Natuur- en Landschapslezen. Opleiding tot Reisleider/Gids. Christ Naert

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Natuur- en Landschapslezen. Opleiding tot Reisleider/Gids. Christ Naert"

Transcriptie

1 Opleiding tot Reisleider/Gids Natuur- en Landschapslezen Christ Naert Deze syllabus is eigendom van Toerisme Vlaanderen en Christ Naert en wordt gebruikt als didactisch materiaal in het kader van de opleiding gids reisleider. Deze syllabus mag enkel worden gekopieerd mits uitdrukkelijke toestemming van de auteurs.

2 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.1 Natuur- en Landschapslezen inhoudstafel Inleiding... 1 Een venster op verleden en heden... 2 Het lezen van het landschap... 3 De opbouw van het landschap... 4 Soorten landschappen Indeling volgens de inbreng van de mens Indeling volgens de schikking van de landschapselementen Indeling volgens de afmetingen van de landschapselementen Indeling volgens de ouderdom... 5 De Vlaamse kustvlakte Een gevarieerd landschap Begrenzing van de kustvlakte De holocene zondvloed De duinen De vorming van een strandwal De oude duinen De middeloude duinen De jonge duinen Het strand Het lage of natte strand Het hoge of droge strand Het holoceen aan de kust: storm en rust De Flandriaanse transgressie De Duinkerke transgressies Duinkerke I Duinkerke II Duinkerke III Van natuur- naar cultuurlandschap De Romeinen Een landschap ingericht voor landbouw Het einde van Duinkerke II De eerste bewoning op woonheuvels De inpoldering Het landschap van de Nieuwlandpolders Een landschap ingericht voor toerisme... blz. 4 blz. 5 blz. 7 blz. 8 blz. 9 blz. 9 blz. 12 blz. 14 blz. 14 blz. 16 blz. 16 blz. 17 blz. 18 blz. 19 blz. 19 blz. 19 blz. 21 blz. 21 blz. 25 blz. 25 blz. 27 blz. 28 blz. 28 blz. 29 blz. 29 blz. 29 blz. 29 blz. 34 blz. 34 blz. 35 blz. 35 blz. 35 blz. 36 blz. 43 blz. 47

3 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De ontwikkeling van het toerisme De nieuwe bebouwing... 6 De Vlaamse heuvels Een landschap met hoogtes en laagtes Ontstaan van de heuvels Valleien Verschillende dalvormen Bronnen Bossen op hellingen Kleine landschapselementen Graften of cultuurtaluds Kruidenrijke bermen Poelen Holle wegen Hagen Knotbomen Windmolens in het landschap... 7 Het Houtland Een groen landschap Begrenzing van het Houtland Zeebodem als ondergrond De bodem: een pleistocene erfenis De komst van het oerbos De ontginning tot cultuurlandschap De terugkeer van het bos... 8 Het stadsgewest Kortrijk Het landschap in de stad De ligging van de stad Situering van de stad De site De situatie De ontwikkeling van de stad Een evolutie in 3 fasen De pre-industriële fase De industriële fase De post-industriële fase De structuur van het stadsgewest De stedelijke bevolking... blz. 47 blz. 48 blz. 49 blz. 49 blz. 50 blz. 52 blz. 52 blz. 53 blz. 54 blz. 55 blz. 55 blz. 57 blz. 57 blz. 57 blz. 58 blz. 60 blz. 62 blz. 64 blz. 64 blz. 65 blz. 66 blz. 70 blz. 72 blz. 73 blz. 77 blz. 81 blz. 81 blz. 82 blz. 82 blz. 82 blz. 82 blz. 85 blz. 85 blz. 86 blz. 88 blz. 89 blz. 92 blz De haven van Gent Een landschap voor transport en bedrijven De ligging van de haven Het kanaal Gent-Terneuzen Kenmerken van de haven De Vlaamse zeehavens als poorten... blz. 97 blz. 97 blz. 98 blz. 99 blz. 100 blz. 103

4 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.3 Bijlage: De geologische tijdschaal... Lijst van de geraadpleegde werken.... Gebruikte kaarten en luchtfoto s... blz. 104 blz. 105 blz , Christ Naert Niets uit dit werk mag worden overgenomen, gereproduceerd of vermenigvuldigd zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

5 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.4 Inleiding Hoe belangrijk is het landschap voor ons publiek? In 1991 en 2000 werd, tijdens een marktonderzoek georganiseerd door het W.E.S. (West- Vlaams Economisch Studiebureau), een enquête opgesteld om te peilen naar de interesses van autocarreizigers. Aan een publiek dat positief denkt over deze vorm van toerisme werd gevraagd van welk soort bezoekelementen zij het meest hielden tijdens een touringcarreis. Fig. 1: Interesse van de reizigers die positief denken over autocarreizen. Vergelijking (Bron: WES, 2000) De cijfers tonen ons overduidelijk dat de interesse van het publiek voor mooie landschappen tijdens de reis primeert ten opzichte van de andere items. Nagenoeg iedere autocartoerist is geïnteresseerd in het landschap. Ook bij andere toerismevormen is dit merkbaar (fig. 2). De vraag is dus groot! Maar... de toeristische informatiewereld springt dubbelzinnig om met het landschap. Enerzijds speelt het landschap in de promotie van een vakantiebestemming een belangrijke rol. Elke toeristische organisatie probeert toeristen te lokken door brochures en % interesse in 2000 Rangschikking ,8 Mooie landschappen ,3 Wandelen ,5 Leven lokale bevolking ,7 Gastronomie, lekker eten ,0 Histor. merkwaardigheden ,7 Folklore ,3 Fauna en flora ,9 Museumbezoek ,1 Gebouwen en architectuur ,8 Kunstambacht en artisanaat ,4 Gastronomische bezoeken ,2 Schilderkunst ,2 Shopping ,1 Beeldhouwwerk, standbeelden ,6 Heemkunde ,1 Toneel e.a. podiumkunsten ,2 Klassieke muziek, opera, operette ,2 Archeologie ,5 Sport beoefenen folders van de bestemming aantrekkelijk te maken met landschapsfoto s. De toelichting bij deze foto s beperkt zich tot enkele poëtische omschrijvingen. In heel wat reisgidsen worden dergelijke foto s vaak louter om het mooie beeld gebruikt. Anderzijds blijkt dat in de klassieke reisgidsen het onderwerp landschap praktisch niet aan bod komt. Aandacht voor het landschap als geheel in de toeristische informatie is zeer zwak vertegenwoordigd, hoewel de belangstelling groot is. In deze lessenreeks leren we het landschap waarnemen, beschrijven, begrijpen en verklaren aan de hand van enkele concrete voorbeelden in Vlaanderen. 1. Landschap en natuur 53% (46%) 2. Klimaat 52% (45%) 3. Prijs 40% (36%) 4. Ertussenuit 30% (24%) 5. Geschiedenis en cultuur 28% (32%) 6. Logies 26% (30%) 7. Eten en drinken 23% (24%) 8. Omgeving 21% (26%) 9. Sport 19% (13%) 10. Ontspanning 17% (18%) 11. Kost ter plaatse 16% (21%) Veiligheid 16% (19%) Mensen ontmoeten 16% (19%) 12. Taalkennis 13% (11%) 13. Gemakkelijk bereikbaar 11% (13%) Fig. 2: De motieven van een Belg om vakantie te nemen. De cijfers tussen haakjes geven de gemiddelde Europese (EU) motivatie weer. (Bron: European Travel Commission, 2005)

6 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.5 1 Een venster op verleden en heden Het landschap is het beeld dat we van een deel van het aardoppervlak kunnen waarnemen en ervaren. Het is een deel van de ruimte dat zich uitstrekt van de standplaats van de waarnemer tot aan de horizon. Het landschap wordt gedragen door de bodem en de ondergrond en wordt gekleurd door de (wolken-) lucht. Een landschap vormt op zichzelf één geheel. Fig. 3: Het landschap: een venster op het verleden en het heden (zicht op de heuvelkam van Nieuwkerke). Het wordt gevormd door het uitzicht van de verschijnselen op het aardoppervlak. De verscheidenheid van die verschijnselen is enorm (bijvoorbeeld: een hoeve, een weg, een houtwal, een perceel, een kerktoren, een alleenstaande boom,.). Een landschap kan je op die manier beschouwen als een verzameling van landschapselementen. De elementen zijn punt-, lijn-, vlak- of volumevormig. Elk landschap is een venster op het verleden en het heden. In een landschap zijn er altijd elementen (ondergrond, bodem, percelen, wegenpatroon, bewoning, hagen, windturbine,...) uit verschillende periodes van het verleden en heden aanwezig. Vandaar dat een landschap het resultaat is van de historisch gegroeide ruimtelijke structuur van het landoppervlak.

7 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.6 Fig. 4: Het strand van Arromanches (Normandië). De tijd vormt de vierde dimensie in een landschap. Fig. 5: De Zwarte toren (Brussel), wordt omringd door recente gebouwen. In een landschap zijn er elementen van verschillende ouderdom waarneembaar. Deze kunnen gebruikt worden om een chronologische evolutie van het landschap te reconstrueren.

8 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.7 2 Het lezen van het landschap Het landschap komt over als een complex geheel van landschapselementen die er op een min of meer duidelijke manier in geordend zijn. Algemeen spreekt men van een mooi landschap als die orde duidelijk herkenbaar is. Voor ons is het belangrijk dit landschap te kunnen lezen. Dit betekent dat we de landschapselementen niet alleen kunnen interpreteren, maar dat we ook de samenhang tussen de afzonderlijke verschijnselen kunnen herkennen. Dit moeten we overbrengen en tonen aan onze reizigers, dat maakt het reizen boeiend! Het ontdekken en herkennen van typische landschappen en van de onderlinge relaties tussen de afzonderlijke verschijnselen binnen een landschap is één van de eerste opdrachten bij een streekverkenning. Daarbij letten we op: * de grote structuren van het landschap b.v.: gesloten of open landschap, geconcentreerde of verspreide bebouwing, agrarisch of industrieel landschap... * de kleine landschapselementen b.v.: kapel, oude schoorsteen, kiosk, hoeve, torentje, tumulus, menhir,... De kleine, soms weinig opvallende landschapselementen vormen dikwijls relicten van vroegere traditionele landschappen. Zo bijvoorbeeld vormen solitaire bomen geen toevallige resten van een bos. Dikwijls is de boom van een bijzondere soort, die afwijkt van de soorten in de omgeving. Fig. 6: Oog voor detail: een 19 de eeuwse grenspaal in de weidse vlakte van het natuurreservaat het Zwin. Fig. 7: Oog voor detail: La méridienne verte langs een autoweg in Frankrijk.

9 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.8 Bij het begrijpen van het landschap moeten we: - het landschap kunnen plaatsen binnen de grotere eenheid waartoe het behoort; - de algemene genese van de streek nagaan (ontstaan van het reliëf, historische en recente impact van de mens); - de landschapselementen beschrijven en kunnen verklaren. 3 De opbouw van het landschap De opbouw van het landschap kan als volgt voorgesteld worden: * abiotische factoren: de fysische (niet-levende) natuur - bodem; - ondergrond; - reliëf (met verschillende reliëfvormen); - water (waterlopen, plassen); - lucht. Fig. 8: De lucht maakt deel uit van het landschap. De toestand van het weer (zonnig of grijs) heeft een grote invloed op de manier waarop we het landschap ervaren. * biotische factoren: de levende biologische natuur - fauna; - flora; - ecosystemen.

10 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.9 * menselijke factoren: - bebouwing (huis, dorp, hoeve, fabriek); - indeling; - perceelsvormen; - verkeersinfrastructuur (weg, brug, parking); - gebruik (landbouw, industrie, recreatie ). Fig. 9: Een beboste terril ten zuiden van Saint-Amand-les-Eaux (Noord-Frankrijk). In de meeste Europese landschappen zijn zowel abiotische, biotische als menselijke factoren samen aanwezig. 4 Soorten landschappen We kunnen de landschappen op verschillende manieren indelen: - volgens de inbreng van de mens; - volgens de schikking van de landschapselementen; - volgens de afmetingen van de landschapselementen; - volgens de ouderdom. 4.1 Indeling volgens de inbreng van de mens * Natuurlandschap - bevat overwegend elementen van natuurlijke oorsprong, geen tussenkomst van de mens: wadden, gletsjers, vulkanisch massief, duinenmassief, oerbos; - thans kleine eilandjes in het cultuurlandschap; - bijvoorbeeld: Het Zwin, de baai van de Somme, een falaise, Alpenweiden. Fig. 10: Een natuurlandschap: het duinenmassief van het Westhoekreservaat.

11 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.10 * Cultuurlandschap - vertoont een sterke inbreng van de mens: - niet-levende (abiotische) elementen zoals een dijk, een gebouw, een weg; - levende (biotische) elementen zoals een bosaanplanting, een houtwal, Fig. 11: Een landelijk cultuurlandschap: de polders ten noorden van Diksmuide. Fig. 12: Een stedelijk cultuurlandschap: Euralille (Rijsel, Frankrijk). - er ontstaat een: - landelijk landschap: landbouwelementen overwegen; - stedelijk landschap: dichte bebouwing, belangrijke verkeersinfrastructuur; - industrieel landschap: bedrijven en infrastructuur; - recreatielandschap: veel elementen voor verblijf en ontspanning.

12 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.11 * Semi-natuurlandschap Sommige landschappen bevatten overwegend natuurlijke elementen, maar deze kunnen er gekomen zijn door de tussenkomst van de mens. In dit geval spreken we van semi-natuurlandschappen. Bijvoorbeeld: de heidevelden van de Kempen, de bossen van het Zwarte Woud Fig. 13: Een semi-natuurlandschap: een kreekrestant ten zuiden van Oostende. Fig. 14: Het werk van de mens: de garrigue (Vaucluse, Zuid-Frankrijk).

13 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Indeling volgens de schikking van de landschapselementen De schikking van de landschapselementen bepaalt de ruimtelijke samenstelling van een landschap (bewoningspatronen, perceelspatronen,. ). * Open landschap Weidse, panoramische (beeldhoek meer dan 180 ) vergezichten (kijkafstand meer dan 1200 meter) in alle richtingen. Fig. 15: Open landschap in Noord-Frankrijk. * Gesloten landschap Fig. 16: Open landschap in Zeeland. Beperkte kijkafstand van minder dan 250 meter in alle richtingen. Oorzaak: schermen van rijen bomen of hagen. ** Bocagelandschap - percelen afgezoomd met een gesloten lage begroeiing van struiken, hagen of rijen van geknotte bomen - perceelsrandbegroeiing op een kunstmatige verhoging (houtwal) of zonder (houtkant) - op glooiende terreinen: begroeide taluds - meestal verspreide bewoning - b.v.: Bas-Boulonnais, Land van Herve, Bretagne Fig. 17: Bocagelandschap van West-Normandië.

14 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.13 ** Coulissenlandschap - bocage-achtig, met dit verschil dat de perceelsrandbegroeiing er uitsluitend bestaat uit een rijbeplanting van bomen - typisch is hier de filterwerking en transparantie van de schermen - bijvoorbeeld: traditionele landschap van het Land van Waas Fig. 18: Coulissenlandschap in het Land van Waas. Overal zijn er bomen, maar nergens is er bos. * Compartimentlandschap - een mozaïek van open en gesloten landschappen - de compartimentering kan gebeuren door het reliëf, de vegetatie of de bebouwing Fig. 19: Compartimentlandschap in Ierland. * Microlandschap - zeer beperkte oppervlakte - met een uitgesproken identiteit, contrast met de omgeving - pittoreske hoekjes en landschappelijke relicten Fig. 20: Microlandschap van Varengeville-sur-Mer (Normandië).

15 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Indeling volgens de afmetingen van de landschapselementen * Grootschalige landschapsindeling - grote percelen - ruime gebouwen - weinig begroeiing op de perceelsranden Fig. 21: Luchtfoto van de Frans-Belgische Moeren. * Kleinschalige landschapsindeling - kleine percelen - kleine gebouwen - veel begroeiing op de perceelsranden Fig. 22: Luchtfoto van het Oudland aan de Westkust. 4.4 Indeling volgens de ouderdom * Traditioneel landschap - landschap dat niet of slechts in beperkte mate gewijzigd werd door de grootschalige ingrepen die sedert de Industriële Revolutie mogelijk waren - meestal vormen deze nu kleine relictlandschappen - een sterke eigen identiteit - bijvoorbeeld: relicten in Het Land van Waas, Friesland, Eifel, Pays de Bray, Vlaamse Ardennen, Houtland

16 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.15 Fig. 23: Een bosontginningsdorp in een traditioneel landschap in Tsjechië. * Nieuw landschap - sterk gewijzigd sinds de Industriële Revolutie en vooral na WO II - uniformiserend Fig. 24 en 25: De uitbouw van het Hoge te Kortrijk. Links: de hallen van Kortrijk (foto: Busworld). Rechts: het bioscoopcomplex Kinepolis.

17 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.16 5 De Vlaamse kustvlakte 5.1 Een gevarieerd landschap Fig. 26: De Zwingeul tussen Knokke en Cadzand. Fig. 27: De Atlantikwall bij Nieuwpoort. Fig. 28: Polder bij Saaftinge. Fig. 29: Polder bij Stalhille.

18 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Begrenzing van de kustvlakte De Vlaamse kustvlakte zoals wij die nu kennen, bestaat grotendeels uit polders. Dit zijn cultuurlandschappen die door de mens zijn gewonnen en die door duinen en dijken beschermd worden tegen overstromingen. Grachten en sluizen regelen er voortdurend de waterstand. Onze Vlaamse kustvlakte is een onderdeel van een vlakte die in het westen begint bij Calais (Sangatte) en in oostelijke richting verder loopt in Nederland. De zuidelijke grens van dit gebied is de hoogtelijn van 5 meter. Fig. 30: De kustvlakte vanaf Calais tot de Westerschelde (uit De Vlaamse Kustvlakte van Calais tot Saeftinge ). Het vlakke land, dat nauwelijks boven het gemiddelde zeeniveau uitsteekt, is het resultaat van een lange evolutie die begon vanaf het einde van de laatste pleistocene ijstijd. De werking van de natuur en de tussenkomst van de mens vanaf de middeleeuwen heeft hier een uniek Vlaams cultuurlandschap gecreëerd. Geen landschap in Vlaanderen is zo vlak als dat van de polders. Fig. 31: Le plat pays tussen duinenrij en de 5 meter hoogtelijn.

19 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De holocene zondvloed Tijdens de laatste pleistocene ijstijd had het ijs op de continenten en in de oceanen waarschijnlijk zijn grootste uitbreiding ongeveer jaar geleden. Grote delen van Noordelijk Europa waren met ijs bedekt. De Alpen waren bedolven onder een dikke ijskap die aan de randen lange gletsjers vertoonden. Door die ijsvorming werd er water onttrokken aan de oceanen en zeeën. De zeespiegel lag daardoor 100 meter lager dan nu. Wat we nu de zuidelijke Noordzee noemen, was toen een koude, droge toendravlakte. Fig. 32: Europa in de laatste ijstijd (uit Wolters Algemene Wereldatlas ). Maar langzaam verbeterde het klimaat en de laatste ijstijd liep ten einde. Door de opwarming begon het ijs langzaam te smelten. Dit veroorzaakte vanaf het begin van het holoceen een zeespiegelstijging. De zeeën begonnen aan hun verovering van het land; een proces dat nu nog altijd bezig is. In de periode van tot jaar geleden bedroeg de zeespiegelstijging 30 meter, dit wil zeggen ongeveer 1,5 meter per eeuw of 1,5 centimeter per jaar. Daarna ging het minder snel: tussen en jaar geleden was de stijging gemiddeld 43 centimeter per eeuw en daarna 10 centimeter per eeuw. Op het land kwamen vanaf het begin van het holoceen de eerste tekenen van de stijgende zeespiegel tot uiting onder de vorm van een algemene vernatting. In navolging van de zeespiegel was ook het grondwater gaan stijgen. Dit gaf in de kustvlakte aanleiding tot moerassen met veengroei. Langzaam maar zeker kwam ook de Noordzee dichterbij en uiteindelijk drong de zee ons kustgebied binnen. Uiteraard overspoelden eerst de laagste gebieden. De eerste overstroming moet gebeurd zijn rond voor heden. Op dat ogenblik bevond het zeeniveau zich ongeveer 17 meter beneden het huidige peil. Enkel het gebied tussen De Panne en Nieuwpoort werd overspoeld. Ongeveer jaar geleden bereikte de zeespiegel de plaats waar zich nu de kustlijn bevindt.

20 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De duinen De vorming van een strandwal De zeespiegel ging stijgen als gevolg van het smelten van het ijs uit de laatste ijstijd. Daardoor ontstond de zuidelijke Noordzee en liep het Nauw van Calais onder water. Door golfwerking (loodrecht op de kust) en zeestromingen (evenwijdig aan de kust) kon in de nabijheid van de kust, de zee het zand uit de ondergrond losmaken en in de vorm van een strandwal (zandbank) afzetten. Deze strandwal begon in het westen vanaf Sangatte en liep voor onze kust verder richting Nederland. Indien de strandwal bij laagwater boven de zeespiegel uitstak, dan kon de wind het zand opblazen tot heuveltjes die bij hoogwater niet meer overstroomden. Dit betekende het ontstaan van onze eerste duinen. Fig. 33: De vorming van een strandwal De oude duinen Deze strandwal met duinen was veel breder dan de huidige duinengordel langs de kust. In het oostelijke gedeelte van de kustvlakte lag de duinenrij enkele kilometer meer zeewaarts. Vage restanten van dit oude duinenlandschap zijn de Vlaamse Banken voor de kust. In het westen zijn wel delen van de eerste duinengordel bewaard gebleven: de binnenduinen van Adinkerke. De binnenduinen van Adinkerke - Ghyvelde De duinengordel ligt er twee tot drie kilometer landinwaarts. De gordel strekt zich uit van Ghyvelde (Frankrijk) tot Adinkerke over een lengte van 8 km. Op ons grondgebied behoren ze nu tot het Cabourdomein (een waterwinningsgebied en natuurreservaat), en over de grens dune fossile de Ghyvelde. De duinen vormen een restant van een gesloten kustlijn, met zeewerende duinen, die zich daar jaar geleden heeft gevormd. De duinengordel werd tussen ongeveer voor Chr. en het begin van onze tijdrekening door de toenemende invloed van de zee weggeslagen. De oude duinen van Adinkerke - Ghyvelde speelden een belangrijke rol bij de vorming van de Moeren. Waar nu de Moeren liggen, bevond zich al vanaf voor Chr. een uitgestrekt waddengebied. De wadden stonden een lange tijd in rechtstreekse verbinding met de zee. Toen de duinenrij hoger werd, raakten de wadden afgesloten van de zee. Er ontstond een drassig gebied, dat na drooglegging uiteindelijk in de Moeren resulteerde. Fig. 34: De binnenduinen van Adinkerke Ghyvelde.

21 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.20 Fig. 35: Luchtfoto van de binnenduinen van Adinkerke Ghyvelde. Fig. 36: Landschap van de binnenduinen van Adinkerke Ghyvelde. Fig. 37: Dune Fossile de Ghyvelde (Frankrijk).

22 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De middeloude duinen Van de 1 ste eeuw tot de 4 de eeuw na Chr. (de Romeinse regressie) ontstond er een rustige periode waarbij er langs de kustlijn opnieuw duinvorming optrad. Dit gaf aanleiding tot de middeloude duinen. Vanaf de 4 de eeuw (de zogenaamde Duinkerke II transgressie) werd deze duinengordel grotendeels geërodeerd en gevoelig verlaagd. Ten westen van Nieuwpoort ligt het Littobos bovenop de resten van de middeloude duinen. Fig. 38: De Laat-Romeinse kustverdediging (uit De Romeinen langs de Vlaamse kust ) De jonge duinen Vanaf de 11de eeuw begon langs onze kust een belangrijke periode van nieuwe duinvorming: de jonge duinen ontstonden. Deze vormen nu nog altijd een aaneengesloten zandgordel die begint vanaf Sangatte (Frankrijk) en doorloopt naar het noordoosten van Nederland. In tegenstelling tot het zand van de oude duinen (dat kalkarm is), bestaan de jonge duinen uit kalkrijk zand. Dit toont aan dat het materiaal van onze duinen afkomstig is van het schelpenrijke onderzeese deel van de kustbarrière en van het strand. Fig. 39: De jonge duinen begonnen zich te ontwikkelen vanaf de middelleeuwen. De reliëfvormen die er nu in voorkomen zijn in recente tijden ontstaan.

23 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.22 Fig. 40: Het natuurreservaat de Westhoek. De Westhoek Het natuurreservaat de Westhoek is het grootste gaaf gebleven duinencomplex van onze kust. De noordelijke pannengordel, het Romeins kamp, bevat drie duinpannen die van elkaar gescheiden zijn door langgerekte paraboolduinen. De pannen zijn zeer vlak. Het centrale wandelduin, de Sahara is tot 15 meter hoog. Er komen interessante eolische (door de wind ontstane) reliëfvormen voor. In de zuidelijke pannengordel liggen twee grote pannen, omgeven door paraboolduinen. Fig. 41: Door het wegwaaien van zand ontstaat een stuifketel (de Westhoek). Fig. 42: Als een stuifketel het grondwater bereikt, wordt het zand nat en stopt het met stuiven. De stuifketel wordt een duinpanne. Fig. 43: Duindoorn: een typische plant.

24 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.23 Evenwijdig met de zee en het strand strekt zich een duinenrij uit: de zeereep. De voorwaarde voor duinvorming is een voortdurende aanvoer van zand vanuit zee. Door golfwerking wordt het aangevoerde zand in de richting van het strand getransporteerd. Het zand wordt in het ondiepe water van de kust door de golven opgestuwd tot strandruggen met daartussen zwinnen. Op het strand wordt dan door de wind het zand verplaatst naar het droge strand. Bij kleine obstakels (bijv. Biestarwegras) blijft het zand liggen en vormen zich zo de eerste embryonale duintjes. Indien zich daarop nieuwe planten vestigen (bijv. Helmgras), dan kunnen deze zandophopingen groeien tot echte duinen. Fig. 44: De zeereep: bij storm moet deze natuurlijke dijk de zwaarste stoten opvangen. Een duin is na deze ontwikkeling nog niet volledig stabiel. Zodra de wind vat krijgt op het zand, kunnen stuifketels ontstaan. Indien een stuifketel het grondwater bereikt, dan wordt het zand nat en stopt het met stuiven: de ketel vormt dan een duinpanne. Fig. 45: De wind bepaalt in grote mate de vorm van de duinen.

25 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.24 Fig. 46: Planten van de duinen. Naar het binnenland toe heeft de wind iets minder invloed op de duinen. Daar kunnen de duinen volledig gefixeerd worden door de vegetatie (o.a. Duindoorn, mossoorten, Vlier, Muurpeper en Zeewinde). De plantenrijkdom van de duinen is afhankelijk van uiteenlopende omstandigheden. Veel factoren spelen daarbij een rol: - de onderhevigheid aan wind, betredings- en begrazingsdruk; - het feit of het droge, dan wel vochtige duinen zijn (diepte van de grondwatertafel); - het feit of het kalkrijke, dan wel kalkarme duinen zijn; - de aanwezigheid van een humuslaag, waardoor veeleisender, minder gespecialiseerde planten er eveneens kunnen groeien. Fig. 47: Helmgras fixeert het zand van de duinen.

26 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.25 Fig. 48: Rijen dode takken op de grens van strand en zeereep: steunpilaren van de kustverdediging. 5.5 Het strand Het strand is het gedeelte van de kustlijn tussen laagwater en de extreem hoge waterstand. Er zijn op het strand twee zones te onderscheiden: het lage en het hoge strand Het lage of natte strand - de zone tussen de normale hoog- en laagwaterlijn; - een natte zandplaat die doorloopt tot aan de vloedlijn; - typisch microreliëf van: - strandruggen; - zwinnen met strandmeertjes; - muien met muidelta s; - golfribbels. Fig. 49: Het microreliëf van een zandstrand (uit De open ruimte in Vlaanderen, Kust en Polders ).

27 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.26 Fig. 50: Golfbrekers breken de energie van aankomende golven en beletten de afslag van het strand. Fig. 51: Golfribbels op het natte strand. De golven De golven worden veroorzaakt door de wind. Het is een op- en neergaande beweging, maar het water blijft nagenoeg ter plaatse, er is weinig horizontale verplaatsing. In de golven beschrijven de waterdeeltjes kleine cirkels, waarvan de diameter snel afneemt met de diepte. Op een diepte die gelijk is aan de helft van de golflengte, is de beweging bijna nul. Daarom kunnen onderzeeërs onder het wateroppervlak rustig varen, terwijl schepen heen en weer geslingerd worden. De grootte van de golven hangt af van de kracht van de wind. Op de oceaan bereiken normale golven hoogten van 30 cm tot 5 m, maar tijdens zware stormen kunnen golfhoogten ontstaan van meer dan 15 m. Als golven de kust bereiken gaan de cirkelbewegingen van de waterdeeltjes slepen op de zeebodem. Zo ontstaat het typische microreliëf van golfribbels op het strand. In ondiep water beïnvloedt de bodem ook de draaiende beweging van de waterdeeltjes. De hellende bodem duwt het water omhoog, waardoor de golfhoogte snel toeneemt tot de golf tenslotte overslaat (een breker) : de plaats waar dit gebeurt, heet de branding. Het water in de branding heeft de draaiende beweging verloren en beweegt heen en weer in een zeewaartse en landwaartse richting. Fig. 52: Het ontstaan van golven. Fig. 53: Mui op het natte strand. Fig. 54: Muidelta op het natte strand.

28 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Het hoge of droge strand - de zone tussen de vloedlijn en de voet van de duinen; - een droge zandplaat die enkel overspoeld wordt bij springtij en stormvloed; - ontwikkeling van embryonale duintjes. Fig. 55: Op het droge strand fixeren plantjes het zand tot embryonale duintjes. Fig. 56: Het droge strand. Ontstaan van getijden Het getij is een ingewikkelde golfbeweging, waarbij de aantrekkingskrachten van zon en maan, gecombineerd met het draaien van de aarde, alle wateren op de aardbol beïnvloeden. Het water van de aarde wordt getrokken naar de kant van de maan en naar de tegenoverliggende zijde, daar is het hoogwater. Daar waar het water weggetrokken wordt, is het laagwater. Door de aardrotatie en de beweging van de maan kent elke plaats aan de kust in 24 u 50 min tweemaal hoogwater en tweemaal laagwater. Het stijgen van de zeespiegel (van laag- naar hoogwater) is vloed. Het dalen van de zeespiegel (van hoog- naar laagwater) is eb. Fig. 57: Ontstaan van getijden.

29 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Het holoceen aan de kust: storm en rust Door de stijgende zeespiegel in het holoceen en door de lage ligging is onze kustvlakte regelmatig beïnvloed geweest door de getijdenwerking. Vooral tijdens stormperiodes werden de duinen doorbroken en hadden de getijden grote invloed op de kustvlakte. Tijdens andere rustiger periodes konden de duinen zich opnieuw opbouwen en was de invloed van de zee beperkt. In de literatuur spreekt men van de Flandriaanse en Duinkerke transgressies De Flandriaanse transgressie tot voor Chr. - de Noordzee wordt verbonden met de Atlantische Oceaan: ontstaan van het Nauw van Calais - daardoor ontstaan vanuit het westen nieuwe krachten: getijdenwerking en de Golfstroom - deze vormen de eerste kustbarrière met een strandwal - op de strandwal ontstaan de oude duinen - de duinengordel sluit een lagune af en beperkt de invloed van de zee - daarna evolueert de kustvlakte naar een moeras met veengroei (+/ tot 500 voor Chr.) Fig. 58: Veenbanken op het strand van Wissant: ooit was hier een zoetwatermoeras! Fig. 59: Boomstam in het veen (Wissant). Veen is een gesteente dat ontstaat wanneer meer plantenmateriaal blijft liggen dan dat er verteerd wordt.

30 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De Duinkerke transgressies - vanaf de tweede eeuw voor Chr. en nu nog bezig - verloopt in drie fasen, door regressiefasen van elkaar gescheiden Duinkerke I - 2 de eeuw voor Chr. tot 1 ste eeuw na Chr. - vooral de Midden- en Oostkust - de zee doorbreekt de oude duinen - in de kustvlakte worden geulen geslagen (kreken), bij vloed lopen deze over - veengroei stopt - sedimentatie van zand in de kreken en klei op de slikke - tijdens de 1 ste eeuw na Chr. volgt een regressieperiode: de Romeinse regressie - vorming van de middeloude duinen Duinkerke II - 4 de eeuw tot 8 ste eeuw na Chr. - veruit de belangrijkste transgressie: invloed over de ganse Vlaamse kustvlakte - sterke uitbreiding van kreken - sedimentatie van zand en klei - daarna een kalme periode met een nieuwe regressie: de Karolingische regressie (8 ste eeuw tot 11de eeuw) = begin van de vorming van een nieuwe strandwal met daarop de jonge duinen Duinkerke III - vanaf de 11de eeuw - beperktere transgressie: de zee doorbreekt de jonge duinen in de IJzerstreek en in het Zwin - maar vanaf nu is de invloed van de mens belangrijker aan het worden door dijkenbouw en inpoldering - Duinkerke III is nu nog bezig, maar wordt verhinderd door de kustverdediging Tegenwoordig betwijfelen vele auteurs de juiste betekenis van de Duinkerke transgressies. Vroeger dacht men dat deze transgressies grote, langdurige overstromingen waren. Nu blijkt uit recent onderzoek dat het ging om beperkte stormvloeden (denk aan 1953). Elke Duinkerke transgressie moet je dan eerder zien als een eeuwenlange periode waar de invloed van de zee zich beperkte tot de vorming van wadden met kreken, slikke en schorre. Een regressie was dan weer een periode waar de invloed van de zee beperkt was; al konden er hier ook kleine overstromingen optreden tijdens stormvloeden. De zogenaamde polderklei werd vooral afgezet in een waddenmilieu, door de voortdurende werking van de getijden en is dus niet het resultaat van het bezinken van sediment in een zee.

31 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.30 Fig. 60: De vroegere natuurlandschappen in onze kustvlakte. Fig. 61: Tijdens rustige periodes ontwikkelde zich in onze kustvlakte een veenlandschap (Baai van Wissant).

32 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.31 Fig. 62: Tijdens de zogenaamde Duinkerke transgressies ontstond er een waddenlandschap (het Zwin). Fig. 63: De huidige Zwingeul, een bescheiden kreekje. Fig. 64: De Zwinstreek. De Zwinstreek Ooit was het Zwin (een lokaal woord voor zee-arm ) een brede geul met veel vertakkingen, die vanuit de Noordzee via Sluis, Hoeke, en Oostkerke tot Damme strekte. Van daaruit was Brugge per schip bereikbaar. Vanaf de 14 de eeuw begon het Zwin te verzanden. In de oude bedding bleven nog talrijke plassen en kreken over. De Damse Vaart maakt gebruik van het oude Zwintracé. De streek is militair steeds belangrijk geweest. Na de scheiding der Nederlanden bouwde de Spaanse bezetter er een aantal forten (o.a. het Isabellafort te Knokke), bedoeld als speerpunt tegen de noordelijke bastions Retranchement en Sluis. Napoleon liet de Damse Vaart graven. Het natuurreservaat het Zwin is het laatste stukje onbedijkt gebied langs de Oostkust. Het reservaat is gekend voor de fauna en flora. Maar, landschappelijk gezien is dit waddengebied van zeer grote betekenis: het vormt een relictlandschap dat toont hoe onze Vlaamse kustvlakte er moet uitgezien hebben voor de inpoldering door de mens. Ook het natuurreservaat van de IJzermonding (26 ha), op de rechteroever van de gekanaliseerde havengeul van de IJzer, vormt een gelijkaardig relictlandschap met slikken en schorren.

33 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.32 Fig. 65: De Zwinstreek op een kaart van 1603 (uit Vlaanderen in oude kaarten ). Fig. 66: Op de slikke wordt klei afgezet. Fig. 67: Zeekraal tussen slikke en schorre.

34 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.33 Fig. 68: De vegetatieovergang langs een kreekje (boven). Fig. 69: Lamsoor: een typische plant van de schorre (links). Fig. 70: Gewone zoutmelde of obione komt voor waar de schorre aan het verzanden is (rechtsonder).

35 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Van natuur- naar cultuurlandschap De mens heeft het natuurlandschap van de kustvlakte langzaam omgevormd tot een cultuurlandschap dat we nu kennen als een polder. Aanvankelijk was de invloed en aanwezigheid van de mens zeer beperkt. Enkel in de rustige regressieperiodes kon de mens het gebied betreden en gebruiken voor zijn activiteiten (zoutwinning, turf steken, schapenteelt,.). Maar vanaf de middeleeuwen is de mens er in geslaagd dit landschap meer en meer in te richten naar zijn behoeften De Romeinen Kort voor de komst van de Romeinen, werden de oude duinen doorbroken door de zee. De Duinkerke I transgressie was begonnen. De veenmoerassen die daarvoor waren ontstaan, werden nu wadden. In deze toestand leerden de Romeinen de Vlaamse kustvlakte kennen: - de oude duinen vormden een verbrokkelde kustlijn; - landinwaarts daarvan waren er kreken die telkens bij vloed de slikke overstroomden; - de oude, laaggelegen veenmoerassen werden daardoor overspoeld: het werden verdronken veengebieden; - enkel op de hoogste plaatsen was er nog veengroei mogelijk. Fig. 71: Het landschap bij het begin van de Gallo-Romeinse bewoning ( na Chr.) (uit De Romeinen langs de Vlaamse kust ). Vanaf het einde van de 3 de eeuw moest de Gallo-Romeinse bewoning wijken voor: - de eerste Germaanse invallen; - het economisch verval van Noord-Gallië; - de eerste symptomen van Duinkerke II die grote delen van onze kustvlakte onbewoonbaar maakten.

36 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Een landschap ingericht voor landbouw Het einde van Duinkerke II De Duinkerke II transgressie creëerde een moeilijk toegankelijk gebied. De getijden hadden immers invloed tot aan de Zandstreek. Het duurde tot de 7 de eeuw voor er weer gunstige mogelijkheden kwamen tot bewoning. Langzaam werd de invloed van de getijden kleiner, zodat de kreken de laagste gronden niet meer overstroomden. Vervolgens gingen de kreken zelf dichtslibben met zand. Het verzoeten van het grondwater bracht dan weer een verandering van de vegetatie op de schorren teweeg. De Karolingische regressie deed haar intrede De eerste bewoning op woonheuvels Vanaf nu gingen herders vanuit de Zandstreek de hogere delen van de kustvlakte als schapenweiden gebruiken. Enkele teksten maakten vermelding van bewoning in de IJzervlakte. Hetzelfde gebeurde waarschijnlijk ook elders in de kustvlakte. Tegelijkertijd spoorden grootgrondbezitters tot ontginning van de Kuststreek aan. Kerkelijke instellingen, waaronder de Sint-Pietersabdij en de Sint-Bavo-abdij te Gent hadden grote oppervlakten schorren in handen gekregen. De eerste schaapskooien werden vanuit bedrijven in het binnenland geëxploiteerd. Om ver in de kustvlakte met kudden te kunnen doordringen, had men hier en daar woonheuvels opgeworpen. Fig. 72: Reconstructie van een woonheuvel. Vanaf de 8 ste eeuw ontstonden er individuele nederzettingen in een onbedijkt landschap. Fig. 73: In een dergelijk landschap ontstonden de eerste individuele nederzettingen. Daar deze herders leefden in een onbedijkt gebied, kon het toch nog gebeuren dat de vlakte bij storm of springtij onder water liep. In dit geval konden ze met hun kudde bescherming vinden op de kunstmatige heuvels.

37 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz De inpoldering Vanaf de 9 de eeuw werden er, onder impuls van de abdijen, dijken aangelegd. Uitgestrekte schorren werden drooggelegd en in cultuur gebracht. Het poldergebied dat daardoor ontstond, en dat later nooit meer overstroomd werd, noemt men het Oudland. De eerste nederzettingen zijn Leffinge (988), Klemskerke en Houtave (1003). Na de inpoldering deed er zich in het Oudland een reliëfinversie voor die nu nog te zien is in de polder. Tijdens Duinkerke II werden er kreken gevormd. Daardoor werd de veenondergrond op die plaats weggeslagen. Daar de stroomsnelheid in de geulen het grootst was, werd er zand (zware korrel) afgezet. Maar de kreken overstroomden bij vloed telkens de slikke. Daar werd dan, door de kleinere stroomsnelheid, klei afgezet. Tijdens de inpoldering werd het gebied ontwaterd. Dit had het volgende resultaat: - de met zand opgevulde kreken bleven op hun oorspronkelijk niveau; - de oorspronkelijk hoger gelegen slikke ging sterk inklinken zodat ze lager kwam te liggen dan de kreken. Er ontstonden langgerekte kreekruggen met een zandbodem en daarnaast bevonden zich de lager gelegen komgronden of poelen met een kleibodem. Fig. 74: Het ontstaan van een kreekrug en een komgrond. 1 = veen, 2 = klei, 3 = zand (uit De open ruimte in Vlaanderen, Kust en Polders ).

38 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.37 Fig. 75: Oudland tussen Brugge en Oostende. Links: lager gelegen komgrond met weide klei op veen. Rechts: hoger gelegen kreekrug met akker klei op zand. Fig. 76: Het langgerekte dorpje Stalhille ontstond boven op een kreekrug. Het pas bedijkte land opende grote mogelijkheden voor de mens. * Op de kreekruggen: - zandbodem en hoger gelegen (= droger); - bewoning (veiliger en grondwater); - akkerbouw. * Op de poelgronden: - klei op veen en lager gelegen (= natter); - dus veeteelt; - afgraven van veen: turfwinning = moernering; - winnen van zout: selnering. Merk op dat: - beide activiteiten moernering en selnering belangrijk gebleven zijn tot in de late middeleeuwen; - bij het opgraven van veen grote putten ontstonden in de polder ( moer ), en dat daardoor het overstromingsgevaar toenam. Misschien was dat de oorzaak voor het ontstaan van Duinkerke III.

39 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.38 De Moere van Meetkerke Deze moeren zijn ontstaan door de middeleeuwse ontginning van veen. Het gedroogde veen werd door de Brugse bevolking als brandstof aangewend. Door het jarenlange turfsteken kwam de bodem lager dan de zeespiegel en ontstond een ondiep meer. In navolging van de drooglegging van de Grote Moeren, werd omstreeks 1622 ook de ontwatering van de Meetkerkse Moere aangevat. Hierbij wierp men rond de plassen een dijk op, de zogenaamde Moerdijk. Fig. 77: De Moere van Meetkerke. Door middel van twee windmolens met schepraderen werd het water in de Blankenbergse Vaart overgepompt. De systematische ontwatering wijzigde gevoelig het landschapsbeeld: in plaats van moeras en water, kwam vochtig weien hooiland met een zeldzame fauna en flora tot stand. Er kwamen nooit huizen omdat er in de winter soms wateroverlast was. Door de ruilverkaveling in de jaren 80 verscheen een nieuw krachtig pompgemaal. Ook dit had zijn weerslag op het landschap: de hooilanden werden weilanden, terwijl de vroeger weilanden als akkers gingen fungeren. Fig. 78: Landschap van de Moere van Meetkerke. Fig. 79: De Grote Poldermolen van de Moere van Meetkerke.

40 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.39 Vanaf de eerste helft van de 11 de eeuw werd onze kust opnieuw geteisterd door enkele ernstige overstromingen. Voor het eerst na enkele eeuwen doorbrak de zee op twee verschillende plaatsen de kustbarrière. * Bij de stormvloeden van 1014 en 1042 werd de Westkust getroffen. De zee kwam binnen via de IJzermonding en zette tijdelijk een groot gebied onder water. Deze aanvallen van de zee worden aangeduid door Duinkerke IIIa. De Middellandpolders zijn pas ontstaan na de overstromingen van 1014 en 1042 en werden niet meer aangetast in de 12 de eeuw door Duinkerke IIIb. Fig. 80: De oudste nederzettingen in de overstromingsvlakte van de IJzer met de jaren van eerste vermelding. (uit Landschap en landbouw in Middeleeuws Vlaanderen ) Fig. 81: De Oude Zeedijk beschermde het Oudland aan de Westkust tegen het vloedwater dat via de IJzermonding kon binnenkomen. * Bij de stormvloed van 1134 werd Zuidwest-Nederland herleid tot een archipel van een groot aantal eilanden met brede zeearmen. Bij deze overstroming heeft de zeearm de Honte zich aanzienlijk verwijd. Een halve eeuw later (1183 en 1199), werd dit water reeds als een zee beschouwd. Deze Honte (later Westerschelde ) zal geleidelijk de voornaamste monding van de Schelde worden en de functie van de Oosterschelde overnemen. Het is tijdens deze overstroming dat het eigenlijke Zwin, de diepe geul die tot Damme reikte, werd uitgeschuurd. Vanaf de stormvloed van 1134 spreekt men van Duinkerke IIIb. Na de Duinkerke IIIb transgressie van de 12 de eeuw werden grote gebieden ingedijkt volgens een vast plan. Deze polders ontstonden op nieuwe aanwassen en bij de herindijking van overstroomde gebieden. Men noemt ze de Nieuwlandpolders.

41 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.40 Fig. 82: De verschillende polders van de Vlaamse kustvlakte (uit De open ruimte in Vlaanderen, Kust en Polders ). Na het begin van Duinkerke IIIb werd het Zwin ingedijkt door de Krinkeldijk en de Rombouts-wervedijk (1170). De dijk Hondsdam gaf in 1217 aanleiding tot het ontstaan van de stad Damme. In deze gebieden werden ook in de 13 de, 14 de en de 15 de eeuw verder dijken aangelegd. De nog goed herkenbare Graaf-Jansdijk werd in het begin van de 15 de eeuw aangelegd. Fig. 83: De afmetingen van de dijken. Deze dijken hebben momenteel geen actieve zeewerende functie meer, vandaar dat we ze slapende- of binnendijken noemen. Buitendijken zijn wakende dijken.

42 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.41 Fig. 84: Een huidige binnendijk of slapende dijk: niet zo hoog en begroeid met bomen. Ooit was dit de landzijde van een 15 de eeuwse wakende buitendijk. Fig. 85: Dezelfde binnendijk als hierboven. Ooit was dit de wadden- of zeezijde van een 15 de eeuwse wakende buitendijk. Fig. 86: De Graaf Jansdijk (Zwinstreek): een laatmiddeleeuwse kustverdediging. Fig. 87: Speciaal voor de toerist.

43 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.42 Fig. 88: De polderkant van een wakende buitendijk: hoog, steil en enkel begroeid met gras. Fig. 89: De zee- of waddenkant van een wakende buitendijk: hoog, iets minder steil en voorzien van een vlakker terras om stormgolven te breken voordat ze de kam van de dijk bereiken. Fig. 90: De getuigen van een vroegere dijkbreuk: een wiel (1), omgeven door een kraagdijk (2) en een dichtgeslibde kreek. Bij vroegere dijkdoorbraken werd door het binnenstromende water een uitkolkingsgat ( wiel ) gevormd. Het gat in de dijk werd hersteld door een kraagdijk of vingerling. Wielen liggen meestal op plaatsen waar een dijk over een verzandde kreek was gebouwd. Dit waren en bleven zwakke plaatsen in de dijk.

44 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Het landschap van de Nieuwlandpolders Kenmerkend is het strakke en vlakke karakter van het landschap. - reliëfinversie is hier niet gebeurd, daar het veen is weggeslagen door D III; - grote percelen; - kaarsrechte wegen, loodrecht op elkaar (planning!); - duidelijk herkenbare dijken (hoog, beweid en met populieren beplant); - eenvormig landschap door de strakke en rationele indeling; - bewoning ofwel verspreid, ofwel geconcentreerd in eenvoudige straat- of dijkdorpen. Een bijzonder geval van een Nieuwlandtype vormen de Grote Moeren. Hier is in de jaren 1622 een moerassig gebied met een ringdijk omgeven en door middel van windmolens drooggemalen. Ook deze droogmakerij is voorzien van een strakke rechthoekige verkaveling. Fig. 91: De Grote Moeren. De Grote Moeren De Grote Moeren beslaan een oppervlakte van ha, waarvan 1/3 op Belgisch grondgebied en 2/3 op Frans grondgebied. Vroeger bevonden zich daar twee brakwatermeren: de Grote Moeren (3 000 ha) en de Kleine Moeren (200 ha), die in contact bleven staan met de Noordzee. In 1616 kreeg de Antwerpse ingenieur Wenzel Coberger de opdracht om het gebied in te polderen. Rond de Moeren werd, over een lengte van 8 km, een dijk aangelegd met daarnaast een brede afwateringsgracht: het Ringslot. Met behulp van 20 windmolens werd het water uit de Moeren in het Ringslot overgepompt. Via het Ringslot werd het water in een kanaal geloosd, dat in Duinkerke in zee uitmondde. In enkele maanden tijd werd het gebied drooggelegd. De nieuwe grond werd in grote kavels verdeeld, waarrond een rechtlijnig grachtenstelsel werd aangelegd. In 1646 ging het gebied opnieuw verloren, toen het Spaanse leger de Moeren om strategische redenen onder water zette. Pas op het einde van de 18de eeuw werden de Moeren weer drooggemalen. Daartoe bouwde men nieuwe windmolens. De Sint Karelsmolen (geklasseerd monument) en de Sint Gustaafmolen (nu enkel nog de romp) dateren uit die periode. In 1944 kwamen ze andermaal blank te staan. Daarna werden ze terug drooggelegd. Fig. 92: Luchtfoto van een Mondriaanlandschap: de Grote Moeren.

45 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.44 Fig. 93: Links: Het Cobergermuseum (Les Moëres). Fig. 94: Boven: Schroef van Archimedes bij het Cobergermuseum (Les Moëres). Fig. 95: De Grote Moeren op een kaart van 1635 (uit Vlaanderen in oude kaarten )..

46 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.45 Fig. 96: De Grote Moeren voor de inpoldering van Fig. 97: De Grote Moeren op een huidige topografische kaart (topografische kaart N.G.I.).

47 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz.46 Fig. 98: De bakstenen poldermolen St. Karelsmolen gebouwd rond Fig. 99: Drainagekanaal vanuit de Grote Moeren naar de St. Karelsmolen. Fig. 100: Dijk en Ringslot rond de Grote Moeren. Fig. 101: De lage ligging van de Grote Moeren.

48 Natuur- en Landschapslezen Christ Naert, blz Een landschap ingericht voor toerisme De ontwikkeling van het toerisme Voor de komst van het kusttoerisme werd dit gebied bewoond door vissers en landbouwers. Vissers bouwden de voorgevel van hun woning steeds zuidwaarts, gericht naar de zon. Het dak werd langs de koude noordzijde bijna tot de grond doorgetrokken. Om in het armzalig levensonderhoud te kunnen voorzien, bewerkten veel vissersvrouwen de grond in de duinpannen. Hierdoor kregen de meeste vissershuisjes het uitzicht van een hoeve. Het toerisme heeft die vissersnederzettingen langzaam laten verdwijnen. Fig. 102: Oud vissershuisje, opgeknapt voor het toerisme (Koksijde). De eerste vorm van toerisme aan onze kust ontstond in de 19 de eeuw als een gevolg van de balneologie-therapie ; de behandeling van ziekten door baden. Water, zeelucht en een aantrekkelijke omgeving waren daarbij zeer belangrijk. Vooral langs de Engelse kust begonnen vissersplaatsen zich in te richten voor de opvang van gasten, die van hun arts badkuren kregen voorgeschreven. De badkuren gebeurden aanvankelijk in een kuip gevuld met zeewater. Door zeewater in flessen te verkopen was het zelfs mogelijk, ook thuis van de geneeskrachtige invloed van de zee gebruik te maken. Later kwam men op het idee om de badgasten met een badkoets in de zee te rijden. Bij ons verscheen de eerste badkoets in 1778 (Blankenberge). Toch kwam het kusttoerisme bij ons in de eerste helft van de 19 de eeuw slechts langzaam op gang door de slechte verkeersverbindingen. De grote opkomst van Oostende en Blankenberge ontstond door de aanleg van de eerste spoorverbindingen met het binnenland. Langs de kust liep sinds 1886 een stoomtramlijn (tussen Blankenberge en Nieuwpoort). Deze werd daarna herhaaldelijk uitgebreid. Daardoor ontstonden tegen het einde van de 19 de eeuw nieuwe badplaatsen, zoals Knokke, Wenduine, De Haan, Middelkerke en Nieuwpoort-Bad. De Westhoek met De Panne kon zich slechts veel later ontwikkelen door de meer afgelegen ligging. Een belemmering voor deze plaatsen was de grote afstand tussen de vroegere nederzetting en het strand. Dit gold eveneens voor Koksijde en Oostduinkerke. Pas met de aanleg van verbindingswegen (de zeelanen) tussen de dorpen en hun verder gelegen strand werd de aanzet gegeven tot hun verdere ontplooiing. Toch duurde het nog tot 1929 eer de eerste stoomtram De Panne binnenreed. Na de Eerste Wereldoorlog nam de aanvoer van binnen- en buitenlandse toeristen naar de kust verder toe door de nieuwe lijnvaarten Hull-Zeebrugge, Harwich-Zeebrugge en de bouw van de luchthaven van Oostende.

Geschiedenis van de duinen

Geschiedenis van de duinen Geschiedenis van de duinen Bijna de hele Nederlandse kust bestaat uit duinen. We weten hier niet beter, dan dat dat heel normaal is. Toch is dat niet zo. De kust van Frankrijk, Spanje en Portugal bijvoorbeeld

Nadere informatie

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 Holocene ingressie van de zee Willy Wintein geograaf Inhoud Holocene ingressie van de zee en de gevolgen voor de morfologie van het landschap in de oostelijke Vlaamse kustvlakte

Nadere informatie

Kustlijn van de Noordzee

Kustlijn van de Noordzee International Wadden Sea School www.iwss.org 150.000 jaar geleden - 150.000 jaar geleden was het hele Noordzeebekken bedekt met een dikke ijslaag: dit was de Saale ijstijd. - Alle zeewater was in gletsjers

Nadere informatie

Texel Landschappelijke ontwikkelingen

Texel Landschappelijke ontwikkelingen Texel Landschappelijke ontwikkelingen Een LIA-presentatie LIA staat voor: Landschappen ontdekken In een Aantrekkelijke vorm. Lia is ook de geograaf die zich gespecialiseerd heeft in de veranderende Noord-Hollandse

Nadere informatie

De duinen hebben een belangrijke functie in ons land:

De duinen hebben een belangrijke functie in ons land: De duinen De duinen hebben een belangrijke functie in ons land: 1 Zeewering 2 Waterwingebied en waterberging 3 Recreatie 4 Natuurwetenschappelijk onderzoek en natuurstudie Laatst las ik: Als de zeespiegel

Nadere informatie

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk De kust is (niet) veilig! De dijk aan de kust van Petten ziet er zo sterk en krachtig uit, maar toch is hij niet

Nadere informatie

Het gebied Begrenzing

Het gebied Begrenzing Cursus Reitdiep Het gebied Begrenzing -In het Oosten: de lijn Westerdijkshorn Wolddijk - Noorderhogebrug -In het Westen: de lijn Zuurdijk Lammerburen - Balmahuizen -In het Noorden: de lijn Onderwierum

Nadere informatie

De Noordzee HET ONTSTAAN

De Noordzee HET ONTSTAAN De Noordzee De Noordzee is de zee tussen Noorwegen, Groot-Brittannië, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland en Denemarken. De Noordzee is een ondiepe (30-200 m) randzee van de Atlantische oceaan met

Nadere informatie

Gelieve bij gebruik van (stukken uit) deze tekst, gelieve de naam van de auteur te vermelden.

Gelieve bij gebruik van (stukken uit) deze tekst, gelieve de naam van de auteur te vermelden. Ontstaan en evolutie in de Zwinstreek - Willy Wintein Nieuwe inzichten over het ontstaan en evolutie in de Zwinstreek is een in 2009 herwerkte tekst over de evolutie van het landschap in de (ruime) regio.

Nadere informatie

Zoekopdrachten bij Het water komt. **

Zoekopdrachten bij Het water komt. ** Module 1 De geschiedenis van de Delta. 1 Strijd tussen land en water 2 Overstromingen door de eeuwen heen 3 Oorzaken van overstromingen: de mens zelf 4 Waterbeheer. Blz. 4 Achter de duinen had je veengronden

Nadere informatie

KNAG-excursie Aardkundige monumenten in Noord-Holland

KNAG-excursie Aardkundige monumenten in Noord-Holland KNAG-excursie Aardkundige monumenten in Noord-Holland 15 september 2012 i.s.m. Provincie Noord-Holland o.l.v. Pim Beukenkamp (KNAG) Rob Adriaens (KNAG) Eric Khodabux (Provincie Noord-Holland) Deon Slagter

Nadere informatie

Post I. A: Oude duinen B: Zeekleilandschap. Bodemgebruik: A: Bos. B: Grasland

Post I. A: Oude duinen B: Zeekleilandschap. Bodemgebruik: A: Bos. B: Grasland Post I Opdracht I: Om welke twee landschappen gaat het? A: Oude duinen B: Zeekleilandschap Grondsoorten: Bodemgebruik: Inrichtingselementen: A: Oud duinzand A: Bos A: Kasteel, woningen B: Jonge zeeklei

Nadere informatie

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Dijken Kijken naar dijken www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Kijken naar dijken Zonder de duinen en de dijken zou jij hier niet kunnen wonen: bijna de

Nadere informatie

Vragen over landschappen die we gaan behandelen

Vragen over landschappen die we gaan behandelen Landschappen Vragen over landschappen die we gaan behandelen Wat zijn landschappen? Waar komen ze voor? Hoe zien ze er uit? Welke informatie geven ze? Hoe zijn ze ontstaan? Wat is landschap? Dit? Kerk

Nadere informatie

Lesbrief BIJZONDERE SCHATTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE

Lesbrief BIJZONDERE SCHATTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VMBO BIJZONDERE SCHATTEN De haven van Rotterdam wordt te klein. Voor de in- en uitvoer van goederen is meer ruimte nodig in de haven. Daarom komt er een uitbreiding

Nadere informatie

Een andere mogelijke betekenis is dat het zou gaan over een verheffing naast de Zenne

Een andere mogelijke betekenis is dat het zou gaan over een verheffing naast de Zenne Heffen: Verklaring naam Heffen: Eerste maal vermelding in 1088 Heffena = Heffe en A Wil zeggen bezinksel en water Mogelijke betekenis: modderbeek of moerasgebied Een andere mogelijke betekenis is dat het

Nadere informatie

Kwelder. Woordenboekspel. Spel. VO onderbouw

Kwelder. Woordenboekspel. Spel. VO onderbouw Spel Doel: Materialen: Leerlingen kennen na afloop de betekenis van de volgende termen: getijdebeweging, kwelder, springvloed, brak water, slenk, halofyten, schor, opslibbing. Per groepje van 4 leerlingen:

Nadere informatie

De geschiedenis van het Zwin

De geschiedenis van het Zwin De geschiedenis van het Zwin Situering (doorheen de tijd): Evolutie van het Zwin onderhevig aan cultivering door de mens. Oudheid en de bevolking voor de indijking van de Vlaamse kustvlakte De eerste fase

Nadere informatie

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud Tussenresultaten 2011-2015 De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud De Zandmotor In 2011 is voor de kust van Ter Heijde en Kijkduin De Zandmotor aangelegd: een grote kunstmatige zandbank in

Nadere informatie

a) Getijdenwerking en overstromingen op de Schelde

a) Getijdenwerking en overstromingen op de Schelde EXCURSIEPUNT DE SCHELDEVALLEI Hoogte = Ter hoogte van het voormalige jachtpaviljoen, De Notelaar, gelegen aan de Schelde te Hingene (fig. 1 en 2), treffen we een vrij groot slikke- en schorregebied aan,

Nadere informatie

Fysisch milieu. Cursus natuurgids

Fysisch milieu. Cursus natuurgids Fysisch milieu Cursus natuurgids 1 Inhoud 1 Beknopte initiatie in enkele abiotische processen 2 Landschapsvorming in Vlaanderen 3 Bodems 2 1 Abiotische processen 1 Abiotische processen vaststellingen Lithosfeer:vast

Nadere informatie

IJstijden. Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd

IJstijden. Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd IJstijden Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd IJstijden Glaciaal tijdens het pleistoceen 2.500.000-100.000 jaar geleden 1. ijs duwt de bodem naast en voor zich om hoog en zo ontstonden stuwwalen. 2. ijs

Nadere informatie

De Schelde, een globale schets: Geomorfologie van de Schelde

De Schelde, een globale schets: Geomorfologie van de Schelde De Schelde, een globale schets: Geomorfologie van de Schelde Jean Jacques Peters Raadgevend ingenieur - rivierenspecialist V.U. Brussel - Vakgroep Waterbouwkunde en Hydrologie Geomorfologie van de Schelde

Nadere informatie

Lesbrief DUURZAAM BOUWEN OPDRACHT 1 - WAT IS DAT, DUURZAAMHEID?

Lesbrief DUURZAAM BOUWEN OPDRACHT 1 - WAT IS DAT, DUURZAAMHEID? Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW DUURZAAM BOUWEN De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip

Nadere informatie

Bedreigingen. Broeikaseffect

Bedreigingen. Broeikaseffect Bedreigingen Vroeger gebeurde het nogal eens dat de zee een gat in de duinen sloeg en het land overspoelde. Tegenwoordig gebeurt dat niet meer. De mensen hebben de duinen met behulp van helm goed vastgelegd

Nadere informatie

Ondanks de onheilspellende weerberichten, hielden we het droog!

Ondanks de onheilspellende weerberichten, hielden we het droog! HERFSTWANDELING 27 OKTOBER 2013 NATUURPUNT SPOUWEN SPOUWEN--AMELSDORP Mooie opkomst, een 25-tal deelnemers. Ondanks de onheilspellende weerberichten, hielden we het droog! De Bronnenwandeling 8.5 km. Stevige

Nadere informatie

DE CACHE MEER POLDER. De volgende attributen zul je zeker nodig hebben: - natuurlijk een GPS (al dan niet in de vorm van een smartphone),

DE CACHE MEER POLDER. De volgende attributen zul je zeker nodig hebben: - natuurlijk een GPS (al dan niet in de vorm van een smartphone), Met de cache Meer Polder beleef je het heden en verleden van de Meerpolder. Het is een prachtige tocht van ca. 9 km die je lopend of met de fiets kunt doen. Bij Zoetermeer ligt een polder die is heel bijzonder

Nadere informatie

VENSTER OP HET LANDSCHAP (3) De Zwingeul tussen Sint-Anna ter Muiden en Sluis

VENSTER OP HET LANDSCHAP (3) De Zwingeul tussen Sint-Anna ter Muiden en Sluis Tenslotte moest de aannemer aan beide zijden van het dak een goot van dobbel tijckloot en een af. oerpijp hangen die het hemelwater naar de regenbak leidde. Volgens het bestek kwam het vervoer van de bouwmaterialen

Nadere informatie

Deel 1 Toen en nu 13

Deel 1 Toen en nu 13 Deel 1 Toen en nu 13 14 Historie Het huidige typisch Nederlandse landschap met polders en dijken kent een lange historie. Na de laatste grote ijstijd, ongeveer 10.000 jaar geleden, werd door een stijgende

Nadere informatie

2 Bemesting 44 2.1 Meststoffen 44 2.2 Soorten meststoffen 46 2.3 Grondonderzoek 49 2.4 Mestwetgeving 49

2 Bemesting 44 2.1 Meststoffen 44 2.2 Soorten meststoffen 46 2.3 Grondonderzoek 49 2.4 Mestwetgeving 49 Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Bodem en grond 9 1.1 Grond, bodem en grondsoorten 9 1.2 Eigenschappen van grond 20 1.3 Problemen met de grond 23 1.4 Verbeteren van landbouwgronden 30 1.5 Transport van

Nadere informatie

Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN

Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN Paleogeografie van Nederland Zeespiegelstijging Tussen

Nadere informatie

situering projectlocatie aan de historische kerkring van Wissekerke Landgoed Wissekerke

situering projectlocatie aan de historische kerkring van Wissekerke Landgoed Wissekerke situering projectlocatie aan de historische kerkring van Wissekerke geomorfologie getijdevlakte kreekrug getijdevlakte projectlocatie ligt op de kreekrug op de overgang naar het voormalige getijdevlak

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE BIJZONDERE SCHATTEN LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS De haven van Rotterdam wordt te klein. Voor de in- en uitvoer van goederen is meer ruimte nodig in de haven. Daarom is

Nadere informatie

DE Hoek van Holland (ook genoemd de Beer") is door het graven van de

DE Hoek van Holland (ook genoemd de Beer) is door het graven van de 226 DE LEVENDE NATUUR. deelen. Nog kwam Frans Kooymans, ook een jeugdig lid van onze Haagsche Club van Trekwaarnemers" als photografisch medewerker opdagen. Ziehier dan de vrucht van een echt prettige

Nadere informatie

6,7. Paragraaf 1, Hoe is het Nederlandse landschap ontstaan. Samenvatting door een scholier 835 woorden 10 januari keer beoordeeld

6,7. Paragraaf 1, Hoe is het Nederlandse landschap ontstaan. Samenvatting door een scholier 835 woorden 10 januari keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 835 woorden 10 januari 2005 6,7 63 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Hoofdstuk 8, Landschappen. Paragraaf 1, Hoe is het Nederlandse landschap ontstaan. 1. Landschap: Het

Nadere informatie

Lesbrief. watersnoodramp. 1 februari Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. watersnoodramp. 1 februari Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief watersnoodramp 1 februari 1953 www.wshd.nl/1953 Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta 1 februari 1953 Op zaterdagmiddag 31 januari 1953 stak een hevige wind op. Die wind groeide s nachts

Nadere informatie

SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens

SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens Structuur Vlaamse kust probleem Kustveiligheidsbeleid Kustveiligheidsplan aanpak oplossing

Nadere informatie

3. Hydrologie van Nederland

3. Hydrologie van Nederland 3. Hydrologie van Nederland 3.1. Geologie In Nederland liggen voornamelijk de geologische lagen van het Kwartair aan de oppervlakte. De oudere lagen uit het Tertiair liggen op grotere diepte; alleen in

Nadere informatie

Thema: Slag om de Schelde en de invloed op het Nieuwe land.

Thema: Slag om de Schelde en de invloed op het Nieuwe land. Thema: Slag om de Schelde en de invloed op het Nieuwe land. Op 6 juni 1944 is het D Day, dat wordt nog steeds gevierd want het is het begin van de bevrijding van West Europa. Eigenlijk betekent D Day de

Nadere informatie

Op welke ondergrond leven wij in Pijnacker Noord?

Op welke ondergrond leven wij in Pijnacker Noord? Op welke ondergrond leven wij in Pijnacker Noord? De ondergrond van Pijnacker-Noord heeft in de loop der tijden veel veranderingen ondergaan. Deze veranderingen worden hieronder beschreven (vgl. Figuur

Nadere informatie

Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015

Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015 Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015 Datum laag water Lauwersoog Naam Locatie/hulpmiddel Locatie(detail) Begeleiders 19-4-2015 18:06 Heffezand Wad/Schip Op het wad tussen Simonszand en de kust 2-5-2015

Nadere informatie

Lesbrief DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS. Van ijs tot water

Lesbrief DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS. Van ijs tot water Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS De haven van Rotterdam wordt te klein, omdat we steeds meer goederen bestellen uit verre landen, zoals China.

Nadere informatie

Figuur 4.1 Stroomschema archeologie gemeente Terneuzen

Figuur 4.1 Stroomschema archeologie gemeente Terneuzen Gemeentelijk beleid Algemeen Op 27 januari 2011 is door de gemeenteraad van Terneuzen het interim beleid archeologie vastgesteld. De insteek van dit beleid is het regelen van archeologie in ruimtelijke

Nadere informatie

Van St.-Philipsland tot St.-Malo. Fotoreportage

Van St.-Philipsland tot St.-Malo. Fotoreportage Van St.-Philipsland tot St.-Malo Fotoreportage Basisdoctoraal Excursie Fysische Geografie Universiteit Utrecht 7 tot 13 mei 2003 www.geog.uu.nl/dejong kies: teaching, kies: basisdoctoraal excursie Steven

Nadere informatie

Analyse grensoverschrijdende verzilting grondwater in het poldergebied van de provincies Oost-Vlaanderen, WestVlaanderen en Zeeland (fase 2)

Analyse grensoverschrijdende verzilting grondwater in het poldergebied van de provincies Oost-Vlaanderen, WestVlaanderen en Zeeland (fase 2) ScaldWIN WP3 Analyse grensoverschrijdende verzilting grondwater in het poldergebied van de provincies Oost-Vlaanderen, WestVlaanderen en Zeeland (fase 2) Dieter Vandevelde Vlaamse Milieumaatschappij Afdeling

Nadere informatie

Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015

Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015 Wad een Workshop Onderzoekstochten 2015 Datum Naam Locatie/hulpmiddel Locatie(detail) Begeleiders 19-4-2015 Heffezand Wad/Schip Op het wad tussen Simonszand en de kust 2-5-2015 Eiland Emo en Menko Kwelder

Nadere informatie

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging?

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Op de Aarde wonen er ongeveer 6 446 131 400 mensen. In België wonen er 10 584 534. De meeste mensen wonen in de bergen / in de woestijn / in de nabijheid van water/

Nadere informatie

Thema 4: Toeristische landschappen: Toerisme in Europa en België LWB p1-19

Thema 4: Toeristische landschappen: Toerisme in Europa en België LWB p1-19 Thema 4: Toeristische landschappen: Toerisme in Europa en België LWB p1-19 1. Toerisme in Europa 1.1 Aantrekkingsfactoren p6-7 Menselijke aantrekkingsfactoren Cultuurfactoren Begeleidende factoren Natuurlijke

Nadere informatie

Nederland, waterland

Nederland, waterland Nederland, waterland inhoud. Nederland, waterland 3 2. Hoe Nederland veranderde. 4 3. Het Deltagebied 7 4. Grote overstromingen 9 5. De polder 6. De grond daalt 3 7. De strijd tegen het water 4 8. Modern

Nadere informatie

15/03/2016. Fysisch milieu. Cursus natuurgids. Inhoud. 1 Beknopte initiatie in enkele abiotische processen 2 Landschapsvorming in Vlaanderen 3 Bodems

15/03/2016. Fysisch milieu. Cursus natuurgids. Inhoud. 1 Beknopte initiatie in enkele abiotische processen 2 Landschapsvorming in Vlaanderen 3 Bodems Fysisch milieu Cursus natuurgids 1 Inhoud 1 Beknopte initiatie in enkele abiotische processen 2 Landschapsvorming in Vlaanderen 3 Bodems 2 1 Tektoniek: de aardkorst beweegt platen bewegen uit elkaar Alfred

Nadere informatie

HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE:

HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE: HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE: (ON)VERZOENBAAR? Is een verdere scheldeverdieping mogelijk, gewenst, noodzakelijk? Jean Jacques Peters Raadgevend Ingenieur Leader Port of Antwerp International Expert Team Jean

Nadere informatie

gebiedsontwikkeling perkpolder hulst

gebiedsontwikkeling perkpolder hulst gebiedsontwikkeling perkpolder hulst De ontwikkeling van een aantrekkelijk woon-, werk- en recreatielandschap Gebiedsontwikkeling Perkpolder De ontwikkeling van een aantrekkelijk woon-, werk- en recreatielandschap

Nadere informatie

Extra: Terpen hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/79565

Extra: Terpen hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/79565 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 03 oktober 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/79565 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID. Dr. ir. Nathalie Balcaen

MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID. Dr. ir. Nathalie Balcaen MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID Dr. ir. Nathalie Balcaen Agenda promofilm Kustveiligheid korte historiek toelichting van de werken in de verschillende kustgemeentes communicatie Kustveiligheid Korte historiek

Nadere informatie

Ontstaan en ontwikkeling van platen en geulen in de Westerschelde

Ontstaan en ontwikkeling van platen en geulen in de Westerschelde Ontstaan en ontwikkeling van platen en geulen in de Westerschelde Prof. Ir. Jean J. Peters Raadgevend ingenieur Expert-team Haven Antwerpen De vragen: Hoe ontstonden de platen en geulen in de Westerschelde?

Nadere informatie

Tastbare Tijd, Bilthoven

Tastbare Tijd, Bilthoven Tastbare Tijd, Bilthoven WERKBLAD Tijdlaag tot 1000 Op de grens van droog en nat a. Welke dorpen en kernen liggen er allemaal in deze gemeente? b. Aan welke gemeenten grenst de gemeente de Bilt? c. Wat

Nadere informatie

Landschapsplan Voormalig Eiland van Cadzand

Landschapsplan Voormalig Eiland van Cadzand -d L;'. --. s,*c- Landschapsplan Voormalig Eiland van Cadzand Landschapsplan Voormalig Eiland van Cadzand West Zeeuwsch-Vlaanderen tekent zich scherp af als groene oase te midden van een sterk verstedelijkte

Nadere informatie

LEZEN. Terpentijd - 1500

LEZEN. Terpentijd - 1500 1 LEZEN Terpentijd - 1500 Friesland bestaat eigenlijk uit drie delen: de klei, het veen en het zand. De eerste boeren woonden op het zand (De Wouden en Gaasterland). Hun aardewerk in de vorm van trechters

Nadere informatie

WERKBLAD mijn landschap

WERKBLAD mijn landschap WERKBLAD mijn landschap Hoe zie jij het landschap? Wat vind je mooi of belangrijk? Ga alleen of in groepjes aan de slag en maak - een presentatie op papier of digitaal - een gedicht, een verhaal of een

Nadere informatie

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Planvoornemen In opdracht van de gemeente Delfzijl, vertegenwoordigd door mevr. E. van Joolen, is een cultuurhistorisch

Nadere informatie

Lesbrief DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS. Van ijs tot water

Lesbrief DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS. Van ijs tot water Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VMBO DIJKEN BOUWEN OPDRACHT 1 - EEN DIJK VAN EEN GESCHIEDENIS De haven van Rotterdam wordt te klein, omdat we steeds meer goederen bestellen uit verre landen,

Nadere informatie

Roestig land. De Wijstgronden

Roestig land. De Wijstgronden Roestig land De Wijstgronden Verslag van de lezing en excursie van Professor R. T. van Balen en Nico Ettema voor de Werkgroep Geologie en Landschap. Bedafse Bergen, Uden. 10.00-1600 uur. Een mooie herfstdag.

Nadere informatie

Steekkaart. Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer.

Steekkaart. Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer. INVENTARIS GRONDVERSCHUIVINGEN Steekkaart Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer. De gegevens in dit rapport en in de steekkaarten worden enkel meegedeeld

Nadere informatie

DEEL 3. Naverwerking. Provincie West-Vlaanderen DE BERGEN 159

DEEL 3. Naverwerking. Provincie West-Vlaanderen DE BERGEN 159 DEEL 3 Naverwerking 159 160 In dit deel worden enkele opdrachten voorgesteld om de waarnemingen uit een excursie in De Bergen te ordenen en samen te voegen tot een overzichtelijk geheel. Op basis daarvan

Nadere informatie

Maar je kunt Frankrijk ook ontdekken per boot via de rivieren en kanalen. Wij doen dat al een paar jaar met onze boot, de Cadans III.

Maar je kunt Frankrijk ook ontdekken per boot via de rivieren en kanalen. Wij doen dat al een paar jaar met onze boot, de Cadans III. Frankrijk het meest favoriete vakantieland van Nederland. Velen gaan met de auto, caravan, camper of fiets. Voor een weekend bezoekt men vaak Parijs of een van de andere fraaie steden. Maar je kunt Frankrijk

Nadere informatie

2.4 Transport. Figuur 21 : Dichtheid van de drie types vee op het niveau van de clusters

2.4 Transport. Figuur 21 : Dichtheid van de drie types vee op het niveau van de clusters IV. Beschrijving van de drijvende krachten en Analyse van druk en impact Figuur 21 : Dichtheid van de drie types vee op het niveau van de clusters 15 100 Aantal per ha BLO (runderen en varkens) 12 9 6

Nadere informatie

Berg en kroute reub 6,6 km

Berg en kroute reub 6,6 km Berg en Breukroute 6,6 km Een wandelroute die Berg en Breukroute heet en niet in Zuid- Limburg of de Ardennen ligt? Dat klinkt u wellicht vreemd in de oren. Tenminste, als u nog niet bekend bent met de

Nadere informatie

Vossekotstraat Keet Tielrode

Vossekotstraat Keet Tielrode ROUTEBESCHRIJVING Hieronder worden alle punten die jullie passeren, opgesomd. Zij staan niet in de juiste volgorde, het is aan jullie om de beste en kortste route uit te stippelen met behulp van bijgevoegde

Nadere informatie

Ontstaan en evolutie van het landschap in de ZWINSTREEK

Ontstaan en evolutie van het landschap in de ZWINSTREEK Ontstaan en evolutie van het landschap in de ZWINSTREEK Het gebied Willy Wintein De naam Zwinstreek wordt gegeven aan het deel van de Vlaamse kustvlakte, dat zich uitstrekt ten noordoosten van Brugge.

Nadere informatie

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1).

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). Afbeelding I.1. Vorming stuwwal Nijmegen en stuwwal Reichswald Zandige

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Loonse en Drunense duinen

Werkstuk Aardrijkskunde Loonse en Drunense duinen Werkstuk Aardrijkskunde Loonse en Drunense d Werkstuk door een scholier 1890 woorden 30 oktober 2004 7 79 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde De Loonse en Drunense D A. Tot welk landschapstype behoort het

Nadere informatie

ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL

ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL De ontwikkeling van het landschap Het perceel ligt ten oosten van Enschede aan de voet van de stuwwal waarop de stad is gevestigd. De voet

Nadere informatie

Drie aardkundige monumenten

Drie aardkundige monumenten 10 Drie aardkundige monumenten Aardkundige monumenten geven iets weer van de ontstaansgeschiedenis van ons landschap. Een geschiedenis die ons honderden, duizenden of zelfs miljoenen jaren terugvoert in

Nadere informatie

De Mandel aan de Durme gebonden.

De Mandel aan de Durme gebonden. De Mandel aan de Durme gebonden. A. Het Oer-Durmedal in de Vlaamse Vallei te Deinze. De afwatering langs de Vlaamse Vallei is in de loop der tijden vele malen gewijzigd. Het beken- en rivierenstelsel is

Nadere informatie

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen.

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen. 5 Lastige woorden Blad Zand en klei Heide Een lage plant met paarse bloemen. Voedingsstoffen Voedsel dat planten nodig hebben om te groeien. Boomgaard Een stuk land met fruitbomen. Greppel Een kleine droge

Nadere informatie

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude 8 + 9 september 2012 Vanaf dit punt had u voor 1759 uitzicht op de Hazerswoudse Plas, al het ingekleurde

Nadere informatie

De vastgoedactiviteit volgt de evolutie van het aantal vastgoed-gerelateerde dossiers op die maandelijks binnekomen in de notariskantoren.

De vastgoedactiviteit volgt de evolutie van het aantal vastgoed-gerelateerde dossiers op die maandelijks binnekomen in de notariskantoren. NOTARISBAROMETER VASTGOED AAN DE KUST WWW.NOTARIS.BE S1 2017 VASTGOEDACTIVITEIT AAN DE KUST De vastgoedactiviteit volgt de evolutie van het aantal vastgoed-gerelateerde dossiers op die maandelijks binnekomen

Nadere informatie

Lesbrief BIJZONDERE SCHATTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE

Lesbrief BIJZONDERE SCHATTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - HAVO/VWO BIJZONDERE SCHATTEN De haven van Rotterdam wordt te klein. Voor de in- en uitvoer van goederen is meer ruimte nodig in de haven. Daarom komt er een uitbreiding

Nadere informatie

Praktische opdracht Aardrijkskunde het Nederlands Landschap

Praktische opdracht Aardrijkskunde het Nederlands Landschap Praktische opdracht Aardrijkskunde het Nederlands Landschap Praktische-opdracht door een scholier 2220 woorden 15 juni 2007 6,3 33 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Praktische opdracht 3 Inleiding Deze

Nadere informatie

Nieuwe vijver aan de Groen van Prinstererlaan.

Nieuwe vijver aan de Groen van Prinstererlaan. Nieuwe vijver aan de Groen van Prinstererlaan. Medio 2015 heeft een graafmachine een grote kuil gegraven onderaan het talud op de hoek van de Groen van Prinstererlaan en de Thorbeckelaan (zie onderstaande

Nadere informatie

Aantal 2014 Opp. Luchtfoto 2014

Aantal 2014 Opp. Luchtfoto 2014 Noordvoort - Monitoring ontwikkeling geomorfologie Verandering overstuivingszones 2014-2015 Ter verbetering van de dynamiek in de zeereep tussen Zandvoort en Noordwijk zijn een aantal stuifkuilen aangelegd.

Nadere informatie

Naar een Veilige, Natuurlijke, Aantrekkelijke, Duurzame en Ontwikkelende Kust

Naar een Veilige, Natuurlijke, Aantrekkelijke, Duurzame en Ontwikkelende Kust Naar een Veilige, Natuurlijke, Aantrekkelijke, Duurzame en Ontwikkelende Kust OPGAVE : KLIMAATVERANDERING - KUSTVERDEDIGING veiligheidsniveau t.o.v. 1000j storm 2% 27% % lager % hoger 71% % verder onderzoek

Nadere informatie

GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat

GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat Naam GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat Groot Brittannië Groot-Brittannië is Schotland, Engeland en Wales samen. Engeland is het grootst van Groot-Brittannië en Wales het kleinst. Engeland heeft meer dan 46

Nadere informatie

Ruimtelijke klimaatscenario s voor Vlaanderen. & Impact op overstromingen en droogte

Ruimtelijke klimaatscenario s voor Vlaanderen. & Impact op overstromingen en droogte Ruimtelijke klimaatscenario s voor Vlaanderen & Impact op overstromingen en droogte Prof. dr. ir. Patrick WILLEMS KU Leuven - Afdeling Hydraulica Klimaateffecten & -impacten Klimaateffecten & -impacten

Nadere informatie

LESBRIEF BOVENBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE

LESBRIEF BOVENBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - SCHATGRAVEN IN DE NOORDZEE BIJZONDERE SCHATTEN LESBRIEF BOVENBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS De haven van Rotterdam wordt te klein. Voor de in- en uitvoer van goederen is meer ruimte nodig in de haven. Daarom is

Nadere informatie

Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen

Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen Ontwikkeling van het dynamische kustlandschap van West Zeeuwsch-Vlaanderen Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen '::>::>::''::::

Nadere informatie

Inhoud 1. De zee is groot 2. Zonder zee geen leven 3. Golven 4. De zee is zout 5. De zee en rivieren 6. De kleur van de zee

Inhoud 1. De zee is groot 2. Zonder zee geen leven 3. Golven 4. De zee is zout 5. De zee en rivieren 6. De kleur van de zee De zee Inhoud. 1. De zee is groot 3 2. Zonder zee geen leven 4 3. Golven 5 4. De zee is zout 6 5. De zee en rivieren 7 6. De kleur van de zee 8 7. De kust en de branding 9 8. Sporten op zee 10 9. Werken

Nadere informatie

Invloed van menselijke ingrepen en klimaatsverandering op de evolutie van zoet-zoutwaterverdeling in het Vlaamse kustgebied

Invloed van menselijke ingrepen en klimaatsverandering op de evolutie van zoet-zoutwaterverdeling in het Vlaamse kustgebied Invloed van menselijke ingrepen en klimaatsverandering op de evolutie van zoet-zoutwaterverdeling in het Vlaamse kustgebied Luc Lebbe Onderzoeksgroep Grondwatermodellering Vakgebied Geologie en Bodemkunde

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1.1 1.2 en 4.1 4.2 Samenvatting door een scholier 1402 woorden 5 december 2017 7 21 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Aardrijkskunde toetsweek 1

Nadere informatie

Toeristen in Nederland

Toeristen in Nederland Toeristen in Nederland Het is bijna zomer. Veel Nederlanders gaan lekker op vakantie naar het buitenland. Maar er komen ook heel veel buitenlandse toeristen naar Nederland. Hoeveel zijn dat er eigenlijk?

Nadere informatie

RING ZUID GRONINGEN HAALBAAR DANKZIJ COMBINATIE HEREPOORT

RING ZUID GRONINGEN HAALBAAR DANKZIJ COMBINATIE HEREPOORT dia 1 RING ZUID GRONINGEN HAALBAAR DANKZIJ COMBINATIE HEREPOORT Helperzoomtunnel Jan Pieter Schuitemaker Helperzomtunnel dia 3 Geologie Noordoost Nederland GEOLOGISCHE ONTWIKKELINGEN WAAR WE IN DE GEOTECHNIEK

Nadere informatie

Dynamische Delta. Bewoonbaar, leefbaar en veilig door natuurlijke processen.

Dynamische Delta. Bewoonbaar, leefbaar en veilig door natuurlijke processen. Dynamische Delta Bewoonbaar, leefbaar en veilig door natuurlijke processen. 1 Colofon Dynamische Delta - bewoonbaar, leefbaar en veilig door natuurlijke processen. Prijsvraag Nederland Deltaland Auteur:

Nadere informatie

Naam : Van Werven Holding B.V. t.a.v. : Dhr. T. van der Giessen Straat : Verlengde Looweg 7 Postcode : 8096 RR Plaats : Oldebroek - 1 -

Naam : Van Werven Holding B.V. t.a.v. : Dhr. T. van der Giessen Straat : Verlengde Looweg 7 Postcode : 8096 RR Plaats : Oldebroek - 1 - Inrichtingsplan Verlengde Looweg 7 Naam : Van Werven Holding B.V. t.a.v. : Dhr. T. van der Giessen Straat : Verlengde Looweg 7 Postcode : 8096 RR Plaats : Oldebroek Rosendael 2a 6891 DA Rozendaal Contactpersoon:

Nadere informatie

Grenzeloze Schelde 25 november 2013. MDK-Afdeling Kust Kustbescherming- Masterplan Kustveiligheid. ir. Peter DeWolf

Grenzeloze Schelde 25 november 2013. MDK-Afdeling Kust Kustbescherming- Masterplan Kustveiligheid. ir. Peter DeWolf Grenzeloze Schelde 25 november 2013 MDK-Afdeling Kust Kustbescherming- Masterplan Kustveiligheid ir. Peter DeWolf Een kunstmatig versterkte kustlijn 38 km zeedijken (meer dan de helft van de kustlijn)

Nadere informatie

Lesbrief: Landschap. De IJstijd. Oude duinen. Jonge duinen

Lesbrief: Landschap. De IJstijd. Oude duinen. Jonge duinen De IJstijd Tijdens de laatste ijstijd, zo n 75.000 tot 10.000 jaar geleden lag heel Noord-Europa onder een dikke ijslaag. Tot in Denemarken en Noord-Duitsland lag deze ijslaag. Het niveau van de Bollenstreek

Nadere informatie

Lesbrief. watersnoodramp. 1 februari 1953. www.wshd.nl/1953. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. watersnoodramp. 1 februari 1953. www.wshd.nl/1953. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief watersnoodramp 1 februari 1953 www.wshd.nl/1953 Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta 1 februari 1953 Op zaterdagmiddag 31 januari 1953 stak een hevige wind op. Die wind groeide s nachts

Nadere informatie

Internationale Dijk verdwijnt; 120 ha extra Zwin in de plaats

Internationale Dijk verdwijnt; 120 ha extra Zwin in de plaats PERS B E RI CHT, K N O K K E-H EIST 4 FEB RUARI 2 0 1 9 MIJLPAAL IN DE UITBREIDING VAN HET ZWIN Internationale Dijk verdwijnt; 120 ha extra Zwin in de plaats De laatste fase van de uitbreidingswerken in

Nadere informatie

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort.

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort. Eemmeer een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent Eem VAN BRON TOT DELTA Amersfoort Gelderse vallei Paul de Kort Utrechtse heuvelrug stuw gemaal Een Deltarivier in De Blaricummermeent De rivier

Nadere informatie

Beschrijving van het overstromingsevent van 20/08/02 op de Molenbeek te Brakel. IN.A

Beschrijving van het overstromingsevent van 20/08/02 op de Molenbeek te Brakel. IN.A Beschrijving van het overstromingsevent van 20/08/02 op de Molenbeek te Brakel. Pieter Cabus IN.A.2002.184 Op 20/08/2002 werden verschillende delen van Vlaanderen getroffen door intensieve neerslag. Op

Nadere informatie