Studentenstatuut

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Studentenstatuut 2014-2015"

Transcriptie

1 Studentenstatuut Christelijke Hogeschool Windesheim Calo Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding (Deeltijd) Croho nr De accreditatie geldt van tot en met Waar student en hij staat kan ook gelezen worden de studente en zij. De links in dit document werken alleen bij raadpleging van dit document op het intranet van Windesheim

2

3 INLEIDING: HET DOEL VAN DE ONDERWIJS EN EXAMENREGELING 5 1. ONDERWIJS EN EXAMENREGELING - BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING 6 A - OMSCHRIJVING VAN HET ONDERWIJS VAN DE OPLEIDING De onderwijsvisie van Windesheim en van de opleiding De onderwijsleeractiviteiten Studiebegeleiding Kwaliteit en studeerbaarheid Vorm van de opleiding 11 B - DE RELATIE VAN DE OPLEIDING MET HET BEROEPENVELD Doelstelling van de opleiding De eindtermen c.q. eindcompetenties van de opleiding Inhoud van de opleiding De relatie tussen de opleiding en het beroepenveld 15 C - INRICHTING VAN HET ONDERWIJS De inrichting van de opleiding 18 1a - De propedeutische fase 19 1b - De postpropedeutische of hoofdfase 20 1c - Bijzondere leerwegen Overzicht informatie major, minor en modules Accreditatie ONDERDERWIJS EN EXAMENREGELING RECHTEN EN PLCIHTEN 25 Hoofdstuk 2 TOEGANG EN TOELATING 25 Artikel 2.1 Toegang (art WHW, art. 7.31a t/m e WHW, art WEB) 25 Artikel Nadere vooropleidingseis (art WHW) 25 Artikel Aanvullende vooropleidingseis (PMT, Sport en Bewegen, Lerarenopleiding Lichamelijke opvoeding, PABO - art WHW) 25 Artikel Vervallen 25 Artikel 2.4a Aanvullende vooropleidingseis deeltijdopleiding (art WHW) 25 Artikel 2.5 Toelating (art WHW) 25 Artikel Vrijstelling vooropleidingseis ogv gelijkwaardig diploma (art. 7.10, 7.24 en 7.28 WHW) 26 Artikel Vrijstelling propedeutisch examen (art WHW) 26 Artikel EVC (WHW art lid 2 sub r) 26 Artikel 2.9 Ontzegging toegang (art. 7.42a WHW) 27 Hoofdstuk 3 INRICHTING VAN DE OPLEIDING 28 Artikel 3.1 Vraaggestuurd en Competentiegericht onderwijs 28 Artikel 3.2 Structuur van de opleiding - propedeuse, postpropedeuse en Associate degree (Ad) 28 Artikel Examens en graden van de opleiding 28 Artikel 3.4 Major 28 Artikel Minors 28 Artikel 3.6 Premastertraject 29 Artikel Studiepunten onderwijseenheid 29 Artikel Onderwijsperioden per studiejaar 29 Artikel Gedragscode Nederlandse taal 29 Hoofdstuk 4 - STUDIEBEGELEIDING (art lid 2 sub u WHW) 31 Artikel Studiebegeleiding 31 Artikel 4.2 Studieloopbaanbegeleiding 31 Artikel 4.3 Algemene studiebegeleiding 31 Artikel Bijzondere studiebegeleiding 32 3

4 Hoofdstuk 5 - STUDIEADVIES 32 Artikel Uitbrengen studieadvies 32 Artikel Afwijzing bij het studieadvies 33 Artikel Procedure bij afwijzing bij het studieadvies 34 Hoofdstuk 6 TOETSEN, TENTAMENS EN EXAMENS 35 Artikel Vorm van de tentamens 35 Artikel Schriftelijke toets 35 Artikel Portfolio of werkstuk als toets 35 Artikel Mondelinge toets 35 Artikel Vrijstelling voor tentamens 36 Artikel Afleggen van tentamens 36 Artikel Cijfers 36 Artikel Toetsuitslag en tentamencijfer 37 Artikel Inzage beoordeeld werk 37 Artikel 6.10 Geldigheidsduur tentamens en vrijstellingen 37 Artikel Examen 37 Artikel Cum laude 38 Hoofdstuk 7 - EXAMENCOMMISSIE 39 Artikel Instelling en taken examencommissie 39 Artikel Benoeming en samenstelling examencommissie 39 Artikel Subcommissies 40 Artikel Examinatoren 40 Artikel 7.5 Getuigschriften en verklaringen 40 Hoofdstuk 8 SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN 41 Artikel Bezwaar en beroep 41 Artikel Wijziging van de regeling 41 Artikel Bijlagen bij onderwijs- en examenregeling 41 Artikel Slot- en overgangsbepalingen 41 Artikel Inwerkingtreding en looptijd 41 4

5 INLEIDING: HET DOEL VAN DE ONDERWIJS EN EXAMENREGELING In het Studentenstatuut zijn de regels opgenomen die betrekking hebben op de rechten en plichten van studenten. Samen met het Reglement Examencommissie is de Onderwijs- en Examenregeling (OER) de belangrijkste regeling in het studentenstatuut. In de OER is een concrete uitwerking van de inhoud van de opleiding opgenomen. Deze is opgesteld door het management van de opleiding. De examencommissie oordeelt of de OER op een juiste manier wordt uitgevoerd. Als een student vragen, opmerkingen of klachten over de uitvoering van de OER heeft, dan kunnen deze aan de examencommissie worden voorgelegd. In het Reglement Examencommissie staan de regels die de examencommissie daarbij hanteert. Naast de OER en het Reglement Examencommissie zijn er nog meer regelingen die tot het studentenstatuut behoren. Bijvoorbeeld regelingen over medezeggenschap, financiële uitkeringen, huisregels en privacy-regels, de rechtsbescherming van studenten en het klachtenloket. Het studentenstatuut met al deze regelingen is te vinden op Sharenet. 5

6 1. ONDERWIJS EN EXAMENREGELING - BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING A - OMSCHRIJVING VAN HET ONDERWIJS VAN DE OPLEIDING 1 - De onderwijsvisie van Windesheim en van de opleiding Windesheim is een brede kennisinstelling en heeft de ambitie een inspirerende omgeving voor hoger onderwijs te zijn. Onze studenten wordt een excellente opleiding aangeboden, die hen theoretisch en praktisch voorbereidt op een succesvolle en maatschappelijk relevante loopbaan. Om de ontwikkeling van het onderwijs verdere impulsen te geven, wordt praktijkgericht onderzoek verricht. Daarnaast wordt de kennis voortdurend getoetst aan de praktijk door samen te werken met bedrijven en non-profit-organisaties in de regio. Door onderwijs, onderzoek en ondernemen op deze wijze uitgebalanceerd ten opzichte van elkaar te positioneren, versterken ze elkaar. Onze vier uitgangspunten Ambitieus studieklimaat Windesheim daagt studenten uit. In de leersituatie wordt steeds spanning gecreëerd tussen het bestaande en het volgende competentieniveau, waardoor studenten worden geprikkeld hun grenzen te verleggen. De praktijk van het beroep is de basis waaraan uitdagende opdrachten worden ontleend. Om recht te doen aan de verschillende talenten en ambities kunnen studenten binnen de beroepsgerichte curricula een deel van het onderwijs zelf invullen om tot verbreding, verdieping of verzwaring van het programma te komen. In dit ambitieuze studieklimaat worden kwantitatieve en kwalitatieve eisen gesteld aan de inspanningen van de student. Uitdagend, tegelijkertijd realistisch. De waarde(n)volle professional Windesheim leidt professionals op die geleerd hebben het eigen professionele handelen kritisch ter discussie te stellen en hierover verantwoording af te leggen. Daarbij hanteert de professional persoonlijke, institutionele en wettelijke waarden en normen. Door een onderzoekende en reflectieve houding ontwikkelen zij continu hun professionaliteit, vanuit hun idealen over goed samenleven. Vanuit de eigen vakbekwaamheid en met die kritische reflectie leveren zij een bijdrage aan de kwaliteit van de samenleving. De professional is op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen op het vakgebied en is door onderzoekvaardigheden gewapend voor de toekomst en de steeds veranderende beroepspraktijk. Hij ziet kansen, weet deze te benutten, kan innoveren en neemt initiatief. Studentbegeleiding op maat Aan studenten wordt persoonlijke en adequate begeleiding aangeboden, met eerlijke en bruikbare feedback op de prestaties. Al voor de poort maakt de student kennis met Windesheim en vice versa, met het doel de meest passende opleiding te kunnen kiezen. Er wordt gestuurd op resultaat, zodat de student succesvol zijn studie kan doorlopen. Windesheim biedt een omgeving waarin studenten zich maximaal kunnen ontplooien. Hierbij worden zowel uitzonderlijke begaafdheden als specifieke functiebeperkingen serieus genomen. Tevens wordt tijd- en plaats-onafhankelijk werken gefaciliteerd. 6

7 Hoge kwaliteit van onderwijs De norm is het aanbieden van opleidingen van bovengemiddeld niveau. Een deel van de opleidingen van Windesheim heeft een nóg hoger ambitieniveau en werkt toe naar het predicaat: Topopleiding. Om steeds met de nieuwste inzichten in de diverse vakgebieden te kunnen werken, zijn opleidingen verbonden met Centers of Expertise en kenniscentra. Onderwijs, onderzoek en ondernemen zijn met elkaar geïntegreerd en versterken elkaar daardoor in kwaliteit en vernieuwingskracht. Windesheim laat iedere student zich internationaal oriënteren om de kwaliteit en het beroepsperspectief van de afgestudeerden te vergroten. Windesheim handhaaft en verbetert continu onderwijskwaliteit. Het professioneel handelen van alle medewerkers is het vertrekpunt voor kwaliteit. Docenten vormen de ruggengraat van de kwaliteit van de opleiding. Zij zijn op de hoogte van de belangrijkste ontwikkelingen binnen hun vakgebied. Windesheim hanteert hierbij een dubbele professionaliteit: docenten zijn vakbekwaam én didactisch onderlegd. Hoge kwaliteit is voor hen geen toevallige uitkomst, het is een logisch gevolg van de beheersing van het proces en de afstemming met de omgeving. Windesheim Is een inspirerende kennisinstelling voor met name de regio Zwolle en Almere met een ambitieus studieklimaat en opleidingen van bovengemiddeld niveau. Biedt een omgeving waar de student zich, met de nodige invloed op het studieprogramma, kan vormen tot een waarde(n)volle professional. Levert een professional die de regie kan voeren over de eigen loopbaan en over de grenzen van het vakgebied kan heenkijken. De opleiding geeft aan deze uitgangspunten invulling door middel van onderwijsdidactische werkvormen, studie- en leeractiviteiten, studieloopbaanbegeleiding dan wel studentbegeleiding, en stage- en afstudeerperiodes. Onderwijsvisie opleiding LO In de onderwijsvisie van de opleiding LO wordt uitgegaan van de inbedding van het individu in verschillende verbanden of contexten. Startpunt van denken en doen ligt bij de (bewegings)activiteiten die worden aangeboden aan een groep in een bepaalde onderwijscontext. Van daaruit moet worden aangesloten bij de leermogelijkheden die individuele deelnemers in de groep op een bepaald gebied kunnen en willen realiseren. Dit uitgangspunt is van belang om iedereen in het (bewegings)onderwijs tot zijn of haar recht te laten komen. In het opleidingsonderwijs is het belangrijk, dat verschillen tussen studenten worden gerespecteerd en gewaardeerd. Daartoe zullen docenten en studenten van de opleidingen zich inzetten voor elkaar en mogelijkheden benutten om aan en met elkaar te leren. In de visie op leren van de Hogeschool Windesheim wordt de nadruk gelegd op de concepten 'leren leren' en 'zelfstandig leren '. Het 'leren leren concept' duidt op een wenselijk geachte manier van leren. Het is leren over het leren. Meta-leren, zouden we het ook kunnen noemen. Leren hoe je het beste kunt leren, vereist een dubbele gerichtheid: iemand is gericht op de leertaak en tegelijkertijd gericht op zijn wijze van aanpakken van het probleem. Uitgaande van het 'leren leren concept' is het belangrijk, dat de student zich afvraagt en leert nagaan of zijn wijze van aanpakken en oplossen van het probleem wel op een adequate (doelmatige) manier plaatsvindt. Met zijn meta-bewustzijn stuurt de student zijn eigen leerproces voortdurend bij en heeft hij steeds minder begeleiding nodig om iets te leren. Dit betekent dat 'leren leren' uitmondt in zelfsturing en zelfregulatie. 7

8 Dit zelfstandig kunnen reguleren van eigen leerprocessen is een vaardigheid die geleerd kan worden. De docent heeft hierbij een coachende en begeleidende rol. De opleidingscurricula worden competentiegericht en vraaggeleid vorm gegeven. Belangrijk uitgangspunt daarbij vormt de 11 e Windesheimcompetentie, zelfsturing. In dit onderwijsconcept gaat het dus niet om het leren reproduceren van pasklare antwoorden, maar om het zelf leren nadenken over mogelijkheden om de deelname aan bewegingsactiviteiten te beïnvloeden en te benutten. Inherent aan dit onderwijsconcept is het gebruik van werkvormen die het zelfstandig leren stimuleren. Voor de opleiding LO houdt deze opvatting over leren het volgende in: - De student is zelf verantwoordelijk voor eigen ontwikkeling. De opleiding schept voorwaarden voor het competentiegericht leren en vraaggeleid vormgeven. Leren doen de studenten zelf. - Leren gebeurt langs meerdere wegen. Door te studeren, door te luisteren naar anderen, door te doen enzovoort. Voor het leren in het beroepsonderwijs geldt, dat praktijkoriëntatie en praktijkoefening zeer essentiële elementen zijn. Daarom vormen zij het centrum van het curriculum. - Het opleidingsonderwijs moet voor de studenten voorbeeldig zijn voor de toekomstige beroepspraktijk. Zo zal de opleidingsdidactiek bijvoorbeeld de didactische principes en grote verscheidenheid aan werkvormen moeten weerspiegelen waarmee toekomstige leerkrachten in stage en beroepspraktijk worden geconfronteerd. - De opleiding dient in volle breedte een oefenplaats te zijn waar studenten kunnen ervaren hoe zij later op eigen wijze vorm kunnen geven aan hun leraarschap en aan de identiteit van de school. Studenten zijn na het afstuderen startbekwaam, maar nog niet uitgeleerd. De ontwikkelingen gaan verder. Het is dus van belang dat afgestudeerden zich blijven scholen. In haar didactische overwegingen gaat de opleiding LO uit van de praktijk van het bewegingsonderwijs. Binnen de geldende wettelijke kaders worden door leerkrachten bewegingsonderwijs didactische beslissingen genomen over: leerdoelen, werkwijzen, middelen en evaluatie. Dat betekent dat het geven van bewegingsonderwijs in de vakdidactiek moet worden gepland en verantwoord. Bij die verantwoording speelt een aantal belangrijke noties een rol, zoals: doel en plaats van het bewegingsonderwijs, en visie op onderwijs en opvoeding. Daarin krijgen ook opvattingen over mensen, lichamelijkheid en menselijk bewegen, alsmede maatschappij en bewegingscultuur in hun onderlinge samenhang betekenis. Dit niveau, waarin uitspraken over legitimering, uitgangspunten en algemene doelstellingen van het bewegingsonderwijs worden gedaan, geeft het veld van waardentoekenningen aan waarin het vak bewegingsonderwijs is te plaatsen en wordt geplaatst. 2 - De onderwijsleeractiviteiten Leren als cyclisch proces Binnen de opleiding LO wordt ervan uitgegaan dat competentiegericht opleiden zich niet zozeer laat karakteriseren door het afwerken van competentielijstjes als wel door het op een competente wijze leren uitvoeren van verschillende beroepsrollen en -taken. Het gaat er niet om dat een student compententies heeft, het gaat er veeleer om dat hij of zij competent is, of liever nog competent handelt. Een competente bewegingsdeskundige is iemand die adequaat zijn beroepstaken uitvoert, daarbij zijn handelen afstemt op de context waarin hij zich bevindt en dit met een persoonlijke betrokkenheid doet. De afstemming op de context behelst daarbij (1) het kunnen afstemmen op de specifieke doelgroep waarmee of waarvoor wordt gewerkt, (2) de afstemming op de inhoudelijke en/of beleidsdoelen waarbinnen wordt geopereerd en (3) de afstemming op de geldende regels, protocollen en verantwoordelijkheden van de specifieke beroepscontext waarbinnen een functie wordt uitgeoefend. 8

9 Daarbij valt in de ogen van de opleiding, competentiegericht leren op te vatten als het doorlopen van een leerspiraal. In deze leerspiraal zijn vier fasen te onderscheiden (zie figuur). Fase van Evaluatie en Planning A.d.h.v. evaluaties vaststellen van resultaat & niveau en op grond daarvan een leerplan maken. Fase van Ervaringen Realistisch, uitdagend en gecontextualiseerd karakter Fase van Verdieping en Training Gericht oefenen en/of theoretische en conceptuele verdieping Fase van Reflectie Reflectie op context, gedrag, bekwaamheden, overtuigingen, identiteit en betrokkenheid. Het doorlopen van de leerspiraal gebeurt idealiter niet in een kort tijdsbestek en eenmalig, maar verspreid over een langere periode met een aantal herhaalmomenten. Alleen op die manier krijgt de student de gelegenheid meerdere verschillende ervaringen op te doen waarop gereflecteerd kan worden, verschillende (deel)aspecten te oefenen of conceptueel te verdiepen en meerdere plannen uit te proberen. Leren is, anders gezegd, een cyclisch proces. De stage centraal Het beroepsspecifieke deel van de opleiding bestaat voor een belangrijk deel uit stages (kenmerkende beroepssituaties). De leerdoelen in deze stage zijn in belangrijke mate richtinggevend voor het onderwijs,dat over het algemeen ondersteunend is aan het leren in de stage. Onderstaande afbeelding toont de verschillende moduulclusters die de stage ondersteunen: - SLB (studie- en loopbaanbegeleiding) - Didactische practica (DP) - Praktijkvakken, met aandacht voor eigen vaardigheid (spel, turnen, atletiek, bewegen en muziek, judo, zwemmen) en vakspecifieke didactische en methodische vraagstukken - Theorie (humane biologie en sociale wetenschappen) Stage centraal SLB (reflectie) Theorie Stage Eigen vaardigheid Didactiek / Methodiek Afbeelding: Moduulclusters ter ondersteuning van de stage 9

10 Koppeling met de leercirkel In de stage doen studenten leerervaringen op, binnen SLB wordt daarop teruggeblikt, binnen theorie en didactiek/methodiek/eigen vaardigheid vindt verdieping en training plaats. Maar ook binnen de lessen zelf wordt ervaring opgedaan en is reflectie en verdieping aan de orde. Het doorlopen van de leercirkel vindt herhaling plaats, zowel in grotere als in kleinere eenheden (lessen, opdrachten, stage). Horizontale samenhang binnen een jaar De stage omvat een belangrijk deel van het programma. In de stage komt de student het beroep van docent LO in de volle omvang tegen. Daarbij gaat het vooral om het (beter) leren verzorgen van lessen bewegingsonderwijs, maar ook om het leren functioneren in een team van collega s. Per studiejaar zijn lesgeefthema s uit de stages gedestilleerd. Vooral bij de didactische practica (DP s)en methodieklessen komen deze lesgeefthema s aan de orde. De DP s vormen in die zin de rode draad binnen de beroepslijn. In een DP wordt voortdurend heen en weer gependeld tussen theorie en praktijk. Vakgerichte methodieklessen hebben vergroting van inzicht in bewegingsactiviteiten tot doel. Waar in DP s activiteiten gekozen worden als exemplaar om een bepaalde lesgeefproblematiek te thematiseren, staan bij methodiek juist de activiteiten zelf centraal: binnen het doen en nadenken over deze activiteiten wordt ook ingegaan op het lesgeefthema dat gedurende dat semester aan de orde is. In de vakgerichte eigen vaardigheidslessen wordt op eigen niveau gewerkt aan het verbeteren van wijzen en niveaus van deelnemen aan bewegingssituaties. Het gaat daarbij om: - het opdoen van bewegingservaring; - het verbeteren van bewegingsvaardigheden; - het leren nadenken over eigen en andermans doen en laten in bewegingssituaties; - het ontwikkelen van methodische kennis en inzicht in bewegingssituaties. De theorie is gericht op verdieping van de stagecontext. Bij humane biologie (HB) gaat het om kennis met betrekking tot de motorische en fysieke belasting en ontwikkeling, training van kracht, coördinatie en uithoudingsvermogen van leerlingen in bewegingssituaties. Bewegingsanalyse is daarbij een belangrijk onderdeel en wordt zoveel mogelijk gekoppeld aan de lesgeefpraktijk van dat moment. Bij sociale wetenschappen (SW) gaat het over concepten en conceptualiseringen van beïnvloedingspraktijken in het bewegingsonderwijs. Studenten leren een eigen werkconcept te ontwikkelen in de wereld van bewegen en sport. Legitimeringvraagstukken worden zoveel mogelijk gekoppeld aan de stagecontext besproken en bekeken vanuit ethische, pedagogische en psychologische invalshoeken. Tijdens de studie- en loopbaan (SLB)-lessen leren studenten leervragen vanuit hun stage formuleren, op grond daarvan leerdoelen te bepalen en een PAP (persoonlijk activiteitenplan) en POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) te schrijven. De student houdt zelf een portfolio bij en bespreekt dit een of twee keer per jaar met de SLB-docent. 3 - Studiebegeleiding Door de gehele opleiding heen wordt aandacht gegeven aan studie- en loopbaanbegeleiding. Deze bestaat uit individuele begeleidingsgesprekken, supervisie en intervisie in groepen, reflectieopdrachten (waaronder POP en PAP), maar ook training in beroepsvaardigheden. Binnen de opleiding onderscheiden we verschillende begeleidingsrollen: de SLB er, mentor, stagebegeleider, coach en assessor van een groep studenten. Meer informatie over studiebegeleiding is hier te vinden. 10

11 4 - Kwaliteit en studeerbaarheid De spreiding van de studielast over het studiejaar en de opleiding De studielast is voor de verschillende fases van de opleiding is gelijkmatig over het jaar verspreid. De beoordeling van de onderwijs- en examenregeling als bedoeld in artikel 7.14 WHW (evaluaties) De beoordeling van de onderwijseenheden van de opleiding LO gebeurt volgens een gestandaardiseerde procedure (KWZ). Het aanbieden van individuele routes voor studenten met achterstand (studiecontracten) Voor de studenten met achterstanden wordt tijdens de opleiding gezocht naar studieprogramma s van 60 EC per jaar. De student heeft zelf de verantwoordelijkheid met een voorstel te komen. De student mag aan maximaal twee tentamengelegenheden per jaar deelnemen. Wat betreft de herkansingen van de postpropedeuse staat het de student vrij om deel te nemen aan tentamengelegenheden als het tentamen aangeboden wordt. 5 - Vorm van de opleiding Het onderwijs in de opleiding wordt deeltijds verzorgd. 11

12 B - DE RELATIE VAN DE OPLEIDING MET HET BEROEPENVELD 1 - Doelstelling van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd de student de vereiste competenties en/of een zodanige integratie van kennis, vaardigheden en inzicht bij te brengen, dat hij in staat is tot zelfstandige beroepsuitoefening. 2 - De eindtermen c.q. eindcompetenties van de opleiding Richtinggevend voor de uitwerking van het curriculum van de lerarenopleidingen zijn de opleidingskwalificaties uit het landelijke opleidingsprofiel van de gezamenlijk opleidingen leraar lichamelijke opvoeding in de 1 e graad. 1 In het curriculum worden ook alle aspecten van de landelijke kennisbasis voor de opleiding LO geïntegreerd. 2 De opleidingskwalificaties bestaan uit zeven competenties die worden geconcretiseerd door middel van handelingscriteria. Een handelingscriterium beschrijft in waarneembaar gedrag wat een student aan het einde van de opleiding moet kennen, kunnen en willen ofwel de learning outcomes. 5.1 Interpersoonlijk handelen De startende leraar lichamelijke opvoeding: 1.1 geeft het goede voorbeeld in communicatie en omgangsvormen voor de leerlingen; 1.2 schept een fysiek en emotioneel veilig bewegingsklimaat gericht op optimale ontwikkelingskansen voor sport en bewegen; 1.3 toont belangstelling voor sportparticipatie en bewegingservaringen van de leerlingen; 1.4 betrekt leerlingen bij de vormgeving van een veilig beweeg-, sport- en leerklimaat; 1.5 draagt bij aan integratie van en samenwerking tussen leerlingen met een verschillende culturele achtergrond of seksuele gerichtheid; 1.6 stimuleert leerlingen tot een gezonde en actieve leefstijl met sport- en bewegingsactiviteiten. 5.2 Pedagogisch handelen De startende leraar lichamelijke opvoeding: 2.1 analyseert het sociale klimaat van de groep; 2.2 werkt aan een pedagogisch klimaat dat bijdraagt aan zowel zelfstandig als samenwerkend leren; 2.3 streeft voor de individuele leerling naar een persoonlijk en positief ontwikkelingsklimaat; 2.4 signaleert problemen en belemmeringen in de ontwikkeling van leerlingen (fysiek, motorisch, sociaal-emotioneel en cognitief); 2.5 bespreekt gesignaleerde gedragsproblemen in het onderwijsteam; 2.6 onderhoudt waar nodig contact met ouders/verzorgers en gaat op een professionele manier om met informatie over leerlingen; 2.7 verantwoordt professionele opvattingen en werkwijze met betrekking tot individuele leerlingen aan ouders en andere belanghebbenden; 2.8 evalueert zijn pedagogische aanpak en stelt deze zo nodig bij, voor de hele groep en/of voor individuele leerlingen. 1 Landelijke Opleidingsprofiel Leraar Lichamelijke Opvoeding eerste graad (20130). 2 Kennisbasis Docent lichamelijke opvoeding (2012). 12

13 5.3 Vakinhoudelijk en vakdidactisch handelen De startende leraar lichamelijke opvoeding: Plannen 3.1 analyseert het sport- en bewegingsniveau van de leerlingen; 3.2 analyseert de wijze waarop leerlingen als groep en individu deelnemen aan bewegings- en sportsituaties; 3.3 maakt jaarplannen en lessenreeksen passend binnen het vakwerkplan lichamelijke opvoeding van de school; 3.4 ontwerpt bewegingssituaties die gevarieerd, attractief, uitvoerbaar, veilig zijn en bijdragen aan een gezonde en sportieve leefstijl; 3.5 ontwerpt aangepaste beweegsituaties voor individuele leerlingen; Uitvoeren 3.6 legt de bedoeling van de leersituaties uit op het niveau van de leerlingen; 3.7 doceert ondersteunende theorie binnen het leergebied bewegen en sport (LO2, BSM en de sportrelevante onderdelen uit SDV); 3.8 demonstreert de mogelijke uitvoeringswijzen in bewegingssituaties op een aan de leerlingen aangepast niveau of laat dit doen; 3.9 ondersteunt en beveiligt het oefenen van leerlingen door het geven van aanwijzingen en/of passende hulpverlening(stechnieken); 3.10 neemt samen met leerlingen maatregelen om leersituaties vlot en veilig te laten verlopen; 3.11 past verschillende didactische werkvormen, (digitale) leermiddelen en organisatieprincipes toe tijdens de lessen en verandert deze waar nodig; 3.12 past leersituatie voor groep en individu aan op basis van vastgestelde vooruitgang of belemmeringen; 3.13 differentieert in de klassensituatie naar bewegingsinteresse en -niveau en let op het effect hiervan op de leerlingen; 3.14 houdt rekening met het individuele perspectief van de leerlingen in de verschillende bewegingssituaties; 3.15 schat bij ongelukken situaties in en handelt in overeenstemming met de ernst van het ongeval en het schoolprotocol; Evalueren 3.16 observeert binnen de lessen lichamelijke opvoeding vorderingen van leerlingen en legt deze vast, werkt met leerlingvolgsystemen en portfolio s; 3.17 ontwerpt met behulp van bestaande observatie- en evaluatie-instrumenten een programma van toetsing en afsluiting; 3.18 meet binnen de lessen of in aparte sessies verschillende aspecten van de bewegingsontwikkeling van leerlingen; 3.19 trekt op basis van observaties conclusies over bewegingsontwikkeling en bespreekt deze zo nodig met leerlingen, ouders en collega s; 3.20 leert leerlingen om observatie- en evaluatie-instrumenten te gebruiken, zodat zij elkaars vorderingen kunnen waarnemen en vastleggen; 3.21 gebruikt evaluatiegegevens voor de vervolgbepaling van leerprocessen binnen lessen en lessenreeksen; 3.22 stelt op grond van evaluaties planningsdocumenten bij. 13

14 5.4 Organisatorisch handelen De startende leraar lichamelijke opvoeding: 4.1 ontwerpt en organiseert voor en met leerlingen een aansprekend sport- en beweegaanbod voor het schoolsportprogramma buiten de lessen; 4.2 werkt op projectmatige wijze aan activiteiten; 4.3 organiseert evenementen in schoolverband; 4.4 begeleidt en coacht leerlingen bij het deelnemen aan schoolsporttoernooien en ander buitenschools bewegingsaanbod. 5.5 Samenwerken met collega s De startende leraar lichamelijke opvoeding: 5.1 maakt afspraken over beroepsethische uitgangspunten met collega s met de beroepscode LO 3 als basis; 5.2 levert een effectieve en constructieve bijdrage aan overleg van team en vaksectie; 5.3 vraagt en geeft feedback op het handelen van collega s 5.4 zorgt samen met collega s voor een correct gebruik van materialen en schoolaccommodatie; 5.5 creëert draagvlak voor het belang van bewegen en sport in het curriculum; 5.6 positioneert samen met anderen doel en plaats van het leergebied lichamelijke opvoeding binnen het schoolbeleid; 5.7 werkt met collega s (onderzoeksmatig) samen aan de ontwikkeling en verbetering van het leergebied en het totale curriculum; 5.8 ontwerpt samen met (vak)collega s thema s, projecten en cursussen, waar bewegen en sport deel van uitmaakt. 5.6 Samenwerken met de omgeving van de school De startende leraar lichamelijke opvoeding: 6.1 inventariseert interesse bij leerlingen voor buitenschools sport- en bewegingsaanbod; 6.2 herkent sporttalenten en adviseert over een passend binnen- en buitenschools sportaanbod; 6.3 ontwerpt buitenschools sport- en beweegprogramma in samenwerking met de omgeving; 6.4 bevordert aanbod voor leerlingen om in het verlengde van de school te bewegen en te sporten; 6.5 participeert in samenwerkingsverbanden gericht op sport en bewegen in en rondom de school; 6.6 toont zich ondernemend in de samenwerking op gebied van sport en bewegen met externe partners; 6.7 toont zich representatief buiten de school in de omgang met externe contacten. 5.7 (Zelf)reflecteren en professioneel ontwikkelen De startende leraar lichamelijke opvoeding: 7.1 maakt zijn beroepsuitoefening en zijn opvattingen daarover tot onderwerp van gesprek en onderzoek; 7.2 werk planmatig aan het onderhoud en de ontwikkeling van eigen kennis en bekwaamheid; 7.3 vraagt en gebruikt feedback van leerlingen; 7.4 vraagt en gebruikt collegiale hulp zoals supervisie en intervisie; 7.5 beoordeelt nationale en internationale kennis en kennisbronnen kritisch; 7.6 voert praktijkgericht onderzoek op gebied van lichamelijke opvoeding uit; 7.7 draagt bij aan valorisatie door het breder benutten van kennis uit onderzoek; 7.8 draagt bij aan het zoeken naar duurzame oplossingen; 7.9 drukt zich mondeling en schriftelijk duidelijk uit in de Nederlandse taal; 7.10 houdt zich aan de beroepscode LO 4 ; 7.11 reflecteert op zijn persoonlijk handelen en functioneren als leraar. 3 KVLO, KVLO,

15 3 - Inhoud van de opleiding De Lerarenopleiding Lichamelijke Opvoeding (in het vervolg afgekort tot LO) beoogt studenten op te leiden tot vakleerkracht bewegingsonderwijs of lichamelijke opvoeding in het onderwijs. De inhoud is afgestemd op deze doelstelling. Enerzijds worden gedurende de opleiding stages aangeboden in de werkvelden voortgezet onderwijs, basisonderwijs, speciaal onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Wat betreft de stages bestaat er een zekere keuzevrijheid van de student. Anderzijds wordt praktisch, methodisch en theoretisch onderwijs aangeboden dat het stagelopen ondersteunt en verdiept. De opleiding wordt afgerond met een langdurige en omvangrijke eindstage, mogelijk als 'Leraar-in-opleiding' (LIO) in een onderwijswerkveld naar keuze. 4 - De relatie tussen de opleiding en het beroepenveld Algemeen gesproken is de doelstelling van lerarenopleidingen de voorbereiding tot de uitoefening van het beroep van leraar in het onderwijs. De opleiding leraar lichamelijke opvoeding leidt op tot één ongedeelde (eerstegraads) bevoegdheid. De verzorgingsgebieden zijn het voortgezet onderwijs, het voortgezet speciaal onderwijs, het middelbaar en hoger beroepsonderwijs, naast basisonderwijs en speciaal onderwijs. De doelgroepen waarvoor onderwijsgevenden moeten worden opgeleid zijn leerlingen van de onderbouw van het basisonderwijs (4- tot 8-jarigen), bovenbouw basisonderwijs (8-12 jarigen), leerlingen in het VMBO, Havo en VWO (met specifieke aandacht voor LO als examenvak) en leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Daarmee kan de opleiding een brede worden genoemd, te meer daar er ook moet worden opgeleid voor het uitvoeren van taken op meso- en macroniveau. De bijdrage van het bewegingsonderwijs kan liggen in opening en verruiming van een specifiek bestaansveld: het domein bewegen. Daarin ligt het pedagogisch belang, de pedagogische gebruikswaarde, van onderwijs in bewegen. In dit verband wordt in vakkringen ook wel gesproken over introductie in de bewegingscultuur. Bij dit alles moet worden opgemerkt, dat de opleiding LO het bewegingsonderwijs primair opvat als een groepsactiviteit. Dat is gezien het gekozen relationele denkkader voor de hand liggend. Op het moment dat gestart wordt met het aanbieden, begeleiden en veranderen van bewegingsactiviteiten, worden wijzen van deelnemen (doen en laten van leerlingen) geïnitieerd en kunnen allerlei aspecten in en van de groep naar voren komen en dominant worden. Startpunt van denken en doen is, dat aangesloten wordt bij de groep en de mogelijkheden die individuele deelnemers daarbinnen hebben. Verschillen tussen deelnemers worden hierbij gerespecteerd en gewaardeerd, hetgeen ook betekent dat er zorg is om mensen die uit de boot vallen of dreigen te vallen. Afhaken dient voorkomen te worden, zowel aan onder- als aan bovenkant. Juist ook de 'middengroep' van leerlingen verdient aandacht. Zorgbreedte is niet een extra onderwerp of aanhangsel, maar inherent aan onze visie. Daarom wordt grote aandacht geschonken aan observatie-, interventie- en vervolgprocedures tijdens de les. Als gevolg van decentralisatie en deregulering door de overheid hebben scholen meer ruimte gekregen om een eigen koers te bepalen. Scholen profileren zich op allerlei manieren. Docenten worden betrokken bij de invulling van de koers en profilering van de school. Voor de docent lichamelijke opvoeding biedt dit kansen om bewegen en sport meer op de agenda van de school te krijgen: de sportactieve school, sportklassen, LO2, SDV, BSM. De leraar LO kan ook worden ingezet bij het vormgeven van het naschoolse sportaanbod. In het ontwikkelen van nieuw aanbod moeten zinvolle, inhoudelijke samenwerkingsverbanden worden gezocht met collega s van andere vak- of leergebieden en met partners buiten de school (zoals de jeugdhulpverlening, organisatie voor buitenschoolse opvang, sportverenigingen). De opleiding bereidt de studenten voor op actuele ontwikkelingen en het participeren daar aan, met in het bijzonder ook aandacht voor de combinatiefunctionaris. 15

16 Overgewicht is een maatschappelijk probleem geworden. Leerlingen moeten zich bewust worden van het belang van een gezonde leefstijl. Scholen ontwikkelen projecten over voeding en beweging en landelijke instanties komen scholen binnen met gezondheidsprojecten. Voor de invulling van deze projecten wordt in veel gevallen een appel gedaan op de docent LO. Van belang is dat de docent kan verantwoorden in hoeverre en op welke wijze hij in de lessen lichamelijke opvoeding de gezondheidsproblematiek wil thematiseren. Het Nederlandse onderwijs kenmerkt zich steeds meer door diversiteit in culturen. Docenten zullen op de hoogte moeten zijn van de verschillen tussen die culturen en daar met hun onderwijs zo goed mogelijk bij leren aansluiten. Ook de betekenis en het belang van bewegen verschilt voor leerlingen. De docent LO zal op zoek moeten gaan naar mogelijkheden om verschillen niet tegenover elkaar te plaatsen, maar deze juist te benutten en naast elkaar een plek te geven binnen de les. Het reguliere onderwijs krijgt steeds meer te maken met leerlingen die speciale zorg nodig hebben. De docent LO zal bij zijn voorbereiding op de les meer rekening moeten houden met het verschil in bewegingsvaardigheden tussen leerlingen in de klas. Er kunnen zich tijdens de les gedragsproblemen voordoen. Meer dan ooit zal de docent zal zijn pedagogische kwaliteiten moeten inzetten. Per augustus 2006 is de wet BIO (Wet op de beroepen in het onderwijs) ingetreden. De wet bevordert dat het personeel tijdens de loopbaan in ieder geval aan een minimumkwaliteit blijft voldoen en dat werkgevers het personeel daartoe in staat stellen. Er zijn bekwaamheidseisen voor onderwijspersoneel geformuleerd. Scholen houden per docent een bekwaamheidsdossier bij. Docenten moeten (de kans krijgen) zich (te) scholen in lijn van de missie en visie van de school. Op veel scholen stellen docenten een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) op. De professionalisering van docenten staat hoog in het vaandel. Ook docenten bewegingsonderwijs krijgen hiermee te maken. Sinds 2005 zijn studenten die afstuderen aan een Pabo niet meer bevoegd om het vak bewegingsonderwijs te verzorgen voor de groepen 3 t/m 8. Basisscholen zullen, als er geen eerder afgestudeerde en dus nog wel bevoegde groepsleerkracht beschikbaar is, voor deze groepen een vakleerkracht LO aan moeten stellen (of een van de groepsleerkrachten zal de bevoegdheid alsnog moeten halen via een posthbo-opleiding). Wanneer een vakleerkracht LO aangesteld wordt, zal deze de groepsleerkrachten ondersteuning moeten bieden bij de lessen voor de groepen 1 en 2 en verantwoordelijk zijn voor een doorlopende leerlijn. Het counselen van groepsleerkrachten kan een belangrijke taak zijn van de vakleerkracht LO in het basisonderwijs. We zien binnen het gehele MBO een tendens van (her)invoeren van het vak Lichamelijke opvoeding/sport/bewegingsonderwijs. De vraag vanuit het MBO zal zich gaan richten op legitimering van het vak in de context van het toekomstige beroep. Bovendien moeten bestaande praktijken worden geactualiseerd en nieuwe praktijken worden ontwikkeld. De opleiding LO richt zich op onderwijsgevenden in het vak lichamelijke opvoeding in het primair en secundair onderwijs. Voor het primair onderwijs betreft dat zowel groeps- als vakleerkrachten. De opleiding LO vindt het belangrijk om haar post-initiële onderwijsactiviteiten te ontplooien in de regio. Daarnaast wil de opleiding LO ook scholingsmogelijkheden bieden aan leraren lichamelijke opvoeding en groepsleerkrachten die buiten de regio werkzaam zijn en een speciale interesse voor de vakopvattingen van de Calo hebben. Hierbij wordt beslist gedacht aan de groep afgestudeerden van de eigen opleiding. De opleiding LO onderhoudt contacten met: - secties bewegingsonderwijs; - (afdelingen van) de vakvereniging voor de lichamelijke opvoeding, de Koninklijke Vereniging van Leraren Lichamelijke Opvoeding (KVLO); - verzorgingsinstellingen, zoals de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO); - andere academies voor lichamelijke opvoeding (Alo's). 16

17 Hiernaast onderhoudt de opleiding LO contacten met de diverse sportbonden. Hiervoor verleent de opleiding ondersteuning bij het ontwikkelen van opleidingsprogramma's en bewegingsprogramma's voor sporters. Deze programma's zijn ook van belang voor de lichamelijke opvoeding. Er wordt in de opleiding veel waarde gehecht aan directe (inhoudelijke) contacten met de verschillende werkvelden. Die contacten garanderen een realistisch, up-to-date opleidingsprogramma. Dit betekent dat er wordt gestreefd naar een substantiële inzet van deskundigen uit het werkveld, zowel voor nascholing als voor taken binnen de opleiding. 17

18 C - INRICHTING VAN HET ONDERWIJS 1 - De inrichting van de opleiding De opleiding LO heeft twee opleidingsvarianten, namelijk: - De voltijdse opleiding die vier leerjaren duurt. - De deeltijdopleiding die drie leerjaren duurt. Voor de deeltijdvariant gelden bijzondere toelatingseisen. Deze studiegids geldt voor de deeltijdopleiding. Het onderwijsmodel gaat uit van een studietijd van drie jaar en bestaat uit 240 EC. Bij de samenstelling van het programma van de deeltijdopleiding LO zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd. Het eindniveau van de opleiding wordt gegarandeerd door te voldoen aan de eisen gesteld vanuit de gemeenschappelijke landelijke opleidingskwalificaties van de zes opleidingsinstituten voor leraar lichamelijke opvoeding eerste graad; de hbo-kernkwalificaties (c.q. vanuit de Dublin Descriptoren); de afstudeerdefinitie van de deeltijd, die gelijk is aan die van de voltijdsopleiding; de landelijke kennisbasis. De inhouden van de deeltijd opleiding LO zijn afgeleid van die van de voltijdsopleiding LO. De volgorde waarin deze inhouden aan de orde komen, hun plaats in opleiding en de wijze van waarop deze worden aangeboden kunnen afwijken. Dit komt onder andere doordat in het kernprogramma een geïntegreerd programma wordt aangeboden. Tevens is bij de samenstelling van het programma rekening gehouden met de gestelde vooropleidingeis, de verplichte werkervaring in een voor de opleiding relevant werkveld en de eis dat er gedurende de opleiding minimaal 0,4 FTE gewerkt wordt in een voor de opleiding relevant werkveld. Het programma van de deeltijd opleiding Leraar Lichamelijke Opvoeding Eerstegraads bestaat uit de volgende onderdelen: Het kernprogramma: Uitgaande van de beroepspraktijk van de docent LO wordt ingegaan op theoretische en praktische achtergronden van het lesgeven, methodische en didactische aspecten en de eigen vaardigheid van de student. Het kernprogramma is een geïntegreerd programma waarin zowel praktisch als theoretisch gewerkt wordt. Het wordt afgesloten met een opdracht en de aanwezigheid is verplicht. Verdiepingsprogrammma Het verdiepingsprogramma kan zowel theoretisch als praktisch georiënteerd zijn. Bij de theorie wordt de verdieping gezocht in de sociale wetenschappen, de humaan biologische wetenschappen of de leer van het zich menselijk bewegen. De praktische onderdelen zijn specialistisch van aard en passen niet in het kernprogramma. Afhankelijk van de vooropleiding bestaat er een mogelijkheid voor het aanvragen van vrijstellingen, die toegekend worden als aangetoond is dat de gevraagde kennis/vaardigheid reeds aanwezig is. Stage Gedurende de opleiding zal de student onder begeleiding van een stagecoach in de volgende werkvelden stagelopen: basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. De student doet een eindstage in een werkveld naar keuze. Van de student wordt verwacht dat hij/zij in een steeds complexere situatie zelfstandig gaat lesgeven. Studieloopbaanbegeleiding Tijdens de studieloopbaanuren zullen door middel van intervisie en supervisie ervaringen van de student uit zijn/haar beroeps-/stagepraktijk verdiept worden. Tevens worden thema s behandeld die zijn gerelateerd aan deze eigen ervaringen en ervaringen van medestudenten. 18

19 Werkplekleren Het is voor de student verplicht om gedurende de opleiding voor minimaal 0,4 FTE te werken in een context die gerelateerd is aan de werkplek van een docent LO. De student wordt gevraagd en verplicht wat hij/zij binnen de opleiding aangeboden krijgt, toe te passen in de eigen beroepspraktijk (werkplek). In een portfolio maakt de student zichtbaar hoe dit wordt gedaan en dat dit op het vereiste niveau gebeurt. Door middel van deze eis zal het geleerde in een brede context toegepast kunnen worden. Het leerrendement zal hierdoor stijgen. Zelfstandig leren De student wordt in staat geacht om zich bepaalde onderdelen van de opleiding zelfstandig eigen te kunnen maken. Met minimale begeleiding ( via specifieke vragenuren en mail) zal de student deze onderdelen in zelfstudie doen. De inhouden bewegen en presteren, bewegen en eigen lichaam, bewegen en beïnvloeden en bewegen en leerprocessen zijn in overeenstemming met die in de propedeutische fase van de voltijd LO. Profilering Conform het voltijdprogramma zal de student kennis maken in de profilering met specifieke zaken als klimmen, EHBO en het organiseren van kampen. Inleiding in onderzoek De student leert resultaten van praktijkgericht onderzoek te benutten en leert ook zelf eenvoudig praktijkgericht onderzoek te doen in de eigen werk-/stagesituatie. De student leert de relevantie van onderzoeken voor de onderwijspraktijk te beoordelen. Vrijstellingen Op grond van instroomeisen wordt er van uitgegaan de student aantoonbare ervaring heeft met het geven van training/les aan of begeleiden van groepen. Van studenten met een vooropleiding op het gebied van sport & bewegen op mbo- of hbo-niveau, inclusief de opleiding psychomotorische therapie en bewegingsagogie wordt verwacht dat zij een eigen vaardigheidsniveau hebben dat resulteert in vrijstelling voor bepaalde modulen of moduulonderdelen. Het verlenen van vrijstellingen is ter beoordeling aan de examencommissie. Klik hier (bijlage LD1) voor het curriculum van het tweede studiejaar. 1a - De propedeutische fase Verwerking algemene doelen propedeuse in curriculum De propedeutische fase kent drie doelen: - Oriëntatie De student moet een adequaat beeld krijgen van de door hem gekozen opleiding en het latere beroepenveld; - Selectie Zowel de student als de opleiding moet een adequaat beeld krijgen van de geschiktheid van de student voor de door hem gekozen opleiding en voor het latere beroepenveld; - Verwijzing De student die niet geschikt is voor of te weinig interesse heeft voor de door hem gekozen opleiding en/of het latere beroepenveld, moet worden geïnformeerd over andere studiemogelijkheden. De propedeuse heeft een omvang van 60 EC. Klik hier voor een overzicht van het propedeuseprogramma. 19

20 Structureel praktijktekort De Calo heeft bepaald dat een student die binnen het propedeutisch programma één activiteitsgebied niet in voldoende mate beheerst, na twee jaar een structureel praktijktekort kan krijgen voor dat ene activiteitsgebied. Lees meer informatie over deze regeling in het Reglement Examencommissie. Dit is te vinden op Sharenet bij de opleidingscommunity onder de tab Examencommissie. 1b - De postpropedeutische of hoofdfase - Opbouw en samenhang van het curriculum in relatie met het afsluitend examen is als volgt: - Richtinggevend in de postpropedeutische fase zijn de diverse stages. In de stages komen de studenten in verschillende contexten van het brede onderwijswerkveld. Daarin worden ze als aankomend leraar lichamelijke opvoeding geïntroduceerd in het leren plannen, uitvoeren en evalueren van vakgebonden en vakoverstijgende taken binnen een school. De stages worden onderbouwd en ondersteund door verschillende groepen van vakken, namelijk studieloopbaanbegeleiding, didactische practica, praktijkvakken en theorievakken (sociaal wetenschappelijk en humaan-biologisch). - In de loop van de opleiding worden ervaringen en opvattingen van studenten steeds meer centraal gesteld om van daaruit te komen tot een eigen positionering in de maatschappelijke velden van bewegen en sport. Belangrijk is het beter leren reflecteren op, deconstrueren en legitimeren van sociaal relevante beïnvloedingspraktijken en onderwerpen in de klas, op school en in diverse andere verbanden van de samenleving. - In die verwervings- of toe-eigeningsprocessen kan de nadruk achtereenvolgens liggen op: - kennis, inzicht en vaardigheid die nodig is om bepaalde problemen te kunnen oplossen; - de mate van zelfstandigheid bij het oplossen van bepaalde problemen, waaronder het zelfstandig (met elkaar) iets kunnen uitproberen, opzoeken, uitzoeken of onderzoeken; - de oplossingsstrategie, waaronder het zelfstandig (met elkaar) leren bepalen van een procedure om tot een oplossing te komen, of het leren hoe een, al dan niet zelf geformuleerde, probleemstelling kan worden aangepakt. - Dit betekent dat werkvormen worden gebruikt die om initiatief, inbreng en betrokkenheid van studenten vragen. Naast aanbiedende vormen, worden ook zelfwerkzaamheidsvormen toegepast zoals zelfstudie, werkstukken en verslagen schrijven, het oefenen in praktijksituaties. Ook worden interactieve vormen gehanteerd, zoals discussies, groepsgesprekken, werkbegeleiding, werkcolleges waarin opdrachten worden uitgewerkt en presentaties gegeven. 1c - Bijzondere leerwegen N.v.t. bij de deeltijdopleiding LO. 2 - Overzicht informatie major, minor en modules Het curriculumoverzicht en de beschrijvingen van de onderwijseenheden en de beschrijving van de minor van de deeltijd LO-opleiding vind je hier. 3 - Accreditatie De laatste accreditatie is geweest in 1 december 2008 De accreditatie van de Lerarenopleiding LO loopt tot

21 Deel 2. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING RECHTEN EN PLICHTEN Deze regeling wordt vastgesteld door de directeur, na verkregen advies van de opleidingscommissie en na verkregen instemming van de deelraad. Hoofdstuk 1 BEGRIPSBEPALINGEN Art.1.1 Algemene begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: Accreditatie: Assessment: Assessor: Associate degree: Bacheloropleiding: Beroepsvereisten: CMR: College van Beroep: voor de examens (CBE) het keurmerk dat tot uitdrukking brengt dat de kwaliteit van een opleiding positief is beoordeeld (artikel 1.1 sub s WHW). een onderzoek naar de competenties die de student bezit. degene die in een assessment beoordeelt in welke mate de student competenties heeft verworven. een samenhangend geheel van onderwijseenheden, af te sluiten met een examen waaraan de graad Associate degree (Ad) is verbonden. zie hbo-bacheloropleiding. vereisten die voor de uitoefening van een bepaald beroep op grond van een wettelijk voorschrift worden gesteld (artikel 7.6 WHW). Tot deze vereisten behoren de eisen zoals neergelegd in de Richtlijnen van de Raad van de EG ten aanzien van verpleegkundigen. Centrale Medezeggenschapsraad. het College van Beroep voor de Examens Windesheim dat door het College van Bestuur is ingesteld (artikel 7:60 t/m 7:63 WHW). Colloquium Doctum toelatingsonderzoek wanneer niet aan de vooropleidingseis is voldaan (art. (21+ toets) 7:29 WHW). Comakership Competentie: Competentiegericht onderwijs: Competentieniveau: CROHO: tripartiete verhouding tussen Windesheim Flevoland, de student en een bedrijf of instelling waarbij de student als onderdeel van zijn curriculum een praktijkopdracht uitvoert. het duurzaam vermogen tot handelen in een beroepscontext met waarneembaar resultaat, ter uitvoering van bepaalde verrichtingen in een omschreven beroepsrol. onderwijs dat is gericht op het koppelen van de leerdoelen en eindkwalificaties van de opleiding aan de beroepspraktijk. aanduiding van het niveau waarop de competentie beheerst wordt. Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs, waarin de geaccrediteerde opleidingen in het Hoger Onderwijs zijn opgenomen (artikel 6.13 WHW). 21

22 Decaan: Deeltijdopleiding: Domein: De decaan begeleidt studenten in situaties waarin hun belang in het geding is. De decaan is de specialist op het gebied van wet- en regelgeving in het Hoger Onderwijs, opleidingsbeleid, studiefinanciering, financiële problemen, studeren met een functiebeperking en de regelgeving rondom rechten en plichten bij studiestagnatie- of versnelling. een deeltijdopleiding is de opleidingsvorm die zodanig is ingericht dat de student werkzaamheden kan verrichten naast de onderwijsactiviteiten. is een samenstel van opleidingen die organisatorisch of qua inhoud bij elkaar horen. Domeincompetenties: de door de HBO-raad vastgelegde domeincompetenties in de informatiebank domeincompetenties. Diplomasupplement: Duale opleiding: EVC: document dat verplicht aan het getuigschrift wordt toegevoegd, waarop wordt vermeld de naam, de aard, het niveau, de context en de inhoud van de opleiding (artikel 7.11 lid 3 WHW). een duale opleiding is de opleidingsvorm die zodanig is ingericht dat het volgen van onderwijs gedurende een of meer periodes wordt afgewisseld met beroepsuitoefening in verband met dat onderwijs. De beroepsuitoefening is onderdeel van het onderwijsprogramma van de opleiding (art. 7.7 lid 2 WHW). eerder of elders verworven competenties. Examen: de verzameling van met goed gevolg afgelegde tentamens binnen een opleiding waarmee de propedeutische fase, het Associate degree programma of de bachelor- of masteropleiding wordt afgesloten. Het examen wordt door de examencommissie in vergadering bijeen vastgesteld. Examencommissie: Examinator: Geschillenadviescommissie: iedere opleiding of groep van opleidingen, heeft een examencommissie. Deze commissie is ingesteld op grond van artikel 7.12 van de WHW. het door de examencommissie aangewezen lid van het personeel dat belast is met het afnemen van tentamens. de Geschillenadviescommissie Windesheim die door het College van Bestuur is ingesteld (art. 7:63a en art. 7:63b WHW). hbo-bacheloropleiding: een beroepsopleiding die aansluit op het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs en is geregistreerd in het CROHO. Zie ook: voltijdopleiding, duale opleiding, deeltijdopleiding. hbo-masteropleiding: een opleiding volgend op een bacheloropleiding (artikel 7.3, 7.3a lid 2 sub b en 7.3b sub b van de WHW). 22

Onderwijs- en examenregeling 2015-2016

Onderwijs- en examenregeling 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling 2015-2016 Christelijke Hogeschool Windesheim Calo Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding Croho-nr: 35025 voltijd De accreditatie

Nadere informatie

Studentenstatuut 2014-2015

Studentenstatuut 2014-2015 Studentenstatuut 2014-2015 Christelijke Hogeschool Windesheim Calo Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding Croho nr. 35025 De accreditatie geldt van 1-12-2008

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2018-2019 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2016-2017 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Voltijd 2013-2014. Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten

Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Voltijd 2013-2014. Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Voltijd 2013-2014 Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Christelijke Hogeschool Windesheim Domein Bewegen en Educatie Calo Bachelor Leraar

Nadere informatie

OPLEIDINGSCOMPETENTIES ALO AMSTERDAM

OPLEIDINGSCOMPETENTIES ALO AMSTERDAM OPLEIDINGSCOMPETENTIES ALO AMSTERDAM In dit document zijn de opleidingscompetenties uitgewerkt in kerntaken, werkprocessen en beroepshandelingen. Per beroepshandeling is de relatie met het landelijk opleidings

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1. 1 INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.4 Onderwijs- en examenregeling... 4 2. TOELATING TOT DE OPLEIDING...

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen docenten LD vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek Studiejaar 2013-2014 Algemeen 1. Deze bijlage bij het algemene gedeelte van de Onderwijs- en examenregeling van Codarts is van toepassing

Nadere informatie

De onderwijs- en examenregeling

De onderwijs- en examenregeling De onderwijs- en examenregeling Algemeen In de onderwijs- en examenregeling (OER) wordt informatie gegeven over het onderwijs van een opleiding of een groep van opleidingen. Heeft de OER betrekking op

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC Bekwaamheidseisen docenten LC vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Deeltijd Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten

Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Deeltijd Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Onderwijs- en examenregeling (OER) Lerarenopleiding LO-Deeltijd 2013-2014 Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Christelijke Hogeschool Windesheim Domein Bewegen en Educatie Calo Bachelor Leraar

Nadere informatie

Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten

Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Onderwijs- en Examenregeling (OER) Sport en Bewegen 2013-2014 Beschrijving van de opleiding Rechten en plichten Christelijke Hogeschool Windesheim Domein Bewegen en Educatie Calo Bachelor Sport en Bewegen

Nadere informatie

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT DE SBL competenties COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Studentenstatuut 2014-2015

Studentenstatuut 2014-2015 Studentenstatuut 2014-2015 Christelijke Hogeschool Windesheim Bachelor en Associate degree Lerarenopleidingen Technisch Beroepsonderwijs Associate degree Deel CROHO Bachelor Vol Deel CROHO tijd tijd tijd

Nadere informatie

Competentievenster 2015

Competentievenster 2015 Windesheim zet kennis in werking Competentievenster 2015 TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING WINDESHEIM Inleiding 3 Het competentievenster van de tweedegraads lerarenopleidingen van Hogeschool Windesheim vormt

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek 2018-2019 Opleidingsdeel voor de bachelor pedagogiek van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief) Onderwijs- en examenregeling

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Studentenstatuut 2013-2014

Studentenstatuut 2013-2014 Studentenstatuut 2013-2014 Bachelor en Associate degree Technische Lerarenopleidingen Associate degree Deeltijd CROHO Bachelor Voltijd Deeltijd CROHO Bouwtechniek x 80049 Bouwtechniek x x 35383 Bouwkunde

Nadere informatie

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te

Nadere informatie

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld BEOORDELINGSFORMULIER / Artistieke Praktijk II jaar 4 Blad 1 Toetscode: Datum: Handtekening student: Beoordelaar 1: Handtekening beoordelaar 1: Beoordelaar 2: Handtekening beoordelaar 2: Extern deskundige:

Nadere informatie

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen SWOT-ANALYSE Met een SWOT-analyse breng ik mijn sterke en zwakke punten in kaart. Deze punten heb ik vervolgens in verband gebracht met de competenties van en leraar en heb ik beschreven wat dit betekent

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 05-06 Master Pedagogiek CROHO-nummer 443 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: Zorg en Welzijn Versie: Concept besproken met AO-M.Peda 8-4-5 / definitief

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Master leraar Algemene Economie Croho: 45275 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie

Nadere informatie

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2014-2015

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2014-2015 10 FACULTAIRE OER: FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirecteur op 27 januari 2014 Instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op..2014 A. Nadere facultaire invulling

Nadere informatie

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam

Nadere informatie

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1 FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1 Functie-informatie Functienaam Docent LD Type 1 Salarisschaal 12 Functiebeschrijving Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een instelling voor voortgezet

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling GMW. Bijlage 1a

Onderwijs- en Examenregeling GMW. Bijlage 1a faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen lerarenopleiding Onderwijs- en Examenregeling GMW Bijlage 1a De Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in de Mens- en Maatschappijwetenschappen

Nadere informatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Eindproduct (aankruisen) X in beeld/lesgeven op pad/ecursie aan

Nadere informatie

Versie 26 januari 2016 Uitgave Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten

Versie 26 januari 2016 Uitgave Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten Procedure aangaande de Onderwijs- en examenregeling van Fontys Dit is een uitgave van het Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten. Het CBA ondersteunt de medezeggenschap en inspraak binnen Fontys Hogescholen

Nadere informatie

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van: Pro-U assessment centrum Eigendom van: Blad 1 Persoonlijke gegevens Naam en voorletters Adres Postcode en woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Onderwijsinstelling E-mailadres Docentbegeleider Geboortedatum

Nadere informatie

Algemene bepaling DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

Algemene bepaling DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE Algemene bepaling De specifieke vooropleidingseisen van elke opleiding zijn vermeld op de website van Zuyd Hogeschool bij de informatie van de desbetreffende

Nadere informatie

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2015-2016

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2015-2016 10 FACULTAIRE OER: FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirecteur op 2 maart 2015 Met nstemming van de facultaire medezeggenschapsraad A. Nadere facultaire invulling van

Nadere informatie

1 Interpersoonlijk competent

1 Interpersoonlijk competent 1 Interpersoonlijk competent De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leefen werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van de leraar primair onderwijs en

Nadere informatie

Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen:

Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen: 1 Interpersoonlijk competent De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leefen werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van de leraar primair onderwijs en

Nadere informatie

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel Onderwijs en Examenregeling 2017-2018 Opleidingsdeel Christelijke hogeschool Windesheim Calo Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding Croho nr: 35025 Lerarenopleiding

Nadere informatie

Aantekenformulier van het assessment PDG

Aantekenformulier van het assessment PDG Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK 1 De inhoud van de Onderwijs- en Examenregelingen Hoofdstuk 1 ALGEMEEN 1.1 Algemene bepalingen 1 Avans Hogeschool kent, conform artikel 7.59. van

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 014-015 Master Pedagogiek CROHO-nummer 44113 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1. Informatie en communicatie...

Nadere informatie

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Let op: momenteel wordt gewerkt aan een instrument dat beoordeelt aan de hand van de nieuwe bekwaamheidseisen

Nadere informatie

1. Interpersoonlijk competent

1. Interpersoonlijk competent 1. Interpersoonlijk competent De docent BVE schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer in het contact met deelnemers en tussen deelnemers, en brengt een open communicatie tot stand. De docent BVE geeft

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016 Ontwerpkaders: Onderwijs Versie 1.0/november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Studentenstatuut 2013-2014

Studentenstatuut 2013-2014 Studentenstatuut 2013-2014 Christelijke Hogeschool Windesheim Lerarenopleiding Basisonderwijs CROHO-nummer 34808 voltijd / deeltijd De laatste accreditatie geldt van 1 januari 2010 tot en met 31 december

Nadere informatie

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen:

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen: OER Onderwijs- en examenregeling zoals bedoeld in art. 7.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, voor de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde 1 Het bestuur van de faculteit

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)

Nadere informatie

Studentenstatuut Opleidingsdeel

Studentenstatuut Opleidingsdeel Studentenstatuut Opleidingsdeel Christelijke Hogeschool Windesheim Bachelor Toegepaste Gerontologie en CROHO-30108 Bachelor degree voltijd / deeltijd Geaccrediteerd van 01.09.2009 tot 01.09.2015 Colofon

Nadere informatie

1/8. Voor leerkrachten zijn 7 bekwaamheden geformuleerd:

1/8. Voor leerkrachten zijn 7 bekwaamheden geformuleerd: 1/8 informatie Wet BIO In de Wet BIO staat de kwaliteit van het onderwijspersoneel centraal, want daarmee staat of valt de kwaliteit van het onderwijs. Het doel van de Wet BIO is: een minimumniveau van

Nadere informatie

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel . Onderwijs en Examenregeling 2017-2018 Opleidingsdeel Christelijke hogeschool Windesheim Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding Croho nr: 35025 Deeltijd / Flexibelisering

Nadere informatie

WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS. Inspirators voor de toekomst

WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS. Inspirators voor de toekomst WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS 90 Tweedegraads docenten en hbo-bachelors met een pedagogisch-didactisch getuigschrift die lesgeven in een beroepsgericht vak, kunnen bij

Nadere informatie

Toelating tot de opleiding

Toelating tot de opleiding DEEL 3: Toelating tot de opleiding Algemene bepaling De specifieke vooropleidingseisen van elke opleiding zijn vermeld op de website van Zuyd Hogeschool bij de informatie van de desbetreffende opleiding

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN

De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN M.11i.0419 De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN versie 02 M.11i.0419 Naam notitie/procedure/afspraak Visie op professionaliseren Eigenaar/portefeuillehouder Theo Bekker

Nadere informatie

Praktijkopleider agrotechniek

Praktijkopleider agrotechniek Associate degree Deeltijd 2018-2019 Praktijkopleider agrotechniek Ontwikkel uw vaardigheden als praktijkopleider in de agrotechnische sector met deze tweejarige opleiding 2 De agrarische sector is continu

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2015-2016

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2015-2016 Bachelor Toegepaste Gerontologie Croho 30108 bachelor of science degree Bij de Christelijke Hogeschool Windesheim voltijd / deeltijd Deze onderwijs- en

Nadere informatie

BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3

BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar die interpersoonlijk competent is, geeft op een goede manier leiding aan leerlingen (individueel en in

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Competentiemeter docent beroepsonderwijs Competentiemeter docent beroepsonderwijs De beschrijving van de competenties in deze competentiemeter is gebaseerd op: - de bekwaamheidseisen uit de Algemene Maatregel van Bestuur als uitwerking van de

Nadere informatie

Toelichting: tekst mag vervallen indien deze niet van toepassing is er moet een uitwerking worden opgenomen die specifiek is voor de opleiding

Toelichting: tekst mag vervallen indien deze niet van toepassing is er moet een uitwerking worden opgenomen die specifiek is voor de opleiding Hogeschool Leiden Onderwijs- en examenregeling 2013-2014 van Bacheloropleiding(en).. CROHO-nummer(s). Graad: Bachelor of. De Onderwijs- en examenregeling (OER) van een opleiding is onderdeel van het opleidingsspecifieke

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel

Onderwijs en Examenregeling Opleidingsdeel Onderwijs en Examenregeling 2016-2017 Opleidingsdeel Calo Bachelor Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in lichamelijke opvoeding Croho nr: 35025 Lerarenopleiding LO-deeltijd De accreditatie

Nadere informatie

Bedrijfskunde (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD)

Bedrijfskunde (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde (AVD) 80074 Bedrijfskunde MER (AVD) 34139 Financiële Dienstverlening (AVD) 80038 Onderwijs- en Examenregeling AVD 17-18 deel B (opleidingsspecifiek) Academie voor Deeltijd Vastgesteld per

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies.

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies. III FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirectie op 14 maart 2016. Instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op 4 juli 2016. Deze versie treedt in werking op 1

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011 Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Master Leraar Algemene Economie CROHO: 45275 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: IEC Versie: Concept besproken met kernteam 29-4-15 / definitief

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Studentenstatuut Opleidingsdeel Studiejaar 2013-2014

Studentenstatuut Opleidingsdeel Studiejaar 2013-2014 Studentenstatuut Opleidingsdeel Studiejaar 2013-2014 Christelijke Hogeschool Windesheim Bachelor Pedagogisch Management Kinderopvang Crohonummer 30012 Bachelor of Social Work voltijd / deeltijd /duaal

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015 Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015 Bachelor Toegepaste Gerontologie Croho 30108 bachelor degree bij de Christelijke Hogeschool Windesheim voltijd / deeltijd Deze onderwijs- en examenregeling

Nadere informatie

Partnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional.

Partnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional. Sinds een tiental jaren hebben we opleidingsvormen ontwikkeld die recht doen aan zowel vakbekwaamheid als praktijkkennis van aanstaande leraren. In toenemende mate doen we dat op basis van opleiden in

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma PARAGRAAF 1 - ALGEMENE

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Islamitische Theologie Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD eindbeoordeling WPL-2 Hogeschool van Amsterdam Onderwijs en Opvoeding tweedegraads lerarenopleidingen datum: 2 april 2015 naam student: Peter Lakeman studentnr.

Nadere informatie

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LC Type 1

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LC Type 1 FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LC Type 1 Functie-informatie Functienaam Docent LC Type 1 Salarisschaal 11 Functiebeschrijving Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een instelling voor voortgezet

Nadere informatie

Leraar basisonderwijs LB

Leraar basisonderwijs LB Leraar basisonderwijs LB Functiewaardering: 43343 43333 43 33 Salarisschaal: LB Werkterrein: Onderwijsproces -> Leraren Activiteiten: Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden, overdragen

Nadere informatie

ECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot

ECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot GMW Geïntegreerde competentieverwerving 2 AD2 40 n.v.t. 220 JA aanvragen

Nadere informatie

Protocol PDG en educatieve minor

Protocol PDG en educatieve minor Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd 2019 2020 Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd In het kort Wil je werken in het vmbo of mbo? Ben jij geïnteresseerd in gezondheid,

Nadere informatie

CP Resultaten QuickScan

CP Resultaten QuickScan CP Resultaten QuickScan Interpersoonlijk competent 1.1 Hij maakt contact met de leerlingen en hij zorgt ervoor dat zij contact kunnen maken met hem en zich op hun gemak voelen. score: 83% 1.2 Hij geeft

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling

Onderwijs- en Examenregeling Onderwijs- en Examenregeling 2015-2016 Christelijke Hogeschool Windesheim Calo Bachelor Sport en Bewegen Croho-nr: 34040 Voltijd De accreditatie geldt van 30-04-2015 tot en met 29-04-2021. Waar student

Nadere informatie

Hbo tweedegraadslerarenopleiding

Hbo tweedegraadslerarenopleiding Hbo tweedegraadslerarenopleiding Verkort traject www.saxionnext.nl Inhoudsopgave Inleiding 3 Een bijzondere opleiding 4 Opbouw 5 Toelating en inschrijving 7 Beste student, Je hebt een afgeronde hbo- of

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Communication and Multimedia Design CROHO- nummer: 4092 variant: voltijd NHL Hogeschool Afdeling: Creative Technologies Versie: Definitief INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd 2018 2019 Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care - Voltijd In het kort Wil je werken in het vmbo of mbo? Ben jij geïnteresseerd in gezondheid,

Nadere informatie

Studentenstatuut 2014-2015

Studentenstatuut 2014-2015 Studentenstatuut 2014-2015 Christelijke Hogeschool Windesheim Calo Bachelor Sport en Bewegen (Voltijd) Croho nr. 34040 De accreditatie geldt van 1-12-2008 tot en met 31-12-2015. Waar student en hij staat

Nadere informatie

REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM 2016

REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM 2016 REGLEMENT STUDIEKEUZECHECK WINDESHEIM 2016 Inhoud Inhoudsopgave Voorwoord... 2 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen... 3 Artikel 1: Begripsbepalingen... 3 Artikel 2: Relatie met de wet en overige regelgeving...

Nadere informatie

Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik

Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik Competenties Het werken met een protocol, zoals het protocol Vermoedens van huiselijk

Nadere informatie

Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD)

Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD) Onderwijs- en Examenregeling AVD 17-18 deel B (opleidingsspecifiek) Academie voor Deeltijd Vastgesteld per 9 juni 2017 Instemming

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care 2019 2020 Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Bachelor of Teacher Education in Welfare and Health Care In het kort Wil je werken in het vmbo of mbo? Ben jij geïnteresseerd in gezondheid, gezond

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem. n.v.t. n.v.t. n.v.t. bachelor

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem. n.v.t. n.v.t. n.v.t. bachelor Naam instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Contactgegevens Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem Naam opleiding Internationale naam opleiding Taal In geval dat de opleiding in een andere taal

Nadere informatie

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL 160624 Stand van zaken afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL Inleiding: Vanaf november 2015 is een projectgroep van NHL- en werkveldcollega s bezig geweest met de kaders voor de afstudeerrichtingen

Nadere informatie

BASISGGEVENS. Naam Functie

BASISGGEVENS. Naam Functie 1 BASISGGEVENS Soort aanvraag:: Nieuwe opleiding De startdatum van de Ad opleiding is gepland per 1 september 2018. Hiermee is te verwachten dat deze nieuwe opleiding valt onder de nieuwe wetgeving rond

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015

Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015 Onderwijs- en examenregeling Studiejaar 2014-2015 Bachelor Culturele en Maatschappelijke Vorming, CROHO-nummer: 34610 Bij de Christelijke Hogeschool Windesheim voltijd / deeltijd /duaal Deze onderwijs-

Nadere informatie