ADVIES Beleidsnota s Binnenlands bestuur, Toerisme, Inburgering en Integratie

Transcriptie

1 ADVIES Beleidsnota s Binnenlands bestuur, Toerisme, Inburgering en Integratie Op 26 oktober 2009 diende minister Geert Bourgeois o.a. zijn beleidsnota s Binnenlands Bestuur, Toerisme en Inburgering en Integratie in bij het Vlaams Parlement. In deze beleidsdocumenten geeft de minister de grote strategische keuzen en opties van het beleid op deze drie beleidsdomeinen voor de duur van de regeerperiode weer. De Vlaamse Jeugdraad adviseert op deze nota vanuit het perspectief van kinderen, jongeren en hun organisaties. 1

2 VLAAMSE JEUGDRAAD 4 november 2009 ADVIES 09/19 Beleidsnota s Binnenlands Bestuur, Toerisme, Inburgering en Integratie De Vlaamse Jeugdraad in vergadering op 4 november 2009 onder voorzitterschap van Stijn Jacobs en waarbij aanwezig waren: Tim Barbaix, Dagmar Beernaert, Hakim Benichou, Lies Corneillie, Joris De Bleser, Lieke De Jans, Kara Eestermans, Kwinten Fort, Helen Henrioulle, Nele Van Gils, Koen Verbruggen, Caroline Verschueren Brengt unaniem het volgende advies uit: 1. Situering Op 26 oktober 2009 diende Geert Bourgeois o.a. zijn beleidsnota s Binnenlands Bestuur, Toerisme en Inburgering en Integratie in bij het Vlaams Parlement. In deze beleidsdocumenten geeft de minister de grote strategische keuzen en opties van het beleid op deze drie beleidsdomeinen voor de duur van de regeerperiode weer. De nota is de weergave van de visie van de functioneel bevoegde minister en vormt de basis van een debat in het Vlaams Parlement. In voorkomend geval zullen de uitvoeringsmaatregelen, daar waar nodig, ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering of het Vlaams Parlement worden voorgelegd. De Vlaamse Jeugdraad adviseert op deze nota vanuit het perspectief van kinderen, jongeren en hun organisaties. Dit advies is gebaseerd op eerdere adviezen en het memorandum van de Vlaamse Jeugdraad naar aanleiding van de Vlaamse verkiezingen 1. Met dit advies wil de Vlaamse Jeugdraad een bijdrage leveren aan de vormgeving van het beleid van minister Bourgeois op de domeinen Binnenlands Bestuur, Toerisme en Inburgering en integratie. 2. Adviespunten bij doelstellingen en acties BELEIDSNOTA BINNENLANDS BESTUUR 1.1 Meer bevoegdheden voor de gemeenten, een sluitende lijst van provinciale bevoegdheden met een grondgebonden karakter In het kader van het Decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd en jeugdwerkbeleid voeren provincies een provinciaal jeugdbeleid, waarbinnen ook de jeugdorganisaties met een provinciale werking gesubsidieerd worden. We zijn van mening dat de provinciale ondersteuning van jeugdinitiatieven beschouwd kan worden als een provinciale bevoegdheid met een grondgebonden karakter. Maar in de beleidsnota 1 Adviezen en memoranda via 2

3 Binnenlands Bestuur lezen we dat per beleidssector maximaal twee bestuurslagen worden vastgelegd. Als men dit toepast op het jeugdbeleid, betekent dit het einde van het provinciale jeugdbeleid. We adviseren om de impact van de geplande hervorming na te gaan op het jeugdbeleid in Vlaanderen, samen met de minister van Jeugd. De subsidiëring van provinciale initiatieven mag immers niet verloren gaan. 2.2 Betere planning, minder planlasten In de beleidsnota (en het regeerakkoord) wordt expliciet melding gemaakt van het verdwijnen van de jeugdbeleidsplannen: De verschillende plannen die de lokale en provinciale besturen nu maken (cultuurbeleidsplan, jeugdbeleidsplan, sportbeleidsplan, milieubeleidsplan, ) verdwijnen en worden geïntegreerd in dit meerjarenplan. Hiervoor grijpt men terug naar het zgn. planlastverminderingsdecreet 2 dat kort voor het einde van de vorige regeerperiode werd ingediend in het parlement. De Vlaamse Jeugdraad erkent de nood aan planlastvermindering. De verworvenheden van het lokale jeugdbeleid kunnen door deze hervorming echter in gevaar komen. We adviseren dan ook dat de Vlaamse regering volgende garanties voorziet: de maximale vrijwaring van de subsidielijnen voor de jeugdsector naar lokale besturen; de expliciete inspraak van kinderen, jongeren en hun organisaties in de voorbereiding en uitvoering van het lokale (jeugd)beleid; het behoud van een expliciet categoriaal, sectoroverschrijdend jeugdbeleid op het lokale niveau. De eerste twee garanties nam minister van Jeugd, Pascal Smet, al op in de beleidsnota Jeugd. De Vlaamse regering bevestigt in het regeerakkoord het belang van de sectorale subsidiestromen voor het lokale jeugd, cultuur, sport en erfgoedbeleid. We adviseren dat de ministers van Binnenlands Bestuur en Jeugd een proces starten met de jeugdsector en de Vlaamse Jeugdraad om de aangegeven verworvenheden verder uit te werken binnen de context van de aangegeven planlastvermindering. In datzelfde kader adviseren we om een expert rond jeugdbeleid op te nemen in de geplande commissie planlastvermindering. 4.1 Het gemeente, OCMW en provinciedecreet verder uitvoeren Het gemeentedecreet voorziet de omvorming van lokale vzw s in Intern of Extern Verzelfstandigde Agentschappen 3 (kortweg IVA s of EVA s). Het is uiteraard positief dat gemeenten nadenken over de besteding van hun middelen en de engagementen die ze aangaan. We adviseren wel om, via een omzendbrief, aan de gemeenten duidelijk te maken dat de jeugdorganisaties gedragen door particulier initiatief taken van algemeen belang uitoefenen. Daarom worden ze bij voorkeur niet omgevormd tot agentschappen. Het belang voor kinderen en jongeren blijft best gewaarborgd door een onafhankelijke relatie met de lokale overheid. Een omvorming van deze initiatieven tot EVA of IVA kan leiden tot een verarming van de dynamiek en participatie van jonge mensen. De artikels en rond de procedure tot omvorming naar EVA s en IVA s en het principe vermoeden van gemeentelijk belang zijn onduidelijk en zorgen voor te veel verwarring. We adviseren om deze artikels in het gemeentedecreet aan te passen, rekening houdend met de eigenheid van de jeugdsector, zodat de voorwaarden objectief kunnen worden geïnterpreteerd en de procedure duidelijk is. 2 Advies 0821:planlastverminderingsdecreet 3 Advies 0907:EVA s en IVA s in de jeugdsector 3

4 BELEIDSNOTA TOERISME 4.3.Een ruimer aanbod voor jeugd De Vlaamse Jeugdraad adviseert positief over de inhoud van dit hoofdstuk. Minister Bourgeois toont het belang aan van jeugdtoerisme en neemt concrete initiatieven om dit verder uit te bouwen: de verderzetting van het actieplan jeugdverblijven en het bijhorende afwegingskader. We gaan akkoord dat de minister van oordeel is dat het actieplan mogelijke oplossingen vermeldt, maar dat aan de randvoorwaarden om die te realiseren nog niet voldaan is. De Vlaamse Jeugdraad gaat graag in op het voorstel om samen met de jeugdsector en de collega s van de Vlaamse Regering werk te maken van een definitieve oplossing. De Vlaamse Jeugdraad leidt uit de beleidsnota af dat minister Bourgeois hierbij een trekkersrol zal spelen. De Vlaamse Jeugdraad vindt het positief dat minister Bourgeois de middelen voor infrastructuursubsidies in het decreet Toerisme Voor Allen wil verhogen. Zo blijft het decreet stimulerend werken voor jeugdverblijven die een erkenning aanvragen. De minister vermeldt dat jongerentoerisme meer is dan jeugdkampen en verwijst hierbij naar individuele jonge reizigers en jongeren die in groep reizen. Maar we missen hier wel aandacht voor overnachtingen in schoolverband (bosklassen, zeeklassen ). Naast de jeugdverenigingen als prioritaire doelgroep en de individuele toeristen is dit immers de derde grote doelgroep waarop heel wat jeugdverblijfcentra (type C) rekenen. Dit kan gekoppeld worden aan een evaluatie van de gevolgen van de maximumfactuur in het basisonderwijs. Daarnaast adviseren we aan de minister om acties op te nemen rond jeugdkamperen in Vlaanderen, ook in groene gebieden. 4.5.Een duurzaam patrimoniumbeleid van Toerisme Vlaanderen We adviseren dat de vermelde investeringen afgetoetst worden bij de jeugdsector. Het geplande doelgroepenonderzoek van Steunpunt Jeugd en CJT (2010) kan hiervoor hopelijk inspiratie geven. Dit doelgroepenonderzoek zal de behoeften nagaan op het gebied van infrastructuur van jeugdverblijven. In de eerste plaats zal er gepolst worden naar de behoeften die in de jeugdsector leven. Daarnaast worden ook scholen en individuele jongeren bevraagd. BELEIDSNOTA INBURGERING EN INTEGRATIE 3.2. Uitdaging 2: De doelmatigheid van het aanbod is verder verbeterd. Er is een volwaardig inburgeringsbeleid voor minderjarige nieuwkomers Inburgering van minderjarige anderstalige nieuwkomers verloopt vooral via onderwijs, stelt minister Bourgeois. Daarnaast moet er ook aandacht zijn voor het informeren over en toeleiden naar vrijetijdsactiviteiten. In het verlengde van het vorige punt adviseren we hier een expliciete verbinding met het Vlaams Jeugdbeleidsplan en het jeugdwerkbeleid. In bijlage 2 wordt er ook geen melding gemaakt van de jeugdsector als een domein waarmee kan samengewerkt worden. Hierbij wil minister Bourgeois het inburgeringsdecreet aanpassen zodat ook kleuters tussen tweeënhalf en vijf jaar als doelgroep worden gezien van inburgering. Aangezien het hier ook over kinderen gaat, lijkt het ons logisch dat er hierbij ook een link is met het Vlaams Jeugdbeleidsplan. 4

5 3.4. Uitdaging 4: Systematische opvolging en evaluatie zijn een feit Er is een gecoördineerd Vlaams beleid De minister geeft aan dat het integratiebeleid enkel kan slagen indien alle relevante beleidsdomeinen betrokken worden en concrete resultaten vooropstellen. Hiervoor streeft hij een geïntegreerd actieplan na, in afstemming op het masterplan Gelijke Kansen van de Vlaamse Regering alsook het Vlaams plan Armoedebestrijding. We adviseren om hier ook het beleidsdomein Jeugd bij te betrekken alsook de afstemming op het Vlaams Jeugdbeleidsplan. Dit om te garanderen dat ook de doelgroepen uit het integratiebeleid de nodige aandacht vanuit het jeugdbeleid en de jeugdsector krijgen. Momenteel ontbreken deze in de beleidsnota Jeugd. 3. Samenvatting De Vlaamse Jeugdraad adviseert aan minister Bourgeois om bijzonder aandacht te hebben voor kinderen, jongeren en hun organisaties binnen de geplande hervormingen aangaande Binnenlands Beleid: de subsidiëring van provinciale jeugdinitiatieven binnen het kader van de provinciale bevoegdheden; het behoud van de verworvenheden van het lokale jeugdbeleid binnen het kader van de planlastvermindering; het specifieke statuut van particuliere jeugdinitiatieven binnen het kader van het gemeentedecreet. De Vlaamse Jeugdraad adviseert positief over meerdere acties uit de beleidnota Toerisme aangaande jeugdtoerisme: de verderzetting van het actieplan jeugdverblijven; de verhoging van middelen voor infrastructuursubsidies in het decreet Toerisme Voor Allen. Op een aantal vlakken adviseert de Vlaamse Jeugdraad een verdere uitwerking: overnachtingen in schoolverband in jeugdverblijfcentra; jeugdkamperen in Vlaanderen; de aftoetsing van de investeringen in het kader van duurzaam patrimoniumbeleid van Toerisme Vlaanderen bij de jeugdsector. De Vlaamse Jeugdraad adviseert positief over de ambities geformuleerd in de beleidsnota Inburgering en integratie op het gebied van de gecoördineerde aanpak van het integratiebeleid, in het bijzonder naar de doelgroep minderjarige nieuwkomers. Over de drie beleidsdomeinen heen adviseert de Vlaamse Jeugdraad aan minister Bourgeois een samenwerking met de minister van Jeugd en een medewerking aan het Vlaams Jeugdbeleidsplan. Voor de uitvoering van de beleidnota s Binnenlands Bestuur, Toerisme en Inburgering en integratie biedt de Vlaamse Jeugdraad zichzelf aan als adviserende gesprekspartner namens kinderen, jongeren en hun organisaties. 5