Basking in Reflected Glory en Expressie van Trots in de Ogen van Publiek: Consequenties voor Vriendelijkheid en Populariteit.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Basking in Reflected Glory en Expressie van Trots in de Ogen van Publiek: Consequenties voor Vriendelijkheid en Populariteit."

Transcriptie

1 Running Head: BIRG en Trots: Consequenties op Vriendelijkheid en Populariteit Basking in Reflected Glory en Expressie van Trots in de Ogen van Publiek: Consequenties voor Vriendelijkheid en Populariteit Käthe van Gorp ANR Bachelor Thesis Begeleidster: Yvette van Osch Tilburg University

2 Abstract In deze studie wordt bewezen dat er een algemeen effect van basking in reflected glory gecreëerd kan worden, namelijk dat doen aan BIRG met een persoon die tot dezelfde groep behoort als het publiek leidt tot een hogere beoordeling in vriendelijkheid dan niet doen aan BIRG. Er wordt geen bewijs gevonden dat een BIRG er die zijn associaties benadrukt met een persoon die niet tot dezelfde groep behoort een lagere beoordeling krijgt in vriendelijkheid. In beoordeling wat betreft populariteit worden geen verschillen gevonden, zowel wanneer de succesvolle persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt uit de in- of de uit-groep behoort. Er is gekeken of de beoordeling beïnvloed wordt wanneer het publiek fan is van de persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt. Dit blijkt voor zowel vriendelijkheid als populariteit niet op te gaan. Vervolgens wordt ingegaan op de expressie van trots. De verwachting was dat een BIRG er die zijn trots uit door te doen aan BIRG met een persoon uit de uit-groep die een hogere prestatie heeft geleverd dan de in-groep en ook nog eens een trotse houding aanneemt een lagere beoordeling op vriendelijkheid en populariteit krijgt. Deze verwachting wordt niet bevestigd. Als laatste is gekeken of er bewijs is gevonden voor het cutting of reflected failure principe. In dit onderzoek wordt een verschil gevonden in beoordeling wanneer de persoon waarmee men aan BIRG deed wel of geen status had verloren. Dit geldt wel alleen voor vriendelijkheid en niet voor populariteit. 2

3 Introductie Toen mijn vriend en ik een tijd geleden in de stad liepen wilde ik even naar de Wibra (een winkelketen in Nederland waar goedkope kleding en dergelijke worden aangeboden), maar mijn vriend wilde er niets van weten. Toen ik vroeg naar de reden kreeg ik het antwoord gewoon niet. Persoonlijk ben ik van mening dat hij niet naar de Wibra wilt gaan, omdat hij bang is door andere mensen gezien te worden. Blijkbaar is het voor hem van belang om niet geassocieerd te worden met zulk soort winkels. Waarschijnlijk is mijn vriend niet de enige. Het beeld dat anderen van ons hebben is belangrijk voor ons. We willen goed voor de dag komen. Gelukkig kunnen we het beeld dat anderen van ons hebben beïnvloeden. Een manier om dit te doen is basking in reflected glory, ofwel het genieten van gereflecteerde glorie. Hierbij wordt de relatie benadrukt die iemand heeft met een succesvolle ander (e.g. ik studeer aan dezelfde universiteit als Albert Einstein ). Om te beginnen is het belangrijk om te begrijpen welke termen in dit onderzoek gebruikt zullen worden. De afkorting BIRG die gebruikt wordt zal verwijzen naar het algemene verschijnsel van basking in reflected glory. De persoon die doet aan basking in reflected glory heet de BIRG er. Men doet aan BIRG door de relatie te benadrukken die men heeft met iets succesvols; dit kan van alles zijn; e.g. sportteams, kunstenaars, wetenschappers. Er wordt daarnaast veel gesproken over het publiek. Hiermee worden de mensen bedoeld die naar de BIRG er kijken. Wanneer gesproken wordt over de verschillen tussen in- en uit-groep wordt hiermee bedoeld dat de persoon of het team et cetera waarmee men aan BIRG doet tot dezelfde groep (= in-groep) of tot een andere groep (= uit-groep) behoort dan het publiek. Dat mensen doen aan BIRG wordt aangetoond door Cialdini et al. (1976). In dit onderzoek worden drie studies gedaan. Allereerst vonden de onderzoekers dat studenten op de 3

4 universiteit meer kleding droegen die hun affiliatie met hun school kenbaar maakte wanneer het voetbalteam van hun universiteit succesvol was geweest. Mensen lijken dan simpelweg meer bereid om bijvoorbeeld een trui te dragen met het logo van hun school dan wanneer het team niet gewonnen zou hebben. Het is logisch dat mensen dit doen, ze zijn immers trots op het feit dat de universiteit gewonnen heeft en willen dit graag laten zien. In de tweede studie laten de onderzoekers zien dat men aan BIRG kan doen via taalgebruik. Wanneer het team wint waarmee men zich associeert, spreekt men vaker in termen van wij hebben gewonnen. Wanneer het team verliest spreekt men vaker in termen van zij hebben verloren. Mensen doen vooral aan BIRG wanneer het publieke imago schade heeft opgelopen. De onderzoekers manipuleerden dit door aan een deel van de participanten te vertellen dat zij een slecht resultaat hadden behaald op een toets. Participanten die inderdaad dit slechte nieuws te horen hadden gekregen, deden meer aan BIRG dan participanten die geen slecht testresultaat behaald hadden. Interessant is het gegeven dat het succes of de prestatie van de persoon of de groep waarmee men aan BIRG doet, in dit onderzoek dus het sportteam van de universiteit, niet wordt veroorzaakt door de BIRG er. Men gebruikt dus een succesvolle ander om er zelf beter van te worden, maar heeft vaak in het behalen van dit succes geen invloed gehad. Volgens Cialdini (1976) zijn er twee redenen waarom men aan BIRG doet; of men voelt zich beter over zichzelf door te doen aan BIRG, of men wil het sociale beeld dat zij hebben beïnvloeden. Dit is het beeld dat anderen van deze persoon hebben. Dit onderzoek legt de focus op de tweede reden die door Cialdini (1976) gegeven wordt. Dus het effect dat BIRG heeft in de ogen van het publiek. Het probeert een antwoord te geven op de vraag of doen aan BIRG 4

5 inderdaad leidt tot een hogere beoordeling door mensen die naar de BIRG er kijken. Cialdini laat in dit onderzoek zien dat er inderdaad veel aan BIRG gedaan wordt, vooral wanneer het publieke imago gevaar loopt, maar gaat verder niet in op het effect van BIRG bij het publiek. Van Dijkstra, Cillessen, Lindenberg en Veenstra (2010) gingen in op de vraag of doen aan BIRG een effect heeft bij het publiek. Volgens hen zijn er twee redenen waarom men zich wil associëren met succesvolle anderen, namelijk: om de status, en daarmee mogelijk de populariteit te vergroten, of om aardig (likeable) gevonden te worden. Likeability wordt in dit onderzoek vertaald met vriendelijkheid. Volgens Dijkstra (2010) zijn populariteit en vriendelijkheid lastig te combineren. Het kan zo zijn dat men in een poging status te vergroten moet inleveren op vriendelijkheid, mogelijk door de opvatting van arrogantie en snobisme. Dus door de poging om de eigen status te vergroten is het mogelijk dat men hier een prijs voor moet betalen. In de studie wordt gevonden dat personen die een sterke associatie hebben met populaire anderen zelf ook een hoge mate van populariteit genieten. Of mensen hoog scoren op vriendelijkheid hangt af van het feit of deze persoon gerespecteerd wordt. Dijkstra (2010) maakt echter gebruik van een correlationeel onderzoek. Hierdoor kan niets gezegd worden over de richting van het effect. Het enige dat geconcludeerd kan worden is dat populaire mensen zich associëren met populaire anderen. Of de hogere beoordeling die zij krijgen nou komt doordat mensen inderdaad aan BIRG doen en de relatie benadrukken die zij hebben met populaire anderen en daardoor als populairder worden beoordeeld, of omdat zij van zichzelf al populair zijn is niet duidelijk. Dijkstra (2010) biedt met zijn onderzoek uitbreiding op het onderzoek van Cialdini (1976), omdat het laat zien dat als een persoon zich associeert met een populaire ander, deze een grote kans heeft zelf ook als populairder te worden beoordeeld door het publiek. 5

6 Carter en Sanna (2006) laten door middel van een experiment zien dat doen aan BIRG wel degelijk leidt tot een positievere beoordeling bij het publiek. In het eerste experiment kregen participanten de taak om een video te bekijken. In deze video leek het erop alsof de persoon die in de video speelde ook een participant in het onderzoek was. In werkelijkheid hoorde deze persoon bij het onderzoek (= confederate). De werkelijke participanten keken naar de confederate in de video terwijl deze een intelligentietest aan het maken was. Afhankelijk van de conditie kreeg de confederate in de video de uitslag te horen van de test; hij had gefaald of juist succes behaald. De confederate had tijdens de video wel of geen shirt aan van de Patriots (= de BIRG). De Patriots (een Engels Football-team) hadden toen net de finale van de New England Superbowl gewonnen, een belangrijk toernooi in het Amerikaanse Football. Vervolgens moesten de participanten de confederate beoordelen op een aantal eigenschappen; of de persoon aardig, sociaal, aantrekkelijk, warm, vriendelijk en aangenaam is. In het onderzoek kan men dus 2 factoren onderscheiden, namelijk uitslag (winst/verlies) en doen aan BIRG (wel/niet). Tussen deze twee factoren werd een interactie gevonden. Carter en Sanna hebben gekeken waar een effect werd gevonden. Dit was in de conditie wanneer de confederate een slecht testresultaat behaald had in combinatie met het doen aan BIRG. De confederate werd hoger beoordeeld op bovenstaande punten door het publiek wanneer er een slecht resultaat behaald was en er gedaan werd aan BIRG, dan wanneer de confederate niet aan BIRG deed of wanneer de conferedate een goed resultaat behaald had. Carter en Sanna (2006) concluderen hieruit dat het doen aan BIRG alleen zin heeft wanneer het publieke imago schade te verduren gekregen heeft. Dit staat in lijn met de bevindingen van Cialdini (1976). De het tweede experiment van Carter en Sanna gaat in op het effect van BIRG wanneer datgene waarmee aan BIRG gedaan wordt uit de uit-groep komt. De tweede studie werd twee 6

7 jaar na de eerste studie afgenomen, namelijk nadat de New England Patriots in de finale van de Super Bowl de Carolina Panthers versloegen. Vervolgens heeft men mensen uit Carolina onderzocht en die dus verbintenis hadden met de Carolina Panthers (= de in-groep). Participanten kregen dezelfde video te zien en ook weer de confederate met of zonder T-shirt van de Patriots aan (= de uit-groep), het team dat het in-groepteam net verslagen had in de finale. Het team waarmee dus gedaan wordt aan BIRG, is niet positief in de ogen van de beoordelaars. Uit de resultaten blijkt dat de confederate slechter werd beoordeeld op de zes kenmerken die Carter en Sanna (2006) onderzochten. De bovenstaande onderzoeken van Dijkstra (2010) en van Carter en Sanna (2006) liggen aan de basis van de eerste twee hypothesen die zijn getoetst in dit onderzoek. Dijkstra concludeerde namelijk dat men door de associatie te benadrukken met populaire anderen zij zelf ook populairder worden beoordeeld en omdat Carter en Sanna vonden dat wanneer de BIRG er gebruik maakte van het succes van het team uit de in-groep dit leidde tot een hogere beoordeling op kenmerken die te maken hebben met vriendelijkheid, is de eerste hypothese opgesteld met de verwachting dat doen aan BIRG met het succes van een persoon uit de in-groep leidt tot een hogere beoordeling op vriendelijkheid en populariteit. Omdat doen aan BIRG door zich te associëren met een team uit de uit-groep volgens Carter en Sanna juist leidt tot een slechtere beoordeling is de tweede hypothese dat wanneer de BIRG er zijn relatie benadrukt met een succesvol persoon uit de uit-groep dit leidt tot een slechtere beoordeling op vriendelijkheid en populariteit. Een andere belangrijke bevinding van Carter en Sanna is dat de mate van fan zijn invloed heeft op de beoordeling door het publiek. Namelijk wanneer de confederate deed aan BIRG door een T-shirt te dragen van de Patriots en het publiek aangaf sterk fan te zijn van de Carolina 7

8 Panthers, dit leidde tot een nog slechtere beoordeling in vergelijking met publiek dat minder sterk fan was. In het huidige onderzoek wordt gekeken of dit effect gerepliceerd kan worden. De derde hypothese is hieruit opgesteld met de verwachting dat de mate van fan zijn van de succesvolle persoon die gebruikt wordt om mee aan BIRG te doen zorgt voor een hogere beoordeling van het publiek. Het gaat hier dus om het publiek dat aangeeft fan te zijn van de persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt. Waarom leidt doen aan BIRG met het succes van een persoon of team uit de in-groep tot een hogere beoordeling en doen aan BIRG met een persoon of team uit de uit-groep juist tot een slechtere beoordeling? De volgende drie onderzoeken geven hier mogelijke verklaringen voor. Dat leden van een in-groep hoger worden beoordeeld dan de leden van een uit-groep is al langer bekend. Dit liet Tajfel (1970) in zijn onderzoek zien. Wanneer een persoon zich sterk identificeert met de groep waartoe hij behoort, leidt dit tot een positieve beoordeling van de groep en zijn leden. In zijn studie werden participanten gevraagd een aantal punten te verdelen over de in-groep en een uit-groep. Men koos er in bijna alle gevallen voor de in-groep meer punten te geven dan de uit-groep. Groepsidentificatie leidt dus tot een positieve evaluatie van de in-groep. Denk hierbij bijvoorbeeld aan iemand die uit verschillende sollicitaties de beste werknemer moet uitkiezen. Wanneer de sollicitant dezelfde hobby s heeft, of bijvoorbeeld uit dezelfde stad komt heeft deze vaak al een streepje voor. Een tweede verklaring kan gevonden worden in het onderzoek van Mummendey, Klink en Brown (2001). Dit onderzoek laat zien dat groepsidentificatie kan leiden tot kleinering van de uit-groep. In-groepevaluatie kan dus zeer nadelig zijn voor groepen die niet tot de in-groep behoren. Hierbij kan men bijvoorbeeld denken aan een dominante groep binnen een samenleving 8

9 die er voor zorgt dat andere groepen niet meer bij bepaalde resources kunnen, zoals voedsel of baanmogelijkheden. In het onderzoek werden participanten op een aantal manieren geprimed. Namelijk werd van hen verlangd hun eigen natie te vergelijken met een andere natie (intergroepvergelijking), het eigen land in het verleden (temporale vergelijking), of om helemaal geen vergelijking te maken (controleconditie). De prime bestond uit de vraag waarom zij hun eigen thuisland prefereerden boven een ander land, of hun thuisland in het verleden. Vervolgens werd ook de nationale identificatie, nationale trots en kleinering van buitenlanders via een vragenlijst gemeten. Kleinering werd gemeten via 16 items (e.g. Als er weinig banen zijn, zouden buitenlanders die leven in Duitsland teruggestuurd moeten worden naar hun eigen land ). Uit het onderzoek blijkt dat nationale identificatie sterk gecorreleerd is met nationale evaluatie. Als men zich sterk identificeert met het thuisland zal men ook gemakkelijk het thuisland als positief evalueren. Dit komt overeen met de bevindingen van Tajfel (1970). Daarnaast werd gevonden dat sterke identificatie leidt tot kleinering van de uitgroep, maar alleen wanneer de participanten bewust vergelijkingen moesten maken tussen het eigen land en andere landen. Het onderzoek van Mummendey (2001) heeft betrekking op BIRG omdat een sterke identificatie met de groep waartoe men behoort kan leiden tot een negatieve beoordeling van de uit-groep. Wanneer iemand aan BIRG doet maar daarbij relaties benadrukt met succesvolle personen uit de uit-groep kan het zijn dat diegene laag wordt beoordeeld door het publiek. Het derde onderzoek wat een mogelijke verklaring geeft waarom een BIRG er uit de uitgroep lager wordt beoordeeld komt van Van Osch (2012). In haar onderzoek wordt gezegd dat wanneer mensen zich trots uiten ze rekening houden met het publiek, namelijk dat wanneer een persoon aardig gevonden wordt, maar een slechter testresultaat behaald heeft men hier rekening 9

10 mee houdt door de trotsuiting te modereren. Als men bijvoorbeeld samen met een vriendin een tentamen maakt op de universiteit en men heeft een acht behaald en de vriendin een zes lijkt het logisch om dan niet te veel te benadrukken wat voor goed cijfer behaald is omdat men de vriendin niet wil kwetsen. Echter dit effect wordt teniet gedaan wanneer de ander een niet geliefd persoon is. Dan uiten mensen zich juist meer trots als de prestatie van de niet geliefde persoon slechter was, dan wanneer de scores hetzelfde zijn of de ander beter heeft gescoord. Het onderzoek van Van Osch heeft betrekking op BIRG omdat BIRG ook een trotsuiting is. Wanneer de BIRG er zijn relatie benadrukt met een succesvolle ander die niet geliefd dan loopt de BIRG er het risico dat het publiek de BIRG er een slechte beoordeling geeft. Hij toont zich immers trots, maar houdt hierbij geen rekening met het publiek. Als iemand zich trots uit over een prestatie uit de uit-groep en de in-groep heeft verloren is dit namelijk extra vervelend. De algemene conclusie is dat een BIRG er rekening moet houden met de keuze van de succesvolle persoon waarmee hij zich wil associëren. De succesvolle persoon moet namelijk tot dezelfde groep behoren als het publiek. Dit kan verklaard worden doordat de in-groep positief wordt beoordeeld door groepsleden, vooral wanneer men zich sterk identificeert met die groep. Het feit dat doen aan BIRG door zich te associëren met een succesvol persoon uit de uit-groep juist voor een negatieve beoordeling kan zorgen, wordt mogelijk verklaard doordat het publiek een sterke identificatie met de in-groep heeft, de in-groep en uit-groep met elkaar vergelijkt of omdat men het vervelend vindt dat de BIRG er zich trots uit door zich te associëren met een succesvol persoon uit de uit-groep, terwijl de prestatie van de in-groep slechter was. Maar wat nou als de prestatie van de persoon die wel tot de in-groep behoort, en waarmee men aan BIRG doet tegenvalt? Wanneer de resultaten van bijvoorbeeld het voetbalteam niet zijn zoals verwacht werd, ziet men dat associaties die men heeft met deze groep laat verdwijnen. Dit 10

11 noemt men cutting of reflected failure. Dit houdt in dat wanneer er schade is geleden bij de persoon of groep waarmee men zich associeert, men die associatie snel laat verdwijnen. In het onderzoek van Snyder, Lassegard en Ford (1986) werden participanten ingedeeld in groepjes en kregen feedback over hun prestatie. Wanneer deze feedback negatief was, waren groepsleden minder geneigd om mee te doen aan een groepspresentatie en wilden minder graag een badge dragen die de associatie tussen hen en deze falende groep benadrukt. Dus wanneer de associaties die men heeft met anderen negatief kunnen uitpakken distantiëren mensen zich hier van. Huidig onderzoek Carter en Sanna (2006) vonden een interactie tussen falen en het doen aan BIRG. Dus BIRG heeft in hun ogen alleen effect wanneer iemands publieke imago schade heeft ondervonden. In hun onderzoek gebruiken zij de New England Superbowl, maar mogelijk ligt de interactie tussen falen en BIRG aan het feit dat de situatie die de onderzoekers gebruikt hebben niet sterk genoeg is om een algemeen effect van BIRG te veroorzaken. Een algemeen effect van BIRG houdt in dat men een positieve beoordeling krijgt door te doen aan BIRG zonder te hebben gefaald op iets. In dit onderzoek worden daarom de Olympische Spelen van 2014 gebruikt. Van Hilvoorde, Elling en Stokvis (2010) laten in hun onderzoek zien dat tijdens grote evenementen zoals de Europese voetbalkampioenschappen of Olympische spelen goede prestaties tot een vergroting van nationale trots kunnen leiden. Omdat internationale evenementen vaak zorgen voor een sterk gevoel van nationale trots is het mogelijk dat zo n evenement een algemeen effect van BIRG kan veroorzaken. Carter en Sanna (2006) concludeerden in hun onderzoek ook dat doen aan BIRG leidt tot een hogere beoordeling in vriendelijkheid, wanneer de persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt tot dezelfde groep behoord als het publiek. In deze studie gebruikt de BIRG er de 11

12 succesvolle resultaten die zijn behaald door Ireen Wüst op de Olympische Winterspelen om te doen aan BIRG. Het publiek was over het algemeen Nederlands en als Nederlandse schaatsster behoort zij tot dezelfde groep als het publiek. Omdat Dijkstra (2010) in zijn onderzoek stelt dat men zich door zich te associëren met populaire anderen zelf ook een grote kans heeft populair te zijn, wordt er verwacht dat een persoon die doet aan BIRG met een succesvol persoon uit de in-groep naast een hogere beoordeling in vriendelijkheid ook hoger wordt beoordeeld in populariteit dan iemand die niet doet aan BIRG. Vervolgens wordt er gekeken wat er bij het publiek gebeurt wanneer de BIRG er een succesvol persoon uit de uit-groep kiest om mee aan BIRG te doen. De verwachting is dat de BIRG er minder wordt beoordeeld in vriendelijkheid en populariteit dan iemand die niet doet aan BIRG. Als dit effect inderdaad gevonden wordt, kan dit mogelijk verklaard worden door uitgroepkleinering. Of expressie van trots leidt tot een negatieve beoordeling wanneer de BIRG er doet aan BIRG met een persoon die niet behoort tot dezelfde groep als het publiek, wordt getest in de vierde hypothese. De verwachting is dat wanneer de BIRG er zich trots uit over de prestatie van een persoon uit de uit-groep en de prestaties van de in-groep waren slechter, dit leidt tot een negatieve beoordeling op vriendelijkheid en populariteit. Om aan het publiek duidelijk te maken dat deze persoon echt trots uit, doet de BIRG er aan BIRG door een T-shirt te dragen met daarop Martina Sablikova en neemt daarnaast een trotse houding aan. In het onderzoek van Tracy, Shariff, Zhao en Henrich (2013) wordt geconcludeerd dat de expressie van trots universeel herkend wordt. Het publiek zou in staat moeten zijn de trotse expressie die de BIRG er aanneemt te herkennen. 12

13 Als laatste wordt er ingegaan op het CORF-principe. De verwachting is dat iemand die aan BIRG doet met een persoon dat schade heeft ondervonden door slecht te presteren een lagere beoordeling krijgt in vriendelijkheid en populariteit van het publiek. In dit onderzoek wordt om dit te toetsen gekeken of er verschillen zijn in de beoordeling wanneer de BIRG er een T-shirt draagt met Ireen Wüst een dag nadat zij goud heeft gewonnen in vergelijking met de BIRG er die hetzelfde T-shirt draagt met Ireen Wüst maar nu een dag nadat ze verloren heeft van Martina Sablikova. Dit is terug te vinden in de vijfde hypothese. Hypothesen H1: een BIRG er die doet aan BIRG met een succesvolle persoon die behoort tot dezelfde groep (= in-groep) als het publiek krijgt een hogere beoordeling in vriendelijkheid en populariteit, dan wanneer niet gedaan wordt aan BIRG. H2: een BIRG er die doet aan BIRG met een succesvolle persoon die niet behoort tot dezelfde groep (= uit-groep) als het publiek krijgt een lagere beoordeling in vriendelijkheid en populariteit, dan wanneer niet gedaan wordt aan BIRG. H3: wanneer het publiek sterk fan is van de persoon waarmee de BIRG er aan BIRG doet, krijgt de BIRG er een hogere beoordeling in populariteit en vriendelijkheid. H4: een BIRG er die doet aan BIRG met een succesvolle persoon die niet tot dezelfde groep behoort als het publiek en een expressie van trots aanneemt krijgt een lagere beoordeling op populariteit en vriendelijkheid dan een persoon met een neutrale houding zonder BIRG. H5: een BIRG er die doet aan BIRG met een persoon die schade heeft ondervonden van diens status wordt minder hoog beoordeeld op vriendelijkheid en populariteit dan een BIRG er die doet aan BIRG met een persoon die geen schade heeft ondervonden in status. 13

14 Methode Participanten. 373 Mensen deden op vrijwillige basis aan dit onderzoek mee (n = 265, Mage = 32.26, SD = 13.66). Aan de participanten werd verteld dat zij op basis van een foto een eerste indruk moesten maken. Materialen en procedure. Een 3 (in-groep, uit-groep en neutrale conditie ) 2 (houding: neutraal vs. trots) + 1 (verlies/winst) between-subjects design is gebruikt. Verdeling over de condities gebeurde te allen tijde random. De eerste ronde van afname van de vragenlijst was een dag nadat de Nederlandse schaatsster Ireen Wüst tijdens de Olympische Winterspelen 2014 goud had gewonnen. Hierbij werd aan winkeliers en winkelende mensen in de binnenstad van Tilburg gevraagd of zij mee wilden doen aan het onderzoek. Tijdens deze ronde kregen participanten een foto te zien van een jongeman die een wit T-shirt droeg met daarop een plaatje van een juichende Ireen Wüst 1. Afhankelijk van de conditie kregen 46 participanten de jongeman in een neutrale houding te zien en 42 participanten in de trotse houding. Deze laatste houding bestond uit de volgende kenmerken: borst vooruit, handen in de zij en hoofd licht opgeheven, wat is afgeleid uit het onderzoek van Tracy en Robins (2004) 2. Boven het plaatje op het T-shirt stond een kleine Nederlandse vlag afgebeeld en de tekst HUP Ireen Wust. 1 De gebruikte foto s zijn te vinden in de Appendix 2 De foto van de in-groepconditie met de neutrale houding is een klein beetje anders ten opzichte van de rest van de foto s. Het gezicht van de afgebeelde man laat namelijk een kleine lach zien. Dit heeft mogelijk de beoordeling op vooral vriendelijkheid beïnvloedt. 14

15 De tweede ronde gebeurde op dezelfde manier als de eerste, maar nu zijn vragenlijsten afgenomen in de binnenstad van Breda en in het Militair Revalidatiecentrum in Doorn 3, een dag nadat Martina Sablikova goud won en Ireen Wüst daardoor zilver. Participanten kregen een foto te zien van dezelfde man maar dit keer met hetzelfde plaatje van Ireen Wüst (neutrale houding: 50 participanten, trotse houding: 41 participanten) of een plaatje met een juichende Martina Sablikova (neutrale houding: 42 participanten, trotse houding: 42 participanten). Boven het plaatje van Martina Sablikova stond een kleine Tsjechische vlag en in het Tsjechisch Veel Geluk Martina Sablikova (Hodně štěstí Martina Sablikova) 4. De vragenlijsten met Ireen Wüst vormden de in-groep conditie, vragenlijsten met Martina Sablikova de uit-groep conditie. De derde ronde was een online questionnaire waarbij participanten via Facebook en E- mail werden benaderd. Afname van de online vragenlijsten begon in dezelfde periode als de tweede ronde, maar eindigde twee weken later. In deze ronde kregen participanten dezelfde persoon op de foto te zien, maar nu zonder plaatje op het T-shirt. De houding verschilde ook in deze ronde weer tussen neutraal en trots. De vragenlijsten van de derde ronde vormden de neutrale conditie. Alle participanten werd vervolgens gevraagd de persoon op de foto te beoordelen op een aantal kenmerken: vriendelijk, extravert, gezellig, warm, aardig, leuk en populair 5. Deze zijn 3 In het MRC Doorn hebben zowel behandelaars (psychologen, artsen, ergotherapeuten en fysiotherapeuten) de vragenlijst ingevuld, als revalidanten van deze hulpverleners. Deze bestonden uit militairen en burgers met (psycho)somatische klachten. 4 De winst- en verliesconditie bestonden uit een wedstrijd waarbij Ireen Wüst goud won en een wedstrijd waarbij Martina Sablikova goud won en Ireen Wüst zilver. Het was de bedoeling metingen af te nemen waarbij Ireen Wüst goud won en een meting waarbij Ireen Wüst verloren zou hebben en geen medaille won. Dit gebeurde echter niet. Daarnaast is er geen verliesconditie met Martina Sablikova. De praktijk pakte dus helaas anders uit dan we graag gewild hadden. 5 Participanten vulden de zeven kenmerken in aan de hand van de vraag In hoeverre denkt u dat deze persoon. Antwoord werd gegeven via een 7-punt Likertschaal waarbij het goede cijfer werd omcirkeld (1 = helemaal niet, 7 = helemaal wel). 15

16 hetzelfde als de kenmerken die Carter en Sanna in hun vragenlijst onderzochten. Populariteit werd toegevoegd om te kijken of de resultaten die Dijkstra (2010) in zijn onderzoek vond gerepliceerd konden worden. De eerste zes variabelen die hier boven zijn beschreven hebben betrekking op vriendelijkheid. Van deze variabelen is het gemiddelde berekend om zo één variabele te krijgen, namelijk vriendelijkheid (cronbach s α =.83). Vervolgens moesten participanten het geslacht, de leeftijd en de mate van fan zijn van het Nederlandse schaatsen aangeven 6. Hier werd in de derde ronde niet naar gevraagd. In de eerste twee rondes werd als laatste gevraagd of de participant het T-shirt had gezien en bekend was met de desbetreffende wedstrijd. Resultaten In-groep/uit-groep. De eerste twee hypothesen zullen hier worden getoetst. De bijbehorende verwachtingen waren dat de BIRG er die zijn associatie benadrukt met een succesvol persoon die tot dezelfde groep (= in-groep) behoort als het publiek hoger wordt beoordeeld in vriendelijkheid en populariteit dan iemand die niet doet aan BIRG. De tweede verwachting was dat een BIRG er die zijn relatie benadrukt met een succesvol persoon die behoort tot een andere groep (= uit-groep) dan het publiek een lagere beoordeling krijgt in vriendelijkheid en populariteit dan iemand die niet doet aan BIRG. Om dit te toetsen zijn twee 2-weg ANOVA s gedaan. Als onafhankelijke variabelen zijn geslacht, de groep (in-groep, uit-groep en neutrale conditie) en houding (trotse houding/neutrale houding) opgenomen. De afhankelijke variabelen zijn populariteit en vriendelijkheid. Er werd geen interactie gevonden tussen de onafhankelijke variabelen (de grootst gevonden F-waarde: F(1,260) = 2.43, p =.120, p <.01, de rest was kleiner). De eerste ANOVA laat zien dat er een 6 Mate van fan zijn werd gemeten via een 10-punt Likertschaal (0 = helemaal niet, 10 = helemaal wel) met de vraag In hoeverre bent u fan van het Nederlandse schaatsen?. 16

17 significant verschil bestaat tussen de beoordeling in vriendelijkheid van de in-groep, de uit-groep en de neutrale conditie, F(2,260) = 5.39, p = 0.005, p =.04. Om te kijken welk verschil significant was, zijn twee geplande speciale contrasten gedaan. Het eerste contrast vergeleek de in-groep conditie, dus doen aan BIRG met Ireen Wüst tegen de neutrale conditie. In dit contrast is geen onderscheid gemaakt in houding en zijn de neutrale en trotse houding samen opgenomen. Hieruit bleek dat de in-groep conditie (M = 4.81, SD = 1.02), hoger scoort op vriendelijkheid dan de neutrale conditie (M = 4.43, SD = 0.84), p =.003. Het tweede contrast vergeleek de uit-groep conditie, dus doen aan BIRG met Martina Sablikova met de neutrale conditie in de beoordeling in vriendelijkheid. Ook hier zijn de twee houdingen weer samen opgenomen. Uit dit contrast bleek dat de uit-groepconditie (M = 4.30, SD = 0.84) niet significant verschilt van de neutrale conditie, p = De tweede ANOVA liet zien dat er geen significant verschil bestaat tussen de beoordeling in populariteit van de in-groep, de uit-groep en de neutrale conditie F(2,260) = 1.86, p =.158, p =.01. In de geplande speciale contrasten werd dit ook aangetoond. Het eerste contrast vergeleek namelijk of de in-groepconditie en dus doen aan BIRG met Ireen Wüst, verschilde in beoordeling in populariteit in vergelijking met de neutrale conditie (ook hier weer geen onderscheid in houding). Tussen de in-groep (M = 4.11, SD = 1.47) en neutrale conditie (M = 3.80, SD = 1.44), p =.071 zat een marginaal verschil. Het tweede contrast toetste of de uit-groep conditie en daarmee doen aan BIRG met Martina Sablikova, verschilde van de neutrale conditie in de beoordeling in populariteit. Dit bleek niet zo te zijn (Muitgroep = 3.71, SD = 1.53, p =.595). 17

18 * In-groep Uit-groep Neutrale conditie 2 1 Vriendelijkheid Populariteit Figuur 1 Gemiddelde beoordeling in vriendelijkheid en populariteit afhankelijk van groep * = significant (p <.05) = marginaal significant (p <.08) Alleen de eerste hypothese wordt voor een deel bevestigd. Namelijk dat de BIRG er die zijn relatie benadrukt met een persoon uit de in-groep inderdaad een hogere beoordeling krijgt van het publiek in vriendelijkheid. Dit effect wordt echter niet gevonden voor populariteit. De tweede hypothese, doen aan BIRG door de relatie te benadrukken met een persoon uit de uitgroep leidt tot een lagere beoordeling in vriendelijkheid en populariteit, wordt niet bevestigd. Geslacht. In de twee ANOVA s is geslacht als extra variabele opgenomen om te kijken of er mogelijke verschillen zijn in de beoordeling door mannen of vrouwen. Hier is geen hypothese over opgesteld omdat er in dit onderzoek geen verwachtingen zijn in de richting van het effect. Er werd een significant verschil gevonden tussen mannen (M = 4.22, SD =.95) en vrouwen (M = SD =.89) als het gaat om beoordeling van vriendelijkheid, F(1,260) = 12.84, p < 0.001, p =.05 Het blijkt dat vrouwen de persoon op de foto als vriendelijker beoordelen dan mannen dat deden. 18

19 Voor populariteit werd geen significant verschil gevonden (Mman = SD = 1.57, Mvrouw = 3.93, SD = 1.45), F(1,260) = 2.62, p =.106, p =.01. Mannen en vrouwen schatten de persoon op de foto ongeveer gelijk in populariteit. Mate van fan zijn. De derde hypothese bevatte de verwachting dat wanneer het publiek fan is van de succesvolle persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt, de BIRG er een hogere beoordeling krijgt in zowel vriendelijkheid als populariteit. Dezelfde 2-weg ANOVA s als hierboven staan beschreven zijn opnieuw gedaan, alleen is nu de mate van fan zijn opgenomen als covariaat. De neutrale conditie is hierin niet meegenomen omdat in deze conditie niet gevraagd werd aan participanten in hoeverre zij fan zijn van het Nederlands schaatsen. De mate van fan zijn had zowel op de beoordeling in populariteit (F(1,152) = 1.15, p =.285, p <.01) als in vriendelijkheid (F(1,152) = 1.28, p =.260, p <.01) geen significant effect. Trotsexpressie. Om te toetsen of doen aan BIRG met een succesvol persoon uit de uitgroep (waarbij de uit-groep beter heeft gepresteerd dan de in-groep) in combinatie met een trotse expressie leidt tot een negatieve beoordeling in vriendelijkheid en populariteit zijn twee geplande speciale contrasten gedaan. In het eerste contrast werd getoetst of er verschillen zijn in de beoordeling in vriendelijkheid tussen de conditie met de BIRG er in trotse houding met een T- shirt van Martina Sablikova en de neutrale conditie met de persoon in neutrale houding. In het tweede contrast werden dezelfde condities gebruikt om te vergelijken, maar nu met de vraag of deze condities verschillen in de beoordeling in populariteit. De vierde hypothese wordt niet bevestigd: er werd geen significant verschil gevonden in beoordeling in vriendelijkheid tussen de BIRG er die zich associeert met een succesvolle ander uit de uit-groep en een trotse houding aanneemt (M = 4.24, SD = 0.70) en de beoordeling van de persoon die een neutrale houding aanneemt in de neutrale conditie (M = 4.45, SD = 0.71), p = 19

20 .257. Er werd ook geen significant verschil gevonden tussen de beoordeling in populariteit tussen de BIRG er wanneer deze een trotse houding aannam en zich associeert met een succesvol persoon uit de uit-groep (M = 3.93, SD = 1.72) en de persoon in neutrale houding in de neutrale conditie (M = 3.72, SD = 1.46, p =.484) BIRG uit-groep + trotse houding Neutrale conditie + neutrale houding 2 1 Vriendelijkheid Populariteit Figuur 2 Gemiddelde beoordeling in populariteit en vriendelijkheid van de uit-groep conditie met trotse houding en neutrale conditie in neutrale houding CORF. In de laatste analyse werd de vijfde hypothese getoetst. De verwachting was dat wanneer de succesvolle persoon waarmee men aan BIRG doet schade heeft ondervonden in status de BIRG er lager wordt beoordeeld in vriendelijkheid en populariteit in vergelijking met de BIRG er die zijn relatie benadrukt met een succesvol persoon die geen schade heeft geleden in status. Om dit te doen zijn twee 2-weg ANOVA s gedaan met uitslag (winst/verlies van Ireen Wüst) en houding (trotse/neutrale) als onafhankelijke variabelen en populariteit en vriendelijkheid als afhankelijke variabelen. Er werd geen interactie gevonden tussen de onafhankelijke variabelen (de grootse gevonden F was van de interactie tussen uitslag en houding op populariteit F(2,171) = 0.52, p = 0.471, p <.01, de interactie tussen houding en uitslag was voor vriendelijkheid zelfs kleiner). 20

21 Er werd een significant verschil gevonden tussen de winst- (M = 4.81, SD = 1.02) en verliesconditie (M = SD = 0.78), F(1,171) = 4.10, p =.044, p =.02 in de beoordeling in vriendelijkheid. Er werd geen significant verschil gevonden tussen de winst- (M = 4.11, SD = 1.47) en verliesconditie (M = 4.06, SD = 1.32) in de beoordeling in populariteit, F(1,171) < 0.01, p =.924, p <.01. De BIRG er werd als vriendelijker beoordeeld wanneer hij aan BIRG deed door zich te associëren met een succesvol persoon die geen schade had geleden aan status dan de BIRG er die aan BIRG deed met een succesvol persoon die wel schade had geleden in status. 7 6 * Winst Verlies 2 1 Vriendelijkheid Populariteit Figuur 3 Gemiddelde beoordeling in vriendelijkheid en populariteit afhankelijk van uitslag * = significant (p <.05) Discussie In-groep/uit-groep. Carter en Sanna (2006) concluderen in hun onderzoek dat BIRG alleen effect heeft wanneer een persoon dit doet wanneer zijn publieke imago schade heeft opgelopen. In dit onderzoek wordt getoond dat dit niet per se hoeft. BIRG kan een algemeen positief effect hebben bij het publiek. Dit geldt echter alleen wanneer de succesvolle persoon waarmee men aan BIRG doet tot dezelfde groep behoort als het publiek. De verwachting was dat er zowel in vriendelijkheid als in populariteit een positief effect gevonden zou worden. Dit bleek niet zo te zijn. Er werd alleen bewijs gevonden dat doen aan BIRG door de associatie te 21

22 benadrukken die men heeft met een succesvolle ander die tot de in-groep behoord, leidt tot een hogere beoordeling in vriendelijkheid. Voor populariteit werd geen significant resultaat gevonden. Er is geen bewijs gevonden dat doen aan BIRG met een persoon, die tot een andere groep behoort als het publiek, leidt tot een verminderde beoordeling in vriendelijkheid in vergelijking met de neutrale conditie. Carter en Sanna (2006) lieten in hun onderzoek dit negatieve effect wel zien. Mogelijk wordt dit effect in dit onderzoek niet gevonden omdat het verlies van Ireen Wüst tegen Martina Sablikova niet negatief genoeg is geweest. In de wedstrijd tussen Martina Sablikova en Ireen Wüst won Sablikova dan wel, maar Ireen Wüst eindigde nog steeds met zilver. Wüst won een week eerder al goud en juist dat ze ook nog eens zilver won is misschien de veroorzaker geweest dat het publiek niet zo heel erg negatief keek naar de persoon die aan BIRG deed met een winnende Martina Sablikova. De zilveren plak deed namelijk niet af aan het feit dat Ireen Wüst een geweldige prestatie heeft neergezet op de Olympische Spelen. Daarnaast is het ook heel goed mogelijk dat mensen niet bekend genoeg zijn geweest met deze Tsjechische schaatsster. Het lijkt er op dat we een persoon leuk vinden wanneer deze aan BIRG doet met een persoon waar we trots op zijn, maar dat we een persoon niet slecht gaan beoordelen wanneer deze aan BIRG doet met een succesvol persoon die niet tot onze groep behoort. In toekomstige onderzoeken is het wellicht verstandig om aan BIRG te doen met een persoon uit de uit-groep die ook echt negatief beoordeeld wordt. Als we bijvoorbeeld terug krijgen naar het WK van 4 jaar geleden verloor Nederland van Spanje. Wellicht als er toen onderzoek naar BIRG werd gedaan, had de persoon op de foto een T-shirt met een juichende Spaanse voetballer kunnen dragen en was er wel het gewenste resultaat gevonden. Met andere woorden is het voor 22

23 toekomstig onderzoek verstandig om tijdens een intensere rivaliteit te kijken of er dan inderdaad sprake is van in- en uit-groepverschillen. De hypothese dat doen aan BIRG met een succesvol persoon die behoort tot de in-groep leidt tot een hogere beoordeling op populariteit wordt niet bevestigd. Als men hoger beoordeeld wil worden op populariteit is doen aan BIRG daar waarschijnlijk niet de goede methode voor. In dit onderzoek worden dus niet dezelfde resultaten gevonden als in het onderzoek van Dijkstra (2010). Door associaties met populaire anderen te benadrukken wordt de persoon zelf niet zomaar ook als populairder beoordeeld. Wellicht biedt dit onderzoek verduidelijking van de richting van het effect van de correlatie die Dijkstra (2010) vond in zijn correlationeel onderzoek. Het was namelijk niet duidelijk of mensen populairder werden beoordeeld omdat zij hun relatie met populaire anderen benadrukken of omdat zij zelf al een grote mate van populariteit genieten. Aan de hand van dit onderzoek kan niet bevestigd worden dat door zich te associëren met een populair iemand, die persoon zelf ook populairder wordt beoordeeld. Het lijkt er dus meer op dat in het onderzoek van Dijkstra de hogere beoordeling die mensen kregen in populariteit veroorzaakt werd doordat zij van zichzelf al populair waren. Mate van fan zijn. Uit de analyse blijkt dat de mate van fan zijn geen rol speelt. Het maakt niet uit in hoeverre het publiek aangaf fan te zijn van de succesvolle persoon waarmee aan BIRG gedaan werd in de beoordeling in vriendelijkheid of populariteit. Dit staat niet in lijn met wat Carter & Sanna (2006) zeiden in hun onderzoek, namelijk dat hoe sterker men fan was van het football-team hoe minder de beoordeling van de persoon was als deze een BIRG droeg van een rivaliserend team. Een mogelijke verklaring waarom in dit onderzoek niet hetzelfde effect gevonden wordt, is omdat er een inaccurate manier van toetsen is geweest. De vraag in hoeverre men fan was, is mogelijk onduidelijk geweest. Gaat het hier om Nederlands schaatsen in het 23

24 algemeen? Of de Nederlandse schaatsers gevolgd worden in alle mogelijke competities, of alleen het schaatsen in de Olympische Winterspelen? Als men tijdens de Olympische Spelen wel graag naar het schaatsen kijkt, betekent dat dan dat men mag zeggen een groot fan te zijn? Wanneer kan men zeggen een groot fan te zijn? Volgende keer is het waarschijnlijk beter de vraag op een duidelijkere manier te formuleren. Wellicht was de vraag in hoeverre houdt u alle Nederlandse uitslagen van het schaatsen tijdens de Olympische Spelen bij? eenduidiger geweest. Mensen weten van zichzelf waarschijnlijk beter hoeveel tijd ze besteden in het kijken van de Olympische Spelen. Hierdoor wordt de vraag praktischer en dus makkelijker in te vullen. Als de vraag zo was gesteld was er mogelijk wel een effect gevonden van de mate van fan zijn. Geslacht. De geslachten verschillen in hun beoordeling in vriendelijkheid, maar niet in de beoordeling in populariteit. Vrouwen gaven namelijk een hogere beoordeling dan mannen in vriendelijkheid. Ook deze variabele is als extra meegenomen, maar het resultaat is wel interessant. Blijkbaar beoordelen vrouwen de jongeman op de foto als vriendelijker dan mannen dat doen. Houding. De verwachting was dat wanneer men aan BIRG doet door de associatie te benadrukken die men heeft met iemand uit de uit-groep en daarnaast ook nog eens een trotse houding aanneemt, lager wordt beoordeeld in vriendelijkheid en populariteit dan iemand die een neutrale houding aanneemt en niet doet aan BIRG. Het huidige onderzoek kan hier geen bewijs voor vinden. Iemand die zich extra trots uit over de prestaties van iemand van de uit-groep wordt dus blijkbaar niet zomaar slecht beoordeeld. Ook dit kan weer verklaard worden doordat het verlies van Ireen Wüst voor het publiek niet negatief genoeg was om iemand die doet aan BIRG met Martina Sablikova ook daadwerkelijk lager te beoordelen. 24

25 CORF. Als laatste is in dit onderzoek gekeken wat er gebeurt wanneer de persoon waarmee aan BIRG gedaan wordt, schade heeft ondervonden in status. Ireen Wüst heeft namelijk in de wedstrijd met Martina Sablikova verloren en won zilver. Uit de analyse blijkt dat de persoon minder hoog in vriendelijkheid werd beoordeeld wanneer aan BIRG gedaan werd met Ireen Wüst die zilver heeft gewonnen dan wanneer gedaan werd aan BIRG met Ireen Wüst die goud had gewonnen. Dit zou mogelijk verklaard kunnen worden door het CORF-principe. Er werd geen verschil gevonden in de beoordeling in populariteit. Toch moet er voorzichtig omgesprongen worden met de conclusie dat wanneer de succesvolle persoon waarmee men aan BIRG doet schade heeft ondervonden dit meteen leidt tot een lagere beoordeling. Het verschil tussen de beoordeling in vriendelijkheid tussen de winnende Ireen Wüst en de verliezende is redelijk klein en voor populariteit werd helemaal geen verschil gevonden. Het lijkt er dus meer op dat één negatieve gebeurtenis niet genoeg is om het CORFprincipe te veroorzaken. Mensen vinden de persoon die doet aan BIRG met Ireen Wust die de dag ervoor verloren heeft nog steeds redelijk aardig en populair. Wellicht is het een betere conclusie om te zeggen dat het CORF-principe inderdaad bestaat maar dat de persoon waarmee men aan BIRG doet echt een flinke klap in status nodig heeft om het CORF-principe op te wekken. Een klein negatieve gebeurtenis is niet genoeg. Een treffend voorbeeld van een situatie die in volgend onderzoek gebruikt kan worden is een situatie zoals die met Lance Armstrong. Deze voorheen zeer populaire en befaamde wielrenner verloor veel populariteit toen bleek dat veel van zijn resultaten niet aan talent te danken waren, maar aan doping. Wellicht was inderdaad op het moment dat dit nieuws naar buiten kwam, iemand die deed aan BIRG met Lance Armstrong inderdaad negatief beoordeeld. 25

26 Dit onderzoek biedt uitbreiding op het onderzoek van Carter en Sanna (2006), omdat het laat zien dat BIRG niet alleen werkt wanneer de persoon die aan BIRG doet heeft gefaald en daarom een beschadigd publiek imago heeft. Het feit dat er nu wel een algemeen effect van BIRG wordt gevonden ligt mogelijk aan het feit dat de situatie die gebruikt is sterker is dan wat Carter en Sanna (2006) in hun onderzoek gebruikten. Ireen Wüst, en alle andere Nederlandse schaatsers, hebben immers een zeer succesvolle Olympische Winterspelen meegemaakt. Maar er is alleen bewijs gevonden voor de beoordeling in vriendelijkheid. De persoon die aan BIRG deed met een persoon die tot de in-groep behoorde werd als vriendelijker beoordeeld. Dit resultaat werd niet gevonden voor populariteit. Er is ook geen resultaat gevonden dat BIRG uit de uitgroep leidt tot een verminderde beoordeling in vriendelijkheid en populariteit. Dus ten tijde van nationale trots leidt dit niet zomaar tot kleinering van de uit-groep. Zelfs niet wanneer de BIRG er zich extra trots toont door een trotse houding aan te nemen. Dit komt niet overeen met de bevindingen van Carter en Sanna (2006). Zij stelden namelijk vast dat wanneer men aan BIRG doet met een persoon dat niet geliefd is bij het publiek, dit leidt tot een negatieve beoordeling. Doen aan BIRG is dus een tactische en zinvolle manier om het beeld dat men bij anderen heeft te beïnvloeden, des te meer wanneer iemand doet aan BIRG door zijn associatie te benadrukken met een persoon die geliefd is bij het publiek. Literatuur Carter, S. E., & Sanna, L. J. (2006). Are we as good as we think? Observers' perceptions of indirect self-presentation as a social influence tactic. Social Influence, 1(30), doi: /

27 Cialdini, R. B., Borden, R. J., Thorne, A., Walker, M. R., Freeman, S., Sloan, L. R. (1976). Basking in reflected glory: Three (football) field studies. Journal of Personality and Social Psychology, 34(3), Dijkstra, J.K., Cillessen, A. H. N., Lindenberg, S., & Veenstra, R. (2010). Basking in reflected glory and its limits: why adolescents hang out with popular peers. Journal of Research on Adolescence, 20(4), doi: /j x. Mummendey, A., Klink, A., & Brown, R. (2001). Nationalism and patriotism: National identification and out-group rejection. British Journal of Social Psychology, 40, Snyder, C. R., Lassegard, M. A., & Ford C. E. (1986). Distancing after group success and failure: Basking in reflected glory and cutting off reflected failure. Journal of Personality and Social Psychology, 51(2), Tracy, J. L., Robins, R. W. (2004). Show your pride: Evidence for a discrete emotion expression. Psychological Science, 15(3), doi: /j x Tracy, J. L., Shariff, A. F., Zhao, W., & Henrich, J. (2013). Cross-cultural evidence that the nonverbal expression of pride is an automatic status signal. Journal of Experimental Psychology: General, 142(1), doi: /a Tajfel, H. (1970). Experiments in Intergroup Discrimination. Scientific American, 223, Van Hilvoorde, I., Elling, A., Stokvis, R. (2010). How to influence national pride? The Olympic medal index as a unifying narrative. International Review for the Sociology of Sport, 45(1) doi: / Van Osch, Y. (2012). Show or hide your pride. Ede: Print Service Ede. 27

28 Appendix Figuur 1 Neutrale conditie: neutrale houding en trotse houding Figuur 2 In-groep: neutrale houding en trotse houding 28

29 Figuur 3 Uit-groep: neutrale houding en trotse houding 29

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

Affectieve en motivationele consequenties van intergroeps-vergelijkingen over tijd: De blik op het verleden of de toekomst.

Affectieve en motivationele consequenties van intergroeps-vergelijkingen over tijd: De blik op het verleden of de toekomst. Affectieve en motivationele consequenties van intergroeps-vergelijkingen over tijd: De blik op het verleden of de toekomst. Jaap W. Ouwerkerk * (Vrije Universiteit Amsterdam) Naomi Ellemers (Vrije Universiteit

Nadere informatie

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014 1 De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen Pascal van Vliet ANR: 888951 Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij Datum: 13 februari 2014 Docent: Dhr. R. M. A. Nelissen Universiteit van Tilburg

Nadere informatie

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Dit document beschrijft kort de bevindingen uit het onderzoek over biseksualiteit van het AmsterdamPinkPanel.

Nadere informatie

Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl)

Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl) Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl) Inleiding Je handtekening zetten speelt een belangrijke rol in je leven. Als consument

Nadere informatie

Fort van de Democratie

Fort van de Democratie Fort van de Democratie Stichting Vredeseducatie / peace education projects Het Fort van de Democratie WERKT! Samenvatting van een onderzoek door de Universiteit van Amsterdam naar de effecten van de interactieve

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Rapportage. Vertrouwelijk. De volgende tests zijn afgenomen: Motivatie en Leerstijlenvragenlijst (MLV-H) D Demo. Naam. 5 januari 2014

Rapportage. Vertrouwelijk. De volgende tests zijn afgenomen: Motivatie en Leerstijlenvragenlijst (MLV-H) D Demo. Naam. 5 januari 2014 Rapportage De volgende tests zijn afgenomen: Test Motivatie en Leerstijlenvragenlijst (MLV-H) Status Voltooid Vertrouwelijk Naam Datum onderzoek Emailadres D Demo 5 januari 2014 D@Demo.com Inleiding Motivatie

Nadere informatie

Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz

Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz Mensen die als afwijkend worden gezien zijn vaak het slachtoffer van vooroordelen, sociale uitsluiting, en discriminatie.

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Door: Joshi Verschuren, Universiteit Utrecht Vele basisscholen besteden tegenwoordig aandacht aan de mindset van

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT

EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES &

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Sport en Innovatie. Wetenschappers en innovatie

Sport en Innovatie. Wetenschappers en innovatie Wetenschappers en innovatie Sport en Innovatie Deelnemers rondetafelgesprek: Nico Delleman Hidde Haisma Marnix ten Kortenaar Koen Lemmink Hanno van der Loo Nando Timmer Huub Toussaint Bij innovatie speelt

Nadere informatie

dat individuen met een doelpromotie-oriëntatie positieve eigeneffectiviteitswaarnemingen

dat individuen met een doelpromotie-oriëntatie positieve eigeneffectiviteitswaarnemingen 133 SAMENVATTING Sociale vergelijking is een automatisch en dagelijks proces waarmee individuen informatie over zichzelf verkrijgen. Sinds Festinger (1954) zijn assumpties over sociale vergelijking bekendmaakte,

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in dutch)

Samenvatting. (Summary in dutch) Samenvatting (Summary in dutch) 74 Samenvatting Soms kom je van die stelletjes tegen die alleen nog maar oog hebben voor elkaar. Ze bestellen hetzelfde ijsje, maken elkaars zinnen af en spiegelen elkaar

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

Zichtbaar reinigen en beleving

Zichtbaar reinigen en beleving Zichtbaar reinigen en beleving Het verwijderen van zwerfaval door straatreinigers vindt op dit moment vaak plaats op momenten dat er weinig burgers op straat zijn (bijvoorbeeld in de vroege ochtend). Onderzoek

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

Hoe gelukkig ben je? Opdracht 1

Hoe gelukkig ben je? Opdracht 1 Hoe gelukkig ben je? Geluk is een veranderlijk iets. Het ene moment kun je jezelf diep gelukkig voelen, maar het andere moment lijkt het leven soms maar een zware last. Toch is voor geluk ook een soort

Nadere informatie

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM HET BELANG VAN ONZE HANDEN Het is wellicht iets waar niemand iedere dag bij stilstaat, maar onze handen zijn erg belangrijk. Zonder handen zouden we dagelijkse klusjes onmogelijk kunnen uitvoeren en zou

Nadere informatie

Oranje onderzoek. november Uitgevoerd door Bureau Consumenten Onderzoek in opdracht van De Telegraaf

Oranje onderzoek. november Uitgevoerd door Bureau Consumenten Onderzoek in opdracht van De Telegraaf Oranje onderzoek november 2009 Uitgevoerd door Bureau Consumenten Onderzoek in opdracht van De Telegraaf. Oranje Onderzoek 2 december 2009 INHOUD Inleiding Onderzoeksopzet Resultaten Oranjegevoel Sportjaar

Nadere informatie

Meter op het. Word. gedrag) Word

Meter op het. Word. gedrag) Word Ongewenst gedrag landelijk en in verschillende sectoren Cijfers Gewoon Goed Werk Meter maart 2015 In dit document volgt eenn kort overzicht van de scores s van de verschillende sectoren in de Gewoon Goed

Nadere informatie

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Respondent: Jill Voorbeeld Email: voorbeeld@testingtalents.nl Geslacht: vrouw Leeftijd: 39 Opleidingsniveau: wo Vergelijkingsgroep: Normgroep marketing

Nadere informatie

nederlandse samenvatting Dutch summary

nederlandse samenvatting Dutch summary Dutch summary 211 dutch summary De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve

Nadere informatie

Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten

Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten Bachelor Thesis P. J. C. van der Kruijs ANR: 661963 Supervisor: Dr. Y. M. J. van Osch Department of Social Psychology

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal Running head: momentaan affect en seksueel verlangen bij vrouwen 1 De Samenhang Tussen Momentaan Affect en Seksueel Verlangen van Vrouwen en de Modererende Rol van Seksuele Gedachten The Association Between

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen 1 Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen Peter van der Meer Samenvatting In dit onderzoek is geprobeerd antwoord te geven op de vraag in hoeverre het mogelijk is verschillen

Nadere informatie

Testrapport IpMEDT3 project

Testrapport IpMEDT3 project Testrapport IpMEDT3 project Versie: 1.0 Groepsbegeleider: Bob Zadok Blok Groepsleden: Luuk Gortzak (s106270) Jens Brokaar (s106659) Ellis Stroet (s106656)

Nadere informatie

Universiteit Maastricht en WUR Ca 50 Maastricht en Ca 30 Wageningen Ronde 2 Datum uitvoering Mei 2011. Joke Marinissen en Gwen Noteborn

Universiteit Maastricht en WUR Ca 50 Maastricht en Ca 30 Wageningen Ronde 2 Datum uitvoering Mei 2011. Joke Marinissen en Gwen Noteborn Pilot 1: UM/WUR Pilot Naam UM-Wageningen Instelling Universiteit Maastricht en WUR Studenten Aantal Ca 50 Maastricht en Ca 30 Wageningen Ronde 2 Datum uitvoering Mei 2011 Variant Live interactie Contactpersoon

Nadere informatie

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs The Relationship between Existential Fulfilment, Emotional Stability and Burnout

Nadere informatie

VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST

VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST VOORBEELDRAPPORT MARKETING EN SALES POTENTIEEL TEST Respondent: J. de Vries ( voorbeeld) E- mailadres: jdevries@example.com Geslacht: Man Leef tijd: 32 Opleiding sniveau: HBO Verg elijking sg roep: Normg

Nadere informatie

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed van Sociale Categorisering, Persoons-identificatie, Positie-identificatie en Retributie Belief in a Just World and Rejection

Nadere informatie

Chapter 9. Nederlandse samenvatting (Dutch summary)

Chapter 9. Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Chapter 9 Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Samenvatting Samenvatting Depressie en angst klachten bij Nederlandse patiënten met een chronische nierziekte Het onderwerp van dit proefschrift is depressieve

Nadere informatie

Stand van zaken jongeren en de e-sigaret en andere alternatieve rookwaren

Stand van zaken jongeren en de e-sigaret en andere alternatieve rookwaren Stand van zaken jongeren en de e-sigaret en andere alternatieve rookwaren Onderzoek in opdracht van VWS December 2017 244108113 Inhoud 1 Inleiding 01 2 Belangrijkste resultaten en samenvatting 07 3 In

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

Cover Page. Author: Meijer, Eline Title: This is [not] who I am : understanding identity in continued smoking and smoking cessation Date:

Cover Page. Author: Meijer, Eline Title: This is [not] who I am : understanding identity in continued smoking and smoking cessation Date: Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/57383 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Meijer, Eline Title: This is [not] who I am : understanding identity in continued

Nadere informatie

Energie Drink sensagram

Energie Drink sensagram Energie Drink sensagram Setting Bij deze test hebben we verschillende merken energie drink tegenover elkaar gezet en bekeken wat we het beste merk vonden. Deze test heb ik samen met mijn vriendin uitgevoerd.

Nadere informatie

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Netwerkthermometer DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Wat is De Netwerkthermometer De Netwerkthermometer is een test. Een test om een gedegen beeld te krijgen van hoe je zelf aan kijkt tegen je

Nadere informatie

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots?

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Behavioural Science Institute Afdeling Sociale en Cultuurpsychologie Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Terugkoppeling onderzoeksresultaten mei-juni 2016 Sari Nijssen, promovenda

Nadere informatie

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

Bowling alone without public trust

Bowling alone without public trust Bowling alone without public trust Een bestuurskundig onderzoek naar de relatie tussen een ervaren sociaal isolement van Amsterdamse burgers en de mate van publiek vertrouwen dat deze burgers hebben in

Nadere informatie

Klantpensioenmonitor Pensioenfonds UMG

Klantpensioenmonitor Pensioenfonds UMG St. Anthoniusplaats 9 6511 TR Nijmegen 024 663 9343 info@movate.nl Klantpensioenmonitor Pensioenfonds UMG 05-06-2015 1 Inhoudsopgave Management summary 3 Introductie 5 Deelnemerinformatie 6 Pensioenbewustzijn

Nadere informatie

Predictieve validiteit van Cebirtests. Studie 1: criteriumvaliditeit in de bewakingsector

Predictieve validiteit van Cebirtests. Studie 1: criteriumvaliditeit in de bewakingsector Predictieve validiteit van Cebirtests Inleiding Het bepalen van de predictieve validiteit van een test is in het selectiegebeuren van uitzonderlijk belang. Spijtig genoeg zijn de gelegenheden daartoe uitermate

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting List of publications Curriculum Vitae Dankwoord. Chapter 7

Nederlandse samenvatting List of publications Curriculum Vitae Dankwoord. Chapter 7 Nederlandse samenvatting List of publications Curriculum Vitae Dankwoord Cognitieve dysfunctie bij glioompatiënten Onderliggende mechanismen en consequenties Jaarlijks wordt bij 800 mensen in Nederland

Nadere informatie

Universiteit Utrecht. Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS. Mindfulness als aanpak om negatief affect te verminderen

Universiteit Utrecht. Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS. Mindfulness als aanpak om negatief affect te verminderen Running head: MINDFULNESS ALS AANPAK OM NEGATIEF AFFECT TE VERMINDEREN Universiteit Utrecht Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS Mindfulness als aanpak om negatief affect te verminderen Wordt

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit

Nadere informatie

Werkgroep kleuterparticipatie. - Sint-Niklaas 7 mei 2013

Werkgroep kleuterparticipatie. - Sint-Niklaas 7 mei 2013 Werkgroep kleuterparticipatie - Sint-Niklaas 7 mei 2013 Inhoud 1. Inleidend 2. Aantal indicatorleerlingen 3.. als uitgesproken buurtschool 4. Resultaten van het onderzoek Wie is er bang van de zwarte school?

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over, 3F Wat is vriendschap? 1 Iedereen heeft vrienden, iedereen vindt het hebben van vrienden van groot belang. Maar als we proberen uit te leggen wat vriendschap precies is staan we al snel met de mond vol

Nadere informatie

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl.

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. In het kader van het project Innovatieve Dienstverlening doet kenniscentrum ICOON onderzoek naar de omstandigheden

Nadere informatie

Over de psychologie van hebzucht

Over de psychologie van hebzucht Over de psychologie van hebzucht Hebzucht is overal. De kranten schrijven over hebzuchtige bankiers die de financiële crisis zouden hebben veroorzaakt. Winkels stunten met prijzen om mensen zoveel mogelijk

Nadere informatie

Effectief vloggen Toepassen van persuasive design als je een vlogger bent.

Effectief vloggen Toepassen van persuasive design als je een vlogger bent. Effectief vloggen Toepassen van persuasive design als je een vlogger bent. Laura Schutte MS303B Vloggen lijkt erg makkelijk. Je filmt je dagelijkse leven en je deelt dit op internet, met name op YouTube.

Nadere informatie

KLANTTEST. Een test bij onze doelgroep op de middelbare school Huygens College in Heerhugowaard.

KLANTTEST. Een test bij onze doelgroep op de middelbare school Huygens College in Heerhugowaard. KLANTTEST Een test bij onze doelgroep op de middelbare school Huygens College in Heerhugowaard. Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Onderzoeksvraag 3. Vraagstuk 4. Doelstelling 5. Hypothese 6. Functieomschrijving

Nadere informatie

Uitkomsten en achtergrondinformatie onderzoek De relatie tussen arts en patiënt

Uitkomsten en achtergrondinformatie onderzoek De relatie tussen arts en patiënt Uitkomsten en achtergrondinformatie onderzoek De relatie tussen arts en patiënt Onderzoekers: Marij Hillen, Danielle Vermeulen, Hanneke de Haes en Ellen Smets Redactie: Marij Hillen en Sanne Schepers Afdeling

Nadere informatie

Onderzoek postpartum depressie HvdM mei 2018

Onderzoek postpartum depressie HvdM mei 2018 Onderzoek postpartum depressie HvdM mei 2018 Contact: Maaike Jongsma T: 050-3171777 E: maaikejongsma@kienonderzoek.nl Groningen / Haarlem W: www.kienonderzoek.nl twitter.com/panelwizardnl facebook.com/panelwizardnl

Nadere informatie

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN Een kwantitatief onderzoek onder jongeren in opdracht van het Interprovinciaal Overleg JEROEN HERMANS KJELL MASSEN AMSTERDAM, JULI 2017

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) Impulsieve keuzes voor aantrekkelijke opties zijn doorgaans geen verstandige keuzes op de lange termijn (Hofmann, Friese, & Wiers, 2008; Metcalfe & Mischel, 1999). Wanneer mensen zich

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,

Nadere informatie

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit

Nadere informatie

Samenvatting afstudeeronderzoek

Samenvatting afstudeeronderzoek Samenvatting afstudeeronderzoek Succesfactoren volgens bedrijfsleven in publiek private samenwerkingen mbo IRENE VAN RIJSEWIJK- MSC STUDENT BEDRIJFSWETENSCHAPPEN (WAGENINGEN UNIVERSITY) IN SAMENWERKING

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen Over het onderzoek Brederode Wonen heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Er staat veel op het spel bij selectie voor de geneeskundeopleiding. Slechts 6-30% van de kandidaten kan toegelaten worden tot de opleiding en selecti

Er staat veel op het spel bij selectie voor de geneeskundeopleiding. Slechts 6-30% van de kandidaten kan toegelaten worden tot de opleiding en selecti Samenvatting Er staat veel op het spel bij selectie voor de geneeskundeopleiding. Slechts 6-30% van de kandidaten kan toegelaten worden tot de opleiding en selectieprocedures zijn over het algemeen prijzig.

Nadere informatie

Online leren dat is wat we willen! Online trainingen overtuigend op nummer 1-positie in Nederland GoodHabitz

Online leren dat is wat we willen! Online trainingen overtuigend op nummer 1-positie in Nederland GoodHabitz Online leren dat is wat we willen! Online trainingen overtuigend op nummer 1-positie in Nederland. 2016 GoodHabitz Over het onderzoek Populatie: 960 respondenten in de leeftijd van 25 t/m 55 jaar met een

Nadere informatie

University of Groningen. Inferior or superior Carmona Rodriguez, Carmen

University of Groningen. Inferior or superior Carmona Rodriguez, Carmen University of Groningen Inferior or superior Carmona Rodriguez, Carmen IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the

Nadere informatie

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG Effectiviteit Geef me de 5-methodiek in zorginstelling JP van den Bent In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit

Nadere informatie

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?!

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Integrale aanpak vroegsignalering alcoholgebruik bij ouderen in de eerstelijn Drs. Myrna Keurhorst Dr. Miranda Laurant Dr. Rob Bovens

Nadere informatie

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, oktober 2012 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen en Verslaving

Nadere informatie

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek.

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek. Bijeenkomst 3 1 Programma Mini-presentaties Vragenlijst maken Kwaliteit van de vragenlijst: betrouwbaarheid en validiteit Vooruitblik: analyse van je resultaten Aan de slag: - Construct-> dimensies ->

Nadere informatie

Effect van Planetree op kwaliteit en tevredenheid, wetenschappelijk aangetoond?

Effect van Planetree op kwaliteit en tevredenheid, wetenschappelijk aangetoond? Effect van Planetree op kwaliteit en tevredenheid, wetenschappelijk aangetoond? Donderdag 13 maart 2014 Martijn Kilsdonk MScHA Manager behandeling & begeleiding en Planetree coördinator Disclosure belangen

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

Summary in Dutch. Samenvatting

Summary in Dutch. Samenvatting Samenvatting In de theorie van het menselijk kapitaal zijn kennis en gezondheid uitkomsten van bewuste investeringsbeslissingen. Veel van de keuzes hieromtrent lijken in de praktijk echter niet weldoordacht.

Nadere informatie

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Stichting toetsing verzekeraars Datum: 8 februari 2016 Projectnummer: 2015522 Auteur: Marit Koelman Inhoud 1 Achtergrond onderzoek 3 2

Nadere informatie

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren

Nadere informatie

Extra Opgaven. 3. Van 10 personen meten we 100 keer de hartslag na het sporten. De gemiddelde hartslag van

Extra Opgaven. 3. Van 10 personen meten we 100 keer de hartslag na het sporten. De gemiddelde hartslag van Extra Opgaven 1. Een persoon doet een HIV-test. Helaas is de uitslag positief. De test is echter niet perfect. De persoon vraagt zich af wat de kans is dat hij nu ook echt HIV heeft. Gegeven is: de kans

Nadere informatie

De Sleutel tot het benutten van potentie

De Sleutel tot het benutten van potentie De Sleutel tot het benutten van potentie Wat is potentie eigenlijk? Een snelle blik in een woordenboek levert de volgende resultaten op: het kunnen; dat waartoe iemand of iets toe in staat is; vermogen.

Nadere informatie

Jaar 3: Deelrapportage 4. Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010

Jaar 3: Deelrapportage 4. Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010 Programmalijn: Expeditie Durven, Delen, Doen: Onderwijs is populair, personeel is trots Jaar 3: Deelrapportage 4 Onderwijsontwikkeling Montaigne Lyceum Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Hoewel kinderen die leren praten geen moeite lijken te doen om de regels van hun moedertaal

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie