Technische en Juridische belemmeringen Hoge Temperatuuropslag (HTO)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Technische en Juridische belemmeringen Hoge Temperatuuropslag (HTO)"

Transcriptie

1 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport Technische en Juridische belemmeringen Hoge Temperatuuropslag (HTO) Princetonlaan CB Utrecht Postbus TA Utrecht T F Datum December 2015 Auteur(s) Joris Koornneef Jasper Griffioen Maarten Pluymaekers Thijs Boxem Aantal pagina's 59 (incl. bijlagen) Aantal bijlagen 3 Opdrachtgever Projectnaam Seizoensopslag warmte Projectnummer /01.04 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor opdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan TNO

2 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 2 / 59 Voorwoord Dit rapport is onderdeel van dat als doel heeft om kennis te delen met betrekking tot capaciteitsvergroting voor geothermische systemen voor de glastuinbouw, zowel redenerend vanuit de ondergrond, als vanuit de bovengrondse vraag en gericht op efficiëntere benutting van de warmte. De beoogde lezer van dit rapport is geïnteresseerd in de technische en juridische mogelijkheden en uitdagingen van seizoensopslag. Dit rapport zal dieper op deze materie ingaan doch met een beperkt technisch en juridisch detailniveau en een belangrijke focus op Hoge Temperatuur Opslag. De informatie is verzameld en geselecteerd zodat de niet-technische lezer en de lezer met beperkte juridische achtergrond een beter inzicht krijgen in hoge temperatuur opslag in de ondergrond. Er is vooral gebruik gemaakt van bestaand materiaal om dit rapport vorm te geven. Dit materiaal is samengevat of indien relevant direct overgenomen en geciteerd. Dit rapport moet dan ook gezien worden als een startpunt voor verdere verdieping. Verwijzingen naar literatuur over de techniek en wetgeving geeft de lezer deze mogelijkheid. Uitspraken in dit rapport dienen niet te worden geïnterpreteerd als juridisch advies. Utrecht, December 2015

3 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 3 / 59 Samenvatting Het wordt steeds belangrijker om de productie van en vraag naar warmte optimaal te matchen. Opslag van warmte en koude is daarom van belang. Warmte en Koude Opslag (WKO) in de ondiepe ondergrond is in verschillende sectoren, waaronder de tuinbouw, een veel gebruikte techniek. Vooralsnog wordt voornamelijk gebruik gemaakt van lage-temperatuur warmte-opslag (<25 C graden). Opslag van heet water in de ondergrond (HTO Hoge Temperatuur Opslag) biedt echter goede kansen om restwarmte beter te gebruiken, het rendement van de hele cyclus te verbeteren en tegelijkertijd de baten te verhogen. HTO wordt echter niet breed toegepast in de Nederlandse ondergrond. Uitdagingen met betrekking tot de techniek van de optie en het bijbehorende juridische kader (van idee naar vergunning en inpassing) zijn belangrijke punten die de implementatie ervan beïnvloeden. In dit rapport zijn daarom de technische en juridische mogelijkheden en uitdagingen van Hoge Temperatuur Opslag in kaart gebracht. Technische uitdagingen Hoge temperatuur opslag is technisch gezien complexer dan een lage temperatuur opslag. De belangrijkste aandachtspunten zijn: Temperatuurveranderingen in de bodem: Eén van de belangrijkste aspecten die in de praktijk een rol spelen is in hoeverre de temperatuurveranderingen ook in bovenliggende watervoerende pakketten merkbaar zijn. Dit vereist gedetailleerde kennis van de ondergrond, gevolgd door modellering en monitoring van projecten. Zowel verticale als horizontale warmtestromingen dienen onderzocht te worden en te worden geverifieerd met monitoring tijdens gebruik. Dit wordt aangevuld met het monitoren van mogelijke effecten van warmtestroming op het rendement van de HTO. Geschikte watervoerende pakketten in Nederland: Een HTO systeem kan een rendement van 75% halen. Het opslagrendement van WKO-systemen wordt bepaald door de warmteverliezen die optreden onder invloed van verschillende processen. Het gaat hierbij om warmtegeleiding, dispersie, grondwaterstroming en dichtheidsgedreven grondwaterstroming ( vrije convectie ). Mitigatie van verticale warmtestroming is noodzakelijk. Optimaal is een combinatie van lage verticale doorlatendheid en hoge horizontale doorlatendheid, zodat verticale warmte stroming beperkt is en hoge brondebieten behaald kunnen worden. Meer inzicht is echter gewenst in de heterogeniteit van watervoerende pakketten in relatie tot het optreden van dichtheidstroming als ook de geschiktheid van de ondiepe ondergrond voor HTO (tientallen tot enkele honderden meters diep). Putverstopping en corrosie: Doordat de hogere temperatuur de oplosbaarheid van carbonaten verlaagt, kunnen maatregelen (waterbehandeling) nodig zijn om putverstopping door neerslag van carbonaatmineralen tegen te gaan. Uitgevoerd onderzoek geeft aan dat waterbehandeling nodig kan zijn bij temperaturen boven de 40 à 60 ºC, afhankelijk van de waterkwaliteit. Als gevolg van hogere temperaturen treedt

4 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 4 / 59 een versnelling van silicaatverwering op en zal er mogelijk verschuiving van redox reacties plaatsvinden die corrosie kunnen veroorzaken en misschien ook scaling door Si-houdende mineralen. Materiaalgebruik bij hoge temperaturen en corrosiegevoelige omstandigheden: Corrosie is een belangrijk aandachtspunt voor een geothermisch systeem. Corrosie is zeer afhankelijk van de aanwezigheid van oxiderende elementen: zuurstof, CO2, waterstofsulfide, chloride, ammoniak, sulfaat en waterstof ionen. De parameters die van belang zijn bij het inschatten van de corrosie zijn de samenstelling van het formatiewater, gassamenstelling, temperatuur, druk en gebruikte materialen (met name welk type staal wordt toegepast). De materialen die bij lage temperatuuropslag worden toegepast (< 40 ºC), zoals PVC, kunnen niet gebruikt worden bij de heersende temperaturen bij HTO. Dit leidt tot hogere investeringskosten. Dit vergt dus het zoeken naar een optimum van de performance van de opslag (rendement, debieten) en investeringskosten. Milieuhygiënische effecten HTO-systemen kunnen ook indirecte of directe effecten hebben op de milieuhygiënische toestand van de omgeving waarbinnen ze geïmplementeerd zijn. De hoge temperaturen van een HTO systeem hebben tot gevolg dat de effecten op de chemie en de microbiologie van het grondwater duidelijk groter zijn dan bij lage temperatuur WKO. Enkele belangrijke aandachtspunten zijn: Grondwaterkwaliteit: Drie aspecten vragen aandacht bij toepassing van HTO: 1 HTO beïnvloedt de menging van zoet en zoutwater in de ondergrond. De geologische condities zijn hier echter van groot belang en individuele situaties zijn hier snel uniek. 2 Door HTO kunnen chemische evenwichten in de bodem verschuiven. Daarbij kunnen ook stoffen uit de bodem in oplossing komen en daarmee hogere concentraties in het grondwater voorkomen dan oorspronkelijk. Voor HTO wordt daarom aanbevolen om mobilisatie en immobilisatie van toxische sporenelementen, bijvoorbeeld As en Ni, op te nemen in het monitoringsprogramma. 3 Verwacht mag worden dat verhoging van de temperatuur als gevolg van HTO zal leiden tot versnelde verwering van het aquifersediment. Het belang hiervan neemt waarschijnlijk toe over langere tijd van opslag bij hoge temperaturen, ofwel gedurende maanden dan wel jaren. Microbiologie: De microbiologie van de ondergrond verdient bij WKO in de brede zin en HTO in de nauwere zin ook aandacht aangaande de volgende twee aspecten: 1 Wat is de rol van microbiëel gedreven reacties op de ontwikkeling van de grondwaterkwaliteit? Temperatuurverhoging door HTO zal niet alleen kunnen leiden tot verschuiving in de microbiële populaties en de redox-reacties die zij controleren maar ook tot technische problemen. 2 Zijn er microbiële risico s bij toepassing van WKO/HTO? Microbiële gezondheidsrisico s van HTO-systemen zijn gering tot afwezig en de grootste risico s treden op door contaminatie van buiten, dat wil TNO

5 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 5 / 59 zeggen aanwezigheid van bacterieel verontreinigd grondwater of contaminatie bij boren. Zettingen door temperatuurveranderingen: HTO kan op verschillende manieren effect hebben op de zetting van bodemlagen. Het effect is naar verwachting echter gering. Ook zijn er in relatie tot geothermische systemen modellen beschikbaar die de bodembewegingen (zetting of opheffing) voorspellen. Deze kunnen ook toegepast worden voor HTO. Effecten waterbehandeling op waterkwaliteit: Tot op heden zijn (voor zover bekend) slechts twee waterbehandelingsmethoden toegepast op projectschaal, namelijk kationen-uitwisseling en zoutzuurdosering. Ionenwisseling heeft nadelen: het brengt een hoog zoutverbruik met zich mee, het is arbeidsintensief en er zijn verstoppingsrisico s bij te veel en te weinig behandeling. Echter, zoutzuurdosering kent ook nadelen. Als gevolg van zoutzuurdosering treedt een al dan niet tijdelijke ph-daling op waar ook al dan niet tijdelijk sporenelementen gemobiliseerd kunnen worden. De nadelige effecten van zoutzuurdosering zijn beperkt als er niet grootschalig en veelvuldig gebruik van wordt gemaakt en als het om brak of zout water gaat. Juridisch kader De belangrijkste wet- en regelgeving omtrent een open HTO systeem is samengevat in onderstaande tabel. De diepte is een belangrijke parameter aangezien dit bepaalt welke regelgeving van toepassing is op het project. Het bevoegd gezag is verschillend in de procedures voor ondiepe en diepe HTO. In de procedure voor een vergunning onder de Waterwet is de provincie het bevoegd gezag. Een uitzondering hierop is dat de gemeente en wethouders in principe het bevoegd gezag zijn voor opslag met een gesloten bodemenergiesysteem (zie 0). In de procedure voor het aanvragen van een opslagvergunning onder de Mijnbouwwet is het Ministerie van Economische Zaken het bevoegd gezag. De tabel laat zien dat voor opslag op een diepte minder dan 500 meter doorgaans een kortere procedure kan worden gevolgd dan voor opslag op een diepte >500 meter. Tabel 1 Samenvatting juridisch kader HTO Diepte van opslag (beneden maaiveld) Wet- en regelgeving van toepassing Belangrijkste restricties <500 m >500 m Waterwet Waterbesluit (AMvB Wijzigingsbesluit bodemenergiesystemen) Waterregeling Besluitvormingsuitvoeringsmethode (BUM) provinciale taken en Handhavingsuitvoeringsmethode (HUM) provinciale taken, Infiltratietemperatuur max 25 C Geen opwarming van de bodem Behoudt energiebalans minimaal elke 5 jaar Mijnbouwwet Mijnbouwbesluit Mijnbouwregeling geen beperkingen zoals voor ondiepe HTO Bevoegd gezag Provincie Ministerie van TNO

6 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 6 / 59 Economische Zaken Procedure ~5 maanden doorlooptijd 6-9 maanden (indicatief) Vergunning Watervergunning (artikel 6.4 Waterwet) Opslagvergunning (art. 25 Mijnbouwwet) Ondiepe HTO De conclusie is dat ondiepe HTO mogelijk is binnen het bestaande juridisch kader, al is het op basis van uitzondering (onderzoeksproject). Het bevoegd gezag stelt duidelijk eisen aan onderzoek en monitoring om mogelijk nadelige effecten van hogere injectietemperatuur en het warmteoverschot beter in kaart te brengen en, indien noodzakelijk, te mitigeren. Lessen geleerd met de HTO pilots moeten worden gebruikt voor het verder ontwikkelen van provinciaal beleid op het gebied van hoge temperatuuropslag. De aandachtspunten voor ondiepe HTO systemen zijn: de hogere infiltratietemperatuur en mogelijk effecten op de bodem en grondwater (temperatuurstijging en chemie & microbiologie), de hoeveelheid opgeslagen warmte, het overschot en de mogelijke effecten hiervan, het verwachte en gerealiseerde energierendement Diepe HTO Er zijn geen praktijkervaringen tot op heden met het aanvragen van een vergunning voor diepe HTO. Hoewel er geen restricties (temperatuur van injectie en energiebalans) worden opgelegd lijkt de procedure voor het verkrijgen van een opslagvergunning wel een zwaardere. De absentie van praktijkvoorbeelden en het ontbreken van exacte voorwaarden die het bevoegd gezag kan en zal stellen aan HTO levert in vergelijking met de procedure voor ondiepe HTO extra onzekerheden op. Aandachtspunten voor diepe HTO systemen zijn: Er bestaat onzekerheid of na beëindiging thermische neutraliteit dient te worden behaald en of de stoffen na opslag moeten en kunnen worden teruggehaald. Een extra complexiteit is dat derden in de gelegenheid gesteld moeten worden om ook aanvragen in te dienen om een opslagvergunning voor hetzelfde gebied als waar de HTO-vergunning voor wordt aangevraagd. Het meten van bodembeweging tot 30 jaar na beëindiging De zekerstelling voor schade als gevolg van bodembeweging Onzekerheid omtrent monitoring en agendering van grondwaterthermiek Aanbevelingen Bestaande ondiepe HTO pilots zullen leiden tot een beter inzicht in de energie- en technische prestaties, en effecten van HTO op de ondergrond. Lessen die worden geleerd dienen waar mogelijk te worden ingezet om juridische procedures optimaal te doen aanpassen aan de mogelijke effecten van HTO. Zo kunnen procedures in de toekomst mogelijk verder worden ingekort en kan provinciaal beleid worden aangepast zodat HTO niet alleen meer bij uitzondering wordt toegestaan. Diepe HTO project-pilots zouden een welkome bron van kennis en ervaring zijn omtrent het toepassen van het juridisch kader en opdoen van technische ervaring. TNO

7 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 7 / 59 Dit zal bestaande onzekerheden omtrent de inpassing van diepe HTO voor een aanzienlijk deel kunnen wegnemen. Gezien hiervoor beschreven uitdagingen en beperkte ervaring met MTO en HTO lijkt het aanbevelingswaardig om een proefboring uit te voeren alvorens een MTO/HTO-project te starten. Daarnaast lijkt het gezien de onzekerheden die er nog zijn omtrent HTO verstandig om te starten met opslag van middelhoge temperaturen. Indien positieve resultaten worden behaald in het project kunnen temperaturen later (in het project) worden verhoogd. TNO

8 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 8 / 59 TNO

9 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 9 / 59 Inhoudsopgave Voorwoord... 2 Samenvatting... 3 Afkortingen Inleiding Achtergrond Doel Afbakening Technische mogelijkheden seizoensopslag Wat is Warmte Koude Opslag? Wat is Hoge Temperatuur Opslag? Technische uitdagingen Milieuhygiënische effecten Juridisch kader HTO tot en met 500 meter HTO vanaf 500 meter Procedure vergunningverlening Wettelijke eisen en beleidsvoorschriften ondiepe HTO (< 500 meter) Wettelijke eisen en beleidsvoorschriften diepe HTO (> 500 meter) Discussie en conclusie Technische uitdagingen Juridisch kader Slotwoord en Aanbevelingen Referenties en suggesties voor verdere informatie Appendix I - Toetsingscriteria watervergunning Appendix II vergunningvoorschriften GEOMEC4P Appendix III - Opslagplan Mijnbouwwet TNO

10 TNO TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 10 / 59 Afkortingen AMvB B & W HTO WKO MTO WKK GEOMEC4P Algemene Maatregel van Bestuur Burgemeester en Wethouders Hoge Temperatuur Opslag Warmte en Koude Opslag Middelhoge Temperatuur Opslag Warmte-krachtkoppeling (co-generatie warmte en elektriciteit) Aardwarmte project mogelijk gecombineerd met HTO in Vierpolders TNO

11 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 11 / 59 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Het wordt steeds belangrijker om de productie van en vraag naar warmte optimaal te matchen. Opslag van warmte en koude is daarom van belang. Warmte en Koude Opslag (WKO) in de ondiepe ondergrond is in verschillende sectoren, waaronder de tuinbouw, een veel gebruikte techniek. Vooralsnog wordt voornamelijk gebruik gemaakt van lage-temperatuur warmte-opslag (<25 C graden). Opslag van heet water in de ondergrond (HTO Hoge Temperatuur Opslag) biedt echter goede kansen om restwarmte beter te gebruiken, het rendement van de hele cyclus te verbeteren en tegelijkertijd de baten te verhogen. HTO wordt echter niet breed toegepast in de Nederlandse ondergrond. Uitdagingen met betrekking tot de techniek van de optie en het bijbehorende juridische kader (van idee naar vergunning en inpassing) zijn belangrijke punten die de implementatie ervan beïnvloeden. Voor de eindgebruiker van de technologie is het noodzakelijk dat deze uitdagingen in kaart worden gebracht. Meer kennis over deze zaken kan leiden tot een snellere implementatie HTO in de tuinbouw en overige sectoren. 1.2 Doel In dit rapport zullen de technische en juridische mogelijkheden en uitdagingen van seizoensopslag in kaart worden gebracht met een belangrijke focus op Hoge Temperatuur Opslag. 1.3 Afbakening Zoals gesteld heeft dit rapport een sterke focus op HTO en in mindere mate op conventionele WKO daar dit al zeer uitgebreid wordt toegepast in Nederland. Een belangrijke beperking van dit onderzoek is dat alleen op basis van bestaande informatie een overzicht wordt gegeven. Dit gebeurt door een literatuuronderzoek en door het beschrijven van bestaande case studies met betrekking tot HTO.

12 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 12 / 59 2 Technische mogelijkheden seizoensopslag 2.1 Wat is Warmte Koude Opslag? Het principe van warmte koude opslag (WKO) in de ondergrond is dat warmte en koude worden opgeslagen in een watervoerende laag. In de zomer wordt overtollige warmte opgeslagen in de bodem. In de zomer is dus koel water beschikbaar om woningen, gebouwen, kassen of processen te koelen. De warmte wordt weer teruggewonnen in de winter wanneer er vraag is naar warmte. Ook kort cyclische WKO is mogelijk, met name bovengronds, maar dit wordt buiten beschouwing gelaten in dit rapport. WKO systemen kunnen worden onderverdeeld in gesloten en open systemen Open systeem Definitie volgens AMvB bodemenergiesystemen [AMvB, 2013, p2]: open bodemenergiesysteem: installatie waarmee van de bodem gebruik wordt gemaakt voor de levering van warmte of koude ten behoeve van de verwarming of koeling van ruimten in bouwwerken, door grondwater te onttrekken en na gebruik in de bodem terug te brengen, met inbegrip van bijbehorende bronpompen en warmtewisselaar en, voor zover aanwezig, warmtepomp en regeneratievoorziening; In een open systeem worden boringen (vaak meerdere) uitgevoerd tot in een watervoerende laag die hiervoor geschikt is; meestal op een diepte van meter. Omdat direct gebruik wordt gemaakt van grondwater wordt dit een open systeem genoemd. Een doublet (twee putten) maakt het mogelijk om grondwater op te pompen en te injecteren in de ondergrond: een infiltratiebron en een onttrekkingsbron. Bovengronds wordt dan via een warmtewisselaar warmte of koude uitgewisseld tussen het bovengrondse systeem en het grondwater. De temperaturen in de ondergrond in de omgeving van de infiltratiebron en onttrekkingsbron liggen tussen de 5 en 25 C. De plaatsing van de putten is van belang. De afstand tussen de putten is doorgaans meter en is afhankelijk van de lokale grondwaterstromingssituatie. De kwaliteit van grondwater is van belang in verband met het risico op bronverstopping door interacties met het grondwater. Open systemen hebben in vergelijking met gesloten systemen doorgaans een groter opslagvermogen en hebben een groter debiet (het volume dat rond wordt gepompt bedraagt tussen de 50 en 250 m 3 /uur). Het open WKO-systeem kent drie varianten: Een systeem met een horizontaal gescheiden warme- en koudebron (doublet) Een systeem met een verticaal gescheiden warme- en koudebron (monobron). Het open-bron of recirculatie systeem.

13 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 13 / Gesloten systeem Definitie volgens AMvB bodemenergiesystemen [AMvB, 2013, p2]:: gesloten bodemenergiesysteem: installatie waarmee, zonder grondwater te onttrekken en na gebruik in de bodem terug te brengen, gebruik wordt gemaakt van de bodem voor de levering van warmte of koude ten behoeve van de verwarming of koeling van ruimten in bouwwerken, door middel van een gesloten circuit van leidingen, met inbegrip van een bijbehorende warmtepomp, circulatiepomp en regeneratievoorziening, voor zover aanwezig; Gesloten systemen zijn doorgaans relatief kleine systemen, al zijn er uitzonderingen op deze regel, en worden niet in detail verder besproken in dit rapport. 2.2 Wat is Hoge Temperatuur Opslag? Volgens het Internationaal Energie Agentschap heeft hoge temperatuur opslag (HTO) betrekking op opslag met een minimum opslagtemperatuur van 50 C; in Nederland wordt 60 C ook wel gehanteerd. De opslag kan dan van korte duur zijn (zelfs een dag) of een seizoensopslag betreffen. Bij een seizoensopslag wordt uitgegaan van een opslagtermijn van ten minste 3 maanden na injectie. In dit rapport hanteren we een andere temperatuurgrens. Gezien de huidige wet- en regelgeving is een grens van 30 graden logischer. Het opslaan van warmte in de bodem is namelijk wettelijk begrensd op maximaal graden (zie sectie 3 Juridisch kader), maar uitzonderingen zijn mogelijk. Tot 25 graden is dus bekend WKO-terrein en daarboven gelden andere regels. Boven de graden kennen we middelhoge temperaturen en hoge temperaturen voor opslag, beiden in dit rapport gecategoriseerd als HTO. Opslag bij middelhoge temperaturen (30 tot 60 graden) en hoge temperatuur (hoger dan 60 C) biedt kansen omdat het energetische prestaties mogelijk verbetert. Met een soortgelijk systeem kan meer energie per volume worden opgeslagen en worden teruggewonnen. Dit alles kan een hoger rendement opleveren. Het uiteindelijk rendement is echter wel afhankelijk van de geologische condities. De kosten per GJ warmte kunnen hierdoor lager zijn dan bij lage temperatuur opslag. Het concept biedt bijvoorbeeld veel perspectief voor telers die al een WKO geïnstalleerd hebben. Een schematisch weergave van HTO-concepten is opgenomen in Figuur 1 en Figuur 2. In het laatste figuur is weergegeven hoe een HTO samen kan opereren in een systeem met een geothermische bron. Het voordeel van deze combinatie is dat de geothermisch bron het hele jaar door kan produceren. Overproductie in de zomer (ten opzichte van de vraag) kan opgeslagen worden en in de winter ingezet worden wanneer de vraag groter is dan de productie van de geothermische bron. Andere combinaties met andere (duurzame) hoge temperatuur bronnen zijn uiteraard ook mogelijk.

14 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 14 / 59 Zeer belangrijke parameters voor de prestaties van de HTO-installatie zijn [TNO, 2013]: Bodemeigenschappen: de diepte en de permeabiliteit (doorlatendheid). De dikte van het reservoir (dikte van de aardlaag waarin wordt opgeslagen). De doorlatendheid beïnvloedt sterk het debiet en rendement van het systeem als ook het optreden van dichtheidstroming (door contrast in dichtheid en viscositeit van water met grote temperatuurverschillen). De vollast draaiuren van het opslag systeem. Een hoger aantal vollasturen maakt het systeem kosten efficiënter. Temperatuurniveau van de injectiestroom en van de watervoerende laag waarin de warmte wordt opgeslagen. De temperatuur van het opslagwater en de bodemtemperatuur hebben sterke invloed op de performance (rendement en kosten-baten) van het systeem.

15 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 15 / 59 Figuur 1 Seizoensopslag met behulp van HTO; warmteopslag in de zomer (links) en warmteproductie in de winter (rechts) 1 Figuur 2 Schematische weergave HTO in combinatie met geothermische bron (project GEOMEC4P) 2 Drijver [2012] en De Zwart [2009] vatten kort samen wat de belangrijkste voordelen zijn van hoge temperatuur opslag: Bij opslag van warmte met een hoge temperatuur, kan de inzet van de warmtepomp worden beperkt of zelfs overbodig worden gemaakt. Zodoende kan de energiebesparing fors worden verbeterd ten opzichte van lage temperatuur WKO. Naast de energetische voordelen is ook het temperatuurverschil tussen de warme en de koude bron bij hoge temperatuur warmteopslag aanzienlijk groter 1 Bron: EA07CA8F9225/t_NL.IMRO.0501.geomec4p-0140_2.2.html 2 Bron: EA07CA8F9225/t_NL.IMRO.0501.geomec4p-0140_2.2.html

16 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 16 / 59 dan bij lage temperatuur WKO, zodat bij eenzelfde waterverplaatsing veel meer energie kan worden opgeslagen en geleverd. Als in de zomer bronnen van (rest)warmte beschikbaar zijn en in de winter de warmtevraag groter is dan het aanbod, dan kan hoge temperatuur warmteopslag interessant zijn. Voor HTO is het verder van belang om onder te verdelen in diepe HTO (>500 meter onder maaiveld) en ondiepe HTO (<500 meter onder maaiveld). Dit is van belang in verband met het juridisch kader dat toegepast dient te worden (zie sectie 3 Juridisch kader), maar ook zeker in verband met voor- en nadelen van technische aard. het belangrijkste voordeel van diepe WKO/HTO [TNO, 2013; Zwart, 2009] is dat het overall rendement van energieopslag hoger kan zijn, omdat temperatuur van de bodem toeneemt met de diepte. Nadelen van diepe WKO/HTO ten opzichte van ondiepe WKO/HTO zijn [TNO, 2013; Zwart, 2009]: Boringen die dieper dan 800 meter gaan vragen een zwaardere booropstelling in vergelijking met ondiepe boringen. Dit leidt tot aanzienlijk hogere kosten voor het boren van de putten. Van de diepere ondergrond is minder gedetailleerde informatie beschikbaar dan van de ondiepere ondergrond. Daardoor zijn de geologische risico's groter dan bij ondiepe opslag. De risico's kunnen worden beperkt door het uitvoeren van gedegen vooronderzoek per locatie, eventueel ondersteund door de informatie afkomstig uit proefboringen. Opslag op grotere diepte (dieper dan 800 m) kan een lager rendement als gevolg hebben door hogere wrijvingsverliezen in de put. Belangrijk is om te vermelden dat casus-specifieke situaties altijd van groot belang zijn om de optimale inrichting van de HTO te bepalen. Hierbij moet worden gedacht aan de warmtevraag (hoge en lage temperatuur), warmte-aanbod en plaatselijke geologische condities Praktijkgevallen Er zijn vier Nederlandse praktijkgevallen van hoge of middelhoge temperatuur opslag (>30 C) en een vijfde geval is ontworpen in relatie met een geothermische winning (maar vooralsnog is de uitvoering uitgesteld). Hieronder volgt een korte samenvatting van deze projecten. Op verschillende plaatsen in dit document zullen deze projecten worden gebruikt om technische en juridische uitdagingen in meer detail te bespreken. De vijf praktijkgevallen zijn: Koppert Cress in Monster GEO Mec Vierpolders (GeoMEC-4P; alleen ontworpen) De Uithof, Utrecht Zwammerdam NIOO, Wageningen

17 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 17 / 59 Koppert Cress in Monster startte in 2011 een HTO-pilot en maakt onderdeel uit van een Green Deal. In dit project wordt water met een temperatuur van 40 graden opgeslagen in de bodem via de WKO-installatie bij het bedrijf. Warmte uit de kas en van led-verlichting wordt in de zomer opgeslagen in de bodem en in de winter gewonnen voor het verwarmen van de kas, het kantoorgebouw en bouwkavels in de nabije omgeving. 3 In het Zuid-Hollandse Vierpolders wordt momenteel een project gerealiseerd dat gebruik gaat maken van een geothermische bron voor het verwarmen van negen glastuinbedrijven (~60 ha). Het boren van de geothermische putten is inmiddels afgerond (status november 2015) en naar verwachting zullen medio 2016 een aantal glastuinbouwbedrijven gebruik gaan maken van de gewonnen aardwarmte. De bron ligt op een diepte van 2200 meter en heeft een temperatuur van ongeveer graden. De nog te koppelen seizoensopslag wordt nog niet gerealiseerd. De voorgestelde opslag bevindt zich op diepte van meter en is ontworpen voor het opslaan van de overtollige warmte uit de geothermische bron. De infiltratietemperatuur van het warme water zou in de zomer 84 C zijn in de warme bronnen en in de winter 43 C in de koude bronnen. De maximale capaciteit is geraamd op 600 m 3 per uur. Het grondwatersysteem bestaat uit 6 putten (3 doubletten) en heeft een geschat vermogen van 20-25MW th. Het thermische rendement is berekend op ongeveer 60%. Figuur 3 Schematisch overzicht GEOMEC4P. Bron: Hydreco, 4 In Nederland zijn er in het verleden ook twee projecten met hoge opslag temperaturen (>80 ºC) gerealiseerd, in Utrecht (~220m diep) en Zwammerdam (~150 m diep). In Utrecht werd het systeem gebruikt om een teveel aan warmte vanuit de WKK-installatie op te slaan en te gebruiken voor gebouwverwarming

18 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 18 / 59 In Zwammerdam werd het systeem ingezet voor het verwarmen van een tehuis voor verstandelijk gehandicapten de Hooge Burch (Inmiddels heet de zorginstelling De Bruggen). De warmte werd geproduceerd door een WKK-installatie. Beide systemen zijn momenteel niet meer in gebruik. Technisch gezien hebben beide systemen grotendeels goed gefunctioneerd. De belangrijkste reden om de systemen te sluiten waren: Utrecht: geen goede afstemming van de installaties in het gebouw op de warmteopslag; de temperatuur van het water vanuit de gebouwen was te hoog. Hierdoor zijn de minimale vereisten voor de terugvoertemperaturen niet gehaald. De vraag naar lagere temperaturen bleek niet zo hoog te zijn als was voorzien. Het thermisch rendement van de opslag gedurende 2 jaar was wel hoog, nl. 68% en 80%. Het gemiddeld lage opslagrendement van het hele systeem was echter maar 27% als gevolg van de (kwaliteit van de) warmtevraag uit het gebouw en niet van verliezen in de bodem. Het thermisch gedrag van de warmteopslag in de bodem heeft voldaan aan de verwachtingen alhoewel er wel problemen waren met de waterbehandelingstechniek (zie verderop). Zwammerdam: de warmteopslag is vanwege financiële redenen uit bedrijf genomen. De WKK werd ingezet op basis van de elektriciteitsvraag dat tegen een gunstig tarief werd terug geleverd aan het net. De overtollige warmte die daarbij werd geproduceerd werd opgeslagen voor later gebruik. Uit monitoringgegevens is gebleken dat de terugleververgoeding voor de elektriciteitsproductie en de winst uit de warmteopslag financieel niet tegen elkaar hebben opgewogen. Daarom is destijds besloten om de WKK in draaiuren terug te brengen en de warmteopslag niet meer in te zetten. Het opslagrendement van deze HTO installatie is berekend op circa 65%. Hierbij moet worden vermeld dat de warmteopslag een relatief kleine opslag betrof en dus meer hinder ondervond door verliezen in de bodem. Bij een grotere opslag van warmte werd een hoger opslagrendement verwacht. Wageningen: bij het Nederlands Insitituut voor Oecologisch Onderzoek (NIOO) is een MTO systeem aanwezig dat gekoppeld is aan zonnecollectoren als warmtebron. De opslagtemperatuur is ca. 45ºC, het ontwerpdebiet 45 m 3 /h en de filterstelling m diep, waarmee het in de hydrologische basis staat. Alleen het bovenste, derde deel van het filter is productief en de werkelijke capaciteit is hierdoor 25 m 3 /h. De warmteopslag werkt verder naar behoren maar de zonnecollectoren leveren minder warmte dan voorzien (Agtereek, 2013). Het MTOproject bij het NIOO heeft laten zien dat er nog weinig kennis is over de ondergrond op enkele honderden meters diep. Zolang die kennis op regionale schaal ontbreekt is het volgens de adviseur van NIOO raadzaam om eerst een proefboring te doen voordat een MTO of HTO wordt aangelegd (AgentschapNL, 2011). 2.3 Technische uitdagingen Hoge temperatuur opslag is technisch gezien complexer dan een lage temperatuur opslag. Sinds de jaren 1980 zijn tijdens experimenten en proefprojecten met hoge temperatuur warmteopslag diverse problemen opgetreden en dit is ook de reden dat HTO systemen niet veelvuldig worden toegepast. Van deze technische uitdagingen wordt echter geleerd en door goede monitoring van eerdere projecten

19 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 19 / 59 kunnen lessen worden getrokken voor verbeteringen in ontwerp en operatie van nieuwe HTO projecten. Eerdere studies waar veel aandacht is besteed aan technische uitdagingen zullen hier worden overgenomen en samengevat. Voor technische details en meer achtergrondinformatie is het gewenst om de originele studies te raadplegen. Het overzicht in deze sectie geeft echter wel de belangrijkste conclusies uit deze studies weer, zie voor details rapporten van. Drijver [2012], Sanner [1999], Hellebrand et al [2012], IF Technology [2012], Bonte [2011], GS Zuid Holland [2012] en TNO [2013] naast de internationaal gepubliceerde peer-reviewed literatuur Temperatuurveranderingen in de bodem (gebaseerd op Drijver [2012]) Eén van de belangrijkste aspecten die in de praktijk een rol spelen is in hoeverre de temperatuurveranderingen ook in bovenliggende watervoerende pakketten merkbaar zijn. Om overschrijding van de juridische temperatuurgrens te voorkomen moet de dikte van de scheidende laag minimaal 20 à 30 m zijn. Een inventarisatie van uitgevoerde berekeningen in het kader van hoge temperatuur warmteopslagprojecten geeft aan dat ook de hydraulische weerstand van de bovenliggende laag hierbij bepalend is. Van de hoge temperatuur warmteopslag (80 à 90 ºC) in Zwammerdam zijn voor de eerste vier jaar gegevens bekend over de onttrokken en geïnfiltreerde waterhoeveelheden en de bijbehorende temperaturen. Ook zijn bodemtemperatuurmetingen uitgevoerd in drie meetputten, zowel in de eerste 4 jaren (start 1998; het project injecteerde geen warmte meer na 2003) als in het kader van het project Meer Met Bodemenergie (2011). Op basis van de beschikbare informatie is een thermisch model gemaakt en doorgerekend, zowel voor de eerste vier jaren als de daaropvolgende 96 jaar. De metingen geven aan dat de temperatuur 8 jaar na stopzetting al is gedaald naar 28 ºC. Volgens de berekeningen wijkt de temperatuur in de bodem circa 35 jaar na stopzetting niet meer dan 2 ºC af en circa 70 jaar na stopzetting van de opslag niet meer dan 0,5 ºC af van de natuurlijke grondwatertemperatuur. Voor het GEOMEC4P-project (opslagtemperatuur 84 ºC) zijn ook verschillende modelberekeningen uitgevoerd als onderdeel van de vergunningaanvraag, bijvoorbeeld de opwarming van bovenliggende lagen. Bij hoge temperatuuropslag kan dichtheidstroming optreden door het contrast in dichtheid en viscositeit van het aanwezige grondwater en het geïnjecteerde hete water. Heet water heeft hierbij de neiging om te gaan drijven op het koude water. Zo is met modellen berekend dat na 20 jaar warmteopslag de temperatuur onderin het eerste watervoerende pakket met maximaal 12 C (tot 24 C) zal toenemen. Deze temperatuur blijft dus onder het toegestane maximum van 25 C. Deze modelberekeningen houden echter geen rekening met lithologische heterogeniteit binnen het watervoerende pakket, wat een belangrijke factor is in het optreden van dichtheidstroming. Ook is voor verschillende weerstandswaarden van de scheidende laag de temperatuur in het bovenliggende watervoerende pakket na 20 jaar warmteopslag

20 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 20 / 59 berekend 5. De bovenliggende scheidende laag is in dit geval 45 m dik. Bij een lage weerstandswaarde (500 d) zou de temperatuur oplopen naar ongeveer 40 ºC en bij een hoge weerstand (2.500 d) bleef de temperatuur net onder de 25 ºC. Uit berekeningen die zijn gedaan voor de vergunning voor GEOMEC4P blijkt dat na 20 jaar het horizontale thermische invloedsgebied maximaal 210 meter bedraagt, gerekend vanaf de 'koude' bronnen. Dit is het gebied waarbinnen de temperatuur met meer dan 2 C zal stijgen. Uit de berekeningen voor GEOMEC4P blijkt dat na 3, 5 en 20 jaar warmteopslag de deklaag niet thermisch wordt beïnvloed. Het bevoegd gezag hecht veel waarde aan monitoring om deze modelberekeningen te staven met de werkelijkheid. Er is daarom in het GEOMEC4P-project veel aandacht besteed aan monitoring van temperatuurontwikkeling (zie sectie 3.4) Geschikte watervoerende pakketten in Nederland Het opslagrendement van WKO-systemen wordt bepaald door de warmteverliezen die optreden onder invloed van verschillende processen. Het gaat hierbij om warmtegeleiding, dispersie, grondwaterstroming en dichtheidsgedreven grondwaterstroming ( vrije convectie ). De relatieve grootte van de warmteverliezen door deze processen wordt bepaald door een aantal kenmerken van het hoge temperatuur warmteopslagsysteem (b.v. infiltratietemperatuur, opslagvolume en filterlengte) en door de eigenschappen van de ondergrond (b.v. dikte en permeabiliteit van het gebruikte watervoerende pakket en de eigenschappen van de scheidende lagen). Het ene watervoerende pakket zal dus meer geschikt zijn voor HTO dan het andere. Over het algemeen neemt het rendement toe na een aantal cycli van opslag en terugwinning van warmte. Een HTO systeem kan een rendement van 75% halen, onder invloed van deze dichtheidsstroming [Bakker, 2009]. Uit zowel de uitgevoerde literatuurstudie als modelberekeningen, concludeerde IF Technology (2012) dat de factoren die invloed hebben op de dichtheidsstroming het meest bepalend zijn voor het rendement bij HTO. Zoals ook hierboven aangestipt, heeft water met een hoge temperatuur een lagere dichtheid dan het water in de gebruikte watervoerende pakketten, waardoor het warme water de neiging heeft om naar het bovenste deel van het watervoerende pakket te stromen. Dit proces kan grote nadelige gevolgen hebben op het opslagrendement: bij onttrekking uit het pakket met een filter dat het hele pakket beslaat zal het bovenste warmere water mengen met het onderste koudere met als gevolg een geringere terugwinning van de opgeslagen warmte of onttrekking van beduidend meer grondwater dan geïnjecteerd met een gemiddeld lagere temperatuur. De mate waarin dit proces optreedt, is vooral afhankelijk van 1 de doorlatendheid van het gebruikte watervoerende pakket; 2 het temperatuurverschil tussen het opgeslagen water en het omringende grondwater; en 5 Op basis van de gemiddelde grondwaterstand en stijghoogtes in de watervoerende pakketten is de verticale stroming over de deklaag en de scheidende laag berekend. (m t.o.v NAP: Deklaag -0.8; Eerste watervoerende pakket -0.5; Gecombineerde Tweede en derde watervoerende pakket +0.3.

21 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 21 / 59 3 de verticale hydraulische heterogeniteit binnen het watervoerende pakket. Idealiter zijn sterk gelaagde watervoerende pakketten, met een lage verticale doorlatendheid en een hoge horizontale doorlatendheid geschikt. Dit geeft minimale warmte stroming en hoge brondebieten verhogen de economische haalbaarheid. Het optreden van dichtheidstroming wordt ook beïnvloed door lithologische heterogeniteit binnen het watervoerende pakket zoals aannemelijk gemaakt door Pineaud (2014) voor de HTO-locatie GEOMEC-4D bij Vierpolders: dunne kleilaagjes beperken bijvoorbeeld het opdrijven van heet grondwater. Modelberekeningen waarin een homogeen pakket, gelaagd pakket en 3Dheterogeen pakket werden vergeleken toonden aan dat (1.) heterogeniteit in de eerste jaren van een HTO systeem leidt tot een lager rendement dan een homogeen pakket, maar dat dit ongunstige effect binnen enkele jaren verdwijnt en (2.) heterogeniteit van de ondergrond bij een HTO-systeem niet leidt tot structurele verlaging van het rendement ten opzichte van een homogene ondergrond in tegenstelling tot de rendementen bij lage temperatuur WKO-systemen. De achterliggende verklaring is dat (1.) bij lage-temperatuur WKO systemen dichtheidstroming een verwaarloosbare rol speelt als gevolg van de relatief geringe temperatuurverschillen en het effect van heterogeniteit zich uit door verschillen in laterale grondwaterstroomsnelheden die het rendement reduceren en (2.) bij HTO systemen heterogeniteit het optreden van dichtheidstroming voorkomt waardoor voor het homogene systeem het rendement beperkt wordt door dichtheidstroming en bij het heterogene systeem door laterale verschillen in stroomsnelheid maar niet door beide stromingsprocessen. De conclusies van Pineaud zijn specifiek voor de bestudeerde situatie; een Australische studie illustreert verder het belang van heterogeniteit op het wel of niet optreden van dichtheidsstroming (Irvine et al., 2015). TNO (2013) heeft gekeken naar potentiële geschiktheid van mariene geologische eenheden uit het Tertiair (66-2,6 miljoen jaar geleden) dan wel de Formatie van Maassluis uit het vroeg-kwartair (2,6-1,8 miljoen jaar geleden). Het is een open vraag in hoeverre ook jongere, ondiepere Pleistocene pakketten (2,6 miljoen jaar geleden) geschikt zijn voor HTO. Deze pakketten zijn overwegend meer doorlatend dan de door TNO (2013) bestudeerde oudere eenheden, maar er zijn regionale en lokale verschillen in doorlatendheid en een juiste combinatie van aquiferdoorlatendheid en bovenliggende scheidende laag kan een ondiepe lokatie ook geschikt maken. Een voordeel van een ondiepere locatie is dat de boorkosten geringer zijn. Aanvullende voorwaarden, bijvoorbeeld met betrekking tot bescherming van drinkwaterwinningen, zullen hierbij ook grote rol spelen. Watervoerende pakketten met een relatief lage doorlatendheid hebben als nadeel dat de capaciteit per bron relatief laag zal zijn. Nader onderzoek naar ontwerpnormen voor slecht doorlatende watervoerende pakketten en de mogelijkheden om het debiet per put te verhogen is wenselijk. Daarnaast is ook meer inzicht gewenst in de heterogeniteit van watervoerende pakketten in relatie tot het optreden van dichtheidstroming als ook de geschiktheid van de ondiepe ondergrond voor HTO (tientallen tot enkele honderden meters diep).

22 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 22 / Putverstopping en corrosie De invloed van de grondwaterkwaliteit uit zich op twee wijzen: enerzijds de potentiële technische problemen van putverstopping en corrosie en anderzijds nadelige milieueffecten op de grondwaterkwaliteit. Hier zal het eerste aspect verder worden uitgewerkt en in de volgende paragraaf zal het andere aspect worden uitgewerkt. Doordat de hogere temperatuur de oplosbaarheid van carbonaten verlaagt, zijn in veel gevallen maatregelen nodig (waterbehandeling) om putverstopping door neerslag van carbonaatmineralen tegen te gaan. Het uitgevoerde onderzoek geeft aan dat deze waterbehandeling nodig kan zijn bij temperaturen boven de 40 à 60 ºC, afhankelijk van de waterkwaliteit. Ook de samenstelling van het kation uitwisselingscomplex wordt beïnvloed door de temperatuur. Bij een verhoging van de temperatuur neemt daardoor de concentratie van Ca 2+ in het grondwater af en nemen de concentraties K + + en NH 4 toe. Het kalkevenwicht wordt hierdoor weer beïnvloed. Potentieel zou afkoeling van het grondwater ook tot neerslagreacties kunnen leiden, maar dan van silikaatmineralen, omdat deze mineralen beter oplosbaar zijn bij hoge temperatuur dan bij lage temperatuur. Silikaatreacties zijn geochemisch gezien trage reacties en er zijn voor WKO-installaties geen technische problemen bekend door neerslag van silikaten, ofwel silikaatscaling. Het risico op carbonaatneerslag is afhankelijk van de kalkverzadigingsgraad van het oorspronkelijke grondwater, de mate waarin de temperatuur wordt verhoogd en de aanwezigheid en concentraties van stoffen die de neerslagreacties vertragen (zogenaamde inhibitoren zoals opgelost fosfaat en humuszuren). Aangezien grondwater in de meeste ondiepe watervoerende pakketten in Nederland al verzadigd is met Ca-carbonaat en/of Fe-carbonaat (Griffioen et al., 2013), is carbonaatneerslag bij HTO een reëel risico en moeten mogelijk tegenmaatregelen worden genomen. Het is in de praktijk helaas niet goed mogelijk om de kalkneerslagsnelheid en het effect van inhibitie te voorspellen. De volgende mogelijkheden kunnen overwogen worden om carbonaatneerslag te voorkomen; Waterbehandeling kan worden voorkomen door het temperatuurniveau van de opgeslagen warmte te verlagen. De hoeveelheid opgeslagen energie per volume eenheid neemt hierdoor af en het warme grondwater krijgt hiermee een andere gebruikswaarde. Een afgewogen keuze zal dus gemaakt moeten worden waar zich het optimum bevindt. In de praktijk is zoutzuurdosering een geschikte waterbehandelingstechniek gebleken. Door de zoutzuurdosering treedt een beperkte ph-daling op waardoor bij voldoende zure ph sporenmetalen (zoals Ni, Zn) gemobiliseerd kunnen worden en metalloiden (zoals As) juist weer geadsorbeerd raken. De door zoutzuurtoevoeging veroorzaakte stijging van het zoutgehalte is bij toepassing in zout grondwater te verwaarlozen. Bij toepassing in zoet grondwater is dit wel significant. Voor toepassing in zoet grondwater kan het daarom interessant zijn om nader onderzoek te doen naar alternatieve waterbehandelingstechnieken (bv. inhibitors). Toevoegen van andere zuren, zoals HNO 3, H 3 PO 4, of H 2 SO 4, moet ontraden worden, omdat deze als oxidator of voedingstof voor microbiëel gedreven reacties kunnen fungeren. In ongunstige gevallen leidt dit ook tot ongewenste effecten zoals microbiële putverstopping door biofouling of extra neerslag van FeS-mineralen.

23 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 23 / 59 Overige opties worden in meer detail beschreven door Sanner en Drijver [Sanner, 1999; Drijver, 2011a] Materiaalgebruik bij hoge temperaturen en corrosiegevoelige omstandigheden. Corrosie is een belangrijk aandachtspunt voor een geothermisch systeem (TNO 2015). Corrosie vindt plaats door contact van het formatie-water met de HTOinstallatie. Het resulteert in de degradatie van metalen in deze installatie wat de integriteit van de installatie beïnvloedt. Dit kan resulteren in downtime, dure workovers van de putten en verlies van kapitaal. Corrosie is zeer afhankelijk van de aanwezigheid van oxiderende elementen: zuurstof, CO 2, waterstofsulfide, chloride, ammoniak, sulfaat en waterstof ionen. Koolstofdioxide is hierbij de belangrijkste voor Nederlandse geothermie-systemen. De parameters die van belang zijn bij het inschatten van de corrosie zijn de samenstelling van het formatiewater, gassamenstelling, temperatuur, druk en gebruikte materialen (met name welk type staal wordt toegepast). Temperatuur heeft een belangrijke invloed op de corrosie, maar de corrosie is op voorhand moeilijk te voorspellen indien bovenstaande parameters (samenstelling formatie water etc.) niet bekend zijn. Bescherming tegen corrosie is mogelijk door verschillende maatregelen te implementeren: natuurlijke corrosie remmers, anodische bescherming, cathodische, bescherming, coating tegen galvanische corrosie en zuurstof-absorbers om het systeem zuurstofvrij te houden. Om corrosie te minimaliseren is materiaalkeuze van groot belang. De materialen die bij lage temperatuuropslag worden toegepast (< 40 ºC), zoals PVC, kunnen niet gebruikt worden bij de heersende temperaturen bij HTO. In eerdere HTO projecten (90ºC opslag) is gebruik gemaakt van de duurdere materialen RVS316 en GVK (Glasvezel Versterkt Kunststof). Deze materialen zijn economisch gezien minder aantrekkelijk voor kleinschalige projecten, waardoor in dat geval gekozen wordt voor lagere temperatuur opslag. Voor grootschalige projecten zijn hoge opslagtemperaturen eerder interessant, omdat de meerkosten die gekoppeld zijn aan de oplossingen van de problemen (groter aantal bronnen vanwege gebruik fijnzandige aquifers, waterbehandelingsvoorzieningen en duurdere materialen) sneller worden terugverdiend vanwege het hogere energierendement. 2.4 Milieuhygiënische effecten HTO-systemen kunnen ook indirecte of directe effecten hebben op de mileuhygienische toestand van de omgeving waarbinnen ze geïmplementeerd zijn. Hieronder worden de belangrijkste effecten besproken. De hoge temperaturen van een HTO systeem hebben tot gevolg dat de effecten op de chemie en de microbiologie van het grondwater duidelijk groter zijn dan bij lage temperatuur WKO. Monitoring van de microbiologie en de chemie in de ondergrond is zeer belangrijk in de monitoringspakketten (zie Tabel 5 in Appendix II). Binnen het GEOMEC4P project moet volgens de vergunning hieraan uitgebreid aandacht besteed worden in een meerjarig monitoringsprogramma, mocht het project gerealiseerd worden.

24 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 24 / Invloed op de grondwaterkwaliteit Drie aspecten vragen aandacht bij toepassing van HTO: 1 Menging van grondwater met verschillende zoutgehalten 2 Mobilisatie/immobilisatie van toxische sporenelementen 3 Versnelde verwering van het aquifersediment Binnen watervoerende pakketten kunnen dieptegradiënten bestaan in zoutgehalte van het grondwater waarbij het zoutgehalte meestal maar niet altijd toeneemt met de diepte. Bij menging over de lengte van onttrekkingsfilters treedt middeling in zoutgehalte op waarbij het zoete water zijn waarde als zoet water verliest ten koste van meer brak of zout water. Over het geheel gezien wordt menging van zoet water met brak of zout water gezien als een verlies van kwaliteit. Het optreden van dichtheidstroming door zout- en temperatuurverschillen kan de menging weer beperken bij HTO. Individuele situaties zijn daarom snel uniek. Door de temperatuurverandering van het grondwater zullen ook verschuivingen optreden in de bezetting van het sorptiecomplex, want de intrinsieke sorptieconstantes van metalen, metalloiden en protonen aan de sedimentbestanddelen zijn temperatuurafhankelijk. Bonte (2013) maakte dit effect aannemelijk aan de hand van modellering van labexperimenten waarbij hij waarnam dat met name arseen en boor gemobiliseerd werden in het warme poriewater van 60ºC. Re-adsorptie in de koude bel kan hierbij weer optreden doordat de chemische evenwichten als het ware weer terugverschuiven. Metingen die in juni 2011 zijn gedaan bij de hoge temperatuur warmteopslag in Zwammerdam (ongeveer 8 jaar na stopzetting van de warmteopslag), geven aan dat de concentraties arseen, nikkel en zink in de warme bron verhoogd zijn ten opzichte van de koude bron en de referentieput. De drinkwaternormen worden hierbij niet overschreden (het grondwater is overigens ook zout en daarom niet geschikt voor de drinkwatervoorziening). De resultaten van kolomproeven door Bonte (2013) suggereren dat de verhoogde temperatuur hierbij een rol speelt. Niet uit te sluiten valt dat de verhoogde concentraties het gevolg zijn van verlaging van de ph als gevolg van de zuurdosering. Sommige sporenmetalen zoals As en Ni kunnen in relatief hoge concentraties in Nederlands grondwater voorkomen en dit fenomeen behoeft dus aandacht. Voor de monitoring van hoge temperatuur warmteopslagprojecten wordt daarom aanbevolen om deze parameters op te nemen in het monitoringsprogramma. Deze parameters (en meer) worden meegenomen in de voorgestelde monitoring van het pilot project GEOMEC4P [GS Zuid Holland, 2012]. Verwacht mag worden dat verhoging van de temperatuur ook leidt tot versnelde verwering van de verweerbare silikaatmineralen zoals veldspaten, olivijn, etc. Een directe aanwijzing hiervoor is bijvoorbeeld dat mineraalwater van hydrothermale bronnen zouter is dan van bronnen met een lage temperatuur. Griffioen & Appelo (1993) en Bonte (2013) vinden in hun hoge-temperatuur kolomexperimenten hier ook aanwijzingen voor, maar temperatuurafhankelijke kation-uitwisseling compliceert de interpretatie van deze relatief kortdurende experimenten. Silikaatverwering is namelijk een traag hydrogeochemisch proces en het belang neemt waarschijnlijk toe over langere tijd van opslag bij hoge temperaturen, ofwel gedurende maanden dan wel jaren.

25 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 25 / Microbiologie De microbiologie van de ondergrond verdient bij WKO in de brede zin en HTO in de nauwere zin ook aandacht. Het gaat hierbij in essentie om twee aspecten: 1 Wat is de rol van microbiëel gedreven reacties op de ontwikkeling van de grondwaterkwaliteit; 2 Zijn er microbiële risico s bij toepassing van WKO/HTO. Het eerste is, met uitzondering van een studie van Lerm et al. (2013), niet in het veld bestudeerd maar middels labexperimenten. Het tweede is wel bestudeerd in het veld bij voornamelijk lage-temperatuur WKO s en MTO (zie MMB, 2012). Experimenteel labonderzoek heeft aangetoond dat de microbiële activiteit toeneemt bij verhoging van de temperatuur in een grondwatermilieu en dat er ook verschuivingen optreden in de verschillende redoxreacties die kunnen optreden (Brons et al., 1991; Jesußek et al., 2013; Bonte, 2013). Dit treedt op vanaf 25ºC en bij 70ºC treedt sulfaat-reductie prominent op ten koste van Fe-oxide reductie en fermentatie met methaan-productie. Brons et al. (1991) vonden ook dat boven de 55ºC de redoxreacties niet langer microbieel gekatalyseerd worden maar volledig chemisch verlopen. In de andere experimenten was geen steriel controleexperiment uitgevoerd en kon dit dus niet vastgesteld worden. Wel vond Bonte (2013) de groei van een thermofiele microbiële populatie boven 45ºC, die gespecialiseerd is in sulfaatreductie en fermentatie. Brons et al. (1991), Bonte (2013) en Jesußek et al. (2013) namen ook waar dat de DOC concentraties fors stijgen boven de 45ºC, wat leidt tot extra complexatie in oplossing van Ca en Mg aan gemobiliseerd fulvozuur. Dit zou ook een complexatie-effect kunnen hebben op tweewaardige sporenmetalen zoals Ni en Zn, die dan dus extra gemobiliseerd worden. Lerm et al. (2013) bestudeerden een HTO-locatie met opslag in een zout, geothermisch aquifer van 54ºC. Ook zij vinden een prominente rol voor sulfaatreducerende bacteriën waarbij de meeste activiteit plaats vond bij ca. 50ºC en niet bij de hete put van 65-85ºC. de sulfaatreductie aan de koudere kant gaf ook aanleiding tot FeS neerslag die verstoppend zou kunnen werken en corrosieschade. Dit geeft aan dat temperatuurverhoging niet alleen leidt tot verschuiving in de microbiële populaties en de redox-reacties die zij controleren maar ook tot technische problemen. Een actuele vraag is of er naast deze risico s ook gezondheidsrisico s zijn. MMB (2012) geeft hierover een goed kennisoverzicht anno De meeste potentieel pathogene micro-organismen zoals Legionella gedijen goed bij temperaturen van 35ºC tot 40ºC. De eerste vraag is of er potentieel pathogene micro-organismen aanwezig zijn op de diepte van de warmtebron? Dit is niet te verwachten als deze micro-organismen strict aeroob zijn want de ondergrondtrajecten die in aanmerking komen voor HTO zijn in Nederland anaeroob. Daarnaast sterven pathogenen snel af bij temperaturen typisch voor HTO. Pathogenen die niet van nature ter plaatse voorkomen hebben ook nog eens weinig overlevingskans en worden weggeconcurreerd door de van nature aanwezige bacteriën. Monitoringresultaten geven ook aan dat geen sprake is van toenames in aantallen fecale of pathogene micro-organismen voor zover al aanwezig. Bedacht moet worden dat een WKOactiviteit op zich geen probleem hoeft te zijn maar dat tijdens de putconstructie verontreiniging met pathogene en fecale micro-organismen kan optreden (Bonte,

26 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 26 / ). Iets soortgelijks zou kunnen gelden bij onttrekking van jong, microbieel verontreinigd grondwater. Gezondheidsrisico s van HTO systemen zijn dus gering tot afwezig; voor zover problemen kunnen optreden komen deze van buiten Zettingen door temperatuurveranderingen (gebaseerd op Drijver [2012]) De hoge temperaturen kunnen enerzijds zorgen voor uitzetting van de opgewarmde bodemdeeltjes en anderzijds voor het versneld uitdrijven van poriewater uit slecht doorlatende lagen (thermische consolidatie). Voor zandlagen volgt uit de literatuur een procentuele volumetoename van ongeveer 0,002% per ºC opwarming. Voor kleilagen is dit een volumeafname van ongeveer 0,02% per ºC opwarming. Bij een temperatuurverschil van 80 graden gaat het dan om voluminaveranderingen van 0,16% voor zandlagen en 1,6% voor klei. Het eerste is verwaarloosbaar en het laatste kan een aandachtspunt zijn. HTO wordt altijd toegepast onder een scheidende laag, omdat anders de warmte ongehinderd naar boven zal stromen en onacceptabele verliezen optreden. Dit betekent dat beide effecten altijd tegelijkertijd optreden. Uit de beschikbare praktijkgegevens blijkt dat deze effecten elkaar grotendeels opheffen, waardoor de netto invloed op funderingsniveau relatief klein is. Wel is het van belang om de te verwachten effecten per geval te bepalen en te beoordelen. Voor het GEOMEC4Pproject is berekend dat de maximale eindzetting circa 14 mm bedraagt direct naast de bronnen. In relatie tot geothermische systemen zijn er modellen beschikbaar die de bodembewegingen (zetting of opheffing) voorspellen [Fokker et al., 2015]. Deze kunnen ook toegepast worden voor HTO. De vrij beschikbare DoubletCalc 2D software [Veldkamp et al., 2015] is geschikt voor deze berekeningen Effecten waterbehandeling op waterkwaliteit (o.a. gebaseerd op Drijver [2012]) Tot op heden zijn (voor zover bekend) slechts twee waterbehandelingsmethoden toegepast op projectschaal, namelijk kationen-uitwisseling (Universiteit Utrecht) en zoutzuurdosering (Zwammerdam, GEOMEC4P). Ionenwisseling heeft een aantal belangrijke nadelen: het brengt een hoog zoutverbruik met zich mee, het is arbeidsintensief en er zijn verstoppingsrisico s bij te veel en te weinig behandeling. Het verstoppingsrisico hangt samen met de uitwisseling van geadsorbeerd Ca 2+ door opgelost Na +, waardoor kleimineralen kunnen zwellen bij hoge bezettingsgraad van het kation-uitwisselingscomplex met Na + en kleimineralen aan de wandel kunnen gaan (kleidispersie) met eventueel putverstopping door kleifiltering. In Zwammerdam en GEOMEC4P is daarom gekozen voor zoutzuurdosering. Met behulp van hydrochemische berekeningen is de invloed van de waterbehandeling bij Zwammerdam op de grondwaterkwaliteit berekend door Drijver (2012). Zoutzuur is weliswaar een agressieve stof, maar wordt in lage concentraties toegevoegd (verdunning met een factor 5000). Van nature komt zowel zout (Cl - ) als zuur (H + ) grondwater voor in Nederland: er is dus waarschijnlijk sprake van beïnvloeding binnen het bereik van de natuurlijke concentraties. Beleidsmatig kan het natuurlijk wel gewenst zijn om gebieden die niet zout dan wel zuur zijn ook als zodanig zo te behouden o.a. in het kader van strategische grondwatervoorraden of nationale reserves. De berekeningen geven aan dat de ph-waarde daalt van 7,0 (natuurlijke ph-waarde) naar minimaal 6,6 (voor dosering)

27 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 27 / 59 respectievelijk 6,2 (direct na dosering), wat goed overeen komt met de uitgevoerde metingen bij Zwammerdam. Stroomafwaarts kan de ph van het grondwater ook weer veranderen door zuur-bufferende reacties van het doorstroomde sedimentpakket. Het chloridegehalte van het grondwater neemt volgens de berekeningen toe van mg/l (natuurlijke waarde) naar maximaal mg/l op de lange termijn (direct na dosering): een stijging met 200 mg/l. De uitgevoerde metingen bevestigen dat in Zwammerdam geen noemenswaardig effect op het chloridegehalte is opgetreden. Voor de situatie bij GEOMEC4P wordt een stijging van 116 mg/l verwacht; maximaal 10% van het natuurlijk chloride gehalte [GS Zuid Holland, 2012]. Ter vergelijking: diep grondwater boven de Rupelklei (vroeger aangeduid als Boomklei) heeft meestal ph-waarden tussen 6,5 en 8 (Griffioen, ongepubliceerd) terwijl diep grondwater onder deze laag eerder ph-waarden tussen 7 en 8.5 heeft (Griffioen et al., 2016). De beperkte ph-daling wordt veroorzaakt door de bufferende werking van het grondwater zelf (in de vorm van alkaliniteit) en de mineralen van het sedimentpakket. Het chloridegehalte van natuurlijk grondwater boven de Rupelklei varieert meestal tussen 10 mg/l (zeer zoet) en met frequent uitschieters tot om en nabij de zeewaterconcentratie van mg/l (Griffioen et al., 2002; 2013). Bij toepassing in zoet grondwater (chloridegehalte lager dan mg/l) is de invloed van de zoutzuurdosering op het chloridegehalte dus groot: zoet grondwater wordt brak. Bij gebruik van zout grondwater (chloridegehalte hoger dan mg/l) is de invloed klein: het zoute grondwater wordt slechts een fractie zouter. Voor zoet grondwater is onderzoek naar alternatieve waterbehandelingsmethoden daarom gewenst, waarbij het gebruik van inhibitoren het meest voor de hand ligt. De nadelige effecten van zoutzuurdosering kunnen dus beperkt zijn als er niet grootschalig en veelvuldig gebruik van wordt gemaakt en als het om brak of zout water gaat. Als gevolg van zoutzuurdosering treedt een al dan niet tijdelijke phdaling op waar ook al dan niet tijdelijk sporenelementen gemobiliseerd kunnen worden.

28 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 28 / 59 3 Juridisch kader In dit hoofdstuk zal worden ingegaan op het juridisch kader van hoge temperatuuropslag in de ondergrond. De diepte is hier een belangrijke parameter aangezien dit bepaalt welke regelgeving van toepassing is op het project. De belangrijkste wet- en regelgeving omtrent HTO is samengevat in onderstaande tabel. In dit hoofdstuk zullen de aspecten zoals genoemd in de tabel in meer detail worden besproken. Waar mogelijk zal het juridische kader worden toegelicht met voorbeelden uit de praktijk. Tabel 2 Samenvatting juridisch kader HTO Diepte van opslag (beneden maaiveld) <500 m >500 m Wet- en regelgeving Waterwet Mijnbouwwet van toepassing Waterbesluit (AMvB Wijzigingsbesluit Mijnbouwbesluit bodemenergiesystemen) Mijnbouwregeling Waterregeling Besluitvormingsuitvoeringsmethode (BUM) provinciale taken en Handhavingsuitvoeringsmethode (HUM) provinciale taken, Belangrijkste Infiltratietemperatuur max 25 C* geen beperkingen restricties Geen opwarming van de bodem zoals voor ondiepe Behoudt energiebalans minimaal elke 5 jaar* HTO Bevoegd gezag Provincie** Ministerie van Economische Zaken Procedure ~5 maanden*** doorlooptijd 6-9 maanden (indicatief) Vergunning Watervergunning (artikel 6.4 Waterwet) Opslagvergunning (art. 25 Mijnbouwwet) *AMvB: in het belang van een doelmatig gebruik van bodemenergie een hogere temperatuur / warmteoverschot worden toegestaan, indien het belang van de bescherming van de bodem zich daartegen niet verzet ** AMvB: Burgemeester en wethouders van de gemeente waar het bodemenergiesysteem zich bevindt, zijn bevoegd gezag met betrekking tot het installeren en in werking hebben van een gesloten bodemenergiesysteem. ***Provincies kunnen kiezen voor een meer uitgebreide en langere procedure. In theorie is een zeer korte doorlooptijd mogelijk van slechts enkele maanden. 3.1 HTO tot en met 500 meter Zoals eerder gesteld kunnen opslagsystemen worden geclassificeerd als open en gesloten systemen. In het bespreken van het juridisch kader wordt uitgegaan van een open opslagsysteem. HTO is te classificeren als bodemenergiesysteem (zie definities in sectie 2.1). Tot 500 meter diepte (ondiepe HTO) is het wettelijk kader van de Waterwet dan van toepassing. Voor de toepassing van ondiepe HTO is een watervergunning (zie artikel 6.4, eerste lid, onder b) van de Waterwet vereist.

29 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 29 / 59 Artikel 6.4 Waterwet 1. Het is verboden zonder daartoe strekkende vergunning van gedeputeerde staten grondwater te onttrekken of water te infiltreren: a. ten behoeve van industriële toepassingen, indien de te onttrekken hoeveelheid water meer dan m 3 per jaar bedraagt; b. ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening of een bodemenergiesysteem. 2. Bij provinciale verordening kan worden bepaald dat het eerste lid niet van toepassing is voor onttrekkingen waarbij de te onttrekken hoeveelheid ten hoogste 10 m 3 per uur bedraagt. 3.2 HTO vanaf 500 meter Onderzoek naar het juridisch kader omtrent opslag dieper dan 500 meter heeft opgeleverd dat vooralsnog een opslagvergunning volgens de Mijnbouwwet (artikel 25, eerste lid, onder a) vereist is [IF Technology, 2012]. Artikel 25 Mijnbouwwet 1. Het is verboden zonder vergunning van Onze Minister: a. stoffen op te slaan; b. CO2-opslagcomplexen op te sporen. 2. Het verbod geldt niet met betrekking tot bij algemene maatregel van bestuur omschreven categorieën van gevallen. 3. Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de Dienstenwet is paragraaf van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op een aanvraag om een vergunning als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a.

30 TNO-rapport TNO 2015 R11616 Eindrapport 30 / Procedure vergunningverlening De procedure voor vergunningverlening verschilt afhankelijk van het juridisch kader van de HTO. De procedures zijn kort samengevat in onderstaand schema. Figuur 4 Voorbereidingsprocedure voor een vergunning onder de Waterwet en procedure opslagvergunning onder Mijnbouwwet Het bevoegd gezag is verschillend in bovenstaande procedures. In de procedure voor een vergunning onder de Waterwet is de provincie het bevoegd gezag. Een uitzondering hierop is dat de gemeente en wethouders in principe het bevoegd gezag zijn voor opslag met een gesloten bodemenergiesysteem (zie 0). In de procedure voor het aanvragen van een opslagvergunning onder de Mijnbouwwet is het Ministerie van Economische Zaken het bevoegd gezag. Het schema laat zien dat voor opslag op een diepte minder dan 500 meter doorgaans een kortere procedure kan worden gevolgd dan voor opslag op een diepte >500 meter. Voorheen waren op de behandeling van de aanvraag voor een vergunning < 500 meter afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en Afdeling 13.2 van de Wet milieubeheer (Wm) van toepassing; bijvoorbeeld voor het GEOMEC4P project. Dit is echter gewijzigd in het AMvB Wijzigingsbesluit bodemenergiesystemen, (hierna genoemd AMvB bodemenergiesystemen ). Nu is een minder uitgebreide

TKI OLEC D2.2. versie Mogelijkheden voor ondergrondse energieopslag op verschillende temperatuurniveaus

TKI OLEC D2.2. versie Mogelijkheden voor ondergrondse energieopslag op verschillende temperatuurniveaus Optimalisering Lokale Energie infrastructuur voor laagwaardige en duurzame energietoepassing door middel van Clusterbenadering TKI OLEC D2.2 versie 27-01-2016 Mogelijkheden voor ondergrondse energieopslag

Nadere informatie

Hoge Temperatuur Opslag (HTO) Workshop Kopper Cress 4 juni 2019

Hoge Temperatuur Opslag (HTO) Workshop Kopper Cress 4 juni 2019 Hoge Temperatuur Opslag (HTO) Workshop Kopper Cress 4 juni 2019 Benno Drijver, IF Technology b.drijver@iftechnology.nl Inhoud Wat is HTO? Waarom zouden we HTO willen toepassen? Wat zijn de belangrijkste

Nadere informatie

HOGE TEMPERATUUR OPSLAG VAN WARMTE IN DE ONDERGROND ONDERZOEK EN DEMONSTRATIE

HOGE TEMPERATUUR OPSLAG VAN WARMTE IN DE ONDERGROND ONDERZOEK EN DEMONSTRATIE HOGE TEMPERATUUR OPSLAG VAN WARMTE IN DE ONDERGROND ONDERZOEK EN DEMONSTRATIE JORIS KOORNNEEF DERDE NATIONAAL CONGRES BODEMENERGIE UTRECHT 29 JUNI 2018 GEOTHERMIE FAMILIE Ondiepe geothermische systemen

Nadere informatie

MTO Case Study: NIOO. Effecten van MTO op de bodem en grondwaterkwaliteit. 4 juni 2019 Workshop HTO bij Koppert Cress Gebruikersplatform Bodemenergie

MTO Case Study: NIOO. Effecten van MTO op de bodem en grondwaterkwaliteit. 4 juni 2019 Workshop HTO bij Koppert Cress Gebruikersplatform Bodemenergie MTO Case Study: NIOO Effecten van MTO op de bodem en grondwaterkwaliteit Peter Oerlemans p.oerlemans@nioo.knaw.nl 4 juni 2019 Workshop HTO bij Koppert Cress Gebruikersplatform Bodemenergie Inhoud Heatstore

Nadere informatie

Open en gesloten WKO systemen. Open systemen

Open en gesloten WKO systemen. Open systemen Open en gesloten WKO systemen Open systemen Een kenmerk van open systemen is dat er grondwater onttrokken en geïnfiltreerd wordt. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen doubletsystemen, monobronsystemen

Nadere informatie

Effectenstudie bodemenergiesysteem

Effectenstudie bodemenergiesysteem voor open bodemenergiesystemen: tot 50 m³/uur en 250.000 m³/jaar en dieper dan 20 m-mv Project: Kinder- en Jeugdcentrum Heliomare (KJC Zuid) en Multifunctionele sportaccomodatie (MFS) Projectlocatie: De

Nadere informatie

Effectenstudie bodemenergiesysteem

Effectenstudie bodemenergiesysteem voor open bodemenergiesystemen: tot 50 m³/uur en 250.000 m³/jaar en dieper dan 20 m-mv Project: Projectlocatie: OLO-nummer: Datum: Referentie: Vergunningaanvrager: Adviseur: Klik hier als u een datum wilt

Nadere informatie

Kansen voor ondiepe geothermie

Kansen voor ondiepe geothermie Kansen voor ondiepe geothermie Ondiepe Geothermie Onttrekken van aardwarmte uit ondiepe formaties Diepte tot circa 1.250 meter Temperatuur 15 tot 45 C Technologie Dieptes (m) Gebruikelijke toepassing WKO

Nadere informatie

WKO-coach Drenthe Kansen gemeente Westerveld in beeld. Rutger Wierikx IF Technology 9 februari 2012

WKO-coach Drenthe Kansen gemeente Westerveld in beeld. Rutger Wierikx IF Technology 9 februari 2012 WKO-coach Drenthe Kansen gemeente Westerveld in beeld Rutger Wierikx IF Technology 9 februari 2012 Inhoud 1. Introductie 2. Inventarisatie a. Bodemgeschiktheid b. Bouwontwikkelingen c. Omgevingsbelangen

Nadere informatie

Meer met Bodemenergie

Meer met Bodemenergie Meer met Bodemenergie Hogetemperatuuropslag Kennisoverzicht en praktijkmetingen rondom hogetemperatuur- warmteopslagsystemen Rapport 6 Hogetemperatuuropslag Kennisoverzicht en praktijkmetingen rondom hogetemperatuuropslagsystemen

Nadere informatie

The Freshmaker. 1. Inleiding. 2. Beschrijving van de maatregel. 3. Hydrologische haalbaarheid Methoden Metingen Modellen. 4.

The Freshmaker. 1. Inleiding. 2. Beschrijving van de maatregel. 3. Hydrologische haalbaarheid Methoden Metingen Modellen. 4. The Freshmaker 1. Inleiding 2. Beschrijving van de maatregel 3. Hydrologische haalbaarheid Methoden Metingen Modellen 4. Resultaten 1 1 Inleiding The Freshmaker Zoetwateroverschotten inzetbaar bij droogte

Nadere informatie

Thermisch rendement hoge & middelhoge temperatuur warmteopslag

Thermisch rendement hoge & middelhoge temperatuur warmteopslag Thermisch rendement hoge & middelhoge temperatuur warmteopslag in de bodem Thermisch rendement hoge & middelhoge temperatuur warmteopslag in de bodem Thermisch rendement hoge & middelhoge temperatuur warmteopslag

Nadere informatie

Notitie. 1. Inleiding

Notitie. 1. Inleiding Installect Rozenstraat 11 7223 KA Baak www.installect.nl W.H. Bruil T 0575 441187 wbruil@installect.nl Notitie Project : Sanquin Amsterdam Onderwerp : aanmeldingsnotitie voor de m.e.r.-beoordelingsplicht

Nadere informatie

c) de belangen die mogelijk invloed kunnen ondervinden van de installatie van bodemenergiesystemen

c) de belangen die mogelijk invloed kunnen ondervinden van de installatie van bodemenergiesystemen 1 juli 2014 zaaknummer 2013-018143 Beleidsregels masterplannen bodemenergie Gelderland 2014 GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 6.4, eerste

Nadere informatie

Thermisch opslagrendement

Thermisch opslagrendement Thermisch opslagrendement Deelrapport Werkpakket III Penvoerder onderzoek: IF Technology bv Velperweg 37 Postbus 605 6800 AP ARNHEM T 026-35 35 555 F 026-35 35 599 E info@iftechnology.nl Consortiumlid:

Nadere informatie

1.2 Adres van de initiatiefnemer Naam bedrijf/instelling: Geomec4p realisatie en exploitatie bv Rietgorsweg 6, 3356 LJ Papendrecht

1.2 Adres van de initiatiefnemer Naam bedrijf/instelling: Geomec4p realisatie en exploitatie bv Rietgorsweg 6, 3356 LJ Papendrecht Project: hoge temperatuuropslag GeoMEC te Brielle Onderwerp: aanmeldingsnotitie voor de vormvrije m.e.r.-beoordelingsplicht Datum: 08-05-2011 Referentie: 26.468/58182/BG 0. Inleiding Voor het glastuinbouw

Nadere informatie

Hoog Temperatuur Opslag in de praktijk

Hoog Temperatuur Opslag in de praktijk nergie Totaal Projecten Hoog Temperatuur Opslag in de praktijk Koos Agtereek nergie Totaal Projecten TP is systeemleverancier voor duurzame energie: WKO en warmtepompen warmteopslag in de bodem ondiepe

Nadere informatie

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant 1 Samenvatting Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant De gemeenten Breda, Tilburg en Helmond hebben in samenwerking met de Provincie Noord-Brabant, Brabant Water en

Nadere informatie

Bodemenergie: Anno nu en kansen in de toekomst

Bodemenergie: Anno nu en kansen in de toekomst Bodemenergie: Anno nu en kansen in de toekomst Eindsymposium Meer met Bodemenergie 24 april 2012 Wageningen Maurice Henssen Bioclear b.v. Inhoud Bodemenergie anno 2012 Waarom MMB? Het proces van MMB Highlights

Nadere informatie

Warmte Koude Opslag. Wat is WKO? Diep onder Drenthe

Warmte Koude Opslag. Wat is WKO? Diep onder Drenthe Warmte Koude Opslag Wat is WKO? Diep onder Drenthe Klimaatbestendig Drenthe Klimaatveranderingen van vele eeuwen zijn nog steeds zichtbaar in het Drentse landschap. Voorbeelden hiervan zijn de Hondsrug

Nadere informatie

Sessie Geothermie; Onze nieuwe bron van energie!

Sessie Geothermie; Onze nieuwe bron van energie! Kennisconferentie Duurzame Ontwikkeling van de Ondergrond Sessie ; Onze nieuwe bron van energie! 1 L. Kramers (TNO) Roelof Migchelsen (Provincie Overijssel) Agenda Wat houdt geothermie in? Even voorstellen:

Nadere informatie

White Paper Warmtepompsysteem

White Paper Warmtepompsysteem White Paper Warmtepompsysteem Inleiding Een warmtepompsysteem is voor veel mensen inmiddels een bekend begrip, toch ontstaat er nog steeds veel onduidelijkheid over de werking van het systeem. Dit blijkt

Nadere informatie

Dienst Water en Milieu

Dienst Water en Milieu Dienst Water en Milieu Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 25 januari 2006 Sector V&H/branchegericht Nummer 2006WEM000206i

Nadere informatie

Aardwarmte / Luchtwarmte

Aardwarmte / Luchtwarmte 2015 Aardwarmte / Luchtwarmte Verdiepende opdracht Inleiding; In dit onderdeel kun je meer leren over het onderwerp Aardwarmte/Luchtwarmte. Pagina 1 Inhoud 1.Aardwarmte / luchtwarmte...3 1.1 Doel van de

Nadere informatie

Berekening van effecten voor WKO systemen tot 50 m³/uur. Begeleidingscommissie BUM Bodemenergie provincies 17 Januari 2012

Berekening van effecten voor WKO systemen tot 50 m³/uur. Begeleidingscommissie BUM Bodemenergie provincies 17 Januari 2012 Berekening van effecten voor WKO systemen tot 50 m³/uur Begeleidingscommissie BUM Bodemenergie provincies 17 Januari 2012 1 Hypothese Een onttrekking van 10 m³/uur met één bron heeft dezelfde hydrologische

Nadere informatie

Lessons learned KWO praktijkervaringen bodemenergie in NL. Bijeenkomst WCTB Sanne de Boer - IF Technology 21 oktober 2014

Lessons learned KWO praktijkervaringen bodemenergie in NL. Bijeenkomst WCTB Sanne de Boer - IF Technology 21 oktober 2014 Lessons learned KWO praktijkervaringen bodemenergie in NL Bijeenkomst WCTB Sanne de Boer - IF Technology 21 oktober 2014 Praktijkervaringen met Bodemenergie Open of Gesloten systemen?.... Allebei geschikt!

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2017;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2017; Verordening bodemenergiesystemen gemeente Papendrecht De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2017; gelet op de artikelen

Nadere informatie

Supplement op rapport regionale studie aardwarmtepotentie provincie Limburg

Supplement op rapport regionale studie aardwarmtepotentie provincie Limburg TNO-rapport TNO 2012 R11208 Supplement op rapport regionale studie aardwarmtepotentie provincie Limburg Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA Utrecht www.tno.nl T +31 88 866 42 56 F +31

Nadere informatie

Geothermie als Energiebron

Geothermie als Energiebron Geothermie als Energiebron Even voorstellen: Paul Mast -- Geoloog Johan de Bie --Technical Sales manager ESPs Ynze Salverda -- BD Analist Er zijn verschillende vormen van duurzame energie. Daarvan is geothermie

Nadere informatie

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)

Nadere informatie

Highlights Meer met Bodemenergie

Highlights Meer met Bodemenergie Highlights Meer met Bodemenergie Diep onder Drenthe Bijeenkomst over Warmte Koude Opslag 12 juni 2012, Provinciehuis te Assen Maurice Henssen, Bioclear b.v. Inhoud Bodemenergie anno 2012 Waarom Meer met

Nadere informatie

15/06/2012. 15/06/2012 Geothermie in Limburg: enkele geologische aspecten Matsen Broothaers WAT IS GEOTHERMIE? 15/06/2012 2 2012, VITO NV

15/06/2012. 15/06/2012 Geothermie in Limburg: enkele geologische aspecten Matsen Broothaers WAT IS GEOTHERMIE? 15/06/2012 2 2012, VITO NV 15/06/2012 Geothermie in Limburg: enkele geologische aspecten Matsen Broothaers WAT IS GEOTHERMIE? 15/06/2012 2 1 WAT IS GEOTHERMIE?» Warmte uit de kern van de Aarde» neemt toe met de diepte» Radioactief

Nadere informatie

Beleidsregel gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft 2015

Beleidsregel gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Delft Nr. 172372 4 oktober 2017 Beleidsregel gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft 2015 Met het per 1-7-2013 van kracht zijnde Besluit bodemenergiesystemen

Nadere informatie

Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Groningen 2018

Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Groningen 2018 Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Groningen 2018 De raad van de gemeente Groningen; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. [datum]; Gelet

Nadere informatie

Effectenstudie. Onderwerp: WKO woontoren HAUT te Amsterdam Datum: Referentie: 16BB128

Effectenstudie. Onderwerp: WKO woontoren HAUT te Amsterdam Datum: Referentie: 16BB128 Effectenstudie Onderwerp: WKO woontoren HAUT te Amsterdam Datum: 1-2-2017 Referentie: 16BB128 Inhoudsopgave Effectenstudie...1 Inhoudsopgave...2 1. Inleiding...3 1.1. Aanleiding...3 1.2. Leeswijzer...3

Nadere informatie

Meer met Bodemenergie

Meer met Bodemenergie Meer met Bodemenergie Modellering systemen Effecten van bodemenergiesystemen op hun omgeving. Modellering individuele projecten Rapport 5 Modellering systemen Effecten van bodemenergiesystemen op hun omgeving.

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088 369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant op de op 20 juni 2017 bij hen ingekomen aanvraag om vergunning krachtens

Nadere informatie

Het technische rendement van zonnepanelen Opdracht 2.5 Warmteopslag Aquifer, WKO Ondergrondse warmte en koudeopslag

Het technische rendement van zonnepanelen Opdracht 2.5 Warmteopslag Aquifer, WKO Ondergrondse warmte en koudeopslag van de stroomkosten en een actuele rentestand. Zo kunt u de juiste keuze of u wilt investeren in zonnepanelen. Lees meer informatie over de Standaard Rekenmethode. Het technische rendement van zonnepanelen

Nadere informatie

Effectenstudie. Onderwerp: Bodemenergiesysteem Hudson Bay Amstelveen Datum: Referentie: 16BB161

Effectenstudie. Onderwerp: Bodemenergiesysteem Hudson Bay Amstelveen Datum: Referentie: 16BB161 Effectenstudie Onderwerp: Bodemenergiesysteem Hudson Bay Amstelveen Datum: 5-1-2016 Referentie: 16BB161 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1. Aanleiding... 3 1.2. Bodemenergieplan... 3 1.3. Leeswijzer...

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00511178 ODH-2018-00028002 0 3 MEI 2018 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02 E vergunningen@odh.nl I

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Wijzigingsverordening Omgevingsverordening Limburg 2014 (regels inzake geothermie in milieubeschermingsgebieden)

PROVINCIAAL BLAD. Wijzigingsverordening Omgevingsverordening Limburg 2014 (regels inzake geothermie in milieubeschermingsgebieden) PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Limburg Nr. 6102 22 december 2017 Wijzigingsverordening Omgevingsverordening Limburg 2014 (regels inzake geothermie in milieubeschermingsgebieden) Provinciale

Nadere informatie

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 Memo Aan Port of Rotterdam, T.a.v. de heer P. Zivojnovic, Postbus 6622, 3002 AP ROTTERDAM Datum Van Johan Valstar, Annemieke Marsman Aantal pagina's 5 Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 E-mail johan.valstar

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN WARMTEPOMP: ONTWERP HERFST 2018 Dimensionering en integratie van geothermische warmtepompinstallaties Hans HOES 2 INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE ZINVOL TOEPASSEN VAN GEOTHERMISCHE

Nadere informatie

De meest optimale installatie is een zuinige installatie. Daarvoor dienen 3 componenten goed op elkaar te worden afgesteld:

De meest optimale installatie is een zuinige installatie. Daarvoor dienen 3 componenten goed op elkaar te worden afgesteld: Besteco wil aan de hand van een korte, eenvoudige uitleg algemene informatie verstrekken omtrent warmtepompinstallaties en waar de aandachtspunten liggen. De meest optimale installatie is een zuinige installatie.

Nadere informatie

publieke samenvatting TNO & AVR Dit project is uitgevoerd met Topsector Energiesubsidie van het Ministerie van Economische Zaken.

publieke samenvatting TNO & AVR Dit project is uitgevoerd met Topsector Energiesubsidie van het Ministerie van Economische Zaken. HOGE TEMPERATUUR OPSLAG VAN WARMTE IN ONDERGRONDSE AQUIFER BIJ AVR DUIVEN publieke samenvatting TNO & AVR Dit project is uitgevoerd met Topsector Energiesubsidie van het Ministerie van Economische Zaken.

Nadere informatie

Kwaliteitsborging Bodemenergie

Kwaliteitsborging Bodemenergie Kwaliteitsborging Bodemenergie van het gas af met behoud van comfort 11 oktober 2018 Energiebeurs ir. H.J.(Henk) Broekhuizen Wat is het? Bodemenergie? Kwaliteitsborging met BRL s Randvoorwaarden voor succes.

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN WARMTEPOMP: ONTWERP HERFST 2017 Dimensionering en integratie van geothermische warmtepompinstallaties Hans HOES 2 INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE ZINVOL TOEPASSEN VAN GEOTHERMISCHE

Nadere informatie

bevoegd gezag gesloten in de praktijk zeer weinig voorkomt.

bevoegd gezag gesloten in de praktijk zeer weinig voorkomt. telefoon 085-4862450 www.sikb.nl Pagina 1 van 9 OVERZICHT WIJZIGINGEN BUM S EN HUMS S BODEMENERGIE OKTOBER 2015 Voorgenomen wijzigingen in versie 2.4 ten opzichte van versie 2.3 Tabel 1. Wijzigingen BUM

Nadere informatie

Waterwet. Ontwerpbeschikking

Waterwet. Ontwerpbeschikking Waterwet Ontwerpbeschikking Aanvrager : Wavin Diensten B.V. Aanvraag : Wijziging van het besluit onderdeel If en voorschrift 5a van de vigerende vergunning. Locatie : Bruchterweg 88 te Hardenberg Datum

Nadere informatie

Ondiepe Geothermie. Index

Ondiepe Geothermie. Index Ondiepe Geothermie Kansen voor Ondiepe Geothermie voor de glastuinbouw Index Ondiepe Geothermie 1. Klankbordgroep welkom 2. Doelstellingen en conclusies 3. 4. 5. Systeemintegratie & potentieel - Behoeftegedreven

Nadere informatie

Handleiding geomechanische tool voor breukreactivatie en fracken bij aardwarmtewinning

Handleiding geomechanische tool voor breukreactivatie en fracken bij aardwarmtewinning CONFIDENTIEEL TNO-rapport TNO 2014 R11062 Eindrapport Handleiding geomechanische tool voor breukreactivatie en fracken bij aardwarmtewinning Energie Princetonlaan 6 3584 CB Utrecht Postbus 80015 3508 TA

Nadere informatie

Ondergrondse zoetwateropslag Greenport Boskoop Marcel Paalman, Boskoop, 4 februari 2014

Ondergrondse zoetwateropslag Greenport Boskoop Marcel Paalman, Boskoop, 4 februari 2014 Ondergrondse zoetwateropslag Greenport Boskoop Marcel Paalman, Boskoop, 4 februari 2014 Inhoud Algemeen Ondergrondse waterberging: Pilots: verticaal putsysteem horizontaal putsysteem Geschiktheid Boskoop

Nadere informatie

Postbus 80300 3508 TH UTRECHT T 030-25 82 980 E Stef.Roell@provincie-utrecht.nl Contactpersoon: dhr. S. Roëll

Postbus 80300 3508 TH UTRECHT T 030-25 82 980 E Stef.Roell@provincie-utrecht.nl Contactpersoon: dhr. S. Roëll Energievoorziening glastuinbouw provincie Utrecht Haalbaarheidsstudie Opdrachtgever Provincie Utrecht Postbus 80300 3508 TH UTRECHT T 030-25 82 980 E Stef.Roell@provincie-utrecht.nl Contactpersoon: dhr.

Nadere informatie

Innovatie Netwerk Energie Systemen glastuinbouw Oost Brabant (INES) Aardwarmte, WKK en CO 2 10 januari 2013, Peter Vermeulen

Innovatie Netwerk Energie Systemen glastuinbouw Oost Brabant (INES) Aardwarmte, WKK en CO 2 10 januari 2013, Peter Vermeulen Innovatie Netwerk Energie Systemen glastuinbouw Oost Brabant (INES) Aardwarmte, WKK en CO 2 10 januari 2013, Peter Vermeulen Programma Kosten doublet Warmte aardwarmte berekening Warmtebalans aardwarmte

Nadere informatie

Bijlage 1: Kaart Aanwijzing Interferentiegebied

Bijlage 1: Kaart Aanwijzing Interferentiegebied Bijlage 1: Kaart Aanwijzing Interferentiegebied Toelichting Algemeen Artikel 1 Begripsomschrijving Op 1 juli 2013 treedt het Besluit bodemenergiesystemen in werking. Het besluit bevat regels over het installeren

Nadere informatie

2014 GreenPort NHN, All rights reserved. Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit project is mede

2014 GreenPort NHN, All rights reserved. Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit project is mede . 2014 GreenPort NHN, All rights reserved GEOTHERMAL OUTLOOK 2015-2017 Ronald den Boogert AGENDA Waarom nu geothermie? Stand van zaken geothermie in Nederland in 2015 2020 Voorbeelden toekomstige innovaties

Nadere informatie

Het Nieuwe Telen van Amaryllis Amazone Amaryllis Deel 2 : energiemonitoring

Het Nieuwe Telen van Amaryllis Amazone Amaryllis Deel 2 : energiemonitoring Het Nieuwe Telen van Amaryllis Amazone Amaryllis 2011-2012. Deel 2 : energiemonitoring Het Nieuwe Telen Amaryllis : Deel 2 Energiemonitoring projectnummer 1400007415 Januari 2013 Energiemonitoring Plantmonitoring

Nadere informatie

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Resultaten en bevindingen van project Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus

Nadere informatie

Samenvatting. Figuur 1: Onderzoeksgebied in paars

Samenvatting. Figuur 1: Onderzoeksgebied in paars Samenvatting Geothermie duurzame energiebron De lat voor verduurzaming in de woningbouw, tuinbouw en industrie ligt hoog. Het blijkt uit onderzoek en praktijk dat geothermie een zeer kosteneffectieve manier

Nadere informatie

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam MEMO Onderwerp Geohydrologisch vooronderzoek Amsterdam, WTC 5C, 2 oktober 2013 Van mw. M. Duineveld MSc. Afdeling IBZ Aan ZuidasDok Projectnummer D03011.000284. Opgesteld door mw. M. Duineveld MSc. Ons

Nadere informatie

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen Notitie / Memo Aan: Kees de Vries Van: Anke Luijben en Jasper Jansen Datum: 25 januari 2017 Kopie: Ons kenmerk: WATBE5026-136N001D0.2 Classificatie: Projectgerelateerd HaskoningDHV Nederland B.V. Water

Nadere informatie

BESLUIT ALS BEDOELD IN ARTIKEL

BESLUIT ALS BEDOELD IN ARTIKEL BESLUIT ALS BEDOELD IN ARTIKEL 7.17 lid 1 VAN DE WET MILIEUBEHEER (BEOORDELINGSPLICHT m.e.r.) Indiener Aanmeldnotitie betreft Locatie : BAM Energy Systems. : Grondwateronttrekking ten behoeve van een bodemenergiesysteem

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum Beschikking Besluit m.e.r. 499409 ODH-2018-00001310 1 8 JAN. 2018 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02

Nadere informatie

Voorwaarden aansluiting appartementen en woningen op WKO bron DSKII

Voorwaarden aansluiting appartementen en woningen op WKO bron DSKII Voorwaarden aansluiting appartementen en woningen op WKO bron DSKII Stichting Spaarnesant 04 februari 2014 9X3803 Entrada 301 Postbus 94241 1090 GE Amsterdam +31 20 569 77 00 Telefoon 020-5697701 Fax info@amsterdam.royalhaskoning.com

Nadere informatie

Kansen voor Hogetemperatuuropslag en Geothermie. Oriëntatiedocument diepe bodemenergie Drenthe

Kansen voor Hogetemperatuuropslag en Geothermie. Oriëntatiedocument diepe bodemenergie Drenthe Kansen voor Hogetemperatuuropslag en Geothermie Oriëntatiedocument diepe bodemenergie Drenthe Kansen voor Hogetemperatuuropslag en Geothermie Oriëntatiedocument diepe bodemenergie Drenthe Kansen voor Hogetemperatuuropslag

Nadere informatie

(ONTWERP) VERGUNNING VOOR GRONDWATERONTTREKKING OP GROND VAN DE WATERWET

(ONTWERP) VERGUNNING VOOR GRONDWATERONTTREKKING OP GROND VAN DE WATERWET (ONTWERP) VERGUNNING VOOR GRONDWATERONTTREKKING OP GROND VAN DE WATERWET verleend aan Telecom Service Leek B.V. De activiteit water in de bodem brengen of eraan te onttrekken Locatie: De Hoogte 1 leek

Nadere informatie

1 Inleiding en projectinformatie

1 Inleiding en projectinformatie Project: Groenhorst College te Velp Onderwerp: hemelwater infiltratieonderzoek Datum: 9 november 2011 Referentie: 25.515/61341/LH 1 Inleiding en projectinformatie Het Groenhorst College, gelegen aan de

Nadere informatie

Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte Utrecht en Nieuwegein

Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte Utrecht en Nieuwegein Postbus 19020, 3001 BA Rotterdam Wethouder van Hooijdonk p/a gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht Rotterdam, 24 november 2016 Kenmerk: W&K/MvdB/20161124 Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte

Nadere informatie

Kansrijke WKO concepten

Kansrijke WKO concepten Kansrijke WKO concepten Wilfried Huis in t Veld IF Technology Kansen voor bodemenergie? Beperken van: - emissie broeikasgassen: Verdrag Kyoto, Kopenhagen? - afhankelijkheid van fossiele brandstoffen Hoger

Nadere informatie

Verordening bodemenergiesystemen gemeente Dordrecht

Verordening bodemenergiesystemen gemeente Dordrecht CVDR Officiële uitgave van Dordrecht. Nr. CVDR600026_1 11 maart 2016 Verordening bodemenergiesystemen gemeente Dordrecht De raad van de gemeente Dordrecht, gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

Verordening gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft

Verordening gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Delft. Nr. 55896 23 juni 2015 Verordening gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft De raad van de gemeente Delft; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

DE WERKING VAN DE WARMTEPOMP

DE WERKING VAN DE WARMTEPOMP De duurzame energiebron is onuitputtelijk, maar heeft een te laag temperatuurniveau om de CV rechtstreeks op aan te kunnen sluiten. De temperatuur zal dus eerst verhoogd moeten worden, waardoor wij onze

Nadere informatie

SAMENVATTING. www.woerden.nl/onderwerpen/wonen-en-leefomgeving/grondwaterstand en funderingen

SAMENVATTING. www.woerden.nl/onderwerpen/wonen-en-leefomgeving/grondwaterstand en funderingen SAMENVATTING Aanleiding In het westelijke deel van het Schilderskwartier zijn de woningen gefundeerd op houten palen met betonopzetters. Uit onderzoeken in de jaren 90 is gebleken dat de grondwaterstand

Nadere informatie

Beschrijving geohydrologische situatie Vondelpark en Willemsparkbuurt te Amsterdam

Beschrijving geohydrologische situatie Vondelpark en Willemsparkbuurt te Amsterdam Notitie Projectleider drs. A.J. (Arjan) Varkevisser Adviseur drs I.A. (Inger) de Groot Datum 19 november 2013 Kenmerk N001-1217942AJA-vvv-V01-NL Beschrijving geohydrologische situatie Vondelpark en Willemsparkbuurt

Nadere informatie

1. INLEIDING 2. REIKWIJDTE BELEIDSKADER

1. INLEIDING 2. REIKWIJDTE BELEIDSKADER 1. INLEIDING In het POL 2006 is vastgelegd dat de Provincie Limburg warmte en koude opslag (WKO) actief zal stimuleren, rekening houdend met de belangen van grondwaterkwaliteit en grondwateronttrekkingen.

Nadere informatie

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Besluit van tot wijziging van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, het Besluit bodemkwaliteit, het Besluit lozen buiten inrichtingen, het Besluit omgevingsrecht en het Waterbesluit

Nadere informatie

Geothermisch water afkoelen tot 10 C? Guus Willemsen IF Technology 15 oktober 2015

Geothermisch water afkoelen tot 10 C? Guus Willemsen IF Technology 15 oktober 2015 Geothermisch water afkoelen tot 10 C? Guus Willemsen IF Technology 15 oktober 2015 Situatie Nu 11 draaiende projecten in glastuinbouw Meestal afkoeling van 70 a 90 C tot ca 30 a 40 C Veel projecten ontgassen

Nadere informatie

Thermische energie uit oppervlaktewater. Business case stadhuis Harderwijk

Thermische energie uit oppervlaktewater. Business case stadhuis Harderwijk Thermische energie uit oppervlaktewater Business case stadhuis Harderwijk Colofon Datum 28 februari 2018 Referentie Betreft Behandeld door Gecontroleerd door Versienummer 67149/LH/20180228 Thermische

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00496929 ODH-2017-00107215 2 4 OKT. 2017 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070)21 899 02 E vergunningen@odh.nl I

Nadere informatie

GREENPORTKAS IN VOGELVLUCHT

GREENPORTKAS IN VOGELVLUCHT 12 GREENPORTKAS IN VOGELVLUCHT Duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen staan bij Greenportkas ondernemer Joep Raemakers hoog aangeschreven. De ondernemer wil tomaten telen, de uitputting

Nadere informatie

datum ondertekening; bron bekendmaking

datum ondertekening; bron bekendmaking Behoort bij raadsbesluit zaaknr. 9901 Wetstechnische informatie GEGEVENS VAN DE REGELING Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum

Nadere informatie

Verordening Interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Goes

Verordening Interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Goes GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Goes. Nr. 72400 3 juni 2016 Verordening Interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Goes 2016 De raad van de gemeente Goes; Gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt

Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt Notitie Contactpersoon Harry de Brauw Datum 14 juni 2017 Kenmerk N001-1246856HBA-rvb-V01-NL Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt De aanstaande rioolvervanging in de Benedenbuurt is aanleiding voor

Nadere informatie

GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL

GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL check online de mogelijkheden van ondiepe geothermie GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL http://www.smartgeotherm.be/geothermische-screeningstool/ Inleiding Ondiepe geothermie kan een gebouw op een duurzame wijze

Nadere informatie

Realisatie WKO. WKO-coach Drenthe - Voorlichtingsbijeenkomst WKO

Realisatie WKO. WKO-coach Drenthe - Voorlichtingsbijeenkomst WKO Realisatie WKO WKO-coach Drenthe - Voorlichtingsbijeenkomst WKO 1 Bouwopgave: Case: realisatie 4 woontorens, totaal 200 appartementen 2 gemeente convenant (stap 2) duurzame ambities DE scan besluit gemeenteraad

Nadere informatie

TEO/WKO WARMTE EN KOUDE

TEO/WKO WARMTE EN KOUDE TEO/WKO WARMTE EN KOUDE BEDRIJVENTERREIN MARSLANDEN Op het bedrijventerrein de Marslanden in Zwolle zijn bedrijven gevestigd, met uiteenlopende behoefte aan warmte en koeling. Vanuit gegevens over het

Nadere informatie

MEC-V. Haalbaarheidsonderzoek warmteopslag glastuinbouw Vierpolders, MEC-V fase 2a

MEC-V. Haalbaarheidsonderzoek warmteopslag glastuinbouw Vierpolders, MEC-V fase 2a MEC-V Haalbaarheidsonderzoek warmteopslag glastuinbouw Vierpolders, MEC-V fase 2a Rottedijk 10a 2751 DJ Moerkapelle Tel : (0795) 933 882 E-mail : mec-v@agrimaco.nl Datum: 27 mei 2009 Printdatum: 28 mei

Nadere informatie

De Verordening gesloten bodemenergiesystemen TU Delft en omgeving 2013 vast te stellen.

De Verordening gesloten bodemenergiesystemen TU Delft en omgeving 2013 vast te stellen. 1301110 Verordening gesloten bodemenergiesystemen TU Delft en omgeving 2013 De raad van de gemeente Delft; gelezen het voorstel van het college van 14 mei 2013 gelet op de artikelen 121 en 147 van de Gemeentewet,

Nadere informatie

Single hole geothermische systemen - Wat kun je er mee? Guus Willemsen, IF Technology

Single hole geothermische systemen - Wat kun je er mee? Guus Willemsen, IF Technology Single hole geothermische systemen - Wat kun je er mee? Guus Willemsen, IF Technology Veel onderzoek, weinig commerciële toepassingen Ondiep (tot 200 m-mv) zijn concepten met single hole geothermische

Nadere informatie

1 f. Alto.. Engineering the earth. r-- College van Gedeputeerde Staten van Utrecht t.a.v. mevr. C. Marskamp Postbus TH UTRECHT

1 f. Alto.. Engineering the earth. r-- College van Gedeputeerde Staten van Utrecht t.a.v. mevr. C. Marskamp Postbus TH UTRECHT GESCAND - 033 0 2. 0 2. 2012 r-- Alto.. 1 f College van Gedeputeerde Staten van Utrecht t.a.v. mevr. C. Marskamp Postbus 80300 3508 TH UTRECHT IF Technology velperweg 37 6824 BE Arnhem Postbus 6o5 6800

Nadere informatie

Waterwet. Beschikking

Waterwet. Beschikking Waterwet Beschikking Aanvrager : Wavin Diensten B.V. Aanvraag : Wijziging van het besluit onderdeel If en voorschrift 5a van de vigerende vergunning. Locatie : Bruchterweg 88 te Hardenberg Datum ontvangst

Nadere informatie

Potentieel thermische energie uit oppervlaktewater (TEO)

Potentieel thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) Potentieel thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) Beheergebied van Waterschap Rijn en IJssel Eindrapportage 7 juli 2017 1 Voorblad Opdrachtgevers: Waterschap Rijn en IJssel Postbus 148 7000 AC Doetinchem

Nadere informatie

Schiphol Nederland b.v. De heer B.E. Harder Postbus ZG Schiphol. Betreft: Besluit Waterwet wijziging vergunning Terminal 3 PNH1606

Schiphol Nederland b.v. De heer B.E. Harder Postbus ZG Schiphol. Betreft: Besluit Waterwet wijziging vergunning Terminal 3 PNH1606 Bezoekadres Ebbehout 31 1507 EA Zaandam Postbus 209 1500 EE Zaandam Schiphol Nederland b.v. De heer B.E. Harder Postbus 7501 1118 ZG Schiphol www.odnzkg.nl Betreft: Besluit Waterwet wijziging vergunning

Nadere informatie

Juridisch kader Hogetemperatuuropslag Deelrapport Werkpakket II

Juridisch kader Hogetemperatuuropslag Deelrapport Werkpakket II Juridisch kader Hogetemperatuuropslag Deelrapport Werkpakket II Penvoerder onderzoek IF Technology Velperweg 37 Postbus 605 6800 AP ARNHEM T 026-35 35 555 F 026-35 35 599 E info@iftechnology.nl 26.715/61335/RW

Nadere informatie

Open WKO-systemen A: Inleiding

Open WKO-systemen A: Inleiding Open WKO-systemen A: Inleiding Bram Bot 1 en Marette Zwamborn 2 Aan de hand van een systematische serie modelberekeningen zijn vuistregels afgeleid voor het gedrag van een enkele doublet en van uitgestrekte

Nadere informatie

Ondiepe bodemenergie - provincie Utrecht. t.b.v. provinciale Kadernota Ondergrond (KNO)

Ondiepe bodemenergie - provincie Utrecht. t.b.v. provinciale Kadernota Ondergrond (KNO) Ondiepe bodemenergie - provincie Utrecht t.b.v. provinciale Kadernota Ondergrond (KNO) Ondiepe bodemenergie - provincie Utrecht t.b.v. provinciale Kadernota Ondergrond (KNO) 22 november 2013 Ondiepe bodemenergie

Nadere informatie

Geothemie. Nieuwe kansen voor het warmtenet

Geothemie. Nieuwe kansen voor het warmtenet Geothemie Nieuwe kansen voor het warmtenet 06 54268181 1 Accelerate energy innovation Drs. Ronald den Boogert Ronald@inimpact.nl By the implementation of innovative technologies and a close cooperation

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2077992/3267347 Op de op 4 juni 2012 bij hen binnengekomen aanvraag van Architectenbureau van den Pauwert, om een vergunning

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant op de op 15 mei 2017 bij hen ingekomen aanvraag om wijzigen van een vergunning krachtens de Waterwet, voor een open bodemenergiesysteem

Nadere informatie

Hoe werkt een wko-installatie?

Hoe werkt een wko-installatie? Thema duurzame verwarming Hoe werkt een wko-installatie? Warmte-koudeopslag-installaties (wko s) hebben een steeds groter aandeel in de lagetemperatuur-energievoorziening. Door de stijgende energieprijzen

Nadere informatie