De stand van de BGT. Monitorrapportage maart 2016

Transcriptie

1 De stand van de BGT Monitorrapportage maart

2 De stand van de BGT Monitorrapportage maart 2016

3 Inhoudsopgave Voorwoord 4 Inleiding 6 1 Stand van de transitie 10 2 Planning en afronding 20 3 Beheer en bijhouding 24 4 Kwaliteit 30 5 Gebruik 39 Nawoord 43

4 Voorwoord De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) wordt de gedetailleerde grootschalige digitale kaart van heel Nederland. Alle fysieke objecten zoals gebouwen, wegen, water en groen zijn hier eenduidig op vastgelegd. Met de BGT spreken we straks één geografische taal. De BGT is geregeld in de Wet Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Op 1 januari 2016 is de wet formeel in werking getreden. Vanaf 2017 zijn overheidsorganisaties en iedereen die in opdracht van hen werkt bovendien verplicht gebruik te maken van deze basisregistratie bij de uitvoering van publiekrechtelijke taken. Daarom wordt in het hele land hard gewerkt om de transitie naar de BGT af te ronden. Om inzicht te geven in de voortgang van de transitie naar de BGT publiceert het Programmabureau BGT maandelijks een monitorrapportage. Daarnaast wordt één keer per jaar deze uitgebreide Stand van de BGT uitgegeven. In dit rapport wordt via landkaarten de actuele stand van de transitie naar de BGT weergegeven. Ook zijn er kaarten die informatie geven over beheer en bijhouding, kwaliteit, en gebruik. Als input voor deze rapportage is gebruik gemaakt van verschillende bronnen: een enquête onder de bronhouders door onderzoeksbureau Statisfact, informatie uit de TransitieMonitorTool (TMT), het werkplan van het SVB-BGT en informatie van het LSV-GBKN. De rapportage is openbaar. Hij is bedoeld ter informatie voor alle betrokkenen bij de BGT en dient daarnaast als basis voor sturing aan het transitieproces. Deze rapportage levert een bijdrage aan het omvangrijke transitieproces waar we gezamenlijk voor staan. Met vriendelijke groet, Ruud van Rossem Algemeen programmamanager BGT Ministerie van Infrastructuur en Milieu 4 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

5 Wat is de Basisregistratie Grootschalige Topografie? De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) is een gedetailleerde (in vaktaal: grootschalige) digitale kaart van heel Nederland. Daarin worden alle objecten zoals gebouwen, wegen, water, spoorlijnen en groen op een eenduidige manier vastgelegd. Als de kaart in januari 2016 klaar is, kan iedereen deze gebruiken als ondergrond voor uiteenlopende doelen. Bijvoorbeeld voor het inplannen van groenbeheer, het in beeld brengen van de bevolkingssamenstelling, het presenteren van plannen voor stadsvernieuwing of het vastleggen van evacuatieroutes. De BGT is een belangrijk onderdeel van het stelsel van basisregistraties. Basisregistraties maken eenmalig inwinnen en meervoudig gebruik mogelijk. Door de gegevens in de BGT eenduidig te onderhouden, zijn ze herbruikbaar voor alle overheidsorganisaties die deze gegevens nodig hebben. Opnieuw inwinnen of intekenen van dezelfde gegevens is dus niet meer nodig. Waarom is de BGT nodig? Het doel van de BGT is de hele overheid gebruik laten maken van dezelfde basisgegevens over de grootschalige topografie van Nederland. Dat zorgt namelijk voor betere dienstverlening aan burgers en bedrijven, administratieve lastenverlichting, minder fouten en minder kosten. Vanzelfsprekend heeft de BGT een grote meerwaarde voor werkzaamheden waarbij een gedetailleerde kaart nodig is. Bijvoorbeeld voor het inplannen van onderhoud aan groenvoorzieningen. Maar de BGT heeft veel meer toepassingsmogelijkheden. Door aan de BGT-objecten andere gegevens te koppelen krijgt men snel een gedetailleerd overzicht van een bepaald thema in een specifiek gebied. De BGT is een basiskaart: een ondergrond waarop informatie thematisch kan worden geprojecteerd en gepresenteerd. Zo geeft de BGT nieuwe inzichten op verschillende beleidsterreinen. BGT Monitorrapportage maart

6 Inleiding Deze monitorrapportage geeft een beeldend overzicht van de voortgang, planning en kwaliteit van (de transitie naar) de BGT en geeft tevens een doorkijk naar de plannen van bronhouders ten aanzien van beheer & bijhouding en gebruik. Met behulp van kaarten wordt inzichtelijk gemaakt hoe de planning en de realisatie van de transitie er per bronhouder uitziet, met welke inhoud, nauwkeurigheid en actualiteit de BGT beschikbaar komt, hoe bronhouders de organisatie van de bijhouding gaan oppakken en welke ambities en verwachtingen zij hebben ten aanzien van het interne gebruik van de BGT. Als input voor deze rapportage zijn de volgende informatiebronnen gebruikt: 1 Een enquête Onderzoeksbureau Statisfact heeft in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu een kort inventarisatieonderzoek uitgevoerd om aanvullende informatie bij de bronhouders in te winnen. Door middel van een enquête is reeds bekende informatie geverifieerd en is een aantal nieuwe vragen gesteld over de planning en voortgang van de transitie, de (geplande) kwaliteit, de bijhouding en het gebruik van de BGT. Dit inventarisatieonderzoek wordt jaarlijks herhaald. De inhoud van de enquête kan per jaar verschillen en wordt gebaseerd op de dan actuele thema s. 2 De Transitie Monitor Tool Om op ieder moment inzicht te hebben in de voortgang van de transitie heeft het SVB-BGT de Transitie Monitorings Tool (TMT) ontwikkeld. De TMT is een online portaal waarin alle bronhouders hun planning voor de transitie gebiedsgericht opnemen en waarin zij de realisatie van mijlpalen kunnen registreren. Deze informatie wordt per bronhouder gekoppeld aan het bijbehorende kaartgebied. De informatie wordt gebruikt om planningen met elkaar af te stemmen, analyses uit te voeren en geaggregeerde voortgangsrapporten maken. Bronhouders worden geacht de TMT zelf gedurende de looptijd van hun transitie naar de BGT bij te houden. Voor iedere nieuwe monitorrapportage BGT wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van de meest recente informatie uit de TMT. 3 Het SVB-BGT en LSV-GBKN Het SVB-BGT (SamenwerkingsVerband Bronhouders BGT) maakt afspraken met individuele bronhouders over o.a. deadlines van hun transitie. Deze worden vastgelegd in een werkplan. Een deel van deze informatie, alsmede informatie over o.a. deelnemerschap aan de community en facility, is ook relevant voor de monitorrapportage. 6 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

7 Publicatieoverzicht In onderstaande tabel is per publicatie opgenomen welke kaarten nieuw en welke bijgewerkt zijn ten opzicht van de vorige publicatie van de monitorrapportage. Publicatiedatum Nieuwe kaarten Bijgewerkt Opmerkingen 1 November 2013 Alle kaarten n.v.t. 91,7% respons op enquête van november Januari 2014 n.v.t. Alle kaarten waarvan data uit de TMT en van het SVB-BGT komt Verlate enquêtedata 30 bronhouders toegevoegd 98,4% respons op enquête van november April 2014 Bijhouding van planning in de TMT 2.1 BGT Koplopers en bronhouders van het eerste uur 4 Juli Afstemming over bijhouding van de BGT 1.12 Stand van zaken implementatie BGT-software 1.13 Planning implementatie BGT-software 1.14 Bekendheid met de controleservice 2.2 Organisatorische randvoorwaarden 2.11 Geplande stop bijhouding oude stijl 2.12 Gerealiseerde stop bijhouding oude stijl Alle kaarten waarvan data uit de TMT en van het SVB-BGT komt Alle kaarten waarvan data van enquête, KING, de TMT en het SVB-BGT komt Geen nieuwe enquêtedata 93,7 % respons op de enquête van mei Oktober 2014 n.v.t. Alle kaarten waarvan data uit de TMT en van het SVB-BGT komt Geen nieuwe enquêtedata 6 Maart Aangeleverde deelgebiedenplanning 1.4 Aangeleverd proefbestand 1.9 Voortgang opbouw BGT 2.6; 2.7; 2.8. Stand van zaken BGT-software 2.9 Planningsrisico s Daarnaast zijn er diverse cirkel- en staafdiagrammen toegevoegd 7 Maart Bronhouders volledig in de Landelijke Voorziening 2.4 Voortgang aanlevering; 2.5 Verwachte afronding transitie 3.5 Risico s in beheerfase. Stimuleren intern gebruik; 5.2 Gebruik BGT; 5.1 Wensen interne gebruikers Alle kaarten waarvan data uit de TMT en van het SVB-BGT komt Alle kaarten waarvan data uit de TMT en van het SVB-BGT komt 96% respons op enquête van februari ,6% respons op enquête van januari 2016 BGT Monitorrapportage maart

8 Rapportage januari 2016 Gedurende de transitie naar de BGT wordt op verschillende momenten een vragenlijst aan alle bronhouders verzonden waarmee aanvullende informatie over de voortgang, organisatie, kwaliteit, bijhouding en gebruik wordt verkregen die niet in de TMT of bij het SVB-BGT wordt verzameld. De eerste enquête is in het najaar van 2013 verzonden en sloot met een respons van 98,4% (441 van de 448 bronhouders). De tweede enquête is in mei 2014 aan een lager aantal bronhouders gestuurd, als gevolg van gemeentelijke fusies en samenwerkingsverbanden. Deze tweede enquête leverde een respons van 93,7% (415 van de 443 bronhouders) op. De enquête van januari 2015 kon rekenen op een respons van 419 bronhouders op een totaal van 433, wat neerkomt op 96,8%. De enquête van januari 2016, waarop deze rapportage grotendeels is gebaseerd, had een respons van 94,6% (410 van 433 bronhouders). Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Respons op de enquête Geheel ingevuld Niet ingevuld Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

9 Leeswijzer De monitorrapportage bestaat uit vijf thema s (stand van de transitie, planning en afronding, kwaliteit, beheer en bijhouding en gebruik) waarbinnen verschillende onderwerpen aan bod komen. Ieder onderwerp wordt toegelicht aan de hand van kaarten die de stand van zaken per de individuele bronhouder weergeeft. De bronhouders worden in categorieën ingedeeld, te weten Gemeenten, Provincies, Waterschappen en de landelijke bronhouders Ministerie IenM, Ministerie van EZ, Ministerie van Defensie en ProRail. Het eerste deel van de rapportage gaat over de actuele transitiestand bij de individuele bronhouders. In dit deel staan de mijlpalen centraal. De gemonitorde indicatoren in dit hoofdstuk zijn (in)direct te koppelen aan de mijlpalenplanning, waar ook naar wordt verwezen in het inleidende stukje tekst. Deze mijlpalen zijn eerder gepubliceerd in de mijlpalenplanning, welke hieronder is weergegeven. Het tweede deel van de rapportage gaat over de afronding van de transitie. Hier wordt weergegeven wanneer bronhouders verwachten klaar te zijn met hun deel van de BGT. In het derde tot en met vijfde deel van de rapportage wordt een aantal inhoudelijke thema s behandeld, te weten: de verwachte en gerealiseerde kwaliteit van de BGT, de ambities en plannen ten aanzien van de bijhouding van de BGT en de ambities en verwachtingen ten aanzien van het interne gebruik van de BGT. In het nawoord wordt beschreven wat uit de kaarten kan worden opgemaakt en hoe het staat met de voortgang van de transitie naar de BGT. Wanneer er geen informatie van een bronhouder beschikbaar is als gevolg van het niet invullen van de enquête, wordt deze bronhouder in desbetreffende kaarten als wit of grijs ( geen informatie ) weergegeven. Wat te doen bij ontbrekende of onjuiste informatie? Met behulp van de beschikbare informatie uit bovengenoemde bronnen tracht deze rapportage een zo volledig mogelijk beeld van de huidige stand van zaken te geven. De peildatum was 3 februari 2015, het moment dat de enquêtes waren ingevuld. Wanneer u informatie bezit die nog mist in de kaarten, onjuistheden ziet of vragen heeft, neem dan contact op met het Programmabureau BGT via Postbus.BGT@minienm.nl. BGT Monitorrapportage maart

10 1 Stand van de transitie Het eerste deel van de rapportage gaat over de voortgang van de transitie bij de individuele bronhouders. In dit deel wordt een aantal belangrijke mijlpalen gemonitord die relevant zijn voor de voortgang en financiering van de transitie naar de BGT. Het hoofdstuk begint met een overzicht van de gebieden waarin Nederland is onderverdeeld in de transitie naar de BGT. Vervolgens wordt ingegaan op de stand van de transitie ten opzichte van de mijlpalenplanning. Achtereenvolgens wordt getoond of bronhouder gereed zijn met de aanlevering van een projectplan, deelgebiedenplanning, een proefbestand, en een eerste en laatste deelgebied. Wanneer bestanden zijn aangeleverd bij het SVB-BGT kunnen ze worden geassembleerd, waarna ze worden doorgestuurd naar de Landelijke Voorziening (LV) BGT. In paragraaf 1.8 wordt getoond hoever individuele bronhouders procentueel zijn met het vullen van de LV. In paragraaf 1.9 tot slot wordt getoond welke bronhouders inmiddels volledig in de LV zitten en op welk moment zij in de LV zijn gekomen. Wanneer een gebied in de LV BGT is opgenomen, is deze als open data voor iedereen beschikbaar via het digitale loket Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK). Inhoudsopgave hoofdstuk 1 Stand van de transitie 1.1 Transitieregio s BGT Transitiestand Detailplan gereed en aangeleverd Aangeleverde deelgebiedenplanning Aangeleverd proefbestand Levering van het eerste deelgebied Levering van het laatste deelgebied Percentage BGT in de landelijke voorziening Bronhouders volledig in de Landelijke Voorziening Ministerie van Infrastructuur en Milieu

11 1.1 Transitieregio s BGT Tijdens de transitie wordt een gebiedsgerichte aanpak toegepast onder centrale regie van het SVB-BGT. Onderstaande kaart geeft de 25 transitieregio s weer waarin Nederland is onderverdeeld voor de transitie naar de BGT. De bronhouders uit deze regio s komen met enige regelmaat bijeen om geïnformeerd te worden over de landelijke ontwikkelingen en de onderlinge samenwerking nader uit te werken. Transitieregio s BGT Monitorrapportage maart

12 1.2 Transitiestand Onderstaande kaarten geven weer hoever bronhouders zijn in de realisatie van de BGT ten opzichte van de mijlpalenplanning. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Behaalde mijlpaal Nog geen mijlpaal gehaald Mijlpaal 1: detailplan aangeleverd Mijlpaal 2/1: planning deelgebieden aangeleverd Mijlpaal 2/2a: proefbestand aangeleverd Mijlpaal 2/2b: 1e deelgebied aangeleverd Tussenmeting: 50% in de LV Mijlpaal 3: laatste deelgebied aangeleverd Finish: 100% in de LV Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap 12 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

13 1.3 Detailplan gereed en aangeleverd Bij aanvang van de transitie wordt van bronhouders verwacht dat zij een detailplan voor de transitie van hun eigen gebied maken en deze aanleveren bij het SVB-BGT. Onderstaande kaarten geven weer welke bronhouders hun detailplan gereed en aangeleverd hebben bij het SVB-BGT. Deze kaarten corresponderen met de mijlpaal van Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Detailplan gereed en aangeleverd Ja Nee Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap BGT Monitorrapportage maart

14 1.4 Aangeleverde deelgebiedenplanning Een onderdeel van de mijlpalenplanning is de aanlevering van een (vernieuwde) deelgebiedenplanning. Uit de ervaringen van de kopgroep blijkt dat het opdelen van het grondgebied helpt bij het succesvol produceren van de BGT. Het werken met deelgebieden wordt dan ook aanbevolen door SVB-BGT en het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Deze kaarten geven aan van welke bronhouders het SVB-BGT een (vernieuwde) deelgebiedenplanning heeft ontvangen. Deze kaarten horen bij de mijlpaal van 1 april Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Aangeleverde deelgebiedenplanning Ja Nee Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap 14 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

15 1.5 Aangeleverd proefbestand Onderstaande kaarten geven een overzicht welke bronhouders een proefbestand hebben aanngeleverd. Dit geeft een beeld van de werkelijke voortgang van de transitie naar de BGT. De proeflevering kunnen bronhouders helpen om een indruk te krijgen van de kwaliteit van de aanlevering. De beoordelingen van SVB-BGT kunnen helpen voorkomen dat er problemen ontstaan met de aanlevering van de deelgebieden. Deze kaarten horen bij de mijlpaal van 1 april Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Aangeleverde proefbestand Ja Nee Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap BGT Monitorrapportage maart

16 1.6 Levering van het eerste deelgebied Een (deel)gebied is klaar met de transitie als de oude topografie is opgewaardeerd naar de specificaties van de BGT en het bestand kan worden aangeleverd bij het SVB-BGT. Onderstaande kaarten geven weer of bronhouders een eerste deelgebied hebben geleverd aan het SVB-BGT. De levering van het eerste deelgebied hoort bij de mijlpaal van 1 april Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Levering eerste deelgebied Ja Nee Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap 16 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

17 1.7 Levering van het laatste deelgebied Als het laatste deelgebied is aangeleverd is de bronhouder gereed met de transitie naar de BGT. Onderstaande kaarten geven welke bronhouders hun laatste deelgebied aan het SVB-BGT hebben geleverd. De levering van het laatste deelgebied hoort bij de mijlpaal van 1 oktober Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Levering laatste deelgebied Ja Nee Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap BGT Monitorrapportage maart

18 1.8 Percentage BGT in de Landelijke Voorziening Als een gebied in de Landelijke Voorziening (LV) staat is deze beschikbaar voor gebruikers. Onderstaand percentage is gebaseerd op het aantal deelgebieden binnen het bronhoudergebied dat in de LV staat. Deze kaarten horen bij de laatste mijlpaal: de finish op 1 januari Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Voortgang opbouw BGT 0% 1-25% 26-50% 51-75% 76-99% 100% Geen informatie Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap 18 Ministerie van Infrastructuur en Milieu

19 1.9 Bronhouders volledig in de Landelijke Voorziening Als een gebied in de Landelijke Voorziening (LV) staat is deze beschikbaar voor gebruikers. Onderstaand is weergegeven sinds welk kwartaal bronhouders volledig in de LV zijn terug te vinden. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat ProRail Gemeente Provincie Sinds wanneer zitten bronhouders in de Landelijke Voorziening? In e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal 2016 Nog in transitie Bron: SVB-BGT Stand op: Waterschap BGT Monitorrapportage maart

20 2 Planning en afronding Het tweede deel van de rapportage gaat over de afronding van de transitie naar de BGT. Hier wordt weergegeven op welk moment bronhouders die nog in transitie zijn verwachten hun deel van de BGT aan te leveren. Met behulp van verschillende diagrammen wordt specifiek aandacht besteed aan de geplande levering van het eerste en laatste deelgebied, de vordering van de opbouw en aanlevering van deelgebieden en in hoeverre bronhouder verwachten in de eerste helft van 2016 klaar te zijn met de transitie naar de BGT. Inhoudsopgave hoofdstuk 2 Planning en afronding 2.1 Geplande levering deelgebieden Voortgang opbouw en aanlevering Verwachte afronding transitie Ministerie van Infrastructuur en Milieu

21 2.1 Geplande levering deelgebieden Een gebied is klaar met de transitie als de oude topografie is opgewaardeerd naar de specificaties van de BGT en het bestand kan worden aangeleverd bij het SVB-BGT. Bronhouders wordt aangeraden om het gebied op te delen in deelgebieden en deze gefaseerd aan te leveren. Onderstaande diagrammen geven weer wanneer de bronhouders die nog in transitie zijn gepland hebben hun eerste en laatste deellevering aan het SVB-BGT te doen. Geen informatie 4 e kwartaal 2016 (okt t/m dec) 3 e kwartaal 2016 (jul t/m sep) 2 e kwartaal 2016 (apr t/m jun) 1 e kwartaal 2016 (jan t/m mrt) Reeds geleverd Bron: enquête Stand op: Geen informatie 4 e kwartaal 2016 (okt t/m dec) 3 e kwartaal 2016 (jul t/m sep) 2 e kwartaal 2016 (apr t/m jun) 1 e kwartaal 2016 (jan t/m mrt) Reeds geleverd Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

22 2.2 Voortgang opbouw en aanlevering Bronhouders hebben de mogelijkheid om de opbouw van de BGT op hun eigen manier te organiseren en uit te voeren. In de enquête is aan de bronhouders gevraagd om een schatting van de totale opbouw te geven op de peildatum. Daarnaast is gevraagd om een schatting te geven van het percentage van het opgebouwde gebied dat is aangeleverd aan het SVB-BGT. De uitkomsten staan in onderstaande diagrammen, waarbij de kleuren een bepaald percentage vertegenwoordigen, zie ook de legenda. 1-25% 26-50% 51-75% 76-99% 100% Weet ik niet Geen informatie Bron: enquête Stand op: % 1-25% 26-50% 51-75% 76-99% 100% Weet ik niet Geen informatie Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

23 2.3 Verwachte afronding transitie We hebben bronhouders de volgende stelling voorgelegd: Ik verwacht dat ik als bronhouder voor 1 juli 2016 de deelgebieden waar ik voor verantwoordelijk ben initeel heb geleverd aan de Landelijke Voorziening conform de kwaliteitseisen. Onderstaande diagram geeft weer in hoeverre zij aangeven het met deze stelling eens te zijn. Reeds geleverd Helemaal mee oneens Enigszins mee oneens Neutraal Enigszins mee eens Helemaal mee eens Geen informatie Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

24 3 Beheer & bijhouding In het derde deel van deze rapportage wordt weergegeven hoe bronhouders het proces van bijhouding voor hun bronhoudergebied hebben georganiseerd of gaan organiseren. Gestart wordt met een visualisatie de wijze waarop de individuele bronhouders de processen van inwinning en muteren gaan organiseren. Tevens wordt inzichtelijk gemaakt of bronhouders de software voor het doen van mutaties al gereed hebben. Ook wordt weergegeven of bronhouders al afstemming hebben gezocht met aangrenzende bronhouders over het beheer in elkaars grensgebied. Tot slot wordt getoond welke risico s bronhouders zien voor een geslaagde beheer en bijhouding van de BGT. Inhoudsopgave hoofdstuk 3 Beheer en bijhouding 3.1 Rol bronhouder bij inwinnen Rol bronhouder bij registreren mutaties Stand van zaken BGT-software (mutaties) Afspraken met aangrenzende bronhouders Risico s in beheerfase Ministerie van Infrastructuur en Milieu

25 3.1 Rol bronhouder bij inwinnen Tijdens de beheerfase kunnen bronhouders de inwinning zelfstandig of in samenwerking uitvoeren, of uitbesteden aan een andere bronhouder of het SVB-BGT. Onderstaande kaarten geven weer hoe individuele bronhouders van plan zijn het proces van inwinning in 2016 te organiseren. Onder inwinning wordt verstaan het inventariseren van mogelijke mutaties (waaronder terugmeldingen), het opdracht geven tot en de uitvoering van deze inwinning en het verzamelen van deze mutaties ter verwerking. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Rol bronhouder bij inwinnen Zelfstandig In samenwerking Uitbesteed aan andere bronhouder Uitbesteed aan SVB-BGT Anders, namelijk Nog niet besloten Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

26 3.2 Rol bronhouder bij registreren mutaties Tijdens de beheerfase kunnen bronhouders de registratie van mutaties zelf doen, deels uitbesteden of volledig uitbesteden. Onderstaande kaarten geven weer hoe individuele bronhouders het registreren van mutaties willen organiseren in Onder registreren wordt verstaan het registreren van mutaties in een eigen systeem en de levering van deze mutaties aan de Landelijke Voorziening. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Rol bronhouder bij registreren mutaties Eigen verwerking Deels eigen verwerking Geen eigen verwerking Anders, namelijk Nog niet besloten Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

27 3.3 Stand van zaken BGT-software (mutaties) Een belangrijke randvoorwaarde voor de voortgang van de transitie naar de BGT is de software. Bronhouders hebben BGT software nodig om de opbouw te realiseren. Onderstaande kaarten geven aan welke bronhouders operationele software hebben ten behoeve van levering en ontvangst van mutaties. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail In bezit van BGT-software Ja, voor de levering van mutaties Ja, voor de ontvangst van mutaties Ja, voor beide Nee Niet van toepassing Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

28 3.4 Afspraken met aangrenzende bronhouders Voor een geslaagde bijhouding van de BGT is het noodzakelijk dat bronhouders afstemming zoeken over het beheer in elkaars bronhoudergebied. Onderstaande staafdiagram geeft weer door hoeveel bronhouders met welk type bronhouder afstemming is gezocht. De aantallen die er bij staan zijn unieke cijfers. Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

29 3.5 Risico s in beheerfase In de jongste enquête is aan alle bronhouders gevraagd welke risico s zij zien voor een geslaagde bijhouding van de BGT. Onderstaand staafdiagram geeft weer hoe vaak een risico genoemd is. De aantallen die er bij staan zijn unieke cijfers, bronhouders konden meerdere risico s aanklikken in de enquête. Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

30 4 Kwaliteit In het vierde deel van deze rapportage wordt weergegeven wat de verwachte en gerealiseerde kwaliteit van de BGT is. Ook wordt inzicht gegeven in de geplande nauwkeurigheid van de grootschalige topografie en gebruik van 3D in de BGT. Als eerste wordt inzichtelijk gemaakt welke ambitie de bronhouders op het gebied van bijhoudingsfrequentie en geometrische nauwkeurigheid voor de BGT hebben. In de paragrafen over bijhoudingsfrequenties wordt onderscheid gemaakt tussen wegdelen en panden en overige objecten, omdat de vereiste actualiteit voor wegdelen en panden hoger is (6 maanden) dan die voor overige objecten (18 maanden). De laatste paragrafen van dit hoofdstuk richten zich op de ambities van de bronhouder in het gebruik van plustopografie, zoals plantopografie en 3D. Voor de wettelijk vereiste kwaliteitsniveaus kunt u het document Managementsamenvatting BGT/IMGEO raadplegen. Dit is te vinden op de website van Geonovum. Inhoudsopgave hoofdstuk 4 Kwaliteit 4.1 Bijhoudingsfrequentie wegdelen BGT Bijhoudingsfrequentie panden BGT Bijhoudingsfrequentie overige objecten BGT Geometrische nauwkeurigheid BGT Betere geometrische nauwkeurigheid dan de BGT Plustopografie BGT Plantopografie BGT planning Gepland gebruik van 3D in de BGT Ministerie van Infrastructuur en Milieu

31 4.1 Bijhoudingsfrequentie wegdelen BGT In het Informatiemodel BGT (IMBGT) is overeengekomen dat de actualiteit van wegdelen 6 maanden moet zijn. Bij een bijhoudingsfrequentie van minimaal 4 keer per jaar wordt een mutatie in het terrein uiterlijk drie maanden na ontstaan ingemeten. Vervolgens is tijd nodig voor verwerking en aanlevering aan het SVB-BGT en de Landelijke Voorziening. Als die bewerkingen snel kunnen worden uitgevoerd is bij een bijhoudingsfrequentie van 4 keer per jaar een actualiteit van zes maanden te realiseren. Onderstaande kaarten geven weer hoe vaak bronhouders verwachten om bijhoudingsrondes uit te voeren (of uit te laten voeren) voor wegdelen. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Provincie Waterschap Bijhoudensfrequentie wegdelen 1 keer per jaar of minder 2 keer per jaar 3 keer per jaar 4 keer per jaar 5 keer per jaar Continu proces Nog niet besloten Niet van toepassing Geen informatie Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

32 4.2 Bijhoudingsfrequentie panden BGT In het Informatiemodel BGT (IMBGT) is overeengekomen dat de actualiteit van panden 6 maanden moet zijn. Bij een bijhoudingsfrequentie van minimaal 4 keer per jaar wordt een mutatie in het terrein uiterlijk drie maanden na ontstaan ingemeten. Vervolgens is tijd nodig voor verwerking en aanlevering aan het SVB-BGT en de Landelijke Voorziening. Als die bewerkingen snel kunnen worden uitgevoerd is bij een bijhoudingsfrequentie van 4 keer per jaar een actualiteit van zes maanden te realiseren. Onderstaande kaarten geven weer hoe vaak bronhouders verwachten om bijhoudingsrondes uit te voeren (of uit te laten voeren) voor panden. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Provincie Waterschap Bijhoudensfrequentie panden 1 keer per jaar of minder 2 keer per jaar 3 keer per jaar 4 keer per jaar 5 keer per jaar Continu proces Nog niet besloten Niet van toepassing Geen informatie Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

33 4.3 Bijhoudingsfrequentie overige objecten BGT In het Informatiemodel BGT (IMBGT) is overeengekomen dat de actualiteit van overige objecten 18 maanden moet zijn. Deze actualiteitseis is gebaseerd op het bijhouden van deze objecten met behulp van jaarlijkse luchtfoto s. Met inachtneming van de benodigde verwerkingsperiode, en het feit dat de luchtfoto s niet ieder jaar op hetzelfde moment zullen worden genomen, is de actualiteitseis van 18 maanden vastgesteld. Onderstaande kaarten geven weer hoe vaak bronhouders verwachten om bijhoudingsrondes uit te voeren (of laat uitvoeren) voor overige objecten. Voor bronhouders die nog niet gestart zijn met de bijhouding van overige objecten in de BGT is het gebied blauw weergegeven. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Provincie Waterschap Bijhoudensfrequentie overige objecten 1 keer per jaar of minder 2 keer per jaar 3 keer per jaar 4 keer per jaar 5 keer per jaar Continu proces Nog niet besloten Niet van toepassing Geen informatie Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

34 4.4 Geometrische nauwkeurigheid BGT Onder geometrische nauwkeurigheid verstaat men de mate waarin de opgeslagen coördinaten overeenkomen met de waarden in de werkelijkheid of de geaccepteerde afwijking. De BGT stelt eisen aan de geometrische nauwkeurigheid waarmee een object wordt ingewonnen en vastgelegd. In het Informatiemodel BGT (IMBGT) wordt per objecttype het vereiste nauwkeurigheidsniveau beschreven. In onderstaande kaarten wordt weergegeven welke bronhouders hebben aangegeven een betere geometrische nauwkeurigheid te gaan realiseren en aanleveren dan vereist is voor de BGT. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Betere geometrische nauwkeurigheid Ja Nee Nog niet besloten Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

35 4.5 Betere geometrische nauwkeurigheid dan de BGT In paragraaf 4.4 is weergegeven met welke geometrische nauwkeurigheid bronhouders de BGT willen realiseren. In de enquête is ook gevraagd aan de bronhouders voor welke objecten zij deze betere nauwkeurigheid gaan realiseren. De verschillende objecten zijn in onderstaand overzicht weergegeven met het totale aantal percentages van bronhouders die hebben aangegeven dat de nauwkeurigheid hoger zal zijn dan de norm. De gekleurde staven laten zien hoeveel procent van de deze bronhouders heeft aangegeven voor dit specifieke object een betere nauwkeurigheid te gaan realiseren. Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

36 4.6 Plustopografie BGT Het Informatiemodel Geografie (IMGeo) beschrijft hoe objectgerichte geografische informatie moet worden vastgelegd, zodat landelijke uitwisseling van deze informatie mogelijk is. IMGeo bestaat uit een verplicht deel, te weten het Informatiemodel BGT (IMBGT), en een optioneel deel, te weten de plus en beheertopografie. Iedere bronhouder kan zelf bepalen of hij alleen de wettelijk vereiste objecttypes zoals beschreven in IMBGT registreert of dat hij meer objecten registreert dan wettelijk wordt gevraagd. In onderstaande kaarten wordt weergegeven welke bronhouders alleen de wettelijk vereiste objecten registreren (alleen IMBGT) en welke ook plustopografie conform IMGeo registreren. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Registratie door bronhouders IMGeo IMBGT Onbekend Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

37 4.7 Plantopografie BGT Plantopografie is een vorm van plustopografie: de bronhouder kan zelf besluiten of hij, aanvullend op de wettelijk vereiste objecten uit de BGT, plantopografie aanlevert. Onderstaande kaarten geven weer of de bronhouder van plan is om plantopografie aan te gaan leveren wanneer zij over is naar de BGT. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Aanleveren plantopografie Ja Nee Nog niet besloten Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

38 4.8 Gepland gebruik van 3D in de BGT 3D is een vorm van plustopografie: de bronhouder kan zelf besluiten of hij, aanvullend op de wettelijk vereiste objecten uit de BGT, gebruik maakt van 3D bestanden. Onderstaande kaarten geven weer of de bronhouder van plan is om in de BGT voor (een deel van) zijn gebied een bestand in 3D te gaan hebben en zo ja, of dit al dan niet conform het Informatiemodel Geografie (IMGeo) is. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Gepland gebruik van 3D in de BGT Ja, conform IMGeo Ja, niet conform IMGeo Nee Nog niet besloten Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

39 5 Gebruik Het vijfde en laatste deel van deze rapportage gaat over het gebruik van de BGT binnen de organisatie van de bronhouders. Als eerste wordt inzichtelijk gemaakt of bronhouders het stimuleren van het BGT gebruik binnen hun eigen organisatie al hebben belegd. Vervolgens wordt weergegeven of bronhouders verwachten dat de BGT gebruikt gaat worden ter ondersteuning van de primaire processen. Tot slot wordt weergegeven of de wensen van interne gebruikers zijn meegenomen tijdens de transitie naar de BGT. Inhoudsopgave hoofdstuk 5 Gebruik 5.1 Stimuleren intern gebruik Gebruik BGT Wensen interne gebruikers 42 BGT Monitorrapportage maart

40 5.1 Stimuleren intern gebruik Vanaf 2017 zijn overheidsorganisaties en iedereen die in opdracht van hen werkt verplicht gebruik te maken van de BGT bij de uitvoering van publiekrechtelijke taken. Bronhouders is gevraagd of het stimuleren van BGT-gebruik binnen de eigen organisatie is belegd. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Stimuleren intern gebruik Ja Nee Onbekend Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

41 5.2 Gebruik BGT Onderstaande kaarten geven weer of bronhouders verwachten dat de BGT binnen hun organisatie gebruikt gaan worden ter ondersteuning van de primaire processen. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Gebruik BGT Ja Nee Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: BGT Monitorrapportage maart

42 5.3 Wensen interne gebruikers Bronhouders is gevraagd of ze bij het maken van de BGT de wensen van interne gebruikers hebben meegenomen. Ministerie van EZ Ministerie van Defensie Rijkswaterstaat Gemeente ProRail Wensen interne gebruikers Ja Nee Geen informatie Provincie Waterschap Bron: enquête Stand op: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

43 Nawoord De kaarten in de monitorrapportage van maart 2016 geven een beeld van de stand van de organisatie, planning, voortgang, kwaliteit, beheer en bijhouding en gebruik van de BGT per bronhouder. In dit nawoord wordt samengevat wat de belangrijkste ontwikkelingen zijn. Voortgang transitie en verwachtingen Het eerste deel van dit rapport geeft de voortgang weer ten opzichte van de mijlpalenplanning. Op pagina 11 is deze mijlpalenplanning weergegeven. Het is goed om te zien dat inmiddels ruim de helft van de bronhouders volledig in de LV zit of de finish in zicht heeft; zij hebben hun laatste deelgebied aangeleverd en zitten in de afrondende fase van de transitie. Inmiddels zijn bijna alle bronhouders gestart met het leveren van deelgebieden aan het SVB-BGT. Een kleine minderheid (3%) heeft enkel een deelgebiedenplanning aangeleverd. Daar tegenover staat dat 60% één of meerdere deelgebieden heeft aangelegerd en nog eens 17% een proefbestand. Een ruime meerderheid van de bronhouders (80%) verwacht de transitie in de eerste helft van 2016 af te ronden. Gebruik Vanaf 2017 zijn overheidsorganisaties en iedereen die in opdracht van hen werkt verplicht gebruik te maken van de BGT bij de uitvoering van publiekrechtelijke taken. Daarom hebben bronhouders dit jaar voor het eerst een aantal vragen over het interne gebruik van de BGT voorgelegd gekregen. Het is zeer positief te zien dat een ruime meerderheid van de bronhouders (76%) aangeeft dat het gebruik van de BGT binnen de eigen organisatie wordt gestimuleerd. Daarnaast geeft 92% aan te verwachten dat de BGT gebruikt zal gaan worden ter ondersteuning van de primaire processen. Ook geeft 82% van de bronhouders aan dat de potentiële gebruikers binnen de eigen organisatie bij het maken van de BGT zijn betrokken. De verwachting is dat het gebruik van de BGT in de loop van dit jaar al steeds meer op gang zal komen. Meer informatie Deze monitorrapportage biedt informatie over de planning en voortgang van de transitie bij de verschillende bronhouders. Maandelijks brengt het Pogramma BGT een beknopte monitorrapportage uit waarop de voortgang van de transitie gevolgd wordt. Voor meer informatie over planningen, ondersteuning, tips, standaarden en dergelijke kunt u terecht op de documentatiepagina op BGT Monitorrapportage maart

44 Dit is een uitgave van het programmabureau BGT van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu in samenwerking met het SVB-BGT Kaarten en grafieken Geodan Enquête Statisfact Opmaak en Print Xerox OBT, Den Haag meer informatie Maart 2016