Transitie naar een informatiemaatschappij : Perspectieven en uitdagingen voor België

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Transitie naar een informatiemaatschappij : Perspectieven en uitdagingen voor België"

Transcriptie

1 Transition Transitie naar vers een une informatiemaatschappij société de l information : : Perspectives Perspectieven et en enjeux uitdagingen pour la voor Belgique. België Bureau Federaal Fédéral Planbureau du Plan R&D O&O et en innovation innovatie in en België Belgique Série Studiereeks d études 04

2

3 Transitie naar een informatiemaatschappij : Perspectieven en uitdagingen voor België Federaal Planbureau O&O en innovatie in België Studiereeks 04 O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 1

4 Inhoudstafel 2 Inleiding 4 Hoofdstuk 1 : Productie en diffusie van de ICT in België De productie De diffusie 8 Inhoudstafel Hoofdstuk 2 : De economische impact van de ICT Op macro-economisch vlak Op micro-economisch vlak Business cycle en NAIRU 12 Hoofdstuk 3 : Analyse op het niveau van de ondernemingen 13 Hoofdstuk 4 : E-government Wat is e-gov? Belgische initiatieven op het gebied van e-gov Implementatie van e-gov 17 Hoofdstuk 5 : Impact van ICT op de fiscale en para-fiscale ontvangsten Global Information Infrastructure Gevolgen inzake inkomstenbelasting Gevolgen inzake productbelasting Voor- en nadelen 23 Hoofdstuk 6 : Impact van ICT op de sociale organisatie Armoede en de digitale kloof ICT en arbeidsmarkt : de kloof verbreedt 26 2 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

5 Hoofdstuk 7 : Ruimtelijke organisatie van het grootstedenbeheer Geografische agglomeratie van de economische activiteiten in een stedelijke regio Determinanten van de geografische dynamiek van de werkgelegenheid Lokalisatie van de aan ICT-verwante sectoren: stedelijke specificiteit? 31 Hoofdstuk 8 : Conclusies : van analyse naar aanbevelingen De bescherming van de persoonlijke levenssfeer waarborgen met de nodige wettelijke middelen De veiligheid van de elekronische transacties waarborgen, vereist een internationale samenwerking en een aanpassing van de wetgevingen Een kwaliteitsinfrastructuur tegen een betaalbare prijs bevorderen door de interoperabiliteit van de netwerken te behouden Een aantrekkelijke lokale inhoud ontwikkelen die voordeel haalt uit de uitvoering van e-government Bijzondere aandacht schenken aan het onderwijs, wiens rol essentieel is De O&O rond informatie- en communicatietechnologieën aanmoedigen en de resultaten door de privé-sector laten benutten De digitale kloof, die tot uitsluiting kan leiden, beperken 41 Annexen Publicaties voor rekening van het prokect 43 Interne notas bij het project 44 Publicaties bij het project 44 Colloquia georganiseerd in het kader van het project 45 Overige valorisaties 45 O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 3

6 Inleiding Op 4 september 2001 werd er tussen de Federale overheid en het Federaal Planbureau een onderzoeksovereenkomst getekend. Het Federaal Planbureau kreeg de opdracht om een inzicht te verwerven in de economische en sociale uitdagingen van de ontwikkeling van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) in België. Dat project kreeg de steun van het Federaal Wetenschapsbeleid. In dit document wordt een uiteenzetting gegeven over dat onderzoeksproject. Ook zullen de onderzoeksvragen en de inhoudelijke bevindingen en de geformuleerde conclusies kort worden besproken. 1 Na de formulering van de basisprobleemstelling, namelijk de analyse van de economische en sociale gevolgen van de ontwikkeling en de toepassing van ICT in België, werden er bij de doelstellingen van het project onmiddellijk drie fundamentele maatschappelijke terreinen afgebakend. Het eerste is de economische organisatie. Het gaat dan niet alleen om de macro-economische effecten, maar ook om de effecten op de relaties binnen ondernemingen en tussen ondernemingen onderling. Het tweede terrein bevat de sociale gevolgen van de digitale revolutie, de mogelijke consequenties van een numerieke breuk op sociale uitsluiting. Het derde omvat de gevolgen van ICT op de ruimtelijke ordening en het mogelijke ruimtelijke aspect van die numerieke breuk. 1 Voor een meer uitgebreide bespreking wordt verwezen naar de verschillende Working Papers die in het kader van dit onderzoek zijn verschenen en naar het boek Informatie- en Communicatietechnologieën in België (Federaal Planbureau o.l.v. Dekkers en Kegels, Kluwer, 2003). 4 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

7 Het was dan ook zeer snel duidelijk dat om de voornoemde punten te bestuderen, er onderzoek diende verricht te worden op strerk verschillende terreinen. De te gebruiken onderzoeksmethodes zouden hier dan ook aan moeten worden aangepast. Bij de hierna volgende bespreking van de verschillende onderdelen van dit onderzoeksproject, zal dezelfde indeling worden gebruikt als in het oorspronkelijke contract. De bedoeling hiervan is de voortgangsverslagen, die in de loop van het project werden ingediend, vergelijkbaar te houden. 2 2 Cf. de internetsite van het Federaal Planbureau, Hierop worden alle resultaten die de verschillende onderzoeksgroepen op dit terrein boeken, op een overzichtelijke manier gecentraliseerd. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 5

8 Hoofdstuk 1 Productie en diffusie van de ICT in België Een economische analyse moet gebaseerd zijn op feiten die de aan de gang zijnde evoluties kunnen bevatten. Die benaderingswijze is vooral van toepassing wanneer de bestudeerde evolutie een radicale innovatie is die op heel wat domeinen van de economie een invloed kan hebben. Daarom werden er voor het economisch-analytische luik van het project eerst statistische indicatoren opgesteld die zowel de productie als de diffusie van de informatie- en communicatietechnologieën omvatten. De doelstelling van deze eerste fase was losse en partiële indicaties samen te brengen in een gestructureerde databank waaruit een globaal beeld van de Belgische positie inzake ICT kan worden afgeleid in vergelijking met haar belangrijkste handelspartners De productie Uit deze analyse blijkt dat de ICT-producerende sector zowel in België als in de overige landen bijzonder dynamisch was in de tweede helft van de jaren negentig. Niettemin blijft globaal genomen het relatieve belang hiervan, gemeten in termen van toegevoegde waarde en in termen van werkgelegenheid, toch klein in vergelijking met de koplopers. Van de ICT-producerende sectoren presteert de verwerkende nijverheid het zwakst. Slechts 1 % van de toegevoegde waarde van de privé-sector is toe te schrijven aan die sector, een percentage dat overeenkomt met dat voor 3 Deze databank, die meer dan 220 variabelen bevat, vormt de basis van een publicatie van het Federaal Planbureau in dat domein : Working Paper 2-02 ICT Production and Diffusion in Belgium : a Comparative Analysis. 6 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

9 Italië of Portugal. Daartegenover staat dat de sectoren van de informatica- en telecommunicatiediensten sterk ontwikkeld zijn. Zij dragen in dezelfde mate bij tot de toegevoegde waarde en de werkgelegenheid als het geobserveerde niveau in het gemiddelde van de OESO-landen. Alle sectoren in beschouwing genomen draagt de ICT-producerende sector voor 5,5 % bij tot het BBP in België en stelt hij ongeveer mensen tewerk, zijnde zo n 5 % van de Belgische loontrekkenden. Zoals reeds werd aangestipt, was deze sector één van de meest dynamische van de economie. De toegevoegde waarde van de ICT-sector in lopende prijzen is van 1995 tot 2000 met 30 % toegenomen. Met een gemiddelde jaarlijkse groeivoet van bijna 15 %, zijn de informatica-activiteiten veruit het meest dynamische segment van de sector. De telecommunicatiediensten zitten ook op een snel groeispoor (bijna 10 % jaarlijkse groei). Sinds 1993 heeft de ICT-sector voor 10 % bijgedragen tot de nettojobcreatie in België : arbeidsplaatsen op gecreëerd voor het geheel van de economie. De toekomst van die sector hangt af van een aantal elementen die kunnen verschillen naargelang het betrokken ICT-product gericht is op de internationale markt of aan een lokale vraag beantwoordt. Voor bepaalde elementen bekleedt België blijkbaar een goede plaats, zoals voor de financieringsbronnen. De O&O-capaciteit, de kwalificaties van de werknemers en, in bepaalde gevallen, de marktstructuren, zijn dan weer factoren die de snelle ontwikkeling van de sector in de weg kunnen staan. De belangrijkste conclusie van de analyse is dus dat de positie van de Belgische ICT-producerende sector op de internationale en lokale markten niet radicaal dient te veranderen in de nabije toekomst en dat de groeitrend van deze activiteiten vooral de evolutie van de lokale vraag zal blijven volgen. Van de voornaamste factoren die de toekomst van de ICT-producerende sector bepalen, spelen de controle van de ondernemingen en de hiermee aanverwante problematiek rond hun beslissingsautonomie een grote rol. In de verwerkende nijverheid lijkt de autonomie van de Belgische producenten erg beperkt. De toekomst van deze sector zal dus afhangen van de beslissingen van multinationale groepen en van de aantrekkelijkheid van België voor die groepen. In de telecommunicatiesector blijft de lokale vraag de belangrijkste drijfkracht, waardoor de oorsprong van de bedrijven aldus van weinig belang is voor de ontwikkeling van deze diensten. Dat is ook het geval voor de informaticadiensten waarin buitenlandse ondernemingen de overhand hebben. Die ondernemingen hebben een beperkt marktaandeel evenals een beperkte impact van hun beslissingen. Ten slotte is de content-industrie veel meer open en hangt ze af van een groot aantal Belgische beslissingscentra. In een hightechsector zoals de ICT, zijn de O&O-capaciteiten van cruciaal belang om ondernemingen innoverend te laten blijven en hun marktaandeel te behouden. Jammer genoeg blijven de O&O-indicatoren, in het domein van de ICT, zwak in België ten opzichte van de meeste OESO-landen. Hoogopgeleide werknemers, in het bijzonder een voldoende aantal ingenieurs, is ook een voorwaarde voor O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 7

10 de ontwikkeling van de ICT. Volgens de Europese boordtabel inzake innovatie, heeft een groot deel van de Belgische beroepsbevolking een diploma hoger onderwijs (27,1 % ten opzichte van een gemiddelde van 21,2 % in de Europese Unie). Het aanbod aan wetenschappers en ingenieurs is echter beduidend lager dan het gemiddelde in de Europese Unie. Ten slotte is voldoende kapitaal om activiteiten op te starten ook een vereiste voor de ontwikkeling van een sector. De investeringen onder de vorm van risicokapitaal in de hightechsectoren zijn hoger in België (0,165 % van het BBP) dan in de Europese Unie (0,018 %), meer bepaald voor de ontwikkelingsfase van projecten. Bovendien gaat in België het grootste deel van het geïnvesteerde risicokapitaal, gemeten in percentage van het BBP, naar de telecommunicatiesector en de informaticasector. Het aanbod aan fondsen lijkt dus geen belemmering te vormen voor het opstarten van nieuwe activiteiten en ondernemingen in de ICT-sector in België. 1.2 De diffusie Het tweede deel van deze analyse analyseert de diffusie van de ICT in België ten opzichte van de landen van de Europese Unie en de Verenigde Staten. Deze diffusie hangt nauw samen met de beschikbaarheid van efficiënte en goedkope telecommunicatie- en informatica-infrastructuren. Het gebruik van internet hangt echter vooral af van haar potentiële toepassingen, waarvan de interessantste momenteel de onlinehandel is. Binnen Europa lijkt België een middenpositie te bekleden. Het combineert een goede infrastructuur en een gunstig handelsklimaat met een achterstand in het aanwenden van de mogelijkheden die internet biedt. Zo had de diffusie van internet, gemeten in aantal gebruikers, het Europees gemiddelde ingehaald en vervolgens licht voorbijgestoken. Maar ze ligt nog altijd ver achter op de Amerikaanse records die in dat domein worden geboekt. Die evolutie is toe te schrijven aan een combinatie van factoren. Qua informatica-infrastructuur is België goed uitgerust en scoort het zelfs iets beter dan het Europees gemiddelde. Voor de basisinfrastructuur voor telefonie, heeft België enige achterstand ten opzichte van zijn Europese en Amerikaanse partners. De structuren en de prijsniveaus van de telecommunicatie vormen een verklarende factor voor de Belgische situatie. Het voornaamste prijzenstelsel voor de internetaansluitingen was lange tijd gebaseerd op een tarifering per uur, waarbij een onderscheid gemaakt werd tussen dal- en piekuren. Met een dergelijke tarifering wordt internet minder aantrekkelijk in vergelijking met een stelsel van vaste prijzen voor een permanente internetaansluiting zoals in de Angelsaksische landen. Bovendien had België gedurende vele jaren één van de hoogste tarieven voor een internetaansluiting. Sinds 2000 zijn de prijzen sterk gedaald. Tegelijkertijd werd de basisinfrastructuur voor telecommunicatie gemoderniseerd. Door de recente evo- 8 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

11 lutie van breedbandaansluitingen werd België een koploper in dit soort aansluitingen. Bovendien bekleedt België een relatief goede positie voor de alternatieve aansluitingstechnologieën (mobiel, kabeltelevisie, optische glasvezelnetwerken) waardoor permanente aansluitingen geleidelijk algemene ingang vinden en de ontwikkeling van internetdiensten bijgevolg wordt aangemoedigd. Een andere belangrijke ondersteuning voor de diffusie van internet is de ontwikkeling van een voldoende aanbod qua inhoud om een groot aantal gebruikers aan te trekken. Op dat vlak loopt België niet alleen achter op zijn Europese partners, maar ook vooral ten opzichte van de Verenigde Staten waar, in februari 2000, al 7 keer meer sites waren per 1000 inwoners. Om preciezer te zijn, de multimediainhoud van de Belgische sites is ook minder ontwikkeld dan in andere Europese landen. Verschillende redenen liggen aan de basis van die relatief minder goede prestatie zoals namelijk het feit dat de Belgische multimediamarkt klein is en gesegmenteerd is vanwege de drie landstalen. Een ander belangrijk aspect van de internet-content is de ontwikkeling van onlinehandel. Voor die ontwikkeling zijn beveiligde servers nodig waarmee vertrouwelijke gegevens kunnen worden geëncodeerd. Op basis van de evolutie van het aantal beveiligde servers, blijkt duidelijk dat België, net als de rest van Europa, een grote achterstand heeft ten opzichte van de Verenigde Staten. Maar wat nog verontrustender is, die achterstand nam in de loop van de laatste jaren nog toe. Voor de ontwikkeling van Business to consumer (B2C) was dus meer tijd nodig dan in andere Europese landen, maar België is die achterstand aan het wegwerken. De Belgische ondernemingen waren trager om op Business to business (B2B) over te stappen en het aantal ondernemingen dat internet voor aankoop en verkoop gebruikt, is meer dan 30 % lager dan het Europees gemiddelde. Maar zoals in andere Europese landen neemt dat aantal gestaag toe en breidt het uit naar alle bedrijfstakken, ook al is de ontwikkeling van de Belgische virtuele markten nog niet erg zichtbaar. Voor de ontwikkeling van de ICT en de toenemende integratie ervan in de productiefuncties van de ondernemingen, moeten deze laatsten over werknemers kunnen beschikken die de nodige vaardigheden hebben. De onderwijssystemen dienen dus aangepast te worden zodat er rekening kan worden gehouden met e-learning. Eén van de prioriteiten op dat vlak is scholen uitrusten met de nodige ICT-infrastructuur. De Belgische positie op dat vlak is vergelijkbaar met die van de buurlanden en blijft dus ver achter op de Amerikaanse positie. Het besef dat vertrouwdheid met nieuwe technologieën van jongs af aan belangrijk is, drong vrij laat door in Europa in het algemeen en in België in het bijzonder. Op basis van deze analyse kon het Federaal Planbureau deelnemen aan de studiegroep van de FOD Economie over statistische tekortkomingen zodat de ICTontwikkeling in ons land volledig kon worden omvat. 4 4 Uit die studie zijn twee interne nota s voortgekomen : Statistische leemten in ICT op 17 oktober 2000 en Etat des lieux des indicateurs statistiques: technologies de l information et des communications op 14 juni Deze nota s kunnen worden verkregen door een aanvraag te richten aan ck@plan.be. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 9

12 Hoofdstuk 2 De economische impact van de ICT Nadat het statistisch werkinstrument, dat nodig was om het fenomeen van de digitale economie te bevatten, opgesteld was, werd de analyse voortgezet met een evaluatie van de economische impact van deze nieuwe technologieën. Dat gebeurde op basis van verschillende publicaties waarvan de verwijzingen als bijlage zijn opgenomen. Enerzijds ging het erom de rechtstreekse impact van de ICT op de groei te evalueren, waarbij hun bijdrage tot jobcreatie en tot de toename van de toegevoegde waarde werd geraamd, en anderzijds ging het erom de onrechtstreekse impact van die technologieën op de groei te evalueren op basis van hun impact op de evolutie van de productiviteit. 2.1 Op macro-economisch vlak Dankzij zijn dynamiek, kon de ICT-sector een bijdrage tot de groei en tot de werkgelegenheid laten optekenen die veel hoger is dan zijn relatieve aandeel in de economie. Van 1995 tot 2001 bedroeg de bijdrage van de ICT-producerende sector tot de reële jaarlijkse groei van de toegevoegde waarde van de privé-sector 20 %. Het economisch belang van de ICT-sector is ook opmerkelijk qua jobcreatie. Tussen 1995 en 2001 steeg de werkgelegenheid in de privé-sector met een gemiddelde jaarlijkse groei van 1,48 %. 15 % van die toename is toe te schrijven aan de jobcreatie in de ICT-producerende sector. 10 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

13 De onrechtstreekse impact van de ICT op de groei is het moeilijkst te meten omdat hij via drie verschillende kanalen kan worden overgebracht : de toename van het beschikbare ICT-kapitaal per werknemer of het capital deepening -effect, de technische vooruitgang in de sectoren die deze technologieën produceren en, ten slotte, de technische vooruitgang in de sectoren die deze technologieën gebruiken via een zogenaamd spillover-effect. Op macro-economisch niveau tonen de empirische analyses aan dat de ICT voor meer dan de helft van de snellere productiviteitsgroei verantwoordelijk zijn in de Verenigde Staten. In Europa lijkt die impact veel kleiner te zijn omdat de ICT-producerende sector minder goed ontwikkeld is en het diffusietempo van die technologieën in de economie trager is. De conclusies voor Europa zijn ook van toepassing voor België. De gemiddelde jaarlijkse bijdrage van het ICT-kapitaal tot de groei is echter tussen de eerste en de tweede helft van de jaren negentig toegenomen van 0,31 % tot 0,55 %. Deze evolutie plaatst België lichtjes boven het Europese gemiddelde. 2.2 Op micro-economisch vlak Op sectoraal niveau probeert de analyse verbanden te leggen tussen de evolutie van de productiviteit en de diffusie van de ICT in de verschillende economische sectoren. Deze analyse leidt tot nieuw onderzoek over de evidente keuze tussen productiviteit en werkgelegenheid in België en de rol van investeringen in de ICT. Verschillende sectoren hebben immers grote investeringen gedaan in de ICT vanaf Een sterke stijging van de productiviteit wordt in elk van die sectoren waargenomen, maar qua jobcreatie zijn de verwezenlijkingen meer heterogeen. De gedetailleerde studie van de Belgische sectoren leidt tot dezelfde conclusie als bij de overige landen : de ICT-producerende sectoren zijn verantwoordelijk voor het grootste deel van de productiviteitstoename en genereren ook nieuwe banen. Het gedrag van de sectoren die de ICT intensief gebruiken, is niet duidelijk afgelijnd. Bepaalde dienstensectoren die de ICT intensief gebruiken, laten een toename van zowel hun productiviteit als hun werkgelegenheid optekenen, terwijl in de verwerkende nijverheid de productiviteit toeneemt, maar heel wat banen verloren gaan. In het eerste geval zouden de spillover-effecten van de ICT op de totale factorproductiviteit (TFP) de overhand gehad kunnen hebben, terwijl in het tweede geval de capital deepening overheersend zou kunnen zijn. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 11

14 2.3 Business cycle en NAIRU Naast die impact van de ICT op de langetermijngroei, bleek het ook nuttig om na te gaan via welke kanalen de ICT de economie kunnen beïnvloeden, als we spreken over de mogelijke impact van de ICT op de cyclische groei en de NAIRU. De ICT kunnen daadwerkelijk de economische groeicyclus beïnvloeden. De impact van de toepassing van die technologie op de economische cyclus kan via minstens twee kanalen gebeuren. Via het eerste kanaal, dragen de ICT bij tot de verbetering van het voorraadbeheer van de ondernemingen : de just-in-timesystemen van voorraadbeheer zorgden voor een stabilisering van de investeringen in voorraden, een minder belangrijke, maar erg veranderlijke component van de geaggregeerde vraag. Het tweede mechanisme werkt via de bruto-investering van de ondernemingen, een andere veranderlijke component van de geaggregeerde vraag. Dat kanaal heeft tegengestelde effecten. Enerzijds verhogen de ICT de brutoinvestering want het ICT-kapitaal wordt gekenmerkt door hoge afschrijvingsvoeten, maar anderzijds kan die snelle afschrijvingen de volatiliteit van de bruto-investeringen doen dalen, omdat ze een snellere aanpassing van de investeringsplannen aan een economische schok mogelijk maakt. De betekenis van het netto-effect is een empirisch probleem dat in deze studie niet aan bod komt. Het toenemend ICT-gebruik kan ook een invloed hebben op de NAIRU. De NAIRU is de werkloosheidsgraad bij stabiele inflatie. De diffusie van de ICT kan via drie kanalen een invloed op de NAIRU hebben. Ten eerste kan de NAIRU tijdelijk dalen als de productiviteitsgroei versnelt, maar de reële lonen zich slechts geleidelijk aanpassen. Ten tweede kan de NAIRU stijgen onder invloed van de asymmetrische gevolgen van een groter ICT-gebruik op de werkloosheidsgraad bij geschoolde en ongeschoolde werknemers. De NAIRU kan ten slotte ook veranderen omdat de technologie veranderingen teweegbrengt in de verhouding arbeidsvraag en aanbod. De identificatie van het netto-effect blijft ook hier een uitdaging voor de empirische analyses. 12 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

15 Hoofdstuk 3 Analyse op het niveau van de ondernemingen In de empirische literatuur is de organisatorische verandering de ontbrekende schakel tussen de ICT-investeringen en de betere prestaties van de ondernemingen. Daarom wilden we de impact van de ICT evalueren op het niveau van de ondernemingen in België via een gevalstudie die betrekking had op 220 ondernemingen die tot de volgende vier activiteitssectoren behoren : de banksector, machines, uitgeverij-drukkerij en transport. Er werd voor die sectoren gekozen omdat ze in 1995 ICT-intensief waren, een productiviteitstoename kenden over de periode en waarschijnlijk bezig waren met de voorbereidingen voor organisatorische veranderingen op het ogenblik dat de enquête werd gehouden. Bepaalde effecten van ICT op de interne organisatie konden worden afgebakend. Het gaat in het bijzonder om de bijscholing van de werknemers en de elektronische informatiedoorstroming tussen de verschillende departementen, waardoor de interactie tussen de werknemers en de departementen binnen de ondernemingen mogelijk wordt. In de steekproef werden geen opvallende verschillen in ICT-gebruik genoteerd tussen materiële en immateriële sectoren. De sectoren van de immateriële diensten (banken en transport) gebruiken veel intensiever de ICT-netwerktechnologieën, maar de materiële sector van de machines gebruikt de systemen van voorraadplanning (ERP type SAS) of computergestuurde systemen (CAD/CAM) het intensiefst. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 13

16 De procesinnovatie werd bestudeerd via de interactie tussen het ICT-gebruik en 12 verschillende functies binnen de onderneming. De diffusiegraad over de waardeketen werd berekend voor 8 ICT-technologieën. De resultaten suggereren dat procesinnovaties te wijten aan ICT waarschijnlijk aanwezig zijn in de steekproef. Volgens de ondernemingen heeft het ICT-gebruik een positieve impact op de verkoop en de productinnovatie (nieuwe producten en individualisering). Wat productinnovatie betreft, wordt er bij de interpretatie van de resultaten rekening gehouden met de afhankelijkheid tussen proces- en productinnovaties die in de buitenlandse gevalstudies naar voren komt. Vermits procesinnovatie waarschijnlijk is in de steekproef en de helft van de ondernemingen de lancering van nieuwe producten toeschrijft aan hun elektronische capaciteit, lijkt het verband tussen ICTgebruik en productinnovatie aanneembaar. Deze vaststelling voedt de hoop op een betere efficiëntie voor de ondernemingen die ICT gebruiken in de vier bestudeerde sectoren. Qua verkoop heeft meer dan de helft van de ondernemingen uit de steekproef (57%) hun verkoop zien groeien en 29 % hiervan schrijft dat toe aan de ICT. Dat kan verklaren waarom wij een stijging van de kosten vaststellen bij 63 % van de ondernemingen uit de steekproef. In de steekproef zijn er ook aanwijzingen van kosten en andere belemmeringen bij het veranderen van leverancier. Al deze elementen kunnen leiden tot een virtuele integratie. Ten slotte werden de ondernemingen bevraagd over de factoren die een belemmering vormen om de ICT in te voeren. Bedoeling hiervan was beleidsmaatregelen te kunnen omschrijven om het gebruik van die technologieën aan te moedigen. De meest voorkomende antwoorden van de ondernemingen zijn : het gebrek aan competentie binnen de onderneming en de kostprijs van een ICT-opleiding (1/4 ondernemingen), de hoge kostprijs voor het invoeren van de ICT (1/9 ondernemingen) en de onaangepaste uitrusting bij klanten en leveranciers (1/7 ondernemingen), de prijs van telecommunicatiediensten (1/11 ondernemingen), bepaalde interne organisatorische mislukkingen (1/20 ondernemingen). De ondernemingen verklaren dat ze maatregelen afwachten inzake de grotere liberalisering van de telecommunicatie (1/6 ondernemingen), inzake e-government (1/7 ondernemingen) en inzake de betere standaardisering en beveiliging van B2Btransacties (1/15 ondernemingen). 14 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

17 Hoofdstuk 4 E-government Zoals de ondernemingen, heeft de overheid geleidelijk de ICT in haar administraties ingevoerd om ze efficiënter te maken en hun werking transparanter te maken Wat is e-gov? E-government of e-gov staat voor een elektronische overheid die haar dienstverlening verzorgt via het Internet en daardoor haar burgers beter kan informeren, ondersteunen en de informatie beheren. Tegelijkertijd verkrijgt men bij de overheid een efficiëntere interne werking onder meer omdat de gegevens slechts eenmalig worden opgeslagen en geactualiseerd. Welke diensten kan de overheid aan de burgers en bedrijven bieden via het net? De Europese Commissie heeft in haar actieplan e-europe 2002 een lijst opgesteld van 20 prioritaire overheidsdiensten, maar in feite kunnen alle vragen om inlichtingen, informatieverstrekking van de overheid, attesten die afgeleverd en ook nagezien moeten worden en betalingen aan de overheid, via internet gerealiseerd worden. Op termijn is zelfs de integratie van privé-diensten zoals gas, elektriciteit, huisvesting, hospitalisatie, onderwijs, enz. onvermijdelijk. In de toekomst zullen de overheden zelfs proactief kunnen optreden en burgers en bedrijven verwittigen wanneer bijvoorbeeld een vergunning vervalt. Uiteindelijk kan een elektronische overheid haar besluitvorming baseren op de rechtstreekse online-inbreng van burgers die opinies, kritieken, enzovoort, via Internet meedelen. 5 Er werd een studie gemaakt over die integratie en de resultaten verschenen in de publicatie Working Paper 4-01 met als titel E-gov naar een elektronische overheid in België. Hierin wordt een stand van zaken gegeven over de on-line-overheid in België en er worden enkele voorbeelden gegeven van geslaagde e-government in het buitenland. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 15

18 4.2 Belgische initiatieven op het gebied van e-gov In België heeft de Federale overheid vier e-gov-koepels ontwikkeld : de koepel sociale zekerheid met de Kruispuntbank. Dit is een databank die voor 200 administraties toegankelijk is en de digitale en persoonlijke socialezekerheidskaart (SIS-kaart) van gegevens voorziet ; de koepel ondernemingen met de Kruispuntbank van Ondernemingen. Hierin worden de bedrijfsgegevens voor alle overheidsdiensten geregistreerd en beheerd, waarbij elke onderneming voorzien wordt van een uniek identificatienummer ; de koepel belastingen met een informaticaplan. Hiermee kunnen verschillende belastingaangiften (o.a. voor de BTW- en de personenbelasting) online worden ingevuld ; een algemene koepel die de front office en de back office van de elektronische overheid structureert ( Hiermee wordt onder meer bedoeld de Public Key Infrastructure (PKI) met de digitale gecertifieerde handtekening, het programmapakket Universal Message Engine (UME), het ondernemingsregister en de creatie van de Federale Dienst voor Informatica en Communicatie Technologie (FEDICT). Er zijn nog een aantal initiatieven die bijdragen tot de ontwikkeling van een elektronische overheid : de elektronische brievenbus van De Post, het E-Justice-project, de elektronische vereenvoudiging van de overheidsopdrachten, de elektronische overheidsaankopen en ten slotte de bestaande elektronische jobaanbiedingen op de sites van VDAB, FOREM en ORBEM. Ook de regio s werken aan een elektronische overheid. In Vlaanderen en Wallonië werden respectievelijk eind 2000 en in juni 2001 verschillende initiatieven op de rails gezet. Over de financiële kosten en baten van een e-gov-implementatie tast men in het duister, ook in het buitenland. Nergens is er ooit een kosten-batenanalyse gemaakt. Daar zijn een aantal redenen voor : de uitgaven voor ICT en voor e-gov zijn moeilijk af te lijnen en bovendien blijven sommige overheidsdiensten hun budgetten onafhankelijk beheren (justitie, sociale zekerheid, belastingen, enz.) Uit de buitenlandse voorbeelden blijkt echter dat aanzienlijke besparingen mogelijk zijn bij overheidsaankopen en aanbestedingen, bij de registratie van auto s of andere voertuigen, bij belastingaangifte en -aanslag en bij de sociale zekerheid. Zelfs wanneer de kosten naar verwachting hoog zouden zijn, zouden de baten de kosten vrij snel overstijgen. 16 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

19 4.3 Implementatie van e-gov Wat betreft de implementatie van een elektronische overheid zijn er wereldwijd meer visies en plannen dan realisaties. De landen die hun overheidsdiensten aanbieden via een centrale portaalsite voor elektronische datatransmissie en dossierbehandeling, zijn schaars. Als daarbij de aflevering van authentieke akten en betalingen elektronisch moeten kunnen, dan wordt het aantal landen dat tot de e-gov-elite behoort wel zeer klein. Er zijn daarentegen veel meer landen met e-gov-plannen. Met name onze buurlanden Frankrijk, Nederland en het VK hebben op het net centrale websites ontwikkeldmet informatie over en termijnen van hun projecten voor een elektronische overheid. Afgezien van wat persmededelingen is het in België daarentegen moeilijk om informatie op het net te vinden over de visie en de plannen rond de e-gov-implementatie. Door gebrekkige en niet-gecoördineerde informatie, passend in een globale e-gov-strategie, lijkt België weinig te doen om een elektronische overheid te realiseren. Dat is echter een verkeerde indruk. Er wordt in ons land bottom-up gewerkt en meer in stilte dan in andere landen. België heeft zelfs een voorsprong voor de organisatie van een back office en de implementatie van een gecoördineerde middleware, dankzij de ervaring die werd opgedaan bij de realisatie van de Kruispuntbank en de SIS-kaart. Die ervaring kon worden aangewend voor het ontwikkelen van de back office en middleware en van een Public Key Infrastructure (PKI). Deze bottom-up -aanpak heeft anderzijds ook zijn nadelen : 1. Het risico is dat men minder aandacht schenkt aan de front office. 2. De literatuur stelt dat e-gov essentieel gaat om een betere dienstverlening aan burgers en bedrijven. Die moeten gevraagd worden welke diensten zij in de eerste plaats van die elektronische overheid wensen. Bij de implementatie heeft België zich in eerste instantie gericht op de dienstverlening aan bedrijven. Dit betreft slechts twee domeinen van de twintig die de Europese Commissie vooropstelt. De prioriteiten van de Belgische burger gaan in de eerste plaats naar het elektronisch verkrijgen van het inschrijvingsbewijs voor een auto, het meedelen van een adreswijziging of het verkrijgen van een reispas of de aangifte van geboorte of sterfte. Met andere woorden, de burger hecht het meeste belang aan de diensten die gebaseerd zijn op de stadia in zijn levensloop. De gemeentebesturen staan zeer kort bij dit soort dienstverlening, maar men moet vaststellen dat de elektronische dienstverlening van de gemeenten nog zeer bescheiden is op enkele uitzonderingen na en niet geïntegreerd is in een centrale portaalsite. Bijgevolg loopt België de kans de - in de literatuur bekritiseerde - weg in te slaan van het verticaal denken, d.w.z. dat men de elektronische overheid gaat implementeren vanuit de bestaande departementale diensten en structuren. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 17

20 3. Het spreekt vanzelf dat een elektronische overheid niet alleen meer informatici nodig heeft, maar ook andersopgeleide ambtenaren, niet in het minst omdat de ICT-omgeving zeer snel evolueert. Het zal dan ook nodig zijn te sleutelen aan het ambtenarenstatuut, aan de verloning en aan de voortdurende bijscholing van het overheidspersoneel. De aanzet hiertoe is de wet van 17 juli 2001 (BS 31.7) betreffende de machtiging van de federale overheidsdiensten om zich te verenigen met het oog op de uitvoering van werkzaamheden inzake informatiebeheer en informatieveiligheid. Op basis hiervan kunnen de overheden, via verenigingen zonder winstoogmerk, informatici aanwerven tegen een competitief salaris. 18 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

21 Hoofdstuk 5 Impact van ICT op de fiscale en para-fiscale ontvangsten De ontwikkeling van ICT is ook een zeer grote uitdaging voor de verplichte heffingsstelsels die door de overheid werden ingevoerd. 5.1 Global Information Infrastructure De Global Information Infrastructure is ontstaan uit de ontmoeting tussen de informatie- en communicatietechnologieën. Het is een wereldwijd systeem van digitale netwerken. Het systeem is flexibel en open (elk voorwerp dat uitgerust is met een microprocessor kan erop worden aangesloten en gateways creëren), gedecentraliseerd en coöperatief (zonder een centraal controle- en beheerssysteem) en kan een volkomen homogene materie (elektrische impulsen) besturen. Het bestaat evenwel uit uiterst gevarieerde objecten (immateriële goederen, diverse informatie en diensten, geld, enz.). Meer nog dan een telecommunicatie-instrument is de Global Information Infrastructure een transactie-instrument omdat ze nieuwe interactiemogelijkheden creëert tussen individuen en organisaties die gebaseerd zijn op normen, procedures en methodes die voordeel halen uit de netwerkexternaliteiten. Ze wijzigt de manier waarop de industriële productie wordt georganiseerd en de manier van handel voeren : e-procurement, e-sourcing, automated supply chain management, virtual O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 19

22 market places, electronic consumer relationship management, e-commerce zijn gangbare termen geworden. Er kunnen volledige handelscycli plaatsvinden zonder de informaticanetwerken te verlaten : betalingen, leveringen, bestellingen, marketing, zelfs productie in het geval van immateriële goederen. De gewijzigde verhoudingen van tijd en ruimte leiden tot reorganisaties van de productieve structuren, zowel op het vlak van de geografische fragmentatie als op het vlak van de integratie van voorheen afzonderlijke functies. Bovendien worden de handelscircuits ingekort (desintermediatie) en ontstaan er meer transnationale structuren. De nieuwe transactiestandaarden dragen bij tot de mondialisering van de economie. Ongeacht of ze cultureel, ideologisch of financieel en commercieel, wettig of onwettig zijn, de fenomenen die voortvloeien uit de Global Information Infrastructure zijn doeltreffend omdat ze geen rekening houden met landsgrenzen en bijgevolg de soevereiniteit van de natiestaten uithollen, vooral (maar niet alleen) op fiscaal vlak. De belastingadministraties krijgen immers hun macht van de staat waarvan ze het verlengstuk zijn, maar de soevereiniteit van de staat is onderworpen aan territoriale grenzen waarnaar het fiscaal recht constant verwijst in zijn concepten. Vanuit dat oogpunt zijn de fiscale problemen als gevolg van de elektronische transacties van dezelfde aard als de problemen die voortvloeien uit elk ander economisch en financieel globaliseringsfenomeen, maar ze zijn alleen groter. Hierbij komt ook nog dat de fiscale concepten zelf, die reeds lang vóór de komst van de elektronische handel gedefinieerd waren, niet meer relevant zijn vanaf wanneer ze geconfronteerd worden met nieuwe commerciële objecten die het gevolg zijn van de ontwikkeling van de informatie- en communicatietechnologieën. 5.2 Gevolgen inzake inkomstenbelasting Voor de inkomstenbelasting doet het voornaamste probleem zich voor bij de verdeling van de belasting tussen de nationale jurisdicties die betrokken zijn bij de multinationale ketens voor de vorming van de toegevoegde waarde, die steeds complexer en vluchtiger zijn. Het interne recht van de staten en de internationale conventies stellen hiervoor van oudsher objectieve criteria voor (gebaseerd op de plaats van de bron, de verblijfplaats, de aanwezigheid van een vaste inrichting) die zelf verwijzen naar materiële feiten (arbeidsplaats met aanwezigheid van personeel, opslagplaatsen, plaats van directieraden, enz.). Die concepten zijn weinig adequaat in het kader van handelscircuits waarin, gedeeltelijk of alleen maar gebruik wordt gemaakt van websites of servers. Bovendien kunnen de modaliteiten voor een (inter)nationale heffing verschillen naar gelang van de aard van de inkomsten (bedrijfswinst, bijdragen, vergoedingen voor diensten, enz.) die gedefinieerd zijn rekening houdend met de juridische kenmerken van het recht dat van een koper naar een verkoper wordt overgedragen. De moderne technologieën geven aan- 20 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

23 leiding tot dubbelzinnige commerciële toepassingen wat de aard van de relaties tussen de partijen betreft (bijvoorbeeld in het geval van digitale producten die onder bepaalde voorwaarden gereproduceerd of getransformeerd kunnen worden door de klant). In 2000 en 2001 heeft de OESO bepaalde herinterpretaties voorgesteld van begrippen inzake directe belastingen die gebruikt worden in het kader van de elektronische handel. Die voorstellen blijven evenwel ontoereikend om alle gestelde problemen op te lossen. De vraag die vooral rijst is of het begrip bron de betekenis van geografische plaats van een economische activiteit behoudt wanneer die activiteit plaatsvindt in cyberspace, een ruimte waar het begrip geografie zo goed als onbestaande is. Op het vlak van belastingadministratie ten slotte, zijn er steeds meer structuren van het type global collaboration waardoor de toepassing van de wetgeving op de transferprijzen steeds moeilijker wordt. 5.3 Gevolgen inzake productbelasting Op het vlak van productbelasting bestaat de voornaamste uitdaging erin de neutraliteit van de fiscale stelsels te waarborgen. Het gemeenschappelijk BTW-stelsel in de Europese Unie maakt een onderscheid tussen enerzijds goederen en anderzijds diensten. Bij de levering van goederen geldt het belastingstelsel in het land van bestemming om fiscale concurrentie tussen staten te voorkomen. Van de diensten wordt aangenomen dat ze niet internationaal verhandeld worden en wordt in het land van oorsprong een belasting geheven (behalve uitzonderingen). In die context zorgt de ontwikkeling van de handel op afstand in digitale producten voor concurrentievervalsing. Die producten zijn immers onlichamelijke goederen waardoor ze beschouwd worden als diensten en dus onderworpen zijn aan het belastingstelsel van het land van oorsprong. In 2002 heeft de Europese Raad hiervoor een richtlijn goedgekeurd die de belasting op de plaats van de koper (heffing op de plaats van bestemming) in zekere mate uitbreidt met een reeks elektronische diensten, waarvan de richtlijn een indicatieve lijst geeft. Die richtlijn (te integreren in de nationale wetgevingen tegen half 2003) geeft een oplossing voor een aantal probleemsituaties : ze brengt de concurrentiepositie van de Europese dienstverleners weer in evenwicht met die van de dienstverleners van buiten de Europese Unie. Maar er blijft nog steeds concurrentievervalsing mogelijk tussen de dienstverleners van binnen en van buiten de EU en tussen traditionele en elektronische handel. Bovendien bestaat het gevaar dat de BTW-inkomsten uit de elektronische diensten zich concentreren in de lidsta(a)t(en) met het laagste BTW-tarief. Hierbij veronderstelt men dat een eenvoudige server zou volstaan om een vaste inrichting te creëren, zoals het, onder bepaalde voorwaarden, volgt uit de herinterpretatie van het begrip door de OESO. De wijziging van het BTW-stelsel van toepassing op de elektronische diensten is conform de aanbevelingen van de voorgeschreven voorwaarden betreffende O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 21

24 de belasting op de e-commerce die in 1998 onder auspiciën van de OESO werden aangenomen. Volgens deze aanbevelingen zou de heffing moeten gebeuren in de jurisdictie waarin het verbruik plaatsvindt. De Verenigde Staten hebben dat initiatief evenwel met enig voorbehoud onthaald. Voor zover alle wereldregio s hun fiscale instrumenten niet gelijktijdig en in dezelfde zin aanpassen, blijft het wereldwijde belastingstelsel qua consumptie immers onsamenhangend. Die Europese richtlijn heeft ook tot doel de buitenlandse ondernemingen te onderwerpen aan een Europese wegtgeving, wat op het nodige voorbehoud van de Amerikaanse administratie stuit. Dat voorbehoud verbergt een internationale fiscale concurrentie op het vlak van belasting op de elektronische handel. Dit vloeit voort uit het feit dat de Verenigde Staten de belangrijkste netto-leverancier zijn van digitale producten, terwijl de Europese Unie netto-verbruiker is van dezelfde producten. In een dergelijke context zal de voorkeur van de verschillende staten voor een heffing in het land van bestemming of in het land van oorsprong (indirecte belastingen) en voor een bronheffing of een heffing in het land van verblijf (directe belastingen), bepaald worden door de wil om hun belastingsinkomsten, die bedreigd zouden kunnen worden, te vrijwaren en/of om hun leiderschap in bepaalde activiteitendomeinen die gelinkt zijn aan e-commerce te behouden. De productiefactoren van de nieuwe economie, bijvoorbeeld de servers (die onder bepaalde voorwaarden als een vaste inrichting kunnen worden beschouwd voor de directe belastingen), kunnen als uiterst mobiele productiefactoren worden beschouwd, wat verwijst naar de algemene problematiek van de internationale fiscale concurrentie, waarvan men weet dat ze betrekking heeft op de meest mobiele belastinggrondslagen. De per elektronische weg geleverde digitale producten werden de facto nooit onderworpen aan douanerechten. In 1998 werd een moratorium getekend om die feitelijke situatie te bekrachtigen. Door het ontbreken van douanerechten ontstaat het risico op uitholling van de belastinginkomsten, en dit vooral in de ontwikkelingslanden. Hierdoor verliest men trouwens ook een handelsbeleidsinstrument dat bijvoorbeeld gericht is op sociaal-culturele bescherming in de Europese landen. De lopende besprekingen handelen met name over de vraag of de digitale producten moeten vallen onder de GATS of de GATT. Het standpunt terzake van de verschillende landen hangt in de eerste plaats af van de gevolgen die de klassering kan teweegbrengen voor hun regulerende en handelsdoelstellingen en in mindere mate voor het wereldwijd algemeen belang. Hoe dan ook, men kan zich moeilijk voorstellen hoe douaniers aan de grenzen gedematerialiseerde handelsstromen zouden kunnen controleren. 22 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

25 5.4 Voor- en nadelen Ook voor de directe belastingen en de belastingen op producten rijst de vraag of er daadwerkelijk een belastingcontrole kan worden uitgeoefend en of de belasting kan worden geïnd. De oorzaak van dat probleem is de combinatie van de technische kenmerken van de Global Information Infrastructure en het feit dat de belastingsystemen hierop niet zijn afgestemd. Zeker is dat door het gebrek aan juridische zekerheid inzake e-commerce er kosten ontstaan voor de handelsoperatoren (de fiscale verplichtingen zijn onduidelijk, ondoorzichtig en onvoorspelbaar). Bovendien kan dat gebrek ook leiden tot fiscale optimalisatie en fiscale fraude. De kans op fraude neemt toe omdat er geen universeel systeem is dat de identiteit kan certificeren en omdat de informatie over de netwerken vluchtig is en moeilijk kan worden opgespoord. Door de dematerialisatie van de boekhouding, facturen en andere handelsdocumenten wordt het gemakkelijker om vervalsingen te maken. Als er toch gegevens bestaan die een controle mogelijk maken, kan het zijn dat ze in een derdewereldland of op een ongedefinieerde elektronische plaats worden bewaard. Door kortere handelscircuits (desintermediatie) kenmerkend voor de elektronische handel is de kans op fraude groter (al dan niet vrijwillig), vooral bij de belastingheffing omdat de administratie grotendeels afhankelijk is van de self compliance van de belastingplichtigen (cf. BTW). Het risico is des te groter wanneer de belastbare materie zou bestaan uit digitale producten of diensten waarvan de waarde moeilijk kan worden geschat op basis van inputs. Tenslotte zorgen de netwerken voor een vlottere toegang tot belastingparadijzen en de nieuwe vormen van elektronisch betalen creëren dezelfde fraudemogelijkheden als baar geld. De nieuwe transactiestandaarden zetten de belastingstelsels op losse schroeven, maar terzelfder tijd bieden de informatie- en communicatietechnologieën ook nieuwe mogelijkheden voor de dienstverlening aan de belastingbetaler en voor de belastingadministratie : fiscale aangiften online, automatisering van de conformiteitsprocedures voor de fiscale formaliteiten, optimalisering van de controles met behulp van data mining -technieken, enz. In vele staten worden die mogelijkheden momenteel door de administraties onderzocht. Ondanks de aanpassingen en herinterpretaties van de voorbije jaren, lijken de belastingstelsels met hun principes en concepten relatief ontoereikend om het hoofd te beiden aan de elektronische handelstransacties. De eventuele invoering van specifieke taksen ( bit tax ) of van een belastingvrije zone voor de netwerken (geen belastingheffing) werd reeds vele jaren geleden door de internationale gemeenschap verworpen. Nu dringt zich echter een wijziging van de traditionele belastingstelsels op om een rechtvaardige heffing op elektronische handel te vrijwaren, de neutraliteit van de belasting te waarborgen en de billijkheid in de verdeling van de fiscale ontvangsten tussen staten te garanderen. O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 23

26 De aanslagstelsels, meer in het bijzonder op het vlak van de internationale fiscaliteit, zijn het resultaat van een historische evolutie die gekenmerkt wordt door een toevloed van wetten die onderling nauw verbonden zijn. Hierdoor ontstond een uiterst complexe constructie waarvan men de structuur moeilijk kan wijzigen zonder het evenwicht van het geheel in het gedrang te brengen. Dat versterkt een zeker conservatisme des te meer omdat de uiteenlopende belangen op wereldschaal de staten ertoe aanzetten een starre houding aan te nemen in de fiscale onderhandelingen. Door het uiterst evolutieve karakter van de omgeving waarmee de fiscale systemen worden geconfronteerd, is er echter geen plaats voor conservatisme. Het valt moeilijk te voorspellen of de internationale denkwijze zal evolueren naar een nog complexere fiscale instrumenten of, daarentegen, naar een min of meer ingrijpende stroomlijning ervan. Deze laatste hypothese zal ongetwijfeld het meest vergen op het vlak van conceptuele en diplomatieke inspanningen. Het spreekt voor zich dat er voor die uitdagingen geen eenvoudige oplossingen bestaan. De studie van de fiscale problemen staat evenwel niet los van problemen die het strikt fiscale kader overschrijden (cf. het probleem van het respect voor intellectuele eigendom, de controle van de off-shore -gebieden, de invoering van een universeel systeem om de identiteit te certificeren, enz.). In elk geval mogen de beslissingen niet gestuurd worden door technische eisen, maar ze moeten in eerste instantie voortvloeien uit beleidskeuzes die de controlegraad bepalen die de regeringen wensen te behouden binnen een gemondialiseerde en gedematerialiseerde markt. 24 Transitie naar een informatiemaatschappij: Perspectieven en uitdagingen voor België..

27 Hoofdstuk 6 Impact van ICT op de sociale organisatie Het derde fundamentele maatschappelijke terrein van dit onderzoek betreft de vraag of een verdergaande digitalisering van de maatschappij de kloof tussen armen en rijken verbreedt, en zo ja, wat daaraan zou kunnen worden gedaan. De vraag of de kloof tussen arme en rijke huishoudens door ICT breder wordt, moet worden onderverdeeld in twee deelvragen. Immers, de vraag of de kloof breder wordt, veronderstelt ten eerste dat een dergelijke kloof bestaat, en ten tweede dat zij breder wordt. Met andere woorden, er moet eerst nagegaan of armoede in België kan worden gemeten en of arme huishoudens inderdaad achterlopen op de diffusie van ICT-goederen. 6.1 Armoede en de digitale kloof In het kader van dit onderzoeksprogramma ontwikkelde het Planbureau een methode die het meten van multidimensionale armoede mogelijk maakt. Die methode werd toegepast op 12 variabelen die de verschillende aspecten van een representatieve steekproef van Belgische huishoudens voor het jaar 1998 beschrijven. Die aspecten zijn onder meer subjectieve armoede, financieel en materieel tekort, beschrijving van de woonomgeving, arbeidsmarktintegratie, sociale participatie en gezondheidsproblemen. Op basis van die variabelen werd geconcludeerd dat een minderheid van 7,85 % van de huishoudens multidimensionaal arm genoemd kan worden. Verder bleek dat die huishoudens inderdaad achterlopen op O&O EN INNOVATIE IN BELGIË Studiereeks 04 25

Digitale (r)evolutie in België anno 2010.

Digitale (r)evolutie in België anno 2010. ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 23 februari 2011 Digitale (r)evolutie in België anno 2010. De digitale revolutie zet zich steeds verder door in België: 73% van de Belgische

Nadere informatie

De FOD Economie publiceert zijn Barometer van de informatiemaatschappij 2013

De FOD Economie publiceert zijn Barometer van de informatiemaatschappij 2013 De FOD Economie publiceert zijn Barometer van de informatiemaatschappij 2013 Brussel, 25 juni 2013 De FOD Economie publiceert jaarlijks een globale barometer van de informatiemaatschappij. De resultaten

Nadere informatie

Multiplicatoren: handleiding

Multiplicatoren: handleiding Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren van het finaal gebruik behelzen een klassieke toepassing van het traditionele inputoutputmodel

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 2014/6 Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 Dirk Hoorelbeke D/2014/3241/218 Samenvatting Dit artikel geeft een bondig overzicht van enkele resultaten uit de nieuwe Regionale economische vooruitzichten

Nadere informatie

Goede ICT-prestaties voor België volgens de Barometer van de Informatiemaatschappij 2015

Goede ICT-prestaties voor België volgens de Barometer van de Informatiemaatschappij 2015 Goede ICT-prestaties voor België volgens de Barometer van de Informatiemaatschappij 2015 Brussel, 16 juli 2015 De editie 2015 van de jaarlijkse Barometer van de Informatiemaatschappij kunt u nu raadplegen.

Nadere informatie

Maak uw fiscale doelen waar!

Maak uw fiscale doelen waar! Tax Corner juli 2015 Maak uw fiscale doelen waar! De digitale eengemaakte markt van de Europese Unie: btw-initiatieven voor grensoverschrijdende e-commerce Buitenlandse bankrekeningen moeten gemeld worden

Nadere informatie

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD 7.12.2018 L 311/3 RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD van 4 december 2018 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de harmonisatie en vereenvoudiging van bepaalde regels in het

Nadere informatie

Digitale (r)evolutie in België anno 2009

Digitale (r)evolutie in België anno 2009 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 9 februari Digitale (r)evolutie in België anno 9 De digitale revolutie zet zich steeds verder door in België: 71% van de huishoudens in

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Kruispuntbank voertuigen A04 Brussel, 29 september 2010 MH/MG/AS ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET WETSONTWERP HOUDENDE DE OPRICHTING VAN DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

Een stand van zaken van ICT in België in 2012

Een stand van zaken van ICT in België in 2012 Een stand van zaken van ICT in België in 2012 Brussel, 20 november 2012 De FOD Economie geeft elk jaar een globale barometer van de informatie- en telecommunicatiemaatschappij uit. Dit persbericht geeft

Nadere informatie

IPv6 Nieuwsbrief 29 november 2012

IPv6 Nieuwsbrief 29 november 2012 IPv6 Nieuwsbrief 29 november 2012 Deze nieuwsbrief mag gratis en onbeperkt verspreid worden, maar is in eerste instantie bedoeld om de IT-managers, projectleiders en netwerkverantwoordelijken van de Belgische

Nadere informatie

Fiche 3: tewerkstelling

Fiche 3: tewerkstelling ECONOMISCHE POSITIONERING VAN DE FARMACEUTISCHE INDUSTRIE Fiche 3: tewerkstelling In de sector werken meer dan 29.400 personen; het volume van de tewerkstelling stijgt met een constant ritme van 3,7 %,

Nadere informatie

Het HERMREG-project De modellering van de regionale economieën

Het HERMREG-project De modellering van de regionale economieën Het HERMREG-project De modellering van de regionale economieën Frédéric Caruso, IWEPS 20 november 2018 Studiedag : de modellering van de regionale economieën in België Sessie 1 : Het HERMREG-project Verschillende

Nadere informatie

Goede ICT-prestaties voor België, blijkt uit de Barometer van de informatiemaatschappij 2014

Goede ICT-prestaties voor België, blijkt uit de Barometer van de informatiemaatschappij 2014 Goede ICT-prestaties voor België, blijkt uit de Barometer van de informatiemaatschappij 2014 Brussel, 10 september 2014 De FOD Economie publiceert vandaag zijn jaarlijkse Barometer van de Informatiemaatschappij.

Nadere informatie

Barometer van de informatiemaatschappij (2012) Bronvermelding

Barometer van de informatiemaatschappij (2012) Bronvermelding Bronvermelding GEZINNEN EN INDIVIDUEN Bl. 6 ICT-uitrusting - Huishoudens (tabel) Bl. 7 Apparaten met internetverbinding in het huishouden (grafiek) Beschikbaarheid van interactieve digitale televisie (idtv)

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

Functiefamilie ET Thematische experten

Functiefamilie ET Thematische experten Functiefamilie ET Thematische experten DOEL Expertise in een materie* en verstrekken aan de administratieve en politieke instanties teneinde hen te ondersteunen bij de besluitvorming en de uitvoering van

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek

Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek 1. Inleiding Het samenwerkingsakkoord van 15 juli 2014 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse

Nadere informatie

Advies nr. 154 van 8 december 2017 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen over de verloven voor co-ouders in het

Advies nr. 154 van 8 december 2017 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen over de verloven voor co-ouders in het Advies nr. 154 van 8 december 2017 van het Bureau van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen over de verloven voor co-ouders in het geval van een doodgeboren kind 1 Advies nr. 154 van 8 december

Nadere informatie

Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel Oktober 2017

Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel Oktober 2017 Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel 2016 Oktober 2017 Context van de evaluatie Het stelsel van de dienstencheques is een tewerkstellingsmaatregel die drie doelstellingen nastreeft: De tewerkstellingsgraad

Nadere informatie

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS?

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS? WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS? Driekwart van de buitenlandse besluitvormers vindt dat Frankrijk een aantrekkelijke bestemming is voor investeringen (74%, toename van

Nadere informatie

02/02/2001. 1. Aanwijzing van Belgacom Mobile NV als operator met een sterke marktpositie

02/02/2001. 1. Aanwijzing van Belgacom Mobile NV als operator met een sterke marktpositie ADVIES VAN HET BIPT OVER DE AANWIJZING VAN BELGACOM MOBILE NV ALS OPERATOR MET EEN STERKE POSITIE OP DE MARKT VOOR OPENBARE MOBIELE TELECOMMUNICATIENETWERKEN EN OP DE NATIONALE MARKT VOOR INTERCONNECTIE

Nadere informatie

FINANCIEEL FORUM VLAAMS BRABANT

FINANCIEEL FORUM VLAAMS BRABANT DE ECONOMIE VAN WALLONIË : PRESTATIES EN VOORUITZICHTEN Vincent REUTER Gedelegeerd Bestuurder Union Wallonne des Entreprises (UWE) FINANCIEEL FORUM VLAAMS BRABANT 14 juni 2012 Inhoud presentatie 1. Economische

Nadere informatie

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2017 SWD(2017) 479 final WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING bij Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement

Nadere informatie

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft. ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 8 november 2006 1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Nadere informatie

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 20 november 2015 14129/15 SOC 668 EMPL 438 ECOFIN 853 POLGEN 166 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e

Nadere informatie

FAQ - TAX REFORM. 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt?

FAQ - TAX REFORM. 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt? FAQ - TAX REFORM 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt? Hiervoor moet men in twee stappen te werk gaan. In eerste instantie moeten de intresten op «staatsbons

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

informatieveiligheidsbeleid (Doc. Ref. : isms.004.hierar. ; Doc. Ref.(BCSS) : V2004.305.hierarch.v5.ivn)

informatieveiligheidsbeleid (Doc. Ref. : isms.004.hierar. ; Doc. Ref.(BCSS) : V2004.305.hierarch.v5.ivn) Dit document is eigendom van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. De publicatie ervan doet geen enkele afbreuk aan de rechten die de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid ten opzichte van dit document

Nadere informatie

N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS ADVIES. over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN

N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS ADVIES. over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS 740-2015 ADVIES over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO WTC III (17 e verd.)

Nadere informatie

Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, onderafdeling 4. Ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van een audiovisueel werk Art. 194ter.

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht Cel Externe Communicatie Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T. 02-2773408 GSM 0473-916424 Persbericht Datum: 26 november 2007 Betreft: Bijna 200 indicatoren geven

Nadere informatie

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 5 december 2017 (OR. en) 15445/17 FISC 346 ECOFIN 1092 RESULTAAT BESPREKINGEN van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 15175/17 Betreft:

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten

Arbitragecommissie. Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Advies nr 2008/01 van 8 september 2008 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Advies over de verplichting om een

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 Lichte daling werkloosheid Arbeidsmarktcijfers tweede kwartaal 2015 De werkloosheidgraad gemeten volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau daalde

Nadere informatie

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & Figures over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & figures De lokale overheden zijn een zeer belangrijke speler in ons land. De bevoegdheden die ze

Nadere informatie

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010.

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010. Buitenlandse handel Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010. Link naar editie 2008/2009 van de Europese Schoolagenda: www.ec.europa.eu/consumers/empowerment/cons_education_en.htm#diary

Nadere informatie

N Th EU Groenboek A07 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over HET GROENBOEK OVER ONDERNEMERSCHAP IN EUROPA

N Th EU Groenboek A07 Brussel, MH/AB/LC A D V I E S. over HET GROENBOEK OVER ONDERNEMERSCHAP IN EUROPA N Th EU Groenboek A07 Brussel, 22.10.2003 MH/AB/LC A D V I E S over HET GROENBOEK OVER ONDERNEMERSCHAP IN EUROPA (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO op 22 oktober 2003) *** 2

Nadere informatie

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B Raad van de Europese Unie Brussel, 26 november 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0251 (CNS) 12848/1/18 REV 1 FISC 397 ECOFIN 881 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van 6.12.2012. over agressieve fiscale planning

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van 6.12.2012. over agressieve fiscale planning EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.12.2012 C(2012) 8806 final AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale planning NL NL AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale

Nadere informatie

De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling

De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling VIVES BRIEFING 2018/05 De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling Relatief verlies, absolute winst voor werknemers Yannick Bormans KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen,

Nadere informatie

MKB investeert in kennis, juist nu!

MKB investeert in kennis, juist nu! M201016 MKB investeert in kennis, juist nu! drs. B. van der Linden drs. P. Gibcus Zoetermeer, september 2010 MKB investeert in kennis, juist nu! MKB-ondernemers blijven investeren in bedrijfsopleidingen,

Nadere informatie

Hoeveel dragen onze bedrijven bij aan de schatkist en de sociale zekerheid?

Hoeveel dragen onze bedrijven bij aan de schatkist en de sociale zekerheid? vbo-analyse Hoeveel dragen onze bedrijven bij aan de schatkist en de sociale zekerheid? September 2014 I Raf Van Bulck 39,2% II Aandeel van de netto toegevoegde waarde gegenereerd door bedrijven dat naar

Nadere informatie

Digital agenda Deel V. juli 2015

Digital agenda Deel V. juli 2015 Digital agenda Deel V juli 2015 Inhoudstafel Deel V - Bescherming en beveiliging van digitale gegevens... 1 V.1 Cybersecurity... 1 V.2 Beveiliging van betalingen... 3 V.3 Vertrouwen van de consumenten

Nadere informatie

PERSNOTA. Het fiscaal resultaat zal worden vastgesteld op basis van een percentage (0,55%) op de omzet die werd behaald uit de diamanthandel.

PERSNOTA. Het fiscaal resultaat zal worden vastgesteld op basis van een percentage (0,55%) op de omzet die werd behaald uit de diamanthandel. Kabinet Minister van Financiën PERSNOTA Onderwerp Fiscale maatregelen Programmawet Datum Ministerraad 21.05.2015 Bankentaks Onze samenleving heeft de voorbije jaren heel wat inspanningen gedaan om de financiële

Nadere informatie

Barometer van de informatiemaatchappij (2018) Oktober Barometer van de informatiemaatschappij

Barometer van de informatiemaatchappij (2018) Oktober Barometer van de informatiemaatschappij Barometer van de informatiemaatschappij INHOUD 1. Pijlers van het plan Digital Belgium 2. Hoofdstukken van de barometer 3. Indicatoren (5 pijlers) 4. Sterk stijgende indicatoren 5. Besluit FOD Economie,

Nadere informatie

COUNTRY PAYMENT REPORT 2015

COUNTRY PAYMENT REPORT 2015 COUNTRY PAYMENT REPORT 15 Het Country Payment Report is ontwikkeld door Intrum Justitia Intrum Justitia verzamelt informatie bij duizenden bedrijven in Europa en krijgt op die manier inzicht in het betalingsgedrag

Nadere informatie

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1 P a g i n a F u n c t i o n a l i t e i t s e c o n o m i e : h e f b o o

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EU - Contractenrecht A03 Brussel, 9 december 2010 MH/SL/AS A D V I E S over DE CONSULTATIE VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET EUROPEES CONTRACTENRECHT VOOR CONSUMENTEN

Nadere informatie

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties.

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. ADVIES Nr 29 / 1997 van 5 november 1997 O. Ref. : 10 / A / 1997 / 014 BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. De Commissie voor

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) De economie van India is snel gegroeid sinds aan het begin van de jaren 90 verregaande hervormingen werden doorgevoerd in o.a. het handels- en industriebeleid. Groei van

Nadere informatie

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR Het Raadgevend comité voor de pensioensector, dat werd opgericht krachtens het koninklijk besluit van 5 oktober 1994 houdende oprichting van een Raadgevend comité

Nadere informatie

Checklist voor goed ITINERA INSTITUTE BERICHT. openbaar bestuur. Expertise - Pathways - Impact. Expertise - Pathways - Impact. 2015 /01 26 l 02l 2015

Checklist voor goed ITINERA INSTITUTE BERICHT. openbaar bestuur. Expertise - Pathways - Impact. Expertise - Pathways - Impact. 2015 /01 26 l 02l 2015 ITINERA INSTITUTE BERICHT Checklist voor goed openbaar bestuur 2015 /01 26 l 02l 2015 MENSEN WELVAART BESCHERMING In moeilijke tijden met een toenemende onzekerheid moeten we kunnen rekenen op betrouwbare

Nadere informatie

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD STUK 459 (2011-2012) Nr. 1 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZIT TING 2011-2012 17 NOVEMBER 2011 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van mevrouw Elke ROEX betreffende het waarborgen van het recht op kinderopvang

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

N.V. Jean VERHEYEN (Verzekeringsagent) Bedrijfspolitiek op het gebied van de belangenconflicten

N.V. Jean VERHEYEN (Verzekeringsagent) Bedrijfspolitiek op het gebied van de belangenconflicten MiFID Belangenconflicten beleid Versie 18/08/2014 - Deze versie annuleert en vervangt alle vorige versies 1. Inleiding Conform de Europese reglementering (Markets in Financial Instruments Directive, hierna

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

SAMENVATTEND VERSLAG OVER IER- INBREUKEN Samenvatting

SAMENVATTEND VERSLAG OVER IER- INBREUKEN Samenvatting SAMENVATTEND VERSLAG OVER IER- INBREUKEN 2018 Samenvatting juni 2018 SAMENVATTING SAMENVATTEND VERSLAG OVER IER-INBREUKEN 2018 juni 2018 2 Samenvatting Samenvattend verslag over IER-inbreuken Dit is een

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van maandag 5 oktober

A D V I E S Nr Zitting van maandag 5 oktober A D V I E S Nr. 1.959 ------------------------------- Zitting van maandag 5 oktober 2015 --------------------------------------------------- Vragenlijst voor een evaluatie van de Verklaring van de IAO

Nadere informatie

Afdeling 1.- De eigenschappen van het registratiesysteem. De gegevensbank maakt het mogelijk de geregistreerde gegevens te traceren.

Afdeling 1.- De eigenschappen van het registratiesysteem. De gegevensbank maakt het mogelijk de geregistreerde gegevens te traceren. Koninklijk besluit van 11 februari 2014 tot uitvoering van de artikelen 31ter, 1, tweede lid en 3, eerste lid, 31quinquies, vierde lid, 31sexies, 2, derde en vierde lid en 31septies, derde lid van de wet

Nadere informatie

10044/17 mak/adw/sl 1 DG G 2B

10044/17 mak/adw/sl 1 DG G 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juni 2017 (OR. en) Interinstitutionele dossiers: 2016/0370 (CNS) 2016/0372 (E) 2016/0371 (CNS) 10044/17 FISC 131 ECOFIN 505 UD 146 NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap

Nadere informatie

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting.

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. TOELICHTING De kaaimantaks is een doorkijkbelasting in de personen- en de rechtspersonenbelasting waarbij inkomsten ontvangen door een juridische

Nadere informatie

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité");

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: het Comité); 1/5 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr. 22/2016 van 30 juni 2016 Betreft: Aanvullende beraadslaging op de beraadslagingen FO nrs. 03/2009, 05/2009, 06/2009, 16/2009, 06/2011,

Nadere informatie

De FOD Economie informeert u! De innovatiepremie. Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij de fiscale vrijstelling van de innovatiepremies

De FOD Economie informeert u! De innovatiepremie. Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij de fiscale vrijstelling van de innovatiepremies De FOD Economie informeert u! De innovatiepremie Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij de fiscale vrijstelling van de innovatiepremies De innovatiepremie Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij

Nadere informatie

ICT and economic growth. Nederlandse samenvatting

ICT and economic growth. Nederlandse samenvatting ICT and economic growth Nederlandse samenvatting ICT and economic growth Nederlandse samenvatting Nederlandstalige samenvatting van het rapport ICT and Economic Growth Opgesteld door het Centraal Bureau

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011;

Gelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011; 1/7 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 71/2011 van 14 december 2011 Betreft: machtigingsaanvraag van het Belgische Rode Kruis om het Rijksregisternummer te gebruiken zodat zij voor

Nadere informatie

Statistisch Product. Milieu-uitgaven van ondernemingen

Statistisch Product. Milieu-uitgaven van ondernemingen Metadata Statistisch Product Milieuuitgaven van ondernemingen In milieu en economie wordt enerzijds dieper ingegaan op de uitgaven voor milieu, zowel van bedrijven als van de overheid en anderzijds wordt

Nadere informatie

Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Value at Stake-analyse (Analyse potentiële waarde) van IoE voor de publieke sector door Cisco

Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Value at Stake-analyse (Analyse potentiële waarde) van IoE voor de publieke sector door Cisco Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Value at Stake-analyse (Analyse potentiële waarde) van IoE voor de publieke sector door Cisco Joseph Bradley Christopher Reberger Amitabh Dixit Vishal

Nadere informatie

Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt

Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt VIVES BRIEFING 207/04 Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt Koen Breemersch KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, VIVES Met dank aan Cathy Lecocq

Nadere informatie

Het meten van administratieve lasten in België

Het meten van administratieve lasten in België Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten 7 juni 2007 Bureau fédéral du Plan Analyses et prévisions économiques Het meten van administratieve lasten in België Chantal Kegels Joost Verlinden

Nadere informatie

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Een innovatief economisch model, een opportuniteit voor ondernemers en consumenten Opdracht van de FOD Economie In een steeds veranderende Belgische

Nadere informatie

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? INLEIDING Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? Het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting werd in 1999

Nadere informatie

COHESIEBELEID 2014-2020

COHESIEBELEID 2014-2020 GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE INVESTERING COHESIEBELEID 2014-2020 De nieuwe wet- en regelgeving voor de volgende investeringsronde van het EU-cohesiebeleid voor 2014-2020 is in december 2013 formeel goedgekeurd

Nadere informatie

INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia

INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE Studie in opdracht van Fevia Inhoudstafel Algemene context transport voeding Enquête voedingsindustrie Directe

Nadere informatie

Belastingheffing digitale economie: lange en korte termijn oplossing

Belastingheffing digitale economie: lange en korte termijn oplossing Belastingheffing digitale economie: lange en korte termijn oplossing Op 21 maart jl. heeft de Europese Commissie nieuwe regels voorgesteld, die moeten verzekeren dat digitale bedrijven hun fair share betalen

Nadere informatie

Boordtabel van het Concurrentievermogen van de Belgische economie. 25 november 2015

Boordtabel van het Concurrentievermogen van de Belgische economie. 25 november 2015 Boordtabel van het Concurrentievermogen van de Belgische economie 25 november 2015 1 Sprekers M. Kris Peeters Vice-Eerste Minister en federaal Minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse

Nadere informatie

Tax shelter in België:

Tax shelter in België: Tax shelter in België: "Hopen talent, maar weinig geld". Dat was begin deze eeuw de conclusie met betrekking tot de Belgische audiovisuele productiesector en meer bepaald het segment van de cinematografische

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten

Regionale economische vooruitzichten 2015/2 Regionale economische vooruitzichten 2015-2020 Dirk Hoorelbeke D/2015/3241/213 Samenvatting Dit webartikel geeft een bondig overzicht van de nieuwe regionale economische vooruitzichten tot 2020.

Nadere informatie

Country factsheet - November 2014. Zweed

Country factsheet - November 2014. Zweed Country factsheet - November 2014 Zweed Wie Zweden zegt, zegt digitaal. En wie digitaal zegt, zegt e-commerce. Inderdaad, e-commerce maakt gewoonweg deel uit van de dagelijkse routine van de Zweed. De

Nadere informatie

NAM-multiplicatoren: handleiding

NAM-multiplicatoren: handleiding Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten NAM-multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren die hier voorgesteld worden, zijn afgeleid van een model gebaseerd op een National Accounting

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/11/037 BERAADSLAGING NR 11/028 VAN 5 APRIL 2011 MET BETREKKING TOT DE TOEGANG VAN DE KONINKLIJKE FEDERATIE

Nadere informatie

Barometer van de informatiemaatschappij (2017) Juli Barometer van de informatiemaatschappij

Barometer van de informatiemaatschappij (2017) Juli Barometer van de informatiemaatschappij Barometer van de informatiemaatschappij INHOUD 1. Pijlers van het plan Digital Belgium 2. Hoofdstukken van de barometer 3. Indicatoren (5 pijlers) 4. Sterk stijgende indicatoren 5. Besluit FOD Economie,

Nadere informatie

Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, A D V I E S. over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN

Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, A D V I E S. over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, 15.12.1998 MH/AB/LC A D V I E S over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN *** In zijn brief van 6 juli 1998 vroeg de Vice-Eerste

Nadere informatie

BIJLAGE BIJLAGE VIII

BIJLAGE BIJLAGE VIII EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.3.2014 COM(2014) 148 final ANNEX 8 BIJLAGE BIJLAGE VIII Associatie-overeenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds,

Nadere informatie

Studiedienst PVDA Studie over de transfers van lonen naar winsten onder de regering-michel.

Studiedienst PVDA Studie over de transfers van lonen naar winsten onder de regering-michel. Studiedienst PVDA Studie over de transfers van lonen naar winsten onder de regering-michel. EEN TRANSFER VAN BIJNA 9 MILJARD UIT DE PORTEMONNEE VAN DE WERKENDE MENSEN NAAR DE BEDRIJFSWINSTEN. EEN VERLIES

Nadere informatie

Fedict dienstenintegrator. Oprichting en organisatie van een federale kruispuntbank

Fedict dienstenintegrator. Oprichting en organisatie van een federale kruispuntbank 1 Fedict dienstenintegrator Oprichting en organisatie van een federale kruispuntbank 2 Principes De aanduiding van Fedict als dienstenintegrator is een essentiële factor in het verder ontwikkelen van e-government

Nadere informatie

Werking en stand van zaken van het bottom-upmodel

Werking en stand van zaken van het bottom-upmodel Sessie 3: Analyse van de impact van economische beleidsmaatregelen Werking en stand van zaken van het bottom-upmodel Didier Baudewyns, FPB 20 november 2018 Plan van de uiteenzetting Waarom een bottom-up

Nadere informatie

Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten»

Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten» Department Legal Affairs Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten» 1. Inleiding Overeenkomstig de bepalingen van de wet van 30 juli 2013 tot versterking

Nadere informatie

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen

Nadere informatie

notarisbarometer 2012 : meer vastgoedtransacties in België Vastgoedactiviteit in België www.notaris.be 106,4 106,8 101,6 99,2 100 99,2 99,8

notarisbarometer 2012 : meer vastgoedtransacties in België Vastgoedactiviteit in België www.notaris.be 106,4 106,8 101,6 99,2 100 99,2 99,8 notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D E n 15 Oktober - december Trimester 4 - Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen De familie

Nadere informatie

14257/16 pro/oms/fb 1 DG G 2B

14257/16 pro/oms/fb 1 DG G 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2016 (OR. en) 14257/16 FISC 190 ECOFIN 1023 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 9 november 2016 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr.

Nadere informatie

Niet-gebruik van en niet-toegang tot rechten

Niet-gebruik van en niet-toegang tot rechten Niet-gebruik van en niet-toegang tot rechten Elektronische gegevensuitwisselingen 28 april 2015 Henk Van Hootegem henk.vanhootegem@cntr.be 02/2012.31.71 Plan 1.Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid

Nadere informatie

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST ADVIES (BRUGEL-ADVIES-20140620-191) betreffende de Klantendienst in de nabijheid van de afnemers - Implementatie Opgesteld op basis

Nadere informatie

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Voorwoord In februari 2007 ontwikkelden de Europese mobiele providers en content providers een gezamenlijke structuur voor

Nadere informatie

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T DE RAAD Brussel, 4 februari 2009 (OR. en) 2008/0026 (COD) PE-CO S 3706/08 STATIS 156 CODEC 1456 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: VERORDENING VAN HET

Nadere informatie