Handels en Economische Recht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handels en Economische Recht"

Transcriptie

1 3de bach Rechten Handels en Economische Recht Prof. Straetmans Q uickprinter Koningstraat Antwerpen R38 10 EUR

2 Nieuw!!! Online samenvattingen kopen via

3 Handels- en economisch recht Prof. Geert Straetmans Valérie Verbessem

4

5 Inhoudsopgave INLEIDING... 1 I. HANDELSRECHT, ECONOMISCH EN FINANCIEEL RECHT: BEGRIPSBEPALING... 1 II. AANKNOPINGSPUNTEN VAN ECONOMISCH RECHT... 3 A. Europees recht... 4 B. Belgische evolutie... 5 C. De bijzondere positie (?) van vrije beroepsbeoefenaars... 5 D. Besluit... 6 HOOFDSTUK 1. AANKNOPINGSPUNTEN ECONOMISCH RECHT... 7 I. ALGEMEEN... 7 A. Begripsbepaling economisch recht... 7 II. BIJZONDER... 7 A. Daden van koophandel Art. 1 W.Kh.: begrip koopman/handelaar Daden van koophandel... 7 a. Kenmerken... 7 b. Objectieve daden van koophandel... 7 c. Subjectieve daden van koophandel Gewoon beroep Hoofdzakelijk of aanvullend beroep Zijn geen handelaar in de zin van W.Kh Art. 2bis W.Kh Art. 2ter W.Kh Art. 3 W.Kh B. Ondernemingen in de zin van wetgeving marktpraktijken C. Onderneming in zin kartelrecht Inleiding Ondernemersbegrip Economische activiteit Uitsluitingen van het ondernemingsbegrip a. Taken onder overheidsgezag b. Overheidshandelen c. Taken van zuiver sociale aard d. Werknemers e. Collectieve overeenkomsten f. Koper maar geen aanbieder op een markt D. Onderneming in zin Boek VI WER Art. I.1.1 WER Auteursverenigingen Vzw Ziekenfondsen Onderwijsinstellingen Overheidsbedrijven Kunstenaars Particulieren, organen van rechtspersonen, mandaathouders in bestuursorganen en werknemers Landbouwers en landbouwondernemingen Vastgoedsector Vrij beroep Consument E. Onderneming in zin kartelrecht F. Economische activiteit in zin vrij verkeer Art. 56 en 57 VWEU (dienst) Art. 49 VWEU (vestiging)

6 3. Art. 45 VWEU (werknemer) Art. 34 VWEU (goederen) Art. 63 VWEU (kapitaal en betaling) G. Onderneming in zin wet Kruispuntbank Onderneming (KBO) H. Onderneming in zin boekhoud- en jaarrekeningenwet I. Aanknopingspunten bij intellectuele eigendom III. OEFENINGEN AANKNOPINGSPUNTEN A. Oefening aanknopingspunten B. Oefening aanknopingspunten C. Oefening aanknopingspunten D. Oefening aanknopingspunten E. Oefening aanknopingspunten HOOFDSTUK 2. STATUUT HANDELAAR EN GEVOLGEN I. VERWERVING VAN DE HOEDANIGHEID VAN HANDELAAR A. Natuurlijke persoon B. Rechtspersoon C. Bewijs van handelaarschap II. VERLIES VAN HOEDANIGHEID VAN HANDELAAR A. Natuurlijke persoon B. Rechtspersoon III. GEVOLGEN A. Gehuwden B. Minderjarigen C. Onverenigbaarheden D. Verbodsregelingen E. Onbekwaamheden F. Kruispuntbank van ondernemingen G. Bijzondere verplichtingen en vermoedens H. Handelsvestigingen IV. HANDELSZAAK A. Begrip B. Samenstelling C. Uitbating van de handelszaak Vrijheid van handel en nijverheid Overeenkomsten mbt. de handelszaak a. Verkoop b. Verhuur c. Bezoldigd beheer of gérance d. Inpandgeving van de handelszaak en handelspand HOOFDSTUK 3. MARKTPRAKTIJKEN I. DE RICHTLIJN ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN A. Toepassingsgebied van de richtlijn B. Harmonisatiemethode van de richtlijn C. Reikwijdte van de harmonisatie zienswijze van de Europese Commissie D. Uitsluitingen uit het toepassingsgebied E. Systematiek van de richtlijn F. Toepassingen: gezamenlijk aanbod II. WETBOEK ECONOMISCH RECHT A. Toepassingsgebied

7 B. Ordening C. Informatie Algemene informatieplicht Prijsaanduiding en prijspromoties a. Prijsaanduiding b. Promoties met prijzen algemeen Aankondiging van prijsverminderingen a. Algemeen b. Uitverkopen c. Solden d. Sperperiodes e. Titels die recht geven op een prijsvermindering f. Uitputting voorraad Reclame en vergelijkende reclame a. Reclame b. Vergelijkende reclame i. Definitie ii. Voorwaarden D. Overeenkomsten met consumenten Duidelijkheid en interpretatie van contractbedingen Civielrechtelijke sanctie bij oneerlijke handelspraktijk Principieel verbod tot wissel Default-opties en extra kosten Gezamenlijk aanbod Onrechtmatige bedingen Verlenging van dienstovereenkomsten en koopovereenkomsten E. Verboden praktijken Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten a. Oneerlijke handelspraktijken b. Misleidende handelspraktijken c. Agressieve handelspraktijken Oneerlijke handelspraktijken jegens andere personen dan consumenten Ongewenste communicatie Verkoop met verlies Parasitaire concurrentie Derdemedeplichtigheid aan contractbreuk en samenloop a. Derdemedeplichtigheid aan contractbreuk b. Samenloop c. Samenloop bij derdemedeplichtigheid F. Vordering tot staking Algemene bepalingen Titularissen van de vordering tot staking Bijzondere bepalingen eigen aan Boek VI Bijzondere bepalingen eigen aan Boek XI Bijzondere bepalingen eigen aan Boek XII Le commercial tient le criminel en état III. IS BOEK VI WER RICHTLIJNCONFORM? A. Draagwijdte van de richtlijn oneerlijke handelspraktijken Eigen interpretatie van prof. Straetmans Hof van Justitie B. Doorwerking van de richtlijn op Boek VI WER C. Modernisering van marktpraktijken? HOOFDSTUK 4. INTELLECTUELE EIGENDOM I. ALGEMENE INLEIDING II. TYPES VAN INTELLECTUELE EIGENDOMSRECHTEN

8 A. Uitvindingen (octrooi) B. Vormgevingen van een gebruiksvoorwerp C. Het creatieve werk, miv. de databanken D. Computerprogramma s (software) E. De uitvoering van een werk (naburige rechten van het auteursrecht) F. Tendens: bescherming van de investering ipv. de prestatie zelf G. Merk III. CUMUL TUSSEN EIGENDOMSRECHTEN A. Cumul octrooi tekening, model, merk B. Cumul octrooi model C. Cumul octrooi-merk D. Cumul model merk E. Cumul auteursrecht octrooi F. Cumul auteursrecht merken en model IV. ORGANISATIE VAN DE BESCHERMING VAN INTELLECTUELE EIGENDOM A. Uitgangspunt: nationale organisatie B. Europese organisatie: gemeenschappelijk gemeenschapsrecht naast nationaal recht C. Internationale organisatie V. BIJZONDERE REGELING VAN DE COMMUNAUTAIRE UITPUTTING A. Uitgangspunt: vrij verkeer van goederen B. Principe van communautaire uitputting C. Mijlpaalarresten inzake merkenrechtelijke uitputting VI. ANALYSE VAN BEPAALDE INTELLECTUELE EIGENDOMSRECHTEN A. Octrooirecht Doelstelling van het octrooisysteem Definitie a. Uitvinding b. Nieuw c. Uitvinderswerkzaamheid d. Toepassing op het gebied van de nijverheid Wie heeft het recht om een octrooi te krijgen? Octrooiaanvraag en procedurekenmerken a. Aanvraag b. Verslag nieuwheidsonderzoek c. Verlening van het octrooi Octrooirecht a. Rechten van de octrooihouder b. Beperkingen c. Duur d. Plichten Einde van het octrooirecht Geen octrooi? B. Auteursrecht Vereisten a. Concrete vorm b. Werk persoonlijke visie van een mens, eigen intellectuele schepping van de maker Welke creaties? Formaliteiten Auteur Duur Naburige rechten C. Tekeningen- en modellenrecht titel 3 BVIE Rechtskader

9 2. Tekening of model a. Uiterlijk (verschijningsvorm) b. Voortbrengsel c. Geen vereiste van esthetiek d. Geen vereiste van gebruiksfunctie Beschermingsvoorwaarden a. Nieuw b. Publiek beschikbaar c. Eigen karakter Uitzonderingen Eigendom Formaliteiten Rechten Duur Einde D. Merken titel 2 BVIE Definitie a. Teken i. Namen ii. Exportmerken in andere talen/geschriften iii. Kleuren iv. Geometrische vormen v. Logo s, afbeeldingen en portretten vi. Slogans vii. Klank viii. Melodie of tune ix. Geur x. Bijzonder geval: vormmerken xi. Modernisering van de merkenrichtlijn en de merkenverordening: schrapping van de vereiste van grafische voorstelling b. Onderscheidende kracht i. Algemeen ii. Plaatsnamen iii. Inburgering iv. Verwatering c. Waren of diensten d. Onderneming Zijn geen geldige merken a. Merken die strijdig zijn met de openbare orde of de goede zeden in één van de Benelux-landen b. Merken die misleidend zijn mbt. de waren waarvoor ze zijn ingeschreven c. Overeenstemmen met een eerder gedeponeerd collectief merk d. Overeenstemmen met een eerder gedeponeerd individueel merk e. Verwarring doen ontstaan met een algemeen bekend merk (art. 6bis Unieverdrag van Parijs) f. Het gevolg zijn van een depot te kwader trouw g. Ogv. art. 6ter van het Verdrag van Parijs moeten worden geweigerd Verval van het merk Aanvraag voor merkbescherming en procedure Beschermingsomvang van het merkrecht Merkinbreuken a. Algemeen b. Art. 2.20, lid 1, a BVIE c. Art. 2.20, lid 1, b BVIE d. Art. 2.20, lid 1, c BVIE (zie ook art. VI.17 WER) e. Art. 2.20, lid 1, d BVIE f. Art. 2.20, lid 4 BVIE g. Art. 2.23, lid 1 en 2 BVIE h. Art. 2.23, lid 3 BVIE i. Communautaire uitputting

10 ii. Wijziging van de toestand van de waar: gegronde reden? iii. Gegronde redenen bij gebruik merk als AdWord iv. Ompakking en ommerking: gegronde reden? Recht op het merk: overdracht, licentie Vernietiging van het merk VII. OEFENINGEN A. Oefening B. Oefening C. Oefening HOOFDSTUK 5. KARTELRECHT I. INLEIDING II. ART. 101 VWEU: KARTELAFSPRAKEN EN ONDERLING AFGESTEMDE FEITELIJKE GEDRAGINGEN 183 A. Algemeen B. Art. 101, lid 1 VWEU Onderneming Overeenkomsten, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen Welke de handel tussen lidstaten merkbaar ongunstig kunnen beïnvloeden Ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging binnen de gemeenschappelijke markt (merkbaar) wordt verhinder, beperkt of vervalst (de minimis) Relevante markt C. Art. 101, lid 2 VWEU D. Art. 101, lid 3 VWEU III. VERORDENING NR. 1/2003 VAN DE RAAD VAN 16 DECEMBER 2002 BETREFFENDE DE UITVOERING VAN DE MEDEDINGINGSREGELS VAN ART. 101 EN 102 VWEU A. Essentie: decentralisatie B. Toepassing van art VWEU (art. 1) C. Bewijslast (art. 2) D. Verhouding tussen het Europees en het nationaal mededingingsrecht (art. 3) E. Bevoegdheden (art. 4-6) F. Beschikkingen van de Commissie (art. 7-10) G. Samenwerking (art ) H. Vrijstellingenverordeningen: individuele intrekking (art. 29) IV. VERTICALE OVEREENKOMSTEN SELECTIEVE DISTRIBUTIE A. Inleiding B. Groepsvrijstellingsverordening 330/ Toepassingsgebied Verticale beperkingen en concurrentiegraad Veilige zone (safe harbor) (art. 3) Hardcore beperkingen (art. 4) a. Opdeling van de markt b. Hardcore beperkingen in selectieve distributie c. Leverancier van componenten en afnemer die componenten verwerkt Uitgesloten beperkingen (art. 5) Intrekking en buiten toepassing verklaring C. Richtsnoeren inzake verticale beperkingen D. Vuistregels voor oefeningen Eerste toets: art. 101, lid 1 VWEU Tweede toets: art. 101, lid 3 VWEU- groepsvrijstellingsverordening 330/ Derde toets: groepsvrijstellingsverordening 330/2010 niet van toepassing art. 101, lid 1 VWEU Vierde toets: art. 101, lid 3 VWEU richtsnoeren individuele afwegingen E. Oefening

11 HOOFDSTUK 6. FAILLISSEMENT EN GERECHTELIJKE REORGANISATIE I. INLEIDING II. WET CONTINUÏTEIT ONDERNEMINGEN A. Basisconcepten Kern Keuzemogelijkheden Actoren B. Algemene bepalingen Toepassingsgebied Definities Procedures Q&A C. Gegevensverzameling en handelsonderzoek Het handelsonderzoek Bewarende maatregelen D. Het minnelijk akkoord E. De gerechtelijke reorganisatie Algemene bepalingen a. Doel van de gerechtelijke reorganisatie en toekenningsvoorwaarden b. Verzoekschrift, behandeling en uitspraak c. Termijnen, verlenging, doelwijziging en beëindiging d. Gevolgen van de beslissing tot reorganisatie e. Actoren in de gerechtelijke reorganisatie Reorganisatie door minnelijk akkoord Reorganisatie door collectief akkoord a. De behandeling van de schuldvorderingen b. Het reorganisatieplan c. Kennisname, stemming en homologatie van het plan, intrekking van het plan Reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag F. Verduidelijkingen WCO III. FAILLISSEMENT A. Faillissementswet Inleiding Grondvoorwaarden Vormvoorwaarden Procedure a. Actoren b. De procedure van preventieve ontzetting uit het beheer c. De faillietverklaring i. Initiatief (art. 6 Faill.W.) ii. Faillissementsvonnis (art Faill.W.) iii. Gevolgen van faillissement d. De boedel i. Algemeen ii. Samenstelling van de boedel iii. Beheer van de boedel e. Aangifte en verificatie van schuldvorderingen f. Vereffening en sluiting van het faillissement i. Vereffening ii. Verdeling iii. Sluiting faillissement iv. Gevolgen van de sluiting van faillissement g. De verschoonbaarheid en de andere bevrijdingsregelingen i. Geschiedenis ii. Verschoonbaarheid van de gefailleerde iii. Bevrijding van de naasten van de gefailleerde

12 B. Europees insolventierecht: Verordening nr. 1346/2000 van de Raad van 29 mei 2000 betreffende insolventieprocedures IV. SYNTHESEOEFENING HOOFDSTUK 7. TUSSENPERSONEN IN DE HANDEL I. ALGEMEEN II. BIJZONDER A. Verkoopconcessie Begrip Eenzijdige beëindiging a. Concessies van onbepaalde duur b. Concessies van bepaalde duur c. Benadeling B. Makelaar C. Commissionair D. Handelsagentuur Definitie Plichten van de agent Plichten van de principaal (art. X.6 WER) Vergoeding van de agent Duur (art. X.2 WER) a. Onbepaalde tijd b. Bepaalde tijd Beëindiging (art. X.16 WER) a. Onbepaalde tijd of bepaalde tijd met mogelijkheid vroegtijdig op te zeggen b. Bepaalde tijd Uitwinningsvergoeding (art. X.18 en X.19 WER) Concurrentiebeding (art. X.22 WER) Verjaring (art. X.24 WER) IPR (art. X.25 WER) Bankagent en banksubagent III. PRECONTRACTUELE INFORMATIE BIJ COMMERCIËLE SAMENWERKINGSOVEREENKOMSTEN 240 A. Inleiding B. Toepassingsgebied ratione materiae (art. X.26 WER) C. Precontractuele informatieplicht (art. X.27 en X.28 WER) D. Sanctie (art. X.30 WER) E. Geheimhouding (art. X.31 WER) F. Interpretatie (art. X.32 WER) G. Dwingend recht (art. X.26, lid 1 WER) H. Toepassingsgebied ratione loci en bevoegdheid (art. X.33 WER) I. Evaluatie en toekomstblik (art. X.34 WER) J. Overgangsbepalingen

13 Inleiding Zie schema I. Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling Codex Hammurabi (koning vc in het Oude Babylon): diepste wortels van het handelsrecht. De codex is gebeiteld op zwarte basaltsteen en bevat 282 paragrafen over burger-, straf- en handelsrecht. Het wordt beschouwd als de oudste bewaarde wettenverzameling van de Oude Tijd, maar is het niet. Het is te zien in het Louvre in Parijs. Het Romeins recht heeft nooit een onderscheid tussen burgerlijk en handelsrecht gemaakt. De Romeinse economie was gesteund op slavernij, zodat het lange tijd ongezien was dat een burger zich zou mengen met handelsactiviteiten. Het recht was voldoende flexibel om de conflicten op te lossen. Het Romeinse recht blijft geruime tijd doorwerken. Tijdens de Middeleeuwen komen de handelsactiviteiten tot volle ontplooiing na de Kruistochten, maar het recht bleef lange tijd onaangepast. Zo ontstaan er in continentaal Europa regels die specifiek de handel of de handelaars beschermen. Er ontstaat een klasse van nieuwe burgers (de handelaars), die zich organiseren in broederschappen, hanzen, ambachten en gilden. Door dit corporatisme ontstaat een subjectief handelsrecht. Door het verbod van de kerk van de lening op interest en de canonieke leer van het justum pretium was het bijzonder moeilijk om handelsregels in het traditionele recht te incorporeren. In de 17 e eeuw worden vnl. ten behoeve van de Franse zeehandel gebruiken gecodificeerd in de Ordonnances Colbert (Ordonnance du commerce de terre 1673 en Ordonnance de la marine 1681). Deze regels vormen de basis voor het Napoleontische wetboek van koophandel van 1807 en werken tot op vandaag nog door. Met de Franse Revolutie in 1789 wordt elk onderscheid tussen mensen afgeschaft. Iedereen is vrij, ook commercieel. Het Decreet d Allarde van 2-17 mart 1791 roept de vrijheden van beroep en bedrijf in het leven en de Wet Le Chapelier van juni 1791 schaft de ambachten en corporaties en hun prerogatieven af. Een objectieve aanknopingsfactor volstond om het onderscheid tussen burgerlijk en handelsrecht te handhaven, nl. de daden van koophandel. Art. 1 van het Wetboek van Koophandel van 1807 stelt: sont commerçants ceux qui exercent des actes de commerce + om koopman te zijn: il faut faire profession habituelle d excercer des actes de commerce. Art. 3 verwijst naar les faits de commerce. Omdat de corporaties en gilden werden afgeschaft, en dus ook hun rechtsprekende functie, moest nog een rechtbank van koophandel worden opgericht. De gelijkheid van de burgers impliceert dat niemand aan zijn natuurlijke rechter kan worden onttrokken. Art. 631 maakte de rechtbanken van koophandel bevoegd voor des contestations relatives aux actes de commerce entre toutes personnes + toutes les contestations entre négociants, marchands en banquiers, zonder ook maar enige verwijzing naar de daden van koophandel. 1

14 Als uitzondering op de bevoegdheid van de algemene rechtbanken en om het gedachtegoed van de Franse Revolutie getrouw te blijven, spreekt het dan voor zich dat die daden van koophandel limitatief moeten worden opgesomd (art. 632 en 633). Herziening van het Wetboek van Koophandel: eerst de bepalingen inzake faillissement (1851), later ook de bepalingen over handelaarschap (1853). Nieuw art. 1: definitie van kooplieden, die niet meer entre toutes personnes en négociants, marchands et banquiers zijn, maar zij die daden van koophandel uitoefenen, zoals die limitatief in art. 2 worden opgesomd en die daarvan, hoofdzakelijk of aanvullen, hun gewoon beroep maken. De wet van 28 februari 2013 tot invoering van het Wetboek van economisch recht (WER) heeft als doelstelling het algemeen juridisch kader mbt. economische aangelegenheden bij elkaar te brengen (art. II.1 WER). De wetgever is hier echter niet in geslaagd: de aanvullende wetgeving is nog steeds te vinden in aparte wetten (W.Kh., Faill.W., WCO, BVIE). Het doel van het WER is de vrijheid van ondernemen en de loyauteit van economische transacties te verzekeren, en een hoog niveau van bescherming van de consument te waarborgen (art. II.2 WER). Art. 3, lid 3 VEU bepaalt dat de EU een interne markt tot stand brengt met specifieke kenmerken (prijsstabiliteit en sociale markteconomie). Art. II.3 WER bepaalt dat iedereen vrij is om enige economische activiteit naar keuze uit te oefenen = vrijheid van ondernemen. Deze bepaling heft het vroegere Decreet d Allarde, dat dezelfde strekking inhield, op. Art. II.4 WER bepaalt dat de vrijheid van ondernemen wordt uitgeoefend met inachtneming van de in België van kracht zijnde internationale verdragen, van het algemeen normatief kader van de economische unie en de monetaire eenheid zoals vastgesteld door of krachtens de internationale verdragen en de wet, alsmede van de wetten die de openbare orde en de goede zeden betreffen en van de bepalingen van dwingend recht. In de praktijk zegt men vaak dat de vrije verkeersbepalingen en de bepalingen inzake kartelrecht complementair zijn. Kartelrecht heeft betrekking op afspraken tussen ondernemingen die een merkbaar effect kunnen hebben op de mededinging (art VWEU en art. IV.1- IV.2 WER). Hoe zijn deze bepalingen complementair? Het Europees recht is supranationaal, maar in België werken boek II en boek IV samen. De bepalingen zijn complementair omdat de lidstaten geen beperkingen meer mogen opleggen. Als je daarnaast ondernemingen toelaat om met elkaar afspraken te maken, dan kunnen ze deze vrijheid gebruiken om de vrijheid van anderen te beperken. Bv. in België zorgen we dat product A aan prijs B op de markt komt, en we zorgen dat de Nederlandse producten niet meer op de markt komen verboden! Dan is er geen interne markt, daarom zijn de bepalingen complementair. Het WER bestaat uit 18 boeken en zou moeten werken als één coherent en modern wetgevend instrument. Niet alle boeken treden tegelijk in werking, de wetgever heeft gekozen voor een aanbouwwet. Boek I bevat de algemene definities, maar per boekdeel worden deze aangevuld met definities eigen aan dat boekdeel. Voor boek VI en XIV zijn ook afzonderlijke definities bepaald, ieder in art. I.8 (2 verschillende artikels!). - Boek I. Definities - Boek II. Algemene beginselen - Boek III. Vrijheid van vestiging, dienstverlening en algemene verplichtingen van de ondernemingen 2

15 - Boek IV. Bescherming van de mededinging - Boek V. De mededinging en de prijsevoluties - Boek VI. Marktpraktijken en consumentenbescherming - Boek VII. Belastings- en kredietdiensten - Boek VIII. Kwaliteit van producten en diensten - Boek IX. Veiligheid van producten en diensten - Boek X. Handelsagentuurovereenkomsten, commerciële samenwerkingsovereenkomsten en verkoopconcessies - Boek XI. Intellectuele eigendom - Boek XII. Recht van de elektronische economie - Boek XIII. Overleg - Boek XIV. Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende beoefenaars van een vrij beroep - Boek XV. Rechtshandhaving - Boek XVI. Buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen - Boek XVII. Bijzondere rechtsprocedures - Boek XVIII. Maatregelen voor crisisbeheer II. Aanknopingspunten van economisch recht Er zijn steeds meer aanknopingsfactoren die los kunnen staan van de hoedanigheid van de persoon. Het handelsrecht evolueert steeds meer naar een ondernemingsrecht of objectief economisch recht, dat los van de hoedanigheid van de handelende persoon adhv. economische activiteit wordt geobjectiveerd. Traditionele opvatting van het handelsrecht: de rechtsregelen die de verhoudingen tussen de handelaars (miv. industriëlen en financiers) beheersen. In deze betekenis werd het handelsrecht tegengesteld aan: - het burgerlijk recht: gemeen privaatrecht dat betrekkingen regelt tussen particulieren die geen handelaar zijn of niet in die hoedanigheid optreden; - het economisch recht: deel van het publiekrecht dat betrekkingen regelt tussen de overheid en het bedrijfsleven. Maar: de markteconomie stelt de ondernemingsgewijze productie en distributie centraal. De onderneming is de spil van de markteconomie en wordt gaandeweg de kern voor de hergroepering van regels van divers signatuur zodat economisch recht in ruime zin groeit, dat alle regelen omvat van publiekrecht én privaatrecht die de ondernemingsactiviteit betreffen. Het economisch recht in ruime zin rust op 2 pijlers: - het ondernemingsrecht (klassiek handelsrecht) betreft het statuut van de onderneming en de instrumenten waarover zij beschikt om haar doelstellingen te bereiken, en - het marktrecht betreft de rechtsregelen die betrekking hebben op het marktgebeuren en op het handelen van de daarbij betrokken hoofdspelers: ondernemingen, consumenten en overheid; - het financieel recht vormt net als het vennootschapsrecht een makkelijk afsplitsbaar onderdeel van het economisch recht. 3

16 A. Europees recht Functionele benadering, met ruime begrippen als economische activiteit om vrij verkeer van personen te begrenzen en onderneming als aanknopingspunt voor kartelrechtelijke doestellingen. Dienst (art. 57 VWEU) = de dienstverrichtingen welke gewoonlijk tegen vergoeding geschieden (werkzaamheden van industriële en van commerciële aard, van ambacht, van de vrije beroepen). Het is ook elke economische activiteit, anders dan in loondienst, die gewoonlijk tegen vergoeding geschiedt, nl. door een onderneming, organisatie of persoon die een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of een gereglementeerd beroep uitoefent. De dienstverlening wordt verondersteld een tijdelijk karakter te hebben, maar dit moet worden bekeken in functie van de vrijheid van vestiging. Onderneming = elke eenheid die een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop ze wordt gefinancierd. Economische activiteit = de activiteit bestaande in het aanbieden van goederen en diensten op een bepaalde markt. Evolutie in de handels- of marktpraktijken van het begrip beoefenaar van een beroeps- of bedrijfsactiviteit: - de uitoefening van een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of van een vrij beroep; - verkoper = iedere natuurlijke of rechtspersoon die bij overeenkomsten handelt in het kader van zijn publiekrechtelijke of privaatrechtelijke beroepsactiviteiten iedere natuurlijke of rechtspersoon die bij overeenkomsten handelt in het kader van zijn bedrijfs- of beroepsactiviteiten. - gevestigde dienstverlener = persoon die vanuit een duurzame vestiging voor onbepaalde tijd daadwerkelijk een economische activiteit uitoefent. Gekoppeld aan een onderneming, organisatie of een persoon, die een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of een gereglementeerd beroep uitoefent. - concurrenten en handelaars = een natuurlijke of rechtspersoon die de betrokken transactie sluit in het kader van zijn commerciële of beroepsactiviteit alsmede een persoon die namens en voor rekening van een handelaar optreedt. - verkoper/leverancier/handelaar = elke natuurlijke of rechtspersoon die handelt voor doeleinden die betrekking hebben op zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit. - consument = iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen. - handelaar = iedere natuurlijke of rechtspersoon, ongeacht of deze privaat of publiek is, die handelt voor doeleinden die betrekking hebben op zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit, alsook degene die in naam van of voor rekenschap van een handelaar optreedt. ruime en functionele omschrijving van economische activiteit. 4

17 B. Belgische evolutie De Europese evolutie werkt door in het Belgische recht. In 2010 besloot de wetgever dat elkeen die op gelijke wijze de markt betreedt, onderworpen moet worden aan dezelfde regels. Voor handels- en marktpraktijken houdt dat in dat men vanuit een zekere organisatie zijn diensten of producten aan het publiek, op de markt, aanbiedt of minstens het voornemen heeft om diensten of producten op georganiseerde wijze aan het publiek, op de markt aan te bieden. Het stellen van een zuiver geïsoleerde handeling, ook al past deze in de lijst van daden van koophandel, is onvoldoende om onder de regels inzake marktpraktijken te vallen. De WMPC voerde als aanknopingspunt voor marktpraktijken het begrip onderneming in = elke natuurlijke of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft, alsmede hun verenigingen, muv. de beroepsbeoefenaars van een vrij beroep. Eenmalige handelingen volstaan niet om een persoon als onderneming te kwalificeren. Dienst = elke prestatie verricht door een onderneming in het kader van haar professionele activiteit of in uitvoering van haar statutair doel. De aard van de activiteit is bepalend. Economische activiteit = het aanbieden van goederen of diensten op een bepaalde markt. loskoppeling van de marktpraktijken met de daden van koophandel! De evolutie eindigt in het nieuwe WER: - Onderneming = elke natuurlijke of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft, alsmede zijn verenigingen (art. I.1.1 WER). - Consument = iedere natuurlijke of rechtspersoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit vallen (art. I.1.2 WER). C. De bijzondere positie (?) van vrije beroepsbeoefenaars Traditioneel worden vrije beroepsbeoefenaars buiten het klassieke handelsrecht gehouden. Sinds de Kaderwet van 1 maart 1976 kwamen allerlei vrije beroepen tot stand, omdat de wet het vrij beroep niet definieerde. In de rechtsleer werd de specifieke behandeling van vrije beroepsbeoefenaars bekritiseerd. Het arrest van het Hof van Cassatie van 13 september 2002 mbt. de handelspraktijken bracht de discussie in een stroomversnelling. Europeesrechtelijk bestaat er geen afwijkende behandeling van de vrije beroepsbeoefenaars. Het is de Belgische wetgever die de richtlijnen telkens in afzonderlijke wetgeving implementeert. De EU kan slechts een coördinatie van lidstatelijke toegangsvoorwaarden tot een beroep doorvoeren (art. 53, lid 2 VWEU) obv. een richtlijn die door de Raad met unanimiteit wordt genomen de EU kan de regels van wederzijdse erkenning van nationale beroepskwalificaties uitwerken voor beroepen die op nationaal niveau gereglementeerd zijn en de naleving ervan verzekeren. De rechtspraak van het Hof van Justitie behandelt vrije beroepsbeoefenaars niet afwijkend (zie Gebhard-arrest). Ook vanuit het kartelrecht zijn vrije beroepsbeoefenaars ondernemingen. Een beperkte mate van regulering vormt dan geen belemmering, maar een stimulans tot algemene welvaartschepping (verscherpte kartelrechtelijke doorlichting van vrije beroepsregels). De ruime definitie van onderneming en dienst uit de WMPC van 2010 sluit vrije beroepsbeoefenaars zonder meer in het toepassingsgebied van deze wet, maar toch besloot de wetgever daar anders over (de wet is niet van toepassing op vrije beroepsbeoefenaars, tandartsen en kinesisten). Het Grondwettelijk Hof stelde al meermaals dat de uitsluiting van het toepassings- 5

18 gebied van de WMPC de gelijkheid en niet-discriminatie schendt, zodat de WMPC moest worden gewijzigd. In het nieuwe WER zijn de vrije beroepsbeoefenaars niet onderworpen aan boek VI, maar aan boek XIV. Dat boek is op hen van toepassing voor de kenmerkende intellectuele prestaties van hun beroep. D. Besluit Ongeacht de gebruikte term, het is belangrijk om naar aard beroepsmatige economische activiteiten af te zonderen voor regelgeving. Het handels- en economisch recht vereist functionele aanknopingspunten. Het economisch recht richt zich tot economische activiteiten die op georganiseerde wijze op de markt worden aangeboden of waarvan wordt voorgenomen ze op georganiseerde wijze op de markt aan te bieden. Economische activiteiten = commerciële, industriële en financiële activiteiten = activiteiten die in de regel tegen vergoeding (rechtstreeks of onrechtstreeks) worden aangeboden. Op de markt aanbieden sluit persoonlijk werk en aankopen op de markt die niet tot aanbod op die markt leiden uit. 6

19 Hoofdstuk 1. Aanknopingspunten economisch recht I. Algemeen A. Begripsbepaling economisch recht Zie inleiding. II. Bijzonder A. Daden van koophandel 1. Art. 1 W.Kh.: begrip koopman/handelaar is wie van daden van koophandel uit te oefenen, zijn gewoon, hoofdzakelijk of aanvullend beroep maakt. 2. Daden van koophandel a. Kenmerken Kenmerken: - limitatieve lijst bij wet opgesomd; - winstoogmerk, in de zin van speculatieve winst, profijt, winstbejag (Cass. 1973: le but de lucre, de spéculation ), als verwijzing naar de subjectieve ingesteldheid van de natuurlijke persoon. Pastoorsarrest Hof van Cassatie 19 januari 1973: een pastoor liet met geld van de kerk een zwembad bouwen door een aannemer voor de parochianen, tegen een zacht prijsje. Er was een scheur in het zwembad, waardoor al het water wegliep. De pastoor weigert te betalen, maar de aannemer zegt dat hij omwille van de lage prijs het werk moet aannemen. De aannemer daagt de pastoor voor de rechtbank van koophandel. Het Hof van Cassatie stelt dat de pastoor, die een daad van koophandel stelde, geen handelaar was omwille van het gebrek aan winstoogmerk, dat vereist is door het W.Kh. Deze rechtspraak geldt nog steeds. b. Objectieve daden van koophandel Afzonderlijke, geïsoleerde handelingen. Voorbeelden: - koop van roerende goederen op ze opnieuw te verkopen of te verhuren, en elke verkoop of verhuring die het gevolg is van dergelijke aankoop (art. 2, streep 1 en 2 W. Kh.) bv. concessiehouder van allenverkoop; franchisingnemer; Quick; Premaman; aankoop van een bos om bomen te vellen en te verkopen: het bos is onroerend uit de aard, maar indien de aankoop geschiedt met de bedoeling elementen af te scheiden van de bodem, dan worden deze zaken als roerend beschouwd; 7

20 - de aankoop van een handelszaak om ze te exploiteren (art. 2, streep 3 W.Kh.) = voorbereidende handeling die een daad van koophandel is; - elke bank-, wissel-, commissie- of makelaarsverrichting (art. 2, streep 8 W.Kh.) bv. elke opening van depositorekeningen; kredietopeningen; uitbaten van wisselkantoren; wisselagenten; Bij banken ook de accessoria, bv. het verhuren van kluizen; - alle verbintenissen van handelsagenten (art. 2, streep 7 W.Kh.) bv. in naam en voor rekening van de opdrachtgever, maar niet onder gezag van de opdrachtgever, met wie de handelsagent een permanente band heeft. Onderneming = een geheel van afzonderlijke handelingen: - verwijst naar herhaling; - verwijst concreter naar: o een veelheid van handelingen, wat een vooraf daartoe opgezette organisatie veronderstelt (een geheel van voorbereidselen waarna de activiteit kan worden aangevat); o een uitoefening via een daartoe opgezette organisatie die meer is dan de organisatie van persoonlijk werk (de intentie om zich naar binnen en naar buiten (tav. derden) als een onderneming te organiseren). Voorbeelden: - verrichtingen van industriële ondernemingen (art. 2, streep 4 W.Kh., maar geen landbouwbedrijven) bv. machinale of andere verwerking in ruime zin (elke manipulatie van grondstoffen): steenbakkerij; niet extractie uit eigen grond om te verkopen, want geen bewerking of verwerking: uitbating steenkoolmijn, steengroeve, uitbating minerale of thermale bron; het begrip landbouwbedrijf is ruim en omvat vogel-, hoender- en viskweek, riviervisserij, bijen- en veeteelt (niet zeevisserij, zie art. 3 W.Kh.), maar de personen die gewoonlijk van een andere persoon kuikens ontvangt om ze vet te mesten, daartoe alle kosten draagt en vergoed wordt per kilo, wordt beschouwd als een handelaar: de betrokken activiteit wordt niet beschouwd als landbouw. - ondernemingen van openbare of particuliere werken (art. 2, streep 5 W.Kh.) bv. aanneming van werken: enkel werken in onroerende staat of ook mbt. roerende goederen? Bv. uitgever van een tijdschrift, onderneming die onderzoek op bestelling doorvoert. Enkel aanneming van werken aan goederen? - ondernemingen van vervoer te land, te water of door de lucht (art. 2, streep 5 W.Kh.) bv. taxibedrijf; luchtvaartmaatschappij; uitbater van pijplijn voor transport van olie; uitbater van het nationale spoorwegennet NMBS; - ondernemingen van leveringen (art. 2, streep 6 W.Kh.) bv. uitbating van een rusthuis; publicatie van een dagblad of een tijdschrift en de verkoop ervan; uitbaten van een benzinestation; leverancier van stookolie; reisorganisator; uitbater van een restaurant of herberg; organisator van beurzen en tentoonstellingen; - ondernemingen van zaakwaarneming (art. 2, streep 6 W.Kh.) bv. elke behartiging van andermans economische belangen in ondernemingsvorm, dus niet de individuele zaakwaarneming wanneer je buurman of vriend op reis is, maar wel een boekhoudkantoor, incassobureaus, ; 8

21 - ondernemingen van premieverzekeringen (art. 2, streep 6 W.Kh.) bv. landverzekeringen met premie: tegen een premie dekking verlenen tegen bepaalde in de overeenkomst omschreven risico s; niet onderlinge verzekeringen: personen die bloot staat aan dezelfde risico s verbinden zich tegenover elkaar om de gevolgen van de realisatie van het risico voor één van hen te vergoeden (geen winstoogmerk); - inrichtingen van openbare schouwspelen (art. 2, streep 6 W.Kh.) bv. organisatie van concerten en tentoonstellingen; realiseren van theaterproducties en vertonen van films; organisatie van sportmanifestaties; pastoor die een zwembad laat bouwen. Niet: éénmalig muziekoptreden in café, georganiseerd door de café-uitbater (geen onderneming); organisatie van voorstellingen ten voordele van een liefdadigheidswerk (geen winstoogmerk); quid bij organisatie met een overwegend kunstzinnig/kunstminnend/artistiek karakter? - ondernemingen die tot doel hebben onroerende goederen te kopen om ze weder te verkopen (art. 2, streep 9 W.Kh.) bv. onderneming die bouwterreinen aankoopt, er voor eigen rekening op bouwt en de afgewerkte woningen nadien verkoopt (vastgoedkantoor). De ondernemingsvereiste stemt overeen met het gewoon beroep of het beroepsmatig uitoefenen, indien het verwijst naar: een veelheid van handelingen die een vooraf daartoe opgezette organisatie veronderstelt. Naar vorm: alles order- en toonderpapieren (art. 2, streep 11 W.Kh.). Verbintenissen die overdraagbaar zijn met het papier zelf vormen een daad van koophandel bv. wisselbrieven, mandaten, orderbriefjes, cheques, Hier vormt het winstoogmerk geen afzonderlijke vereiste: het zijn zuivere daden van koophandel. MAAR: verschuiving in de rechtspraak. Winstoogmerk in de zin van het W.Kh. wordt steeds minder als referentie aan de subjectieve ingesteldheid van de persoon gezien, en steeds meer als onderdeel van de daad van koophandel zelf of van het beroepsmatig uitoefenen van die daad. Zie Cass en 1948 en commentaar W.G. bij Cas. 19 januari c. Subjectieve daden van koophandel Subjectieve daden van koophandel zijn alle handelingen (alle verbintenissen die op een handelaar rusten, ook al zijn ze niet opgesomd in art. 2 W.Kh.) van een koopman, tenzij hij bewijst dat ze geen verband houden met zijn handel, er vreemd aan zijn. Voorbeelden: - bij uitstek verbintenissen die voortvloeien uit onrechtmatige daad van een handelaar, zoals de schadeloosstelling wegens onrechtmatige mededinging of het veroorzaken van een auto-ongeval door een handelaar nav. de uitbating van zijn handel; - contractuele verbintenissen: de plicht tot het betalen van een architect ivm. de studie van bouwwerken aan het handelshuis, van verzekeringsovereenkomsten aangegaan door een handelaar; - wegens gebrek aan winstoogmerk gediskwalificeerde objectieve daden van koophandel, maar slechts wanneer de handeling door een handelaar is gesteld; 9

22 - aankoop van een crossmotor door een handelaar om zelf deel te nemen aan wedstrijden: o indien handelaar in motorfietsen: art. 2, streep 1 W.Kh. is niet van toepassing; o indien vreemd aan zijn handel: weerlegbaar vermoeden van commercialiteit (de concrete handeling is vreemd aan de handel van de handelaar, zoals hij die beoefent). 3. Gewoon beroep Natuurlijke persoon: stellen van daden van koophandel met enige regelmaat (om zijn kost te verdienen = beroepsmatig karakter) én met winstoogmerk. Niet: een té occasionele activiteit die geen gewone beroepsuitoefening uitmaakt. Bv. grafdelver die enkel rond Allerheiligen bij bloemenkwekers chrysanten aankoopt om ze verder te verkopen. Rechtspersoon: bepalend is of het statutair doel bestaat in het stellen van daden van koophandel. 4. Hoofdzakelijk of aanvullend beroep Accessorium sequitur principale: hoofdactiviteit (nauwe verstrengeling of ondergeschikte activiteit voorbereidende handelingen kunnen als accessoria het statuut van de hoofdactiviteit overnemen). Aanvullend beroep: autonome activiteit die los staat van de hoofdactiviteit. Voorbeelden: - postzegelverzamelaar die arbeid in loondienst verricht, maar in zijn vrije tijd aankopen doet op een postzegelbeurs = geen handelaar; - postzegelverzamelaar die arbeid in loondienst verricht, maar in zijn vrije tijd wekelijks een verkoopstand houdt op een postzegelbeurs en aankopen doet van grote loten postzegels op veilingen = handelaar want het stellen van daden van koophandel is een aanvullend beroep geworden naast de hoofdactiviteit; - een zakenkantoor uitbaten na de normale werkuren kan een aanvullend beroep uitmaken. 5. Zijn geen handelaar in de zin van W.Kh. Er zijn 2 criteria: - vallen buiten de limitatieve opsomming van de wet en - stellen van daden van koophandel zonder winstoogmerk. Zijn geen handelaar in de zin van W.Kh.: - landbouwers en veetelers; - werknemers: zij handelen niet op zelfstandige basis (in eigen naam en voor eigen rekening); - ambachtslieden; - delfstofnijverheid: zie art. 2, streep 4 W.Kh.; 10

23 - overheid: handelingen in het algemeen belang en geen winstoogmerk wel: NMBS, maatschappijen van stedelijk gemeenschappelijk vervoer en intercommunaal vervoer te Brussel, autonome overheidsbedrijven (bv. Bpost, Belgocontrol, BIAC, ); - verenigingen zonder winstoogmerk, voor zover de individuele daden van koophandel met winstoogmerk in overeenstemming zijn met de wet van 2 mei 2002 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk: dan is er geen winstoogmerk op het niveau van de vereniging en is de vzw geen handelaar. De vzw maakt niet van het stellen van daden van koophandel haar gewoon beroep; - beroepsvereniging: gebrek aan winstoogmerk; - vrije beroepsbeoefenaars: intellectueel karakter van de prestaties is doorslaggevend; - kunstenaars/beoefenaren van artistieke beroepen? Gebrek aan winstoogmerk want de drijfveer is in hoofdzaak de artistieke overweging = burgerlijk (bv. schrijver die in eigen beheer zijn werk uitgeeft, een kunstschilder die een lokaal huurt om werken tentoon te stellen mho. verkoop). 6. Art. 2bis W.Kh. Apothekers, geneesheren (thans: officina-verbod), dierenartsen die farmaceutische producten verkopen zijn geen handelaars, voor zover die producten onder de respectieve beroepen ressorteren. Voor apothekers vallen alle producten waarvoor ze de toelating hebben ze te verkopen onder de uitzondering. 7. Art. 2ter W.Kh. Wordt echter niet als daad van koophandel aangemerkt, het opvangen van kinderen door onafhankelijke en zelfstandige onthaalouders die beantwoorden aan de voorwaarden bepaald door de bevoegde overheid inzake gezinsbeleid. 8. Art. 3 W.Kh. Mbt. handel op zee (limitatieve lijst, zie Franse Revolutie). B. Ondernemingen in de zin van wetgeving marktpraktijken Adagium: elkeen die op dezelfde wijze de markt betreedt, wordt onderworpen aan dezelfde rechtsregels. Verkoper (uit WHPC 1991) zijn veronderstelt dat er een zekere organisatie is om zijn diensten of producten aan het publiek, op de markt aan te bieden of dat men minstens het voornemen heeft om diensten of producten op georganiseerde wijze aan het publiek, op de markt aan te bieden. Geïsoleerde handelingen vallen buiten het verkopersbegrip (van de WHPC 1991). Verruiming in WMPC (2010): van verkopersbegrip naar ondernemingsbegrip daden van koophandel dekken alle handelsactiviteiten. Afstemming op het mededingings-/kartelrecht. Overname van het ondernemingsbegrip in WER: zie definitie in art. I.1.1 WER. C. Onderneming in zin kartelrecht 1. Inleiding De aanknopingspunten van economisch recht moeten functioneel worden bekeken: in functie van de doelstelling van de betrokken wetgeving kunnen dezelfde begrippen andere betekenissen krijgen. 11

24 2. Ondernemersbegrip art VWEU (oud art EG-Verdrag). Basis: HvJ 23 april 1991, Höfner en Elser (blz. 6): elke eenheid die een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd is een onderneming. - elke eenheid = natuurlijke of rechtspersoon; - economische activiteit = zie Commissie t. Italië; - ongeacht de rechtsvorm = kan allerlei vennootschapsvormen aannemen, winstoogmerk is niet doorslaggevend; - ongeacht de wijze waarop zij wordt gefinancierd = ook de overheid valt hieronder. 3. Economische activiteit Economische activiteit in de zin van art VWEU: arrest Commissie t. Italië: in dat verband wordt onder economische activiteit verstaan, de activiteit bestaande in het aanbieden van goederen en diensten op een bepaalde markt. Economische activiteit omvat alle stadia van de economische cyclus, miv. de landbouw. Je moet in feite nagaan of een entiteit een economische impact heeft op de markt door goederen of diensten aan te bieden. Toepassingen: - vrije beroepsbeoefenaars = ondernemingen bv. advocaten bieden tegen beloning diensten aan, zij dragen de aan de uitoefening van deze activiteiten verbonden financiële risico s (zie arrest Wouters); - overheidsondernemingen = ondernemingen; - ondernemingsverenigingen = ondernemingen bij advies, niet bij afspraken die de mededinging beperken (bv. Orde van architecten kan geen looneisen stellen); - (koepel)verenigingen van ondernemingsverenigingen = ondernemingen; - sportfederaties = ondernemingen, ook bij activiteiten die ertoe bijdragen de doping in de sport te bestrijden ( vrij verkeer van diensten); - uitsluitend antidopingregels die een legitiem doel nastreven, zoals het verzekeren van het goede verloop van de sportcompetitie = uit art. 101 VWEU uitgesloten (geen onderneming); - Griekse automobiel- en tourismeclub = o deel aan de besluitvoering = overheidstaak; o op commerciële wijze motorcrossen organiseren = onderneming; - Hof van Justitie, arrest Josemans: de gemeente Maastricht bepaalt dat enkel nog Nederlanders mogen worden bediend in de coffee shops binnen de stad, om overlast te vermijden. Josemans baat een coffee shop uit en krijgt een boete omdat hij verkoopt aan buitenlanders. Hij claimt dat dit een beperking vormt van het vrije verkeer van diensten en van het recht van de burgers om te gaan en staan waar ze willen. Het Hof van Justitie stelt dat de verkoop van verdovende middelen strikt gereglementeerd is. Hier gaat het om illegale verdovende middelen, die niet in de handel zijn (Europeesrechtelijk zijn softdrugs illegaal) functionele benadering: de redenering kan verschillen naargelang de wetgeving; 12

Beknopte inhoudsopgave

Beknopte inhoudsopgave Beknopte inhoudsopgave Voorwoord 15 Bronnen 16 DEEL 1 INLEIDENDE TEKSTEN 17 I. Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling 19 II. Aanknopingspunten van economisch recht 25 DEEL 2 COLLEGESCHEMA

Nadere informatie

HET ONDERNEMINGSBEGRIP

HET ONDERNEMINGSBEGRIP Overzicht Voorwoord 15 DEEL I INLEIDENDE TEKST 17 1. Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling 19 2. Aanknopingspunten van het economisch recht 24 DEEL II.A HET ONDERNEMINGSBEGRIP 45

Nadere informatie

DEEL I INLEIDENDE TEKST Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling Aanknopingspunten van het economisch recht 24

DEEL I INLEIDENDE TEKST Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling Aanknopingspunten van het economisch recht 24 Overzicht Voorwoord 15 DEEL I INLEIDENDE TEKST 17 1. Handelsrecht, economisch en financieel recht: begripsbepaling 19 2. Aanknopingspunten van het economisch recht 24 DEEL II.A HET ONDERNEMINGSBEGRIP 45

Nadere informatie

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Consumentenrecht Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken Doelstelling van de wet Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Bescherming van de eerlijke

Nadere informatie

HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT

HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT Béatrice Ponet Gert Straetmans (eds.) Antwerpen Cambridge Het vrij beroep na het Wetboek van Economisch

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5 INHOUD Voorwoord............................................................ v Inleiding.............................................................. 1 Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling

Nadere informatie

Door het Wetboek van economisch recht opgeheven bepalingen

Door het Wetboek van economisch recht opgeheven bepalingen Door het Wetboek van economisch recht opgeheven bepalingen Opgeheven wetsbepaling Wettelijke basis voor de opheffing Inwerkingtreding van de opheffing Bepalingen opgeheven door Boek II Décret du 2-17 mars

Nadere informatie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie historiek van het project 1. ronde tafel modernisering economisch recht (2006-2009) 2. tweehonderd jaar Wetboek van Koophandel (2007)

Nadere informatie

1.1 Wetgeving Nationale wetgeving Het internationale recht Rechtspraak Gewoonte 22 1.

1.1 Wetgeving Nationale wetgeving Het internationale recht Rechtspraak Gewoonte 22 1. 7 INLEIDING 13 Deel 1 Fundamentele elementen van het HANDELS- EN economisch recht 17 1 DE BRONNEN VAN HET ECONOMISCH RECHT 19 1.1 Wetgeving 19 1.1.1 Nationale wetgeving 19 1.1.2 Het internationale recht

Nadere informatie

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Hoofdstuk I. Totstandkoming en doelstellingen van de wet marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) en haar verhouding tot het mededingingsrecht............................

Nadere informatie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie Historiek van het project Denktank «modernisering economisch recht» (2007) Poltiieke steun en colloquia (2008) Verkennend ontwerp (2009),

Nadere informatie

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV:

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV: Vrij beroep 1/ België Wet van 15 mei 2014 houdende invoeging van Boek XIV "Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende de beoefenaars van een vrij beroep" in het Wetboek van economisch recht

Nadere informatie

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier De wet op de marktpraktijken Procedure en sancties TALLON Advocaat larcier VII De Bibliotheek Handelsrecht Voorwoord bij de Reeks Mededinging, Handelspraktijken en Intellectuele Rechten Voor- en DEEL I.

Nadere informatie

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016 Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging 10 Maart 2016 Agenda Overzicht enkele bepalingen marktpraktijken Analyse mogelijke relatie mededinging Overzicht 0. Algemeen 1. Prijsaanduiding 2.

Nadere informatie

TITEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN

TITEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN INHOUD SAMENVATTING.................................................... v INHOUD........................................................... vii INLEIDING.........................................................

Nadere informatie

1. Auteursrecht. Hoofdstuk V. (De reproductie voor privé-gebruik. ter illustratie bij onderwijs of voor wetenschappelijk

1. Auteursrecht. Hoofdstuk V. (De reproductie voor privé-gebruik. ter illustratie bij onderwijs of voor wetenschappelijk 1. Auteursrecht Wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten 3 Hoofdstuk I. Auteursrecht.......... 3 Afdeling I. Auteursrecht in het algemeen.... 3 Afdeling II. Bijzondere bepalingen

Nadere informatie

Extern standpunt. Workshop FOD Economie 22/5/13. Zakenrecht & zakelijke zekerheden 2011-12 1. Prof.Dr. R. Feltkamp

Extern standpunt. Workshop FOD Economie 22/5/13. Zakenrecht & zakelijke zekerheden 2011-12 1. Prof.Dr. R. Feltkamp Extern standpunt Workshop FOD Economie 22/5/13 Prof. Dr. K. Byttebier Hoogleraar VUB (Vz. PREC) Advocaat (Everest) Prof. Dr. R. Feltkamp Docent VUB (PREC-BuCo) Advocaat (MODO) Zakenrecht & zakelijke zekerheden

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

KNELPUNTEN HANDELSRECHT BUNDELING VAN DE BIJDRAGEN AAN DE STUDIEDAG "ACTUELE KNELPUNTEN IN HET HANDELSRECHT", GEHOUDEN TE OOSTKAMP OP 8 DECEMBER 2006

KNELPUNTEN HANDELSRECHT BUNDELING VAN DE BIJDRAGEN AAN DE STUDIEDAG ACTUELE KNELPUNTEN IN HET HANDELSRECHT, GEHOUDEN TE OOSTKAMP OP 8 DECEMBER 2006 KNELPUNTEN HANDELSRECHT BUNDELING VAN DE BIJDRAGEN AAN DE STUDIEDAG "ACTUELE KNELPUNTEN IN HET HANDELSRECHT", GEHOUDEN TE OOSTKAMP OP 8 DECEMBER 2006 ASPEELE, E. DE LOOSE, H. MOEYKENS, F. PlETERS, S. TlJSEBAERT,

Nadere informatie

Codex Handels- en Vennootschapsrecht 2011

Codex Handels- en Vennootschapsrecht 2011 Codex Handels- en Vennootschapsrecht 2011 Codex Handels- en Vennootschapsrecht 2011 G.L. BALLON K. GEENS J. STUYCK E. TERRYN Dit wetboek is bijgewerkt tot en met het Belgisch Staatsblad van 30 juni 2011.

Nadere informatie

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be NOTA Koningsstraat 148 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Nadere informatie

Marktpraktijken Knipperlichten Contrast 31/01/2019

Marktpraktijken Knipperlichten Contrast 31/01/2019 Marktpraktijken Knipperlichten Contrast 31/01/2019 Jules Stuyck Crowell & Moring 1 Overzicht Inleiding Opheffing boek XIV WER Ondernemingsbegrip in boek VI Recente rechtspraak HvJ B2C oneerlijke handelspraktijken/vergelijkende

Nadere informatie

Het nieuwe insolventierecht Inleiding en personeel toepassingsgebied

Het nieuwe insolventierecht Inleiding en personeel toepassingsgebied Het nieuwe insolventierecht Inleiding en personeel toepassingsgebied FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be

Nadere informatie

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T Rolnummers 5197, 5198 en 5199 Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 2, 1 en 2, en 3, 2, van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Marktpraktijken. anno 2010

Marktpraktijken. anno 2010 Marktpraktijken anno 2010 Herman DE BAUW Advocaat, Eubelius 1 De wet marktpraktijken en consumentenbescherming 6. Vordering tot staking 1. Definities en algemene principes 2. Informatie van de markt 3.

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v. Het Wetboek van economisch recht. Achtergrond en opzet Jacques Steenbergen... 1

INHOUD. Voorwoord... v. Het Wetboek van economisch recht. Achtergrond en opzet Jacques Steenbergen... 1 INHOUD Voorwoord............................................................ v Het Wetboek van economisch recht. Achtergrond en opzet Jacques Steenbergen.............................................. 1

Nadere informatie

Toelichting bij het begrip onderneming binnen de call voor kleine en middelgrote windturbines

Toelichting bij het begrip onderneming binnen de call voor kleine en middelgrote windturbines Toelichting bij het begrip onderneming binnen de call voor kleine en middelgrote windturbines De voorwaarden waaraan voldaan moet worden in het kader van de steunregeling voor kleine en middelgrote windturbines,

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord... vii De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord.......................................................

Nadere informatie

1. Auteursrecht. b. Europees Richtlijn 2009/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de

1. Auteursrecht. b. Europees Richtlijn 2009/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de 1. Auteursrecht a. Nationaal............ 3 Wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten.................... 3 Hoofdstuk I. Auteursrecht.......... 3 Afdeling I. Auteursrecht

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 511 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van wet houdende hervorming van het ondernemingsrecht. Brussel, 5 juli 2017 SAMENVATTING De Raad voor het Verbruik werd op 22 juni 2017 door de

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Voorwoord 13 Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Afdeling 1. Het privaatrecht, wat is dat? 15 1. Objectief recht vs. subjectief recht 15 I. Algemeen 15 II. Objectieve benadering het objectief recht 15 III.

Nadere informatie

Handels en economisch recht

Handels en economisch recht 3de bach rechten Handels en economisch recht Samenvatting Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen R38 12,00 Nieuw!!! Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be DEEL

Nadere informatie

Het Beneluxmodel. Hendrik VANHEES Hoogleraar Universiteit Antwerpen Hoofddocent Universiteit Gent LARGER

Het Beneluxmodel. Hendrik VANHEES Hoogleraar Universiteit Antwerpen Hoofddocent Universiteit Gent LARGER Het Beneluxmodel Hendrik VANHEES Hoogleraar Universiteit Antwerpen Hoofddocent Universiteit Gent LARGER IX Inhoudstafel De Bibliotheek Handehrecbt Larder! Voorwoord bij de Reeks mededinging, handelspraktijken

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (Boek VI WER) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Bepaalde afwijkende gewoontes van het handelsrecht in vergelijking met het burgerlijk recht.

Bepaalde afwijkende gewoontes van het handelsrecht in vergelijking met het burgerlijk recht. Inleiding: het basisprincipe van onze economische ordening in zijn juridische vertaling Afdeling 1. De vrijheid van beroep en bedrijf 1. Europeesrechtelijke dimensie Proportionaliteitseis: een maatregel

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Hoofdstuk I.- Algemene inleiding 13 Afdeling 1.- Het privaatrecht, wat is dat? 13 1.- Objectief recht vs. subjectief recht 13 I.- Algemeen 13 II.- Objectieve benadering het

Nadere informatie

Dos & don ts in het kader van prijszetting

Dos & don ts in het kader van prijszetting Dos & don ts in het kader van prijszetting Stefaan RAES 10 maart 2016 Brussels London - www.liedekerke.com Stefaan RAES Partner Prijszetting in de relatie tussen concurrenten Brussels London - www.liedekerke.com

Nadere informatie

Actualia Distributierecht. Mr. Koen De Bock. 05/02/2015 De Bock & Baluwé 1

Actualia Distributierecht. Mr. Koen De Bock. 05/02/2015 De Bock & Baluwé 1 Actualia Distributierecht Mr. Koen De Bock 05/02/2015 De Bock & Baluwé 1 Boek X Wetboek Economisch Recht Titel 1 Handelsagentuurovereenkomsten Titel 2 Precontractuele informatie in het kader van commerciële

Nadere informatie

Voorwoord... Opzet en leidraad... Lijst van de gebruikte afkortingen...

Voorwoord... Opzet en leidraad... Lijst van de gebruikte afkortingen... i INHOUDSTAFEL Voorwoord.............................................. Opzet en leidraad.......................................... Lijst van de gebruikte afkortingen............................. vii ix

Nadere informatie

DE TOEPASSING VAN DE WET MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING

DE TOEPASSING VAN DE WET MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING TEKST Yves Vandendriessche, advocaat (Crivits & Persyn) De dierenarts in het ondernemingsrecht DE TOEPASSING VAN DE WET MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING In een vorige bijdrage stond Yves Vandendriessche

Nadere informatie

ECTS-fiche - Handels- en economisch recht

ECTS-fiche - Handels- en economisch recht ECTS-fiche - Handels- en economisch recht Afstudeerrichting: Graduaat rechtspraktijk Code: D1 Aantal lestijden: 80 1. Beknopte omschrijving: Het handelsverkeer is zonder twijfel een erg belangrijk onderdeel

Nadere informatie

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring Inhoud I 1 2 3 4 5 5a II 6 7 8 9 10 12 13 14 15 16 Algemeen Drie procedures Het faillissement De surseance van betaling De schuldsanering natuurlijke personen Commissie Insolventierecht Herijking van het

Nadere informatie

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet COLLECTIE BEDRIJFSRECHT De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet Annick De Boeck (ed.) Yves Montangie (ed.) Bart R. Goossens Marie-Christine Janssens Reinhard Steennot VANDEN BROELE INHOUDSTAFEL

Nadere informatie

VOOR- EN DANKWOORD. Hinderlagen liggen daar, voor hinden klaar Jotie T Hooft, Le Plat Payé

VOOR- EN DANKWOORD. Hinderlagen liggen daar, voor hinden klaar Jotie T Hooft, Le Plat Payé v VOOR- EN DANKWOORD Hinderlagen liggen daar, voor hinden klaar Jotie T Hooft, Le Plat Payé Dit boek heeft veel te danken aan de oorspronkelijke tekst van Aimé De Caluwé, die ik reeds geactualiseerd had

Nadere informatie

Examen 1 : wetgeving - eindtermen beroepskennis

Examen 1 : wetgeving - eindtermen beroepskennis Examen 1 : wetgeving - eindtermen beroepskennis 1. Deel 4 van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen (art. 1 tot 104) 1 Aanduiden op welke verzekeringsovereenkomsten deel 4 van de wet van

Nadere informatie

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Monografieen BW B49a Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Mr. D.W.F. Verkade Advocaat-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden Kluwer - Deventer - 2009 Inhoud WOORD VOORAF V ENIGE AFKORTINGEN

Nadere informatie

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM Hendrik VANHEES Gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen Hoofddocent Universiteit

Nadere informatie

niet verbeterde kopie

niet verbeterde kopie Rolnummer 5009 Arrest nr. 55/2011 van 6 april 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 2, 1 en 2, en 3, 2, van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming,

Nadere informatie

Kern van het internationaal publiekrecht

Kern van het internationaal publiekrecht Kern van het internationaal publiekrecht Andre Nollkaemper Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 2005 Inhoud LljSt van aikortingen Verkort aangehaalde literatuur Deel 1: Kernbegrippen XV XVIII

Nadere informatie

77, Gulden Vlieslaan 1060 Brussel Tel Fax

77, Gulden Vlieslaan 1060 Brussel Tel Fax Continuïteit van de ondernemingen : 77, Gulden Vlieslaan 1060 Brussel Tel 02 290 04 00 Fax 02 290 04 10 Info@vdelegal.be Overzicht van de wet dd 31 januari 2009 ( in werking getreden op 1 april 2009) Structuur

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK II. HORIZONTALE OVEREENKOMSTEN RELATIES MET CONCURRENTEN JULES STUYCK...47

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK II. HORIZONTALE OVEREENKOMSTEN RELATIES MET CONCURRENTEN JULES STUYCK...47 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v HOOFDSTUK I. MEDEDINGINGSREGELS VOOR ONDERNEMINGEN NAAR EUROPEES EN BELGISCH RECHT. ACHTERGROND EN RECHTSVERGELIJKEND OVERZICHT ANNE-MARIE VAN DEN BOSSCHE... 1 1. Inleiding...

Nadere informatie

Studenten verkoopsvoorwaarden

Studenten verkoopsvoorwaarden Details Basiswetteksten inzake het recht van de intellectuele eigendom 7e editie Auteur(s): Hendrik Vanhees boek verschenen 1e druk december 2010 ISBN 978-94-0000-153-4 x + 762 blz. paperback Prijs : 35,00

Nadere informatie

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Het consumentenkrediet De Wet van 12 juni 1991 Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Voorwoord V Inleiding en doel van de wet 1 1. E.G.-verplichtingen (1) 1 2. Sociaal beleid (2) 1 3. Economisch

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. WOORD VOORAF... v. TEN GELEIDE... vii DEEL 1. HET BEGRIP FRANCHISING...1

INHOUDSOPGAVE. WOORD VOORAF... v. TEN GELEIDE... vii DEEL 1. HET BEGRIP FRANCHISING...1 INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF... v TEN GELEIDE... vii DEEL 1. HET BEGRIP FRANCHISING...1 HOOFDSTUK 1. INLEIDING...3 Afdeling 1. Historiek...3 Afdeling 2. De economisch-commerciële invalshoek...4 1. Inleiding...4

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2013) XXX draft MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Ontwerpmededeling van de Commissie inzake overeenkomsten van geringe betekenis die de mededinging niet

Nadere informatie

De belangrijkste bron van het burgerlijk recht is het burgerlijk wetboek,

De belangrijkste bron van het burgerlijk recht is het burgerlijk wetboek, Recht is alomtegenwoordig. Of het nu gaat om een verbod iets te doen (door het rood licht rijden), een verplichting iets te doen (deelnemen aan verkiezingen), een werkwijze die men dient na te leven (procesrecht)

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling The Bright Side Newsletter n 23 Bright Advocaten www.b-right.be Onderwerp Verbod op verkoop met verlies in strijd met het Europees recht Datum 22 april 2013 Copyright and disclaimer De inhoud

Nadere informatie

OVEREENKOMST VOOR ZELFSTANDIGE DIENSTVERLENING

OVEREENKOMST VOOR ZELFSTANDIGE DIENSTVERLENING OVEREENKOMST VOOR ZELFSTANDIGE DIENSTVERLENING TUSSEN: wonende te handel drijvende onder de naam en ingeschreven in de KBO met nummer. De vennootschap.. en ingeschreven in de KBO met nummer. vertegenwoordigd

Nadere informatie

De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht... Belangrijkste gebruikte afkortingen...

De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht... Belangrijkste gebruikte afkortingen... v INHOUDSTAFEL De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................. Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht....................... Belangrijkste gebruikte afkortingen..................................

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33 INHOUDSOPGAVE DANKWOORD... v VOORWOORD...vii HOOFDSTUK 1. DE GRONDSLAG... 1 1. De grondslag: het persoonlijkheidsrecht op afbeelding... 1 2. Invloed van de mensenrechten... 3 A. Art. 22 G.W.... 4 B. Art.

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 28.11.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0824/2008, ingediend door Kroum Kroumov (Bulgaarse nationaliteit), gesteund door zestien

Nadere informatie

Organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar

Organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar Organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inleiding Afzonderlijke

Nadere informatie

Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN DEEL 2 ASPECTEN UIT HET BURGERLIJK RECHT

Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN DEEL 2 ASPECTEN UIT HET BURGERLIJK RECHT Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN HOOFDSTUK 1: INDELING VAN HET RECHT 3 1.1. Het publiekrecht 4 1.1.1. Het staatsrecht 4 1.1.2. Het administratief recht 5 1.1.3. Het strafrecht 6 1.1.4. Het fiscaal

Nadere informatie

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM Hendrik VANHEES Hoogleraar Universiteit Antwerpen Hoofddocent Universiteit

Nadere informatie

INVENTARIS DOCUMENTEN

INVENTARIS DOCUMENTEN INVENTARIS DOCUMENTEN SOCIAAL RECHT Edward Carlier Decreet 19 juli 1973 tot regeling van het gebruik van de talen voor de sociale betrekkingen tussen de werkgevers en de werknemers, alsmede van de voor

Nadere informatie

Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma

Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma Deze algemene voorwaarden en de privacy policy stellen de voorwaarden vast voor de toegang tot en het gebruik van het mybpost-portaal en het

Nadere informatie

Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten.

Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten. Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten tussen Boekwriter4all en Klant met betrekking tot de levering van

Nadere informatie

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-228/97 Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Artikel 86 EG-Verdrag (thans artikel 82 EG) Machtspositie en collectieve machtspositie Misbruik Geldboete" Arrest van het Gerecht

Nadere informatie

Definitie onderneming binnen de calls groene warmte, restwarmte en productie en injectie van biomethaan

Definitie onderneming binnen de calls groene warmte, restwarmte en productie en injectie van biomethaan Definitie onderneming binnen de calls groene warmte, restwarmte en productie en injectie van biomethaan De voorwaarden waaraan voldaan moeten zijn in het kader van de steunregelingen voor groene warmte,

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (WER Boek VI) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Art. 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Handels en economisch recht

Handels en economisch recht p 3de bach rechten 1 Handels en economisch recht Notities + PPT Q uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen www.quickprinter.be R R38 6,50 2 3 HANDELS- EN ECONOMISCH RECHT Economisch recht is een tak

Nadere informatie

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Publicatieblad Nr. L 372 van 31/12/1985 blz. 0031-0033

Nadere informatie

Kabinet van de voorzitter. Beschikking

Kabinet van de voorzitter. Beschikking RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN Kabinet van de voorzitter Beschikking Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen Wij, Thomas Van Houtte, voorzitter van de rechtbank van koophandel Antwerpen,

Nadere informatie

MATERIE BEVOEGDHEID TOEPASSELIJK RECHT EXEQUATUR EXTRA Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 WbIPR Art. 39 WbIPR Boek blz.

MATERIE BEVOEGDHEID TOEPASSELIJK RECHT EXEQUATUR EXTRA Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 WbIPR Art. 39 WbIPR Boek blz. Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 Art. 39 Boek blz. 419 Naam Art. 36 Art. 37 - vaststelling Art. 39 Boek blz. 426 Art. 38 - verandering Staat en bekwaamheid Art. 3, Art. 32 Art. 34 Art. 39 Boek

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21 xi Voorwoord bij de Reeks Grondslagen van het Fiscaal Recht. i Préface à la Collection Fondements de Droit Fiscal iii Woord vooraf v Avant-propos vii Dankwoord ix Afkortingen 1 Deel I Inleiding 7 Hoofdstuk

Nadere informatie

Outlets in moeilijkheden. gerechtelijke reorganisatie : werkbare oplossing of ongepast?

Outlets in moeilijkheden. gerechtelijke reorganisatie : werkbare oplossing of ongepast? Outlets in moeilijkheden gerechtelijke reorganisatie : werkbare oplossing of ongepast? Debat : Bart De Moor vs Eddy Van Camp Moderator : Frank Taildeman De "WCO" : Fout vakjargon WCO : Wet op de Continuïteit

Nadere informatie

VZW: nieuwe ontwikkelingen

VZW: nieuwe ontwikkelingen VZW: nieuwe ontwikkelingen Sylvia Thienpont Johanna Waelkens SBB Accountants & Adviseurs Overzicht I. Kader II. Nieuw insolventierecht III. Nieuw ondernemingsrecht IV. Nieuw Wetboek Vennootschappen en

Nadere informatie

RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN. Beschikking. Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen

RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN. Beschikking. Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN Kabinet van de voorzitter Beschikking Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen Gelet op art. 88 1 Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd door de Wet van

Nadere informatie

UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst

UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst NKVK 13 oktober 2015 Lore Derdeyn Overzicht 1. Bewijs van de aannemingsovereenkomst 2. Belangrijke clausules van de aannemingsovereenkomst

Nadere informatie

RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN. Kabinet van de voorzitter. Beschikking. Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen

RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN. Kabinet van de voorzitter. Beschikking. Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN Kabinet van de voorzitter Beschikking Bijzonder reglement rechtbank van koophandel Antwerpen Wij, Thomas Van Houtte, voorzitter van de rechtbank van koophandel Antwerpen,

Nadere informatie

VERZOEK AAN DE MINISTER VAN ECONOMIE

VERZOEK AAN DE MINISTER VAN ECONOMIE KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE ALGEMENE DIRECTIE ECONOMISCHE REGLEMENTERING DIENST VOOR DE INTELLECTUELE EIGENDOM VERZOEK TOT VERLENING VAN EEN OCTROOI

Nadere informatie

Inhoud. vii. Deel 1 Algemene inleiding 1. 1 Inleiding 3. Deel 2 De structuur Onderneming, eenmanszaak en personenvennootschappen 49

Inhoud. vii. Deel 1 Algemene inleiding 1. 1 Inleiding 3. Deel 2 De structuur Onderneming, eenmanszaak en personenvennootschappen 49 vii Voorwoord v Lijst van afkortingen vi Softy bv xv Bedrijfsprofiel Softy bv xv Deel 1 Algemene inleiding 1 1 Inleiding 3 1.1 Wat is recht? 3 1.2 Rechtspraak 4 1.3 Rechtsbronnen 4 1.4 Formeel en materieel

Nadere informatie

CONTINUÏTEIT VAN ONDERNEMINGEN

CONTINUÏTEIT VAN ONDERNEMINGEN CONTINUÏTEIT VAN ONDERNEMINGEN CONTINUÏTEIT VAN ONDERNEMINGEN Artikelsgewijze commentaar bij Boek XX WER en CAO nr. 102 Virginie Frémat Sophie Berg Grégory de Sauvage Jean-François Goffin m.m.v. Madeleine

Nadere informatie

BRÜYLANT BRUSSEL-BRUXELLES 0 0 8

BRÜYLANT BRUSSEL-BRUXELLES 0 0 8 KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN (KULEUVEN) KATHOLIEKE UNIVERSITEIT BRUSSEL (HUB) CENTRUM VOOR INTELLECTUELE RECHTEN CENTRE FOR INTELLECTUAL PROPERTY RIGHTS CENTRE DE RECHERCHE EN PROPRIÉTÉ INTELLECTUELLE

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. LIJST DER VERKORT AANGEHAALDE WERKEN...vii HOOFDSTUK I. ALGEMENE REGELEN... 1

INHOUDSOPGAVE. LIJST DER VERKORT AANGEHAALDE WERKEN...vii HOOFDSTUK I. ALGEMENE REGELEN... 1 INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF... v LIJST DER VERKORT AANGEHAALDE WERKEN...vii HOOFDSTUK I. ALGEMENE REGELEN... 1 A. Handelsrecht en economisch recht... 1 B. Daden van koophandel... 2 C. Handelaar ( koopman

Nadere informatie

BACK TO BASICS OCTROOIRECHT ERIC DE GRYSE

BACK TO BASICS OCTROOIRECHT ERIC DE GRYSE BACK TO BASICS OCTROOIRECHT ERIC DE GRYSE eric.degryse@simontbraun.eu I. OCTROOIWETGEVING : België Wetboek van economisch recht, 19 April 2014, Boek XI, "Intellectuele eigendom, titel 1, Uitvindingsoctrooien

Nadere informatie

Het nieuwe insolventierecht Wijzigingen betreffende de gerechtelijke reorganisatie en het faillissement

Het nieuwe insolventierecht Wijzigingen betreffende de gerechtelijke reorganisatie en het faillissement Het nieuwe insolventierecht Wijzigingen betreffende de gerechtelijke reorganisatie en het faillissement FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be

Nadere informatie

CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT

CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT Laatst aangepast 08/02/2016 Inhoudsopgave HOOFDSTUK I: Definities HOOFDSTUK II: Behandeling van consumentengeschillen door de ondernemingen Artikel 1: Interne

Nadere informatie

RECHTSPERSOON v. 2010-03

RECHTSPERSOON v. 2010-03 cb AANVRAAG TOT TOETREDING TOT EEN COLLECTIEVE INSCHRIJVING IN HET REGISTER VAN DE TUSSENPERSONEN IN BANK- EN BELEGGINGSDIENSTEN RECHTSPERSOON v. 2010-03 Wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling

Nadere informatie

Inhoudstafel. larcier

Inhoudstafel. larcier i Inhoudstafel Hoofdstuk 1. De openbare verkoping Wegens werken, gelieve de gps uit te schakelen...... 1 ALOÏS VAN DEN BOSSCHE 1. De openbare verkoping................................ 1 2. De openbare

Nadere informatie

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51 INHOUD BOEK VIII. HUWELIJKSSTELSELS.... 1 Inleiding... 3 TITEL I HET HUWELIJKSCONTRACT.... 5 Hoofdstuk I. Inleiding.... 5 Hoofdstuk II. Inhoud van het huwelijkscontract.... 10 Afdeling I. Huwelijksovereenkomsten....

Nadere informatie

Date de réception : 27/12/2011

Date de réception : 27/12/2011 Date de réception : 27/12/2011 Resumé C-577/11-1 Zaak C-577/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

Nieuwe wet B2B-Bescherming

Nieuwe wet B2B-Bescherming Nieuwe wet B2B-Bescherming Onrechtmatige bedingen Oneerlijke marktpraktijken Paul Cambie Attaché Dienst Handelsreglementering AD Economische Reglementering Onrechtmatige bedingen B2B Uitgangspunt: balans

Nadere informatie

HOOFDSTUK II. DE VOORAFGAANDE VERSLAGPLICHT

HOOFDSTUK II. DE VOORAFGAANDE VERSLAGPLICHT INHOUD VOORWOORD....................................................... v HOOFDSTUK I. DE VERBETERING VAN DE WETTELIJKE REGELING INZAKE VEREFFENING VAN VENNOOTSCHAPPEN: VAN EEN SUMMIERE REGELING NAAR BELANGRIJKE

Nadere informatie

Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame

Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame MONOGRAFIEËN BW Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame Mr. D.W.F. Verkade Advocaat-generaal i.b.d. bij de Hoge Raad der Nederlanden Bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam (Bregstein-leerstoel)

Nadere informatie

Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde / 19

Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde / 19 INHOUD Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde / 19 Inleiding / 19 Titel I Voorwerp en toepassingsgebied / 30 Titel II Geografisch toepassingsgebied

Nadere informatie