Introduceren thema Op vakantie in Europa. centraal rondom vakantie in Europa: Thema: Op vakantie in Europa

Transcriptie

1 Aardrijkskunde Op vakantie in europa Omschrijving van de opdracht: Wat doe je als leerkracht? Introductie Thema: Op vakantie in Europa Introduceren thema Op vakantie in Europa In dit thema staan de volgende hogere orde denkvragen In dit thema wordt aandacht besteed aan het werelddeel centraal rondom vakantie in Europa: Europa. Kinderen verdiepen zich in de verschillen en overeenkomsten tussen landen, raken thuis in het organiseren 1. Hoe ziet jouw ideale vakantieland eruit? van een vakantie en verdiepen zich in de invloed van andere 2. Selecteer een land in Noord-Europa en een in Zuid Europa landen op de cultuur in Nederland. en vergelijk beide landen met elkaar op het gebied van wat je daar op vakantie kunt doen. Startopdracht 3. Organiseer je eigen vakantie. Welk land in Europa zou je Schrijf eerst zoveel mogelijk landen op die je kent in Europa. willen bezoeken, hoe, wat wil je bezoeken en hoe lang wil je Kijk vervolgens welke je ook op een kaart zou kunnen gaan? Wat zou jouw vakantie gaan kosten? aanwijzen. Wie kan de er de meeste landen op de goede plek 4. Wat zijn voor- en nadelen van op vakantie gaan? Doe een aanwijzen? onderzoek in de klas. 5. Wat nemen mensen uit andere landen waar ze op vakantie zijn geweest mee naar Nederland? Doe een onderzoek in de buurt. 1

2 Eisen 1. Beschrijf jouw ideale vakantieland. Neem in elk geval de volgende onderdelen op in je presentatie: hoe het klimaat in jouw land is, minimaal 10 bezienswaardigheden / activiteiten die je er kunt doen, de plek waar je verblijft, het eten, hoe jij je vervoert tijdens de vakantie, een dagboekverslag van één dag van je vakantie. 2. Maak een vergelijking tussen een land in Noord-Europa en Zuid-Europa en noteer minimaal acht overeenkomsten en verschillen. Ga in elk geval in op het klimaat van het land, de activiteiten / bezienswaardigheden, de manieren van vervoer in het land en het eten. 3. Organiseer je eigen vakantie. Geef aan welk land(en) je gaat bezoeken, waarom je dit land /deze landen wilt bezoeken, hoe je reis eruit ziet (programma per dag) en hoeveel je vakantie gaat kosten. 4. Onderzoek in je klas wat kinderen de voor- en nadelen vinden van op vakantie gaan. Noteer minimaal vijf voordelen en vijf nadelen. 5. Ónderzoek in je eigen buurt waar mensen op vakantie zijn geweest en wat zij uit dat land hebben meegenomen naar Nederland. Dit kunnen zowel materialen (bepaald eten / meubels) als gebruiken (siësta) zijn. Beschrijf minimaal drie dingen die mensen hebben meegenomen / overgenomen. 2

3 Verkennen De kinderen werken hun uitgekozen vraag uit in een presentatie. De vorm (Prezi, PowerPoint, muurkrant) mogen ze zelf kiezen. Laat de kinderen een vorm van presenteren kiezen die goed bij hen en bij de gekozen vraag past. De kinderen presenteren hun inzichten tijdens een vakantiebeurs, die de kinderen met elkaar organiseren. Aanrommelen Voorkennis activeren Trechteren Aanrommelen De kinderen bekijken foto s en afbeeldingen uit verschillende landen binnen Europa (zie bijlage). Samen bespreken ze welke foto bij welk land zou kunnen horen en beargumenteren hun ideeën. Voorkennis activeren Laat de kinderen een mindmap maken over Vakantie in Europa. Het is de bedoeling dat ze de informatie uit de aanrommelfase hierin verwerken. Trechteren De leerkracht helpt de kinderen zich te richten op de hogere orde denkvragen. Laat hen die onderdelen uit de mindmap omcirkelen die te maken hebben met een van de vragen. Als kinderen goede eigen hogere orde denkvragen stellen, worden deze gehonoreerd. Wel moet de leerkracht kritisch kijken of deze vragen onderzoekbaar zijn. 3

4 Opzetten onderzoek / Concepten uitwerken en selecteren Hogere orde denkvraag kiezen Bedenken deelvragen Maken van de planning 1. Kiezen hogere orde denkvraag De kinderen kiezen een hogere orde denkvraag. De kinderen kunnen er voor kiezen om in tweetallen of in een groepje te gaan werken. 2. Invullen planningsdocument (zie bijlage) en opstellen deelvragen De kinderen vullen het planningsdocument van hun onderzoek in. Ze bedenken deelvragen die bij hun hogere orde denkvraag passen. De leerkracht loopt rond en begeleidt de kinderen bij het invullen van het planningsdocument en het bedenken van deelvragen. Mogelijke deelvragen om de hogere orde denkvragen te beantwoorden zijn: Hoe ziet jouw ideale vakantieland eruit? Hoe is het klimaat in jouw land? Wat is er in jouw land te zien / te doen qua bezienswaardigheden en activiteiten? Wat voor eten en drinken is er in jouw vakantieland? Hoe kun je reizen in jouw land? Wat maakt jouw land een ideaal vakantieland? 4

5 Selecteer een land in Noord-Europa en een in Zuid Europa en vergelijk beide landen met elkaar op het gebied van wat je daar op vakantie kunt doen. Hoe is het klimaat in de twee landen? Wat voor activiteiten en bezienswaardigheden zijn er in de twee landen? Hoe vervoeren mensen zich in beide landen? Wat voor eten is er in beide landen? Welke overeenkomsten zijn er? Welke verschillen zijn er? Organiseer je eigen vakantie. Welk land in Europa zou je willen bezoeken, hoe, wat en hoelang? Wat zou jouw vakantie gaan kosten? Welke landen ga je bezoeken? Waarom wil je deze landen bezoeken? Hoe lang ga je op reis? Hoe ga jij je tussentijds vervoeren? Waar ga je eten? Waar ga je logeren? Wat zijn de bijbehorende kosten? Wat zijn voor- en nadelen van op vakantie gaan? Doe een onderzoek in de klas. Waarom gaan mensen op vakantie? Wat vinden mensen van op vakantie gaan? 5

6 Uitvoeren onderzoek / Prototype maken Nadat de kinderen hun planningsdocument hebben ingevuld kunnen ze aan de slag met hun onderzoek. Zoeken naar antwoorden op de deelvragen Deelvragen beantwoorden Werken aan de presentatie Mogelijke bronnen Methoden, boeken uit de bibliotheek, reisgidsen Knutsel- en tekenmaterialen Serie Europa in delen bijv. Spaanse Costa Welke voordelen ervaren ze? Waarom? Welke nadelen ervaren ze? Waarom? Welke verklaringen geven mensen hiervoor? Wat nemen mensen uit andere landen waar ze op vakantie zijn geweest mee naar Nederland? Doe een onderzoek in de buurt. Welke mensen uit de buurt zijn laatst op vakantie geweest en zou je kunnen interviewen? Welke informatie heb je van deze mensen nodig? Wat hebben zij van het land dat ze hebben bezocht, meegenomen en waarom? Nadat de kinderen hun planningsdocument hebben ingevuld kunnen ze aan de slag met hun onderzoek. De leerkracht begeleidt de kinderen door regelmatig langs te lopen en door gerichte vragen te stellen. Hij geeft tussentijds feedback en laat kinderen samen nadenken en discussiëren of ideeën te onderzoeken en uit te voeren zijn. De leerkracht spreekt met de kinderen af dat hij tussentijds regelmatig het werk wil zien om feedback te kunnen geven. Een optie is om vaste momenten in te plannen voor de kinderen. Spreek af wat de kinderen laten zien. Houden ze zich aan de planning? Waar lopen ze tegenaan? 6

7 Concluderen/ Testen en optimaliseren Presenteren Verdiepen verbreden Noorwegen Samenvatten en uitwerken van de hogere orde denkvraag De groepstentoonstelling Eén lid van de groep blijft achter en vertelt tijdens de vakantiebeurs over de tentoonstelling. De andere kinderen lopen rond en luisteren naar de overige presentaties. Invullen evaluatieformulier De kinderen maken een groepstentoonstelling; een vakantiebeurs. De kinderen vormen samen een groep. Ze overleggen samen waar de tentoonstelling komt te staan en hoe ze hem gaan inrichten. Ook bespreken ze welke kinderen er gaan presenteren en wie er gaan rondlopen. De beoordeling Het volgende wordt beoordeeld: Staat er iets van ieder bij? Is er onderling goed overlegd? Heeft iedereen zijn mening kunnen geven en is iedereen tevreden? Zijn alle werkstukken goed te zien? Zijn de hogere orde denkvragen beantwoord? De kinderen vullen hun eigen evaluatieformulier in. Wat heb je geleerd? Wat vind je leuk? Wat vind je goed gelukt/ ben je trots op? Wat zou je anders hebben gedaan? Het evaluatieformulier wordt ingeleverd en de leerkracht geeft een korte reflectie vanuit zijn/haar perspectief op het proces en product. Eventueel een beoordeling/cijfer. 7

8 Extra opdracht Eventuele extra opdracht Als extra opdracht kunnen kinderen een van onderstaande opdrachten uitwerken: Ontwerp een advertentie voor jouw favoriete vakantiebestemming. Maak je eigen souvenir. 8

9 9

10 10

11 11

12 12

13 13