Bloom als verrijkingsmethode nog meer voorbeelden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bloom als verrijkingsmethode nog meer voorbeelden"

Transcriptie

1 Bloom als verrijkingsmethode nog meer voorbeelden

2 2016 Hoogbloeier cvba, Gent. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur (0) Hoogbloeier cvba 2 57

3 1 Voorbeelden Voorbeeld 1: Rupsje Nooitgenoeg Uit: Knappe Koppies - Van Dijk Lager onderwijs - kleuters Verhaal van Rupsje Nooitgenoeg 1. KENNIS Waarin verandert Rupsje Nooitgenoeg nadat hij veel heeft gegeten? 2. BEGRIP Vertel eens waar het verhaal van gisteren over ging. 3. TOEPASSEN Welk dier verandert ook heel sterk tijdens zijn leven? 4. ANALYSEREN Leg de plaatjes van kikkerdril tot kikker in de juiste volgorde en leg uit wat er moet veranderen om tot een volgend stadium te komen 5. EVALUEREN Denk je dat dieren zoals kikker en vlinder geschapen zijn of zouden ze door evolutie ontstaan zijn? 6. CREËREN Bedenk eens een nieuw dier en laat dat net zo'n metamorfose ondergaan als het kikkervisje en rups. 3 57

4 Voorbeeld 2: De wolf en de 3 biggetjes Uit: HBOké - Van Diemen Lager onderwijs - kleuters Verhaal van De wolf en de 3 biggetjes 1. KENNIS Waarom moesten de drie biggetjes hun huis verlaten? 2. BEGRIP Hoe kreeg de wolf het voor elkaar om de eerste twee huisjes omver te blazen? 3. TOEPASSEN Waar zou jij het huisje van gebouwd hebben? 4. ANALYSEREN Geef voorbeelden van de manieren waarop het derde biggetje slim is. 5. EVALUEREN Hoe zou je verdedigen wat de wolf gedaan heeft? Bij deze vraag kunnen de leerlingen protesteren. De wolf is slecht en moet geheel niet verdedigd worden! Maar is dat niet een vooroordeel? Weten we wel alle details? Is het geen gekleurd verhaal dat door een big is verteld? Hieronder een mogelijk alternatief verhaal ter verdediging van de wolf. Want wist je dat de wolf uit het verhaal van de drie biggetjes een behoorlijke depressie heeft? Ik hoorde van een oom van hem het hele verhaal. Toen de oom bij de wolf op visite was wilde de wolf graag wat suiker in zijn thee maar de wolf had geen suiker meer in huis. Hij bedacht dat hij wat suiker bij zijn buurbiggen kon gaan lenen. Toen een van de biggetjes opendeed moest hij ontzettend niezen. Jammergenoeg hadden de biggetjes hun huis niet zo stevig gebouwd en de kracht van de wolf deed het huisje instorten. De wolf schaamde zich enorm en ging snel 4 57

5 naar huis toe. Zijn oom vertelde dat hij zijn excuus moest gaan aanbieden. De wolf was het met hem eens en met lood in zijn schoenen ging hij naar de buurbiggen die een nieuw huisje hadden gebouwd. Weer moest de wolf enorm niezen. Met het schaamrood op zijn wangen rende hij boos naar huis. Dit kon toch niet waar zijn! Hij was zo verdrietig dat hij de hele dag in zijn bed bleef liggen. Zijn oom stuurde hem naar de huiswolf voor advies. Die vertelde dat de wolf waarschijnlijk een allergie voor biggen had. Blij dat de wolf wist wat er aan de hand was ging hij naar de buurbiggen toe. Tot zijn verbazing wilde deze de deur niet meer opendoen. De wolf wilde zo graag dat ze wisten wat het probleem was. Hij kon dat doen want door de anti-allergie-medicijnen die hij nam zou hij dit huisje niet meer omver blazen. Blij en in volle overtuiging dat hij de angst van de biggetjes weg kon nemen ging hij de schoorsteen in... dat is het laatste wat zijn oom van hem heeft gezien. 6. CREËREN Hoe zou jij de wolf gevangen hebben? 5 57

6 Voorbeeld 3: In de winkel Uit: Knappe koppen in de klas - Brouwer & Ahlers Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS Opdracht rekenen. In deze folder zie je lampen en hun prijzen. We hebben een aantal lampen voor een slaapkamer uitgezocht (zie plaatjes). Kun jij de juiste prijskaartjes er aan hangen? 2. BEGRIP Plaats de bedragen van de lampen van klein naar groot. 3. TOEPASSEN Je mag twee lampen kopen voor jouw slaapkamer. Gebruik voor het betalen zo min mogelijk munten en briefjes. Elke lamp betaal je apart. Je mag twee lampen kopen voor jouw slaapkamer. Reken met behulp van de prijskaartjes uit hoeveel ze samen kosten. 4. ANALYSEREN Lianne heeft 2 lampen gekocht voor 26 euro. Welke kan ze gekocht hebben? 5. EVALUEREN Lianne betaalt de 26 euro als volgt: een briefje van 20 euro en 3 munten van 2 euro. Michel koopt ook voor 26 euro lampen. Hij betaalt met 3 briefjes van 10 en krijgt dan 4 euro terug. Welke manier vind jij het handigst? Waarom? Kun je nog andere manieren bedenken om de 26 euro te betalen? 6 57

7 6. CREËREN Ontwerp een mooie lamp voor jouw kamer en hang er een prijskaartje aan. Bedenk drie redenen waarom jij deze prijs voor jouw lamp hebt bedacht. Ga hierover in gesprek met je maatje. Is hij / zij het eens met de prijs van jouw lamp? 7 57

8 Voorbeeld 4: Insecten Uit: Knappe koppen in de klas - Nora Steenbergen-Peterman - SLO Lager onderwijs - onderbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP Opdracht taal/lezen. Verzin een lijst met insecten, tenminste één insect voor elke letter van het alfabet en groeper de lijst in 'schadelijk' en 'onschadelijk'. Bestudeer één insect. Maak een lijst van in totaal tien stellingen: vijf echte feiten en vijf zelf verzonnen opmerkingen. Schrijf ze op tien kaartjes en laat een klasgenoot bepalen welke kaartjes 'waar' (feit) zijn en welke kaartjes 'niet waar' (fictie) zijn. 3. TOEPASSEN Interview tien mensen en onderzoek aan welk insect men de grootste hekel heeft. Zet je bevindingen in een grafiek. Kies insecten uit die je het best vindt passen bij onderstaande vergelijkingen: 4. ANALYSEREN zo lief als een zo lawaaierig als een zo snel als een zo grappig als een zo irritant als een zo klein als een 8 57

9 zo populair als een zo gek als een zo slim als een zo lelijk als een 5. EVALUEREN Als jij een insect zou zijn, welk insect zou je zijn en waarom? Geef tenminste vijf redenen. 6. CREËREN Combineer delen van verschillende insecten met elkaar en creëer zo een nieuw insect. Maak een tekening van het nieuwe insect en beschrijf de onderdelen. 9 57

10 Voorbeeld 5: Marokkaanse gerechten Uit: Slimpuls Lager onderwijs - middenbouw Aardrijkskunde Zoek twee gerechten die op een Marokkaans feestmaal worden gegeten. 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Kies twee gerechten die bij een Nederlands feest worden gegeten (waarvan je weet hoe ze smaken). Vergelijk de ingrediënten van deze vier gerechten en bedenk welk van de twee Marokkaanse gerechten jij waarschijnlijk het lekkerst zal vinden. Bedenk erbij waardoor je dat denkt. Zoek een manier om zelf de twee Marokkaanse gerechten te kunnen proeven. Vergelijk de smaken van de Marokkaanse en de Nederlandse gerechten en maak hiervan een verslag. Schrijf daarna een recensie (zoek eventueel op wat een recensie is) over alle gerechten samen (Marokkaans en Nederlands). Besteed hierbij aandacht aan wat je vooraf van de Marokkaanse gerechten verwachtte en hoe ze achteraf bleken te smaken

11 Voorbeeld 6: Nederland waterland Uit: Slimpuls - OBS de Blieken - Lotte Schol, Kelly Rietveld, Saskia van den Berg Lager onderwijs - middenbouw 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN Aardrijkskunde Maak een opsomming van de plus- en minpunten van drie manieren waarop je aan de overkant kunt komen van een rivier: een pont, een brug en een tunnel. Maak een vergelijking tussen de kaart van Nederland nu en die van 100 jaar geleden. Let op de wateren, waterwegen, bruggen, oplossingen tegen het water, enz. Hoe zou Nederland er nu uitzien wanneer er geen dijken zouden zijn? Vergelijk twee watersnoodrampen in Nederland: 1953 en de Sint-Elizabethsvloed van 1421: maak een schema met verschillen en overeenkomsten. Beargumenteer waar jouw voorkeur naar uit zou gaan om het water over te steken: via een pont, via een brug of via een tunnel. Of heb je nog een alternatief? Op welke plaats in Nederland zou jij graag een camping met zeilschool willen beginnen? Vertel waarom. Wat zijn de vijf beste plaatsen in Nederland waar je zou kunnen wonen gezien het waterpeil? Geef je argumenten. 6. CREËREN Stel: er zijn geen dijken en jij bent de baas van Nederland. Hoe zou jij het waterprobleem van Nederland 11 57

12 (overschot aan water) oplossen? Maak de voorpagina van een krant die had kunnen verschijnen op 2 februari 1953 (gebruik de communicatiemiddelen van die tijd). Wat zouden nu de gevolgen kunnen zijn van dijkdoorbraken voor de boeren in de kustprovincies? Maak een analyse per provincie. Geef er een spreekbeurt over

13 Voorbeeld 7: Biotopen Uit: Slimpuls Lager onderwijs - middenbouw 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN Biologie Zoek uit in welke biotoop de reiger leeft en in welke biotoop de koolmees leeft. Maak een beschrijving van de biotoop van de reiger in vergelijking met de biotoop van de koolmees. Beschrijf minstens 3 verschillen. Zoek uit in welk biotoop de bosmier leeft en in welke biotoop de egel leeft. Maak een beschrijving van de biotoop van de bosmier in vergelijking met de biotoop van de egel. Beschrijf minstens 3 overeenkomsten. Vergelijk de biotoop van de mens met de biotoop van de chimpansee. Beschrijf minstens 3 aanpassingen die de mens zou moeten doen om in de biotoop van de chimpansee te kunnen leven. 6. CREËREN 13 57

14 Voorbeeld 8: Tijd van regenten en vorsten - vaarrouten Uit: Slimpuls - BS Miste Corle Winterswijk - R. Smilde Lager onderwijs - middenbouw Geschiedenis 4. ANALYSEREN Beschrijf de vaarroute van de schepen naar het Oosten.! 5. EVALUEREN Beschrijf en teken een andere vaarroute die men destijds had KUNNEN nemen.!beschrijf een geheel alternatieve vaarroute.!maak een overzicht van de voordelen en nadelen van elke route. Geef je mening over de beste vaarroute van toen en nu. Onderbouw je mening met argumenten. 6. CREËREN 14 57

15 Voorbeeld 9: Tijd van regenten en vorsten - Schilders Uit: Slimpuls - BS Miste Corle Winterswijk - R. Smilde Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS 4. ANALYSEREN Geschiedenis Waar is de schilder Jan Steen geboren? En van Gogh? Een bekend schilderij is Het vrolijke huisgezin. Een bekend schilderij van een andere Nederlandse schilder uit een heel andere tijd is De Aardappeleters van van Gogh.!Uit welke tijd is dat? Zoek de beide schilderijen op internet op en maak een lijst met overeenkomsten en verschillen tussen die schilderijen.! 5. EVALUEREN 6. CREËREN Schrijf een grappig verhaal waarin de verschillen tussen de Gouden Eeuw en de tijd van van Gogh duidelijk worden. Zoek wat je niet zeker weet op. Verwerk in je verhaal ook de verschillen tussen de geboorteplaatsen van beide schilders. Lees het verhaal voor aan de klas

16 Voorbeeld 10: Kikkers Uit: SLO - Verrijkingslessen voor cognitief talent - Desirée Houkema en Minka Dumont Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS Kikkers - biologie. Wanneer kwaken kikkers? Hoe ademen kikkers? En kikkervisjes? Wat eten kikkers? Wat is koudbloedig? Waar leven kikkers? 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Welke relatie zie je tussen de lichaamsbouw van de kikker en zijn manier van voortbewegen? Wat moet er aan een kikker veranderen wil het kunnen overleven in een woestijn? De kikker is een beschermde diersoort. Welke gevolgen zal het uitsterven van alle kikkers op de aarde hebben? Wat zou er op aarde veranderen? Ontwerp en beschrijf een kikkerparadijs. Maak een tekening. Het antwoord is 'kikkervisje'. Verzin tenminste 5 vragen bij dit antwoord

17 Voorbeeld 11: de Middeleeuwen Uit: Yannick Coucke - De Sterrebloem Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS Leef een dag zoals in de Middeleeuwen. Vooraf kiest de leerling een onderwerp hieronder. Bij elk onderwerp hoort ook een tekst. Onderzoek de tekst die je kreeg over het leven in de Middeleeuwen. Onderlijn de belangrijke woorden. Maak er een schema of mindmap van. Kun je in je eigen woorden beschrijven als jij zou leven tijdens de Middeleeuwen? 2. BEGRIP Wat je zou verbouwen? Wat je zou eten en drinken? Waar je zou wonen? Met wie je zou samen leven en werken? Wat voor kleren je zou dragen? Wat je zou maken, kopen en verkopen? Hoe je plezier zou maken? Welke wetten er het bestaan regelden? Wie je vijanden zijn? Wat er gebeurde als je ziek werd? Wat je zou leren? 17 57

18 3. TOEPASSEN Beschrijf hoe dit zou verschillen met je leven nu. Maak een vergelijking in tabelvorm. 4. ANALYSEREN We leven een dag als in de Middeleeuwen. Jij bent verantwoordelijk voor jouw gekozen onderwerp. Schrijf of teken wat hiervoor nodig is. Spreek af wie voor wat zal zorgen. 5. EVALUEREN Hoe heb jij je gevoeld als je leefde zoals in de Middeleeuwen? Beschrijf. Wat vond je lastig? Wat ging goed? 6. CREËREN Maak een groot verslag, muurkrant, affiche... van de dag dat we leefden als in de Middeleeuwen. Zorg voor een duidelijke titel (=jouw onderwerp), beeldmateriaal (foto s, tekeningen...) en uitleg (beschrijvingen, jouw bevindingen...). Geef (samen met je groepje) uitleg over hoe het er aan toe ging tijdens de Middeleeuwen (enkel voor jouw onderwerp)

19 Voorbeeld 12: Stenen en mineralen ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN Ontdekken van verschillende stenen en mineralen. Verzamel 10 stenen en beschrijf waar elke steen werd gevonden. Maak een schets van vijf stenen uit je omgeving. Zorg ervoor dat de kleur nauwkeurig wordt weergegeven. Leg uit hoe de volgende soorten gesteente zijn gevormd of ontstaan: stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten. Maak in de klas een tentoonstelling van de verzamelde 10 stenen. Maak er naamkaartjes bij en een korte beschrijving van de kenmerken en oorsprong van elke steen. Vergelijk de bruikbaarheid en/of het belang van de stenen, gezien door de ogen van een geoloog, een tuinarchitect en een bouwvakker. Stel je voor dat je op een stenen- en mineralenexpeditie zou gaan. Maak een plan: waar zou je naar toe gaan, wat zou je meenemen, welke (onderzoeks-) vragen wil je beantwoord krijgen tijdens de expeditie, welke problemen denk je tegen te komen? Bepaal criteria om achteraf te kunnen beoordelen of de expeditie al of niet een succes was

20 6. CREËREN Schrijf een in memoriam voor een steen. Beschrijf waar en hoe de steen werd geboren, de belangrijkste gebeurtenissen uit het leven van de steen en hoe de steen aan zijn einde kwam

21 Voorbeeld 13: 3D-vormen verkennen Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - middenbouw 1. KENNIS Ontdekken van verschillende vormen. Kies één vorm (of meerdere vormen). Maak een lijst van de kenmerken/eigenschappen/begrippen van jouw vorm(en). 2. BEGRIP Zoek materiaal waarmee en waarvan je de vorm kunt maken, en maak de vorm. 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN Maak een schematische tekening vanuit verschillende perspectieven (van bovenaf gezien, vanaf de voorkant, achterkant, onderkant en zijkant bekeken). Je mag ook foto's maken Zoek en beschrijf waar je de vorm in het klaslokaal, de school, thuis en in je omgeving tegen kunt komen. Maak een vendiagram met overeenkomsten en verschillen van de diverse vormen die in de klas gekozen zijn. 5. EVALUEREN Leg uit waarom precies die vorm in de verschillende plaatsen gebruikt is. 6. CREËREN Bedenk een voorwerp dat alle eigenschappen (of een gedeelte van) jouw vorm heeft. Teken het voorwerp en maak naamkaartjes bij de verschillende onderdelen. Je kunt ook een voorwerp bedenken dat is samengesteld uit verschillende vormen

22 Bouw het voorwerp na van kosteloos materiaal, geef het een zelfverzonnen naam en organiseer een tentoonstelling in de klas. Maak met de hele klas brillen, waarbij de gekozen vormen de basis zijn. Organiseer een brillenshow

23 Voorbeeld 14: Geld ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - middenbouw Meer weten over geld. 1. KENNIS Bedenk dingen die je kunt kopen voor 1, 2, 5 of minder. Maak er een lijst van, maak een indeling per bedrag. 2. BEGRIP Teken de munten waarmee je de voorwerpen van je lijst zou kunnen betalen. 3. TOEPASSEN Teken de munten die je als wisselgeld krijgt, als je je voorwerp koopt en betaalt met 1, 2 of ANALYSEREN Bepaal en beschrijf de bewerking (de som) die je gebruikt om het wisselgeld te berekenen. 5. EVALUEREN 6. CREËREN Welke criteria zou je gebruiken om te beoordelen of je antwoord juist is? (Dus: wanneer is een antwoord goed of fout?)!overleg hierover met enkele klasgenoten en maak samen een definitief lijstje. Stel een afhaalmenu samen, als je 2, 5 of 10 hebt om uit te geven. Probeer zo precies mogelijk bij het bedrag te blijven. Beschrijf je bestelling, de kosten en het wisselgeld dat je eventueel zou ontvangen

24 Voorbeeld 15: Breuken ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw We gaan op ontdekking naar de reële wereld van de breuken. 1. KENNIS Maak een lijst van de breuken die je kent, die je kunt laten zien. 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN Zoek voorwerpen die je kunt gebruiken om breuken zichtbaar te maken, (om uit te leggen wat je bedoelt) en om ermee te oefenen. Maak schematische tekeningen van de breuken die jij kent of neem foto s van voorbeelden van de verschillende breuken. Houd een onderzoek in je klas om te weten te komen welke breuken makkelijk worden gevonden en moeilijk. Maak een grafiek van de resultaten. 5. EVALUEREN Kies uit de grafiek of uit de foto s de moeilijkste breuk, die ga je gebruiken in een spel. 6. CREËREN Maak een spel (een quiz, raadsels, afbeeldingen) over de moeilijkste breuken, maak er een PowerPoint presentatie van. Maak ook een spelbeschrijving, zodat het door anderen gespeeld kan worden

25 Voorbeeld 16: Het weer ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN We gaan op ontdekking naar het klimaat. Maak een lijst in alfabetische van de volgende weergerelateerde termen: mist, sneeuw, wind, bliksem, condensatie, convectie, cycloon, verdamping, voorspelling, vochtigheid, meteoroloog, neerslag, weer, klimaat. Geef definities van de begrippen. Zoek er zelf 5 termen bij, geef ook daarvan de definitie. Leg in je eigen woorden de betekenis uit van de volgende belangrijke weerbegrippen: hydrologische kringloop, schaal van Beaufort en Corioliseffect. Maak vier verschillende wolkenformaties met behulp van papier & stiften, wattenbollen of fiberfill. Maak labels en een beschrijving bij de modellen: hoge bewolking: cirrus, cirrocumulus (zeldzaam) en cirrostratus midden bewolking: altocumulus, altostratus en nimbostratus lage bewolking: stratus, en stratocumulus stapelwolken: cumulus en cumulonimbus 4. ANALYSEREN Vergelijk en beschrijf de volgende weerinstrumenten (die door meteorologen worden gebruikt om 25 57

26 weervoorspellingen te doen): barometer, anemometer, windvaan, regenmeter en hygrometer. 5. EVALUEREN 6. CREËREN Bepaal welke geografische regio van de wereld het beste weer of klimatologische omstandigheden heeft (ga uit van regelmaat). Welke gebied kies je en welke criteria gebruik je daarvoor? Vergelijk je keuze met die van anderen en probeer ze te overtuigen van jouw keuze met duidelijke argumenten. Vroeger verzonnen mensen verhalen om natuurlijke verschijnselen en bepaalde weersomstandigheden uit te leggen. Doe alsof je leeft in een tijd waar bijgeloof een belangrijke rol speelt... vertel of schrijf een verhaal dat het vallen van hagel verklaart. Maak tekeningen bij je verhaal

27 Voorbeeld 17: Planten ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS We gaan kijken in de plantenwereld. Teken een aantal illustraties die laten zien hoe een bepaalde plantensoort groeit. Maak een beschrijving bij elke tekening. 2. BEGRIP Maak een woordenboek van termen (kenmerken en eigenschappen) van planten en geef voorbeelden van elke term. 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Stel je voor dat jij een heel zeldzame kostbare kamerplant bezit. Op een dag ontdek je dat de plant helemaal slap hangt en er ongezond uit ziet. Bedenk tien dingen die je kunt doen om te proberen je plant te redden. Vergelijk een plant met een kind, een fabriek en een dorp... Maak een vendiagram om verschillen en overeenkomsten weer te geven. Concludeer hoe ons leven en de samenleving zou zijn als we alleen nog maar eetbare planten mochten kweken en bezitten. Alle bloemen, kamerplanten en decoratieve planten zouden verboden zijn... Organiseer een speciale planten -show. Wie mogen er deelnemen? Welke soorten/categorieën planten ga je tentoonstellen? Hoe ga je de inzendingen beoordelen? Welke prijzen zijn er te winnen? Ontwerp een flyer om de show aan te kondigen

28 Voorbeeld 18: Batterijen ontdekken Uit: Forte, Imogene and S. Schurr (1997). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN We ontdekken waarvoor batterijen dienen en wat dit heeft betekend voor de wereld rondom ons. Maak een lijst van zo veel huishoudelijke apparaten als je kunt bedenken, die op batterijen werken. Maak een lijst van zoveel mogelijk verschillende soorten en maten batterijen. Schrijf op waar je batterijen kunt kopen, zoveel mogelijk verkooppunten. Maak een prijslijst van de verschillende batterijen door te zoeken in catalogussen en folders. Beschrijf de samenstelling van een batterij. Teken en benoem alle onderdelen van een batterij. Beschrijf de werking van batterij. Demonstreer of teken een serie plaatjes die beschrijven hoe je een batterij in een zaklamp, mp3-speler of een wekker doet. Bepaal manieren waarop de batterij de volgende markten heeft beïnvloed: speelgoed, kleine huishoudelijke apparaten en medische hulpmiddelen. 5. EVALUEREN Welke eisen zou jij stellen in een onderzoek naar een bepaald merk of soort batterij? Hoe zou je deze 28 57

29 eigenschappen gebruiken om een volgende batterij te kiezen? 6. CREËREN Bedenk een nieuw stuk speelgoed dat werkt op batterijen. Teken jouw ontwerp en geef aan hoe en waar de batterijen geplaatst moeten worden. Teken ook de stroomkring

30 Voorbeeld 19: De ruimte ontdekken Uit: Tarlinton, D., Rose A. and Marsden, D. (2008). Kurwongbah State School, Queensland. - vert. Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN We ontdekken de wereld van astronauten. Zoek plaatjes in een tijdschrift die met ruimte te maken hebben, knip ze uit en maak een poster of een collage.!maak een lijst in alfabetische volgorde van woorden die met de ruimte te maken hebben. Maak een lijst van de planeten in ons zonnestelsel.!maak een lijst van alle dingen die een astronaut nodig heeft voor een ruimtereis. Verander je werkplek in een spacelab/cockpit.!maak een astronaut als poppenkastpop/handpop, gebruik de pop om te vertellen wat een astronaut doet/beleeft.!maak een mobile/model van de planeten op schaal. Houd een logboek bij van een ruimteavontuur (vijf dagen).!wat voor instrumenten zou je nodig hebben om in de ruimte muziek te maken? Maak een lijst van vragen die je zou willen stellen aan André Kuipers (Nl.)/Dirk Frimout of Frank De Winne (Vl.), mail hem. Schrijf een sollicitatiebrief voor de functie van astronaut.!vergelijk Galileo s telescoop met The Hubble.!Zoek verschillen tussen Russische en Amerikaanse ruimteprogramma s. Vergelijk de voordelen van leven op Aarde en leven op de maan.!je mag drie mensen kiezen om met je mee te reizen naar de maan. Wie kies je en om welke reden?!kies een planeet waar je zou willen leven en leg uit waarom juist 30 57

31 daar. 6. CREËREN Schrijf een krantenbericht met als kop: Ruimteschip onbestuurbaar. Ontwerp samen met een groepsgenoot een ruimtepak. Bedenk een spel met de naam Space Snap. Bereid een maaltijd voor ruimteschipbemanning. Bedenk een advertentiecampagne voor reisjes naar de maan

32 Voorbeeld 20: Jezelf ontdekken Uit: SLO, Verrijkingslessen voor cognitief talent, Handreiking voor lesontwikkelaars - Janneke Breedijk Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN Meer over jezelf te weten komen Maak een mindmap over je zelf, over de binnenkant en de buitenkant. Hoe zie je er uit? Hoe is de samenstelling van je gezin? Wat vind je belangrijke dingen, waar maak je je druk om? Wat zijn je ergernissen? Wat zijn je interesses en je hobby s? Wat zijn je kwaliteiten? En je verbeterpuntjes? Bespreek je mindmap met een andere leerling of in een groepje. Zijn er overeenkomsten of verschillen die opvallen, zijn er gedeelde interesses? Zijn er verrassende dingen die je nog niet wist van jezelf en/of van elkaar? Vul elkaars mindmap (in overleg) aan met kenmerken en kwaliteiten.!maak kaartjes voor raadselspel Wie is het? Waarop de kenmerken/eigenschappen van iedereen staan. Schrijf een gebruiksaanwijzing/handleiding bij je zelf. Maak een CV op basis van alle verzamelde informatie over jezelf. Schrijf een sollicitatiebrief voor de functie van klassenvertegenwoordiger/rol in schoolmusical/toneelstuk. Wat voor iemand zoeken ze? Geef aan waarom jij nu juist de persoon bent die ze moeten hebben. Solliciteer naar de functie, voer de gesprekken. Wat ging erg goed, wat zou je de volgende keer (of later in het echt) anders willen doen? Was je het eens met de uitkomst van het gesprek? Welke sollicitant zou jij wel of juist niet 32 57

33 aannemen? 6. CREËREN Maak een Wall of fame van de hele klas, maak foto s en geef een korte beschrijving van elke klasgenoot. Organiseer een klassenfeest, neem in je plan een toneelstukje op waarin iemand (of jij) zich zelf of juist iemand anders speelt. Spreek van te voren af of er naar de werkelijkheid of in karikatuurvorm wordt gespeeld

34 Voorbeeld 21: Dinosaurussen Uit: SLO, Verrijkingslessen voor cognitief talent, Handreiking voor lesontwikkelaars Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Dinosaurussen Schrijf de betekenissen op van de volgende woorden: - prehistorie - paleontoloog - herbivoor - carnivoor - fossiel - fossiele brandstof - archeoloog - Trias, Jura en Krijt. Kies één dinosaurus uit. Leg uit op welke manier deze dinosaurus zich heeft aangepast aan zijn omgeving en mogelijke vijanden. Maak een serie 'Wie ben ik'-kaartjes, waarbij je per kaartje een aantal clous en hints geeft over een bepaalde dinosaurus - zet het antwoord op de achterkant van het kaartje (met tekening of plaatje?). Bedenk een theorie waarin je verklaart waarom de dinosaurussen zijn uitgestorven. Voorspel hoe dingen tegenwoordig anders zouden zijn wanneer ze niet waren uitgestorven. Maak een lijst van criteria waarmee je boeken over dinosaurussen kunt beoordelen. Gebruik deze lijst om tenminste vijf boeken te beoordelen en bepaal welk boek het meest geschikt is om aan te raden aan je klasgenootjes. Schrijf een verslagje van je bevindingen met daarin beschreven hoe je tot je conclusie bent gekomen. Doe alsof je een paleontoloog bent en je net de resten van een tot op heden onbekende dinosaurussoort hebt gevonden. Schrijf een artikel voor in de krant waarin je beschrijft waar en wanneer je de resten hebt gevonden, 34 57

35 hoe je de dinosaurus hebt genoemd, hoe het dier er waarschijnlijk heeft uitgezien en wat je maar meer kunt verzinnen. Maak ook een tekening van je dino

36 Voorbeeld 22: Ruimte Uit: Knappe koppen in de klas - Nora Steenbergen-Peterman - SLO Lager onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN Opdracht taal/lezen. Knip 'ruimteplaatjes' uit een tijdschrift. Maak een collage. Maak een lijst met 'ruimtewoorden'. Maak een lijst van de planeten in ons zonnestelsel. Benoem alle dingen die een astronaut nodig heeft in de ruimte. Verander je tafel in een ruimteschip. Maak een astronaut-handpop. Gebruik de handpop om te vertellen wat hij doet. Maak een model van de planeten in ons zonnestelsel. Houd een dagboek bij van je ruimteavontuur (5 dagen). Wat voor instrumenten heb je nodig om 'ruimtemuziek' te maken? Bereid een interview met een astronaut voor. Je hebt een ruimteschip en zoekt astronauten. Ontwerp een sollicitatieformulier. Vergelijk Galileo's telescoop met een moderne telescoop. Noem de verschillen tussen de Russische en de Amerikaanse ruimteprogramma's. 5. EVALUEREN Vergelijk de voordelen van het leven op aarde met het leven op de maan

37 Bepaal welke planeet je naast de aarde het meest geschikt vindt om op te wonen. 6. CREËREN Schrijf een krantenartikel getiteld 'Ruimteschip de weg kwijt'. Ontwerp een nieuw ruimtepak. Maak een ruimtespel. Verzin een menu voor de bemanning van een ruimteschip. Ontwerp een reclamecampagne voor 'Vakantie op de maan'

38 Voorbeeld 23: Australië Uit: Plannex - Marijn Van Herpel - Productief BV Lager onderwijs - bovenbouw Heb je wel eens gehoord van Australië? Het is een land dat helemaal aan de andere kant van de w ereld ligt op wel 24 uur vliegen hier vandaan. In Australië leven ook heel veel speciale dieren én mensen. In dit project ga je iets creëren waaruit blijkt wat speciaal is aan Australië. Australië is een land aan de andere kant van de wereld, zo'n 20 uur vliegen hiervandaan. Geleerden denken dat het sinds ongeveer 250 miljoen jaar een apart eiland is. In de 16e eeuw werd het 'ontdekt' door Portugese koopvaardijschepen. Het land is ongeveer vierkante kilometer groot en telt zo'n 19,5 miljoen inwoners. Hiervan is 95,5% Europees, 4% Aziatisch en 1,5% Aboriginals. Er wordt voornamelijk Engels gesproken en de Aboriginals hebben een eigen taal. In Australië wordt betaald met de Australische dollar. 1. KENNIS De meeste mensen in Australië wonen aan de oostkust in de grote steden. De hoofdstad is Canberra, maar Melbourne en Sydney zijn de grootste steden met meer dan drie miljoen inwoners. Het grootste deel van Australië (het centrum) heeft een warm woestijnklimaat, maar het zuiden heeft koele zomers en koude winters. Zoek in onderstaande links naar meer informatie over de geschiedenis van het land, de dieren, het Great Barrier Reef en de verschillende provincies. Deze informatie zul je nodig hebben voor de rest van de opdracht. Links naar Australië 38 57

39 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Beschrijf 5 belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis van Australië. Noem 3 dieren die alleen in Australië leven. Probeer uit te leggen waarom er zoveel dieren zijn die alleen in Australië leven. Hoeveel provincies heeft Australië? Wat is de grootste en kleinste provincie? Aan de rand van Australië ligt het Great Barrier Reef. Veel mensen gaan speciaal naar Australië om het koraal te bekijken. Ga op zoek hoe dat koraal er uit ziet en teken dat na, of maak een collage van foto's. Maak hier een foto van of scan het in. Upload het onder het tabblad ''Persoonlijk''. Het Great Barrier Reef is een bijzonder element van Australië.!Welke andere dingen zijn nog meer speciaal voor Australië? Noem er 5. Waaraan kunnen mensen zien dat jouw tekening / collage Australië vertegenwoordigt? Vind jij dat het koraal de beste weergave is van iets wat speciaal voor Australië staat of zou je iets anders kiezen? Zo nee, wat kies je dan? Geef aan wat je keuze zo kenmerkend voor Australië maakt. Maak iets wat volgens jou het beste beeld geeft van wat Australië speciaal maakt. Doe dit in het tabblad ''Persoonlijk'' en werk het uit volgens het TASC-model

40 Voorbeeld 24: Indonesië na de koloniale tijd Uit: Slimpuls - OBS de Pijler - Kees Kortekaas en Laura de Vos Lager onderwijs - bovenbouw 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Geschiedenis Waarom was de Indonesische bevolking zo anti-nederlands en pro-japan? Onderzoek waarom de Verenigde Staten na de!tweede wereldoorlog druk uitoefenden op!nederland om Indonesië vrij te geven. Maak een overzicht van 5 verschillen en 5!overeenkomsten met betrekking tot de rol van de Japanners in Azië en de rol van de Duitsers in Europa. Ontwikkel een interview met vragen aan een KNIL-militair. Geef 5 argumenten vóór het behoud van!indonesië als kolonie van Nederland en dus het!inperken van de vrijheid van de Indonesiërs. Wat vind je ervan dat er nog een jaarlijkse!herdenking is om de Nederlandse slachtoffers van de Jappenkampen te herdenken? Hoe lang vind je dat we dit moeten blijven doen? Beschrijf de gevolgen als Nederland de strijd in!indonesië had gewonnen en daar de baas was!gebleven. Schrijf een partijprogramma waarmee je deel!had kunnen nemen aan de eerste democratische verkiezingen in Indonesië

41 Voorbeeld 25: Kleurrijk Nederland Uit: Slimpuls - OBS de Blieken - Ronald Vos en Annet de Koning Lager onderwijs - bovenbouw 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Aardrijkskunde Hoe zou het voor een Chinese immigrant zijn geweest toen hij aan het eind van de 19de eeuw aankwam in de haven van Rotterdam en zich hier vestigde. Geef een omschrijving van de problemen die hij tegenkwam. Maak een lijst met daarin de verschillen en overeenkomsten van een Chinese immigrant uit onze tijd en die uit het eind van de 19e eeuw. Leg uit hoe en wanneer de eerste Marokkanen naar Nederland kwamen. Welke beroepen oefenden zij uit? Hoe keken de Nederlanders in die tijd er tegenaan? En hoe is!dat nu met Marokkaanse immigranten? Wat vind je van het beleid van de VOC bij het monopoliseren van de specerijhandel op de Molukken? De Verenigde Staten hebben een zwarte president (gehad). Sommigen hadden daar weerstand tegen. Stel dat er een keer vrouw president wordt. Geef 2 argumenten van voorstanders en 2 argumenten van tegenstanders. Waarin verschillen de argumenten van die bij de zwarte president? Maak een activiteitenprogramma voor een pasar malam in je eigen stad (geen bestaande programma s gebruiken). Maak gebruik van de mogelijkheden in je eigen woonplaats

42 Voorbeeld 26: Karel de Grote Uit: Slimpuls - BS Hulsberg Lager onderwijs - bovenbouw Geschiedenis Maak een kaart van Europa 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN Kleur het gebied dat Karel de Grote bestuurde toen hij pas!aan de macht kwam lichtgroen. Kleur alle gebieden die hij daarna heeft veroverd!donkergroen. Geef in de kaart aan op welke plekken belangrijke dingen!gebeurden tijdens het leven van Karel (maak een legende). Maak een vergelijking op minstens 10 punten tussen Europa rond 800 en Europa rond Beschrijf de verschillen en overeenkomsten uitgebreid. Denk hierbij aan: gouwen / marken vs landen - bestuur van gouwen / marken vs het bestuur van landen - geld - school - landbouw - handel en reizen in Europa - godsdienst Maak een afbeelding van een dag (datum en plaats vermelden) uit het leven van Karel de Grote. Zorg ervoor dat duidelijk te zien is wat er op die dag gebeurde. Zoek een hedendaagse wereldleider die overeenkomsten vertoont met Karel de Grote. Stel de 2 mensen uitgebreid aan elkaar voor en schrijf een dialoog tussen beiden

43 Voorbeeld 27: Oceanen Uit: SLO, Verrijkingslessen voor cognitief talent, Handreiking voor lesontwikkelaars Lager onderwijs - bovenbouw Oceanen 1. KENNIS Maak een lijst van alle oceanen en zeeën in de wereld en schrijf een belangrijk feit over elke zee of oceaan. 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN Hieronder zie je een lijst met woorden. Gebruik elk woord in een zin zodat de betekenis van het woord duidelijk wordt in die zin. - stromingen - continentaal plat - getijden - continentale helling - kust - golven - zoutgehalte Verzin vijf 'verhaaltjessommen' (in Vl.: vraagstukken, red.) waarin de oceaan een rol speelt. Bijvoorbeeld: een familie oogst 200kg zeewier per week. 30% wordt verkocht aan een fabriek die er medicijnen van maakt en 55% wordt verkocht aan een winkel. Hoeveel kg houdt de familie per week over? Vergelijk een oceaan met: een meer, een zee en een rivier. Wat zijn de overeenkomsten en de verschillen? (Tenminste vijf verschillen en vijf overeenkomsten) Je staat op het punt om een lange bootreis over de oceaan te maken. Er is maar een beperkte ruimte aan boord. Je mag maar vijf van de volgende items meenemen op je reis: - roeispaan - deken - verbanddoos - reddingsvest - anker - kompas - water/voedsel-voorraad - zakmes - en een 43 57

44 voorwerp naar je keuze. Welke dingen neem je mee en waarom? 6. CREËREN Ontwerp een onderwater-vakantiepark van de toekomst. Maak een reclamefolder voor dit park waarin je de mogelijkheden in detail beschrijft

45 Voorbeeld 28: Tweede Wereldoorlog Uit: Slimpuls - BS Miste Corle Lager onderwijs - bovenbouw Geschiedenis Opdracht 1 4. ANALYSEREN Maak een quiz over de informatie die je vindt bij het beantwoorden van de volgende vragen. Speel hem met de klas. - Hoe lang deed Hitler er over om in Duitsland aan de macht te komen? Beschrijf de weg die hij ging met de jaartallen erbij. - Wat was de aanleiding voor de Tweede Wereldoorlog? Ga terug in de tijd. - Op welke manier werd Nederland bij WO II betrokken? - Wat waren de redenen dat ons land het verzet snel opgaf? - Onderzoek de rol van de SS, de NSB en de het ondergrondse!verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. - Beschrijf de voedselsituatie in Nederland en Duitsland in de!tweede Wereldoorlog (denk aan de jaartallen). - Wat waren in WO II de voordelen om op het platteland wonen?!welke nadelen waren er? 45 57

46 Opdracht 2 Onderzoek het verband tussen het ontstaan van de staat Israël en de Tweede Wereldoorlog. Houd hierover een spreekbeurt. Maak een lijst van overeenkomsten en verschillen tussen de 80-jarige oorlog, WO I, WO II en een oorlog die nu woedt. Presenteer je lijst en organiseer een discussie in je klas over de oplossing die je hebt bedacht. 5. EVALUEREN Opdracht 3 Verdiep je in een huidige oorlog en bedenk serieus hoe deze beëindigd kan worden. Opdracht 4 6. CREËREN Typ een verhaal met een happy-end van minimaal 2 hele pagina s waarin alle antwoorden op de vragen in opdracht 1 een rol spelen. Schrijf een brief namens de klas aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de oplossing in opdracht 2 of

47 Voorbeeld 29: Geschiedenis en filosofie Uit: Handreiking Schoolexamen Klassieke Talen VWO - Rosanne Bekker - SLO Secundair onderwijs - bovenbouw 1. KENNIS 2. BEGRIP Hieronder een aantal toetsvragen die betrekking hebben op de verschillende domeinen en eindtermen. De vragen gaan over gelezen teksten (in het Grieks/Latijn of in vertaling) en andere cultuuruitingen. Noteer de zeven koningen van Rome in chronologische volgorde. Bekijk de afbeeldingen. Kies het gebouw waar je kenmerken van een Dorische tempel ziet. Noteer het nummer van de betreffende afbeelding. Bekijk de beeldengroep van Daedalus en Icarus van Canova. Geef aan welke scène Canova hier in marmer vastgelegd heeft. Geef een defnitie van het Hellenisme. Vul in: De Ilias en de Odyssee van Homerus behoren tot het genre Geef op onderstaande tijdbalk aan wanneer Alexander de Grote regeerde. Hieronder vind je een aantal uitspraken van filosofen. Verbind de uitspraak met de betreffende filosoof. Noteer daarvoor bij elke letter het cijfer van de juiste filosoof. a. De substantie waaruit alles is ontstaan en waaruit alles bestaat is water

48 b. Door oog te hebben voor het getal is het mogelijk om achter de waarheid te komen: de ware structuur van de dingen. c. Het is onmogelijk tweemaal in dezelfde rivier te stappen. d. Van alle dingen is de mens de maat. e. Er bestaat niets, ook als er iets zou bestaan, zou het toch niet gekend kunnen worden. 1. Heraclitus 2. Protagoras 3. Gorgias 4. Thales 5. Pythagoras 3. TOEPASSEN Geef aan de hand van het tekstfragment uit de Ion van Euripides een beschrijving van de gang van zaken bij het raadplegen van het orakel in Delphi. Kruis aan welk van de getoonde beelden afkomstig is uit de Archaïsche periode. In de tekst vind je verschillende werkwoordsvormen. Verklaar het verschil in tijdsgebruik. Ga bij je antwoord in op de Latijnse werkwoorden en de context. Leg aan de hand van de afbeelding hiernaast uit welke twee Romeinse bouwtechnische vindingen het bouwen (ook in later tijd) enorm hebben beïnvloed. Onderstreep in de volgende tekst drie voorbeelden van een alliteratie. Van de volgende zinnen is er één typerend voor de stoïsche filosofie. Kies de betreffende zin door de letter te noteren.!leg uit waarom deze uitspraak typerend is voor de stoïsche filosofie. a. Homo homini lupus. b. Bene vixit, qui bene latuit. c. Scio me nihil scire. d. Intellegi debet homini id esse in bonis ultimum: secundum naturam vivere

49 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN e. Cogito, ergo sum. Noteer drie voorbeelden van virtus van Pompeius die Cicero geeft in zijn redevoering. Toon aan/leg uit waarom het volgende tekstfragment behoort tot de narratio. Vergelijk de tekst van het verhaal van Actaeon uit de Metamorphosen van Ovidius met de afbeeldingen waarop het verhaal van Actaeon staat afgebeeld. a. Zoek nu bij elke afbeelding de passage die het best bij elke afbeelding!past. Noteer daarvoor de passage en het nummer van de afbeelding. b. Geef een toelichting bij je keuze. Betrek daarbij de inhoud van de passage. Leg op grond van wat je weet over de politieke situatie uit waarom Cicero Pompeius hier zo positief neerzet. Vergelijk het schilderij van Raphaël met de tekst over het Salomons oordeel uit het Oude Testament. Citeer het Griekse tekstfragment dat het meest van toepassing is op deze tekst. Lees het volgende fragment uit de Ilias. Bepaal welke plaats dit fragment heeft in de reeks van gebeurtenissen in het verhaal. Licht je antwoord toe. De Griekse dichter Kavafis ( ) schreef aan het begin van de vorige eeuw het gedicht Ithaka. Lees het gedicht en beantwoord daarna de volgende vragen: a. Citeer de Nederlandse tekstelementen die zijn gebaseerd op de!odyssee (analyse). b. Geef je oordeel over de manier waarop de dichter gebruik heeft gemaakt van het verhaal van de Odyssee. Geef aan waarom je dit antwoord geeft. Betrek in je antwoord je kennis van de Odyssee. Stel je bent een schilder in de tijd van de Barok ( ). Je krijgt de opdracht een schilderij te maken voor een aanzienlijke familie. Kies een van onderstaande mythes die als bron kunnen dienen voor je schilderij. Geef, denkend aan de eisen en wensen uit die tijd, aan: 49 57

50 waarom je deze mythe kiest; welke aspecten van de mythe je zou willen benadrukken; welke personen er op het schilderij voorkomen; in welke setting je het verhaal afbeeldt. Gebruik bij je antwoord maximaal 200 woorden.!kies uit de volgende mythes: - Orpheus en Eurydice; - de schaking van Persephone door Hades; - het verhaal van Midas

51 Voorbeeld 30: Middeleeuwen - Romaans en gotiek Uit: Expertisecentrum Kunsttheorie - M.T. van de Kamp - ILO-UvA Secundair onderwijs - bovenbouw Romaanse kunst als fragmentarisch concept verbinden aan de Middeleeuwen, en aan de verschillen met bijv. gotische kunst. Deze kennis voor leerlingen betekenisvol maken door hen de relevantie van deze kunstvorm en de daarin aanwezige concepten (over kunst en religie) inzichtelijk te maken. 1. KENNIS De docent maakt een powerpoint met dia's: Dom in Aken; St. Madeleine, Vézelay; St. Chapelle, Parijs; en nog aanvullende detailafbeeldingen van de Madeleine in Vézelay. De docent selecteert en kopieert een aantal afbeeldingen van romaanse en gotische werken uit de beeldhouwkunst en schilderkunst voor leerlingen waaraan zij in duo's zelfstandig kunnen gaan werken. De leerlingen krijgen hetzij een hand-out met de opdrachtbeschrijving of deze wordt in de powerpoint aangereikt. Als huiswerk voorafgaand aan deze les kunnen de leerlingen kernvragen formuleren + het antwoord daarop van een tekst die gaat over de Middeleeuwen en over de bouwkunst in de Middeleeuwen. Laat leerlingen een aantal afbeeldingen zien van de st. Madeleine basiliek in!vézelay. Vraag hen wat zij al weten over dit type bouwwerken en!de tijd waarin dit volgens hen gemaakt is en of zij zelf al eens dit type bouwwerken!gezien hebben misschien Wat weet je over dit bouwwerk? Wanneer denk je dat het!gebouwd is? Waaraan kun je dat zien? en/of: Wanneer heb je dat geleerd?)

52 Vervolgens het bouwwerk gedetailleerd bekijken en een aantal!kenmerken opschrijven. Kijk eens aandachtig naar dit bouwwerk. Welke!kenmerken kun jij ontdekken? Kenmerken zijn typerende onderdelen waaraan je dit!gebouw kunt herkennen wanneer je het vergelijkt met andere gebouwen. En daarna:!welke verschillen zie je tussen dit gebouw en het huis waarin jij woont? Denk hier eerst individueel over na, en zo dadelijk vraag ik je om een reactie te geven. 2. BEGRIP 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN Vervolgens aan de hand van een aantal afbeeldingen van de st. Madeleine in Vézelay de bouwkunst (plattegrond, narthex met middenportaal/timpaan) bespreken en daarbij de relevante kenmerken en begrippen van de Romaanse bouwkunst kort/compact uitleggen en relateren aan denkbeelden in de Middeleeuwen over kunst en religie. Leerlingen moeten dan deze begrippen opschrijven en zouden vragen stellen wanneer zij iets niet goed gezien hebben of niet goed begrepen hebben. Daarna leerlingen uitleggen dat zij aan een opdracht gaan werken in groepjes van 2 met behulp van een aantal boeken of naslagwerken. Leerlingen laten kiezen voor één werk uit hetzij de schilderkunst of de beeldhouwkunst maar dan wel per duo zowel voor de romaanse en gotische periode een analyse maken (op basis van een aantal geprinte afbeeldingen of door henzelf geselecteerde afbeeldingen). Daarbij individueel aan een eigen kunstanalyse werken maar wel samen vergelijken (tussen romaans en gotisch) om zo de visuele kenmerken (kunstanalyse m.b.v. begrippenlijst) van beide periodes nog duidelijker te kunnen zien. Leerlingen werken dus wel in duo's maar maken ieder een eigen werk (individuele aanspreekbaarheid) omdat zij ook een individueel punt ontvangen. Geef aan dat zij dit als huiswerk individueel thuis verder moeten afronden en het werk de volgende les beoordeeld wordt; dus dat zij het uitgeprint mee moeten nemen naar de les. In dialoog met leerlingen kijken naar het bouwwerk (Vézelay) en dit vergelijken met a: de dom in Aken, b: een gotisch bouwwerk (Sainte Chapelle). Aan de hand van het bespreken van de overeenkomsten en verschillen checken of zij de kenmerken van de Romaanse kunst goed begrijpen en hen feedback geven op de antwoorden die zij geven. Hierbij leerlingen overeenkomsten en verschillen laten beargumenteren, hen laten beoordelen/evalueren welk 52 57

53 bouwwerk tot de romaanse bouwkunst behoort; categoriseren welke bouwwerken eerder romaans of gotisch zijn; rangordenen wat de belangrijkste kenmerken van de romaanse en de gotische bouwkunst zijn; laten afleiden wat zij denken dat kenmerken van de gotische bouwkunst zijn (=abstraheren). 5. EVALUEREN 6. CREËREN 5. EVALUEREN Tenslotte vragen aan de leerlingen om kort samen te vatten wat zij al wisten toen zij aan de les begonnen en wat zij nu bijgeleerd hebben (= reflecteren en elaboreren integreren/verbinden met bestaande kennis). Projecteer op de beamer een afbeelding van de St. Madeleine in Vézelay. Om de les op te starten kan je twee leerlingen vragen om vanuit de Middeleeuwen te bellen met deze Engel met mobiele telefoon (Sint Jan in Den Bosch) en haar heel gedetailleerd te beschrijven wat zij gezien hebben in de bouwkunst en welke nieuwe trends in de kerkarchitectuur volgens hen zouden kunnen ontstaan op basis hiervan (voorspellen). De andere leerlingen vragen kritisch te luisteren om te kijken of de beschrijvingen kloppen: correct zijn in de beschrijving van de vormgeving van de St. Madeleine en correct zijn ten aanzien van de kennis over de romaanse kunst in de middeleeuwen en de voorspelling (= gotische kunst). De luisterende leerlingen zouden daarbij hun boek mogen gebruiken. Nadat de twee leerlingen hun verhaal verteld hebben, de luisterende leerlingen vragen om eerst de goede aspecten te laten benoemen (met correct gebruik van de begrippen voor kunstanalyse). Daarna de eventuele gemaakte fouten laten bespreken en leerlingen ook laten uitleggen waarom het fout is en hoe je deze fouten zou kunnen voorkomen (hardop denken). Tot slot van dit onderdeel de leerlingen complimenteren voor hun goede inbreng en kort samenvatten wat zij geleerd hebben. Leerlingen gaan nu zelfstandig aan het werk, zij werken in duo's aan het beoordelen met de beoordelingsmatrix. Zij mogen ook in woorden samenvatten wat zij goed vinden aan de kunstanalyse van een ander duo. Zij maken ieder een individuele beoordeling. Op de beoordeling geven zij de naam aan van de leerling die de analyse gemaakt heeft en hun eigen naam

54 Les: Leerjaar: 1. KENNIS 2. BEGRIP 54 57

55 3. TOEPASSEN 4. ANALYSEREN 5. EVALUEREN 6. CREËREN 55 57

56 2 Literatuur Anderson, L. W. & Krathwohl, D.R., et al (2001) A taxonomy for learning, teaching and assessing: A revision of Bloom s taxonomy of educational objectives. New York: Longman Brouwer, G., Ahlers, L. (2011). Knappe koppen in de klas. Amersfoort: Wilco.! Coucke, Y. (2013). PIP-project De Middeleeuwen. Meilegem: De Sterrebloem. Forte, I., & Schurr, S. (1995). The All-New Science Mind Stretchers: Interdisciplinary Units to Teach Science Concepts and Strengthen Thinking Skills. Nashville. Incentive Publications. - vert. Janneke Breedijk Goris, M. (2007). Handreiking schoolexamen klassieke talen vwo. Enschede: SLO. Plannex, Taxonomie van Bloom, geraadpleegd 25/05/2016. SLO, Cursus Curriculumontwerp, Checklist 'taxonomie van Bloom', geraadpleegd 25/05/2016. SLO, Stimulerend signaleren, Leermaterialen, geraadpleegd 25/05/2016. UNC Charlotte, Center for Teaching and Learning, geraadpleegd 25/10/2013. Valcke, M. (2010). Onderwijskunde als ontwerpwetenschap. Een inleiding voor ontwikkelaars van instructie en voor toekomstige leerkrachten. Gent: Academia Press. Van Diemen, M. (2011). Drie biggetjes, geraadpleegd 25/10/2013. Van Dijk, B. (2013). Taxonomie van Bloom, geraadpleegd 15/9/

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Taxonomie van Bloom (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Ontwerpen, maken, plannen, produceren, uitvinden, bouwen 5. Evalueren Motiveren

Nadere informatie

Bloom als verrijkingsmethode e-book

Bloom als verrijkingsmethode e-book Bloom als verrijkingsmethode e-book 2016 Hoogbloeier cvba, Gent. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch,

Nadere informatie

Je eigen onderwijs ontwikkelen

Je eigen onderwijs ontwikkelen Welkom bij: Je eigen onderwijs ontwikkelen Nora Steenbergen Penterman Zelf lessen ontwerpen 1 Doelgericht vaardigheden verder ontwikkelen samen met leerling leerdoelen bepalen inzicht in zichzelf sterke

Nadere informatie

Je eigen onderwijs ontwikkelen

Je eigen onderwijs ontwikkelen Je eigen onderwijs ontwikkelen Allen van harte welkom! Nora Steenbergen-Penterman Onderwijskundige 20 april 2016 Opdracht 1: wat/waarvoor wil je onderwijs ontwikkelen? www.talentstimuleren.nl Het curriculaire

Nadere informatie

Verrijkingslessen voor cognitief talent. Handreiking voor lesontwikkelaars

Verrijkingslessen voor cognitief talent. Handreiking voor lesontwikkelaars Verrijkingslessen voor cognitief talent Handreiking voor lesontwikkelaars Inleiding Deze hand-out heeft als doel een aantal richtlijnen en praktische tips te geven voor het ontwerpen van lessen voor de

Nadere informatie

Verrijkingsactiviteiten voor de groepen 1,2 en 3. Nora Steenbergen-Penterman 3 november 2011

Verrijkingsactiviteiten voor de groepen 1,2 en 3. Nora Steenbergen-Penterman 3 november 2011 Verrijkingsactiviteiten voor de groepen 1,2 en 3 Nora Steenbergen-Penterman 3 november 2011 Kenmerken van een (hoog)begaafde leerling Plenaire opdracht: Wat zijn voor jou de kenmerken van een (hoog)begaafde

Nadere informatie

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk Bloom Taxonomie van in de praktijk De taxonomie van Bloom kan worden toegepast als praktisch hulpmiddel bij het differentiëren in denken en doen. Het helpt je om in je vraagstelling een plaats te geven

Nadere informatie

BLOOM ALS VERRIJKINGSMETHODE

BLOOM ALS VERRIJKINGSMETHODE BLOOM ALS VERRIJKINGSMETHODE Theoretische achtergrond en bloemlezing van voorbeelden Sabine Sypré - Hoogbloeier Theorie Geen enkele leerling is gelijk en alle leerlingen leren op verschillende niveau's.

Nadere informatie

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Blooms taxonomie Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Evalueren Evalueren = de vaardigheid om de waarde van iets (literatuur, onderzoeksrapport, presentatie etc) te kunnen beoordelen

Nadere informatie

Hoe maak ik een Spreekbeurt?

Hoe maak ik een Spreekbeurt? Hoe maak ik een Spreekbeurt? Stap 1: Kies een onderwerp. Voordat je kunt beginnen met het maken van een spreekbeurt, moet je natuurlijk een onderwerp kiezen. Het hoeft niet perse een hobby van je te zijn,

Nadere informatie

METHODEN EN THEMA S (1/6)

METHODEN EN THEMA S (1/6) METHODEN EN THEMA S (1/6) DAVINCI Onderbouw DaVinci Lente Onderbouw 35 Januari DaVinci Zomer Onderbouw 35 Januari DaVinci Herfst Onderbouw 35 Januari DaVinci Winter Onderbouw 35 Januari Middenbouw DaVinci

Nadere informatie

BELAND JIJ OP EEN VULKANISCH EILAND?

BELAND JIJ OP EEN VULKANISCH EILAND? BELAND JIJ OP EEN VULKANISCH EILAND? 2 TOT 4 UUR Groep 4 5 6 7 8 Begin november 1963 ontstond er een nieuw eiland in de Atlantische Oceaan, ongeveer 33 kilometer ten zuiden van IJsland. Een week eerder

Nadere informatie

Taxonomie van. Bloom in de praktijk van de kleuterklas

Taxonomie van. Bloom in de praktijk van de kleuterklas Taxonomie van Bloom in de praktijk van de kleuterklas De taxonomie van Bloom kan worden toegepast als praktisch hulpmiddel bij de ontwikkeling van lesmateriaal en activiteiten. Het model gaat ervan uit

Nadere informatie

METHODEN EN THEMA S (1/7)

METHODEN EN THEMA S (1/7) METHODEN EN THEMA S (1/7) DAVINCI Onderbouw DaVinci Lente Onderbouw 35 Leverbaar DaVinci Zomer Onderbouw 35 Leverbaar DaVinci Herfst Onderbouw 35 Leverbaar DaVinci Winter Onderbouw 35 Leverbaar Middenbouw

Nadere informatie

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag Rijke Lessen zetten je aan het denken Minka Dumont 2009 www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag Onthouden Kunnen ophalen

Nadere informatie

Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar?

Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar? Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar? Copyright Vakcollege Groep B.V. 2015. Alle rechten voorbehouden. Reis rond de wereld Inleiding In Nederland leven veel culturen naast elkaar. Op school,

Nadere informatie

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Uitleg Start De workshop start met een echte, herkenbare en uitdagende situatie. (v.b. het is een probleem, een prestatie, het heeft

Nadere informatie

De Taxonomie van Bloom Toelichting

De Taxonomie van Bloom Toelichting De Taxonomie van Bloom Toelichting Een van de meest gebruikte manier om verschillende kennisniveaus in te delen, is op basis van de taxonomie van Bloom. Deze is tussen 1948 en 1956 ontwikkeld door de onderwijspsycholoog

Nadere informatie

naam WERKBLAD in de buurt van de school Bekijk de buurt waar de school staat. Probeer de vragen te beantwoorden.

naam WERKBLAD in de buurt van de school Bekijk de buurt waar de school staat. Probeer de vragen te beantwoorden. WERKBLAD in de buurt van de school Bekijk de buurt waar de school staat. Probeer de vragen te beantwoorden. Ga het vragen. Zoek in boeken en op internet. Schrijf de antwoorden op. Zoek er plaatjes bij.

Nadere informatie

FICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK

FICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK FICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK Pagina 0 WOORD VOORAF Je zit nu in 3 VMBO en het eindexamen lijkt nog ver weg... Maar niets is minder waar. Dit jaar start je namelijk al volop met de voorbereidingen

Nadere informatie

Taxanomie van Bloom en de kunst van het vragen stellen. Anouk Mulder verschil in talent

Taxanomie van Bloom en de kunst van het vragen stellen. Anouk Mulder verschil in talent Onthouden Kunnen ophalen van specifieke informatie, variërend van feiten tot complete theorieën Opslaan en ophalen van informatie (herkennen) Kennis van data, gebeurtenissen, plaatsen Kennis van belangrijkste

Nadere informatie

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity Basisonderwijs Versie 22 mei 2018 INHOUD Inleiding... 2 Tijdsverloop... 2 Quiz: Waar gaat de gemeente over?... 3 Filmpje Hoe werkt de gemeenteraad?... 6 Wie is de baas in de gemeente?... 7 Van probleem

Nadere informatie

lesmateriaal Taalkrant

lesmateriaal Taalkrant lesmateriaal Taalkrant Toelichting Navolgend vindt u een plan van aanpak en 12 werkbladen voor het maken van de Taalkrant in de klas, behorende bij het project Taalplezier van Stichting Wereldleren. De

Nadere informatie

Hoe maak je een werkstuk?

Hoe maak je een werkstuk? Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg

Nadere informatie

Leerlingboekje les 3 en 4. Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7

Leerlingboekje les 3 en 4. Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7 Leerlingboekje les 3 en 4 Naam: Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen, A. van Gelderen, A. Wijnbergh Illustraties: V. van Asperen SLO, 2018 1 Waarover

Nadere informatie

Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt.

Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt. Grote klus van : Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt. Laat de opdrachten aftekenen door een juf. Je mag natuurlijk

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Zonder dat we het door hebben worden we steeds asocialer. Dit

Nadere informatie

Mijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum.

Mijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum. 2 INTRODUCTIE is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het. In het wordt de geschiedenis verteld aan de hand van schilderijen en voorwerpen. Je gaat met de groep naar het museum. In dit werkboekje

Nadere informatie

OPDRACHT 1 Jaarwerk maken over landen

OPDRACHT 1 Jaarwerk maken over landen OPDRACHT 1 Jaarwerk maken over landen Jullie gaan proberen een actueel jaarwerk te maken. Je werkt individueel. De bedoeling is dat je je favoriete reisbestemming vindt. Hieronder vind je alles wat er

Nadere informatie

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID Beleid is alleen nodig als je iets gaat veranderen. INLEIDING Het beleid van een organisatie bepaalt hoe je moet werken en wat de bestuurders belangrijk vinden. Dat beleid

Nadere informatie

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Minka Dumont 2009 www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com. Doel Workshop

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Minka Dumont 2009 www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com. Doel Workshop Rijke Lessen zetten je aan het denken Doel Workshop Het bieden van inzicht en handreikingen m.b.t.: Het zelf ontwerpen van lesmaterialen en projecten voor hoogbegaafde leerlingen Het vaardig maken van

Nadere informatie

Help, ik moet een werkstuk maken!

Help, ik moet een werkstuk maken! Help, ik moet een werkstuk maken! Je gaat de komende tijd bezig met het maken van een werkstuk. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp?

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Lever je verslag in een snelhechter in. Zorg dat je een mooi titelblad hebt, waar de naam van je boek, je eigen naam, klas en inleverdatum op staat.

Lever je verslag in een snelhechter in. Zorg dat je een mooi titelblad hebt, waar de naam van je boek, je eigen naam, klas en inleverdatum op staat. Boekverslag Van het boek dat je gelezen hebt moet je een verslag maken. In het verslag moeten al onderstaande punten aan de orde komen. Sommige antwoorden weet je meteen. Soms kunnen er ook vragen zijn,

Nadere informatie

Lesbrief voor leerlingen: hoe ontwerp je een omslag voor een boek

Lesbrief voor leerlingen: hoe ontwerp je een omslag voor een boek Lesbrief voor leerlingen: hoe ontwerp je een omslag voor een boek KIEZEN Een goed begin is het kiezen van het juiste boek. Er zijn zo veel mooie verhalen waardoor het soms lastig is om een goede keuze

Nadere informatie

Hoe maak je een werkstuk?

Hoe maak je een werkstuk? Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg

Nadere informatie

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling? SAMENVATTING In deze les wordt het begrip voedselverspilling geïntroduceerd. De leerlingen maken kennis met een voedselketen en ontdekken welke partijen daarbij betrokken zijn (de schakels in de voedselketen:

Nadere informatie

Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding In de toekomst zal onze samenleving er anders

Nadere informatie

Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt.

Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt. Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt. Om het overzichtelijk te maken, hebben we onder elk onderdeel een afvinklijstje

Nadere informatie

Je gaat in het kort vertellen over jouw verslag. Waar gaat jouw verslag over, hoe heb je het opgebouwd en hoe ben je te werk gegaan.

Je gaat in het kort vertellen over jouw verslag. Waar gaat jouw verslag over, hoe heb je het opgebouwd en hoe ben je te werk gegaan. Meesterstuk leerjaar 6 Versie A (2017-2018) Wat is het onderwerp van het meesterstuk en wanneer moet het klaar zijn? Je gaat een verslag maken waarin je ons meeneemt in jouw wereld. Het Meesterstuk moet

Nadere informatie

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het jodendom. Naam:

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het jodendom. Naam: Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het jodendom Naam: Het jodendom Hallo, dit is de vragenlijst die hoort bij de website over geestelijke stromingen. Je kunt de website vinden op www.geloofik.nl.

Nadere informatie

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. DOE KAART 1 Bevolkingsgroepen Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. Zoek 6 verschillende bevolkingsgroepen op. Kies 1 bevolkingsgroep uit waar je meer over wilt

Nadere informatie

Primair Onderwijs. 6 lessen

Primair Onderwijs. 6 lessen Maak je eigen land! Voor de docent Vak(gebied) Schooltype/afdeling Oriëntatie op jezelf en de wereld, Aardrijkskunde Primair Onderwijs Leerjaar Groep 3/4 Tijdsinvestering Vakinhoud Kerndoelen 6 lessen

Nadere informatie

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht I Lichamelijke ontwikkeling en zelfbeeld Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen worden zich meer bewust van eigen talenten en eigenschappen en ontwikkelen een positief zelfbeeld. Kinderen kunnen

Nadere informatie

Plusgroepen/ talentonderwijs op KBS De Langewieke. Nicky Wolthuis, KBS De Langewieke Dedemsvaart, 19 mei

Plusgroepen/ talentonderwijs op KBS De Langewieke. Nicky Wolthuis, KBS De Langewieke Dedemsvaart, 19 mei Plusgroepen/ talentonderwijs op KBS De Langewieke Nicky Wolthuis, KBS De Langewieke Dedemsvaart, 19 mei 2016 1 Wie ben ik en wat doe ik Sinds 2005 leerkracht op KBS De Langewieke, Dedemsvaart In 2012 gestart

Nadere informatie

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4 HANDLEIDING BLOK, WEEK, LES GROEP achtergrondinformatie Leesstrategie Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel bepalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen wat een tekst is; opnoemen welke teksten ze voor

Nadere informatie

Het gymnasium: iets voor jou?

Het gymnasium: iets voor jou? Het gymnasium: iets voor jou? Stel jezelf eens de vraag... Ben ik nieuwsgierig? Heb ik een brede belangstelling? Hou ik van onderzoeken? Ben ik gek op cultuur? Houd ik van nieuwe dingen leren? Ben ik kritisch?

Nadere informatie

Docentenhandleiding Rijksmuseum Groep 7-8

Docentenhandleiding Rijksmuseum Groep 7-8 Docentenhandleiding Rijksmuseum Groep 7-8 1 Inhoud Voorbereidende les Afsluitende les Aanvullend materiaal bij deze lessen staat op de website: Introductiefilmpje PowerPoint presentatie Werkbladen 2 Voorbereidende

Nadere informatie

Titel: Creatief met (kilo) gram Groep 5 rekenen 1

Titel: Creatief met (kilo) gram Groep 5 rekenen 1 Titel: Creatief met (kilo) gram Groep 5 rekenen 1 De leerlingen gaan in deze les op een speelse en kritische manier een verdieping leggen in de begrippen kilogram en gram aangezien de meeste leerlingen

Nadere informatie

Werkstuk wizard Hulpvragen

Werkstuk wizard Hulpvragen Hulpvragen Hulpvragen dieren Waarnemen Hoe ziet het dier eruit? Hoe beweegt het dier? Welke geluiden maakt het dier? Hoe voelt het dier aan? Hoe reageert het dier op je? Hoe neemt het dier waar? Leven

Nadere informatie

Hier vertel je wat je hebt gedaan om informatie te vinden. Wat en waar gezocht? Wie geïnterviewd, enz.

Hier vertel je wat je hebt gedaan om informatie te vinden. Wat en waar gezocht? Wie geïnterviewd, enz. Onderzoeksverslag Omslag en titelpagina Op het omslag staan in elk geval de titel van het onderzoek en de namen van de schrijvers. Op de titelpagina opnieuw de titel en de namen van de schrijvers. Nu uitgebreid

Nadere informatie

Beoordeling power-point groep 5

Beoordeling power-point groep 5 Beoordeling power-point groep 5 Leerkracht: Leerling: Onderdeel 2 4 6 8 10 Opmerkingen Titeldia: Duidelijke titel met onderwerp/naam/groep Inhoudsopgave: Puntsgewijs wat ga je behandelen. Plaatjes: Functioneel

Nadere informatie

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren 1. Inleiding Een mobiele telefoon; niet meer weg te denken uit de broekzak van elke scholier. In deze opdracht kijken de leerlingen naar een

Nadere informatie

Introduceren thema Op vakantie in Europa. centraal rondom vakantie in Europa: Thema: Op vakantie in Europa

Introduceren thema Op vakantie in Europa. centraal rondom vakantie in Europa: Thema: Op vakantie in Europa Aardrijkskunde Op vakantie in europa Omschrijving van de opdracht: Wat doe je als leerkracht? Introductie Thema: Op vakantie in Europa Introduceren thema Op vakantie in Europa In dit thema staan de volgende

Nadere informatie

HET MAKEN VAN EEN WERKSTUK

HET MAKEN VAN EEN WERKSTUK HET MAKEN VAN EEN WERKSTUK 1 INHOUDSOPGAVE WERKSTUK I. Keuze. 1 II. Hoe te starten? 2 III. Inhoudsopgave 3 IV. Inleiding 4 V. Indeling 4 VI. Illustraties 7 VII. Taalgebruik 7 VIII. Verzorging 7 2 HET MAKEN

Nadere informatie

Een gebouw ontwerpen en dan.

Een gebouw ontwerpen en dan. Een gebouw ontwerpen en dan. Waar maak je het van??? Lesbrief over bouwmaterialen Project Topstages www.ontdektechniek.nu Deel A: Voorbereiding Inleiding In de eerste fase van het bouwproces wordt door

Nadere informatie

Amsterdam DNA is een project voor NT2 cursisten. Het is ontwikkeld door het Amsterdam

Amsterdam DNA is een project voor NT2 cursisten. Het is ontwikkeld door het Amsterdam INTRODUCTIE is een project voor NT2 cursisten. Het is ontwikkeld door het Amsterdam Museum. In het wordt de geschiedenis verteld aan de hand van schilderijen en voorwerpen. Je gaat met de groep naar het

Nadere informatie

Lesideeën met Graphic Organizers

Lesideeën met Graphic Organizers Lesideeën met Graphic Organizers (deze lesideeën horen bij de organizers in de map 25 extra organizers ) Schrijven Leerlingen identificeren de elementen in een verhaal Leerlingen verzinnen ideeën per element

Nadere informatie

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard.

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Doel: Eén van jullie groep gaat opschrijven wat jullie al weten over De Tweede Wereldoorlog (bekend). Daarna schrijven jullie op wat jullie graag willen weten over

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk Antoniusschool Groep 5/6 Let op: deze heb je het hele schooljaar nodig! Hoe maak je een spreekbeurt? Mijn voorbereiding: 1. Je kiest

Nadere informatie

Cursus. Ontwikkeling van beroepsuitoefening en kwaliteitszorg

Cursus. Ontwikkeling van beroepsuitoefening en kwaliteitszorg Cursus Ontwikkeling van beroepsuitoefening en kwaliteitszorg Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Richard Prins Inhoudelijke redactie: Jo-Anne Schaaf

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

TALEN EN CULTUREN VAN GRIEKENLAND EN ROME

TALEN EN CULTUREN VAN GRIEKENLAND EN ROME TALEN EN CULTUREN VAN GRIEKENLAND EN ROME GRIEKS LATIJN KCV AAN HET STEDELIJK GYMNASIUM JOHAN VAN OLDENBARNEVELT TE AMERSFOORT (Plaatje 1 & 2) De klassieke talen en kcv aan het gymnasium Aan het Gymnasium

Nadere informatie

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!! Hoe maak ik in groep 8 een werkstuk? Jij gaat de komende weken thuis een werkstuk maken. Een werkstuk is een lange weettekst. Het wordt geschreven om iemand iets te leren of te laten weten. Net als in

Nadere informatie

[Debat over Kernwaarden] [Interne organisatie (VWO)]

[Debat over Kernwaarden] [Interne organisatie (VWO)] [Debat over Kernwaarden] [Interne organisatie (VWO)] Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 Welk(e) domein(en) uit Boot... 2 De opdracht... 3 Doel van de opdracht... 3 Omschrijving opdracht...

Nadere informatie

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4 Handleiding profielwerkstuk Mavo 4 2018 2019 Inleiding: Je gaat dit jaar een profielwerkstuk maken. Het doel van het profielwerkstuk is dat je leert op een zelfstandige manier onderzoek te doen. Daarnaast

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg Boekverslag door een scholier 1665 woorden 24 april 2006 6,4 82 keer beoordeeld Auteur Genre Yvonne Kroonenberg Jeugdboek Eerste uitgave 2004 Vak

Nadere informatie

Handleiding voorbereidende les bij Provinciespel. basisonderwijs. Versie 26 april 2018

Handleiding voorbereidende les bij Provinciespel. basisonderwijs. Versie 26 april 2018 Handleiding voorbereidende les bij Provinciespel basisonderwijs Versie 26 april 2018 1 INHOUD Inleiding... 2 Tijdsverloop... 2 Quiz: Waar gaat de provincie over?... 3 Filmpje Hoe werkt de provincie?...

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

De Islam en de omgeving

De Islam en de omgeving De Islam en de omgeving POSE-2 ISLAM HAV0/VWO 4 - CSG CALVIJN GODSDIENST Presenteer een actueel onderwerp aan de klas dat te maken heeft met de islam in de Nederlandse samenleving, en leg vervolgens een

Nadere informatie

Spreken - Presenteren HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/52520

Spreken - Presenteren HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/52520 Spreken - Presenteren HV 1 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 21 July 2015 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/52520 Dit lesmateriaal is gemaakt

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. Zonder hulp: onduidelijkheden ophelderen 1. Lees de tekst actief. Schrijf de volgende tekens in de kantlijn bij de tekst om te laten zien dat je actief leest. X Dit klopt niet met wat ik al wist/dacht.

Nadere informatie

ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS. Van:

ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS. Van: ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS Van: Ieder groepje gaat op ontdekkingsreis, deze gebieden worden verdeeld: heelal, de zee, een onderaards gebied, een vulkanisch gebied, een bergachtig gebied, een woestijn

Nadere informatie

Hoe maak ik een werkstuk?

Hoe maak ik een werkstuk? Hoe maak ik een werkstuk? Je gaat, misschien wel voor de eerste keer, een eigen werkstuk maken. Dat is leuk, maar ook best moeilijk. Je moet er namelijk een heleboel voor doen. Heb je al eens een eigen

Nadere informatie

Waarom hebben rijkere mensen minder kinderen?

Waarom hebben rijkere mensen minder kinderen? Waarom hebben rijkere mensen minder kinderen? Voordat je aan de opdrachten begint is het de bedoeling dat je eerst het filmpje bekijkt over Acatsya uit Kirgizië (bron 1). Kirgizië is een land in Centraal-Azië.

Nadere informatie

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK 6 Meander Aardrijkskunde WERKBOEK 6 Meander Aardrijkskunde WERKBOEK THEMA 4 Eindredactie: Carla Wiechers Leerlijnen: Mark van Heck Auteurs: Marc ter Horst, Meie Kiel, Dianne Manders, Jacques van der Pijl

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis

Nadere informatie

Gymnasium. Op het Hondsrug College. Het Hondsrug College, een slimme start voor je toekomst!

Gymnasium. Op het Hondsrug College. Het Hondsrug College, een slimme start voor je toekomst! Gymnasium Op het Hondsrug College Het Hondsrug College, een slimme start voor je toekomst! Gymnasium Hondsrug Het Gymnasium Hondsrug is een afdeling van het Hondsrug College. Het is onderdeel van het vwo,

Nadere informatie

MOERASBOS IN STADSHAGEN. Thema: natuur

MOERASBOS IN STADSHAGEN. Thema: natuur DOCENT In het thema Natuur ontdekken de leerlingen van groep 7 en 8 dat er rond de jaartelling een bijzonder bos op de plek stond waar zij nu wonen. Dit moerasbos is in 2000 opgegraven door archeologen.

Nadere informatie

Ontwerp je eigen prefabhuis

Ontwerp je eigen prefabhuis Ontwerp je eigen prefabhuis Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Wist jij dat er in Nederland iets meer dan 7 miljoen huizen staan? Tegenwoordig worden de meeste

Nadere informatie

Begrijpend luisteren. Annemarieke Kool. CPS Onderwijsontwikkeling en advies WWW.CPS.NL

Begrijpend luisteren. Annemarieke Kool. CPS Onderwijsontwikkeling en advies WWW.CPS.NL Begrijpend luisteren Annemarieke Kool CPS Onderwijsontwikkeling en advies WWW.CPS.NL Programma 1. Welkom 2. Doelen van workshop 3. Strategieën en voorbeelden 4. Differentiëren mbv taxonomie 5. Oefening

Nadere informatie

{OPDR 01} langs de foto s. amsterdam. anne frank. van. het. Kies een foto van de homepage en plak deze hier op! PLAK

{OPDR 01} langs de foto s. amsterdam. anne frank. van. het. Kies een foto van de homepage en plak deze hier op! PLAK 01} namen langs de foto s (www.annefrank.org/amsterdam) 01.01 Start bij de hompage. Je ziet steeds een andere foto. Bekijk ze alle negen. Wat valt je op aan al deze foto s?......... 01.03 Kies een foto

Nadere informatie

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 R.K. Basisschool De Vlinder RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 GOEDE STUDIEGEWOONTEN Bij goed studeren (leren) of huiswerk maken

Nadere informatie

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK Van positieve feedback leer ik niets. INLEIDING Feedback geven en ontvangen moet je eerst oefenen en dan toepassen. In de opdrachten hieronder ga je ermee aan de slag. Doelstellingen

Nadere informatie

opdracht 1 instructie telefoongesprek speech opdracht 2 boekbespreking poëziepresentatie sollicitatie

opdracht 1 instructie telefoongesprek speech opdracht 2 boekbespreking poëziepresentatie sollicitatie SPREEKVAARDIGHEID spreeklijn comenius college locatie Lijstersingel leerjaar 1 2 3 opdracht 1 instructie telefoongesprek speech opdracht 2 boekbespreking poëziepresentatie sollicitatie opdracht 3 reclamecampagne

Nadere informatie

Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, ik ben arm en hij is rijk. Ik wil graag vrienden blijven

Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, ik ben arm en hij is rijk. Ik wil graag vrienden blijven Lees het verhaal Een onmogelijke vriendschap. Zie jij de blanke jongen? Hij heet Olivier. Olivier komt uit Nederland. Olivier woont op Sumatra. Zijn vader is de baas van een plantage. Olivier en zijn familie

Nadere informatie

Voorbereiding op de studiekeuzecheck 1. Lees aandachtig het meegezonden artikel. 2. Maak hiervan een samenvatting van 10 regels. 3.

Voorbereiding op de studiekeuzecheck 1. Lees aandachtig het meegezonden artikel. 2. Maak hiervan een samenvatting van 10 regels. 3. Welkom Voorbereiding op de studiekeuzecheck 1. Lees aandachtig het meegezonden artikel. 2. Maak hiervan een samenvatting van 10 regels. 3. Onderstreep de woorden waarvan je de betekenis niet weet en zoek

Nadere informatie

A person who never made a mistake never tried anything new.

A person who never made a mistake never tried anything new. Beroepenproject klas 3 droomberoep A person who never made a mistake never tried anything new. Albert Einstein Naam:.. Klas:. Mentor:.. Schooljaar: 2016-2017 1 Als je droomt, is alles mogelijk. Een droomberoep

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. 1. Kijk naar de titel en de tussenkopjes van de tekst. Kijk ook naar het plaatje. Waar gaat de tekst over? 2. Tijdens deze les let je extra op moeilijke woorden in de tekst. Kies of je opdracht 1 met hulp

Nadere informatie

de tijd opdrachten stad & esch & vwo + stad & esch & vwo +

de tijd opdrachten stad & esch & vwo + stad & esch & vwo + de tijd opdrachten stad & esch & vwo + stad & esch & vwo + Kies drie onderwerpen uit de lijst hieronder. Geef aan: eerste, tweede en derde keuze. 1 Stel je voor: je bent aangespoeld op een onbewoond eiland

Nadere informatie

Toetsanalyse. "Van je fouten kun je leren." Maar dan moet je eerst wel fouten gemaakt hebben. Die kans krijg je bij toetsen.

Toetsanalyse. Van je fouten kun je leren. Maar dan moet je eerst wel fouten gemaakt hebben. Die kans krijg je bij toetsen. Toetsanalyse "Van je fouten kun je leren." Maar dan moet je eerst wel fouten gemaakt hebben. Die kans krijg je bij toetsen. Voor een toets moet je, zonder veel extra voorbereiding, minimaal een 7 kunnen

Nadere informatie

KiesWijzer. een les over kiezen voor het voortgezet onderwijs

KiesWijzer. een les over kiezen voor het voortgezet onderwijs KiesWijzer een les over kiezen voor het voortgezet onderwijs Inleiding Met veel plezier presenteert Intermijn de les KiesWijzer. Uw leerlingen staan in het nieuwe schooljaar weer voor grote keuzes. Welk

Nadere informatie

Oriëntatie: Samen Scholen Beeldende Kunsteducatie. Helma Molenaars en Grada Buren.

Oriëntatie: Samen Scholen Beeldende Kunsteducatie. Helma Molenaars en Grada Buren. Oriëntatie: Het doel van deze lessenserie is: bestaande foto s zoeken met een eigen verhaal erbij. Dan gaan jullie mensen deze fotoserie voorleggen en vragen welk verhaal zij erin zien. Tot slot gaan jullie

Nadere informatie

Open je eigen winkel!

Open je eigen winkel! Open je eigen winkel! Naam: Klas: Naam winkel: Eindcijfer: De opdracht Je gaat met je groepje een winkel open. Wat voor een winkel dat is, bepaal je helemaal zelf. Je gaat ook een website openen waar je

Nadere informatie

Met hulp: ophelderen van onduidelijkheden

Met hulp: ophelderen van onduidelijkheden 1. Kijk naar de titel, de tussenkopjes en de afbeelding bij de tekst. Waar gaat de tekst over? 2. Bespreek met de klas: wie heeft er thuis een hond? Waar komen deze honden vandaan? Let op: je maakt Opdracht

Nadere informatie

Stappenplan voor een onderzoek

Stappenplan voor een onderzoek Stappenplan voor een onderzoek Stap 1: Onderwerp * A) Kies een onderwerp Denk bij het kiezen van een onderwerp aan de volgende punten: - vind ik het onderwerp interessant - zijn er genoeg bronnen over

Nadere informatie

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Bespreek met vakdocenten mogelijkheden om leerlingen in de vaklessen feedback over zichzelf te laten vergaren. Deel Vaardigheid:

Nadere informatie