Meertaligheid: therapie of geen therapie?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Meertaligheid: therapie of geen therapie?"

Transcriptie

1 Meertaligheid: therapie of geen therapie? Een literatuurstudie over de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis Heerlen, Tina Penninx Coach: Johan Dekelver Opdrachtgever: Inge Frankort, logopediepraktijk Logopédica Thesiskring: Spraak- en taaltherapie bij jonge kinderen ZUYD HOGESCHOOL, FACULTEIT GEZONDHEIDSZORG, OPLEIDING LOGOPEDIE

2 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

3 Voorwoord Voor u ligt mijn bachelorthesis waarin een literatuuronderzoek werd gedaan naar de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis. Vanaf de keuze voor dit onderwerp, aan het begin van het derde jaar, heb ik met veel plezier en inzet aan deze bachelorthesis gewerkt. Ik wil Johan Dekelver heel hartelijk bedanken voor het begeleiden van het gehele proces, zijn nuttige feedback en het beantwoorden van mijn vragen. Daarnaast dank ik Inge Frankort, opdrachtgever en inhoudelijk begeleidster, voor het meedenken en het vrijmaken van haar tijd om mijn stukken door te nemen en feedback te geven. Ik wil alvast Judy Kuipers-Janssen bedanken voor haar rol als tweede beoordelaar. Ook wil ik alle logopedisten die gereageerd hebben op het tot stand gekomen stroomschema bedanken voor hun deelname en hun meningen over het stroomschema. Ik vond dit erg waardevol. Natuurlijk gaat mijn dank ook uit naar mijn vriend, familie en vrienden die mij de hele periode gesteund en geholpen hebben. Ondanks de vervelende tegenslag, waardoor ik na een lange periode van samenwerken aan het stappenplan en de opzet van deze bachelorthesis alleen verder moest, ben ik heel trots op het eindresultaat. Tina Penninx

4 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING. 1. INLEIDING Aanleiding Beroepsmatige relevantie Wetenschappelijke relevantie Maatschappelijke relevantie Vraagstelling Doelgroep Hypothesen THEORETISCHE ACHTERGROND Definitie Soorten meertaligheid Meertalige ontwikkeling Verschijnselen Taalstoornissen bij meertalige kinderen Diagnostiek METHODOLOGIE Onderzoeksdesign Procedure Dataverzameling Data-analyse Mening van experts RESULTATEN Resultaten databanken en tijdschriften Resultaten onderzoeksvraag Indicaties Behandeling aan de hand van het type meertaligheid Indirecte/directe therapie Therapieaanpak... 36

5 Cognitieve verwerking Ouderbegeleiding Cultuurverschillen Therapiedoelen Therapiematerialen Stroomschema en de belangrijkste bevindingen uit de literatuur DISCUSSIE & CONCLUSIE Samenvatting belangrijkste resultaten Veranderingen in het onderzoek Validiteit Implicaties Conclusie LITERATUUR... 76

6 SAMENVATTING Doordat er in Nederland sprake is van een multiculturele samenleving, zijn er veel verschillende culturen en talen. Meertaligheid is dus een veelvoorkomend gegeven, ook onder de populatie kinderen die bekend is bij logopedisten. Uit de literatuur blijkt dat er zowel op diagnostisch als op therapeutisch gebied nog te weinig kennis is over deze speciale doelgroep bij logopedisten. Daarnaast blijken beslissingen vaak op basis van ervaring te worden genomen in plaats van wetenschappelijke bewijzen. Naar aanleiding van een vraag uit een logopedische praktijk over de behandeling van meertalige kinderen werd de volgende onderzoeksvraag opgesteld: is er sprake van eenduidigheid met betrekking tot het behandelen van meertalige kinderen tot en met 8 jaar met een specifieke taalontwikkelingsstoornis volgens de literatuur? Er werd een literatuurstudie gedaan en aan de hand daarvan werd een stroomschema opgesteld en werden de belangrijkste bevindingen uit de literatuur beschreven. Dit schema werd voorgelegd aan een aantal logopedisten om een beeld te krijgen van hun mening ten opzichte van deze bevindingen. 19 logopedisten reageerden hierop. 17 van hen vonden het schema bruikbaar om in de praktijk te gebruiken. Er werden soms wel enkele aanvullingen of beperkingen beschreven. Deze waren vaak per persoon verschillend. Iets dat wel regelmatig terug te lezen was, was de behoefte aan meer eenduidigheid en duidelijkheid over de diagnostische fase. Sleutelwoorden: meertaligheid S-TOS - behandeling - stroomschema - kinderen tot en met 8 jaar

7 1. INLEIDING: 1.1Aanleiding Deze afstudeerscriptie is gerealiseerd naar aanleiding van een vraag vanuit logopediepraktijk Logopedica te Roermond. De logopedist die werkzaam is bij Logopedica, Inge Frankort, heeft het volgende probleem voorgelegd aan Zuyd Hogeschool: wanneer moet men bij meertalige kinderen die Nederlands als tweede taal verworven hebben behandelen, en welke behandelmethode kiest men dan (indirect versus direct)? De vraag die Inge Frankort stelde, gaf een reden om meer te weten komen over de behandeling van meertalige kinderen met een taalontwikkelingsstoornis. Uit literatuur blijkt namelijk dat er zowel op diagnostisch als op therapeutisch gebied nog te weinig kennis van deze doelgroep is bij logopedisten (Mostaert, Ch., De Smedt, H., & Roeyers, H., 2012; Julien, 2008; van Weert, 2007). Deze kennis is in de loop der jaren wel toegenomen (Blumenthal, 2013). Doordat er weinig kennis is op dit gebied, is er ook geen expliciete behandelmethode of protocol voor logopedisten die meertalige kinderen met taalstoornissen behandelen. Dit hiaat kan met dit onderzoek mogelijk opgevuld worden. In Nederland is sprake van een multiculturele samenleving, met vele verschillende culturen en talen. De helft van de inwoners van Amsterdam heeft Nederlands niet als moedertaal. Er wonen mensen met zo n 180 verscheidene nationaliteiten in deze stad die circa 200 verschillende talen spreken (van der Linden & Kuiken, 2012). Het aantal immigranten zal de komende jaren sterk toenemen: In 2060 telt Nederland naar verwachting 0,9 miljoen meer eerstegeneratieallochtonen (die naar Nederland geëmigreerd zijn) en 1,2 miljoen meer tweedegeneratieallochtonen (die hier zijn geboren). (CBS, 2014) Meertaligheid is dus een veelvoorkomend gegeven en een vrij grote doelgroep voor logopedisten. De internationale groei van meertaligheid heeft geresulteerd in een overeenkomstige groei in het aantal tweetalige en meertalige kinderen in de caseloads 7

8 van logopedisten (Jordaan, 2008), hetgeen ook een aanleiding is om dit onderwerp verder uit te diepen. 1.2 Beroepsmatige relevantie Er is vooral onduidelijkheid over de diagnostiek en behandeling bij kinderen die Nederlands niet als moedertaal hebben verworven. Het is immers zo dat er steeds meer meertalige kinderen die een andere moedertaal hebben dan het Nederlands naar logopedische praktijken komen voor diagnose en behandeling. Wat betreft de diagnostiek zijn er ondertussen twee hulpmiddelen opgesteld die logopedisten kunnen gebruiken bij het stellen van de juiste diagnose (Blumenthal, 2012; De Houwer, te verschijnen). In de praktijk blijkt echter dat vaak de onjuiste diagnose wordt gesteld bij meertalige kinderen. Een voorbeeld hiervan is het over- of onderdiagnosticeren (Mostaert, 2012). Meer hierover volgt in paragraaf 2.5. Wat betreft de behandeling zijn er tot op heden (nog) geen richtlijnen opgesteld. Voor logopedisten zou er dus meer eenduidigheid moeten komen over de behandeling bij meertalige kinderen met een taalontwikkelingsstoornis. Wanneer hier sprake van is, kan de effectiviteit namelijk beter worden aangetoond en kan er onderzoek gedaan worden naar welke therapievorm(en) het beste werk(t)(en). Uit onderzoek van Van Weert (2007) komt naar voren dat logopedisten deze problematiek ieder op hun eigen manier aanpakken. Ook bij eentalige taaltherapie zijn therapiekeuzes minder gebaseerd op literatuur, maar op eigen expertise (Scheider & Taschenmacher, 2014). In figuur 1 is te zien waarop logopedisten hun keuzes met betrekking tot behandelmethodes bij semantische stoornissen en morfosyntactische stoornissen baseren. Figuur 1: Redenen voor keuzes van behandelmethoden bij semantische en morfosyntactische stoornissen (Scheider & Taschenmacher, 2012, p ). 8

9 Ook Jordaan (2008) stelt dat de behandeling van meertalige kinderen niet altijd gebaseerd is op bevindingen van onderzoeken en theoretische standpunten uit de literatuur. Er kan op deze manier niet worden aangetoond waarom er gekozen wordt voor een bepaalde behandeling. Een protocol of schema zou meer eenduidigheid kunnen bieden voor het wel of niet behandelen van meertalige kinderen met een taalontwikkelingsstoornis, maar ook op het gebied van directe of indirecte therapie, ouderbegeleiding en adviezen, behandelmaterialen en dergelijke. Een ander aspect waar rekening mee gehouden dient te worden zijn de zorgverzekeraars. De zorgverzekeraars leggen logopedisten steeds strengere eisen op. Een voorbeeld van de strengere eisen is dat alleen een taalachterstand niet wordt vergoed door de zorgverzekering (Van Weert, 2007). Er moet sprake zijn van een taalontwikkelingsstoornis. Het is dus belangrijk voor logopedisten om aan de zorgverzekeraars te kunnen aantonen waarom er wel of geen therapie wordt gegeven. In de praktijk komt het helaas vaak voor dat therapeuten kinderen met een goede taalontwikkeling in de moedertaal toch behandelen, omdat zij in het Nederlands achterblijven (Blumenthal, 1999). De zorgverzekering gaat ervan uit dat het aanleren van een nieuwe taal moet worden gestimuleerd in de schoolse setting en dat het aanleren van een tweede, derde of vierde taal niet de taak van een logopedist is. 1.3 Wetenschappelijke relevantie Naast de hierboven genoemde beroepsmatige relevantie kan er door middel van een eenduidig plan een Evidence Based werkwijze tot stand komen. Het klinisch handelen wordt meer gebaseerd op wetenschappelijk bewijs dan op ervaringen en meningen en er is minder ongewenste variatie in het handelen bij zorgverleners (Kalf & de Beer, 2011). 1.4 Maatschappelijke relevantie In de multiculturele maatschappij van tegenwoordig staat taal centraal in het dagelijks leven, maar het is ook van belang voor de schoolprestaties en het functioneren in de klas, voor een studie en later ook bij het functioneren in het beroepenveld. Een goede taalbeheersing is dus een belangrijke investering in de toekomst (Coeli, 2013). Strikt en correct taalaanbod is essentieel voor zowel taalgestoorde als niet-taalgestoorde 9

10 kinderen om optimaal te kunnen functioneren in de Nederlandstalige maatschappij (Orgassa, 2010). De houding van de Nederlandse maatschappij tegenover meertaligheid is nog zeer tegenstrijdig (Blumenthal, 2009; Julien, 2008). Meertaligheid is vanuit een eentalig perspectief iets onbekends en het wordt dan ook vaak gezien als de oorzaak van een taalachterstand. Dit kan ertoe leiden dat meertalige kinderen niet trots zijn op hun moedertaal of geen van de talen goed beheersen, doordat ouders het advies volgen om Nederlands te spreken met hun kinderen, terwijl ze dit zelf niet goed beheersen (Julien, 2008). 1.5 Vraagstelling: Om de al beschreven aanleiding en probleemstelling voor deze bachelorthesis adequaat te kunnen benaderen, wordt een hoofdvraag met behulp van PICO geformuleerd. In de onderstaande tabel wordt de afkorting PICO uitgelegd: Patient De cliëntengroep voor wie evidentie wordt gezocht Intervention De interventie waarvan de effectiviteit (therapie) of diagnostische waarde (diagnose) wordt onderzocht, meestal de indexbehandeling of indextest genoemd Comparison De interventie of test waarmee wordt vergeleken: de referentie- of controlebehandeling, of de referentietest Outcome De gewenste uitkomst, bij voorkeur als dichotome maat Tabel 1: Het PICO systeem, ontleend aan Kalf & de Beer (2011) De formulering van de onderzoeksvraag luidt als volgt: Is er sprake van eenduidigheid met betrekking tot het behandelen van meertalige kinderen tot en met 8 jaar met een specifieke taalontwikkelingsstoornis volgens de literatuur? 10

11 P (Patient) I (Intervention) C (Comparison) O (Outcome) Meertalige kinderen tot en met 8 jaar met een specifieke taalontwikkelingsstoornis Volgens de literatuur n.v.t. Eenduidigheid met betrekking tot de behandeling Tabel 2: Het ingevulde PICO-systeem Tevens worden er enkele subvragen opgesteld: - Wat kunnen indicaties zijn voor het wel of niet geven van logopedische therapie? - Bestaat er een verschil in de therapie bij een simultane of een successieve taalontwikkeling? - Wanneer wordt directe therapie gegeven bij meertalige kinderen tot en met acht jaar en wanneer indirecte therapie? - Welke behandeldoelen worden opgesteld bij meertalige kinderen? - Hoe ziet de ouderbegeleiding eruit? - Bestaan er behandelmethodes of speciale behandelmaterialen voor meertalige kinderen? - Wat is het beste om te doen met betrekking tot de behandeling van meertalige kinderen? 1.6 Doelgroep: Deze bachelorthesis is voornamelijk opgezet voor logopedisten die in het werkveld (in praktijken of scholen) in contact komen met meertalige kinderen waarbij een vermoeden van een taalprobleem of taalontwikkelingsstoornis bestaat. Bij deze literatuurstudie gaat het om meertalige kinderen tot en met acht jaar. Met meertalige kinderen worden die kinderen bedoeld die met twee talen of meer dan twee talen worden opgevoed. In deze bachelorthesis wordt zowel de term meertaligheid als tweetaligheid gebruikt. De reden hiervoor is dat in de meeste studies tweetalige kinderen opgenomen zijn. De uitkomsten van dit literatuuronderzoek kunnen echter ook 11

12 gelden voor kinderen die meer dan twee talen ontwikkelen. Daarom wordt de term meertaligheid niet uitgesloten. Er wordt ook een onderscheid gemaakt tussen twee soorten meertalige ontwikkeling, namelijk een simultane en successieve ontwikkeling. De betekenis hiervan staat beschreven in paragraaf 2.2. Er is voor de leeftijd tot en met acht jaar gekozen, omdat de normale taalontwikkeling rond de leeftijd van acht jaar grotendeels is afgerond. Na de leeftijd van ongeveer zeven jaar vindt er nog verdieping en uitbreiding plaats van de verworven taal, maar het aanleren van nieuwe taalstructuren wordt dan steeds lastiger (Goorhuis & Schaerlaekens, 2000). Daarnaast zijn ook jongere meertalige kinderen van belang bij dit onderzoek, aangezien deze kinderen vaak gescreend worden bij een peuterspeelzaal of aan het begin van de schoolse periode. 1.7 Hypothesen Voor deze bachelorthesis worden hypotheses opgesteld naar aanleiding van de PICOvraag. Hieronder wordt eerst de alternatieve hypothese genoemd, omdat deze het gewenste resultaat beschrijft. Ten tweede wordt de nulhypothese genoemd, die het andere mogelijke resultaat weergeeft. h1: In de literatuur is er wel eenduidigheid voor logopedisten met betrekking tot de behandeling van meertalige kinderen tot en met 8 jaar met een taalontwikkelingsstoornis. h0: In de literatuur is er geen eenduidigheid voor logopedisten met betrekking tot de behandeling van meertalige kinderen tot en met 8 jaar met een taalontwikkelingsstoornis. Concreet geformuleerd is de doelstelling van deze bachelorthesis: het geven van eenduidigheid met betrekking tot de behandeling van meertalige kinderen met een taalontwikkelingsstoornis voor logopedisten in de vorm van een schema, zodat er een leidraad ontstaat waarbij alle logopedisten dezelfde methode kunnen toepassen. Een ander doel is om er achter te komen wat logopedisten in het werkveld van het 12

13 opgestelde schema naar aanleiding van de bevindingen uit de literatuur vinden. Later, bij vervolgstudie(s), zal daadwerkelijk onderzocht moeten worden of dit schema ook in de praktijk goed werkt. 13

14 2. THEORETISCHE ACHTERGROND In dit hoofdstuk wordt theorie over meertaligheid beschreven. Er worden enkele belangrijke begrippen uitgelegd die te maken hebben met verschijnselen in de meertalige ontwikkeling en met de verschillende soorten meertaligheid, waar je als logopedist mee te maken kan krijgen tijdens de diagnostiek en behandeling. Daarnaast wordt de stand van zaken wat betreft diagnostiek beschreven. In de resultaten worden de bevindingen uit de literatuurstudie over therapie weergegeven. 2.1 Definitie In eerste instantie worden de begrippen meertalig en specifieke taalontwikkelingsstoornis gedefinieerd, aangezien deze begrippen regelmatig zullen terugkeren in deze thesis. Extra, Vallen & Vermeer (1998) geven de volgende definitie van twee- of meertalig zijn (p. 614): Iemand is twee- of meertalig wanneer hij/zij afwisselend meer dan één taal gebruikt ten behoeve van de interactie met relevante gesprekspartners. Er worden verschillende termen gebruikt voor een taalstoornis, zoals een SLI (specific language impairment), PLI (primary language impairment), ESM (ernstige spraak- en taalmoeilijkheden), TOS (taalontwikkelingsstoornis) en S-TOS (specifieke taalontwikkelingsstoornis). Ook over de term specifiek werd verschillend gedacht. Eerder mocht er geen sprake zijn van een bijkomende problematiek, zoals Goorhuis & Schaerlaekens (2000, p. 141) als volgt omschreven: Bij specifieke, primaire, of op zichzelfstaande taalontwikkelingsstoornissen is de taalstoornis niet te verklaren vanuit sensorische, cognitieve, neurologische of emotionele problemen. Er is ook geen sprake van een tekortschietend taalaanbod. De taalstoornis lijkt de enige handicap te zijn die het kind heeft. Tegenwoordig wordt een taalontwikkelingsstoornis specifiek genoemd wanneer deze niet verklaard kan worden door een andere beperking (van Niel, 2015). In deze bachelorthesis wordt de term S-TOS gehanteerd. Wanneer meertaligheid en S-TOS samen voorkomen, komt het kind in aanmerking voor logopedie en is het beoogde schema van belang. 14

15 2.2 Soorten meertaligheid Er zijn twee soorten meertaligheid die men onderscheidt en dus ook twee manieren waarop kinderen meertalig kunnen worden. Er bestaat een simultane taalontwikkeling en een successieve taalontwikkeling. Er is sprake van een simultane taalontwikkeling als kinderen vanaf de geboorte twee of meer talen verwerven (Cavus-Nunes & Julien, 2006). Hierbij worden alle talen vóór het eerste levensjaar aangeboden. Al tijdens de zwangerschap kan gestart worden met meertalige opvoeding. Pasgeboren baby s kunnen stemmen herkennen die ze in de buik van hun moeder hebben gehoord. Voordat het kind dus zelf leert praten, ontwikkelt het al een luisterhouding voor de taal/talen (Montanari, 2002). Bij ouders die beiden een andere moedertaal hebben en deze aan het kind willen overbrengen, is er sprake van een simultane taalontwikkeling bij het kind, zoals te lezen is in het volgende voorbeeld (van der Linden & Kuiken, 2012, p.28): Monique is Nederlandse. Tijdens een reis naar Engeland leert ze de Spaanse Pepe kennen. Hij komt in Nederland wonen, maakt hier zijn studie af en geeft een jaar les op een middelbare school. Hij kan daar echter niet aarden en het paar verhuist naar Spanje. Kort daarna wordt hun eerste kind geboren. Monique kiest voor een tweetalige opvoeding. Vanaf het begin spreekt ze uitsluitend Nederlands tegen haar kind. Er komen nog drie jongetjes bij en het wordt moeilijker om het Nederlands vol te houden. Lange vakanties bij de Nederlandse familie helpen wel. Inmiddels zijn alle vier de jongens volwassen en tweetalig en gehecht aan zowel hun vaderland als hun moederland en de bijbehorende talen. Bij een successieve meertalige ontwikkeling wordt aanvankelijk één taal verworven, waarna later een of meerdere talen worden geleerd (Cavus-Nunes & Julien 2006). Dit komt vaak voor in een migrantengezin, waarin een gezin vertrekt naar een ander land en ouders de taal (nog) niet beheersen, maar hun kinderen de taal leren (niet vanaf hun geboorte). Hieronder volgt een voorbeeld (van der Linden et al, 2012, p. 28): Jo en Annie vertrokken in de jaren zestig naar Australië in de hoop op een beter leven. Zij kregen daar acht kinderen en het ging ze goed. De ouders bleven Nederlands spreken met de kinderen, maar de kinderen gingen naar de Engelstalige school en begonnen al snel onderling Engels te spreken. Met hun ouders bleven ze nog lang 15

16 Nederlands spreken. Ze waren dus tweetalig. Eenmaal volwassen, trouwden ze met Engelstalige partners. Daarna ging hun kennis van het Nederlands achteruit. Voor kinderen tot zeven jaar is er een goede mogelijkheid om twee moedertalen te leren, omdat kinderen zich dan nog in de gevoelige periode bevinden, waarin ze zelf taal ontdekken en leren gebruiken (Goorhuis-Brouwer, 2010). Theoretisch gezien bestaan er dus twee soorten meertaligheid, maar er bestaat in de praktijk vaak een combinatie tussen beiden, bijvoorbeeld wanneer een kind vanaf de geboorte twee talen meekrijgt en later een derde of vierde taal verwerft. Het tijdstip waarop de verwerving van de Nederlandse taal is begonnen, waarbij dus een onderscheid wordt gemaakt tussen een simultane of successieve taalontwikkeling, moet mogelijk worden meegenomen in de behandeling. Meer hierover volgt in paragraaf Meertalige ontwikkeling Kinderen die een tweede taal simultaan verwerven, doorlopen soortgelijke stappen als eentalige kinderen in hun taalontwikkeling doen (Julien, 2008; de Houwer, 1998). Er bestaat dus een universele volgorde in de vroege taalontwikkeling. Bij voldoende blootstelling volgen kinderen die de talen simultaan ontwikkelen grotendeels dezelfde ontwikkeling als eentalige kinderen (de Houwer, 1998). Bij de successieve ontwikkeling verloopt de ontwikkeling van de eerste taal ook zoals die bij ééntalige kinderen. Aangezien de tweede taal later verworven wordt, starten kinderen met het gebruiken van twee- of meerwoordzinnen en wordt de prelinguale fase overgeslagen. Er kan hierbij dus een groot verschil zijn tussen de leeftijd waarop het kind de eerste taal en de tweede taal leert. Het tempo waarin ze de taal leren, is net zoals bij een eentalige taalontwikkeling gevarieerd. Het kan zijn dat sommige kinderen zich na enkele maanden al verstaanbaar kunnen maken in de tweede taal, maar dit kan ook enkele jaren duren (de Houwer, 1998). Er kan sprake zijn van een stille periode. Het kind communiceert dan zelf nog niet met woorden, maar het neemt de nieuwe taal wel in zich op. Het taalbegrip groeit daardoor en er is wel sprake van non-verbale communicatie (Cavus-Nunes & Julien 2006). In tegenstelling tot simultane taalverwervers, kunnen successieve taalverwervers een accent hebben bij het spreken 16

17 van hun tweede taal. Dit komt doordat ze moeite hebben met bepaalde Nederlandse klanken, maar ook met aspecten als klemtoon, intonatie en toonhoogte. Deze kunnen verschillen ten opzichte van hun eerste taal of kunnen helemaal niet voorkomen in hun eerste taal. Hoe ouder de kinderen zijn, wanneer ze voor het eerst in contact komen met het Nederlands, hoe meer moeite ze hiermee hebben (Julien, 2008). Kinderen leren de tweede taal dus op basis van hun moedertaal. Zij hebben een voorstelling over hoe woorden uitgesproken zouden moeten worden, namelijk zoals ze dit in hun moedertaal zouden doen. De ontwikkeling in beide talen hoeft niet gelijk te lopen. Dit maakt deel uit van de typische meertalige ontwikkeling en geldt voor zowel de simultane als successieve meertalige ontwikkeling. Deze ongelijke ontwikkeling komt voor in het taalbegrip en in de taalproductie. Meertalige kinderen kunnen beter zijn in het ene domein van de eerste taal, maar zijn in een ander domein weer beter in de tweede taal (de Houwer, te verschijnen). Er zijn enkele factoren die invloed hebben op de meertalige ontwikkeling van kinderen. Niet alleen het moment van de tweedetaalverwerving, maar ook de omvang van de etnische groep kan de ontwikkeling beïnvloeden. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de meerderheidstaal en de minderheidstaal. De meerderheidstaal is de taal die gesproken wordt door het grootste deel van de leden van een gemeenschap en dus bijvoorbeeld gebruikt wordt in de media en op straat. De minderheidstaal is de taal die gesproken wordt door leden van een minderheidsgemeenschap. De taal en cultuur in zo n gemeenschap kunnen een lage status hebben door een relatief laag sociaal, economisch en politiek vermogen, bijvoorbeeld Spaanse sprekers in de Verenigde Staten of Turkse sprekers in Duitsland of Nederland (Genesee, Paradis & Crago, 2004). Hoe goed het kind een taal beheerst, ligt er aan in hoeverre het kind wordt blootgesteld aan de taal. Er zijn zowel grote als kleine minderheden. Grote minderheden worden meer blootgesteld aan de taal dan kleine minderheden en hebben dus ook meer kans om de minderheidstaal én de meerderheidstaal adequaat te beheersen (Genesee et al., 2004). In Nederland zijn Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen voorbeelden van grote minderheden. Kleine minderheden vormen kleinere groepen. 17

18 De grootte en de status van de taalgemeenschap kunnen de leermogelijkheden van een taal bij een kind bepalen, bijvoorbeeld door het frequent of juist niet frequent horen en spreken van die taal. Daarnaast kan de grootte van de minderheidsgroep invloed hebben op de motivatie om een taal te behouden. Hoe kleiner de minderheid is, hoe kwetsbaarder kinderen daardoor zijn om een taal te verliezen wanneer zij ouder worden (Genesee et al., 2004). Ook met dit aspect moet rekening worden gehouden bij de behandeling Verschijnselen Taaldominantie en taalverlies Het is soms moeilijk om de minderheidstaal te blijven gebruiken, wanneer er in Nederland weinig gebruikers van deze taal zijn, zoals in een kleine minderheidsgroep. Hierdoor kan er een taalverschuiving optreden ten voordele van de meerderheidstaal, waardoor deze taal beter zal worden beheerst (taaldominantie). Meestal is dit de taal die op kinderdagverblijven, peuterspeelzalen of scholen wordt gesproken. Door de taaldominantie kan op hetzelfde moment taalverlies optreden. Dit houdt in dat de moedertaal steeds minder goed wordt beheerst. De tweede taal wordt dan de dominante taal. Dit komt doordat de moedertaal geen extra ondersteuning krijgt (Julien, 2007). Voor ouders is het vaak lastig om dit taalverlies van de moedertaal te accepteren, omdat er dan ook minder goed met familie gecommuniceerd kan worden. Additieve en substractieve meertaligheid Dit zijn twee andere kenmerken in de normale meertalige ontwikkeling. Hierbij gaat het om de status van een taal. Bij additieve meertaligheid worden alle talen van het kind gestimuleerd. Wanneer de moedertaal een hoge status heeft, zoals bij Engels of Frans, is dat automatisch iets gunstigs. De talen worden namelijk ook op school geleerd. Hierdoor is de kans op een goede ontwikkeling in alle talen groter. Bij subtractieve meertaligheid wordt de taal door de omgeving juist afgewezen. Dit kan komen door de lage status van een taal, dus wanneer een taal als minder waardevol wordt beschouwd. Wanneer een kind bijvoorbeeld met de talen Nederlands en Frans opgroeit, zal het waarschijnlijk meer waardering krijgen dan een kind dat met het Turks en het 18

19 Nederlands opgroeit (van der Linden et al. 2012). Deze status verschilt per land, bijvoorbeeld Spaans in de Verenigde Staten en Turks in Nederland en Duitsland, maar het verschilt ook per stad (Genesee et al., 2004). Een lage status kan een negatieve uitwerking hebben op het kind, omdat het hierdoor in zijn communicatie wordt belemmerd (Julien, 2008). Bootstrapping De minderheidstaal kan bij gunstige omstandigheden, waarbij er veel taalinput is door bijvoorbeeld reizen of veel contact met familieleden die de taal spreken, profiteren van de grote input van de meerderheidstaal. Bootstrapping betekent dat verbetering in de ene taal ook verbetering in de andere taal kan betekenen, mits de structuren hetzelfde zijn in beide talen. De hersenen ontwikkelen twee talen niet onafhankelijk van elkaar (Montanari, 2004). Dit kan ook het fenomeen code-mixing verklaren. Hierbij worden elementen van twee of meer talen in dezelfde uiting door elkaar gebruikt (Julien, 2007). Generalisatie van de ene naar de andere taal kan dus niet altijd optreden. Al deze factoren hebben invloed op de taalontwikkeling van meertalige kinderen. Het is dus belangrijk om deze te analyseren en diagnosticeren om het niveau van de taal te beoordelen. Er moet rekening worden gehouden met het soort taalverwerving (successief of simultaan), of het kind bij een grote of kleine minderheid hoort en of er sprake is van taaldominantie en taalverlies en additieve of subtractieve meertaligheid alvorens te starten met therapie. Dit zal ook meegenomen moeten worden bij de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis. 2.4 Taalstoornissen bij meertalige kinderen Het kan zijn dat sommige kinderen veel moeite hebben met het leren van de taal, ook al komt het kind er veel mee in aanraking. Een primaire taalontwikkelingsstoornis wordt een specifieke taalontwikkelingsstoornis (S-TOS) genoemd. Er zijn daarbij geen problemen in de rest van de ontwikkeling. Bij meertalige kinderen komt S-TOS voor in alle gesproken talen van het kind. Wanneer een meertalig kind dus problemen laat zien in maar één taal (de tweede taal), is er geen sprake van een S-TOS, maar van een tweedetaalverwervingsprobleem. Dit kan komen door onvoldoende blootstelling aan die 19

20 taal. Als er een vermoeden van een taalontwikkelingsstoornis is, kunnen er algemene symptomen en specifieke symptomen zijn die daarop duiden. Algemene symptomen kunnen zijn: een latere aanvang van de taalontwikkeling, een vertraagde verwerving van grammaticale morfemen, een zwak auditief geheugen en problemen in de morfosyntax. De symptomen van een taalontwikkelingsstoornis kunnen per taal anders zijn (Julien, 2008). Het is echter niet zo dat meertalige kinderen meer kans hebben op een taalontwikkelingsstoornis dan eentalige kinderen. Wel kan het eerder ontdekt worden, doordat een meertalig kind meer taal moet leren, bijvoorbeeld verschillende klanken, meer woorden en meer grammaticale regels (van der Linden, 2010). Het onderzoeken van taalontwikkelingsstoornissen bij meertalige kinderen wordt dan ook bemoeilijkt door de vele beïnvloedende factoren op de taalontwikkeling. Dit komt doordat er aan meertaligheid zowel linguïstische, sociologische, culturele, geografische als pedagogische en psychologische aspecten zitten (Goorhuis & Schaerlaekens, 2000, p. 89). 2.5 Diagnostiek De diagnostiek bij meertalige kinderen is ingewikkelder dan bij eentalige kinderen. De beheersing van alle talen moet worden gemeten, maar weinig meetinstrumenten zijn ontwikkeld voor kinderen uit een meertalige context. De kans op een verkeerde diagnose is groot en dit kan op twee manieren fout gaan (Orgassa, 2010). Er kan sprake zijn van onderdiagnose (missed identity), waarbij er onopzettelijk een taalstoornis over het hoofd wordt gezien (Sobieraj, 2013). Uit onderzoek van Sobieraj bleek inderdaad dat er regelmatig sprake is van onderdiagnose. Een voorbeeld hiervan is wanneer een taalachterstand geïnterpreteerd wordt als een gevolg van meertaligheid, doordat het kind nog niet zo lang in Nederland woont (Orgassa, 2010). Anderzijds bestaat overdiagnose. Dit houdt in dat er onterecht een S-TOS wordt gediagnosticeerd op basis van de lage taalvaardigheid in de tweede, derde of vierde taal en een kind bijvoorbeeld onnodig naar het speciaal onderwijs gaat (Genesee et al., 2004). Vaak is het moeilijk voor logopedisten om een diagnose te kunnen realiseren bij meertalige kinderen. Er zijn maar enkele onderzoeksinstrumenten die gebruikt kunnen worden voor kinderen die het Nederlands als tweede taal verwerven. De Taaltoets Alle Kinderen (TAK) wordt meestal ingezet. Hierbij bestaat de mogelijkheid om vergelijkingen te maken met 20

21 kinderen met een soortgelijke taalachtergrond. Onderscheid wordt gemaakt tussen: kinderen die thuis de eigen taal spreken (met name Turken, Marokkanen en Aziaten) en kinderen die thuis overwegend Nederlands spreken (Surinamers, Antillianen en kinderen uit gemengde huwelijken) (Verhoeven & Vermeer, 2001). De TAK is nuttig als eerste indicatie voor een mogelijke stoornis, maar niet om een taalontwikkelingsstoornis te diagnosticeren (Julien, 2008). Daarnaast bestaan er tweetalige lexilijsten, namelijk Tarifit-Berbers-Nederlands (voor kinderen van maanden), Marokkaans-Arabisch-Nederlands (voor kinderen van maanden) en Turks-Nederlands (voor kinderen van maanden). Omdat er zo weinig (gestandaardiseerde) onderzoeksinstrumenten bestaan voor meertaligen, worden in de praktijk vaak tests gebruikt die genormeerd zijn voor Nederlandstalige kinderen, bijvoorbeeld de Schlichting (taalbegrip en productie), CELF-4-NL en de PPVT. Hierbij krijgt de onderzoeker echter alleen een beeld van de moeilijkheden in het Nederlands en of er vooruitgang geboekt is in het Nederlands. Er kan geen oordeel gevormd worden over de moedertaal of een mogelijke taalontwikkelingsstoornis. Vanuit de literatuur wordt verwezen naar samenwerking met een tolk (Blumenthal, 2007). Echter, sinds januari 2012 wordt het gebruik van tolkdiensten voor het onderzoeken van de moedertaal niet meer door de overheid betaald. Als gevolg hiervan is de kans groot dat dergelijk onderzoek onbetaalbaar wordt (Sobieraj, 2013). Wanneer tolken wel worden ingezet, is het van belang dat zij letterlijk vertalen, zonder enige interpretaties. Daarom moet een tolk duidelijke instructies en voorbeelden krijgen, alvorens te beginnen (Julien, 2004). Vanuit Duitse literatuur komt naar voren dat er gewerkt wordt met het fonetische schrift. Hierbij worden fonetisch gecodeerde lijsten doorgenomen in zowel de moedertaal als in de tweede verworven taal. Hierdoor kan men de moedertaal coderen (Jenny, 2008). Aangezien dit alleen in het Duits mogelijk is, zouden deze lijsten eventueel wel vertaald kunnen worden naar het Nederlands. Verder is er ook een bron welke aangeeft dat spontane taal meer zegt dan een test in de tweede verworven taal (Julien, 2007). Een spontane taalanalyse geeft een beeld van de 21

22 dagelijkse algemene taalvaardigheden van het kind in de moedertaal. Hierbij is een tolk echter noodzakelijk. Zoals al eerder benoemd in de inleiding is er ondertussen een richtlijn opgesteld die logopedisten kan helpen bij het screenen van meertalige kinderen met een eventuele taalstoornis (Blumenthal, 2012). Daarnaast heeft De Houwer (te verschijnen) een stepby-step protocol opgesteld voor het screenen van tweetalig opgevoede kinderen met mogelijke taal- en leerproblemen. 22

23 3. METHODOLOGIE In dit hoofdstuk wordt de onderzoeksprocedure betreffende de literatuurstudie beschreven. Het onderzoeksdesign, de procedure, de dataverzameling en de dataanalyse komen aan bod. 3.1 Onderzoeksdesign Voor het onderzoek werd gekozen voor een literatuurstudie, dat systematisch werd uitgevoerd. Er werd een inventarisatie gemaakt van de verschillende aspecten die een rol spelen bij de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis. 3.2 Procedure Het proces van deze literatuurstudie werd opgedeeld in een aantal stappen om een antwoord te krijgen op de vooraf gestelde PICO-vraag. 1. Algemene theoretische oriëntatie over de stand van zaken op het gebied van meertaligheid in de logopedische praktijk. 2. Het opstellen van zoektermen passend bij de opgestelde PICO-vraag. 3. Algemene literatuur zoeken over meertaligheid. 4. Specifieke literatuur zoeken over de behandeling van meertaligheid. 5. Literatuur beoordelen op relevantie, door het lezen van abstracts. 6. Schematisch overzicht maken van de gevonden literatuur. 7. Literatuur lezen en ordenen per onderwerp. 8. Het beantwoorden van de PICO-vraag. 3.3 Dataverzameling Er werd met behulp van verschillende zoekstrategieën naar literatuur gezocht, zowel elektronisch als handmatig. Databankenresearch Voor het zoeken naar relevante literatuur heeft de onderzoeker gebruik gemaakt van de volgende databanken: - PubMed - Google Scholar 23

24 - ScienceDirect - DiZ (Doorzoek informatiebronnen Zuyd) Handsearch In de tijdschriftarchieven van Zuyd Hogeschool werd in de volgende tijdschriften gezocht: - Logopedie & Foniatrie - Logopedie (Vlaamse Vereniging voor Logopedisten) - Forum Logopädie - Folia Phoniatrica et Logopaedica - Van Horen Zeggen - Journal of speech, language and hearing research - Communicatie - Tijdschrift voor logopedie & audiologie Referentiesearch In de gevonden en relevante artikelen zijn de referentielijsten doorgenomen. Dit werd ook gedaan wanneer er in de tekst een verwijzing werd gegeven van iets dat belangrijk leek voor dit onderzoek. Er werd in eerste instantie naar de titel gekeken. Vervolgens werd het artikel gezocht via google. Naast deze zoekstrategieën in databanken heeft de onderzoeker een gestuurd aan Nederlandse en Vlaamse auteurs die veel over meertaligheid hebben geschreven, met de vraag of zij tips hadden voor bepaalde literatuur over de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis. Ook werd er gezocht in de bibliotheekcatalogi van Zuyd Hogeschool en Radboud Universiteit Nijmegen. Zoektermen Onderstaande zoektermen werden gebruikt voor het vinden van literatuur. Deze werden niet enkel los van elkaar gebruikt, maar werden ook met elkaar gecombineerd. Er werd zowel in het Nederlands als in het Engels gezocht. 24

25 Nederlands Tweetalig / tweetaligheid Meertalig / meertaligheid Taalstoornis/taalontwikkelingsstoornis Specifieke taalontwikkelingsstoornis (SLI) Meertalige taalontwikkeling Tweetalige taalontwikkeling Primaire taalstoornis Tweedetaalverwerving Kinderen Kleuters Voorschoolse kinderen Basisschoolkinderen Moedertaal Thuistaal Minderheidstaal Tweede taal Onderzoek Behandeling Ouders Advies Logopedie Tolken Tabel 3: Zoektermen Engels Bilingual / bilingualism Multilingual / multilingualism Language disorder Specific Language Impairment Multilingual language development Bilingual language development Primary language Impairment (PLI) Second language acquisition Children Toddlers Pre-schoolers Primary school children Mother language / mother tongue Home language Minority language Second language Assessment Therapy / treatment / intervention Parents Advice Speech therapy Interpreters Inclusiecriteria Titel, abstract en het artikel moeten geschreven zijn in het Nederlands, Engels of Duits. Het artikel moet gaan over tweetalige/meertalige kinderen tot en met acht jaar (met een taalstoornis) zonder andere bijkomende handicaps/stoornissen. De tijdsperiode waarin het artikel is geschreven moet tussen 2000 en 2015 zijn. In de titel, het abstract en het artikel moet de zoekterm bilingual(ism) en/of multilingual(ism) terug te vinden zijn én in ieder geval in het abstract en het artikel de zoektermen language disorder, specific language impairment (SLI), primary language impairment (PLI) of een synoniem of vertaling hiervan. 25

26 Uit het betreffende abstract moet duidelijk naar voren komen dat het gaat om therapie/behandeling van tweetalige/meertalige kinderen. Exclusiecriteria De taal die in de titel, het abstract en het artikel wordt gebruikt is anders dan Nederlands, Engels of Duits. De tweetalige/meertalige kinderen zijn ouder dan acht jaar. De tweetalige/meertalige kinderen hebben een andere bijkomende handicap. Het artikel is geschreven vóór In de titel, het abstract en het artikel zijn de zoektermen bilingual(ism) en/of multilingual(ism), language disorder, specific language impairment (SLI), primary language impairment (PLI) of een synoniem of vertaling hiervan niet terug te vinden. Uit de titel en het abstract komt naar voren dat het artikel gaat over de diagnostiek bij meertalige kinderen. Levels of evidence Vanwege de nog beperkte hoeveelheid literatuur over de behandeling bij meertalige kinderen met een taalstoornis, werd er gekozen om relevante literatuur van alle Levels of Evidence te gebruiken. 3.4 Data-analyse Bij het literatuuronderzoek werden de volgende stappen gebruikt: 1. Selectie aan de hand van de titel De relevantie van de gevonden artikels werd bepaald met behulp van de vooropgestelde in- en exclusiecriteria. Indien de titel als relevant of mogelijk relevant geacht werd, werd het abstract gelezen. 2. Abstracts beoordelen Net zoals bij de eerste stap, werden de abstracts op dezelfde manier beoordeeld, namelijk aan de hand van de in- en exclusiecriteria. 26

27 3. Artikelen beoordelen De artikelen die zowel bij stap 1 als bij stap 2 als relevant of mogelijk relevant werden geacht, werden gelezen. Relevante artikelen werden toegevoegd en benut bij de literatuurstudie. 3.5 Mening van experts Als toevoeging van de literatuurstudie werd het opgestelde stroomschema aan de hand van de resultaten opgestuurd naar enkele logopedisten. Het doel hiervan was om erachter te komen wat hun mening is ten opzichte van het voorgestelde behandelplan in het stroomschema. Dit behoort dus tot level 5 uit de levels of evidence, namelijk expert opinie (Lemmens, 2012). Via LinkedIn, een online sociaal netwerk dat gericht is op vakmensen, werd in de groep logopedie gevraagd welke logopedisten mee wilden werken. Wanneer zij aangaven mee te willen doen, werden per het schema en de belangrijkste bevindingen uit de literatuur opgestuurd. Ook hielp Inge Frankort, opdrachtgever en inhoudelijk begeleidster, met het versturen van s. Daarbij werden nog enkele richtvragen meegestuurd: - Welke aanpak gebruikt u bij de behandeling van meertalige kinderen en waarop is dit gebaseerd? (bijv. ervaring, literatuur, bijscholingen)? - Welke onderdelen uit het schema/bevindingen uit de literatuur komen overeen met uw manier van werken en/of wat komt niet overeen? - Heeft u het idee dat het schema beperkingen heeft of aanvullingen nodig heeft (bijv. concreetheid, iets dat ontbreekt)? - Zou het schema volgens u in de praktijk gebruikt kunnen worden? Waarom wel of niet? Per vraag werden de antwoorden met elkaar vergeleken. Er werd bekeken of de antwoorden van logopedisten overeenkwamen met elkaar en met de gevonden literatuur. In paragraaf worden de resultaten hiervan samenvattend beschreven. Het schema werd dus niet aangepast naar aanleiding van de reacties van logopedisten, aangezien dit niet bij de doelen van deze bachelorthesis behoorde. 27

28 4. RESULTATEN 4.1 Resultaten databanken en tijdschriften De eerste tabel bevat de resultaten uit de doorzochte databanken. In deze tabel zijn slechts de databanken en zoektermen opgenomen die resultaten brachten. De tabel geeft de databank, de zoekterm, het aantal treffers, de gelezen abstracts, de mogelijk relevante artikelen en de relevante artikelen weer. Alleen de zoektermen waarbij relevante artikelen werden gevonden, zijn in het schema opgenomen. Databank Zoekterm Aantal treffers Pubmed Bilingual AND primary language impairment 104 Gelezen abstracts 12 Mogelijk relevante artikelen 8 Relevante artikelen 5 Multilingual AND communication disorder AND children ScienceDirect Bilingual AND SLI Google Scholar DiZ Bilingual development AND SLI (limitation: , excl. citaten) Language disorder AND bilingual AND children (al gevonden via Pubmed) (2 al gevonden via Pubmed) 2 1 Tabel 4: Resultaten databanken De volgende tabel bevat de gevonden artikelen uit de vaktijdschriften in het tijdschriftenarchief van Zuyd Hogeschool. Er werd gezocht naar relevante artikelen die 28

29 aansloten bij de hoofdvraag. De zoektermen van de databankenresearch werden hierbij in het achterhoofd gehouden. De tabel geeft ook hier het vaktijdschrift, het aantal gevonden artikelen, de gelezen abstracts, mogelijk relevante artikelen en de relevante artikelen die ook gebruikt werden voor de literatuurstudie. Tijdschrift Aantal artikelen Gelezen abstracts Mogelijk relevante artikelen Communicatie Folia Phoniatrica et Logopaedica Forum Logopädie Journal of speech, language and hearing research Logopedie (VVL) Logopedie & Foniatrie Tijdschrift voor logopedie & audiologie Van Horen Zeggen Tabel 5: Resultaten vaktijdschriften Relevante artikelen Naast de handsearch en de databankenresearch werden via de referentiesearch nog 2 relevante literatuurbronnen gevonden. Uit de s met experts werd nog één artikel gevonden dat relevant was. De volgende bronnen zijn gebruikt bij het onderzoek: Auteur(s) Titel Jaar Barron-Hauwaert, Language strategies for bilingual families. The oneparent-one-language 2004 S. approach. Blumenthal, M. Meertalige ontwikkeling. Adviezen over meertalige

30 Dahany Ebert, K., Rentmeester- Disher, J., Kohnert, K. Dahany Ebert, K., Kohnert, K., Pham, G., Rentmeester Disher, J. & Payesteh, B. De Houwer, A. De Houwer, A. Genesee, F., Paradis, J. & Crago, M. International Association of Logopedics and Phoniatrics (IALP) Jordaan, H. opvoeding bij een auditief/communicatieve beperking Nonlinguistic cognitive treatment for bilingual children with primary language impairment. Three Treatments for Bilingual Children With Primary Language Impairment: Examining Cross- Linguistic and Cross-Domain Effects. Input, context and early child bilingualism: implications for clinical practice. Parental language input patterns and children s bilingual use. Dual Language Development and Disorders. A Handbook on Bilingualism and Second Language Learning Recommendations for Working with Bilingual Children Clinical Intervention for Bilingual Children: An 2008 International Study Julien, M. Taalstoornissen bij meertalige kinderen. Diagnose en 2008 behandeling. Kohnert K, Derr A. Language intervention with bilingual children 2004 Kohnert, K. et al. Three treatments for bilingual children with primary language impairment: Examining cross-linguistic and cross-domain effects Kohnert, K. et al. Kohnert, K. Language, Intervention With Linguistically Diverse Preschool Children: A Focus on Developing Home Language(s) Bilingual children with primary language impairment: Issues, evidence and implications for clinical actions Montanari, E.B. Hoe kinderen meertalig opgroeien Paradis, J. The interface between bilingual development and 2010 specific language impairment Pickl, G. Communication Intervention in Children with Severe Disabilities and Multilingual Backgrounds: Perceptions of Pedagogues and Parents 2011 Paradis, J. Bilingual children with specific language 2007 impairment: Theoretical and applied issues Scharff Rethfeldt, Kindliche Mehrsprachigkeit. Grundlagen und Praxis

31 W. der sprachtherapeutischen Intervention Schneider, K. & Effectieve therapieën bij specifieke Taschenmacher, S. taalontwikkelingsstoornissen een aanzet tot evidence based handelen. Thordardottir, E. Towards evidence-based practice in language intervention for bilingual children Weert, M. van. Logopedie en meertaligheid. Meer moeilijkheden of meer uitdaging?: Een onderzoek naar de knelpunten binnen logopedie en meertaligheid Tabel 6: Gebruikte literatuur 4.2. Resultaten onderzoeksvraag De vraag uit het logopedisch werkveld is: wanneer neem je een meertalig kind wel in behandeling en wanneer niet? Op deze vraag bestaat nog geen eenduidig antwoord. Hetzelfde geldt in Duitsland: Es gibt keine eindeutige Antwort auf die Frage, wann genau ein mehrsprachiges Kind logopädische Therapie braucht und wann nicht. (Scharff Rethfeldt, 2013, p.164). Ook in andere Europese landen speelt deze problematiek. Logopedisten beslissen vaak op basis van hun eigen kennis, achtergrond en ervaring, en minder op basis van literatuur, of zij wel of geen therapie geven en welke. Dit geldt ook voor eentalige taaltherapie (Schneider et al, 2014). Daarnaast zijn sommige adviezen niet altijd gebaseerd op wetenschappelijk bewijsmateriaal. Wanneer er bijvoorbeeld in één huishouden twee talen worden gesproken en het kind een taalstoornis heeft, wordt vaak geadviseerd om maar één taal thuis te spreken. Dergelijke overtuigingen zijn gebaseerd op eigen gezond verstand in plaats van literatuur (Paradis, 2007). Tot op heden is er een gebrek aan wetenschappelijk bewijs voor de behandeling van meertalige kinderen met een taalstoornis (Dahany, Ebert, Kohnert, Pham, Rentmeester Disher & Payesteh, 2014). Kohnert, Dongsun, Nett, Kan & Duran (2005) geven verschillende redenen waarom de uitdaging in het helpen van jonge meertalige kinderen zo groot is. Ten eerste is de literatuur over zowel de normale ontwikkeling van de thuistaal als van de tweede taal (van de gemeenschap) schaars. Er wordt gesteld dat als de kennis over de normale meertalige ontwikkeling niet helder is, het implementeren van interventieprogramma s voor meertalige kinderen met een vermoedelijke taalachterstand een ontmoedigende taak is. Een tweede reden is dat er maar weinig 31

32 middelen beschikbaar zijn die de logopedist helpen bij het maken van een beslissing bij deze populatie, in het bijzonder als het gaat om de planning en uitvoering van interventieprogramma s. In Engeland zijn door de IALP-stichting enkele richtlijnen tot stand gekomen die handvatten geven voor de omgang met deze populatie (Multilingual Affairs Committee of IALP, 2006). Deze stichting heeft enkele suggesties gedaan voor het werken met kinderen in gemeenschappen met verschillende talen en culturen waarbij sprake is van spraak- en taalmoeilijkheden of stoornissen. Deze kinderen kunnen tweetalige, meertalige of eentalige sprekers van een minderheidstaal zijn. In deze richtlijn (Multilingual Affairs Committee of IALP, 2006) staan ook enkele richtlijnen met betrekking tot de behandeling en ouderbegeleiding. De richtlijnen zullen, naast de andere bevindingen, in deze bachelorthesis terug te vinden zijn. Net als bij eentalige taaltherapie moet het uitgangspunt van iedere behandeling de totale ontwikkeling van het kind zijn. De behandeling van de taalontwikkelingsstoornis moet niet gericht zijn op één aspect, bijvoorbeeld woordenschat, maar op het totale functioneren van het kind. Wanneer er vanuit dit oogpunt behandeld wordt, zal het kind een positiever zelfbeeld krijgen en meer communicatieve mogelijkheden (van den Dungen & Verboog, 1991). Daarnaast moeten de achtergrond en afkomst van het kind in het achterhoofd worden gehouden. Verschillen in cultuur spelen namelijk ook een rol in de behandeling van meertalige kinderen. Meer hierover staat beschreven in paragraaf Logopedisten moeten altijd de behoeften van het kind als uitgangspunt nemen tijdens de therapie. Het grote doel van de therapie is namelijk dat het kind zich communicatief beter kan uiten en het dus meer communicatieve mogelijkheden heeft, wat uiteindelijk ook meespeelt in zijn/haar zelfbeeld (Julien, 2008). Effectieve therapie is dus tijdig nodig om de mogelijke negatieve langetermijngevolgen te verbeteren (Kohnert & Derr, 2004). 32

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor.

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor. Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.

Nadere informatie

Meer talen, meer culturen, meer kansen voor iedereen!

Meer talen, meer culturen, meer kansen voor iedereen! column voor www.tolkinfo.nl. Meer talen, meer culturen, meer kansen voor iedereen! door Dr. Antje Orgassa, docent logopedie, taalwetenschapper, ervaringsdeskundige In deze bijdrage komt aan de orde dat

Nadere informatie

Audiologisch centrum, spraaktaalteam

Audiologisch centrum, spraaktaalteam TOS en Meertaligheid Onderwijsdag 25 mei 2016 Maaike Diender, klinisch linguïst Els de Jong, teamleider spraaktaalteam/logo-akoepedist Audiologisch centrum, spraaktaalteam Gehooronderzoek Logopedisch onderzoek

Nadere informatie

Wat is een specifieke taalontwikkelingsstoornis? dr Ellen Gerrits, logopedist Congres TaalStaal 9 november 2012 Koninklijke Auris Groep

Wat is een specifieke taalontwikkelingsstoornis? dr Ellen Gerrits, logopedist Congres TaalStaal 9 november 2012 Koninklijke Auris Groep Wat is een specifieke taalontwikkelingsstoornis? dr, logopedist Congres 9 november 2012 Koninklijke Auris Groep Over welke kinderen praten we vandaag? Engels: Specific Language Impairment: Is SLI wel zo

Nadere informatie

Taalontwikkeling in een meertalige context

Taalontwikkeling in een meertalige context Taalontwikkeling in een meertalige context Informatiebrochure voor ouders Code maakt deel uit van de Groep Gezondheid & Welzijn van Lessius Proces van tweedetaalverwerving 1 Verantwoording Als expertisecentrum

Nadere informatie

Taalontwikkeling in een meertalige context

Taalontwikkeling in een meertalige context Taalontwikkeling in een meertalige context Informatiebrochure voor hulpverleners Code maakt deel uit van de Groep Gezondheid & Welzijn van Lessius Meertalige spraak- en taalverwerving 1 Inleiding Heel

Nadere informatie

Uitdagingen bij de diagnostiek van spraaktaalstoornissen bij meertalige kinderen

Uitdagingen bij de diagnostiek van spraaktaalstoornissen bij meertalige kinderen Uitdagingen bij de diagnostiek van spraaktaalstoornissen bij meertalige kinderen door Manuela Julien, logopedist & klinisch linguïst 19 maart 2009 Overzicht Taalachterstand, taalstoornis, nog beperkte

Nadere informatie

Kan een kind meer talen

Kan een kind meer talen Kan een kind meer talen...ook als het een auditieve of co Meertaligheid is geen oorzaak van taalstoornissen de één is er beter in dan de ander dat geldt ook voor kinderen met een zintuiglijke, communicatieve,

Nadere informatie

Meertaligheid: misverstanden en vooroordelen

Meertaligheid: misverstanden en vooroordelen MEERTALIGHEID: DEFINITIES MEERTALIGHEID: MISVERSTANDEN EN VOOROORDELEN WEERLEGD Team Taal en meertaligheid Perfecte beheersing van de verschillende talen Het afwisselend kunnen gebruiken van meer dan één

Nadere informatie

Anamnese Meertalige Kinderen

Anamnese Meertalige Kinderen Anamnese Meertalige Kinderen Intervisiewerkgroep Meertalige kinderen Deze anamneselijst staat gratis ter beschikking op www.sig-net.be in PDF-formaat en is ook beschikbaar in het Frans, Engels, Spaans,

Nadere informatie

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A Individueel verslag de Reus klas 4A Overzicht en tijdsbesteding van taken en activiteiten 3.2 Wanneer Planning: hoe zorg je ervoor dat het project binnen de beschikbare tijd wordt afgerond? Wat Wie Van

Nadere informatie

RICHTLIJN DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING VAN AFASIE

RICHTLIJN DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING VAN AFASIE RICHTLIJN DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING VAN AFASIE Samenvatting versie voor mensen met afasie en naasten Afasie is een taalstoornis, geen intelligentiestoornis Juli 2017 1 van 23 Inhoud Inleiding... 3 H1:

Nadere informatie

Diagnostiek van taalstoor nissen bij meertalige kinderen

Diagnostiek van taalstoor nissen bij meertalige kinderen Charlotte Mostaert 1, Hilde De Smedt 2 en Hilde Roeyers 3 Diagnostiek van taalstoor nissen bij meertalige kinderen Het aantal meertalige kinderen in de logopedische praktijk neemt toe. Heel wat logopedisten

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid

Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid In te vullen door: school (leerkracht/ib er) in overleg met ouders, eventueel met iemand die als tolk kan fungeren. Als er bij kinderen voor wie Nederlands

Nadere informatie

Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid

Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid 170185/1536 April 2017 Checklist: Lees- en spellingproblemen en meertaligheid In te vullen door: school (leerkracht/ib er) in overleg met ouders, eventueel met iemand die als tolk kan fungeren. Als er

Nadere informatie

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE Drs. Willemke Stilma Docent verpleegkunde HvA Mede met dank aan dr. Anne Eskes 1 INHOUD 5 stappen EBP Formuleren van een klinische vraagstelling PICO Zoekstrategie

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Toelichting bij de criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een

Nadere informatie

Meertaligheid en TOS

Meertaligheid en TOS Meertaligheid en TOS Overeenkomsten, risicofactoren en behandeling Else van den Beukel Studentnummer: 4022637 20 juni 2016 Universiteit Utrecht Eindwerkstuk NE3VD11017 Bachelor Nederlandse taal en cultuur,

Nadere informatie

Deel 1 Gebruik van het computerprogramma Behandeldoelen tos. 2 Stappen bij het opstellen van een behandelplan 29

Deel 1 Gebruik van het computerprogramma Behandeldoelen tos. 2 Stappen bij het opstellen van een behandelplan 29 Inhoud Inleiding 15 Deel 1 Gebruik van het computerprogramma Behandeldoelen tos 1 Het computerprogramma 23 1.1 Inleiding 23 1.2 Doel van het computerprogramma Behandeldoelen tos 23 1.3 Doelgroep en gebruikers

Nadere informatie

Diagnostiek en behandeling

Diagnostiek en behandeling Diagnostiek en behandeling Hans Kaffener Diagnostiek en behandeling Kennismaking met de Doelgroep TOS in theorie en in beleving Wat biedt Kentalis diagnostiek en behandeling Hoe kom je bij Kentalis? verwijsmogelijkheden

Nadere informatie

17-5-2014 GEFELICITEERD! Evidence-based logopedie. Evidence-based logopedie: 10 jaar! Taakverdeling. Wat ben jij? @hannekekalf

17-5-2014 GEFELICITEERD! Evidence-based logopedie. Evidence-based logopedie: 10 jaar! Taakverdeling. Wat ben jij? @hannekekalf Evidence-based logopedie - wat is er in 10 jaar veranderd? GEFELICITEERD! Dr. Hanneke Kalf hanneke.kalf@radboudumc.nl www.hannekekalf.nl @hannekekalf 15 mei 2014 @hannekekalf Evidence-based logopedie:

Nadere informatie

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de SAMENVATTING Er is onderzoek gedaan naar de manier waarop kinderen van 6 8 jaar het best kunnen worden geïnterviewd over hun mening van de buitenschoolse opvang (BSO). Om hier antwoord op te kunnen geven,

Nadere informatie

Meertaligheid kan meerwaarde hebben wat moeten we daarvoor doen?

Meertaligheid kan meerwaarde hebben wat moeten we daarvoor doen? Meertaligheid kan meerwaarde hebben wat moeten we daarvoor doen? Paul Leseman 16 juni 2014 Nederlands of de eigen taal? Is meertaligheid goed of slecht? Wat moet je als ouders doen, als jezelf een andere

Nadere informatie

primaire taalontwikkelingsstoornis

primaire taalontwikkelingsstoornis ARTIKELEN Het ontwarren van tweetaligheid en een primaire taalontwikkelingsstoornis (SLI) is geen makkelijke klus Tweetaligheid is een belangrijk onderwerp in het veld van onderwijs en zorg. In het vorige

Nadere informatie

Meertaligheid en taalstoornissen. Jan de Jong Universiteit van Amsterdam

Meertaligheid en taalstoornissen. Jan de Jong Universiteit van Amsterdam Meertaligheid en taalstoornissen Jan de Jong Universiteit van Amsterdam Diagnostisch dilemma In veel onderzoek: oppervlakkige overeenkomst tussen eentalige kinderen met SLI en tweetalige kinderen zonder

Nadere informatie

Ik heb vragen rond 'expressieve taalstoornis' of 'taalstoornis' alleen en begon nu wat te twijfelen of dat synoniemen zijn voor dysfasie of niet.

Ik heb vragen rond 'expressieve taalstoornis' of 'taalstoornis' alleen en begon nu wat te twijfelen of dat synoniemen zijn voor dysfasie of niet. Vraag In de aanloop naar volgend schooljaar krijgen we heel wat vragen rond de type 7 taal-spraak groep. Onder andere over welke 'termen' ok of niet ok zijn ifv opmaak gemotiveerd verslag / verslag. Ik

Nadere informatie

Ouderschap in Ontwikkeling

Ouderschap in Ontwikkeling Ouderschap in Ontwikkeling Ouderschap in Ontwikkeling. De kracht van alledaags ouderschap. Carolien Gravesteijn Ouderschap in Ontwikkeling. De kracht van alledaags ouderschap. Carolien Gravesteijn Ouderschap

Nadere informatie

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Handleiding Voltijd Jaar 3 Studiejaar 2015-2016 Stage-opdrachten Tijdens stage 3 worden 4 stage-opdrachten gemaakt (waarvan opdracht 1 als toets voor de

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 2 onderwijs

Logopedie in het cluster 2 onderwijs Logopedie in het cluster 2 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement gaat over de logopedische

Nadere informatie

Taalontwikkeling van het meertalige kind 24/09/2013

Taalontwikkeling van het meertalige kind 24/09/2013 EXPERTISEGEBIEDEN Code slaat de brug tussen wetenschappelijk onderzoek en hulp- en dienstverlening op het vlak van: TAALONTWIKKELING VAN HET MEERTALIGE KIND Lezen, spellen en dyslexie Rekenen en dyscalculie

Nadere informatie

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts EBM Wetenschappelijke uitkomsten uit klinisch relevant prognostisch, diagnostisch en therapeutisch onderzoek. Kennis, ervaring, persoonlijke waarden en verwachtingen van de dokter zelf. De individuele

Nadere informatie

Uitgegeven: 3 februari 2010. 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN

Uitgegeven: 3 februari 2010. 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN Uitgegeven: 3 februari 2010 2010, no. 10 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN BELEIDSREGEL voor het verkrijgen van een partiële ontheffing voor het vak Fries in het primair en voortgezet onderwijs in de provincie

Nadere informatie

Leeswijzer evidence summaries logopedische behandeling

Leeswijzer evidence summaries logopedische behandeling Leeswijzer evidence summaries logopedische behandeling Inge Zoutenbier, Lotte Versteegde, Jenta Sluijmers, Ingrid Singer en Ellen Gerrits (2016) 1 In opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie

Nadere informatie

Onderzoek Zuid-Afrika

Onderzoek Zuid-Afrika Onderzoek Zuid-Afrika Tweede taalverwerving en tweede taalonderwijs Engels als tweede taal in het basisonderwijs Naam: Kimberly Vermeulen Studentnummer: S1077859 Klas: PLV3B Minor: Internationalisering

Nadere informatie

Diagnostiek van taalstoornissen bij meertalige kinderen

Diagnostiek van taalstoornissen bij meertalige kinderen Diagnostiek van taalstoornissen bij meertalige kinderen Manuela Julien logopedist & linguïst 30 september 2011 Overzicht 1. Terminologie 2. Uitdagingen 3. Valkuilen 4. Aanpak M. Julien, 30 september 2011

Nadere informatie

Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma

Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma Nederlandse samenvatting Tweetaligheid en cognitie: de verwerving van het Fries en het Nederlands Deze dissertatie is het resultaat

Nadere informatie

AUDIOLOGISCH CENTRUM HOLLAND NOORD ALKMAAR. Het AC als centrum voor Spraaktaaldiagnostiek

AUDIOLOGISCH CENTRUM HOLLAND NOORD ALKMAAR. Het AC als centrum voor Spraaktaaldiagnostiek AUDIOLOGISCH CENTRUM HOLLAND NOORD ALKMAAR Het AC als centrum voor Spraaktaaldiagnostiek Het spraaktaalteam van het ACHN Multidisciplinair team bestaat uit: Gedragswetenschappers (orthopedagogen/psychologen)

Nadere informatie

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL Wat ben ik? Wat staat bovenaan m n verlanglijst? Het programma: van pingpongen

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 4 onderwijs

Logopedie in het cluster 4 onderwijs Logopedie in het cluster 4 onderwijs mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement richt zich op de

Nadere informatie

Logopedie en apps. Apps binnen de logopedische therapie bij kinderen. Kennis in Bedrijf 27 november 2014. Ilse Hoeben

Logopedie en apps. Apps binnen de logopedische therapie bij kinderen. Kennis in Bedrijf 27 november 2014. Ilse Hoeben Logopedie en apps Apps binnen de logopedische therapie bij kinderen Kennis in Bedrijf 27 november 2014 Ilse Hoeben MSc en Logopedist Docent opleiding logopedie Technologie 27 november 2014 2 Invloed digitale

Nadere informatie

De Klinisch Linguïst. Specialist in. Taalontwikkelingsstoornissen Verworven taalstoornissen

De Klinisch Linguïst. Specialist in. Taalontwikkelingsstoornissen Verworven taalstoornissen De Klinisch Linguïst Specialist in Taalontwikkelingsstoornissen Verworven taalstoornissen Copyright Vereniging voor Klinische Linguïstiek (VKL) April 2000 Secretariaat: Vereniging voor Klinische Linguïstiek

Nadere informatie

Omgaan met. meer- en anderstaligheid. op school

Omgaan met. meer- en anderstaligheid. op school Omgaan met meer- en anderstaligheid op school Omgaan met meer- en anderstaligheid op school 1 Basisvoorwaarden Een school die goed weet om te gaan met meer-/anderstaligheid neemt een open houding aan tegenover

Nadere informatie

Meertaligheid: Hoe werkt dat?

Meertaligheid: Hoe werkt dat? De Afûk, de organisatie die als doelstelling heeft om de kennis en het gebruik van de Friese taal en de belangstelling voor Friesland te bevorderen, heeft in 2007 Talen kleuren je leven uitgebracht. In

Nadere informatie

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl Inhoudsopgave: 1. Inleiding 1.1 Een vervelende ervaring of de kroon op je studie? 1.2 Hoe dit boekje te gebruiken 2. Het begin 2.1 De gouden basisregels 2.2 Het kiezen van een onderwerp 3. Onderzoeksopzet

Nadere informatie

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding Gebruikswijzer P- Reviews: Hoe kunnen de Reviews op een nuttige manier geïntegreerd worden in de lerarenopleiding? In deze gebruikswijzer bekijken we eerst een aantal mogelijkheden tot implementatie van

Nadere informatie

Meertalige ontwikkeling Adviezen voor ouders van kinderen met een auditieve / communicatieve beperking die in een meertalige omgeving wonen

Meertalige ontwikkeling Adviezen voor ouders van kinderen met een auditieve / communicatieve beperking die in een meertalige omgeving wonen Meertalige ontwikkeling Adviezen voor ouders van kinderen met een auditieve / communicatieve beperking die in een meertalige omgeving wonen Door: Mirjam Blumenthal Projectleider CLD M.Blumenthal@effathaguyot.nl

Nadere informatie

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Taalstimulering voor kinderen en volwassenen Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Enkele stellingen Taalontwikkeling 1. Voortalige fase: van 0 tot 1 jaar 2. Vroegtalige fase: van 1 tot 2,5 jaar Eentalige

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

NARRATIEVE VAARDIGHEDEN VAN SUCCESSIEF MEERTALIGE ARABISCH-NEDERLANDSE KINDEREN IN VERGELIJKING MET EENTALIGE KINDEREN: EEN PILOOTSTUDIE

NARRATIEVE VAARDIGHEDEN VAN SUCCESSIEF MEERTALIGE ARABISCH-NEDERLANDSE KINDEREN IN VERGELIJKING MET EENTALIGE KINDEREN: EEN PILOOTSTUDIE VAKGROEP SPRAAK-, TAAL- EN GEHOORWETENSCHAPPEN NARRATIEVE VAARDIGHEDEN VAN SUCCESSIEF MEERTALIGE ARABISCH-NEDERLANDSE KINDEREN IN VERGELIJKING MET EENTALIGE KINDEREN: EEN PILOOTSTUDIE drs. Daelman Julie,

Nadere informatie

SECTORWERKSTUK 2013-2014

SECTORWERKSTUK 2013-2014 SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,

Nadere informatie

Betekenis van vaderschap

Betekenis van vaderschap Betekenis van vaderschap Conferentie vader-empowerment G.O.Helberg Kinder-en Jeugdpsychiater Materiaal ontleed aan onderzoek: Prof. dr. Louis Tavecchio Afdeling POWL, Universiteit van Amsterdam Een paar

Nadere informatie

Zoeken naar evidence

Zoeken naar evidence Zoeken naar evidence Faridi van Etten-Jamaludin Clinical librarian Medische Bibliotheek AMC 2 december 2008 Evidence Based Practice? Bij EBP worden klinische beslissingen genomen op basis van het best

Nadere informatie

Wat is meertaligheid. Wat is meertaligheid. Enkele begrippen. Meertaligheid in cijfers

Wat is meertaligheid. Wat is meertaligheid. Enkele begrippen. Meertaligheid in cijfers Kinderen en hun ouders ondersteunen in het proces van meertalige taalontwikkeling Focus op de thuistaal Hilde De Smedt Wat is meertaligheid Individuen worden MEERTALIG genoemd als ze de competentie hebben

Nadere informatie

Charter voor onderzoek en behandeling van spraak-, taal- en communicatieproblemen bij de ziekte van Huntington Versie voor logopedisten

Charter voor onderzoek en behandeling van spraak-, taal- en communicatieproblemen bij de ziekte van Huntington Versie voor logopedisten Charter voor onderzoek en behandeling van spraak-, taal- en communicatieproblemen bij de ziekte van Huntington Versie voor logopedisten ONDERZOEK Voorwaarden bij onderzoek: Vroegtijdig starten Uitgebreid

Nadere informatie

Schema Afasie. 1 De logopedist neemt bij het vermoeden van een afasie de ScreeLing af, bij voorkeur binnen een week na de beroerte.

Schema Afasie. 1 De logopedist neemt bij het vermoeden van een afasie de ScreeLing af, bij voorkeur binnen een week na de beroerte. Schema Afasie Stap Methodisch handelen nr. Uitgangsvraag nr. Aanbeveling Verwijzing en aanmelding 3 Welke invloed hebben duur en intensiteit van afasietherapie op het herstel van de afasie? 11 De logopedist

Nadere informatie

Wereldstemdag, Uden Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? 16 april 2015. (c) Hanneke Kalf 1. Evidence-based handelen: richtlijnen of niet?

Wereldstemdag, Uden Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? 16 april 2015. (c) Hanneke Kalf 1. Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? Handout: downloadbaar via http://www.hannekekalf.nl/ebp @hannekekalf dr. Hanneke Kalf hanneke.kalf@radboudumc.nl www.hannekekalf.nl @hannekekalf Afdeling Revalidatie:

Nadere informatie

Wereldstemdag, Uden Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? 16 april 2015. (c) Hanneke Kalf 1. Evidence-based handelen: richtlijnen of niet?

Wereldstemdag, Uden Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? 16 april 2015. (c) Hanneke Kalf 1. Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? Evidence-based handelen: richtlijnen of niet? Handout: downloadbaar via http://www.hannekekalf.nl/ebp @hannekekalf dr. Hanneke Kalf hanneke.kalf@radboudumc.nl www.hannekekalf.nl @hannekekalf Afdeling Revalidatie:

Nadere informatie

Therapiekeuze bij verstaanbaarheidsproblemen. Waarom dit onderwerp? Goed nieuws! Therapiekeuze bij verstaanbaarheidsproblemen

Therapiekeuze bij verstaanbaarheidsproblemen. Waarom dit onderwerp? Goed nieuws! Therapiekeuze bij verstaanbaarheidsproblemen Therapiekeuze bij verstaanbaarheidsproblemen Regiodag logopedie 27 mei 2014 Waarom dit onderwerp? Maaike Diender Klinisch linguïst Audiologisch centrum Alkmaar: ACHN Kinderen 2-5 jaar, 2010-2013 Geen spraakproductieprobleem

Nadere informatie

SCHEMA AFASIE. Stap Methodisch handelen nr. Uitgangsvraag nr. Aanbeveling

SCHEMA AFASIE. Stap Methodisch handelen nr. Uitgangsvraag nr. Aanbeveling SCHEMA AFASIE Stap Methodisch handelen nr. Uitgangsvraag nr. Aanbeveling Verwijzing en aanmelding 3 Welke invloed hebben duur en intensiteit van afasietherapie op het herstel van de afasie? 4 Wat is voor

Nadere informatie

WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE?

WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE? WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE? Onderwerp: Hoe lees ik een wetenschappelijk artikel? Marjolein Snaterse, docent/onderzoeker Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam TOCH MAAR WEER: EVIDENCE BASED PRACTICE

Nadere informatie

SAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.

Nadere informatie

Meertaligheid in een monoculturele schoolcontext Oprit 14 naar een schooltraject zonder snelheidsbeperkingen

Meertaligheid in een monoculturele schoolcontext Oprit 14 naar een schooltraject zonder snelheidsbeperkingen Meertaligheid in een monoculturele schoolcontext Oprit 14 naar een schooltraject zonder snelheidsbeperkingen Loes Vandenbroucke & Noël Clycq Oprit 14 onderzoek Doel: Verklaren van (problematische) schoolloopbanen

Nadere informatie

Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee

Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,

Nadere informatie

Uitgangsvragen en aanbevelingen

Uitgangsvragen en aanbevelingen Uitgangsvragen en aanbevelingen behorende bij de richtlijn Diagnostiek en Behandeling van afasie bij volwassenen. De aanbevelingen dienen te worden gelezen in relatie tot de tekst in de desbetreffende

Nadere informatie

De 7 stappen van een CAT

De 7 stappen van een CAT De 7 stappen van een CAT Patiënt (praktijk) Vertaalslag (expert) Wetenschap (literatuur) 1 klinisch scenario trefwoorden 2 klinische vraag 3 literatuur search 4 kritisch beoordelen artikel 7 bottom line

Nadere informatie

Auditieve verwerkingsproblemen

Auditieve verwerkingsproblemen Auditieve verwerkingsproblemen definitie, diagnostiek, (be)handelen Jessica van Herel de Frel Logopedist / spraak taalpatholoog Koninklijke Auris Groep, AC Rotterdam j.v.herel@auris.nl 19 april 2012 Inhoud

Nadere informatie

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Epidemiologie, preventie, diagnostiek,

Nadere informatie

TALEN JE LEVEN! Informatie over meertalig opvoeden voor ouders en opvoeders

TALEN JE LEVEN! Informatie over meertalig opvoeden voor ouders en opvoeders TALEN JE LEVEN! Informatie over meertalig opvoeden voor ouders en opvoeders Talen kleuren je leven! Groei je op met meer dan één taal? Kun je in verschillende situaties meer dan één taal gebruiken of spreken?

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving

Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving De relatie tussen leesvaardigheid en de ervaringen die een kind thuis opdoet is in eerder wetenschappelijk onderzoek aangetoond: ouders hebben een grote invloed

Nadere informatie

Jewish feelings, Jewish practice?

Jewish feelings, Jewish practice? Jewish feelings, Jewish practice? Kinderen uit gemengde relaties in Nederland Barbara Tanenbaum / Riki Kooyman [Nederlandse samenvatting] Juni 2014 Jewish feelings, Jewish practice? Kinderen uit gemengde

Nadere informatie

Handreiking door de vier Commissies van Onderzoek(CvO) van Instellingen voor dove of slechthorende leerlingen of leerlingen met een TOS 1

Handreiking door de vier Commissies van Onderzoek(CvO) van Instellingen voor dove of slechthorende leerlingen of leerlingen met een TOS 1 HANDREIKING TOS bij Meertaligheid: Doelgroep bepaling Handreiking door de vier Commissies van Onderzoek(CvO) van Instellingen voor dove of slechthorende leerlingen of leerlingen met een TOS 1 Een onderwijsarrangement

Nadere informatie

Logopedie in het cluster 3 onderwijs

Logopedie in het cluster 3 onderwijs Logopedie in het cluster 3 onderwijs mw. M. Boersma (NVLF) mw. E. Cox MA (NVLF) mw. E. Kunst-Verberne (NVLF) dhr. R. Nannes (NVLF) mw. M. Schulte (NVLF) 2 Aanleiding position statement Dit position statement

Nadere informatie

Voorbeeld adviesrapport MedValue

Voorbeeld adviesrapport MedValue Voorbeeld adviesrapport MedValue (de werkelijke naam van de innovatie en het ziektebeeld zijn verwijderd omdat anders bedrijfsgevoelige informatie van de klant openbaar wordt) Dit onafhankelijke advies

Nadere informatie

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Samenvatting Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Negen casestudies naar de verwerving van het Engels, Duits en Zweeds door volwassen moedertaalsprekers

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10. Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12

Inhoud. Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10. Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12 Inhoud Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10 Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12 1 Inleiding 14 1.1 Wat is evidence-based handelen? 14 1.2 Evidentie in de logopedie

Nadere informatie

Kinderen en hun ouders ondersteunen in het proces van meertalige taalontwikkeling.

Kinderen en hun ouders ondersteunen in het proces van meertalige taalontwikkeling. Kinderen en hun ouders ondersteunen in het proces van meertalige taalontwikkeling www.talesathome.eu Advancements www.talesathome.eu MEERTALIGE GEZINNEN Thuistalen Integratietalen Ouders kinderen Ruimere

Nadere informatie

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl Inhoudsopgave: 1. Inleiding 1.1 Een vervelende ervaring of de kroon op je studie? 1.2 Hoe dit boekje te gebruiken 2. Het begin 2.1 De gouden basisregels 2.2 Het kiezen van een onderwerp 3. Onderzoeksopzet

Nadere informatie

MEERTALIGHEID: EEN TROEF! MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016

MEERTALIGHEID: EEN TROEF! MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016 MEERTALIGHEID: EEN TROEF! { MARS Studiedag VAC Gent 19 oktober 2016 Oefening: mijn gevoelens over taal! Wat roept een bepaalde taal bij jou op? Welke invloed heeft ze op jou? Hecht je er een emotionele

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als

Nadere informatie

Meertalige kleuters met en zonder TOS

Meertalige kleuters met en zonder TOS Meertalige kleuters met en zonder TOS AUTEURS LIESBETH SCHLICHTING Orthopedagoog, onafhankelijk onderzoeker Het maatschappelijk leven in Nederland richt zich steeds meer op meertalige groepen. Dat geldt

Nadere informatie

Onderzoeksagenda Kinderrevalidatie

Onderzoeksagenda Kinderrevalidatie De 12 belangrijkste vragen van ouders aan onderzoekers 1. Welke vroege interventies kunnen structurele beperkingen en latere problemen voorkomen of minimaliseren? 2. Welke factoren dragen het meest bij

Nadere informatie

Introductie stage-scriptie combi. Orthopedagogiek G&G, 25 augustus 2011

Introductie stage-scriptie combi. Orthopedagogiek G&G, 25 augustus 2011 Introductie stage-scriptie combi Orthopedagogiek G&G, 25 augustus 2011 Welkom toekomstige Scientist-Practitioners Achtergrond Vanuit Orthopedagogiek:GenG steeds meer accent op scientist-practitioner model

Nadere informatie

Zorg. Omdat een andere blik je leven verrijkt

Zorg. Omdat een andere blik je leven verrijkt Zorg vanuit bekeken Omdat een andere blik je leven verrijkt Je kind heeft autisme Je kind blijkt autisme te hebben. Waarschijnlijk had je al langere tijd een vermoeden. Ouders weten vaak al vroeg dat hun

Nadere informatie

Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen.

Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen. Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen. Anita Hütten / T ik BV, Veghel 2012 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

Voorwoord. Veel succes met de schrijftraining! Amsterdam, februari 2012. Freek Bakker Joke Olie. 6 Voorwoord

Voorwoord. Veel succes met de schrijftraining! Amsterdam, februari 2012. Freek Bakker Joke Olie. 6 Voorwoord Voorwoord Schrijven op B2 is een takenboek dat hulp biedt bij de training in het schrijven van korte en langere teksten in het Nederlands, die geschreven moeten worden op het Staatsexamen NT2 II. Schrijven

Nadere informatie

1. ONDERZOEK. Voorwaarden bij onderzoek:

1. ONDERZOEK. Voorwaarden bij onderzoek: Charter voor onderzoek en behandeling van spraak-, taal- en communicatieproblemen bij de ziekte van Huntington Versie voor zorgmedewerkers, mantelzorgers en patiënten 1. ONDERZOEK Voorwaarden bij onderzoek:

Nadere informatie

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Amsterdam School of Health Professionals / HvA Amsterdam Kwaliteit en Proces Innovatie / AMC Amsterdam Goede zorg Effectief Doelmatig Veilig Tijdig Toegankelijk

Nadere informatie

TAALSTOORNIS KINDEREN: PROBLEMEN MET DE PRODUCTIE VAN SPRAAKKLANKEN

TAALSTOORNIS KINDEREN: PROBLEMEN MET DE PRODUCTIE VAN SPRAAKKLANKEN INFORMATIE VOOR OUDERS/VERZORGERS TAALSTOORNIS KINDEREN: PROBLEMEN MET DE PRODUCTIE VAN SPRAAKKLANKEN Meertaligheid en fonologische stoornis TAALSTOORNIS KINDEREN: PROBLEMEN MET DE PRODUCTIE VAN SPRAAKKLANKEN

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen SAMENVATTING Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen klinische populaties, waaronder ook de Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD). Ook al wordt

Nadere informatie

Aantekeningen naar aanleiding van de workshop van Ellen Gerrits tijdens het congres TOS in Utrecht op 18 mei 2017

Aantekeningen naar aanleiding van de workshop van Ellen Gerrits tijdens het congres TOS in Utrecht op 18 mei 2017 Aantekeningen naar aanleiding van de workshop van Ellen Gerrits tijdens het congres TOS in Utrecht op 18 mei 2017 Kinderen met TOS zijn slimme kinderen die moeite hebben met praten en vertellen, en met

Nadere informatie

Leerlingenhandleiding

Leerlingenhandleiding Leerlingenhandleiding Afsluitende module Van Nature tot Metro Van Nature tot Metro Inleiding Onderzoekers publiceren het verslag van hun onderzoek in wetenschappelijke bladen die internationaal verschijnen.

Nadere informatie

Verpleegkundige dossierbesprekingen. Evidence-based practice voor de dagelijkse praktijk

Verpleegkundige dossierbesprekingen. Evidence-based practice voor de dagelijkse praktijk Verpleegkundige dossierbesprekingen Evidence-based practice voor de dagelijkse praktijk Agenda EBP in het AMC Verpleegkundige dossierbesprekingen Praktijkvoorbeeld EBP in de psychiatrie EBP is ook belangrijk

Nadere informatie

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1 Inhoud Voorwoord 1 0 Inleiding 1 1 1 Evidence-based diëtetiek: principes en werkwijze 1 3 Inleiding 1 3 1.1 Evidence-based diëtetiek 1 3 1.2 Het ontstaan van evidence-based handelen 1 5 1.3 Evidence-based

Nadere informatie

Meertalig opvoeden. Veronique de Vries Psychologe

Meertalig opvoeden. Veronique de Vries Psychologe Meertalig opvoeden Veronique de Vries Psychologe Wat: Opvoeders van kinderen tussen 0 en 12 jaar ondersteunen. Hoe: Adviesgesprekken, infomomenten, thuisbegeleiding, ouder- en kindtrainingen, dag- en/of

Nadere informatie

Samenvatting. Adviesaanvraag

Samenvatting. Adviesaanvraag Samenvatting Adviesaanvraag De afgelopen decennia is de omvang en het maatschappelijk belang van toezicht op de gezondheidszorg gegroeid. De introductie van marktwerking, de privatisering en de toenemende

Nadere informatie

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties Deel ; Conclusie Als je klaar bent met het analyseren van de onderzoeksresultaten, kun je beginnen met het opstellen van de conclusie(s), de eventuele discussie en het eventuele advies. In dit deel ga

Nadere informatie

Evidence Based Practice

Evidence Based Practice Hoe lees je als verpleegkundige een artikel? Anne-Margreet van Dishoeck en Marjolein Snaterse Namens de Werkgroep Wetenschappelijk onderzoek; Mattie Lenzen Ingrid Schiks Henri van de Wetering Ellen van

Nadere informatie