Eemnes. Appartementen Braadkamp. ruimtelijke onderbouwing drs. M. Hoorn. ing. H. Hommel

Transcriptie

1 Eemnes Appartementen Braadkamp ruimtelijke onderbouwing identificatie planstatus projectnummer: datum: projectleider: opdrachtgever: drs. M. Hoorn gemeente Eemnes auteur(s): drs. M. Hoorn ing. H. Hommel R.008/04 gecertificeerd door Lloyd s conform ISO 9001: 2000 aangesloten bij: RBOI - Rotterdam bv Delftseplein 27b Postbus AD Rotterdam telefoon (010) info@rboi.nl

2 c RBOI-Rotterdam bv Niets uit dit drukwerk mag door anderen dan door de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van RBOI-Rotterdam bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk een openbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Aanleiding Ligging projectgebied Vigerend bestemmingsplan Omgevingsvergunning Leeswijzer en conclusie 4 2. Het plan Bestaande situatie Toekomstige situatie 5 3. Afweging beleid en sectorale aspecten Inleiding Beleid Verkeer en parkeren Wegverkeerslawaai 8 4. Uitvoerbaarheid Economische uitvoerbaarheid Maatschappelijke uitvoerbaarheid 11 Bijlagen: 1 Toetsing aan sectorale aspecten 2 Onderzoek wegverkeerslawaai Adviesbureau RBOI

4 2 Inhoudsopgave Adviesbureau RBOI

5 1. Inleiding Aanleiding Als onderdeel van de ontwikkeling van het Dorpshart, wordt aan de Braadkamp een paviljoen met een chinees restaurant ontwikkeld. De initiatiefnemer hiervan wil graag op de verdiepingen twee woningen realiseren. Deze woningen zijn niet toegestaan binnen het vigerende bestemmingsplan Dorpshart. Voor de realisatie hiervan is het daarom noodzakelijk een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan te verkrijgen. De ruimtelijke uitvoerbaarheid dient te worden aangetoond door middel van een ruimtelijke onderbouwing. Voor u ligt deze ruimtelijke onderbouwing Ligging projectgebied Het paviljoen wordt gebouwd aan de Braadkamp. De Braadkamp ligt aan de zuidkant van de Laarderweg in het dorpshart van Eemnes. In figuur 1.1 is de ligging van het projectgebied globaal weergegeven. Het paviljoen wordt gerealiseerd aan de zuidzijde van het plein aan de Braadkamp. Figuur 1.1 Ligging projectgebied Adviesbureau RBOI

6 4 Inleiding 1.3. Vigerend bestemmingsplan Ter plaatse van het projectgebied is het bestemmingsplan Dorpshart vigerend. Dit bestemmingsplan is vastgesteld door de gemeenteraad op 26 oktober Op 10 november 2010 is het onherroepelijk geworden. Ter plaatse van het projectgebied is een horecavoorziening toegestaan Omgevingsvergunning In artikel 2.1 sub c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is bepaald dat een omgevingsvergunning verleend kan worden indien het gebruik van de gronden in strijd is met het bestemmingsplan. De omgevingsvergunning ziet vervolgens op het afwijken van het bestemmingsplan. Dit kan zowel betrekking hebben op functies, als op bouwen gebruiksregels. Een onderdeel van de omgevingsvergunning is een ruimtelijke onderbouwing waarin het voornemen wordt toegelicht en de relevante omgevingsaspecten worden onderzocht Leeswijzer en conclusie In hoofdstuk 2 wordt het plan beschreven. Hierin komt de huidige situatie aan bod en wordt de ontwikkeling beschreven. In hoofdstuk 3 vindt de toetsing plaats aan het beleid en diverse sectorale aspecten. De uitvoerbaarheid komt vervolgens aan bod in hoofdstuk 4. Uit de volgende hoofdstukken wordt geconcludeerd dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening. Het beleid van de verschillende overheden staat de ontwikkeling niet in de weg. Dit geldt eveneens voor de verschillende wet- en regelgeving die van toepassing is Adviesbureau RBOI

7 2. Het plan Bestaande situatie In de afgelopen periode is hard gewerkt aan een nieuw Dorpshart voor Eemnes. Het Dorpshart ligt in de omgeving van de Laarderweg, Noordersingel en Braadkamp. Het omvat de bouw van nieuwe winkels, woningen, horecavoorzieningen en een parkeergarage. Daarnaast is het tenniscomplex opnieuw ingericht. Onderdeel van de plannen voor het nieuwe Dorpshart is tevens de herinrichting van het openbare gebied in deze omgeving. De plannen zijn gefaseerd uitgevoerd. Fase 6 is in november 2012 afgerond, waarbij de werkzaamheden aan de Braadkamp zijn voltooid. Nadat het horecapaviljoen met de bovengelegen woningen zijn gerealiseerd, start de laatste fase van het project. In figuur 2.1 is een overzicht opgenomen van het gehele project van het Dorpshart (zie volgende pagina) Toekomstige situatie Inmiddels zijn de werkzaamheden voor de bouw van het chinese restaurant in volle gang. De omgevingsvergunning voor het bouwen die is verleend, voorziet in kantoor- en kantineruimte op de verdieping van het pand. De initiatiefnemer wil echter de verdiepingen niet gebruiken ten behoeve van het restaurant (waarvan is uitgegaan bij het opstellen van het bestemmingsplan), maar ten behoeve van twee appartementen. Het gebouw wordt hiermee niet groter dan mogelijk is in het bestemmingsplan Dorpshart (en op dit moment is gerealiseerd). Wonen op de verdiepingen past goed binnen het Dorpshart van Eemnes. Behalve binnen het nieuw ontwikkelde complex op de hoek van de Laarderweg en de Noordersingel, komt wonen op de verdiepingen bij veel winkels of horecavoorzieningen voor. Het past daarom goed bij de aard van Eemnes. Bovendien bevordert het wonen boven een horecavoorziening de sociale veiligheid en de levendigheid in een gebied. Adviesbureau RBOI

8 6 Het plan Figuur 2.1 Overzicht nieuwe Dorpshart Adviesbureau RBOI

9 3. Afweging beleid en sectorale aspecten Inleiding In deze paragraaf wordt de voorliggende ontwikkeling beoordeeld op basis van het geldende beleidskader en sectorale aspecten. In dit hoofdstuk komen uitsluitend de sectorale aspecten aan bod die van invloed zijn op de ontwikkelingen. In bijlage 1 is opgenomen aan welke sectorale aspecten is getoetst en waarom deze aspecten de ontwikkeling niet in de weg staan Beleid Onderhavige ontwikkeling ligt binnen het bestaand bebouwd gebied en is beperkt van omvang. Het rijks- en provinciale beleid is daarom niet van invloed op deze ontwikkeling. Ten aanzien van het gemeentelijk beleid is uitsluitend het structuurplan Eemnes 2015 van belang. Hierop wordt hieronder nader ingegaan. Structuurplan Eemnes 2015 Op 28 juni 2004 is door de gemeenteraad van Eemnes het Strucuurplan Eemnes 2015 vastgesteld. De titel van het structuurplan is Behoud door ontwikkeling. Het structuurplan dienst als toestings- en ontwikkelingskader voor de gemeente Eemnes en is opgedeeld is een structuurplan voor 2015 dat wordt aangevuld met een streefbeeld voor Het uitgangspunt van het plan is het behoud van het huidige karakter door middel van een gericht en actief beleid. De gemeente Eemnes en de daarbinnen aanwezige grondgebruiksvormen zullen in meer of mindere mate veranderen. De gemeente wil echter het dorpse karakter en de daarbij behorende sociaal-maatschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten zoveel mogelijk behouden door gericht en actief in te spelen op nieuwe ontwikkelingen. De ontwikkeling van het dorpscentrum is in het structuurplan expliciet benoemd. De precieze invulling van de ontwikkeling van het dorpscentrum is echter dusdanig globaal, dat de toevoeging van twee extra appartementen niet in de weg wordt gestaan door het structuurplan Verkeer en parkeren Ontsluiting autoverkeer De nieuwe woningen worden via de Braadkamp ontsloten op de Laarderweg. De Laarderweg is een erftoegangsweg met een verzamelfunctie binnen de bebouwde kom van Eemnes en loopt vanaf de rotonde met de Zuidersingel/Noordersingel in het westen naar de Adviesbureau RBOI

10 8 Afweging beleid en sectorale aspecten Meentweg/Wakkerendijk in het oosten. De Zuidersingel biedt aansluiting op de autosnelweg A27 (Utrecht Almere). De Laarderweg en Braadkamp kennen een maximumsnelheid van 30 km/h. Via de Laarderweg en de Zuidersingel is de ontwikkeling op de korte afstand ontsloten met de A27 en de Verlegde Laarderweg richting Blaricum en Laren. De ontwikkeling zal leiden tot een zeer beperkte verkeerstoename van circa 14 mvt/etmaal (op basis van 7 mvt/etmaal per woning uit CROW-publicatie 317). Dit zal niet leiden tot een significant effect op de omliggende wegen. De ontsluiting voor autoverkeer is goed. Ontsluiting langzaam verkeer De Laarderweg kent fietsstroken, waardoor fietsers een eigen plaats op de weg hebben. Op de Braadkamp wordt conform de richtlijnen van Duurzaam Veilig voor erftoegangswegen fietsverkeer gemengd met het gemotoriseerd verkeer afgewikkeld. Tevens zijn er trottoirs voor voetgangers. Via de Laarderweg kan het fietsverkeer binnen Eemnes afwikkelen. Tevens biedt de Laarderweg richting het westen toegang op de fietspaden richting Blaricum en Laren via de fietstunnel onder de A27. Richting het oosten wordt aangesloten op de Wakkerendijk, waar fietsstroken aanwezig zijn. De ontsluiting voor langzaam verkeer is goed. Ontsluiting openbaar vervoer Binnen een loopafstand van 100 m is langs de Laarderweg een bushalte (halte Braadkamp). Deze halte wordt bediend door busdiensten tussen Soest en Eemnes en tussen Hilversum en Bussum met een frequentie van 2-3x per uur per richting. De ontsluiting per openbaar vervoer is goed. Parkeren Voor de parkeerkengetallen wordt aangesloten bij de parkeerberekening die is uitgevoerd voor het Dorpshart van Eemnes (Parkeeronderzoek Dorpshart, 28 oktober 2009, Civitas Advies). In dit onderzoek wordt uitgegaan van een parkeerbehoefte van 1,5 pp/woning. Voor onderhavige ontwikkeling leidt dit tot een parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen. Uit het genoemde parkeeronderzoek blijkt dat er binnen het Dorpshart een parkeercapaciteit van 320 parkeerplaatsen is. De parkeerbehoefte van het Dorpshart bedraagt 310 parkeerplaatsen, waardoor er een restcapaciteit van 10 parkeerplaatsen is. Aangezien de parkeerbehoefte van onderhavige ontwikkeling 3 parkeerplaatsen bedraagt, kan deze behoefte binnen de restcapaciteit worden opgevangen. Er zullen dan ook geen parkeerproblemen ontstaan Wegverkeerslawaai Langs alle wegen bevinden zich ingevolge de Wet geluidhinder geluidszones, met uitzondering van woonerven en 30 km/h-gebieden. Binnen en rond het plangebied zijn 30 km/hwegen aanwezig. De locatie ligt niet binnen de geluidszone van wettelijk gezoneerde wegen. Wegen met een maximumsnelheid van 30 km/h of lager zijn op basis van de Wgh nietgezoneerd. Akoestisch onderzoek zou achterwege kunnen blijven. Op basis van jurisprudentie dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening echter wel inzichtelijk te worden gemaakt of er sprake is van een aanvaardbaar akoestisch klimaat. Indien dit niet het geval is, dient te worden onderbouwd of maatregelen ter beheersing van de geluidsbelasting aan de gevels noodzakelijk, mogelijk en/of doelmatig zijn. De Laarderweg en Braadkamp zijn 30 km/h-wegen welke in de nabijheid van de ontwikkeling liggen. Deze wegen worden betrokken in het akoestisch onderzoek Adviesbureau RBOI

11 Afweging beleid en sectorale aspecten 9 Ter onderbouwing van de aanvaardbaarheid van de geluidsbelasting wordt bij gebrek aan een wettelijk kader aangesloten bij de benaderingswijze die de Wgh hanteert voor gezoneerde wegen. Vanuit dat oogpunt wordt de voorkeursgrenswaarde van 48 db als richtwaarde gehanteerd en geldt de uiterste grenswaarde van 63 db als maximaal aanvaardbare waarde. Tevens wordt de correctie op basis van artikel 3.4 uit het Reken- en Meetvoorschrift Geluidhinder 2012 (RMG 2012) toegepast. Bij geluidsbelasting boven de richtwaarde wordt onderzocht of met maatregelen de geluidsbelasting kan worden beperkt en dit doelmatig is. Vervolgens wordt op basis van dit onderzoek onderbouwd of er sprake is van een acceptabel akoestisch klimaat. Overigens is daarnaast altijd van belang dat zodanige gevelmaatregelen worden genomen dat voldaan wordt aan de normen voor de binnenwaarde, zoals vastgelegd in het bouwbesluit. Toetsing hierop vindt plaats bij de aanvraag van de bouwvergunning en is voor de belangenafweging in dit ruimtelijk plan daarom niet relevant. Berekeningsuitgangspunten Voor de verkeersgegevens van de Laarderweg en de Braadkamp is uitgegaan van het akoestisch onderzoek dat is uitgevoerd ten behoeve van het Dorpshart Eemnes (Akoestisch onderzoek Dorpshart Eemnes, kenmerk , RBOI 26 juli 2010). Voor de Laarderweg is uitgegaan van het deel ten westen van het Dorpshart, aangezien de intensiteit op dit wegvak hoger is dan ten oosten van het Dorpshart. Zodoende wordt rekening gehouden met een worstcase scenario. In dit onderzoek zijn verkeersprognoses opgenomen voor het jaar Deze verkeersintensiteiten zijn met een jaarlijkse autonome groei van 2,26% per jaar (conform het genoemde onderzoek) doorgerekend naar Ook is rekening gehouden met de verkeerstoename als gevolg van het Dorpshart. In tabel 3.1 zijn de intensiteiten weergegeven. Tabel 3.1 Verkeersintensiteiten (afgerond op 100-tallen) excl. Dorpshart 2023 incl. Dorpshart Laarderweg Braadkamp Voor de voertuig- en etmaalverdeling is uitgegaan van de gegevens die gebruikt zijn in het akoestisch onderzoek voor het Dorpshart. De invoergegevens zijn in bijlage 2 opgenomen. Voor de wegdekverharding is uitgegaan van stille elementenverharding. Resultaten niet-gezoneerde wegen De resultaten van het akoestisch onderzoek zijn weergegeven in tabel 3.2. De geluidsbelasting is berekend op de kortste afstand tussen de wegas en de gevel. Er is gerekend op een waarneemhoogte van 4,5 m. Tabel 3.2 Resultaten akoestisch onderzoek Afstand tot gevel Geluidsbelasting Laarderweg 56,0 m 46 db Braadkamp 5,1 m 55 db Op basis van bovenstaande tabel blijkt dat de richtwaarde van 48 db ten gevolge van de Braadkamp wordt overschreden. De maximaal aanvaardbare waarde van 63 db wordt niet overschreden. Ten gevolge van de Laarderweg is geen sprake van overschrijding van de richtwaarde of maximaal aanvaardbare waarde. Maatregelen ter reductie van de geluidsbelasting De richtwaarde ten gevolge van het verkeer op de niet-gezoneerde Braadkamp wordt overschreden. Bezien is of met maatregelen de geluidsbelasting doelmatig kan worden teruggedrongen. Hiervoor is een aantal maatregelen denkbaar. Een mogelijkheid is om de Adviesbureau RBOI r

12 10 Afweging beleid en sectorale aspecten functie van de weg, samenstelling van het verkeer of de maximumsnelheid te wijzigen. De Braadkamp is een erftoegangsweg, die van belang is voor de ontsluiting van het omliggende gebied. Deze functie dient voor een goede bereikbaarheid van de omliggende gebieden behouden te blijven. Functiewijziging, wijziging van samenstelling of snelheid van het verkeer zijn daarom niet mogelijk en stuiten op overwegende bezwaren van verkeerskundige aard. Een andere maatregel aan de bron is het toepassen van asfalt. Door het toepassen van maatregel aan de bron in de vorm van asfalt kan de geluidsbelasting worden gereduceerd. Gezien de relatief beperkte ontwikkeling is deze maatregel niet kostenefficiënt. Bovendien past asfaltverharding niet bij het karakter van een verblijfsgebied en kent klinkerverharding een snelheidsremmende werking. Naast maatregelen aan de bron zijn maatregelen in het overdrachtsgebied mogelijk, bijvoorbeeld door het vergroten van de afstand tot de weg of het plaatsen van geluidsschermen. Voor de 30 km/h wegen is het vanwege de inpasbaarheid binnen de bestaande bebouwingssituatie niet mogelijk om de afstand te vergroten of geluidsschermen te plaatsen. Conclusie Geconcludeerd wordt dat redelijkerwijs geen maatregelen mogelijk zijn om de geluidsbelasting te reduceren of dat maatregelen daartoe op overwegende bezwaren van stedenbouwkundige, landschappelijke, verkeerskundige of vervoerskundige aard stuiten. Bovendien wordt de maximaal aanvaardbare waarde niet overschreden. Het akoestisch klimaat wordt aanvaardbaar geacht. In het kader van de Wet geluidhinder zijn geen vervolgprocedures vereist Adviesbureau RBOI

13 4. Uitvoerbaarheid Economische uitvoerbaarheid Bij nieuwe ontwikkelingen die via een omgevingsvergunning worden mogelijk gemaakt, waarbij sprake is van afwijking van het bestemmingsplan, is het noodzakelijk de financiële uitvoerbaarheid van het project aan te tonen. De ontwikkeling betreft een aangewezen bouwplan zoals aangewezen in artikel 6.12 Wro. Er zijn echter geen kosten, anders dan de plankosten, gemoeid met deze ontwikkeling. De plankosten worden verrekend door middel van het heffen van leges. Het opstellen van een exploitatieplan of het afsluiten van een anterieure overeenkomst is daarom niet noodzakelijk Maatschappelijke uitvoerbaarheid Op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht stelt het bevoegd gezag, gemeente Eemnes, bij een uitgebreide omgevingsvergunningprocedure eerst een ontwerpvergunning op die ter inzage wordt gelegd. De wettelijke overlegpartners hebben vervolgens de gelegenheid om een reactie te geven. Tevens heeft een ieder de gelegenheid om bezwaar te maken op deze ontwerpvergunning. De verklaring van geen bedenkingen is door de gemeenteraad van Eemnes afgegeven in december. Adviesbureau RBOI

14

15 Bijlage 1 Toetsing aan sectorale aspecten 1 In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van het relevante sectorale beleid. Er wordt afgewogen of de beoogde ontwikkeling past in het beleid. toetsing sectorale aspecten aspect kader beoordelingsaspect nvt afweging Bodemkwaliteit Besluit bodemkwaliteit Bodemkwaliteit dient voldoende te zijn voor beoogde functie Functie mag geen bedreiging vormen voor bodemkwaliteit Archeologie Archeologische Is er sprake van een hoge verwachtingswaarde? beleidskaart Cultuurhistorie Aanwezig cultuurhistorische waarden omliggende (bedrijfs) functies De ontwikkeling moet rekening houden met de aanwezige cultuurhistorische waarden. X Er is geen sprake van bodemroerende activiteiten, waardoor geen bodemonderzoek noodzakelijk is. Er is sprake van een archeologische verwachting. Voor de uitvoer van de werkzaamheden hoeven geen nadere bodemroerende activiteiten plaats te vinden, waardoor geen archeologisch onderzoek uitgevoerd hoeft te worden en dit aspect de uitvoering niet in de weg staat. De Brink van Eemnes ligt nabij het projectgebied. Er is echter geen sprake van aantasting van deze cultuurhistorische waarden, gezien de beperkte omvang van het project. Water Watertoets Is wateradvies aangevraagd? Aangezien er geen werkzaamheden buiten het gebouw plaatsvinden, is een waterparagraaf niet noodzakelijk. Relatie met Bedrijfsmilieu- Zijn er bedrijfsfuncties in de omgeving zonering aanwezig/mogelijk? Wegverkeerslawaai Wet geluidhinder Is geluidsbelasting minder dan 48 db ten opzichte van gezoneerde wegen? Is sprake van een aanvaardbaar akoestisch klimaat ten opzichte van niet-gezoneerde wegen? Er is sprake van een gemengd gebied, waar wonen gemengd met detailhandel en horeca voorkomt. De ligging van de woningen boven een restaurant past in dit gebied, waarbij er sprake is van een goed woon- en leefklimaat en de horecagelegenheid niet wordt aangetast in haar bedrijfsvoering. Zie paragraaf 3.4. Zie paragraaf 3.4. Adviesbureau RBOI

16 2 Bijlage 1 toetsing sectorale aspecten aspect kader beoordelingsaspect nvt afweging Verkeer Ontsluiting en verkeersgeneratie De ontwikkeling mag niet leiden tot een verslechtering van de doorstroming op de ontsluitende wegen. De verkeersontsluiting moet goed zijn gewaarborgd. Parkeren Parkeerbehoefte De parkeerbehoefte van de ontwikkeling moet worden opgevangen. Externe Bevi-inrichtingen; Wordt voldaan aan normen plaatsgebonden risico en veiligheid transport gevaarlijke groepsrisico? stoffen. Luchtkwaliteit Wet luchtkwaliteit Wordt voldaan aan de genoemde grenswaarden in de Wet luchtkwaliteit? Ecologie Kabels en leidingen Natuurbeschermingswet 1998 Is er sprake van significant negatieve effecten? Flora- en faunawet Is er sprake van aantasting, verontrusten of verstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings- of vaste rust- en verblijfsplaatsen? Telecommunicatiewet Zijn er planologisch relevante leidingen en hoogspanningslijnen in de directe omgeving aanwezig? X De ontwikkeling zal leiden tot een zeer beperkte verkeerstoename van circa 14 mvt/etmaal (op basis van 7 mvt/etmaal per woning uit CROW-publicatie 317). Dit zal niet leiden tot een significant effect op de omliggende wegen. Een goede verkeersontsluiting is voor de verschillende modaliteiten gewaarborgd. Zie paragraaf 3.3. Zie paragraaf 3.3. In de omgeving van het projectgebied liggen geen risicovolle inrichtingen. Ook worden hier geen gevaarlijke stoffen over de weg, over het spoor, over het water of door buisleidingen vervoerd. De voorgenomen ontwikkeling valt onder regeling in niet betekenende mate en vormt derhalve geen belemmering. Uit de monitoringstool van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu ( blijkt dat uit het oogpunt van luchtkwaliteit ter plaatse van het projectgebied sprake is van een goed woon- en leefklimaat. Het projectgebied vormt geen onderdeel van een natuurof groengebied met een beschermde status, zoals Natura Het projectgebied maakt ook geen deel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (PEHS). De Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie staan de uitvoering van het plan dan ook niet in de weg. Aangezien het gebouw in aanbouw is, is hiervan geen sprake. In de omgeving van het projectgebied liggen geen planologisch relevante kabels en leidingen Adviesbureau RBOI

17 Bijlage 2 Onderzoek wegverkeerslawaai 1 Adviesbureau RBOI

18 RO Braadkamp Ontvanger : woning Waarneemhoogte [m] : 4,5 Rijlijn : Laarderweg Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 56,00 Verhardingsbreedte [m] : 15,00 Afstand schuin [m] : 56,13 Bodemfactor [-] : 0,54 Afstand kruispunt [m] : 0,00 Objectfractie [-] : 0,50 Afstand obstakel [m] : 0,00 Zichthoek [grad] : 127 Wegdektype [-] : 10 - Stille elementenverharding Q_etmaal : 9600,00 % Daguur : 7,00 % Avonduur : 2,60 % Nachtuur : 0,70 Emissiegegevens distributie per voertuigcategorie per periode in db(a) m Categorie Dag[%] Avond[%] Nacht[%] km/u C_wegdek E_dag E_avond E_nacht 1 Motorrijwielen 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 2 Lichte Motorvoertuigen 94,00 97,20 96, ,28 69,26 65,11 59,36 3 Middelzware Motorvoert... 5,10 2,50 3, ,40 68,19 60,79 56,43 4 Zware Motorvoertuigen 0,90 0,30 0, ,40 63,86 54,79 52,10 5 Bromfietsen 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 Totaal 100,00 100,00 100,00 72,42 66,76 61,65 C_optrek Resultaten in db(a) C_reflectie : 0,75 LAeq, dag : 51,73 C_zichthoek : 0,00 LAeq, avond : 46,07 D_afstand : 17,49 LAeq, nacht : 40,97 D_lucht : 0,38 Aftrek Art.110g [db] : 5 D_bodem : 2,35 Lden, excl. Art.110g [db] : 51 D_meteo : 1,22 Lden, incl. Art.110g [db] : 46 Standaard rekenmethode 1 V jan :09:51, blz. 1

19 RO Braadkamp Rijlijn : Braadkamp Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 5,10 Verhardingsbreedte [m] : 5,00 Afstand schuin [m] : 6,33 Bodemfactor [-] : 0,00 Afstand kruispunt [m] : 0,00 Objectfractie [-] : 0,90 Afstand obstakel [m] : 0,00 Zichthoek [grad] : 127 Wegdektype [-] : 10 - Stille elementenverharding Q_etmaal : 3300,00 % Daguur : 7,00 % Avonduur : 2,60 % Nachtuur : 0,70 Emissiegegevens distributie per voertuigcategorie per periode in db(a) m Categorie Dag[%] Avond[%] Nacht[%] km/u C_wegdek E_dag E_avond E_nacht 1 Motorrijwielen 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 2 Lichte Motorvoertuigen 94,00 98,00 96, ,28 64,63 60,51 54,72 3 Middelzware Motorvoert... 5,70 1,90 3, ,40 64,03 54,96 52,27 4 Zware Motorvoertuigen 0,30 0,10 0, ,40 54,45 45,38 42,69 5 Bromfietsen 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 Totaal 100,00 100,00 100,00 67,57 61,68 56,84 C_optrek Resultaten in db(a) C_reflectie : 1,35 LAeq, dag : 60,68 C_zichthoek : 0,00 LAeq, avond : 54,79 D_afstand : 8,01 LAeq, nacht : 49,96 D_lucht : 0,05 Aftrek Art.110g [db] : 5 D_bodem : 0,00 Lden, excl. Art.110g [db] : 60 D_meteo : 0,16 Lden, incl. Art.110g [db] : 55 Standaard rekenmethode 1 V jan :09:51, blz. 2

20