kandidaten voor het centraal
Nadere informatieManual: handleiding opstarten Skills Lab
Manual: handleiding opstarten Skills Lab Dit is een handleiding voor professionals die zelf een Skills Lab willen starten. Skills Lab wil de werkmogelijkheden voor mensen met ASS vergroten door hen te
Nadere informatieOnderwijs- en examenregeling
Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13
Nadere informatietitel Examen Nederlands [vaardigheden en niveaus]
titel Examen Nederlands [vaardigheden en niveaus] Inhoudsopgave Informatie voor alle betrokkenen 2 Examenboekje voor de kandidaat 3 Informatie voor de toetsleider 5 Informatie voor de gesprekspartner/-leider
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli
A D V I E S Nr. 1.564 ----------------------------- Zitting van dinsdag 18 juli 2006 ----------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot vervanging van het koninklijk besluit van
Nadere informatieFRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO
FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO SYLLABUS CENTRAAL EXAMEN 2016 Inhoud Voorwoord 6 1 Examenstof van centraal examen en schoolexamen 7 2 Specificatie van de globale eindtermen voor het CE 8 Domein A: Leesvaardigheid
Nadere informatieTevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT
Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde vwo
Examenprogramma scheikunde vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Stoffen
Nadere informatieNederlandse samenvatting (Summary in Dutch)
Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als
Nadere informatieFEEDBACKRAPPORT. Taaltest Eenheid van de Rechtspraak (art.11 bis) Kennis van de administratieve en juridische woordenschat in de Franse taal
FEEDBACKRAPPORT Taaltest Eenheid van de Rechtspraak (art.11 bis) Kennis van de administratieve en juridische woordenschat in de Franse taal NAAM JÜRGEN DUPONT RRN KANDIDAAT 11-11-11-111-11 DATUM 27/08/2016
Nadere informatieMbo, toets je taal! Taalvaardigheid Nederlands beoordelen in competentiegericht onderwijs
. Competentieleren Hajer, M. & T. Meestringa (2004). Handboek taalgericht vakonderwijs. Bussum: Coutinho. Ministerie van OC&W (2004). Van A tot Z betrokken. Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2010 (http://taalinmbo.kennisnet.nl/bronnen/aanvalsplan).
Nadere informatieBrochure Operational Support & Analysis
Brochure Operational Support & Analysis Over Pink Elephant Bedrijfshistorie Pink Elephant is een Nederlandse IT onderneming die rond 1980 is ontstaan als bijverdienste van een drietal studenten aan de
Nadere informatieBRUSSEL t. Master in het tolken. Faculteit Letteren
BRUSSEL t Master in het tolken Faculteit Letteren Welkom aan de KU Leuven, de grootste en oudste universiteit van België. Je kunt hier je studietraject verderzetten en verrijken, ook als je elders een
Nadere informatieCurriculumevaluatie BA Wijsbegeerte
Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor
Nadere informatiePatiëntregistratie. 9.1 Inleiding. 9.2 Variabelen en meetinstrumenten
9 Patiëntregistratie 9.1 Inleiding 81 In dit hoofdstuk wordt de patiëntregistratie beschreven. De patiëntregistratie is een van de zes gegevensverzamelingsmodules van de Tweede Nationale Studie. Het doel
Nadere informatieFedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U
FedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U 20 mei 2015 1 FedEC CKB (Certificaat Kwaliteits Borging) EPA-U voor adviseurs, 20 mei 2015 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 FedEC-Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U...
Nadere informatieProfiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie
Opdracht: Profiel Product Verantwoording LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding Management & Organisatie Naam auteur(s) Vakgebied Bart Deelen M&O Student nr 10761799 Titel Onderwerp
Nadere informatieEducatief Startbekwaam (STRT) - B2
Educatief Startbekwaam (STRT) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) of jongeren (16+) aan het einde van het secundair of voortgezet onderwijs in het buitenland die starten met een studie
Nadere informatieWervings- en selectieprocedures en discriminatie: een bevraging van HRpersoneel. Lieve Eeman en Miet Lamberts - HIVA
Wervings- en selectieprocedures en discriminatie: een bevraging van HRpersoneel Lieve Eeman en Miet Lamberts - HIVA OVERZICHT 1. Situering en onderzoeksvragen 2. Methode 3. Wervings- en selectieprocedures
Nadere informatieToerisme in Vlaanderen
Toerisme in Kerncijfers 2011 Toerisme in Vlaanderen Aantal overnachtingen en aankomsten in België (2011) overnachtingen % aankomsten % gemiddelde verblijfsduur (nachten) Vlaams Gewest 23.466.371 65% 8.041.529
Nadere informatieExamenprogramma Klassieke Talen vwo
Examenprogramma Klassieke Talen vwo Ingangsdatum: schooljaar 2014-2015 (klas 4) Eerste examenjaar: 2017 Griekse taal en cultuur (GTC) vwo Latijnse taal en cultuur (LTC) vwo Griekse taal en cultuur (GTC)
Nadere informatieGender en interculturaliteit
ECTS-fiche: Gender en interculturaliteit Opleiding: Afstudeerrichting: Opleidingsonderdeel: Studiepunten (ECTS): 3 Taal: Plichtvak/keuzevak: Lerarenopleiding/ BA en MA Pedagogische wetenschappen Niet relevant
Nadere informatieBijlage 3 Resultaten docentenvragenlijst november/december 2013
Bijlage 3 Resultaten docentenvragenlijst november/december 2013 Monitoring vernieuwde examenprogramma aardrijkskunde vmbo Algemeen De digitale enquête heeft plaatsgevonden in november/december 2013. In
Nadere informatie