Beloningsbeleid NN CDC Pensioenfonds

Transcriptie

1 NN CDC Pensioenfonds per 10 februari 2015

2 Inhoudsopgave Artikel 1. Doel... 3 Artikel 2. Het transitiebestuur... 3 Artikel 3. Tijdsbesteding... 3 Artikel 4a. bestuursleden... 4 Artikel 4b. leden verantwoordingsorgaan... 5 Artikel 4c. leden visitatiecommissie... 5 Artikel 4d. medewerkers bestuursbureau... 6 Artikel 5. Opleidingskosten... 6 Artikel 6. Tussentijdse beëindiging... 6 Artikel 7. Uitbetaling beloning... 6 Artikel 8. Inwerkingtreding

3 Artikel 1. Doel Pensioenfondsen moeten zorgvuldig omgaan met de beloningen aan hun leden van het bestuur, het verantwoordingsorgaan, de visitatiecommissie en mede werkers van het bestuursbureau. Het beloningsbeleid moet niet aanzetten tot het nemen van meer risico s dan voor het fonds aanvaardbaar is. Dit is als uitgangspunt genomen bij het beloningsbeleid van Stichting NN CDC Pensioenfonds (NCP). In de ontwerpfase van NCP (de periode vanaf oprichting tot 1 januari 2014) en in de eerste uitvoeringsjaren ( ) is sprake van een transitiefase waarbij onder andere het inrichten van de organisatie en de processen, het creëren van CDC-bewustzijn bij de achterban voorop staat. Om deze ontwerp- en transitiefase in goede banen te leiden, hebben de sociale partners in het voorjaar van 2013 de wens uitgesproken dat speciaal voor deze beginfase een transitiebestuur wordt aangesteld. Artikel 2. Het transitiebestuur Het transitiebestuur van NCP bestaat uit 7 bestuursleden. Drie bestuursleden zijn voorgedragen door de werkgever, één bestuurslid door de FNV Bondgenoten, één bestuurslid door CNV Dienstenbond, één bestuurslid door GOR Bank en één bestuurslid door GOR Verzekeren. Het transitiebestuur van Stichting ING CDC Pensioenfonds (ICP) bestaat uit 7 bestuursleden. Drie bestuursleden zijn voorgedragen door de werkgevers, één bestuurslid door de FNV Bondgenoten, één bestuurslid door de Unie en één bestuurslid door GOR Bank en één door GOR Verzekeren. Er is sprake van een personele unie tussen beide fondsen. Zes van de zeven bestuursleden hebben zitting in de besturen van beide fondsen. Gedurende de transitieperiode vergaderen de besturen van ICP en NCP gezamenlijk. Artikel 3. Tijdsbesteding Voor het besturen van het pensioenfonds zijn sociale partners uitgegaan van een gemiddelde tijdsbesteding van één dag per week. Dit is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: Het bestuur staat -conform het rapport van de Werkgroep Governance- op afstand en bestuurt niet in detail. 3

4 De bestuurders besturen. Hieronder valt onder andere beleid vaststellen, goedkeuren van besluiten en contracten en toezicht houden op juiste uit- voering door bestuursbureau. De feitelijke uitvoering van het beleid, maar ook de beleidsvoorbereiding en de monitoring van de uitbestedingspartners gebeurt door het bestuursbureau. Artikel 4a. bestuursleden Sociale partners hebben voorafgaand aan de oprichting van NCP het beloningsbeleid voor de leden van het bestuur vastgesteld en hebben daarbij aangesloten bij het beloningsbeleid van ING, zoals uitgewerkt in de CAO van ING Verzekeringen. Daarbij is tevens rekening gehouden met de vraag of het betreffende bestuurslid nog pensioen opbouwt of reeds pensioengerechtigd is. Samengevat komt het beloningsbeleid op het volgende neer. De bestuursleden zijn in drie groepen onder te verdelen, te weten: In dienst van de werkgever. Extern, niet zijnde een pensioengerechtigde. Een pensioengerechtigde. Voor deze drie groepen geldt de volgende beloning: Leden bestuur NCP In dienst van de werkgever Extern, niet zijnde een pensioengerechtigde Een pensioengerechtigde Geen vergoeding. De werkgever stelt tijd voor vergaderingen en voorbereiding ter beschikking. Een vast bedrag per jaar, bij gemiddeld één dag in de week. Indien het bestuurslid tevens bestuurslid is bij ICP en de vergaderingen gezamenlijk plaatsvinden, wordt dit bedrag niet verhoogd. Een vast bedrag per jaar, bij gemiddeld één dag in de week. Indien het bestuurslid tevens bestuurslid is bij ICP en de vergaderingen gezamenlijk plaatsvinden, wordt dit bedrag niet verhoogd. Reiskosten: Het fonds kent de volgende reiskostenvergoeding: Kilometervergoeding: de maximale onbelaste vergoeding per kilometer. Openbaarvervoer vergoeding: vergoeding tweede klas, het kaartje dient aan de declaratie te worden toegevoegd. Indien geen kaartje beschikbaar is, wordt de maximale onbelaste vergoeding per kilometer vergoed. Het fonds kent geen prestatiebeloning of andere variabele beloningselementen. 4

5 Artikel 4b. leden verantwoordingsorgaan De deskundigheidseisen en competentievereisten van deze leden zijn gelijk aan de eisen die NCP stelt aan zijn leden van het bestuur. Derhalve is voor de hoogte van de vergoeding aangesloten bij de vergoeding voor bestuursleden. Wat betreft de tijdsbesteding wordt uitgegaan van gemiddeld één dag per maand. De leden van het verantwoordingsorgaan zijn in twee groepen onder te verdelen, te weten: In dienst van de werkgever. Extern, niet zijnde een pensioengerechtigde. Zodra een pensioengerechtigde conform artikel 12 lid 1 van de statuten aan het verantwoordingsorgaan wordt toegevoegd, wordt het beloningsbeleid hierop aangepast. Voor deze twee groepen geldt de volgende beloning: Leden van het verantwoordingsorgaan In dienst van de werkgever Extern, niet zijnde een pensioengerechtigde Geen vergoeding. De werkgever stelt tijd voor vergaderingen en voorbereiding ter beschikking. Een vast bedrag per jaar, bij gemiddeld één dag in de maand. Reiskosten: Het fonds kent de volgende reiskostenvergoeding: Kilometervergoeding: de maximale onbelaste vergoeding per kilometer. Openbaarvervoer vergoeding: vergoeding tweede klas, het kaartje dient aan de declaratie te worden toegevoegd. Indien geen kaartje beschikbaar is, wordt de maximale onbelaste vergoeding per kilometer vergoed. Artikel 4c. leden visitatiecommissie De beloning van de leden van de visitatiecommissie zal worden vastgesteld op het moment dat de scope van hun opdracht bekend is. Uitgangspunt hierbij is dat het een vaste vergoeding betreft die in redelijke verhouding staat tot de gedragen verantwoordelijkheden, de aan deze functie gestelde eisen en het tijdsbeslag. Leden van de visitatiecommissie Onafhankelijke derden Wordt vastgesteld op moment van vaststelling van scope opdracht. 5

6 Artikel 4d. medewerkers bestuursbureau De medewerkers van het bestuursbureau zijn in dienst van ING Bank Personeel B.V. en worden beloond conform het beloningsbeleid van ING, zoals uitgewerkt in de cao. Dit beleid geldt voor alle functionarissen bij het bestuursbureau. Medewerkers bestuursbureau In dienst van ING ING beloningsbeleid zoals uitgewerkt in de cao. Artikel 5. Opleidingskosten De voordragende partijen (werkgever, vakbonden en GOR) dienen er voor te zorgen dat de bestuursleden zijn opgeleid voor de hun toegewezen taken. Opleidingen op verzoek van het fonds worden gedragen door het fonds. Opleidingen op verzoek van voordragende partijen worden bij aantoonbare toegevoegde waarde voor de pensioenfondsen naar evenredigheid van de tijdsbesteding door het fonds vergoed. De opleidingskosten voor de leden van het verantwoordingsorgaan komen ten laste van het fonds. Het verantwoordingsorgaan dient het fonds voorafgaand aan het maken van deze kosten hierover te informeren. Opleidingskosten voor de leden van de visitatiecommissie worden niet door het fonds vergoed. Artikel 6. Tussentijdse beëindiging Bij tussentijdse beëindiging van het lidmaatschap van bestuur, verantwoordingsorgaan of visitatiecommissie wordt de vergoeding tijdsevenredig aangepast en worden geen aanvullende vergoedingen van welke aard dan ook uitbetaald. Artikel 7. Uitbetaling beloning De beloning wordt door middel van een declaratieformulier per kwartaal vergoed aan leden van het bestuur, verantwoordingsorgaan en visitatiecommissie die conform het gestelde in artikel 4, hiervoor in aanmerking komen. De beloning zal worden uitbetaald vanaf het moment dat een (aspirant) lid deelneemt aan de vergaderingen van het betreffende orgaan. De verdeling van de kosten over beide fondsen geschiedt conform de uit de begroting volgende verdeelsleutel. 6

7 Artikel 8. Inwerkingtreding Het beloningsbeleid is vastgesteld op 20 november 2013 en treedt in werking met terugwerkende kracht per augustus Het beloningsbeleid is gewijzigd op 10 februari