Veroordeeld tot verantwoordelijkheid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Veroordeeld tot verantwoordelijkheid"

Transcriptie

1 Departement Sociaal Werk Bachelor in het Sociaal Werk Veroordeeld tot verantwoordelijkheid Straftijd als persoonlijk traject CAMPUS Geel Marjan Beets Inge Claes Nathalie Cockx Dieter Mouchard Yanna Egaña Viteri Ellen Schepers Academiejaar

2 VOORWOORD Als laatstejaarsstudenten Sociaal Werk kregen we de kans om een gevangenisconcept voor de 21ste eeuw te bedenken. Dat dit een unieke kans en een grote uitdaging was, wisten we reeds voor we aan de slag gingen. We zijn zeer tevreden dat we deze unieke kans konden aangrijpen. Dit project was voor ons een hele ervaring. We kwamen in contact met personen uit het gevangeniswezen, bezochten verschillende instellingen, verdiepten ons in de problematiek en kwamen tot nieuwe inzichten. Dit project was qua moeilijkheid zeker niet te onderschatten. Vaak werden we gedwongen tot moeilijke keuzes en dilemma s waarbij we onze standpunten kritisch moesten beargumenteren. Bij het maken van deze keuzes werden we ondersteund door elkaar maar ook door een aantal andere personen die we via deze weg willen bedanken. Als eerste willen we onze seminariecoach, Gie Van den Eeckhaut, bedanken voor zijn steun, inbreng en begeleiding. Zijn betrokkenheid, enthousiasme, eerlijkheid en manier van aanpak hebben ons geholpen om tot dit eindresultaat te komen. Gedurende het hele proces bracht hij gerichte feedback, inspiratie en motivatie. Daarnaast willen we graag Paul Dauwe (gevangenisdirecteur van de Hulpgevangenis van Leuven) en Natalie Haeseldonckx (sociaal-cultureel werkster bij de Rode Antraciet) bedanken. Niet enkel omdat zij in onze stuurgroep zetelden, ons daar vakkundig advies en prikkelingen gaven maar ook voor het organiseren van de verschillende gevangenisbezoeken. Ook willen we graag de personen uit verschillende organisaties bedanken die we in het kader van ons seminarie mochten interviewen. Zij gaven ons informatie, nieuwe inzichten en advies om van dit werk een volwaardig geheel te maken. Daarbij gaat onze bijzondere appreciatie uit naar het gevangenismuseum te Merksplas. Tenslotte willen we onze familieleden en vrienden bedanken voor de morele steun tijdens deze periode. Dit seminarie zou zonder hun hulp niet de huidige vorm en inhoud hebben gekregen.

3 3 SAMENVATTING In de prille beginfase van dit seminarie werd er stil gestaan bij een groot vraagstuk dat het huidige detentiebeleid met zich meebrengt. Over de jaren heen is detentie al sterk geëvolueerd. Gaande van folteringen, religieuze afzondering, morele verbetering tot meer nadruk op humaniteit en herstel. Toch dient er aan detentie nog gesleuteld te worden. Dat maakt dat detentie een zeer actueel thema is geworden. Ontsnappingen, stakingen en overbevolking zijn enkele onderwerpen die hierbij opduiken. Het Ministerie van Justitie maakt plannen om nieuwe gevangenissen bij te bouwen. Sinds de nieuwbouw van de gevangenis van Hasselt wordt er gedebatteerd over hoe de nieuwe gevangenissen eruit moeten zien. Met dit seminarie streefden we naar de ontwikkeling van een nieuwe visie op detentie vanuit de bril van een sociaal werker. Er werd vertrokken van een wenselijke, realistische en kritische visie om de gevangenisstraf nuttiger en menselijker te maken. In samenwerking met studenten van de masteropleiding architectuur van de Artesis Hogeschool in Antwerpen zou onze visie vertaald worden naar een kwaliteitsvolle architectuur. Zo zou er dan gezocht worden naar een evenwicht in mensenrechten, straf en veiligheid. Dit zowel vanuit de visie van toekomstige architecten als vanuit de sociaal werkers. Om dit seminarie tot een goed einde te brengen, werd er gebruik gemaakt van een gedetailleerd literatuuronderzoek, ervaringsbezoeken in verschillende gevangenissen en interviews met alle actoren uit het leven rond een gevangenis. Hiermee werd een beeld gecreëerd van wat er leeft, welke behoeften, gebreken en pluspunten er zijn, welke personen er meespelen, Dit resulteerde in een weloverwogen seminarie waarin wordt gekeken naar de evolutie van detentie. Er werd gezocht naar een manier om een nieuwe visie op detentie te integreren binnen de evolutie, wetgeving, beleidsmaatregelen en belangrijke bestaande visies zoals preventieve, herstelgerichte detentie, nazorg en reductionistisch strafbeleid. We leggen hierbij de nadruk op verantwoordelijkheid en resocialisatie in een regime waar begeleiding in een gepersonaliseerd gevangenistraject centraal staat.

4 4 INHOUDSTAFEL VOORWOORD... 2 SAMENVATTING... 3 INHOUDSTAFEL... 4 INLEIDING... 6 DEEL 1: JUSTITIE VAN VROEGER TOT NU GESCHIEDENIS VAN DE BELGISCHE GEVANGENISSEN De Middeleeuwen de eeuw de -20 ste eeuw WETGEVING EN BELEIDSMAATREGELINGEN Het Belgisch gevangenisleven onder vuur Huidige levensomstandigheden Gebrek aan beklagrecht voor gedetineerden Beperkte aandacht voor uitstroom De Basiswet Uitgangspunten Uitvoering Strategisch Plan Hulp- en Dienstverlening Missie en visie Planmatig en strategisch werken HUIDIGE VISIE OP CRIMINALITEIT, CRIMINALITEITSBESTRIJDING EN STRAFUITVOERING Preventie Achterliggende theorie Hoe preventief tewerk gaan? Reductionistisch strafbeleid Kenmerken Vrijheidsberoving als ultimum remedium Herstelgerichte detentie Omschrijving Sterktes Voorwaarden Nazorg DE ZIN VAN STRAF EN DETENTIE DEEL 2: EEN NIEUWE VISIE OP DE GEVANGENIS NAAR EEN GEPERSONALISEERDE STRAFOPLEGGING EN STRAFUITVOERING Probleemstelling Alternatieve straffen De gevangenisstraf Basisbenadering Beeld van de gevangenispopulatie Detentie met het oog op resocialisatie Trajectbeschrijving Indeling van de gevangenis Begeleiding Veiligheid en controle Gedwongen hulpverlening... 33

5 Van een gesloten naar een open regime De regionale gevangenis EEN WELOVERWOGEN STRAFUITVOERINGSTRAJECT Stap 1: De dader pleegt een misdrijf Stap 2: voorhechtenis Stap 3: screening Stap 4: overgang naar een regionale multifunctionele gevangenis Sectie hoogbeveiligd individueel Sectie drugs Professionele steun Steun van lotgenoten Steun van ex-verslaafden Sectie opleiding en arbeid Opleiding als opstap naar arbeid Cursussen voor empowerment Arbeid Sectie herstelgerichte detentie Stap 5: halfway houses Stap 6: nazorg Belang van nazorg Invulling van de nazorg Besluit KRITISCHE BEMERKINGEN Kritische bemerkingen op het gevangeniswezen Onze eigen visie onder de loep...49 BESLUIT LITERATUURLIJST... 52

6 6 INLEIDING Detentie is een brandend actueel thema waar wij, zes studenten uit het laatste jaar Sociaal Werk, mee aan de slag wilden gaan. Vanuit onze bril bieden we een aanzet tot een beter detentiebeleid en willen we een vooruitstrevende visie formuleren op detentie. We vertrekken daarbij vanuit de grondrechten van de mens en focussen ons op de verantwoordelijkheid van gedetineerden. In dit seminarie hebben we de ambitie om uitdagend te zijn en discussies over de toekomst van de gevangenis fundamenteel te voeden. Detentie is een ruim maatschappelijk thema waar al veel over geschreven is. Om onze visie uit te werken hebben we ons gebaseerd op enkele belangrijke insteken en knelpunten uit bestaande visies. Hieruit vertrekkende, keken we naar relevante detentiemaatregelen voor de toekomst. De visie vertrekt vanuit een traject op maat van de gedetineerde. In dit traject wordt er gewerkt aan het opnemen van verantwoordelijkheid om te bouwen aan een betere toekomst. Hierin dient de klemtoon in het traject te worden gelegd op het wegwerken van problemen en in het bijzonder op het versterken van competenties en vaardigheden. De visie vertrekt vanuit een aantal mogelijkheden voor het traject van een gedetineerde. Dit zijn basiselementen die naargelang de behoeften kunnen worden aangepast en aangevuld zodanig dat ze geschikt zijn voor de eigenheid van iedere gevangenis. Na een uitgebreid literatuuronderzoek en het afnemen van verschillende interviews, hadden we een basis om te brainstormen over een goede visie op detentie. Vanuit de opgebouwde expertise en de stevige achtergrond uit de opleiding Sociaal Werk, hebben we een basistekst uitgeschreven die een aanzet geeft tot een nieuwe visie op detentie. Om u, als lezer, mee te nemen in ons denkproces, beschrijven we in het eerste deel de evolutie van detentie en de bestaande wetgeving en visies. Dit om voldoende achtergrond te hebben om deze nieuwe visie te kaderen en te begrijpen. In het tweede deel wordt de nieuwe visie stap voor stap opgebouwd. In het eerste hoofdstuk van dit tweede deel lichten we de basiselementen van de nieuwe visie toe. Veroordeeld tot verantwoordelijkheid vertrekt van een detentieperiode waarin een gedetineerde zijn verantwoordelijkheid dient op te nemen in een persoonlijk traject binnen een regionale gevangenis. Er dient naar detentie te worden gekeken vanuit een leerproces waarin begeleiding centraal staat en waarin wordt gestreefd naar geïntegreerde resocialisatie. Tijdens een screening in de beginfase van detentie wordt een zinvol traject op maat van de gedetineerde uitgestippeld. Om een zinvol traject mogelijk te maken, moet een gevangenis bestaan uit een multidisciplinair team dat een kwalitatief hulp- en dienstverleningsaanbod kan aanbieden. Dit aanbod vertaalt zich concreet in een aantal secties die elk inspelen op een bepaalde behoefte van de gedetineerde. De verschillende secties zijn hoge beveiliging, drugs, opleiding en arbeid en herstelgerichte detentie.

7 7 DEEL 1: JUSTITIE VAN VROEGER TOT NU 1 GESCHIEDENIS VAN DE BELGISCHE GEVANGENISSEN 1.1 De Middeleeuwen Tijdens de Middeleeuwen was er van penitentiaire instellingen nog geen sprake. De enige vorm van opsluiting die men kende, was de gevangenis als bewarende regel. Hierbij werd een misdadiger tijdelijk opgesloten om te verhinderen dat hij zou ontsnappen aan zijn oordeel of als dwangmaatregel om zijn geldboete te laten betalen. In plaats van de gevangenisstraf of vrijheidsberoving zoals wij die nu kennen, bestond strafrecht vooral uit geldboetes, verbanning en lijfstraffen. Deze manieren van straffen hadden het voordeel dat zij heel goedkoop waren voor de samenleving en zeer soepel konden worden toegepast. Omdat er geen eenduidig strafsysteem bestond, trof men de meest gruwelijke praktijken aan. Elke leenheer paste zijn eigen ongeschreven regels toe, waardoor de straffen eerder wreed en willekeurig waren. In het vroegmiddeleeuwse strafrecht stond de vergeldings- en afschrikkingsgedachte centraal. De straffen werden vooral opgelegd om het volk af te schrikken en om machtsverhoudingen te verduidelijken. Op deze manier werd de klasse en de macht van de vorst duidelijk. Het volk moest bij elke executie lijfelijk aanwezig zijn, men dacht dat de afschrikking zo des te meer effect had. Ook de veiligheidsgedachte was reeds aanwezig. Bij zwaardere feiten werden misdadigers verbannen opdat ze geen gevaar meer zouden vormen voor de samenleving (Christiaensen, Sprangers, & Govaerts, In verzekerde bewaring: een historisch overzicht over straf en detentie, vanaf het Ancien Regime tot de basiswet, 2007) de eeuw In de achttiende eeuw maakte de Verlichting een einde aan de willekeur uit de Middeleeuwen. Het ontstaan van nieuwe visies op mens en maatschappij zorgde voor een grondige verandering in het strafrecht. Geleidelijk aan kwam de gevangenis als instelling en de vrijheidsberoving als straf. De aanzet van deze veranderingen kwam uit theorieën van verscheidene verlichte denkers. Zij ontwikkelden filosofieën over goed en kwaad, over schuld en verantwoordelijkheid. Als verlicht en humanitair denker was Beccaria de meest toonaangevende figuur voor de penitentiaire ontwikkeling. Hij was een tegenstander van lijfstraffen, martelingen en de doodstraf tijdens het gerechtelijk onderzoek. Met zijn bekendste werk Dei Delitti e delle pene legde hij zes belangrijke principes vast die nu nog steeds de basis vormen van ons strafrecht (Beccaria, 1853). In zijn eerste principe pleit Beccaria voor de legaliteit van het strafrecht. Er kan volgens hem geen straf worden uitgesproken zonder wet. Hiermee wil hij de willekeur van het strafrecht bestrijden. Daarnaast moet de wet, volgens Beccaria, ook gelijk zijn voor iedereen. Er mogen geen regionale noch standenverschillen zijn in de straftoemeting. Om deze twee principes te vrijwaren, wil Beccaria ook een volledig open strafrecht. Een rechtszaak moet volgens hem openbaar zijn en de straf die uiteindelijk wordt opgelegd, moet in verhouding staan tot het misdrijf. De straf kan bovendien enkel worden opgelegd aan de dader zelf. De familie staat hier volledig buiten. Als laatste vindt Beccaria dat de straf een middel is dat enkel mag worden toegepast wanneer alle andere maatregelen gefaald hebben. Hiermee wil hij de taak van de overheid benadrukken alle middelen aan te wenden om misdrijven te voorkomen. De beste preventie tegen criminaliteit is immers niet de wreedheid van de straf, maar de zekerheid dat men een straf niet kan ontlopen (Christiaensen, Sprangers, & Govaerts, In verzekerde bewaring: een historisch overzicht over straf en detentie, vanaf het Ancien Regime tot de basiswet, 2007).

8 8 In 1772 werd besloten om in Gent een octagonaal gebouw, het Maison de Force, op te richten. Een octagonaal gebouw omvat acht gangen die samenkomen op een centraal punt. Er werden landlopers, bedelaars en delinquenten opgesloten en aan een hard regime van arbeid en discipline onderworpen. Het tuchthuis werd volledig ingericht in functie van de nieuwe ideeën. Het moest namelijk nuttig zijn voor de maatschappij en bijdragen tot individuele verbetering. In het Maison de Force heerste een strikt dagregime. Het gebouw werd zo opgevat dat de gevangenen categoriaal werden gegroepeerd en s nachts individueel werden afgezonderd, om de zedelijke besmetting tegen te gaan. In 1775 werd het Maison de Force in gebruik genomen. Het succes was echter van korte duur. De positieve ervaringen die gedurende een achttal jaren waren opgedaan, hebben ertoe geleid dat het Maison de Force een grote invloed heeft gehad op de penitentiaire ontwikkelingen gedurende de 19de eeuw. Enerzijds heeft de panoptische structuur tot op de dag van vandaag invloed op de architectuur van de gevangenissen. Anderzijds is ook het specifieke regime, gemeenschappelijke productieve tewerkstelling gedurende de dag en individuele afzondering s nachts, nog steeds enigszins aanwezig in het huidige gevangenisregime. De periode waarin de gevangenisstraf in de plaats treedt van de grote verscheidenheid aan straffen van het Ancien Régime is geboren de -20 ste eeuw De Verlichte filosofen en de strafrechthervormers uit de tweede helft van de 18de eeuw zorgden voor een heroriëntering van de straffen in de loop van de 19de eeuw. Met hun geschriften over onder meer de straftoemeting en de strafuitvoering, hadden ze een grote invloed op het penitentiaire systeem. De gevangenis werd stilaan dé instelling voor bestraffing en er ontstonden drie types van gevangenissen: de Bagno als gemeentelijke gevangenis voor dwangarbeiders, het Correctiehuis voor de correctionele veroordeelden en het detentiehuis voor de criminelen met een lange gevangenisstraf. Daarnaast werden arresthuizen en Huizen van Bewaring opgericht voor verdachten en gerechtshuizen voor beschuldigden. In 1830 werd Edouard Ducpétiaux, in een pas onafhankelijk België, aangesteld als eerste inspecteur-generaal van de strafinrichtingen. Hij stond voor de moeilijke taak om een consensus aan te brengen op penitentiair gebied. Op dat ogenblijk waren er in België 182 gevangenissen en opsluitingsplaatsen, die allemaal kampten met overbevolking en die een groot gebrek aan een centraal geleid beheer hadden. Ducpétiaux was ervan overtuigd dat criminaliteit het gevolg was van immoraliteit en ongodsdienstigheid. Morele verbetering door religieuze oefening en individuele afzondering waren de hoekstenen van Ducpétiaux s gevangenisregime. Zo was het de taak van de maatschappij om de gevangene te helpen zich moreel te herpakken en op basis daarvan zich terug in de samenleving te integreren. De vrijheidsberovende straf genoot bij Ducpétiaux de voorkeur omdat deze toeliet de veroordeelde daders te onderwerpen aan een disciplinerend regime. Dit disciplinaire regime draagt door hulpverlening, begeleiding en beïnvloeding van de omgeving bij aan het herstel of de uitbreiding van de competentie van de gedetineerde in zijn woon-, werk- en leefomstandigheden. Ducpétiaux pleitte daarbij voor de cellulaire structuur en de kerkelijke architectuur aan de binnenkant. Enkel door complete afzondering zou een gevangene immers afgesneden worden van alle moreel-schadelijke invloeden. De enige ruimtes die voorzien werden voor gemeenschappelijke activiteiten waren de kapel, voor godsdienstige beleving, en in beperkte mate de werkhuizen, waar in stilte aan arbeid werd gedaan. De dwangarbeid, die in het tuchthuis van Gent erg belangrijk was geweest, verloor immers aan belang. Het gevangenisleven moest religieus geïnspireerd worden, om zo tot individuele verbetering en bekering te komen. Op 31 mei 1888 werd de Belgische wet Lejeune uitgewerkt. Met deze wet doet het systeem van voorwaardelijke invrijheidstelling zijn intrede. De wet bepaalt dat een gedetineerde kan vrijkomen na een derde van de straf en er wordt afgestapt van het

9 9 cellulair ideaal. In de wet Lejeune wordt bepaald dat de voorwaardelijke invrijheidstelling mogelijk is bij een eerste veroordeling en na goed gedrag tijdens detentie. Tijdens de voorwaardelijke invrijheidstelling wordt de gedetineerde opgevolgd gedurende de periode dat zijn detentieperiode eigenlijk liep. Met deze begeleiding wil men de resocialisatie vergemakkelijken (Christiaensen, Sprangers, & Govaerts, In verzekerde bewaring: een historisch overzicht over straf en detentie, vanaf het Ancien Regime tot de basiswet, 2007). Het uitzicht van de gevangenis als gebouw voor bestraffing en de regels die het leven in de instelling beheersen, kregen onder het bewind van Ducpétiaux definitief vorm. Bij het bouwen van gevangenissen baseerde hij zich op het panoptische concept van Bentham. Door de stervormigheid van het gebouw zijn de verschillende afdelingen strikt van elkaar gescheiden en heeft men, vanuit het centrale gedeelte, een volledig overzicht. Controle en isolement waren, volgens Ducpétiaux, de sleutelbegrippen van het gevangenisregime en konden op deze manier verwezenlijkt worden. Het panopticon werd een basisconcept waarvan de invloed op de vormgeving van gevangenissen tot op de dag van vandaag heel belangrijk is. Naast de realisatie van de strikte afzondering per categorie in vorm van kleine, individuele cellen, zorgde Ducpétiaux nog voor tal van andere belangrijke hervormingen. Hij zorgde onder meer voor een betere gezondheid en hygiëne, liet corrupt personeel uitzuiveren en zorgde voor de aanwerving van aalmoezeniers en onderwijzers. Daarnaast richtte Ducpétiaux een mobiele bibliotheek op en pleitte hij ervoor dat de penitentiaire actie ook na de vrijlating verder gezet moest worden, om de ex-gevangenen te helpen bij hun reïntegratie. Het regime van cellulaire afzondering overheerste tot Stilaan kwam er meer tegenwind van de zogenaamde penitentiair-antropologische beweging. Prins, bekend omwille van zijn positivistische en humanistische elementen, startte in ons land een nieuwe beweging die pleitte voor een restrictiever en selectiever gebruik van de vrijheidsberovende straf. De uitgangsgedachte was de bescherming van de maatschappij. Er moest meer onderscheid gemaakt worden tussen het type van dader of wetsovertreder. Dit gedifferentieerd penitentiair systeem richtte zich op de aanpassing van straftoemeting en uitvoering aan de persoonlijkheid van de gedetineerde. Niet ieder regime werkte voor iedere gedetineerde. Daarom moest een afstemming van het regime op individuele mogelijkheden van gedetineerden ervoor zorgen dat een maximaal resultaat bereikt kon worden. Zo bepaalde hij dat gevangenisarbeid zinvol en van maatschappelijk nut moest zijn. Prins vond overigens dat detentie moest plaatsvinden in veilige omstandigheden (Christiaensen, Sprangers, & Govaerts, In verzekerde bewaring: een historisch overzicht over straf en detentie, vanaf het Ancien Regime tot de basiswet, 2007). Zijn kritiek gaat uit naar het cellulair systeem dat levensvreemd en mensonwezenlijk is. Op vlak van moraliserende beïnvloeding draagt het systeem amper iets bij. Prins hecht veel belang aan resocialisatie en het sociale netwerk. De mens is voorbestemd om in een gemeenschap te leven, daarom moet detentie de persoon voorbereiden om terug in de maatschappij te leven en te functioneren. Een korte straf is zinloos, omdat er te weinig tijd is om een gedetineerde op zijn terugkeer in de maatschappij voor te bereiden. Detentie diende volgens Prins te gebeuren in opeenvolgende fasen. Een korte periode van cellulaire afzondering gaat vooraf aan gemeenschappelijke arbeid om uiteindelijk te eindigen met voorwaardelijke invrijheidstelling. Naast straffen dient men maatregelen te nemen, zoals heropvoeding, training en arbeid. Ook de Staat moest volgens Prins inspanningen leveren op vlak van sociale zekerheid, onderwijs en gezondheid. Ze moet meer kansen geven aan iedereen en een sociaal vangnet bieden (Christiaensen, Toonaangevende Belgische denkers over delinquentie en over de vrijheidsberovende straf, 2002). In de praktijk bleef de antropologische invloed echter miniem. Er ging zoveel aandacht naar de werking van de commissies en het observatiewerk in de psychiatrische afdelingen, dat er amper tijd overbleef voor de doorsnee opgeslotene. Toch leidde de confrontatie tussen het moraliserend-educatief gevangenisconcept van Ducpétiaux en het klinisch-diagnostisch classificatieconcept van de antropologen nog voor de Tweede

10 10 Wereldoorlog tot een compromis. Men kan stellen dat tot aan de Tweede Wereldoorlog het afzonderingsregime dominant bleef, maar dat men stilaan ook oog kreeg voor de nieuwe inzichten. Na de Tweede Wereldoorlog weerklonk de roep voor een menswaardige opsluiting en veranderde de visie op de oorzaken van criminaliteit. Men geloofde nu dat een delinquent behandelbaar was en dat verbetering, mits een goede begeleiding, mogelijk was. Daaruit ontstond de opvatting dat de detentietijd nuttig kon en zelfs moest worden ingevuld. Programma s van diagnose, therapie en resocialisatie moesten van de gevangenis een zinvol maatschappelijk instituut maken. In de jaren vijftig en zestig kreeg, aldus door toedoen van gedragswetenschappers en hulpverleners, het penitentiaire systeem een andere kleur. Er kwam meer aandacht voor de rechtspositie van gevangenen en initiatieven ter beperking van de detentieschade deden hun opmars. De beschikbaarheid van maatschappelijke dienstverlening binnen de gevangenis werd stilaan een recht. Therapeutische technieken werden aangewend en stilaan kon men spreken van een humanisering van het strafrecht. Veroordeelden van alle categorieën dienden gelijk behandeld te worden. Door een algemeen reglement kregen lokale gevangenisdirecties meer vrijheid om het regime zelf vorm te geven, vooral op vlak van vorming, opleiding en ontspanning. De hulp- en dienstverlening aan gedetineerden breidde zich systematisch uit. Schadebeperking en normalisering werden stilaan een basisvoorwaarde om aan andere doelen te werken zoals herstel, reïntegratie. De jaren vijftig en zestig zijn dus de jaren van de humaniserende en liberaliserende tendensen. De zwijgplicht werd afgeschaft, er kwam meer sport en ontspanning, het bezoekrecht en de briefwisseling werden uitgebreid en het volgen van onderwijs en beroepsopleiding werd mogelijk. Daarnaast werd het regime ingedeeld in drie categorieën: gesloten, half-open en open inrichtingen. Observatie- en behandelingseenheden voor de begeleiding en behandeling van individuele gedetineerden werden opgericht. Vanaf de jaren zestig doen de beperkte hechtenis, het weekendarrest en de halve vrijheid hun intrede. Er wordt ook meer professioneel psychosociaal personeel aangesteld. De jaren zeventig was een kritische periode. Na onderzoek kwamen vooral negatieve detentiebeleving en structurele tekorten aan het licht. Vragen over behandeling en resocialiserend effect staken op en zekerheden werden in vraag gesteld. De klachten van gedetineerden hadden vooral betrekking op levensvoorwaarden, overbevolking, gebrek aan zinvolle tewerkstelling, rechteloosheid en afhankelijkheid.

11 11 2 WETGEVING EN BELEIDSMAATREGELINGEN 2.1 Het Belgisch gevangenisleven onder vuur België ligt al geruime tijd onder vuur wat het gevangeniswezen betreft en heeft verschillende pogingen ondernomen om er verbetering in te brengen. In de jaren negentig kwam er steeds meer aandacht voor de menselijkheid van de regimes in gevangenissen en voor de rechten van de gedetineerden. In het kader van de Europese Conventie voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke en Vernederende Behandeling (CPT) bezocht de gelijknamige commissie ons land en besprak de omstandigheden in de Belgische gevangenissen. De rapporten van de CPT zijn gebaseerd op inspectiebezoeken aan penitentiaire instellingen van de Raad van Europa. De commissie is een werkgroep van de Raad van Europa die zetelt in Straatsburg en richt zich op onderzoek naar schendingen van de mensenrechten. Deze Raad sprak zich viermaal kritisch uit over de situatie in de Belgische gevangenissen (Netwerk Samenleving en Detentie, 2006). De CPT was vooral kritisch over de levensomstandigheden, de overbevolking in sommige gevangenissen en het gebrek aan beklagrecht voor gedetineerden (Christiaensen, Sprangers, & Govaerts, In verzekerde bewaring: een historisch overzicht over straf en detentie, vanaf het Ancien Regime tot de basiswet, 2007). Daarnaast vond de CPT dat er onvoldoende procedures waren om toezicht uit te oefenen over de gevangenissen. De inhoud van de rapporten gaf een duidelijk signaal aan de overheid. Het waren immers deze kritische veroordelingen in de rapporten van de Raad van Europa die aan de basis lagen van een meer eigentijds penitentiair beleid. De noodzaak tot een wettelijke regeling van het gevangeniswezen drong zich op. Er werden inspanningen geleverd om het aantal gevangenisplaatsen op te voeren en het stelsel van alternatieve maatregelen te ontwikkelen. De uitbreiding van de strafinrichtingen kwam er ter bescherming van de maatschappij. Ook de wetgeving moest grondig worden aangepast. Er werden bijzondere inspanningen geleverd om psychologisch, medisch en sociaal personeel aan te werven en er werd gedacht aan een basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerde. Zowel de Federale als de Vlaamse overheid wilden werken aan een verbetering van het gevangeniswezen. De Federale overheid werkte De Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerde uit. Deze Basiswet moet gedetineerden helpen aan en tot hun recht te komen (regering, 2005). De Vlaamse overheid werkte een Strategisch Plan Hulp- en Dienstverlening uit. Dit Strategisch Plan moet bijdragen tot betere hulpverlening voor gedetineerden (Vogels, 2000) Huidige levensomstandigheden In het rapport van de CPT kreeg ons land zware kritiek op de levensomstandigheden in verschillende Belgische gevangenissen. Deze voldoen duidelijk niet aan de huidige visie op mensenrechten. Penitentiaire instellingen worden anno 2010 dan ook onderworpen aan zware kritiek. Meer dan ooit is het gevangenisleven een actueel thema. Regelmatig terugkerende acties van gedetineerden en penitentiair beambten geven duidelijk aan dat de situatie onleefbaar is geworden. Vooral problemen op vlak van overbevolking, veroudering, personeel- en ruimtetekort doen zich voor. Een samenloop van omstandigheden zorgt ervoor dat de bezetting van penitentiaire instellingen vaak groter is dan hun capaciteit. Het gaat hier vooral om verbouwingen, criminaliteitstoename en het aandeel allochtone bevolking. Om te beginnen zijn, door een gewijzigde visie, verbouwingen noodzakelijk. Verscheidene Belgische gevangenissen zijn volgens het panopticonmodel gebouwd. Sinds Ducpétiaux is de visie op detentie echter sterk gewijzigd waardoor

12 12 vrijheidsberoving een milder karakter heeft gekregen. Een gevangenisstraf mag zo weinig mogelijk negatieve gevolgen teweegbrengen en heeft een resocialiserende functie. Deze veranderde visie vraagt een aanpassing en modernisering van de infrastructuur. Door deze verbouwingen wordt een gedeelte van de gevangenis afgesloten zodat er een tijdelijke capaciteitsdaling ontstaat. Met de verbouwingen wil men ruimere cellen, gemeenschapslokalen voor arbeid, onderwijs, sport en recreatie creëren. Hierdoor mondt de tijdelijke capaciteitsdaling uit in een blijvend capaciteitsverlies. Daarnaast is er in onze samenleving een toename van zware, gewelddadige criminaliteit vastgesteld waardoor een verhoogde werking van het parket noodzakelijk wordt. In tijden van economische crisis gaan sommige mensen gemakkelijker over op illegale middelen om de levensstandaard op peil te houden of te verbeteren. Men wordt geconfronteerd met een uitzichtloze toestand van werkloosheid en armoede. Dit brengt frustratie, doelloosheid en verveling met zich mee, wat leidt tot een toename van deviant gedrag. We dienen deze toename echter te relativeren; er is immers ook een betere criminaliteitsbestrijding gekomen. Toch kan het gerecht deze toename niet verwerken waardoor er een gerechtelijke achterstand is ontstaan. Vaak wordt er onnodig lang gebruik gemaakt van voorhechtenis of worden langere straffen dan nodig toegepast. Beleidsmakers zijn op de hoogte van de problematiek. Toch blijft een continue beleidsmatige aanpak achterwege. De druk wordt slechts verminderd met noodoplossingen. Ook het aantal vreemdelingen draagt bij tot overbevolking. Omwille van een mislukte integratiepolitiek sluit men allochtonen soms op in afwachting van uitwijzing of wanneer zij zelf het land niet verlaten. Het gaat er dus zeker niet om dat zij vaker criminaliteit plegen dan autochtonen. Deze overbevolking binnen penitentiaire instellingen brengt een aantal gevolgen met zich mee op beleidsmatig en organisatorisch niveau. Sinds de ontwikkelingen van Ducpétiaux is er een consensus gekomen over een mix van een gemeenschappelijk en cellulair regime. De trend van individualisering en humanisering zorgde voor een onderverdeling in een gesloten, halfopen en open regime. Dat vraagt om classificatie en specialisatie. Door middel van classificatie wordt bepaald in welk regime een gedetineerde thuishoort. Overbevolking brengt dit in het gedrang. Wegens plaatstekort is men genoodzaakt om gedetineerden te plaatsen in een regime waar ze eigenlijk niet thuishoren. Dit brengt met zich mee dat de werking van een halfopen en open regime verstoord wordt. Het opleggen van een strenger regime wordt een noodzaak. Daarnaast heeft het capaciteitstekort ook zijn weerslag op veiligheid en hygiëne binnen de gevangenis. Overbevolking brengt frustraties met zich mee voor gedetineerden. Ze worden immers gedwongen om hun privacy op te offeren. Door de overbevolking wordt de kans op moeilijkheden en rellen binnen de gevangenis groter. De uitbreiding van het aantal gedetineerden vereist bovendien meer personeel. De werkdruk voor penitentiaire beambten wordt groter. Ook in de psychosociale dienstverlening ontstaan er te veel dossiers waardoor hulpverleners in tijdgebrek komen met als gevolg dat een goede hulpverlening in het gedrang komt. De meeste gebouwen dateren van de 19de eeuw. Er is gebrek aan (voldoende) moderne infrastructuur, hygiëne en verluchting. Grote werken worden niet meer uitgevoerd. Geurhinder, tocht en elektriciteitspannes zijn dagelijkse kost. Door gebrek aan capaciteit kan men in mindere mate gebruik maken van gemeenschappelijke ruimtes, zoals ontspannings- en bezoekersruimtes (Schoeters, ). De huidige levensomstandigheden vormen een belangrijk aanknopingspunt om een nieuwe visie op de gevangenisstraf te ontwikkelen Gebrek aan beklagrecht voor gedetineerden Naast de overbevolking is ook het ontbreken van een doeltreffende klachten- en inspectieprocedure één van de grote kritieken die in de rapporten van de CPT terug te

13 13 vinden is. Het beklagrecht zou de gedetineerden moeten toelaten om, bij een gespecialiseerd en onafhankelijk orgaan, op te komen tegen beslissingen van de gevangenisdirecteur die een invloed hebben op hun levensomstandigheden. Er zou een beklagcommissie moeten worden opgericht in elke gevangenis die de klachten van gedetineerden behandelt (Van Den Berge, 2006). Gedetineerden kunnen momenteel wel klachten indienen. Zo kunnen ze, wanneer er een inspectie of controle in de gevangenis plaatsvindt, door bijvoorbeeld de Liga voor Mensenrechten of het CPT, mondeling een klacht neerleggen. Ook via bezoek of briefwisseling is dit mogelijk. Toch blijkt dit geen recht te zijn omdat er heel weinig waarborgen zijn dat er aan de klacht een gevolg zal gegeven worden. Meer nog, collectieve klachten zijn verboden en ongegronde klachten kunnen tuchtsancties met zich meebrengen. Naast deze manieren van klacht indienen, kunnen gedetineerden ook beroep doen op klachtmogelijkheden in het kader van de algemene rechtsbescherming. Toch zijn dit geen ingebouwde diensten waar de gedetineerden terecht kunnen voor een klachten- en inspectieprocedure Beperkte aandacht voor uitstroom Er gaat overigens nog te weinig aandacht naar uitstroom en er wordt nog te weinig gewerkt rond het sociale netwerk. Detentietijd brengt veel onzekerheden mee over de toekomst. Alle verantwoordelijkheden en sociale banden worden weggenomen. Na een tijd van volledige afzondering moet de gedetineerde te plots en te weinig voorbereid terugkeren naar een samenleving die ondertussen veranderd is. Tijdens de gevangenisstraf wordt een groot deel van de verantwoordelijkheden van gedetineerden ontnomen. Wanneer ze dan terug in de samenleving komen, moeten ze deze verantwoordelijkheden plots weer opnemen. Deze overgang, zonder voorbereiding en begeleiding, is voor velen te groot, zeker wanneer zij niet kunnen terugvallen op een voldoende ondersteunend netwerk. Dit vergroot de kans op herval. Momenteel vormt de gevangenis eerder een negatieve omgeving die te weinig nieuwe kansen biedt. De focus ligt te zeer op het controleren of men zich aan de voorwaarden houdt en minder op empowerment en dagbesteding. Tijdens en na detentie moeten gedetineerden hard werken om weinig geld te verdienen. Uit ervaring weten velen dat er geld is te verdienen op een gemakkelijkere, snellere, maar illegale manier. Door een gebrek aan een goed begeleide uitstroom kan de kans op herval stijgen (Dens, 2009). 2.2 De Basiswet Op 15 januari 2005 lanceerde de Federale Regering De Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerde, ook wel de Wet Dupont genoemd. Naar aanleiding van de kritieken van de CPT en in het kader van een meer eigentijds penitentiair beleid, werd Lieven Dupont aangesproken. Hij had gedurende zijn hele loopbaan een kritische kijk op menswaardige strafuitvoering en detentierecht. Hij ontwikkelde een voorontwerp: Beginselwet gevangenisleven en tenuitvoerlegging van vrijheidsstraf (Dupont, 1998). Dit voorontwerp leidde uiteindelijk tot de Basiswet zoals we ze vandaag kennen. Deze Basiswet zou een penitentiaire mijlpaal moeten betekenen voor het gevangeniswezen in België Uitgangspunten De Basiswet bepaalt de interne rechten en plichten van gedetineerden, maar ook de wijze waarop het gevangenisleven georganiseerd is. De wet zou een leidraad moeten vormen voor concrete situaties die men geregeld in het gevangeniswezen tegenkomt. De Basiswet vertrekt vanuit een aantal belangrijke uitgangspunten die kunnen beschouwd worden als fundamentele basisbeginselen van de wet. Naast de basisbeginselen die wij bespreken, omschrijft de Basiswet nog heel wat andere, meer concretere bepalingen. Zo worden begrippen als veiligheid, gebruik van dwang en tuchtregimes beter gedefinieerd. De Basiswet is een omslachtige wet en omvat in totaal 180 artikels. Voor de totale uitwerking hiervan willen we dan ook verwijzen naar de

14 14 Basiswet zelf, die terug te vinden is in het Belgisch Staatsblad (regering, 2005). Hieronder beschrijven we kort en kernachtig elk van de basisbeginselen. Het eerste uitgangspunt behandelt de interne rechtspositie van de gedetineerde. Dit uitgangspunt stelt dat de gedetineerde ook tijdens zijn verblijf een volwaardige burger blijft. De gedetineerde wordt aan geen andere beperkingen onderworpen dan vrijheidsberoving. Zijn politieke, burgerlijke, sociale, economische of culturele rechten moeten gewaarborgd blijven tenzij deze beperkingen opgelegd zijn door een rechterlijke beslissing. Een voorbeeld van een beperkt recht zou een contactverbod zijn met een voormalige partner. De vrijheidsstraf moet de waardigheid van de mens eerbiedigen. Daarenboven heeft de gedetineerde het recht op gemotiveerde beslissingen die ten aanzien van hem genomen worden. Als tweede uitgangspunt wordt detentieschade besproken. Volgens dit artikel moet bijkomende detentieschade zoveel mogelijk vermeden worden. Binnen deze krachtlijn zijn er drie belangrijke principes. Het eerste principe is het normaliseringsbeginsel. De belangrijkste rechten zijn de arbeidsvoorwaarden, het dragen van eigen kledij en medische verzorging. De gedetineerde moet een zo normaal mogelijk leven kunnen leiden binnen de gevangenismuren en de mensenrechten moeten gerespecteerd worden. Ten tweede spreekt men over een participatiebeginsel. Dit beginsel stelt dat een gedetineerde overleg en inspraak kan hebben voor de zaken die hem aanbelangen. Het kan gaan over ontspanningsmogelijkheden, het gevangenisregime, bezoekrecht Een derde en laatste beginsel binnen deze krachtlijn is het respecteringsbeginsel. Dit beginsel heeft aandacht voor de menswaardigheid en het respect van gedetineerden. Het derde uitgangspunt bepaalt dat het herstel van het onrecht, de rehabilitatie van de veroordeelde en de reïntegratie in de samenleving belangrijke punten zijn die nagestreefd moeten worden. Rehabilitatie is het morele element van reïntegratie. Het doel is dat de gedetineerde tijdens zijn opsluiting de mogelijkheid krijgt om over zijn daden te spreken, middelen te vinden om deze daden in de toekomst te vermijden en nieuwe kansen kan krijgen in de samenleving. Het herstel tijdens de detentie is nieuw. De veroordeelde zal zowel de materiële als de immateriële schade aan het slachtoffer en zijn omgeving moeten vergoeden, zowel op financieel als op moreel vlak. Herstelgericht overleg tussen dader, slachtoffer en samenleving zal in dit geval bevorderd worden. Daarenboven moet er gedacht worden aan een goed reïntegratiebeleid. Op een bepaald moment komt de veroordeelde opnieuw in de samenleving terecht. Zowel in het belang van de gedetineerde als van de maatschappij moet alles in het werk worden gesteld zodat deze reïntegratie goed verloopt. Reïntegratie wordt bevorderd door een aangepast en uitgebreid aanbod van diensten en activiteiten binnen de gevangenis. Rehabilitatie, herstel en reïntegratie liggen aan de basis van het detentieplan, bedoeld om de gedetineerde voor te bereiden op zijn vrijlating en geeft de mogelijkheid om de detentieperiode te beheren en te individualiseren. Door dit detentieplan kan een gedetineerde tijdens zijn verblijf eigen verantwoordelijkheden opnemen en actief meewerken aan zijn reïntegratie. In het detentieplan worden activiteiten en programma s (zoals werk, opleiding, psychosociale ondersteuning) gepland in het vooruitzicht van de invrijheidstelling (Goossens, 2006). Deze verschillende activiteiten moeten de kans op reïntegratie in de samenleving verhogen met het oog op invrijheidstelling. Het opstellen en opvolgen van een detentieplan geeft de gedetineerden de kans om verantwoordelijkheid op te nemen en de detentieperiode actief in plaats van passief te ondergaan. Het opstellen van een detentieplan kan voor elke gedetineerde. Er moet vooraf wel een onderzoek gedaan worden naar de persoonlijkheid en de levenssituatie van de veroordeelde. Dit onderzoek moet plaatsvinden onmiddellijk na de veroordeling en het onthaal in de inrichting (regering, 2005).

15 Uitvoering Stap voor stap wordt de Basiswet in uitvoering gebracht. Dit proces wordt voorbereid en begeleid door een aantal werkgroepen die op verschillende vlakken de uitvoerbaarheid aan de realiteit in de gevangenissen toetsen. De uitvoering van deze Basiswet is geen sinecure. Uitvoeringsbesluiten komen zeer traag tot stand. De wet op zich wordt algemeen erkend als een grote stap voorwaarts, maar er zijn nog heel wat beginselen die nog niet uitgevoerd zijn. Dit komt omdat er aan de verschillende principes van de basiswet geen datum van inwerkingtreding is gekoppeld. Het zal grote en volgehouden inspanningen vragen om een gevangenisregime te realiseren dat in staat is de gedetineerden de leefomstandigheden te bieden waar ze recht op hebben. Er zijn heel wat knelpunten die de uitvoering belemmeren. De voornaamste zijn de overbevolking, het uurloon van de gedetineerde en de toepassing van het klachtenrecht (Netwerk Samenleving en Detentie, 2006). 2.3 Strategisch Plan Hulp- en Dienstverlening Het Strategisch Plan kwam er omdat zeer veel gevangenen meer mogelijkheden wilden om hun gevangenistijd zinvol in te vullen en zo tot een betere reïntegratie te komen. Daarnaast was het ook een antwoord op de negatieve kritieken die België kreeg over het gevangeniswezen. Het Strategisch Plan werd op 8 december 2000 goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Het Plan is bedoeld om de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden uit te breiden en te verbeteren. Het was de bedoeling dat de verschillende voorzieningen van de Vlaamse Gemeenschap gingen samenwerken om zo tot een degelijk aanbod van diensten te komen. De hulp- en dienstverlening aan gedetineerden is in België een gemeenschapsbevoegdheid, terwijl justitie dan weer een federale bevoegdheid is. De hulp- en dienstverlening aan gedetineerden kan enkel gerealiseerd worden vanuit een constructieve samenwerking. Het Strategisch Plan wil via het opstellen van een samenwerkingsconcept een goede samenwerking realiseren Missie en visie De missie van het Strategisch Plan luidt als volgt: De Vlaamse Gemeenschap waarborgt het recht van alle gedetineerden en hun directe omgeving op een integrale en kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening zodat ook zij zich harmonisch en volwaardig kunnen ontplooien in de samenleving. (Vogels, 2000). We lichten kort enkele sleutelwoorden toe. Onder de Vlaamse Gemeenschap wordt het Vlaams Parlement, de Vlaamse Regering en het Vlaams Ministerie verstaan maar ook allerhande openbare en erkende voorzieningen. Onder het waarborgen van alle rechten wordt verstaan dat elke gedetineerde dezelfde kansen en rechten heeft als de gewone burger, met uitzondering van het recht op vrijheid. De gedetineerde heeft ook binnen de gevangenis rechten. Wanneer men spreekt over alle gedetineerden, dan gaat het hier zowel over beklaagden, als over veroordeelden en geïnterneerden, en zowel over Vlamingen als over vreemdelingen en anderstaligen. Er wordt gekozen om met de directe sociale omgeving te werken en de gedetineerde te benaderen in zijn sociale context. Hiermee worden voornamelijk ouders, kinderen, partners en directe vrienden bedoeld.

16 16 Men wil integrale en kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening bekomen. De hulp- en dienstverlening wordt verstrekt op verschillende domeinen zoals welzijn, gezondheid, cultuur, onderwijs, sport, werkgelegenheid en huisvesting. De beleidsmakers willen geïntegreerde, efficiënte en effectieve hulp- en dienstverlening waarbij dezelfde kwaliteitsstandaarden gehanteerd worden als in de reguliere hulp- en dienstverlening. Met harmonisch en volwaardig kunnen ontplooien in de samenleving, willen beleidsmakers de nadruk leggen op de wisselwerking tussen het individu en de samenleving. Het benadrukt een proces in twee richtingen. Enerzijds moet de gedetineerde de kans krijgen om zijn verantwoordelijkheden ten aanzien van de samenleving op te nemen. Anderzijds moet de samenleving ervoor zorgen dat gedetineerden dezelfde mogelijkheden krijgen als een vrije burger om op een harmonische en volwaardige manier te kunnen participeren aan de samenleving. De Vlaamse Gemeenschap wil zich engageren voor de verschillende partijen in het gevangeniswezen. Deze partijen willen zoveel mogelijk steun bieden aan gedetineerden en hun sociale omgeving door hulp- en dienstverlening aan te bieden. Voor de Vlaamse Gemeenschap willen ze de nodige stappen zetten om een beleid ten aanzien van gedetineerden uit te werken, het te evalueren en bij te sturen. Ook voor gevangenisdirectie en gevangenispersoneel willen ze iets betekenen. Voor deze partijen willen ze een efficiënte coördinatie van de hulp- en dienstverlening verzekeren. Als laatste wil het Plan ook voor vrije burgers een meerwaarde bieden. Ze willen zorgen voor meer begrip en een mentaliteitsverandering, wat zou moeten bijdragen tot een meer volwaardige deelname van de gedetineerde aan het maatschappelijk leven Planmatig en strategisch werken De missie van de Vlaamse Gemeenschap wordt verwezenlijkt met een planmatige aanpak. Het opstellen van het Strategisch Plan verliep dan ook in verschillende fases, van inventarisatie tot implementatie. In het Strategisch Plan werden vijf verschillende strategieën geformuleerd om de missie te kunnen verwezenlijken. Het uitbouwen van een kwalitatief aanbod zodat alle gedetineerden gelijke kansen krijgen op rehabilitatie en reïntegratie. Dit betekent ook dat ze de mogelijkheid krijgen om zoveel mogelijk de schade aan de slachtoffers en de samenleving te herstellen en zo weinig mogelijk schade ondervinden van hun opsluiting. Het profileren van het hulp- en dienstverleningsaanbod zodat de gedetineerden er gebruik van kunnen maken. Dit betekent dat gedetineerden zoveel mogelijk geïnformeerd, geadviseerd en gestimuleerd moeten worden om van dit hulp- en dienstaanbod gebruik te maken. Het ontwikkelen en implementeren van samenwerkingsmodellen en organisatievormen. Op die manier moeten de diensten geïntegreerd raken in de gevangenissen met het oog op een zo groot mogelijke efficiëntie en effectiviteit. Dit moet verwezenlijkt worden door overleg. Het verkrijgen en vergroten van het draagvlak bij verschillende hulpverleningsdiensten, bij justitie en bij de samenleving. Op deze manier kan het Strategisch Plan vanuit één gedeelde visie worden uitgevoerd. Het ontwikkelen en implementeren van een personeels- en organisatieontwikkelingsbeleid om alle interne en externe medewerkers te motiveren, te ontplooien en optimaal in te zetten zodat ze hun opdracht beter kunnen uitvoeren.

17 17 De concrete stappen om dit alles te verwezenlijken zijn opgenomen in het Strategisch Plan. Het zijn zeer goede richtlijnen waar we ons op zullen focussen bij het opstellen van onze visie op een vernieuwd gevangeniswezen (Vogels, 2000).

18 18 3 HUIDIGE VISIE OP CRIMINALITEIT, CRIMINALITEITSBESTRIJDING EN STRAFUITVOERING Anno 2010 zijn er verschillende visies op het gehele strafbeleid. Enerzijds werd vanuit de huidige overbevolking in vele Belgische gevangenissen en de kritiek hierover van de Conventie voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke en Vernederende behandeling, een reductionistisch strafbeleid uitgetekend. Vanuit dit beleid wordt gekeken naar een manier om het toepassen van de gevangenisstraf te reduceren en de overbevolking in gevangenissen tegen te gaan. Op deze manier wordt een gevangenisstraf een ultimum remedium. Vervolgens wordt ook de visie op de preventie van crimineel gedrag onder de loep genomen. Hoe kan onaangepast gedrag worden vermeden en hoe kunnen we inspelen op risicofactoren om straf te vermijden? De gevangenisstraf is vanuit veiligheidsoverwegingen echter niet weg te bannen uit onze samenleving. Daarom kijken we ook naar de huidige visie op de strafuitvoering. Meer bepaald staan we kort stil bij de herstelgerichte detentie en de nazorg binnen de strafuitvoering. 3.1 Preventie Voorkomen is beter dan genezen, zegt het populaire spreekwoord. Kunnen we ook in het strafbeleid preventief te werk gaan? Er is alvast veel onderzoek gedaan naar predictie en men kan besluiten dat er wel degelijk succesvolle interventies zijn, maar dat hun resultaten een bescheiden omvang hebben (Junger-Tas & Slot, Preventie van ernstig delinquent en geweldadig gedrag, 2001). Er is dus nog wel wat werk aan de winkel. Hoe kunnen we een preventief strafbeleid optimaliseren en kwetsbare groepen begeleiden om delinquent gedrag te reduceren? Achterliggende theorie Ernstige en gewelddadige delinquentie is vaak een resultaat van een veelheid aan factoren in de samenleving. Om preventief te werk te kunnen gaan is het dan ook nodig aan al deze factoren tegemoet te komen. Een bepaald gedrag is nooit toe te schrijven aan een persoonlijkheidskenmerk alleen. Gedrag is de functie van de interactie tussen persoonlijkheidskenmerken en omgevingsfactoren (Cuyvers, 2007). Daarom is het bij een preventief strafbeleid noodzakelijk om naast een begeleiding op maat ook de omgevingsfactoren te beïnvloeden. Hierbij kunnen we enerzijds de risicofactoren aanpakken en anderzijds de beschermende factoren benadrukken om zo de veerkracht van mensen te vergroten. Als we kijken naar de psychologische ontwikkeling van een kind, kunnen we stellen dat de verhouding tussen risico- en beschermende factoren de balans tussen draagkracht en draaglast in evenwicht houdt of net doet doorslaan (Broeckmans & Declerck, ). Om te beginnen zijn er de individuele risicofactoren waarvoor een gepaste begeleiding moet kunnen worden aangeboden. Resultaten van tweelingenonderzoek lokken de conclusie uit dat erfelijkheid een rol kan spelen in een verhoogd risico van delinquent gedrag. De invloed ervan wordt echter vaak overschat (Junger-Tas D., 1987). Wel spreken sommige wetenschappers over een gen dat hyperactiviteit zou veroorzaken. Omdat de aanwezigheid van bepaalde genen kan zorgen voor een lage frustratietolerantie, kan het een van de individuele risicofactoren vormen. Zo kan hyperactiviteit immers leiden tot conflicten of onaangepast gedrag in de samenleving. Persistente delinquenten lijken ook systematisch van andere jongeren te verschillen op een aantal individuele gedragskenmerken, zoals intelligentie, impulsiviteit, hyperactiviteit, extreem wantrouwen en een misvorming in de cognitieve verwerking van sociale prikkels, zodat men zich bijna steeds vijandig benaderd voelt (Vettenburg,

DEEL 1: JUSTITIE VAN VROEGER TOT NU 1 GESCHIEDENIS VAN DE BELGISCHE GEVANGENISSEN. 1.1 De Middeleeuwen. 1.2 18 de eeuw

DEEL 1: JUSTITIE VAN VROEGER TOT NU 1 GESCHIEDENIS VAN DE BELGISCHE GEVANGENISSEN. 1.1 De Middeleeuwen. 1.2 18 de eeuw 7 DEEL 1: JUSTITIE VAN VROEGER TOT NU 1 GESCHIEDENIS VAN DE BELGISCHE GEVANGENISSEN 1.1 De Middeleeuwen Tijdens de Middeleeuwen was er van penitentiaire instellingen nog geen sprake. De enige vorm van

Nadere informatie

Veroordeeld tot verantwoordelijkheid

Veroordeeld tot verantwoordelijkheid Departement Sociaal Werk Bachelor in het Sociaal Werk Veroordeeld tot verantwoordelijkheid Enkele thema s nader bekeken CAMPUS Geel Marjan Beets Inge Claes Nathalie Cockx Dieter Mouchard Yanna Egaña Viteri

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 JUNI 2014 P.14.0929.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0929.N F A H, veroordeelde tot een vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Jürgen Millen, advocaat bij de balie te Tongeren. I.

Nadere informatie

De organisatie van vorming, opleiding en arbeidstoeleiding als voorbereiding sociale re-integratie in Vlaamse gevangenissen

De organisatie van vorming, opleiding en arbeidstoeleiding als voorbereiding sociale re-integratie in Vlaamse gevangenissen De organisatie van vorming, opleiding en arbeidstoeleiding als voorbereiding sociale re-integratie in Vlaamse gevangenissen Promotor: Prof.dr. S.Snacken Onderzoekers: Hanne Tournel en Anne De Ron 1 Vanuit

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging,

Nadere informatie

De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw.

De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw. De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw. Mei 2004 Simone van Esch ANR 304542 Universiteit van Tilburg Inhoud 1.0 Inleiding 2.0 Gevangenisstelsels in de 18 e eeuw. 2.1 Het

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent foto s: Lieven Nollet Strafuitvoeringsrechtbanken Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

Organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden De organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden wordt vandaag geregeld met het decreet van 8 maart 2013 betreffende de organisatie

Nadere informatie

Netwerk Samenleving & Detentie

Netwerk Samenleving & Detentie Netwerk Samenleving & Detentie WIE WE ZIJN EN WAT WE WILLEN? Foto: Lieven Nollet De manier waarop een samenleving het strafbeleid en de strafprocedures organiseert, bepaalt of ze wel of niet fatsoenlijk

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent foto s: Lieven Nollet tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN

OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN Prof. Dr. L. Dupont (ed.) Proeve van Voorontwerp van Beginselenwet Gevangeniswezen en Tenuitvoeirlegging van Vrijheidsstraffen door Prof: Dr. Lieven Dupont

Nadere informatie

over de organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

over de organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Advies over de organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Brussel, 4 juli 2012 SARWGG_Raad_20120704_HulpEnDienstverleningGedetineerden_ADV_DEF Strategische Adviesraad Welzijn Gezondheid

Nadere informatie

Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden De Vlaamse Gemeenschap in de gevangenis LSB 02/02/09 Koenraad Polfliet Historiek 1980 1994 2000 2002 2010 1 Missie Strategisch plan De Vlaamse Gemeenschap waarborgt

Nadere informatie

Achter tralies in België

Achter tralies in België Achter tralies in België Tom Daems Peter Pletincx Luc Robert Veerle Scheirs Angela van de Wiel Karen Verpoest (eds.) Achter tralies in België Tom Daems Peter Pletincx Luc Robert Veerle Scheirs Angela van

Nadere informatie

ulp- en dienstverlening aan gedetineerden ulp- en dienstverlening aan gedetineerden Wat? H H

ulp- en dienstverlening aan gedetineerden ulp- en dienstverlening aan gedetineerden Wat? H H Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden 2 Wat? De Vlaamse overheid wil de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden uitbreiden en verbeteren. De inspanningen

Nadere informatie

penitentiair beambte

penitentiair beambte De Federale Overheidsdienst Justitie is op zoek naar integere, sterke persoonlijkheden die als een voorbeeldfunctie kunnen uitoefenen. Om je als potentiële kandidaat alvast een goed beeld te geven van

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk door een scholier 1573 woorden 23 januari 2002 5,8 206 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Inleiding Het gevangeniswezen. Hoe gaat het er in de gevangenissen

Nadere informatie

Opgave 3 De burger als rechter

Opgave 3 De burger als rechter Opgave 3 De burger als rechter Bij deze opgave horen tekst 5 en de tabellen 2 en 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Hoe behoren volgens het Nederlandse publiek veroordeelde plegers van misdrijven gestraft

Nadere informatie

Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen

Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen Eric Maes Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie Overzicht wetgevende initiatieven Prof. Lieven Dupont (2003): (...) vermoedelijk

Nadere informatie

Samenwerking SPV PI Zwolle en ACT

Samenwerking SPV PI Zwolle en ACT FORENSISCHE PSYCHIATRIE Samenwerking SPV PI Zwolle en ACT Even voorstellen Annemarie de Vries SPV bij het ACT team Dimence Zwolle Elles van der Hoeven SPV bij de PI Zwolle locatie Penitentiair Psychiatrisch

Nadere informatie

Inhoud. Ten geleide. Avant propos. Woord vooraf. Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie

Inhoud. Ten geleide. Avant propos. Woord vooraf. Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie Inhoud Inhoud Ten geleide Avant propos Woord vooraf Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie 1 Intitiele opdracht 1.1 haalbaarheidscriteria 1.2 Definitie van het begrip integrale veiligheidszorg

Nadere informatie

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden Evaluatie van het onderwijsaanbod in de gevangenissen in Vlaanderen en Brussel in functie van de Vlaamse leidraad voor het onderwijsaanbod in de gevangenissen Syntheserapport 22 maart 2017 1 Inleiding

Nadere informatie

INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND. Artikel 1 Definitie van het kind Ieder mens jonger dan achttien jaar is een kind.

INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND. Artikel 1 Definitie van het kind Ieder mens jonger dan achttien jaar is een kind. INTERNATIONAAL VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND Artikel 1 Definitie van het kind Ieder mens jonger dan achttien jaar is een kind. Artikel 2 Non-discriminatie Alle rechten gelden voor alle kinderen,

Nadere informatie

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard.

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard. Voorwoord Dit leerboek vormt een goede basis voor het opleidingsonderdeel strafrecht binnen een professionele bacheloropleiding. We denken hierbij in het bijzonder aan de afstudeerrichting Rechtspraktijk

Nadere informatie

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling)

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) DIENST Gent - Oudenaarde EEDVERBONDKAAI 285 9000 GENT DIENST Dendermonde OLV KERKPLEIN 30 9200 Dendermonde OOST-VLAANDEREN Voor wie? Slachtoffer/ daders

Nadere informatie

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling ADVIES Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling aan de Minister voor Rechtsbescherming naar aanleiding van het verzoek daartoe bij brief d.d.

Nadere informatie

DEEL 2: EEN NIEUWE VISIE OP DE GEVANGENIS 1 NAAR EEN GEPERSONALISEERDE STRAFOPLEGGING EN STRAFUITVOERING. 1.1 Probleemstelling

DEEL 2: EEN NIEUWE VISIE OP DE GEVANGENIS 1 NAAR EEN GEPERSONALISEERDE STRAFOPLEGGING EN STRAFUITVOERING. 1.1 Probleemstelling 28 DEEL 2: EEN NIEUWE VISIE OP DE GEVANGENIS 1 NAAR EEN GEPERSONALISEERDE STRAFOPLEGGING EN STRAFUITVOERING 1.1 Probleemstelling Wanneer we de problematiek van het gevangenisleven van dichtbij bestuderen,

Nadere informatie

Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Hulp- en dienstverlening aan gedetineerden Drugsbeleid in de gevangenissen Who cares? We all care Opbouw Aanbod vandaag Analyse m.b.t. drugsbeleid in gevangenissen Lichtpunten Met focus op strategisch

Nadere informatie

Waarom Koers & kansen?

Waarom Koers & kansen? Waarom Koers & kansen? Dalende criminaliteit, minder mensen die straf krijgen Minder lange gevangenisstraffen opgelegd door rechter Criminelen hebben vaak ook andere problemen, bijvoorbeeld psychologische

Nadere informatie

Wie komt in aanmerking voor de award

Wie komt in aanmerking voor de award Wie komt in aanmerking voor de award 1. Alle Rotterdamse burgers of organisaties (zoals stichtingen, instellingen, scholen, of bedrijven) kunnen meedingen naar de Award. 2. Rotterdams betekent: a. Een

Nadere informatie

kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN

kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN WERKb L a D WERKBLAD met terugwerkende kracht met terugwerkende kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN Dit werkblad is een voorbereiding op je bezoek aan de vaste tentoonstelling Met Terugwerkende

Nadere informatie

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen

Nadere informatie

Toespraak DGPJS tgv installatie Erkenningscommissie Gedragsinterventies op , Sociëteit De Witte, te Den Haag

Toespraak DGPJS tgv installatie Erkenningscommissie Gedragsinterventies op , Sociëteit De Witte, te Den Haag Toespraak DGPJS tgv installatie Erkenningscommissie Gedragsinterventies op 30-8-2005, Sociëteit De Witte, te Den Haag Dames en heren, De Minister zei het al: de recidivecijfers zijn zorgwekkend. Van de

Nadere informatie

Scenario s voor de gevangenis van de toekomst

Scenario s voor de gevangenis van de toekomst Scenario s voor de gevangenis van de toekomst Tom Vander Beken Studiedag Justitie 2020. Brussel, 3 maart 2016 t. +32 9 264 69 39 f. +32 9 264 69 71 tom.vanderbeken@ugent.be 1 Overzicht 2 1. Inleiding 2.

Nadere informatie

Cultuursensitief werken in detentie, uitdagingen en drempels Dr. Bart Claes

Cultuursensitief werken in detentie, uitdagingen en drempels Dr. Bart Claes WAKKER LIGGEN VAN (GEVANGENIS)CULTUUR Cultuursensitief werken in detentie, uitdagingen en drempels Dr. Bart Claes INDELING Omgevingsanalyse Zelf analyse Interculturaliseren Voorbeeld van project Samenspraak

Nadere informatie

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden)

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) 1. Hoeveel levenslanggestraften zijn er nu in NL? Op dit moment zijn er 33 mensen onherroepelijk veroordeeld tot levenslang. Dat betekent dat zij

Nadere informatie

Beleidsvisie Sociaal Werk

Beleidsvisie Sociaal Werk Beleidsvisie Sociaal Werk Jo Vandeurzen Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Het momentum Groot enthousiasme voor deelname aan werkgroepen Sociaal werkers uit verschillende sectoren en

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Ministerie van Justitie j1 Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Directie Sanctie- en Preventiebeleid Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen vwo 2018-I

maatschappijwetenschappen vwo 2018-I Opgave 2 Juridische aanpak jihadi s Bij deze opgave horen de teksten 2 en 3. Inleiding In januari 2016 gaf strafrechter Jan van der Groen een interview aan NRC Handelsblad, waarin hij zijn twijfel uitte

Nadere informatie

obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl

obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl 1 Actief burgerschap en sociale integratie: Door de toenemende individualisering in onze samenleving is goed

Nadere informatie

Opdrachtsverklaring Missie - Visie

Opdrachtsverklaring Missie - Visie Opdrachtsverklaring Missie - Visie 1. Missie Sint-Lodewijk biedt aangepast onderwijs en/of begeleiding op maat aan kinderen, jongeren en volwassenen met een motorische beperking. Ook het gezin en breder

Nadere informatie

Wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing. van gedetineerden in verband met de modernisering van het

Wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing. van gedetineerden in verband met de modernisering van het Wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden in verband met de modernisering van het gevangeniswezen Advies 10 maart 2011 1 2 Inhoudsopgave Samenvatting 5 Inleiding

Nadere informatie

Het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brussel. Secretariaat van Overlegcommissie Departement Stedenbouw. Anspachlaan 6, 1000 Brussel

Het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brussel. Secretariaat van Overlegcommissie Departement Stedenbouw. Anspachlaan 6, 1000 Brussel Het College van Burgemeester en Schepenen van de stad Brussel Secretariaat van Overlegcommissie Departement Stedenbouw Anspachlaan 6, 1000 Brussel Betreft: Bezwaar bij het afleveren van een stedenbouwkundige

Nadere informatie

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid individuele vrijheid participatie gelijke rechten solidariteit waardigheid Basisrechten Santé België is een rechtsstaat en een democratie die ieders mensenrechten e De Staat garandeert de naleving van

Nadere informatie

Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind

Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind Adviesorgaan van de Nationale Commissie voor de Rechten van het Kind Advies over de vrijheidsberoving van kinderen in België naar aanleiding van de publicatie van het Belgische staatsrapport in kader van

Nadere informatie

Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik

Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik Gelet op artikel 128, 1, van de Grondwet; Gelet op de bijzondere

Nadere informatie

Missie De Rode Antraciet vzw

Missie De Rode Antraciet vzw Missie De Rode Antraciet vzw Elke mens maakt deel uit van de In een gevangenis is dat niet vanzelfsprekend. De Rode Antraciet vzw werkt aan een maximale interactie tussen gevangenen en de buitenwereld.

Nadere informatie

Rolnummer 3759. Arrest nr. 109/2006 van 28 juni 2006 A R R E S T

Rolnummer 3759. Arrest nr. 109/2006 van 28 juni 2006 A R R E S T Rolnummer 3759 Arrest nr. 109/2006 van 28 juni 2006 A R R E S T In zake : het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de artikelen 19, 35 tot 40, 102 en 103, 1, van de basiswet van 12 januari

Nadere informatie

HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN

HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN BESCHERMEN EN SANCTIONEREN Eef Goedseels Justitie 2020 3/3/2016 Opbouw Theorie Praktijk Afsluitende reflectie Historische aanloop Beschermingsrecht (cfr. sociaal verweer) Kritieken

Nadere informatie

Internering: POSITIENOTA

Internering: POSITIENOTA Internering: POSITIENOTA 19 december 2016 1 Krachtens artikel 14 van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap "waarborgen de Staten die Partij zijn, dat personen met een handicap op

Nadere informatie

4. Wat zijn de rechten en plichten van een asielzoeker in België?

4. Wat zijn de rechten en plichten van een asielzoeker in België? 4. Wat zijn de rechten en plichten van een asielzoeker in België? Sinds 12 januari 2007 is in België de 'opvangwet' van kracht. Dit is een bundel van bepalingen die de asielopvang regelen. De opvangwet

Nadere informatie

Mensbeeld, beeldvorming en mensenrechten. Anton van Tijs Kooijmans en Hans Moors (redactie)

Mensbeeld, beeldvorming en mensenrechten. Anton van Tijs Kooijmans en Hans Moors (redactie) Mensbeeld, beeldvorming en mensenrechten Anton van Tijs Kooijmans en Hans Moors (redactie) Inhoudsopgave Ten geleide Anton van Tijs Kooijmans en Hans Moors Mensbeelden en Theo van Boven Inleiding 3 Universeel

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten) Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een

Nadere informatie

VRIJHEDEN EN VRIJHEIDSBENEMING. Mensenrechten van gedetineerden

VRIJHEDEN EN VRIJHEIDSBENEMING. Mensenrechten van gedetineerden VRIJHEDEN EN VRIJHEIDSBENEMING Mensenrechten van gedetineerden E. BREMS, S. SOTTIAUX, P. VANDEN HEEDE en W. VANDENHOLE (EDS.) intersentia Antwerpen - Oxford INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF AFKORTINGEN v ix

Nadere informatie

Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie

Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie Het erkenningsbesluit sociale huisvesting: stimulans voor bewonersparticipatie Voorstel tot aanbevelingen van VIVAS I. Inleiding...2 II. Het erkenningsbesluit en bewonersparticipatie...2 1 Prestatiebeoordeling

Nadere informatie

Bijzonder procesdoel 3: ontdekken van mensenrechten

Bijzonder procesdoel 3: ontdekken van mensenrechten Bijzonder procesdoel 3: ontdekken van mensenrechten Eerste leerjaar B 3.1. Mijn rechten Beroepsvoorbereidend leerjaar 3.1. Mijn rechten Wie ben ik? * De leerlingen ontdekken wie ze zelf zijn - de mogelijkheden

Nadere informatie

Datum 18 december 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over cipiers die ziek van angst zouden zijn door onveilige situaties in de gevangenissen

Datum 18 december 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over cipiers die ziek van angst zouden zijn door onveilige situaties in de gevangenissen 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie sanctietoepassing en Jeugd Portefeuille Boete en Detentie

Nadere informatie

Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden

Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden Liga voor Mensenrechten Manifest Internering 1/10 Inhoudstafel Wat is internering? p. 3 Standpunt 1: Geïnterneerden hebben recht op behandeling

Nadere informatie

Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen

Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen (B.S. 10.11.2003) HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs Voor de sociale

Nadere informatie

Voorwoord 9. Inleiding 11

Voorwoord 9. Inleiding 11 inhoud Voorwoord 9 Inleiding 11 deel 1 theorie en geschiedenis 15 1. Een omstreden begrip 1.1 Inleiding 17 1.2 Het probleem van de definitie 18 1.3 Kenmerken van de representatieve democratie 20 1.4 Dilemma

Nadere informatie

Doelgroepen in de inschakelingseconomie. Werkervaring werkt competentieverhogend domeinen : psychosociaal,

Doelgroepen in de inschakelingseconomie. Werkervaring werkt competentieverhogend domeinen : psychosociaal, Nora De Herdt Coördinator Doelgroepen in de inschakelingseconomie Wie zijn wij? FeBIO vertegenwoordigt 23 nederlandstalige Brusselse organisaties die werkervaringstrajecten aanbieden in diverse sectoren

Nadere informatie

Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1

Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1 1 Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

Diensten binnen de gevangenis een introductie. Sociale plattegrond 21/10/2014 Gent

Diensten binnen de gevangenis een introductie. Sociale plattegrond 21/10/2014 Gent Diensten binnen de gevangenis een introductie Sociale plattegrond 21/10/2014 Gent België Oost-Vlaanderen 2013 Capaciteit Gem. bevolking overbevolking Gent 299 423 41,5% Oudenaarde 132 160 21,2% Dendermonde

Nadere informatie

Opdracht Maatschappijleer Integratie en immigratie

Opdracht Maatschappijleer Integratie en immigratie Opdracht Maatschappijleer Integ en immig Opdracht door een scholier 1899 woorden 21 januari 2004 6,6 90 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Integ en immig 1. Wat is het probleem? -Historische schets Tussen

Nadere informatie

zorgvisie Heilige familie Lagere school

zorgvisie Heilige familie Lagere school zorgvisie Heilige familie Lagere school 1) Inleiding Onze school- en zorgvisie staat gesymboliseerd in ons schoollogo en in onze slogan sterk onderwijs, warme sfeer! : Ieder kind is van harte welkom in

Nadere informatie

Maatschappelijke kwetsbaarheid. Deskundige en onafhankelijke ondersteuning. Gemeenschappelijke problemen

Maatschappelijke kwetsbaarheid. Deskundige en onafhankelijke ondersteuning. Gemeenschappelijke problemen M I S S I E 'Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden.' Mensen hebben recht op werk, sociale bescherming, behoorlijke huisvesting, een gezond leefmilieu, op culturele en maatschappelijke ontplooiing.

Nadere informatie

Katrien Herbots. Sofie Van Rumst. Coördinator Kenniscentrum Kinderrechten Vrijwillig Wetenschappelijk medewerker ISR & LINC, KU Leuven

Katrien Herbots. Sofie Van Rumst. Coördinator Kenniscentrum Kinderrechten Vrijwillig Wetenschappelijk medewerker ISR & LINC, KU Leuven Katrien Herbots Coördinator Kenniscentrum Kinderrechten Vrijwillig Wetenschappelijk medewerker ISR & LINC, KU Leuven Sofie Van Rumst Advocaat Beleidsadviseur Kinderrechtencommissariaat Enkel langs het

Nadere informatie

DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening

DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening 1 INHOUD PRESENTATIE I. Belgisch drugbeleid II. O.M. en problematisch druggebruik III.De rechtbank en problematisch

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen stuk ingediend op 1680 (2011-2012) Nr. 1 19 juni 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de dames Marijke Dillen, Gerda Van Steenberge en Linda Vissers en de heren Frank Creyelman, Filip Dewinter,

Nadere informatie

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman

Van Waarde(n) HUB 28 november 2015, Miranda Meijerman Van Waarde(n) Al voor de oprichting van het Humanistisch Verbond in 1946 bestond er buitenkerkelijke uitvaartbegeleiding. vandaag staan we stil bij de HUB die nu 10 jaar als zelfstandige stichting functioneert.

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen Stuk 2223 (2003-2004) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 5 maart 2004 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Roegiers, Carlo Daelman en Koen Helsen betreffende een

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 1. De institutionalisering van het ingrijpen in opvoeding in de. Hoofdstuk 2. Sociale opvoeding in het regime van de Wet op de

Inhoud. Hoofdstuk 1. De institutionalisering van het ingrijpen in opvoeding in de. Hoofdstuk 2. Sociale opvoeding in het regime van de Wet op de 5 Inhoud Inleiding 11 Hoofdstuk 1. De institutionalisering van het ingrijpen in opvoeding in de jonge natie-staat België 15 Van 1830 tot aan de vooravond van de Wet op de Kinderbescherming van vijftien

Nadere informatie

European Prison Rules Stand van zaken in de Belgische gevangenissen

European Prison Rules Stand van zaken in de Belgische gevangenissen European Prison Rules Stand van zaken in de Belgische gevangenissen De FARAPEJ organiseert op 4 en 5 november 2016 een colloquium in Parijs met het volgende thema: Europese gevangenisregels, een hefboom

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED, DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN,

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging

Nadere informatie

vzw beschut wonen DE OVERWEG ONZEOPDRACHT

vzw beschut wonen DE OVERWEG ONZEOPDRACHT vzw beschut wonen DE OVERWEG ONZEOPDRACHT vzw beschut wonen DE OVERWEG bewoners De vzw Beschut Wonen De Overweg richt zich tot volwassenen die omwille van hun psychiatrische problematiek en/of psychosociale

Nadere informatie

Wat doet een justitiehuis?

Wat doet een justitiehuis? Wat doet een justitiehuis? -Eerstelijns advies aan burgers -Burgerrechtelijke opdrachten -Slachtofferonthaal -Daderwerking 2 ledige taak: Enquête Begeleiding Veerle Pasmans Directeur Justitiehuis Antwerpen

Nadere informatie

multiprobleem gezinnen

multiprobleem gezinnen Een literatuurstudie naar de verbinding tussen veiligheid en zorg op gebied van multiprobleem gezinnen 1. achtergrond en AANPAK Multiprobleem gezinnen (MPG) zijn al decennia lang onderwerp van studie.

Nadere informatie

Datum 2 maart 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Van Velzen (SP) over de uitvoering van penitentiaire programma's

Datum 2 maart 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Van Velzen (SP) over de uitvoering van penitentiaire programma's > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Directie Sanctie-

Nadere informatie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie DEEL ARMOEDEBESTRIJDING Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie Actie 1 : Het OCMW zorgt er, zelfstandig of

Nadere informatie

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Kwadraat staat voor. kwaliteit, want kwaliteitsvolle zorg vermenigvuldigt als je ze deelt.. het bundelen van de krachten om mensen met een psychische

Nadere informatie

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? De externe omgeving wordt voor meer en meer organisaties een onzekere factor. Het is een complexe oefening voor directieteams om

Nadere informatie

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon.

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. OPVOEDEN en LEREN is gebaseerd op een draagvlak van STEUNEN, STUREN EN STIMULEREN: Om binnen de grenzen

Nadere informatie

Intern kwaliteitscharter

Intern kwaliteitscharter Intern kwaliteitscharter Ons intern kwaliteitscharter is samen met het kwaliteitscharter van Federgon (zie volgende pagina) een instrument om de kwaliteit van onze dienstverlening te waarborgen. Al onze

Nadere informatie

Samenwerking tussen PI en gemeente bij de reïntegratie van de gedetineerde burger. Workshop oktober 2010

Samenwerking tussen PI en gemeente bij de reïntegratie van de gedetineerde burger. Workshop oktober 2010 Samenwerking tussen PI en gemeente bij de reïntegratie van de gedetineerde burger Workshop oktober 2010 2 Hoger doel Wij staan voor een veilige en menswaardige detentie en werken, samen met onze partners

Nadere informatie

5 jaar CGG Eclips binnen de gevangenismuren Een evaluatie

5 jaar CGG Eclips binnen de gevangenismuren Een evaluatie 5 jaar CGG Eclips binnen de gevangenismuren Een evaluatie Inhoud Inleiding Werking CGG Eclips Evaluatie Achtergrond Vlaams Strategisch Plan Hulp- en Dienstverlening aan Gedetineerden (2000) De Vlaamse

Nadere informatie

Visienota EDUCARE / Transities 0-6 jaar. Onderwijscentrum Brussel Entiteit Gezin

Visienota EDUCARE / Transities 0-6 jaar. Onderwijscentrum Brussel Entiteit Gezin Visienota EDUCARE / Transities 0-6 jaar Onderwijscentrum Brussel Entiteit Gezin a. Situering Jonge kinderen (0-6 jaar) groeien op in diverse contexten: thuis, eventueel in de kinderopvang, en in de kleuterschool.

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo I

Eindexamen maatschappijleer vwo I Vraag Antwoord Opgave 2 Strafrecht en volkswil Scores 14 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: kenmerk 1 Het zich afzetten tegen het politieke establishment / het gevestigde politieke

Nadere informatie

TBS.^- Nederland. Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus EH DEN HAAG

TBS.^- Nederland. Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus EH DEN HAAG TBS.^- Nederland Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Kenmerk: DIRUIT18/237/HB/svdk Groningen, 14 juni 2018 Betreft:

Nadere informatie

Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen. Ronde van Vlaanderen 2016

Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen. Ronde van Vlaanderen 2016 Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen Ronde van Vlaanderen 2016 2 - VVSG - Ronde van Vlaanderen maart 2016 Inhoud Op Vlaamse regering (18 december 2015) goedgekeurde

Nadere informatie

Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie.

Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie. Vakgroep Criminologie, strafrecht & sociaal recht Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie. Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 1184 woorden 8 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 1 De staat kan wetten maken, regels die voor alle

Nadere informatie

Dit seminar zal ons, de vandaag hier aanwezige sectoren, leiden in het exploreren van de inmiddels wereldwijd bekende Eigen Kracht.

Dit seminar zal ons, de vandaag hier aanwezige sectoren, leiden in het exploreren van de inmiddels wereldwijd bekende Eigen Kracht. Speech ter gelegenheid van Seminar Eigen Kracht / Forsa Propio 3 september 2015 Integrale aanpak vanuit een heldere visie Dit seminar gaat over Eigen Kracht. Welke associaties roept Eigen Kracht eigenlijk

Nadere informatie

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten 6 e Vlaamse GGZ-congres Macht en kracht. Zorgrelaties in verandering 18 en 19 september 2012, Antwerpen Freya Vander

Nadere informatie

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3 17 SOCIALE ECONOMIE 18 Sociale economie Iedereen heeft recht op een job, ook de mensen die steeds weer door de mazen van het net vallen. De groep werkzoekenden die vaak om persoonlijke en/of maatschappelijke

Nadere informatie

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31)

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Persbericht van de Ministerraad Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Op voorstel van mevrouw Laurette Onkelinx, Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, keurde de Ministerraad

Nadere informatie

WHITEPAPER Nl-ANALYSE

WHITEPAPER Nl-ANALYSE WHITEPAPER Nl-ANALYSE Inhoudsopgave: 1. Wat is een Next Level-analyse? 2. Waarom een Next Level-analyse en wat is de toegevoegde waarde? 3. Hoe komt een Next Level-analyse tot stand? 4. Dan is er en analyse,

Nadere informatie