WINDPARK WIERINGERMEER TURBINE NB-01

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "WINDPARK WIERINGERMEER TURBINE NB-01"

Transcriptie

1 FUGRO GEOSERVICES B.V. Waterbouw RAPPORT betreffende WINDPARK WIERINGERMEER TURBINE NB-01 Opdrachtnummer: Opdrachtgever : Windunie Postbus HB Utrecht Projectleider Opgesteld door : ir. W.R. Halter Senior Adviseur Waterbouw : ir. F.P. Roelse Adviseur Waterbouw ir. A.J. Snethlage Senior Adviseur Geotechniek VERSIE DATUM OMSCHRIJVING WIJZIGING PARAAF PROJECTLEIDER 1 9 december 2014 Eerste versie 2 19 december 2014 Definitief FILE: _34 R01v02.docx Kantoor: Archimedesbaan 13, 3439 ME Nieuwegein, Tel.: , Onderdeel van de Fugro Groep met vestigingen over de hele wereld.

2 FUGRO GEOSERVICES B.V. Waterbouw RAPPORT betreffende WINDPARK WIERINGERMEER TURBINE NB-01 Opdrachtnummer: Opdrachtgever : Windunie Postbus HB Utrecht Projectleider Opgesteld door : ir. W.R. Halter Senior Adviseur Waterbouw : ir. F.P. Roelse Adviseur Waterbouw ir. A.J. Snethlage Senior Adviseur Geotechniek VERSIE DATUM OMSCHRIJVING WIJZIGING PARAAF PROJECTLEIDER 1 9 december 2014 Eerste versie 2 19 december 2014 Definitief FILE: _34 R01v02.docx Kantoor: Archimedesbaan 13, 3439 ME Nieuwegein, Tel.: , Onderdeel van de Fugro Groep met vestigingen over de hele wereld.

3 INHOUDSOPGAVE Blz. 1. INLEIDING Projectbeschrijving Doelstelling Beschikbare informatie Opbouw rapport 2 2. UITGANGSPUNTEN Geometrie waterkering Bodemopbouw Grondparameters Geohydrologische uitgangspunten Fundering van de windturbine Overige uitgangspunten 5 3. INBRENGMETHODE EN TRILLINGSRISICOANALYSE Karakteristieken werkzaamheden Modellering werkzaamheden Trillingsoverdracht Grenswaarden Invloedsgebied Aangaan risico s Conclusies en advies trillingsrisicoanalyse ANALYSE VAN EFFECTEN VAN WINDTURBINE OP DIJKVEILIGHEID Algemene risicobeschouwing Risicoanalyse van het opbarsten van de deklaag Risicoanalyse afname binnenwaartse macrostabiliteit Risicoanalyse piping CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Conclusies Aanbevelingen 16 BIJLAGEN Nr. - Sonderingen 1 - Proevenverzameling 2 - Toelichting trillingsanalyse 3 - DGeoStability analyse 4

4 1. INLEIDING Op 26 november 2014 ontving Fugro GeoServices B.V. te Nieuwegein van Windunie te Utrecht, de opdracht voor het opstellen van een advies omtrent Windpark Wieringermeer (turbine NB-01) Projectbeschrijving Windpark Wieringermeer is een windturbinepark dat in de Wieringermeerpolder, in de kop van Noord-Holland, gebouwd zal worden. Het zal bestaan uit circa 100 windturbines. De initiatiefnemers van het Windpark Wieringermeer zijn Windcollectief Wieringermeer, Nuon en ECN. Gezamenlijk zijn zij verenigd in een projectorganisatie genaamd Windkracht. Windunie treedt op als de adviseur van Windcollectief Wieringermeer. Windturbine NB-01 bevindt zich in de buurt van Slootdorp bij de kruising van de Amstelmeerweg en de Molenweg. In het kader van het opstellen van de Rijkscoördinatieregeling voor Windpark Wieringermeer is een ontwerp-inpassingsplan en een ontwerpbeschikking omgevingsvergunning bouw en milieu opgesteld voor onder andere deze windturbine. Deze turbine ligt echter gedeeltelijk met haar fundament in de zone waterstaatswerk van de primaire waterkering, de Amstelmeerdijk, die in beheer is bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Vanwege de ligging in deze zone is een watervergunning benodigd. In het kader van de omgevingsvergunning bouw is vastgesteld dat een advies nodig is van het Hoogheemraadschap over de waterveiligheid. Om het hoogheemraadschap te voorzien van voldoende informatie om een positief advies uit te brengen over deze turbine is een onderzoek nodig naar de gevolgen voor de dijkstabiliteit tijdens de bouw- en gebruiksfase. De turbine wordt gebouwd nabij de Amstelmeerdijk tussen Haukesluis en Hulkesluis tussen dijkpaalnummers 14 en 15. Een overzichtstekening van het projectgebied is weergegeven in figuur 1-1. Figuur 1-1: Locatie turbine NB-01 (Bron: Google Earth) _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 1

5 1.2. Doelstelling Het doel van dit rapport is het aangeven van de risico s van het bouwen en gebruiken van de windturbine voor de veiligheid van de waterkering en het indien nodig vermelden hoe de risico s kunnen worden beperkt. Daarbij is alleen gekeken naar geotechnische risico s door de aanleg en aanwezigheid van de fundering en kabels van de windturbines in de ondergrond. De constructieve risico s die betrekking hebben op de boven de grond aanwezige windturbinedelen (mast, gondelhuis en rotorbladen) zijn niet beschouwd Beschikbare informatie De Amstelmeerdijk is in de periode van 2003 en 2006 door Fugro onderzocht. Bij dit onderzoek zijn sonderingen uitgevoerd in de kruin en de binnenteen van de dijk. Voor deze analyse zijn de sondeerstaten van de binnenteen bij dijkpaal 14 en in de kruin van dijkpaal 15 gebruikt. Daarnaast is door Fugro een maatgevend dijkprofiel (DWP 11) opgesteld voor de dijksectie waarbij de windturbine wordt gebouwd, dit profiel is gebruikt in de analyse. Door de opdrachtgever is de volgende informatie ter beschikking gesteld: Tekeningen: [t1]: Windpark Wieringermeer WCW Hoogtes Fundaties en Turbines (doc. nr: ). [t2]: Windpark Wieringermeer Indicatieve fundatie windturbine (doc. nr: ). [t3]: Windpark Wieringermeer Omgevingsvergunning Bouw & Milieu (doc. nr: ). Informatie gebruikt uit het Fugro archief: [r1]: Toetsing Amstelmeerdijk tussen Ulkesluis en de Haukes (U r04), 4 februari 2004, Fugro. Informatie van de HHNK-website: [r2]: Legger van de primaire waterkeringen 96-99, 3 en 5-9A, 1 november Opbouw rapport Allereerst worden de uitgangspunten beschreven die zijn gebruikt tijdens de analyses. Vervolgens zijn de te verwachten trillingen die worden veroorzaakt tijdens de bouw van de windturbine berekend. Aan de hand van de berekende trillingen kunnen de risico s op de waterkering worden beschouwd. Hierbij worden drie verschillende faalmechanismen beschouwd: opbarsten, macrostabiliteit van het binnentalud en piping, daarnaast wordt het risico van kabels en leidingen beschouwd. Aan het eind van het rapport worden de conclusies gepresenteerd en worden enkele aanbevelingen gedaan _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 2

6 2. UITGANGSPUNTEN Voor het opstellen van dit advies zijn de verschillende uitgangspunten en aannamen van belang. Deze worden in dit hoofdstuk beschreven en toegelicht. Indien er beperkte informatie beschikbaar is om een uitgangspunt vast te stellen is een veilige aanname gedaan Geometrie waterkering De geometrie van de beschouwde waterkering is gebaseerd op het maatgevende profiel, zoals is opgesteld voor dit dijktraject [r1]. De kruin van de dijk ligt op NAP +5,22 m. Dit is ongeveer hetzelfde niveau als later (in 2008) in het leggerlengteprofiel is vermeld [r2]. Op basis van AHN-informatie is herleid dat het maaiveld op de locatie van de windturbine op dezelfde hoogte ligt als bij de binnenteen van de dijk (NAP -3,0 m). Er zijn geen aanwijzingen dat de geometrie van de dijk de afgelopen jaren significant is gewijzigd Bodemopbouw Op basis van de sonderingen (bijlage 1) en het toetsrapport [r1] kan de bodemopbouw ter plaatste van de kruin globaal worden geschematiseerd zoals in tabel 2-1 is weergegeven. De globale bodemopbouw onder de binnenteen is met uitzondering van de toplaag hetzelfde als onder de kruin. De toplaag onder de binnenteen bestaat uit circa 1 meter kleiig zand. Aangenomen wordt dat in het achterland dezelfde globale bodemopbouw aanwezig is. In bijlage 3 is een afbeelding te vinden van de DGeoStability analyse waarin de geschematiseerde bodemopbouw en de geometrie is te vinden. Tabel 2-1: Globale bodemgesteldheid kruin Diepte in m t.o.v. NAP 5,0-3,5 KLEI, antropogeen 3,5 - -6,0 ZAND -6,0 - -7,0 KLEI, zandig -7,0 - -8,0 Basis VEEN -8, ,0 ZAND, Pleistoceen Bodembeschrijving 2.3. Grondparameters Op basis van de proevenverzameling van de triaxiaalproeven die zijn uitgevoerd voor de toetsing van de Amstelmeerdijk zijn sterkteparameters voor de verschillende grondlagen afgeleid. De gebruikte proevenverzameling is opgenomen in bijlage Geohydrologische uitgangspunten De Amstelmeerdijk is een primaire waterkering (categorie c). Uit de Hydraulische Randvoorwaarden volgt dat het maatgevend hoogwater (MHW) voor deze dijk op NAP +0,30 m ligt. Het gaat daarbij echter om een MHW tegen de polderzijde van de dijk. Dit MHW kan zich voordoen wanneer de dijken van de Wieringermeerpolder aan de IJsselmeerkant doorbreken. In dit geval beschouwen we de binnenwaartse stabiliteit, waardoor er gerekend moet worden met een MHW op het Amstelmeer. In [r1] is een MHW van NAP +2,70 m aangehouden op het Amstelmeer, dit MHW kan optreden bij het doorbreken van de Amsteldiepdijk. Deze waterstand is ook in deze analyse naar de invloed van de windturbine gebruikt. Het normale _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 3

7 peil op het Amstelmeer is NAP -0,40 m (zomer) en NAP -0,70 m (winter). Conform het toetsrapport [r1] ligt het polderpeil achter de Amstelmeerdijk op NAP -4,60 m. Uit peilbuismetingen, uitgevoerd door Fugro, blijkt dat de stijghoogte in de pleistocene zandlaag in de polder varieert tussen NAP -1,7 m en NAP -3,1 m. Bij maatgevend hoogwater wordt uitgegaan van een stijghoogte tot NAP +0,18 m [r1], dit is gebaseerd op een 80% respons in de Pleistocene zandlaag. Aangenomen wordt dat ter plaatse van de kruin de grondwaterlijn 1,0 m boven het MHW-peil kan liggen door neerslag. Ter plaatse van de binnenteen en het achterland is aangenomen dat de grondwaterlijn op 0,5 m onder het maaiveld ligt Fundering van de windturbine Aan de hand van [t3] is de afstand van turbine NB-01 tot de dijk geschat. De turbine wordt geplaatst op een afstand van ongeveer 75 m van de sloot bij de binnenteen van de dijk. De kruin van de dijk ligt op nog grotere afstand van de turbine, omdat tussen de sloot en de kruin een brede berm met een weg aanwezig is. De afstand van de kruin van de dijk tot de turbine bedraagt ongeveer 130 m. Omdat nog onbekend is welk type windturbine met welk type fundering gebouwd gaat worden, is voor deze analyse uitgegaan van de grootst mogelijke windturbine en de grootste fundering volgens [t1] en [t2]. Voor de fundering is type V (Figuur 2-1) aangenomen omdat deze het diepste ligt (maximaal -3,21 m onder maaiveld). De fundering heeft een maximale diameter van 22 m. Aangenomen wordt dat er sprake is van heien van prefab betonpalen en dat het aanbrengen van zware damwanden niet nodig is. Figuur 2-1: Dwarsdoorsnede fundering van windmolen V [t1]. Als veilige aanname wordt in dit geval uitgegaan van het heien van prefab betonpalen / 350 mm tot / 450 mm. Door de opdrachtgever is geen opgave gedaan van het te hanteren heiblok. Derhalve is op basis van de empirische heiformule van Sprenger Potma een schatting gemaakt van het energieniveau van het heiblok. De verwachting is dat korte palen met een hydraulische heiblok met een heienergie van circa 40 knm en lange palen met een heienergie van circa 125 knm op diepte gebracht kunnen worden. Verwacht wordt dat het stootrendement van het hydraulische heiblok circa 90% bedraagt _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 4

8 2.6. Overige uitgangspunten Voor de binnenwaartse stabiliteit is een stabiliteitsfactor van 1,0 vereist. Omdat uit het toetsrapport blijkt dat de binnenwaartse stabiliteit bij MHW maatgevend is, wordt in deze analyse ook alleen de binnenwaartse stabiliteit gedurende MHW beschouwd. Bij maatgevend hoogwater wordt een ongedraineerde verkeersbelasting van 13,3kN/m 2 over een breedte van 2,5m op de kruin van de dijk aangenomen. Er wordt met een verkeersbelasting op de dijk gerekend omdat in het geval van een calamiteit (MHW) mogelijk zwaar materieel (vrachtwagens met zandzakken) op de dijk worden ingezet _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 5

9 3. INBRENGMETHODE EN TRILLINGSRISICOANALYSE In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de invloed die de bouwwerkzaamheden van turbine NB-01 hebben op de omgeving. Door verhoogde wateroverspanningen (veroorzaakt door de werkzaamheden) kan de stabiliteit van de naastgelegen waterkering in het geding komen. In de ondergrond zijn eveneens zandlagen aanwezig die een losse pakking hebben. Deze lagen hebben tijdens de werkzaamheden verhoogde kans op mogelijke verdichting Karakteristieken werkzaamheden Heiwerkzaamheden Als worst case scenario wordt uitgegaan van het heien van prefab betonpalen / 350 mm tot / 450 mm. Uit het beschikbare grondonderzoek is op te maken dat op rond NAP -9 m een vast gepakte zandlaag van circa 4 m dik aanwezig is. Of deze zandlaag voldoende draagkracht geeft is vooralsnog onbekend. Derhalve is zowel een situatie beschouwd met korte palen (circa 12 m) als een situatie met lange palen (circa 25 m). Opgemerkt wordt dat de sondeerlengte voor de lange palen niet diep genoeg is uitgevoerd. De verwachting is dat de korte palen met een hydraulische heiblok met een heienergie van circa 40 knm en de lange palen met een heienergie van circa 125 knm op diepte gebracht kunnen worden. Verwacht wordt dat het stootrendement van het hydraulische heiblok circa 90% bedraagt. Relevantie van de blokkeuze Het beschouwde blok kan goed geregeld worden, zodat niet met een te hoog of te laag energieniveau op de palen geslagen hoeft te worden. De acceptatie van het gekozen blok dient door de aannemer in overleg met constructeur te worden verzorgd. Bij de keuze van het blok is het van belang dat er gelet wordt op zowel de beschikbare bruto als netto energie. Rekening dient te worden gehouden met het feit dat sommige hydraulische heiblokken bij de neerwaartse klap hydraulisch versneld worden. Bij dit soort blokken is er vaak een kleiner verschil tussen het bruto en netto energieniveau Modellering werkzaamheden In de bijlage 3 wordt nader ingegaan op de theoretische achtergrond omtrent trillingen. De modellering en het opstellen van de trillingsrisicoanalyse vindt plaats op basis van CUR - publicatie 166 Damwandconstructies. In genoemde CUR - publicatie wordt onderscheid gemaakt in verschillende bodemkarakteristieken, verschillende palen en damwandplanken alsmede in verschillende wijzen van inbrengen. In CUR 166 wordt voor de bronintensiteit van de trillingsintensiteit een standaard bodemprofiel gehanteerd. Door de bronwaarden van het standaard profiel te correleren naar de grondcondities van de projectlocatie is met lokale omstandigheden rekening gehouden. Voor de modellering van de projectlocatie zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Gemiddelde bronsnelheid u 5m, heien, korte palen: 0,028 mm/s _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 6

10 Gemiddelde bronsnelheid u 5m, heien, lange palen: 0,040 mm/s Variatie coëfficiënt, heien: 0,6 In tegenstelling tot de in CUR 166 (6 e druk) gehanteerde vereenvoudigde lognormale verdeling voor de bronwaarde wordt in de analyse uitgegaan van een lognormale verdeling met aangepaste veiligheidsbenadering [artikel geotechniek oktober 2014]. Demping Tijdens de installatie van de palen wordt de omringende grond in beweging gebracht. Hierdoor ontstaan trillingen. Deze trillingen planten zich als golven door de ondergrond voort. Te onderscheiden zijn compressie-, afschuif- en Rayleigh-golven. Op korte afstand van de trillingsbron zijn qua trillingsniveau zowel de afschuif- als Rayleighgolven van belang, op grotere afstand alleen de Rayleighgolven. De voortplantingssnelheid van de trillingsgolven in de aanwezige zandlagen bedraagt globaal 125 à 200 m/s. De demping is in sterke mate afhankelijk van de mate waarin het grondmateriaal vervormd wordt onder invloed van de homogeniteit en de gelaagdheid van het bodemprofiel. Tijdens het heien van de palen wordt bij een dempingsmaat van ζ = 1 tot 2% uitgegaan van een dempingsconstante van circa α = 0,01 m Trillingsoverdracht In tabel 3-1 en figuur 3-1 is een overzicht van de waarden van de trillingssnelheid en versnelling in de ondergrond als functie van de afstand gepresenteerd. Zowel een verwachtingswaarde (50%-lijn) als een bovenwaarde (99%-lijn) van de berekende trillingsintensiteit weergegeven. De versnellingen zijn bepaald bij een dominante frequentie voor het heien van prefab betonpalen van 15 Hz. Tabel 3-1: Trillingssnelheid / versnelling als functie van afstand tot trillingsbron, heien afstand tot werkzaamheden E = 40 knm E = 125 knm / 350 mm / 450 mm Snelheid Versnelling Snelheid Versnelling [mm/s] [m/s 2 ] [mm/s] [m/s 2 ] [m] 50% 99% 50% 99% 50% 99% 50% 99% 5 5,3 13,1 0,50 1, ,8 6,8 0,26 0, ,9 4,8 0,18 0, ,5 3,7 0,14 0, ,2 2,9 0,11 0, ,0 2,4 0,09 0, ,8 2,0 0,08 0, ,7 1,7 0,06 0, ,6 1,4 0,05 0, ,5 1,2 0,05 0, ,4 1,1 0,04 0, Afstand = afstand tussen trillingsbron en object De 50% waarden betreft de waarde voor de maximaal optredende trillingsintensiteit met een kans van ca. 50% op overschrijding De 99% waarden betreft de waarde voor de maximaal optredende trillingsintensiteit met een kans van ca. 1% op overschrijding _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 7

11 Project nr NB 1, Amstelmeerdijk te Wieringermeer 1,4 E = 40 knm 50%-waarde E = 40 knm 99%-waarde Trillingsversnelling in de ondergrond [m/s2] 1,2 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 E = 125 knm 50%-waarde E = 125 knm 99%-waarde grenswaarde DKM 14 grenswaarde DKM Pkr 15 0, Trillingen Versie: Afstand [m] Figuur 3-1: Afstandsafhankelijke versnellingen in de ondergrond als gevolg van heien 3.4. Grenswaarden Aan de hand van aan te houden grenswaarden is de grootte van het invloedsgebied te bepalen. Van toepassing is een grenswaarde voor: 1. de waterkering; 2. verdichting van los gepakt zand. Ad 1: De grenswaarde voor de waterkering wordt bepaald aan de hand van stabilteitsberekeningen en is afhankelijk van optredende waterspanningen, sterkte grondeigenschappen en de geometrie van de waterkering. Doorgaans houden waterschappen een basiswaarde van 0,5 m/s 2 hiervoor aan. Ad 2: De grenswaarde voor verdichting wordt afgeleid aan de hand van de methodiek volgens Hergarden, zoals deze is opgenomen in het handboek Damwandconstructies. Uit de initiële dichtheid kan met behulp van het verdichtingsmodel 1 van Hergarden de grenswaarde voor het versnellingsniveau worden bepaald aan de hand van uitgevoerd grondonderzoek (sonderingen). Het versnellingsniveau is genormeerd naar de zwaartekracht versnelling. Voor de beschikbare sonderingen DKM 14 en DKMP 15 KR (Fugro nr. U ) is een grenswaarde van 1,0 en 1,1 m/s 2 afgeleid. 1 Hergarden, R.H., Tol, A.F. van, Zakkingen tijdens het trillend trekken van damwanden, artikel in Geotechniek nr. 3, juli _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 8

12 3.5. Invloedsgebied Binnen het invloedsgebied wordt verwacht dat de kans op overschrijden van de grenswaarde van verdichting groter is dan 1%. De grootte van het invloedsgebied is afhankelijk van de aan te houden grenswaarde voor trillingen. In tabel 3-2 is de grootte van het invloedsgebied weergegeven. Tabel 3-2: Invloedsgebieden Energie grenswaarde 0,5 m/s 2 1,0 m/s 2 1,1 m/s 2 Heien prefab betonpalen 40 knm 22,5 m 10 m 5,5 m 125 knm 60 m 30 m 27,5 m Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat bij de toetsing en beschouwingen van het invloedsgebied tijdens het heien bij paalgroepen is uitgegaan van een standaard grondverdichting van circa 4 tot 5%. Indien sprake is van hogere waarden van de grondverdichting, dient rekening gehouden te worden met het toepassen van een zwaarder heiblok en daarmee een groter invloedsgebied Aangaan risico s Het resultaat van de trillingsrisicoanalyse geeft inzicht in de mate van risico waarin de toetsingscriteria worden overschreden. Hoe met dit risico om moet worden gegaan is ter keuze aan de opdrachtgever en is afhankelijk van economische factoren. Hierbij kan de volgende afweging worden gemaakt. Uitgaande van de geprognosticeerde overschrijdingskansen, wordt het verdere verloop van de werkzaamheden het volgende geadviseerd: Overschrijdingskans kleiner dan 1% In de huidige praktijk wordt het risico van overschrijding aanvaardbaar klein geacht. De risico s voor de omgeving zijn nihil en kans op stagnatie van voortgang van het werk zijn beperkt; Overschrijdingskans 1% tot 5% In de huidige praktijk wordt het risico van overschrijding vaak geaccepteerd, waarbij trillingsreducerende maatregelen overwogen worden en ingezet worden indien dit nodig blijkt; Overschrijdingskans 5% tot 25% In de huidige praktijk wordt het risico van overschrijding vaak geaccepteerd, waarbij trillingsreducerende maatregelen worden ingezet. Daarnaast dient rekening gehouden te worden met het eventueel toepassen van een trillingsvrij of arm inbrengsysteem (indien grenswaarden (dreigen te) worden overschreden). De omvang van het invloedsgebied en daarmee de grootte van de overschrijdingskans is te reduceren door het uitvoeren van hei/trilproeven. Met deze proeven wordt inzicht verkregen in de optredende trillingsintensiteiten; Overschrijdingskans meer dan 25%: Geadviseerd wordt af te zien van het heien/trillend inbrengen van de palen/damwanden en een volledig trillingsarm inbrengsysteem te kiezen _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 9

13 Geadviseerd wordt de werkzaamheden te monitoren (trillings- en hoogtemetingen). Opgemerkt wordt dat het risico ten aanzien van overschrijdingen van grenswaarden kan worden geaccepteerd, echter overschrijdingen bij monitoring worden niet geaccepteerd door toetsende instanties, omdat de kans op schade hierbij groter is dan 1%. Opgemerkt wordt dat bij het nader bepalen van de grootte van het invloedsgebied (hei- /trilproeven) onder intensieve monitoring verstaan wordt, het meten op meerdere locaties waardoor de kans op meten op /in zwakke locaties aan het object groter wordt waardoor er meer zekerheid ontstaat in de maatgevende locaties Conclusies en advies trillingsrisicoanalyse Conclusies Voor het heiwerk zijn voor de bouw van de windturbine zijn invloedsgebieden geprognosticeerd van 5,5 m tot 60 m (afhankelijk van beschouwde grenswaarde en aangehouden heienergieniveau). Binnen deze afstanden zijn overschrijdingen te verwachten. Omdat de kortste afstand van het werk tot aan de waterkering circa 75 m bedraagt, wordt geconcludeerd dat het risico op schade aan de waterkering door trillingen aanvaardbaar klein is. De overschrijdingskansen zijn mede afhankelijk van het te hanteren materieel en de afstand van het werk tot de waterkering. Gezien de geprognosticeerde kansen op overschrijding van de grenswaarden behoeft op voorhand niet geadviseerd te worden om een trillingsvrij / -arm inbrengsysteem toe te passen. In voorliggend beschouwingen is geen rekening gehouden met wateroverspanningen door trillingen. Wateroverspanningen kunnen leiden tot verlaagde standzekerheid van de waterkering (stabiliteit). Een reductie van de trillingsintensiteiten leidt tot minder wateroverspanningen in de dijk. Gezien de lage trillingsintensiteiten bij de waterkering zullen de wateroverspanningen verwaarloosbaar klein zijn. Advies Ondanks het beperkte risico van schade wordt toch geadviseerd de trillingen / waterspanningen tijdens de werkzaamheden te monitoren. Op basis van de meetresultaten kan inzicht worden verkregen in de relatie tussen trillingsbron en optredende trillingen/waterspanningen. De mogelijke risico s, in relatie tot de opgestelde toelaatbare grenswaarden zijn dan direct bekend. Indien blijkt dat tijdens de maatgevende situatie geen sprake is van (dreigende) overschrijding van de toelaatbare grenswaarden, kunnen de werkzaamheden worden vervolgd, eventueel in combinatie met automatische (onbemande) trillingsmetingen met signalering. De trillingsmetingen kunnen door Fugro worden verzorgd. Uitvoering Doorgaans bestaan er twee visies ten aanzien van de startlocatie en de routing van het werk. Enerzijds is te starten op een zo groot mogelijke afstand om vervolgens naar het object toe te werken. Anderzijds is te starten op een zo dicht mogelijke afstand tot het object. In dit geval wordt geadviseerd op de kortste afstand te starten. Op deze wijze wordt op een zo n vroeg mogelijk tijdstip inzicht verkregen in de mogelijke overschrijdingen van de _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 10

14 trillingsintensiteiten en de grootte van het invloedsgebied. Indien overschrijdingen optreden kan door het werk te vervolgen op een veilige afstand, in de tussentijd een oplossing gezocht worden voor het probleem gebied _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 11

15 4. ANALYSE VAN EFFECTEN VAN WINDTURBINE OP DIJKVEILIGHEID 4.1. Algemene risicobeschouwing De bouw en exploitatie van de windturbine kan verschillende geotechische risico s met zich mee brengen voor de waterkering. Deze worden hieronder beschreven: Nadelige effecten van trillingen op waterkering Trillingen kunnen worden veroorzaakt door installatie van palen, het gebruik van zwaar materieel of het draaien van de rotorbladen van de windturbines. In hoofdstuk 3 is met berekeningen onderbouwd dat de heitrillingen bij de waterkering zeer klein zullen zijn. Trillingen door het draaien van windturbines of het zwenken van een kraan naast de windturbines blijken op basis van praktijkmetingen een orde kleiner dan heitrillingen. Trilingen zullen dus geen nadelige effecten hebben voor de hoogte of stabiliteit van de dijk. Voor de volledigheid zijn in paragraaf 4.3 de berekende trillingen meegenomen in de stabiliteitsberekeningen. Ontgraving ten behoeve van fundering Als er voor wordt gekozen om het funderingsblok deels onder maaiveld aan te leggen, dan zal moeten worden ontgraven. De mogelijke effecten hiervan op de stabiliteit van de dijk en piping zijn beschreven in respectievelijk paragraaf 4.3 en 4.4. Er kan bemaling mogelijk zijn om de ontgraving in den droge te kunnen verrichten. Dit kan leiden tot een tijdelijk verlaging van de grondwaterstand bij de dijk. Deze zal echter minder zijn dan de dagelijkse fluctuatie van de grondwaterstand door klimatologische effecten. Aanvoer en ophijsen van windturbineonderdelen Ten behoeve van de realisatie van de windturbine moeten zware onderdelen worden aangevoerd. Er is een grote, hoge kraan nodig om deze onderdelen op de juiste plaats te monteren. Het zware transport en de kraan leveren een grote belasting op de ondergrond. Er zullen voorzieningen als bouwwegen en kraanopstelplaatsen nodig zijn om dit gewicht te kunnen dragen. Deze zaken hebben echter geen nadelig effect op de stabiliteit van de waterkering, omdat het gewicht niet op de kruin van de dijk werkt en daardoor niet een aandrijvend moment geeft in het potentiele afschuifvlak. Aanleg en aanwezigheid van elektriciteitskabels De windturbine zal gekoppeld worden aan het elektriciteitsnet. Voor deze koppeling zijn elektriciteitskabels vanaf de turbine nodig. Het graven van de sleuven voor deze kabels nabij de waterkering kan nadelige effecten op de stabiliteit van de waterkering of op piping hebben. Langs kabels dwars op de dijk kunnen kwelwegen ontstaan. Als de kabels echter volledig in het achterland worden geplaatst (maximaal tot aan de sloot bij de binnenteen van de dijk), dan zullen er geen nadelige effecten optreden. Plaatsing van de kabels in de binnenberm van de dijk (langs de Amstelmeerweg) is technisch onder voorwaarden mogelijk, maar dit vergt een maatwerkanalyse die met het hoogheemraadschap zal moeten worden afgestemd. Aantasting dijkbekleding De aanwezigheid van een windturbinefundering op een waterkering heeft in het algemeen als nadeel dat de dijkbekleding (veelal bestaand uit gras) lastiger is te beheren. Het maaien wordt lastiger en er kan grond uitspoelen door regenafslag van de funderingsplaat. Dit risico _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 12

16 speelt hier echter niet, omdat ter plaatse van de windturbine akkerland aanwezig is en geen sprake meer is van een dijkbekleding. Kwel Aanbevolen wordt om grondverdringende palen toe te passen zonder verzwaarde voet om kwel langs de palen te voorkomen. Overmatige kwel zou als nadeel hebben dat er meer water uit de polder moet worden afgevoerd, maar zou in dit geval geen negatief effect hebben op de dijkveiligheid. Belemmering voor toekomstige dijkversterkingen Bij de realisatie van bouwwerken naast een dijk moet rekening worden gehouden met mogelijk in de toekomst benodigde dijkversterkingen. De aanwezigheid van de windturbine mag geen belemmering vormen voor bijvoorbeeld een dijkverbreding. In dit geval is hier geenszins sprake van door de grote afstand tussen dijk en windturbine. Bovendien zijn er geen aanwijzingen dat de dijk op korte termijn moet worden verbreed en is de planperiode van een windturbine (doorgaans circa 20 jaar) relatief beperkt. Sloop van windturbine De sloop van de windturbine en de daarna in de grond achterblijvende objecten mogen geen negatieve effecten hebben op de dijkveiligheid. Aangenomen wordt dat de voor het slopen van het funderingsblok benodigde ontgravingen en de bij het slopen veroorzaakte trillingen kleiner zijn dan tijdens de aanleg van de windturbine, dus een verwaarloosbaar effect hebben. Het wordt afgeraden om funderingspalen tijdens de sloop te verwijderen, omdat dit tot een ongewenste kweltoename zou kunnen leiden. Wel wordt geadviseerd om de locaties van de palen na verwijdering van het funderingsblok zorgvuldig in te meten en in het beheersregister van het hoogheemraadschap vast te leggen, zodat men bij toekomstige werkzaamheden niet wordt geconfronteerd met verrassingen. In de rest van dit hoofdstuk worden de volgende drie geotechnische risico s rekenkundig nader beschouwd: - risico op opbarsten; - risico op binnenwaartse macrostabiliteit; - risico op piping Risicoanalyse van het opbarsten van de deklaag Opbarsten van de deklaag is geen direct faalmechanisme van een dijklichaam. Het opbarsten van een deklaag kan er wel voor zorgen dat piping kan optreden of dat niet aan de eisen met betrekking tot macrostabiliteit wordt voldaan. In het geval van maatgevend hoogwater kan de stijghoogte in de Pleistocene zandlaag toenemen waardoor opbarsten van de lagen boven het Pleistocene pakket kan optreden. Tijdens MHW bedraagt de stijghoogte in de Pleistocene laag NAP -1,14, deze waarde is gebaseerd op 80% respons. De 80% respons bij de windturbine is een conservatieve aanname, omdat op grotere afstand van de dijk de respons van de stijghoogte zal afnemen waardoor de stijghoogte waarschijnlijk lager zal zijn. Uit het toetsrapport [r1] blijkt dat opbarsten van de sloot aan de binnenteen kan optreden. Als gedurende een maatgevend hoogwater de sloot niet opbarst, kan verderop in het achterland, bijvoorbeeld bij de windturbine, de toplaag opbarsten. Op de locatie van de fundering van de windturbine zal een deel van de deklaag worden verwijderd. Door het verwijderen van een deel van de deklaag wordt de bovenbelasting op _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 13

17 de beschouwde lagen minder groot waardoor deze kan opbarsten. Als wordt gerekend met een maximale funderingsdiepte van 3,2 meter en wordt aangenomen dat de sondering in de teen van de dijk representatief is voor de windturbinelocatie, dan betekent het dat de deklaag nog maar 1,6 meter dik is (1,0 m veen en 0,6 meter zandige klei). Met de aangenomen stijghoogte in de pleistocene laag is het mogelijk dat de deklaag opbarst ter plaatse van de windturbine Risicoanalyse afname binnenwaartse macrostabiliteit Uit de trillingsanalyse is gebleken dat de waterkering zich buiten het invloedsgebied met een versnelling van 0,5m/s 2 van de windturbine bevindt gedurende de bouwwerkzaamheden. Dit betekend dat de trillingen een beperkte invloed hebben op de macrostabiliteit van de dijk. Tijdens de exploitatiefase van de windturbine zijn de trillingen nog vele malen kleiner dan bij de bouwfase, daarom is dit niet beschouwd. Mogelijk kan de invloed van het ontgraven van een deel van de ondergrond om de fundering aan te brengen invloed hebben, dit is in deze paragraaf beschouwd. In de analyse zijn twee verschillende berekeningen uitgevoerd. In de eerste berekening is de huidige dijk beschouwd zonder windturbine, deze berekening dient dus als referentie. In de tweede berekening is de fundering van de windturbine geschematiseerd. Dit is gedaan door ter plaatse van de windturbine de toplaag weg te halen tot een diepte van 3,2 m onder maaiveld (maximale diepte van de funderingen) over een afstand van 22 meter (maximale diameter fundering). Daarnaast is een versnelling van 0,25 m/s 2 als extra belasting opgegeven. Er is een versnelling van 0,25 m/s 2 aangehouden omdat uit de berekening van de huidige situatie is gebleken dat de maatgevende glijcirkel op een afstand van meer dan 105 meter afstand van de fundering van de windturbine ontstaat. Doordat gedurende een hoog water opbarsten kan optreden is er voor het achterland van uit gegaan dat de toplaag geen sterkte heeft. Dit is een conservatieve aanname omdat niet het volledige achterland tijdens een maatgevend hoogwater zal opbarsten waardoor er nog wel enige sterkte aanwezig zal zijn. De uitkomsten van de twee berekeningen zijn te vinden in tabel 4-1. Een overzicht van de DGeoStability berekening is te vinden in bijlage 4. Tabel 4-1: Berekende stabiliteitsfactoren voor de twee geanalyseerde situaties Situatie Stabiliteitsfactor Huidige situatie tijdens MHW 1,30 Situatie met ontgraving t.b.v. fundering en trillingen 1,30 (0,25 m/s 2 ) Door de grote afstand tussen de dijk en de windturbine is de invloed van de windturbine op de stabiliteit van de dijk verwaarloosbaar. Bij zowel de bouw van de windturbine als bij de exploitatie van de turbine zijn derhalve geen nadelige effecten op de stabiliteit van de waterkering te verwachten. Ondanks de conservatieve aannamen die zijn gedaan tijdens deze analyse, voldoet de binnenwaartse macrostabiliteit ruim aan de eis Risicoanalyse piping Doordat een deel van de deklaag wordt verwijderd ter plaatse van de fundering van de windturbine kan een nieuwe uittredepunt ontstaan op die locatie. Met de rekenregel van Bligh kan bepaald worden wat de minimaal benodigde kwelweglengte is. Uitgaande van maatgevend hoogwater (NAP +2,7 m) en een polderpeil op NAP -4,6 m is het verval 7,3 m _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 14

18 Bij dit verval hoort een minimale kwelweglengte van 110 m, uitgaande van een creepfactor van 15 en het afwezig zijn van een deklaag aan het einde van de kwelweg. De fundering van de windturbine begint op ongeveer 140 m afstand van het intredepunt (buitenteen) van de dijk (figuur 4-1). Er is dus voldoende kwelweglengte aanwezig, waardoor piping niet zal optreden. Figuur 4-1: kwelweglengte tot de fundering van de turbine Het aanbrengen van een fundering van de windturbine zal dus geen invloed hebben op het faalmechanisme piping. Maatgevend voor piping is overigens de sloot aan de binnenteen van de dijk, omdat daar de kwelweglengte aanzienlijk kleiner is. De trillingen die optreden tijdens de bouwfase en de gebruiksfase van de windturbine hebben geen nadelige invloed op piping en zijn dus niet meegenomen in deze analyse _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 15

19 5. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN In dit hoofdstuk worden de conclusies van de analyses die zijn uitgevoerd nog eens kort beschreven. Daarnaast worden enkele aanbevelingen gedaan met betrekking tot de bouw van de turbine en de monitoring tijdens de bouwwerkzaamheden Conclusies De negatieve geotechnische effecten van de aanleg en sloop van windturbine NB-01 en de aanwezigheid van het funderingsblok op de meer dan 75 m verderop gelegen Amstelmeerdijk zijn verwaarloosbaar klein. Indien ondergrondse elektriciteitskabels vanuit de windturbine worden aangebracht in de richting van de dijk, dan dienen de risico s hiervan nader te worden onderzocht, tenzij kan worden gegarandeerd dan de kabels achter de dijksloot blijven Aanbevelingen Aanbevolen wordt om tijdens de bouwwerkzaamheden van de turbine de trillingen in de omgeving te monitoren. Op deze manier kan worden gecheckt of de trillingen ook daadwerkelijk onder de grenswaarden blijven. Aanbevolen wordt om grondverdringende palen toe te passen zonder verzwaarde voet om kwel langs de palen te voorkomen. Bij ontgraving kan de deklaag opbarsten. Dit heeft hier weliswaar geen nadelig effect op de dijkveiligheid, maar kan wel de bouw van het funderingsblok en/of de elektriciteitskabels bemoeilijken. Geadviseerd wordt om een werkwijze te hanteren, waarin opbarsten niet optreedt. Fugro kan hierin desgewenst adviseren. Geadviseerd wordt om tijdig na te denken over de wijze waarop (tijdelijke) kraanopstelplaatsen en bouwwegen dienen te worden gerealiseerd en deze eventueel mee te nemen bij de aanvraag van de watervergunning _34 R01v02.docx Opdr. : Blz. : 16

20 Bijlage 1: Sonderingen

21

22

23 Bijlage 2: Proevenverzameling

24

25 Bijlage 3: Toelichting Trillingsanalyse

26 TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Modellering conform CUR 166 De modellering en het opstellen van de trillingsrisicoanalyse vindt plaats op basis van CUR - publicatie 166 Damwandconstructies. In genoemde CUR - publicatie wordt onderscheid gemaakt in verschillende bodemkarakteristieken en verschillende palen en planken alsmede de verschillende wijzen van inbrengen. Wanneer een paal of plank in een grondmassief doordringt, veroorzaakt deze langs en aan de onderzijde van de paal plastische en elastische vervormingen. Door de snelle introductie van deze vervormingen ontstaan golfverschijnselen in de grond. De plastische golfverschijnselen blijven beperkt tot een gebied rondom de paal/plankpunt met een doorsnede van ongeveer 1,5 tot 2,5 maal de equivalente paal/plankdiameter. Voor de trillingen in de omgeving zijn alleen de elastische golven van belang. Wanneer de paal/plank enige meters diep in de grond is doorgedrongen, ontstaan trillingsgolven die zich in alle richtingen (kunnen) voortplanten. Komen deze golven aan de oppervlakte, bij een laagovergang of bij een bouwwerk, dan vindt hier reflectie en omzetting van de trillingsgolven plaats, zodat een interferentiepatroon van bodembewegingen ontstaat. Gezien de complexiteit van dit interferentiepatroon kan de bodembeweging slechts in benaderende zin beschreven worden. De factoren die invloed hebben op de intensiteit van de trillingen die door installatie van de palen / planken aan de bodem worden afgegeven zijn: eigenschappen van de ondergrond; afmetingen van de paal/plank; energie / slagkracht die nodig is om de paal / plank op diepte te krijgen. Bronsterkte CUR 166 hanteert voor Nederland enkele karakteristieke bodemprofielen. Voor deze karakteristieke bodemprofielen is voor de verschillende wijzen van inbrengen van palen en planken, een bronintensiteit gegeven op een referentie afstand van 5 m tot de bron. De bronsterkten zijn gerelateerd aan een lognormaal verdeling. In de analyse wordt gebruik gemaakt van een normale verdeling. Op basis van praktijkervaringen, waarbij prognoses met metingen vergeleken zijn, is gebleken dat prognose waarden, waarbij een normale verdeling is gehanteerd, beter aansluit op de meetwaarden. Voor de karakteristieke bodemprofielen zijn indicatiewaarden gegeven voor de demping, de referentiesnelheid (u 0 ) op 5 m en de variatiecoëfficiënt van de trillingsbron voor het in- en uitrillen van damwandplanken of het heien van stalen buispalen. Voor de meeste situaties zijn geen indicatiewaarden gegeven en dient de referentiesnelheid geschat te worden. Voor het trillingsniveau zijn het noodzakelijke inheiniveau en de grondopbouw van grotere invloed dan het paal/planktype of lengte. Deze factoren worden in rekening gebracht. TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Blz. : 1 van 4

27 TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Bepaling bronsterkte heien De referentie trillingsintensiteit wordt bepaald met een empirische formule, welke afhankelijk is van het vermogen van het heiblok: v o,( x = 5m) = u0 ψ E Waarin: v 0(x=5m) trillingsnelheid op referentieafstand van 5 meter [mm/s]; u 0 referentie trillingsnelheid [mm/s]; E inhei-energieniveau [Nm]; ψ stootrendement [-]. Op basis van deze relatie is de bronsterkte van de trillingssnelheid bepaald. Bepaling bronsterkte trillen De bronsterkte van het intrillen van stalen damwandelementen wordt bepaald met de volgende empirische relatie: v0 ( x = 5m) = u0 + 0,002( F 350) Waarin: v 0 bronsterkte van de trillingsintensiteit op 5 m afstand van de bron [mm/s]; u 0 referentie trillingsnelheid op 5 m afstand [mm/s]; F slagkracht trilblok [kn]. Bij uittrillen wordt voor de referentiesnelheid op 5 m afstand 1,5 maal de waarde voor intrillen gehanteerd. Trillingsoverdracht in de ondergrond Tijdens de installatie van de palen / planken wordt de omringende grond in beweging gebracht. Hierdoor ontstaan trillingen. Deze trillingen planten zich als golven door de ondergrond voort. Te onderscheiden zijn compressie-, afschuif- en Rayleigh-golven. Bij compressiegolven (drukgolven) bewegen de gronddeeltjes zich in dezelfde richting als de voortplantingsrichting van de drukgolf. Ten gevolge van de afschuifgolf worden de gronddeeltjes zijdelings bewogen, loodrecht op de voortplantingsrichting van de golf. Aangezien zowel de compressie- als afschuifgolven zich bolvormig voortplanten wordt de trillingsenergie over een steeds groter volume verdeeld en zal dus vrij snel afnemen. Ten gevolge van de afschuifgolven en compressiegolven aan het maaiveld ontstaan zogenaamde oppervlaktegolven (Rayleigh-golven). Deze golven nemen het grootste deel van de totale trillingsenergie op en kenmerken zich door een geringe dieptewerking, waardoor deze golven op grotere afstand van de bron nog steeds een behoorlijke trillingssterkte kunnen bezitten. De afname van de amplitude van de golven wordt veroorzaakt door geometrische demping. Tevens vertoont de grond door inwendige wrijving een dissipatief gedrag (energieverlies) bij vervormingen, wat materiaaldemping wordt genoemd. Dit energieverlies wordt gemodelleerd door hysteretische demping. TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Blz. : 2 van 4

28 TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Indien de geometrische verzwakking en de materiaaldemping worden samengenomen kan met onderstaande relatie de amplitude van een trilling op een afstand x van de bron bepaald worden: x0 (x-x ) v(x) = v e - α 0 0 x Waarin: v(x) trillingssnelheid op afstand x van de bron [mm/s]; v 0 bronsterkte van de trillingsintensiteit op 5 m afstand van de bron [mm/s]; x 0 referentieafstand van 5 m tot de bron [m]; x afstand tot de bron [m]; α karakteristieke dempingsconstante ten gevolge van materiaaldemping [m -1 ]. Verwijzend naar CUR-166 wordt in de tabellen een indicatieve waarde voor de dempingsconstante α gepresenteerd van 0,00 à 0,03 m -1. Afhankelijk van de grootte van de golfsnelheden (oppervlakte golf) is een nadere indicatie voor de karakteristieke bodemdemping α te bepalen met: π f ζ α = 2 c Waarin: f dominante frequentie [Hz]; ζ dempingsmaat als functie van de vervormingshoek [-]; c voortplantingssnelheid van de trilling in de bodem [m/s]. Ter indicatie zijn in CUR 166 voor zand snelheden van 100 tot 200 m/s, voor klei snelheden van 50 tot 100 m/s en voor veen snelheden van 75 tot 125 m/s aangegeven. Trillingsoverdracht naar bebouwing De optredende trillingen in de ondergrond worden overgedragen naar de fundering van de nabij gelegen gebouwen. De overdracht vindt plaats op verschillende manieren, zoals: overdracht van de trillingen in het zandpakket via de fundering; overdracht van de oppervlaktegolven direct onder het maaiveld op de funderingsconstructie. Bij de overdracht van trillingen van de bodem naar de funderingselementen en de draagconstructie treedt een zekere mate van demping op. Voor de overdrachtsfunctie van de trillingsintensiteit van de ondergrond naar de fundering en draagconstructie is een schatting gemaakt, gebaseerd op CUR 166. Trillingsoverdracht naar vloeren Voor het bepalen van de hinderbeleving en bij beoordeling van trillingsgevoelige apparatuur zijn de trillingsintensiteiten op de vloeren van belang. Bij de overdracht van de trillingsintensiteit aan de draagconstructie naar die op vloeren en ondersteunende onderdelen treedt enig opslinger effect op. Het opslinger effect wordt met factoren in rekening gebracht. De maximale trillingsintensiteit in het midden van de vloer volgt door de trillingsintensiteit aan de draagconstructie te vermenigvuldigen met dynamische vergrotingsfactoren C fc. De vergrotingsfactoren berusten grotendeels op praktijkervaringen. TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Blz. : 3 van 4

29 TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Bij trillingshinder zijn de maximale voortschrijdende effectieve waarde (v eff,max ) en de, per 30 sec, periodieke waarde (v per ) op vloeren van belang. Bepaling v eff,max De maximale effectieve waarde van de trillingssnelheden op de vloeren wordt bepaald voor de toetsingsprocedure voor hinder voor personen in gebouwen. De effectieve waarde van de trillingssnelheid is dimensieloos. De waarde wordt bepaald door een omrekening van de maximale trillingssnelheid naar een gewogen momentane waarde voor de trillingssnelheid. Uit de gewogen momentane waarde kan de voortschrijdende effectieve waarde worden bepaald. Binnen de gegeven beoordelingsperiode, dag, avond of nacht, is de maximale waarde v eff,max te bepalen als het maximum van de grootste effectieve waarden in de betreffende beoordelingsperiode. CUR-166 geeft als richtlijn voor het uit te voeren procedé, dat: v eff,max [ - ] = 0,42 à 0,64 x v piek [mm/s] In geval van trillen van damwanden (continue trillingen) geldt een factor van 0,64. In geval van heien van palen (of passages van verkeer) geldt een factor van 0,42. Bij hinderbeleving is eerder het meest waarschijnlijke trillingsniveau (50% waarde) van toepassing dan de incidentele extreme waarde. Derhalve wordt de factor bij de verwachtingswaarden gebruikt. Bepaling v per De effectieve waarde, v per, van de maxima v eff,max, wordt bepaald over het aantal tijdsintervallen van 30 seconden binnen een beoordelingsperiode, dag, avond of nacht [ - ]. Uit gegeven aantallen per tijdsinterval en de maxima v eff,max, voor ieder tijdsinterval van 30 sec wordt v per bepaald volgens: v 1 n 2 per = v eff,max,30, i N i= 1 Waarin: N aantal tijdsintervallen van 30 seconden, waarin gemeten is binnen een beoordelingsperiode [-] TOELICHTING MODELLERING TRILLINGEN Blz. : 4 van 4

30 Bijlage 4: DeoGeoStability Analyse

31 Annex 4.1 A4 Amstelmeerdijk (Windturbine NB-01) Huidige situatie met MHW form ctr. date drw. Postbus 1471 Phone +31 (0) BL Nieuwegein Fax +31 (0) Waterbouw 04/12/2014 FPR D-Geo Stability 10.1 : Dp11MHW_zonder_fundering_MHW_2.70.sti Dk m Xm : [m] Ym : 9.60 [m] T1 Klei antr Klei Basisveen zandig Cal Klei Dk, b/a Zand Zand Pleistoceen Critical Circle Bishop m Radius : 9.18 [m] Safety : 1.30 Zand, opb Klei Basisveen, zandig Cal, opb opb Zand, opb Materials Klei antr Zand kleiig Dk Klei Dk, b/a Zand Klei zandig Cal Basisveen Zand, opb Klei zandig Cal, opb Basisveen, opb Zand Pleistoceen

32 Annex 4.2 A4 Amstelmeerdijk (Windturbine NB-01) Situatie met sondering en trillingen (0,25 m/s2) form ctr. date drw. Postbus 1471 Phone +31 (0) BL Nieuwegein Fax +31 (0) Waterbouw 04/12/2014 FPR D-Geo Stability 10.1 : Dp11MHW_met_fundering_MHW_2.70.sti nd kleiig Dk m Xm : [m] Ym : 9.60 [m] T1 Klei antr Klei Dk, b/a Zand Klei Basisveen zandig Cal Critical Circle Bishop m60 Zand Pleistoceen Radius : 9.18 [m] Safety : 1.30 Zand, opb Klei Basisveen, zandig Cal, opb opb Materials Klei antr Zand kleiig Dk Klei Dk, b/a Zand Klei zandig Cal Basisveen Zand, opb Klei zandig Cal, opb Basisveen, opb Zand Pleistoceen

BEM ZK Trillingsanalyse t.b.v. nieuwbouw regiogebouw Enexis Aan de Noordzeedijk Te Dinteloord. Opdrachtnummer: GB140434

BEM ZK Trillingsanalyse t.b.v. nieuwbouw regiogebouw Enexis Aan de Noordzeedijk Te Dinteloord. Opdrachtnummer: GB140434 BEM1405058 gemeente Steenbergen Trillingsanalyse t.b.v. nieuwbouw regiogebouw Enexis Aan de Noordzeedijk Te Dinteloord Behoort bij beschikking Opdrachtnummer: GB140434 Rapport: R01 Versie: V1.0 d.d. nr.(s)

Nadere informatie

KOOIPLEINBLOK 5A/5B TE LEIDEN

KOOIPLEINBLOK 5A/5B TE LEIDEN FUGRO GEOSERVICES B.V. Geo-Advies West-Nederland TRILLINGSRISICOANALYSE betreffende KOOIPLEINBLOK 5A/5B TE LEIDEN Opdrachtnummer: 3012-0211-013 Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van

Nadere informatie

HDD LEIDING ZEEBURGEREILAND SPORENBURG KNSM EILAND TE AMSTERDAM

HDD LEIDING ZEEBURGEREILAND SPORENBURG KNSM EILAND TE AMSTERDAM FUGRO NL LAND TRILLINGSRISICOANALYSE betreffende HDD LEIDING ZEEBURGEREILAND SPORENBURG KNSM EILAND TE AMSTERDAM Opdrachtnummer: 1018-0231-000 Opdrachtgever : Heijmans Infra Postbus 418 5240 AK Rosmalen

Nadere informatie

RAPPORT BETREFFENDE TRILLINGSRISICO ANALYSE WINDPARK NOORD OOST POLDER. Opdrachtnummer:

RAPPORT BETREFFENDE TRILLINGSRISICO ANALYSE WINDPARK NOORD OOST POLDER. Opdrachtnummer: FUGRO INGENIEURSBUREAU B.V. Adviesafdeling Geotechniek RAPPORT BETREFFENDE TRILLINGSRISICO ANALYSE WINDPARK NOORD OOST POLDER Opdrachtnummer: 1009-0061-001 Opdrachtgever: : Ventolines Postbus 1054 8300

Nadere informatie

TRILLINGSRISICOANALYSE HERONTWIKKELING "FIRST ROTTERDAM"

TRILLINGSRISICOANALYSE HERONTWIKKELING FIRST ROTTERDAM Fugro GeoServices B.V. GeoAdvies West Nederland TRILLINGSRISICOANALYSE betreffende TRILLINGSRISICOANALYSE HERONTWIKKELING "FIRST ROTTERDAM" Opdrachtnummer: 3010-0209-002 Opdrachtgever Projectleider Opgesteld

Nadere informatie

Rapportage Trillingsonderzoek Hart van Bodegraven te Bodegraven. Document Nr.: Versie: 1.0 Datum: 23 augustus 2018

Rapportage Trillingsonderzoek Hart van Bodegraven te Bodegraven. Document Nr.: Versie: 1.0 Datum: 23 augustus 2018 Rapportage Trillingsonderzoek Hart van Bodegraven te Bodegraven Document Nr.: 1017-0492-020 Versie: 1.0 Datum: 23 augustus 2018 Opdrachtgever Heijmans Vastgoed Postbus 4422 3006 AK Rotterdam Monitoringsduur

Nadere informatie

AANLEG SINGEL BIJ WATERKERING KAREKIETFLAT SLIEDRECHT

AANLEG SINGEL BIJ WATERKERING KAREKIETFLAT SLIEDRECHT Fugro GeoServices B.V. Waterbouw RAPPORT betreffende AANLEG SINGEL BIJ WATERKERING KAREKIETFLAT SLIEDRECHT Opdrachtnummer: 1212-0029-000 Opdrachtgever : Gemeente Sliedrecht Afdeling Weg- en Waterbouw Postbus

Nadere informatie

: Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier : Andries van Houwelingen : Ilse Hergarden, Carola Hesp

: Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier : Andries van Houwelingen : Ilse Hergarden, Carola Hesp HaskoningDHV Nederland B.V. Logo MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier : Andries van Houwelingen : Ilse Hergarden, Carola Hesp : BD2867 : Natuurontwikkeling

Nadere informatie

Invloed grote gravers op taludstabiliteit van bandijken

Invloed grote gravers op taludstabiliteit van bandijken Invloed grote gravers op taludstabiliteit van bandijken Definitief Waterschap Rivierenland Tiel Grontmij Nederland bv Arnhem, 5 juli 2005 Verantwoording Titel : Invloed grote gravers op taludstabiliteit

Nadere informatie

Stabiliteit Lekdijk nabij 't Waal

Stabiliteit Lekdijk nabij 't Waal Stabiliteit Lekdijk nabij 't Waal Berekeningen ten behoeve van keurvergunning projectnr. 234722 revisie 02 15 november 2010 Opdrachtgever Gemeente Houten t.a.v. dhr. P. de Moed Postbus 30 3990 DA HOUTEN

Nadere informatie

Inleiding. Uitgangspunten DHV B.V. MEMO. RM - Waterbouw en Geotechniek

Inleiding. Uitgangspunten DHV B.V. MEMO. RM - Waterbouw en Geotechniek MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Wouter Porton DHV Zuid : Ilse Hergarden - Geotechniek : Frans Damstra (Soeters Van Eldonk Ponec Architecten) : X0395-01-001 : Koninginnedijk te Grave : Beoordelingsprofiel

Nadere informatie

BIJLAGE - EFFECTEN DIJK STABILITEIT (RAPPORTAGE AMMD )

BIJLAGE - EFFECTEN DIJK STABILITEIT (RAPPORTAGE AMMD ) Bijlagenboek 12.11 BIJLAGE EFFECTEN DIJK STABILITEIT (RAPPORTAGE AMMD 002598) Kopie aan Cluster Uitvoering Van M. Muller/J.M. Barker Onderwerp Stabiliteit tijdelijke vaargeulen Datum 982017 1. Inleiding

Nadere informatie

Pipingberm Horstermeer VO2-282B. Geotechnisch advies (versie 2) Techniek, Onderzoek & Projecten Onderzoek & Advies

Pipingberm Horstermeer VO2-282B. Geotechnisch advies (versie 2) Techniek, Onderzoek & Projecten Onderzoek & Advies Techniek, Onderzoek & Projecten Onderzoek & Advies Pipingberm Horstermeer VO2-282B Geotechnisch advies (versie 2) Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal

Nadere informatie

CiCom Engineering bv T.a.v. de heer ing. M. van Teylingen Postbus AA BARNEVELD

CiCom Engineering bv T.a.v. de heer ing. M. van Teylingen Postbus AA BARNEVELD CiCom Engineering bv T.a.v. de heer ing. M. van Teylingen Postbus 33 3770 AA BARNEVELD Datum: 3 juli 2014 Kenmerk: KN61A, BRF20140701 Betreft: Advisering hei- en sloopwerkzaamheden Sloterweg 700 te Amsterdam

Nadere informatie

MARKERMEERDIJKEN - TRILLINGSPROGNOSE INSTALLEREN DAMWANDEN TBV MER 6 FEBRUARI 2017

MARKERMEERDIJKEN - TRILLINGSPROGNOSE INSTALLEREN DAMWANDEN TBV MER 6 FEBRUARI 2017 MARKERMEERDIJKEN - TRILLINGSPROGNOSE INSTALLEREN 6 FEBRUARI 2017 Contactpersonen AGNES VAN UITERT Specialist Geotechniek Senior adviseur Geotechniek en Trillingen T +31 646647388 M bgg. +31 88 4261157

Nadere informatie

: Zomerbedverlaging Beneden IJssel : Onderzoek invloed inrichting uiterwaard op veiligheid primaire waterkering

: Zomerbedverlaging Beneden IJssel : Onderzoek invloed inrichting uiterwaard op veiligheid primaire waterkering Royal HaskoningDHV Nederland B.V. Logo MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Lars Hoogduin : Ilse Hergarden : Esther van den Akker : BA8401-103-105 : Zomerbedverlaging Beneden IJssel : Onderzoek

Nadere informatie

TRILLINGSPROGNOSE EN STABILITEITSANALYSE DIJKLICHAAM AGV HEIEN VAN PREFAB BETONPALEN.

TRILLINGSPROGNOSE EN STABILITEITSANALYSE DIJKLICHAAM AGV HEIEN VAN PREFAB BETONPALEN. IFCO Funderingsexpertise BV Limaweg 17 2743 CB Waddinxveen Tel: (0182) 646 646 E-mail: mail@ifco.nl Web: www.ifco.nl TRILLINGSPROGNOSE EN STABILITEITSANALYSE DIJKLICHAAM AGV HEIEN VAN PREFAB BETONPALEN.

Nadere informatie

Workshop schematiseringsfactor. Casus. Werner Halter. Lelystad, 29 april 2009. www.fugro.com

Workshop schematiseringsfactor. Casus. Werner Halter. Lelystad, 29 april 2009. www.fugro.com Workshop schematiseringsfactor Casus Werner Halter Lelystad, 29 april 2009 Workshop schematiseringsfactor Inhoud 1. Quiz 2. Behandeling casus 3. Conclusies en discussie Workshop schematiseringsfactor Inhoud

Nadere informatie

ONTHEFFING T.B.V. AANBRENGEN KABELS: NOORDERMEERDIJK EN WESTERMEERDIJK TBV DE BUITENDIJKSE WINDPARKEN

ONTHEFFING T.B.V. AANBRENGEN KABELS: NOORDERMEERDIJK EN WESTERMEERDIJK TBV DE BUITENDIJKSE WINDPARKEN FUGRO INGENIEURSBUREAU B.V. Adviesafdeling Waterbouw RAPPORT betreffende ONTHEFFING T.B.V. AANBRENGEN KABELS: NOORDERMEERDIJK EN WESTERMEERDIJK TBV DE BUITENDIJKSE WINDPARKEN Opdrachtnummer: 1209-0049-000

Nadere informatie

MEMO. 1. Inleiding. 2. Zomerkade Vianense Waard

MEMO. 1. Inleiding. 2. Zomerkade Vianense Waard MEMO Project : Ruimte voor de Lek Onderwerp : Ontwerp zomerkade Vianense Waard en Invloed geul op zomerkade Pontwaard rev 1 Referentie : RRAN Datum : 16 november 2011 Auteur : T. Maas Verificatie : W.

Nadere informatie

Memo. 1 Inleiding. Techniek, Onderzoek & Projecten Onderzoek & Advies. 6 januari 2016

Memo. 1 Inleiding. Techniek, Onderzoek & Projecten Onderzoek & Advies. 6 januari 2016 Aan KMR-afdeling Planadvies & Vergunningen, t.a.v. Matthijs de Vlieger Onderwerp Beoordeling vergunningsaanvraag kistdamgarage Contactpersoon A. Mouzouri Doorkiesnummer 1 Inleiding In opdracht van de gemeente

Nadere informatie

rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1

rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1 rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1 Damwand in bebouwde omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 2 HRO ribooh4a Bouwputten 3 Bouwputten: Invloed op omgeving Invloed grondwater

Nadere informatie

Titel: Invloed gedeeltelijke ontgraving doorsteken op de categorie C-kering Project: Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Zaaknummer:

Titel: Invloed gedeeltelijke ontgraving doorsteken op de categorie C-kering Project: Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Zaaknummer: Isala Delta Europa-allee 6 8265 VB, Kampen Titel: Invloed gedeeltelijke ontgraving doorsteken op de categorie C-kering Project: Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Zaaknummer: 31078863 Documentnummer: IJD-OTI-ANA-0002

Nadere informatie

Doorsnede parkeergarage en beschermingszone primaire kering (bron: bestemmingsplan)

Doorsnede parkeergarage en beschermingszone primaire kering (bron: bestemmingsplan) HaskoningDHV Nederland B.V. NoLogo MEMO Aan Van Interne toetsing Dossier Project Betreft : Arjan de Wit : Andries van Houwelingen : Jos Tromp : BD8043 : PG Kampen : Invloed parkeergarage op primaire kering

Nadere informatie

Aan Miriam Roseleur (HHvD), Jeroen Rietdijk (HHvD), Jorrit Bakker (HHvD) Kenmerk GEO Doorkiesnummer +31(0)

Aan Miriam Roseleur (HHvD), Jeroen Rietdijk (HHvD), Jorrit Bakker (HHvD) Kenmerk GEO Doorkiesnummer +31(0) Memo (eindconcept) Aan Miriam Roseleur (HHvD), Jeroen Rietdijk (HHvD), Jorrit Bakker (HHvD) Datum Van Harry Schelfhout Kenmerk 1230974-000-GEO-0001 Doorkiesnummer +31(0)646911153 Aantal pagina's 6 E-mail

Nadere informatie

In de onderstaande tabel zijn de scenario s voor de Bypassdijken noord opgesomd. scenario omschrijving kans van voorkomen

In de onderstaande tabel zijn de scenario s voor de Bypassdijken noord opgesomd. scenario omschrijving kans van voorkomen A. Bypassdijken noord Stap 1 bestaat volgens het stappenplan [lit. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.] uit het opstellen van de basisschematisatie en het ontwerp. Voor de noordelijke bypassdijk is gekeken

Nadere informatie

Projectnummer: C Opgesteld door: Jacoline van Loon. Ons kenmerk: :A. Kopieën aan: Martin Winkel Nico Bakker

Projectnummer: C Opgesteld door: Jacoline van Loon. Ons kenmerk: :A. Kopieën aan: Martin Winkel Nico Bakker MEMO Onderwerp: Stabiliteitsberekening kade project 'Grensmeander in de Vecht' Apeldoorn, 6 november 2014 Van: Rimmer Koopmans Afdeling: Divisie Water & Milieu Apeldoorn Aan: Waterschap Vechtstromen Projectnummer:

Nadere informatie

Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft

Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft NOTITIE AAN CONTACTPERSOON Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus 31290 1030AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft DATUM PROJECTNUMMER DOCUMENTNUMMER VERSIE PAGINA S 19 februari 2016 16173 NT16173a1 1 5 CRUX

Nadere informatie

Onze ref. : B01/WRH Nieuwegein, 8 april 2016

Onze ref. : B01/WRH Nieuwegein, 8 april 2016 FUGRO GEOSERVICES B.V. Archimedesbaan 13 (3439 ME Nieuwegein) Postbus 1471 3430 BL Nieuwegein tel.: 030 60 28175 Provincie Fryslân Infra, Gebiedsinrichting en Natuur T.a.v. de heer E. Bruins Slot Postbus

Nadere informatie

3D INTERPRETATIE VAN DIJKEN. Job Nijman. Hans Knotter

3D INTERPRETATIE VAN DIJKEN. Job Nijman. Hans Knotter 3D INTERPRETATIE VAN DIJKEN Job Nijman Fugro Ingenieursbureau B.V. Hans Knotter Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 3D-INTERPRETATIE VAN DIJKEN INHOUD Toetsing waterkeringen Waarom 3D? Pilot FAST4DMAP

Nadere informatie

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600.

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600. Bijlage I Technische beoordeling van de vergunningsaanvraag van Ontwikkelingsverband Houten C.V. voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van de bouw van een parkeerkelder onder het nieuw realiseren

Nadere informatie

TRILLINGSMETINGEN METROPASSAGE NIEUWBOUW EEKHOLT 4 TE DIEMEN

TRILLINGSMETINGEN METROPASSAGE NIEUWBOUW EEKHOLT 4 TE DIEMEN FUGRO GEOSERVICES B.V. Geo-Consultancy RAPPORT betreffende TRILLINGSMETINGEN METROPASSAGE NIEUWBOUW EEKHOLT 4 TE DIEMEN Opdrachtnummer: 5-92- Opdrachtgever : Holland Park BV T.a.v. de heer R.A.G. Deckers

Nadere informatie

Bijlage D-15 Risico analyse dijkveiligheid

Bijlage D-15 Risico analyse dijkveiligheid Bijlage D-15 Risico analyse dijkveiligheid FUGRO GEOSERVICES B.V. Geotechniek GEOTECHNISCH ADVIES en RISICOANALYSE betreffende EFFECTEN WATERKERING TEN GEVOLGE VAN WINDPARK FRYSLÂN Opdrachtnummer: 1013-0226-004

Nadere informatie

Memo. Op basis van de bij de sondering aangetroffen grondslag is de maatgevende grondopbouw gekozen en weergegeven in onderstaande tabel.

Memo. Op basis van de bij de sondering aangetroffen grondslag is de maatgevende grondopbouw gekozen en weergegeven in onderstaande tabel. Memo nummer 201210297096.22-01 datum 29 oktober 2012 aan Bas Hoorn Oranjewoud van Pieter Erenstein Oranjewoud kopie Erik Kwast Oranjewoud project Prov NH, zettingsberekening N23 projectnummer 0 betreft

Nadere informatie

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Watertoets Definitief Provincie Noord Holland Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 11 december 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Inrichting watersysteem...

Nadere informatie

VERKEERSTRILLINGSONDERZOEK ADVIES RECONSTRUCTIE WEGCONSTRUCTIE CENTRUM DORDRECHT

VERKEERSTRILLINGSONDERZOEK ADVIES RECONSTRUCTIE WEGCONSTRUCTIE CENTRUM DORDRECHT FUGRO INGENIEURSBUREAU B.V. Adviesafdeling Geotechniek RAPPORT betreffende VERKEERSTRILLINGSONDERZOEK ADVIES RECONSTRUCTIE WEGCONSTRUCTIE CENTRUM DORDRECHT Opdrachtnummer: 008-0057-000 Rapportnr: 008-0057-000.V04R04

Nadere informatie

Dijkdenkersbijeenkomst 29 november Welkom bij Argo

Dijkdenkersbijeenkomst 29 november Welkom bij Argo Dijkdenkersbijeenkomst 29 november 2017 Welkom bij Argo Agenda Opening & mededelingen Onafhankelijk voorzitter; toelichting op de stand van zaken na de vorige dijkdenkersbijeenkomst. Grondonderzoek; toelichting

Nadere informatie

TPG locatie Nijmegen; verkennend trillingsonderzoek. Datum 19 november 2010 Referentie 20080985-07

TPG locatie Nijmegen; verkennend trillingsonderzoek. Datum 19 november 2010 Referentie 20080985-07 TPG locatie Nijmegen; verkennend trillingsonderzoek Datum 19 november 2010 Referentie 20080985-07 Referentie 20080985-07 Rapporttitel TPG locatie Nijmegen; verkennend trillingsonderzoek Datum 19 november

Nadere informatie

Windturbines op de waterkering

Windturbines op de waterkering Windturbines op de waterkering STW onderzoek multifunctionele waterkeringen Prof. dr. ir. Matthijs Kok dr. ir. Paul Hölscher Multifuntionele Waterkeringen STW onderzoek ( Perspectief ) Start: 1 januari

Nadere informatie

Bouwtrillingen. Projectnaam: Bedrijf: Contactpersoon: Telefoonnummer: Datum: www.geobrain.nl

Bouwtrillingen. Projectnaam: Bedrijf: Contactpersoon: Telefoonnummer: Datum: www.geobrain.nl Bouwtrillingen Projectnaam: Bedrijf: Contactpersoon: Telefoonnummer: Datum: Minimaal benodigde basisgegevens om alle vragen te beantwoorden: > Sondering met wrijvingsgetal > Basisgegevens hei/trilblok,

Nadere informatie

Documentnummer AMMD

Documentnummer AMMD MEMO Kopie aan V. Friedrich-Drouville Van H. Meuwese Onderwerp impact aanleg Oeverdijk en peilbeheer Tussenwater op grondwaterstand dijk en achterland Datum 20 december 2016 Inleiding In dit memo is de

Nadere informatie

Volker Staal en Funderingen

Volker Staal en Funderingen Pagina: 1 van 8 INHOUDSOPGAVE PAG. 1 ALGEMEEN 2 1.1 Projectomschrijving 2 1.2 Wijziging beheer 2 1.3 Distributie 2 1.4 Bijbehorende documenten 2 2 UITGANGSPUNTEN DOCUMENTEN 3 2.1 Normen 3 2.1.1 Richtlijnen

Nadere informatie

HaskoningDHV Nederland B.V. MEMO

HaskoningDHV Nederland B.V. MEMO MEMO Aan Van Dossier Project Betreft : Waterschap Vallei en Veluwe : H.A.W. van Gelder : BA7927-101-100 : KRW Bentinckswelle : Maatregelen Bentinckswelle irt keringen Ons kenmerk : LW-AF20130182 Datum

Nadere informatie

Invloed van windturbines op primaire waterkeringen, kansen en belemmeringen

Invloed van windturbines op primaire waterkeringen, kansen en belemmeringen Invloed van windturbines op primaire waterkeringen, kansen en belemmeringen Drs. ing. Frans P.W. van den Berg Deltares te Delft unit Geo-engineering afd. Dike Technology Ir. Harry Schelfhout Deltares te

Nadere informatie

Freatische bemaling fundaties bestaande brug over de Gaasp (KW022) fase 2

Freatische bemaling fundaties bestaande brug over de Gaasp (KW022) fase 2 Memo Freatische bemaling fundaties bestaande brug over de Gaasp (KW022) fase 2 Revisie 2.0 Auteur Peter Kramer Controleur Simon Hoitsema Autorisator Malou van der Pal Citeertitel - Object Activiteittype

Nadere informatie

7. Meting paalfundering IFCO

7. Meting paalfundering IFCO 7. Meting paalfundering IFCO Datum: 13 juni 2008 Bedrijf; Bureau voor bouwpathologie, te Montfoort Esther Stapper 9940175 Datum: 11 februari 2008 Inhoudsopgave 1.0. Inleiding... 3 2.0. De proef... 4 2.1.

Nadere informatie

Terrein- en bodemgesteldheid

Terrein- en bodemgesteldheid Inleiding Het Hoogheemraadschap van Delfland heeft zichzelf tot doel gesteld tot het uitbrengen van een geotechnisch advies ten behoeve van een definitieve peilverlaging in de watergang naast het spoor

Nadere informatie

Museum De Lakenhal te Leiden

Museum De Lakenhal te Leiden Project Museum De Lakenhal te Leiden Ordernummer 8536 Opdrachtgever Gemeente Leiden Rapportnummer 001 Omschrijving Fase Constructieve omschrijving ten behoeve van de aanvraag omgevingsvergunning van de

Nadere informatie

Veiligheidsfilosofie in praktijk gebracht Toetsing dijken Oosterhornkanaal en -haven. Introductie

Veiligheidsfilosofie in praktijk gebracht Toetsing dijken Oosterhornkanaal en -haven. Introductie Samenvatting In het kader van het Masterplan Kaden wil het Waterschap Hunze en Aa s de dijken van het traject Delfzijl-Farmsum, inclusief Oosterhornkanaal en -haven, verbeteren. Groningen Seaports wil

Nadere informatie

STABILITEITSANALYSE ONDERWATERTALUD ZUIDPLAS SELLINGERBEETSE

STABILITEITSANALYSE ONDERWATERTALUD ZUIDPLAS SELLINGERBEETSE FUGRO GEOSERVICES B.V. Geo-Advies Noord-Nederland RAPPORT betreffende STABILITEITSANALYSE ONDERWATERTALUD ZUIDPLAS SELLINGERBEETSE Opdrachtnummer: 5013-0249-002 Opdrachtgever Rapportnummer Projectleider

Nadere informatie

Evaluatie heien stalen buispalen combiwand Quarleshaven te Vlissingen.

Evaluatie heien stalen buispalen combiwand Quarleshaven te Vlissingen. Ingenieursburo Maters en De Koning T.a.v. Dhr. M. Bal Bisletweg 2 05 AW CAPELLE A/D IJSSEL Uw kenmerk: Ons kenmerk: B15dm1.242.fw.docx Datum: IFCO Funderingsexpertise BV Limaweg 17 43 CB Waddinxveen Tel:

Nadere informatie

Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen

Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen Rapport Vlaams Nederlandse Scheldecommissie Pagina 83 van 88 MEMO Project : [Nieuwe Zeelsluis Terneuzen] Onderwerp : [Damwand wachtplaats westelijke

Nadere informatie

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.125 en Y = 455.100.

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.125 en Y = 455.100. Bijlage I Technische beoordeling van de vergunningsaanvraag van de Gemeente Utrecht voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van het tot stand brengen van de Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) baan

Nadere informatie

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM 16.2171a Opdrachtgever : Fam. Van Riesen de Jong Burg. Haspelslaan 364 1181 NG Amstelveen Architect : Marco van Veldhuizen

Nadere informatie

E Van. Hydrologisch onderzoek invloed bemaling tunnelbak op VOCL verontreiniging

E Van. Hydrologisch onderzoek invloed bemaling tunnelbak op VOCL verontreiniging Aan Omgevingsdienst West-Holland Behandeld door Eline Heemskerk T.a.v. De heer H.M. de Boo E eline.heemskerk@mwhglobal.com Van E. Heemskerk T 015-7511880 Betreft Actualiserend bodemonderzoek Van Leeuwenpark

Nadere informatie

Hei/trilproef Aquaduct N57

Hei/trilproef Aquaduct N57 Hei/trilproef Aquaduct N57 Abjan Jacobse GEO2 Engineering 20 april 2011 Inhoud presentatie 1.Project N57 2.Aanleiding proef 3.Doelstellingen proef 4.Uitvoering 5.Bespreking resultaten 6.Conclusies + discussie

Nadere informatie

30-6-2009. Inleiding. Te behandelen punten. Locatie. Predictie en Monitoring van trillingen. Bouw van een Onderzeedienstkade

30-6-2009. Inleiding. Te behandelen punten. Locatie. Predictie en Monitoring van trillingen. Bouw van een Onderzeedienstkade Predictie en Monitoring van trillingen Bouw van een Onderzeedienstkade in Den Helder Bouw van een Onderzeedienstkade Het beperken van de risico s door: > Predictie > Maatregelen > Trillingbewaking Validatie

Nadere informatie

RAPPORT. Walmuurvernieuwing Prinsengracht 320. Ontwerp tijdelijke bouwkuip en omgevingsbeïnvloeding. Gemeente Amsterdam Centrum

RAPPORT. Walmuurvernieuwing Prinsengracht 320. Ontwerp tijdelijke bouwkuip en omgevingsbeïnvloeding. Gemeente Amsterdam Centrum RAPPORT Walmuurvernieuwing Prinsengracht 30 Ontwerp tijdelijke bouwkuip en omgevingsbeïnvloeding Klant Gemeente Amsterdam Centrum Referentie BD8456_R00_F1.0 Versie 01/Finale versie Datum 7 januari 016

Nadere informatie

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt Notitie Aan: Waternet Van: Ben van der Wal, Geert Kerkvliet Datum: 28 mei 2015 Kopie: Gemeente Amsterdam Ons kenmerk: INFRABD3912N004F02 Classificatie: Project gerelateerd HaskoningDHV Nederland B.V. Infrastructure

Nadere informatie

TRILLINGSMETINGEN WIJNSTRAAT TE DORDRECHT

TRILLINGSMETINGEN WIJNSTRAAT TE DORDRECHT Fugro GeoServices B.V. Geotechniek RAPPORT betreffende TRILLINGSMETINGEN WIJNSTRAAT TE DORDRECHT Opdrachtnummer: 18-57-1 Opdrachtgever : Gemeente Dordrecht Sector Stadsontwikkeling Postbus 8 33 AA Dordrecht

Nadere informatie

FAC NO-001 1

FAC NO-001 1 Notitie b e t r e f t : Bodemzetting door heitrillingen d a t u m : 26 september 2017 r e f e r e n t i e : RJ/ TKr/ CJ/ FAC 17692-9-NO-001 v a n : MSc T.B.W. Kraaijenbrink a a n : OZHZ 1 I n l e i d i

Nadere informatie

Invloed van de bouw van een nieuw aquaduct in de A4 op het bestaande aquaduct Ringvaart

Invloed van de bouw van een nieuw aquaduct in de A4 op het bestaande aquaduct Ringvaart ir. N.H. Rövekamp ir. D. Nakken BAM Infraconsult BAM Infraconsult Samenvatting Figuur 1 De asymmetrische bouwkuip in de Ringvaart tijdens nat ontgraven. Voor de bouw van het nieuwe aquaduct in de A4 onder

Nadere informatie

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 URGENTIE : NORMAAL Fax bericht : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 Aan : Pieters Bouwtechniek Delft B.V. Telefax : Per e-mail T.a.v. : Dhr. R. Doomen C.C. Aan : Pieters Bouwtechniek

Nadere informatie

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering 5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.1 eerste lid onder b: Zonder vergunning van het bestuur is het verboden gebruik

Nadere informatie

Rapportage trillingsmetingen

Rapportage trillingsmetingen Rapportage trillingsmetingen Verkeerstrillingen km/h gebied Schil Dordrecht Opdrachtgever Kenmerk Behandeld door Datum Gemeente Dordrecht Cluster Wijken Postbus 8 AA Dordrecht 7AD Revisie C Dhr. P.A.M.

Nadere informatie

PROJECT: UITBREIDING KADEMUUR EN VOORZIENINGEN T.B.V. SCHEEPSWERF REIMERSWAAL IN DE QUARLESHAVEN TE VLISSINGEN.

PROJECT: UITBREIDING KADEMUUR EN VOORZIENINGEN T.B.V. SCHEEPSWERF REIMERSWAAL IN DE QUARLESHAVEN TE VLISSINGEN. IFCO Funderingsexpertise BV Limaweg 17 2743 CB Waddinxveen Tel: (0182) 646 646 Fax: (0182) 646 654 E-mail: mail@ifco.nl Web: www.ifco.nl PROJECT: UITBREIDING KADEMUUR EN VOORZIENINGEN T.B.V. SCHEEPSWERF

Nadere informatie

MEETRAPPORT. Meting trillingen vanwege railverkeer bij woningbouwlocatie Knopenfabriek aan de Wallerstraat te Nijkerk

MEETRAPPORT. Meting trillingen vanwege railverkeer bij woningbouwlocatie Knopenfabriek aan de Wallerstraat te Nijkerk M+P - raadgevende ingenieurs Müller-BBM groep geluid trillingen lucht bouwfysica Visserstraat 50, Aalsmeer Postbus 344 1430 AH Aalsmeer T 0297-320 651 F 0297-325 494 Aalsmeer@mp.nl www.mp.nl MEETRAPPORT

Nadere informatie

Toets stabiliteit bestaande kade

Toets stabiliteit bestaande kade BIJLAGE VI Toets stabiliteit bestaande kade GV74613 Bochtafsnijding Delftse Schie definitief ontwerp definitief d.d. 5 november 20 afbeelding 1.1. Bochtafsnijding Ten behoeve van de bochtafsnijding worden

Nadere informatie

Object (SBS): O Vaargeul Reevediep; O Natuurinrichting Reevediep incl. zonerende maatregelen

Object (SBS): O Vaargeul Reevediep; O Natuurinrichting Reevediep incl. zonerende maatregelen Isala Delta Europa-allee 6 8265 VB, Kampen Titel: Invloed werkzaamheden inrichting Reevediep op de categorie C-kering Project: Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Zaaknummer: 31078863 Documentnummer: IJD-OTDW-ONT-0013

Nadere informatie

VELDEN. Postbus AA ROERMOND

VELDEN. Postbus AA ROERMOND Opdracht : 00 Betreft : Grondonderzoek tbv leidingbreuk aan de dijk te VELDEN Opdrachtgever : Kragten Civiele techniek T.a.v. ing. H.L.R. van Heur Postbus 00 AA ROERMOND Behandeld door : ing. H. Veenstra

Nadere informatie

EFFECTBEPALING WATERKERING T.G.V. WINDTURBINEPARK NIEUWE WATERWEG MAASDIJK Opdrachtnummer:

EFFECTBEPALING WATERKERING T.G.V. WINDTURBINEPARK NIEUWE WATERWEG MAASDIJK Opdrachtnummer: Fugro GeoServices B.V. Geotechniek RAPPORT BETREFFENDE EFFECTBEPALING WATERKERING T.G.V. WINDTURBINEPARK NIEUWE WATERWEG MAASDIJK Opdrachtnummer: 1012-0151-000 Opdrachtgever Projectleider Mede opgesteld

Nadere informatie

1. Trajectindeling profiel van vrije ruimte

1. Trajectindeling profiel van vrije ruimte MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Het Rietveld 59a Postbus 673 7300 AR Apeldoorn Tel 055 5815 999 Fax 055 5815 599 www.arcadis.nl Onderwerp: Profiel Van Vrije Ruimte WSRL: Geotechnische uitgangspunten en werkwijze

Nadere informatie

Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland

Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland ADCIM Geotechniek b.v. Rembrandtlaan 650 3362 AW Sliedrecht

Nadere informatie

MAATGEVENDE CONDITIES

MAATGEVENDE CONDITIES MAATGEVENDE CONDITIES Arny Lengkeek (Witteveen+Bos) Pilot-cursus Langsconstructies 27 oktober 2016 Onderwerpen (case) Fasering in PLAXIS (case) Resultaten en toetsing (case) De macrostabiliteit wordt in

Nadere informatie

Toetsspoor piping. Inhoud

Toetsspoor piping. Inhoud Toetsspoor piping Werken met Ringtoets Vera van Beek (Deltares) Pilot-cursus SOS en Piping 14 september 2016 Inhoud Kennis maken met Ringtoets Invoer Traject en normwaarde Hydraulische belastingen Vakindeling

Nadere informatie

Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Auteur Registratienummer Datum

Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Auteur Registratienummer Datum Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Toelichting bij het Auteur Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Registratienummer 15.18021 Datum April 2015 1. AANLEIDING PEILBESLUIT Het dient herzien te worden vanwege

Nadere informatie

Omgevingsbeïnvloeding bij museum Ons Lieve Heer op Solder. Ir. J.K. Haasnoot directeur. CRUX Engineering BV

Omgevingsbeïnvloeding bij museum Ons Lieve Heer op Solder. Ir. J.K. Haasnoot directeur. CRUX Engineering BV Omgevingsbeïnvloeding bij museum Ons Lieve Heer op Solder Ir. J.K. Haasnoot directeur Engineering BV www.cruxbv.nl INTRODUCTIE 1 Engineering BV Mensen: Partners: dr. ir. ing. A.E.C. van der Stoel Dr.-Ing.

Nadere informatie

H.E. Lüning hc C.H.R.

H.E. Lüning hc C.H.R. Ellegoorsestraat 7 NL-7004 HC DOETINCHEM tel. : + 31 314 325 601 fax. : + 31 314 360 216 e-mail : mail@luning.nl website : www.luning.nl PROJECT : Vrijstaande berging met EPS-fundering ARCHITECT : OPDRACHTGEVER

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen

Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen GEOMET POWERED BY ABO-GROUP Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen Opdracht nummer Datum rapport 7 oktober 216 blz. 1 Veldrapport betreffende grondonderzoek

Nadere informatie

EFFECTEN OP WATERKERING EN GRONDLICHAMEN

EFFECTEN OP WATERKERING EN GRONDLICHAMEN BIJLAGE V EFFECTEN OP WATERKERING EN GRONDLICHAMEN Witteveen+Bos, bijlage V behorende bij rapport UT615-24/14-002.688 d.d. 5 februari 2014 Witteveen+Bos, bijlage V behorende bij rapport UT615-24/14-002.688

Nadere informatie

Heroverweging ontwerp waterkering t.pv. Broekhorn langs het kanaal Alkmaar (Omval) Kolhorn

Heroverweging ontwerp waterkering t.pv. Broekhorn langs het kanaal Alkmaar (Omval) Kolhorn Heroverweging ontwerp waterkering t.pv. Broekhorn langs het kanaal Alkmaar (Omval) Kolhorn 1 Inleiding In het poldergebied Broekhorn (sectie 11), Heerhugowaard, wordt nieuwe woonwijk gerealiseerd. Het

Nadere informatie

Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark. Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen. Projectnr.: Datum rapport: 17 december 2012. Postbus 1 6400 AA Heerlen

Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark. Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen. Projectnr.: Datum rapport: 17 december 2012. Postbus 1 6400 AA Heerlen Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen Opdrachtnummer: Versie: Uw referentie: Projectnr.: GA-120338-2 V01 Definitief HL091704901 79A Datum rapport: 17 december 2012

Nadere informatie

[ 3 ] Tauw & Witteveen+Bos & Royal Haskoning; Tekeningen met kenmerk ZL ; Productgroep

[ 3 ] Tauw & Witteveen+Bos & Royal Haskoning; Tekeningen met kenmerk ZL ; Productgroep notitie Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 Postbus 233 7400 AE Deventer telefoon 0570 69 79 11 Telefax 0570 69 73 44 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt

Nadere informatie

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Definitief Bouwfonds Ontwikkeling Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 6 april 2009 Verantwoording Titel : Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Subtitel : Projectnummer : 275039 Referentienummer

Nadere informatie

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221 HaskoningDHV Nederland B.V. Logo MEMO Aan : Waterschap Vallei en Veluwe Van : Esther van den Akker Kopie : Dossier : BA7927-101-100 Project : KRW Bentinckswelle Betreft : Aanvulling op aanvraag watervergunning

Nadere informatie

A4 Delft Schiedam Geotechnische aspecten. Algemeen Ontwerp (Half)Verdiepte Ligging Landtunnel Brederoweg/Tramplus Kethelplein Uitvoering

A4 Delft Schiedam Geotechnische aspecten. Algemeen Ontwerp (Half)Verdiepte Ligging Landtunnel Brederoweg/Tramplus Kethelplein Uitvoering A4 Delft Schiedam Geotechnische aspecten Inhoudsopgave Algemeen Ontwerp (Half)Verdiepte Ligging Landtunnel Brederoweg/Tramplus Kethelplein Uitvoering 1 0 Project is opgedeeld in de volgende tracé delen:

Nadere informatie

NVRB WINDTURBINEVEILIGHEID

NVRB WINDTURBINEVEILIGHEID NVRB WINDTURBINEVEILIGHEID Windturbines bij waterkeringen Werner Halter Senior Adviseur Waterbouw Fugro GeoServices B.V. Amersfoort, 9 oktober 2014 Risico s windturbines bij waterkeringen Risico s van

Nadere informatie

Geprojecteerde woningbouw Stekeldijk te Purmerend. Trillingen ten gevolge van railverkeer

Geprojecteerde woningbouw Stekeldijk te Purmerend. Trillingen ten gevolge van railverkeer Geprojecteerde woningbouw Stekeldijk te Purmerend Trillingen ten gevolge van railverkeer Rapportnummer O 15873-1-RA d.d. 12 juni 2017 Geprojecteerde woningbouw Stekeldijk te Purmerend Trillingen ten gevolge

Nadere informatie

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam MEMO Onderwerp Geohydrologisch vooronderzoek Amsterdam, WTC 5C, 2 oktober 2013 Van mw. M. Duineveld MSc. Afdeling IBZ Aan ZuidasDok Projectnummer D03011.000284. Opgesteld door mw. M. Duineveld MSc. Ons

Nadere informatie

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel:

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel: Geotechnisch advies voor: Nieuwbouw kantoorpand aan de Hollandse kade 23 Woerdense Verlaat Opdrachtnummer 15-5164 Opdrachtgever: Vereniging Natuurmonumenten Postbus 9955 1243 ZS 's-graveland Auteur: ir.

Nadere informatie

Probabilistische analyses en bewezen sterkte fase II

Probabilistische analyses en bewezen sterkte fase II Bijlagenboek 9.13 Projectomschrijving Versterking Markermeerdijken Bedrijfsonderdeel Markt- en Productontwikkeling Werkpakket WP-00123 - Bewezen sterkte-methodiek Status Definitief Revisie 1.0 2 van 60

Nadere informatie

Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen. Postbus 9100 2300 PC LEIDEN. 1 Inleiding

Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen. Postbus 9100 2300 PC LEIDEN. 1 Inleiding Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen Postbus 9100 2300 PC LEIDEN datum Delft, 23 juni 2010 referentie B. Everts uw kenmerk betreft vervanging riolering Fruitbuurt te Leiden 1 Inleiding

Nadere informatie

Projectnummer: C Opgesteld door: ir. P.E.D.M. Kouwenberg. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan:

Projectnummer: C Opgesteld door: ir. P.E.D.M. Kouwenberg. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan: MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Zendastweg 9 Postbus 63 9400 AB Assen Tel 0592 392 0592 353 2 www.arcadis.nl Onderwerp: Addendu op Geotechnisch achtergrondrapport Aersfoort, oktober 203 Van: ing. H.J. Hazelhorst

Nadere informatie

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid 2016 www.opleidingen.stowa.nl Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid M01 - Basis Cursus Beoordelen en Ontwerpen M02 - Geotechniek: SOS en Piping M03 -

Nadere informatie

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid 2016 www.opleidingen.stowa.nl Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid M01 - Basis Cursus Beoordelen en Ontwerpen M02 - Geotechniek: SOS en Piping M03 -

Nadere informatie

Risicoanalyse windturbine en primaire waterkering Windpark Spui 22 december 2015 Drs. Ing. Jeroen Dooper

Risicoanalyse windturbine en primaire waterkering Windpark Spui 22 december 2015 Drs. Ing. Jeroen Dooper Risicoanalyse windturbine en primaire waterkering Windpark Spui 22 december 2015 Drs. Ing. Jeroen Dooper 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Klein-Piershil BV is voornemens windpark Spui te realiseren in de polder

Nadere informatie

RAPPORT. Invloed Windpark Rozenburg op waterveiligheid waterkeringen

RAPPORT. Invloed Windpark Rozenburg op waterveiligheid waterkeringen RAPPORT Invloed Windpark Rozenburg op waterveiligheid waterkeringen Kwantitatieve beoordeling invloed door ondergrondse effecten op Verbindende Waterkering 8 Klant: Wolff Nederland Windenergie Referentie:

Nadere informatie

Geotechnisch adviesbureau, uw partner in bouwputadvies en grondwatertechniek. Opdrachtgever: Van Zoelen BV Postbus RB Utrecht

Geotechnisch adviesbureau, uw partner in bouwputadvies en grondwatertechniek. Opdrachtgever: Van Zoelen BV Postbus RB Utrecht Opdrachtgever: Van Zoelen BV Postbus 8079 3503 RB Utrecht Samenstelling rapportage: Huisman Traject BV De Corridor 21 H 3621 ZA Breukelen www.huismantraject.nl info@huismantraject.nl Projectnummer : HT170050

Nadere informatie

Trillingsonderzoek railverkeer nieuwbouw Polderweg 1 Prognose trillingssterkte SBR Richtlijn B. Datum 21 februari 2017 Referentie

Trillingsonderzoek railverkeer nieuwbouw Polderweg 1 Prognose trillingssterkte SBR Richtlijn B. Datum 21 februari 2017 Referentie Amerikalaan 4 699 AE MAASTRICHT - AIRPOR Postbus 48 62 AL MAASTRICHT T +3 ()43-3467878 F +3 ()43-3476347 E maastricht.ch@dpa.nl www.dpa.nl/cauberg-huygen K.v.K 58792562 IBAN NL7 RABO 2 75584 Trillingsonderzoek

Nadere informatie

Freatische bemaling fundatie brug over de Gaasp (KW022)

Freatische bemaling fundatie brug over de Gaasp (KW022) Memo Freatische bemaling fundatie brug over de Gaasp (KW022) Revisie 1.0 Auteur Peter Kramer Controleur David Slegers Autorisator Malou van der Pal Citeertitel - Object Activiteittype Segment KW022 (Brug

Nadere informatie