UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK ZELFSTANDIG ONDERNEMEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK ZELFSTANDIG ONDERNEMEN"

Transcriptie

1 OPLEIDING BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK ZELFSTANDIG ONDERNEMEN 1 e druk, 1 e oplage ISBN NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT BV

2 Copyright: NOI Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, database, computerbestand, internet of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het NOI.

3 INHOUD ANTWOORDEN VERWERKINGSVRAGEN LEERBOEK blz. 1. ALGEMENE ORIËNTATIE 1.1 Het bedrijfsleven Productbeleid MARKETINGBELEID 2.1 Marktgericht ondernemen en marketingformule Marketingformule en marketingmix Marktonderzoek Omzetprognose en marktaandeel Marktverkenning MARKETINGINSTRUMENTEN 3.1 Assortiment Prijsbeleid Reclame, promoties en public relations WETTEN EN VOORSCHRIFTEN 4.1 Arbeidswetten De arbeidsovereenkomst Beëindigen arbeidsovereenkomst Sociale verzekeringswetten ONDERNEMINGSVORMEN 5.1 De rechtsvorm van de onderneming Ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid Ondernemingen met rechtspersoonlijkheid KOSTEN EN EXPLOITATIEOVERZICHT 6.1 Kosten Het exploitatieoverzicht BELASTINGEN 7.1 Inkomstenbelasting (ib) Aftrekposten voor ondernemingen Omzetbelasting (btw)... 50

4 8. FACTURERING EN KASSTAAT 8.1 De koopovereenkomst Ontvangst, uitlevering en facturering Incasso De kasstaat bij bedrijven die op rekening leveren FINANCIERING EN FINANCIEEL BELEID 9.1 Vermogensbehoefte en vermogensverkrijging De liquiditeit van een onderneming De solvabiliteit van een onderneming Cashflow De rentabiliteit van vermogen Bankkrediet Leverancierskrediet Leasing BEDRIJFSCONTROLE 10.1 Begroten en budgetteren Ondernemingsplan Martens... 67

5 INHOUD ANTWOORDEN MEERKEUZE- EN JUIST-ONJUISTVRAGEN EN OPDRACHTEN WERKBOEK blz. 1. ALGEMENE ORIËNTATIE 1.1 Het bedrijfsleven Productbeleid MARKETINGBELEID 2.1 Marktgericht ondernemen en marketingformule Marketingformule en marketingmix Marktonderzoek Omzetprognose en marktaandeel Marktverkenning MARKETINGINSTRUMENTEN 3.1 Assortiment Prijsbeleid Reclame, promoties en public relations WETTEN EN VOORSCHRIFTEN 4.1 Arbeidswetten De arbeidsovereenkomst Beëindigen arbeidsovereenkomst Sociale verzekeringswetten ONDERNEMINGSVORMEN 5.1 De rechtsvorm van de onderneming Ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid Ondernemingen met rechtspersoonlijkheid KOSTEN EN EXPLOITATIEOVERZICHT 6.1 Kosten Het exploitatieoverzicht BELASTINGEN 7.1 Inkomstenbelasting (ib) Aftrekposten voor ondernemingen Omzetbelasting (btw)... 89

6 8. FACTURERING EN KASSTAAT 8.1 De koopovereenkomst Ontvangst, uitlevering en facturering Incasso De kasstaat bij bedrijven die op rekening leveren FINANCIERING EN FINANCIEEL BELEID 9.1 Vermogensbehoefte en vermogensverkrijging De liquiditeit van een onderneming De solvabiliteit van een onderneming Cashflow De rentabiliteit van vermogen Bankkrediet Leverancierskrediet Leasing BEDRIJFSCONTROLE 10.1 Begroten en budgetteren

7 Antwoorden leerboek ANTWOORDEN LEERBOEK 7

8 8 ANTWOORDEN LEERBOEK

9 1 Algemene oriëntatie AFDELING ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1 9

10 1.1 HET BEDRIJFSLEVEN Consument, producent, handel (blz. 25) 1. Goederen zijn tastbare producten, diensten zijn niet-tastbare producten. 2. Oerproducenten, fabrikanten en ambachtelijke bedrijven. 3. Homogeen wil zeggen dat de producten onderling niet of weinig verschillen. 4. Een oerproduct is een product dat nog in zijn oorspronkelijke staat is, dus onbewerkt. Bijvoorbeeld melk. 5. Kenmerkend voor een ambachtelijke bedrijf is de persoonlijke handvaardigheid, de vakbekwaamheid en de kennis van de ondernemer zelf en van zijn medewerkers. 6. Kleinhandel verkoopt in kleine hoeveelheden aan de consument, groothandel verkoopt in grote hoeveelheden aan bedrijven. 7. Dienstverlenende bedrijven maken of verhandelen geen goederen, maar ondersteunen het proces van productie naar consumptie. Bijvoorbeeld banken, verzekeraars, accountants, uitzenders, reclamebureaus, makelaars of financiële adviseurs Grootbedrijf en midden- en kleinbedrijf (blz. 25) 8. Ze bezitten een sterke onderhandelingspositie en werken efficiënter dan het mkb. 9. Dat veranderingen niet van de ene op de andere dag kunnen worden doorgevoerd. 10. Als het bedrijf minder dan 250 werkzame personen heeft. 11. Dat het mkb werkt op kleinere schaal: kleiner bedrijfskapitaal, minder personeel, kleiner marktgebied en lagere omzet dan het grootbedrijf. 12. Het mkb is slagvaardig en flexibel. Het kan snel inspelen op veranderingen. 13. Zelfstandige Zonder Personeel. 14. a Iemand die arbeid verricht zonder verzekeringsplicht voor de werknemersverzekering. b Je treft freelancers aan in de journalistiek, communicatie, vormgeving. 15. Startersaftrek, zelfstandigenaftrek, meewerkaftrek Indeling van het bedrijfsleven (blz. 24) 16. Marktsector en collectieve sector. 17. Winst maken. 18. a Ze ontvangen subsidie van de overheid. b Scholen, ziekenhuizen, museums, gemeentelijke reinigingsdiensten enz. c Non-profitbedrijven. 19. a Land- en tuinbouwonderneming, veeteelt, vissersbedrijf en mijnbouwonderneming. b Suikerfabriek, melkfabriek. c Supermarkt, banketbakker, café, taxibedrijf, bank. d Scholen, museums, ziekenhuizen, brandweer, ANWB, Rode Kruis Zakelijke markt en consumentenmarkt (blz. 26) 20. Het afstemmen van het aanbod op de vraag. 21. a Industriële marketing. 10 ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1

11 b Machineproducenten, winkelinterieurbedrijven, autoleasebedrijven, reclamebureaus, accountantskantoren, installatiebedrijven. 22. a Consumentenmarketing. b Levensmiddelenproducenten, kledingfabrikanten, ambachtelijke bedrijven, kranten- en tijdschriftenuitgevers, reisbureaus, horecabedrijven, winkelbedrijven. 23. a Rationele (verstandelijke) koopmotieven. b Emotionele (gevoelsmatige) koopmotieven. 24. Op de zakelijke markt richt de aanbieder zich zo veel mogelijk op de individuele klant, op de consumentenmarkt richt de aanbieder zich meer op de totale klantengroep. 25. De plaats waar markthandelaren hun producten verkopen aan burgers. 26. Dat de goederen ter plaatse aanwezig zijn Marktwerking (blz. 25) 27. Als er duidelijk sprake is van een bepaalde plaats waar aanbieders en vragers elkaar werkelijk ontmoeten. Voorbeelden: warenmarkt en veiling. 28. Als je het woord markt gebruikt zonder aan een bepaalde plaats te denken maar denkt aan het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald soort product of dienst. Voorbeelden: markt voor personenauto's, jeugdbladen, pc's enz. 29. Bij dalende prijzen wordt meer afgezet. 1.2 PRODUCTBELEID Productindeling (blz.??) 1. Naar aard van het product, naar duurzaamheid en naar koopgedrag van de consument. 2. Producten die identiek zijn (of zo worden beschouwd) en daardoor onderling uitwisselbaar zijn. Zoals diesel, graan en suiker. 3. Producten die van elkaar verschillen en niet onderling uitwisselbaar zijn. Bijvoorbeeld een scooter, brood of jam. 4. a Gebruiksgoederen die langer dan een jaar meegaan. b Smart-tv, laptop, wasmachine. 5. a Niet-duurzame consumptiegoederen die korter dan een jaar meegaan. b Pak melk, marsreep, popconcert bezoeken Koopgedrag (blz. 38) 6. Boodschappen doen. 7. a Convenience goods. b Gemakswinkelen of Routinematig AankoopGedrag (RAG). 8. a Keuzegoederen, shopping goods. b Kleding, sportartikelen, huishoudelijke apparaten enz. 9. Als je bij het kopen scherp let op lage prijzen, voordeelaanbiedingen, kortingsacties e.d. ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1 11

12 10. Over welk product je nodig hebt, welke prijs je ervoor wilt betalen en bij welke winkel je wilt kopen. 11. Als je iets koopt wat je niet persé nodig hebt, maar wel heel leuk vindt om te hebben. 12. Een niet geplande aankoop. 13. Als de consument een duidelijke voorkeur heeft voor een bepaald model, bepaald merk of bepaalde winkel. 14. Gezondheid: Zonnatura. Natuur: kleding met wolmerk IWS. Milieu: biologisch geteelde landbouwproducten, EKO-keurmerk. 15. Armani, Ray-Ban-zonnebril, Rolex-horloge. 16. Een code die je kunt scannen met je smartphone of tablet waardoor je meteen toegang hebt tot de website van het betreffende product of bedrijf Kwaliteit, merk, prijsniveau en reclame (blz. 47) 17. Kleding, parfum, sieraden. 18. Een naam, een lettercombinatie, een vignet, een afbeelding enz. 19. Zekerheid, betrouwbaarheid, liefde, gezelligheid, gezondheid. 20. Ariël, Coca Cola, Miele, Apple. 21. Het technische niveau en de gevoelswaarde. 22. Een door de fabrikant voorgestelde winkelprijs (consumentenprijs) aan de winkeliers. 23. Marsreep, Levi's spijkerbroek. 24. Tot merkvoorkeur en merktrouw. 25. Vaatwasmachine. 26. Drank, cosmetica, kleding Verkrijgbaarheid (blz. 48) 27. Door de winkelier voordelen te bieden zoals: een goede winstmarge, gunstige leverings- en betalingscondities, verkoopsteun in de vorm van reclamemateriaal, betrouwbare garantieregeling. 28. Als het artikel 'overal' verkrijgbaar is. 29. Bij keuzegoederen van gangbare merken als Brabantia, Seiko, Philips en Nike. 30. a Als de fabrikant ervoor kiest het product slechts via een beperkt aantal winkels te distribueren. b Rolex, B&O, Calvin Klein, Lacoste, Van Bommel. 31. De detaillist krijgt verkoopsteun en is verzekerd van een ruime winstmarge Distributiebeleid (blz. 48) 32. Dat de juiste goederen in de juiste hoeveelheden, op de juiste tijd en plaats terecht komen tegen optimale kosten. 33. Levering van de producent rechtstreeks aan de consument (bv. bestellingen via webwinkels). 34. Levering van de producent, via de detaillist (bv. supermarkt) aan de consument. 35. Levering van de producent, via de groothandel en de detaillist aan de consument. 12 ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1

13 36. Een strategie waarbij de producent de tussenhandel (detaillist) stimuleert om zijn producten in hun assortiment op te nemen door bv. hoge marges te verstrekken. 37. Een strategie waarbij de producent probeert d.m.v. reclame de consument te bewegen zijn artikel te kopen bij de detaillist Productvernieuwing (blz. 48) 38. Het verbeteren van bestaande producten of het uitvinden van nieuwe producten. 39. Als hij de voorsprong die hij heeft opgebouwd door middel van het verbeteren of vernieuwen van een product weet te behouden. Apple, Nutricia. 40. De concurrenten die noodgedwongen het beleid van de marktleider enigszins imiteren. 41. Hij maakt veel reclame om merkbekendheid en merkvoorkeur van consumenten te krijgen. Hij kan eventueel een introductiekorting geven. 42. Dat het product voldoende verkrijgbaar is. 43. De mp3-speler als vervanging voor de cd-speler. 44. Door concurrentie van nieuwe of sterk verbeterde producten. Bovendien besteedt de fabrikant niet veel aandacht meer aan het verouderde product. 45. Oude modellen auto's en computers. ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1 13

14 14 ALGEMENE ORIENTATIE - Afdeling 1

15 2 Marketingbeleid AFDELING MARKETINGBELEID - Afdeling 2 15

16 2.1 MARKTGERICHT ONDERNEMEN EN MARKETINGFORMULE (blz. 68) Inkomen en koopkracht (blz. 37) 1. Salaris, ondernemingswinst, pensioen, uitkering, studiebeurs. 2. Door het bruto-inkomen te verminderen met belastingen en premies. 3. De gebonden koopkracht. 4. Het totaalbedrag van alle noodzakelijke uitgaven. 5. Het inkomen dat naast de gebonden koopkracht nog beschikbaar is. 6. Luxebestedingen en sparen Markt en marktsegmenten (blz. 68) 7. Uit alle behoeften aan goederen en diensten die consumenten willen kopen. 8. a Het opsplitsen van de markt in deelmarkten (marktsegmenten). b Uit consumenten met dezelfde behoefte (dezelfde vraag). 9. Doelgroep Kern van de marketingformule (blz. 71) 10. a Wie is mijn klant? Wat is mijn aanbod? Hoe bied ik mij aan? b Hoe bied ik mij aan? Positioneren (blz. 71) 11. Als zij zich met een vergelijkbaar productaanbod op dezelfde doelgroep richten. 12. Door een bepaald merk te verkopen dat de concurrent niet verkoopt, beter, vakbekwaam personeel, aantrekkelijke winkelinrichting. 13. Op welke manier je het best in de behoefte van je doelgroep kunt voorzien Plusformule en prijsformule (blz. 72) 14. a Society Shop (kleding), Apple Store (elektronica) en Nespresso (koffie). b Kwaliteitskopers. 15. Prijskopers. 16. Hema. 2.2 MARKETINGFORMULE EN RETAILINGMIX (blz. 74) 1. De positionering van een bedrijf (plusformule, prijsformule of marketingformule in het middensegment) Marketinginstrumenten en marketingmix (blz. 75) 2. Middelen die je gebruikt om je marketingformule zichtbaar te maken. 3. Marketingmix. 4. Product, plaats, prijs, promotie. 5. Keuze voor het distributiekanaal, voorraden, aantal verkooppunten en transport. 6. Prijsstelling, kortingen en snelle/langzame winstmaker. 7. Vergroten van de naamsbekendheid. 16 MARKETINGBELEID - Afdeling 2

17 2.2.2 Retailingmix detailhandel (blz. 75) 8. Vestigingsplaats, assortiment, prijs, presentatie, personeel en reclame. 9. Retailingmix. 10. De doelgroep (de consumenten). 11. a Bevoorrading of logistiek. b Zelfbedieningsbedrijven, zoals supermarkten, bouwmarkten en warenhuizen. 2.3 MARKTONDERZOEK Marktgebied (blz. 83) 1. De reikwijdte van een bedrijf. 2. Kanalen, spoorlijnen, autowegen, sportterreinen, openbaar groen. 3. Vanwege de hoge koopfrequentie. 4. Primaire behoeften. 5. Klein marktgebied (wijk of klein dorp) met een actieradius van meter. 6. Secundaire behoeften. 7. Het marktgebied voor keuzegoederen is veel groter dan dat van gewoontegoederen. 8. Meubelwarenhuizen (Ikea) en bouwmarkten (Gamma) Marktonderzoek (blz. 84) 9. De ondernemer moet zijn marktgebied en zijn doelgroep grondig kennen. 10. Welke consumenten in het marktgebied behoren tot de doelgroep; wat hun leeftijd, hun inkomensklasse en hun gemiddelde besteding is en hoe hun koopgedrag is. 11. Het bepalen van het onderzoeksdoel. 12. Koopgedrag en bestedingspatroon van de doelgroep vaststellen. 13. Bij de gemeente, de KvK, de plaatselijke ondernemersvereniging en de bank. 14. Aantal inwoners, leeftijdsopbouw, aantal huishoudens. 15. CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek). 16. Het verzamelen van gegevens van bepaalde instanties van achter je bureau. 17. Voordeel: het is relatief goedkoop. Nadeel: de gegevens zijn vaak verouderd of niet volledig. 18. Fieldresearch (veldonderzoek). 19. Kijken (observeren), vragen (enquêteren), uitproberen (experimenteren). 20. Door de concurrentieanalyse. 2.4 OMZETPROGNOSE EN MARKTAANDEEL Omzetprognose marktgebied (blz. 84) 1. De omzet die op grond van het aantal inwoners in een marktgebied mogelijk is. MARKETINGBELEID - Afdeling 2 17

18 2. De gemiddelde besteding per hoofd van de bevolking per jaar. 3. a Bestedingen van consumenten in een ander marktgebied. b De totale omzet die in het gebied gehaald kan worden neemt af. 4. De koopkrachtbinding. 5. De omzet van kopers uit andere marktgebieden. 6. De reëel (werkelijk) te verwachten omzet voor alle zaken gezamenlijk. 7. potentiële omzet marktgebied... afvloeiing koopkracht % -... (af) koopkrachtbinding... toevloeiing koopkracht -... (bij) omzetprognose marktgebied Als zij op grond van het aantal inwoners, de bestedingen en de koopkrachtbinding voldoende omzet kunnen behalen Marktaandeel (blz. 85) 9. Omzet eigen zaak Omzetprognose marktgebied x 100%. 10. Het kengetal voor de vloerproductiviteit en het aantal m 2 vvo (wvo) van de concurrent. 11. Deze schoenenzaken zijn branchegenoten. 12. Kledingzaken, sportzaken, markthandelaren. 13. Omzetprognose marktgebied x percentage eigen marktaandeel. 14. Omzet eigen zaak Percentage eigen marktaandeel Omzetprognose nieuw bedrijf (blz. 85) 15. Of het marktgebied voldoende draagvlak heeft voor nog een bedrijf erbij. 16. Een hoog afvloeiingspercentage. 17. Van reeds gevestigde concurrenten en uit de verhoogde koopkrachtbinding. 2.5 MARKTVERKENNING Marktvormen (blz. 170) 1. Het aantal aanbieders en het soort goederen of diensten. 2. Een situatie waarin een product of dienst door slechts één (markt)partij wordt aangeboden. 3. Als de markt wordt beheerst door enkele aanbieders die over grote marktaandelen beschikken. 4. Productvernieuwing, spaaracties, distributiespreiding. 5. Enkele supermarkten in hetzelfde marktgebied. 6. Het oligopolie en de monopolistische concurrentie. 18 MARKETINGBELEID - Afdeling 2

19 7. Bijvoorbeeld door lage prijzen, een ruime keuze, een exclusief product of merk, een eigen parkeerplaats of een speciale servicedienst. 8. Door met een usp een unieke positie te verwerven. 9. Als de marktleider zo'n sterke positie heeft dat hij de markt overheerst. 10. Marktvolgers. 11. Een marktvorm waarbij een zó groot aantal marktpartijen (aanbieders of vragers) optreedt dat ieders individuele invloed op de prijs is te verwaarlozen. 12. Homogene producten, vrije toetreding tot de betreffende markt, veel vragers en aanbieders, transparante markt. 13. Hoeveelheidsaanpasser. MARKETINGBELEID - Afdeling 2 19

20 20 MARKETINGBELEID - Afdeling 2

21 3 Marketinginstrumenten AFDELING MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3 21

22 3.1 ASSORTIMENT Assortiment en marketingformule (blz. 102) 1. Aan het assortiment De behoeften van je doelgroep; - de verwantschap tussen artikelen; - het artikelaanbod van fabrikanten; - je marktpositie t.o.v. concurrenten; - wettelijke voorschriften Kern- en randassortiment (blz. 102) 3. De branche en het niveau van de zaak. 4. De groentehandelaar verkoopt groenten en fruit, de schoenenzaak schoenen, de slager vlees. 5. Bij parallelzaken, zoals supermarkten, is het moeilijker om het kernassortiment aan te geven. Wasmiddelen, broodbeleg, koffie, thee, (maar ook) versgroepen, cosmetica en wijnen kunnen tot het kernassortiment van de supermarkt worden gerekend. 6. Bijartikelen. 7. Een aanvulling op een hoofdartikel. Bijvoorbeeld een stropdas bij een kostuum Breedte en diepte van het assortiment (blz. 103) 8. De breedte van het assortiment slaat op het aantal artikelgroepen, de diepte op het aantal artikelvarianten per artikelgroep. 9. Parallelzaak, generaalzaak. 10. Het assortiment van een speciaalzaak in hoeden. 11. Een speciaalzaak, bijvoorbeeld boekhandel, damesmodezaak, tabakszaak. 12. Aan de hand van het gemiddelde assortiment in de branche. 13. Als een zaak vrijwel dezelfde breedte en diepte qua assortiment heeft. 14. Als een zaak in een andere branche voor een deel dezelfde artikelen verkoopt. 15. Artikelen die in dezelfde behoeften voorzien. 16. Artikelen die in verschillende behoeften voorzien. 17. Bij verbreding blijft het aantal klanten gelijk, maar de gemiddelde aankoop per klant stijgt; verdieping trekt meer klanten aan, maar de gemiddelde omzet per klant blijft gelijk. 18. Door het prijs-kwaliteitsniveau. 3.2 PRIJS (blz. 110) 1. Omdat de ondernemer de vrijheid heeft om van het ene op het andere moment de prijs van een artikel te verhogen of te verlagen. 2. Het onderdeel van de marketingstrategie van een bedrijf waarbij de prijzen van artikelen worden vastgesteld. 22 MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3

23 3.2.1 Prijs en marketingformule (blz. 110) 3. Het prijsniveau van een bedrijf moet aansluiten bij de beoogde marktpositie. 4. Door de doelgroep kwaliteitsproducten van bekende en soms exclusieve merken te bieden. 5. Met scherpe prijzen en voordeelaanbiedingen. 6. De ondernemer moet voorkomen dat zijn zaak 'te goedkoop' of 'te duur' lijkt Prijsbeleid van de fabrikant (blz. 111) 7. De fabrikant. 8. De inkoopprijs van de detaillist. 9. Van het soort artikel. Hoe meer verkoopinspanning een artikel vergt en hoe meer service een winkelier moet geven, hoe hoger die korting is. 10. Functionele korting, de ondernemer krijgt de korting in zijn functie van detaillist. 11. Prestatiekortingen zoals: kwantumkorting, omzetbonus, seizoenkorting Prijsbeleving van de consument (blz. 111) 12. a De verwachting van een verband tussen prijs en kwaliteit. Bij een hoge prijs verwacht de consument ook hoge kwaliteit. b Met prestigeprijzen, discountprijzen, psychologische prijsstelling. 13. DeSede (meubels), B&O (beeld- en geluidsapparatuur) en Ralph Lauren (kleding). 14. Een artikel met een hoge emotionele waarde, het verschaft de koper aanzien, prestige. 15. Door de verkoop van exclusieve statusartikelen kan de ondernemer de toegevoegde waarde van zijn plusformule versterken. 16. Bedrijven aan de onderkant van de markt. 17. Als de consument de prijzen van artikelen vergelijkt en voorkeur heeft voor de winkel met de laagste prijs. 18. Bij gewoontegoederen (bijvoorbeeld frisdranken en wasmiddelen) en bij keuzegoederen (beeld- en geluidsapparatuur, sportschoenen). 19. Een prijsdrempel is voor de consument de gevoelsmatige grens tussen goedkoop en duur Prijsacties en prijsconcurrentie (blz. 112) 20. De klantenbinding versterken, nieuwe klanten aantrekken, oude voorraden opruimen. 21. Een 'goedkoop'-imago. 22. Die kunnen het kwaliteitsimago omlaag halen. 23. Afprijzen van restanten, korting bij een speciale gelegenheid, voorverkoop, een klantenkaart. 24. Als twee of meer concurrenten elkaar met steeds scherpere prijsacties proberen af te troeven. MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3 23

24 25. De doelgroep koopt in totaal niet méér artikelen dan voorheen, maar profiteert wel van de prijsvoordelen. 26. Als de consument het prijsvoordeel niet langer als tijdelijk ziet. 27. Bij gewoontegoederen als frisdranken, koffie en wasmiddelen Overheidsvoorschriften (blz. 112) 28. De Prijzenwet. 29. De Mededingingswet. 30. De Wet op de Omzetbelasting. 3.3 RECLAME, PROMOTIES EN PUBLIC RELATIONS Reclame en marketingformule (blz. 161) 1. Dat zijn marketingformule aansluit bij de behoeften van zijn doelgroep. 2. Wiewilikbereiken?Watwilikvertellenenwaarom?Langswelkewegwilikdat doen? Hoeveel geld wil ik er aan besteden? Hoe bepaal ik het resultaat? Communicatie (blz. 162) 3. Advertenties, folders, op websites, per mail, commercials via radio en tv, demonstraties, shows, open dagen, sponsoring van evenementen. 4. Als de boodschap is afgestemd op de totale doelgroep. 5. Als de boodschap is afgestemd op de individuele consument. Bijvoorbeeld een verkoopgesprek, klachtenbehandeling en een offerte. 6. De zender en de ontvanger. 7. a Bij persoonlijke verkoop wordt een accountmanager of verkoper ingezet om oersoonlijke relaties op te bouwen met als doel toegevoegde waarde voor beide partijen te realiseren. b - Tweeweg communicatie waardoor interactie mogelijk is; - Opbouwen van een persoonlijke relatie; - Geschikt voor business-to-business marketing; - Goede manier om mensen te bereiken. c - Ervaringen vanuit verleden als gevolg van agressieve of onbeleefde verkopers; - Hoge kosten Attitude van de consument (blz. 162) 8. Kennis, gevoel en actie. 9. Op welk element van de attitude hij met zijn boodschap het best kan inspelen om voldoende respons te krijgen. 24 MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3

25 3.3.4 Themareclame en actiereclame (blz. 162) 10. "Miele er is geen betere"; "Even Apeldoorn bellen" (Centraal Beheer); "I'm lovin' it" (McDonalds). 11. Unique Selling Proposition. Een bijzonder kenmerk waarmee een ondernemer zich kan onderscheiden van zijn concurrenten. 12. Dat de ondernemer zich in de ogen van de consument onderscheidt van de concurrentie. 13. Reclame die is afgestemd op het kenniselement van de attitude. 14. Reclame die is afgestemd op het gevoelselement van de attitude. 15. Voordeel voor de consument. 16. Merkbekendheid, klantenbinding e.d Samenwerking in reclame (blz. 205) 17. Combinatiereclame, complementaire reclame, coöperatieve reclame en collectieve reclame. 18. Door te zorgen voor een aantrekkelijk aanbod van goederen en diensten en een gezamenlijk reclame- en promotiebeleid. 19. Gezamenlijke reclame- en promotieactiviteiten van ondernemers uit verschillende branches. 20. Bijvoorbeeld door als winkelcentrum te adverteren of door actieweken te organiseren. 21. Gezamenlijke reclame van een schoenwinkel en een kledingzaak, een reisbureau en een zaak in lederwaren en reisartikelen, een woninginrichter en een verlichtingsspecialist. 22. Een fabrikant die een deel van de advertentiekosten van de ondernemer betaalt in ruil voor de vermelding van zijn merknaam. Een fabrikant die in zijn advertenties de namen en adressen van zijn dealers of depositairs vermeldt. Een fabrikant die foldermateriaal levert waarop de ondernemer zijn bedrijfsnaam kan laten drukken. 23. Dat is een reclameactie van een fabrikant die uitsluitend voor een bepaalde winkelorganisatie geldt. 24. 'Brood daar zit wat in', 'Kip het meest veelzijdige stukje vlees' Promoties (blz. 163) 25. Een tijdelijke voordeelaanbieding. 26. Prijspromotie (bv.: tijdelijk 20% korting) en productpromotie (bv.: tijdelijk 20% meer inhoud). 27. a Productpromotie. b Prijspromotie. 28. Als de extra omzet hoofdzakelijk wordt verkregen uit bestaande klanten. 29. Meerstuksaanbiedingen, cadeauactie. 30. Nieuwe kopers aantrekken. 31. Omdat er regelmatig klanten afvallen door verhuizing, overlijden, ouder worden en concurrentie. 32. Gratis-monster-actie, couponactie, geld-terug-actie. MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3 25

26 33. Een gratis monster van het artikel verspreiden met de bedoeling nieuwe kopers te laten kennismaken met het betreffende artikel Public relations (blz. 163) 34. Alle personen, bedrijven en instellingen waar de ondernemer mee te maken kan hebben. 35. De berichtgeving over bedrijven en artikelen in de nieuwsmedia (gratis publiciteit). 36. Voordeel: de doelgroep neemt aan dat er sprake is van objectieve berichtgeving. Nadeel: de ondernemer heeft de berichtgeving niet volledig in de hand. 37. Sponsoring is het financieel steunen van personen, instellingen, verenigingen, activiteiten enz. Als tegenprestatie wordt de bedrijfs- of merknaam van de sponsor vermeld op kleding, op affiches, in jaarverslagen, in programmaboekjes en in persberichten. 38. Het versterken van naamsbekendheid en imago bij de marketingdoelgroep Sociale media (blz. 164) 39. Sociale media is een verzamelnaam voor allerlei online netwerken op internet waar bezoekers, leden en gebruikers met elkaar in contact staan en informatie uitwisselen. 40. Door actief deel te nemen in het onderlinge berichtenverkeer is er doorlopend interactie tussen je onderneming en de volgers. Het levert veel inzicht in het koop- en gebruiksgedrag van je doelgroep en het imago van je onderneming. 41. Het slagvaardig reageren op alle meningsuitingen die op je onderneming betrekking hebben. Je moet als het ware voortdurend de reputatie van je onderneming bewaken. 42. Search Engine Advertising (SEA). 26 MARKETINGINSTRUMENTEN - Afdeling 3

27 4 Wetten en voorschriften AFDELING WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4 27

28 4.1 ARBEIDSWETTEN De Arbeidstijdenwet (blz. 46) 1. De maximale werktijden en de minimale rusttijden. 2. De Inspectie SZW (vroeger Arbeidsinspectie). 3. Tot hij een startkwalificatie heeft of 18 jaar is. 4. Een vwo-diploma, havo-diploma of mbo-diploma niveau 2 of hoger. 5. De leerplicht. 6. Vanaf 13 jaar De Wet minimumloon (blz. 46) 7. Voor werknemers tussen 23 jaar en de AOW-leeftijd. 8. Het minimumloon is dan evenredig aan het aantal werkuren. Bijvoorbeeld bij twee werkdagen 2/5-deel van het minimumloon. 9. Voor werknemers van 15 tot en met 22 jaar. 10. Het is een percentage van het minimumloon. Hoe hoog dat percentage is, is afhankelijk van de leeftijd Vakantiegeld en vrije dagen (blz. 47) 11. Vakantiegeld waar een werknemer recht op heeft % van het bruto jaarloon. 13. Vier keer de overeengekomen arbeidsduur per week. 14. Vakantiedagen meer dan in de wet genoemd, maar bv. vermeld in een cao De Arbowet (blz. 47) 15. Dat de werknemer veilig kan werken en het werk niet schadelijk is voor de gezondheid. 16. De Arbeidsomstandighedenwet. 17. Werkruimten (verlichting, verwarming, lawaai enz.), veiligheidsvoorschriften en preventieve maatregelen. 18. Verbetering van de arbeidsomstandigheden en begeleiding en controle van medewerkers met gezondheidsproblemen; het opstellen van een RI&E; verzuimbegeleiding. 19. Het geeft inzicht in de mogelijke gevaren en bevat maatregelen die tot verbetering van de arbeidsomstandigheden kunnen leiden. 20. Zorgen voor goede arbeidsomstandigheden. 21. Het vermijden van onnodig saai werk, de mogelijkheid het werk naar eigen inzicht te doen, betrokken zijn bij het resultaat van het werk, contacten met collega's en het opdoen van vakkennis. 22. De werkgever. 23. Werknemers moeten zich aan de veiligheidsvoorschriften houden. 24. a De Arbeidsinspectie. b Die kan onaangekondigd een bedrijf bezoeken. 28 WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4

29 4.2 DE ARBEIDSOVEREENKOMST (blz. 55) Het sluiten van een arbeidsovereenkomst (blz. 55) 1. Een afspraak tussen werkgever en werknemer om tegen betaling van loon in dienstverband arbeid te verrichten. 2. Dat de werknemer het werk zelf moet doen en op gezag van anderen. 3. Een fulltimer. 4. Een parttimer. 5. Een werknemer die wordt opgeroepen als er plotseling hulp nodig is. 6. De proeftijd, opzegtermijn en ontslag. 7. Recht waarvan niet mag worden afgeweken. 8. De werkgever moet bij ziekte minimaal 70% van het loon doorbetalen, hij moet minimaal het minimum(jeugd)loon betalen en hij mag de werknemer niet langer dan 10 uur per dag laten werken. 9. Omdat de werkgever in ieder geval verplicht is schriftelijke informatie over de arbeidsvoorwaarden aan de werknemer te geven. 10. Datum indiensttreding, brutoloon, loon bij ziekte, vakantietoeslag, functie met bijbehorende werkzaamheden, tijdsduur dienstverband, proeftijd en eventueel een pensioenregeling. 11. Kostenvergoedingen (reiskosten, kinderopvang, kleding enz.), een auto van de zaak en scholing en opleiding. 12. Als er over de duur van de arbeidsovereenkomst geen afspraak wordt gemaakt. 13. Dat het dienstverband stopt op de overeengekomen datum of na het gereedkomen van het afgesproken werk of na de werkhervatting van de werknemer die tijdelijk vervangen werd. 14. Omdat door de verlenging onbedoeld een vast dienstverband kan ontstaan. 15. Als een tijdelijk contract drie keer wordt verlengd of als een tijdelijk contract na verlenging langer dan twee jaar duurt. 16. Als er tussen de afloop van een tijdelijk contract en de aanvang van een volgend contract meer dan zes maanden ligt. 17. Tijdens de proeftijd. 18. Eén maand bij tijdelijke dienstverbanden die korter dan twee jaar duren en tijdelijke dienstverbanden zonder einddatum en twee maanden bij alle andere arbeidsovereenkomsten. Bij arbeidsovereenkomsten van minder dan een jaar is een proeftijd verboden Cao en wazo (blz. 57) 19. Een afspraak over arbeidsvoorwaarden tussen een of meer werkgevers of werkgeversorganisaties en een of meer werknemersorganisaties (vakbonden). 20. Als de werkgever zelf of zijn werkgeversorganisatie de cao heeft gesloten of als de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de cao verbindend heeft verklaard voor alle werkgevers en werknemers in de gehele bedrijfstak. 21. a Dat de werknemer bij zijn indiensttreding verplicht is een geldig identiteitsbewijs te tonen. WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4 29

30 b Hij moet een kopie van het identitieitsbewijs bij de loonadministratie bewaren. 22. Een paspoort met verblijfsvergunning en werkvergunning weken. 24. Kraamverlof, calamiteitenverlof en kortdurend zorgverlof. 25. Op spoedeisende en onvoorziene situaties. 26. De werknemer mag ouderschapsverlof opnemen voor de verzorging van zijn kind(eren) jonger dan 8 jaar en de werknemer moet langer dan één jaar in dienst zijn. 27. Als het bedrijfsbelang te veel wordt geschaad. 28. Verplichting tot loonbetaling, tot doorbetaling loon bij ziekte, zorgen voor veilige en gezonde werkomstandigheden, rekening houden met werk- en rusttijden, toekennen van vakantierechten, uitreiken getuigschrift, en zich als goed werkgever gedragen. 29. Arbeid naar beste vermogen verrichten, arbeid persoonlijk verrichten, aanwijzingen en opdrachten van werkgever opvolgen en zich als goed werknemer gedragen. 4.3 BEËINDIGING ARBEIDSOVEREENKOMST (blz. 55) Het eindigen van een arbeidsovereenkomst (blz. 57) 1. Een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV WERKbedrijf of ontbinding van de arbeidsovereenkomst vragen bij de kantonrechter of ontslag op staande voet op basis van een dringende reden. 2. Algemen opzegverbod (opzeggen zonder ontslagvergunning), opzegverbod tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid, opzegverbod tijdens zwangerschap en opzegverbod tijdens het lidmaatschap van de OR. 3. Op basis van het aantal dienstjaren ligt deze tussen de één en vier maanden. 4. Één maand. 5. Reorganisatie of inkrimping van het bedrijf, ongeschiktheid voor het werk terwijl geen ander geschikt werk voorhanden is, samenwerkingsproblemen met chef of collega's, plichtsverzuim, arbeidsongeschiktheid die langer dan twee jaar duurt. 6. Tot de kantonrechter. 7. Werkweigering, diefstal, fraude en mishandeling. 8. Het ontslag moet direct ingaan en de reden van ontslag moet zowel mondeling als schriftelijk worden meegedeeld. 9. Hoe lang de werknemer in dienst is geweest en welke werkzaamheden hij heeft verricht. 10. Hoe de werknemer zijn werk heeft verricht en wat de reden van ontslag is. 11. Door een concurrentiebeding overeen te komen. 12. a Het beding moet op schrift staan en mag alleen met meerderjarige werknemers worden overeengekomen. b Het concurrentiebeding geldt voor maximaal één jaar en de werkgever is verplicht de vertrokken werknemer voor het concurrentiebeding een vergoeding te betalen. 30 WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4

31 13. Door een relatiebeding overeen te komen. 14. Door de kantonrechter Arbeidsovereenkomst eindigt (blz. 66) 15. Door eenzijdige opzegging in en na de proeftijd, met wederzijds goedvinden, i.v.m. dringende en gewichtige redenenen, door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, bij overlijden van de werknemer, bij faillissement. 16. Door het verstrijken van de periode waarvoor de arbeidsovereenkomst is aangegaan, bij omzetting van de arbeidsovereenkomst naar onbepaalde tijd en bij overlijden van de werknemer. 4.4 SOCIALE VERZEKERINGSWETTEN (blz. 66) 1. a Werknemersverzekeringen en volksverzekeringen. b Werknemersverzekeringen gelden voor werknemers en volksverzekeringen gelden voor alle inwoners Begrippen (blz. 66) 2. Sociale verzekeringswetten. 3. Voor alle inwoners. 4. Uitkeringen die ervoor zorgen dat iedere inwoner ten minste het sociaal minimum als inkomen heeft. 5. Het sociaal minimum. 6. Per 1 januari en 1 juli vastgesteld loon dat minimaal aan werknemers van 23 jaar en ouder moet worden betaald. 7. Loon dat geldt als maximum bij het vaststellen van de premies en de uitkeringen. 8. De premie. 9. De uitkering. 10. Een nummer waarmee iedere inwoner in de geautomatiseerde administratie van de Belastingdienst en in de administratie van instellingen die belast zijn met de uitvoering van de sociale wetten bekend is Organisaties (blz. 67) 11. De vraag naar en het aanbod van arbeidskrachten zo goed mogelijk op elkaar afstemmen. 12. Voor advies, informatie over opleidingen en subsidies enz. 13. Op Je kunt dan bij hetzelfde loket een uitkering aanvragen. WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4 31

32 15. De Sociale Dienst van de gemeente beoordeelt op basis van de gegevens van het UWV het recht op bijstandsuitkeringen op grond van de Participatiewet en zorgt voor de uitbetaling daarvan. Daarnaast heeft de dienst een reïntegratietaak. 16. De controle en begeleiding van door ziekte of om andere redenen verzuimende werknemers. 17. Met het regelen van uitkeringen van enkele volksverzekeringen. 18. Een verzekeringsmaatschappij die de kosten dekt van geneeskundige hulp. 19. a Je kunt dan in beroep gaan bij de rechtbank. b Bij de Centrale Raad van Beroep te Utrecht Werknemersverzekeringen (blz. 67) 20. De Werkloosheidswet (WW), de Ziektewet (ZW) en de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). 21. Als een werknemer onvrijwillig werkloos wordt en de oorzaak van het ontslag is geen dringende reden. 22. a Eerst twee maanden 75%, daarna 70% van het laatstverdiende loon maar nooit meer dan 75% cq. 70% van het maximumdagloon. b Maximaal drie jaar en twee maanden. 23. De wekeneis en de jareneis. 24. Het UWV. 25. Maximaal twee jaar % van zijn loon met als ondergrens het minimumloon % van het maximumdagloon. 28. Een verzekering voor werkgevers die de kosten dekt van de verplichte loondoorbetaling aan zieke werknemers. 29. De werkgever Als zwangerschapertoe leidt dat eenvrouwelijke werknemer arbeidsongeschikt wordt; - als een werknemer tijdens zijn ziekte werkloos wordt. 31. Maximaal twee jaar. 32. Als een werknemer na twee jaar nog arbeidsongeschikt is. 33. Het percentage dat je minder kunt verdienen dan voorheen. 34. Je blijft dan in principe bij je werkgever in dienst en je ontvangt geen uitkering op grond van de WIA. 35. De WGA-regeling. 36. Het UWV of een verzekeringsmaatschappij. 37. De werkgever Arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (blz. 68) 38. Omdat zij geen werknemer maar zelfstandige zijn. 39. Zelfstandige zonder personeel. 40. Directeur-grootaandeelhouder. 32 WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4

33 4.4.5 Volksverzekeringen (blz. 68) 41. De Algemene Ouderdomswet (AOW), de Algemene nabestaandenwet (Anw), de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) en de Wet langdurige zorg (Wlz). 42. Recht op een basispensioen voor inwoners die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt. 43. Recht op een basispensioen voor weduwen, weduwnaars en wezen afhankelijk van persoonlijke omstandigheden en het inkomen. 44. Recht op kinderbijslag voor ouders of verzorgers van een kind dat jonger is dan 18 jaar. 45. Recht op een vergoeding voor kosten van intensieve zorg of toezicht dichtbij. 46. Iedereen die een inkomen heeft. 47. De Belastingdienst. 48. Vergoeding van kosten van geneeskundige hulp. 49. Voor de hele bevolking Sociale voorzieningen (blz. 69) 50. Zorgen dat iedere inwoner ten minste het sociaal minimum als inkomen heeft. 51. Recht op aanvulling van uitkeringen van de sociale verzekeringswetten tot het sociaal minimum. Dit geldt voor de WW, de ZW en de WIA. 52. Op het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz). 53. Voor inwoners van 18 jaar of ouder die niet zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien doordat zij te weinig inkomen of vermogen hebben en niet onder een andere sociale verzekeringswet of voorziening vallen. 54. De Sociale Dienst van de gemeente. 55. De overheid Van brutoloon naar nettoloon (blz. 69) 56. Loonbelasting en premies volksverzekeringen. 57. Het nettoloon. 58. Jonggehandicaptenkorting en ouderenkorting. WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4 33

34 34 WETTEN EN VOORSCHRIFTEN - Afdeling 4

35 5 Ondernemingsvormen AFDELING ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5 35

36 5.1 DE RECHTSVORM VAN DE ONDERNEMING Natuurlijke personen en rechtspersonen (blz. 39) 1. Mensen. 2. Een rechtspersoon is een onderneming of instelling die door het recht gelijkgesteld is aan een natuurlijk persoon. Ook een rechtspersoon heeft dus rechten en plichten. 3. Een rechtspersoon kan kopen, verkopen, huren, verhuren, leningen sluiten enz. 4. Een onderneming is een organisatie die als doel heeft het winstgevend vervaardigen of voortbrengen van goederen en/of diensten Ondernemingsvormen (blz. 39) 5. - De eenmanszaak; - de stille maatschap en de openbare maatschap; - de vennootschap onder firma (VOF); - de commanditaire vennootschap (CV) De besloten vennootschap (BV); - de naamloze vennootschap (NV); - de coöperatie (coöp) Het handelsregister (blz. 39) 7. Ondernemersplein.nl 8. De Kamer van Koophandel De handelsnaam van de onderneming; - de ondernemingsvorm (eenmanszaak, VOF, BV enz.); -hetadres; - de aard van het bedrijf; - een aantal persoonlijke gegevens van de ondernemers/eigenaren, echter geen privé-adressen); - tot welk bedrag de ondernemer handelingsbevoegd is De volledige handelsnaam; - het btw-nummer; - het inschrijvingsnummer in het handelsregister; - de ondernemingsvorm De volledige handelsnaam; - de naam en het adres van de klant; - het inschrijvingsnummer in het handelsregister; - het btw-nummer; - de hoeveelheid en de aard van de geleverde goederen of de omvang en de aard van de verrichte diensten; - de prijs exclusief omzetbelasting; - het te betalen bedrag aan omzetbelasting; - factuurdatum; - een uniek factuurnummer. 36 ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5

37 12. a De Handelsnaamwet. b Een naam te kiezen die zo veel op de naam van een bestaande onderneming lijkt, dat verwarring kan ontstaan. 5.2 ONDERNEMINGEN ZONDER RECHTSPERSOONLIJKHEID De eenmanszaak (blz. 51) 1. Een eenmanszaak is een onderneming waarbij de leiding in handen is van één persoon, die ook de eigenaar is. Zaakvermogen en privé-vermogen zijn bovendien niet gescheiden. 2. Een zelfstandige zonder personeel. 3. De ondernemer/eigenaar is persoonlijk aansprakelijk voor alle schulden van het bedrijf. Die aansprakelijkheid geldt voor zijn hele vermogen, dus niet alleen voor het vermogen dat in de zaak zit, maar ook voor zijn privé-bezittingen. 4. De Kamer van Koophandel, de Belastingdienst (via de KvK) en de gemeente. 5. Ondernemersinkomen. 6. Inkomstenbelasting. 7. Het percentage belasting dat betaald moet worden, wordt hoger naarmate het inkomen stijgt. 8. De eigenaar kan besluiten zijn bedrijf om te zetten in een BV De ondernemer kan zelfstandig alle beslissingen nemen. Daardoor is een snelle besluitvorming en een slagvaardige, flexibele bedrijfsvoering mogelijk; - de eigenaar-ondernemer bepaalt zelf hoeveel winst hij zal opnemen voor privé en hoeveel hij voor het bedrijf zal gebruiken De ondernemer moet 'van alle markten thuis zijn'; - de afhankelijkheid van één persoon maakt het bedrijf kwetsbaar; - de aansprakelijkheid voor de bedrijfsschulden geldt ook voor de privé-bezittingen van de ondernemer De maatschap (blz. 52) 11. Financieel voordeel behalen, bv. door kostenbesparing. 12. Dat elke maat aansprakelijk is voor een gelijk deel van de schulden van de maatschap. 13. Als de gedeelde aansprakelijkheid aan de zakenrelatie bekend is. Is die gedeelde aansprakelijkheid niet bekend gemaakt, dan geldt de hoofdelijke aansprakelijkheid. 14. In het geval van hoofdelijke aansprakelijkheid kan de schuldeiser zelf bepalen bij welke maat hij zijn vordering opeist. 15. Verdeling van bepaalde bedrijfskosten, onderlinge uitwisseling van kennis en ervaring en de mogelijkheid om in bepaalde gevallen verkregen opdrachten aan elkaar door te geven. ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5 37

38 16. a De aansprakelijkheid voor eventuele verplichtingen die een maat is aangegaan. Een nadeel is ook dat een slecht functionerende maat een negatieve uitwerking kan hebben op het samenwerkingsverband. b Bij de stille maatschap mogen de maten niet onder een gemeenschappelijke naam zaken doen Kenmerken vennootschap (blz. 52) Elke vennootschap heeft een afgescheiden vermogen; - iedere vennoot is automatisch besturend vennoot, tenzij hier andere afspraken over zijn gemaakt De vennootschap onder firma (VOF) (blz. 52) 18. Een onderneming met twee of meer eigenaren die onder een gemeenschappelijke handelsnaam een bedrijf uitoefenen. 19. Voor privé-schulden van de medevennoot en voor rechtshandelingen die buiten de in het handelsregister genoemde bevoegdheden staan. 20. Omdat zakenrelaties er dan kennis van kunnen nemen De naam van het bedrijf; - de bedrijfsactiviteit(en); - de financiële inbreng van elke vennoot; - de taakomschrijving en de handelingsbevoegdheid van elke vennoot; - de winstverdeling; - afspraken over uittreding; - afspraken over beëindiging. 22. Een notariële akte biedt meer rechtszekerheid dan een onderhandse akte omdat de echtheid niet hoeft te worden bewezen Een vast bedrag, ook wel ondernemersloon genoemd; - een rentevergoeding voor het ingebrachte kapitaal; - een deel van de resterende winst. 24. Inkomstenbelasting. 25. Een man-vrouwvennootschap biedt een aantal fiscale voordelen boven de eenmanszaak De vennoten kunnen hun bedrijf efficiënter leiden als gevolg van de mogelijkheid van werk- en taakverdeling; - er is een grotere kapitaalinbreng mogelijk; - er is een grotere spreiding van risico aanwezig Elke vennoot is ook hoofdelijk aansprakelijk voor de handelstransacties van zijn medevennoten; - meningsverschillen tussen de vennoten kunnen een snelle besluitvorming in de weg staan en tot een minder slagvaardig beleid leiden. 28. Om bij ziekte of overlijden van een vennoot met de uitkering diens aandeel in het bedrijf te kunnen kopen. 38 ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5

39 5.2.5 De commanditaire vennootschap (CV) (blz. 53) 29. Een VOF heeft alleen beherende vennoten terwijl een CV ook commanditaire vennoten heeft. 30. Een vennoot die belast is met de dagelijkse leiding van de CV. 31. Een vennoot die slechts optreedt als financier van de CV. 32. De beherend vennoot is hoofdelijk aansprakelijk. 33. De commanditaire vennoot is uitsluitend aansprakelijk tot het bedrag van zijn kapitaaldeelname in de CV. 34. Als de commandiet zich als beherend vennoot gedraagt dan loopt hij het risico dat ook hij hoofdelijk aansprakelijk kan worden gesteld. 35. De namen van de commanditaire vennoten worden niet in het handelsregister opgenomen. Wel wordt het aantal commanditaire vennoten vermeld en het totaalbedrag van hun deelname. 36. Uit een afgesproken rentepercentage over het bedrag van hun deelname en een klein deel van de winst. 37. Inkomstenbelasting (dezelfde belasting als bij de VOF en eenmanszaak). 38. IB-ondernemers. 5.3 ONDERNEMINGEN MET RECHTSPERSOONLIJKHEID De besloten vennootschap (BV) (blz. 68) 1. De namen van de aandeelhouders en het aantal aandelen dat zij bezitten. 2. Dat er toestemming nodig is van andere aandeelhouders voor de verkoop van aandelen. 3. Uit aandelen. 4. De aandeelhouder(s). 5. De directeur(en). 6. Bedrijfsresultaten van het afgelopen jaar, winstverdeling, plannen voor de komende jaren, benoeming of ontslag van de directeur(en), uitgifte van nieuwe aandelen enz. 7. Als hij meer dan 50% van de aandelen bezit. 8. De BV zelf Als de directeur zich privé medeaansprakelijk (garant) heeft gesteld tegenover de bank; - als de directeur van wanbeheer kan worden beschuldigd; - als de directeur te laat meldt dat het bedrijf zijn belastingen en premies niet meer kan betalen. 10. Het oprichten van een BV verloopt als volgt: - in overleg met deskundigen (accountant, notaris, jurist) stellen de oprichters statuten vast. Deze bevatten o.a. de naam, het doel en de vestigingsplaats van de BV, de grootte van het aandelenkapitaal en de eventuele blokkeringsregeling; - de BV wordt ingeschreven in het handelsregister. ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5 39

40 Het spreekt vanzelf dat ook de BV over de benodigde vestigingsvergunning(en) moet beschikken en moet worden aangemeld bij de Belastingdienst (via de KvK) en de gemeente. 11. De naam, het doel en de vestigingsplaats van de BV, de grootte van het aandelenkapitaal en de eventuele blokkeringsregeling. 12. Vennootschapsbelasting % voor de eerste , winst en 25% voor de winst daarboven. 14. Op een gedeelte van de winst. 15 Dividend. 16. Omdat door winstreservering het eigen vermogen toeneemt waardoor het bedrijf kapitaalkrachtiger wordt en het beter in staat is om toekomstige groei te financieren. Winstreservering heeft voor de aandeelhouders als voordeel dat ook de waarde van hun aandelen toeneemt. 17. Het eigen vermogen. 18. Om de jaarstukken toe te zenden aan het handelsregister van de Kamer van Koophandel. 19. Een beperkte balans met toelichting. 20. a Balans met toelichting, winst- en verliesrekening met toelichting en een jaarverslag van de directie. b Een accountantsverklaring in de publicatie op te nemen De eigenaren zijn niet persoonlijk aansprakelijk voor de schulden van de BV; - de directeur is slechts aansprakelijk bij wanbeheer; - de BV heeft in het zakelijk verkeer een hogere status; - het voortbestaan van de onderneming is beter gewaarborgd De hogere oprichtingskosten; - de jaarlijkse publicatieplicht m.b.t. de balans en/of resultaten De naamloze vennootschap (NV) (blz. 69) 23. Een rechtspersoon waarvan het vermogen is verdeeld in aandelen die vrij verhandelbaar zijn De NV geeft aandelen 'aan toonder' uit. De BV geeft uitsluitend aandelen 'op naam' uit; - het totale vermogen van de gemiddelde NV is vele malen groter dan van de gemiddelde BV; - van grote beursgenoteerde NV's kan het aantal aandeelhouders zeer groot zijn. Bij een BV is het aantal aandeelhouders gering; - ofschoon de aandeelhouders van een NV in beginsel 'naamloos' zijn, heeft een aandeelhouder met meer dan 5% kapitaalsbelang een meldingsplicht bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM); - de NV heeft niet het besloten karakter van de BV; - de NV heeft meestal een meerhoofdige directie, terwijl een BV dikwijls slechts een directeur kent. 40 ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5

41 25. Aandelen 'aan toonder' zijn vrij verhandelbaar, van aandelen 'op naam' is overdracht alleen mogelijk door in- en uitschrijving van de aandeelhouder in het aandeelhoudersregister. 26. Het voorrecht op een bepaald vastgesteld dividendbedrag en het voorrecht op voorrang bij uitbetaling bij liquidatie van de onderneming. 27. Het voorrecht dat verband houdt met de benoeming van directieleden Het bestuur van grote ondernemingen (blz. 70) 28. Tantième, aandelen of opties. 29. Dat het optierecht wordt uitgeoefend; de aandelen worden gekocht tegen de vooraf vastgestelde prijs. 30. Toezicht houden op de Raad van Bestuur. Bovendien moet zij ook adviezen verstrekken aan de RvB. 31. Door de algemene vergadering van aandeelhouders (ava). 32. De ondernemingsraad. 33. Een structuurvennootschap is een grote NV of BV met: - een eigen vermogen groter dan , ; - ten minste 100 medewerkers die in Nederland werkzaam zijn; - een wettelijk voorgeschreven ondernemingsraad (OR) Informatierecht; - adviesrecht; - instemmingsrecht. 35. Een OR is wettelijk verplicht als de onderneming ten minste 50 medewerkers telt. ONDERNEMINGSVORMEN - Afdeling 5 41

Marketingbeleid AFDELING

Marketingbeleid AFDELING 2 Marketingbeleid AFDELING meerkeuzevragen juist-onjuistvragen opdrachten MARKETINGBELEID - Afdeling 2 27 21 marktgericht ondernemen meerkeuzevragen 2.1 1 Welke bewering over industriële marketing is juist?

Nadere informatie

zelfstandig ondernemen

zelfstandig ondernemen BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP zelfstandig ondernemen NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT OPLEIDING BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP ZELFSTANDIG ONDERNEMEN (leverbaar met werkboek of studie-app) Drs. P.F. Pietersen

Nadere informatie

Hoe groot is het marktaandeel van onderneming B? Vul een geheel getal in (zonder decimalen).

Hoe groot is het marktaandeel van onderneming B? Vul een geheel getal in (zonder decimalen). Basiskennis Ondernemerschap Correctiemodel Vraag 1 Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 In Alkmaar wordt elke vrijdag een kaasmarkt gehouden. De kazen worden aangeleverd door de producenten

Nadere informatie

EXAMENPROGRAMMA. Diplomalijn(en) Diploma('s)

EXAMENPROGRAMMA. Diplomalijn(en) Diploma('s) EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Diploma('s) Eamen Ondernemerschap Financieel Ondernemer Commercieel Ondernemer Niveau vergelijkbaar met mbo 2 Versie 2.2 Geldig vanaf 1-09-14 Vastgesteld op Vastgesteld

Nadere informatie

Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn. Basiskennis Ondernemerschap Voorbeeldexamen Belangrijke informatie Deze examenopgaven bestaan uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn. Dit voorbeeldexamen bestaat

Nadere informatie

EXAMENPROGRAMMA. Diplomalijn(en) Ondernemerschap Diploma('s) Basiskennis Ondernemerschap Financieel Ondernemer Commercieel Ondernemer Examen

EXAMENPROGRAMMA. Diplomalijn(en) Ondernemerschap Diploma('s) Basiskennis Ondernemerschap Financieel Ondernemer Commercieel Ondernemer Examen EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Ondernemerschap Diploma('s) Financieel Ondernemer Commercieel Ondernemer Eamen Niveau vergelijkbaar met mbo 2 Versie 0.2 Geldig vanaf 1-09-14 Vastgesteld op Vastgesteld

Nadere informatie

Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie 5.1 Aan de slag! Arbeid = werk Vacature = een advertentie voor een baan geplaatst door een werkgever Solliciteren = jezelf voorstellen / presenteren aan een werkgever Sollicitatiebrief = jezelf voorstellen

Nadere informatie

Hoofdstuk 9. Rechtsvormen. Voorbeelden: Eenmanszaak Vennootschap Onder Firma Besloten vennootschap Naamloze vennootschap Vereniging Stichting

Hoofdstuk 9. Rechtsvormen. Voorbeelden: Eenmanszaak Vennootschap Onder Firma Besloten vennootschap Naamloze vennootschap Vereniging Stichting www.jooplengkeek.nl Rechtsvormen Voorbeelden: Eenmanszaak Vennootschap Onder Firma Besloten vennootschap Naamloze vennootschap Vereniging Stichting 1 Rechtsvormen Natuurlijk persoon Een mens met rechten

Nadere informatie

6,6. Samenvatting door Wietske 791 woorden 27 maart keer beoordeeld. 6.1 Eenmanszaak. Minimale voorwaarde van continuïteit

6,6. Samenvatting door Wietske 791 woorden 27 maart keer beoordeeld. 6.1 Eenmanszaak. Minimale voorwaarde van continuïteit Samenvatting door Wietske 791 woorden 27 maart 2016 6,6 11 keer beoordeeld Vak Methode M&O 200% M&O 6.1 Eenmanszaak Één eigenaar (neemt alle besluiten en alle winst is voor hem/haar) Zonder werknemers

Nadere informatie

MARKETING voor het mkb

MARKETING voor het mkb OPLEIDING ONDERNEMEN / AOV ONDERNEMER MKB MARKETING voor het mkb (leverbaar met werkboek of studie-app) Drs. P.F. Pietersen K.P. Pietersen 8 e druk, e oplage ISBN 978 90 655 5 NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT

Nadere informatie

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR.

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR. ERRATUM BIJ FINANCIERING VOOR HET MKB, 6 e druk / 1 e oplage Opmerking: Er is een wetsvoorstel geweest tot wijziging van een aantal ondernemingsvormen. De wijzigingen en aanvullingen zijn - achteraf te

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie 4.1 Werk je voor loon of voor winst? Werknemer Werkgever zzp = je werkt in loondienst in opdracht van een werkgever en je ontvangt loon = je werkt als zelfstandige met werknemers in dienst en de nettowinst

Nadere informatie

LESPROGRAMMA OPLEIDING ONDERNEMEN 13 weken

LESPROGRAMMA OPLEIDING ONDERNEMEN 13 weken OPLEIDING ONDERNEMEN ONDERNEMER MKB LESPROGRAMMA OPLEIDING ONDERNEMEN 13 weken ISBN9789063559830 NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT BV vakgebied titel lesweek 1 lesweek 2 1.1 Het bedrijfsleven (blz. 12-26)

Nadere informatie

Rechtspersoon: een organisatie die rechten en plichten heeft (ze kan eigen bezittingen en schulden hebben).

Rechtspersoon: een organisatie die rechten en plichten heeft (ze kan eigen bezittingen en schulden hebben). Samenvatting M&O Module 6 Samenvatting door A. 414 woorden 25 juni 2017 7,6 4 keer beoordeeld Vak Methode M&O 200% M&O Module 6 - ondernemingsvormen Rechtsvormen Rechtsvorm is de juridische, oftewel wettelijk

Nadere informatie

RECHTSVORMEN. www.damd.nl

RECHTSVORMEN. www.damd.nl www.damd.nl Rechtsvormen Welke soorten rechtsvormen zijn er voor zzp ers? Hoe kun je je onderneming inschrijven bij de Kamer van Koophandel en waar moet je op letten bij het kiezen van een bedrijfsnaam?

Nadere informatie

De rechtsvorm is de juridische ofwel wettelijke vorm van de organisatie. Voorbeelden van rechtsvormen zijn:

De rechtsvorm is de juridische ofwel wettelijke vorm van de organisatie. Voorbeelden van rechtsvormen zijn: Samenvatting door Isabelle 1418 woorden 2 december 2015 8,2 19 keer beoordeeld Vak M&O M&O Hoofdstuk 10 Rechtsvormen 10.1 Organisaties De rechtsvorm is de juridische ofwel wettelijke vorm van de organisatie.

Nadere informatie

De rechtsvorm die u past

De rechtsvorm die u past De rechtsvorm die u past Van Kaam Notarissen Someren, Witvrouwenbergweg 8a, tel. (0493) 49 43 52 Zonder rechtspersoonlijkheid Voor ondernemers is het belangrijk om bedrijfsmatige- en privézaken goed op

Nadere informatie

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische-opdracht door een scholier 1848 woorden 19 december 2007 7,5 9 keer beoordeeld Vak M&O De opdracht: 1 ondernemingsvormen - Zoek via

Nadere informatie

Je hebt het recht om tot 14 dagen na levering van de koop af te zien. De koopovereenkomst kan ongeldig worden verklaard als:

Je hebt het recht om tot 14 dagen na levering van de koop af te zien. De koopovereenkomst kan ongeldig worden verklaard als: Samenvatting door een scholier 886 woorden 20 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economisch bekeken Marketingmix bestaat uit 6 P's Prijsbeleid Plaatsbeleid Productbeleid Promotiebeleid Presentatiebeleid

Nadere informatie

FINANCIERING voor het mkb

FINANCIERING voor het mkb OPLEIDING ONDERNEMEN / AOV ONDERNEMER MKB FINANCIERING voor het mkb (leverbaar met studie-app of werkboek) Drs. P.F. Pietersen K.P. Pietersen 6 e druk, e oplage ISBN 978 90 655 8 8 NEDERLANDS ONDERWIJS

Nadere informatie

Ondernemerschap. Hoe kan je een bedrijf starten?

Ondernemerschap. Hoe kan je een bedrijf starten? Ondernemerschap Hoe kan je een bedrijf starten? Onderdelen 1. Ondernemingsvormen 2. Financieringsvormen 3. Samenwerkingsvormen 4. Verzekeringen 5. Wetten & Regels Voorafgaand maak je een plan van aanpak

Nadere informatie

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm Rechtsvormen Kiezen voor de juiste rechtsvorm Eenmanszaak Besloten vennootschap (bv) Naamloze vennootschap (nv) Vennootschap onder firma (vof) Maatschap Commanditaire vennootschap (cv) Vereniging Coöperatie

Nadere informatie

ECONOMIE. Begrippenlijst H4 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

ECONOMIE. Begrippenlijst H4 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H4 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Begrippenlijst H4 Economie VMBO T2 Hoofdstuk

Nadere informatie

Freelancers en zzp'ers

Freelancers en zzp'ers Freelancers en zzp'ers Zelfstandig of toch niet? Arbeidsrecht Belastingen Maart 2011 / E-0444 Kamer van Koophandel Nederland, Woerden Freelancers en zzp's E-0444 03-2011 1 In deze brochure: 1. Zelfstandig

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 3

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 3 HOOFDSTUK 3 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste verschil tussen ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid en ondernemingen met rechtspersoonlijkheid? Rechtspersonen zonder rechtspersoonlijkheid kunnen

Nadere informatie

Kiezen voor de juiste rechtsvorm

Kiezen voor de juiste rechtsvorm Rechtsvormen Kiezen voor de juiste rechtsvorm Eenmanszaak Besloten vennootschap (bv) Naamloze vennootschap (nv) Vennootschap onder firma (vof) Maatschap Commanditaire vennootschap (cv) Vereniging Coöperatie

Nadere informatie

Freelancers en zzp ers

Freelancers en zzp ers Freelancers en zzp ers Zelfstandig of toch niet? Arbeidsrecht Belastingen Juli 2013 / E-0444 Kamer van Koophandel Nederland, Woerden Hoewel aan deze tekst veel zorg is besteed, wordt voor de inhoud geen

Nadere informatie

Hoofdstuk 12, paragraaf 1: Organisaties. Hoofdstuk 12, paragraaf 2: Eenmanszaak.

Hoofdstuk 12, paragraaf 1: Organisaties. Hoofdstuk 12, paragraaf 2: Eenmanszaak. Samenvatting M&O Hoofdstuk 12 Samenvatting door X. 2142 woorden 27 september 2015 9,3 2 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 12, paragraaf 1: Organisaties. Een organisatie heeft te maken

Nadere informatie

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm Rechtsvormen Kiezen voor de juiste rechtsvorm Eenmanszaak Besloten vennootschap (bv) Naamloze vennootschap (nv) Vennootschap onder firma (vof) Maatschap Commanditaire vennootschap (cv) Vereniging Coöperatie

Nadere informatie

Alleen beoefenaren van vrije beroepen hoeven niet te worden ingeschreven in het handelsregister. Dit geldt bijvoorbeeld voor artsen en advocaten.

Alleen beoefenaren van vrije beroepen hoeven niet te worden ingeschreven in het handelsregister. Dit geldt bijvoorbeeld voor artsen en advocaten. De eenmanszaak Algemeen De eenmanszaak is een onderneming waarvan het eigendom bij één persoon is. Wanneer je een eenmanszaak start, bent je zowel oprichter als eigenaar van het bedrijf en bent je helemaal

Nadere informatie

BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb

BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb UITGAVE VOOR ECONOMISCH ADMINISTRATIEF EN ONDERNEMERSONDERWIJS BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb Drs. P.F. Pietersen K.P. Pietersen 13 e druk, 1 e oplage ISBN: 978 90 6355 382 1 NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT

Nadere informatie

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer aan de volgende drie voorwaarden is voldaan: Arbeidsovereenkomst Na het arbeidsvoorwaardengesprek stelt een werkgever meestal een arbeidsovereenkomst op. Klakkeloos ondertekenen is niet verstandig. Wat houdt een arbeidsovereenkomst in en wat hoort

Nadere informatie

Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap. mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014

Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap. mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014 Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014 Wat komt er vanavond aan bod? Algemene juridische aspecten: naam, kamer van koophandel, belasting Rechtsvormen:

Nadere informatie

BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb

BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb UITGAVE VOOR ECONOMISCH ADMINISTRATIEF EN ONDERNEMERSONDERWIJS BEDRIJFS- ECONOMIE voor het mkb Drs. P.F. Pietersen K.P. Pietersen e druk, e oplage ISBN: 978 90 655 90 NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT BV

Nadere informatie

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo. Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te

Nadere informatie

Rechten en plichten werkgevers en werknemers

Rechten en plichten werkgevers en werknemers BBZ Rechten en plichten werkgevers en werknemers Onderneming in België Inhoud Van welk land is het arbeidsrecht van toepassing? 2 Waar moet u rekening mee houden? 3 Ontslagrecht 3 Concurrentiebeding 5

Nadere informatie

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN.

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN. MBO+ / Intermediate vocational education Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Natuurlijk persoon: het gaat hier om een mens; ieder mens heeft rechten en plichten

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Ondernemingsrecht 12

Inhoud. Deel 1 Ondernemingsrecht 12 Inhoud Deel 1 Ondernemingsrecht 12 1 Bedrijf en onderneming 15 1.1 Bedrijf, vrij beroep en onderneming 16 1.2 Plicht tot het voeren van een administratie 17 1.3 Plicht tot inschrijving in handelsregister

Nadere informatie

TOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016

TOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016 TOELATINGSTOETS M&O VUL IN: Datum 14-1-2016 Naam en voorletters. Adres. Postcode. Woonplaats. Geboortedatum / / Plaats Land. Telefoonnummer. E-mail. Gekozen opleiding. OPMERKINGEN: Tijdsduur: 90 minuten

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 2, 3, 8

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 2, 3, 8 Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 2, 3, 8 Samenvatting door een scholier 820 woorden 25 januari 2002 4,7 20 keer beoordeeld Vak M&O UITTREKSELS MANAGEMENT & ORGANISATIE HOOFDSTUK 2, PERSONEELSBELEID.

Nadere informatie

STARTERSEVENT TWENTE

STARTERSEVENT TWENTE STARTERSEVENT TWENTE 2 JUNI 2016 Juridische aandachtspunten voor starters mr. Willeke Krieger mr. Jolien Klomp Enschede Onderwerpen Rechtsvormen van ondernemingen Zekerheden Algemene voorwaarden Handelsnaam

Nadere informatie

Alles over ontslag met wederzijds goedvinden

Alles over ontslag met wederzijds goedvinden Alles over ontslag met wederzijds goedvinden Uw dienstverband bij uw werkgever kan op verschillende manieren eindigen. Behalve ontslag via UWV WERKbedrijf of via de kanton rechter, kunnen u en uw werkgever

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari keer beoordeeld. Economie 1.1 t/m 1.6

Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari keer beoordeeld. Economie 1.1 t/m 1.6 Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari 2011 5 7 keer beoordeeld Vak Economie Economie 1.1 t/m 1.6 1.1 Waarom een eigen bedrijf? * Je denkt het gat in de markt te hebben gevonden. nieuw idee,

Nadere informatie

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm

Rechtsvormen. Kiezen voor de juiste rechtsvorm Rechtsvormen Kiezen voor de juiste rechtsvorm Eenmanszaak Besloten vennootschap (bv) Naamloze vennootschap (nv) Vennootschap onder firma (vof) Maatschap Commanditaire vennootschap (cv) Vereniging Coöperatie

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5 (Management in Beweging)

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5 (Management in Beweging) Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5 (Management in Beweging) Samenvatting door een scholier 1415 woorden 20 oktober 2003 5,8 18 keer beoordeeld Vak M&O Eenmanszaak = een bedrijf dat door

Nadere informatie

De commanditaire vennootschap (CV) is te beschouwen als een bijzondere. vorm van de vennootschap onder firma (VOF). Het verschil met de VOF is dat

De commanditaire vennootschap (CV) is te beschouwen als een bijzondere. vorm van de vennootschap onder firma (VOF). Het verschil met de VOF is dat Commanditaire vennootschap oprichten. De commanditaire vennootschap (CV) is te beschouwen als een bijzondere vorm van de vennootschap onder firma (VOF). Het verschil met de VOF is dat er twee soorten vennoten

Nadere informatie

Rechten en plichten werkgevers en werknemers Onderneming in België

Rechten en plichten werkgevers en werknemers Onderneming in België Rechten en plichten werkgevers en werknemers Onderneming in België Inhoud Van welk land is het arbeidsrecht van toepassing? 2 Waar moet u rekening mee houden? 3 Ontslagrecht 3 Concurrentiebeding 5 Minimumloon

Nadere informatie

Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid Beste Klant, Per 1 januari en 1 juli 2015 zullen er diverse wijzigingen plaatsvinden op het gebied van arbeidsrecht. Hiervan willen wij u graag op de hoogte brengen. De

Nadere informatie

5 BELASTINGEN 61 ONDERNEMINGSVORMEN. INHOUDSOPGAVE BEDRIJFSECONOMIE voor het mkb. afdeling hoofdstuk paragraaf

5 BELASTINGEN 61 ONDERNEMINGSVORMEN. INHOUDSOPGAVE BEDRIJFSECONOMIE voor het mkb. afdeling hoofdstuk paragraaf INHOUDSOPGAVE BEDRIJFSECONOMIE voor het mkb afdeling hoofdstuk paragraaf 1 ONDERNEMINGSVORMEN 1 2 3 4 NATUURLIJKE PERSONEN EN RECHTSPERSONEN blz. 12 1 Rechtsvorm van de onderneming... 12 2 Inschrijving

Nadere informatie

zelfstandig ondernemen

zelfstandig ondernemen BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP zelfstandig ondernemen NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT OPLEIDING BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP ZELFSTANDIG ONDERNEMEN (leverbaar met werkboek of studie-app) Drs. P.F. Pietersen

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Ondernemingsrecht

Hoofdstuk 5 Ondernemingsrecht Hoofdstuk 5 Ondernemingsrecht Paragraaf 5.1 1. Ondernemingsrecht a. Wat is economisch en juridisch gezien het verschil in benadering bij de diverse ondernemersvormen? b. Waartoe dient het ondernemingsrecht?

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /05

ALGEMENE ECONOMIE /05 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 Producenten: indeling M Bedrijven kunnen ingedeeld worden naar sector: F marktsector: G primaire sector:

Nadere informatie

Een eigen onderneming starten?

Een eigen onderneming starten? Een eigen onderneming starten? 2013 Daar komt heel wat bij kijken. U zult keuzes moeten maken. Bijvoorbeeld welke rechtsvorm gaat u kiezen, waar gaat u uw bedrijf vestigen, gaat u personeel in dienst nemen?

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting door Sanne 1542 woorden 11 april 2017 7,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 5 - Werkt dat zo? Paragraaf 5.1 - Aan de slag! Als je

Nadere informatie

ZELFSTANDIG ONDERNEMEN

ZELFSTANDIG ONDERNEMEN OPLEIDING BASISKENNIS ONDERNEMERSCHAP ZELFSTANDIG ONDERNEMEN (leverbaar met werkboek of studie-app) Drs. P.F. Pietersen K.P. Pietersen 1 e druk, 1 e oplage ISBN 978 90 6355 253 4 NEDERLANDS ONDERWIJS INSTITUUT

Nadere informatie

Marketing: Het maken en uitvoeren van plannen voor het vergroten of het behouden van de afzet.

Marketing: Het maken en uitvoeren van plannen voor het vergroten of het behouden van de afzet. Samenvatting door een scholier 1232 woorden 16 maart 2003 6,6 60 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie De productgerichte denkwijze: - Het product staat centraal - Uitgangspunt is de

Nadere informatie

4.1 Klaar met de opleiding

4.1 Klaar met de opleiding 4.1 Klaar met de opleiding 1. Werken in loondienst - Bij een bedrijf of bij de overheid (gemeente, provincie, ministerie); - Je krijgt loon/salaris; - Je hebt een bepaalde zekerheid, dat je werk hebt,

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid Samenvatting door een scholier 1430 woorden 1 februari 2003 6,1 79 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Marketingbeleid. 5.1 Het

Nadere informatie

Arbeidsrecht en Sociale Zekerheid. Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens

Arbeidsrecht en Sociale Zekerheid. Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens Diplomalijn Examen Juridisch Niveau mbo 4 Versie 1.0 Geldig vanaf 01-01-2013 Vastgesteld op 28-08-2012 Vastgesteld door Veronderstelde voorkennis Arbeidsrecht en Sociale Zekerheid Bestuur Nederlandse Associatie

Nadere informatie

Workshop Arbeidsrecht

Workshop Arbeidsrecht Workshop Arbeidsrecht 2 Augustus 2014 Amsterdam Amsterdam, 2 Augustus 2014 Overzicht 1. Arbeidsovereenkomsten 2. Arbeidsvoorwaarden 3. Ontslag 4. WW- uitkering By Stichting Sajaam 1 1. Soort contracten

Nadere informatie

Advies bij een faillissement

Advies bij een faillissement Landelijke vereniging Artsen in Dienstverban Advies bij een faillissement Als uw werkgever in zwaar weer komt en failliet gaat, heeft dat grote gevolgen voor u als werknemer. Ook zorginstellingen hebben

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken Samenvatting door een scholier 1198 woorden 9 juni 2007 6,4 30 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie Hst 2 Werken Paragraaf 2.1 taakverlening Elk

Nadere informatie

7,9. Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september keer beoordeeld. Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt

7,9. Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september keer beoordeeld. Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september 2004 7,9 28 keer beoordeeld Vak Economie Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt Hoofdstuk 1. De arbeidsmarkt op. Een concrete arbeidsmarkt, is een

Nadere informatie

Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited. [Separaat bijgevoegd]

Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited. [Separaat bijgevoegd] Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited [Separaat bijgevoegd] Bijlage 3 Rechtsvormen Inleiding De keuze voor een juridische vorm van een zelfstandige samenwerkingsorganisatie kent diverse afwegingen. Ze verschillen

Nadere informatie

Alles over ontslag met wederzijds goedvinden

Alles over ontslag met wederzijds goedvinden Alles over ontslag met wederzijds goedvinden Werkgever en werknemer kunnen afspreken om in onderling overleg het dienstverband te beëindigen. Dat heet ook wel ontslag met wederzijds goedvinden. U bent

Nadere informatie

A. Arbeidsovereenkomst

A. Arbeidsovereenkomst Toetstermen STIBEX Praktijkdiploma Loonadministratie ---- Arbeidsrecht K= kennisvraag, kandidaat moet dan de gegevens uit de toetsterm met behulp van meerkeuzevragen kunnen beantwoorden. Het gaat dan om

Nadere informatie

Dienstverband Waarnemen Zelfstandige praktijk

Dienstverband Waarnemen Zelfstandige praktijk Dienstverband Waarnemen Zelfstandige praktijk 9 juli 2014 Peter de Leeuw De huisarts in dienstverband: Arbeidscontract: loon, arbeid en gezag CAO HIDHA s en AHG ( gezondheidscentra) Juridisch Arbeidscontract:

Nadere informatie

Rechten en plichten zijn als palmbomen die slechts vruchten dragen wanneer zij naast elkaar groeien.

Rechten en plichten zijn als palmbomen die slechts vruchten dragen wanneer zij naast elkaar groeien. 5. Werknemer en ontslag De werknemer is in het algemeen verplicht al datgene te doen en na te laten, wat een goed werknemer in gelijke omstandigheden behoort te doen en na te laten. B.W. artikel 1615d

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument & Producent

Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting door een scholier 1097 woorden 3 april 2003 7,7 84 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT Hoofdstuk 1 de klant Marktaandeel afzet eigen

Nadere informatie

FACTSHEET Arbeid & Recht

FACTSHEET Arbeid & Recht Laatst update: 17 maart 2016 Factsheet: Waarmee moet u als WENb/WWb-werkgever rekening houden bij het in dienst houden of nemen van een AOW-gerechtigde? (Door)werken na de AOW-gerechtigde leeftijd Vanaf

Nadere informatie

1. Ontslag. 1.1 Inleiding. 1.2 De arbeidsovereenkomst

1. Ontslag. 1.1 Inleiding. 1.2 De arbeidsovereenkomst 1. Ontslag 1.1 Inleiding In Nederland kennen wij een duaal ontslagstelsel. Dat betekent dat een werkgever die een werknemer wil ontslaan twee wegen kan bewandelen. De werkgever kan UWV WERKbedrijf (het

Nadere informatie

keer beoordeeld 12 februari 2015

keer beoordeeld 12 februari 2015 0 Samenvatting door C. 919 woorden keer beoordeeld 12 februari 2015 Vak Economie Methode Economie in context Hoofdstuk 15 Markt en Welvaart Paragraaf 1 Arbeidsmarkt bestaat uit de totale vraag naar en

Nadere informatie

De WGA-verzekering voor AGF Groothandel

De WGA-verzekering voor AGF Groothandel De WGA-verzekering voor AGF Groothandel Arbeidsongeschikt, wat nu? Het is belangrijk dat u goed op de hoogte bent van de risico s van inkomensterugval waar uw medewerkers mee te maken kunnen krijgen als

Nadere informatie

[Naam werkgever], gevestigd te [plaats/adres], in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [ naam], [functie] hierna te noemen werkgever,

[Naam werkgever], gevestigd te [plaats/adres], in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [ naam], [functie] hierna te noemen werkgever, Model oproepovereenkomst De ondergetekenden: [Naam werkgever], gevestigd te [plaats/adres], in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [ naam], [functie] hierna te noemen werkgever, en [naam oproepkracht],

Nadere informatie

Hoofdstuk 31. Ondernemingsplan. Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan

Hoofdstuk 31. Ondernemingsplan. Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan www.jooplengkeek.nl Ondernemingsplan Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan Persoonlijk plan Persoonsgegevens Motivatie om ondernemer te worden Sterke punten & zwakke punten 1 Ondernemingsplan

Nadere informatie

Ontslag met wederzijds goedvinden moet schriftelijk worden gedaan, mondeling is niet geldig.

Ontslag met wederzijds goedvinden moet schriftelijk worden gedaan, mondeling is niet geldig. Samenvatting Sharon 06-04-17 H9 Ontslag Het gaat in dit hoofdstuk over ontslag bij een vast contract. Er kan ontslag zijn door alleen de werknemer of werkgever maar het kan ook door beide(wederzijds goedvinden).

Nadere informatie

Aangaan en wijzigen van de arbeidsovereenkomst / 71

Aangaan en wijzigen van de arbeidsovereenkomst / 71 Voorwoord / 11 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 1.12 1.13 1.14 1.15 1.16 1.17 2 2.1 2.2 De arbeidsovereenkomst / 13 De arbeidsovereenkomst; elementen / 13 De (eerste) arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012)

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) Met jas bedoelen wij het juridische jasje, oftewel de rechtsvorm. Inleiding Het Nederlandse recht kent (onder meer) de volgende rechtsvormen: 1. eenmanszaak;

Nadere informatie

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei 2015 6,3 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit Adviseren startende onderneming (m.b.v.

Nadere informatie

7.6. Boekverslag door S woorden 18 januari keer beoordeeld. Vak Maatschappijleer 1. Maatschappijleer Werk. Paragraaf 1.

7.6. Boekverslag door S woorden 18 januari keer beoordeeld. Vak Maatschappijleer 1. Maatschappijleer Werk. Paragraaf 1. Boekverslag door S. 1058 woorden 18 januari 2015 7.6 3 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer 1 Maatschappijleer Werk Paragraaf Werk: als je iets doet, omdat andere mensen daar behoefte aan hebben. Goed

Nadere informatie

Succesvol voor jezelf beginnen

Succesvol voor jezelf beginnen R.M. van Schaik Succesvol voor jezelf beginnen Eigen baas INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2. Rechtsvorm 3. Het ondernemers of businessplan 4. De inschrijving en je bedrijfsnaam 5. Het bedrijf 6. Huisvesting

Nadere informatie

Allianz Inkomensverzekeringen. Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers (conventioneel)

Allianz Inkomensverzekeringen. Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers (conventioneel) Allianz Inkomensverzekeringen Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers (conventioneel) Wat leest u in deze productwijzer? In deze productwijzer vindt u algemene informatie

Nadere informatie

U wordt ziek en dan? Waarom krijgt u dit overzicht?

U wordt ziek en dan? Waarom krijgt u dit overzicht? U wordt ziek en dan? Als u (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt wordt, ontvangt u eerst twee jaar lang een inkomen van uw werkgever. Dat is de loondoorbetaling door uw werkgever. Na twee jaar arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Eenmanszaak. Besloten Vennootschap (B.V.) Naamloze Vennootschap (N.V.) Maatschap. Vennootschap Onder Firma (V.O.F)

Inhoudsopgave. Eenmanszaak. Besloten Vennootschap (B.V.) Naamloze Vennootschap (N.V.) Maatschap. Vennootschap Onder Firma (V.O.F) Rechtsvormen Inhoudsopgave Eenmanszaak Besloten Vennootschap (B.V.) Naamloze Vennootschap (N.V.) Maatschap Vennootschap Onder Firma (V.O.F) Commanditaire vennootschap (C.V) Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid

Nadere informatie

Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1.

Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1. Werken voor loon of voor winst? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 4 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 1.9 en 1.10 Als jij een baan hebt naast je schoolwerk, ben je waarschijnlijk

Nadere informatie

Payrolling. Tentoo Collective Freelance & Flex. Aan de slag. Verschillende soorten prijsafspraken. Hoe werkt Tentoo CF&F?

Payrolling. Tentoo Collective Freelance & Flex. Aan de slag. Verschillende soorten prijsafspraken. Hoe werkt Tentoo CF&F? Welkom bij Tentoo Om het werken met Tentoo zo eenvoudig mogelijk te maken, vind je in deze brochure een toelichting op onze dienstverlening, de werkwijze en andere relevante informatie. TENTOO Sinds onze

Nadere informatie

Het ontslagrecht per 1 juli 2015

Het ontslagrecht per 1 juli 2015 Het ontslagrecht per 1 juli 2015 Noordam Advocatuur mr. dr. A.J. Noordam Het Europese en Nederlandse arbeidsrecht biedt in grote mate bescherming aan de werknemer. Met name het ontslag van werknemers is

Nadere informatie

1. Arbeidsovereenkomst 1.1 de verschillende soorten overeenkomsten tot het verrichten van arbeid benoemen. (K)

1. Arbeidsovereenkomst 1.1 de verschillende soorten overeenkomsten tot het verrichten van arbeid benoemen. (K) CONCEPT Toetstermen STIBEX Basiskennis Loonadministratie K= kennisvraag, kandidaat moet dan de gegevens uit de toetsterm met behulp van meerkeuzevragen kunnen beantwoorden. Het gaat dan om de selectie

Nadere informatie

Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht

Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht Samenvatting door L. 1467 woorden 3 oktober 2016 0 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Eenmanszaak VOF BV NV Vereniging Stichting Eigenaar/

Nadere informatie

A. Arbeidsovereenkomst

A. Arbeidsovereenkomst Toetstermen STIBEX Praktijkdiploma Loonadministratie ---- Arbeidsrecht K= kennisvraag, de kandidaat moet één of meerdere begrippen beschrijven, noemen of herkennen, en/of kenmerken, voorbeelden, verschillen

Nadere informatie

Bestuur Nederlandse Associatie voor Examinering Er is geen specifieke vooropleiding vereist

Bestuur Nederlandse Associatie voor Examinering Er is geen specifieke vooropleiding vereist Diplomalijnen Examen Loonadministratie Juridisch Personeel en Organisatie Arbeidsrecht Niveau Vergelijkbaar met mbo 4 Versie 2-0 Geldig vanaf 01-11-2015 Vastgesteld op februari 2014 Vastgesteld door Veronderstelde

Nadere informatie

Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4

Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting door A. 969 woorden 18 november 2012 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Kinderen krijgen is voor ouders liefde en vreugde en de ouders

Nadere informatie

UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK MARKETING voor het mkb

UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK MARKETING voor het mkb OPLEIDING ONDERNEMEN / AOV DE START VAN EEN ONDERNEMING Praktijkdiploma Ondernemingsplan mkb UITWERKINGEN LEERBOEK EN WERKBOEK MARKETING voor het mkb 18 e druk, 1 e oplage ISBN 978 90 6355 351 7 NEDERLANDS

Nadere informatie

Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl)

Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl) Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl) Particulieren kunnen door de Regeling dienstverlening aan huis gemakkelijk iemand inhuren voor klussen in en om het huis. Zij hoeven voor deze huishoudelijke

Nadere informatie

aanstellingsgesprek managen van de instroom wettelijke bepalingen Hand-out managen van de instroom, paragraaf 6.7 a a n g e s t e l d

aanstellingsgesprek managen van de instroom wettelijke bepalingen Hand-out managen van de instroom, paragraaf 6.7 a a n g e s t e l d managen van de instroom a a n g e s t e l d wettelijke bepalingen Burgerlijk Wetboek CAO Arbeidstijdenwet Wet op de Ondernemingsraad Arbeidsomstandighedenwet Sociale Verzekeringswetten Wet op de Loonbelasting

Nadere informatie

Welkom bij NV schade WIA-werknemersverzekering

Welkom bij NV schade WIA-werknemersverzekering Welkom bij NV schade WIA-werknemersverzekering Welkom bij NV schade U bent gaan werken bij een werkgever die valt onder de CAO Metaal en Techniek of CAO Motorvoertuigenen Tweewielerbedrijven. Daardoor

Nadere informatie

Levensloopregeling. Spaar voor uw verlof

Levensloopregeling. Spaar voor uw verlof Levensloopregeling Spaar voor uw verlof De Levensloopregeling Spaar voor uw verlof Nederland verandert. Non stop werken tot aan ons pensioen is niet meer vanzelfsprekend, we willen werk kunnen combineren

Nadere informatie

Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers (conventioneel)

Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers (conventioneel) Productwijzer verzekering voor Loondoorbetaling bij ziekte van werknemers Wat leest u in deze productwijzer? In deze productwijzer vindt u algemene informatie over de verzekering voor Loondoorbetaling

Nadere informatie

Ziekte en re-integratie

Ziekte en re-integratie Landelijke vereniging Artsen in Dienstverban Ziekte en re-integratie Als u ziek bent, wilt u waarschijnlijk maar een ding: zo snel mogelijk herstellen en gewoon weer aan het werk. De meeste mensen zijn

Nadere informatie

OndernemingsvOrmen voor zzp ers mei 2018

OndernemingsvOrmen voor zzp ers mei 2018 OndernemingsvOrmen voor zzp ers mei 2018 inhoudsopgave Inleiding 5 1. Eenmanszaak 7 Voorwaarden Aansprakelijkheid Belastingen 7 Sociale zekerheid en verzekeringen Personeel 8 2. Besloten Vennootschap

Nadere informatie